FAVORIT 60010 VI
Gebruiksaanwijzing |
Afwasmachine |
Notice d'utilisation |
Lave-vaisselle |
Benutzerinformation |
Geschirrspüler |
2 Inhoud
Wij danken u voor uw keuze voor een van onze producten van hoogwaardige kwaliteit.
Lees deze gebruiksaanwijzing alstublieft zorgvuldig door, zo kunt u zeker zijn van optimale en professionele prestaties van uw apparaat. De handleiding zal u in staat stellen om alle processen perfect en op de meest efficiënte wijze te laten verlopen. Wij adviseren u deze handleiding op een veilige plaats te bewaren, dan kunt u hem te allen tijde raadplegen. Geef deze handleiding ook aan een eventuele toekomstige eigenaar van het apparaat.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat.
Inhoud
Gebruiksaanwijzing |
3 |
Veiligheidsinformatie |
3 |
Correct gebruik |
3 |
Algemene veiligheid |
3 |
De veiligheid van kinderen |
4 |
Installatie |
4 |
Productbeschrijving |
5 |
Bedieningspaneel |
6 |
Instelling |
7 |
Geluidssignalen |
7 |
Ingebruikneming |
8 |
De waterontharder instellen |
8 |
Handmatig instellen |
9 |
Elektronisch instellen |
9 |
Gebruik van zout voor de afwasmachine |
9 |
Gebruik van glansmiddelen |
10 |
de glansmiddeldosering in te stellen |
11 |
Dagelijks gebruik |
11 |
Bestek en serviesgoed plaatsen |
12 |
Het onderrek |
13 |
De bestekmand |
13 |
Bovenrek |
14 |
De hoogte van het bovenrek aanpassen |
15 |
|
|
Gebruik van afwasmiddel |
15 |
Afwasmiddel doseren |
16 |
Multi-tab-functie |
17 |
Inof uitschakelen van de Multi-tab- |
|
functie |
17 |
Afwasprogramma's |
18 |
Een afwasprogramma selecteren en starten |
19 |
|
|
De afwasmachine uitruimen |
20 |
Onderhoud en reiniging |
21 |
De filters reinigen |
21 |
De sproeiarmen reinigen |
22 |
Buitenkant |
22 |
De binnenkant van de machine reinigen |
22 |
|
|
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt |
|
gebruikt |
22 |
Voorzorgsmaatregelen bij vorst |
22 |
De machine verplaatsen |
23 |
Wat moet u doen, als ... |
23 |
Technische gegevens |
25 |
Montage-instructies |
25 |
Montage |
25 |
Bevestigen aan de aangrenzende |
|
keukenmeubelen |
25 |
Waterpas installatie |
26 |
Aansluiting aan de waterleiding |
26 |
Wateraansluitingen |
26 |
Watertoevoerslang met veiligheidsklep |
26 |
|
|
Aansluiting waterafvoerslang |
27 |
Aansluiting aan het elektriciteitsnet |
28 |
Milieubescherming |
28 |
Verpakkingsmateriaal |
28 |
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie 3
Gebruiksaanwijzing
Veiligheidsinformatie
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk te waarborgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat.
Correct gebruik
•Deze afwasmachine is uitsluitend bedoeld voor het reinigen van huishoudelijke gebruiksvoorwerpen die geschikt zijn voor reiniging in een afwasmachine.
•Doe geen oplosmiddelen in de afwasmachine. Dit kan een explosie veroorzaken.
•Messen en andere voorwerpen met scherpe punten moeten met de punt naar beneden in de bestekmand worden geplaatst of horizontaal in het bovenrek worden gelegd.
•Gebruik alleen producten (afwasmiddel, zout en glansmiddel) die geschikt zijn voor afwasmachines.
•Open de deur niet als het apparaat in werking is; er kan hete stoom ontsnappen.
•Neem geen serviesgoed uit de afwasmachine voordat het afwasprogramma is afgelopen.
•Trek na het gebruik de stekker uit het stopcontact en draai de waterkraan dicht.
•Dit product mag alleen worden onderhouden door een daartoe bevoegde servicemonteur en er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
•Onder geen voorwaarde moet u proberen de afwasmachine zelf te repareren. Reparaties die worden uitgevoerd door onervaren personen veroorzaken letsel of storingen. Raadpleeg ELECTROLUX Service. Sta te allen tijde op het gebruik van originele reserveonderdelen.
Algemene veiligheid
•Mensen (met inbegrip van kinderen) met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis mogen dit apparaat niet gebruiken. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
•Afwasmiddelen kunnen chemische brandwonden veroorzaken aan de ogen, de mond en de keel. Deze kunnen levensbedreigend zijn! Houd u aan de veiligheidsinstructies van de afwasmiddelfabrikant.
•Het water in uw afwasmachine is geen drinkwater. Resten van afwasmiddel kunnen nog in de machine aanwezig zijn.
•Zorg ervoor dat de deur van de afwasmachine altijd gesloten is als het apparaat niet wordt inof uitgeruimd. Zo voorkomt u dat iemand over de open deur struikelt en zich bezeert.
•Ga niet op de open deur zitten of staan.
4 Veiligheidsinformatie
De veiligheid van kinderen
•Dit apparaat is bestemd voor gebruik door volwassenen. Laat kinderen de afwasmachine niet zonder toezicht gebruiken.
•Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
•Bewaar alle afwasmiddelen op een veilige plaats buiten het bereik van kinderen.
•Houd kinderen uit de buurt van de afwasmachine als de deur open staat.
Installatie
•Controleer uw afwasmachine op eventuele transportschade. Sluit nooit een beschadigde machine aan. Neem contact op met uw leverancier als de machine beschadigd is.
•Alle verpakkingsmaterialen moeten verwijderd worden voordat u het apparaat in gebruik neemt.
•Alle elektrische en loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van dit apparaat moeten worden uitgevoerd door een gekwalificeerd en competent persoon.
•Om veiligheidsredenen is het gevaarlijk wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op enigerlei wijze te modificeren.
•Gebruik de afwasmachine nooit als het aansluitsnoer of de waterslangen beschadigd zijn; of als het bedieningspaneel, het werkblad of de plint zodanig beschadigd zijn dat het inwendige van de machine vrij toegankelijk is. Raadpleeg ELECTROLUX Service om gevaarlijke situaties te voorkomen.
•In de behuizing van de afwasmachine mogen geen gaten worden geboord ter voorkoming van schade aan hydraulische en elektrische onderdelen.
WAARSCHUWING!
Voor de aansluiting van elektriciteit en water dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd.
Productbeschrijving 5
Productbeschrijving
1Bovenrek
2Aanpassen van de instelling van de waterhardheid
3Zoutreservoir
4Afwasmiddeldoseerbakje
5Glansmiddeldoseerbakje
6Typeplaatje
7Filters
8Onderste sproeiarm
9Bovenste sproeiarm
6 Bedieningspaneel
Bedieningspaneel
1Digitaal display
2Toets uitgesteldestart
3Programmakeuzetoetsen
4Controlelampjes
5AAN-/UIT-toets
6Functietoetsen
|
Controlelampjes |
|
|
|
|
MULTITAB |
|
Geeft het activeren/deactiveren aan van de Mul- |
|
|
ti-tab-functie (zie Multi-tab-functie) |
|
|
|
Zout |
|
Gaat branden als het speciale zout op is. 1) |
|
|
|
Glansmiddel |
|
Gaat branden als het glansmiddel op is. 1) |
|
|
|
1)De controlelampjes voor zout en naspoelmiddel branden nooit als een vaatwasprogramma bezig is, zelfs als bijvullen van zout en/of naspoelmiddel noodzakelijk is.
Het display geeft aan:
•op welke stand de waterontharder is ingesteld,
•de geschatte resterende tijd van het lopende programma,
•inschakelen/uitschakelen van het glansmiddeldoseerbakje ( ALLEEN als de Multi-tab- functie actief is),
•het einde van een afwasprogramma (op het display verschijnt een nul),
•het aftellen van de uitgestelde start,
•van de foutcodes betreffende een storing van het apparaat,
•geluidsignalen inschakelen/uitschakelen.
Functietoetsen
De volgende functies kunnen met behulp van deze toetsen worden ingesteld:
Bedieningspaneel 7
•de waterontharder instellen,
•een afwasprogramma of een lopende uitgestelde start annuleren,
•inof uitschakelen van de Multi-tab-functie
•de glansmiddeldosering activeren of deactiveren als de "Multi-tab-functie" is ingeschakeld,
•geluidsignalen inschakelen/uitschakelen.
Instelling
Het apparaat staat in instelmodus als alle programmalampjes branden. Vergeet nooit dat bij het uitvoeren van handelingen zoals:
•het selecteren van een afwasprogramma
•het instellen van de waterontharder
•het in-/uitschakelen van de spoelmiddeldosering
•het inschakelen/uitschakelen van geluidssignalen het apparaat MOET in de instelmodus staan.
Als een lampje van de programmatoetsen gaat branden, is het laatst uitgevoerde programma nog steeds ingesteld.
Om in dit geval terug te keren naar de instelmodus moet het programma worden geannuleerd.
Een ingesteld programma of een lopend programma annuleren : houd tegelijkertijd de beide programmatoetsen boven het woord RESET ingedrukt, totdat alle lampjes van de programmatoetsen branden. Het programma is geannuleerd en de machine bevindt zich nu in de instelmodus.
Geluidssignalen
De geluidssignalen zijn bedoeld om aan te geven welke handelingen het apparaat aan het uitvoeren is:
•het instellen van de waterontharder
•einde van het programma
•melden van een alarm als gevolg van een storing.
Fabrieksinstelling: geluidssignalen ingeschakeld.
De geluidssignalen kunnen worden uitgeschakeld, met behulp van de functietoetsen.
1.Druk op de Aan-/Uit -toets. Het apparaat moet in de instelmodus staan.
2.Houd tegelijkertijd de beide functietoetsen B en C ingedrukt, totdat de lampjes van de functietoetsen A , B en C beginnen te knipperen.
3.Druk op toets C , de controlelampjes van toets A en B gaan uit terwijl het controlelampje van functietoets C blijft knipperen. Het display geeft de huidige instelling aan.
= geluidssignalen uitgeschakeld
= geluidssignalen ingeschakeld
4.Druk nogmaals op functietoets C om de instelling te wijzigen: het digitale display geeft de nieuwe instelling weer.
5.Om de handeling in het geheugen op te slaan, dient u de afwasmachine uit te schakelen.
8 Ingebruikneming
Ingebruikneming
Voordat u uw afwasmachine in gebruik neemt:
•Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de in- stallatie-instructies
•Verwijder alle verpakkingsmaterialen uit het inwendige van de machine
•De waterontharder instellen
•Giet 1 liter water in het zoutreservoir en vul het reservoir vervolgens met regenereerzout
•Vul het glansmiddeldoseerbakje
Als u gebruik wilt maken van gecombineerde afwasmiddelblokjes zoals: "3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" enz... dient u de multi-tab-functie (zie "Multi-tab-functie") in te stellen.
De waterontharder instellen
De afwasmachine is uitgerust met een waterontharder die is ontworpen om mineralen en zouten uit het leidingwater te verwijderen die een schadelijk of negatief effect zouden hebben op de werking van het apparaat.
Hoe hoger het gehalte van deze mineralen en zouten is, des te harder is het water. De hardheid van water wordt gemeten in equivalente eenheden, Duitse hardheid (°dH), Franse hardheid (°TH) en mmol/l (millimol per liter - internationale eenheid voor de hardheid van water).
De ontharder moet worden ingesteld in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving. Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de hardheid van het water in uw woonplaats.
De waterontharder moet op beide manieren worden ingesteld: handmatig, met behulp van de waterhardheidstoets en elektronisch.
|
|
Waterhardheid |
|
Aanpassen van de waterhard- |
Gebruik van |
|||
|
|
|
|
heidsinstelling |
zout |
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
°dH |
|
°TH |
mmol/l |
handmatig |
|
elektronisch |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
51 - 70 |
|
91 - 125 |
9,1 - 12,5 |
2 |
|
niveau 10 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
43 - 50 |
|
76 - 90 |
7,6 - 8,9 |
2 |
|
niveau 9 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
37 - 42 |
|
65 - 75 |
6,5 - 7,5 |
2 |
|
niveau 8 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
29 - 36 |
|
51 - 64 |
5,1 - 6,4 |
2 |
|
niveau 7 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
23 - 28 |
|
40 - 50 |
4,0 - 5,0 |
2 |
|
niveau 6 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
19 - 22 |
|
33 - 39 |
3,3 - 3,9 |
2 |
|
niveau 5 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
15 - 18 |
|
26 - 32 |
2,6 - 3,2 |
1 |
|
niveau 4 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
11 - 14 |
|
19 - 25 |
1,9 - 2,5 |
1 |
|
niveau 3 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
4 - 10 |
|
7 - 18 |
0,7 - 1,8 |
1 |
|
niveau 2 |
|
ja |
|
|
|
|
|
|
|
||
< 4 |
|
< 7 |
< 0,7 |
1 |
|
niveau 1 |
|
nee |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Gebruik van zout voor de afwasmachine |
9 |
|
|
Handmatig instellen
De afwasmachine wordt in de fabriek ingesteld op stand 2.
1. Open de deur van de afwasmachine.
2. Neem het onderrek uit de afwasmachine.
3. Zet de waterhardheidstoets in stand 1 of
2 (zie tabel).
4. Plaats het onderrek terug.
Elektronisch instellen
De afwasmachine is in de fabriek ingesteld op stand 5.
1.Druk op de Aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan.
2.Druk tegelijkertijd op de toetsen B en C en houd deze ingedrukt totdat de lampjes van de toetsen A , B en C beginnen te knipperen.
3.Druk op toets A , de controlelampjes van toets B en C gaan uit terwijl het controlelampje van toets A blijft knipperen. Op het digitale display verschijnt het huidige niveau en er klinkt een reeks geluidssignalen.
Voorbeelden:
display, 5 onderbroken geluidssignalen, pauze, enz... = niveau 5
display, 10 onderbroken geluidssignalen, pauze, enz... = niveau 10
4.Om het niveau te wijzigen dient u de toets A in te drukken. Elke keer dat deze toets wordt ingedrukt, wordt het niveau gewijzigd. (Zie de tabel voor het kiezen van een nieuw niveau).
Voorbeelden: Als het huidige niveau 5 is, wordt door toets A één keer in te drukken, niveau 6 geselecteerd. Als het huidige niveau 10 is, wordt door toets A één keer in te drukken, niveau 1 geselecteerd.
5.Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de Aan-/uit- toets te drukken.
Gebruik van zout voor de afwasmachine
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen zout dat specifiek is bestemd voor gebruik in afwasmachines. Alle andere soorten zout die niet specifiek zijn ontwikkeld voor gebruik in een afwasmachine, in het bijzonder tafelzout, zullen schade toebrengen aan de waterontharder. Vul alleen zout bij vlak voordat u een van de volledige afwasprogramma's gaat starten. Hiermee wordt voorkomen dat gemorste zoutkorrels of zout water enige tijd op de bodem van de machine achterblijven, hetgeen corrosie kan veroorzaken.
Vullen:
10Gebruik van glansmiddelen
1.Open de deur, neem het onderrek uit de machine en schroef het deksel van het zoutreservoir los door het tegen de wijzers van de klok in te draaien.
2.Giet 1 liter water in het reservoir (dit is alleen nodig als de machine de eerste keer
met zout wordt gevuld) .
3. Giet met behulp van de bijgeleverde trechter zout in het reservoir totdat het vol is.
4. Plaats het deksel terug en zorg er voor dat er geen zoutresten achterblijven op de schroefdraad of op de pakking.
5. Draai het deksel goed vast door het met de klok mee te draaien tot de aanslag (u hoort een klik).
Maak u geen zorgen als er bij het vullen met zout water uit de vulopening stroomt, dit is heel normaal.
Het zoutcontrolelampje op het bedieningspaneel kan 2-6 uur blijven branden nadat het zout is bijgevuld, ervan uitgaande dat de afwasmachine ingeschakeld blijft. Als u gebruik maakt van zout dat minder snel oplost, kan dit nog langer duren. De werking van de machine wordt hierdoor niet beïnvloed.
Gebruik van glansmiddelen
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen merkglansmiddelen voor afwasmachines.
Vul het glansmiddeldoseerbakje nooit met andere middelen (bijv. afwasmachinereinigingsmiddel, vloeibaar afwasmiddel). Dit zou het apparaat beschadigen.
Glansmiddel zorgt ervoor dat het serviesgoed grondig wordt gespoeld en vrij van vlekken en strepen opdroogt.
Glansmiddel wordt tijdens de laatste keer spoelen automatisch gedoseerd.
1. Open het reservoir door op de ontgrendelknop (A) te drukken.
Dagelijks gebruik |
11 |
2. Giet glansmiddel in het reservoir. Het |
|
maximale vulniveau wordt aangegeven |
|
door "max". |
|
Het doseerbakje bevat ongeveer 110 ml |
|
glansmiddel, voldoende voor tussen de 16 |
|
en 40 afwascycli, afhankelijk van de inge- |
|
stelde dosering. |
|
3. Zorg ervoor dat het deksel na het vullen |
|
goed wordt gesloten. |
|
Neem eventueel bij het vullen gemorst glans- |
|
middel op met een absorberende doek om de |
|
volgende keer als u een programma draait bui- |
|
tensporige schuimvorming te voorkomen. |
|
de glansmiddeldosering in te stellen
Stel de dosering van het glansmiddel in overeenstemming met de bereikte einden droogresultaten in met behulp van de 6-standenschakelaar (stand 1 minimumdosering, stand 6 maximumdosering).
De dosering wordt in de fabriek ingesteld op stand 4.
Verhoog de dosering als er na afloop van het programma waterdruppels of kalkvlekken op het serviesgoed achterblijven.
Verlaag de dosering als er kleverige witachtige strepen op het serviesgoed achterblijven of een blauwzweem op glaswerk of op de lemmeten van messen.
Dagelijks gebruik
•Controleer of het nodig is regenereerzout of glansmiddel bij te vullen.
•Plaats bestek en serviesgoed in de afwasmachine.
•Afwasmiddel doseren.
•Selecteer een programma dat geschikt is voor het bestek en het serviesgoed.
•Start het afwasprogramma.
12 Bestek en serviesgoed plaatsen
Bestek en serviesgoed plaatsen
Sponzen, huishoudtextiel en voorwerpen die water kunnen absorberen mogen niet in de afwasmachine worden gereinigd.
•Voordat u het serviesgoed in de machine plaatst, dient u:
–alle voedselresten en rommel te verwijderen.
–Laat aangebakken etensresten in pannen eerst inweken
•Let bij het plaatsen van serviesgoed en bestek op de volgende punten:
–Borden en bestek mogen de draaibeweging van de sproeiarmen niet belemmeren.
–Plaats holle voorwerpen zoals kopjes, glazen, pannen, enz. met de opening naar beneden zodat ze niet vol water lopen.
–Borden en bestek mogen niet in elkaar liggen of elkaar bedekken.
–Zorg er ter voorkoming van schade aan glaswerk voor dat glazen elkaar niet raken.
–Leg kleine voorwerpen in de bestekmand.
•Voorwerpen van kunststof en pannen met teflon hebben de neiging waterdruppels vast te houden; deze voorwerpen drogen niet zo goed als voorwerpen van porselein en staal.
•Lichte voorwerpen (kunststofbakjes enz.) moeten in het bovenrek worden geplaatst en zo worden neergezet dat ze niet kunnen bewegen.
Het volgende serviesgoed en bestek is voor reiniging in de afwasmachine
|
niet geschikt: |
|
in beperkte mate geschikt: |
|
|
|
|
• |
bestek met houten, hoornen, porseleinen of |
• |
Reinig aardewerk alleen in de afwasmachine |
|
parelmoeren handgrepen. |
|
als het door de fabrikant specifiek wordt ge- |
• |
voorwerpen van kunststof die niet hittebe- |
|
kenmerkt als afwasmachinebestendig. |
|
stendig zijn. |
• |
Geglazuurde dessins kunnen vervagen als ze |
• |
ouder bestek met gelijmde onderdelen die |
|
vaak in de afwasmachine gewassen worden. |
|
niet hittebestendig zijn. |
• Zilveren en aluminium hebben de neiging om |
|
• |
gelijmd bestek of gelijmde borden. |
|
tijdens het reinigen te verkleuren: Etensres- |
• |
tinnen of koperen voorwerpen. |
|
ten, bijv. eiwit, eierdooier en mosterd, veroor- |
• |
glaswerk van loodkristal. |
|
zaken op zilver vaak verkleuring en vlekken. |
• |
gemakkelijk roestende stalen voorwerpen. |
|
Verwijder etensresten dan ook onmiddellijk |
• |
houten schotels. |
|
van zilver, als dit niet meteen na gebruik |
• voorwerpen gemaakt van synthetische vezels. |
|
wordt afgewassen. |
|
|
|
|
|
Open de deur en schuif de rekken naar buiten om het serviesgoed te plaatsen.
Bestek en serviesgoed plaatsen |
13 |
|
|
Het onderrek
Plaats groter en sterk vervuild serviesgoed in het onderrek.
Om het plaatsen van grote borden makkelijker te maken, kunnen de twee bordenrekken aan de rechterzijde van het onderrek neergeklapt worden.
De bestekmand
WAARSCHUWING!
Rechtop geplaatste lange messen zijn een potentieel gevaar. Lang en/of scherp snijgereedschap zoals bijvoorbeeld vleesmessen moeten horizontaal in het bovenrek worden gelegd. Pas op bij het plaatsen of uitnemen van scherpe voorwerpen zoals messen.
Opdat alle bestekdelen in de bestekmand door water worden omspoeld, moet u:
14Bestek en serviesgoed plaatsen
1.de roosterinzet op de bestekmand plaatsen.
2.vorken en lepels met de greep naar onderen in de bestekmand plaatsen.
Voor groter kookgerei, zoals gardes, een helft van het bestekrooster weghalen.
Bovenrek
Plaats klein, teer serviesgoed of lange, puntige bestekdelen in het bovenrek.
•Rangschik de voorwerpen van het serviesgoed op en onder de gevouwen kopjesrekken zo dat er voldoende afstand tussen de voorwerpen zit en het water alle voorwerpen kan bereiken.
Gebruik van afwasmiddel |
15 |
|
|
• De kopjesrekken kunnen worden samengevouwen, zodat er meer ruimte voor grote vaat is.
• Leg of hang wijnen cognacglazen in de kopjesrekken.
De hoogte van het bovenrek aanpassen
Maximale hoogte van borden in:
|
het bovenrek |
|
het onderrek |
|
|
|
|
Met bovenrek in hoogste stand |
22 cm |
|
30 cm |
|
|
|
|
Met bovenrek in laagste stand |
24 cm |
|
29 cm |
|
|
|
|
De hoogte van het bovenrek kan ook versteld worden als het rek gevuld is.
Hoger/lager plaatsen van het bovenrek:
1.Trek het bovenrek helemaal naar buiten.
2.Houd het bovenrek vast bij de handgreep,
trek het zo ver mogelijk naar boven en laat het dan verticaal naar beneden zakken.
Het bovenrek klikt in de onderste of bovenste positie vast.
WAARSCHUWING!
Sluit na het vullen van de machine altijd de deur, want een open deur kan gevaarlijk zijn.
Controleer alvorens de deur te sluiten dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien.
Gebruik van afwasmiddel
Gebruik uitsluitend afwasmiddelen die specifiek zijn bedoeld voor gebruik in afwasmachines.
Neem de aanbevelingen van de fabrikant voor dosering en bewaren op de verpakking van het afwasmiddel in acht.
Het gebruik van niet meer dan de juiste hoeveelheid afwasmiddel draagt bij aan minder milieuverontreiniging.
16 Gebruik van afwasmiddel
Afwasmiddel doseren
1. Open het deksel.
2.Vul het afwasmiddelbakje (1) met afwasmiddel. De markering geeft de doseerniveaus aan:
20 = ca. 20 g afwasmiddel
30 = ca. 30 g afwasmiddel.
3.Alle programma's met voorwas hebben een extra dosering afwasmiddel nodig (5/10 g) dat in het afwasmiddelbakje voor de voorwas (2) moet worden gedaan.
Deze dosering wordt gebruikt tijdens de voorwasfase.
4.Bij gebruik van afwasmiddeltabletten, het tablet in vakje (1) leggen
5.Sluit het deksel en druk totdat het op zijn plaats klikt.
Afwasmiddeltabletten
Afwasmiddeltabletten van verschillende fabrikanten lossen niet allemaal even snel op. Daarom bereiken bepaalde afwasmiddeltabletten tijdens korte programma's niet hun volledige reinigingswerking. Kies daarom bij het gebruik van afwasmiddeltabletten lange programma's, om ervoor te zorgen dat tabletresten volledig worden verwijderd.
Multi-tab-functie 17
Multi-tab-functie
Dit apparaat is uitgerust met de "Multi-tab-functie", die het gebruik van combitabletten mogelijk maakt.
Dit zijn producten met een gecombineerde reinigings-, glansen zoutfunctie. Ook kunnen zij verschillende andere middelen bevatten afhankelijk van de soort tabletten die u kiest ("3 in 1", "4 in 1", "5 in 1" etc...).
Controleer of deze producten geschikt zijn voor uw waterhardheid. Zie de instructies van de fabrikant.
Deze functie kan worden geselecteerd in combinatie met alle programma's. Met de selectie van deze functie wordt de toevoer van glansmiddel en zout vanuit de desbetreffende reservoirs automatisch stopgezet en ook de controlelampjes voor zout en glansmiddel worden gedeactiveerd.
Selecteer de "Multi-tab-functie", voordat een afwasprogramma wordt gestart.
Als deze functie is geselecteerd (controlelampje brandt) blijft hij ook actief gedurende de volgende vaatwasprogramma's.
Bij gebruik van de "multi-tab-functie" kan de duur van de cyclus veranderen. In dat geval zal de indicatie van de duur van het programma op het display automatisch worden bijgewerkt.
Als het programma loopt kan de "Multi-tab-functie" NIET meer worden gewijzigd. Als u de "Multi-tab-functie" wilt uitschakelen, moet u eerst het ingestelde programma annuleren en vervolgens de "Multi-tab-functie".
In dat geval moet u opnieuw een programma (inclusief gewenste opties) instellen.
Inof uitschakelen van de Multi-tab-functie
Houd tegelijkertijd de beide "Multi-Tab"-toetsen (D and E) ingedrukt, totdat het controlelampje van de "Multi-Tab-functie" gaat branden. Dit betekent dat de functie actief is. Om de functie uit te schakelen dient u opnieuw deze toetsen in te drukken tot het controlelampje van de "Multi-tab-functie" uitgaat.
Als u niet tevreden bent over het droogresultaat adviseren wij u:
1.het glansmiddeldoseerbakje te vullen met glansmiddel.
2.de glansmiddeldosering te activeren.
3.de dosering van het glansmiddel in te stellen op stand 2.
•De glansmiddeldosering kan alleen worden geactiveerd/gedeactiveerd als de "Multi-Tab- functie" is ingeschakeld.
Activering/deactivering van de glansmiddeldosering
1.Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan.
2.Druk tegelijkertijd op toets B en C , totdat de lampjes van toets A , B , en C beginnen te knipperen.
3.Druk op toets B , de lampjes van toets A en C gaan uit terwijl het lampje van toets B blijft knipperen. Het display geeft de huidige instelling aan:
= Glansmiddeldosering gedeactiveerd.
= Glansmiddeldosering geactiveerd.
4.Druk nogmaals op toets B om de instelling te wijzigen, het digitale display geeft de nieuwe instelling aan.
18 Afwasprogramma's
5.Schakel om de bewerking vast te leggen de afwasmachine uit door op de aan-/uit-toets te drukken.
Als u besluit weer over te gaan op het gebruik van de standaardafwasmiddelen adviseren wij u:
1.de "Multi-Tab-functie" uit te schakelen.
2.het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje opnieuw te vullen.
3.de waterhardheid op de hoogste stand in te stellen en zonder afwas één normaal afwasprogramma te draaien.
4.de waterhardheid in te stellen in overeenstemming met de hardheid van het water in uw omgeving.
5.de glansmiddeldosering in te stellen.
Afwasprogramma's
Programma |
|
Mate van |
|
Soort ser- |
|
|
vervuiling |
|
viesgoed |
|
|
|
|
|
AUTO2) |
|
Gemengd |
|
Servies- |
|
|
normaal en |
|
goed, be- |
|
|
sterk ver- |
|
stek, pot- |
|
|
vuild |
|
ten en pan- |
|
|
|
|
nen |
|
|
|
|
|
INTENSIV |
|
Sterk ver- |
|
Servies- |
CARE 70° |
|
vuild |
|
goed, be- |
|
|
|
|
stek, pot- |
|
|
|
|
ten en pan- |
|
|
|
|
nen |
ECO 50°3) |
|
Normaal |
|
Servies- |
|
|
vervuild |
|
goed en |
|
|
|
|
bestek |
|
|
|
|
|
|
|
Normaal |
|
Teer aarde- |
|
|
|
||
|
|
vervuild |
|
werk en |
|
|
|
|
glaswerk |
|
|
|
|
|
|
Beschrijving programma |
|
Verbruikswaarden |
||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Voorwas |
|
|
Hoofdwas |
|
Tussentijdse spoelbeurt |
|
Laatste spoelgang |
Drogen |
|
Duur (minuten) |
Energie (kWh) |
|
Water (liter) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
1/2x |
|
|
|
|
90 - 115 |
1,1 - 1,5 |
|
12 - 23 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
150 |
-1,7 |
|
- 18 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
140 - |
1,5 |
|
16 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
150 - 160 |
1,0 - 1,2 |
|
12 - 13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
60 - 70 |
0,8 -0,9 |
14 - 15 |
|
|
|
|
|
Een afwasprogramma selecteren en starten |
|
19 |
||||||||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Programma |
|
Mate van |
|
Soort ser- |
|
|
Beschrijving programma |
|
Verbruikswaarden |
|||||||||||
|
|
|
vervuiling |
|
viesgoed |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Voorwas |
|
|
Hoofdwas |
|
Tussentijdse spoelbeurt |
|
Laatste spoelgang |
Drogen |
|
Duur (minuten) |
Energie (kWh) |
|
Water (liter) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
||
|
|
|
Alles |
|
Gedeelte- |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
12 |
0,1 |
|
|
4 |
|
|
|
|
|
lijke lading |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
(later op de |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
dag verder |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
te vullen)4) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1)De verbruikswaarden zijn bedoeld als richtlijn en zijn afhankelijk van de druk en de temperatuur van het water, maar ook van de variaties in de netspanning en de hoeveelheid serviesgoed.
2)Tijdens het afwasprogramma "Auto" wordt de hoeveelheid vuil op het serviesgoed bepaald door de troebelheid van het water. De programmaduur en het wateren energieverbruik kunnen variëren; dit hangt af van het feit of het apparaat geheel of gedeeltelijk is gevuld en of het servies licht of sterk is vervuild. De temperatuur van het water wordt automatisch ingesteld tussen 45° C en 70° C.
3)Test programma voor testinstanties.
4)Voor dit programma hoeft geen afwasmiddel gebruikt te worden
Een afwasprogramma selecteren en starten
Selecteer het afwasprogramma en de uitgestelde start met de deur enigszins geopend. De start van het programma of het aftellen voor de uitgestelde start begint pas nadat de deur is gesloten. Tot dat moment kunnen de instellingen nog worden gewijzigd.
1.Controleer of de rekken juist zijn geladen en of de sproeiarmen vrij kunnen draaien.
2.Controleer of de waterkraan is geopend.
3.Druk op de aan-/uit-toets. De afwasmachine moet in de instelmodus staan.
4.Druk op de toets die correspondeert met het gewenste programma (zie tabel "afwasprogramma's"). Sluit de deur van de afwasmachine, het programma start automatisch.
Het programma instellen en starten met "uitgestelde start"
1.Druk na het kiezen van het programma de toets uitgestelde start in, tot in het display het gewenste aantal uren voor het startuitstel verschijnt. De start van het gekozen afwasprogramma kan 1 - 19 uur uitgesteld worden.
2.Sluit de deur van de afwasmachine, het aftellen start automatisch.
3.Het aftellen vindt plaats in stappen van 1 uur.
4.Het openen van de deur onderbreekt het aftelproces. Sluit de deur; het aftellen gaat verder vanaf het punt waar het werd onderbroken.
5.Als de uitgestelde start is verstreken, start het programma automatisch.
20 De afwasmachine uitruimen
Als het afwasprogramma is gestart, verschijnt er een puntvormig optisch signaal op de vloer, onder de deur van de afwasautomaat.
Dit optische signaal blijft branden tot het afwasprogramma is beëindigd.
Als het apparaat hoger is ingebouwd en voorzien is van een meubeldeur die gelijk loopt met de voorkant van de keuken, is het signaal niet langer zichtbaar.
WAARSCHUWING!
Onderbreek of annuleer een lopend afwasprogramma ALLEEN als het absoluut noodzakelijk is. Let op! Als de deur wordt geopend kan hete stoom vrijkomen. Open de deur voorzichtig.
Een afwasprogramma of een lopende uitgestelde start annuleren
•Houd tegelijkertijd de beide programmatoetsen boven het woord RESET ingedrukt, totdat alle lampjes van de programmatoetsen branden.
•Bij het annuleren van een uitgestelde start wordt ook het ingestelde afwasprogramma geannuleerd. In dit geval moet u het afwasprogramma opnieuw instellen.
•Als er een nieuw afwasprogramma moet worden gekozen, controleer dan of er afwasmiddel in het doseerbakje zit.
Een lopend afwasprogramma onderbreken
•Open de deur van de afwasmachine; het programma stopt. Sluit de deur; het programma gaat verder waar het was onderbroken.
Einde van het afwasprogramma
•De afwasmachine stopt automatisch en een geluidssignaal laat u weten dat het programma is afgelopen.
•Als het afwasprogramma is beëindigd, gaat het optische signaal op de vloer, onder de
deur van de afwasautomaat, uit.
1.Open de deur van de afwasmachine.
Het controlelampje van het zojuist beëindigde programma blijft branden.
2.Schakel de afwasmachine uit door op de aan-/uit-toets te drukken.
3.Laat de deur van de afwasmachine op een kier staan en wacht een paar minuten voordat u het serviesgoed uit de machine haalt; dit zal dan al enigszins zijn afgekoeld en ook beter zijn gedroogd.
Als het afwasprogramma is afgelopen is het raadzaam de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien.
De afwasmachine uitruimen
•Hete borden zijn gevoelig voor stoten.
Het is daarom raadzaam het serviesgoed eerst te laten afkoelen alvorens de machine uit te ruimen.
•Ruim eerst het onderrek en dan het bovenrek uit; hiermee voorkomt u dat er water van het bovenrek op het serviesgoed in het onderrek druppelt.
•Er kan water op de zijkanten en de deur van de afwasmachine ontstaan omdat roestvrij staal uiteindelijk koeler zal worden dan het serviesgoed.
Onderhoud en reiniging |
21 |
|
|
LET OP!
Als het afwasprogramma is afgelopen is het raadzaam de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien.
Onderhoud en reiniging
De filters reinigen
De filters moeten van tijd tot tijd worden gecontroleerd en gereinigd. Vuile filters beïnvloeden het afwasresultaat negatief.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de machine is uitgeschakeld voordat de filters worden schoongemaakt.
1.Open de deur, neem het onderrek uit de machine.
2.Het filtersysteem van de afwasmachine
omvat een grof filter ( A ), een microfilter ( B ) en een plat filter. Ontgrendel het filtersysteem met behulp van de hendel op het microfilter en neem het filter uit het filtersysteem.
3. Draai de greep ongeveer een kwartslag naar links en verwijder het filtersysteem.
4.Pak het grof filter ( A ) beet bij de greep met het gat en verwijder het microfilter
( B ).
5. Maak alle filters onder stromend water grondig schoon.
22 Onderhoud en reiniging
6. Verwijder het platte filter uit de bodem van het afwascompartiment en reinig het filter grondig aan beide kanten.
7. Plaats het platte filter terug in de bodem van het vaatwascompartiment en controleer of het filter goed op zijn plaats zit.
8. Plaats het grof filter ( A ) in het microfilter ( B ) en druk ze tegen elkaar.
9.Breng de filtercombinatie terug op zijn plaats en vergrendel het geheel door de hendel tot de aanslag met de wijzers van de klok mee te draaien. Let er bij deze procedure op dat het platte filter niet boven
de bodem van het afwascompartiment uitsteekt.
WAARSCHUWING!
Gebruik de afwasmachine NOOIT zonder filters. Een onjuiste terugplaatsing en bevestiging van de filters heeft slechtere afwasresultaten tot gevolg en kan resulteren in schade aan het apparaat.
De sproeiarmen reinigen
Probeer NOOIT de sproeiarmen te verwijderen.
Als etensresten de openingen in de sproeiarmen hebben verstopt, verwijder deze dan met een cocktailprikker.
Buitenkant
Reinig de buitenoppervlakken van de machine en het bedieningspaneel met een vochtige zachte doek. Gebruik - indien nodig - alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik nooit schurende producten, schuursponsjes of oplosmiddelen (aceton, trichlooretheen, enz.).
De binnenkant van de machine reinigen
Zorg ervoor dat de afdichtingsrubbers rondom de deur en het afwasmiddelbakje en glansmiddeldoseerbakje regelmatig met een vochtige doek worden gereinigd.
Wij adviseren eenmaal per 3 maanden een afwasprogramma voor ernstig vervuild serviesgoed te draaien met afwasmiddel, maar zonder serviesgoed.
Als de afwasmachine langere tijd niet wordt gebruikt
Als u de afwasmachine gedurende langere tijd niet gebruikt, adviseren wij u:
1.de stekker uit het stopcontact te trekken en de kraan dicht te draaien.
2.de deur op een kier te zetten om de vorming van onaangename geurtjes te voorkomen.
3.het inwendige van de machine leeg en schoon te houden.
Voorzorgsmaatregelen bij vorst
Zet de machine niet op een plaats waar de temperatuur lager is dan 0 °C. Als het toch niet anders kan, maak de machine leeg, sluit de deur, ontkoppel de watertoevoerleiding en laat deze leeglopen.
Wat moet u doen, als ... |
23 |
De machine verplaatsen
Als u de machine moet verplaatsen (bij verhuizing, enz.):
1.trek de stekker uit het stopcontact.
2.draai de waterkraan dicht.
3.verwijder de watertoevoeren -afvoerslang.
4.trek de machine samen met de slangen naar voren. Vermijd kantelen van de machine tijdens het vervoer.
Wat moet u doen, als ...
De afwasmachine start niet of stopt als hij bezig is. Bepaalde problemen zijn het gevolg van een gebrek aan eenvoudig onderhoud of onoplettendheid en kunnen zonder de inschakeling van een monteur worden opgelost met behulp van de in de tabel hieronder beschreven aanwijzingen.
Zet de afwasmachine uit en voer de volgende voorgestelde corrigerende handelingen uit.
|
Storingscode en storing |
|
Mogelijke oorzaak en oplossing |
|
|
|
|
|
|
• |
Voortdurend knipperen van het controle- |
• |
De waterkraan is verstopt of aangezet met |
|
|
lampje programma bezig |
|
kalkaanslag. |
|
• |
Puntvormig optisch signaal knippert |
|
Maak de waterkraan schoon. |
|
• |
verschijnt in het display. |
|
||
• |
De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan |
|||
• |
Intermitterend geluidssignaal |
|
open. |
|
De afwasmachine wordt niet gevuld met water. |
• |
Het filter (indien aanwezig) in de schroeffit- |
||
|
|
|
ting van de slang bij de waterinlaatklep is ver- |
|
|
|
|
stopt. |
|
|
|
|
Reinig het filter in de schroeffitting. |
|
|
|
• De watertoevoerslang is niet juist geplaatst of |
||
|
|
|
is gebogen of geknikt. |
|
|
|
|
Controleer de aansluiting van de wateraf- |
|
|
|
|
voerslang. |
|
|
|
|
|
|
• |
Voortdurend knipperen van het controle- |
• |
De gootsteenafvoer is geblokkeerd. |
|
|
lampje programma bezig |
|
Ontstop de gootsteenafvoer. |
|
• |
Puntvormig optisch signaal knippert |
|
||
• |
De waterafvoerslang is niet juist geplaatst of |
|||
• |
verschijnt in het display. |
|||
|
is gebogen of geknikt. |
|||
• |
Intermitterend geluidssignaal |
|
Controleer de aansluiting van de wateraf- |
|
Het afwaswater wordt niet afgevoerd. |
|
|||
|
voerslang. |
|||
|
|
|
||
• |
Voortdurend knipperen van het controle- |
• |
Draai de waterkraan dicht en neem contact |
|
|
lampje programma bezig |
|
op met onze service-afdeling. |
•Puntvormig optisch signaal knippert
• verschijnt in het display.
•Intermitterend geluidssignaal
Anti-overstromingsinrichting is geactiveerd.
24 |
...Wat moet u doen, als |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Storingscode en storing |
|
Mogelijke oorzaak en oplossing |
|
|
|
|
|
Het programma begint niet. |
• |
De deur van de afwasmachine is niet goed |
|
|
|
gesloten. Sluit de deur. |
|
|
• |
De stekker zit niet in het stopcontact. Steek |
|
|
|
de stekker in het stopcontact. |
|
|
• |
De zekering in de meterkast is doorgebrand. |
|
|
|
Vervang de zekering. |
|
|
• |
Uitgestelde start is ingesteld. |
|
|
|
Annuleer de uitgestelde start als het servies- |
|
|
|
goed direct moet worden afgewassen. |
|
|
|
|
Als het apparaat hoger is ingebouwd en voorzien is van een meubeldeur die gelijk loopt met de voorkant van de keuken, is het signaal niet langer zichtbaar.
Nadat u deze controles hebt uitgevoerd, schakelt u het apparaat in: Het programma gaat verder op het punt waar het was onderbroken.
Als de storing of storingscode zich opnieuw voordoet, dient u contact op te nemen met onze service-afdeling.
Voor andere, niet in de bovenstaande tabel beschreven storingscodes dient u ook contact op te nemen met ELECTROLUX Service, onder vermelding van het model (Mod.), productnummer (PNC) en serienummer (S.N.).
Deze informatie is te vinden op het typeplaatje aan de zijkant van de deur van de afwasmachine.
Wij adviseren u deze nummers hier te noteren zodat u ze altijd bij de hand hebt: Model. : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Productnummer :. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Serienummer. : . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Het afwasresultaat is niet bevredigend
De borden zijn niet schoon |
• |
Het verkeerde afwasprogramma is geselec- |
|
|
teerd. |
|
• |
Het serviesgoed is zo geplaatst dat het water |
|
|
niet alle delen van het oppervlak kan bereiken. |
|
|
De rekken moeten niet te vol worden geladen. |
|
• |
De sproeiarmen kunnen niet vrij draaien als |
|
|
gevolg van een onjuiste plaatsing van het ser- |
|
|
viesgoed. |
|
• |
De filters in de bodem van het afwascompar- |
|
|
timent zijn vuil of onjuist geplaatst. |
|
• |
Er is te weinig of geen afwasmiddel gebruikt. |
|
• |
Als er kalkresten op het serviesgoed achter- |
|
|
blijven; het zoutreservoir is leeg of de water- |
|
|
ontharder is op het onjuiste niveau ingesteld. |
|
• |
De afvoerslang is niet correct aangesloten. |
|
• |
Het deksel van het zoutreservoir is niet goed |
|
|
gesloten. |
|
|
|
Het serviesgoed is nat en dof |
• |
Er is geen glansmiddel gebruikt. |
|
• |
Het glansmiddeldoseerbakje is leeg. |
|
|
|
De glazen en borden vertonen strepen, melk- |
• |
Verlaag de dosering van het glansmiddel. |
achtige vlekken of een blauwzweem |
|
|
|
|
|
|
|
|
Technische gegevens |
25 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Het afwasresultaat is niet bevredigend |
|
||
|
|
|
|
|
|
Opgedroogde waterdruppels op glazen en bor- |
• |
Verhoog de dosering van het glansmiddel. |
|
|
den |
• |
Het afwasmiddel kan de oorzaak zijn. Neem |
|
|
|
|
contact op met de consumentenlijn van de |
|
|
|
|
afwasmiddelfabrikant. |
|
|
|
|
|
|
Als het probleem na al deze controles aanhoudt, neem dan contact op met onze serviceafdeling.
Technische gegevens
Afmetingen |
Breedte x Hoogte x Diepte (cm) |
|
59,6 x 81,8-89,8 x 55,5 |
|
|
||
Aansluitspanning - Voltage - |
Informatie over de elektrische aansluiting is te vinden op het ty- |
||
Totale vermogen - Zekering |
peplaatje op de binnenrand van de deur van de afwasmachine |
||
|
|
|
|
Leidingwaterdruk |
Minimaal - Maximaal (MPa) |
|
0,05 - 0,8 |
|
|
|
|
Capaciteit |
couverts |
|
12 |
|
|
|
|
Max. gewicht |
kg |
|
38 |
|
|
|
|
Montage-instructies
Montage
WAARSCHUWING!
Alle elektrotechnische en/of loodgieterswerkzaamheden die nodig zijn voor de installatie van het apparaat dienen te worden uitgevoerd door een erkend installateur.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen alvorens de machine te plaatsen. Plaats de machine indien mogelijk naast een waterkraan en een afvoer.
Deze afwasmachine is ontworpen voor installatie onder een keukenblad of werkoppervlak. Let op! Volg nauwgezet de instructies op de bijgeleverde mal voor de inbouw van de afwasmachine en plaatsing van het meubelpaneel.
Er zijn geen verdere openingen voor de ontluchting van de afwasmachine vereist, maar alleen om de watertoevoeren afvoerslang en het aansluitsnoer door te laten.
De afwasmachine is voorzien van stelvoetjes voor het instellen van de hoogte.
Tijdens alle werkzaamheden waarbij interne onderdelen toegankelijk zijn, dient de stekker uit het stopcontact te worden getrokken.
Zorg er bij het op zijn plaats schuiven van de machine voor dat de watertoevoerslang, de afvoerslang en het aansluitsnoer niet zijn geknikt of worden platgedrukt.
Bevestigen aan de aangrenzende keukenmeubelen
De afwasmachine moet beveiligd worden tegen kantelen.
Zorg er daarom voor dat het aanrecht waaronder de machine geplaatst wordt, stevig bevestigd is aan een vaste structuur (aangrenzende keukenunits, kasten, muur).
26 Aansluiting aan de waterleiding
Waterpas installatie
Een machine die goed waterpas staat is essentieel voor een goede sluiting en afdichting van de deur. Als het apparaat goed waterpas staat, raakt de deur aan geen van de kanten de behuizing. Als de deur niet goed sluit, draai dan de stelvoetjes in of uit totdat de machine perfect waterpas staat.
Aansluiting aan de waterleiding
Wateraansluitingen
Dit apparaat kan worden aangesloten aan een heet (max. 60°) of koud water kraan.
Als de aansluiting is gemaakt op een heetwaterkraan, vermindert het energieverbruik aanzienlijk. Dit hangt echter af van hoe het hete water geproduceerd wordt. (We raden alternatieve energiebronnen aan die milieuvriendelijker zijn zoals bijv. zonneen fotovoltaïsche panelen en eolische panelen).
Voor het tot stand brengen van de aansluiting zelf is de wartelmoer die aan de waterslang van de machine is bevestigd, geschikt voor montage op een leidinguiteinde van 3/4" gasdraad of op een speciale kraan met snelkoppeling zoals de Press-block.
De waterdruk moet zich binnen de grenzen bevinden zoals vermeld in de "Technische specificaties". Uw waterleidingbedrijf kan u informeren over de gemiddelde leidingwaterdruk in uw omgeving.
De watertoevoerslang mag tijdens het aansluiten niet zijn geknikt, worden platgedrukt of in de knoop zitten.
De afwasmachine is voorzien van een vulen afvoerslang die afhankelijk van de installatie door middel van de sluitmoer naar links of naar rechts kunnen worden gedraaid.
De sluitmoer moet goed worden bevestigd om waterlekkage te voorkomen.
(Let op! NIET alle modellen afwasmachines hebben vulen afvoerslangen die zijn uitgerust met een sluitmoer. In dat geval is de genoemde voorziening niet mogelijk). Als de machine wordt aangesloten op nieuwe leidingen of op leidingen die lang niet zijn gebruikt, dient u het water enkele minuten te laten doorlopen alvorens de toevoerslang aan te sluiten.
Gebruik GEEN aansluitslangen die eerder voor een oude machine zijn gebruikt.
Dit apparaat is uitgerust met veiligheidsvoorzieningen die voorkomen dat het in de machine gebruikte water terugkeert in het drinkwatersysteem. Dit apparaat voldoet aan de van toepassing zijnde regelgeving voor loodgieterswerk.
Watertoevoerslang met veiligheidsklep
Na aansluiting van de dubbelwandige watertoevoerslang bevindt de veiligheidsklep zich bij de kraan. Daarom bevindt de watertoevoerslang zich alleen onder druk als het water loopt. Als de watertoevoerslang dan begint te lekken, sluit de veiligheidsklep het stromende water af.
Pas op als u de watertoevoerslang installeert:
•de elektriciteitskabel voor de veiligheidsklep bevindt zich in de dubbelwandige watertoevoerslang. Dompel de watertoevoerslang of de veiligheidsklep niet in water.
•Ais de watertoevoerslang of de veiligheidsklep beschadigd raken, trek dan direct de stekker uit het stopcontact.
Aansluiting aan de waterleiding |
27 |
|
|
•Een watertoevoerslang met veiligheidsklep mag alleen worden vervangen door een specialist of door ELECTROLUX Service.
WAARSCHUWING!
Waarschuwing! Gevaarlijke spanning.
Aansluiting waterafvoerslang
Het uiteinde van de afvoerslang kan op de volgende manieren worden aangesloten:
1.Aan de gootsteenafvoer, met bevestiging tegen de onderkant van het werkoppervlak. Hiermee wordt voorkomen dat gootsteenwater de machine inloopt.
2.Aan een standpijp voorzien van een ventilatieopening, minimale binnendiameter 4 cm. De afvalwateraansluiting moet zich op een hoogte bevinden van 60 cm vanaf de bodem van de af-
wasmachine.
De afvoerslang kan vanaf de afwasmachine naar
links of naar rechts lopen. Verzeker u ervan dat de slang niet gebogen is of platgedrukt wordt, aangezien dit de afvoer van
water kan vertragen of in de weg staan. De stop mag niet in de afvoer zitten als de machine
water aan het afvoeren is, aangezien het water dan weer in de machine terug kan lopen.
De totale lengte van de afvoerslang, inclusief een eventueel verlengstuk, mag niet langer zijn dan 4 meter. De binnendiameter van het verlengstuk
mag niet kleiner zijn dan de diameter van de bijgeleverde slang.
Evenmin mag de binnendiameter van de voor de aansluitingen aan de afvoer gebruikte koppelingen kleiner zijn dan de diameter van de bijgeleverde slang.
Bij het aansluiten van de afvoerslang op een sifon onder de gootsteen moet het gehele plastic membraan (A) verwijderd worden . Indien niet het gehele membraan wordt verwijderd zullen zich op den duur voedseldeeltjes verzamelen die de afvoerslang van de afwasmachine kunnen verstoppen.