Miele KM 470, KM 473 User Manual [nl]

0 (0)
Miele KM 470, KM 473 User Manual

Gebruiksaanwijzing

inductiekookvlakken

KM 470

KM 473

Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Daardoor zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan het apparaat.

B

M.-Nr. 05 144 040

Inhoud

Beschrijving van de toestellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Modellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 Kookzonebesturing en -display . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 Beschrijving van de kookzones . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5

Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6

Voor het eerste gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Informatie vooraf . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Eerste schoonmaak en eerste opwarming . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14

Bediening . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Wat betekent inductief koken?. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15 Kookgerei. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 Sensortoetsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 Instellingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Kookstart-automatic. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 Boosterfunctie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 Uitschakelen en aanduiding resterende warmte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21 Vergrendeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Veiligheidsuitschakeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 Beveiliging tegen oververhitting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24

Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26

Wat gedaan als . . . ? . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28

Techniek . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Technische Dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31 Typeplaatje. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31

2

Beschrijving van de toestellen

Modellen

Kookvlak KM 470

cd

BOOSTER B

s a

be f

Kookvlak KM 473

cd

BOOSTER B

s a

b e f

acd Inductiekookzones

bInductiekookzone met boosterfunctie eBedieningsvlak

acd Inductiekookzones

bInductiekookzone met boosterfunctie eBedieningsvlak

3

Beschrijving van de toestellen

Bedieningsvlak

Sensortoetsen voor:

fAAN/UIT van het kookvlak

gVergrendeling

hKookzonebesturing en -display; zie overeenkomstige rubriek

iBoosterfunctie van de kookzone achteraan links; zie rubriek "Boosterfunctie"

Controlelampjes voor:

jBoosterfunctie

kVergrendeling

4

Beschrijving van de toestellen

Kookzonebesturing en -display

lSchakeltoetsen - en + om het vermogen in te stellen

mSymbool van de kookzone

nDisplays:

0 = de kookzone kan worden ingeschakeld

1 tot 9

=

vermogen

H

=

resterende warmte

A= geactiveerde kookstart-automatic (afgewisseld met het getal van de gekozen voortkookstand)

ß = geen vaatwerk op de zone; zie rubriek "Kookgerei" F = foutmelding; zie rubriek "Wat gedaan als...?"

Beschrijving van de kookzones

 

 

 

 

Kookzone

Ø in cm

Vermogen in watt

 

y

14

normaal:

1400

 

 

met (achteraan links) ingeschakel-

600

 

 

de boosterfunctie:

 

 

 

 

 

w

21

normaal:

2200

 

 

met ingeschakelde boosterfunctie:

3000

 

 

 

 

x

14

 

1400

 

 

 

 

z

18

 

1800

 

 

 

 

Totaal vermogen in watt

 

6800

 

 

 

 

 

 

 

 

Al de kookzones zijn met de kookstart-automatic en de veiligheidsuitschakeling uitgerust. Zie overeenstemmende rubrieken.

5

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Inbouw en aansluiting

Dit toestel mag u enkel door een erkend vakman laten inbouwen en

aansluiten. Doe daartoe een beroep op een elektricien die de vereiste voorschriften kent en toepast. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die werd veroorzaakt door schade bij het inbouwen of aansluiten van dit toestel.

De elektrische veiligheid van dit toestel wordt enkel gewaarborgd indien u het op een volgens de voor-

schriften geïnstalleerd aardsysteem aansluit. Het is heel belangrijk dat deze fundamentele beveiliging voorhanden is. Laat bij twijfel uw installatie door een vakman nakijken. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak.

Gebruik geen verlengsnoeren om het toestel aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheidsgaran-

ties.

Bouw het kookvlak niet in boven was-, droog-, afwasautomaten, koelkasten en diepvriezers. De soms

wel intensieve hittestraling van het kookvlak kan aan deze toestellen schade toebrengen. Bovendien is de ventilatie van het kookvlak dan niet meer gewaarborgd.

Indien u dit toestel niet op een vaste plaats inbouwt en monteert, bv.

op een schip, laat dit karwei dan enkel uitvoeren door vakmensen. Die moeten ervoor zorgen dat u het toestel veilig kan gebruiken.

6

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Deskundig gebruik

Lees aandachtig uw gebruiksaanwijzing voor u dit toestel in gebruik neemt. Zo beschermt u zichzelf en ver-

mijdt u schade aan het toestel.

Gebruik uw toestel enkel in ingebouwde toestand. Zo bent u zeker

dat u geen elektrische onderdelen kan aanraken.

Dit toestel is geschikt voor gebruik in het huishouden. Het is niet voor industriële of professionele doeleinden

bestemd.

Gebruik dit toestel enkel om levensmiddelen te bereiden. Andere

toepassingen zijn niet toegestaan. Ze kunen ook risico’s inhouden.

De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die werd veroorzaakt doordat het toestel niet volgens de voorschriften gebruikt of verkeerd bediend werd.

7

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Schade aan het toestel voorkomen

Laat geen voorwerpen op het kookvlak vallen. Zelfs zogezegd

lichte voorwerpen als zoutvaatjes kunnen in een minder gunstig geval scheuren of spleten veroorzaken.

Gebruik geen kookpannen met een ruwe bodem (bv. van gietijzer)

noch met braam. Er kunnen krassen op de glaskeramiek ontstaan. Datzelfde kan ook met zandkorrels gebeuren.

Laat geen vaste of vloeibare suiker, kunststof en aluminiumfolie op hete kookzones terechtkomen. Deze stoffen

kunnen smelten of gaan kleven. Bij het afkoelen kunnen er ook scheurtjes, spleten of andere schade in het keramisch oppervlak opduiken. Is er toch wat op hete kookzones terechtgekomen, schakel het toestel dan uit. Verwijder de resten dadelijk met een glaskrabber zolang de zone nog warm is. Voorzichtig:

Let erop dat u uw handen aan de hete kookzones niet verbrandt.

Maak de kookzones daarna verder schoon zodra ze afgekoeld zijn.

Om te vermijden dat resten gaan inbranden, verwijdert u het vuil zo vlug mogelijk. Als u een pan opzet, let

er dan op dat de bodem zuiver is, droog en vrij van vet.

Gebruik om het kookvlak schoon te maken in geen geval een toestel

dat met stoom onder druk werkt. De druk van de stoom kan onderdelen van het toestel aanraken, die onder spanning staan. Zo kan er kortsluiting optreden. Voor zulke schade is de fabrikant niet aansprakelijk.

Zet in geen geval hete kookpannen vlakbij het bedieningsvlak. Dat kan

schade veroorzaken aan de elektronische bediening die eronder zit.

Bevindt er zich onder het ingebouwde toestel een lade? Let er

dan op dat de afstand tussen de voorwerpen in die lade en de onderzijde van het toestel groot genoeg is. Anders wordt het toestel niet voldoende geventileerd.

8

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Brand en verbranding voorkomen

Het toestel wordt tijdens de werking erg warm. Dat blijft ook enige

tijd na het uitschakelen nog zo. Pas wanneer de controlelampjes voor resterende warmte zijn uitgegaan, is er geen risico meer dat u zich verbrandt. Hou vooral kinderen in het oog!

Leg geen spullen die aantrekkelijk zijn voor kleine kinderen, vlak achter of boven het kookvlak. Anders wor-

den ze ertoe verleid op het toestel te klauteren. Ze kunnen zich verbranden!

Bescherm uw handen telkens als u aan of bij het hete toestel werkt.

Gebruik pannenlappen, hitte-isolerende handschoenen e.d. Let erop dat die niet nat of vochtig zijn. Daardoor wordt de hitte beter geleid en kan u zich verbranden.

Zorg ervoor dat kleine kinderen geen hete kookpannen naar zich

toe kunnen trekken. Ze kunnen zich daaraan verbranden!

Daartoe is er een speciaal beschermhekje in de handel verkrijgbaar.

Verwarm geen gesloten recipiënten als bv. conservenblikjes op de

kookzones. Door de overdruk kunnen de recipiënten of blikjes openspringen. U kan daarbij letsels oplopen en u verbranden!

Gebruik het kookvlak niet om er voorwerpen op te zetten of te leg-

gen. Vooral geen metaal. Als u het kookvlak inschakelt of terwijl het nog warm is, bestaat het risico dat deze voorwerpen - naar gelang van het materiaal - verhitten, smelten of branden. U kan zich daaraan verbranden.

Dek het toestel nooit af met een doek of folie. Het kookvlak kan zo

heet zijn dat er brandgevaar bestaat.

Hou het toestel onder toezicht als u vet of olie gebruikt. Oververhit vet

of olie kan vlam vatten en intussen zelfs de wasemkap in brand zetten. Er is brandgevaar!

Als het vet of de olie toch eens zou ontvlammen, probeer het dan niet met water te blussen! Doe het vuur stik-

ken, bv. met een deken of met het schuim van een brandblusser.

Flambeer nooit onder een wasemkap. De vlammen kunnen de wa-

semkap in brand zetten.

Bewaar in de lade onder het ingebouwde toestel geen brandbare

voorwerpen als bv. spraybussen. Zo er in die lade een bestekinzet voorzien is, dient die vervaardigd te zijn van tegen hitte bestand materiaal.

9

Opmerkingen omtrent uw veiligheid

Bij een defect

Stelt u aan uw toestel een defect vast, schakel dan eerst het toestel

en daarna ook de smeltveiligheden uit. Doe vervolgens een beroep op de technische dienst.

Zorg ervoor dat de smeltveiligheden in geen geval opnieuw worden ingeschakeld voor de reparatie achter de rug is.

Hou er rekening mee dat ook barsten en spleten in de glaskeramiek

defecten zijn.

Herstellingen mogen enkel door een erkend elektricien worden uit-

gevoerd. Door ondeskundige reparaties kunnen er voor u als gebruiker grote risico’s opduiken. Het toestel kan eveneens schade oplopen. Maak de ommanteling van het toestel in geen geval open.

Laat u het kookvlak tijdens de garantieperiode herstellen, dan mag dat enkel gebeuren door een technicus

die door de fabrikant erkend is. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op waarborg.

10

Loading...
+ 22 hidden pages