Toyota TNS510 Manual

4 (2)

Inleiding

Dank u voor uw aankoop van dit navigatiesysteem. Gelieve deze handleiding aandachtig te lezen voor een goed gebruik. Houd deze handleiding altijd bij u in uw voertuig.

Dit navigatiesysteem is een van de technologisch meest geavanceerde voertuig­ accessoires die ooit ontwikkeld werden. Het systeem ontvangt satellietsignalen van het GPS (Global Positioning System) dat beheerd wordt door het Ministerie van Landsverdediging van de V.S. Aan de hand van deze signalen en andere voertuig­ sensoren, toont het systeem uw huidige positie en helpt u bij het localiseren van een gewenste bestemming.

Het navigatiesysteem is ontworpen voor het selecteren van efficiënte routes vanaf uw huidige startlocatie tot aan uw bestemming. Het systeem is ook ontworpen om u op een efficiënte manier naar een bestemming te loodsen waarmee u niet vertrouwd bent. Het kaartenbestand is gebaseerd op AISIN AW-kaarten die op hun beurt gebaseerd zijn op NAVTEQ-kaarten. De berekende routes zijn soms niet de kortste, noch die met de minste verkeershinder. Uw eigen persoonlijke kennis over de plaatselijke toestand of een zelf gevonden kortere weg kunnen soms sneller zijn dan de berekende routes.

De database van het navigatiesysteem bevat ongeveer 40 POI-categorieën waaruit u gemakkelijk bestemmingen kunt selecteren zoals restaurants en hotels. Als een bestemming niet in de database voorkomt, kunt u de straat of een groot kruispunt in de buurt ervan invoeren en het systeem zal er u naartoe brengen.

Het systeem zal zowel een visuele kaart als audio-instructies geven. De gesproken instructies zullen de restererende afstand aankondigen en die waar u moet indraaien bij het naderen van een kruising of afslag. Deze gesproken instructies zullen u helpen uw ogen op de weg te houden. Ze zijn zo ingesteld dat er voldoende tijd overblijft om te kunnen manoeuvreren, van rijstrook te veranderen of te vertragen.

üBestel uw bijgewerkte kaarten rechtstreeks via http://www.toyota-mapupdates.eu/

TNS 510    1

NL_01955_TNS510_OM.indd 1

 

 

12/1/08 2:09:03 PM

 

 

Wees er u echter van bewust dat alle huidige navigatiesystemen bepaalde beperkingen hebben die hun vermogen om goed te presteren kunnen beïnvloeden. De nauwkeurigheid van de positie van de auto hangt af van de satelliettoestand, de configuratie van de weg, de staat van de auto of andere omstandigheden. Voor meer informatie over de beperkingen van het systeem, zie pagina's 248 tot en met 249.

TOYOTA MOTOR CORPORATION

2    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 2

 

 

12/1/08 2:09:03 PM

 

 

Belangrijke informatie over deze handleiding

Om veiligheidsredenen zijn in deze handleiding elementen die bijzondere aandacht vergen als volgt weergegeven.

üOPGELET

Dit is een waarschuwing voor alles wat kan leiden tot letsels als de waarschuwing genegeerd wordt. U krijgt informatie over wat u al dan niet mag doen om het gevaar voor verwondingen voor uzelf en anderen te vermijden.

OPMERKING

Dit is een waarschuwing voor alles

wat

schade

kan

toebrengen

aan

de

auto of

aan

zijn uitrusting

als

de waarschuwing in de wind wordt geslagen. U wordt op de hoogte gebracht over wat u al dan niet mag doen om het risico op schade aan uw voertuig en zijn uitrusting te vermijden of te verminderen.

INFORMATIE

Dit verschaft extra informatie.

Uitzicht en specificaties kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden aan­ gepast. Alle rechten voorbehouden. Niets van deze publicatie mag geproduceerd worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Toyota Motor Europe.

NL_01955_TNS510_OM.indd 3

Veiligheidsinstructie

N0001GS

Om dit systeem zo veilig mogelijk te gebruiken, dient u altijd de onderstaande veiligheidstips in acht te nemen.

Dit systeem is bedoeld als hulp bij het bereiken van een bestemming en indien het goed gebruikt wordt dan zal dit u daarbij effectoef helpen. Alleen de bestuurder is verantwoordelijk voor de veilige bediening van het voertuig en de veiligheid van de passagiers.

Gebruik geen enkele functie van dit systeem als u erdoor verstrooid raakt en de veiligheid tijdens het rijden in het gedrang komt. De eerste prioriteit bij het rijden moet altijd de veilige bediening van de auto zijn. Leef bij het rijden altijd alle verkeersregels na.

Leer vooraleer dit systeem in de praktijk te gebruiken, ermee om te gaan en maak u er grondig vertrouwd mee. Lees de volledige handleiding van het navigatiesysteem zodat u het systeem goed begrijpt. Laat anderen dit systeem pas gebruiken als ze zelf de instructies in deze handleiding gelezen en begrepen hebben.

TNS 510    3

12/1/08 2:09:03 PM

üOPGELET

Wees uiterst oplettend bij het bedienen van het navigatiesysteem terwijl u rijdt. Onvoldoende aandacht voor de weg, het verkeer of de weersomstandigheden kunnen tot een ongeval leiden.

• Zorg er bij het rijden voor dat u de verkeersregels naleeft en blijf letten op de weg. Als een verkeersteken op de weg werd veranderd, kan de routbegeleiding verkeerde informatie verschaffen zoals de rijrichting in een éénrichtingsstraat.

Luister bij het rijden zoveel mogelijk naar de gesproken instructies en werp alleen als dit veilig is een vluchtige blik op het scherm, Vertrouw echter niet volledig op de stembegeleiding. Gebruik dit alleen als referentie. Als het systeem de huidige voertuigpositie niet juist kan bepalen, bestaat de mogelijkheid op verkeerde, te late of geen gesproken begeleiding.

De gegevens in het systeem kunnen soms onvolledig zijn. De omstandigheden op de weg, met inbegrip van rijbeperkingen (niet naar links afslaan, afgesloten straten enz.) veranderen vaak. Vooraleer een instructie van het systeem te volgen, moet u daarom altijd nagaan of de instructie veilig en wettig kan worden uitgevoerd.

Dit systeem kan niet waarschuwen over zaken zoals de veiligheid van een gebied, de staat van de weg en de beschikbaarheid van hulpdiensten. Als u niet zeker bent over de veiligheid van een gebied, rijd er dan niet binnen. Onder geen enkele voorwaarde kan dit systeem het persoonlijke oordeel van de bestuurder vervangen.

Gebruik dit systeem alleen in plaatsen waar dit wettelijk mag. Sommige landen/ streken kunnen wetten hebben die het gebruik van videoen navigatieschermen naast de bestuurder verbieden.

4    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 4

 

 

12/1/08 2:09:03 PM

 

 

Inhoudsopgave

 

Uw navigatiesysteem —

 

— Navigatiesysteem functie-index..................................

10

— Snel aan de slag...........................................................

12

— "Bestemming"-scherm.................................................

14

— "Menu"-scherm.............................................................

16

— "Navigatie"-scherm......................................................

17

— "Instellen"-scherm........................................................

18

1Basisfuncties

<Basisinformatie vooraleer het toestel te bedienen>

Beginscherm......................................................................................

22

Bediening aanraakscherm..................................................................

23

Letters en cijfers invoeren/Werken met het Lijst-scherm....................

24

Helpfunctie.........................................................................................

27

Bediening van het kaartscherm......................................................

28

Weergave huidige positie................................................................

28

Verschuiven....................................................................................

28

De schermen omwisselen...............................................................

33

Schaal van de kaart........................................................................

35

Oriëntatie van de kaart....................................................................

36

Voorbeeld van de bediening van het navigatiesysteem...............

36

De route begeleiden........................................................................

36

Thuis registreren.............................................................................

38

Verkorte handleiding

1

2

3

4

5

6

7

TNS 510    5

NL_01955_TNS510_OM.indd 5

 

 

12/1/08 2:09:03 PM

 

 

2

Bestemming opzoeken

 

 

Bestemming opzoeken....................................................................

42

 

Het zoekgebied selecteren.............................................................

42

 

"Thuis" als bestemming opzoeken..................................................

44

 

Bestemming zoeken via Sneltoegang.............................................

45

 

Bestemming zoeken via "Adres".....................................................

45

 

Bestemming zoeken via "POI*".......................................................

48

 

Bestemming zoeken via "POI* nabij cursor"...................................

52

 

Bestemming zoeken via "Geheugen"..............................................

55

 

Bestemming zoeken via "Vorige"....................................................

56

 

Bestemming zoeken via "Kaart"......................................................

56

 

Bestemming zoeken via "Kruispunt"...............................................

57

 

Bestemming zoeken via "Coördinaten"...........................................

58

 

Bestemming zoeken via "Tel. nummer"...........................................

58

 

Bestemming opzoeken via "Postcode VK"......................................

59

 

De routebegeleiding starten...............................................................

59

3

Routebegeleiding

 

 

Routebegeleidingsscherm..................................................................

64

 

Typische gesproken instructies..........................................................

67

 

Afstand en tijd tot bestemming...........................................................

69

 

De bestemming instellen of wissen................................................

70

 

Bestemmingen toevoegen..............................................................

70

 

Bestemmingen herschikken............................................................

71

 

Bestemmingen wissen....................................................................

72

 

De route instellen.............................................................................

73

 

Zoekcriterium..................................................................................

73

 

Omleiding instellen..........................................................................

74

 

Wegvoorkeur...................................................................................

75

 

De route starten vanaf een aangrenzende weg..............................

76

 

Weergave op kaart............................................................................

76

 

POI's* weergeven...........................................................................

76

 

Routeoverzicht................................................................................

79

 

Routevoorbeeld...............................................................................

80

 

Routetracé......................................................................................

81

*: "Point of Interest" (POI - Interessepunt)

6    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 6

 

 

12/1/08 2:09:03 PM

 

 

4Geavanceerde functies

<Beschrijvingen van functies voor doeltreffender gebruik>

De begeleiding pauzeren en hernemen.............................................

84

Volume...............................................................................................

85

Gebruikersvoorkeuren........................................................................

86

Geheugen..........................................................................................

88

Geheugenpunten registreren..........................................................

89

Geheugenpunten bewerken............................................................

90

Geheugenpunten wissen................................................................

94

Thuis registreren.............................................................................

95

Thuis wissen...................................................................................

96

Registreren van het te vermijden gebied........................................

96

Te vermijden gebied bewerken.......................................................

97

Te vermijden gebied wissen............................................................

100

Vorige punten wissen......................................................................

100

Instellen..............................................................................................

101

RDS-TMC (Radio Data System Traffic Message Channel)................

111

5 Andere functies

Onderhoudsinformatie.....................................................................

120

Instelling onderhoudsinformatie......................................................

120

Dealer instellen...............................................................................

122

Kalender met memo's......................................................................

124

Een memo toevoegen.....................................................................

126

Een memo bewerken......................................................................

127

Memolijst.........................................................................................

127

Handenvrij systeem (voor mobiele telefoon).................................

129

Een Bluetooth®-telefoon invoeren...................................................

132

Bellen met de Bluetooth®-telefoon..................................................

136

Op de Bluetooth®-telefoon ontvangen.............................................

141

Via de Bluetooth®-telefoon spreken................................................

141

De instellingen van de Bluetooth®-telefoon veranderen..................

143

Een Bluetooth®-telefoon instellen....................................................

167

Het scherm instellen...........................................................................

175

Scherminstelling.................................................................................

176

Instelling van het biepgeluid...............................................................

178

Taal kiezen.........................................................................................

179

TNS 510    7

NL_01955_TNS510_OM.indd 7

 

 

12/1/08 2:09:04 PM

 

 

6

AUDIOSYSTEEM

 

 

Snel aan de slag.................................................................................

182

 

Uw audiosysteem gebruiken...........................................................

183

 

Beginselen......................................................................................

183

 

Bediening van de radio...................................................................

188

 

Bediening van de cd-speler............................................................

192

 

Bediening van een SD/USB-speler.................................................

202

 

Bediening van een Bluetooth®-audiosysteem.................................

211

 

Bediening van een toestel aangesloten op de AUX-uitgang...........

226

 

Bediening van een iPod..................................................................

228

 

Afstandsbediening van het audiosysteem..........................................

237

 

Tips voor het bedienen van het audiosysteem...................................

238

7

Bijlage

 

 

Beperkingen van het navigatiesysteem..............................................

248

 

Kaartdatabase-informatie en -updates...............................................

250

8    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 8

 

 

12/1/08 2:09:04 PM

 

 

TNS 510    9

NL_01955_TNS510_OM.indd 9

 

 

12/1/08 2:09:04 PM

 

 

Uw navigatiesysteem —

— Navigatiesysteem functie-index

<Kaart>

Kaarten weergeven

Pagina

 

 

Het kaartscherm bekijken

12

 

 

De huidige voertuigpositie weergeven

28

 

 

De kaart met huidige positie van de buurt bekijken

28

 

 

De schaal wijzigen

35

 

 

De oriëntatie van de kaart wijzigen

36

 

 

POI's* weergeven

76

 

 

Weergave van de geschatte reistijd/aankomsttijd op de

69

bestemming

 

 

 

Het scherm met de dubbele kaart selecteren

33

 

 

Het scherm met de aanraaktoetsen wissen

104

 

 

De verkeersinformatie weergeven (RDSTMC)

111

 

 

De bestemming zoeken

Pagina

 

 

De bestemming zoeken (via Thuis, POI, tel.nr., etc.)

42

 

 

Van land veranderen

42

 

 

Werken met de kaart met de locatie van de gewenste

59

bestemming

 

 

 

<Routebegeleiding>

Vooraleer de routebegeleiding te starten

Pagina

 

 

De bestemming instellen

59

 

 

Alternatieve routes bekijken

59

 

 

De routebegeleiding starten

59

 

 

Voor of tijdens de routebegeleiding

Pagina

 

 

De route bekijken

59

 

 

Bestemmingen toevoegen

70

 

 

De route veranderen

73

 

 

Weergave van de geschatte reistijd/aankomsttijd op de

69

bestemming

 

 

 

*: POI's : "Points of Interest" (POI - Interessepunt)

 

10    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 10

 

 

12/1/08 2:09:04 PM

 

 

Tijdens de routebegeleiding

Pagina

 

 

Routebegeleiding onderbreken

84

 

 

Het volume van de routebegeleiding instellen

85

 

 

De bestemming wissen

70

 

 

De volledige routekaart tonen

79

 

 

<Nuttige functies>

 

Geheugenpunten

Pagina

 

 

Geheugenpunten registreren

89

 

 

Pictogrammen markeren op de kaart

88

 

 

Informatie

Pagina

 

 

Onderhoudsinformatie weergeven

120

 

 

De kalender weergeven

124

 

 

Handenvrij systeem (voor mobiele telefoon)

Pagina

 

 

Bluetooth® in werking stellen

132

Bellen met de Bluetooth®-telefoon

136

Een oproep ontvangen op de Bluetooth®-telefoon

141

TNS 510    11

NL_01955_TNS510_OM.indd 11

 

 

12/1/08 2:09:04 PM

 

 

——Snel aan de slag

1 Symbool "naar het Noorden" of

 

"naar de bestemming" gericht

 

Dit symbool geeft aan of de kaart naar het

noorden of naar de bestemming is gericht.

Door dit symbool aan te raken verandert

de oriëntatie van de kaart ......................

36

2 Schaal

 

Dit cijfer geeft de schaal van de kaart

weer.......................................................

35

3"GPS" markering

(Global Positioning System)

Telkens uw voertuig GPS-signalen ontvangt, verschijnt deze markering....248

4 RDS-TMC-markering

Deze markering wordt weergege­

ven wanneer­

RDS-TMC-info wordt

ontvangen­............................................

111

5 Grensbegeleiding

Wanneer een voertuig een grenslijn overstreekt, wordt de nationale vlag van dat land weergegeven.

6 Uitzoomschakelaar

Raak deze schakelaar aan om de schaal

van de kaart te verkleinen......................

35

7 "Mark"-schakelaar

 

Raak deze schakelaar aan om de positie

van de cursor als geheugenpunt te

registreren..............................................

29

8 "Route"-schakelaar

 

Raak deze schakelaar aan om de

schermmodus te veranderen..........

70, 73

12    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 12

 

 

12/1/08 2:09:05 PM

 

 

9 "Kaart"-schakelaar

 

Raak deze schakelaar aan om informatie

te krijgen over de route naar de

bestemming en informatie over de POI's

(Points of Interest) op het kaartscherm

.............................................76, 79, 80, 81

{ "ű Uit" schakelaar

 

Raak deze schakelaar aan om een

breder zicht te krijgen. Sommige van de

schakelaars op het scherm worden niet

weergegeven. Ze verschijnen opnieuw bij

het aanraken van de "Aan Ű"-schakelaar

.............................................................

104

| Inzoomschakelaar

 

Raak deze schakelaar aan om de schaal

van de kaart te vergroten.......................

35

} Schermconfiguratieschakelaar

 

Raak deze schakelaar aan om de

schermmodus te veranderen.................

33

~ Afstand en tijd tot bestemming

 

Toont de afstand, de geraamde reistijd tot aan de bestemming en de geraamde aankomsttijd tot aan de bestemming.....69

Ä "TEL"-knop

Druk op deze knop om het "Telefoon"-

scherm te tonen...................................

 

132

Å "MENU"-knop

 

 

Druk op deze knop om het "Menu"-scherm

te tonen..................................................

 

16

Ç "DEST"-knop

 

 

Druk op deze knop om het "Bestemming"-

scherm te tonen.........................

 

14, 36, 42

É "MAP/VOICE"-knop

 

Druk op deze

knop

om een

gesproken instructie te herhalen, een

éénvingerverschuiving

te annuleren, te

beginnen met de routebegeleiding en de

huidige positie te tonen....................

28, 67

NL_01955_TNS510_OM.indd 13

TNS 510    13

12/1/08 2:09:05 PM

——"Bestemming"-scherm

Met het scherm "Bestemming" kunt u een bestemming zoeken. Om het "Bestemming"- scherm weer te geven, drukt u op de "DEST"-knop

1 "Adres"

 

Een straatadres en een huisnummer

kunnen ingevoerd worden met de

invoertoetsen..........................................

45

2 "POI"

 

Selecteer een van de vele POI's (Points

of Interest) die al opgeslagen zitten in de

database van het systeem.....................

48

3 "POI nabij cursor"

 

Vanuit de POI-categorie kan een

bestemming geselecteerd worden.........

52

4 "Vorige"

 

Uit elk van de laatste 100 eerder

ingestelde bestemmingen en vanaf het

vorige startpunt kan ook een bestemming

gekozen worden.....................................

56

5 "Geheugen"

 

De locatie kan geselecteerd worden uit

de

geregistreerde

"Geheugenpunten".

(Om

geheugenpunten te registreren,

zie "— Geheugenpunten registreren" op

pagina 89.).............................................

55

14    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 14

 

 

12/1/08 2:09:06 PM

 

 

6 "Kaart"

 

 

 

Een

bestemming

kan

gekozen

worden

gewoon

door

de

plaats op

de weergegeven

kaart

aan

te raken.

...............................................................

 

 

 

56

7 "Kruispunt"

De namen van twee elkaar kruisende straten kunnen worden ingevoerd. Dit komt van pas als u alleen de buurt van

het adres kent

en

het

adres

zelf

niet.

8..............................................................."Postcode-VK"

 

 

 

57

 

 

 

 

Bestemmingen

in

het

V.K.

kunnen

opgezocht worden via de postcode........

59

9 "?"

De helpfunctie voor het scherm "Bestemming" kan op dit scherm bekeken

worden...................................................

27

{ Aanraakknop zoekgebied

Om het zoekgebied te veranderen, raakt

u deze knop aan.....................................

42

| Sneltoegang-aanraaktoets

Een van de 5 vooraf ingestelde bestemmingen kan gekozen worden door het scherm rechtstreeks aan te raken. Om deze functie te gebruiken moet voor elk geheugenpunt de "Sneltoegang" worden

ingesteld.

(Om

een

"Sneltoegang"

te

registreren,

zie

"—

Geheugenpunten

bewerken" op pagina 90.)......................

45

} Thuisknop

Een persoonlijk thuisadres kan gekozen worden zonder het adres telkens weer in te moeten voeren. Om deze functie te gebruiken, moet u "Thuis" als geheugen­ punt instellen. (Om "Thuis" te registreren, zie "— Thuis registreren" op pagina 95.)

...............................................................44

~ "Tel. nummer"

Via het telefoonnummer kan een

bestemming ingevoerd worden..............

58

NL_01955_TNS510_OM.indd 15

Ä "Coördinaten"

 

Een bestemming kan ingesteld worden

door de breedte en de lengte als

coördinaten op te geven.........................

58

TNS 510    15

12/1/08 2:09:06 PM

——"Menu"-scherm

Met het "Menu"-scherm kunt u de hieronder weergegeven instellingen zoals het navigatiesysteem en de verkeersinformatie aanpassen.

1 "Navigatie"

 

Om de "Geheugenpunten", het volume

van de gesproken instructies en andere

instellingen van het navigatiesysteem in te

stellen.....................................................

17

2 "RDS-TMC"

 

Om de verkeersinformatie aan of uit te

zetten...................................................

111

3 "Informatie"

 

Om de onderhoudsgegevens, Bluetooth®-

audio, de te gebruiken systeemtaal en

diverse andere systeeminstellingen aan of

uit te zetten.............

22, 120, 124, 176, 179

4 "Scherm"

 

Om het scherm uit te zetten, de helderheid

te regelen en de dagmodus te kiezen.

.............................................................

175

16    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 16

 

 

12/1/08 2:09:07 PM

 

 

— "Navigatie"-scherm

Met het "Navigatie"-scherm kunt u effectief gebruik maken van het navigatiesysteem. Om het "Navigatie"-scherm weer te geven, drukt u op de "MENU"-knop en raakt u

"Navigatie" aan.

1"Begeleiding onderbreken" en "Herneem begeleiding"

Pauzeert of herneemt de begeleiding....84

2 "Volume"

Stelt het volume van de gesproken

instructies in...........................................

85

3 "?"

De helpfunctie voor het "Navigatie"-scherm

kan op dit scherm bekeken worden. .....

27

4 "Kaart-SD"

Toont informatie over de versie van de SD-geheugenkaart of het gedekte gebied.

.............................................................251

5 "Kies gebruiker"

 

Tot 3 verschillende instellingen voor

verschillende gebruikers kunnen in het

geheugen worden opgeslagen

...............86

6 "Instellen"

 

Maakt verschillende instellingen van het

navigatiesysteem mogelijk.............

18, 101

7 "Geheugen"

 

Maakt wijzigingen aan de "Geheugen­

punten", "Thuis" en "Te

vermijden

gebieden" mogelijk. Maakt het mogelijk

om het vorige punt te wissen.................

88

TNS 510    17

NL_01955_TNS510_OM.indd 17

 

 

12/1/08 2:09:08 PM

 

 

——"Instellen"-scherm

De items getoond op het "Instellen"-scherm kunnen ingesteld worden. Om het "Instellen"- scherm weer te geven, drukt u op de "MENU"-knop en raakt u "Instellen" aan.

1 "Afstand"

 

Da afstandseenheden "km" of "mijl"

kunnen gekozen worden......................

101

2 "Geschatte reistijd"

 

Het systeem voor het weergeven van de

reistijd en de tijd van aankomst op de

bestemming kan ingesteld worden op het

routebegeleidingscherm.......................

102

3 "Layout Toetsenbord"

 

De indeling van het toetsenbord kan

gewijzigd worden..................................

103

4 " Uit functie"

 

U kunt kiezen of u de straatnaam wilt

weergeven alsook welke aanraakknop u

op het kaartscherm wilt zien.................

104

5 "POI's tonen"

 

U kunt 6 pictogrammen kiezen voor

weergave op het bovenste scherm van

"POI's tonen"........................................

104

6 "3D oriëntatiepunt"

 

Mogelijkheid om 3D oriëntatiepunten al

"Aan" dan niet "Uit" te tonen..............

105

18    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 18

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

7 "Verkeersmelding"

"Informatie over tijdelijke beperkingen" kan

geselecteerd worden............................

106

8 "Tijdzone"

De gewenste tijdzone kan geselecteerd

worden.................................................

106

9 "Stembegeleiding in alle modi"

De stembegeleiding kan in alle modi

ingesteld worden..................................

107

{ "Automat. stembegeleiding"

 

De automatische stembegeleiding

kan

ingesteld worden..................................

108

| "Pop-upbericht"

De weergave van pop-upberichten kan

"Aan" of "Uit" gezet worden...............

108

} "IJking"

Om de markering van de huidige voertuigpositie met de hand aan te passen of de foutieve berekening na een bandenwissel kan worden gecorrigeerd.

.............................................................109

~ "Stand."

Deze knop op het aanraakscherm

initialiseert alle instellingen...................

101

Ä "?"

De helpfunctie voor het "Instelscherm" kan

bekeken worden.....................................

27

NL_01955_TNS510_OM.indd 19

TNS 510    19

12/1/08 2:09:09 PM

20    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 20

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

 

 

BASISFUNCTIES

 

 

Sectie 1

BASISFUNCTIES

 

Basisinformatie vooraleer het toestel te bedienen

 

 

 

1

Beginscherm................................................................................................

22

Bediening aanraakscherm...........................................................................

23

Letters en cijfers invoeren/Werken met het Lijst-scherm.............................

24

Helpfunctie...................................................................................................

27

Bediening van het kaartscherm...................................................................

28

 

Weergave huidige positie.......................................................................

28

 

Verschuiven...........................................................................................

28

 

De schermen omwisselen......................................................................

33

 

Schaal van de kaart...............................................................................

35

 

Oriëntatie van de kaart...........................................................................

36

Voorbeeld van de bediening van het navigatiesysteem..............................

36

 

De route begeleiden...............................................................................

36

 

Thuis registreren....................................................................................

38

TNS 510    21

NL_01955_TNS510_OM.indd 21

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

BASISFUNCTIES

Beginscherm

 

 

 

 

• Onderhoudsinformatie

 

 

 

 

 

 

 

 

Dit systeem laat weten wanneer bepaalde

 

 

 

 

onderdelen of

componenten vervangen

 

 

 

 

moeten worden en toont informatie over

 

 

 

 

de dealer (indien geregistreerd) op het

 

 

 

 

scherm.

 

 

 

 

 

Wanneer de auto een eerder ingestelde

 

 

 

 

rijafstand heeft opgelegd of de datum die

 

 

1N5001G

 

Auto's met

"Smart entry and start"-

opgegeven is voor preventief onderhoud

werd bereikt, zal het "Informatie"-scherm

systeem—

 

 

 

 

 

 

weergegeven

worden wanneer het

 

 

 

 

Wanneer de

"ENGINE START STOP"-

navigatiesysteem in werking is.

schakelaar

op "ACCESSORY" of

 

 

 

 

"IGNITION ON" staat, zal het beginscherm

 

 

weergegeven worden en zal het systeem

 

 

beginnen werken.

 

 

Auto's zonder "Smart entry and start"- systeem—

Wanneer de contactsleutel op ACC of ON staat, zal het beginscherm weergegeven worden en zal het systeem beginnen werken.

ü OPGELET

Wanneer de auto gestopt is en de motor nog draait, trek dan altijd de handrem aan voor de veiligheid.

Na enkele seconden zal het scherm "WAARSCHUWING" worden weerge­ geven.

1N5005G

Om dit scherm uit te zetten, raakt u "Toon dit bericht niet opnieuw" aan. Dit scherm verdwijnt als het verscheidene seconden niet wordt aangeraakt.

Om te voorkomen dat dit informatie­scherm nog eens verschijnt, raakt "Toon dit bericht niet meer" aan.

Om "Onderhoudsinformatie" te registre­ ren, zie "Onderhoudsinformatie" op pagina  120.

N1001GS

Lees en volg de instructies.

Door "Weergeven kaart" op het scherm aan te raken, zal het kaartscherm worden weergegeven.

22    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 22

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

BASISFUNCTIES

Memo-informatie

Dit systeem informeert over een memoinvoer. Op de opgegeven datum zal de memo-informatie weergegeven worden wanneer het navigatiesysteem in werking is. Het scherm met de memo-informatie zal telkens weergegeven worden wanneer het systeem aangezet wordt.

1N5006G

De memo van de huidige datum kan bekeken worden door "Memo" aan te raken. (Zie "— Een memo bewerken" op pagina 127.)

Om dit scherm uit te zetten, raakt u "Boodschap niet meer tonen" aan. Dit scherm verdwijnt als het verscheidene seconden niet wordt aangeraakt.

Om te voorkomen dat dit informatiescherm nog eens verschijnt, raakt "Boodschap niet meer tonen" aan.

Om een memo-informatie te registreren, zie "Kalender met memo" op pagina 124.

Bediening aanraakscherm

Dit systeem wordt voornamelijk bediend via de aanraakknoppen op het scherm.

Om beschadiging aan het scherm te voorkomen, moet u de aanraakknoppen zachtjes met de vinger aanraken. 1 Wanneer een knop op het scherm wordt aangeraakt, weerklinkt een biepje.

Gebruik geen andere voorwerpen dan uw vinger om het scherm aan te raken.

INFORMATIE

Als het systeem niet reageert op het aanraken van een knop op het aanraakscherm, haal dan uw vinger van het scherm en raak het opnieuw aan.

Donkerder weergegeven aanraak­ knoppen kunnen niet bediend worden.

Wrijf vingerafdrukken af met een doek waarmee u normaal glas reinigt. Gebruik geen chemische schoonmaakmiddelen om het aanraakscherm te reinigen.

Het beeld kan donkerder worden en bewegende afbeeldingen kunnen lichtjes vervormd worden op een koud display.

Onder extreem koude omstandig­­ heden is het mogelijk dat de kaart niet weergegeven wordt en dat door de gebruiker ingevoerde gegevens gewist worden. U moet dan wellicht harder drukken dan anders op de aanraakknoppen.

Wanneer

u

naar

het

scherm

kijkt

via

gepolariseerd

materiaal

zoals

met

een

gepolariseerde

zonnebril, kan het scherm donker

en moeilijk te zien zijn. Pas in dit

geval

de

scherminstellingen aan

op het scherm "Display" of zet uw zonnebril af.

TNS 510    23

NL_01955_TNS510_OM.indd 23

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

BASISFUNCTIES

Letters en cijfers invoeren/

• Om letters in te voeren

Werken met het Lijst-scherm

Om de alfabet-toetsen weer te geven,

Bij het zoeken naar een adres of een naam,

raakt u "A-Z" of "À-Ý" aan.

 

of bij het invoeren van een memo, kunnen

 

letters en cijfers ingevoerd worden via het

 

aanraakscherm.

 

INFORMATIE

De layout van het toetsenbord kan gewijzigd worden. (Zie pagina 103)

Voer letters in door de alfabet-toetsen aan te raken.

: Bij het aanraken van deze knop wordt één letter gewist. Bij het ingedrukt houden van deze knop, zullen de letters blijven gewist worden.

Op bepaalde letterinvoerschermen kunnen in kleine letters of hoofdleteers ingevoerd worden.

1N5008G

: Om kleine letters in te voeren.

: Om hoofdletters in te voeren.

24    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 24

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

BASISFUNCTIES

• Om cijfers en symbolen in te voeren • Om de lijst weer te geven

Om de cijfertoetsen en symbolen weer te geven, raakt u "0-9" aan.

1N5009G

Voer de cijfers en symbolen in door de cijfertoetsen en symbooltoetsen aan te raken.

: Bij het aanraken van deze knop wordt één letter gewist. Door deze knop vast te houden, zullen letters blijven gewist worden.

> 1/2 : Bij

het aanraken

van deze

 

knop

worden andere

symbolen

< 2/2

weergegeven.

 

 

 

 

1

Om naar een adres of naam te zoeken, raakt "Lijst" aan. Alle items uit de data­ base die aan het criterium voldoen worden opgesomd, zelfs wanneer het ingevoerde adres of naam onvolledig is.

Als het aantal resultaten vier of minder is, wordt de lijst weergegeven zonder "Lijst" aan te raken.

INFORMATIE

Het aantal resultaten wordt aan de rechterkant van het scherm getoond. Als het aantal resultaten meer is dan 9.999, toont het systeem op het scherm.

TNS 510    25

NL_01955_TNS510_OM.indd 25

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

BASISFUNCTIES

Werking met het Lijst-scherm

Wanneer een lijst wordt weergegeven, gebruik dan de passende knop om de lijst te overlopen.

 

Om

te

verplaatsen

naar

de

 

volgende of vorige pagina.

 

Om

met

één item

per

keer

naar boven of naar onderen te

 

verschuiven

 

 

Dit staat voor een weergegeven schermpositie.

Als rechts van de naam van

het item staat, dan is de volledige naam te lang om ineens te worden weergegeven. Raak aan om naar het volgende deel van de naam te gaan.

Raak aan om naar het begin van de naam te gaan.

26    TNS 510

Sorteren

De volgorde van een lijst weergegeven op het scherm kan herschikt worden.

TYPE A

1N5011G

1. Raak "Sorteer op" aan.

1N5012G

2.Selecteer de gewenste sorteer­ criteria.

De sorteercriteria zijn de volgende:

"Afstand": Om te sorteren volgens de afstand vanaf uw huidige locatie.

"Datum": Om te sorteren op datum.

"Categorie": Om te sorteren op categorie.

"Pictogram": Om te sorteren volgens de pictogrammen.

"Naam": Om te sorteren op naam. "Attribuut": Om te sorteren op attribuut.

NL_01955_TNS510_OM.indd 26

 

 

12/1/08 2:09:09 PM

 

 

BASISFUNCTIES

TYPE B

1N5013G

"Sort. op afstand": Om te sorteren volgens de afstand tot de huidige plaats van de auto. De afstand tussen de huidige plaats van de auto en de bestemming wordt rechts van de naam weergegeven.

"Sorteren op naam": Om alfabetisch te sorteren op naam.

Helpfunctie

Uitleg over de functies van de "Bestemming", "Instelling" en "Navigatie"- schermen kan bekeken worden.

1

1N5057G

Raak ? aan.

1N5058G

:Om de vorige pagina te bekijken.

:Om de volgende pagina te bekijken.

: Om terug te keren naar het vorige scherm.

TNS 510    27

NL_01955_TNS510_OM.indd 27

 

 

12/1/08 2:09:10 PM

 

 

BASISFUNCTIES

Bediening van het kaartscherm —

— Weergave huidige positie

Bij het opstarten van het navigatiesysteem, wordt eerst de huidige positie getoond.

Dit scherm toont de huidige positie van de auto en een kaart van de omgeving.

Verschuiven

(éénvingerverschuiving)

Door een punt op de kaart aan te raken, beweegt dit naar het midden van het scherm en wordt aangegeven door de cursor ( 1 ).

1N5016G

De markering van de huidige positie van de auto ( 1 ) verschijnt in het midden of onderaan in het midden van het kaartscherm.

Onderaan het scherm zal een straatnaam verschijnen, afhankelijk van de schaal van de kaart ( 2 ).

Door te drukken op de knop "MAP/ VOICE" kunt u vanuit eender welk scherm terugkeren naar dit kaartscherm dat altijd uw huidige positie toont.

Tijdens het rijden blijft de huidige positie van de auto vast op het scherm en beweegt de kaart.

De huidige positie wordt automatisch aangepast als de auto GPS-signalen ontvangt (Global Positioning System). Als de huidige positie niet correct is, wordt deze automatisch gecorrigeerd nadat de auto GPS-signalen heeft ontvangen.

INFORMATIE

Het is mogelijk dat na ontkoppeling van de accu of bij een nieuw voertuig de huidige positie niet correct is. Zodra het systeem GPS-signalen ontvangt, wordt de correcte positie weergegeven.

Om de huidige positie met de hand te corrigeren, zie pagina 109.

28    TNS 510

1N5017G

Gebruik de verschuiffunctie om het gewenste punt naar het midden van het scherm te bewegen om te kijken naar een punt op de kaart dat verschilt van de huidige positie van de auto.

Als de vinger voortdurend op het scherm gehouden wordt, zal de kaart doorgaan met in die richting te verschuiven tot u het scherm loslaat.

Een straatnaam, plaatsnaam enz. van het aangeraakte punt zal getoond worden, afhankelijk van de schaal op de kaart ( 2 ).

De afstand vanaf de huidige positie naar

¤

zal ook getoond worden ( 3 ).

 

Nadat het scherm verschoven is, blijft de kaart in het midden staan op de gekozen plaats tot een andere functie wordt geactiveerd. De huidige voertuigpositie­ markering zal blijven bewegen langs uw huidige route en kan van het scherm verdwijnen. Wanneer u "MAP/VOICE" knop indrukt, wordt de markering van de huidige voertuigpositie weer gecentreerd en beweegt de kaart naarmate de auto de aangewezen route volgt.

INFORMATIE

Wanneer de éénvingerverschuiving wordt gebruikt, kan de markering van de huidige voertuigpositie van het scherm verdwijnen. Beweeg de kaart nog eens met de vinger of druk op de knop "MAP/VOICE" om terug te keren naar de weergave van de kaart met de huidige plaats van de auto.

NL_01955_TNS510_OM.indd 28

 

 

12/1/08 2:09:10 PM

 

 

Toyota TNS510 Manual

 

BASISFUNCTIES

• Om de positie van de cursor als

• Om de positie van de cursor te

bestemming in te stellen

registreren als een geheugenpunt

Een specifiek punt op de kaart kan als

De registratie van het geheugenpunt

bestemming ingesteld worden met de

vergemakkelijkt de toegang tot een

functie "éénvingerverschuiving".

specifiek punt.

1N5018G

Raak "Enter " aan.

Het scherm verandert en toont de plaats op de kaart van de gekozen bestemming en de wegvoorkeur. (Zie "De begeleiding starten" op pagina 59.)

1

1N5018G

Raak "Mark." aan.

Wanneer u "Mark." aanraakt, verschijnt het volgende scherm gedurende een paar seconden en keert het kaartscherm terug.

1N5019G

TNS 510    29

NL_01955_TNS510_OM.indd 29

 

 

12/1/08 2:09:10 PM

 

 

BASISFUNCTIES

Het

geregistreerde

punt

wordt

weer­ • Om informatie te zien over het

gegeven door op de kaart.

 

pictogram waar de cursor op staat

Om

het pictogram

of de

naam

enz.

 

 

te wijzigen, zie "— Geheugenpunten

bewerken" op pagina 90.

 

 

 

U kunt max. 106 geheugenpunten registreren. Als u probeert om meer dan 106 POI's te registreren, dan verschijnt er een vraag om bevestiging.

1N5021G

Om informatie weer te geven over een pictogram, zet u de cursor erop.

1N5020fG

30    TNS 510

NL_01955_TNS510_OM.indd 30

 

 

12/1/08 2:09:10 PM

 

 

Loading...
+ 222 hidden pages