Vdo dayton CD 4526 X, CD 4626 X, CD 4506 User Manual [nl]

VOORDAT U BEGINT
Het product dat u hebt gekocht, is ontworpen en geproduceerd volgens de strengste kwaliteitsnormen en zorgvuldig getest. Lees deze informatie zorgvuldig door en volg alle onderstaande instructies op. Op die manier verzekert u zich van een goede werking en een lange levensduur van uw radio. Bewaar deze handleiding in uw auto voor toekomstig gebruik.
Deze handleiding is van toepassing op de volgende modellen: CD4506, CD4526X, CD4626X De onderstaande tabel bevat de belangrijkste verschillen:
Functies CD4506 CD4526X CD4626X
Kleur behuizing zwart zwart/zilver zilver Kleur toetsen oranje groen/oranje groen/oranje
(naar keuze) (naar keuze)
Kleur display oranje meerdere kleuren meerdere kleuren
Maximaal uitgangsvermogen Sinusvermogen [W] 4 x 19 4 x 19 4 x 22 MP3 en WMA (versie 9 of lager) Line out [Kanalen] - 2 4 Aansluitmogelijkheid cd-wisselaar Ingang telefoon - OEM externe bedieningsinterface EDI-interface - -
[W] 4 x 40 4 x 40 4 x 50
MILIEU
Deze handleiding is gedrukt op chloorarm kringlooppapier.
BELANGRIJK
Dit apparaat is ontworpen en geproduceerd conform de geldende veiligheidsvoorschriften. Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig door en gebruik het apparaat waarvoor het bedoeld is.
INHOUD
TECHNISCHE GEGEVENS.....................................................................................................44
INSTALLEREN.......................................................................................................................44
VOORBEREIDEN...................................................................................................................44
MONTEREN...........................................................................................................................46
UITLEG BEDIENINGSPANEEL................................................................................................47
BEVEILIGING.........................................................................................................................48
AUDIO...................................................................................................................................48
RADIO...................................................................................................................................49
RADIO DATA SYSTEM (RDS) VOOR FM-FREQUENTIES.....................................................49
CD-/MP3-SPELER/CD-WISSELAAR......................................................................................50
SPECIALE FUNCTIES............................................................................................................51
INSTELLEN............................................................................................................................52
PROBLEMEN OPLOSSEN ..................................................................................................... 55
*Afhankelijk van de versie
TECHNISCHE GEGEVENS
De volgende gegevens gelden voor CD4506, CD4526X, CD4626X
• Omgevingstemperatuur: -20°C ~ +75°C.
• Voeding:
- 12V gelijkstroom, negatieve massa.
- Voltage: +10,5V ~ +16V.
- Stroomverbruik:
- Ongeveer 1A (ongeveer 0,1A indien uitgeschakeld)
• Afmetingen (b x h x d): DIN-behuizing, 180 x 51 x 160 mm.
Waarschuwing
- Ontkoppel de negatieve pool van de accu voordat u het apparaat monteert en aansluit (zie figuur 1 op aparte installatiekaart) om kortsluiting te voorkomen.
- Het apparaat mag alleen worden geïnstalleerd door daarvoor opgeleid personeel.
- Zorg er altijd voor dat de aansluitingen per voertuig correct zijn. Onjuiste aansluitingen kunnen leiden tot schade aan het apparaat of aan het elektrische/elektronische systeem van het voertuig.
- Neem de kwaliteitseisen van de autobranche in acht.
- Brandgevaar! Zorg er bij boorwerkzaamheden voor dat u geen verborgen kabels, brandstoftank of brandstofleidingen beschadigt.
- Boor nooit in onderdelen van de carrosserie die ondersteuning bieden of die van belang zijn voor de veiligheid.
INSTALLEREN
Aansluiten in voertuigen met standaard ISO­connectors
In voertuigen die zijn uitgerust met standaard ISO­connectors kan de radio direct worden aangesloten. Voor sommige signalen is mogelijk een verloopsnoer of een aparte aansluiting op de ISO-connectors vereist (zie aparte installatiekaart).
Aansluiten in voertuigen zonder standaard ISO-connectors
Wanneer het voertuig niet is uitgerust met standaard ISO-connectors, informeert u bij uw dealer naar een verloopkabel. Als er voor uw voertuig geen verloopkabel beschikbaar is, sluit u de radio aan volgens de beschrijving (zie aparte installatiekaart).
* Afhankelijk van de versie
VOORBEREIDEN Voltage en polariteit: het apparaat moet worden
aangesloten op een 12V-autoaccu met negatieve massa (het chassis). Installatie in een voertuig dat niet voldoet aan deze eisen kan leiden tot defecten, schade of brand.
CONNECTOR A (figuur 2) Aansluitingen voor voeding
A7: aansluiten op een permanente voeding van 12V. Dit is de hoofdstroomvoorziening. Zorg ervoor dat deze verbinding geschikt is voor een stroomsterkte van 10A.
A4: aansluiten op een schakelbare voeding van 12V (in-/uitgeschakeld door contactslot).
A8: aansluiten op massa (chassis). Dankzij deze aansluiting kunt u gebruikmaken van alle mogelijkheden van de functie ON/OFF LOGIC, waardoor het apparaat 1 uur nadat de sleutel is verwijderd uit het contactslot automatisch wordt uitgeschakeld. Als deze functie niet naar verwachting functioneert, hebt u mogelijk een verloopkabel nodig.
Optionele aansluitingen (figuur 2)
SDVC (Speed Dependant Volume Control) Door deze intelligente volumecontrole wordt het volume automatisch aangepast aan de snelheid van uw auto.
- Sluit pin A1 aan op het signaal van de snelheidsmeter in uw auto. Sommige auto’s zijn hiervoor al geschikt. Informeer hiernaar bij uw dealer.
- Zie SPECIALE FUNCTIES op pagina 11 voor informatie over het activeren van de functie SMART-volume.
Elektronische/gemotoriseerde antenne
• Sluit pin A5 aan op de voeding voor een elektronische antenne of op de controledraad voor het relais van een automatische gemotoriseerde antenne.
Gebruik deze aansluiting niet voor een directe voeding naar de antennemotor!
CONNECTOR B (figuur 3) Luidsprekers (gebruik alleen luidsprekers met een impedantie van 4 ohm)
• Sluit de luidsprekers niet direct aan op de aarde, op een booster/versterker zonder ingang voor signaal met een hoog niveau of via een externe fader! U kunt de luidsprekers wel direct aansluiten op een versterker met een ingang voor signaal met een hoog niveau.
• Aansluiten van vier luidsprekers (zie aparte installatiekaart).
CONNECTOR C1* Uitgang voorversterker (figuur 4)
• Met een optionele verloopkabel kunt u een versterker (inclusief extra luidspreker) aansluiten op dit apparaat.
- Sluit de rode contrastekker aan op het rechterkanaal en de witte contrastekker op het linkerkanaal.
- Sluit de blauwe draad aan op Amplifier Remote on/off.
OVERIGE AANSLUITINGEN (figuur 8) D1* Ingang telefoon (fig.8)
• Met connector D kunt u een optionele handsfree carkit voor uw telefoon aansluiten. Zie de instructies voor het monteren en aansluiten van de handsfree carkit.
- Selecteer in ‘SAM’ (pagina 13) de optie ‘HFREE’ en vervolgens ‘HFREE LO’ of ‘HFREE HI’ (afhankelijk van het type telefoon) als u het geluidsniveau van het apparaat automatisch wilt onderbreken wanneer u uw telefoon gebruikt.
Connector C2 (figuur 5) Afstandsbediening op het stuur
Via een interface kunt u bepaalde typen aan het stuur gemonteerde afstandsbedieningen op dit apparaat aansluiten. Informeer bij uw dealer naar de juiste interface.
Draad voor geluidsdemping bij telefoonoproep
• Als uw autotelefoon of de carkit van uw mobiele telefoon ondersteuning biedt voor een dempingssignaal, kunt u het geluidsniveau van het apparaat automatisch onderbreken.
- Sluit de draad voor het dempen van het geluid bij een telefoonoproep aan op de roze draad.
- Zie ‘SAM’ (pagina 13): selecteer de optie ‘TEL’ en selecteer ‘MUTE LO’ of ‘MUTE HI’ (afhankelijk van het type telefoon) als u het geluidsniveau van het apparaat automatisch wilt onderbreken wanneer u uw autotelefoon gebruikt.
Connector C3* voor onze analoge cd­wisselaar of een extern apparaat (los verkrijgbaar)
• U kunt onze analoge cd-wisselaar aansluiten op dit apparaat (figuur 6).
- Selecteer ‘AUX ON’ in ‘SAM’ (pagina 13).
• U kunt de audio-uitgang van externe apparatuur, zoals een videosysteem voor in de auto (in plaats van een cd-wisselaar), aansluiten op dit apparaat (figuur 7). Gebruik hiervoor een aparte, geschikte kabel.
- Selecteer ‘AUX ON’ in ‘SAM’ (pagina 13).
D3* Extern display (figuur 8)
• Met behulp van connector D3 kunt u in bepaalde auto’s de gegevens van het apparaat weergeven op een extern display. Vraag uw dealer om een los verkrijgbare ‘EDI Box’ voor het betreffende type auto.
*Afhankelijk van de versie
MONTEREN
METALEN HULS (figuur 10)
• Bevestig de metalen huls (afmetingen: 182 x 53 mm) in het dashboard. Voor een optimale werking van de cd-speler moet de metalen huls horizontaal worden bevestigd (tussen -10° en +30°).
• Zet de metalen huls vast door de metalen lipjes met een schroevendraaier naar buiten te buigen.
INSTALLEREN V ANAF DE ACHTERZIJDE (figuur
14)
• Verwijder het afdekraam rondom het bedieningspaneel en de veren aan de zijkanten.
• Breng de schroefgaten in de metalen huls en de schroefgaten in de radio op gelijke hoogte en schroef de radio aan iedere zijde vast met twee schroeven.
Gebruik alleen M5-schroeven met een
lengte van maximaal 6 mm.
DE RADIO AANSLUITEN (figuur 9)
• Zorg ervoor dat de accu is ontkoppeld.
• Sluit de stekker voor de antenne (E) aan op het juiste contact. Gebruik de haak (J) aan de achterzijde van het apparaat om de stekker goed vast te zetten.
• Sluit de connector voor de voeding (A) aan op contact A’.
• Sluit de connector voor de luidsprekers (B) aan op contact B’.
• (optioneel) Verwijder de beschermende laag van contact C’.
• (optioneel) Sluit de gele connector voor line out (C1) aan op contact C1'.
• (optioneel) Sluit de blauwe connector voor de cd-wisselaar (C3) aan op contact C3'.
• (optioneel) Sluit de groene connector (C2) aan op contact C2'. De groene connector past tussen de gele (C1) en de blauwe connector (C3). Ten minste één van deze aansluitingen is vereist om C2 vast te zetten.
DE RADIO MONTEREN
Afhankelijk van de DIN/JIN-openingen in het dashboard van de auto kan deze radio zowel vanaf de voorzijde als vanaf de achterzijde worden geïnstalleerd.
INST ALLEREN V ANAF DE VOORZIJDE
• Schuif de radio in de metalen huls totdat de veren aan beide zijden van de radio in de openingen klikken van de metalen huls (figuur
11).
• Sluit vervolgens de negatieve pool van de accu weer aan (figuur 12).
DE ZEKERING VERV ANGEN (figuur 9)
• Vervang zekeringen met een steekzekering voor 10A. De nieuwe zekering moet exact dit type zijn en deze waarde hebben, anders is het apparaat mogelijk niet afdoende beschermd. Als u zich niet houdt aan deze procedure, veroorzaakt u mogelijk schade aan het apparaat waardoor de garantie vervalt.
ONDERDRUKKING VAN INTERFERENTIE
• In de meeste moderne auto’s wordt interferentie voldoende onderdrukt. Neem contact op met uw dealer als u last hebt van interferentie die wordt veroorzaakt door de auto.
DE RADIO VERWIJDEREN (met behulp van de twee meegeleverde U-haken)
• Verwijder het afdekraam rondom het bedieningspaneel.
• Steek beide U-haken in de gaten aan de voorzijde van het apparaat totdat deze blijven vastzitten. Trek de radio uit de metalen huls (figuur 13).
* Afhankelijk van de versie
UITLEG BEDIENINGSPANEEL
Zie figuur A op pagina 3 voor een grafische weergave.
MODUS
ONDER­DEEL
RND
RPT
SCN
D
D
SOUND
POWER
BAND
ID3
SOURCE
SAM
AST
RADIO
BP
Voorkeuze 1 selecteren
LP
Voorkeuze opslaan
BP
Voorkeuze 2 selecteren
LP
Voorkeuze opslaan
BP
Voorkeuze 3 selecteren
LP
Voorkeuze opslaan
BP
Voorkeuze 4 selecteren
Voorkeuze opslaan
LP
Voorkeuze 5 selecteren
BP
LP
Voorkeuze opslaan
BP
BP LP
AF aan / uit
BP
Frequentieband selecteren
Frequentieband selecteren
LP
BP
LP BP
Omhoog zoeken Handmatige afstemming
LP
Omhoog zoeken
BP
Handmatige afstemming
LP BP LP
CD
CD-WISSELAAR*
(+ MP3 CDC)
Willekeurig nummer
Nummer herhalen
Nummer herhalen
Nummer zoeken
Vorige beschikbare cd selecteren
• Cd/MP3 zonder DIR: 10 nummers omhoog
• MP3 met DIR: DIR omhoog
Volgende beschikbare cd selecteren
• Cd/MP3 zonder DIR: 10 nummers omhoog
• MP3 met DIR: DIR omhoog
Toon-/audiostijlen selecteren / volgende stijl
TA aan / uit
Drukken in-/uitschakelen Draaien volume wijzigen
ID3 (MP3 Cd-wisselaar) weergeven ID3 (MP3 Cd-wisselaar) weergeven
Bron wijzigen (bladeren) Instellen (SAM)
Volgend nummer Volgend nummer (tijdens afspelen) Vorig nummer Vorig nummer (tijdens afspelen) Automatisch opslaan Helderheid Dempen Cd uitwerpen
Front afnemen
CD MP3*
• Cd/MP3 zonder DIR: 10 nummers omhoog
• MP3 met DIR: DIR omhoog
• Cd/MP3 zonder DIR: 10 nummers omhoog
• MP3 met DIR: DIR omhoog
• Cd/MP3 zonder DIR: 10 nummers omhoog
• MP3 met DIR: DIR omhoog
• Cd/MP3 zonder DIR: 10 nummers omhoog
• MP3 met DIR: DIR omhoog
ID3 weergeven ID3 weergeven
Opmerking BP: kort drukken LP: lang drukken
*Afhankelijk van de versie
BEVEILIGING
Om diefstal tegen te gaan, is dit apparaat uitgerust met de volgende veiligheidsvoorzieningen:
AFNEEMBAAR FRONT
Neem bij het verlaten van de auto het afneembare front met u mee. Bewaar het front in de beschermende hoes. Plaats het afneembare front altijd terug voordat u wegrijdt.
Het front afnemen (zie pagina 3, figuur B)
• Druk op REL om het front te kunnen afnemen.
• Trek de linkerkant van het front naar u toe om het front te verwijderen.
Het front terugplaatsen (zie pagina 3, figuur C)
• Plaats het afneembare front op de rechterzijde van het apparaat.
• Duw het afneembare front tegen het apparaat totdat het op de juiste positie vastklikt.
HET AFNEEMBARE FRONT VASTZETTEN (zie pagina 3, figuur D)
Het afneembare front kan worden vastgezet met behulp van een D2-schroef met een lengte van 10 mm.
• Verwijder het afdekraam.
• Kantel het afneembare front naar beneden.
• Plaats een D2-schroef met een lengte van 10 mm (in het zakje met toebehoren) in positie.
BEVEILIGINGSLAMPJE
• Het LED-lampje knippert wanneer het afneembare front wordt verwijderd terwijl het contactslot is uitgeschakeld. U kunt het knipperende waarschuwingslampje uitschakelen. Zie ‘SAM’ (pagina 14), optie ‘LED’.
IDENTIFICATIENUMMER
Dit apparaat heeft een uniek identificatienummer (vermeld op de ‘veiligheidskaart’). Deze kaart geldt als bewijs van eigendom en is vereist wanneer het apparaat wordt gestolen, wanneer u het afneembare front verliest of wanneer u contact opneemt met de servicedienst.
• Verwijder de ‘veiligheidskaart’ voordat u het apparaat installeert. Bewaar de ‘veiligheidskaart’ niet in uw auto.
AUDIO AAN/UIT/VOLUME
• Druk op de draaiknop om het apparaat in of uit te schakelen.
• Draai aan deze knop als u het volume wilt wijzigen.
* Afhankelijk van de versie
- Het volume neemt automatisch toe of af als de aansluiting voor SMART-volume is geïnstalleerd en geselecteerd (zie installatie op pagina ).
- Zorg ervoor dat u verkeersgeluiden nog kunt horen (claxons, sirenes, etc.).
AUDIOMODI
Druk op SOUND om de gewenste audiomodus
te selecteren.
Gebruik de draaiknop om de instellingen te wijzigen:
- Toonstijlen (USER, FLAT, JAZZ, VOCAL, ELECTRO, CLASSIC, ROCK)
- BASS (lage tonen)
- TREBLE (hoge tonen)
- BALANCE (links - rechts)
- FADER (voor - achter)
- LOUD (OFF, LOW, MID, HIGH)
Gebruik de draaiknop om de geselecteerde audiomodus te wijzigen. Na vijf seconden wordt op het display de laatst gebruikte functiemodus weergegeven.
- U kunt de instellingen voor lage en hoge tonen alleen aanpassen als USER is geselecteerd als toonstijl.
TOONSTIJLEN
Of u nu luistert naar een praatprogramma of naar jazz, pop, klassiek of rock, met de knop SOUND kunt u het geluid perfect instellen.
Druk op SOUND en gebruik de draaiknop om een van de voorgedefinieerde toonstijlen te selecteren:
-USER: uw eigen instellingen voor lage en hoge tonen
- FLAT: originele instellingen
- JAZZ: jazzmuziek
- VOCAL: spraak
- ELECTRO: popmuziek
- CLASSIC: klassieke muziek
- ROCK: rockmuziek
MUTE (geluid dempen)
Als het apparaat is ingeschakeld, kunt u met de
het geluid dempen of het geluidsniveau
knop herstellen.
Opmerking: u kunt het dempingsniveau instellen. Als het dempingsniveau hoger is (bijvoorbeeld 12) dan het huidige volume (bijvoorbeeld 5), is het gedempte volume mogelijk hoger dan het niet-gedempte volume. Zie ‘INSTELLEN’, optie ‘MUTE’.
BRON
• Druk op SOURCE om de gewenste bron te selecteren:
- RADIO
- CD/MP3*
- CD-WISSELAAR*
RADIO FREQUENTIEBAND
• Selecteer de gewenste frequentieband met behulp van de toets BAND:
AUTOMA TISCH ZOEKEN
Met afstemmen tijdens zoeken kunt u automatisch zoeken naar een zender.
• Druk op of om af te stemmen op een lagere of hogere frequentie.
- Druk opnieuw op deze toets als u wilt zoeken naar een andere zender. Opmerking: voor FM kunt u de gevoeligheid voor het zoeken instellen. Zie ‘SAM’ (pagina
13), optie ‘REG/LOC/DX’.
Handmatig afstemmen (als u weet wat de frequentie is van de gewenste zender)
• Handmatig afstemmen activeren: als u langer dan twee seconden drukt op een van de zoektoetsen of , activeert u de modus handmatig afstemmen.
• Druk vervolgens op of om af te stemmen op een lagere of hogere frequentie.
• Als u de toetsen niet langer indrukt, begint het apparaat met aftellen. Na vijf seconden wordt het woord ‘Auto’ één seconde weergegeven. Vervolgens activeert het apparaat de modus automatisch afstemmen.
VOORKEUZEZENDERS Zenders handmatig opslaan als voorkeuzezender
Per frequentieband kunt u vijf zenders opslaan en oproepen door middel van de voorkeuzetoetsen (1 tot en met 5).
• Stem af op de gewenste zender.
• Druk langer dan twee seconden op de gewenste voorkeuzetoets (1 tot en met 5) als u de huidige zender wilt opslaan.
Als u een FM-zender opslaat, worden de huidige naam van het radiostation en de AF-modus opgeslagen bij de voorkeuzezender (sommige zenders gebruiken een wisselende naam).
Een voorkeuzezender oproepen
• Druk op de gewenste voorkeuzetoets (1 tot en met 5) om de opgeslagen zender op te roepen.
Zenders automatisch opslaan (AUTOSTORE)
U kunt de vijf sterkste FM-zenders of de vijf sterkste MW (AM)-zenders automatisch opslaan op de FM AST-frequentieband respectievelijk de MW(AM) AST -frequentieband. Als u gebruikmaakt van automatisch opslaan, worden de eerder op
*Afhankelijk van de versie
de FM AST-frequentieband of de MW(AM) AST­frequentieband opgeslagen zenders vervangen door de nieuwe zenders.
• Druk op AST om automatisch opslaan te activeren.
- Het apparaat geeft een geluidssignaal, waarna het geluid wordt gedempt.
- Als dit proces is afgerond, hoort u opnieuw een geluidssignaal. Vervolgens wordt de zender weergegeven die is opgeslagen onder voorkeuzetoets 1.
- Soms is het niet mogelijk om vijf zenders op te slaan.
RADIO DAT A SYSTEM (RDS) VOOR FM-FREQUENTIES
Dankzij de RDS-informatie die steeds meer zenders uitzenden, kunt u profiteren van veel extra diensten, waaronder:
NAAM PROGRAMMASERVICE (PS)
Met behulp van PS kan de radio de naam van de zender weergeven in plaats van de frequentie.
AUTOMA TISCH OPNIEUW AFSTEMMEN (AF)
Het apparaat blijft afgestemd op het huidige station door permanent te zoeken naar de beste alternatieve frequentie. Opmerking: u kunt AF uitschakelen.
AF in-/uitschakelen
Het apparaat zoekt permanent naar andere alternatieve frequenties voor de radiozender waarop u hebt afgestemd en selecteert automatisch de beste frequentie. U kunt AF in- of uitschakelen door langer dan twee seconden te drukken op .
NOODBERICHTEN (PTY ALARM)
Het apparaat ontvangt automatisch noodberichten die worden uitgezonden door de zender.
- Gedurende het bericht wordt afwisselend
‘ALARM’ en de naam van de zender weergegeven op het display.
VERKEERSINFORMATIE (T A)
Met de verschillende modi van de functie TA kunt u met voorrang luisteren naar verkeersinformatie met betrekking tot de geselecteerde onderwerpen (zelfs wanneer u een cd afspeelt of het geluid hebt gedempt).
TA in-/uitschakelen
• Druk kort op BAND om een FM-frequentieband te selecteren.
• Druk op om TA in of uit te schakelen.
NIEUWS in-/uitschakelen
• Druk op BAND om een FM-frequentieband te selecteren.
• Zie ‘SAM’ (pagina 14): selecteer de optie ‘NEWS’ en wijzig de waarde in ‘ON’.
Als u de modus TA/NEWS activeert:
• Kunt u luisteren naar verkeersinformatie en nieuwsberichten.
• Wordt op het display ‘NO TA’ weergegeven als de zender waarop u hebt afgestemd de ontvangst van verkeersinformatie niet ondersteunt. De radio zoekt automatisch naar een geschikte zender. Nieuwsberichten worden mogelijk onderbroken door verkeersinformatie (als de modus TA is ingeschakeld).
De modus TA/NEWS onderbreken
Als u de verkeersinformatie waar u op een bepaald moment naar luistert, wilt onderbreken:
• Drukt u kort op de toets onderbreken zonder de modus uit te schakelen.
- Het apparaat keert terug naar de vorige functiemodus.
Opmerking:
U kunt de RDS-functies naar keuze uitschakelen.
• Houd de toets RDS ingedrukt als u RDS wilt uitschakelen.
- Wanneer RDS wordt uitgeschakeld, worden ook alle aan RDS gerelateerde functies, zoals TA, uitgeschakeld.
TA EON
• Met TA EON ontvangt u tijdig verkeersinformatie.
Opmerking:
- U kunt de gevoeligheid voor TA instellen. Zie ‘SAM’, optie ‘TA EON’ (pagina 14).
CD-/MP3-SPELER/CD-WISSELAAR AFSPELEN VAN CD’S (CD-SPELER)
Deze cd-speler is alleen geschikt voor cd’s met een diameter van 12 cm. Gebruik geen cd’s met een afwijkende vorm.
• Voer de cd met de opdruk naar boven in de opening in.
• De cd wordt afgespeeld.
• Als zich al een cd in de speler bevindt: Druk op SOURCE om CD te selecteren als bron: De cd wordt afgespeeld.
Afspelen van gecomprimeerde muziekbestanden*
Naast gewone audio-cd’s kunt u ook luisteren naar gecomprimeerde muziekbestanden die voldoen aan:
• MPEG 1/2 & 2.5 layer 3 met een bitsnelheid tot 230 kbps of variabele bitsnelheid (VBR), of
ID3-tag versie 1 en 2 worden beiden ondersteund.
Map wijzigen voor MP3
Druk op D of D om de gewenste map te
* Afhankelijk van de versie
om TA/NEWS te
selecteren.
- Het eerste bestand in de geselecteerde map wordt afgespeeld. Wanneer het einde van een album is bereikt, wordt het eerste nummer van het volgende album afgespeeld.
Opmerkingen over MP3/WMA
- Het apparaat kan muziekbestanden met een bestandsextensie anders dan ‘MP3’ of ‘WMA’ niet lezen. Het apparaat kan maximaal driehonderd nummers afspelen en biedt ondersteuning voor vijftig mappen per cd.
- Het apparaat speelt de eerste nummers mogelijk niet af in de juiste volgorde of in de volgorde waarin u de nummers op de cd hebt gebrand.
- Het apparaat speelt de eerste sessie mogelijk niet af wanneer de cd zowel audio-cd­nummers als MP3-bestanden bevat.
- Bij het afspelen van een cd met een bitsnelheid van 8 kbps of met een variabele bitsnelheid (VBR) wordt de tijd op het display mogelijk niet juist weergegeven.
- Als u de titel van een nummer of de naam van de uitvoerende wilt weergeven (tot een maximum van dertig tekens), is ID3-tag versie
1.1 vereist. Tekens anders dan hoofdletters/ kleine letters (‘Aa - Zz’) en het onderstrepingsteken (‘_’) worden mogelijk niet weergegeven.
- Als u wilt genieten van een hoge geluidskwaliteit, raden wij u aan een samplefrequentie van 44,1 kHz en een vaste bitsnelheid van 128 kbps te gebruiken.
- Zorg dat een cd-r/cd-rw is geformatteerd als gegevens-cd en NIET als audio-cd.
- MP3-bestanden zijn niet compatibel met gegevensoverdracht in ‘packet write’­modus.
Een cd-r of cd-rw afspelen
Afhankelijk van het type cd-r/cd-rw, de staat van de cd en de prestaties van de cd-brander worden sommige cd-r/cd-rw’s mogelijk niet juist afgespeeld door het apparaat.
Afspelen van cd’s met kopieerbeveiliging
Deze cd-speler kan de meeste cd’s met kopieerbeveiliging afspelen. Cd’s die gebruikmaken van een kopieerbeveiliging die niet voldoet aan internationale standaarden voor audio-cd’s (Red Book) worden mogelijk niet ondersteund door dit apparaat.
MP3/CD/DVD-WISSELAAR (indien aangesloten)*
• U kunt alleen een analoge compatibele cd-
wisselaar aansluiten op deze set (zie montage­instructies voor de cd-wisselaar).
• Controleer of het magazijn cd’s bevat en zich in de cd-wisselaar bevindt.
• Druk op SOURCE om CD CHANGER als bron te selecteren:
• Druk op D of D om de gewenste cd te selecteren.
- Druk in het geval van MP3-cd’s lang op D of D om de gewenste map te selecteren.
- Na afloop van de cd wordt automatisch de volgende cd afgespeeld. Eventuele ontbrekende cd’s worden automatisch overgeslagen.
VORIG/VOLGEND NUMMER ( of )
• Druk kort op de toets of om het gewenste nummer te selecteren. - Het geselecteerde nummer wordt afgespeeld.
TERUGSPOELEN/VOORUITSPOELE
• Druk langer dan twee seconden op de toets of om de cd snel terug of vooruit te spoelen.
- Nadat u de toets loslaat, wordt de cd weer normaal afgespeeld.
AFSPELEN VAN WILLEKEURIG NUMMER
• Druk op RND om het afspelen van een willekeurig nummer te activeren.
NUMMER HERHALEN
• Druk op RPT om het herhalen van het huidige nummer in of uit te schakelen.
NUMMER ZOEKEN
Met de zoekfunctie kunt u luisteren naar de eerste paar seconden van ieder nummer.
• Druk op SCN om de zoekfunctie in of uit te schakelen.
• Druk op of om te beginnen met zoeken. Opmerking: u kunt selecteren hoeveel seconden van ieder nummer worden afgespeeld. Zie SAM (pagina 14), optie ‘SCANTIME’.
CD UITWERPEN (CD-SPELER)
• Druk op om de cd uit te werpen.
SPECIALE FUNCTIES De tijd instellen (handmatig)
Zie ‘SAM’ (pagina 14), optie ‘CLOCK’.
Opmerking:
U kunt kiezen tussen 12-uursweergave en 24-
uursweergave.
• Zie ‘SAM’ (pagina 14), optie ‘CLOCKSET’.
RDS-klok (automatisch instellen)
U kunt de klok automatisch laten instellen via het RDS-radiosignaal.
• Zie ‘SAM’ (pagina 14), optie ‘CLOCK’.
- De tijd die via RDS wordt doorgegeven, is mogelijk onjuist.
*Afhankelijk van de versie
N ( o f )
SMART-volume (Speed Dependent Volume Control)
Zie ‘INSTALLEREN’ (pagina 5) voor aansluitinstructies. Ter compensatie van omgevingslawaai en op basis van de snelheid van de auto wordt met deze functie automatisch het volume van het apparaat verhoogd. U kunt kiezen tussen vier compensatieniveaus. Op niveau 1 is de verhoging van het volume beperkt. Niveau 4 zorgt voor een grotere toename. Zie ‘SAM’ (pagina 13), optie ‘S­VOL’ om het niveau te selecteren dat past bij uw auto.
De herinnering voor onderhoud instellen
• Zie ‘SAM’, optie ‘SERVICE’ (pagina 13).
U kunt de eenheid voor de afstand tussen onderhoudsbeurten selecteren
• Zie ‘SAM’, optie ‘UNIT’ (pagina 15).
U kunt de afstand tussen onderhoudsbeurten selecteren
• Zie ‘SAM’, optie ‘INT’ (pagina 15) om de juiste afstand te selecteren.
U kunt zelfs het type onderhoud selecteren
• Zie ‘SAM’, optie ‘EVENT’ (pagina 15) om de gewenste herinnering te selecteren.
Opmerking:
- De functie ‘SERVICE’ werkt alleen wanneer de snelheid van de auto is gekalibreerd.
Waarschuwing snelheid
U kunt een veilige snelheid instellen. Als u sneller rijdt dan de ingestelde veilige snelheid, geeft de radio een signaal. Zie ‘SAM’, optie ‘SPD’ (pagina
15) om uw veilige snelheid in te stellen.
Opmerking:
- Deze functie werkt alleen wanneer de snelheid van de auto is gekalibreerd.
De snelheid kalibreren: Om onnodige afleiding te voorkomen, raden wij aan dat u deze procedure uitvoert met behulp van een tweede persoon.
1 Houd de toets en de toets SOUND tegelijk ingedrukt terwijl het voertuig stilstaat. 2 Het geluid wordt gedempt. Op het display wordt afwisselend ‘RECALIB’ en ’50KM/H’ weergegeven. 3 Accelereer naar 50 km/u.
Houd u altijd aan de verkeerswetgeving en de huidige snelheidsbeperkingen!
4 Zodra u 50 km/u rijdt, drukt u op de toets SAM. U hoort een geluidssignaal en op het display wordt ‘CALIB OK’ weergegeven. 5 Schakel het apparaat uit en weer in om terug te keren naar de normale werking. De geselecteerde
waarde voor S-VOL in ‘SAM’ is niveau 2.
INSTELLEN
Via ‘MENU’ kunt u een groot deel van de standaardinstellingen van het apparaat aanpassen aan uw voorkeuren.
•Druk op de toets SAM om het instellingenmenu te openen.
•Druk in het menu op
of om de opties te selecteren die u wilt wijzigen.
•Gebruik de draaiknop om de gewenste waarde/instelling te selecteren.
•Druk op de toets om het instellingenmenu af te sluiten. Het apparaat sluit deze modus automatisch af wanneer er gedurende dertig seconden geen toetsen
worden ingedrukt.
Optie Waarde/instelling Actie
( of ) Draaiknop START [3 til 47] - Selecteer het beginvolume dat wordt gebruikt wanneer
het apparaat wordt ingeschakeld.
- Als u het apparaat uit- en inschakelt binnen tien minuten nadat u het beginvolume hebt gewijzigd, geldt het laatst gebruikte volume als beginvolume.
- Als u na meer dan tien minuten nadat u het beginvolume hebt gewijzigd het apparaat uit- en inschakelt, geldt het volume dat u bij de instellingen hebt geselecteerd als beginvolume.
S-VOL [OFF, 1, 2, 3, 4] Selecteer het compensatieniveau voor SDVC (Speed
Dependant Volume Control). Dit is alleen mogelijk wanneer de juiste aansluitingen zijn gemaakt en de optie is gekalibreerd, zie ‘SMART-volume’ onder ‘INST ALLEREN’ en ‘SPECIALE FUNCTIES’.
Op niveau 1 is de verhoging van het volume beperkt en niveau 4 zorgt voor een grotere toename ten opzichte van de snelheid van de auto.
TAVOL [3 til 47] Selecteer het geluidsniveau van verkeersinformatie,
nieuwsberichten en noodberichten.
TA OFFSET [-2, -1, 0, +1, +2] Selecteer het geluidsniveau van TA ten opzichte van het
normale niveau van een radiozender.
TA FADE [_7_, ..., _1_, 0, 1 , 7 ] Wijzig de positie van de geluidsweergave (voor/achter)
bij verkeersinformatie. CD [-2, -1, 0, +1, +2] Geluidsniveau van CD ten opzichte van de radio. CDC* [-2, -1, 0, +1, +2] Geluidsniveau van CDC ten opzichte van de radio. AUX IN* [-2, -1, 0, +1, +2] Geluidsniveau van AUX IN ten opzichte van de radio. SILENT
[SILENT MUTE1, ...,MUTE3]
Selecteer het dempingsniveau. BIP [OFF, 1, 2, 3, 4, 5] Selecteer het geluidsniveau van bevestigingstonen. RADIO [EUROPE, ASIA, Stel de radio in conform Europese, Amerikaanse of
LATIN AMERICA] Aziatische normen. RD S [RDS OFF, RDS ON] Selecteer ‘RDS OFF’ om de functie RDS uit te schakelen. RE G [REG ON, REG AUTO, Selecteer ‘REG ON’ om regionale zenders te beluisteren.
Selecteer ‘REG AUTO’ om een andere zender te selecteren wanneer dat signaal sterker is.
Selecteer ‘REG OFF’ om direct een programma te selecteren dat wordt uitgezonden in de volgende regio.
AF [ON,OFF] Selecteer ‘OFF’ als u niet wilt dat de radio zoekt naar een
alternatieve frequentie.
* Afhankelijk van de versie
Optie Waarde/instelling Actie
( of ) Draaiknop NEWS [ON, OFF] Hiermee schakelt u de NEWS-functies in en uit. MW [MW ON, MW OFF] Selecteer ‘OFF’ als u de frequentieband MW wilt
LW [LW ON, LW OFF] Selecteer ‘OFF’ als u de frequentieband LW wilt
SRCH [SRCH REG, Selecteer de gewenste gevoeligheid voor zoeken.
SRCH LOC, SRCH DX]
T A E ON [DX, LOCAL] Als u de instelling LOCAL selecteert, stemt het apparaat
MULT S [MUL TS ON, MUL T OFF] Als u deze functie uitschakelt (‘OFF’), wordt het afspelen
SCN TIME [SCAN 5SEC, Selecteer de zoektijd (zenders of nummers).
SCAN 10SEC, SCAN 20SEC]
SCROLL [SCROLL ON, SCROLL Als u ‘NOSCROLL’ selecteert, wordt in de MP3-modus de
ONCE, SCROLL OFF] verstreken speelduur weergegeven op het display.
CLOCK [CLOCK OFF, Selecteer ‘CLOCK RDS’ als u de RDS-klok wilt activeren of
CLOCK MAN, CLOCK RDS] CLOCK [12HCLOCK, Selecteer de indeling van de klok (12-uursindeling of 24­ FORMAT 24HCLOCK] uursindeling). SET CLOCK Als u ‘CLOCK MAN’ hebt geselecteerd: stel de tijd in. Gebruik
LE D [ON, OFF] Selecteer ‘OFF’ als u het waarschuwingslampje wilt
LOGIC [ON, OFF] Selecteer ‘ON’ als u het gebruik van het apparaat wilt
E D I [ON, OFF] Selecteer ‘ON’ als er een externe EDI Box is aangesloten. AUX* [ON, OFF] Selecteer ‘ON’ als er een extern apparaat is aangesloten.
onderdrukken.
onderdrukken.
alleen af op de sterkste EON-TA-zenders. Als u de instelling DX selecteert, wordt ook afgestemd op zwakkere zenders.
van cd’s met kopieerbeveiliging gegarandeerd.
Als u ‘SCR ONCE’ selecteert, worden de map en de titel van het nummer eenmalig weergegeven.
‘CLOCK MAN’ als u de klok handmatig wilt instellen.
7 om de uren te wijzigen en 8 om de minuten te wijzigen.
uitschakelen dat knippert nadat het afneembare front is verwijderd terwijl het contactslot is uitgeschakeld.
beperken tot één uur nadat het contactslot is uitgeschakeld. Selecteer ‘OFF’ als u niet wilt dat het apparaat wordt ingeschakeld wanneer het contactslot wordt uitgeschakeld. (Alleen mogelijk wanneer A7 en A4 juist zijn aangesloten.)
*Afhankelijk van de versie
TEL* - Selecteer ‘TEL OFF’ als er geen autotelefoon is
HF L [HFL 1, HFL 2, HFL 3] Selecteer het geluidsniveau voor TEL IN/HFREE. ANGLE [ -1, 0, +1, +2] Selecteer de kijkhoek voor het display van het apparaat. REMOTE [SERVOFF,SERVON, Selecteer ‘SERV ON’ als u de waarschuwing voor
SERV SET] onderhoud aan uw auto wilt inschakelen. Selecteer ‘SERV
UNIT [KM,ML] Selecteer de eenheid voor afstanden. INT Selecteer de afstand tussen onderhoudsbeurten. EVENT
SP D [SPD ON, SPD OFF] Selecteer ‘SPD ON’ om de waarschuwing bij het
SPEED Selecteer de snelheid waarbij u wilt worden
[SERVICE OIL,TYPES BRAKE, WASHER,WATER], herinnerd (alleen mogelijk wanneer de snelheid van de
aangesloten op het apparaat. MUTE: het geluidsniveau van de actieve bron wordt automatisch onderbroken wanneer de autotelefoon wordt gebruikt.
- Selecteer ‘MUTE HI’ of ‘MUTE LO’ als alleen de draad voor het dempen van het geluid is aangesloten op het apparaat (zie installatie-instructies). MUTE HI = het geluidsniveau van het apparaat wordt gedempt op 12V. MUTE LO = het geluidsniveau van het apparaat wordt gedempt op 0V (afhankelijk van het type telefoon). TEL IN = het geluidsniveau van de actieve bron wordt automatisch onderbroken wanneer de autotelefoon wordt gebruikt en het inkomende telefoongesprek wordt weergegeven via de autoluidsprekers.
- Selecteer ‘TEL IN HI’ of ‘TEL IN LO’ als uw telefoon is aangesloten op het apparaat (zie installatie-instructies). TEL IN HI = de telefoon wordt geselecteerd als bron op 12V. TEL IN LO = de telefoon wordt geselecteerd als bron op 0V (afhankelijk van het type telefoon). HFREE (alleen in combinatie met handsfree carkit van VDO Dayton): het geluidsniveau van de actieve bron wordt automatisch onderbroken wanneer de autotelefoon wordt gebruikt en het inkomende telefoongesprek wordt weergegeven via de autoluidsprekers.
- Selecteer ‘H FREE HI’ of ‘H FREE LO’ als er een handsfree carkit van VDO Dayton is aangesloten op het apparaat (zie installatie-instructies). H FREE HI = de telefoon wordt geselecteerd als bron op 12V. TEL IN LO = de telefoon wordt geselecteerd als bron op 0V (afhankelijk van het type telefoon).
SET’ als u deze instelling opnieuw wilt instellen (alleen mogelijk wanneer de snelheid van de auto is gekalibreerd).
Selecteer het type onderhoud waaraan u wilt worden
auto is gekalibreerd).
overschrijden van de ingestelde snelheid in te schakelen (alleen mogelijk wanneer de snelheid van de auto is gekalibreerd).
gewaarschuwd.
* Afhankelijk van de versie
IPROBLEMEN OPLOSSEN Het kan voorkomen dat uw autoradio niet naar verwachting functioneert. Lees de gebruikershandleiding en installatie-instructies door en bekijk de onderstaande lijst voordat u contact opneemt met de servicedienst. Een ogenschijnlijk defect kan mogelijk gemakkelijk worden verholpen. Als u uw apparaat toch ter reparatie moet verzenden, verstuur dan altijd het volledige apparaat (inclusief afneembaar front). Probeer het apparaat niet zelf te openen en te repareren.
Audio Het apparaat werkt niet. Het display werkt niet.
• Controleer de zekeringen (van het apparaat en
van de auto) en de aansluitingen.
• Controleer het voltage. Het apparaat werkt, maar ik hoor geen geluid.
• Wijzig het volume van het apparaat.
• Controleer de instellingen van de fader en de
balans.
• Controleer de antenne en de antenneaansluiting.
• Als u een telefoon hebt aangesloten: zie ‘SAM’
(pagina 14), optie ‘TEL/HFREE’.
Het geluid van het apparaat wordt gedempt en het display geeft ‘TEL MUTE’ of ‘HFREE’ weer terwijl de autotelefoon niet wordt gebruikt.
• Zie ‘SAM’ (pagina 14), optie ‘TEL/HFREE’. Het geluidsniveau uit de luidsprekers wordt
automatisch verlaagd.
• Een ingebouwd veiligheidssysteem zorgt
ervoor dat het apparaat niet warmer wordt dan een bepaalde temperatuur.
• Wacht tot de temperatuur is gedaald alvorens
het geluidsniveau te verhogen.
Het geluid wordt even gedempt terwijl op het display afwisselend ‘SEARCH’ en de naam van de zender of de frequentie wordt weergegeven.
• De ontvangst is slecht. Het apparaat controleert daarom een aantal alternatieve frequenties (AF) voor de zender waarop u hebt afgestemd. Als er voor de zender waarop u hebt afgestemd geen alternatieve frequentie wordt uitgezonden, kunt u AF uitschakelen.
Op het display wordt ‘NO TA’ weergegeven en het apparaat geeft regelmatig geluidssignalen.
• Het signaal van de zender waarop u hebt afgestemd, wordt te zwak om de ontvangst van verkeersinformatie mogelijk te maken. Gebruik afstemmen tijdens zoeken om af te stemmen op een andere zender.
• Als de modus TA is ingeschakeld, worden bij afstemmen tijdens zoeken alleen zenders geselecteerd die de ontvangst van verkeersinformatie mogelijk maken.
CD-/MP3-SPELER, CD-/MP3-WISSELAAR Op het display wordt ‘CD ERR’ weergegeven en het apparaat geeft geluidssignalen.
• Controleer of de cd op de juiste manier is ingevoerd en of u geen beschadigde of vuile cd hebt ingevoerd.
Tijdens het afspelen wordt het geluid vervormd.
• De cd-speler kan de cd niet lezen. De cd is beschadigd of vuil.
Tijdens het afspelen met de cd-wisselaar
wordt het geluid vervormd.
• De cd-speler kan de cd niet lezen. De cd is beschadigd of vuil.
• De cd-wisselaar is ingesteld op digitaal in plaats van analoog.
Radio Ik kan niet afstemmen op de gewenste zender.
• Controleer of de antenne volledig is uitgeschoven en juist is aangesloten.
• Controleer of de negatieve connector (bruine draad) is aangesloten op de massa (het chassis).
• Als de gewenste zender te zwak is, probeer dan handmatig af te stemmen.
Op het display wordt de frequentie weergegeven (in plaats van de naam van de zender).
• Het apparaat is afgestemd op een zender die
geen RDS-informatie uitzendt.
• De functie RDS is uitgeschakeld.
*Afhankelijk van de versie
De cd-speler werkt niet.
• Bij koud weer heeft de laser mogelijk last van condensatie. Activeer ongeveer vijf minuten lang de radiomodus van het apparaat om ervoor te zorgen dat het vocht verdampt.
Op het display wordt ‘NO CD’ of ‘NO DISC’ weergegeven.
• Controleer of het cd-mechanisme cd(‘s) bevat.
Loading...