Panasonic KX-TDA30, KX-TDA200, KX-TDA100 User Manual [nl]

0 (0)
Panasonic KX-TDA30, KX-TDA200, KX-TDA100 User Manual

Hybride IP-PBX

Bedieningshandleiding

Model KX-TDA30/KX-TDA100/KX-TDA200

Hartelijk dank voor de aanschaf van de Panasonic Hybride IP-PBX.

Lees eerst deze handleiding voordat u dit product in gebruik neemt en bewaar deze handleiding voor toekomstig gebruik.

KX-TDA30: MPR Versie 2.2

KX-TDA100/KX-TDA200: MPR Versie 2.0

Kenmerkende funkties
Call Centre
Met deze PBX is verdeling van inkomende gesprekken (ICD groep) mogelijk waardoor een groot aantal netlijngesprekken tegelijkertijd kan worden ontvangen. Eén toestel kan gebruikt worden als supervisor en het gebruik van ICD andere toestellen in de groep beheren. groep 01
ICD groep 02

Klanten

Wachtrij-funktie

 

1.8 Gebruik maken van het Call Centre (Blz.

128)

Draadloos systeem

Dit PBX systeem ondersteunt optioneel een draagbare handset (HS). Via de PBX kunnen draadloze telefoons samen worden gebruikt met draadloze telefoons.

Appendix (Blz. 205)

Eenvoudige bediening

Als u een Panasonic gebruikt met Navigatietoets/Jog Dial en display, kunt u daarmee eenvoudig toegang krijgen tot de gewenste funktie. De meeste toestellen laten tevens aan de hand van indicatielampjes zien of een gesprek binnenkomt of een bericht is achtergelaten.

ENTER

Navigatietoets

Jog Dial

Boodschap

 

 

/Belsignaal indicator

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken (Blz.

14)

2 Bedieningshandleiding

Voice Mail integratie

U kunt uw gesprekken doorschakelen naar een voice processing systeem, zodat bellers een boodschap kunnen achterlaten in uw mailbox indien u geen gesprekken kunt beantwoorden.

Message

Message

Message

Message

 

Message

Message

 

1.9.5 Als een Voice Processing systeem is aangesloten (Blz. 140)

PC Phone/PC Console

Deze PBX ondersteunt funkties van PC Phone/PC Console indien uw computer via een USB-kabel is aangesloten op Panasonic toestellen.

De softwareprogramma’s PC Phone/PC Console bieden geavanceerde mogelijkheden voor de bediening en het beheer van uw PBX.

Computer

Raadpleeg uw dealer

Gespreksgegevens (Gespreksgegevens uitprinten)

Deze centrale kan gespreksinformatie opslaan of afdrukken: datum, tijd, toestelnr., gekozen nr., duur, enz.

Date

Time

Ext • • • • • • •

01/02/02

10:03AM

1230

• • • • • • •

01/02/02

11:07AM

2230

• • • • • • •

Raadpleeg uw dealer

Ingebouwde eenvoudige gespreksopname

U kunt inkomende gesprekken naar uw mailbox leiden, zodat bellers boodschappen kunnen inspreken als u de telefoon niet kunt beantwoorden.

Hallo, dit is toestel 204.

Spreek uw boodschap in.

1.5.2 Het gebruik van Boodschapopname (Ingebouwde eenvoudige gespreksopname [SVM]) (alleen KX-TDA30) (Blz. 93)

Bedieningshandleiding 3

In deze handleiding

wordt een systeemtoestel afgekort als "PT".

een enkelvoudig toestel wordt afgekort als "SLT". een draagbare handset wordt afgekort als "HS".

een systeemtoestel met display wordt afgekort als "Display PT". een digitaal systeemtoestel wordt afgekort als "DPT".

De laatste cijfers/letters van de modelnummers worden weggelaten.

De afbeeldingen van de PBX zijn gebaseerd op de KX-TDA200.

worden de volgende symbolen regelmatig gebruikt.

!! Tips

Voorwaarde

Let op!

De specificaties van het product kunnen zonder voorafgaande mededeling worden gewijzigd.

4 Bedieningshandleiding

Belangrijke informatie

WAARSCHUWING

DEZE UNIT MAG UITSLUITEND WORDEN GEINSTALLEERD EN ONDERHOUDEN DOOR GEKWALIFICEERD ONDERHOUDSPERSONEEL.

INDIEN INTERNE ONDERDELEN ALS GEVOLG VAN BESCHADIGING TOEGANKELIJK ZIJN, HAAL DAN ONMIDDELLIJK DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT EN BRENG DE UNIT TERUG NAAR UW DEALER.

TREK DE STEKKER VAN DEZE UNIT UIT HET STOPCONTACT ALS ER ROOK UIT DE UNIT KOMT, EEN ABNORMALE GEUR VERSPREIDT OF VREEMDE GELUIDEN MAAKT. DEZE OMSTANDIGHEDEN KUNNEN BRAND VEROORZAKEN OF KORTSLUITING. CONTROLEER OF DE ROOK IS GESTOPT EN NEEM CONTACT OP MET EEN ERKEND PANASONIC SERVICE CENTRE.

WANNEER U DE APPARATUUR HERINSTALLEERT, DIENT U EERST DE TELEFOONSTEKKER UIT DE TELEFOONCONTACTDOOS TE TREKKEN VOORDAT U DE STROOMSTEKKER UIT DE CONTACTDOOS TREKT. WANNEER DE UNIT OP DE NIEUWE LOCATIE IS GEINSTALLEERD, SLUIT U EERST DE STROOMSTEKKER AAN, EN PAS DAARNA DE TELEFOONSTEKKER.

DEZE UNIT IS VOORZIEN VAN EEN AARDINGSSTEKKER. UIT VEILIGHEIDSREDENEN MAG DEZE STEKKER ALLEEN WORDEN AANGESLOTEN OP EEN STOPCONTACT MET RANDAARDE EN DAT VOLDOET AAN DE WETTELIJKE EISEN.

STEL DEZE UNIT NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT TER VOORKOMING VAN BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN.

DE NETKABEL DIENT TE WORDEN GEBRUIKT OM DE UNIT GEHEEL SPANNINGSVRIJ TE MAKEN. ZORG DAT DE WISSELSTROOMWANDCONTACTDOOS ZICH IN DE BUURT VAN DE APPARATUUR BEVINDT EN EENVOUDIG TOEGANKELIJK IS.

OM DEZE UNIT TE BESCHERMEN TEGEN STATISCHE ELEKTRICITEIT, MAG U DE EXTERNE CONNECTORS VAN DE UNIT NIET AANRAKEN.

Veiligheidsinstructies

Wanneer u uw telefoonapparatuur gebruikt, dienen de voorzorgsmaatregelen altijd te worden opgevolgd om brandgevaar, stroomschok en persoonlijk letsel te voorkomen, en houd ook rekening met het volgende:

1.Gebruik dit produkt niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een badkuip, wasbak, aanrecht of wasteil, in een vochtige kelder of bij een zwembad.

2.Vermijd het gebruik van bedrade telefoons tijdens onweer. Er bestaat in dat geval het risico van een stroomschok tijdens blikseminslag.

3.Gebruik de telefoon(s) nooit om een gaslek te melden in de buurt van het gaslek.

4.Gebruik alleen een netsnoer en batterijen zoals gespecificeerd in deze handleiding. Stel de batterijen niet bloot aan vuur, omdat deze dan kunnen exploderen. Afdanken volgens de plaatselijke wettelijke eisen.

BEWAAR DEZE INSTRUCTIES

Bedieningshandleiding 5

De KX-TDA30E, KX-TDA30NE, KX-TDA30GR, en KX-TDA30CE zijn ontworpen voor aansluiting op het:

Het analoog openbare geschakelde telefoonnetwerk (PSTN) der Europese landen

Pan-European Integrated Services Digital Network (ISDN) via toegang tot ISDN op basistarief

De KX-TDA100E/KX-TDA200E, KX-TDA100NE/KX-TDA200NE, KX-TDA100GR/KX-TDA200GR, en KX-TDA100CE/KX-TDA200CE zijn ontworpen voor aansluiting op het:

Het analoog openbare geschakelde telefoonnetwerk (PSTN) der Europese landen

Pan-European Integrated Services Digital Network (ISDN) via toegang tot ISDN op basistarief

Pan-European Integrated Services Digital Network (ISDN) via toegang tot ISDN op hoogtarief

ONP 2048 kbit/s digitale huur-telefoonlijnen (D2048S)

Panasonic Communications Co., Ltd./Panasonic Communications Company (U.K.) Ltd. verklaart dat deze apparatuur in overeenstemming is met de essentiële eisen en overige relevante bepalingen conform Richtlijn 1999/5/EC betreffende radioapparatuur en telecommunicatie-eindapparatuur (R&TTE).

Conformiteitsverklaringen voor de in deze handleiding beschreven producten van Panasonic kunt u downloaden via:

http://doc.panasonic.de

Contact:

Panasonic Services Europe GmbH

Panasonic Testing Centre

Winsberging 15, 22525 Hamburg, F.R. Duitsland

6 Bedieningshandleiding

Attentie

Installeer de unit niet in de buurt van warmtebronnen en apparaten die elektrische ruis genereren zoals fluorescerende lampen, motoren en televisies. Deze bronnen en apparatuur kunnen de werking van de PBX verstoren.

Houd deze unit vrij van stof, vocht, hoge temperaturen (meer dan 40 ˚C), en trillingen, en stel de unit niet bloot aan direct zonlicht.

Indien u niet probleemloos naar buiten kunt bellen, test u de werking van de netlijnen volgens de volgende procedure:

1.Maak alle netlijnaansluitingen van de PBX los.

2.Sluit op die netlijnaansluitingen vervolgens standaard (enkelvoudige) toestellen aan waarvan u weet dat die goed functioneren.

3.Bel met behulp van zo'n enkelvoudig toestel naar een extern nummer.

Als ook dat niet lukt, ligt het probleem waarschijnlijk in de netlijn waarop het enkelvoudige toestel is aangesloten. Neem contact op met uw telefoonmaatschappij.

Als de enkelvoudige toestellen echter goed werken, ligt het probleem waarschijnlijk aan de PBX. Sluit de PBX niet aan op de netlijnen voordat het probleem is opgelost door een officieel Panasonic Service Centre.

Steek nooit ijzeren draden, pinnen, enz, in de ventilatieopeningen of andere openingen van deze unit.

Maak de unit schoon met een zachte doek. Maak de unit niet schoon met schuurmiddelen of met chemische oplosmiddelen zoals benzine of thinner.

Indien u gebruik maakt van een Panasonic systeemtoestel (PT), gebruik deze dan uitsluitend in combinatie met de bijbehorende hoorn.

Voor gebruikers van PC Phone (proefperiode-versie) software die bij de KX-T7601 USB module wordt meegeleverd:

Alle funkties van de PC Phone software kunnen gebruikt worden gedurende een periode van 90 dagen, gerekend vanaf de installatiedatum.

Als deze periode is verlopen, zijn de volgende toetsen op het bedieningsscherm niet meer beschikbaar:

Opnemen

TAM

Voice Memo

Tekstmemo

Verkort kiezen

Als u de bovenstaande funkties ook na de proefperiode wilt blijven gebruiken, dient u KX-TDA0350 (PC Phone, 5 licenties) aan te schaffen.

Bedieningshandleiding 7

Voor toekomstige verwijzing

Wij raden u aan om de volgende informatie uit te printen en te bewaren als naslagwerk.

Opmerking

Het serienummer van dit product vindt u op het label dat op de unit is bevestigd. Noteer het modelnummer en het serienummer van deze unit, zodat u de identificatiegegevens bij de hand heeft in geval van diefstal.

MODELNR.

SERIENR.

AANKOOPDATUM

NAAM VAN DEALER

ADRES VAN DEALER

TEL. NR. VAN DEALER

8 Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

 

1 Bediening...............................................................................................

13

1.1

Voordat u de toestellen gaat gebruiken .......................................................................

14

1.1.1

Voordat u de toestellen gaat gebruiken ............................................................................

14

1.2

Gesprekken beginnen....................................................................................................

27

1.2.1

Basisbediening .................................................................................................................

27

1.2.2

Eenvoudig nummers kiezen .............................................................................................

32

1.2.3

Herhalen...........................................................................................................................

36

1.2.4

Als de gekozen lijn bezet is of als er niet wordt opgenomen............................................

37

1.2.5

Toegang krijgen tot ISDN Service (Toegang tot ISDN Service) .......................................

46

1.2.6

De belmethode wijzigen (Belmethode wisselen—Belsignaal/Stem) ................................

47

1.2.7

Telefoneren zonder restricties ..........................................................................................

48

1.2.8

NAKIEZEN (Direct Inward System Access [DISA]) ..........................................................

49

1.2.9

Uw telefoon instellen vanaf een ander toestel of via NAKIEZEN (op afstand instellen)..........

52

1.3

Gesprekken ontvangen..................................................................................................

53

1.3.1

Gesprekken beantwoorden ..............................................................................................

53

1.3.2

Handen-vrij beantwoorden (Beantwoorden, Handen-vrij) ................................................

54

1.3.3

Een gesprek beantwoorden dat binnenkomt op een ander toestel (Gesprek aannemen) .............

55

1.3.4Een gesprek beantwoorden via een externe luidspreker (Netlijn gesprek beantwoorden via

 

een willekeurig toestel [TAFAS]) .......................................................................................

56

1.3.5

Met behulp van de ANTWOORD/VRIJGEVEN toets .......................................................

57

1.3.6

Identificeren van kwaadwillende bellers (Malicious Call Identification [MCID]) ................

59

1.4

Tijdens een gesprek.......................................................................................................

60

1.4.1

Een gesprek doorverbinden (Gesprek Doorverbinden)....................................................

60

1.4.2

Een gesprek in de wachtstand plaatsen...........................................................................

64

1.4.3

Wisselen tussen twee gesprekken (Wisselgesprek) ........................................................

68

1.4.4

Beantwoorden van een wachtend gesprek ......................................................................

70

1.4.5

Gesprek tussen meerdere partijen ...................................................................................

74

1.4.6

Microfoon uit .....................................................................................................................

83

1.4.7

Anderen met het gesprek laten meeluisteren (Gesprek meeluisteren) ............................

84

1.4.8

Het gebruik van de koptelefoon (Koptelefoon-gebruik) ....................................................

85

1.5

Voordat u uw bureau verlaat..........................................................................................

87

1.5.1

Gesprekken doorschakelen..............................................................................................

87

1.5.2Het gebruik van Boodschapopname (Ingebouwde eenvoudige gespreksopname [SVM])

(alleen KX-TDA30) ...........................................................................................................

93

1.5.3Een Afwezigheidsboodschap laten zien op het display van de beller

 

(Afwezigheidsboodschap) ..............................................................................................

103

1.5.4

Voorkomen dat andere personen uw toestel gebruiken (Toestelblokkering) ..................

105

1.6

Een aankondiging beginnen/beantwoorden ..............................................................

107

1.6.1

Oproepen .......................................................................................................................

107

1.6.2

Beantwoorden/Negeren van een Oproep.......................................................................

109

1.6.3

Aankondigen en spreken met meerdere partijen (Broadcasting) ...................................

110

1.7

Een toestel instellen naar uw wensen ........................................................................

113

1.7.1

Instellen van het alarm (Herinneringsalarm) ..................................................................

113

1.7.2

Weigeren van inkomende gesprekken (Niet Storen [NS]) ..............................................

115

1.7.3Een Gesprek Wacht-waarschuwing ontvangen (Gesprek Wacht/Aankondiging Gesprek

wacht tijdens in gesprek [OHCA]/Fluister OHCA) ..........................................................

117

Bedieningshandleiding 9

1.7.4Uw nummer weergeven op de telefoon van de gebelde partij en de beller (Calling/

Connected Line Identification Presentation [CLIP/COLP])..............................................

118

1.7.5Voorkomen dat uw nummer wordt weergegeven op de telefoon van de beller (Connected

Line Identification Restriction [COLR])............................................................................

119

1.7.6Voorkomen dat uw nummer wordt weergegeven op de telefoon van de gebelde partij

(Calling Line Identification Restriction [CLIR]) ................................................................

120

1.7.7Voorkomen dat andere personen deelnemen aan uw gesprek (Inbreken op een gesprek-

 

Negeren) .........................................................................................................................

121

1.7.8

De achtergrondmuziek aanzetten (AGM)........................................................................

122

1.7.9

Uw lijn beveiligen tegen indicatietonen (Datalijn-beveiliging) ..........................................

123

1.7.10

De status van de Tijd service controleren.......................................................................

124

1.7.11

Het belsignaal instellen van het parallel aangesloten toestel (Parallel toestel)...............

125

1.7.12

Uw draagbare handset (HS) parallel gebruiken met een bedraad telefoontoestel (Parallelle

 

modus van draadloze XDP) ............................................................................................

126

1.7.13

Funktie-instellingen op uw toestel wissen (Toestelfunktie wissen)..................................

127

1.8

Gebruik maken van het Call Centre.............................................................................

128

1.8.1

Een Inkomende gespreksverdelinggroep verlaten (Inloggen/Uitloggen, Afwikkeltijd)............

128

1.8.2

Opvragen en controleren van de gesprekstatus van een Inkomende

 

 

gespreksverdelinggroep (Inkomende gespreksverdelinggroep opvragen) .....................

131

1.8.3Een wachtend gesprek doorschakelen (Handmatig doorschakelen van

 

wachtstandgesprekken) ..................................................................................................

134

1.9

Het gebruik van optionele apparatuur ........................................................................

135

1.9.1

Als een Deurintercom/Deuropener is aangesloten .........................................................

135

1.9.2

Indien een extern relais is aangesloten...........................................................................

137

1.9.3

Indien een externe sensor is aangesloten ......................................................................

138

1.9.4

Als een Hoofd-PBX is aangesloten .................................................................................

139

1.9.5

Als een Voice Processing systeem is aangesloten .........................................................

140

1.10

Op een andere werkplek in het kantoor ......................................................................

146

1.10.1

Dezelfde instellingen gebruiken van uw vorige toestel (Meegaand Toestel)...................

146

1.11

Het gebruik van een Display-systeemtoestel .............................................................

147

1.11.1

Het gesprekslog gebruiken .............................................................................................

147

1.11.2

Het gebruik van de directories ........................................................................................

151

1.11.3

Toegang Systeemfunkties (Systeemfunktie-toegang).....................................................

158

2 Bediening door de systeembeheerder .............................................

159

2.1

Instelfunkties .................................................................................................................

160

2.1.1

Instellen van een toestel .................................................................................................

160

2.1.2

Tijd service modus instellen............................................................................................

161

2.1.3

Restrictieniveau instellen (Kiestoon doorverbinden) .......................................................

163

2.1.4

De externe achtergrondmuziek aanzetten (AGM)...........................................................

164

2.1.5

Uitgaande boodschappen opnemen (UGB) ....................................................................

165

2.1.6

Toestaan dat gebruikers een niet beschikbare netlijn kiezen (CO lijnen-niet beschikbaar) ..........

168

2.1.7

Het gebruik van de telefoons in de hotelsector (Hotelservice-funkties) ..........................

169

2.1.8

Deblokkeren van controle van Directe Station Selectie via Netwerk (DSSN) .................

175

3 Uw toestel en het systeem aanpassen .............................................

177

3.1

Aanpassen van uw toestel (Persoonlijke programmering) .......................................

178

3.1.1

Aanpassen van uw toestel (Persoonlijke programmering) ..............................................

178

3.1.2

Instellen via de Programmeermodus ..............................................................................

180

3.1.3

Aanpassen van de toetsen..............................................................................................

190

3.2

Programmering door de beheerder.............................................................................

195

10 Bedieningshandleiding

3.2.1

Programmeerinformatie..................................................................................................

195

3.2.2

Programmering door de beheerder ................................................................................

196

3.3

Aanpassen van het systeem (Systeemprogrammering)...........................................

198

3.3.1

Programmeerinformatie..................................................................................................

198

3.3.2

Systeemprogrammering .................................................................................................

201

4 Appendix..............................................................................................

205

4.1

Probleemoplossing ......................................................................................................

206

4.1.1

Probleemoplossing .........................................................................................................

206

4.2

Funktienummertabel ....................................................................................................

209

4.2.1

Funktienummertabel.......................................................................................................

209

4.3

Wat betekent deze toon? .............................................................................................

221

4.3.1

Wat betekent deze toon?................................................................................................

221

4.4

Revisie-historie.............................................................................................................

225

4.4.1

KX-TDA100/KX-TDA200 MPR Versie 1.1 ......................................................................

225

4.4.2

KX-TDA100/KX-TDA200 MPR Versie 2.0 ......................................................................

226

4.4.3

KX-TDA30 MPR Versie 1.1.............................................................................................

227

4.4.4

KX-TDA30 MPR Versie 2.0.............................................................................................

228

4.4.5

KX-TDA30 MPR Versie 2.2.............................................................................................

229

Index

..........................................................................................................

231

Bedieningshandleiding 11

12 Bedieningshandleiding

Hoofdstuk 1

Bediening

Dit hoofdstuk toont u stap voor stap hoe u elke funktie bedient. Lees dit hoofdstuk door om vertrouwd te raken met de vele nuttige funkties van deze PBX.

Bedieningshandleiding 13

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

1.1Voordat u de toestellen gaat gebruiken

1.1.1Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Wat voor soort toestellen kunnen worden gebruikt?

U kunt een enkelvoudig toestel (SLT) gebruiken, zoals een pulskies-telefoon, of Panasonic systeemtoestellen (PT), zoals de KX-T7636 of KX-NT136. U kunt ook een Panasonic draagbare handset (HS) gebruiken zoals de KX-TCA155 of KX-TCA255. De bediening is afhankelijk van het toestel dat u

 

REDIAL

gebruikt. Als u een Panasonic systeemtoestel gebruikt met een speciale funktietoets zoals

en/of een

display (Display PT), kunt u de instrukties voor "eenvoudig programmeren" volgen met behulp van de betreffende toets of met behulp van displayteksten.

Als u een toestel met display (bijv. KX-T7636) gebruikt, kunt u voor de bedieningsfunkties de teksten op het display volgen. Als uw telefoon geen funktietoetsen en/of een display heeft, kunt u de PBX bedienen via het invoeren van een funktienummer. Volg de instrukties die voor uw toesteltype van toepassing zijn.

Als u gebruik maakt van een Console, funktioneren de toetsen van de Console zoals de toetsen op het aangesloten systeemtoestel.

• Als u een Panasonic systeemtoestel gebruikt dat geen funktietoetsen heeft, kunt u een nog niet gebruikte flexibele toets als funktietoets programmeren. Zie "3.1.3 Aanpassen van de toetsen".

Registratie van uw draagbare handset (HS)

U moet uw HS eerst in de PBX registreren (aanmelden) en het toestelnummer vastleggen voordat u het toestel gaat gebruiken. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie over het registreren van de HS.

Funktienummers

Voor bepaalde funkties dient u specifieke funktienummers in te voeren (en een extra parameter, indien nodig).

Er zijn twee soorten funktienummers, te weten:

Flexibel funktienummer

Vast funktienummer

Vaste funktienummers kunnen niet worden gewijzigd. Echter, u kunt de flexibele nummers wijzigen in andere nummers om het gebruik te vereenvoudigen. Raadpleeg uw dealer als u de nummers wilt wijzigen. De in deze handleiding vermelde instelwaarden zijn standaardinstellingen (fabrieksinstelling).

Een flexibel nummer wordt weergegeven als (half gearceerde toets). Gebruik het nieuwe geprogrammeerde nummer als u het funktienummer heeft veranderd. Schrijf het nieuwe nummer op in "4.2.1 Funktienummertabel" (Appendix).

Let op!

De standaard waarde van een flexibel funktienummer is afhankelijk van land/gebied. Voor meer details kunt u uw dealer raadplegen.

14 Bedieningshandleiding

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Als u een enkelvoudig toestel gebruikt dat niet is voorzien van de "" of "#" toetsen;

het is niet mogelijk toegang tot funkties te krijgen waarin "" of "#" in de funktienummers voorkomt.

Toon

U hoort tijdens of na een handeling diverse tonen ter bevestiging. Zie "4.3.1 Wat betekent deze toon?" (Appendix).

Display

In deze handleiding zult u de tekst lezen "het display ...". Dit verwijst naar het display van een Panasonic systeemtoestel. Als u geen Panasonic display-systeemtoestel gebruikt, wordt de tekst niet weergegeven. Als u wel een Panasonic display-systeemtoestel (Display PT) gebruikt, helpt het display u om de instellingen te controleren. Sommige systeemtoestellen geven u ook eenvoudig toegang tot funkties. Afhankelijk van de bedieningsfunktie wordt een bericht weergegeven. Door naast of onder het display op de bijbehorende toets te drukken, of door op de Navigatietoets te drukken, kunt u toegang krijgen tot de gewenste funktie.

Daarnaast kunt u, afhankelijk van het type display-systeemtoestel, funkties bedienen of opbellen met behulp van de berichten op het display. Zie "1.11 Het gebruik van een Display-systeemtoestel".

Let op!

De meldingen op het display worden in deze handleiding in het Engels weergegeven.

Uw toestelnummer

Als u een Panasonic display-systeemtoestel gebruikt of een digitaal draadloos toestel, kunt u op het display uw eigen toestelnummer controleren. Druk, met de hoorn op de haak, op de DOORVERBINDEN toets of de Soft (S1) toets.

Gebruik van een Navigatietoets/Jog Dial/Volume toets

De Navigatietoets kan gebruikt worden voor het afstellen van het displaycontrast en het volume of om gewenste items te zoeken op het display. Druk op de Navigatietoes/Volume toets of draai de Jog Dial in de gewenste richting. Het contrast of het volumeniveau en de onderwerpen zullen als volgt veranderen:

Navigatietoets

Jog Dial

Volume toets

Omhoog

 

 

Omhoog

Links

Rechts

(Niveau neemt toe)

(Niveau neemt toe)

 

 

(Linksom)

(Rechtsom)

 

Links

ENTER

Rechts

 

 

 

 

 

 

Niveau neemt af

Niveau neemt toe

 

Omlaag

 

Omlaag

(Niveau neemt af)

(Niveau neemt af)

 

 

 

Bedieningshandleiding 15

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Voorbeelden

De displays en de afbeeldingen die als voorbeelden zijn gegeven, zijn van een toestel dat is aangesloten op de KX-TDA200.

Restricties

Het kan voorkomen dat sommige funkties op uw toestel niet volledig beschikbaar zijn als gevolg van systeemprogrammering. Raadpleeg uw systeembeheerder of dealer.

Beschrijving van de symbolen

De volgende symbolen tonen u de beschikbare funkties, opmerkingen en bediening van de funkties.

 

 

 

 

 

Deze funktie is niet mogelijk op een

 

 

 

 

 

 

 

Kies een vrije netlijn (één van de

 

 

 

 

 

enkelvoudig toestel.

 

 

 

 

 

 

 

volgende manieren).

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(CO)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

OF

• Druk op de netlijntoets (CO).

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

0

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Kies 0 voor automatische netlijn-

 

 

 

 

 

Zie "Programmering" voor

 

 

 

 

 

 

OF

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

netlijn

toegangscode.

 

 

 

 

 

gerelateerde programmering, indien

8

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

nodig.

 

 

 

 

 

 

groepnr.

• Kies het netlijngroep-

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

toegangsnummer en een

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

netlijngroepnummer.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoorn van de haak (één van de

 

 

 

 

 

 

 

Druk op de Oproepen toets van de

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

volgende manieren).

 

 

 

 

 

 

 

Deurintercom.

 

 

 

 

 

• Neem de hoorn op.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Druk op de HANDEN-VRIJ

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

toets.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Druk op de MONITOR toets.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(Neem de hoorn op om het

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

gesprek te beginnen.)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Druk op de SPREEK toets.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoorn op de haak (één van de

 

 

 

 

 

 

 

Druk kort op de telefoonhaak.

 

 

 

 

 

volgende manieren).

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Leg de hoorn op de haak.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Druk op de HANDEN-VRIJ

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

toets.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Druk op de MONITOR toets.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

• Druk op de CANCEL toets.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Druk op de bijbehorende funktietoets

 

 

 

 

 

 

 

Spreek.

 

 

 

 

 

van het systeemtoestel.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

gewenstenr.

Voer het gewenste nummer in.

 

 

 

 

 

 

 

U zal een In gesprek (Bezet)-,

<Voorbeeld>

 

 

 

 

 

 

 

bevestigings-, kies-, bel of

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

terugbeltoon horen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

kostencode

 

 

 

 

 

 

 

I-toon: In gesprek (Bezet) toon

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Voer de kostencode in.

 

 

 

 

 

 

 

B-toon: Bevestigingstoon

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

K-toon: Kiestoon

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Beltoon: Beltoon

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

T.B.-toon: Terugbeltoon

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

16 Bedieningshandleiding

 

 

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

toestelnr.

Kies het toestelnummer.

extern

 

Kies het externe telefoonnummer.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

tel.nr.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

tel.nr.

Kies het telefoonnummer.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bedieningshandleiding 17

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Wanneer u een Panasonic systeemtoestel gebruikt

Wanneer u een Panasonic systeemtoestel in combinatie gebruikt met een Console, zijn in sommige gevallen de onderstaande handige funkties mogelijk. Voor gebruikers van een HS, zie "Bedieningsinstructies" voor HS. Deze toetsen vereenvoudigen de bediening. De afgebeelde toetsen kunnen afwijken van die op uw toestel.

Vaste funktietoetsen

 

Netlijn (CO):

 

HANDEN-VRIJ:

 

wordt gebruikt voor het beginnen of

SP-PHONE

wordt gebruikt voor handen-vrij bedienen.

(CO)

ontvangen van een extern gesprek

 

 

 

(netlijngesprek). (Toets toewijzing is

 

 

 

vereist.)

 

 

 

Wordt ook gebruikt als funktietoets.

 

 

 

(Toets toewijzing is vereist.)

 

 

 

(Het kan voorkomen dat op sommige

 

 

 

toestellen alleen het "nummer" van de

 

 

 

netlijn [bijv. 1, 2] wordt weergegeven.)

 

 

AUTO DIAL

AUTOMATISCH KIEZEN/OPSLAAN:

 

PAUZE:

wordt gebruikt voor Systeem-/

PAUSE

wordt gebruikt om een pauze in te voegen

 

 

 

 

STORE

Persoonlijk-snelkiezen of om

 

tijdens het opslaan van een

 

programmeerwijzigingen op te slaan.

 

telefoonnummer. Deze toets funktioneert

 

 

 

als PROGRAMMEER toets als uw toestel

 

 

 

geen specifieke PROGRAMMEER toets

 

 

 

heeft.

REDIAL

HERHALEN:

wordt gebruikt om het laatst gekozen nummer opnieuw te kiezen.

MESSAGE

BOODSCHAP:

wordt gebruikt voor het achterlaten van een "Boodschap Wacht" indicatie of om de partij die de boodschap achterliet terug te bellen.

18 Bedieningshandleiding

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

 

INTERCOM:

Soft toetsen:

INTERCOM

om interne gesprekken te voeren of te

wordt gebruikt om het item te selecteren

 

 

ontvangen.

dat onder op het display staat

 

 

weergegeven.

INT’

 

MONITOR:

AUTO ANS

AUTO BEANTWOORD (automatisch

MONITOR

wordt gebruikt voor handen-vrij kiezen. In

beantwoorden)/MICROFOON UIT:

 

 

de handen-vrij modus kunt u de stem van

MUTE

wordt gebruikt voor het beantwoorden

 

de tegenpartij beluisteren.

 

van een intern gesprek in de handen-vrij

 

 

 

modus of om de microfoon uit te

 

 

 

schakelen.

TRANSFER

DOORVERBINDEN:

wordt gebruikt voor het doorverbinden van een gesprek naar een andere partij.

HOLD

WACHTSTAND:

wordt gebuikt om een gesprek in de wachtstand te zetten.

Bedieningshandleiding 19

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

FLASH/

R:

 

CONFERENTIE:

wordt gebruikt om het huidige gesprek te

CONF

wordt gebruikt om een gesprek tussen

RECALL

 

beëindigen en een ander gesprek te

 

meerdere partijen tot stand te brengen.

 

beginnen zonder de hoorn op de haak te

 

 

 

leggen.

 

 

 

Deze toets functioneert ook als CANCEL

 

 

 

toets als de hoorn op de haak ligt.

 

 

 

GESPREK/MICROFOON UIT:

 

Gesprek Doorschakelen (DSN)/Niet

VOICE CALL

wordt gebruikt om automatisch een

FWD/DND

Storen (NS):

 

 

 

MUTE

interne gesprek te beluisteren, maar kan

 

wordt gebruikt om een gesprek door te

 

 

 

 

niet worden gebruikt om handen-vrij te

 

schakelen (DSN) of als men niet wil

 

telefoneren. Schakelt tevens de

 

worden gestoord (NS).

 

microfoon van de hoorn uit tijdens een

 

 

 

gesprek.

 

 

 

PROGRAMMEREN:

ANSWER

ANTWOORD:

PROGRAM

wordt gebruikt voor het activeren en

wordt gebruikt voor het beantwoorden

 

 

 

verlaten van de programmeermodus.

 

van een inkomend gesprek.

PROG.

20 Bedieningshandleiding

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

RELEASE

VRIJGEVEN:

Navigatietoets/Jog Dial/Volume toets:

wordt gebruikt om de verbinding te

wordt gebruikt voor het afstellen van het

 

 

verbreken.

volume en het displaycontrast of om de

 

 

gewenste instelling te kiezen.

VOL

 

Programmeerbare Funktie (PF):

 

MODE:

 

bevindt zich boven de netlijntoetsen of op

MODE

wordt gebruikt voor toegang tot

(PF)

de DSS Console. Wijst de gewenste toets

 

verschillende funkties via het display.

 

 

 

toe en wordt gebruikt voor toegang tot de

 

 

 

opgeslagen funktie. Wordt meestal

 

 

 

gebruikt als Snelkiezen-toets. (Op

 

 

 

sommige toestellen wordt alleen "F" en

 

 

 

een nummer weergegeven.)

 

 

 

SELECT:

 

SHIFT:

SELECT

wordt gebruikt om het weergegeven item

SHIFT

wordt gebruikt om te wisselen tussen de

 

te selecteren of om het weergegeven

 

funkties van de Soft toetsen op het

 

telefoonnummer te bellen.

 

display.

ENTER:

CANCEL:

wordt gebruikt om het geselecteerde item

wordt gebruikt om het geselecteerde item

te bevestigen.

te annuleren.

Aangepaste toetsen

Als een term tussen haakjes staat-zoals (Kosten)-betekent dit dat een flexibele toets is aangewezen als "Kosten" toets. Voor aanpassen, zie "3.1.3 Aanpassen van de toetsen".

Toetsen

Funktie

hiermee wordt een vrije netlijn gekozen voor uitgaande netlijn gesprekken. Lusnetlijn (Loop-CO) Inkomende netlijn gesprekken van willekeurige netlijnen arriveren via deze

toets.

Bedieningshandleiding 21

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Toetsen

Funktie

 

 

 

hiermee wordt een vrije netlijn gekozen in een specifieke netlijngroep om

Groepnetlijn (G-CO)

externe nummers te bellen.

Inkomende netlijn gesprekken komen via deze toets binnen op de toestellen

 

 

van de toegwezen netlijngroep.

 

 

Enkelvoudige netlijn (Single-

hiermee wordt een bepaalde netlijn gekozen voor uitgaande of inkomende

CO)

netlijn gesprekken.

 

 

Directe Station Selectie (DSS)

wordt gebruikt om een toestel te bellen via een snelkiestoets.

De toets kan ook worden veranderd in een andere funktietoets.

 

 

Snelkiezen

wordt gebruikt voor toegang tot een gewenste partij of systeemfunktie via een

snelkiestoets.

 

 

 

Inkomende

wordt gebruikt voor toegang tot een bepaalde inkomende

gespreksverdelinggroep (ICD

gespreksverdelinggroep voor het beginnen of ontvangen van gesprekken.

groep)

 

 

 

Boodschap

wordt gebruikt voor het achterlaten van een "Boodschap Wacht" indicatie of

om de partij die de boodschap achterliet terug te bellen.

 

 

 

Boodschap voor ander toestel

dient als Boodschap toets voor een ander toestel.

 

 

Gesprek Doorschakelen

wordt gebruikt voor het doorschakelen van alle gesprekken naar een bepaalde

(DSN)/Niet Storen (NS)—

bestemming of om ze te weigeren.

Beide gesprekken

 

 

 

DSN/NS—Netlijn gesprekken

wordt gebruikt voor het doorschakelen van netlijn gesprekken naar een

bepaalde bestemming of om ze te weigeren.

 

 

 

DSN/NS—Interne gesprekken

wordt gebruikt voor het doorschakelen van interne gesprekken naar een

 

bepaalde bestemming of om ze te weigeren.

 

 

Groep DSN—Beide

wordt gebruikt om alle gesprekken, bedoeld voor uw groep, door te schakelen

gesprekken

naar een bepaalde bestemming.

 

 

Groep DSN—Netlijn

wordt gebruikt om netlijn gesprekken, bedoeld voor uw groep, door te

gesprekken

schakelen naar een bepaalde bestemming.

 

 

Groep DSN—Interne

wordt gebruikt om interne gesprekken, bedoeld voor uw groep, door te

gesprekken

schakelen naar een bepaalde bestemming.

 

 

Kosten

wordt gebruikt voor het invoeren van een kostencode.

 

 

Conferentie

wordt gebruikt om een gesprek tussen meerdere partijen tot stand te brengen.

 

 

Gesprek beëindigen

wordt gebruikt om het huidige gesprek te beëindigen en een ander gesprek te

beginnen zonder de hoorn op de haak te leggen.

 

 

 

Externe Funktie Toegang

wordt gebruikt voor toegang tot speciale funkties van een Hoofd-PBX of

(EFT)

telefoonmaatschappij.

 

 

Kosten referentie

wordt gebruikt om de totale gesprekskosten voor uw eigen toestel te

controleren.

 

 

 

Gesprek Parkeren

wordt gebruikt om een gesprek in een vooraf ingestelde parkeerzone te

parkeren of terug te halen.

 

 

 

Gesprek Parkeren

wordt gebruikt om een gesprek automatisch in een vrije parkeerzone te

(Automatische parkeerzone)

plaatsen.

 

 

Gesprekslog

wordt gebruikt voor informatieweergave van inkomende gesprekken.

 

 

22 Bedieningshandleiding

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Toetsen

Funktie

 

 

 

 

 

 

Gesprekslog voor ICD groep

wordt gebruikt voor verkrijgen van een Gesprekslog toets voor een inkomende

 

 

gespreksverdelinggroep.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Inloggen/Uitloggen

wordt gebruikt om te wisselen tussen de inloggenen uitloggen-modus.

 

 

 

 

 

 

Inloggen/Uitloggen van een

wordt gebruikt voor verkrijgen van een Inloggen/Uitloggen toets voor een

 

 

specifieke groep

andere groep van inkomende gespreksverdeling.

 

 

 

 

 

 

Inloggen/Uitloggen van alle

wordt gebruikt voor verkrijgen van een Inloggen/Uitloggen toets voor alle

 

 

groepen

groepen.

 

 

 

 

 

 

Hurry-up

wordt gebruikt om het oudste gesprek in de wachtrij - van een inkomende

 

 

gespreksverdelinggroep - door te verbinden als de wachtrij overbezet raakt.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Afwikkeltijd

wordt gebruikt voor het omschakelen van de afwikkeltijd, "Gereed" en "Niet

 

 

gereed" modus.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Systeem-alarm

wordt gebruikt om een PBX storing te bevestigen. Voor meer details kunt u uw

 

 

dealer raadplegen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tijd service (Dag/Nacht/Lunch/

wordt gebruikt voor het omschakelen van de tijd service.

 

 

Pauze)

 

 

 

Antwoord

wordt gebruikt voor het beantwoorden van een inkomend gesprek.

 

 

 

 

 

 

Vrijgeven

wordt gebruikt om de lijnverbinding te verbreken tijdens of na een gesprek of

 

 

om Gesprek doorverbinden af te sluiten.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Gespreksrestrictie/

wordt gebruikt om het niveau van gespreksrestrictie/gespreksblokkering voor

 

 

Gespreksblokkering

andere toestelgebruikers tijdelijk te veranderen.

 

 

 

 

 

 

ISDN Service

wordt gebruikt voor toegang tot een ISDN service.

 

 

 

 

 

 

Calling Line Identification

wordt gebruikt om te wisselen tussen de CLIP en CLIR services.

 

 

Restriction (CLIR)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Connected Line Identification

wordt gebruikt om te wisselen tussen de COLP en COLR services.

 

 

Restriction (COLR)

 

 

 

 

 

 

 

 

 

ISDN-wachtstand

wordt gebruikt voor het doorverbinden van een gesprek via uw

 

 

telefoonmaatschappij.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Koptelefoon

wordt gebruikt om te spreken via de koptelefoon.

 

 

 

 

 

 

Tijd service-omschakelmodus

wordt gebruikt voor het omschakelen van de tijd service, automatisch of

 

 

(Automatisch/handmatig)

handmatig.

 

 

 

 

 

 

Twee-weg Opname

wordt gebruikt om een gesprek in uw mailbox op te nemen.

 

 

 

 

 

 

Twee-weg Doorverbinden

wordt gebruikt om een gesprek op te nemen in de mailbox van een bepaald

 

 

toestel.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Direct Twee-weg

wordt gebruikt om een gesprek op te nemen in de mailbox van een bepaald

 

 

doorverbinden

toestel via een snelkiestoets.

 

 

 

 

 

 

Directe Gesprekscontrole

wordt gebruikt om een boodschap te beluisteren terwijl de beller deze

 

 

boodschap inspreekt en, indien gewenst, het gesprek te beantwoorden.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Voice Mail Doorverbinden

wordt gebruikt om een gesprek door te verbinden naar de mailbox van een

 

 

bepaald toestel.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Directe Station Selectie via

wordt gebruikt om via een snelkiestoets een toestel te bellen dat is

 

 

Netwerk (DSSN)

aangesloten op andere PBX systemen in het netwerk.

 

 

 

 

 

Bedieningshandleiding 23

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Toetsen

Funktie

CTI

wordt gebruikt om toegang te krijgen tot CTI funkties. Voor meer details kunt u uw dealer raadplegen.

Check-in

wordt gebruikt om van de status van een toestel in een kamer te veranderen van Check-uit naar Check-in.

Check-uit

wordt gebruikt om van de status van een toestel in een kamer te veranderen van Check-in naar Check-uit.

24 Bedieningshandleiding

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Hoe u de stappen moet volgen

Hieronder vindt u een voorbeeld van systeembediening.

Een ander toestel bellen

Opbellen naar een toestel (Intern gesprek)

PT/SLT/HS

toestelnr.

OF

 

(DSS)

 

Hoorn van

Kies het toestelnummer

Spreek.

de haak.

of druk op DSS. .

 

Funktietitel

Bedieningsstappen

De beschrijvingen van de symbolen worden uitgelegd onder "Beschrijving van de symbolen".

• De indicator van de DSS toets geeft de huidige status als volgt weer:

Uit: het toestel is vrij. Voorwaarde Rood brandt: U of een ander toestel gebruikt de lijn.

• Voor opbellen via een directory kunt u "1.11.2 Het gebruik van de directories" raadplegen.

Tips

Voor snelle bediening

Als u sommige interne toestellen vaak moet opbellen, zijn DSS toetsen handig.

Handen-vrij telefoneren

U kunt een intern gesprek voeren en het gesprek in de handen-vrij modus voortzetten als u op de HANDEN-VRIJ toets drukt.

Aanpassen van uw toestel

3.1.2 Instellen via de Programmeermodus—Toewijzing Voorkeurlijn—Uitgaand

De vrije lijn kiezen door de hoorn van de haak te nemen.

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Directe Station Selectie (DSS) toets.

Programmeerverwijzing: de gewenste programmering staat aangegeven.

Bedieningshandleiding 25

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Voorbeeld aansluitschema

Dit diagram geeft een voorbeeld van een aansluitschema.

Privé IP

netwerk

Telefoonmaatschappij

Computer

Hybride IP-PBX

Routeplanner

 

 

 

KX-TDA30

KX-TDA100

KX-TDA200

 

 

 

 

 

 

Computer

Batterijen

 

 

 

 

IP-systeemtoestel

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

(alleen KX-TDA100/

 

 

 

 

 

 

KX-TDA200)

 

 

 

 

Enkelvoudig

 

Computer

Enkelvoudig toestel

 

toestel

Computer

 

 

 

 

(server)

 

 

 

 

 

 

Printer

Fax

 

Digitaal

 

 

 

systeemtoestel

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Computer

Externe sensor/

Draadloze telefoon

Analoog

 

DSS Console

Extern relais

 

 

 

systeemtoestel

 

 

 

 

 

 

 

 

ISDN telefoon

 

 

 

 

Deurintercom & Deuropener

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Digitaal

 

DSS Console

 

 

 

 

systeemtoestel

 

Externe muziekbron

Draagbrare Celstation

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

handset

 

 

 

USB

 

 

 

 

 

 

Intercom/

Versterker

 

 

KX-T7636/

Computer

Luidspreker

 

 

 

 

 

 

KX-T7633

 

 

 

 

 

 

 

 

Voice Processing

 

 

 

 

 

systeem

 

 

 

 

 

 

 

 

KX-T7600 Digitaal

KX-T7600 Digitaal

 

 

 

 

systeemtoestel

systeemtoestel

26 Bedieningshandleiding

1.2 Gesprekken beginnen

1.2Gesprekken beginnen

1.2.1Basisbediening

Een ander toestel bellen

Een externe partij bellen

Opbellen naar een Privé netwerk (TIE lijntoegang)

Een Kostencode gebruiken (Invoer Kostencode)

Een ander toestel bellen

Opbellen naar een toestel (Intern gesprek)

Indien uw telefoon niet automatisch een netlijn kiest

PT/SLT/HS

toestelnr.

OF

 

(DSS)

 

Hoorn van

Kies het toestelnummer

Spreek.

de haak.

of druk op DSS.

 

Indien uw telefoon automatisch een netlijn kiest

PT/HS

Terwijl de hoorn op de haak ligt

INTERCOM

toestelnr.

 

 

Kies het

Druk op INTERCOM.

Hoorn van

toestelnummer.

 

de haak.

PT/HS

Terwijl de hoorn op de haak ligt

(DSS)

Druk op DSS.

Hoorn van

 

de haak.

• De indicator van de DSS toets geeft de huidige status als volgt weer:

Uit: het toestel is vrij.

Rood brandt: U of een ander toestel gebruikt de lijn.

Bedieningshandleiding 27

1.2Gesprekken beginnen

Voor opbellen via een directory kunt u "1.11.2 Het gebruik van de directories" raadplegen.

Voor snelle bediening

Als u sommige interne toestellen vaak moet opbellen, zijn DSS toetsen handig.

Handen-vrij telefoneren

U kunt een intern gesprek voeren en het gesprek in de handen-vrij modus voortzetten als u op de HANDEN-VRIJ toets drukt.

Aanpassen van uw toestel

3.1.2 Instellen via de Programmeermodus—Toewijzing Voorkeurlijn—Uitgaand De vrije lijn kiezen door de hoorn van de haak te nemen.

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Directe Station Selectie (DSS) toets.

Opbellen naar een telefoniste (Telefoniste-gesprek)

U kunt een toestel of groep opbellen, indien toegewezen als "Telefonistetoestel".

PT/SLT/HS

 

9

Hoorn van

Voer in 9.

de haak.

 

• De telefonistecode verschilt afhankelijk van de instelling van het systeem. Voor meer details kunt u uw dealer raadplegen.

Een externe partij bellen

U dient eerst een vrije netlijn te kiezen voordat u een extern telefoonnummer kiest, omdat externe gesprekken via uw PBX tot stand komen.

Selecteer één van de volgende methoden:

Automatisch kiezen van een vrije netlijn (Automatische netlijntoegang)

PT/SLT/HS

Hoorn van de haak.

(Loop-CO)

OF

0

Druk op Loop-CO of voer de automatische netlijn-toegangscode in.

extern tel. nr.

Kies het externe

Spreek.

telefoonnummer.

 

De automatische netlijn-toegangscode is afhankelijk van de PBX. Voor meer details kunt u uw dealer raadplegen.

28 Bedieningshandleiding

1.2 Gesprekken beginnen

Automatisch kiezen van een vrije netlijn in de specifieke netlijngroep (Toegang tot netlijngroep)

PT/SLT/HS

Hoorn van de haak.

(G-CO)

OF

netlijn 8 groepnr.

Druk op G-CO of voer het netlijngroep-toegangsnummer in en daarna het netlijngroepnummer (2 cijfers).

extern tel. nr.

Kies het externe

Spreek.

telefoonnummer.

 

Selecteren van de specifieke netlijn

PT/HS

 

(Single-CO)

extert ntel.nr..

 

 

 

 

Hoorn van

Druk op Single-CO.

Kies het externe

Spreek.

de haak.

 

telefoonnummer.

 

• De indicators van de Single-CO of G-CO toets geven de huidige status als volgt weer:

Uit: De lijn is vrij.

Rood brandt: De lijn is bezet.

Mogelijk geldt er gespreksbeperking voor de specifieke externe partij. Om een gesprek te beginnen, zie "1.2.7 Telefoneren zonder restricties".

Voor bevestiging van het te kiezen nummer, voert u een telefoonnummer in en bevestigt dit op het display en neemt daarna de hoorn van de haak. (Kiezen na intoetsen)

Gesprekskostengegevens

U kunt de totale gesprekskosten controleren door op de Kosten referentie toets te drukken.

Om naar een andere partij te bellen zonder de hoorn van de haak te nemen, drukt u op de R-toets. Hierdoor wordt de netlijn opnieuw gekozen en krijgt u de externe kiestoon te horen. De Gesprek beëindigen toets zal een interne kiestoon laten horen. U kunt het nieuwe telefoonnummer kiezen zonder de hoorn op de haak te leggen/van de haak te nemen.

Handen-vrij telefoneren

U kunt een extern gesprek voeren en het gesprek in de handen-vrij modus voortzetten als u op de HANDEN-VRIJ toets drukt.

Aanpassen van uw toestel

3.1.2 Instellen via de Programmeermodus—Toewijzing Voorkeurlijn—Uitgaand De vrije lijn kiezen door de hoorn van de haak te nemen.

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Lusnetlijn (Loop-CO), Groepnetlijn (G-CO), Enkelvoudige netlijn (Single-CO), Gesprek beëindigen of een Kosten referentie toets.

Bedieningshandleiding 29

1.2 Gesprekken beginnen

Opbellen naar een Privé netwerk (TIE lijntoegang)

Het is mogelijk om te bellen naar toestellen die zijn aangesloten op andere PBX systemen in een Privé netwerk.

Opbellen

PT/SLT/HS

 

7

privé telefoonnr.

 

Hoorn van

Voer in 7.

Kies het privé

Spreek.

de haak.

 

telefoonnummer.

 

Opbellen via een snelkiestoets

PT/HS

(DSSN)

Hoorn van

Druk op DSSN.

Spreek.

de haak.

 

 

Om de status van een ander PBX toestel te controleren nadat u een DSSN toets heeft toegewezen, de hoorn van de haak nemen, op de DSSN toets drukken, en de hoorn weer op de haak leggen.

De indicator van de DSSN toets zal de status als volgt weergeven:

Uit: het toestel is vrij.

Rood brandt: het toestel is bezet.

Aanpassen van uw toestel

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Directe Station Selectie via Netwerk (DSSN) toets.

30 Bedieningshandleiding

Loading...
+ 206 hidden pages