Roland MC-80 Manual [nl]

0 (0)

r

MC-80/mc-80ex

micro composer

Bedankt voor en gefeliciteerd met uw keuze van de Roland MC-80 Micro Composer.

We raden u aan om deze handleiding helemaal door te lezen. Op die manier ziet u geen enkele mogelijkheid van uw nieuwe aanwinst over het hoofd en kunt u er jarenlang plezier aan beleven. Vergeet vooral niet de voorzorgsmaatregelen (onder meer omtrent het gebruik van de disk drive) op blz. 2 te lezen.

Ongeduldige mensen die een instrument recht uit de doos willen gebruiken (dat geldt waarschijnlijk voor de meesten onder ons) lezen best meteen “Aan de slag”. In dit hoofdstuk passeren de voornaamste functies van de MC-80 de revue, zonder dat daarbij op details wordt ingegaan.

Die details vindt u wél in de overige hoofdstukken, waarin werkelijk iedere functie aan bod komt en u verder nog aanvullende informatie zoals MIDI-implementatie e.d. vindt.

Opmerking: Als we het in deze handleiding over de bedieningstoetsen van de MC-80 hebben gebruiken we het woord “knoppen”. Op die manier vermijden we verwarring met de “toetsen” van het klavier dat u op de MC-80 aansluit.

Opmerking: Een MC-80EX is in feite een MC-80 waarin een (ook los verkrijgbaar) VE-GS Pro Voice Expansion Board is geïnstalleerd. In deze handleiding wordt met “MC-80” naar beide modellen verwezen. Als we het expliciet over de “MC-80EX” hebben gaat het om functies die enkel voor dat model beschikbaar zijn.

MC-80 Handleiding

Voorzorgsmaatregelen

Voeding

Schakel de MC-80 en de overige instrumenten altijd uit voordat u ze op elkaar aansluit.

Sluit het netsnoer van de MC-80 nooit aan op een stopcontact waar andere apparaten, die brom of ruis veroorzaken (b.v. dimmers, motoren enz.) of veel vermogen trekken, op zijn aangesloten.

Let, bij het aansluiten van het netsnoer op het lichtnet, op het voltage.

Plaats geen zware voorwerpen op het netsnoer en zorg dat er niemand over kan struikelen. Trek, bij het verbreken van de aansluiting op het lichtnet, altijd aan de stekker zelf en nooit aan het netsnoer om de draden niet te beschadigen.

Als u de MC-80 lange tijd niet wenst te gebruiken, verbreekt u best de aansluiting op het lichtnet.

Het zou kunnen gebeuren dat de MC-80 niet naar behoren werkt wanneer u hem onmiddellijk na uitschakelen weer inschakelt. Wacht dus telkens een paar seconden voordat u hem weer inschakelt.

Plaatsing

Om problemen te vermijden, dient u de MC-80 te beschermen tegen direct zonlicht, hitte, vochtigheid en stof.

Plaats de MC-80 niet te dicht in de buurt van een neonlicht, een fluorescerende lamp, een TV-toestel of ander, gelijkaardig materiaal dat enerzijds ruis door interferentie, en anderzijds allerlei fouten kan veroorzaken.

Stel de MC-80 niet bloot aan overmatige trillingen terwijl de disk drive werkt.

Onderhoud

Gebruik, voor het reinigen van het instrument, enkel een zachte, droge of lichtjes bevochtigde doek. Om hardnekkig vuil te verwijderen, gebruikt u een neutraal reinigingsmiddel. Wrijf de MC-80 daarna droog met een zachte doek.

Gebruik nooit oplosmiddelen zoals bv. verfverdunners want deze kunnen de behuizing beschadigen.

Andere voorzorgsmaatregelen

Behandel de MC-80 zachtjes.

Laat geen voorwerpen (muntstukken, metalen draad enz.) of vloeistoffen (water, alcohol, sap enz.) in het inwendige terechtkomen.

Neem contact op met de dichtstbijzijnde Roland hersteldienst voordat u de MC-80 in het buitenland gebruikt.

Als de MC-80 niet naar behoren werkt, schakel hem dan onmiddellijk uit en neem contact op met uw dealer of de Roland hersteldienst.

Behandeling van (Zip) diskettes

Gebruik de drive nooit op vochtige plaatsen omdat een hoge vochtigheidsgraad de werking van de drive in de war kan brengen. Soms leidt dit zelf tot een beschadiging van de diskette.

Wacht, wanneer u de MC-80 van een koude plaats (bv. een auto) naar een warme brengt, ongeveer één uur voordat u de drive gebruikt.

Verwijder de diskette nooit uit de drive wanneer de indicator van de drive oplicht.

Haal de diskette uit de drive voordat de MC-80 inof uitschakelt.

Diskettes zijn heel gevoelig voor vet en stof. Raak daarom nooit het magnetisch oppervlak aan en open nooit zelf het metalen klepje.

Diskettes kunnen na verloop van tijd onleesbaar worden. Sla uw belangrijke data daarom altijd op twee verschillende diskettes op en bewaar één van de twee op een veilige plaats.

Stel uw floppies nooit bloot aan temperaturen beneden de 10° en boven de 50°C. Voor Zip-diskettes mag het iets frisser: -22~51°C.

Kleef altijd de bijgeleverde sticker op de daarvoor voorziene plaats en noteer er de inhoud van de diskette op om uw data zo snel mogelijk terug te kunnen vinden.

Zet het wisbeveiligingsnokje van diskettes best in de stand “veilig” (schrijven niet mogelijk), zo voorkomt u dat u per ongeluk data wist. Kies de stand “beschrijfbaar” enkel wanneer u data op de diskette wilt schrijven.

Beveiligingsnokje

"Schrijven"

"Veilig"

Paniek!

De Quick Play en Song Play pagina’s vormen het uitgangspunt van alles wat u met de MC-80 kunt doen. Raakt u op een bepaald moment het noorden kwijt, dan kunt u best terugkeren naar één van deze pagina’s en het even opnieuw proberen. Terugkeren kan op twee manieren:

1.Druk herhaaldelijk op [EXIT], tot u in één van de voornoemde pagina’s terechtkomt. U stapt dan in achterwaartse volgorde door alle schermen die u hebt doorlopen om bij het “probleemscherm” terecht te komen.

2.Druk op [QUICK PLAY] of [SONG PLAY].

2

Voornaamste kenmerken

Voornaamste kenmerken

Talloze nuttige voorzieningen

Quick Play

De MC-80 kan songs rechtstreeks van diskette weergeven. U hoeft ze dus niet eerst in het interne geheugen te laden.

File Sort functie

U kunt in uw MC-80 een harde schijf of Zip drive (beide optioneel) inbouwen. Aangezien deze media enorme aantallen bestanden kunnen bevatten hebben we voorzien in een functie waarmee u bestanden en songs volgens bepaalde criteria kunt rangschikken.

Tap Tempo

Om het juiste tempo in te stellen volstaat het dat u in de maat op een knop tikt.

Twee onafhankelijke MIDI-uitgangen

Dit betekent dat u 32 MIDI-kanalen apart kunt aansturen.

Compatibel met verschillende song-types

De MC-80 kan overweg met songs uit een Roland XP-80/60/50 alsook uit een MC-50/300/500. Bovendien is het mogelijk om songs zowel te lezen als op te slaan in het SMF formaat 0 en 1.

Synchroniseren met Roland VS-hard disk recorders

Via MIDI kunt u uw MC-80 synchroniseren met de populaire VS-recorders van Roland. Op die manier kan de VS instaan voor de “akoestische” partijen (zang enz.), terwijl de MC-80 de MIDI-partijen voor zijn rekening neemt.

Flexibele weergavefuncties

Ononderbroken weergeven

De Chain Play-functie werkt ongeveer zoals de programmeerfunctie op uw CD-speler: u kiest de gewenste volgorde van de nummers en de MC-80 geeft ze zonder onderbreken weer.

Mark Jump

Deze functie laat u bepaalde posities in een song markeren (“Mark”), zodat u er met één knopdruk naartoe kunt springen (“Jump”). Dat werkt uitermate handig als u een bepaald fragment steeds opnieuw wilt weergeven of opnemen.

Solo/Minus One

Met deze functies kunt u respectievelijk een partij los van de overige partijen beluisteren of de weergave van één partij uitschakelen en daar zelf iets voor in de plaats spelen.

Realtime transpose

Hiermee kunt u een song zelfs tijdens de weergave naar een andere toonaard transponeren.

Repeat Play

Uiteraard kunt u een stukje in een lus weergeven, maar minder voor de hand liggend is dat u met een voetschakelaar naar de eerste maat na de lus kunt springen. Net zo eenvoudig kunt u van gelijk waar in de song terug naar de lus springen.

Geschikt voor live-gebruik

Phrase Sequence

Deze functie koppelt stukjes muziek aan toetsen op uw klavier, zodat u loops, breaks enz. vlot en intuïtief kunt laten voorbijkomen. Want in de hitte van de strijd wilt u uiteraard niet door display-pagina’s liggen struinen!

Arpeggiator

Hiermee maakt u van de akkoorden die u op het klavier speelt strakke arpeggio’s.

Gebruiksvriendelijke opname-/ editfuncties

Hoge resolutie (480:1)

De MC-80 verdeelt iedere tel die hij opneemt in 480 stukjes. Dat betekent dat hij precies onthoudt waar u de noten hebt gespeeld en dat hij alle nuances kan weergeven.

Opnemen in een lus

U kunt spoor na spoor opnemen zonder telkens de opname te moeten stoppen. Op die manier kunt u een ritmesectie opbouwen terwijl u “in de groove” blijft.

Quantize

Met Grid, Shuffle en Group Quantize beschikt u over een palet krachtige werktuigen om de timing van uw opnames “recht te trekken”.

Undo/Redo

Hiermee maakt u de laatste wijziging die u hebt aangebracht ongedaan. Met Redo kunt u die wijziging

3

MC-80 Handleiding

weer herstellen – voor/na vergelijkingen worden dus kinderspel.

Uitbreidingsmogelijkheden

Voice Expansion Board voegt interne klanken toe

Door een (los verkrijgbaar) VE-GS Pro Voice Expansion Board te installeren voorziet u de MC-80 van een interne klankbron die rechtstreeks is afgeleid van de SC-88 Pro (64 stemmen, 32 Parts).

Mogelijkheid om harde schijf of Zip drive in te bouwen

De MC-80 is intern voorzien op de inbouw van een 2.5” harde schijf (HDP-88 serie) of een Zip drive (ZIP-EXT-2S). De media kunnen enorme hoeveelheden data bevatten. Bovendien kunt u nog meer opslagcapaciteit in stelling brengen door een (los verkrijgbaar) SCSI Board te installeren. Dat laatste is ook interessant als u backups wilt maken van de interne harde schijf.

Opmerking: De MC-80 kan met harde schijven van gelijk welke capaciteit overweg, maar kan nooit meer dan 2.1 GB van de beschikbare opslagruimte gebruiken.

4

 

 

Inhoud ,

Inhoud

 

Voorzorgsmaatregelen ..............................................................................................

2

Voornaamste kenmerken ...........................................................................................

3

Inhoud .......................................................................................................................

5

1.Voorzieningen op de panelen ..............................................................................

11

1.1

Frontpaneel.................................................................................................................................................

11

1.2

Achterpaneel ...............................................................................................................................................

13

2.Aan de slag ...........................................................................................................

14

2.1 Aansluiten en bedienen ...............................................................................................................................

14

 

GM en GS ...................................................................................................................................................................

15

 

MC-80 inschakelen ....................................................................................................................................................

15

 

Opgelet bij het uitschakelen ......................................................................................................................................

16

 

MIDI-kanalen selecteren ...........................................................................................................................................

16

 

Navigeren binnen de MC-80 .....................................................................................................................................

17

 

Contrast van het display aanpassen ..........................................................................................................................

17

2.2 (Demo)songs beluisteren ............................................................................................................................

17

 

Song weergeven ..........................................................................................................................................................

17

 

Tempo wijzigen ..........................................................................................................................................................

19

 

Instrumenten uitschakelen ........................................................................................................................................

19

2.3

Eerste opname ............................................................................................................................................

20

 

Verschillende opnamemethodes ...............................................................................................................................

20

 

Voorbereiding ............................................................................................................................................................

21

 

Drums opnemen (Realtime opname) .......................................................................................................................

21

 

Bas opnemen (stapsgewijze opname) .......................................................................................................................

23

 

Melodie opnemen ......................................................................................................................................................

25

 

Song opslaan ...............................................................................................................................................................

25

 

Eenvoudige editfuncties .............................................................................................................................................

26

2.4

MC-80 live gebruiken.................................................................................................................................

28

 

Tempo intikken met de [TAP]-knop ........................................................................................................................

28

 

Tijdens het spelen de volgende song kiezen (Next Song) ........................................................................................

28

 

Transponeren tijdens de weergave ............................................................................................................................

29

 

Songs “uitfaden” ........................................................................................................................................................

29

 

Moeilijke riffs, licks enz. met één toets aansturen ....................................................................................................

30

 

Naar een gemarkeerde maat springen (Mark Jump) ...............................................................................................

31

 

Markeringen plaatsen ................................................................................................................................................

31

3.Overzicht van de MC-80 ......................................................................................

32

3.1 Wat kan de MC-80? ....................................................................................................................................

32

3.2 Hoe werkt een sequencer? ...........................................................................................................................

32

 

Wat is een sequencer? ................................................................................................................................................

32

 

Wat is een spoor? .......................................................................................................................................................

33

 

Wat is een Song? .........................................................................................................................................................

33

 

Wat is een MIDI-kanaal? ...........................................................................................................................................

33

 

Intern geheugen versus diskettes ...............................................................................................................................

34

3.3 Bediening via het frontpaneel .....................................................................................................................

34

 

Display-pagina’s kiezen .............................................................................................................................................

34

 

Parameterwaarden wijzigen .......................................................................................................................................

34

5

MC-80 Handleiding

3.4

Andere nuttige functies ...............................................................................................................................

35

 

Undo/Redo ................................................................................................................................................................

35

 

Help-functie ...............................................................................................................................................................

35

 

File Sort-functie .........................................................................................................................................................

36

 

Panic-functie ..............................................................................................................................................................

36

4.MIDI-connectors en MIDI-kanalen instellen ........................................................

37

4.1

MIDI IN-connector selecteren ...................................................................................................................

37

4.2

MIDI OUT-connector/interne klankbron selecteren ...............................................................................

37

 

Enkel externe klankbronnen aansturen ...................................................................................................................

37

 

Externe en interne klankbronnen aansturen ...........................................................................................................

38

 

Enkel de interne klankgenerator aansturen .............................................................................................................

38

4.3

Functie van MIDI THRU ............................................................................................................................

38

 

“Thru Select” .............................................................................................................................................................

38

 

“Soft Thru” ................................................................................................................................................................

39

4.4

MIDI-kanaal per spoor kiezen ...................................................................................................................

39

5.Weergavefuncties ................................................................................................

40

5.1

Basisinstellingen ..........................................................................................................................................

40

 

Metronoominstellingen ............................................................................................................................................

40

 

Overzicht van de sporen ............................................................................................................................................

40

5.2

Twee weergavemethodes .............................................................................................................................

41

 

Quick Play ..................................................................................................................................................................

41

 

Song Play ....................................................................................................................................................................

41

5.3

Songs of Patterns weergeven .......................................................................................................................

41

 

Voornaamste transportfuncties ................................................................................................................................

41

 

Songs weergeven ........................................................................................................................................................

42

 

Patterns weergeven ....................................................................................................................................................

43

 

Weergavetempo wijzigen ..........................................................................................................................................

43

 

Tempowijzigingen opnemen ....................................................................................................................................

43

 

Weergave na het begin van de song starten (MIDI Update) ...................................................................................

44

5.4

Transponeren tijdens de weergave (Realtime Transpose) ........................................................................

44

 

Transponeren .............................................................................................................................................................

44

 

Kanaal “vrijwaren” van transpositie .........................................................................................................................

44

5.5

Song laten “uitfaden” ..................................................................................................................................

45

5.6

Herhaalde weergave (Repeat) .....................................................................................................................

45

5.7

Volgende song “klaarzetten” (Next Song) .................................................................................................

46

5.8

Sporen inen uitschakelen .........................................................................................................................

46

 

Sporen uitschakelen (Track Mute) ...........................................................................................................................

46

 

Spoor geïsoleerd beluisteren (Solo) ..........................................................................................................................

46

 

Eén spoor uitschakelen (Minus One) .......................................................................................................................

47

5.9

Naar een gemarkeerde positie springen (Mark Jump) ..............................................................................

47

 

Marker plaatsen en er naartoe springen ...................................................................................................................

47

 

Marker wissen ............................................................................................................................................................

47

 

Marker verplaatsen ....................................................................................................................................................

47

 

Markers automatisch op de juiste plaats zetten .......................................................................................................

47

 

“Muzikaal” springen ..................................................................................................................................................

48

5.10

Ononderbroken weergave van songs (Chain Play) ...................................................................................

48

 

Volgorde vastleggen ...................................................................................................................................................

48

 

Chains weergeven ......................................................................................................................................................

48

 

Chains bewaren .........................................................................................................................................................

49

 

Chains laden ..............................................................................................................................................................

49

 

Plaats opzoeken van songs in een Chain ..................................................................................................................

49

 

Volgorde van songs in een Chain wijzigen ...............................................................................................................

49

6

 

 

Inhoud ,

5.11

Song Info .....................................................................................................................................................

49

6.Opnamefuncties ...................................................................................................

50

6.1

Basisinstellingen ..........................................................................................................................................

50

 

Metronoominstellingen .............................................................................................................................................

50

 

Overzicht van de sporen ............................................................................................................................................

50

6.2

Opname voorbereiden ................................................................................................................................

50

 

Song Initialize .............................................................................................................................................................

50

 

Maatsoort kiezen ........................................................................................................................................................

50

 

Aftel voor de opname ................................................................................................................................................

50

 

MIDI-kanaal voor opname specifiëren .....................................................................................................................

51

6.3

Opnemen terwijl u speelt (Realtime) .........................................................................................................

51

 

Realtime-opnameparameters ....................................................................................................................................

51

 

Realtime opnemen .....................................................................................................................................................

53

 

Auto Punch In ............................................................................................................................................................

53

 

Manual Punch In .......................................................................................................................................................

53

 

Tijdens de opname naar een ander spoor gaan ........................................................................................................

54

 

Even uit opname gaan om te oefenen (Rehearsal-functie) ......................................................................................

54

 

Data wissen tijdens het opnemen ..............................................................................................................................

54

 

Tempowijzigingen opnemen .....................................................................................................................................

55

 

Opname wissen (Undo/Redo) ..................................................................................................................................

55

6.4

Stap voor stap opnemen .............................................................................................................................

55

 

Noten en rusten stapsgewijs invoeren .......................................................................................................................

55

 

Patterns gebruiken in een song .................................................................................................................................

56

 

Invoer annuleren (Undo/Redo) ................................................................................................................................

57

6.5

Songs bewaren op diskette ..........................................................................................................................

57

 

Song bewaren .............................................................................................................................................................

57

 

Folder aanmaken ........................................................................................................................................................

58

7.Werken met Patterns ...........................................................................................

59

7.1

Wat is een Pattern? ......................................................................................................................................

59

7.2

Verschil tussen een Pattern-spoor en een Song-spoor ..............................................................................

59

7.3

Waarvoor zijn Patterns nuttig? ...................................................................................................................

59

 

Patterns in een song gebruiken .................................................................................................................................

59

 

Patterns in een Phrase Sequence gebruiken .............................................................................................................

60

7.4

Patterns weergeven ......................................................................................................................................

60

7.5

Patterns kiezen uit een lijst .........................................................................................................................

60

8.Frases met één toets aansturen (Phrase Sequence) ...............................................

61

8.1

Wat is Phrase Sequence? .............................................................................................................................

61

8.2

Voorbereidingen voor Phrase Sequence ....................................................................................................

61

8.3

Phrase Sequences gebruiken .......................................................................................................................

62

8.4

Phrase Sequence-partijen opnemen ...........................................................................................................

62

9.Arpeggiator ..........................................................................................................

64

9.1

Wat is een arpeggiator? ...............................................................................................................................

64

9.2

Eerste kennismaking ...................................................................................................................................

64

9.3

Tempo van de arpeggio wijzigen ................................................................................................................

64

9.4

Arpeggio-parameters ..................................................................................................................................

64

9.5

Andere mogelijkheden ................................................................................................................................

67

 

Arpeggio’s laten doorklinken ....................................................................................................................................

67

 

Arpeggio’s opnemen ..................................................................................................................................................

67

7

MC-80 Handleiding

10.Songs en Patterns editen ....................................................................................

68

10.1 Song laden ....................................................................................................................................................

68

10.2 Instellingen per song ...................................................................................................................................

68

Naam van de song .....................................................................................................................................................

68

Auteursgegevens toevoegen ......................................................................................................................................

68

Naam van een Pattern ...............................................................................................................................................

69

10.3 Gedetailleerde wijzigingen aanbrengen (MICRO EDIT) ..........................................................................

69

Nootnummers als klaviertoetsen afbeelden .............................................................................................................

69

Individuele nootcommando’s beluisteren ...............................................................................................................

70

Welke data ziet u in de MICROSCOPE-pagina? .....................................................................................................

70

Enkel bepaalde types data afbeelden ........................................................................................................................

71

Data wijzigen .............................................................................................................................................................

71

Maatwijzigingen invoeren .........................................................................................................................................

72

Tempowijzigingen invoeren .....................................................................................................................................

73

Nieuwe data aanmaken (Create) ..............................................................................................................................

73

Events wissen (Erase) ................................................................................................................................................

74

Events verplaatsen (Move) ........................................................................................................................................

74

Events kopiëren (Copy) ............................................................................................................................................

74

10.4 Hele maten en sporen bewerken (Track Edit) ...........................................................................................

75

Maten wissen (Erase) ................................................................................................................................................

75

Maten verwijderen (Delete) ......................................................................................................................................

76

Pauzes aan het begin van de song verwijderen (Truncate) .....................................................................................

76

Maten kopiëren (Copy) ............................................................................................................................................

77

Maten invoegen (Insert) ...........................................................................................................................................

77

Maten transponeren (Transpose) .............................................................................................................................

78

Aanslagwaarden wijzigen (Change Velocity) ...........................................................................................................

78

Data naar een ander MIDI-kanaal sturen (Change Channel) ................................................................................

79

Duur van de noten wijzigen (Gate Time) ................................................................................................................

80

Twee sporen of Patterns samenvoegen (Merge) ......................................................................................................

80

Data uit één spoor of Pattern over verschillende sporen of Patterns verdelen (Extract) ......................................

80

Data verschuiven (Shift Clock) .................................................................................................................................

81

Overbodige data wissen (Data Thin) ........................................................................................................................

82

Sporen of Patterns uitwisselen (Exchange) ..............................................................................................................

82

Duur van de hele song aanpassen (Time Fit) ..........................................................................................................

82

Data converteren (Modify Value) ............................................................................................................................

83

10.5 Timing corrigeren (Quantize) ....................................................................................................................

83

Wat is Quantize? ........................................................................................................................................................

83

Grid Quantize ............................................................................................................................................................

84

Shuffle Quantize ........................................................................................................................................................

84

Groove Quantize .......................................................................................................................................................

85

SMF als User-sjabloon gebruiken .............................................................................................................................

87

SMF laden als groove-sjabloon .................................................................................................................................

88

User sjablonen in sets op diskette bewaren ..............................................................................................................

88

User Groove Template-bestand laden ......................................................................................................................

88

11.Huishouding .......................................................................................................

89

11.1 Welke media kunt u in de MC-80 gebruiken? ...........................................................................................

89

Diskettes .....................................................................................................................................................................

89

Zip-schijven ...............................................................................................................................................................

89

Harde schijven ...........................................................................................................................................................

89

11.2 Bestanden opslaan (Save) ...........................................................................................................................

89

Welke data kunt u opslaan? ......................................................................................................................................

89

Song (.SVQ)/Standard MIDI File (.MID) ................................................................................................................

90

Chain-bestanden (.SVC) ...........................................................................................................................................

90

User Groove Template-bestanden (.SVT) ...............................................................................................................

91

Configuration-bestanden (.SVF) ..............................................................................................................................

91

8

 

 

Inhoud ,

11.3

Bestanden laden (Load) ..............................................................................................................................

92

 

Song (.SVQ)/Standard MIDI File (.MID) ................................................................................................................

92

 

Chains (.SVC) ............................................................................................................................................................

92

 

User Groove Templates (.SVT) .................................................................................................................................

92

 

Configurations (.SVF) ...............................................................................................................................................

93

11.4

Songs van andere Roland-instrumenten laden .........................................................................................

93

 

Rechtstreeks laden ......................................................................................................................................................

93

 

Via SMF-omweg .........................................................................................................................................................

93

 

Fragment van een bestaande song laden ...................................................................................................................

93

11.5

Songs van de MC-80 op andere instrumenten gebruiken ........................................................................

94

11.6

Functies die verband houden met bestanden en folders ...........................................................................

94

 

Bestanden en folders kopiëren (Copy) .....................................................................................................................

94

 

Bestanden en folders wissen (Delete) ........................................................................................................................

94

 

Bestanden en folders verplaatsen (Move) .................................................................................................................

95

 

Nieuwe naam geven aan bestanden en folders (Rename) .......................................................................................

95

 

Nieuwe folder aanmaken (Folder) ............................................................................................................................

95

11.7

Functies die verband houden met opslagmedia ........................................................................................

96

 

Inhoud van een schijf bekijken (Disk Info) ..............................................................................................................

96

 

Andere naam geven aan een schijf (Volume Label) .................................................................................................

96

 

Schijf kopiëren (Disk Copy) ......................................................................................................................................

97

 

Diskette formateren (Format) ...................................................................................................................................

97

 

Schrijfbeveiliging inen uitschakelen .......................................................................................................................

98

11.8

Interne of externe schijven toevoegen ........................................................................................................

98

 

Extra schijf inbouwen ................................................................................................................................................

98

 

Externe schijven .........................................................................................................................................................

99

12.Globale instellingen voor de MC-80 .................................................................

101

12.1

Opgelet bij het uitschakelen ......................................................................................................................

101

12.2

Contrast van het display aanpassen ..........................................................................................................

101

12.3

Wat is een Configuration-bestand? ..........................................................................................................

101

12.4

Voetschakelaars gebruiken .......................................................................................................................

102

 

Basisinstellingen .......................................................................................................................................................

102

12.5

MIDI-data filteren .....................................................................................................................................

103

12.6

Metronoominstellingen ............................................................................................................................

103

 

Voorrang geven aan MIDI-kanaal 10 .....................................................................................................................

104

13.Werken met de interne klankgenerator (VE-GS Pro) ........................................

105

13.1

VE-GS Pro installeren ...............................................................................................................................

105

13.2

Demosongs van de VE-GS Pro beluisteren ..............................................................................................

106

13.3

Structuur van de VE-GS Pro ....................................................................................................................

106

13.4

VE-GS Pro initialiseren .............................................................................................................................

106

13.5

Globale instellingen zenden ......................................................................................................................

107

 

Toonhoogte ..............................................................................................................................................................

107

 

Transpositie ..............................................................................................................................................................

107

13.6

Instellingen per Part ..................................................................................................................................

107

 

Programmakeuze .....................................................................................................................................................

107

 

Volume .....................................................................................................................................................................

107

 

Stereopositie .............................................................................................................................................................

107

 

Diepte van de Reverb ...............................................................................................................................................

108

 

Diepte van de Chorus ..............................................................................................................................................

108

 

Diepte van de Delay .................................................................................................................................................

108

 

Transpositie ..............................................................................................................................................................

108

 

Parts uitschakelen .....................................................................................................................................................

108

9

MC-80 Handleiding

13.7

Tones editen ..............................................................................................................................................

108

 

Afsnijfrequentie (TVF CutOff) ...............................................................................................................................

108

 

Resonantie (TVF Reso) ...........................................................................................................................................

108

 

Attack Time (TVF&TVA Attack) ...........................................................................................................................

108

 

Decay Time (TVF&TVA Decay) .............................................................................................................................

108

 

Release Time (TVF&TVA Release) .........................................................................................................................

109

 

Vibrato Rate (Vib Rate) ..........................................................................................................................................

109

 

Vibrato Depth (Vib Depth) ....................................................................................................................................

109

 

Vibrato Delay (Vib Delay) ......................................................................................................................................

109

13.8

Effecten gebruiken .....................................................................................................................................

109

 

Effecten inen uitschakelen ....................................................................................................................................

109

 

Effecttype kiezen ......................................................................................................................................................

109

13.9

Instellingen van de VE-GS Pro bewaren ..................................................................................................

110

13.10

VE-GS Pro als externe klankgenerator gebruiken ...................................................................................

111

 

Klankmodule met 32 Parts ......................................................................................................................................

111

 

Klankmodule met 16 Parts ......................................................................................................................................

111

14.MC-80 combineren met externe instrumenten .................................................

112

14.1

Combinatie met MIDI-klavier en externe klankmodule ........................................................................

112

 

MIDI-klavier zonder Local Control gebruiken .....................................................................................................

112

 

Verbinden met twee externe klankmodules ...........................................................................................................

113

 

Verbinden met drie of meer klankmodules ...........................................................................................................

113

 

Instellingen van een externe module bewaren in de MC-80 .................................................................................

113

14.2

Synchroniseren met een andere sequencer ..............................................................................................

114

 

Externe sequencer volgt het tempo van de MC-80 ................................................................................................

114

 

MC-80 volgt het tempo van de externe sequencer ................................................................................................

114

14.3

MC-80 synchroniseren met recorders uit de Roland VS-serie ...............................................................

114

 

Synchroniseren met songs die geen tempowijzigingen bevatten ..........................................................................

114

 

Synchroniseren met songs die temposprongen bevatten ......................................................................................

116

 

Synchroniseren met songs die continue tempowijzigingen bevatten ...................................................................

116

14.4

MIDI Clock, MTC, MMC…? ...................................................................................................................

116

 

MIDI Clock versus MTC .........................................................................................................................................

117

 

MMC? ......................................................................................................................................................................

117

 

Parameters op de “SYNC”-pagina ..........................................................................................................................

118

15.Appendix ..........................................................................................................

119

15.1

Mogelijke problemen ................................................................................................................................

119

15.2

Foutmeldingen ..........................................................................................................................................

121

15.3

Wat is SCSI? ...............................................................................................................................................

124

 

Aansluitingen en kabels ...........................................................................................................................................

124

 

Terminator ...............................................................................................................................................................

124

 

SCSI ID .....................................................................................................................................................................

124

15.4

MIDI-implementatie................................................................................................................................

125

15.5

Specificaties ...............................................................................................................................................

126

Index

.....................................................................................................................

127

10

Voorzieningen op de panelen

1. Voorzieningen op de panelen

1.1 Frontpaneel

2

4

5

7

 

1

3

 

 

 

6

8

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

9

 

 

31

 

 

 

 

 

 

 

 

11

 

 

 

 

 

 

10

 

 

 

 

 

 

12

 

 

 

 

 

 

 

32

 

 

 

 

17

 

 

33

13

 

14

15

16

18

 

 

 

 

 

 

 

 

 

20

 

 

 

27

28

 

19

 

21

 

22

23

 

 

 

 

24

25

26

29

 

30

34

35

36

 

1)EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar

Hiermee regelt u het volume van de interne klankgenerator (enkel wanneer u een VE-GS Pro Voice Expansion Board hebt geïnstalleerd (zie blz. 105).

2)[TEMPO/BEAT]-knop

Hiermee schakelt u het spoor waarop tempowijzigingen worden opgenomen (het “tempo-spoor”) in en uit. Tijdens het editen schakelt u hiermee tussen het Tempo-spoor en het Beat-spoor (in dit laatste worden veranderingen van maatsoort opgeslagen).

Opmerking: Na het inschakelen van de MC-80 licht deze knop steeds op. Aan het begin van een song bevindt zich namelijk per definitie informatie over het tempo en de maatsoort.

3)[PATTERN]-knop

Druk hierop als u Patterns wilt weergeven, opnemen of editen.

4)[TRACK]-knoppen [1]~[16]

Hiermee kiest u welke sporen u wilt opnemen of welke sporen u al dan niet wilt horen tijdens de weergave.

5)[SOLO]-knop

Druk hierop om een spoor apart te beluisteren (zie blz. 46).

6)[MINUS ONE]-knop

Druk hierop om de Minus One partij uit te schakelen (zie blz. 47).

7)[ARPEGGIATOR]-knop

Hiermee schakelt u de Arpeggiator in en uit (zie blz. 64).

8)[PHRASE SEQUENCE]-knop

Hiermee schakelt u de Phrase Sequencer-functie in. Deze knop heeft ook een functie bij het editen van parameters (zie blz. 61).

11

MC-80 Handleiding

9)Display

Hierin worden de namen van Songs en Patterns afgebeeld. Tijdens het editen krijgt u bovendien nuttige afbeeldingen en teksten te zien.

10)[TOOLS]-knop

Onder deze knop zitten de hulpfuncties, MIDIen disk-verwante functies en algemene instellingen.

11)[F1]~[F6] knoppen

Deze knoppen kunnen verschillende functies hebben, naar gelang de inhoud van het display. De namen van de huidige functies worden steeds onderaan in het display afgebeeld.

12)[EXIT (UNDO/REDO)]-knop

Door één keer op deze knop te drukken keert u terug naar het vorige scherm. Blijft u drukken, dan komt u uiteindelijk terecht in het sequencer-scherm.

In combinatie met [SHIFT] wordt dit een Undo/ Redo-knop, waarmee u opnames/wijzigingen kunt annuleren of herstellen (zie blz. 35).

13)[SEQUENCER]-knop

Druk hierop als u songs wilt weergeven, opnemen en editen.

14)[CHAIN PLAY]-knop

Hiermee gaat u naar de Chain Play-functie, waarmee u kunt bepalen in welke volgorde de songs worden weergegeven.

15)[BEAT]-indicator

Deze indicator knippert in de maat van de song.

16)[TRANSPOSE]-knop

Druk op deze knop als u de song in een andere toonaard wilt weergeven.

17)[TEMPO]-knop

Druk hierop als u het tempo van de song wilt wijzigen (zie blz. 43).

18)[SELECT]-knop

Druk hierop als u songs of Chain Play-bestanden wilt kiezen.

19)[VALUE]-regelaar

Hiermee kunt u snel waarden van parameters e.d. wijzigen. Wilt u iets preciezer inregelen, dan kiest u best voor de [INC/+][DEC/-]-knoppen.

20)[TOP]-knop

Druk hierop om naar het begin van een Song of Pattern te gaan (zie blz. 41).

21)[BWD]-knop

Druk hierop om naar de vorige maat in een Song of Pattern te gaan. Als u één keer drukt gaat u één maat terug; door de knop ingedrukt te houden spoelt u doorlopend terug (zie blz. 41).

22)[FWD]-knop

Druk hierop om naar de volgende maat in een Song of Pattern te gaan. Als u één keer drukt gaat u één maat vooruit; door de knop ingedrukt te houden spoelt u doorlopend vooruit (zie blz. 41).

23)[END]-knop

Druk op deze knop om naar het einde van een Song of Pattern te gaan (zie blz. 41).

24)[STOP]-knop

Druk hierop om de opname of weergave te stoppen (zie blz. 41).

25)[PLAY]-knop

Hiermee start u de weergave van een Song of Pattern (zie blz. 41).

26)[REC]-knop

Hiermee start u de opname van een Song of Pattern (zie blz. 41).

27)[REPEAT]-knop

Druk hierop om de Repeat-functie te activeren (zie blz. 45).

28)[SHIFT]-knop

Bepaalde knoppen hebben een tweede functie, die u aanspreekt door ze tegelijk met [SHIFT] in te drukken.

29)MARK JUMP [1]~[4] knoppen

Hiermee kunt u posities markeren of naar gemarkeerde posities springen (zie blz. 47).

30)[TAP]-knop

Tik in de maat van de song op deze knop om het tempo in te stellen (zie blz. 43).

31)[CURSOR]-knoppen

Hiermee beweegt u de cursor in het scherm (zie blz. 34).

32)[INC/+][DEC/-]-knoppen

Hiermee kunt u songs kiezen en parameterwaarden wijzigen. Druk op [INC/+] om een hogere waarde te kiezen en op [DEC/-] om een lagere waarde te kiezen (zie blz. 34).

33)Numeriek toetsenblok

Ook hiermee kunt u songs kiezen en waarden wijzigen. Vergeet niet op [ENTER] te drukken nadat u de gewenste waarde hebt ingetikt (zie blz. 34).

34)[ENTER]-knop

Hiermee voert u dus de waarden in die u met het numerieke blok hebt gespecifieerd (zie blz. 34).

35)Disk drive

Steek hier diskettes in die muziekdata bevatten (zie blz. 89).

36)Uitsparing voor drives

Hierin kunt u een Zip drive (ZIP-EXT-2S, los verkrijgbaar) of een harde schijf (HDP-88, los verkrijgbaar) installeren (zie blz. 89).

12

Voorzieningen op de panelen

1.2 Achterpaneel

6

11

 

2

7

9

10

1

 

8

 

 

CAUTION

3

4

5

1)[POWER]-schakelaar

Hiermee schakelt u de MC-80 in en uit.

Opmerking: Schakel de MC-80 nooit zo maar uit – volg steeds de procedure zoals beschreven op blz. 101.

2)AC IN

Verbind de bijgeleverde stroomkabel met deze ingang (zie blz. 15).

3)MIDI IN 1/IN 2 connectors

Sluit hier de uitgangen van externe MIDI-keyboards en -klankmodules op aan (zie blz. 37).

4)MIDI THRU-connector

Deze uitgang levert een ongewijzigde kopie van het signaal dat via MIDI IN wordt ontvangen.

5)MIDI OUT1/OUT 2 connectors

Verbind deze connectors met de MIDI-ingangen van externe klankmodules, samplers, hard disk recorders, enz. (zie blz. 37).

6)SCSI-slot

Hierin kunt u de (los verkrijgbare) SCSI-aansluiting (VS4S-1) installeren (zie blz. 99).

7)FOOT SW-connector

Hier kunt u een voetschakelaar (bijvoorbeeld een DP-2, los verkrijgbaar) op aansluiten (zie blz. 102).

8)CLICK LEVEL-regelaar

Hiermee regelt u het volume van de metronoomklik.

9)OUTPUT (R/L (MONO))-connectors

Als u een VE-GS Pro Voice Expansion Board hebt geïnstalleerd kunt u het geluid daarvan via deze connectors naar een mengtafel e.d. sturen (zie blz. 105).

10)PHONES-uitgang

Hierop kunt u een hoofdtelefoon aansluiten, waarmee u de metronoom van de MC-80 of het geluid van het VE-GS Pro Voice Expansion Board kunt beluisteren.

Opmerking: Als u een hoofdtelefoon aansluit wordt het signaal van de OUTPUT (R/L (MONO))-connectors niet onderbroken.

11)Bevestiging voor veiligheidsslot

Hierop kunt u een in de handel verkrijgbaar veiligheidsslot (bv. Kensington) bevestigen. Deze aansluiting is compatibel met het Kensington Micro Saver systeem.

Opmerking: Microsaver en Kensington zijn geregistreerde handelsmerken van Kensington Microware Limited.

© 1999 Kensington Microware Limited. Kensington Microware Limited

2855 Campus Drive

San Mateo, CA 94403 U.S.A. www.kensington.com

13

MC-80 Handleiding

2. Aan de slag

In dit hoofdstuk nemen we u in sneltreinvaart mee langs de voornaamste functies van de MC-80, zodat u binnen de kortste keren een stukje muziek kunt opnemen en weergeven. We raden u echter aan achteraf ook tijd te maken voor de overige hoofdstukken, dan ontdekt u waarschijnlijk heel wat creatieve mogelijkheden die u op het eerste zicht niet had vermoed. Maar laten we eerst eens kijken hoe u één en ander moet…

2.1 Aansluiten en bedienen

We gaan hier uit van een relatief simpele opstelling. Voor complexere scenario’s met veel MIDI-instru- menten verwijzen we naar blz. 112.

Opmerking: Een standaardregel bij electronische apparatuur is dat u best alle volumes in de minimumstand zet en alle instrumenten uitschakelt voor u aansluitingen maakt, verandert, enz. We raden u aan deze regel ook in het geval van de MC-80 toe te passen.

Voorbeeld 1: U gebruikt een MIDI-klavier (zonder interne klankgenerator) en een externe klankmodule

MIDI-klavier (zonder klankgenerator)

MIDI OUT

Klank- module MIDI IN

AC IN MIDI IN 1 MIDI OUT 1

 

MC-80

 

Actieve luidsprekers,

naar stopcontact

hoodtelefoon, enz.

 

MIDI-verbindingen

MIDI hebt u zeker nodig. Tenslotte wordt via deze verbinding alles wat u op uw klavier speelt naar de MC-80 gestuurd. Bij de weergave stuurt de MC-80 de opgenomen data naar een klankbron; in het bovenstaande scenario is dat een externe klankmo-

dule. De MIDI-data leggen dus de volgende weg af: klavier sequencer (MC-80) klankmodule.

Audiokabels

U wilt uiteraard ook iets horen, daarom moet u de klankmodule middels audiokabels verbinden met een versterker+luidspreker(s).

Voorbeeld 2: U gebruikt een MIDI-klavier (zonder interne klankgenerator) en de VE-GS Pro kaart

MIDI-klavier (zonder klankgenerator)

MIDI OUT

AC IN MIDI IN1 OUTPUT

Actieve luidsprekers, hoofdtelefoon, enz.

MC-80

naar stopcontact

MIDI-verbindingen

De klankgenerator uit het vorige voorbeeld zit dit keer in de MC-80, dus hoeft u enkel het klavier met de MC-80 te verbinden.

VE-GS Pro installeren

Op blz. 105 laten we zien hoe u de VE-GS Pro moet installeren. Deze instructies vindt u overigens ook in de handleiding die bij de VE-GS Pro wordt geleverd.

14

Aan de slag

Opmerking: Een MC-80EX heeft reeds een VE-GS Pro aan boord, daarbij hoeft u dus niets te installeren.

Audiokabels

In dit geval moet u de OUTPUT L(MONO)/R-con- nectors op het achterpaneel van de MC-80 verbinden met de versterker, luidsprekers, enz.

Voorbeeld 3: U gebruikt een MIDI-klavier met interne klankgenerator

MIDI-klavier (met klankgenerator)

Klaviergedeelte

Klankgedeelte

MIDI OUT

 

 

 

 

 

MIDI IN

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

AC IN MIDI IN1 MIDI OUT1

 

MC-80

 

Actieve luidsprekers,

naar stopcontact

hoofdtelefoon, enz.

Ook hier kunnen we analogie met voorbeeld 1 nog eens bovenhalen, zij het dat ditmaal de klankgenerator in het klavier zit. Dat levert automatisch het volgende probleem op: het klavier en de klankgenerator van het MIDI-keyboard zijn normaal intern met elkaar verbonden, anders zou u niets horen als u speelde. Die verbinding kunt u bij de meeste instrumenten echter opheffen (we spreken dan van “Local Off” in tegenstelling tot “Local On”). Dat is in het bovenstaande aansluitschema ook nodig, want anders krijgt de interne klankgenerator tweemaal dezelfde noten voor de kiezen: éénmaal vanuit het klavier en éénmaal via de MC-80. De functie die verantwoordelijk is voor het opheffen van de verbinding tussen klavier en klankgedeelte heet “Local Control” of “Local Switch”. Zowel de precieze naam van de functie als de procedure om ze in te stellen verschillen van fabrikant tot fabrikant, raadpleeg dus best even de handleiding van het instrument waarmee u werkt.

Werkt u met een instrument dat niet over een “Local Control”-parameter beschikt, zie dan blz. 112.

GM en GS

Wat is General MIDI System?

General MIDI System (kortweg GM) is een aanvullende norm voor de MIDI-standaard, die door de

Japanese MIDI Standards Committee en de Amerikaanse MMA (MIDI Manufacturers’ Association) officieel wordt ondersteund.

Maar MIDI is toch al een algemene norm, denkt u nu? Het antwoord hierop is “ja en nee”. Natuurlijk worden de opgenomen MIDI-data door gelijk welke klankbron aanvaard en uitgevoerd. Er is echter één belangrijk probleem. Vroeger hield iedere fabrikant van muziekinstrumenten er een eigen geheugenindeling op na, met als gevolg dat klankgeheugen 3 van het ene instrument een bas bevatte, terwijl dat bij een andere een trompet was.

De specificaties van General MIDI zorgen echter dat u een sequence (een stuk dat u met een sequencer hebt opgenomen) op gelijk welk GM compatibel instrument kunt afspelen. Er zijn weliswaar nog verschillen tussen de geluiden onderling, maar er zijn geen (onaangename) verrassingen meer.

Wat is het Roland GS formaat?

Het GS formaat gaat nog iets verder dan GM. Ook de functies voor het wijzigen van de parameters worden namelijk gestandaardiseerd, net zoals de parameters voor het instellen van de effecten en de aard van de MIDI-commando’s die een GS-compatibel instrument moet kunnen uitvoeren.

In de regel kan een GS-compatibel instrument alle GM-commando’s aan. Vandaar dat op de behuizing van een GS-instrument naast het GS logo ook het GM logo pronkt (dat is bv. het geval op de MC-80). Bij de dingen die alleen in het GS formaat kunnen, horen parameters voor het editen van klanken en de effecten (Chorus en Reverb) en ook een aantal gegevens i.v.m. de manier waarop een klankbron op MIDI-commando’s reageert. Elk instrument dat voorzien is van het GS logo, kan natuurlijk ook sequences in het GS formaat weergeven (sequences die speciaal voor GS-klankbronnen gemaakt zijn). Instrumenten die van beide logo’s voorzien zijn (zoals de MC-80) kunnen zowel GM als GS data zonder problemen weergeven.

MC-80 inschakelen

Respecteer bij het inschakelen steeds de volgorde die we hieronder aangeven, anders riskeert u luidsprekers e.d. te beschadigen.

1)Controleer voor het inschakelen de volgende punten:

15

MC-80 Handleiding

Zorg dat alle apparaten correct zijn aangesloten.

Zet de EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar of het volume van de aangesloten mixer in de minimumstand.

Zorg dat er geen diskette in de drive zit.

2)Schakel eerst de externe klankgenerator in en vervolgens de MC-80.

Na enkele seconden komt u in de SONG PLAY-pagi- na terecht.

Achterpaneel van de MC-80

Na enkele seconden

3)Schakel de versterker in.

4)Speel op het klavier of start een demosong (zie blz. 17) en stel vervolgens een aangenaam luistervolume in op de externe klankgenerator.

5)Maakt u gebruik van de VE-GS Pro, kies dan met de EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar het gewenste volume.

3)In het display verschijnt nu “The MC-80 may now be shut down safely”. U mag nu op de POWERschakelaar drukken om de MC-80 uit te schakelen.

Opmerking: De Shut Down-procedure kunt u niet in gang zetten tijdens de opname of weergave. In voorkomend geval moet u eerst op [STOP] drukken.

MIDI-kanalen selecteren

De data die de MC-80 verlaten doen dat via een bepaald MIDI-kanaal. Het nummer van dat kanaal bepaalt door welke aangesloten klankmodule de partij wordt weergegeven. De meeste klankmodules kunnen tegenwoordig verschillende klanken op verschillende MIDI-kanalen weergeven. We spreken dan van multitimbrale instrumenten (ook de VE-GS Pro kaart behoort hiertoe). In de praktijk beschikt u dan over bv. 16 onafhankelijke klankbronnen in één instrument.

Laten we bij wijze van voorbeeld even aannemen dat u een klankmodule gebruikt die op dit moment een pianoklank heeft klaarstaan op kanaal 1. Om die aan te spreken moeten we de MC-80 op kanaal 1 laten zenden:

Opmerking: De communicatie van het klavier naar de MC-80 gebeurt natuurlijk ook over een bepaald zendkanaal, maar daar houden we ons nu even niet mee bezig).

Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op de TRACKknop [1].

Opmerking: Kies steeds een redelijk luistervolume. Zo houd u uw buren te vriend en vermijd u schade aan versterkers, luidsprekers maar vooral aan uw oren!

Opgelet bij het uitschakelen

De MC-80 is geen instrument wat u zo maar op gelijk welk moment mag uitschakelen door op de [POWER]-schakelaar te drukken. U moet steeds de hieronder beschreven procedure volgen, anders is het mogelijk dat u data verliest of de diskette/disk drive beschadigt.

1)Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op [STOP].

Het display vraagt dat u uw keuze bevestigt. Druk op [F6 (SHUTDOWN)] om de procedure uit te voeren of op [F1 (CANCEL)] als u dat niet wilt.

Opmerking: Zip-diskettes worden bij het uitschakelen automatisch uitgeworpen.

2)Zodra het display “Please remove the floppy disk” meldt drukt u op de uitwerpknop en neemt u de diskette uit de drive.

Informatie over wat u speelt

Klankgenerator

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

De data wor-

 

 

Houd [SHIFT] inge-

 

 

 

den ontvangen

Piano

 

drukt en druk op 1.

 

 

 

op kanaal 1.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Houd [SHIFT] inge-

 

 

 

De data wor-

 

 

 

 

 

den ontvangen

Bas

 

drukt en druk op 2.

 

 

 

op kanaal 2.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Houd [SHIFT] inge-

 

 

 

De data wor-

 

 

 

 

 

den ontvangen

Gitaar

 

drukt en druk op 3.

 

 

 

op kanaal 3.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

While holding down

 

 

 

De data wor-

 

 

 

 

 

den ontvangen

Piano

 

[SHIFT], press 16.

 

 

 

 

 

 

 

op kanaal 16.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

16

Aan de slag

Navigeren binnen de MC-80

De SONG PLAYen QUICK PLAY-pagina’s van de MC-80 vormen een soort uitvalsbasis van waaruit u de meeste functies kunt aanspreken.

Naam van de display-pagina

Bent u op een bepaald moment het noorden kwijt, dan kunt u steeds terugkeren naar deze pagina’s door herhaaldelijk op [EXIT] te drukken. Vanuit sommige pagina’s kunt u hiervoor ook de [SEQUENCER]- knop gebruiken.

Contrast van het display aanpassen

Als het display slecht leesbaar is heeft dat in de regel te maken met de intensiteit en invalshoek van het omgevingslicht. In voorkomend geval kunt u het contrast van het display aanpassen door de [CHAIN PLAY]-knop ingedrukt te houden en aan het [VALUE]-wiel te draaien.

2.2 (Demo)songs beluisteren

Song weergeven

Hieronder laten we zien hoe u de MC-80 songs kunt laten weergeven. Uiteraard geldt deze procedure niet enkel voor de demosongs, maar het is wel handig om die songs (op de bijgeleverde diskette) als “lesmateriaal” te gebruiken.

De songs op de diskette werden opgenomen volgens de GM (General MIDI) specificaties. Het is dus wel zo handig als u een GM-compatibele klankmodule gebruikt om een en ander uit te proberen. Werkt u met een VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro dan is het helemaal feest, want de diskette bevat een aantal songs die speciaal op maat van deze instrumenten zijn gesneden (inclusief effectinstellingen e.d.).

Opmerking: Meer details over de demosongs vindt u op blz. 18.

1

3

4

2

1)Druk op [SELECT].

2)Steek de bijgeleverde diskette met demosongs in de drive, zorg daarbij dat het label zich aan de bovenkant bevindt. Als u een “klik” hoort zit de diskette goed.

Uitwerpknop

Label

Na enkele ogenblikken verschijnt een lijst met songs op het scherm.

3)Kies met het [VALUE]-wiel de gewenste song blz. 18.

4)Druk op [PLAY] om de weergave te starten.

Hieronder ziet u wat u met de overige transportknoppen kunt doen.

Deze indicator geeft het tempo van de weergave aan.

Hiermee gaat u naar

 

 

 

 

 

 

 

 

Hiermee gaat u naar de

de vorige maat.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

volgende maat.

Hiermee gaat u naar

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hiermee gaat u naar

het begin van de song.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

het einde van de song.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Hiermee stopt u de

 

Hiermee start u

Hiermee kunt u opnemen.

sequencer.

 

de weergave.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Mogelijke problemen

De externe klankmodule brengt geen geluid voort

Hebt u alle MIDI-verbindingen correct aangesloten (blz. 14)?

Hebt u de klankmodule wel verbonden met een mixer, versterker, enz.?

Misschien gebruikt u een defecte kabel?

Staat het volume van de klankmodule, de mixer, versterker enz. wel open?

17

MC-80 Handleiding

De VE-GS Pro brengt geen geluid voort

Hebt u de VE-GS Pro op de juiste manier geïnstalleerd (zie blz. 105)?

Staat de EXPANSION OUTPUT LEVEL-regelaar misschien in de minimumpositie?

De klanken kloppen niet

Gebruikt u wel een GM/GS-compatibele klankmodule?

Hebt u in uw klankmodule de GM/GS-mode gekozen?

Overzicht van de demosongs

Nr.

Song-naam

Bestandsnaam

Componist

1

Ac. Piano Solo 1

01PIANO1.MID

Tohru AKI

2

Ac. Piano Solo 2

02PIANO2.MID

Tohru AKI

3

Ac. Piano Solo 3

03PIANO3.MID

Tohru AKI

4

Piano + Rhythm

04PIANOD.MID

Idecs

5

Rhodes + Effect

05EPIANO.MID

Idecs

6

Organ + Rotary

06ORGANA.MID

Idecs

7

Organ + Rhythm

07ORGANB.MID

Music Brains

8

Accordion Demo

08ACDION.MID

Team-khy

9

Nylon Gtr. Solo

09NYLON1.MID

Music Brains

10

Steel Gtr. Solo

10STEEL1.MID

Music Brains

11

Guitar EFX Menu

11GT_EFX.MID

Idecs

12

Distortion Gtr.

12DISTG1.MID

Music Brains

13

Wah Guitar Demo

13WAH_G .MID

Music Brains

14

Funk Guitar

14FUNKG1.MID

Music Brains

15

Jazz Guitar

15JAZZG1.MID

Music Brains

16

Blues Guitar

16BLUSG1.MID

Music Brains

17

Bass Demo

17BASS .MID

Naoki Matsuura

18

Choir Demo

18CHOIR .MID

Idecs

19

Strings Quart

19STRING.MID

Team-khy

20

Str.s Ensemble

20STENS1.MID

Team-khy

21

Orchestra

21OCHSTR.MID

Team-khy

22

Alto&Tenor Sax

22SAX1 .MID

Music Brains

23

TP & TB

23BRASS1.MID

Music Brains

24

Samba & Salsa

24LATIN .MID

Idecs

25

Japanese

25JAPAN .MID

Idecs

26

Chinese

26CHINA .MID

Team-khy

27

Lo-Fi Dance

27LOFI_D.MID

Idecs

28

Lo-Fi Jazz

28LOFI_J.MID

Idecs

29

Lo-Fi Synth

29LOFI_S.MID

Music Brains

30

Synth+Humanizer

30SYN_H1.MID

Idecs

31

Demo for VE-GS

31DEMO_A.SVQ

Yuki Kato

32

Demo for GM

32DEMO_B.SVQ

Yuki Kato

33

PhraseSeqDemoGS

33PSEQ_A.SVQ

Yuki Kato

34

PhraseSeqDemoGM

34PSEQ_B.SVQ

Yuki Kato

Nr. 1~34 : Copyright ©1999, Roland Corporation

Opmerkingen

Nrs. 1~33 en 34 zijn demosongs die speciaal voor de VE-GS Pro werden geschreven (ook geschikt voor de SC-88 Pro).

Nrs. 32 en 34 kunnen door gelijk welke GM-compatibele klankbron worden weergegeven (met een polyfonie van 64 noten of meer).

De diskette bevat ook een “Chain-bestand” (VE-GSPRO.SCV), dat een volgorde van weer te geven songs bevat. Het gaat met name om alle VE-GS Pro songs op een rijtje gezet. Zie “Chains weergeven” op blz. 48.

Deze demosongs zijn enkel bedoeld voor uw persoonlijk gebruik. Publieke vertoning, verspreiding enz. van dit materiaal mag enkel mits uitdrukkelijke toestemming van Roland Corporation.

18

Aan de slag

Tempo wijzigen

U kunt de MC-80 naar wens sneller of trager laten weergeven. Het leuke van een sequencer is dat niet – zoals bij een bandopnemer – gepaard gaat met verhoging resp. verlaging van de toonhoogte. Gebruikt u de sequencer bijvoorbeeld als begeleiding bij het oefenen, dan belet niets u om aanvankelijk traag te spelen en het tempo op te voeren naarmate u de partijen in de vingers krijgt. Nog een mogelijke toepassing: u neemt een moeilijke partij traag op, zodat u ze makkelijker kunt inspelen. Achteraf geeft u ze aan het normale tempo weer.

apart uitschakelen, waardoor het geen deel meer uitmaakt van de weergave. Dat gaat als volgt:

2

3 1 2

1)Druk op [TEMPO] om het tempo-venster te openen.

2)Kies met het [VALUE]-wiel het gewenste tempo.

3)Druk op [EXIT] zodra u klaar bent (het tempo-ven- ster wordt gesloten).

Opmerking: Deze waarde wordt mee opgeslagen als u een song op diskette bewaart (zie blz. 90).

Opmerking: Zolang u zich nog in het Tempo-venster bevindt kunt u opnieuw het originele tempo kiezen door op [F6] te drukken.

Druk op [F6 (RESET)].

 

Originele tempo (toen de song werd geladen).

 

Instrumenten uitschakelen

Individuele partijen uitschakelen

Een song in de MC-80 is doorgaans opgebouwd uit verschillende partijen (maximaal 16), die zich elk op een eigen spoor bevinden. Elk van die sporen kunt u

1)Start de weergave van de “Demo for VE-GS” (zie blz. 17).

Gebruikt u geen VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro, kies dan de demosong “Demo for GM”.

2)Druk op de Track 10 (RHYTHM) knop.

De weergave van de drums wordt uitgeschakeld. De indicator op de knop knippert. Door nogmaals op deze knop te drukken schakelt u de weergave opnieuw in (de knop blijft branden).

Zelf een partij meespelen (Minus One)

Bij Minus One wordt de weergave van een spoor uitgeschakeld, maar kunt u meteen met de klank van dat spoor zelf een partij meespelen op het klavier. Een voor de hand liggende kandidaat voor deze behandeling is uiteraard het melodiespoor, maar ook andere sporen zijn mogelijk.

3

2

 

1)Start de weergave van de “Demo for VE-GS” (zie blz. 17).

Gebruikt u geen VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro, kies dan de demosong “Demo for GM”.

2)Druk op de [MINUS ONE]-knop (de indicator licht op).

19

MC-80 Handleiding

3)Druk op de knop van het spoor dat u wilt uitschakelen.

4)Speel op het klavier dat u met de MC-80 hebt verbonden. U hoort nu de klank van het uitgeschakelde spoor.

Druk nogmaals op [MINUS ONE] als u de functie wilt uitschakelen (de indicator dooft).

Spoor apart beluisteren (Solo)

Solo betekent dat u één spoor apart beluistert en de weergave van de overige sporen uitschakelt. Dat kan handig zijn als u probeert uit te vissen welk spoor welke klank weergeeft.

3

2

 

1)Start de weergave van de “Demo for VE-GS” (zie blz. 17).

Gebruikt u geen VE-GS Pro, SC-880 of SC-88 Pro, kies dan de demosong “Demo for GM”.

2)Druk op de [SOLO]-knop (de indicator licht op).

3)Druk op de knop van spoor 10. U hoort nu enkel nog de drums.

4)Druk op de knop van spoor 2.

Nu hoort u enkel nog de bas. Zo kunt u uiteraard het hele rijtje afgaan en de sporen één voor één beluisteren. Wilt u opnieuw het hele arrangement horen, druk dan nogmaals op [SOLO].

2.3 Eerste opname

Nu we kennis hebben gemaakt met de voornaamste transportfuncties kunnen we ons aan een eerste opname wagen.

Verschillende opnamemethodes

De MC-80 kan op verschillende manieren opnemen. Alle beschikbare methodes komen in de onderstaande song aan bod, zo leert u meteen de mogelijkheden kennen.

2 De baspartij nemen we noot voor noot op.

3De melodie kunnen we nu "live" inspelen omdat we intussen een begeleiding van drums en bas hebben.

4De eerste maat blijft leeg omdat hier de klankkeuze-data voor de toongenerator worden opgenomen.

De drums bestaan ten dele uit een herhalend patroon. Het volstaat dat we dit n keer opnemen en 1 achteraf kopi ren. Bovendien kunnen we individuele (foute) noten wissen, verplaatsen, enz.

20

Aan de slag

Laten we, voor alle duidelijkheid, het verloop van onze eerste opname even op een rijtje zetten:

1)We maken de nodige voorbereidingen.

2)We nemen de drums op.

3)We nemen de bas stap voor stap op.

4)We nemen de melodie op terwijl we naar drums en bas luisteren.

5)We bewaren de afgewerkte song op diskette.

Voorbereiding

Opnemen doen we steeds vanuit de SONG PLAYpagina. Daar komt u als volgt terecht:

2

1

1)Druk op [SEQUENCER].

Waarschijnlijk bevindt u zich nu reeds op de SONG PLAY-pagina, u kunt dat zien in de linker bovenhoek van het display:

plaatsen zorgt u dat bij de weergave automatisch de juiste drumset wordt gekozen.

3

 

4

5

 

2

6

1, 8

9

7

 

Laten we even stap voor stap bekijken hoe u zo’n programmakeuze-commando aan het begin van de song plaatst:

Ga naar de Microscope-pagina voor spoor 10

1)Druk op [SEQUENCER].

2)Druk op [F4 (MICRO)] om naar de Microscopepagina te gaan.

3)Druk op TRACK [10] (RHYTHM) om naar de pagina voor spoor 10 te gaan.

Aangezien er nog niets is opgenomen blijft het scherm voorlopig leeg.

2)Blijkt er linksboven “QUICK PLAY” te staan, druk dan op [F1 (INT SONG)] om naar de SONG PLAYpagina te gaan.

Drums opnemen (Realtime opname)

Beginnen met de drums is een logische keuze: zo hebt u straks meteen een ritmische referentie waarover u de andere partijen kunt inspelen.

Drum Set kiezen

De meeste klankmodules hebben verschillende “drumkits” aan boord, gaande van een akoestisch jazz-setje tot de vette beats van een vintage drummachine. De MC-80 kiest deze sets op dezelfde manier als hij bv. een pianoof basklank kiest, namelijk middels MIDI-programmakeuzecommando’s. Door het relevante commando aan het begin van een song te

Voer het programmakeuze-commando in

4)Druk op [F1 (CREATE)] om naar de pagina te gaan waarin u het type data kunt kiezen.

5)Plaats de cursor op Program Change.

6)Druk op [F6 (EXECUTE)].

Hiermee voegt u een programmakeuze-commando in op 1-1-0 (het begin van de eerste tel van de eerste maat).

7)Plaats de cursor op “q Prog” en kies met het

[VALUE]-wiel “9”.

U hebt nu een programmakeuze ingevoerd die “9[Room]” kiest.

8)Druk op [SEQUENCER] om terug te keren naar de

SEQUENCER-pagina.

21

MC-80 Handleiding

Zend de programmakeuze naar de klankgenerator

9)Druk op [TOP] en vervolgens op [PLAY].

De song wordt nu vanaf maat 1 weergegeven en de programmakeuze wordt naar de klankmodule gezonden. Als alles goed gaat merkt u nu dat deze laatste Drum Set nr. 9 kiest.

Voorbereidingen voor “realtime” opnemen

3, 5

6

1

7

 

2

 

4

 

1)Druk op [SEQUENCER] om naar de sequencerpagina te gaan.

2)Ga met [BWD] en [FWD] naar het begin van de tweede maat (we beginnen pas op te nemen vanaf maat 2 omdat maat 1 de programmakeuze van daarnet bevat).

3)Draai de [CLICK LEVEL]-regelaar op het achterpaneel naar de stand “0”.

THIS DEVICE COMPLIES WITH PART 15 OF THE FCC RULES. OPERATION IS

SUBJECT TO THE FOLLOWING TWO CONDITIONS: (1) THIS DEVICE MAY

NOT CAUSE HARMFUL INTERFERENCE, AND (2) THIS DEVICE MUST

ACCEPT ANY INTERFERENCE RECEIVED, INCLUDING INTERFERENCE

THAT MAY CAUSE UNDESIRED OPERATION.

CAUTION

ATTENTION:

RISQUE DE CHOC

ELECTRIQUE NE PAS

OUVRIR

4)Druk op [REC] om de MC-80 klaar te maken voor opname.

5)Kies nu met de [CLICK LEVEL]-regelaar een aangenaam metronoomvolume.

6)Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op de TRACK [10] (RHYTHM) knop.

U hebt nu spoor 10 voor opname geselecteerd. Als u nu op het klavier speelt zou u drumklanken moeten horen.

Opmerking: Op dit moment zijn alle sporen nog gekoppeld aan het MIDI-kanaal met hetzelfde nummer, dus spoor 1 aan kanaal 1 enz. We kiezen dan ook spoor 10 omdat GM/ GS-compatibele klankmodules de drums in de regel aan kanaal 10 toewijzen.

7)Maak de onderstaande instellingen. Plaats eerst de cursor op een parameter en kies vervolgens met het [VALUE]-wiel de gewenste waarde.

Count in: 1 Meas Hiermee zorgt u dat er voor het begin van de opname n maat wordt afgeteld.

Loop/Punch: Loop (4 Meas) Hiermee zorgt u dat er — vanaf maat 2 — vier maten worden herhaald, zodat u "in een lus" kunt opnemen.

Tempo: Hiermee stelt u het tempo in.

Qntz: OFF Hiermee schakelt u de automatische timing-correctie (quantisering) uit.

Rec Mode: Mix Hiermee specifieert u dat de nieuwe noten die u bij iedere herhaling speelt bij de vorige noten worden gevoegd, zodat bv. de basdrum niet wordt gewist door de snare-drum die u er bij het volgende "rondje" aan toevoegt.

Realtime opnemen

Nu we de nodige voorbereidingen hebben getroffen kunnen we gaan opnemen.

3 1

1)Druk op [PLAY].

De metronoom telt één maat af, daarna mag u beginnen drummen. Hieronder ziet u welke drumklanken volgens de GM/GS-standaard aan welke toetsen zijn toegewezen.

 

Gesloten Hi-Hat

 

 

 

Open Hi-Hat

<Drum>

Middentom

 

 

Hi-Hat

Lage tom

 

 

 

 

 

 

Snare

Basdrum

Hoge tom

 

 

Snare

Middentom

Basdrum

 

 

Lage tom

 

 

Het staat u uiteraard vrij om een drumpartij op te bouwen zoals u dat het liefst doet, maar laten we voor dit voorbeeld even beginnen met een basdrumsnare patroon. Niet vergeten op de metronoom te letten!

Zoals u merkt keert u na het einde van maat 5 automatisch terug naar het begin van maat 2 en hoort u wat u daarnet hebt gespeeld. Dat geeft u de kans om de…

2) …hi-hat, toms enz. op te nemen.

22

Aan de slag

Bij iedere herhaling kunt u een partij toevoegen, die bovenop de aanwezige partijen wordt gestapeld.

3)Zodra de drumpartij naar wens is mag u op [STOP] drukken.

Hebt u een foutje gespeeld of bent u niet tevreden met de opname? Lees dan even verder, want hieronder leggen we uit hoe u fouten kunt corrigeren. Op blz. 68 laten we bovendien zien hoe u een bestaande opname nog ingrijpend kunt wijzigen.

Fouten corrigeren

Misschien vindt u uw eerste drumpogingen maar niets en wilt u ze meteen wissen. Dat kan door [SHIFT] ingedrukt te houden en op [EXIT] te drukken. De [EXIT]-knop fungeert in dit geval als “Undo”-knop. Door nogmaals op [SHIFT]+[EXIT] te drukken herstelt u de opname die u net had gewist (Redo). In feite wisselt u dus steeds tussen de volgende scenario’s:

 

Opnemen

 

(of Redo)

V r de opname

Na de opname

[SHIFT]+[EXIT] (Undo)

Bas opnemen (stapsgewijze opname)

De baspartij van ons voorbeeld is relatief eenvoudig en strak, en is daarom bij uitstek geschikt om stap voor stap (Step Time) op te nemen.

Basklank kiezen

Net als voor de drums zoeken we eerst een program- makeuze-commando dat aan het begin van de song de juiste basklank oproept. Bij GM/GS-klankmodu- les zitten de bassen van nummer 33~40. Kies voor ons voorbeeld nr. 34, “Fingered Bass” (misschien heeft dit nummer op uw GM/GS-module een iets andere naam, maar het gaat in principe om hetzelfde soort klank).

4

 

5

6

 

3

7

1, 8

 

2

 

9

 

Ga naar de Microscope-pagina voor spoor 2

1)Druk op [SEQUENCER].

2)Druk op [TOP] om terug te keren naar het begin van de song.

3)Druk op [F4 (MICRO)] om naar de MICROSCO- PE-pagina te gaan.

4)Druk op TRACK [2] (BASS) om naar de pagina voor spoor 2 te gaan.

Aangezien er nog niets is opgenomen blijft het scherm voorlopig leeg.

Voer het programmakeuze-commando in

5)Druk op [F1 (CREATE)] om naar de pagina te gaan waarin u het type data kunt kiezen.

6)Plaats de cursor op Program Change.

7)Druk op [F6 (EXECUTE)].

Hiermee voegt u een programmakeuze-commando in op 1-1-0 (het begin van de eerste tel van de eerste maat).

8)Plaats de cursor op “q Prog” en kies met het

[VALUE]-wiel “34”.

U hebt nu een programmakeuze ingevoerd die “Fingered Bass” kiest.

9)Druk op [SEQUENCER] om terug te keren naar de SONG PLAY-pagina.

Zend de programmakeuze naar de klankgenerator

10)Druk op [TOP] en vervolgens op [PLAY].

De song wordt nu vanaf maat 1 weergegeven en de programmakeuze wordt naar de klankmodule gezonden. Deze laatste kiest nu “Fingered Bass” op MIDI-kanaal 2.

23

Roland MC-80 Manual

MC-80 Handleiding

Voorbereidingen voor stapsgewijs opnemen

waarde waarmee de noot werd gespeeld (in het

 

onderstaande voorbeeld is dat “100).

4

3

1

2

1)Ga met [BWD] en [FWD] naar het begin van de tweede maat (we beginnen pas op te nemen vanaf maat 2 omdat maat 1 de programmakeuze van daarnet bevat).

2)Houd [SHIFT] in gedrukt en druk op [REC] om de MC-80 klaar te maken voor opname.

3)Plaats de cursor op “Track” en kies “Trk 2”. Plaats de cursor vervolgens op “Mode” en kies “Mix”.

4)Druk op [F6 (STEP REC)] om naar de gelijknamige pagina te gaan.

Stapsgewijs opnemen

De eerste noot van de baspartij is een kwartnoot op de toets G2.

1) Plaats de cursor op “Step Time” en kies “1/4 (q )”.

Hebt u zonet een foute noot ingevoerd, druk dan op [F3 (BACK DEL)]. De laatst ingevoerde noot wordt daarmee gewist en u bevindt zich meteen op de juiste plaats om het nog eens te proberen.

Het volgende wat we op de partituur tegenkomen is een achtste rust.

3)Plaats de cursor op “Step Time” en kies 1/8 (e).

Aangezien het hier om een rust gaat, hoeft u hier verder niets te specifiëren.

4)Druk op [F5 (REST)].

U komt nu terecht op positie 2-2-240; er werd dus een achtste rust ingevoerd.

Opmerking: Binnen één tel kan de MC-80 nog 480 verschillende posities onderscheiden. We spreken daarom van een “resolutie van 480 tikken per tel”. Aangezien een achtste noot een halve tel beslaat, is het dus logisch dat de teller hierboven 240 tikken vooruitgaat.

We zijn nu toe aan een koppel 16de noten (G2).

2)Druk op de G2-toets.

De noot wordt ingevoerd en de teller springt één stap verder. Rechts van de nootnaam ziet u de aanslag-

5) Plaats de cursor op “Step Time” en kies 1/16 (x )”.

24

Aan de slag

6)Druk twee maal op G2.

Hiermee voegt u twee G2 noten in en gaat u naar het begin van de derde tel (2-3-0).

Vervolgens voeren we een halve rust in.

7)Plaats de cursor op “Step Time” en kies 1/2 (h )”.

8)Druk op F5 (REST).

U komt nu terecht aan het begin van maat 3 (3-1-0). U hebt nu gezien hoe het werkt – nu kunt u op eigen houtje de overige maten van de baspartij invoeren (tot en met maat 5). Bent u hiermee klaar…

9)…druk dan op [STOP] om terug te keren naar de SONG PLAY-pagina.

Opmerking: Stapsgewijs opnemen kan zelfs zonder MIDIklavier. Zie hiervoor blz. 56.

Opmerking: Ook bij Step Recording (de officiële naam voor stap-voor-stap opnemen) kunt u de volledige opname in één klap wissen m.b.v. de Undo-functie. Dat werkt op dezelfde manier als bij Realtime opnemen (zie blz. 23).

Melodie opnemen

Nu we de basis van bas en drums hebben afgewerkt kunnen we er een melodie aan toevoegen. Gebruik hiervoor de Realtime en Step technieken die u in het voorgaande hebt geleerd.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B3

 

 

G4 D4 C4 B3 A3

C4 A3 G3

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

B3 C4

 

 

D4

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

C#4

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

In het geval u Step Recording gebruikt zou h et resultaat er zo moeten uitzien:

Song opslaan

Als u de MC-80 nu uitschakelt bent u alles wat we daarnet hebben gedaan kwijt. Het is daarom een beter idee een en ander even op diskette te schrijven.

Diskette formateren

Net zoals een computer houdt de MC-80 er zijn eigen systeem van databeheer op na. Dat moet eerst even aan de diskette worden meegedeeld voor u er songs e.d. op kunt schrijven. We noemen dit proces formateren.

LET OP! tijdens het formateren worden alle op de diskette aanwezige data gewist. Controleer dus steeds of de diskette die u wilt formateren geen belangrijke data bevat!

Het formateren gaat als volgt in zijn werk:

1)Zet het wisbeveiligingsnokje van de diskette in de stand “beschrijfbaar”.

Beveiligingsnokje

"Schrijven"

"Veilig"

2)Steek een diskette in de disk drive.

3)Druk op [TOOLS], vervolgens op [F5 (DISKUTIL)] en tenslotte op [F6 (MENU)] om naar het DISK MENU te gaan. Hierin kiest u [F4 (FORMAT)].

U komt nu terecht in de “DISK UTILITY/9 FOR- MAT”-pagina.

25

MC-80 Handleiding

4)Druk op [F1 (DRIVE)] en kies de diskette (dit is enkel nodig wanneer u nog andere media, bv. harde schijven, op de MC-80 hebt aangesloten).

5)Druk op [F6 (FORMAT)].

6)U moet de diskette een naam geven voor u ze formateert. Met de cursor stapt u doorheen de verschillende karakters en met het [VALUE]-wiel kiest u telkens het gewenste karakter.

7)Druk op [F6 (FORMAT)].

Het display vraagt nu of u wel degelijk de diskette wilt formateren: “Are you sure?” Druk op F1 (CANCEL) als u beslist toch niet te formateren.

8)Druk op [F6 (FORMAT)].

De diskette wordt nu geformateerd. In het display kunt u de geboekte vooruitgang volgen (van 0~ 100%). Zodra de diskette is geformateerd meldt het display “Completed”.

9)Druk op [F6 (ACCEPT)].

Song wegschrijven

4)Druk op F6 (MC-80).

De song wordt dan in het eigen formaat van de MC-80 opgeslagen. Kies [F4 (SMF 0)] of [F5 (SMF 1)] enkel als u bestanden met sequencers of computers wilt uitwisselen, want bij deze opties wordt niet alle informatie opgeslagen die bij de “MC-80”-optie wél op de diskette belandt.

5)Geef de song een naam. Met de cursor stapt u doorheen de verschillende karakters en met het [VALUE]-wiel kiest u telkens het gewenste karakter.

6)Druk op [F6 (OK)] zodra de naam volledig is. U komt nu terecht in een pagina waarin u de schrijfbestemming kunt specifiëren.

7)Druk op [F6 (SAVE)].

De song wordt op diskette geschreven. Zodra dit is gebeurd keert u terug naar de SONG PLAY-pagina.

4,6,7

 

3

5

2

 

1

1

1)Steek een geformateerde (zie hierboven) diskette in de disk drive.

2)Druk op [SEQUENCER].

3)Druk op [F5 (SAVE)] om naar de “FILETYPE”- pagina te gaan.

Eenvoudige editfuncties

De MC-80 biedt uitgebreide mogelijkheden om in een bestaande opname wijzigingen aan te brengen. We laten u hier kennismaken met de twee voornaamste, de rest komt in de overige hoofdstukken van deze handleiding aan bod.

Fouten uit een opname halen (Micro Edit)

We hebben tijdens onze eerste stap-voor-stap opname al kennisgemaakt met de Microscope-pagina, de pagina waarin de primaire gegevens voor iedere opgenomen noot staan afgebeeld. Al die gegevens kunt u wijzigen, we spreken dan van Micro Edit.

26

Aan de slag

Om de mogelijkheden te illustreren gaan we enkele foutjes uit een opname halen.

lijk kleine timing-afwijkingen “rechttrekken”, zodat alles ritmisch perfect zit.

5

4

6 3

1,7

2

1)Druk op [SEQUENCER].

2)Druk op [TOP].

3)Druk op F4 (MICRO) om naar de Microscopepagina te gaan.

4)Druk op de TRACK-knop van het spoor dat u wilt editen om naar de Microscope-pagina voor dat spoor te gaan.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Maat, tel, tik

 

Nootdata

Aanslagwaarde

 

Snelheid waarmee

 

 

 

 

 

 

 

(playing force)

 

de toets wordt

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

losgelaten

 

 

 

 

 

 

 

Hoe lang de toets

 

 

 

 

 

 

 

ingedrukt blijft

5)Plaats de cursor op de data die u wilt wissen.

In de linkerkolom wordt de plaats van het geluid in de song aangegeven. Zo betekent “2-3-0” dat dit geluid zich aan het begin van de derde tel van de tweede maat bevindt.

6)Door op [F2 (ERASE)] te drukken wist u de data die u met de cursor hebt geselecteerd.

7)Druk op [SEQUENCER] om terug te keren naar de SONG PLAY-pagina.

Timing strakker maken (Quantize)

De ene muzikant is technisch al wat beter onderlegd dan de andere, en soms is het moeilijk om een partij echt strak te spelen, terwijl die partij daar misschien wel om vraagt. In dergelijke gevallen kan de Quanti- ze-functie uitkomst bieden. Hiermee kunt u name-

4

 

7

5,6

2

3

 

1

 

1)Druk op de [SEQUENCER]-knop.

2)Druk op [F2 (QUANTIZE)].

3)Druk op [F1 (GRID)] om naar de “GRID QUANTI- ZE”-pagina te gaan.

4)Druk op de TRACK [10]-knop.

Laten we de drums quantiseren.

5)Plaats de cursor op “Resolution” en kies met het [VALUE]-wiel “1/16”,

Als vuistregel bij het quantiseren geldt dat u steeds de kortste nootwaarde moet kiezen die in de partij voorkomt, in dit geval is dan een zestiende noot.

6)Plaats de cursor op “Strength” en kies met het [VALUE]-wiel “100%”,

Dit wil zeggen dat alle noten worden verplaatst naar de dichtstbijzijnde 16de nootwaarde. Blijkt dit een te mechanische feel op te leveren, kies dan een lagere Strength-waarde.

7)Druk op [F6 (EXECUTE)] om de noten te quantiseren.

Bent u niet tevreden met het resultaat, dan kunt u de bewerking annuleren door [SHIFT] ingedrukt te houden en op [EXIT] te drukken.

Dit was slechts een summiere kennismaking met de Quantize-functie. Naast de hier gebruikte Grid Quantize bestaat er nog een Groove Quantize. Die trekt de noten niet zonder meer recht, maar kan een bepaalde “feel” aan een partij verlenen door nootwaarden te verplaatsen. Verder zijn er nog mogelijkheden om slechts een beperkt aantal maten te quantiseren of om de gequantiseerde partij op een ander spoor te schrijven. Meer over dit alles leest u vanaf blz. 83.

27

MC-80 Handleiding

2.4 MC-80 live gebruiken

We hebben de MC-80 heel wat functies meegegeven waarmee hij uitstekend zijn mannetje kan staan op het podium.

 

Hiermee kunt u de volgende song

Met n toets kunt u complexe notenreeksen aansturen

al selecteren terwijl u de vorige nog speelt

Hiermee kunt u tijdens de weergave transponeren.

Hiermee kunt u een song "uitfaden".

Hiermee kunt u meteen naar een bepaalde maat springen.

Door de maat op deze knop te tikken kunt u het tempo instellen.

Tempo intikken met de [TAP]-knop

Op blz. 19 hebben we al gezien hoe u het tempo kunt wijzigen met het [VALUE]-wiel. Dit kan echter ook intuïtiever, door in de maat op de [TAP]-knop te drukken.

1 2

1)Druk op [SEQUENCER] en start de weergave (zie blz. 17).

2)Tik in het gewenste tempo een vierkwartsmaat op de [TAP]-knop. U hoort nu hoe het tempo verandert naarmate u sneller of trager tikt.

Opmerking: Door op de [TEMPO]-knop te drukken gaat u naar de Tempo-pagina, waarin u de tempo-gegevens meer in detail kunt bekijken.

Tijdens het spelen de volgende song kiezen (Next Song)

Stel: u wilt een optreden ten beste geven waarbij u niet van tevoren bepaalt in welke volgorde u de nummers speelt, maar u wilt wél een strakke set met naadloos aansluitende songs. In dat geval biedt de “Next Song”-functie soelaas: hiermee kunt u tijdens de weergave van een song reeds de volgende song

28

Aan de slag

opzoeken, zodat die straks meteen kan worden gestart.

de MC-80 kunt u die song tijdens de weergave transponeren, tot u de passende toonaard hebt gevonden.

4

3

2

5

1)Start de weergave van een song (zie blz. 17).

2)Druk op [SELECT] om naar de SONG SELECTpagina te gaan.

3)Druk op [F1 (DRIVE)] om de diskette te selecteren.

4)Plaats de cursor op de naam van de song die u als volgende wilt weergeven.

5)Druk op [ENTER].

De naam van de song verschijnt in het Next-venster, zoals in de onderstaande afbeelding.

dit wordt de volgende song

Wilt u de gemaakte keuze annuleren, druk dan op [EXIT].

Opmerking: Wilt u toch van tevoren de volgorde van alle songs vastleggen, gebruik dan de Chain Play-functie (zie blz. 48).

Transponeren tijdens de weergave

Nog zo’n live-scenario: de zanger(es) is die dag niet goed bij stem en de toonaard waarin u song x normaal speelt blijkt plots te hoog. Geen probleem, met

 

4

2

3

1)Start de weergave van een song.

2)Druk op [TRANSPOSE]. U komt terecht in de “Set- tings”-pagina.

3)Kies met [INC/+][DEC/-] of met het [VALUE]-wiel de gewenste transpositie.

Transponeren gebeurt in stappen van een halve toon (positieve waarden transponeren omhoog, negatieve omlaag).

4)Hebt u de gewenste transpositie gevonden, druk dan op [EXIT] om terug te keren naar de SONG PLAYof QUICK PLAY-pagina.

Opmerking: De transpositie-waarde wordt onthouden wanneer u de song op diskette schrijft.

Songs “uitfaden”

De MC-80 kan songs laten eindigen met een fade-out, net zoals op de plaat.

Opmerking: Het is mogelijk dat deze functie niet werkt in combinatie met niet-GS-compatibele klankmodules.

2, 5 4

1)Start de weergave van een song.

2)Op de plaats waar u de fade-out wilt laten beginnen houdt u [SHIFT] ingedrukt en drukt u op [END].

De MC-80 start nu de fade-out.

29

MC-80 Handleiding

3)Na 10 seconden hoort u niets meer.

4)Druk op [STOP] om de weergave te stoppen.

5)Druk nogmaals op [SHIFT]+[END] om het originele volume te herstellen.

Opmerking: Tijdens de weergave kunt u het originele volume niet herstellen.

Moeilijke riffs, licks enz. met één toets aansturen

Naast volledige songs kunt u met de MC-80 ook korte frases, riffs, melodietjes enz. opnemen en aan een klaviertoets koppelen. Dat kan handig zijn voor partijen die u niet kunt spelen (wegens te weinig handen of gewoon te moelijk). Bovendien is er ook nog een krachtige arpeggiator aan boord die u uw akkoorden omvormt tot notenreeksen.

Frases met één toets aansturen (Phrase Sequence)

We demonstreren deze functie aan de hand van een demosong.

2 3

5

4

1

1)Steek de diskette met demosongs in de disk drive.

2)Druk op [SEQUENCER].

3)Druk op [SELECT].

4)Kies met het [VALUE]-wiel “33PhraseSeqDemoGS” (werkt u met een GMcompatibele klankmodule, kies dan “34PhraseSeqDemoGM”.

5)Druk op [PLAY] om de drumbegeleiding te starten.

6)Stuur met de klaviertoetsen de basfrases aan.

Met de toetsen die hieronder naast “6” zijn afgebeeld kunt u een reeks baspatronen weergeven. U hoeft de toets slechts kort in te drukken, het patroon gaat daarna vanzelf verder. Wilt u het patroon stoppen,

druk dan nogmaals op dezelfde toets of op de “stop”- toets (in dit geval is dat C2).

7)Voeg op dezelfde manier andere partijen toe.

Zoals u uit de “7”-toetsen uit de onderstaande afbeelding kunt opmaken, zijn er – naast baspatronen – in deze song ook nog frases voor percussie, orgel, blazers, enz. beschikbaar. Uitproberen is hier de boodschap!

Clav

C4

Backing EP

 

Syn Lead

 

Seq

 

Hit

 

7.

Organ

 

Mute TP

C3

 

Mute GT

 

 

Filter

 

 

Clean GT

 

 

Brass2

 

 

Brass

C2

 

 

Tamb

Shaker

Drum Fill

Bass Vari8

Bass Vari7

Bass Vari6

Bass Vari5

Bass Vari4

Bass Vari3

Bass Vari2

Bass Vari1

Bass Basic

Stop-toets

7.

6.

Opmerking: Vanaf blz. 61 komen nog meer mogelijkheden aan bod. Zo kunt u uw eigen frases maken en het klavier kiezen van waaruit u de frases wilt aansturen.

Arpeggiator

De arpeggiator van de MC-80 vormt de akkoorden die u op het klavier speelt om tot gebroken notenreeksen. Daarbij zijn er heel wat opties aangaande maatsoort, stijl, enz.

3

5

2

1 6

1)Druk op [SEQUENCER] om naar de SONG PLAYpagina te gaan.

2)Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op een TRACKknop.

Door een spoor te kiezen kiest u meteen het overeenkomstige MIDI-kanaal.

3)Druk op [ARPEGGIATOR] (de indicator licht op).

4)Speel een akkoord op het klavier.

U hoort nu hoe het akkoord wordt omgezet in een arpeggio. Laten we nu even kijken hoe we die arpeggio kunnen wijzigen.

30

Loading...
+ 99 hidden pages