Panasonic KX-TDA30, KX-TDA100, KX-TDA200 User Manual [nl]

0 (0)
Panasonic KX-TDA30, KX-TDA100, KX-TDA200 User Manual

Hybride IP-PBX

Bedieningshandleiding

Model KX-TDA30/KX-TDA100/KX-TDA200

Hartelijk dank voor de aanschaf van de Panasonic KX-TDA30/KX-TDA100/KX-TDA200, Hybride IP-PBX. Lees eerst deze handleiding voordat u dit product in gebruik neemt en bewaar deze handleiding voor toekomstig gebruik.

KX-TDA30/KX-TDA100/KX-TDA200: Versie 1.1

Kenmerkende funkties
Call Centre
Met deze PBX is verdeling van inkomende gesprekken (ICD groep) mogelijk waardoor een groot aantal netlijngesprekken tegelijkertijd kan worden ontvangen. Eén toestel kan gebruikt worden als supervisor en het gebruik van ICD andere toestellen in de groep beheren. groep 01
ICD groep 02

Klanten

Wachtrij-funktie

 

1.8 Gebruik maken van het Call Centre (Blz.112)

Draadloos systeem

Dit PBX systeem ondersteunt optioneel een draagbare handset (HS). Via de PBX kunnen draadloze telefoons samen worden gebruikt met draadloze telefoons.

Appendix (Blz.181)

Eenvoudige bediening

Als u een Panasonic gebruikt dat is voorzien van een Navigatietoets/Jog Dial en display, kunt u daarmee eenvoudig toegang krijgen tot de gewenste funktie. De meeste toestellen laten tevens aan de hand van indicatielampjes zien of een gesprek binnenkomt of een bericht is achtergelaten.

ENTER

Navigatietoets

Jog Dial

Boodschap

 

 

/Belsignaal indicator

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken (Blz.12)

2 Bedieningshandleiding

Voice Mail integratie

U kunt uw gesprekken doorschakelen naar een voice processing systeem, zodat bellers een boodschap kunnen achterlaten in uw mailbox indien u geen gesprekken kunt beantwoorden.

Message

Message

Message

Message

 

Message

Message

 

1.9.3 Als een Voice Processing systeem is aangesloten (Blz.122)

PC Phone/PC Console

Deze PBX ondersteunt funkties van PC Phone/PC Console indien uw computer via een USB-kabel is aangesloten op Panasonic toestellen.

De softwareprogramma’s PC Phone/PC Console bieden geavanceerde mogelijkheden voor de bediening en het beheer van uw PBX.

Computer

Raadpleeg uw dealer

Gespreksgegevens (Gespreksgegevens uitprinten)

Deze centrale kan gespreksinformatie opslaan of afdrukken: datum, tijd, toestelnr., gekozen nr., duur, enz.

Date

Time

Ext • • • • • • •

01/02/02

10:03AM

1230

• • • • • • •

01/02/02

11:07AM

2230

• • • • • • •

Raadpleeg uw dealer

In deze handleiding

wordt systeemtoestel afgekort als "PT".

Een enkelvoudig toestel wordt afgekort als "SLT".

Een draagbare handset (DECT) wordt afgekort als "HS".

Een systeemtoestel met display wordt afgekort als "Display PT". Een digitaal systeemtoestel wordt afgekort als "DPT".

De toegevoegde cijfers/letters van de modelnummers worden weggelaten.

De afbeeldingen van de PBX zijn gebaseerd op de KX-TDA200.

De volgende symbolen worden regelmatig gebruikt.

!! Tips

Voorwaarde

Bedieningshandleiding 3

Belangrijke informatie

WAARSCHUWING

DEZE UNIT MAG UITSLUITEND WORDEN GEINSTALLEERD EN ONDERHOUDEN DOOR GEKWALIFICEERD ONDERHOUDSPERSONEEL.

INDIEN DE INTERNE ONDERDELEN ALS GEVOLG VAN BESCHADIGING TOEGANKELIJK ZIJN, HAAL DAN ONMIDDELLIJK DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT EN BRENG DEZE UNIT TERUG NAAR UW DEALER.

VOORDAT U DE UNIT VERPLAATST, VERWIJDERT U EERST DE TELEFOONAANSLUITING EN PAS DAARNA TREKT U DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT. BIJ HERPLAATSING SLUIT U EERST DE NETKABEL AAN EN PAS DAARNA DE TELEFOONKABEL.

DEZE UNIT IS VOORZIEN VAN EEN GEAARDE STEKKER. UIT VEILIGHEIDSREDENEN MAG DEZE STEKKER ALLEEN WORDEN AANGESLOTEN OP EEN GEAARD STOPCONTACT DAT VOLDOET AAN DE EISEN.

DE NETKABEL DIENT TE WORDEN GEBRUIKT OM DE UNIT GEHEEL SPANNINGSVRIJ TE MAKEN. ZORG DAT HET STOPCONTACT ZICH IN DE BUURT VAN DE APPARATUUR BEVINDT EN EENVOUDIG TOEGANKELIJK IS.

STEL DIT PRODUKT NIET BLOOT AAN REGEN OF VOCHT TER VOORKOMING VAN BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN.

OM DEZE UNIT TE BESCHERMEN TEGEN STATISCHE ELEKTRICITEIT, MAG U DE CONNECTORS VAN DEZE UNIT NIET AANRAKEN.

Veiligheidsinstructies

Wanneer u uw telefoonapparatuur gebruikt, dienen de voorzorgsmaatregelen altijd te worden opgevolgd om brandgevaar, stroomschok en persoonlijk letsel te voorkomen, en houd ook rekening met het volgende:

1.Gebruik dit produkt niet in de buurt van water, bijvoorbeeld bij een badkuip, wasbak, aanrecht of in een vochtige kelder of bij een zwembad.

2.Vermijd het gebruik van een telefoon (andere dan een draadloos model) tijdens onweer. Er bestaat in dat geval een kans op een stroomschok door blikseminslag.

3.Gebruik de telefoon(s) nooit om een gaslek te melden in de buurt van het gaslek.

4.Gebruik alleen een netsnoer en batterijen zoals gespecificeerd in deze handleiding. De batterijen niet in vuur weggooien. Zij kunnen exploderen. Raadpleeg de locale instanties voor het inleveren van batterijen.

4 Bedieningshandleiding

De KX-TDA30E, KX-TDA30NE, KX-TDA30GR, en de KX-TDA30CE zijn ontworpen voor aansluiting op het:

Analogue Public Switched Telephone Network (PSTN) in Europese landen

Pan-European Integrated Services Digital Network (ISDN) via toegang tot ISDN op basistarief

De KX-TDA100E/KX-TDA200E, KX-TDA100NE/KX-TDA200NE, KX-TDA100GR/KX-TDA200GR, en de KX-TDA100CE/KX-TDA200CE zijn ontworpen voor aansluiting op het:

Analogue Public Switched Telephone Network (PSTN) in Europese landen

Pan-European Integrated Services Digital Network (ISDN) via toegang tot ISDN op basistarief

Pan-European Integrated Services Digital Network (ISDN) via toegang tot ISDN op hoogtarief

ONP 2048 kbit/s digitale huur-telefoonlijnen (D2048S)

Wij, Panasonic Communications Co., Ltd./Panasonic Communications Company (U.K.) Ltd., verklaren dat deze apparatuur in overeenstemming is met de essentiële eisen en overige relevante bepalingen van Richtlijn 1999/5/EC.

Indien u een kopie wenst van de originele Verklaring van Overeenstemming van onze producten die gerelateerd zijn aan de R&TTE, kunt u deze verkrijgen via onze website:

http://doc.panasonic-tc.de

Bedieningshandleiding 5

Attentie

Als zich problemen voordoen, koppelt u de unit af van de telefoonlijn. Sluit een toestel rechtstreeks aan op een telefoonaansluiting. Als het toestel goed werkt, mag u de unit pas opnieuw op de telefoonlijn aansluiten als het probleem is verholpen door een gecertificeerd Panasonic dealer. Als het toestel niet goed werkt, bestaat de kans dat het probleem wordt veroorzaakt door het openbare telefoonnet en niet door de unit.

Installeer de unit niet in de buurt van warmtebronnen en apparaten die elektrische ruis genereren zoals fluorescerende lampen, motoren en televisies. Deze bronnen en apparatuur kunnen de werking van de unit verstoren.

Houd deze unit vrij van stof, vocht, hoge temperaturen (meer dan 40 °C) en trillingen, en stel de unit niet bloot aan direct zonlicht.

Steek nooit ijzeren draden, pinnen, enz, in de ventilatieopeningen of andere openingen van deze unit.

Gebruik voor het reinigen van de behuizing geen (was)benzine en dergelijke of schuurmiddelen. Maak het schoon met een zachte doek.

Gebruik uitsluitend een Panasonic hoorn voor gebruik met de KX-TDA30/KX-TDA100/KX- TDA200.

Het serienummer van dit product staat vermeldt op de sticker op de zijkant van de unit. U dient het modelnummer het serienummer van deze unit te noteren in de daartoe bestemde ruimte en de handleiding te bewaren als permanent bewijs van aankoop, wat kan helpen bij de identificatie in geval van diefstal.

MODELNR.:

SERIENR.:

Gegevens aankoop

AANKOOPDATUM

NAAM VAN DEALER

ADRES VAN DEALER

TELEFOONNR. VAN DEALER

6 Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

 

1 Bediening.......................................................................................

11

1.1

Voordat u de toestellen gaat gebruiken ...............................................................

12

1.1.1

Voordat u de toestellen gaat gebruiken ...................................................................

12

1.2

Gesprekken beginnen ...........................................................................................

24

1.2.1

Basisbediening.........................................................................................................

24

1.2.2

Eenvoudig nummers kiezen.....................................................................................

28

1.2.3

Herhalen ..................................................................................................................

32

1.2.4

Als de gekozen lijn bezet is of als er niet wordt opgenomen ...................................

33

1.2.5

Toegang krijgen tot ISDN Service (Toegang tot ISDN Service) ...............................

41

1.2.6

De belmethode wijzigen (Belmethode wisselen—Belsignaal/Stem)........................

42

1.2.7

Telefoneren zonder restricties ..................................................................................

43

1.2.8

NAKIEZEN (Direct Inward System Access [DISA]) .................................................

44

1.2.9Uw telefoon instellen vanaf een ander toestel of via NAKIEZEN (op afstand instellen) .47

1.3

Gesprekken ontvangen .........................................................................................

48

1.3.1

Gesprekken beantwoorden ......................................................................................

48

1.3.2

Handen-vrij beantwoorden (Beantwoorden, Handen-vrij)........................................

49

1.3.3Een gesprek beantwoorden dat binnenkomt op een ander toestel (Gesprek

aannemen)...............................................................................................................

50

1.3.4Een gesprek beantwoorden via een externe luidspreker (Netlijn gesprek

 

beantwoorden via een willekeurig toestel [TAFAS]) .................................................

51

1.3.5

Met behulp van de ANTWOORD/VRIJGEVEN toets ...............................................

52

1.3.6

Identificeren van kwaadwillende bellers (Malicious Call Identification [MCID])........

54

1.4

Tijdens een gesprek ..............................................................................................

55

1.4.1

Een gesprek doorverbinden (Gesprek Doorverbinden) ...........................................

55

1.4.2

Een gesprek in de wachtstand plaatsen ..................................................................

59

1.4.3

Wisselen tussen twee gesprekken (Wisselgesprek) ................................................

63

1.4.4

Beantwoorden van een wachtend gesprek ..............................................................

65

1.4.5

Gesprek tussen meerdere partijen ..........................................................................

69

1.4.6

Microfoon uit ............................................................................................................

77

1.4.7

Anderen met het gesprek laten meeluisteren (Gesprek meeluisteren)....................

78

1.4.8

Het gebruik van de koptelefoon (Koptelefoon-gebruik) ............................................

79

1.5

Voordat u uw bureau verlaat .................................................................................

81

1.5.1

Gesprekken doorschakelen .....................................................................................

81

1.5.2Een Afwezigheidsboodschap laten zien op het display van de beller

 

(Afwezigheidsboodschap)........................................................................................

87

1.5.3

Voorkomen dat andere personen uw toestel gebruiken (Toestelblokkering)............

89

1.6

Een aankondiging beginnen/beantwoorden........................................................

90

1.6.1

Oproepen .................................................................................................................

90

1.6.2

Beantwoorden/Negeren van een Oproep ................................................................

92

1.6.3

Aankondigen en spreken met meerdere partijen (Broadcasting).............................

93

1.7

Een toestel instellen naar uw wensen .................................................................

96

1.7.1

Instellen van het alarm (Herinneringsalarm)............................................................

96

1.7.2

Weigeren van inkomende gesprekken (Niet Storen [NS])........................................

98

1.7.3Een Gesprek Wacht-waarschuwing ontvangen (Gesprek Wacht/Aankondiging

Gesprek wacht tijdens in gesprek [OHCA]/Fluister OHCA) ...................................

100

1.7.4Uw nummer weergeven op de telefoon van de gebelde partij en de beller (Calling/

Connected Line Identification Presentation [CLIP/COLP]) ....................................

101

Bedieningshandleiding 7

1.7.5Voorkomen dat uw nummer wordt weergegeven op de telefoon van de beller

(Connected Line Identification Restriction [COLR]) ..............................................

102

1.7.6Voorkomen dat uw nummer wordt weergegeven op de telefoon van de gebelde partij

(Calling Line Identification Restriction [CLIR]).......................................................

103

1.7.7Voorkomen dat andere personen deelnemen aan uw gesprek (Inbreken op een

 

gesprek-Negeren) .................................................................................................

104

1.7.8

De achtergrond muziek aanzetten (AGM) .............................................................

105

1.7.9

Uw lijn beveiligen tegen indicatietonen (Datalijn-beveiliging) ................................

106

1.7.10

De status van de Tijd service controleren .............................................................

107

1.7.11

Het belsignaal instellen van het parallel aangesloten toestel (Parallel toestel) .....

108

1.7.12

Uw draagbare handset (HS) parallel gebruiken met een bedraad telefoontoestel

 

 

(Parallelle modus van draadloze XDP)..................................................................

109

1.7.13

Funktie-instellingen op uw toestel wissen (Toestelfunktie wissen)........................

110

1.8

Gebruik maken van het Call Centre...................................................................

112

1.8.1

Een Inkomende gespreksverdelinggroep verlaten (Inloggen/Uitloggen, Afwikkeltijd).. 112

1.8.2Opvragen en controleren van de gesprekstatus van een Inkomende

gespreksverdelinggroep (Inkomende gespreksverdelinggroep opvragen)............

115

1.8.3Een wachtend gesprek doorschakelen (Handmatig doorschakelen van

 

wachtstandgesprekken) ........................................................................................

118

1.9

Het gebruik van optionele apparatuur...............................................................

119

1.9.1

Als een Deurintercom/Deuropener is aangesloten ...............................................

119

1.9.2

Als een Hoofd-PBX is aangesloten .......................................................................

121

1.9.3

Als een Voice Processing systeem is aangesloten ...............................................

122

1.10

Op een andere werkplek in het kantoor ............................................................

128

1.10.1

Dezelfde instellingen gebruiken van uw vorige toestel (Meegaand Toestel) .........

128

1.11

Het gebruik van een Display-systeemtoestel ...................................................

129

1.11.1

Het gesprekslog gebruiken....................................................................................

129

1.11.2

Het gebruik van de directories...............................................................................

133

1.11.3

Toegang Systeemfunkties (Systeemfunktie-toegang) ...........................................

140

2 Bediening door de systeembeheerder ......................................

141

2.1

Instelfunkties .......................................................................................................

142

2.1.1

Instellen van een toestel........................................................................................

142

2.1.2

Tijd service modus instellen ..................................................................................

143

2.1.3

Restrictieniveau instellen (Kiestoon doorverbinden) .............................................

145

2.1.4

De externe achtergrondmuziek aanzetten (AGM) .................................................

146

2.1.5

Uitgaande boodschappen opnemen (UGB) ..........................................................

147

3 Uw toestel en het systeem aanpassen ......................................

151

3.1

Aanpassen van uw toestel (Persoonlijke programmering) .............................

152

3.1.1

Aanpassen van uw toestel (Persoonlijke programmering) ....................................

152

3.1.2

Instellen via de Programmeermodus.....................................................................

154

3.1.3

Aanpassen van de toetsen....................................................................................

165

3.2

Programmering door de beheerder ...................................................................

170

3.2.1

Programmeerinformatie.........................................................................................

170

3.2.2

Programmering door de beheerder .......................................................................

171

3.3

Aanpassen van het systeem (Systeemprogrammering) .................................

173

3.3.1

Programmeerinformatie.........................................................................................

173

3.3.2

Systeemprogrammering ........................................................................................

176

4 Appendix ......................................................................................

181

8 Bedieningshandleiding

4.1

Probleemoplossing..............................................................................................

182

4.1.1

Probleemoplossing ................................................................................................

182

4.2

Funktienummertabel............................................................................................

186

4.2.1

Funktienummertabel ..............................................................................................

186

4.3

Wat betekent deze toon?.....................................................................................

195

4.3.1

Wat betekent deze toon? .......................................................................................

195

4.4

Revisie-historie ....................................................................................................

199

4.4.1

KX-TDA100/KX-TDA200 Versie 1.1 .......................................................................

199

4.4.2

KX-TDA30 Versie 1.1 .............................................................................................

200

Index

..................................................................................................

201

Bedieningshandleiding 9

10 Bedieningshandleiding

Hoofdstuk 1

Bediening

Dit hoofdstuk toont u stap voor stap hoe u elke funktie bedient. Lees dit hoofdstuk door om u op de hoogte te stellen van de vele nuttige funkties van deze PBX.

Bedieningshandleiding 11

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

1.1Voordat u de toestellen gaat gebruiken

1.1.1Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Wat voor soort toestellen kunnen worden gebruikt?

U kunt een enkelvoudig toestel (SLT) gebruiken, zoals een pulskies-telefoon, of Panasonic systeemtoestellen (PT), zoals de KX-T7636. U kunt ook een Panasonic draagbare handset (HS) gebruiken zoals de KX-TD7590 or KX-TD7690. De bediening is afhankelijk van het toestel dat u

 

REDIAL

gebruikt. Als u een Panasonic systeemtoestel gebruikt met een speciale funktietoets zoals

en/

of een display (Display PT), kunt u de instrukties voor "eenvoudig programmeren" volgen met behulp van de betreffende toets of met behulp van displayteksten.

Als u een toestel met display (bijv. KX-T7636) gebruikt, kunt u voor de bedieningsfunkties de teksten op het display volgen. Als uw telefoon geen funktietoetsen en/of een display heeft, kunt u de PBX bedienen via het invoeren van een funktienummer. Volg de instrukties die op uw toesteltype van toepassing zijn.

Als u gebruik maakt van een Console, funktioneren de toetsen van de Console zoals de toetsen op het aangesloten systeemtoestel.

• Als u een Panasonic systeemtoestel gebruikt dat geen funktietoetsen heeft, kunt u een nog niet gebruikte flexibele toets als funktietoets programmeren. Zie "3.1.3 Aanpassen van de toetsen".

Registratie voor uw draagbare handset (HS)

U moet uw HS eerst in de PBX registreren (aanmelden) en het toestelnummer vastleggen voordat u het toestel gaat gebruiken. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie over het registreren van de HS.

Funktienummers

Voor bepaalde funkties dient u specifieke funktienummers in te voeren (en een extra parameter, indien nodig).

Er zijn twee soorten funktienummers, te weten:

Flexibel funktienummer

Vast funktienummer

Vaste funktienummers kunnen niet worden gewijzigd. Echter, u kunt de flexibele nummers wijzigen in andere nummers om het gebruik te vereenvoudigen. Raadpleeg uw dealer als u de nummers wilt wijzigen. De in deze handleiding vermelde instelwaarden zijn standaardinstellingen (fabrieksinstelling).

Een flexibel nummer wordt weergegeven als (half gearceerde toets). Gebruik het nieuwe geprogrammeerde nummer als u het funktienummer heeft veranderd. Noteer het nieuwe nummer in de "Funktienummertabel" (Appendix).

12 Bedieningshandleiding

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Opmerking

De standaard waarde van een flexibel funktienummer is afhankelijk van land/gebied. Voor meer details kunt u uw dealer raadplegen.

Als u een enkelvoudig toestel gebruikt dat niet is voorzien van de "" of "#" toetsen;

het is niet mogelijk toegang tot funkties te krijgen waarin "" of "#" in de funktienummers voorkomt.

Toon

U hoort tijdens of na een handeling diverse tonen ter bevestiging. Zie "4.3.1 Wat betekent deze toon?" (Appendix).

Display

In deze handleiding zult u de tekst lezen "het display ...". Dit verwijst naar het display van een Panasonic systeemtoestel. Als u geen Panasonic display-systeemtoestel gebruikt, wordt de tekst niet weergegeven.

Als u wel een Panasonic display-systeemtoestel (Display PT) gebruikt, helpt het display u om de instellingen te controleren. Sommige systeemtoestellen geven u ook eenvoudig toegang tot funkties. Afhankelijk van de bedieningsfunktie wordt een bericht weergegeven. Door naast of onder het display op de bijbehorende toets te drukken, of door op de Navigatietoets te drukken, kunt u toegang krijgen tot de gewenste funktie.

Daarnaast kunt u, afhankelijk van het type display-systeemtoestel, funkties bedienen of opbellen met behulp van de berichten op het display. Zie "1.11 Het gebruik van een Display-systeemtoestel".

Opmerking

De meldingen op het display worden in deze handleiding in het Engels weergegeven.

Uw toestelnummer

Als u een Panasonic display-systeemtoestel gebruikt of een digitaal draadloos toestel, kunt u op het display uw eigen toestelnummer controleren. Druk, met de hoorn op de haak, op de DOORVERBINDEN toets of de Soft (S1) toets.

Gebruik van een Navigatietoets/Jog Dial/Volume toets

De Navigatietoets kan gebruikt worden voor het afstellen van het displaycontrast en het volume of om gewenste items te zoeken op het display. Druk op de Navigatietoes/Volume toets of draai de Jog Dial in de gewenste richting. Het contrast of het volumeniveau en de onderwerpen zullen als volgt veranderen:

Navigatietoets

Jog Dial

Volume toets

Omhoog

 

 

Omhoog

Links

Rechts

(Niveau neemt toe)

(Niveau neemt toe)

 

 

(Linksom)

(Rechtsom)

 

Links

ENTER

Rechts

 

 

 

 

 

 

Niveau neemt af

Niveau neemt toe

 

Omlaag

 

Omlaag

(Niveau neemt af)

(Niveau neemt af)

 

 

 

Bedieningshandleiding 13

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Voorbeelden

De displays en de afbeeldingen die als voorbeelden zijn gegeven, zijn van een toestel dat is aangesloten op de KX-TDA200.

Restricties

Het kan voorkomen dat sommige funkties op uw toestel niet volledig beschikbaar zijn als gevolg van systeemprogrammering. Raadpleeg uw systeembeheerder of dealer.

Beschrijving van de symbolen

De volgende symbolen tonen u de beschikbare funkties, opmerkingen en bediening van de funkties.

Deze funktie is niet mogelijk op

 

 

 

 

Kies een vrije netlijn (één van de

een enkelvoudig toestel.

 

 

 

 

volgende manieren).

 

 

(CO)

 

 

 

 

OF

• Druk op de netlijntoets (CO).

 

 

 

0

 

 

 

• Kies 0 voor automatische

Zie "Programmering" voor

 

 

 

OF

 

 

 

netlijn

netlijn-toegangscode.

gerelateerde programmering,

8

 

 

 

indien nodig.

 

 

 

groepnr.

• Kies het netlijngroep-

 

 

 

 

 

toegangsnummer en een

 

 

 

 

 

netlijngroepnummer.

 

 

 

 

 

 

Hoorn van de haak (één van de

 

 

 

 

Druk op de Oproepen toets van de

 

 

 

 

volgende manieren).

 

 

 

 

Deurintercom.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Neem de hoorn op.

Druk op de HANDEN-VRIJ toets.

Druk op de MONITOR toets. (Neem de hoorn op om het gesprek te beginnen.)

Druk op de SPREEK toets.

Hoorn op de haak (één van de

Druk kort op de telefoonhaak.

volgende manieren).

 

• Leg de hoorn op de haak.

Druk op de HANDEN-VRIJ toets.

Druk op de MONITOR toets.

Druk op de CANCEL toets.

Druk op de bijbehorende

Spreek.

funktietoets van het

 

systeemtoestel.

 

14 Bedieningshandleiding

 

 

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

gewenste nr.

Voer het gewenste nummer in.

 

 

U zal een In gesprek (Bezet)-,

 

<Voorbeeld>

 

 

bevestigings-, kies-, bel of

 

 

 

 

 

 

 

 

terugbeltoon horen.

 

 

 

 

 

 

 

kostencode

 

 

I-toon: In gesprek (Bezet)

 

 

 

 

 

 

 

Voer de kostencode in.

 

 

toon

 

 

 

 

 

B-toon: Bevestigingstoon

 

 

 

 

 

K-toon: Kiestoon

 

 

 

 

 

Beltoon: Beltoon

 

 

 

 

 

T.B.-toon: Terugbeltoon

 

 

 

 

 

 

 

toestelnr.

Kies het toestelnummer.

extern

 

Kies het externe telefoonnummer.

 

 

 

 

 

 

 

 

tel. nr.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

tel. nr.

Kies het telefoonnummer.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Bedieningshandleiding 15

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Wanneer u een Panasonic systeemtoestel gebruikt

Wanneer u een Panasonic systeemtoestel in combinatie gebruikt met een Console, zijn in sommige gevallen de onderstaande handige funkties mogelijk. Voor gebruikers van een HS, zie "Bedieningsinstructies" voor HS. Deze toetsen vereenvoudigen de bediening. De afgebeelde toetsen kunnen afwijken van die op uw toestel.

Vaste funktietoetsen

 

Netlijn (CO) :

 

HANDEN-VRIJ:

 

wordt gebruikt voor het beginnen of

SP-PHONE

wordt gebruikt voor handen-vrij

(CO)

ontvangen van een extern gesprek

 

bedienen.

 

(netlijngesprek). (Toets toewijzing is

 

 

 

vereist.)

 

 

 

Wordt ook gebruikt als funktietoets.

 

 

 

(Toets toewijzing is vereist.)

 

 

 

(Het kan voorkomen dat op sommige

 

 

 

toestellen alleen het "nummer" van de

 

 

 

netlijn [bijv. 1, 2] wordt weergegeven.)

 

 

AUTO DIAL

AUTOMATISCH KIEZEN/OPSLAAN:

 

PAUZE:

wordt gebruikt voor Systeem-/

PAUSE

wordt gebruikt om een pauze in te

 

 

 

 

STORE

Persoonlijk-snelkiezen of om

 

voegen tijdens het opslaan van een

 

programmeerwijzigingen op te slaan.

 

telefoonnummer. Deze toets

 

 

 

funktioneert als PROGRAMMEER

 

 

 

toets als uw toestel geen specifieke

 

 

 

PROGRAMMEER toets heeft.

REDIAL

HERHALEN:

wordt gebruikt om het laatst gekozen nummer opnieuw te kiezen.

MESSAGE

BOODSCHAP:

wordt gebruikt voor het achterlaten van een "Boodschap Wacht" indicatie of om de partij die de boodschap achterliet terug te bellen.

16 Bedieningshandleiding

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

 

INTERCOM:

Soft toetsen:

INTERCOM

om interne gesprekken te voeren of te

wordt gebruikt om het item te

 

 

ontvangen.

selecteren dat onder op het display

 

 

staat weergegeven.

INT’

 

MONITOR:

AUTO ANS

AUTO BEANTWOORD (automatisch

MONITOR

wordt gebruikt voor handen-vrij kiezen.

beantwoorden)/MICROFOON UIT:

 

 

In de handen-vrij modus kunt u de

MUTE

wordt gebruikt voor het beantwoorden

 

stem van de tegenpartij beluisteren.

 

van een intern gesprek in de handen-

 

 

 

vrij modus of om de microfoon uit te

 

 

 

schakelen.

TRANSFER

DOORVERBINDEN:

wordt gebruikt voor het doorverbinden van een gesprek naar een andere partij.

HOLD

WACHTSTAND:

wordt gebuikt om een gesprek in de wachtstand te zetten.

Bedieningshandleiding 17

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

 

 

FLASH/

R:

 

CONFERENTIE:

wordt gebruikt om het huidige gesprek

CONF

wordt gebruikt om een gesprek tussen

RECALL

 

te beëindigen en een ander gesprek te

 

meerdere partijen tot stand te brengen.

 

beginnen zonder de hoorn op de haak

 

 

 

te leggen.

 

 

 

Deze toets functioneert ook als

 

 

 

CANCEL toets als de hoorn op de

 

 

 

haak ligt.

 

 

 

GESPREK/MICROFOON UIT:

 

Gesprek Doorschakelen (DSN)/Niet

VOICE CALL

wordt gebruikt om automatisch een

FWD/DND

Storen (NS):

MUTE

interne gesprek te beluisteren, maar

 

wordt gebruikt om een gesprek door te

 

kan niet worden gebruikt om handen-

 

schakelen (DSN) of als men niet wil

 

vrij te telefoneren. Schakelt tevens de

 

worden gestoord (NS).

 

microfoon van de hoorn uit tijdens een

 

 

 

gesprek.

 

 

 

PROGRAMMEREN:

ANSWER

ANTWOORD:

PROGRAM

wordt gebruikt voor het activeren en

wordt gebruikt voor het beantwoorden

 

 

 

verlaten van de programmeermodus.

 

van een inkomend gesprek.

PROG.

18 Bedieningshandleiding

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

RELEASE

VRIJGEVEN:

Navigatietoets/Jog Dial/Volume

wordt gebruikt om de verbinding te

toets:

 

 

verbreken.

wordt gebruikt voor het afstellen van

 

 

het volume en het displaycontrast of

 

 

om de gewenste instelling te kiezen.

VOL

 

Programmeerbare Funktie (PF):

 

MODE:

 

bevindt zich boven de netlijntoetsen of

MODE

wordt gebruikt voor toegang tot

(PF)

op de DSS Console. Wijst de gewenste

 

verschillende funkties via het display.

 

 

 

toets toe en wordt gebruikt voor

 

 

 

toegang tot de opgeslagen funktie.

 

 

 

Wordt meestal gebruikt als

 

 

 

Snelkiezen-toets. (Op sommige

 

 

 

toestellen wordt alleen "F" en een

 

 

 

nummer weergegeven.)

 

 

 

SELECT:

 

SHIFT:

SELECT

wordt gebruikt om het weergegeven

SHIFT

wordt gebruikt om te alterneren tussen

 

item te selecteren of om het

 

de funkties van de Soft toetsen op het

 

weergegeven telefoonnummer te

 

display.

 

bellen.

 

 

ENTER:

CANCEL:

wordt gebruikt om het geselecteerde

wordt gebruikt om het geselecteerde

item te bevestigen.

item te annuleren.

Aangepaste toetsen

Als een term tussen haakjes staat-zoals (Kosten)-betekent dit dat een flexibele toets is aangewezen als "Kosten" toets. Voor aanpassen, zie "3.1.3 Aanpassen van de toetsen".

Toetsen

Funktie

hiermee wordt een vrije netlijn gekozen voor uitgaande netlijn

Lusnetlijn (Loop-CO)

gesprekken.

Inkomende netlijn gesprekken van willekeurige netlijnen arriveren via deze toets.

Bedieningshandleiding 19

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Toetsen

Funktie

 

 

 

hiermee wordt een vrije netlijn gekozen in een specifieke netlijngroep om

Groepnetlijn (G-CO)

externe nummers te bellen.

Inkomende netlijn gesprekken komen via deze toets binnen op de

 

 

toestellen van de toegwezen netlijngroep.

 

 

Enkelvoudige netlijn (Single-

hiermee wordt een bepaalde netlijn gekozen voor uitgaande of

CO)

inkomende netlijn gesprekken.

 

 

Directe Station Selectie (DSS)

wordt gebruikt om een toestel te bellen via een snelkiestoets.

De toets kan ook worden veranderd in een andere funktietoets.

 

 

Snelkiezen

wordt gebruikt voor toegang tot een gewenste partij of systeemfunktie via

een snelkiestoets.

 

 

 

Inkomende

wordt gebruikt voor toegang tot een bepaalde inkomende

gespreksverdelinggroep (ICD

gespreksverdelinggroep voor het beginnen of ontvangen van

groep)

gesprekken.

 

 

Boodschap

wordt gebruikt voor het achterlaten van een "Boodschap Wacht" indicatie

of om de partij die de boodschap achterliet terug te bellen.

 

 

 

Boodschap voor ander toestel

dient als Boodschap toets voor een ander toestel.

 

 

Gesprek Doorschakelen

wordt gebruikt voor het doorschakelen van alle gesprekken naar een

(DSN)/Niet Storen (NS)—

bepaalde bestemming of om ze te weigeren.

Beide gesprekken

 

 

 

DSN/NS—Netlijn gesprekken

wordt gebruikt voor het doorschakelen van netlijn gesprekken naar een

bepaalde bestemming of om ze te weigeren.

 

 

 

DSN/NS—Interne gesprekken

wordt gebruikt voor het doorschakelen van interne gesprekken naar een

bepaalde bestemming of om ze te weigeren.

 

 

 

Groep DSN—Beide

wordt gebruikt om alle gesprekken, bedoeld voor uw groep, door te

gesprekken

schakelen naar een bepaalde bestemming.

 

 

Groep DSN—Netlijn

wordt gebruikt om netlijn gesprekken, bedoeld voor uw groep, door te

gesprekken

schakelen naar een bepaalde bestemming.

 

 

Groep DSN—Interne

wordt gebruikt om interne gesprekken, bedoeld voor uw groep, door te

gesprekken

schakelen naar een bepaalde bestemming.

 

 

Kosten

wordt gebruikt voor het invoeren van een kostencode.

 

 

Conferentie

wordt gebruikt om een gesprek tussen meerdere partijen tot stand te

brengen.

 

 

 

Gesprek beëindigen

wordt gebruikt om het huidige gesprek te beëindigen en een ander

gesprek te beginnen zonder de hoorn op de haak te leggen.

 

 

 

Externe Funktie Toegang

wordt gebruikt voor toegang tot speciale funkties van een Hoofd-PBX of

(EFT)

telefoonmaatschappij.

 

 

Kosten referentie

wordt gebruikt om de totale gesprekskosten voor uw eigen toestel te

controleren.

 

 

 

Gesprek Parkeren

wordt gebruikt om een gesprek in een vooraf ingestelde parkeerzone te

parkeren of terug te halen.

 

 

 

Gesprek Parkeren

wordt gebruikt om een gesprek automatisch in een vrije parkeerzone te

(Automatische parkeerzone)

plaatsen.

 

 

20 Bedieningshandleiding

 

 

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

 

 

 

 

 

 

 

 

Toetsen

Funktie

 

 

 

 

Gesprekslog

wordt gebruikt voor informatieweergave van inkomende gesprekken.

 

 

 

 

Gesprekslog voor ICD groep

wordt gebruikt voor verkrijgen van een Gesprekslog toets voor een

 

inkomende gespreksverdelinggroep.

 

 

 

 

 

 

Inloggen/Uitloggen

wordt gebruikt om te wisselen tussen de inloggenen uitloggen-modus.

 

 

 

 

Inloggen/Uitloggen van een

wordt gebruikt voor verkrijgen van een Inloggen/Uitloggen toets voor een

 

specifieke groep

andere groep van inkomende gespreksverdeling.

 

 

 

 

Inloggen/Uitloggen van alle

wordt gebruikt voor verkrijgen van een Inloggen/Uitloggen toets voor alle

 

groepen

groepen.

 

 

 

 

 

wordt gebruikt om het oudste gesprek in de wachtrij - van een inkomende

 

Hurry-up

gespreksverdelinggroep - door te verbinden als de wachtrij overbezet

 

 

raakt.

 

 

 

 

Afwikkeltijd

wordt gebruikt voor het omschakelen van de afwikkeltijd, "Gereed" en

 

"Niet gereed" modus.

 

 

 

 

 

 

Systeem-alarm

wordt gebruikt om een PBX storing te bevestigen. Voor meer details kunt

 

u uw dealer raadplegen.

 

 

 

 

 

 

Tijd service (Dag/Nacht/Lunch/

wordt gebruikt voor het omschakelen van de tijd service.

 

Pauze)

 

 

 

Antwoord

wordt gebruikt voor het beantwoorden van een inkomend gesprek.

 

 

 

 

Vrijgeven

wordt gebruikt om de lijnverbinding te verbreken tijdens of na een

 

gesprek of om Gesprek doorverbinden af te sluiten.

 

 

 

 

 

 

Gespreksrestrictie/

wordt gebruikt om het niveau van gespreksrestrictie/gespreksblokkering

 

Gespreksblokkering

voor andere toestelgebruikers tijdelijk te veranderen.

 

 

 

 

ISDN Service

wordt gebruikt voor toegang tot een ISDN service.

 

 

 

 

 

Calling Line Identification

wordt gebruikt om te wisselen tussen de CLIP en CLIR services.

 

Restriction (CLIR)

 

 

 

 

 

 

 

 

Connected Line Identification

wordt gebruikt om te wisselen tussen de COLP en COLR services.

 

Restriction (COLR)

 

 

 

 

 

 

 

ISDN-Wachtstand

wordt gebruikt voor het doorverbinden van een gesprek via uw

 

telefoonmaatschappij.

 

 

 

 

 

 

Koptelefoon

wordt gebruikt om te spreken via de koptelefoon.

 

 

 

 

Tijd service-omschakelmodus

wordt gebruikt voor het omschakelen van de tijd service, automatisch of

 

(Automatisch/handmatig)

handmatig.

 

 

 

 

Twee-weg Opname

wordt gebruikt om een gesprek in uw mailbox op te nemen.

 

 

 

 

Twee-weg Doorverbinden

wordt gebruikt om een gesprek op te nemen in de mailbox van een

 

bepaald toestel.

 

 

 

 

 

 

Direct Twee-weg

wordt gebruikt om een gesprek of te nemen in de mailbox van een

 

doorverbinden

bepaald toestel via een snelkiestoets.

 

 

 

 

Gesprekscontrole

wordt gebruikt om een boodschap te beluisteren terwijl de beller deze

 

boodschap inspreekt en, indien gewenst, het gesprek te beantwoorden.

 

 

 

 

 

 

Voice Mail Doorverbinden

wordt gebruikt om een gesprek door te verbinden naar de mailbox van

 

een bepaald toestel.

 

 

 

 

 

 

Bedieningshandleiding 21

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Hoe u de stappen moet volgen

Hieronder vindt u een voorbeeld van systeembediening.

Een ander toestel bellen

Naar een ander toestel (Intern gesprek)

PT/SLT/HS

toestelnr.

OF

 

(DSS)

 

Hoorn van

Kies het toestelnummer

Spreek.

de haak.

of druk op DSS. .

 

Funktietitel

Bedieningsstappen

De beschrijvingen van de symbolen worden uitgelegd onder "Beschrijving van de symbolen".

• De indicator van de DSS toets geeft de huidige status als volgt weer:

Uit: Toestel is vrij. Voorwaarde Rood brandt: U of een ander toestel gebruikt de lijn.

• Voor opbellen via een directory kunt u "1.11.2 Het gebruik van de directories" raadplegen.

Tips

Voor snelle bediening

Als u sommige interne toestellen vaak moet opbellen, zijn DSS toetsen handig.

Aanpassen van uw toestel

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Directe Station Selectie (DSS) toets.

Programmeerverwijzing: de aanverwarte gewenste programmering staat aangegeven.

22 Bedieningshandleiding

1.1 Voordat u de toestellen gaat gebruiken

Voorbeeld van aansluiten

Dit diagram geeft een voorbeeld van aansluiten.

Privé IP

netwerk

Telefoonmaatschappij

Computer

 

Hybride IP-PBX

Routeplanner

 

 

KX-TDA30

KX-TDA100

KX-TDA200

Computer

Batterijen

Computer

Printer

Deurintercom & Deuropener

Externe muziekbron

Intercom/ Versterker

Luidspreker

 

 

Computer

 

 

(server)

 

Enkelvoudig

Computer

 

toestel

Enkelvoudig toestel

 

 

 

Fax

Digitaal

Computer

systeemtoestel

 

Draadloze telefoon

Analoog

DSS Console

 

 

systeemtoestel

 

ISDN telefoon

 

 

 

Digitaal

DSS Console

 

systeemtoestel

 

Draagbrare Celstation

 

 

handset

 

USB

 

KX-T7636/

Computer

 

KX-T7633

 

Voice Processing

 

 

systeem

 

 

KX-T7600 Digitaal

KX-T7600 Digitaal

systeemtoestel

systeemtoestel

Bedieningshandleiding 23

1.2 Gesprekken beginnen

1.2Gesprekken beginnen

1.2.1Basisbediening

Een ander toestel bellen

Een externe partij bellen

Opbellen naar een Privé netwerk (TIE lijntoegang)

Een Kostencode gebruiken (Invoer Kostencode)

Een ander toestel bellen

Naar een ander toestel (Intern gesprek)

PT/SLT/HS

toestelnr.

 

OF

 

 

(DSS)

 

Hoorn van

Kies het toestelnummer

Spreek.

de haak.

of druk op DSS.

 

• De indicator van de DSS toets geeft de huidige status als volgt weer:

Uit: Toestel is vrij.

Rood brandt: U of een ander toestel gebruikt de lijn.

Voor opbellen via een directory kunt u "1.11.2 Het gebruik van de directories" raadplegen.

Voor snelle bediening

Als u sommige interne toestellen vaak moet opbellen, zijn DSS toetsen handig.

Aanpassen van uw toestel

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Directe Station Selectie (DSS) toets.

24 Bedieningshandleiding

1.2 Gesprekken beginnen

Naar een telefoniste (Telefoniste-gesprek)

U kunt een toestel of groep opbellen, indien toegewezen als "Telefonistetoestel".

PT/SLT/HS

 

9

Hoorn van

Voer in 9.

de haak.

 

• De telefonistecode verschilt afhankelijk van het land/gebied. Voor meer details kunt u uw dealer raadplegen.

Een externe partij bellen

U dient eerst een vrije netlijn te kiezen voordat u een extern telefoonnummer kiest, omdat externe gesprekken via uw PBX tot stand komen.

Selecteer één van de volgende methoden:

Automatisch kiezen van een vrije netlijn (Automatische netlijntoegang)

PT/SLT/HS

Hoorn van de haak.

(Loop-CO)

OF

0

Druk op Loop-CO of voer de automatische netlijn-toegangscode in.

extern tel. nr.

Kies het externe

Spreek.

telefoonnummer.

 

• De automatische netlijn-toegangscode is afhankelijk van de PBX. Voor meer details kunt u uw dealer raadplegen.

Automatisch kiezen van een vrije netlijn in de specifieke netlijngroep (Toegang tot netlijngroep)

PT/SLT/HS

Hoorn van de haak.

(G-CO)

OF

netlijn 8 groepnr.

Druk op G-CO of voer het netlijngroep-toegangsnummer in en daarna het netlijngroepnummer (2 cijfers).

extern tel. nr.

Kies het externe

Spreek.

telefoonnummer.

 

Bedieningshandleiding 25

1.2 Gesprekken beginnen

Selecteren van de specifieke netlijn

PT/HS

 

(Single-CO)

extern teltl.nr..

 

 

 

 

Hoorn van

Druk op Single-CO.

Kies het externe

Spreek.

de haak.

 

telefoonnummer.

 

• De indicators van de Single-CO of G-CO toets geeft de huidige status als volgt weer:

Uit: De lijn is vrij.

Rood brandt: De lijn is bezet.

Mogelijk geldt er gespreksbeperking voor de specifieke externe partij. Om een gesprek te beginnen, zie "1.2.7 Telefoneren zonder restricties".

Voor bevestigen van het te kiezen nummer, voert u een telefoonnummer in en bevestigt dit op het display en neemt daarna de hoorn van de haak. (Kiezen na intoetsen)

Gesprekskostengegevens

U kunt de totale gesprekskosten controleren door op de Kosten referentie toets te drukken.

Om naar een andere partij te bellen zonder de hoorn van de haak te nemen, drukt u op de R toets. Hierdoor wordt de netlijn opnieuw gekozen en krijgt u de externe kiestoon te horen. De Gesprek beëindigen toets zal een interne kiestoon laten horen. U kunt het nieuwe telefoonnummer kiezen zonder de hoorn op de haak te leggen/van de haak te nemen.

Aanpassen van uw toestel

3.1.2 Instellen via de Programmeermodus–Toewijzing Voorkeurlijn—Uitgaand De vrije lijn kiezen door de hoorn van de haak te nemen.

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Lusnetlijn (Loop-CO), Groepnetlijn (G-CO), Enkelvoudige netlijn (Single-CO), Gesprek beëindigen of een Kosten referentie toets.

Opbellen naar een Privé netwerk (TIE lijntoegang)

Indien uw PBX is aangesloten op een Privé netwerk, kan uw toestel er toegang tot krijgen.

Opbellen

PT/SLT/HS

 

7

privé telefoonnr.

 

Hoorn van

Voer in 7.

Kies het privé

Spreek.

de haak.

 

telefoonnummer.

 

26 Bedieningshandleiding

1.2 Gesprekken beginnen

Een Kostencode gebruiken (Invoer Kostencode)

U kunt een specifieke Kostencode toewijzen aan toestelgebruikers en hun telefoongebruik controleren. U kunt aan klanten een specifieke Kostencode toekennen om de gespreksduur te controleren.

PT/SLT/HS

 

(Kosten)

 

 

 

 

OF

 

kostencode

K-toon

 

4

9

 

 

 

 

Hoorn van

Druk op Kosten of

Voer de kostencode

Voer in #.

de haak.

voer in 49.

 

in (max. 10 cijfers).

 

extern tel. nr.

Kies het externe telefoonnummer.

Kies een vrije netlijn voordat u een extern telefoonnummer invoert.

Een gebruiker van een Panasonic systeemtoestel kan een Kostencode invoeren zowel tijdens een gesprek als wanneer de herkiestoon klinkt nadat de tegenpartij het gesprek heeft beëindigd.

Kostencodes mogen de cijfers "0" tot en met "9" gebruiken.

Als u de verkeerde code intoetst, druk dan op de "" toets en voer de Kostencode opnieuw in.

Het kan voorkomen dat u zonder Kostencode geen netlijn gesprekken kunt beginnen. Elk toestel is toegewezen aan een klasse. Informeer bij uw systeembeheerder aan welke klasse uw toestel is toegewezen.

Voor uw gemak kunt u de Kostencode samen met het telefoonnummer opslaan (bijv. als Verkort kiesnummer).

Aanpassen van uw toestel

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Kosten toets.

Bedieningshandleiding 27

1.2 Gesprekken beginnen

1.2.2Eenvoudig nummers kiezen

Telefoonnummers die u vaak belt kunt u op een eenvoudige wijze kiezen.

Met een Snelkies toets (Snelkiezen)

Via nummers die zijn opgeslagen in het toestelgeheugen (Persoonlijk-verkort kiezen)

Via nummers die zijn opgeslagen in de PBX (Systeem-verkort kiezen)

Naar een voorgeprogrammeerd nummer door de hoorn van de haak op te nemen (Automatisch kiezen [Hot Line])

Via een voorgeprogrammeerd nummer (Direct kiezen)

Met een Snelkies toets (Snelkiezen)

U kunt een telefoonnummer als Snelkiesnummer opslaan in de flexibele toets.

PT/HS

 

(Snelkiezen)

Hoorn van

Druk op Snelkiezen.

de haak.

 

Aanpassen van uw toestel

3.1.3 Aanpassen van de toetsen

Maken of wijzigen van een Snelkiezen toets, opslaan van het gewenste telefoonnummer of funktienummer.

28 Bedieningshandleiding

1.2 Gesprekken beginnen

Via nummers die zijn opgeslagen in het toestelgeheugen (Persoonlijk-verkort kiezen)

Voor persoonlijk gebruik kunt u nummers in het toestelgeheugen opslaan. (Standaard: 10 nummers, 00-09)

Een telefoonnummer opslaan

PT/SLT

 

3

0

Hoorn van

Voer in

30.

de haak.

 

 

persoonlijk-

gewenste

 

verkort kiesnr.

tel. nr.

B-toon

 

 

Voer het persoonlijk-

Voer het gewenste

 

verkort kiesnummer

telefoonnummer Voer in #.

in (2 cijfers).

in (max. 32 cijfers).

 

Voer de netlijn-toegangscode in voordat u een extern telefonnummer kiest.

Hoorn op de haak.

Kiezen

PT/SLT

AUTO DIAL

 

 

STORE

 

persoonlijk-

 

 

 

verkort-kiesnr.

 

 

OF

 

Hoorn van

Druk op

 

Voer in .

Voer het persoonlijk-

de haak.

AUTOMATISCH KIEZEN

 

verkort kiesnummer

 

of voer in

.

 

in (2 cijfers).

Voor opbellen via een directory kunt u "1.11.2 Het gebruik van de directories" raadplegen.

Via nummers die zijn opgeslagen in de PBX (Systeem-verkort kiezen)

U kunt opbellen via verkorte kiesnummers die zijn opgeslagen in de PBX.

PT/SLT/HS

AUTO DIAL

 

STORE

 

systeem-verkort

 

OF

 

kiesnr.

Hoorn van

Druk op

 

Voer het systeem-verkort

de haak.

AUTOMATISCH KIEZEN

kiesnummer in (3 cijfers).

 

of voer in

.

 

Bedieningshandleiding 29

1.2Gesprekken beginnen

Voor opbellen via een directory kunt u "1.11.2 Het gebruik van de directories" raadplegen.

Naar een voorgeprogrammeerd nummer door de hoorn van de haak op te nemen (Automatisch kiezen [Hot Line])

Indien u van te voren een extern telefoonnummer heeft geprogrammeerd, kunt u dit nummer kiezen door simpelweg de hoorn van de haak te nemen.

Een telefoonnummer opslaan

PT/SLT/HS

 

7

4

0

2

gewenste

 

 

 

tel. nr.

 

B-toon

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hoorn van

Voer in

740.

 

Voer in 2.

Voer het gewenste

Voer in #.

Hoorn op

de haak.

 

 

 

 

telefoonnummer

 

de haak.

 

 

 

 

 

in (max. 32 cijfers).

 

 

Voer de netlijn-toegangscode in voordat u een extern telefonnummer kiest.

Instellen/annuleren

PT/SLT/HS

 

 

 

 

7

4

0

Hoorn van

Voer in

740.

 

de haak.

 

 

 

1

Instellen

 

OF

 

 

0

Annuleren

B-toon

Voer in 1 voor instellen of 0 voor annuleren.

Hoorn op de haak.

Kiezen

PT/SLT/HS

Hoorn van de haak.

30 Bedieningshandleiding

Loading...
+ 176 hidden pages