Pioneer AVIC-F8430BT User manual [nl]

Bedieningshandleiding
AV NAVIGATIESYSTEEM
AVIC-F8430BT
Lees altijd eerst de Belangrijke informatie voor de gebruiker! Belangrijke informatie voor de gebruiker bevat
belangrijke informatie die u moet weten en begrijpen voordat u het navigatiesysteem gebruikt.
Inhoudsopgave
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Pioneer-product.
Lees de instructies goed door zodat u het toestel op de juiste manier leert te bedie­nen. Nadat u de instructies hebt gelezen, bergt u het boekje op een handige plaats op
zodat u het altijd snel bij de hand hebt.
Belangrijk
De schermafbeeldingen die in de voorbeelden worden getoond kunnen verschillen van de fei­telijke schermafbeeldingen. De feitelijke schermafbeeldingen kunnen zon­der voorafgaande kennisgeving worden gewij­zigd om verbeteringen in de prestaties en de functies te bewerkstelligen.
Inleiding Overzicht handleiding 10
Gebruik van deze handleiding 10Conventies die in deze handleiding
worden gebruikt 10
– Terminologie die in deze handleiding
wordt gebruikt 10 Opmerking over het bekijken van videos 11 Opmerking over het bekijken van DVD-
Videos 11
Opmerking over het gebruik van MP3-
bestanden 11 iPod compatibiliteit 11 Kaartgebied 12 Bescherming van het LCD-paneel en het
scherm 12 Opmerkingen over het interne geheugen 12
– Voordat u de accu van het voertuig
loskoppelt 12
– Gegevens die gewist kunnen
worden 12
Basisbediening
De namen en functies van de onderdelen
controleren 14 Een disc inbrengen en uitwerpen 15
Een disc inbrengen 15Een disc uitwerpen 15
Een SD-geheugenkaart inbrengen en
uitwerpen 15
Een SD-geheugenkaart inbrengen 15Een SD-geheugenkaart uitwerpen 16
Een USB-geheugenapparaat aansluiten en
losmaken 17
– Een USB-geheugenapparaat
aansluiten 17
– Een USB-geheugenapparaat
losmaken 17
Een iPod aansluiten en losmaken 17
Uw iPod aansluiten 17Uw iPod losmaken 17
Opstarten en afsluiten 18 De eerste maal inschakelen 18 Inschakelen bij normaal gebruik 18
– Een bericht over de kaart-database 19
Demonstratiebeelden 19
Gebruik van de navigatiemenuschermen
Overzicht van de schermen 20 Wat u in elk menu kunt doen 21 Snelkoppelingenmenu 21
Een snelkoppeling selecteren 21Een snelkoppeling verwijderen 22
Bedieningslijstschermen (bijv. POI-lijst) 22 Gebruik van het toetsenbord op het
scherm 22
Het gebruik van de kaart Het kaartscherm aflezen 24
Vergrote kaart van de kruising 26Weergave tijdens het rijden op een
snelweg 26
Typen wegen die in de kaartdatabase zijn
opgeslagen 26
Bediening op het kaartscherm 27
De schaal van de kaart wijzigen 27Omschakelen van de oriëntatie van de
kaart 27
2
Nl
Inhoudsopgave
– De kaart naar de plaats verschuiven die
u wilt zien 28
– Informatie over een opgegeven locatie
bekijken 28
– Gebruik van de snelkoppelingenmenus
op de kaart 29
Omschakelen van de weergave 29
Eco-vriendelijke rijfuncties
De eco-vriendelijke rijstatus controleren 31 Het niveau voor de eco-rijstijl weergeven 32 Attentiemelding bij zeer snelle start 32
Een locatie zoeken en selecteren
De basisinstructies voor het uitstippelen van
uw route 33
Een locatie aan de hand van het adres
zoeken 34
– Opzoeken aan de hand van de
straatnaam 34
– Opzoeken aan de hand van de naam
van de stad 35
– Opzoeken van uw bestemming aan de
hand van de postcode 36
– Opzoeken aan de hand van de
geschiedenis van de geselecteerde
steden 37 Koers uitzetten naar uw huis 38 Nuttige plaatsen (POI) zoeken 38
– POIs zoeken via de
voorgeprogrammeerde
categorieën 38
– Rechtstreeks een POI zoeken op basis
van de naam van de faciliteiten 38
Een dichtbijzijnde POI zoeken 39POIs in de buurt van de bestemming
zoeken 39
– POIs zoeken in een bepaalde stad 40
Een bestemming selecteren via
Favorieten41
POIs zoeken met behulp van de gegevens op
de SD-geheugenkaart 41
Een locatie selecteren die u recentelijk hebt
opgezocht 41
Een locatie aan de hand van de coördinaten
zoeken 42
Nadat de locatie is bepaald Een route uitzetten naar uw bestemming 43
Meerdere routes tonen 43
De huidige route controleren en wijzigen
Het route-overzicht weergeven 44 De voorwaarden voor de routeberekening
wijzigen 44
– Onderdelen die door de gebruikers
bewerkt kunnen worden 44
De details van de huidige route
controleren 46
Tussenpunten bewerken 46
Een tussenpunt toevoegen 46Een tussenpunt verwijderen 47Tussenpunten sorteren 47
De routebegeleiding annuleren 47
Locaties registreren en bewerken Favoriete locaties opslaan 49
Een locatie registreren via
Favorieten49
Een locatie registreren via de scroll-
stand 49
Geregistreerde locaties bewerken 49
– Een favoriete locatie in de lijst
bewerken 49
Uw thuislocatie bewerken 50De favoriete locaties in de lijst
sorteren 50
– Een favoriete locatie uit de lijst
verwijderen 51
3
Nl
Inhoudsopgave
De favoriete locaties exporteren en
importeren 51
De favoriete locaties exporteren 51De favoriete locaties importeren 52
De bestemming-geschiedenis van de lijst
verwijderen 52
Verkeersinformatie gebruiken
Alle verkeersinformatie controleren 54 Verkeersinformatie op de route
controleren 55
De verkeersinformatie op de kaart
aflezen 55
Een alternatieve route instellen om files te
vermijden 56
– Automatisch file-informatie
controleren 56
– De verkeersinformatie handmatig
controleren 56
De verkeersinformatie selecteren die wordt
weergegeven 57
Uw voorkeur voor een RDS-TMC
dienstverlener handmatig selecteren 58
Een Bluetooth apparaat registreren en er verbinding mee maken
Communicatie-apparaten voorbereiden 59 Uw Bluetooth apparaten registreren 59
– Zoeken van Bluetooth apparaten in de
buurt 59
Paren van uw Bluetooth apparaten 60Zoeken van een bepaald Bluetooth
apparaat 61
– Een geregistreerd apparaat
verwijderen 62
Een geregistreerd Bluetooth apparaat
handmatig aansluiten 63
Instelling voor prioriteitsverbinding 64
4
Nl
Gebruik van handsfree telefoneren
Het telefoonmenu weergeven 65 Zelf telefoneren 65
Rechtstreeks bellen 65Gemakkelijk naar huis bellen 66Een telefoonnummer uit het
telefoonboek bellen 66
– Iemand bellen via de
geschiedenislijst 67
Een favoriete locatie bellen 67Het telefoonnummer van een
voorziening bellen 68
– Bellen via de kaart 68
Een oproep ontvangen 69
– Een inkomende oproep
beantwoorden 69
Het telefoonboek overbrengen 70
– De volgorde van de namen in het
telefoonboek veranderen 71
– Geregistreerde contactgegevens
wissen 71
De telefooninstellingen wijzigen 71
De apparaatnaam bewerken 71Het wachtwoord bewerken 72De Bluetooth golftransmissie
stoppen 72
– Echovermindering en
ruisonderdrukking 72
De telefoon automatisch opnemen 73De automatische weigeringsfunctie
instellen 73
Geheugen wissen 73De software voor de Bluetooth
draadloze technologie updaten 74
Opmerkingen met betrekking tot het
handsfree telefoneren 75
Basisbediening van de AV-bron Het AV-bedieningsscherm weergeven 77
Een bron selecteren 77
Inhoudsopgave
Bedieningslijstschermen (bijv. iPod-
lijstscherm) 77
– Omschakelen tussen het AV-
bedieningsscherm en het
lijstscherm 77
Een item selecteren 78Naar het vorige scherm terugkeren 78
Gebruik van de radio (FM)
Startprocedure 79 Het scherm aflezen 79 Gebruik van de aanraaktoetsen 80
Zenders opslaan en oproepen 81Gebruik van radiotekst 81
Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 82
Gebruik van de geavanceerde functies 82
– De frequenties van de sterkste zenders
opslaan 82
Op sterke zenders afstemmen 83Alleen zenders met regionale
programmas zoeken 83
Een RDS-zender via PTY-informatie
zoeken 83
Verkeersberichten ontvangen 84Op alternatieve frequenties
afstemmen 84
– Gebruik van de functie voor
onderbreking door
nieuwsberichten 85
– Status van
onderbrekingspictogram 85
PTY-lijst 86
Gebruik van de radio (AM)
Startprocedure 87 Het scherm aflezen 87 Gebruik van de aanraaktoetsen 88
– Zenders opslaan en oproepen 88
Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 89
Gebruik van de geavanceerde functies 89
– De frequenties van de sterkste zenders
opslaan 89
Op sterke zenders afstemmen 90
Audio-CDs afspelen
Startprocedure 91 Het scherm aflezen 91 Gebruik van de aanraaktoetsen 93 Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 94
Gebruik van de geavanceerde functies 94
Muziekbestanden op een ROM afspelen
Startprocedure 95 Het scherm aflezen 95 Gebruik van de aanraaktoetsen 97 Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 98
Gebruik van de geavanceerde functies 98
Een DVD-Video afspelen
Startprocedure 100 Het scherm aflezen 100 Gebruik van de aanraaktoetsen 101
– Het afspelen hervatten
(Bladwijzer) 103
– Een bepaalde scène opzoeken en
afspelen vanaf een bepaald tijdstip op de disc 103
– Rechtstreeks een nummer
zoeken 103
Gebruik van het DVD-menu 104Gebruik van het DVD-menu met behulp
van de aanraaktoetsen 104
Beeld-voor-beeld weergave 104Vertraagde weergave 104
5
Nl
Inhoudsopgave
Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 105
Gebruik van de geavanceerde functies 105
Een DivX-video afspelen
Startprocedure 106 Het scherm aflezen 106 Gebruik van de aanraaktoetsen 107
Beeld-voor-beeld weergave 108Vertraagde weergave 109Afspelen vanaf een bepaald
tijdstip 109
Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 109
Gebruik van de geavanceerde functies 109
DVD-Video of DivX instellingen
Het Setup DVD/DivX® menu
weergeven 111 De voorkeurstalen instellen 111 Het pictogram voor het camerastandpunt
instellen 111 De beeldverhouding instellen 112 De kinderbeveiliging instellen 112
– Het codenummer en niveau
instellen 112 De automatische weergave instellen 113 Het ondertitelingsbestand voor DivX
instellen 113
Taalcodekaart voor DVDs 114
Muziekbestanden (van USB of SD) afspelen
Startprocedure 115 Het scherm aflezen 115 Gebruik van de aanraaktoetsen
(Muziek) 117
Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 118
Gebruik van de geavanceerde functies 118
Videobestanden (van USB of SD) afspelen
Startprocedure 120 Het scherm aflezen 120 Gebruik van de aanraaktoetsen (Video) 121
– Een bepaalde scène opzoeken en
afspelen vanaf een bepaald tijdstip op de disc 122
Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 122
Gebruik van de geavanceerde functies 122
Gebruik van een iPod (iPod)
Startprocedure 124 Het scherm aflezen 124 Gebruik van de aanraaktoetsen 126 Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 128 Een videoprogramma afspelen 128 Het aantal muziekstukken of videos met
behulp van de lijst verminderen 129 Een applicatie voor de iPhone vanaf het
navigatiesysteem bedienen 130
Startprocedure 130Gebruik van de aanraaktoetsen 131Gebruik van het toetsenbord 131Wanneer een applicatie wordt gebruikt
die niet compatibel is met Advanced App Mode 132
De functies vanaf uw iPod bedienen 132
Startprocedure 133Gebruik van de aanraaktoetsen 133
MusicSphere afspelen 134
Startprocedure 134Het scherm aflezen 134Gebruik van de aanraaktoetsen 134
Gebruik van de geavanceerde functies 134
Gebruik van Aha Radio Startprocedure 137
6
Nl
Inhoudsopgave
– Voor gebruikers van een Android
apparaat 137
– Voor gebruikers van een iPhone 137 Het scherm aflezen 138 Gebruik van de aanraaktoetsen 139 Functies gekoppeld aan Aha Radio en het
navigatiesysteem 141
– POIs weergeven die verkregen zijn met
Aha Radio 141
Gebruik van de Bluetooth audiospeler
Startprocedure 142 Het scherm aflezen 142 Gebruik van de aanraaktoetsen 144 Bediening via de toetsen op het toestel
zelf 144
Gebruik van de geavanceerde functies 145
Gebruik van de AV-ingang
Startprocedure 146 Het scherm aflezen 146 Gebruik van de aanraaktoetsen 146
Voorkeursinstellingen aanpassen
Het scherm voor de navigatie-instellingen
weergeven 147
De aansluiting van de kabels
controleren 147
De leerstatus van de sensor en de rijstatus
controleren 148
– De status wissen 148 Gebruik van de
brandstofverbruikfunctie 149
– Invoeren van het brandstofverbruik voor
het berekenen van de brandstofkosten 149
Het brandstofverbruik berekenen 150
De gegevens van de brandstofkosten
exporteren 151
Uw reisgeschiedenis opnemen 151
Gebruik van de
demonstratiebegeleiding 152 Uw thuislocatie registreren 152 De huidige locatie corrigeren 153 De instelling voor de eco-functie
wijzigen 153
– De brandstofverbruikinformatie
wissen 153
Het scherm voor de kaartinstellingen
weergeven 154 De automatische zoomweergave
instellen 154 De aanduiding van de maximumsnelheid
instellen 154 Het kennisgevingspictogram voor de
verkeersinformatie weergeven 155 Het Bluetooth-verbindingspictogram
weergeven 155 De weergave van de huidige straatnaam
instellen 155 De weergave van de pictogrammen voor de
favoriete locaties instellen 156 Richtingswijzigingen weergeven 156 De brandstofverbruikinformatie
weergeven 156 POIs op de kaart weergeven 157
– De vooringestelde POIs op de kaart
weergeven 157
– De eigen POIs weergeven 158 De weergavemodus veranderen 158 De kleurwijziging van de kaart instellen
tussen dag en nacht 159 De kleur van de weg wijzigen 159 De instelling van het navigatie-
onderbrekingsscherm wijzigen 159 Het Snelle toegangmenu selecteren 159 Het scherm voor de systeeminstellingen
weergeven 160
7
Nl
Inhoudsopgave
– De regionale instellingen
aanpassen 161
– Het volume voor de begeleiding en de
telefoon instellen 163
– Het vooringestelde startscherm
veranderen 164
– Het beeld van het startscherm
vervangen door een beeld dat in de SD­geheugenkaart is opgeslagen 164
– De reactiestanden van het
aanraakpaneel afstellen (aanraakpaneel kalibrering) 165
– De kleur van de verlichting
instellen 166
De versie-informatie controleren 167Het display voor de status van de
klimaatregeling omkeren 167
Gebruik van de
achteruitkijkcamerafuncties 167
– Instelling voor de
achteruitkijkcamera 167
– Richtlijnen instellen op het beeld van
de achteruitkijkcamera 168 Het beeld instellen 170 Het scherm voor de AV-systeeminstellingen
weergeven 171
Video-ingang instellen (AV) 171De breedbeeldmodus veranderen 171De achter-uitgang instellen 172De preout-instelling omschakelen 172Instellen wanneer het uitschakelen/
dempen van het geluid moet
plaatsvinden 173
– Instellen van het niveau voor het
uitschakelen/dempen van het
geluid 173
– Omschakelen van automatisch PI-
zoeken 174
De FM-afstemstap instellen 174
8
Nl
– Uw DivX VOD registratiecode
weergeven 174
– Uw DivX VOD deregistratiecode
weergeven 174
– De verbindingsmethode voor de
smartphone selecteren 175
Het scherm voor de AV-geluidsinstellingen
weergeven 175
Gebruik van de balansinstelling 175Gebruik van de equalizer 176De equalizercurve automatisch
aanpassen (Automatische EQ) 178
– Gebruik van de sonische
middenregeling 180
Loudness-functie aanpassen 181Gebruik van de subwooferuitgang 181Gebruik van het
hoogdoorlaatfilter 181
– Niveau van de signaalbron
aanpassen 182
– De lage tonen versterken (Bass
Booster) 182 Kopiëren van instellingen 182 De veiligmodus instellen 183 Het scherm uitschakelen 183
Andere functies De antidiefstalfunctie instellen 184
Het wachtwoord instellen 184Het wachtwoord invoeren 184Het wachtwoord verwijderen 184Als u het wachtwoord vergeet 185
Het navigatiesysteem terugzetten op de
standaard- of fabrieksinstellingen 185
De fabrieksinstellingen herstellen 185Het navigatiesysteem terugzetten op de
oorspronkelijke instellingen 185
– De instellingen terugzetten naar die op
het moment van aanschaf 186
– Instellingen die gewist worden 187
Inhoudsopgave
Aanhangsel
Verhelpen van storingen 189 Berichten voor de navigatiefuncties 194 Berichten voor de audiofuncties 196 Plaatsbepaling technologie 198
Plaatsbepaling via GPS 198Gebruik van geschatte
plaatsbepaling 198
– Hoe werken GPS en de geschatte
plaatsbepaling samen? 198
Wanneer er ernstige fouten optreden 199
– Wanneer plaatsbepaling via GPS
onmogelijk is 199
– Omstandigheden die fouten in de
plaatsbepaling kunnen veroorzaken 200
Informatie over de routebepaling 202
– Regels voor de routekeuze 202
Omgaan met en verzorging van de
discs 203
– Gebruik en verzorging van het
ingebouwde station 203
– Omgevingsvoorwaarden bij het
afspelen van een disc 204
Afspeelbare discs 204
DVD-Video en CD 204AVCHD-opgenomen discs 205DualDiscs afspelen 205Dolby Digital 205
Gedetailleerde informatie voor afspeelbare
media 205
Compatibiliteit 205Tabel voor mediacompatibiliteit 208
Bluetooth 212 microSD en microSDHC-logo 212 WMA/WMV 212 DivX 213 AAC 213 Android213
Gedetailleerde informatie over de
aangesloten iPod apparaten 213
iPod en iPhone 214iTunes 214
Gebruik van App-gebaseerde verbonden
content 214
– Aha Radio 214
Correct gebruik van het LCD-scherm 215
Omgaan met het LCD-scherm 215LCD-scherm (Liquid Crystal
Display) 215
Onderhoud van het LCD-scherm 215LED (lichtgevende diode)
verlichting 215
Display-informatie 216
Menu bestemming 216Telefoonmenu 216Menu-instellingen 217Instellingen navig. menu 217Systeeminstellingen menu 218Kaartinstellingen menu 218Instellingen Bluetooth menu 219Instellingen AV-systeem menu 219Instellingen AV-geluid menu 220
Verklarende woordenlijst 221 Specificaties 224
9
Nl
Hoofdstuk
01
Inleiding
Overzicht handleiding
Voordat u dit product gebruikt, moet u de Be­langrijke informatie voor de gebruiker (een
afzonderlijke handleiding) lezen die waarschu­wingen en andere belangrijke informatie bevat.
Gebruik van deze handleiding
Opzoeken van de bedieningsprocedure voor wat u wilt doen
Wanneer u besloten hebt wat u wilt doen, kunt u de pagina die u nodig hebt vinden in de In- houdsopgave.
Opzoeken van de bedieningsprocedure op basis van een menunaam
Als u de betekenis wilt weten van een onder­deel dat op het scherm wordt aangegeven, kunt u de gewenste pagina vinden met behulp van de Display-informatie aan het einde van de handleiding.
Verklarende woordenlijst
Gebruik de verklarende woordenlijst om de be­tekenis van onbekende termen op te zoeken.
Conventies die in deze handleiding worden gebruikt
Neem voordat u verder gaat een paar minuten om de volgende informatie te lezen over de conventies die in deze handleiding worden ge­bruikt. Neem dit even goed in u op, want dit maakt de handleiding direct meer overzichte­lijk en vergemakkelijkt het leerproces. ! De toetsen van uw navigatiesysteem wor-
den in HOOFDLETTERS en VETGE- DRUKT weergegeven: bijv.) HOME toets, MODE toets.
! Menu-items, schermtitels en functionele
componenten zijn vetgedrukt met dub­bele aanhalingstekens “”: bijv.)
Menu bestemmingscherm of AV­bronscherm
! De aanraaktoetsen die beschikbaar zijn op
het scherm worden vetgedrukt weergege­ven tussen rechte haken [ ]: bijv.) [Bestemming], [Instellingen].
! Extra informatie, alternatieven en andere
opmerkingen worden als volgt weergege­ven: bijv.) p Als de thuislocatie nog niet is opgesla-
gen, moet u eerst deze locatie instellen.
! De functies van de andere toetsen op het-
zelfde scherm zijn aangegeven met # aan het begin van de beschrijving: bijv.)
# Als u [OK] aantipt, wordt het item gewist.
! De referenties worden als volgt aangeduid:
bijv.) = Voor details omtrent de bediening ver-
wijzen wij u naar Overzicht van de scher- men op bladzijde 20.
Terminologie die in deze handleiding wordt gebruikt
Voordisplayen Achterdisplay
In deze handleiding wordt het scherm dat aan de behuizing van deze navigatie-eenheid is be­vestigd, aangeduid als het Voordisplay. Een eventueel extra scherm, dat los verkrijgbaar is en op deze navigatie-eenheid kan worden aan­gesloten, wordt aangeduid als het “Achterdis- play.
Videobeeld
Videobeeldin deze handleiding wijst op de bewegende beelden van een DVD-Video,
®
DivX
, iPod en andere apparatuur die op dit systeem is aangesloten, zoals AV-apparatuur voor algemeen gebruik.
10
Nl
Inleiding
Hoofdstuk
01
Extern geheugenapparaat (USB, SD)
Een SD-geheugenkaart, SDHC-geheugen­kaart, microSD-kaart, microSDHC-kaart en USB-geheugenapparaat worden samen aan­geduid als extern geheugenapparaat (USB, SD). Indien het enkel om een USB-geheugen­apparaat gaat, wordt de term USB-geheugen­apparaatgebruikt.
SD-geheugenkaart
De microSD-kaart en de microSDHC-kaart worden samen aangeduid als de SD-ge­heugenkaart.
Opmerking over het bekijken van videos
Houd er rekening mee dat het gebruik van dit systeem voor commerciële of openbare doel­einden een inbreuk kan inhouden op de au­teursrechten die door de wet worden beschermd.
Opmerking over het bekijken van DVD-Video’s
Dit item maakt gebruik van auteursrechtbe­schermende technologie die op haar beurt be­schermd wordt door octrooien in de V.S. en andere intellectuele eigendomsrechten van Rovi Corporation. Reverse engineeringen disassemblage zijn verboden.
Opmerking over het gebruik van MP3-bestanden
Levering van dit product impliceert alleen toe­stemming voor privaat, niet-commercieel ge­bruik en niet, impliciet noch expliciet, een toestemming of enig recht dit product te ge­bruiken in een commerciële omgeving (waar­bij geld wordt verdiend), via uitzendingen (via de ether, satelliet, kabels en/of andere media),
via uitzendingen/signaalstromen via internet, via een intranet en/of andere netwerken of in andere elektronische systemen, zoals betaalra­dio of geluid-op-aanvraag. Hiervoor is een aparte licentie nodig. Zie voor nadere informa­tie http://www.mp3licensing.com.
iPod compatibiliteit
Dit product ondersteunt alleen de volgende iPod-modellen en iPod-softwareversies. An­dere modellen en versies zullen mogelijk niet correct werken. Gemaakt voor
! iPod touch (4de generatie): iOS 5.0 ! iPod touch (3de generatie): iOS 5.0 ! iPod touch (2de generatie): iOS 4.2.1 ! iPod touch (1ste generatie): iOS 3.1.3 ! iPod classic 120GB: Ver. 2.0.1 ! iPod classic 160GB (2009): Ver. 2.0.4 ! iPod classic 80GB: Ver. 1.1.2 ! iPod classic 160GB (2007): Ver. 1.1.2 ! iPod nano (6de generatie): Ver. 1.1 ! iPod nano (5de generatie): Ver. 1.0.2 ! iPod nano (4de generatie): Ver. 1.0.4 ! iPod nano (3de generatie): Ver. 1.1.3 ! iPhone 4S: iOS 5.0 ! iPhone 4: iOS 5.0 ! iPhone 3GS: iOS 5.0 ! iPhone 3G: iOS 4.2.1 ! iPhone: iOS 3.1.3
p In deze handleiding worden de iPod en de
iPhone aangeduid als iPod.
p Wanneer u dit navigatiesysteem gebruikt
met een Pioneer USB-interfacekabel voor de iPod (CD-IU51V) (los verkrijgbaar), kunt u een iPod bedienen die compatibel is met dit navigatiesysteem.
p De bedieningsmethoden kunnen variëren
afhankelijk van de iPod-modellen en de softwareversie van de iPod.
p Afhankelijk van de softwareversie van de
iPod is het mogelijk dat deze niet met deze apparatuur kan worden gebruikt.
Inleiding
11
Nl
Hoofdstuk
01
Inleiding
Voor details over de compatibiliteit van de iPods met dit navigatiesysteem wordt u verwezen naar de informatie op onze website.
Kaartgebied
Voor details over het kaartgebied van dit navi­gatiesysteem wordt u verwezen naar de infor­matie op onze website.
Bescherming van het LCD­paneel en het scherm
p Laat geen direct zonlicht op het LCD-
scherm vallen wanneer dit product niet wordt gebruikt. Langdurige blootstelling aan direct zonlicht kan de temperatuur in het LCD-scherm doen oplopen en storin­gen veroorzaken.
p Als u een mobiele telefoon gebruikt, moet
u de antenne van deze telefoon uit de buurt houden van het LCD-scherm om te voorko­men dat de video wordt verstoord door het verschijnen van vlekken, gekleurde strepen enz.
p Om het LCD-scherm tegen beschadigingen
te beschermen, mag u de aanraaktoetsen alleen met uw vingers aantippen waarbij u het scherm voorzichtig aantipt.
Gegevens die gewist kunnen worden
De informatie wordt gewist door de gele kabel van de accu los te maken (of de accu zelf te verwijderen). p Sommige gegevens blijven bewaard. Lees
altijd eerst Instellingen die gewist worden. = Zie Instellingen die gewist worden op
bladzijde 187 voor details.
Opmerkingen over het interne geheugen
Voordat u de accu van het voertuig loskoppelt
Als de accu losgekoppeld wordt of leeg raakt, zal het geheugen worden gewist en zult u het toestel opnieuw moeten programmeren. p Sommige gegevens blijven bewaard. Lees
altijd eerst Instellingen die gewist worden. = Zie Instellingen die gewist worden op
bladzijde 187 voor details.
12
Nl
Inleiding
Hoofdstuk
01
Inleiding
13
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
De namen en functies van de onderdelen controleren
Dit hoofdstuk geeft informatie over de namen van de onderdelen en de hoofdfuncties die bediend wor­den met behulp van de toetsen.
7 8 9
1
2
3
4
5
6
1 h toets 2 VOL (+/–) toets
Druk hierop om het volume van de AV (audio en video) bron in te stellen.
3 HOME toets
! Druk op de HOME toets om het “Top
Menuscherm weer te geven.
! Druk hierop om heen en weer te schake-
len tussen het Klassieke menu en het Snelkoppelingenmenu terwijl het Top Menu” wordt weergegeven. = Zie Wat u in elk menu kunt doen op
bladzijde 21 voor details.
! Houd de toets ingedrukt om de scherm-
weergave uit te schakelen.
4 MODE toets
! Druk hierop om heen en weer te schake-
len tussen het kaartscherm en het AV-be­dieningsscherm.
! Druk hierop om het kaartscherm te ope-
nen terwijl het navigatiescherm wordt weergegeven.
14
Nl
! Houd de toets ingedrukt om het “Aan-
passen afbeeldingscherm weer te
geven. = Zie Het beeld instellen op bladzijde
170 voor details.
5 TRK (o/p) toets
Druk hierop voor handmatige zoekafstem­ming, snel vooruit- en achteruitspoelen, en zoeken van fragmenten.
toets
6
! Druk op de
ding te horen.
! Houd de
bron te dempen. Om de demping te annuleren, houdt u de toets nogmaals ingedrukt.
7 Disc-laadsleuf
Plaats hier de disc die u wilt afspelen. = Zie Een disc inbrengen en uitwerpen op
de volgende bladzijde voor details.
8 LCD-scherm
toets om de routebegelei-
toets ingedrukt om de AV-
Basisbediening
Hoofdstuk
02
9 SD-kaartsleuf
= Zie Een SD-geheugenkaart inbrengen en
uitwerpen op deze bladzijde voor
details.
Een disc inbrengen en uitwerpen
Een disc inbrengen
BELANGRIJK
Doe geen andere dingen dan een daarvoor be­doelde disc in de disc-laadsleuf.
% Steek de disc in de disc-laadsleuf.
Een disc uitwerpen
1 Druk op de h toets.
De aanraaktoetsen voor het uitwerpen van de media verschijnen.
2 Tip [Schijf uitwerpen] aan.
Een SD-geheugenkaart inbrengen en uitwerpen
BELANGRIJK
! Wanneer een SD-geheugenkaart tijdens het
overbrengen van gegevens wordt verwijderd, kan de SD-geheugenkaart worden bescha­digd. Verwijder de SD-geheugenkaart door de aanwijzingen in deze handleiding op te vol­gen.
! Als er gegevens verloren gaan of verminkt
worden op het geheugenapparaat, kunnen deze gegevens gewoonlijk niet meer worden hersteld. Pioneer kan niet aansprakelijk wor­den gesteld voor schade, kosten of uitgaven als gevolg van verlies of onbruikbaar worden van gegevens.
! Plaats niets anders dan SD-geheugenkaarten.
p Dit systeem is niet compatibel met Multi
Media Card (MMC).
p Wij kunnen geen compatibiliteit met alle
SD-geheugenkaarten garanderen.
p Het is mogelijk dat geen optimale presta-
ties worden verkregen met sommige SD-ge­heugenkaarten.
Een SD-geheugenkaart inbrengen
% Steek de SD-geheugenkaart in de SD­kaartsleuf.
Steek de SD-geheugenkaart met de contacten naar beneden gekeerd naar binnen en druk tegen de kaart totdat deze stevig vastklikt.
Basisbediening
De disc wordt uitgeworpen.
p Als er gegevens die verband houden met
kaartgegevens, zoals aangepaste POI-gege­vens, op de SD-geheugenkaart zijn opgesla­gen, zal het navigatiesysteem opnieuw opstarten.
15
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Een SD-geheugenkaart uitwerpen
1 Druk op de h toets.
De aanraaktoetsen voor het uitwerpen van de media verschijnen.
2 Tip [SD uitwerpen] aan.
Er verschijnt een bericht waarin u wordt ge­vraagd om de SD-geheugenkaart te verwijde­ren.
3 Druk voorzichtig tegen het midden van de SD-geheugenkaart totdat u een klik hoort.
Wanneer er gegevens die verband houden met de kaartgegevens zijn opgeslagen
Als er gegevens die verband houden met de kaartgegevens, zoals aangepaste POI-gege­vens, op de SD-geheugenkaart zijn opgesla­gen, zijn de bedieningsaanwijzingen wat anders.
1 Druk op de h toets en tip daarna [SD uitwerpen] aan.
2 Tip [Ja] aan.
Het navigatiesysteem wordt opnieuw opge­start en er verschijnt een bericht waarin u wordt gevraagd om de SD-geheugenkaart te verwijderen.
4 Trek de SD-geheugenkaart recht naar buiten.
16
Nl
3 Laat de SD-geheugenkaart naar buiten komen terwijl het bericht wordt weergege­ven.
Werp de SD-geheugenkaart uit voordat u [OK] aantipt.
4 Tip [OK] aan.
Het navigatiesysteem start opnieuw op.
Basisbediening
Hoofdstuk
02
Een USB-geheugenapparaat aansluiten en losmaken
BELANGRIJK
! Om verlies van gegevens en beschadiging van
het geheugenapparaat te voorkomen, mag u dit nooit van het navigatiesysteem losmaken terwijl er gegevens worden overgebracht.
! Pioneer kan geen compatibiliteit garanderen
met alle USB-massageheugenapparaten en aanvaardt geen aansprakelijkheid voor verlies van gegevens op mediaspelers, smartphones of andere apparaten bij gebruik van dit pro­duct.
p Het is mogelijk dat geen optimale presta-
ties worden verkregen met sommige USB­geheugenapparaten.
p Aansluiten via een USB-hub is niet moge-
lijk.
Een USB-geheugenapparaat aansluiten
% Steek het USB-geheugenapparaat in de USB-stekker van het voertuig.
Een USB-geheugenapparaat losmaken
% Maak het USB-geheugenapparaat los nadat u gecontroleerd hebt of er geen ge­gevens worden overgebracht.
Een iPod aansluiten en losmaken
BELANGRIJK
! Om verlies van gegevens en beschadiging van
het geheugenapparaat te voorkomen, mag u dit nooit van het navigatiesysteem losmaken terwijl er gegevens worden overgebracht.
! Pioneer kan geen compatibiliteit garanderen
met alle USB-massageheugenapparaten en aanvaardt geen aansprakelijkheid voor verlies van gegevens op mediaspelers, smartphones
of andere apparaten bij gebruik van dit pro­duct.
Basisbediening
Uw iPod aansluiten
Met een USB-interfacekabel voor de iPod kunt u uw iPod op het navigatiesysteem aansluiten. p U hebt een USB-interfacekabel voor de
iPod (CD-IU51V) (los verkrijgbaar) nodig om de verbinding te maken.
p Voor details over de compatibiliteit van de
iPods met dit navigatiesysteem wordt u verwezen naar de informatie op onze web­site.
p Aansluiten via een USB-hub is niet moge-
lijk.
1 Controleer of er geen USB-geheugen­apparaat is aangesloten.
2 Sluit uw iPod aan.
Naar de USB-stekker van het voertuig.
Naar de ministekker­aansluiting van het voertuig.
USB-interfacekabel voor de iPod
Uw iPod losmaken
% Maak de USB-interfacekabel voor de iPod los nadat u gecontroleerd hebt of er geen gegevens worden overgebracht.
17
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Opstarten en afsluiten
1 Start de motor om het systeem op te starten.
Na een korte pauze wordt het startscherm een paar seconden lang weergegeven.
p Om het LCD-scherm tegen beschadigingen
te beschermen, mag u de aanraaktoetsen alleen met uw vingers aantippen waarbij u het scherm voorzichtig aantipt.
2 Schakel de motor van het voertuig uit om het systeem af te sluiten.
Het navigatiesysteem wordt ook uitge­schakeld.
De eerste maal inschakelen
Wanneer u het navigatiesysteem de eerste maal gebruikt, moet u de taal selecteren die u wilt gebruiken.
1 Start de motor om het systeem op te starten.
Na een korte pauze wordt het startscherm een paar seconden lang weergegeven.
2 Tip op het scherm de taal aan die u wilt gebruiken.
3 Tip de taal aan die u wilt gebruiken voor de stembegeleiding.
4 Lees de disclaimer zorgvuldig, contro­leer de details en tip dan [OK] aan als u met de voorwaarden akkoord gaat.
Het kaartscherm verschijnt.
Inschakelen bij normaal gebruik
% Start de motor om het systeem op te starten.
Na een korte pauze wordt het startscherm een paar seconden lang weergegeven.
p Het scherm dat getoond wordt hangt af van
de vorige omstandigheden.
p Wanneer er geen route is om weer te geven,
zal na het opnieuw opstarten van het navi­gatiesysteem de disclaimer verschijnen. Lees de disclaimer zorgvuldig, controleer de details en tip dan [OK] aan als u met de voorwaarden akkoord gaat.
p Als de antidiefstalfunctie is geactiveerd,
moet u uw wachtwoord invoeren. Lees de disclaimer zorgvuldig, controleer de details en tip dan [OK] aan als u met de voorwaarden akkoord gaat.
Het navigatiesysteem zal nu opnieuw starten.
18
Nl
Basisbediening
Een bericht over de kaart-database
Wanneer u het navigatiesysteem in gebruik neemt, kan er een bericht over de kaartgege­vens worden weergegeven. p Dit bericht wordt weergegeven de eerste
keer dat u het navigatiesysteem elke maand inschakelt.
p Tip het bericht aan om dit te sluiten of
wacht acht seconden waarna het bericht automatisch verdwijnt.
Demonstratiebeelden
Als u het navigatiesysteem langer dan twee minuten niet bedient, worden de demonstra­tiebeelden weergegeven. p De demonstratiebeelden worden niet weer-
gegeven als u rijdt nadat u het navigatiesys­teem hebt aangebracht.
Hoofdstuk
02
Basisbediening
19
Nl
Hoofdstuk
03
Gebruik van de navigatiemenuschermen
Overzicht van de schermen
2
1
5
34
1
6
20
Nl
Gebruik van de navigatiemenuschermen
Hoofdstuk
03
Wat u in elk menu kunt doen
1 Top Menu
Druk op de HOME toets om het Top Menu scherm weer te geven. Dit is het startmenu voor toegang tot de ge­wenste schermen en voor het bedienen van de diverse functies. Er zijn twee weergavemogelijkheden voor het Top Menu” scherm.
Klassieke menu
Snelkoppelingenmenu
p In deze handleiding wordt het Klassieke
menu als het Top Menuaangeduid.
2 Menu bestemming
U kunt uw bestemming in dit menu zoeken. Ook kunt u via dit menu de ingestelde route controleren of annuleren.
3 Telefoonmenu
Toegang tot het scherm dat verband houdt met handsfree telefoneren.
4 AV-bedieningsscherm
Dit is het scherm dat gewoonlijk verschijnt wanneer u een AV-bron afspeelt.
5 Menu-instellingen
Toegang tot het scherm voor het aanpassen van de instellingen aan uw eigen voorkeuren.
6 Kaartscherm
U kunt dit scherm gebruiken om de huidige voertuigpositie-informatie en de route naar de bestemming te controleren.
Gebruik van de navigatiemenuschermen
Snelkoppelingenmenu
Door uw favoriete menu-items in snelkoppelin­gen te registreren kunt u snel naar een geregi­streerd menuscherm springen door even op het Snelkoppelingenmenu scherm te tippen.
Een snelkoppeling selecteren
p In totaal kunnen er 15 menu-items in snel-
koppelingen worden geregistreerd.
1 Druk enkele malen op de HOME toets om het Snelkoppelingenmenu scherm weer te geven.
p Wanneer u het navigatiesysteem de eerste
maal gebruikt of als er geen items als snel­koppelingen zijn ingesteld, verschijnt er een bericht. Tip [Ja] aan om door te gaan naar de volgende stap.
2 Tip [Snelkopp.] aan.
Het Snelkoppelingen selectiescherm ver­schijnt.
21
Nl
Hoofdstuk
03
Gebruik van de navigatiemenuschermen
3 Tip het tabblad aan de rechterrand aan of verschuif de balk om het pictogram weer te geven dat u als snelkoppeling wilt instellen.
Schuifbalk
4 Tip het pictogram aan dat u aan de snelkoppelingen wilt toevoegen en houd het vast.
5 Verplaats het pictogram naar de linker­kant van het scherm en laat het los.
Het geselecteerde pictogram is aan de snel­koppelingen toegevoegd.
Een snelkoppeling verwijderen
1 Tip het pictogram van de snelkoppeling die u wilt verwijderen aan en houd het pic­togram vast.
2 Verplaats het pictogram naar de rech­terkant van het scherm en laat het los.
Bedieningslijstschermen (bijv. POI-lijst)
54
6
1
2
3
1 Schermtitel 2
Door de of op de schuifbalk aan te tippen, schuift u door de lijst en kunt u de resterende items zien.
3
Er wordt teruggekeerd naar het vorige scherm.
4 Items in de lijst
Bij het aantippen van een item in de lijst kunt u de opties beperken en doorgaan naar de vol­gende bedieningsstap.
5 Aantal mogelijke keuzes
p Als er 10 000 of meer mogelijke keuzes
zijn, wordt ****aangegeven.
6
Als niet alle tekens in het daarvoor bestemde venster passen, kunt u de toets rechts van het item aanraken om de rest te kunnen zien.
Gebruik van het toetsenbord op het scherm
1 2
3
8
22
4
5 76
1 Schermtitel
De schermtitel verschijnt.
Nl
Gebruik van de navigatiemenuschermen
2 Tekstvakje
Toont de tekens die zijn ingevoerd. Als er geen tekst in het vakje is, wordt er informatieve tekst getoond.
3 Toetsenbord
Tip de toetsen aan om de letters en cijfers in te voeren.
4
Er wordt teruggekeerd naar het vorige scherm.
5 Toetsen
Hiermee kiest u een andere indeling van het toetsenbord.
6 Symb., Overige, 0-9
U kunt andere tekens dan letters van het alfa­bet invoeren. U kunt tekst invoeren met mar­keringen zoals [&] of [+], of cijfers. Tip aan om heen en weer te schakelen tussen de mogelijkheden.
p Wanneer u A, Ä, Å”, “Æ” gebruikt,
zal het weergegeven resultaat hetzelfde zijn.
7 OK
Hiermee bevestigt u de invoer en gaat u door naar de volgende stap.
8
Hiermee wist u de ingevoerde tekst letter voor letter, beginnend bij het einde van de tekst. Door de toets te blijven aantippen wordt de hele tekst gewist.
Hoofdstuk
03
Gebruik van de navigatiemenuschermen
23
Nl
Hoofdstuk
04
Het gebruik van de kaart
De meeste informatie die door uw navigatiesysteem wordt gegeven, kan op de kaart worden gezien. U moet vertrouwd raken met de manier waarop de informatie op de kaart wordt getoond.
Het kaartscherm aflezen
Dit voorbeeld toont een 2D kaartscherm.
1
2
3
4
5 6
7
8
p De informatie met een sterretje (*) wordt al-
leen weergegeven wanneer de route be­paald is.
p Afhankelijk van de voorwaarden en basisin-
stellingen worden bepaalde onderdelen niet weergegeven.
1 De naam van de te gebruiken straat (of
het volgende begeleidingspunt)*
2 Volgende rijrichting*
Naarmate u dichter bij het begeleidingspunt komt, verandert de kleur van het item naar groen.
p Door dit item aan te tippen kunt u de
volgende begeleidingsinformatie op­nieuw beluisteren.
p U kunt kiezen tussen weergave of geen
weergave van deze aanduiding. = Zie Richtingswijzigingen weergeven
op bladzijde 156 voor details.
3 Afstand tot het begeleidingspunt*
g
f
e d
c
b
9 a
Toont de afstand tot het volgende begelei­dingspunt.
p Door dit item aan te tippen kunt u de
volgende begeleidingsinformatie op­nieuw beluisteren.
4 Tweede manoeuvre pijl*
Toont de afslagrichting na het volgende bege­leidingspunt en de afstand erna toe.
= Zie Richtingswijzigingen weergeven op
bladzijde 156 voor details.
5 Kaartbesturing
Door raaktoetsen voor het veranderen van de schaal en de oriëntatie van de kaart.
6 Huidige positie
Toont de huidige locatie van uw voertuig. De punt van het driehoeksteken geeft aan in welke richting u rijdt en het teken beweegt au­tomatisch met het rijden mee.
aan te tippen verschijnen er aan-
p De punt van het driehoeksteken is de
huidige positie van het voertuig.
24
Nl
Het gebruik van de kaart
Hoofdstuk
04
7 Eco-meter
Deze meter toont een grafiek waarin het vroe­gere gemiddelde brandstofverbruik wordt ver­geleken met het gemiddelde brandstofverbruik sinds het navigatiesysteem het laatst werd opgestart.
= Zie De brandstofverbruikinformatie weer-
geven op bladzijde 156 voor details.
8 Straatnaam (of naam van de stad) waar
uw voertuig langs of door rijdt
= Zie De weergave van de huidige straat-
naam instellen op bladzijde 155 voor de-
tails.
9 Verlengtabblad voor de AV-informatiebalk
Door dit tabblad aan te tippen wordt de AV-in­formatiebalk geopend en kunt u snel de huidi­ge status van de AV-bron controleren. Tip nog een keer op het tabblad om dit weer in te schuiven.
a Snelkoppeling naar het AV-bedienings-
scherm
Hier wordt de AV-bron getoond die nu is gese­lecteerd. Door de indicator aan te tippen wordt het AV-bedieningsscherm voor de huidi­ge bron rechtstreeks opgeroepen.
p Afhankelijk van de bron die op het mo-
ment is gekozen, wordt er een beeld weergegeven.
b Snelle toegang-pictogram
Hiermee wordt het Snelle toegangmenu weergegeven.
= Zie Gebruik van de snelkoppelingenme-
nus op de kaart op bladzijde 29 voor de-
tails.
c Indicator voor de oriëntatie van de kaart
! Wanneer Noorden bovenis geselec-
teerd, wordt
aangegeven.
! Wanneer In de rijrichtingis geselec-
teerd, wordt
aangegeven.
p De rode pijl geeft het noorden aan.
= Zie Omschakelen van de oriëntatie van
de kaart op bladzijde 27 voor details.
d Huidige route*
De route die nu is ingesteld wordt in kleur op de kaart aangegeven. Als er een tussenpunt op de route is ingesteld, wordt de route na dit tussenpunt in een andere kleur aangegeven.
e Richtingslijn*
De richting naar uw bestemming (volgende tussenpunt, of de positie van een cursor) wordt door een rechte lijn aangegeven.
f Multi-informatievenster
Tip het multi-informatievenster enkele malen aan om de display-informatie als volgt te ver­anderen.
! Afstand tot de bestemming (of af-
stand tot het tussenpunt)*
! Geschatte aankomsttijd op uw be-
stemming of tussenpunt*
De geschatte aankomsttijd is een ideale waarde berekend aan de hand van de waarde ingesteld voor Snelh.en de werkelijke rijsnelheid. De geschatte aan­komsttijd is enkel een referentiewaarde en biedt geen garantie van aankomst op dat tijdstip.
! Reistijd naar uw bestemming of tus-
senpunt*
g Huidige tijd
Betekenis van de begeleidingsvlaggen
Bestemming
De geblokte vlag geeft uw bestem­ming aan.
Tussenpunt
De blauwe vlaggen tonen uw tus­senpunten.
Begeleidingspunt
Het volgende begeleidingspunt (volgende afslagpunt, enz.) wordt aangegeven door een gele vlag.
Het gebruik van de kaart
25
Nl
Hoofdstuk
04
Het gebruik van de kaart
Vergrote kaart van de kruising
Wanneer “Inzoomenop het “Kaartinstellin- genscherm is ingesteld op Aan, zal er een
uitvergroting van de kaart van de kruising ver­schijnen.
= Zie De automatische zoomweergave instel-
len op bladzijde 154 voor details.
Weergave tijdens het rijden op een snelweg
Op sommige plaatsen van de snelweg is rij­baaninformatie beschikbaar. De kaart geeft dan de aanbevolen rijbaan aan om gemakke­lijk naar het volgende begeleidingspunt te kun­nen gaan.
1
Tijdens het rijden op de snelweg kunnen er af­ritnummers en afritborden verschijnen in de buurt van knooppunten en afritten.
2 3
1 Informatie over rijstroken 2 Informatie over snelwegafritten
Geeft de afrit van de snelweg aan.
3 Borden van de snelweg
Deze geven het wegnummer aan en geven in­formatie over de richting.
p Als deze gegevens niet voorhanden zijn in
het ingebouwde geheugen, is deze infor­matie niet beschikbaar, ook al ziet u de be­treffende aanduidingen op of aan de weg.
Typen wegen die in de kaartdatabase zijn opgeslagen
Wegen die in de routebegeleiding zijn opgenomen
Bocht per bocht routes bevatten volledige ge­gevens over de attributen en kunnen gebruikt worden voor een alomvattende routebegelei­ding. Pioneer Navigation geeft de volledige routebeschrijving weer, inclusief de bocht-per­bocht stembegeleiding en pijlpictogrammen.
Wegen zonder bocht-per-bocht instructies
Beperkt navigeerbare wegen (de route wordt weergegeven en aangeduid in violet) hebben alleen basisgegevens en kunnen alleen ge­bruikt worden om een navigeerbare route uit te zetten. Pioneer Navigation zal alleen een na­vigeerbare route op de kaart aangeven (alleen de aankomstbegeleiding voor de bestemming of een tussenpunt is beschikbaar). Neem voor uw veiligheid tijdens het rijden over de aange­geven route alle plaatselijke verkeersregels nauwkeurig in acht. Op deze wegen worden geen bocht-per-bocht richtingaanwijzingen weergegeven.
26
Nl
Het gebruik van de kaart
Hoofdstuk
04
Wegen waarover geen route kan worden uitgezet (wegen met roze kleur)
Deze wegen kunnen op de kaart worden weer­gegeven maar kunnen niet worden gebruikt voor een routeberekening. Let langs dergelijke routes goed op alle lokale verkeersregels en volg ze op. (Voor uw eigen veiligheid.)
Bediening op het kaartscherm
De schaal van de kaart wijzigen
U kunt de schaal van de kaart instellen tussen 25 meter en 2 000 kilometer (25 yard en 1 000 mijl).
1 Geef het kaartscherm weer.
= Voor details omtrent de bediening verwijzen
wij u naar Overzicht van de schermen op bladzijde 20.
2 Tip op het kaartscherm aan.
en en de instellingen voor de schaal
van de kaart verschijnen.
Omschakelen van de oriëntatie van de kaart
U kunt de richting waarin uw voertuig op de kaart wijst instellen op In de rijrichtingof Noorden boven. ! In de rijrichting:
De kaart geeft de richting van het voertuig altijd zo weer dat het voertuig zich naar de bovenkant van het scherm beweegt.
! Noorden boven:
De kaart toont het noorden altijd bovenaan het scherm.
p De oriëntatie van de kaart is vast ingesteld
op Noorden bovenwanneer de schaal van de kaart 50 kilometer (25 mijl) of meer is.
p De oriëntatie van de kaart is vast ingesteld
op In de rijrichtingwanneer het 3D kaart­scherm wordt weergegeven.
1 Geef het kaartscherm weer.
= Voor details omtrent de bediening verwijzen
wij u naar Overzicht van de schermen op bladzijde 20.
2 Tip op het kaartscherm aan.
of verschijnt.
Het gebruik van de kaart
3 Tip of aan om de schaal van de kaart te wijzigen.
p Als u de functie een paar seconden niet ge-
bruikt, zullen de aanraaktoetsen voor de kaartbesturing verdwijnen.
# Als u de directe schaaltoets aantipt, verandert de kaart direct naar de geselecteerde schaal.
3 Tip of aan om de richting van uw voertuig op de kaart te veranderen.
Elke keer dat u de toets aantipt, verandert de instelling.
p Als u de functie een paar seconden niet ge-
bruikt, zullen de aanraaktoetsen voor de kaartbesturing verdwijnen.
27
Nl
Hoofdstuk
04
Het gebruik van de kaart
De kaart naar de plaats verschuiven die u wilt zien
1 Geef het kaartscherm weer.
= Voor details omtrent de bediening verwijzen
wij u naar Overzicht van de schermen op bladzijde 20.
2 Tip de kaart aan en sleep deze in de ge­wenste richting om hem te verschuiven.
1
2
1 Cursor 2 Afstand vanaf de huidige locatie
Wanneer de cursor op de gewenste locatie wordt geplaatst, wordt er onderaan op het scherm een kort informatie-overzicht voor de locatie getoond, waaronder de straatnaam en andere informatie voor de locatie. (De ge­toonde informatie verschilt afhankelijk van de positie.)
p De grootte van de schuifstappen hangt af
van de sleepafstand.
# Als u de huidige positie.
p Druk op de MODE toets om de kaart naar
de huidige positie te laten terugkeren.
aantipt, keert de kaart terug naar
Informatie over een opgegeven locatie bekijken
Een pictogram verschijnt op geregistreerde plaatsen (thuislocatie, specifieke plaatsen, plaatsen die voorkomen in het Favorieten)en op plaatsen waar een POI-pictogram is of waar verkeersinformatie over is. Plaats de scroll-cursor op het pictogram om de gedetail­leerde informatie te bekijken.
1 Verschuif de kaart en beweeg de scroll­cursor naar het pictogram dat u wilt bekij­ken.
2 Tip
aan.
Het “Informatielijstscherm verschijnt.
3 Tip het item aan waarvan u de gede­tailleerde informatie wilt zien.
Er verschijnt informatie over een bepaalde lo­catie.
De informatie varieert al naar gelang de loca­tie. (Het is mogelijk dat er geen informatie is over de betreffende locatie.)
= Zie De weergave van de pictogrammen voor
de favoriete locaties instellen op bladzijde
156 voor details.
= Zie POIs op de k aart weergeven op bladzijde
157 voor details.
= Zie De verkeersinformatie op de kaart aflezen
op bladzijde 55 voor details.
p Tip [Bel] aan om de locatie te bellen als er
een telefoonnummer beschikbaar is. (Hier­voor is paren met een mobiele telefoon uit­gerust met Bluetooth draadloze technologie vereist.) = Zie Bellen via de kaart op bladzijde 68
voor details.
28
Nl
Het gebruik van de kaart
Hoofdstuk
04
Gebruik van de snelkoppelin­genmenu’s op de kaart
Snelle toegangmenu stelt u in staat om di­verse taken, zoals de routeberekening voor de locatie die wordt aangegeven door de cursor of het registreren van een locatie in Favorie- ten”, sneller uit te voeren dan met behulp van het navigatiemenu. U kunt de Snelle toegangdie op het scherm wordt aangegeven naar eigen voorkeur aan­passen. De Snelle toegangdie hier wordt beschreven toont de standaardinstelling voor deze functie. = Zie Het Snelle toegangmenu selecteren
op bladzijde 159 voor details.
p De items die voorzien zijn van een sterretje
(*) kunnen niet uit het Snelle toegang menu worden verwijderd.
% Wanneer de kaart weergegeven wordt, tipt u
aan.
Registreren van de informatie over de locatie aangegeven door de cursor in Favorieten.
= Zie Een locatie registreren via de scroll-stand
op bladzijde 49 voor details.
: Zoek in de omgeving
POIs (nuttige plaatsen) vinden in de buurt van de cursor.
= Zie Een dichtbijzijnde POI zoeken op blad-
zijde 39 voor details.
: POIs op de kaart
Geeft pictogrammen op de kaart weer voor de voorzieningen (POIs) in de omgeving.
= Zie POIs op de k aart weergeven op bladzijde
157 voor details.
: Volume
Geeft het Volume-instellingenscherm weer.
= Zie Het volume voor de begeleiding en de te-
lefoon instellen op bladzijde 163 voor de-
tails.
: Contactgeg.
Geeft het Contactenlijstenscherm weer.
= Zie Een telefoonnummer uit het telefoonboek
bellen op bladzijde 66 voor details.
Sluiten
Hiermee wordt het Snelle toegangmenu verborgen.
Het gebruik van de kaart
Snelle toegang menu
: Routeopties*
Wordt weergegeven wanneer de kaart niet ver­schoven wordt. Dit item kan alleen tijdens de routebegeleiding worden geselecteerd. U kunt de voorwaarden voor de routebereke­ning wijzigen en de huidige route laten herbe­rekenen.
= Zie De voorwaarden voor de routeberekening
wijzigen op bladzijde 44 voor details.
: Bestemming*
Wordt weergegeven wanneer de kaart wordt verschoven. De route uitzetten naar de plaats die wordt aangegeven met de cursor.
: Registratie
Omschakelen van de weergave
Voor de navigatiebegeleiding kunnen verschil­lende typen schermweergaven worden gese­lecteerd.
1 Geef het Kaartinstellingenscherm weer.
= Zie Het scherm voor de kaartinstellingen
weergeven op bladzijde 154 voor details.
2 Tip [Weergave] aan. Het “Weergavescherm verschijnt.
3 Tip het type aan dat u wilt instellen.
U kunt de volgende typen selecteren:
! 2D-aanzicht (standaardinstelling):
Nl
29
Hoofdstuk
04
Het gebruik van de kaart
Er wordt een normale kaart (2D kaart) weer­gegeven.
! 3D-beeld:
Er wordt een kaart met een aanzicht vanuit de lucht (3D kaart) weergegeven.
! Beeld straat:
De informatie voor de volgende vier begelei­dingspunten die het dichtst bij de huidige locatie zijn, verschijnt van boven naar bene­den op de linkerkant van het scherm.
Toont het beeld van de achteruitkijkcamera op de linkerkant van het scherm en de kaart op de rechterkant van het scherm.
p Deze functie is beschikbaar wanneer de
instelling voor de achteruitkijkcamera op Aanstaat.
= Zie Instelling voor de achteruitkijkcamera
op bladzijde 167 voor details.
! Eco-grafiek:
Toont een grafiek voor eco-rijden op de lin­kerkant van het scherm en de kaart op de rechterkant van het scherm.
De volgende informatie wordt weergegeven.
De naam van de volgende weg die door
Een pijl die de richting van het voertuig
De afstand tot het begeleidingspunt
p Deze modus is alleen beschikbaar wan-
! Achteraanzicht:
30
Nl
= Zie De eco-vriendelijke rijstatus controle-
ren op de volgende bladzijde voor
details.
het voertuig moet worden genomen
aangeeft
neer de route reeds is uitgestippeld.
Loading...
+ 198 hidden pages