Toyota Supra 2019 Owner's Manual [nl]

0 (0)

Supra

Handleiding

PZ49X-99U63-NL

2 INHOUDSOPGAVE

1

AANWIJZINGEN

 

4 BEDIENING

 

 

 

 

1-1.

AANWIJZINGEN

 

 

 

Aanwijzingen...........................

6

 

 

 

 

2

 

KORTE UITLEG

 

 

 

 

 

2-1.

KORTE UITLEG

 

 

 

Instappen..............................

24

 

 

Instellen en bedienen............

30

 

 

Rijden....................................

34

 

 

 

 

3

 

OVERZICHT

 

 

 

 

 

3-1.

OVERZICHT

 

 

 

Cockpit..................................

44

 

 

Inactieve modus,

 

 

 

standby-modus en

48

 

 

Drive Ready-modus............

 

 

Toyota Supra Command.......

51

 

 

Spraakcommandosysteem ...

63

 

 

Algemene instellingen...........

67

 

 

Persoonlijke instellingen .......

71

 

 

Connectiviteit ........................

76

 

 

Handleiding media................

84

4-1. BEDIENING

 

Openen en sluiten.................

86

Stoelen, spiegels

 

en stuurwiel ......................

104

Veilig vervoeren

 

van kinderen.....................

117

Rijden..................................

144

Displays..............................

160

Verlichting ...........................

184

Veiligheid ............................

192

Rijstabiliteits-

 

regelsystemen ..................

230

Rijassistentiesystemen .......

234

Rijcomfort............................

262

Klimaat................................

263

Interieur...............................

272

Opbergmogelijkheden.........

274

Bagageruimte .....................

276

5AANWIJZINGEN VOOR HET RIJDEN

5-1. AANWIJZINGEN VOOR HET RIJDEN

Voorzorgsmaatregelen voor het

rijden.................................

280

Brandstof besparen ............

286

INHOUDSOPGAVE 3

6

 

MOBILITEIT

 

 

 

 

 

6-1.

MOBILITEIT

 

 

 

Tanken ................................

290

 

 

Velgen en banden...............

292

 

 

Motorruimte.........................

319

 

 

Onderhoudsproducten........

321

 

 

Onderhoud..........................

329

 

 

Periodiek onderhoud

 

 

 

(behalve Europa en

333

 

 

Australië) ..........................

 

 

Vervangen van

339

 

 

onderdelen........................

 

 

Pechhulp.............................

348

 

 

Algemene verzorging..........

363

 

 

 

 

7

 

REFERENTIE

 

 

 

 

 

7-1.

REFERENTIE

 

 

 

Technische gegevens .........

372

 

 

Verklaring............................

378

 

 

 

 

 

 

Index

 

 

 

 

 

 

 

Alfabetische index...............

462

1

2

3

4

5

6

7

8

4 INHOUDSOPGAVE

5

AANWIJZINGEN 1

1-1. AANWIJZINGEN

 

Aanwijzingen ........................

6

1

AANWIJZINGEN

6

1-1. AANWIJZINGEN

 

 

Aanwijzingen

Over deze handleiding

Oriëntering

De snelste manier om informatie over een bepaald onderwerp of bepaalde functie te vinden is door de alfabetische index te raadplegen.

Wij raden u aan om het eerste hoofdstuk door te lezen voor een globaal overzicht van de auto.

Aanvullende informatiebronnen

Een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige

Een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige zal eventuele verdere vragen graag beantwoorden.

Symbolen en displays

Symbolen in de handleiding

Symbool

Betekenis

 

 

 

Voorzorgsmaatregelen die

 

moeten worden genomen

 

om te voorkomen dat uzelf

 

of anderen letsel oplopen of

 

dat de auto ernstig bescha-

 

digd raakt.

 

 

 

Maatregelen die kunnen

 

worden genomen om het

 

milieu te helpen bescher-

 

men.

 

 

 

Teksten op een display in

“...”

de auto voor het selecteren

 

van functies.

 

 

›...‹

Commando's voor het

spraakcommandosysteem.

 

 

 

››...‹‹

Antwoorden van het

spraakcommandosysteem.

 

 

 

Handelingen

De uit te voeren handelingen worden aan de hand van nummers weergegeven. De volgorde van de stappen moet worden opgevolgd.

1Eerste handeling.

2Tweede handeling.

Overzichten

Alternatieve opties en overzichten van onderwerpen zonder een specifieke volgorde worden in een overzicht met opsommingstekens weergegeven:

Eerste optie.

Tweede optie.

1-1. AANWIJZINGEN

7

Symbolen op onderdelen

Dit symbool op een onderdeel van de auto geeft aan dat er meer informatie over het onderdeel beschikbaar is in de handleiding.

Uitrusting

In deze handleiding worden alle uitvoeringen en alle landspecifieke en speciale uitrusting die voor de modelserie beschikbaar is, beschreven. Hierdoor omvat deze handleiding mogelijk ook beschrijvingen en afbeeldingen van uitrusting en functies die niet in uw auto aanwezig zijn, bijvoorbeeld als gevolg van de geselecteerde speciale uitrusting of de landenspecificatie.

Dit geldt ook voor functies en systemen met betrekking tot veiligheid.

Houd u bij het gebruik van de bijbehorende functies en systemen aan de desbetreffende weten regelgeving.

Als bepaalde uitrusting of uitvoeringen niet in deze handleiding worden beschreven, raadpleeg dan de bijgeleverde aanvullende handleidingen.

Bij auto's met rechtse besturing zijn sommige bedieningselementen anders gepositioneerd dan in de afbeeldingen is weergegeven.

Productiedatum

De productiedatum van uw auto vindt u aan de onderzijde van de portierstijl van het bestuurdersportier.

De productiedatum wordt gedefini-

eerd als de kalendermaand en het kalenderjaar waarin de carrosserie en de aandrijflijn zijn samengevoegd en de auto van de productielijn wordt gereden of rolt.

Status van de handleiding

Algemeen

Door de continue ontwikkeling worden een hoge mate van voertuigveiligheid en -kwaliteit gegarandeerd. Daarom wijkt uw auto in zeldzame gevallen af van de hier verstrekte informatie.

Australië/Nieuw-Zeeland: algemeen

Houd bij het lezen van deze handleiding het volgende in gedachten: om ervoor te zorgen dat onze auto's blijven voldoen aan de hoogste kwaliteitsen veiligheidsnormen, voeren we een beleid van continue ontwikkeling. Omdat wijzigingen in het ontwerp van zowel auto's als accessoires op ieder willekeurig moment kunnen worden geïntroduceerd, wijkt de uitrusting van uw eigen auto mogelijk af van de uitrusting die in dit handboek wordt beschreven. Om diezelfde reden kunnen we ook onmogelijk garanderen dat alle beschrijvingen in alle opzichten volledig accuraat zullen zijn.

We vragen daarom uw begrip voor het feit dat de fabrikant van uw auto geen juridische aansprakelijkheid kan erkennen op basis van verschillen tussen de gegevens, afbeeldingen en

1

AANWIJZINGEN

8

1-1. AANWIJZINGEN

beschrijvingen in deze handleiding en de uitrusting van uw eigen auto. Houd er ook rekening mee dat een deel van de optionele uitrusting die in deze handleiding wordt beschreven, niet beschikbaar is op de Australische uitvoeringen, als gevolg van beperkingen die worden opgelegd door de Australische ontwerpvoorschriften en andere vereisten.

Neem voor meer informatie contact op met uw Toyota-dealer, die u graag zal adviseren.

Uw persoonlijke veiligheid

Beoogd gebruik

Houd u bij het gebruik van de auto aan het volgende:

Handleiding.

Informatie op/in de auto. Verwijder stickers niet.

Technische gegevens van de auto.

De van toepassing zijnde wetten en veiligheidsnormen van het land waar de auto wordt gebruikt.

Autopapieren en juridische documenten.

Garantie

Uw auto is technisch ontworpen voor de bedrijfscondities en goedkeuringseisen die gelden in het land waar hij voor het eerst werd geleverd: homologatie. Als uw auto in een ander land gebruikt gaat worden, moet hij mogelijk van tevoren worden aangepast aan de geldende andere bedrijfscondities en goedkeuringseisen. Als uw auto niet voldoet aan de

homologatie-eisen in een bepaald land, kunt u daar geen garantieclaims indienen voor uw auto. Een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige kan u meer informatie geven.

Onderhoud en reparatie

WAARSCHUWING

Door verkeerd uitgevoerde werkzaamheden aan het lakwerk van de auto werken de radarsensoren mogelijk niet goed of kunnen ze defect raken, waardoor de veiligheid in het geding komt. Er bestaat een kans op ongevallen en schade. Laat bij auto's met radarsensoren werkzaamheden en reparaties aan de lak van de bumpers uitsluitend uitvoeren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

De geavanceerde technologie die in uw auto wordt gebruikt, bijvoorbeeld de geavanceerde materialen en hoogwaardige elektronica, vereist passende onderhoudsen reparatiemethoden.

Dientengevolge raadt de fabrikant van uw auto aan om dergelijke werkzaamheden door Toyota te laten uitvoeren. Als u ervoor kiest om de werkzaamheden door een andere gespecialiseerde werkplaats te laten uitvoeren, adviseert Toyota om naar een werkplaats te gaan waar werkzaamheden zoals onderhoud en reparatie worden uitgevoerd volgens Toyota-specificaties en door goed opgeleid personeel. In deze handlei-

1-1. AANWIJZINGEN

9

ding worden dergelijke faciliteiten “een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige” genoemd.

Als dergelijke werkzaamheden, bijvoorbeeld onderhoud en reparatie, ondeskundig worden uitgevoerd, kan dit leiden tot gevolgschade en aldus een veiligheidsrisico vormen.

Door verkeerd uitgevoerde werkzaamheden aan het lakwerk van de auto werken onderdelen, zoals de radarsensoren, mogelijk niet goed of kunnen ze defect raken, waardoor de veiligheid in het geding komt.

Onderdelen en accessoires

Toyota raadt aan om onderdelen en accessoires te gebruiken die speciaal voor dat doel door Toyota zijn goedgekeurd.

U wordt geadviseerd om Toyota te raadplegen voor advies over originele onderdelen en accessoires van Toyota, andere door Toyota goedgekeurde producten en voor deskundig advies over alle aanverwante zaken. De veiligheid en compatibiliteit van deze producten in combinatie met auto's van Toyota zijn door Toyota gecontroleerd.

Toyota accepteert productverantwoordelijkheid voor originele onderdelen en accessoires van Toyota. Toyota kan geen aansprakelijkheid aanvaarden voor onderdelen of accessoires van welke aard dan ook die niet zijn goedgekeurd.

Toyota kan niet van elk afzonderlijk product van andere origine beoorde-

len of het zonder veiligheidsrisico's kan worden gebruikt op auto's van Toyota. Evenmin kan geschiktheid voor gebruik worden verzekerd als daarvoor een officiële vergunning is afgegeven in een specifiek land.

Tests die voor dergelijke vergunningen worden uitgevoerd, kunnen niet altijd alle bedrijfscondities voor auto's van Toyota omvatten, en sommige daarvan zijn daarom onvoldoende.

Gegevensopslag

Algemeen

Uw auto is voorzien van een aantal elektronische regelsystemen. Elektronische regelsystemen verwerken gegevens die zij bijvoorbeeld ontvangen van de sensoren in de auto, die zij zelf genereren of die ze met elkaar uitwisselen. Sommige regelsystemen zijn nodig om de auto veilig te laten functioneren of om assistentie te verlenen tijdens het rijden, bijvoorbeeld rijassistentiesystemen. Bovendien faciliteren regelsystemen de comforten infotainmentfuncties. Informatie, bijvoorbeeld in een aparte brochure, over de opgeslagen of uitgewisselde gegevens kan worden opgevraagd bij de autofabrikant.

Persoonlijke identificatie

Elke auto heeft een uniek voertuigidentificatienummer. Afhankelijk van het land kan een auto-eigenaar worden geïdentificeerd aan de hand van het voertuigidentificatienummer, de kentekenplaat en de relevante autori-

1

AANWIJZINGEN

10

1-1. AANWIJZINGEN

teiten. Er zijn ook andere manieren om de in de auto verzamelde gegevens te herleiden tot de bestuurder of auto-eigenaar, bijvoorbeeld via het gebruikte Toyota Supra Connectaccount.

Wetgeving inzake gegevensbescherming

Volgens de geldende wetgeving inzake gegevensbescherming hebben autogebruikers bepaalde rechten die zij kunnen doen gelden tegen de autofabrikant of bedrijven die hun persoonsgegevens verzamelen of verwerken.

Autogebruikers hebben een onbeperkt recht om gratis informatie te verkrijgen van instanties die hun persoonsgegevens opslaan.

Deze instanties kunnen zijn:

De autofabrikant.

Een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur.

Een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Serviceproviders.

Autogebruikers kunnen informatie opvragen over welke persoonsgegevens zijn opgeslagen, waar deze voor worden gebruikt en waar ze vandaan komen. Een bewijs van eigendom of gebruik is vereist om deze informatie te verkrijgen.

Het recht op informatie omvat ook informatie over gegevens die zijn overgedragen aan andere bedrijven of instanties.

Raadpleeg de website van de autofabrikant voor het van toepassing

zijnde privacybeleid voor gegevens. Dit privacybeleid voor gegevens bevat informatie over het recht om gegevens te laten verwijderen of corrigeren. Op de website van de autofabrikant staan ook zijn contactgegevens en die van de functionaris voor gegevensbescherming. De auto-eigenaar kan de in de auto opgeslagen gegevens indien van toepassing tegen betaling van een vergoeding laten uitlezen door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

De wettelijk vereiste OBD-aanslui- ting van het diagnosesysteem in de auto wordt gebruikt om de autogegevens uit te lezen.

Wettelijke eisen met betrekking tot gegevensverstrekking

De autofabrikant is verplicht om, in overeenstemming met de geldende wetgeving, de gegevens die hij heeft opgeslagen aan de autoriteiten te verstrekken. De vereiste gegevens worden alleen verstrekt voor een specifiek geval, bijvoorbeeld om een strafbaar feit te onderzoeken. Overheidsinstanties zijn gemachtigd om, in overeenstemming met de geldende wetgeving, voor een specifiek geval zelf de gegevens van de auto uit te lezen. De informatie van de airbagmodule kan bijvoorbeeld worden uitgelezen om licht te werpen op de omstandigheden van een ongeval.

1-1. AANWIJZINGEN

11

Bedieningsgegevens in de auto

Regelsystemen verwerken gegevens om de auto te bedienen.

Deze gegevens omvatten bijvoorbeeld:

Statusmeldingen van de auto en de afzonderlijke onderdelen, bijvoorbeeld het toerental van de wielen, de wielsnelheid, de deceleratie, de zijdelingse versnelling en het controlelampje voor de veiligheidsgordels.

Omgevingsomstandigheden, bijvoorbeeld de temperatuur en de regensensorsignalen.

De gegevens worden alleen in de auto zelf verwerkt en zijn meestal tijdelijk. De gegevens worden niet opgeslagen nadat het contact UIT is gezet.

Elektronische onderdelen, bijvoorbeeld regelsystemen en autosleutels, bevatten onderdelen voor het opslaan van technische informatie. Informatie over de voertuigconditie, belasting van onderdelen, onderhoudsvereisten, gebeurtenissen of fouten kunnen tijdelijk of permanent worden opgeslagen.

Deze informatie documenteert over het algemeen de toestand van een onderdeel, een module, een systeem of zijn omgeving, bijvoorbeeld:

Bedrijfstoestanden van systeemonderdelen, bijvoorbeeld vulniveaus, bandenspanning en accustatus.

Storingen en defecten in belang-

rijke systeemonderdelen, bijvoorbeeld verlichting en remmen.

Reacties van de auto op bepaalde rijsituaties, bijvoorbeeld de activering van een airbag of de activering van de rijstabiliteitsregelsystemen.

Informatie over gebeurtenissen waarbij de auto beschadigd is geraakt.

De gegevens zijn nodig zodat de modules hun functies kunnen uitvoeren. De gegevens worden ook gebruikt voor het opsporen en verhelpen van storingen en helpen de autofabrikant om de functies van de auto te optimaliseren.

Het merendeel van deze gegevens is tijdelijk en wordt alleen in de auto zelf verwerkt. Slechts een klein deel van de gegevens wordt opgeslagen in gebeurtenisof foutgeheugens als reactie op specifieke omstandigheden.

Wanneer werkzaamheden worden uitgevoerd, zoals reparaties, servicewerkzaamheden, garantiewerkzaamheden en kwaliteitswaarborgingsmaatregelen, kan deze technische informatie tezamen met het voertuigidentificatienummer worden uitgelezen.

Een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige kan de informatie uitlezen. De wettelijk vereiste OBD-aansluiting van het diagnosesysteem in de auto wordt gebruikt om de gegevens uit te lezen.

1

AANWIJZINGEN

12

1-1. AANWIJZINGEN

De gegevens worden verzameld, verwerkt en gebruikt door de relevante organisaties in het servicenetwerk. De gegevens documenteren de technische omstandigheden van de auto en helpen bij het lokaliseren van fouten, het voldoen aan garantieverplichtingen en het verbeteren van de kwaliteit.

Bovendien heeft de fabrikant de verplichting om aan productbewaking te doen overeenkomstig de wetgeving inzake productaansprakelijkheid. Om aan deze verplichtingen te voldoen, heeft de autofabrikant technische gegevens van de auto nodig. Gegevens van de auto kunnen ook worden gebruikt om garantieclaims van klanten te controleren.

Fouten gebeurtenisgeheugens in de auto kunnen worden gereset wanneer een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige reparatieof onderhoudswerkzaamheden uitvoert.

Gegevensinvoer en gegevensoverdracht in de auto

Algemeen

Afhankelijk van de uitrusting van de auto kunnen de volgende comforten individuele instellingen in de auto worden opgeslagen en op elk moment worden gewijzigd of gereset.

Deze omvatten bijvoorbeeld:

Instellingen voor de stoelpositie.

Instellingen voor de wielophanging en klimaatregeling.

Gegevens kunnen indien nodig in het entertainmenten communicatiesysteem van de auto worden geïmporteerd, bijvoorbeeld via een smartphone.

Afhankelijk van de uitrusting van de auto omvatten deze gegevens:

Multimediagegevens zoals muziek, video's of foto's voor weergave in een geïntegreerd multimediasysteem.

Adresboekgegevens voor gebruik in combinatie met een geïntegreerd handsfree-systeem of een geïntegreerd navigatiesysteem.

Ingevoerde navigatiebestemmingen.

Gegevens over het gebruik van internetdiensten.

Deze gegevens kunnen lokaal in de auto worden opgeslagen of staan op een apparaat dat in de auto is aangesloten, bijvoorbeeld een smartphone, USB-stick of MP3-speler. Als deze gegevens in de auto worden opgeslagen, kunnen ze op elk gewenst moment worden gewist.

Deze gegevens worden alleen doorgegeven aan derden als hier tijdens het gebruik van online diensten uitdrukkelijk om is gevraagd. De overdracht is afhankelijk van de geselecteerde instellingen voor het gebruik van de diensten.

Integratie van mobiele apparaten

Afhankelijk van de uitrusting kunnen mobiele apparaten die in de auto zijn aangesloten, bijvoorbeeld smartphones, worden bediend via de bedieningselementen van de auto.

1-1. AANWIJZINGEN

13

Geluid en afbeeldingen van het mobiele apparaat kunnen worden afgespeeld en weergegeven via het multimediasysteem. Tegelijkertijd wordt bepaalde informatie naar het mobiele apparaat verzonden. Afhankelijk van het type integratie omvat deze bijvoorbeeld positiegegevens en andere algemene voertuiginformatie. Dit optimaliseert de manier waarop geselecteerde apps, bijvoorbeeld navigatie of weergave van muziek, werken.

Er is geen verdere interactie tussen het mobiele apparaat en de auto, bijvoorbeeld actieve toegang tot voertuiggegevens.

Hoe de gegevens verder worden verwerkt, wordt bepaald door de aanbieder van de specifieke app die wordt gebruikt. De reeks mogelijke instellingen hangt af van de desbetreffende app en het besturingssysteem van het mobiele apparaat.

Diensten

Algemeen

Als de auto een draadloze netwerkverbinding heeft, kunnen gegevens worden uitgewisseld tussen de auto en andere systemen. De draadloze netwerkverbinding wordt tot stand gebracht via een zenderen ontvangermodule in de auto of via persoonlijke mobiele apparaten die in de auto worden meegenomen, bijvoorbeeld smartphones. Met deze draadloze netwerkverbinding kunnen online functies worden gebruikt.

Hieronder vallen online diensten en apps die worden geleverd door de autofabrikant of door andere aanbieders.

Diensten van de autofabrikant

Voor wat betreft online diensten van de autofabrikant worden de relevante functies op de daarvoor geschikte plaats beschreven, bijvoorbeeld in de handleiding of op de website van de fabrikant. De relevante juridische informatie met betrekking tot gegevensbescherming wordt ook verstrekt. Persoonsgegevens kunnen worden gebruikt om online diensten uit te voeren. De gegevens worden uitgewisseld via een beveiligde verbinding, bijvoorbeeld met de IT-syste- men van de autofabrikant die voor dit doel zijn bestemd.

Elke verzameling en verwerking en elk gebruik van persoonsgegevens die verder gaat dan wat nodig is om de diensten te leveren, moet altijd gebaseerd zijn op (wettelijke) toestemming of een contractuele afspraak. Het is ook mogelijk om de gegevensverbinding als geheel te activeren of te deactiveren. Uitgesloten hiervan zijn functies en diensten die wettelijk verplicht zijn, bijvoorbeeld noodoproepsystemen.

Diensten van andere aanbieders

Online diensten van andere aanbieders die worden gebruikt vallen onder de verantwoordelijkheid van de desbetreffende aanbieder en zijn onderworpen aan hun privacyvoorwaarden

1

AANWIJZINGEN

14

1-1. AANWIJZINGEN

voor gegevens en gebruiksvoorwaarden. De autofabrikant heeft geen controle over de inhoud die bij het gebruik van deze diensten wordt uitgewisseld. Informatie over de manier waarop persoonsgegevens worden verzameld en gebruikt met betrekking tot diensten van derden, de reikwijdte van dergelijke gegevens en het doel ervan, kan worden verkregen bij de desbetreffende dienstverlener.

Wettelijk vereist noodoproepsysteem

Principe

Dankzij het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem kunnen bijvoorbeeld bij ongevallen handmatige of automatische noodoproepen worden verzonden.

De noodoproepen worden beantwoord door de centrale meldkamer van de hulpdiensten.

Algemeen

Zie voor meer informatie over het wettelijk vereiste eCall-noodoproe- psysteem in de auto, dat is gebaseerd op 112-noodoproepen, en de werking en functies ervan blz. 351.

De op 112-noodoproepen gebaseerde eCall-dienst is een openbare dienst van algemeen belang en is gratis beschikbaar.

Als zich een ernstig ongeval voordoet, wordt het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem standaard automatisch geactiveerd door

sensoren in de auto. Het wordt ook automatisch geactiveerd als de auto is uitgerust met een intelligent noodoproepsysteem dat in het geval van een ernstig ongeval niet werkt.

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem kan indien nodig ook handmatig worden geactiveerd.

Als zich een ernstige systeemstoring voordoet die het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem buiten werking zou stellen, ontvangen de inzittenden een waarschuwing, zie blz. 352.

Informatie over gegevensverwerking

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem verwerkt persoonsgegevens in overeenstemming met de volgende voorschriften:

Bescherming van persoonsgegevens: Verordening 2016/679/EU van het Europees Parlement en de Raad.

Bescherming van persoonsgegevens: Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad.

Persoonsgegevens worden uitsluitend verwerkt met het oog op het verzenden van eCall-noodoproepen naar het gestandaardiseerde Europese alarmnummer 112.

Simkaart

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem werkt via mobiele communicatie door middel

1-1. AANWIJZINGEN

15

 

 

van de simkaart die in de auto is geïnstalleerd. De simkaart is niet permanent verbonden met het mobiele telefoonnetwerk, maar blijft alleen verbonden zolang de noodoproep actief is.

Gegevenstypen en hun ontvangers

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem mag uitsluitend de volgende gegevens verzamelen en verwerken:

Het voertuigidentificatienummer voor het snel identificeren van de auto, bijvoorbeeld het model.

Voertuigtype, bijvoorbeeld auto.

Type voertuigaandrijving, bijvoorbeeld benzine of diesel, voor het beoordelen van de risico's bij de hulpverlening, zoals het risico op brand veroorzaakt door brandstof.

De positie van de auto ten tijde van het ongeval, de laatste drie locaties en de rijrichting om de auto sneller te kunnen lokaliseren op bijvoorbeeld zeer complexe baanvakken.

Logbestand voor automatische systeemactivering en het tijdstempel.

Besturingsinformatie, die de hulpdiensten vertelt of de noodoproep bijvoorbeeld automatisch of handmatig is geactiveerd.

Een tijdstempel voor het bepalen van het tijdstip van het ongeval om de inzet van de hulpdiensten te optimaliseren.

De rijrichting om bijvoorbeeld te bepalen om welke zijde van de weg het gaat.

De autoriteiten van het land op wiens grondgebied de noodoproep van het eCall-systeem plaatsvindt, bepalen welke centrale meldkamers voor noodoproepen de noodoproep zullen ontvangen en verwerken.

Configuratie van gegevensverwerking

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem zorgt ervoor dat de gegevens in het systeemgeheugen niet buiten het systeem kunnen worden ingezien voordat een noodoproep wordt geactiveerd.

De verzamelde gegevens voor het wettelijk vereiste eCall-noodoproe- psysteem worden alleen in de auto opgeslagen en naar de centrale meldkamer gestuurd wanneer een noodoproep wordt geactiveerd.

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem zorgt ervoor dat de gegevens niet kunnen worden getraceerd en de gegevens tijdens normaal gebruik niet permanent worden nagetrokken.

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem zorgt ervoor dat de gegevens in het interne systeemgeheugen automatisch en continu worden gewist.

Gegevens met betrekking tot de locatie van de auto worden continu overschreven in het interne systeemgeheugen, zodat alleen laatste drie locaties van de auto die nodig zijn voor het normaal functione-

1

AANWIJZINGEN

16

1-1. AANWIJZINGEN

ren van het systeem altijd beschikbaar zijn.

Het activiteitengegevenslog van het wettelijk vereiste eCall-noodoproe- psysteem wordt niet langer bewaard dan nodig is voor de afhandeling van de eCall-noodoproep en in geen geval langer dan 13 uur nadat de eCall-noodoproep werd geactiveerd.

Rechten van personen van wie gegevens worden verwerkt

De persoon wiens gegevens worden verwerkt, bijvoorbeeld de auto-eige- naar, heeft het recht op inzage in de gegevens en kan verzoeken dat gegevens die met betrekking tot hem of haar niet in overeenstemming met de wettelijke voorschriften zijn verwerkt, worden gecorrigeerd, verwijderd of geblokkeerd voor zover van toepassing. Telkens wanneer gegevens worden gecorrigeerd, verwijderd of geblokkeerd in overeenstemming met deze voorschriften, moeten de derden aan wie de gegevens zijn overgedragen, worden geïnformeerd, op voorwaarde dat dit tegen een redelijke prijs kan worden gedaan.

De persoon wiens gegevens worden verwerkt, heeft het recht om een klacht in te dienen bij de desbetreffende instantie voor gegevensbescherming als hij of zij van mening is dat zijn of haar rechten zijn geschonden door verwerking van die persoonsgegevens.

Neem voor kwesties met betrekking tot het recht op inzage contact op met

een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Automatisch noodoproepsysteem

Principe

Met het automatische noodoproepsysteem kunnen bijvoorbeeld bij ongevallen handmatige of automatische noodoproepen worden verzonden.

De noodoproepen worden beantwoord door een alarmcentrale die door de autofabrikant is aangewezen.

Naast het automatische noodoproepsysteem is de auto voorzien van het wettelijk vereiste eCall-noodoproe- psysteem. Of dit systeem actief is, is afhankelijk van de situatie.

De auto-eigenaar heeft het recht om hetzij het automatische noodoproepsysteem, hetzij het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem te gebruiken.

Zie voor informatie over het gebruik van het automatische noodoproepsysteem en zijn functies blz. 351.

Wettelijke grondslag

Het automatische noodoproepsysteem verwerkt persoonsgegevens in overeenstemming met de volgende voorschriften:

Bescherming van persoonsgegevens: Richtlijn 95/46/EG van het Europees Parlement en de Raad.

1-1. AANWIJZINGEN

17

Bescherming van persoonsgegevens: Richtlijn 2002/58/EG van het Europees Parlement en de Raad.

Het contract met Toyota Supra Connect dat voor deze functie is afgesloten, evenals de relevante wetten, verordeningen en richtlijnen van het Europees Parlement en de Europese Raad bieden de wettelijke grondslag voor de activering en werking van het intelligente noodoproepsysteem.

De relevante verordeningen en richtlijnen regelen de bescherming van personen op het gebied van verwerking van persoonsgegevens.

Het automatische noodoproepsysteem verwerkt persoonsgegevens in overeenstemming met de Europese richtlijnen voor de bescherming van persoonsgegevens.

Het automatische noodoproepsysteem verwerkt persoonsgegevens alleen met toestemming van de auto-eigenaar.

Het automatische noodoproepsysteem en andere diensten met extra voordelen mogen alleen persoonsgegevens verwerken met de uitdrukkelijke toestemming van de persoon wiens gegevens worden verwerkt, bijvoorbeeld de auto-eigenaar.

Simkaart

Het automatische noodoproepsysteem werkt via mobiele communicatie door middel van de simkaart die in de auto is geïnstalleerd. De simkaart is permanent aangemeld bij het

mobiele telefoonnetwerk zodat er snel een verbinding tot stand kan worden gebracht. De gegevens worden in geval van nood naar de autofabrikant verzonden.

Kwaliteit verbeteren

De autofabrikant gebruikt de gegevens die als onderdeel van een noodoproep worden verzonden ook om de kwaliteit van producten en diensten te verbeteren.

Positiebepaling

Alleen de aanbieder van het mobiele telefoonnetwerk kan de positie van de auto bepalen op basis van de locaties van telefoonmasten. De netwerkoperator kan het voertuigidentificatienummer niet koppelen aan het telefoonnummer van de geïnstalleerde simkaart. Alleen de autofabrikant kan het voertuigidentificatienummerkoppelen aan het telefoonnummer van de geïnstalleerde simkaart.

Loggegevens voor noodoproepen

De loggegevens voor noodoproepen worden opgeslagen in het geheugen van de auto. De oudste loggegevens worden regelmatig gewist. De loggegevens bevatten bijvoorbeeld informatie over waar en wanneer een noodoproep is verzonden.

In uitzonderlijke gevallen kunnen de loggegevens worden uitgelezen van het geheugen van de auto. Over het algemeen mogen de loggegevens

1

AANWIJZINGEN

18

1-1. AANWIJZINGEN

alleen worden uitgelezen na een gerechtelijk bevel en indien de bijbehorende apparaten rechtstreeks op de auto zijn aangesloten.

Automatische noodoproep

Het systeem is zo ontworpen dat na een ongeval met een bepaalde ernst, die wordt gesignaleerd door de sensoren in de auto, automatisch een noodoproep wordt geactiveerd.

Verzonden informatie

Als er een noodoproep wordt verzonden door het automatische noodoproepsysteem, wordt dezelfde informatie doorgegeven aan de aangewezen alarmcentrale als normaal door het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem wordt doorgegeven aan de centrale meldkamer.

Bovendien geeft het automatische noodoproepsysteem ook de volgende aanvullende informatie door aan een door de autofabrikant aangewezen alarmcentrale en, indien van toepassing, aan de centrale meldkamer:

Ongevalsgegevens, bijvoorbeeld de richting van de aanrijding zoals gesignaleerd door de sensoren in de auto, om de inzet van de hulpdiensten te optimaliseren.

Contactgegevens, bijvoorbeeld het telefoonnummer van de geïnstalleerde simkaart en het telefoonnummer van de bestuurder, indien beschikbaar, zodat er indien nodig snel contact kan worden opgeno-

men met degenen die bij het ongeval betrokken waren.

Gegevensopslag

De gegevens met betrekking tot een verzonden noodoproep worden in de auto geactiveerd. De gegevens bevatten informatie over de noodoproep, bijvoorbeeld de plaats en het tijdstip waarop deze is verzonden.

De alarmcentrale slaat audio-opna- men van de noodoproep op.

Audio-opnamen van de klant worden 24 uur bewaard, voor het geval de details van de noodoproep moeten worden geanalyseerd. Daarna worden de audio-opnames gewist. Audio-opnames van de medewerker van de alarmcentrale worden 24 uur bewaard voor kwaliteitswaarborging.

Verstrekking van persoonsgegevens

De gegevens die worden verkregen in het kader van een automatische noodoproep, worden alleen gebruikt om de noodoproep te verwerken.

Indien dit wettelijk verplicht is, verstrekt de autofabrikant de gegevens die hij heeft verwerkt en, indien van toepassing, nog steeds heeft bewaard.

Wettelijk vereist noodoproepsysteem

De eigenaar van een auto die is voorzien van een automatisch noodoproepsysteem en het wettelijk

1-1. AANWIJZINGEN

19

 

 

vereiste eCall-noodoproepsysteem heeft het recht om het eCall-systeem in de auto te gebruiken in plaats van de automatische noodoproep.

Neem voor deactiveringsverzoeken contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem staat altijd klaar in aanvulling op het automatische noodoproepsysteem. Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem neemt de noodoproepfunctie over als het automatische noodoproepsysteem om technische redenen niet functioneert, bijvoorbeeld als de door de autofabrikant aangewezen alarmcentrale niet kan worden bereikt.

Het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem maakt gebruik van de infrastructuur van het openbare alarmnummer 112.

Het systeem kan zo worden geconfigureerd dat noodoproepen altijd worden verzonden via het wettelijk vereiste eCall-noodoproepsysteem en niet via het automatische noodoproepsysteem. Laat de instelling configureren door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Black box

Deze auto is uitgerust met een black box. De belangrijkste functie van deze black box is om in geval van een aanrijding of bijna-ongevallen, bijvoorbeeld wanneer de airbag wordt geactiveerd of er tegen een obstakel wordt gereden, gegevens op te slaan waarmee kan worden achterhaald hoe de systemen van de auto hebben gefunctioneerd. De black box dient om gedurende korte tijd, meestal 30 seconden of minder, gegevens op te slaan met betrekking tot het dynamische gedrag en de veiligheidssystemen van de auto.

De black box in deze auto wordt gebruikt voor het opslaan van de volgende gegevens:

Het gedrag van de verschillende voertuigsystemen.

Of de bestuurder en voorpassagier de veiligheidsgordel om had.

Of en hoe ver de bestuurder het gaspedaal en/of het rempedaal heeft ingetrapt.

Hoe hard de auto reed.

Deze gegevens kunnen inzicht geven in de omstandigheden waaronder de aanrijding plaatsvond en welk letsel daarbij optrad.

De black box slaat uitsluitend gegevens op wanneer er een ernstige aanrijding plaatsvindt; de black box slaat onder normale rijomstandigheden dus geen gegevens op. De black box slaat nooit persoonlijke gegevens

1

AANWIJZINGEN

20

1-1. AANWIJZINGEN

 

 

op (zoals naam, geslacht, leeftijd, plaats van de aanrijding).

Andere partijen, zoals ordehandhavers, kunnen de gegevens van de black box echter koppelen aan persoonlijke gegevens die bij een onderzoek naar een aanrijding worden verkregen.

Om de gegevens die door de black box zijn opgeslagen uit te lezen, is speciale apparatuur nodig en is toegang tot de auto of de black box vereist. Naast de autofabrikant beschikken ook andere partijen, zoals ordehandhavers, over speciale apparatuur om de gegevens uit te lezen, mits zij toegang hebben tot de auto of de black box.

Hoeveelheid ruis in de auto

Euraziatische Economische Unie:

TECHNISCH REGLEMENT VAN DE DOUANE-UNIE “MET BETREKKING TOT WIELVOERTUIGEN” TR CU 018/2011 Aanhangsel nr. 3, Hoofdstuk 2 (Voertuigeisen met betrekking tot ruis in het interieur), Tabel 2.1, Opmerkingen 3

Het gebruik van dit voertuig voor publieke doeleinden (bijvoorbeeld als taxi) is niet toegestaan.

Voertuigidentificatienummer

Motorruimte

Het voertuigidentificatienummer (VIN) is ingeslagen in het typeplaatje in de motorruimte, aan de rechterzijde van de auto.

1-1. AANWIJZINGEN

21

Overige voorzorgsmaatregelen

WAARSCHUWING

Breng geen wijzigingen aan de auto aan.

Wanneer u wijzigingen wilt aanbrengen aan de auto, gebruik dan alleen originele onderdelen en accessoires van Toyota of door Toyota goedgekeurde onderdelen (behalve voor wat betreft accu's, elektrische onderdelen, enz.). Anders kunnen er onverwachte storingen optreden of kan een ongeval ontstaan. Neem voor meer informatie over originele onderdelen en accessoires van Toyota contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

WAARSCHUWING

Bevestig geen accessoires aan de voorruit.

Als een accessoire aan de voorruit of de binnenspiegel wordt bevestigt, kan dit uw zicht op de weg belemmeren of u afleiden, wat tot een ongeval kan leiden. Bovendien, als een voorwerp zoals een zuignap aan de voorruit wordt bevestigd, werkt dit mogelijk als een lens, wat brand kan veroorzaken. Bevestig geen spiegel met een grote zichthoek aan de binnenspiegel, aangezien deze bij een aanrijding los kan raken en letsel kan veroorzaken.

WAARSCHUWING

Laat geen aanstekers in de auto achter.

Wanneer de auto in direct zonlicht geparkeerd staat, kan de temperatuur in de auto extreem hoog worden. Het is daarom erg gevaarlijk om voorwerpen die brandbare materialen bevatten, zoals een aansteker, in de auto achter te laten, omdat deze kunnen exploderen of vlam kunnen vatten. Bovendien, als een aansteker vast komt te zitten tussen de bewegende delen van een stoel, kan de aansteker tijdens de beweging van de stoel breken en brand veroorzaken.

1

AANWIJZINGEN

22

1-1. AANWIJZINGEN

 

 

23

KORTE UITLEG

2

 

 

 

 

 

2-1. KORTE UITLEG

 

 

 

Instappen............................

24

 

 

Instellen en bedienen .........

30

 

 

Rijden .................................

34

 

 

2

UITLEG KORTE

Toyota Supra 2019 Owner's Manual

24

2-1. KORTE UITLEG

 

 

Instappen

Voordat u gaat rijden

Controle van de auto

Voer voordat u de motor start de nodige routinecontroles aan de auto uit. Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar om routinecontroles aan de auto uit te voeren en alle wettelijk verplichte noodzakelijke jaarlijkse controles uit te laten voeren in overeenstemming met de plaatselijke weten regelgeving. Raadpleeg het serviceboek (de onderhoudshandleiding) voor meer informatie over controleprocedures.

Als er een jerrycan met brandstof, brandbare autoverzorgingsproducten, spuitbussen, enz. in de auto achterblijven, bestaat het gevaar dat ze vlam vatten en ontploffen. Wanneer de auto geparkeerd staat met de portieren en ruiten volledig gesloten, laat dan geen blikjes met koolzuurhoudende dranken in de auto achter, omdat de temperatuur in de auto kan oplopen tot meer dan 50 °C, afhankelijk van de locatie.

WAARSCHUWING

Zorg ervoor dat u alle bagage veilig opbergt.

In het geval van plotseling remmen of een aanrijding kunnen voorwerpen die niet veilig zijn opgeborgen, rondvliegen en de inzittenden raken, waardoor letsel kan worden veroorzaakt. Zorg ervoor dat bagage waar mogelijk veilig in de bagageruimte wordt opgeborgen.

WAARSCHUWING

Laat geen licht ontvlambare voorwerpen in de auto achter.

WAARSCHUWING

Zorg ervoor dat er zich geen voorwerpen op de vloer aan bestuurderszijde bevinden.

2-1. KORTE UITLEG

25

WAARSCHUWING

Als een voorwerp vast komt te zitten achter het rempedaal, kan remmen onmogelijk worden en kan het gaspedaal mogelijk niet terugkeren na te zijn ingetrapt, wat tot een uiterst gevaarlijke situatie kan leiden.

WAARSCHUWING

Zorg ervoor dat de vloermatten goed zijn vastgezet.

Gebruik alleen originele Toyota-vloer- matten die voor dit model zijn ontworpen en bevestig ze op hun plaats met behulp van de meegeleverde bevestigingen. Wanneer de vloermatten zijn verwijderd, bijvoorbeeld bij het reinigen van de auto, moet u ervoor zorgen dat u de vloermatten goed vastzet met behulp van de bevestigingen voordat u met de auto gaat rijden.

Als een vloermat die niet goed kan worden vastgezet, bijvoorbeeld door een beschadigde bevestiging, wordt gebruikt, kan deze tijdens het rijden verschuiven en het gaspedaal bedekken, waardoor dit mogelijk wordt ingedrukt en een ongeval wordt veroorzaakt.

Plaats nooit twee of meer vloermatten boven op elkaar. Extra vloermatten zullen niet alleen de normale bediening van de pedalen belemmeren, maar het gevaar bestaat ook dat een mat omklapt achter het rempedaal, waardoor dit niet kan worden ingetrapt.

WAARSCHUWING

Zorg ervoor dat u geen uitlaatgassen inademt.

De uitlaatgassen bevatten kleurloos, geurloos koolmonoxide (CO). Koolmonoxide (CO) kan worden ingeademd zonder dat u het merkt en kan in het ergste geval de dood veroorzaken. Laat de motor niet stationair draaien in een afgesloten garage of in een andere locatie met slechte ventilatie.

Als er een gat of barst in het uitlaatsysteem zit, bijvoorbeeld veroorzaakt door corrosie, kunnen tijdens het rijden uitlaatgassen in de auto terechtkomen. Als u uitlaatgassen in de auto ruikt, open dan alle ruiten en laat de auto controleren door een erkende Toyota-dealer, een door Toyota geautoriseerde reparateur of een betrouwbare reparateur.

Controleren van de veiligheid van de omgeving

Er zijn dode hoeken rondom de auto die niet zichtbaar zijn vanaf de bestuurdersstoel. Zorg ervoor dat u controleert of in het gebied

2

UITLEG KORTE

26

2-1. KORTE UITLEG

 

 

rondom de auto kleine kinderen en lage voorwerpen aanwezig zijn voordat u wegrijdt.

Als u bij het achteruitrijden het gebied achter de auto niet voldoende kunt zien, stap dan uit en controleer dit gebied voordat u verder gaat.

Bij een slechte lichamelijke conditie

Ga niet autorijden als u moe bent of zich niet goed voelt.

Zorg er ook voor dat u bij een lange rit regelmatig stopt en uitrust.

Openen en sluiten

Toetsen op de afstandsbediening

1Ontgrendelen

2Vergrendelen

3Achterklepontgrendeling

4Vertraagd uitschakelen koplampen

Ontgrendelen van de auto

Druk op de toets op de afstandsbediening.

alleen het bestuurdersportier of worden beide portieren en de achterklep ontgrendeld.

Druk nogmaals op de toets op de afstandsbediening om ook het andere portier en de achterklep te ontgrendelen als alleen het bestuurdersportier wordt ontgrendeld.

Vergrendelen van de auto

1Sluit het bestuurdersportier.

2Druk op de toets op de afstandsbediening.

Alle portieren en de achterklep worden vergrendeld.

Toetsen centrale vergrendeling

Overzicht

Toetsen centrale vergrendeling.

Vergrendelen

Door op de toets te drukken als de portieren zijn gesloten wordt de auto vergrendeld.

De tankdopklep blijft ontgrendeld.

Afhankelijk van de instellingen wordt

 

 

 

2-1. KORTE UITLEG

27

 

Ontgrendelen

 

Vergrendelen van de auto

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Door op de toets te drukken wordt de auto ontgrendeld.

Smart entry-systeem met startknop

Principe

Met deze functie hebt u toegang tot de auto zonder de afstandsbediening te hoeven bedienen.

Als u de afstandsbediening bij u hebt, bijvoorbeeld in uw broekzak, is dat al voldoende.

De auto herkent de afstandsbediening automatisch wanneer deze zich in de directe omgeving of in de auto bevindt.

Ontgrendelen van de auto

Raak met een vinger het gegroefde gedeelte van de portiergreep van een gesloten portier van de auto ongeveer 1 seconde aan zonder de portiergreep vast te pakken.

Achterklep

Openen

Houd de toets op de afstands-

bediening ongeveer 1 seconde ingedrukt.

Indien van toepassing worden ook de portieren ontgrendeld.

Sluiten

Sluit de achterklep handmatig.

2

UITLEG KORTE

Pak de portiergreep van de auto goed vast.

28

2-1. KORTE UITLEG

Display en bedieningselementen

Rondom het stuurwiel

2

3

 

1

4

1Ruitenwissers

2Instrumentenpaneel

3Richtingaanwijzers, grootlicht

4Lichtschakelaar

Controleen waarschuwingslampjes

Instrumentenpaneel

Controleen waarschuwingslampjes kunnen in verschillende combinaties en kleuren branden.

Wanneer de motor wordt gestart of de standby-modus wordt ingeschakeld, wordt de werking van sommige lampjes kort gecontroleerd.

Bestuurdersportier

3

 

2

 

1

4

1Buitenspiegels

2Schakelaars ruitbediening

3Centrale vergrendeling

4Ontgrendelen van de achterklep

 

Schakelaarpaneel

1

Selectiehendel

2Controller

3Uitschakeltoets Stop & Start-sys- teem

4SPORT-modusschakelaar

5Toets Parking Assist-systeem

6Toets VSC OFF

7Toets Toyota Supra Safety

8Parkeerrem

Toyota Supra Command

Principe

Toyota Supra Command combineert de functies van een aantal schakelaars. Deze functies kunnen worden bediend met de controller en, afhankelijk van de uitvoering, via het touchscreen.

Controller

Algemeen

Met behulp van de toetsen kunt u menu's direct oproepen. Met behulp van de controller kunt u menu-items selecteren en instellingen uitvoeren.

 

 

2-1. KORTE UITLEG

29

Toetsen op de controller

Dit symbool op het regeldis-

 

 

 

play geeft aan dat het

 

Toets

Functie

 

spraakcommandosysteem

 

 

 

 

 

Eén keer indrukken: oproe-

actief is.

 

 

pen van het hoofdmenu.

Gebruik Toyota Supra Command om

 

 

Twee keer indrukken: alle

 

 

de functie te bedienen als er geen

 

 

menu-items van het hoofd-

 

 

menu weergeven.

verdere spraakcommando's beschik-

 

 

 

baar zijn.

 

 

Oproepen van het menu

 

 

 

 

 

“Communication” (commu-

Uitschakelen van het spraak-

 

 

nicatie).

commandosysteem

 

 

Oproepen van het menu

Druk op de toets op het

 

 

Media/Radio.

stuurwiel of zeg ›Cancel‹

 

 

 

(annuleren).

 

 

Oproepen van het menu

 

 

 

 

 

voor het invoeren van een

Hulp bij het spraakcommando-

 

 

bestemming voor het navi-

systeem

 

 

gatiesysteem.

 

 

Mogelijke spraakcommando's

 

 

 

 

 

Oproepen van de navigatie-

 

 

laten voorlezen: ›Voice com-

 

 

kaart.

mands‹ (spraakcommando's).

 

 

 

Informatie over het spraakcom-

 

 

Eén keer indrukken: oproe-

 

 

pen van het vorige scherm.

mandosysteem laten voorlezen:

 

 

Ingedrukt houden: oproe-

›General information on voice con-

 

 

pen van het laatst gebruikte

trol‹ (algemene informatie over

 

 

menu.

spraakbediening).

 

 

Oproepen van het menu

Instructies voor het weergegeven

 

 

“Options” (opties).

menu laten voorlezen: ›Help‹.

 

 

 

 

 

Spraakbediening

Uitspreken van spraakcommando's

Spraakcommandosysteem inschakelen

1 Druk op de toets op het stuurwiel.

2Wacht op het geluidssignaal.

3Spreek het commando uit.

Informatie voor noodoproepen

Gebruik het spraakcommandosysteem niet voor noodoproepen. Een stresssituatie kan gevolgen hebben voor de uitspraak en het stemniveau van een persoon. Daardoor kan het maken van de telefoonverbinding meer tijd kosten dan nodig is.

Gebruik in plaats daarvan de SOS-toets bij de binnenspiegel.

2

UITLEG KORTE

Loading...
+ 448 hidden pages