Hotpoint Ariston FH 103 IX/HA, F 1032.1 IX/HA, FZ 103.1 IX/HA, FH 1037 C IX/HA, FZ 103 C.1 IX/HA Manual [cz]

0 (0)
OVEN
FQ 103.1 /HA
FZ 1032 C.1 IX /HA
FZ 1032.1 IX /HA
FQ 103 C.1 /HA
FQ 1032 C.1 /HA
F 1039 C.1 IX /HA
F 1039 C.1 /HA
FQ 1037 C.1 /HA
FZ 103 C.1 /HA
FH 103 /HA
FH 103 IX /HA
FH 1037C /HA
FH 1037C IX /HA
FZ 103.1 /HA
FZ 103.1 IX /HA
F 1032.1 IX /HA
F 1032.1 /HA
Inhoud
Installatie, 2-3
Plaatsing
Elektrische aansluiting
Typeplaatje
Beschrijving van het apparaat, 4
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Starten en gebruik, 5
Blokkering bedieningspaneel
Demomodus
Instellen klok en timer
De oven starten
Programmas, 6-9
Handmatige kookprogrammas
Automatische kookprogrammas
De bereiding programmeren
Praktische kooktips
Kooktabel
Voorzorgsmaatregelen en advies, 10
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 11-12
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
De ovendeur reinigen
Vervangen van het lampje
Montage van de Geleiders Kit
Service, 13
Gebruiksaanwijzing
NL
Deutsch, 14
DE
Nederlands, 1
NL
Русский, 27
RS
KZ
2
NL
Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele
raadpleging in de toekomst. Wanneer u het product
weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u
dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle
nodige informatie voorhanden blijft.
Lees de instructies aandachtig door: u vindt er
belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en
veiligheid.
Plaatsing
Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor
kinderen en dient daarom te worden verwijderd
volgens de geldende normen voor gescheiden
afvalverzameling (zie Voorzorgsmaatregelen en
advies).
De installatie moet worden uitgevoerd door een
bevoegde installateur en volgens de instructies van
de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade
berokkenen aan personen, dieren of dingen.
Inbouw
Voor een goede werking van het apparaat moet het
keukenmeubel de juiste kenmerken hebben:
de zijkanten van de kastjes die aan de oven
grenzen moeten hittebestendig zijn;
in het bijzonder moet, in geval van meubels met
fineer, de lijm bestand zijn tegen temperaturen
van 100°C;
voor het inbouwen van de oven, zowelonder het
aanrecht (zie figuur) alsin stapelbouw, dient het
meubel de volgende afmetingen te hebben:
Nadat het apparaat is ingebouwd, mag er geen
contact meer mogelijk zijn met de elektrische
onderdelen.
Het energieverbruik dat staat aangegeven op het
typeplaatje is gebaseerd op dit soort installatie.
Ventilatie
Om een goede ventilatie te kunnen garanderen is
het noodzakelijk de achterkant van het meubel te
verwijderen. Het verdient de voorkeur de oven op
twee houten balken te plaatsen, of eventueel op een
enkele plank die een opening heeft van tenminste 45
x 560 mm (zie afbeeldingen).
Centreren en bevestigen
Regel de 4 klemmetjes aan de zijkant van de oven
in overeenkomst met de 4 gaten in de lijst. De stand
hangt af van de dikte van de zijkant van het meubel:
als de dikte 20 mm is:
verwijder het regelbare
gedeelte van het stelvoetje
(zie afb.);
als de dikte 18 mm is: gebruik
de eerste gleuf zoals door de
fabriek is voorzien (zie afb.);
als de dikte 16 mm is: gebruik
de tweede gleuf (zie afb.).
Om het apparaat aan het keukenkastje te
bevestigen: open de ovendeur en schroef de 4
houtschroeven in de 4 gaten in de zijrand.
Alle beschermende onderdelen moeten zodanig
worden bevestigd dat ze niet kunnen worden
verwijderd zonder gereedschap te gebruiken.
595 mm.
595 mm.
24 m
m
.
545 m
m
.
5 mm.
567 mm.
23 mm.
593 mm.
45 mm.
558 mm.
547 m
m
. m
in.
Installatie
560 m
m
.
45 mm.
3
NL
Elektrische aansluiting
De ovens met driepolige voedingskabel werken
met de wisselstroom, spanning en frequentie die
aangegeven staan op het typeplaatje op het
apparaat (zie onder).
Monteren voedingskabel
1. Licht de lipjes aan de
zijkant van het deksel
van het klemmenbord
op met een
schroevendraaier: trek
het deksel van het
klemmenbord open ( zie
afb.).
2. Draai de schroef van
de kabelklem los en
verwijder hem met
behulp van een
schroevendraaier (zie
afbeelding).
3. Verwijder de
schroeven van de
contacten L-N-
en
bevestig de draden
onder de koppen van
de schroeven met
inachtneming van de
kleuren: Blauw (N) Bruin
(L) Geel-Groen (
).
Het aansluiten van de voedingskabel aan het
elektrische net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje( zie hiernaast).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet u tussen het apparaat en het net
een meerpolige schakelaar aanbrengen met een
afstand tussen de contacten van minstens 3 mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en
voldoend aan de geldende normen (de aarding mag
niet worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat
hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger
dan de kamertemperatuur.
De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
elektrische aansluiting en het in acht nemen van de
veiligheidsnormen.
Voor het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
de contactdoos in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te verdragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje (zie onder );
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje (zie onder);
de contactdoos en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de
contactdoos te vervangen; gebruik geen
verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt
worden.
De kabel moet van tijd tot tijd worden
gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs
worden vervangen ( zie Service).
De fabrikant kan niet aanspr
akelijk worden gesteld
wanneer deze normen niet worden nageleefd.
TYPEPLAATJE
Afmetingen
breedte 43,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 40 cm
Inhoud
liter 56
Afmetingen *
breedte 43,5 cm
hoogte 32 cm
diepte 41,5 cm
Inh oud *
liter 58
Elektrische
aansluitingen
spanning 220-240V~ 50Hz
maximum opgenomen
vermogen 2800W
ENERG Y LABEL **
Richtlijn 2002/40/EG op het
etiket van elektrische ovens.
Norm EN 50304
Energieverbruikverklaring
Klasse geforceerde
convectie -
verwarmingsfunctie:
Gratineren.
Deze apparatuur voldoet
aan de volgende E U
voorschriften: 2006/95 /EEG
van 12/12/ 06
(Laagspanning) en
daaropvolgende w ijziging e n
- 8 9/336/EEG van 03/05/8 9
(Elektromagnetische
C o m p atibiliteit) en
daaropvolgende w ijziging e n
- 93 / 68/EEG van 22/ 07/9 3 en
daaropvolgende w ijziging e n .
2002/9 6 /CE
* Met glazen ovendeur
** Zonder uitneembare geleiders
4
NL
Beschrijving
van het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
GLEUVEN om
roosters in te
schuiven
positie 5
positie 4
positie 3
positie 2
positie 1
Symbool
DUUR
Symbool
KLOK
Symbool
TIMER
Display
TEMPERATUUR
INSCHAKELEN
BEDIENINGSPANEEL
Toetsen
REGELEN TIJDEN/
TEMPERATUUR
Symbolen
HANDMATIGE
PROGRAMMA'S
Symbool
EINDE BEREIDING
Symbolen
AUTOMATISCHE
PROGRAMMA'S
Display
TIJDEN
START
STOP
Symbool
OVEN-
VERLICHTING
5
NL
Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens
een uur leeg te laten functioneren, op maximum
temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven heeft
uitgedaan, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De
lucht die u ruikt komt door het verdampen van de
middelen die worden gebruikt om de oven te
beschermen.
Het blokkeren van het bedieningspaneel en de DEMO
Modus kunt u ook activeren als de display uitstaat.
Blokkering bedieningspaneel
Om het bedieningspaneel van de oven te blokkeren,
drukt u tegelijkertijd op de toetsen
en . U hoort
een geluidssignaal en op het display TEMPERATUUR
verschijnt "Loc".
Druk opnieuw om het bedieningspaneel weer te
activeren. De "STOP" toets blijft altijd actief.
Demomodus
De oven kan in demomodus werken: alle
verwarmingselementen worden uitgeschakeld, maar de
bediening blijft actief.
Om de demomodus in te schakelen moet u
tegelijkertijd drukken op de toetsen "+",
, en
"START". U hoort een geluidssignaal en op het display
TIJDEN verschijnt "dEMO".
Om de demomodus uit te schakelen moet u
tegelijkertijd drukken op de toetsen "+" en "START". U
hoort een geluidssignaal en de tekst "dEMO" verdwijnt.
Instellen klok en timer
Na het aansluiten op het elektriciteitsnet of na het
uitvallen van de stroom knipperen de toets
en de
cijfers op het display TIJDEN.
Voor het instellen van de tijd:
1. Houd de toetsen "+" en "-" ingedrukt om de
nummers sneller te laten lopen en de tijd makkelijker in
te stellen.
2. Zodra u de juiste tijd heeft bereikt wacht u 10
seconden om de selectie op te slaan of drukt u
nogmaals op de toets
om de instelling te
bevestigen.
Voor eventuele gelijkstellingen schakelt u het
bedieningspaneel uit door te drukken op de toets
;
druk op de
toets en volg de aangegeven
procedure.
Als de tijd verstreken is laat de timer een
geluidssignaal horen dat ofwel vanzelf na 6 seconden
uitgaat of door uzelf kan worden afgezet door op een
willekeurig actief symbool te drukken.
Om de timer in te stellen drukt u op de toets
en
voert u de handelingen voor het instellen van de klok
uit. Als de toets
aan is betekent dit dat de timer
actief is.
De timer heeft geen invloed op het in- of uitschakelen
van de oven.
De oven starten
1. Schakel het bedieningspaneel in door middel van
de
toets.
2. Druk op de toets van het gewenste
kookprogramma. Het display TEMPERATUUR toont de
temperatuur die bij het programma hoort. Het display
TIJDEN toont de huidige tijd.
3. Druk op de "START" toets om de bereiding te
starten.
4. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers
van de actuele temperatuur gaan naarmate de
temperatuur stijgt aan. De temperatuur kan gewijzigd
worden door middel van de toetsen "+" en "-".
5. Een geluidssignaal en de ontsteking van alle
aanwijzers van de actuele temperatuur geven aan dat
de voorverwarming compleet is: zet de etenswaren in
de oven.
6. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- de temperatuur wijzigen door middel van de toetsen
"+" en "-";
- de duur van de bereiding programmeren (zie
Programma's);
- de bereiding onderbreken door op de toets "STOP" te
drukken.
7. Indien de stroom uitvalt en de oventemperatuur niet
te laag is geworden, gaat de oven automatisch terug
naar het punt waar het koken is onderbroken. De
geprogrammeerde functies worden echter niet
onthouden. U dient ze daarom bij het terugkeren van
de stroom opnieuw in te stellen.
Bij het programma BARBECUE is geen voorverwarming
voorzien.
Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters.
Ventilator
Om de oven van buiten niet te heet te laten worden,
brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg
die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt.
Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien
totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder
willekeurig moment aan worden gedaan door op de
toets te drukken.
Starten en gebruik
6
NL
Handmatige kookprogrammas
Alle programmas hebben een vooringestelde
kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden
aangepast en naar wens worden ingesteld tussen de
40°C en de 250°C.
In het programma BARBECUE is de ingestelde
temperatuur in % uitgedrukt. Ook deze kan
handmatig worden gewijzigd.
Programma MULTILEVEL
Alle verwarmingselementen gaan aan en de
ventilator gaat draaien. Aangezien de warmte in de
hele oven constant is, zorgt de lucht dat de
gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en
gebakken worden. Het is mogelijk maximaal twee
roosters tegelijk te gebruiken.
Programma BARBECUE
Het bovenste verwarmingselement gaat aan en het
draaispit (waar aanwezig) begint te draaien. Door op
de toetsen + en - aan de linkerkant te drukken,
zal het display THERMOSTAAT de
stroomsterkteniveaus aangeven die kunnen worden
ingesteld, van een minimum van 5% tot een
maximum van 100%. Het koken onder de grill is
vooral aan te raden voor gerechten die een hoge en
directe temperatuur aan de buitenkant nodig
hebben. Kook met de ovendeur dicht.
Programma GRATINEREN
Het bovenste verwarmingselement gaat aan, en
tijdens een deel van de cyclus ook het cirkelvormige
verwarmingselement, de ventilator en het draaispit
(waar aanwezig). Hiermee wordt de thermische
verspreiding uit één richting gecombineerd met de
geforceerde luchtcirculatie in de oven.
Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo
vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar
de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht.
Programmas LAGE TEMPERATUUR
Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het
bereiden van yoghurt, het snel of langzaam
opwarmen van gerechten en het langzaam koken
van etenswaren op lage temperatuur. De in te stellen
temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C.
Het draaispit *
Voor het activeren van
het draaispit (zie afb.)
gaat u als volgt te
werk:
1. plaats de lekplaat in stand 1;
2. zet de steun van het draaispit op de 3e stand en
steek de vleespen in de speciale opening achterin
de oven;
3. activeer het draaispit door de programmas
of
te selecteren;
Bij het programma
zal het draaispit stoppen met
draaien wanneer u de ovendeur opent.
Automatische kookprogrammas
De temperatuur en de duur van de bereiding zijn
ingesteld en kunnen niet worden gewijzigd door het
systeem C.O.P.® (Cottura Ottimale Programmata
(Optimale Geprogrammeerde Bereiding) die
automatisch een perfect resultaat garandeert. De
bereiding wordt automatisch gestopt en de oven
geeft aan wanneer het gerecht gaar is. U kunt het
gerecht in een koude of warme oven zetten.
Als de kookfase is bereikt laat de oven een
geluidssignaal horen.
Open de ovendeur niet om te voorkomen dat de
tijdsduur en de kooktemperatuur worden ontregeld.
Programma VLEES
Gebruik deze functie voor het braden van kalfs-,
varkens- en lamsvlees. Plaats het vlees in de koude
oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de
warme oven plaatsen.
Programma CAKE
Deze functie is ideaal voor het bereiden van zowel
taarten met bakkersgist als met gedroogde gist, of
zonder gist. Plaats in de koude oven. U kunt de
gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen.
Programmas
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
7
NL
Programma PIZZA
Gebruik deze functie voor het bereiden van pizzas.
Zie volgende hoofdstuk voor recepten en details.
Programma BROOD
Gebruik deze functie voor het bakken van brood Zie
volgende hoofdstuk voor recepten en details.
Programma PIZZA
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de
volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g
en de 700 g zijn.
vet de bakplaat iets in.
Recept voor PIZZA:
1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm
Recept voor 3 pizzas van ongeveer 550 g: 1000 g
meel, 500 g water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl
olijfolie, 20 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde
gist)
Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur
In koude of warme oven plaatsen
Start de bereiding
PIZZA
Programma BROOD
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de
volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het maximum gewicht per bakplaat;
vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de
bakplaat op stand 5;
het deeg moet circa 1 tot uur op
kamertemperatuur rijzen. De exacte duur hangt af
van de kamertemperatuur. Het deeg is voldoende
gerezen als het volume is verdubbeld.
Recept voor BROOD:
1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand
2 bakplaten van 1000 g max, onderste en middelste
stand
Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360g water,
11g zout, 25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde
gist)
Procedure:
Meng het meel en het zout in een grote kom.
Doe de gist in lauw water (circa 35 graden).
Maak een kuil in het meel.
Giet er het mengsel van water en gist in
Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is
gevormd dat niet plakkerig is, door het deeg 10
minuten lang met de palm van de hand plat te
drukken en vervolgens weer dicht te vouwen.
Maak een bal van het deeg, doe het in een
slakom en bedek het met plastic folie om te
voorkomen dat de buitenkant ervan uitdroogt. Doe
de slakom in de oven op de handmatige functie
LAGE TEMPERATUU
R op 40°C en laat het
ongeveer 1 uur lang rijzen (het volume van het
deeg moet verdubbelen).
Verdeel de bal om de verschillende broden te
maken.
Leg ze op ovenpapier op de bakplaat.
Bestrooi de broden met meel.
Maak sneden in de broden.
vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de
bakplaat op stand 5; Voor het reinigen kunt u het
beste water en azijn gebruiken.
Plaats het brood in de koude oven.
Start het programma
BROOD
Aan het einde van de kooktijd laat u de broden
rusten op een rooster totdat ze geheel zijn
afgekoeld.
8
NL
De bereiding programmeren
De programmering is alleen mogelijk wanneer een
kookprogramma is geselecteerd.
De duur programmeren
1. Druk op de toets
; De toets en de cijfers
op het display TIJDEN beginnen te knipperen.
2. Om de duur in te stellen drukt u op de toetsen "+"
en "-". Om de nummers sneller te laten lopen en de
tijd makkelijker in te stellen kunt u de toetsen
ingedrukt houden.
3. Zodra u de juiste duur heeft bereikt wacht u 10
seconden om de selectie op te slaan of drukt u
nogmaals op de toets
om de instelling te
bevestigen.
4. Als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op
het display EMPERATUUR het woord END en hoort u
een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt
automatisch om 10:15 uur.
Programmeren van een uitgestelde bereiding
1. Druk op de toets
en volg de procedure van
de duur van punt 1 t/m 3.
2. Druk daarna op de toets
en stel de eindtijd in
m.b.v. de toetsen "+" en "-". Als u de nummers
ingedrukt houdt zullen ze sneller lopen en kunt u de
tijd makkelijker instellen.
3. Zodra u de gewenste tijd voor het einde van de
bereiding heeft bereikt wacht u 10 seconden om de
selectie op te slaan of drukt u nogmaals op de toets
om de instelling te bevestigen.
4. Druk op de toets START voor het inschakelen
van de programmering.
5. Als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op
het display TEMPERATUUR het woord END en hoort
u een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten en de eindtijd om 12:30.
Het programma zal automatisch om 11:15
beginnen.
De toetsen
en knipperen om aan te geven
dat een programmering is uitgevoerd. Na de
programmering en voordat de bereiding van start
gaat, toont het display TIJDEN om de beurt de duur
en de tijd van het einde van de bereiding.
Om een programmering te annuleren drukt u op de
toets "STOP".
Als u een bereiding selecteert is de toets
actief, maar niet de toets . Als u een kookduur
instelt wordt de toets
actief, en kunt u een
uitgestelde bereiding programmeren.
Praktische kooktips
Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: in deze standen zou de hete
lucht de fijne gerechten kunnen verbranden.
Bij de functies BARBECUE of GRATINEREN, in het
bijzonder wanneer u het draaispit gebruikt, raden wij
u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om eventueel
vet of jus op te vangen.
MULTILEVEL
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de
gerechten die meer warmte nodig hebben op
stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het
rooster op de hoogste.
BARBECUE
Plaats het rooster in stand 3 of 4, zet
de gerechten in het midden van het rooster.
We raden u aan het energieniveau op de hoogste
stand te zetten. Het is normaal dat het bovenste
verwarmingselement niet constant aan blijft: zijn
werking wordt geregeld door een thermostaat.
PIZZA
Gebruik een lichte aluminium ovenschaal en zet
hem op het bijgeleverde ovenrooster.
Bij gebruik van de bakplaat is de bereidingstijd
langer en krijgt u waarschijnlijk geen krokante
pizza.
Bij zeer gevulde pizzas raden wij aan de
mozzarella of andere kaas pas halverwege de
kooktijd toe te voegen.
9
NL
Kooktabel
Programma's
Gerechten
Gewicht
(kg)
Roosterstanden
Voorverwarmen
Aanbevolen
temperatuur
(°C)
Duur
bereiding
(minuten)
standaard
geleiders
verschuifbar
e geleiders
Multilevel*
Pizza op 2 roosters
Taarten op 2 roosters
Cake op 2 roosters (op lekplaat)
Gebraden kip + aardappels
Lamsvlees
Makreel
Lasagne
Soesjes op 2 roosters
Koekjes op 2 roosters
Kaaskoekjes op 2 roosters
Hartige taarten
1+1
1
1
1
2 en 4
2 en 4
2 en 4
1 en 2/3
2
1 of 2
2
2 en 4
2 en 4
2 en 4
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1
1
1
1 en 3
1 en 3
1 en 3
1 en 3
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
Ja
220-230
180
170
200-210
190-200
180
190-200
190
190
210
200
20-25
30-35
20-25
65-75
45-50
30-35
35-40
20-25
10-20
20-25
20-30
Barbecue *
Makreel
Tong en inktvis
Calamari- en garnalenspiesjes
Kabeljauwfilet
Gegri lde groenten
Kalfsbiefstuk
Saucijzen
Hamburgers
Tosti (of geroosterd brood)
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Lam aan het spit (indien draaispit aanwezig)
1
0,7
0,7
0,7
0,5
0,8
0,7
4 of 5
4 of 6
1
1
4
4
4
4
3 of 4
4
4
4
4
-
-
3
3
3
3
2 of 3
3
3
3
3
-
-
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
15-20
10-15
8-10
10-15
15-20
15-20
15-20
10-12
3-5
70-80
70-80
Gratineren*
Gegri lde kip
Inktvis
Kip aan het spit (indien draaispit aanwezig)
Eend aan het spit (in dien draaispit aanwezig)
Gebraden kalfs- of rundvlees
Gebraden varkensvlees
Lamsvlees
1,5
1
1,5
1,5
1
1
1
2
2
-
-
2
2
2
2
2
-
-
2
2
2
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
Nee
210
200
210
210
210
210
210
55-60
30-35
70-80
60-70
60-75
70-80
40-45
Lage
temperatuur
Ontdooien
Rijzen
Opwarmen gerechten
Pasteuriseren
2 of 3
2 of 3
2 of 3
2 of 3
2
2
2
2
Nee
Nee
Nee
Nee
-
-
-
-
-
60-90
-
-
Pizza
automatisch
Pizza (zie recept)
Focaccia (bro oddeeg)
1
1
2
2
2
2
Nee
Nee
-
-
23-33
23-33
Brood
automatisch
Brood (zie recept)
1 2 2 Nee
- 55
Taarten
automatisch
Taarten van gistdeeg
1 2 of 3
2 Nee
- 35-55
Vlees
automatisch
Gebraden vlees
1 2 of 3
2 Nee
- 60-80
* De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingestel d en kan
niet handmatig worden gewijzigd.
10
NL
Voorzorgsmaatregelen en advies
Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens
de geldende internationale veiligheidsvoorschriften.
Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw
veiligheid en u dient ze derhalve goed door te
nemen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-
professioneel gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden
geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is
erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen
of als het onweert.
Maak gebruik van de handgrepen aan de zijkant
van de oven om het apparaat te verplaatsen.
Raak de oven niet blootsvoets of met natte
handen of voeten aan.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het
mag uitsluitend door volwassenen worden
gebruikt en alleen volgens de instructies die
beschreven staan in deze handleiding.
Tijdens het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur zeer heet. Raak
ze niet aan en houd
kinderen op een afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere
kleine keukenapparaten op warme delen van de
oven terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Pak het handvat van de ovendeur alleen in het
midden vast: aan de zijkant zou het heet kunnen
zijn.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de
oven te zetten en eruit te halen.
Plaats geen aluminiumfolie op de bodem van de
oven.
Plaats geen brandbaar materiaal in de oven: als
de oven plotseling aan zou worden gezet, zou dit
materiaal vlam kunnen vatten.
Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan
het snoer te trekken, maar altijd door de stekker
direct beet te pakken.
Maak de oven niet schoon of voer geen
onderhoud uit als de stekker nog in het
stopcontact zit.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de
interne mechanismen van het apparaat te
repareren. Neem contact op met de Technische
Dienst (zie Service).
Plaats geen zware voorwerpen op de open
ovendeur.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door
personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt
lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of
personen die niet de nodige ervaring of kennis
hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht
van een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het
apparaat werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Afvalverwijdering
Het wegdoen van het verpakkingsmateriaal: houdt
u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal
hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische
apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke
apparatuur niet met het normale afval mag worden
meegegeven. De verwijderde apparaten moeten
apart worden opgehaald om het terugwinnen en
recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te
optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele
schade voortvloeit voor de gezondheid en het
milieu. Het symbool van de afvalemmer met een
kruis staat op alle producten om de consument
eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is.
Om meer informatie te verkrijgen betreffende een
juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de
consument zich richten tot de gemeentelijke
reinigingsdienst of de verkopers.
Energiebesparing en milieubehoud
Door de oven te gebruiken vanaf het late
middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u
ervoor dat uw elektriciteitscentrale minder wordt
belast tijdens het spitsuur. De optie waarmee u
programmas voorprogrammeert, in het bijzonder
de uitgestelde bereiding (zie Programmas)
kunnen u hierbij helpen.
Houd bij de functies BARBECUE en GRATINEREN
altijd de ovendeur dicht: dit om betere resultaten
te bereiken en voor een grotere energiebesparing
(circa 10%).
Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan
komen.
11
NL
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige
handeling overgaat.
Schoonmaken van het apparaat
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een
spons en een sopje worden afgenomen. Als de
vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Na het reinigen
dient u alles goed af te spoelen en te drogen.
Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste direct
na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is.
Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel,
spoel vervolgens af en droog met een zachte
doek. Gebruik geen schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser),
met uitzondering van de geleiders.
We raden u aan de schoonmaakmiddelen niet
direct op het bedieningspaneel te spuiten maar
een sponsje te gebruiken.
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
De ovendeur reinigen
Reinig het glas van de deur met een spons en niet
schurende producten. Droog met een zachte doek.
Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe
schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen
krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen
barsten.
U kunt voor een grondige reiniging de ovendeur
verwijderen:
1. open de deur volledig (zie
afbeelding).
2. til de hendeltjes op die
zich aan de scharnieren
bevinden en draai ze ( zie
afb.);
3. pak de deur aan de
zijkanten beet en sluit hem
langzaam, maar niet helemaal.
Druk op de klemmen F, trek
dan de deur naar u toe en haal
hem uit zijn voegen (zie
afbeelding). Zet de deur weer
op zijn plaats door deze
handelingen in omgekeerde
volgorde uit te voeren.
Controleer de afdichtingen
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichtingen
beschadigd zijn, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Technische Dienst te wenden ( zie Service). Gebruik
de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het lampje
Voor het vervangen van het ovenlampje:
1. Verwijder het glazen lampenkapje met behulp van
een schroevendraaier.
2. Schroef het lampje los en vervang het met
eenzelfde soort lampje: vermogen 25 W, fitting E 14.
Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de
afdichting goed is bevestigd (zie afb.).
Onderhoud en verzorging
F
F
12
NL
Montage van de Geleiders Kit
Zo monteert u de geleiders:
1. Verwijder de twee
draagrekken door ze uit
de afstandleiders A te
trekken (zie afbeelding).
2. Kies het niveau waarop
u de geleiders wilt
plaatsen. Plaats eerst de
drukknop B op het
draagrek en vervolgens
de drukknop C. Let goed
op de uittrekrichting van
de geleider.
3. Bevestig de twee
draagrekken, met de
geleiders al op hun
plaats, in de speciale
gaten op de wanden van
de oven (zie afbeelding).
De gaten voor het linker
draagrek bevinden zich
aan de bovenkant, terwijl
de gaten voor het rechter
draagrek zich aan de
onderkant bevinden.
4. Zet tenslotte de draagrekken vast op de afstandleiders
A.
Plaats de geleiders nooit in stand 5.
D
B
C
Linker
glijder
Rechter
glijder
Uittrekrichting
A
Loading...
+ 26 hidden pages