Vdo dayton MS 2000X, MS 2000 User Manual [nl]

MS 2000
Deutsch
English
MS 2100 TMC
Quick Start Guide
Erste Schritte und wichtige Hinweise
First Steps and Important Notes
Premiers pas et instructions importantes
Primeros pasos y advertencia importante
Primi passi e avviso importante
Primeiros passos e avisos importantes
Aan de slag en belangrijke aanwijzingen
Komma igång och viktiga anvisningar
Komme i gang og viktige råd
Kom i gang og viktige anvisningar
Français
Español
ItalianoPortuguês
Nederlands
Svenska
Norsk
Inhoud • Algemene opmerkingen
133
Inhoud
Veiligheidsinstructies en tips . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 133
Onderhoud en reiniging . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .134
Leverpakket . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 135
Bedieningselementen en aansluitingen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 136
Eerste ingebruikstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138
Montage. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 138
Ingebruikstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139
GPS en TMC . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 139
Het menu „Instellingen” (basisinstellingen) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 141
Het menu „Navigatie” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 142
POI – „Speciale bestemmingen” kiezen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 145
Het menu „Routeplanner” . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 146
Het menu „Multimedia”. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 147
Verbinding met de pc / PC Map Tool – Overig kaartenmateriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 150
Foutoplossing. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 152
Systeemvoorwaarden bij gebruik met een personal computer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 153
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 153
Voor uw veiligheid
Voordat u begint met de montage en het gebruik van het navigatiesysteem, maakt u zich a.u.b. eerst vertrouwd met de bedieningselementen. Lees ook de veiligheidsinstructies aan­dachtig door, om eventuele schade voor u of andere verkeersdeelnemers te vermijden.
Het gebruik van het navigatiesysteem vrijwaart de bestuurder in geen geval van zijn eigen verantwoordelijkheid. De geldende verkeersregels en de actuele verkeerssitua­tie hebben te allen tijde voorrang. .
Het plaatsen van het beeldscherm en het invoeren van gegevens in het navigatie­systeem dient u wegens de verkeersveiligheid uitsluitend vóór de rit of bij een stil­staand voertuig uit te voeren.
Als u het beeldscherm op een bevestigingssysteem in uw voertuig aanbrengt, dan dient u op volgende punten te letten: In geen geval mag het in positie brengen van het beeldscherm door het bewegen van het navigatiesysteem zelf worden uitgevoerd. Plaats het beeldscherm zo, dat u snel en eenvoudig op het beeldscherm kunt kijken en geen last heeft van hinderlijke spiegelingen en niet verblind kunt raken. Het beeld­scherm mag niet op een plek worden aangebracht, waar het zicht wordt belemmerd op zaken die belangrijk zijn voor een veilig rijgedrag (bijv. op de straat of op het in­strumentenpaneel). Het beeldscherm mag ook niet worden aangebracht in het op­blaasbereik van de airbags. Bevestig het navigatiesysteem op een veilige wijze, zodat het zelfs bij plotseling afremmen in een noodsitiuatie of een botsing niet weg kan slin­geren.
Kijk alleen op het beeldscherm, indien dit zonder risico's mogelijk is. Als u langere tijd op het beeldscherm moet kijken, stopt u dan op een hiervoor geschikte plaats.
De waarden die in de „Boordcomputer” van het systeem worden aangegeven, zoals de momentele snelheid, de rijtijd en de afgelegde afstand, zijn berekend. De nauw­keurigheid kan echter niet in alle gevallen worden gegarandeerd. Bij de snelheid is altijd de snelheidsmeter van het voertuig bindend.
134
Het systeem houdt geen rekening met de relatieve veiligheid van de geadviseerde routes. Met wegversperringen, wegwerkzaamheden, hoogte- of gewichtsbeperkin­gen, verkeers- of weersomstandigheden of overige factoren, die de veiligheid of de benodigde rijtijd voor de route kunnen beïnvloeden, wordt bij de geadviseerde routes geen rekening gehouden. Controleer de geschiktheid van de geadviseerde routes vol­gens uw eigen inschattingen. Gebruik de functie „Opnieuw berekenen” om andere routevoorstellen te krijgen, of volg gewoon de route van uw keuze en laat de auto­matische routeberekening een nieuwe route plannen.
In bepaalde gebieden is het mogelijk dat doodlopende wegen, éénrichtingsverkeers­situaties (bijv. bij een voetgangersgebied) niet zijn opgenomen in de navigatie. Let hier bijzonder op de actuele verkeersborden en het wegenverkeersreglement.
Als u in een geval van nood een hulpdienst (politie, brandweer, etc.) zoekt, vertrouwt u dan niet uitsluitend op het navigatiesysteem. Handelt u altijd naar uw eigen inschat­tingen en mogelijkheden om in zo'n situatie hulp te krijgen.
Stel het navigatiesysteem niet bloot aan grote hitte of extreme zonnestraling. Tempe­raturen boven 50 °C kunnen het navigatiesysteem zelf en in het bijzonder de hierin gebruikte lithium-ionen-accu zwaar beschadigen. De accu mag alleen onder toezicht worden geladen. Accu niet met geweld openen, er kan buitend zuur naar buiten lo­pen. Beschadigde of uitgelopen accu's mogen niet meer worden gebruikt. Zorgt u a.u.b. dat deze op vakkundige wijze worden verwijderd.
Stel het navigatiesysteem nooit bloot aan vochtigheid, het kan daardoor worden be­schadigd. In het bijzonder tijdens het gebruik op een motorfiets, fiets of in een cabrio dient het navigatiesysteem tegen vochtigheid te worden beschermd, omdat het geen bescherming heeft tegen opspattend water.
Vermijd absoluut dat het beeldscherm in contact komt met scherpe of scherpkantige voorwerpen, het gevoelige TouchScreen kan anders worden beschadigd.
GPS (Global Positioning System) is een op satellieten gebaseerd systeem dat positie- en tijdgegevens om de gehele aarde ondersteunt. Het GPS wordt door de Verenigde Sta­ten beheerd en gecontroleerd. Deze zijn tevens verantwoordelijk voor de beschik­baarheid en de nauwkeurigheid van het systeem. Alle wijzigingen in de GPS­beschikbaarheid en nauwkeurigheid of ook andere factoren uit de omgeving kunnen de werking van het navigatiesysteem beinvloeden. Door SVDO-Trading GmbH wordt geen aansprakelijkheid aanvaard voor de beschikbaarheid en de nauwkeurigheid van het GPS-systeem.
Zorgt u er a.u.b. voor, dat iedereen die het navigatiesysteem gebruikt, deze informa­tie en de aanbevelingen voor het gebruik van het systeem voor het gebruik leest.
Vóór de montage van de bevestigingssysteem aan de voorruit reinigt u de voorruit op de plaats waar u de zuignap wilt bevestigen grondig met het bijgeleverde reinigings­doekje of met wasbenzine, zodat vet en stof worden verwijderd.
Door de temperatuursverschillen tussen dag en nacht of door vocht kan het vacuum van de zuignap worden verminderd. Bevestig het navigatiesysteem daarom zo, dat het niet wordt beschadigd, wanneer het eventueel naar onderen valt. Om diefstal te voorkomen, dient het navigatiesysteem 's nachts te worden gedemonteerd. Vóórdat u gaat rijden, gelieve de bevestiging van de houder te controleren.
Het navigatiesysteem dient bij het verlaten van het voertuig te worden meegenomen om diefstal te verhinderen.
Algemene opmerkingen
Onderhoud en reiniging
Neemt u voor het reinigen van het beeldscherm en de behuizing a.u.b. geen reinigingsmiddel. Het best geschikt is een vochtige, zachte doek.
Leveringspakket
135
Leverpakket
Bij het navigatiesysteem worden volgende onderdelen meegeleverd:
1. Navigatiesysteem (inclusief lithium-ionen-accu) 2: Bevestigingssysteem met zuignap voor het bevestigen aan de voorruit. 3: Reinigingsdoekje om de ruit te reinigen voor het aanbrengen van de zuignap 4: TMC-werpantenne (alleen bij de MS 2100 Traffic) voor het ontvangen van verkeers-
informatie
5: Gelijkstroom-aansluitkabel 12V / 24 V voor stroomvoorziening van het navigatiesysteem
in het voertuig (adapter voor sigarettenaansteker)
6: Wisselstroomvoeding met aansluitkabel 100V / 240V voor de stroomvoorziening van het
navigatiesysteem buiten het voertuig (met internationale adapter voor Groot-Brittan­nië)
Voor de stroomvoorziening en het opladen van de accu mag uitsluitend de meegele­verde wisselstroomvoeding of de gelijkstroom-aansluitkabel worden gebruikt!
7: DVD-ROM (Microsoft
ActiveSync
8: USB-gegevenskabel voor het aansluiten van het navigatiesysteem aan een pc
(Microsoft
9: QuickStart-handleiding (meertalig)
®
en de gehele bedieningshandleiding
®
Windows® Personal-Computer)
®
Windows®) met verdere kaartgegevens, PC-MapTool, Microsoft®
1
2
7
3
4
6
8
9
5
136
Overzicht apparaat
Bedieningselementen en aansluitingen
Voorzijde
1. Beeldscherm /
TouchScreen
2
1
2: Infrarood-sensor
Kan worden gebruikt in combinatie met de stuurwiel-afstands­bediening RCS 5100 (accessoire)
3
3: Aan-/uit-schakelaar / multi-functionele schakelaar / status-LED
Kort aantippen: het navigatiesysteem schakelt in de stand-by-modus.
Door nogmaals kort aantippen wordt het systeem weer ingeschakeld. Het beeld­scherm verschijnt direct, waarbij de stand-by-modus werd ingeschakeld.
Druk nu ongeveer 3 seconden op de knop om het navigatiesysteem uit te schakelen.
Het navigatiesysteem wordt geheel opnieuw gestart door opnieuw 3 seconden op de knop te drukken.
De status-LED kan in de volgende kleuren branden: Groen Accu is geheel opgeladen, het navigatieapparaat werkt op de accu of stroom-
voorziening met 100V/240V of 12V / 24 V.
OranjeAccu wordt opgeladen Rood Oplaadtoestand is kritisch, accu is nagenoeg leeg.
Achterzijde
5
6
4
7
8
4: Accuvakje voor lithium-
ionen-akku (afdek­kapje)
5: GPS-antenne
(draaibaar)
6: Aansluiting voor
externe GPS-antenne
7: Luidspreker 8: Houder voor montage,
bijv. zwanehals
Overzicht apparaat
137
Linkerzijde Rechterzijde
9
9: Sleuf voor SD-kaart 10: Aansluiting voor hoofd-
telefoon
11: Aansluiting voor TMC-
werpantenne (alleen bij MS 2100 Traffic)
12: Aansluiting voor
100V/ 240 V-voeding, resp. 12V/24V sigarettenaansteker
11
10
13
15
15: Reset: als het navigatiesysteem niet meer reageert op uw ingave, kunt u hier met bijv.
een omgebogen paperclip of een ander scherp voorwerp een reset van het systeem uit­voeren. Reeds opgeslagen gegevens gaan hierbij niet verloren!
14
12
Onderzijde
13: Seriële-aansluiting
alleen voor service-
doeleinden!
14: USB-aansluiting voor
koppeling aan de pc
19
17
23
16
18
20
22
Bevestigingssysteem
16 Voet 17 Zuigvoet 18 Zuigvoetomhoog 19 Zuigvoetadapterplaat 20 Schroeven (verticale instelling) 21 Schroeven (horizontale instelling) 22 Axiale instelling 23 Optionele lange draagarm
21
138
-
Eerste ingebruikstelling en montage
Eerste ingebruikstelling
Als u het navigatiesysteem voor het eerst gebruikt, deactiveer dan eerst de elektronische transportbeveiliging. Voer hiervoor de volgende stappen uit:
Open het accuvakje en til de accu iets op. De verbindingska­bel dient hiervoor niet te worden losgemaakt.
Bij de kabelaansluiting bevindt zich een kleine schakelaar. Schuif deze naar onderen, om de stroomtoevoer te active­ren.
Sluit het navigatiesysteem aan de stroomvoorziening aan, naar keuze aan de sigarettenaansteker in het voertuig of aan het 100V/240V-stroom­net. Hierdoor wordt de accu geladen.
Informatie over lithium-ionen-accu: het opladen van de lithium-ionen-accu is uit­sluitend bij een temperatuur tussen 0-45 °C mogelijk. Het volledig opladen van de accu duurt ca. 5 uur. Let u a.u.b. op de veiligheidsaanwijzingen voor het gebruik van de accu! De accuspanningstijd zonder externe stroomvoorziening ligt bij ca. 4 uur voor de navigatiewerking en ca. 5 uur bij het gebruik als MP3-player. In veel landen mogen lege batterijen en accu's niet samen met het normale huisvuil worden verwijderd. Informeert u zich a.u.b. over de plaatselijke voorschriften voor het opslaan van verbruikte batterijen.
Montage
De montage in het voertuig kunt u op volgende wijze uitvoe­ren:
Zoek voor de montage van de zuignap een geschikte plaats in het voertuig, die vanuit de bestuurdersstoel goed te zien is, maar het zicht niet belemmert.
Houdt u hierbij absoluut rekening met de veiligheidsaan­wijzingen pagina 133.
Monteer het navigatiesysteem niet te hoog op het dash­board, zodat het geen schade oploopt wanneer het evt. naar beneden zou vallen.
Reinig met de bijgeleverde reinigingsdoek die plaats op de voorruit waaraan u de zuignap wilt bevestigen, zodat deze vrij is van vet en stof.
Druk de zuignap teven de voorrruit en beweeg de arreteerhendel tot de aanslag in de richting van de ruit.
Bevestig het navigatiesysteem zo dat het er veilig op vastklikt.
Meer informatie over het montage kunt u vinden in de uitgebreide bijgeleverde mon tagehandleiding.
In geen geval mag het in positie brengen van het beeldscherm door het bewegen van het navigatiesysteem zelf worden uitgevoerd.
Demontage: voor de demontage klapt u de vergrendelingshendel in tegenoverge­stelde richting en trekt u voorzichtig aan de doorzichtige rubberen lus van de zuignap, zodat u de zuignap van de voorruit kunt losmaken.
Ingebruikstelling
Ingebruikstelling
Druk de in-/uit-schakelaar ongeveer 3 seconden in om het navigatiesysteem in te schakelen. Het starten en laden begint nu.
Wanneer u het navigatiesysteem voor het eerst inschakelt, dient u eventueel direct de gewens­te taal voor de gesproken begeleiding en de wegenkaart te kiezen.
Bevestig uw keuze door middel van een klik op OK.
Meteen nadat het systeem gebruiksklaar is, ver­schijnt op het beeldscherm de hoofdselectie.
TouchScreen: het navigatiesysteem is uitgerust met een TouchScreen. U kunt de knoppen op het beeldscherm met uw vinger aantippen.
Vermijd absoluut dat het beeldscherm in contact komt met scherpe of scherpkantige voorwerpen, het gevoelige TouchScreen kan anders worden beschadigd.
In de hoofdselectie staan de volgende functies ter beschikking:
Navigatie (pagina 142): In deze modus kunt u bestemmingen invoeren en zich naar de bestemming laten navigeren.
Instellingen (pagina 141): Selectie van de basisinstellingen, bijv. volume, favo­riete reisparameters, maateenheden (kilometers- of mijlen), tonen van eigen huisadres.
Routeplanner (pagina 146): Plannen van een route om afstanden op te vragen en bestemmingen in te voeren.
139
Multimedia (pagina 147): In deze modus kunt u MP3-bestanden afspelen en
JPG-afbeeldingen bekijken.
Opmerking: Gedetailleerde informatie over de navigatiesoftware en de PC Map Tool staan op de meegeleverde DVD-ROM. Het programma Acrobat Reader (meegeleverd op de DVD-ROM)..
®
is benodigd
GPS-ontvangst
Bij de eerste ingebruiknanme kan het enkele minuten duren, totdat het navigatiesysteem voldoende GPS-ontvangst heeft en de actuele positie kan worden bepaald. Indien geen vol­doende GPS-ontvangst mogelijk is, leest u a.u.b. in het hoofdstuk „Foutoplossing” na, hoe u dit kunt oplossen.
De GPS-ontvangst kan op de volgende wijze worden getest:
Tip op Instellingen, en er verschijnt o.a. de keuze-optie Gegevensverbinding.
Tip op GPS-test.
Getoond worden: kwaliteit van het GPS-sig­naal, aantal van de momenteel ontvangen GPS-satellieten, huidige positie in lengte- en breedtegraden, actuele hoogte boven NAP.
Loading...
+ 16 hidden pages