Toyota Proace 2016 Owner's Manual [nl]

Deze handleiding is ervoor bedoeld om u te helpen om onder alle omstandigheden en geheel veilig volop van de mogelijkheden van uw auto te genieten.

Neem de tijd om het aandachtig door te lezen zodat u vertrouwd raakt met uw nieuwe auto.

Symbolen

veiligheidswaarschuwing

In deze handleiding komen alle typen uitrusting binnen het gehele gamma aan bod.

Uw auto kan, afhankelijk van het uitrustingsniveau, het type, de uitvoering en de specifieke kenmerken voor het land waarvoor uw auto bestemd is, slechts van een deel van de in dit boekje vermelde uitrustingen zijn voorzien.

Aan de beschrijvingen en afbeeldingen kunnen geen rechten worden ontleend.

Toyota Motor Europe behoudt zich het recht voor om de technische kenmerken, uitrusting en accessoires te wijzigen zonder deze uitgave van de handleiding bij te hoeven werken.

Dit instructieboekje behoort tot de uitrusting van de auto.

Overhandig het dus bij verkoop van de auto aan de nieuwe eigenaar.

aanvullende informatie

adviezen met betrekking tot de bescherming van het milieu.

Symbolen

Deze symbolen wijzen op de specifieke kenmerken van uw type auto:

Bestelwagen

Toyota Motor Europe beschikt wereldwijd over

een uitgebreid gamma modellen dat wordt gekenmerkt door

een geraffineerde mix van hoogwaardige techniek en constante innovatie,

evenals een moderne en creatieve benadering van het begrip mobiliteit.

Wij danken u voor uw keuze en wensen u veel plezier met uw auto.

Achter het stuur van uw nieuwe auto

geniet u optimaal

			Dubbele cabine met mechanische	als u elke uitrusting,
			kinderbeveiliging
			Dubbele cabine met elektrische	elke schakelaar
				en elke instelling kent.
			kinderbeveiliging
			Combi

Goede reis!

Inhoudsopgave

Overzicht

Stickers

Eco-rijden

Instrumentenpaneel

Instrumentenpanelen Verklikkerlampjes Koelvloeistoftemperatuur Kilometerteller en dagteller Dimmer dashboardverlichting Boordcomputer Touchscreen

Datum en tijd instellen

Toegang tot de auto

Sleutel

Sleutel, afstandsbediening

Smart Entry & Start System Vergrendelen/ontgrendelen van binnenuit Voorportieren

Handbediende schuifdeur(en) Elektrisch bedienbare schuifdeur(en)

Kick-activated side doors opening and locking

Achterdeuren met ruiten Achterklep

Alarm

Elektrisch bedienbare ruiten

	.
			Ergonomie en comfort				Verlichting en zicht
	11		Stuurwielverstelling	99			Spiegels		143
	.		Voorstoelen	99			Lichtschakelaar		146
			Tweezitsbank vóór	104			Verlichting overdag		149
			Smart Cargo	106			Automatische verlichting		149
			Vaste eendelige bank	110			Grootlichtassistent		153
			Vaste stoel en bank achter	113			Koplampen handmatig in hoogte verstellen		155
			Dubbele cabine met vaste achterbank	117			Ruitenwisserschakelaar		156
	14
			Voorzieningen in het interieur	119			Automatische ruitenwissers		157
	17
			Voorzieningen in de laadruimte	122
	31
			Voorzieningen in het
	38
			passagierscompartiment	123
	39		Verwarming / ventilatie	125
	40		Handbediende airconditioning	126
	43		Automatische airconditioning
	46		met gescheiden regeling	128
			Ontwasemen - Ontdooien voorruit
							Veiligheid
			en zijruiten	132
			Buitenspiegelverwarming	133			Alarmknipperlichten		160
			Achterruitverwarming	134			ERA-GLONASS emergency call system		160
	47
			Verwarming - Airconditioning achter	137			Claxon		161
	47		Fuel burner heater/Remote controlled				Elektronische stabiliteitscontrole (ESP)		161
	55		fuel burner heater	138			Toyota Traction Select		164
	72		Plafonnier(s)	141			Veiligheidsgordels		166
	74						Airbags		170
	75
							Kinderzitjes		174
	78
							Uitschakelen van de airbag
	87						vóór aan passagierszijde		177
							ISOFIX-bevestigingen		186
	91
							Mechanisch kinderslot		194
	94
							Elektrische kinderbeveiliging		194
	95
							Kinderbeveiliging van
	98						de ruitbediening achter		195

								Inhoudsopgave
Rijden				Praktische informatie				Technische gegevens
Rijadviezen		196	Brandstoftank		265			Afmetingen		328
Starten - afzetten van de motor, normale			Tankbeveiliging diesel		266			Motoren		332
sleutel, sleutel met afstandsbediening		199	Sneeuwkettingen		268			Gewichten		332
Starten - afzetten van de motor		202	Trekken van een aanhanger		269			Identificatie		337
"Smart Entry & Start System"			Eco-mode		270
Parkeerrem		205
			Accessoires		271
Hill start assist control (HAC)		206
			Dakstangen/imperiaal		273
Handgeschakelde 5-versnellingsbak		207
			Wisserbladen vervangen		274
Handgeschakelde 6-versnellingsbak		207
			Motorkap		276
Schakelindicator		208
			Dieselmotor		277
Automatische transmissie		209
			Niveaus controleren		278
Elektronisch gestuurde versnellingsbak		214
			Controles		281
Stop & Start		218
			AdBlue® en SCR-systeem
Head-up display		222		(dieselmotor)	283			Audio en datacommunicatie			.
Adjustable Speed Limiter (ASL)		224						Noodoproep of Pechhulp		338
Road Sign Assist		225						Toyota Pro Touch with navigation system		341
Snelheidsbegrenzer		229						Toyota Pro Touch		429
Snelheidsregelaar		232						Toyota Radio Bluetooth		483
Adaptive cruise control		236
Forward collision warning and Autonomous
emergency braking system with Pedestrian				Storingen verhelpen
Detection		243
Lane Departure Alert		248	Gevarendriehoek (opbergen)		287
Driver Attention Alert		250	Gereedschapskist		287
Dodehoekbewaking		252	Bandenreparatieset		290
Parkeerhulp		255	Wiel verwisselen		296
Achteruitrijcamera, binnenspiegel		258	Een lamp vervangen		303						.
180°-camerasysteem achter		259	Zekering vervangen		316
Tyre Pressure Warning System (TPWS)		262	12V-accu		321			Trefwoordenregister
			Slepen		325
			Brandstoftank leeg (diesel)		327

Overzicht

Exterieur

Road Sign Assist		225	-228
Forward collision warning		243	-245
Autonomous emergency
braking	243, 246		-248
Driver Attention Alert		250-251
Ruitenwisserbladen vervangen			274
Automatische ruitenwissers		157-158
Voorruitontwaseming			132
Motorkap openen			276

Sleutel	47
Sleutel, afstandsbediening	47-54
Batterijen vervangen,
synchroniseren	54
Smart Entry & Start System	55-71

Batterijen vervangen, synchroniseren 70

Starten/afzetten van de motor
(sleutel, afstandsbediening)	199-201
Starten/afzetten van de motor
Smart Entry & Start System	202-204
Vergrendeling/ontgrendeling
van binnenuit	72-73
Alarm	95-97
Brandstofvuldop, brandstoftank	265-266
Tankbeveiliging	266-267
Brandstoftank leeg,
handopvoerpomp diesel	327

Automatische verlichting	149
Grootlichtassistent	153-154					Voorportieren		74-75
Richtingaanwijzers	148
						AdBlue®-reservoir		283-286
Handmatige
						Gereedschapskist		287-289
koplamphoogteverstelling	155
Lampen vóór vervangen	303-309
Koplampsproeiers	158					Tyre Pressure Warning System
						(TPWS)		262-264
						Banden, spanning	263-264, 337
Parkeerhulp vóór	255-257
						ESC-programma		161-163
Slepen	325-326		Mistlampen vóór	147, 309		ABS, remdrukregelaar (EBD)		162
						CDS, ASR		163
			Dagrijverlichting	149, 305
						Toyota Traction Select	163, 164-165
			Statische bochtverlichting	152
						Sneeuwkettingen		268

4

Overzicht .

Exterieur (vervolg)

Achterdeuren met ruiten		91-93		Accessoires	271-273
				Allesdragers/imperiaal	273
Achterklep		94
Achterruitverwarming		134
Lampen achter vervangen		310, 315
Achterlichten
	(achterdeuren met ruiten) 303, 310-312
Achterlichten
	(achterklep)	303, 313-315
Derde remlicht		311, 314
-	achterdeuren met ruiten
-	achterklep
Kentekenplaatverlichting		311, 314

-achterdeuren met ruiten

-achterklep

Achteruitrijcamera	258
180°-camerasysteem achter	259-261
			Gevarendriehoek	287
Slepen	325-326		Bandenreparatieset	290-295
			Reservewiel, krik, wiel
Trekken van een aanhanger	198, 269		verwisselen	296-302
Parkeerhulp achter	255-257		Bandenspanning	295, 337

Buitenspiegels

143-144

-handmatig verstelbaar

-elektrisch verstelbaar

Buitenspiegelverwarming 133

Dodehoekbewakingssysteem 252-254

Zijknipperlicht		305
Dubbele cabine met vaste
achterbank		117-118
Handbediende
schuifdeur(en)	75-77, 84-86
Elektrisch bedienbare
schuifdeur(en)	78-83, 84-86
Kick-activated side doors
opening		87-90
Mechanische kinderbeveiliging		194
Elektrische kinderbeveiliging		194
Kinderbeveiliging zijruiten achter		195

5

Overzicht

Cockpit

			Plafonniers		141-142
			Binnenspiegel		145
			Achteruitrijcamera op de
			binnenspiegel		258
			ERA-GLONASS
Ventilatieroosters	135		emergency call system		160, 338-339
Handmatige buitenspiegelverstelling	143

Zekeringen dashboard	316-318

Motorkapontgrendeling 276

Handgeschakelde vijf-/zesversnellingsbak		207
Schakelindicator		208
Automatische transmissie	209-213
Elektronisch gestuurde				Parkeerrem	205
versnellingsbak	214-217
Stop & Start-systeem	218-221
Hill start assist control		206

Touchscreen (Toyota Pro Touch with

navigation system)	43-45, 341-428
Touchscreen (Toyota Pro
Touch)	43-45, 429		-482
Toyota Radio Bluetooth	46, 483		-505
Datum en tijd instellen			46
Verwarming/ventilatie			125
Handbediende airconditioning		126-127
Automatische airconditioning
met gescheiden regeling		128-131

Verwarming/airconditioning achter 137

Luchtrecirculatie	125, 126, 131
Ontwasemen/ontdooien vóór		132
Ontwasemen/ontdooien
achterruit		134
12V-aansluiting		121
USB/JACK-aansluiting		122
Uitschakeling airbag vóór
aan passagierszijde		172, 177

6

Cockpit (vervolg)

Instrumentenpanelen		14-16
Verklikkerlampjes		17-30
Koelvloeistoftemperatuur		31
Onderhoudsindicator		31-33
Motorolieniveaumeter		34
AdBlue®-actieradiusindicator		35-37
Kilometerteller		38
Schakelindicator		208
Dimmer dashboardverlichting		39
Boordcomputer		40-42
Datum en tijd instellen		46
Driver Attention Alert		250-251
Elektrisch bedienbare ruiten		98
Elektrische
buitenspiegelverstelling		143
Lichtschakelaar		146-151
Richtingaanwijzers		148
Toyota Traction Select	163, 164-165
Fuel burner heater/Remote
controlled fuel burner heater		138-140
Alarm		95-97
Handmatige
koplamphoogteverstelling		155
Lane Departure Alert		248-249
Dodehoekbewakingssysteem		252-254
Grootlichtassistent		153-154

Head-up display	222-223

Adjustable Speed Limiter (ASL)	224
Snelheidsbegrenzer	229-231
Snelheidsregelaar	232-235
Adaptive cruise control	236-242

Overzicht .

Datum/tijd instellen		46
180°-camerasysteem achter		259-261
Adjustable Speed Limiter (ASL)		224
Road Sign
Assist	225-228, 231, 234, 238
Forward collision warning		243-245
Autonomous emergency
braking	243, 246-249
Stop & Start uitschakelen		220
Ruitenwisserschakelaar		156-159
Boordcomputer		40-42
Vergrendelen/ontgrendelen
vanuit het interieur		72-73
Elektrisch bedienbare
schuifdeur(en)		78-86
Selectieve ontgrendeling
cabine/laadruimte		47-48, 55
Elektrische kinderbeveiliging		194
Alarmknipperlichten		160
Tyre Pressure Warning System
(TPWS) controlesysteem		263-264
Stop & Start uitschakelen		220
CDS/ASR uitschakelen		163
Stuurwiel verstellen		99
Claxon		161

7

Overzicht

Interieur

Voorzieningen interieur

119-122

-bekerhouder

-mat

-zonneklep

-dashboardkastje

-opbergvak

-bovenste opbergvak

-accessoire-aansluitingen, USB, JACK

Gereedschapskist	287-289
Voorstoelen	99-103

-handmatige verstelling

-elektrische verstelling

-hoofdsteun

-stoelverwarming

Veiligheidsgordels 166-168

Plafonniers achter		141
Lampen plafonnier vervangen		312
Dubbele cabine		117-118
Voorzieningen
	laadruimte	122-123
-	sjorogen
-	tussenschot
Accessoires		271-273

Binnenspiegel	145
Plafonnier vóór	141
Lampen plafonnier vervangen	312
Airbags vóór, zij-airbags	170-173
Uitschakelen airbag vóór aan
passagierszijde	172, 177
12V-aansluitingen	121
USB-aansluiting	122
JACK-aansluiting	122
Passagiersbank met 2 zitplaatsen	104-105
Passagiersbankverwarming	105
Smart Cargo	106-109
Schrijftafel	109
Kinderzitjes	174-183
ISOFIX-bevestigingen (dubbele
cabine met vaste achterbank)	186-189

Bandenreparatieset	287-289, 290-295
Reservewiel, krik, wiel
verwisselen	287-289, 296-302

8

Interieur

Voorzieningen interieur

119-122

-bekerhouder

-mat

-zonneklep

-dashboardkastje

-opbergvak

-bovenste opbergvak

-accessoire-aansluitingen, USB, JACK

Gereedschapskist	287-289
Voorstoelen	99-103

-handmatige verstelling

-elektrische verstelling

-tafelstand

-hoofdsteun

-stoelverwarming

Veiligheidsgordels 166-168

Vaste eendelige achterbank	110-112
Stoel en bank achter	113-115
Stickers stoelen	116
Plafonniers achter	142
Lampen plafonnier vervangen	312
Voorzieningen passagierscompartiment	123-124

-bagagenet voor hoge belading

-zijruiten achter

Accessoires

271-272

Overzicht .

Binnenspiegel	145
Plafonnier vóór	142
Lampen plafonnier vervangen	312		Airbags vóór, zij-airbags, window-airbags	170-173
			Uitschakelen airbag vóór aan
			passagierszijde	172, 177
			12V-aansluiting	121
			USB-aansluiting	122
			JACK-aansluiting	122
			Passagiersbank vóór met 2 zitplaatsen	104-105
			Passagiersbankverwarming	105
			Verwarming/ventilatie achter	137

Bandenreparatieset	287-289, 290-295
Reservewiel, krik, wiel
verwisselen	287-289, 296-302

Kinderzitjes	174-181, 184-185
ISOFIX-bevestigingen	186-187, 190-192
Zijruiten achter	124, 195
Vaste eendelige bank	110-112
Stoel en bank achter	113-115
Stickers stoelen	116

9

Overzicht

Onderhoud - Gegevens

		Brandstoftank leeg
Niveaus controleren	278-280	(handopvoerpomp)	327

-olie

-remvloeistof

-stuurbekrachtigingsvloeistof

-koelvloeistof

-ruitensproeiervloeistof, koplampsproeiers

-brandstofadditief (diesel met roetfilter)

Controle van onderdelen

281-282

-accu

-luchtfilter/interieurfilter

-oliefilter

-roetfilter

-remblokken/-schijven

Lampen vervangen		303-315
-	voor
-	achter

Plancher cabine			Motorkapontgrendeling	276
			Onder de motorkap	277
Lampen achter vervangen	315
			Motoren	332-336
Afmetingen	331		AdBlue®	283-286

12V-accu	321-325
Spaarfase accu, eco-mode	270
Zekeringen
motorruimte	316-317, 320
Gewichten	332-336

Afmetingen	328-331
Identificatie	337

10

Overzicht .

Stickers

109

177

92

186

116

107

194

	116				276

	107				140				323

11

Eco-rijden

Eco-rijden

Door in de dagelijkse praktijk een aantal aanwijzingen op te volgen kunt u het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot van uw auto verminderen.

Maak optimaal gebruik van de versnellingsbak

Als uw auto is voorzien van een handgeschakelde versnellingsbak, rijd dan rustig weg, schakel zo snel mogelijk de tweede versnelling in en schakel bij het accelereren bij voorkeur relatief snel over naar een hogere versnelling.

Als uw auto is voorzien van een automatische transmissie of een elektronisch gestuurde versnellingsbak, gebruik dan bij voorkeur de automatische stand en trap het gaspedaal niet bruusk of diep in.

De schakelindicator adviseert u de versnelling in te schakelen die het best geschikt is

voor de rijomstandigheden: volg het op het instrumentenpaneel weergegeven schakeladvies zo snel mogelijk op.

Bij auto's met een elektronisch gestuurde versnellingsbak of een automatische transmissie wordt de schakelindicator uitsluitend in de handmatige stand weergegeven.

Kies voor een soepele rijstijl

Houd afstand van de auto's voor u, rem bij voorkeur af op de motor in plaats van het rempedaal te gebruiken en trap het gaspedaal geleidelijk in. Als u deze aanwijzingen naleeft, neemt het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot af en wordt de geluidsoverlast door het verkeer beperkt.

Als het verkeer goed doorstroomt, gebruik dan vanaf een snelheid van ongeveer 40 km/h de snelheidsregelaar (indien aanwezig).

Gebruik op slimme wijze de elektrische voorzieningen

Als bij het instappen blijkt dat de temperatuur in de auto hoog is opgelopen, open dan alle ruiten en de ventilatieroosters alvorens de airconditioning in te schakelen.

Sluit vanaf een snelheid van 50 km/h de ruiten, maar laat de ventilatieroosters geopend.

Gebruik de voorzieningen in het interieur die de temperatuurstijging kunnen beperken (blinderingspaneel van het panoramadak, zonneschermen, enz.).

Schakel de airconditioning uit zodra de gewenste temperatuur is bereikt (behalve bij auto's met een automatische airconditioning).

Schakel de achterruitverwarming en de ontwaseming uit zodra deze niet meer nodig zijn als deze niet automatisch worden aangestuurd. Schakel de stoelverwarming zo snel

mogelijk uit.

Schakel de verlichting en de mistlampen uit als het zicht voldoende is.

Laat de motor vooral 's winters na het starten niet stationair warmdraaien, maar rijd zo snel mogelijk weg: uw auto warmt sneller op als u rijdt.

Sluit als passagier zo min mogelijk multimediaapparatuur (DVD-speler,

MP3-speler, spelcomputer, enz.) op de auto aan om het elektriciteitsverbruik, en dus het brandstofverbruik, te beperken.

Koppel externe apparatuur los als u de auto verlaat.

12

Beperk de oorzaken van een hoger brandstofverbruik

Verdeel het gewicht evenwichtig over de auto: plaats de zwaarste voorwerpen in de bagageruimte, zo dicht mogelijk bij de achterbank.

Beperk de belading en de luchtweerstand (dakdragers, imperiaal, fietsendrager, aanhanger, enz.) van uw auto. Gebruik liever een dakkoffer.

Verwijder na gebruik de dakdragers en het imperiaal.

Houd u aan de onderhoudsvoorschriften

Controleer regelmatig de bandenspanning (bij koude banden), houd u daarbij aan de

bandenspanning die staat vermeld op de sticker op de portiersponning aan bestuurderszijde. Controleer de bandenspanning met name:

-voor een lange rit,

-bij de wisseling van de seizoenen,

-als de auto gedurende langere tijd niet is gebruikt.

Vergeet niet de bandenspanning van het reservewiel en van de wielen van de aanhanger of de caravan te controleren.

Vervang na de winter zo snel mogelijk de	Laat uw auto regelmatig onderhouden (olie
winterbanden door zomerbanden.	verversen, oliefilter, luchtfilter en interieurfilter
	vervangen, enz.) en houd u daarbij aan het aan
	uw situatie aangepaste onderhoudsschema van
	de fabrikant.
	Als bij een dieselmotor het SCR-systeem defect
	is, wordt uw auto vervuilend. Ga direct naar een
	erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur
	of een andere naar behoren gekwalificeerde
	en uitgeruste deskundige om de uitstoot
	van stikstofoxiden terug te brengen naar het
	wettelijk toegestane niveau.

Eco-rijden .

Laat bij het tanken het vulpistool niet meer dan drie keer afslaan; zo voorkomt u dat brandstof uit de tank stroomt.

U zult bij een nieuwe auto merken dat pas na 3000 km het gemiddelde brandstofverbruik zich stabiliseert.

13

Instrumentenpaneel

Instrumentenpaneel met LCD-display

Meters en displays				Bedieningstoetsen
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).		6.	Brandstofniveaumeter.	A. Dimmer verlichting.
2.	Koelvloeistoftemperatuurmeter.	7.	Motorolieniveaumeter.	B. Resetten van de onderhoudsindicator.
3.	Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of	8.	Onderhoudsindicator en vervolgens	Volgens uitvoering: resetten van de
	de snelheidsbegrenzer.		kilometerteller (km of miles).	dagteller.
4.	Digitale snelheidsmeter (km/h of mph).		Deze functies worden achtereenvolgend	Datum en tijd instellen.
5.	Schakelindicator.		weergegeven na het aanzetten van het	Tijdelijk weergegeven informatie:
	Ingeschakelde versnelling automatische		contact.	-	onderhoud,
	transmissie of elektronisch gestuurde	9.	Dagteller (km of miles).	-	actieradius vloeistof emissieregeling
	versnellingsbak.	10.	Toerenteller (x 1000 t/min of rpm).		(AdBlue®).

14

		Instrumentenpaneel
Instrumentenpaneel met LCD Tekst-display			1

Meters en displays				Bedieningstoetsen
1.	Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).	6.	Schakelindicator.	A. Resetten van de onderhoudsindicator.
2.	Brandstofniveaumeter.		Ingeschakelde versnelling automatische		Tijdelijk weergegeven informatie:
3.	Koelvloeistoftemperatuurmeter.		transmissie of elektronisch gestuurde		-	onderhoud,
4.	Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of	7.	versnellingsbak.		-	actieradius vloeistof emissieregeling
5.	de snelheidsbegrenzer.		Onderhoudsindicator en vervolgens	B.		(AdBlue®).
	Digitale snelheidsmeter (km/h of mph).		kilometerteller (km of miles), dagteller		Dimmer verlichting.
		8.	(km of miles), weergave van meldingen, ...	C.	Resetten dagteller en tripmeter.
			Toerenteller (x 1000 t/min of rpm).

15

Instrumentenpaneel

Instrumentenpaneel met matrixdisplay

Meters en displays				Bedieningstoetsen
1.	Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).	6.	Zone voor het weergeven van:	A. Resetten van de onderhoudsindicator.
2.	Brandstofniveaumeter.		waarschuwingsmeldingen of		Weergave logboek
3.	Koelvloeistoftemperatuurmeter.		meldingen over de status van functies,		waarschuwingsmeldingen.
4.	Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of		boordcomputer, digitale snelheidsmeter		Weergave van de volgende informatie:
	de snelheidsbegrenzer.		(km/h of mph), ...		-	onderhoud,
5.	Schakelindicator.	7.	Onderhoudsindicator en vervolgens		-	actieradius vloeistof emissieregeling
	Ingeschakelde versnelling automatische		kilometerteller (km of miles).			(AdBlue®).
	transmissie of elektronisch gestuurde		Deze functies worden achtereenvolgend	B.	Dimmer verlichting.
	versnellingsbak.		weergegeven na het aanzetten van het	C.	Resetten van de dagteller.
			contact.
		8.	Dagteller (km of miles).
		9.	Toerenteller (x 1000 t/min of rpm).

16

Verklikkerlampjes

De verklikkerlampjes geven de bestuurder informatie over de werking van een systeem (ingeschakeld of uitgeschakeld) of waarschuwen de bestuurder in het geval van een storing (waarschuwingslampje).

Bij het aanzetten van het contact

Als het contact wordt aangezet, gaan bepaalde waarschuwingslampjes enkele seconden branden.

Zodra de motor wordt gestart, moeten deze lampjes weer uitgaan.

Als een lampje blijft branden, controleer dan voordat u gaat rijden welke functie het betreft.

Bijbehorende waarschuwingen

Een aantal verklikkerlampjes kan op twee manieren oplichten: permanent of knipperend. Aan de manier van oplichten in combinatie met het functioneren van de auto valt af te lezen of er sprake is van een normale situatie of een storing. Bij een storing kan het lampje gaan branden in combinatie met een geluidssignaal en/of een melding.

Waarschuwingslampjes

Als bij draaiende motor of tijdens het rijden een van de volgende verklikkerlampjes gaat branden, wijst dit op een storing in het desbetreffende systeem en moet de bestuurder actie ondernemen.

Lees in het geval van een storing waarbij een waarschuwingslampje gaat branden de aanvullende informatie, die via een bijbehorende melding wordt weergegeven.

Als u tegen problemen aanloopt, neem dan contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Instrumentenpaneel

Verklikkerlampjes ingeschakelde 1 functies

De volgende verklikkerlampjes op het instrumentenpaneel en/of op het display van het instrumentenpaneel geven aan dat de desbetreffende functie is ingeschakeld.

Verklikkerlampjes uitgeschakelde functies

De volgende verklikkerlampjes geven aan dat de desbetreffende functie handmatig is uitgeschakeld. Soms klinkt er ook een geluidssignaal en verschijnt er een melding.

17

Instrumentenpaneel

		Controlelampje		Status	Oorzaak	Acties / Opmerkingen
			STOP	permanent,	Dit waarschuwingslampje gaat	Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
				in combinatie	branden in het geval van een	Parkeer de auto, zet het contact UIT en neem
				met een ander	ernstige storing van de motor, het	direct contact op met een erkende Toyota-dealer of
				waarschuwingslampje,	remsysteem, de stuurbekrachtiging	hersteller/reparateur of een andere naar behoren
				een geluidssignaal en	enz. of een ernstige elektrische	gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
				een melding.	storing.
			Parkeerrem	permanent.	De parkeerrem is aangetrokken of	Zet de parkeerrem vrij zodat het verklikkerlampje
					niet goed vrijgezet.	uitgaat; trap het rempedaal in.
						Houd u aan de veiligheidsvoorschriften.
						Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
						informatie over de parkeerrem.
			Remsysteem	permanent.	Het remvloeistofniveau is te laag.	Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
						Vul het niveau bij met een vloeistof voorzien van een
						artikelnummer van Toyota.
						Laat, als het probleem aanhoudt, het systeem
						direct nakijken door een erkende Toyota-dealer of
						hersteller/reparateur of een andere naar behoren
						gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
				permanent, in	Er is een storing in de elektronische	Laat het direct nakijken door een erkende Toyota-
+				combinatie met het	remdrukregelaar (REF).	dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
				waarschuwingslampje		behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
				ABS.

18

						Instrumentenpaneel
								1
	Controlelampje		Status	Oorzaak		Acties / Opmerkingen
		Autogordel(s)	permanent	Een van de autogordels is niet		Trek aan de gordel en klik de gesp vast in de
		niet vastgemaakt	of knippert in	vastgemaakt of weer losgemaakt.		gesphouder.
		of weer	combinatie met een
		losgemaakt	geluidssignaal.
		Laadstroom	permanent.	Er is een storing in het laadstroomcircuit		Het lampje moet bij het starten van de motor uitgaan.
		accu*		van de accu (vervuilde of losgeraakte		Neem direct contact op met een erkende Toyota-
				accuklemmen, aandrijfriem dynamo niet		dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
				correct gespannen of gebroken...).		behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als
						het niet uitgaat.
		Motoroliedruk	permanent.	Er is een storing in de motorsmering.		Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
						Parkeer de auto, zet het contact UIT en neem
						direct contact op met een erkende Toyota-dealer of
						hersteller/reparateur of een andere naar behoren
						gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
		Te hoge	permanent, met de	De temperatuur van de koelvloeistof		Zet de auto zo snel mogelijk stil op een veilige plaats.
		koelvloeistoftemperatuur	wijzer in het rode	is te hoog.		Wacht met het eventueel bijvullen van de koelvloeistof
			gebied.			tot de motor is afgekoeld.
	of					Neem, als het probleem aanhoudt, direct
			permanent (uitsluitend bij			contact op met een erkende Toyota-dealer of
						hersteller/reparateur of een andere naar behoren
			het instrumentenpaneel
						gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
			met LCD-display).

* Volgens land van bestemming.

19

Instrumentenpaneel

				Controlelampje		Status	Oorzaak	Acties / Opmerkingen
					Een of meer	permanent, in combinatie	Een voorportier, een schuifdeur of de	Sluit het desbetreffende carrosseriedeel.
					portieren	met een melding die het	linker achterdeur of de achterklep is	Als uw auto is voorzien van achterdeuren met
					geopend	desbetreffende carrosseriedeel	nog open.	ruiten en de rechterdeur nog open is, wordt dit niet
						aangeeft, bij een snelheid lager		vastgesteld door dit waarschuwingslampje.
						dan 10 km/h.
						permanent, in combinatie
						met een melding die
						het desbetreffende
						carrosseriedeel aangeeft en
						een geluidssignaal, bij een
						snelheid hoger dan 10 km/h.
					Laag	permanent, met de	Als het lampje gaat branden zit er	Ga zo snel mogelijk tanken om te voorkomen dat u
					brandstofniveau	naald in het rode	nog minder dan 8 liter brandstof in	met een lege tank strandt.
						gebied.	de tank.	Dit controlelampje gaat elke keer na het aanzetten
		of						van het contact branden zolang er niet voldoende
								brandstof getankt is.
						permanent (uitsluitend		Inhoud brandstoftank: ongeveer 69 liter.
						bij auto's met een		Rijd nooit door tot de tank helemaal leeg is,
						instrumentenpaneel		hierdoor kunnen het emissieregelsysteem en het
						met LCD-display).		injectiesysteem beschadigd raken.
					Aanwezigheid	permanent	Er bevindt zich water in het	Risico van beschadiging van het inspuitsysteem.
					water in	(uitsluitend bij LCD-	brandstoffilter.	Neem direct contact op met een erkende Toyota-
					brandstof	instrumentenpaneel).		dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
								behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

20

								Instrumentenpaneel
										1
			Controlelampje		Status	Oorzaak		Acties / Opmerkingen
				Zelfdiagnose	permanent, in	Er is sprake van een ernstige		Zet de auto zo snel mogelijk op een veilige plaats stil.
				motor	combinatie met het	motorstoring.		Parkeer de auto, zet het contact UIT en neem
	+				verklikkerlampje			direct contact op met een erkende Toyota-dealer of
					STOP.			hersteller/reparateur of een andere naar behoren
								gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
				Zelfdiagnose	permanent.	Er is een storing in de		Het verklikkerlampje moet doven als de motor wordt gestart.
				motor		emissieregeling.		Neem direct contact op met een erkende Toyota-dealer
								of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
								gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als het niet uitgaat.
					knippert.	Er is een storing in het		Kans op beschadiging van de katalysator.
						motormanagementsysteem.		Laat het direct nakijken door een erkende Toyota-
								dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
								behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
	+				permanent, in combinatie	Er is sprake van een lichte		Laat het direct nakijken door een erkende Toyota-
					met het verklikkerlampje	motorstoring.		dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
					SERVICE.			behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
				Voorgloeien	permanent.	Het contact staat in de 2e stand		Wacht met starten tot het controlelampje uitgaat.
				dieselmotor		(contact).		Wanneer het lampje uitgaat, wordt de motor
						Of		onmiddellijk gestart, op voorwaarde dat:
						De knop "START/STOP" is ingedrukt.		- het koppelingspedaal is ingetrapt bij een auto met
								een handgeschakelde versnellingsbak,
								- het rempedaal ingetrapt wordt gehouden bij een
								auto met een automatische transmissie of een
								elektronisch gestuurde versnellingsbak.
								De wachttijd is afhankelijk van de weersomstandigheden
								(in extreme gevallen 30 seconden).
								Als de motor niet wil aanslaan, zet dan het contact af.
								Zet het contact vervolgens weer aan en wacht opnieuw
								tot het lampje uitgaat voordat u de motor start.

21

Instrumentenpaneel

	Controlelampje		Status	Oorzaak	Acties / Opmerkingen
		Tyre Pressure	permanent, in	De bandenspanning van een of	Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
		Warning System	combinatie met een	meerdere wielen is te laag.	De controle dient bij voorkeur bij koude banden te
		(TPWS)	geluidssignaal en een		worden uitgevoerd.
			melding.		Elke keer nadat u een of meer banden op spanning
					hebt gebracht en na het verwisselen van een of meer
					wielen, moet u het systeem resetten.
					Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
					informatie over het Tyre Pressure Warning System
					(TPWS) controlesysteem.
+			knippert en brandt	Er zit een storing in de functie: de	Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.
			vervolgens permanent,	bandenspanning wordt niet meer	Laat het systeem direct nakijken door een erkende
			in combinatie met	gecontroleerd.	Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
			het verklikkerlampje		andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
			Service.		deskundige.
		Voet op het	permanent.	Het rempedaal moet worden	Bij de automatische transmissie of elektronisch
		rempedaal		ingetrapt.	gestuurde versnellingsbak moet u bij een draaiende
					motor en voordat u de parkeerrem vrijzet het
					rempedaal intrappen om de selectiehendel vanuit
					stand P of N in een andere stand te kunnen zetten.
					Als u de parkeerrem vrijzet zonder het rempedaal in te
					trappen, zal dit verklikkerlampje blijven branden.
		Voet op het	permanent.	In de STOP-stand van het Stop &	Trap bij een auto met een handgeschakelde
		koppelingspedaal		Start-systeem wordt de motor niet	versnellingsbak het koppelingspedaal volledig in zodat
				gestart als u het koppelingspedaal	de motor gestart kan worden.
				slechts gedeeltelijk intrapt.

22

								Instrumentenpaneel
										1
			Controlelampje		Status	Oorzaak		Acties / Opmerkingen
				Antiblokkeersysteem	permanent.	Er is een storing in het		De normale remwerking blijft behouden.
				(ABS)		antiblokkeersysteem.		Rijd voorzichtig met een lagere snelheid en neem
								direct contact op met een erkende Toyota-dealer of
								hersteller/reparateur of een andere naar behoren
								gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
				Forward	knippert.	Het systeem wordt geactiveerd.		Het systeem remt de auto kort af om de snelheid van
				collision warning/				de aanrijding met de voorligger te beperken.
				Autonomous
				emergency
				braking system	permanent, in	Storing in het systeem.		Laat het systeem direct nakijken door een erkende
				with Pedestrian	combinatie met een			Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
				Detection	melding en een			andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
					geluidssignaal.			deskundige.
					permanent, in	Het systeem is uitgeschakeld (via het		Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
					combinatie met een	menu).		informatie over de Forward collision warning/
					melding.			Autonomous emergency braking system with
								Pedestrian Detection
				Roetfilter	permanent, in combinatie	Geeft aan dat het roetfilter verstopt		Ga als de omstandigheden het toelaten het roetfilter
				(Diesel)	met een geluidssignaal	begint te raken.		regenereren door met een snelheid van meer dan
					en het bericht dat			60 km/h te rijden tot het lampje dooft.
					waarschuwt voor een
					kans op verstopping van
					het roetfilter.
					permanent, in combinatie	Geeft aan dat het minimumniveau		Laat het reservoir zo snel mogelijk bijvullen door een
					met een geluidssignaal	van het brandstofadditief is bereikt.		erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
					en het bericht dat			andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste
					waarschuwt voor een te			deskundige.
					laag additiefniveau voor
					het roetfilter.

23

Instrumentenpaneel

Controlelampje		Status	Oorzaak	Acties / Opmerkingen
	Airbags	tijdelijk.	Het lampje brandt gedurende enkele	Het lampje moet doven zodra de motor wordt gestart.
			seconden en dooft als het contact	Neem direct contact op met een erkende Toyota-
			wordt aangezet.	dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
				behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als
				het niet uitgaat.
		permanent.	Er is een storing in een van de	Laat ze direct nakijken door een erkende Toyota-
			airbags of de pyrotechnische	dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
			gordelspanners.	behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
	Airbag vóór aan	permanent, op	De schakelaar op de zijkant van het	Zet de schakelaar in de stand "ON" om de airbag vóór
	passagierszijde	het display van de	dashboard aan passagierszijde staat	aan passagierszijde in te schakelen. Bevestig in dit
		verklikkerlampjes voor	in de stand "OFF".	geval op deze zitplaats geen kinderzitje met de "rug in
		de veiligheidsgordels	De airbag vóór aan passagierszijde is	de rijrichting".
		en de airbag vóór aan	uitgeschakeld.
		passagierszijde.	U kunt een kinderzitje met de "rug
			in de rijrichting" plaatsen, behalve
			in het geval van een storing in het
			airbagsysteem (verklikkerlampje
			airbags brandt).
	Passagiersairbag	permanent.	De schakelaar in het dashboard	Zet de schakelaar in de stand "OFF" om de
			aan passagierszijde staat in de	passagiersairbag uit te schakelen.
			stand "ON".	U kunt een kinderzitje met de "rug in de rijrichting"
			De passagiersairbag is ingeschakeld.	plaatsen, behalve in het geval van een storing in het
			Plaats in dit geval geen kinderzitje	airbagsysteem (verklikkerlampje airbags brandt).
			met de "rug in de rijrichting" op de
			voorpassagiersstoel.

24

Instrumentenpaneel

1

Controlelampje

Status

Oorzaak

Acties / Opmerkingen

Elektronisch

permanent.

De toets is ingedrukt en het

Druk op de toets om de functie ESP/ASR in te

stabiliteitsprogramma

verklikkerlampje brandt.

schakelen. Het verklikkerlampje dooft.

(ESP /ASR)

De functie ESP/ASR is uitgeschakeld.

De functie ESP/ASR wordt automatisch ingeschakeld

ESP: dynamische stabiliteitscontrole.

als de motor wordt gestart.

ASR: antislipregeling.

Na uitschakelen van het systeem wordt het

automatisch opnieuw ingeschakeld bij snelheden

hoger dan ongeveer 50 km/h.

Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor

meer informatie over het elektronisch

stabiliteitsprogramma (ESC) en in het bijzonder de

CDS/ASR.

Dynamische

knippert.

De ESP-/ASR-regeling is actief.

Deze functie verbetert de aandrijving en zorgt voor

stabiliteitscontrole

een betere koersstabiliteit als de wielen te weinig grip

(ESP/ASR)

hebben of de auto uit de koers dreigt te raken.

permanent.

Storing in het ESP-/ASR-systeem.

Laat het systeem direct nakijken door een erkende

Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere

naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

Stuurbekrachtiging

permanent.

Er is een storing met betrekking tot

Rijd voorzichtig en met lage snelheid.

de stuurbekrachtiging.

Laat het direct nakijken door een erkende Toyota-

dealer of hersteller/reparateur of een andere naar

behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

25

Instrumentenpaneel

	Controlelampje		Status	Oorzaak	Acties / Opmerkingen
		AdBlue®	permanent zodra het	De actieradius ligt tussen de 600 en	Laat het AdBlue®-reservoir zo snel mogelijk
		(diesel)	contact is aangezet,	2400 km.	bijvullen: ga direct naar een erkende Toyota-dealer
			in combinatie met een		of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
			geluidssignaal en een		gekwalificeerde en uitgeruste deskundige of voer de
			melding van het aantal		werkzaamheden zelf uit.
			kilometers dat u nog
			kunt rijden.
			knippert, in	De actieradius ligt tussen de 0 en	Vul het AdBlue®-reservoir bij om te voorkomen dat u
			combinatie met een	600 km.	pech krijgt: ga direct naar een erkende Toyota-dealer
			geluidssignaal en een		of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
			melding van het aantal		gekwalificeerde en uitgeruste deskundige of voer de
			kilometers dat u nog		werkzaamheden zelf uit.
			kunt rijden.
			knippert, in	Het AdBlue®-reservoir is leeg:	Vul het AdBlue®-reservoir bij om te zorgen dat u de
			combinatie met een	het starten van de motor wordt	motor kunt starten: ga direct naar een erkende Toyota-
			geluidssignaal en een	geblokkeerd door het wettelijk	dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
			melding dat starten	verplichte startblokkeringssysteem.	behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige of
			niet is toegestaan.		voer de werkzaamheden zelf uit.
					U moet het vloeistofreservoir bijvullen met minimaal
					3,8 liter AdBlue®.

Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor het bijvullen van AdBlue® of voor meer informatie over AdBlue®.

26

							Instrumentenpaneel
									1
		Controlelampje		Status	Oorzaak		Acties / Opmerkingen
			SCR-	permanent zodra het	Er is een storing in het SCR-		Deze waarschuwing verdwijnt zodra de uitstoot van
			emissieregelsysteem	contact is aangezet,	emissieregelsysteem.		uitlaatgassen weer aan de normen voldoet.
	+		(diesel)	in combinatie met
				het branden van het
	+			verklikkerlampje SERVICE
				en het verklikkerlampje
				zelfdiagnose motor, een
				geluidssignaal en een
				melding.
				knippert zodra het contact	Na bevestiging van de storing in		Neem direct contact op met een erkende Toyota-
				is aangezet, in combinatie	het emissieregelsysteem kunt u		dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
				met het branden van	maximaal 1100 km afleggen voordat		behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige om
				het verklikkerlampje	het systeem het starten van de motor		te voorkomen dat u pech krijgt.
				SERVICE en het	blokkeert.
				verklikkerlampje
				zelfdiagnose motor, een
				geluidssignaal en een
				melding met betrekking tot
				de actieradius.
				knippert zodra het contact	U hebt de actieradius overschreden		Neem direct contact op met een erkende Toyota-
				is aangezet, in combinatie	die is toegestaan na de		dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
				met het branden van	bevestiging van de storing in het		behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige
				het verklikkerlampje	emissieregelsysteem: het starten van		om de motor te kunnen starten.
				SERVICE en het	de motor wordt geblokkeerd door het
				verklikkerlampje	startblokkeringssysteem.
				zelfdiagnose motor, een
				geluidssignaal en een
				melding.

27

Instrumentenpaneel

	Controlelampje		Status	Oorzaak	Acties / Opmerkingen
		Service	brandt tijdelijk.	Er is een kleine storing	Identificeer de storing met behulp van de bijbehorende
				opgetreden waarbij geen specifiek	melding, bijvoorbeeld:
				verklikkerlampje gaat branden.	- een te laag motorolieniveau,
					- een te laag niveau van de ruiten-/
					koplampsproeiervloeistof,
					- een bijna lege batterij van de afstandsbediening,
					- een te lage bandenspanning,
					- een vervuild roetfilter bij auto's met dieselmotor.
					- ...
					Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
					informatie over de controles, in het bijzonder van het
					roetfilter.
					Neem voor eventuele andere storingen of defecten
					contact op met een erkende Toyota-dealer of
					hersteller/reparateur of een andere naar behoren
					gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
			permanent.	Er is een ernstige storing	Stel de storing of het defect vast aan de hand van de
				opgetreden waarbij geen specifiek	melding en neem contact op met een erkende Toyota-
				verklikkerlampje gaat branden.	dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
					behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
			permanent, waarbij	Het interval voor de onderhoudsbeurt	Alleen dieseluitvoeringen.
+			de sleutel van de	is overschreden.	Laat de onderhoudsbeurt van uw auto zo snel
			onderhoudsindicator eerst		mogelijk uitvoeren.
			knippert en vervolgens
			permanent brandt.
		Mistachterlichten	permanent.	De mistachterlichten zijn	Draai de ring naar achteren om de mistachterlichten
				ingeschakeld.	uit te schakelen.

28

							Instrumentenpaneel
									1
		Controlelampje		Status	Oorzaak		Acties / Opmerkingen
			Automatische	permanent.	De ruitenwisserschakelaar is naar		De automatische stand van de ruitenwissers vóór is
			ruitenwissers		beneden bewogen.		geactiveerd.
							Beweeg om de automatische stand van de
							ruitenwissers te deactiveren de hendel omlaag of zet
							de hendel in een andere stand.
			Grootlichtassistent	permanent.	De lichtschakelaar staat in de		De camera boven aan de voorruit stuurt het inen
					stand "AUTO" en de functie is		uitschakelen van het grootlicht aan, afhankelijk van de
					ingeschakeld.		hoeveelheid omgevingslicht en de verkeerssituatie.
					Het grootlicht gaat branden als de		Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
					hoeveelheid omgevingslicht en de		informatie over de grootlichtassistent.
					verkeerssituatie het toestaan.
			Stop & Start	permanent.	Het Stop & Start-systeem heeft de motor		Het lampje gaat uit en de motor wordt automatisch
					in de STOP-stand gezet (verkeerslicht,		gestart (START-stand) als u wilt wegrijden.
					stopbord, opstopping, enz.).
				knippert enkele	De STOP-stand is nu niet		Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
				seconden en gaat	beschikbaar.		informatie over het Stop & Start -systeem.
				dan uit.	of
					De motor wordt automatisch in de
					START-stand gezet.
			Lane Departure	permanent.	Het Lane Departure Alert		Het Lane Departure Alert is ingeschakeld.
			Alert		is geactiveerd.		Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
							informatie over het Lane Departure Alert.
			Dodehoekbewaking	permanent.	De functie dodehoekbewaking is		Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
					geactiveerd.		informatie over de dodehoekbewaking.

29

Instrumentenpaneel

Controlelampje		Status	Oorzaak	Acties / Opmerkingen
	Mistlampen vóór	permanent.	De mistlampen vóór zijn ingeschakeld	Draai de ring van de lichtschakelaar één stand naar
			met de ring van de lichtschakelaar.	achteren om de mistlampen vóór uit te schakelen.
	Parkeerlichten	permanent.	De lichtschakelaar staat in de stand
			"Parkeerlichten".
	Richtingaanwijzer	knippert, met	Als u de lichtschakelaar omlaag
	links	geluidssignaal.	beweegt.
	Richtingaanwijzer	knippert, met	Als u de lichtschakelaar omhoog
	rechts	geluidssignaal.	beweegt.
	Dimlicht	permanent.	De lichtschakelaar staat in de stand
			"Dimlicht".
	Grootlicht	permanent.	Als u de lichtschakelaar naar u toe	Trek aan de lichtschakelaar om terug te schakelen
			trekt.	naar dimlicht.

Raadpleeg voor meer informatie over de lichtschakelaar de desbetreffende rubriek.

30