Gebruiksaanwijzing
nl
258 949 (8703)
9000
nl |
Inhoud |
|
|
|
Veiligheidsvoorschriften . . . . . . . . |
4 |
Afwassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . |
16 |
|
Kennismaking met het apparaat . |
6 |
Extra functies * . . . . . . . . . . . . . . . . |
17 |
|
Wateronthardingsinstallatie . . . . . |
7 |
Schoonmaken en onderhoud . . . . |
18 |
|
Vul onthardingszout . . . . . . . . . . . . |
8 |
Opsporing van storingen . . . . . . . . |
20 |
|
Vullen met glansspoelmiddel . . . . |
9 |
Inschakelen van de Servicedienst |
23 |
|
Serviesgoed . . . . . . . . . . . . . . . . . . |
10 |
Aanwijzingen . . . . . . . . . . . . . . . . . |
24 |
|
Afwasmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . . |
12 |
Installatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . |
24 |
|
auto 3in1 |
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . |
13 |
Afvoeren van de verpakking |
|
Programma-overzicht . . . . . . . . . . |
15 |
en van uw oude apparaat . . . . . . . |
26 |
nl
Veiligheidsvoorschriften
Bij aflevering
Controleer onmiddellijk of de verpakking en de afwasautomaat tijdens het transport beschadigd zijn. Een beschadigd apparaat niet in gebruik nemen maar contact opnemen met uw leverancier.
Het verpakkingsmateriaal volgens de bestaande milieuvoorschriften (laten) afvoeren.
Bij de installatie
Het apparaat volgens het installatieen montagevoorschrift plaatsen en aansluiten.
Tijdens het installeren mag de afwasautomaat niet op het lichtnet zijn aangesloten.
Overtuig u ervan dat het aardingssysteem van de elektrische huisinstallatie volgens de geldende elektrotechnische voorschriften is geïnstalleerd.
De elektrische aansluitvoorwaarden moeten overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje van de afwasautomaat.
Als de afwasautomaat in een hoge kast moet worden ingebouwd, dan moet hij volgens de voorschriften en bovendien aan de achterwand bevestigd worden. Voor een goede stabiliteit van het apparaat mogen integreerbare of onderbouwapparaten alleen onder een doorlopend werkblad worden ingebouwd dat aan de kasten ernaast is vastgeschroefd.
Na het plaatsen van het apparaat moet de stekker gemakkelijk te bereiken zijn. Niet bij alle modellen:
Het kunststof huis aan de wateraansluiting bevat een elektrisch ventiel. In de toevoerslang bevinden zich de aansluitingsleidingen. De slang niet doorsnijden en het kunststof huis niet in water onderdompelen.
Waarschuwig
Als het toestel niet in een nis staat en daardoor een zijwand toegankelijk is, dan moeten de deurscharnieren om veiligheidsredenen bedekt worden (gevaar voor verwondingen).
De afdekkingen krijgt u als extra toebehoren bij de klantendienst of uw dealer.
Dagelijks gebruik
Attentie
Messen en andere voorwerpen met scherpe punten met de punten naar beneden in de bestekkorf zetten of plat in de servieskorf leggen.
De afwasautomaat alleen in het huishouden gebruiken en alleen voor het aangegeven doel: het afwassen van huishoudelijk serviesgoed.
Niet op de geopende deur gaan zitten of staan. Het apparaat kan kantelen.
Bij vrijstaande apparaten erop letten dat het apparaat naar voren kan kiepen bij te vol geladen servieskorven.
Het water in de spoelruimte is geen drinkwater.
Doe geen oplosmiddel in de spoelruimte. Kans op explosie.
Tijdens het programmaverloop de deur alleen heel voorzichtig openen. Er kan namelijk heet water uit het apparaat spuiten.
Om verwondingen bijv. door struikelen te voorkomen: de afwasautomaat tijdens het inen uitladen zo kort mogelijk openen.
Let op de veiligheidsvoorschriften resp. de aanwijzingen bij het gebruik op
de verpakkingen van het afwasen glansspoelmiddel.
4
Bij kinderen in het huishouden
Maak gebruik ± indien aanwezig ± van de kinderbeveiliging. Een nauwkeurige beschrijving vindt u achter in de omslag.
Laat kinderen nooit met het apparaat spelen of het bedienen.
Kinderen uit de buurt van afwasmiddel en glansspoelmiddel houden. Deze kunnen irritaties in mond, keel en ogen veroorzaken of tot verstikking leiden.
Kinderen uit de buurt van de geopende afwasautomaat houden. Er kunnen nog resten afwasmiddel in het apparaat zijn achtergebleven.
Bij een hoog ingebouwd apparaat bij het openen en sluiten van de deur erop letten dat kinderen zich niet tussen de deur van het apparaat en de kastdeur eronder wringen en/of bekneld raken.
Bij schade
Reparaties en ingrepen mogen alleen door een vakkundig monteur worden uitgevoerd. Hierbij mag het apparaat niet op het lichtnet zijn aangesloten. Stekker uit het stopcontact trekken (alleen aan de stekker trekken, niet aan de aansluitkabel) resp. de zekering uitschakelen of losdraaien. Kraan dichtdraaien.
nl
Bij het afvoeren van het apparaat
Het afgedankte apparaat onmiddellijk onbruikbaar maken om eventuele ongelukken te voorkomen.
Het apparaat op een milieuvriendelijke wijze (laten) afvoeren.
Waarschuwig
Kinderen kunnen in het toestel ingesloten raken (verstikkingsgevaar) of in andere situaties terechtkomen.
Daarom: Stekker uittrekken, netkabel afsnijden en weggooien. Deurslot zodanig kapot maken dat de deur niet meer sluit.
Vóór het eerste gebruik
In de fabriek is uw apparaat getest. Om eventuele tijdens de test achtergebleven restjes water te verwijderen: de eerste keer zonder
serviesgoed met de hoogste temperatuur afwassen. Hiertoe de desbetreffende vulopeningen met regenereerzout, glansspoelmiddel en afwasmiddel vullen.
5
nl
Kennismaking met het apparaat
De afbeeldingen van het bedieningspaneel en van de binnenruimte van het apparaat vindt u vooraan in
de omslag van deze gebruiksaanwijzing.
Bedieningspaneel
1Hoofdschakelaar
2Toets om de deur te openen
3Programmakiezer (te verzinken*) Inkopen voordat u het apparaat
4Extra functies*
5Indicatie Watertoevoer controleren
6Indicatie zout bijvullen
7Indicatie glansspoelmiddel bijvullen
8Cijferindicatie
*niet bij alle modellen
voor het eerst in gebruik neemt:
±zout
±afwasmiddel
±glansspoelmiddel
Gebruik enkel producten die geschikt zijn voor de vaatwasmachine.
Binnenkant van het apparaat
20Bovenste servieskorf
21Extra bestekkorf voor de bovenste servieskorf *
22Bovenste sproeiarm
23Etagère *
24Onderste sproeiarm
25Vlotter **
26Onderste servieskorf
27Reservoir voor onthardingszout
28Zeven
29Bestekkorf
30Voorraadreservoir voor glansspoelmiddel
31Afwasmiddelbakje
32Vergrendeling
33Typeplaatje
*niet bij alle modellen
**De vlotter voorkomt dat er teveel water in de binnenruimte van het apparaat loopt. Onderhoud resp. montage en demontage van de vlotter mag alleen door de Servicedienst worden uitgevoerd.
6
Wateronthardingsinstallatie
Voor een goed afwasresultaat heeft de afwasautomaat zacht water, d.w.z. water met weinig kalk nodig. Anders zetten zich witte kalkresten op het serviesgoed en de binnenkant van de spoelruimte af. Leidingwater met een te hoge hardheidsgraad moet voor gebruik in de afwasautomaat onthard, d.w.z. ontkalkt worden.
Dit gebeurt met behulp van speciaal zout in de wateronthardingsinstallatie van de afwasautomaat.
De instelling en daarmee de benodigde hoeveelheid zout zijn afhankelijk van de hardheidsgraad van het leidingwater.
Instellen van de wateronthardingsinstallatie
Vraag de hardheidsgraad van het water bij het waterleidingbedrijf of bij de Servicedienst op.
De juiste instelling vindt u in de tabel voor de waterhardheid.
Tabel voor de waterhardheid
nl
Deur sluiten
Programmakiezer 3 uit de
12-uur-stand tegen de wijzers van de klok in één klik naar links draaien.
Hoofdschakelaar |
1 |
|
inschakelen |
|
en min. 3 sec. ingedrukt houden. |
||||
Op de cijferindicatie |
|
|
verschijnt |
|
|
8 |
de actuele instelwaarde van de waterhardheid en de zoutindicatie 6 knippert (de instelling van de waterhardheid is in de fabriek op stand 4 ingesteld).
Om de instelling te wijzigen:
programmakiezer 3 draaien.
U kunt een instelwaarde tussen 0 en 7 kiezen, afhankelijk van de hardheid van het leidingwater.
Hoofdschakelaar 1 uitschakelen. De ingestelde waarde is in het geheugen opgeslagen.
Om de onthardingsinstallatie te regeneren is ca. 4 liter water nodig. Hierdoor wordt het waterverbruik per afwasprogramma ± afhankelijk van de instelling voor de waterhardheid ± met 0 tot 4 liter verhoogd.
7
nl
Vul onthardingszout
Onmiddellijk vóór het inschakelen van het apparaat zout bijvullen. Hiermee bereikt u dat de overgelopen zoutoplossing onmiddellijk wordt uitgespoeld en corrosie aan het spoelreservoir wordt voorkomen.
De schroefdop van het voorraadreservoir 27 eraf draaien.
Vóór het eerste gebruik ca. 1 liter water in het zoutreservoir gieten.
Hierna zoveel zou bijvullen (geen tafelzout) tot het zoutreservoir vol is (max. 1,5 kg). Als u het reservoir met zout vult, dan wordt het water verdrongen en loopt weg.
De indicatie zout bijvullen 6 op het bedieningspaneel brandt eerst en gaat na enige tijd uit als zich een voldoende zoutconcentratie heeft gevormd.
Bij de instelwaarde van de waterhardheid geen onthardingszout gebruiken
omdat tijdens het afwassen geen zout wordt verbruikt. De zoutindicatie is uitgeschakeld.
Waarschuwig
Het zoutreservoir nooit met afwasmiddel vullen. Hierdoor gaat de onthardingsinstallatie kapot.
Indicatie zout bijvullen
Zodra in het bedieningspaneel de indicatie zout bijvullen 6 brandt, moet
u onmiddellijk vóór de volgende afwasbeurt zout bijvullen.
Afhankelijk van het aantal afwasbeurten en de instelling van de wateronthardingsinstallatie kan
het meerdere maanden duren voordat het zout bijgevuld dient te worden.
8
Vullen met glansspoelmiddel
Glansspoelmiddel hebt u nodig voor streeploos gedroogd serviesgoed en heldere glazen.
Gebruik alleen glansspoelmiddel voor huishoudelijke afwasautomaten.
Deksel van het voorraadreservoir voor glansspoelmiddel 30 openklappen.
Hiertoe op de markering (1 ) op het deksel drukken en tegelijkertijd het
deksel met het bedieningslipje (2 ) optillen.
Het reservoir voorzichtig tot net onder de rand van de vulopening met glansspoelmiddel vullen.
Deksel sluiten tot u een klik hoort. Eventueel gemorst glansspoelmiddel met een doekje verwijderen om overmatige schuimontwikkeling bij
de volgende afwasbeurt te voorkomen.
nl
Instellen van de juiste dosering van glansspoelmiddel
De dosering van de hoeveelheid glansspoelmiddel kan traploos worden ingesteld. De instelknop is door de fabriek op 4 ingesteld.
Verander de instelling van de instelknop voor glansspoelmiddel als er strepen (draaien in richting ±) of watervlekken (draaien in richting +) op het serviesgoed achterblijven.
30
Instelknop voor glansspoelmiddel
Indicatie glansspoelmiddel bijvullen
Zodra de glansspoelmiddelindicatie op het bedieningspaneel 7 brandt,
moet glansspoelmiddel worden bijgevuld. Bij gebruik van reinigingsproducten
met geïntegreerd glansspoelmiddel kan de glansspoelmiddelindicatie worden uitgeschakeld (zie ¹Glansspoelmiddelindicatie uiten inschakelenº in het hoofdstuk ¹auto 3in1º).
9