Aprilia MX125 User Manual [nl]

MX
125
use+maintenancebook
aprilia part# 8104764
© 2003 aprilia s.p.a. - Noale (VE)

VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN

TECHNISCHE INFORMATIE

Eerste uitgave: oktober 2003
Opgesteld en gedrukt door:
DECA s.r.l.
Via Risorgimento, 23/1 - Lugo (RA) - Italia Tel. +39 - 0545 35235 Fax +39 - 0545 32844 E-mail: deca@decaweb.it www.decaweb.it
in opdracht van :
aprilia s.p.a.
via G. Galilei, 1 - 30033 Noale (VE) - Italy Tel. +39 - (0)41 58 29 111 Fax +39 - (0)41 44 10 54 www.aprilia.com
De hierna opgesomde waarschuwingen worden in de hele handleiding gebruikt:
Dit symbool wijst op gevaar voor
uw veiligheid. Dit symbool, dat op het voertuig of in de handleiding staat, wijst op gevaarlijke situaties die verwondingen kunnen veroorzaken. Als u het voorschrift dat bij het symbool hoort niet naleeft, kunt u uw eigen veiligheid, die van anderen en die van het voertuig in gevaar brengen!
WAARSCHUWING
Dit symbool wijst op zeer gevaarlijke situaties met mogelijke ernstige verwondingen of de dood als gevolg.
OPGELET
Dit symbool waarschuwt voor gevaar voor lichte verwondingen of schade aan het voertuig.
BELANGRIJK Het woord
"BELANGRIJK" staat in deze handleiding bij belangrijke informatie of instructies.
De handelingen waarbij dit symbool
+
staat, dienen ook aan de andere
kant van het voertuig te worden herhaald. Indien niet expliciet vermeld, dienen de
demontagehandelingen in de omgekeerde volgorde te worden uitgevoerd om het geheel opnieuw te monteren.
De woorden "rechts" en "links " gaan altijd uit van de bestuurder die in een normale rijhouding op het voertuig zit.
WAARSCHUWINGEN ­VOORZORGEN -ALGEMENE RAADGEVINGEN
l
Voordat u het voertuig aanzet, dient u deze handleiding aandachtig te lezen, en in het bijzonder het hoofdstuk over "VEILIG RIJDEN".
Uw eigen veiligheid en die van de anderen hangt niet alleen af van uw snelle reflexen of behendigheid, maar ook van uw kennis van het voertuig, het onderhoud en uw kennis van de basisvoorschriften voor VEILIG RIJDEN. Wij raden u dus aan vertrouwd te raken met het voertuig zodat u zich veilig en zeker in het verkeer kunt begeven.
BELANGRIJK Men dient van elk
lampje een reservelampje in het voertuig ter beschikking te houden (zie hiervoor de technische gegevens).
Gebruik en onderhoud MX 125
2
BELANGRIJK De onderhavige
gebruiksaanwijzingen (handleiding) maken integraal deel uit van het voertuig en dienen het voertuig altijd te vergezellen, ook als het aan derden wordt overgedragen.
aprilia heeft bij het opstellen van deze gebruiksaanwijzingen zo veel mogelijk ernaar gestreefd correcte en actuele informatie te verstrekken. Omdat de producten van aprilia echter voortdurend worden verbeterd, kan het toch gebeuren dat u kleine verschillen aantreft tussen de kenmerken van het voertuig dat u bezit en het voertuig dat in deze gebruiksaanwijzingen wordt beschreven. Contacteer uw erkende aprilia dealer als u uitleg nodig hebt omtrent de informatie in deze handleiding.
Contacteer uitsluitend aprilia dealers of erkende servicecentra voor controles en reparaties die niet in deze handleiding zijn beschreven of voor originele onderdelen, accessoires en andere producten of specifieke raadgevingen. Alleen onze aprilia dealers en erkende centra staan borg voor een snelle en accurate service.
Wij zijn van mening dat u een goede keuze hebt gemaakt en wensen u veel rijgenot.
De rechten om de onderhavige documentatie elektronisch op te slaan, te verveelvoudigen en geheel of gedeeltelijk aan te passen, zijn voorbehouden voor alle landen.
BELANGRIJK In sommige landen
heersen milieuvoorschriften, voorschriften
met betrekking tot het geproduceerde geluid en verplichte regelmatige controles .
De gebruiker die het voertuig in een van deze landen gebruikt, dient:
zich tot een aprilia dealer te wenden
om de betrokken componenten te laten vervangen door nieuwe die in het land van gebruik zijn goedgekeurd;
de verplichte controles te laten
uitvoeren.
BELANGRIJK Bij de aankoop van
het voertuig noteert u de nummers die op het PLAATJE MET DE ONDERDELENNUMMERS staan. Dit plaatje zit op het frame onder het zadel; om het te kunnen lezen, dient het zadel te worden verwijderd.
Deze gegevens identificeren:
productiejaar (Y,1,2,º);modificatiecode (A, B, C, º);land van homologatie (I, UK, A, º).
en dienen aan de officiële Dealer te worden vermeld als referentie voor de
aankoop van details van reserveonderdelen of specifieke accessoires van het model dat u bezit.
In deze handleiding worden de verschillende uitvoeringen met de volgende symbolen aangeduid:
7 optioneel
uitvoering Free Power
UITVOERING:
Italië Singapore
I
Verenigd
UK
Koninkrijk
Oostenrijk Israël
A
Portugal Zuid-Korea
P ROK
Finland Maleisië
SF
België Chili
B
Duitsland Kroatië
D
Frankrijk Australië
Spanje Verenigde
E
Griekenland Brazilië
GR
Nederland Republiek van
NL
Zwitserland Nieuw Zeeland
CH
Denemarken Canada
DK
Japan
J
SGP
SLO
IL
MAL
RCH
HR
AUS
BR
RSA
NZ
CDN
Slovenië
Staten
Zuid-Afrika
Gebruik en onderhoud MX 125
3

ALGEMENE INHOUD

VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN .................. 2
TECHNISCHE INFORMATIE ............................... 2
WAARSCHUWINGEN - VOORZORGEN -
ALGEMENE RAADGEVINGEN........................... 2
ALGEMENE INHOUD ........................................... 4
BASISVEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.............. 6
KLEDING .............................................................. 9
ACCESSOIRES .................................................. 10
LADING............................................................... 10
LOCATIE V.D. BELANGRIJKSTE
ELEMENTEN ....................................................... 12
PLAATS VAN DE INSTRUMENTEN................. 14
INSTRUMENTEN EN CONTROLELAMPJES . 15
TABEL VAN DE INSTRUMENTEN EN
CONTROLELAMPJESI....................................... 16
MULTIFUNCTIONEEL DIGITAAL DISPLAY ...... 17
DE BATTERIJ VERVANGEN ............................. 31
DE BELANGRIJKSTE ONAFHANKELIJKE
BEDIENINGSELEMENTEN................................ 32
OP DE LINKERKANT VAN HET STUUR ........... 32
CONTACTSCHAKELAAR .................................. 33
STUURSLOT ...................................................... 33
EXTRA UITRUSTINGEN .................................... 34
HANDSCHOENKASTJE/ GEREEDSCHAPSET 34
VALHELMVERGRENDELING ............................ 34
SPECIAAL GEREEDSCHAP
BELANGRIJKSTE COMPONENTEN ............... 36
BRANDSTOF...................................................... 36
VERSNELLINGSBAKOLIE ................................. 36
TAKTOLIETANK ................................................. 37
REMVLOEISTOF - aanbevelingen ..................... 38
SCHIJFREMMEN ............................................... 38
VOORSTE REM ................................................. 39
ACHTERSTE REM ............................................. 40
DE ACHTERREM IN DE
HOOGTE VERSTELLEN .................................... 41
DE KOPPELING AFSTELLEN............................ 42
BANDEN ............................................................. 43
-........................ 35
KOELVLOEISTOF ............................................. 44
UITLAATDEMPER ............................................. 46
GEBRUIKSVOORSCHRIFTEN.......................... 47
CONTROLES VOOR HET VERTREK ............... 47
STARTEN .......................................................... 48
STARTEN EN RIJDEN ...................................... 50
HET VOERTUIG INRIJDEN............................... 53
STOPPEN .......................................................... 53
PARKEREN ....................................................... 54
HET VOERTUIG OP DE
STANDAARD ZETTEN ...................................... 54
AANBEVELINGEN TEGEN DIEFSTAL ............. 54
ONDERHOUD...................................................... 55
HET ROUTINE-ONDERHOUD .......................... 56
IDENTIFICATIEGEGEVENS ............................. 58
DE ZIJKANTEN DEMONTEREN ....................... 58
LUCHTFILTER................................................... 59
DE OLIE IN DE VERSNELLINGSBAK CONTROLEREN EN BIJVULLEN
E BIJVULLEN..................................................... 60
DE VERSNELLINGSBAKOLIE VERVERSEN... 61
VOORWIEL........................................................ 62
ACHTERWIEL.................................................... 64
KETTING............................................................ 66
DE ACHTER- EN VOOROPHANGING
CONTROLEREN................................................ 68
ACHTERSTE OPHANGING .............................. 69
DE SLIJTAGE VAN DE REMBLOKKEN
CONTROLEREN................................................ 70
DE GASBEDIENING AFSTELLEN VOOR STARTEN MET KOUDE MOTOR (
HET STATIONAIR TOERENTAL ....................... 71
DE GASBEDIENING AFSTELLEN .................... 71
DE BOUGIE ....................................................... 72
ACCU ................................................................. 73
LANGDURIGE STILSTAND VAN DE ACCU ..... 73
DE ACCUKLEMMEN EN AANSLUITINGEN
CONTROLEREN EN REINIGEN ....................... 74
DE ACCU DEMONTEREN ................................ 74
DE ACCUVLOEISTOF CONTROLEREN .......... 75
DE ACCU OPLADEN......................................... 75
DE ACCU MONTEREN ..................................... 75
DE ZEKERINGEN VERVANGEN ...................... 76
) .............. 70
DE ZIJSTANDAARD CONTROLEREN.............. 77
DE SCHAKELAARS CONTROLEREN .............. 77
DE KOPLAMP IN DE HOOGTE AFSTELLEN ... 78
LAMPJES ........................................................... 78
VERVANGEN DE LAMPJES IN DE KOPLAMP
VERVANGEN..................................................... 79
VERVANGEN DE LAMPJES IN HET
INSTRUMENTENPANEEL................................. 80
DE LAMPJES VAN DE RICHTINGAANWIJZERS
VOORAAN EN ACHTERAAN ............................ 81
HET LAMPJE VAN HET ACHTERLICHT
VERVANGEN..................................................... 81
VERVOER ............................................................ 82
DE BRANDSTOFTANK LEEGMAKEN .............. 82
REINIGEN............................................................. 83
WINTERSTALLING............................................ 84
HET VOERTUIG WEER IN GEBRUIK NEMEN. 84
TECHNISCHE GEGEVENSI............................... 85
SMEERMIDDELENTABEL................................. 88
OFFICILE DEALERS EN TECHNISCHE SER-
VICECENTRA .................................................... 89
IMPORTEURS ................................................... 90
BEDRADINGSCHEMA - MX 125 ....................... 94
LEGENDA BEDRADINGSCHEMA - MX 125..... 95
Gebruik en onderhoud MX 125
4
veilig rijden
BASISVEILIGHEIDSVOORSCHRIF­TEN
Om met dit voertuig te rijden, dient te zijn voldaan aan alle wettelijke voorschriften (rijbewijs, minimumleeftijd, fysieke en psychische geschiktheid, verzekering, wegenbelasting, inschrijving in het rijksregister, nummerplaat enz.).
Wij raden aan eerst vertrouwd te raken met het voertuig op wegen met weinig verkeer en/of op een privé-domein.
Gebruik en onderhoud MX 125
6
Bepaalde geneesmiddelen, alcohol en drugs verhogen het risico voor ongevallen.
Zorg ervoor dat u in goede fysieke condities bent om te rijden en vermijd te rijden als u erg moe of slaperig bent.
De meeste ongevallen zijn te wijten aan onervarenheid van de bestuurder.
Leen uw voertuig NOOIT uit aan beginners en controleer in elk geval ALTIJD of de bestuurder voldoet aan alle wettelijke voorschriften .
Respecteer stipt alle nationale en plaatselijke verkeersregels en verkeersborden.
Maak geen bruuske manoeuvres die gevaarlijk kunnen zijn voor uzelf en voor anderen (bijvoorbeeld: steigeren met het voertuig, de snelheidsvoorschriften overtreden enz.); Houd bovendien altijd voldoende rekening met de conditie van het wegdek, de zichtbaarheid enz.
Rijd niet tegen voorwerpen die het voertuig kunnen beschadigen of waardoor u de controle over het voertuig kunt verliezen .
Blijf niet achter andere voertuigen "hangen" om uw eigen snelheid op te drijven.
WAARSCHUWING
Houd altijd beide handen op het stuur en beide voeten op de voetsteunen (van passagier of bestuurder) en neem een correcte houding aan op het voertuig. Ga nooit recht staan tijdens het rijden, en rek u ook niet uit.
Gebruik en onderhoud MX 125
7
OIL
COOLER
De bestuurder mag nooit zijn concentratie verliezen en mag zich niet laten afleiden of beïnvloeden door personen, voorwerpen, gebeurtenissen (niet roken, eten, drinken, lezen enz.)tijdens het rijden.
Gebruik en onderhoud MX 125
8
Gebruik brandstof en smeermiddelen die specifiek voor dit voertuig zijn bedoeld en die in de "SMEERMIDDELENTABEL" staan; controleer regelmatig de peilstand van brandstof, olie en koelvloeistof.
Als uw voertuig bij een ongeval betrokken is geweest, er is tegen gestoten of het is gevallen, dient u te controleren of de hendels, pedalen, de slangen, de kabels, de remleiding en de vitale delen van het voertuig niet beschadigd zijn.
Laat dit eventueel controleren door een aprilia dealer en besteed vooral aandacht aan het frame, het stuur, de ophangingen, de veiligheidsorganen en alle andere mechanismen die u niet zelf kunt controleren.
Signaleer alle onregelmatigheden aan de technici en mechanici, zodat deze het voertuig nauwgezetter kunnen controleren.
Rijd in geen geval met het voertuig als het zodanig is beschadigd dat het niet meer veilig is.
A12
345
ONLY ORIGINALS
Verplaats, verbuig en verander de kleur niet van: nummerplaat, richtingaanwijzers, verlichtingen en claxon.
Elke wijziging die aan het voertuig wordt aangebracht, maakt de garantie ongeldig.
Bovendien brengen wijzigingen of het verwijderen van originele componenten, de prestaties van het voertuig in gevaar, waardoor het ook minder veilig en zelfs onwettig kan worden.
Wij raden aan altijd alle wettelijke voorschriften en nationale en/of plaatselijke regelingen inzake de uitrusting van het voertuig na te leven.
Met name dienen technische modificaties te worden vermeden die de prestaties van het voertuig zouden verhogen of in elk geval de originele kenmerken ervan wijzigen.
Wedijver nooit met voertuigen. Rijd niet off-road en rijd alleen op de
daarvoor bestemde wegen.

KLEDING

Zet altijd uw valhelm op en maak deze goed vast voordat u begint te rijden. De valhelm dient goedgekeurd te zijn, niet beschadigd, de juiste maat te hebben en een schone klep te hebben.
Draag beschermende kleding, zo mogelijk in lichte of reflecterende kleuren. Zo bent u immers goed zichtbaar voor de andere weggebruikers en loopt u minder kans te worden aangereden. Bovendien doet u zich minder pijn als u valt.
Draag nauwsluitende kleding, met nauwsluitende polsen en enkels; touwtjes, ceintuurs en dassen mogen nergens loshangen; zorg ervoor dat deze en andere voorwerpen u niet kunnen hinderen tijdens het rijden en dat ze niet achter delen van het voertuig of van het stuur kunnen blijven hangen.
Gebruik en onderhoud MX 125
9
Laat geen voorwerpen in uw zakken zitten die gevaarlijk kunnen zijn als u valt, zoals bijvoorbeeld: puntige voorwerpen zoals sleutels, pennen, glazen flesjes enz. (deze regel geldt ook voor de eventuele passagier).
Gebruik en onderhoud MX 125
10

ACCESSOIRES

De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor de keuze, het installeren en gebruiken van accessoires.
Wij raden aan ervoor op te letten tijdens het monteren dat accessoires nooit de claxon of de lichtsignalen bedekken of de bediening ervan beletten; dat ze de beweging van de ophangingen of van het stuur niet belemmeren of beperken en dat ze niet in de weg zitten van bedieningen, noch de afstand tussen het wegdek en het voertuig en de hoek in de bochten verkleinen.
Gebruik geen accessoires waarmee u niet meer bij de bedieningen kunt. In noodgevallen verkort dit uw reactietijd.
Grote aankledingen en windschermen kunnen aërodynamische krachten ontwikkelen die de stabiliteit van het voertuig in gevaar brengen tijdens het rijden, vooral als u snel rijdt.
Controleer of het accessoire stevig aan het voertuig is vastgemaakt en niet gevaarlijk is tijdens het rijden. Installeer of wijzig geen elektrische apparatuur die het vermogen van het voertuig overschrijden. Het voertuig kan hierdoor plotseling stilvallen of plotseling geen stroom meer hebben voor de licht- en geluidsignalen, wat gevaarlijk is. aprilia raadt u aan originele accessoires te gebruiken (aprilia genuine accessories).

LADING

Maak bagage stevig vast en laad het voertuig niet te zwaar. De bagage dient zoveel mogelijk op het zwaartepunt van het voertuig te zitten en moet evenredig verdeeld worden op beide kanten om het voertuig niet uit zijn evenwicht te brengen. Controleer bovendien of de bagage stevig op het voertuig is vastgemaakt, vooral als u lange reizen maakt.
KG!
Maak zeker geen grote, volumineuze, zware en/of gevaarlijke ladingen vast aan het stuur, de spatborden of de veringelementen: dit maakt het voertuig langzamer in de bochten en brengt de handelbaarheid ervan onvermijdelijk in gevaar.
Maak geen te volumineuze bagage vast aan de zijkanten van het voertuig. U loopt het risico hiermee personen of voorwerpen te raken, waardoor u de controle over het voertuig verliest.
Vervoer nooit bagage die niet stevig aan het voertuig is vastgemaakt.
Vervoer geen bagage die ver uit het bagagerek steekt of die lichten en/of claxon bedekt.
Vervoer geen dieren of kinderen op de bergruimte of op het bagagerek.
Overschrijd het maximum toelaatbare gewicht per bagagerek niet.
Een te zwaar geladen voertuig is minder stabiel en handelbaar.
Gebruik en onderhoud MX 125
11

LOCATIE V.D. BELANGRIJKSTE ELEMENTEN

1 765432
8
LEGENDA
1) Linker koelvloeistofradiator
2) Dop op de brandstoftank
3) Brandstoftank
4) Accu
5) Handschoenvak/gereedschapskit
6) Zekeringenhouder
7) Passagierhandgreep
Gebruik en onderhoud MX 125
12
11
8) Linker passagiervoetsteun (kliksluiting, open/dicht)
9) Zijstandaard
10) Linker passagiervoetsteun (met veer, altijd open)
11) Aftapplug versnellingsbakolie
12) De koppelingshendel
913 1214 10
13) Vulplug versnellingsbakolie
14) Starthendel
1 4 5 6 7
32
8
16
15
LEGENDA
1) Dop op taktolietank
2) Taktolietank
3) Luchtfilter
4) Remvloeistoftank achterste rem
5) Brandstofkraantje
6) Remvloeistoftank voorste rem
7) Startschakelaar/stuurblokkering
12 101314
11
8) Dop op koelvloeistofradiator
9) Rechter koelvloeistofradiator
10) Claxon.
11) Pedaal voor de achterrem
12) Rechter bestuurdervoetsteun (met veer, altijd open)
13) Pomp van de achterrem
9
14) Ketting
15) Rechter passagiervoetsteun (kliksluiting, dicht/open)
16) Valhelmvergrendeling
Gebruik en onderhoud MX 125
13

PLAATS VAN DE INSTRUMENTEN

5 6 7 8 9 10 11
LEGENDA
1) Richtingaanwijzerschakelaar (()
2) Claxonknop (
3) Lichtkeuzeschakelaar (
4) Knop signaalfunctie groot licht (
5) Linker achteruitkijkspiegeltje
Gebruik en onderhoud MX 125
14
)
 - )
)
43
6) De koppelingshendel
7) Chokehendel voor starten met koude motor (
)
8) Instrumenten, lampjes en wijzers
9) Startschakelaar / stuurslot (
 -  -+)
12
12
10) Remhendel rem vooraan
11) Rechter achteruitkijkspiegeltje
12) Gashendel

INSTRUMENTEN EN CONTROLELAMPJES

1
6
LEGENDA
1) Waarschuwingslampje dimlicht (
2) Digitaal display (multifunctioneel)
3) Controlelampje neutrale stand versnelling (
2 3 4
) groen
) groen
5
4) Waarschuwingslampje richtingaanwijzers (
5) Controlelampje taktoliereserve (
6) ) Controlelampje groot licht (
) rood
) blauw
() groen.
Gebruik en onderhoud MX 125
15

TABEL VAN DE INSTRUMENTEN EN CONTROLELAMPJESI

Beschrijving Functie
Controlelampje taktoliereserve (
Controlelampje versnelling in neutrale stand (
Controlelampje richtingaanwijzer (
()
Controlelampje groot licht (
Controlelampje dimlicht (
)
) Gaat 0,5 seconden branden telkens als de startschakelaar op "" wordt gezet om het
controlelampje zelf te testen. Als de motor niet start, of als het lampje in deze fase niet gaat branden, dient u een dealer van aprilia te raadplegen.
OPGELET
aangesproken. In dit geval dient u taktolie bij te vullen, zie pag. 37 (TAKTOLIETANK).
Gaat branden als de motor in zijn vrij staat
Knippert zodra de richtingaanwijzer wordt gebruikt.
Als het controlelampje voor de taktoliereserve gaat branden tijdens het rijden, betekent dit dat de reserve taktolie is
) Dit gaat branden als het grote licht van de koplamp wordt gebruikt of als de lamp wordt
gebruikt om te signaleren.
) Dit gaat branden als de koplamp op dimlicht staat.
Gebruik en onderhoud MX 125
16
321 4
1 2
1 2
88
88
DSTODO
DSTODO
88
88
888
888
AR TT
88:88
888
88:88:88
65
7 8 9
AS SPD MS
KM/H
KM/H
88
8
LO
10
10
101010

MULTIFUNCTIONEEL DIGITAAL DISPLAY

OPGELET
Het display gaat automatisch uit. Als het voertuig en het display langer dan 30 minuten niet worden gebruikt, gaat het display automatisch uit en worden de gegevens die zijn opgeslagen, behouden. Het display gaat automatisch weer aan als een knop wordt ingedrukt of het voertuig wordt gebruikt.
LEGENDA
1 2
KM/H - MPH Kilometers of mijlen kiezen SPD Actuele snelheid AS Gemiddelde snelheid MS Maximale snelheid TT Dagteller RT Rittijd ART Totale rittijd 00:00:00 Uren 12h of 24h DST Dagteller afgelegde afstand ODO Totaal afgelegde afstand
LO
Het voertuig kiezen
Herinnering aan doorsmering Herinnering aan onderhoud Verlichting van het display Accu bijna ontladen
OPGELET
In de multifunctionele computer kunnen twee verschillende voertuigen worden opgeslagen (bike 1 en bike 2) met de omtrek van het voorwiel.
Linker display: Voertuig kiezen (1), totaal
afgelegde afstand (2), dagteller afgelegde afstand (3), onderhoudsfuncties (4);
Middelste display: Totale rittijd en dagrittijd (5), dagkilometerteller (6);
Rechter display: Gemiddelde snelheid (7), maximale snelheid (8) en huidige snelheid (9), kiezen tussen Km / mijl (10).
Gebruik en onderhoud MX 125
17
KM/H
MODE
BEGINAFSTELLINGEN
Metrisch systeem kiezen (KM/H of MPH)
Tegelijkertijd de drie toetsen ongeveer 2 seconden lang ingedrukt houden, dan op één van de toetsen drukken om te beginnen.
M/H
MODE
De linker toets indrukken om over te schakelen van "km" naar "mijl" (KM/H naar MPH) of andersom.
De middelste toets "MODE" ongeveer 1,5 sec. lang indrukken om te bevestigen en overgaan tot het instellen van de wieldiameter "WS".
1
55
21
MODE
OPGELET
Zodra de toets MODE is ingedrukt, verschijnt op het linker display de huidige wieldiameter en knippert het eerste gegeven.
Gebruik en onderhoud MX 125
18
1
1111
55
MODE
KM/H
1
1111
KM/H
55
MODE
1
1919
55
MODE
KM/H
MODE
Instelling van de wieldiameter "WS"
Om de waarde van het knipperende gegeven te wijzigen, de linker toets indrukken.
De rechter toets indrukken om over te gaan naar de volgende waarde en opnieuw de linker toets indrukken om dit gegeven te wijzigen.
Instelwaarde 1850.
De middelste toets "MODE" ongeveer 1,5 sec. lang indrukken om te bevestigen en overgaan tot het instellen van het uur.
OPGELET
Zodra de toets MODE is ingedrukt, verschijnt op het middelste display de huidige uurweergave (24h of 12h).
Gebruik en onderhoud MX 125
19
12H
12:00:- -
MODE
De uren programmeren
Met de linker toets kiest men de uurweergave (24h of 12h).
De rechter toets indrukken om het uur zelf te kunnen programmeren. De linker toets indrukken om de waarde te wijzigen.
24H
12:00:- -
MODE
De rechter toets indrukken om de minuten te kunnen programmeren. De linker toets opnieuw indrukken om de waarde te wijzigen.
De middelste toets "MODE" ongeveer 1,5 sec. lang indrukken om te bevestigen en overgaan tot de doorsmeercontrole.
17:50:- -
24H
MODE
1
1
00
00
MODE
OPGELET
Zodra de toets MODE is ingedrukt, verschijnt op het linker display het smeersymbool met ernaast het knipperende nummer van het aantal smeerbeurten die nog dienen te worden uitgevoerd.
Gebruik en onderhoud MX 125
20
1
00
2
00
MODE
1
00
2
00
MODE
00
3
00
MODE
Doorsmeercontrole
OPGELET
Elke preventieve smeerbeurt is reeds geprogrammeerd op om de 100 km (60 mijl) voor voertuig 1 en 300 km (200 mijl) voor voertuig 2. Om de smeerbeurtenperiode te wijzigen, raadpleegt men pag. 25 (STANDAARD INSTELLINGEN).
Met de linkertoets wijzigt men het gegeven.
De rechter toets indrukken om de volgende waarde te programmeren.
De middelste toets "MODE" ongeveer 1,5 sec. lang indrukken om te bevestigen en over te gaan tot de onderhoudscontrole.
OPGELET
Als de doorsmeerfunctie niet wordt gebruikt, zet men alle waarden op nul.
OPGELET
Zodra de toets MODE is ingedrukt, verschijnt op het linker display het onderhoudssymbool met ernaast het knipperende nummer van het aantal beurten die nog dienen te worden uitgevoerd.
OPGELET
Controles beheerd door de gebruiker. Niet te verwarren met het geplande onderhoud.
Gebruik en onderhoud MX 125
21
1
4
00
00
MODE
Controle van de preventieve onderhoudsbeurten
OPGELET
Elke preventieve onderhoud is reeds geprogrammeerd op om de 300 km (200 mijl) voor voertuig 1 en 990 km (600 mijl) voor voertuig 2. Om de onderhoudsperiode te wijzigen, raadpleegt men pag. 25 (STANDAARD INSTELLINGEN).
Met de linkertoets wijzigt men het gegeven.
1
4
00
00
MODE
De rechter toets indrukken om de volgende waarde te programmeren.
De middelste toets "MODE" ongeveer 1,5 sec. lang indrukken om te bevestigen en overgaan tot het instellen van de totaal afgelegde afstand "ODO".
1
ODO
000
00
00
MODE
OPGELET
Zodra de toets MODE is ingedrukt, verschijnt op het linker display de afkorting ODO.
OPGELET
Controles beheerd door de gebruiker. Niet te verwarren met het geplande onderhoud.
Gebruik en onderhoud MX 125
22
1
ODO
00
300
00
MODE
1
ODO
00
300
00
MODE
00:00
MODE
ART
00
Totaal afgelegde afstand (ODO)
Met de linkertoets wijzigt men het gegeven.
De rechter toets indrukken om de volgende waarde te programmeren.
De middelste toets "MODE" ongeveer 1,5 sec. lang indrukken om te bevestigen en overgaan tot het instellen van de totale rittijd (ART).
OPGELET
Zodra de toets MODE is ingedrukt, verschijnt op het middelste display de afkorting ART.
Gebruik en onderhoud MX 125
23
00:00
MODE
ART
20
00:00
MODE
ART
20
1
DST SPD
00
00
0:00
11:53:48
MODE
RT
0
KM/H
0
Controle van de totale rittijd (ART)
Met de linkertoets wijzigt men het gegeven.
Gebruik en onderhoud MX 125
24
De rechter toets indrukken om de volgende waarde te programmeren.
De middelste toets "MODE" ongeveer 2 sec. lang indrukken om te bevestigen en de begininstellingen te beëindigen.
1
DST SPD
00
00
0:00
11:53:48
MODE
RT
0
KM/H
0
1
21
55
MODE
2
50
20
Het tweede voertuig programmeren
Als men ongeveer 5 sec. lang de rechter toets ingedrukt houdt, zal op het linker display de wieldiameter "WS" van het tweede voertuig verschijnen; na enkele seconden zal automatisch het menu van het tweede voertuig actief worden.
1
DST SPD
00
00
0:00
11:53:48
MODE
RT
0
KM/H
0
OPGELET
Als de twee buitenste toetsen ongeveer 2 sec. ingedrukt worden, wordt het programma STANDAARD INSTELLINGEN van het tweede voertuig (bike 2) actief.
WS
CLOCK ODO ART WS
STANDAARD INSTELLINGEN
OPGELET
Als de twee buitenste toetsen ongeveer 2 sec. ingedrukt worden, wordt het programma voor het wijzigen van de STANDAARD INSTELLINGEN actief.
In dit menu kan men de wieldiameter wijzigen, het uur, de herinnering aan de doorsmeerbeurten en het onderhoud van het voertuig, de totale afgelegde afstand (ODO) en de totale rittijd (ART).
Overschakelen van KM/H naar MPH of andersom kan alleen in het menu met de BEGININSTELLINGEN.
Gebruik en onderhoud MX 125
25
A
1
0
DST
0:00
00
11:53:48
MODE
SPD
RT
0
KM/H
0
B
1
DST
00
00
0:00
11:53:49
MODE
AS
TT
0
KM/H
0
C
00
1
ODO
00
0:00
11:53:50
MODE
MS
ART
0
KM/H
0
A
1
0
DST
0:00
00
11:53:56
MODE
SPD
RT
0
KM/H
0
PARAMETERS INSTELLEN/WEERGEVEN
OPGELET
Met de middelste toets MODE kan men door de verschillende instellingenschermen bladeren.
Tijdens het rijden staat op het display (A) de afstand die sinds de laatste reset (TT) is afgelegd, de snelheid, het uur en de tijd van de dagrit (RT).
Gebruik en onderhoud MX 125
26
Met de middelste toets MODE kan men overgaan naar de volgende pagina (B) en als men deze opnieuw indrukt, gaat men naar de pagina (C).
OPGELET
De pagina's (B en C) blijven slechts 5 seconden lang zichtbaar, waarna opnieuw de pagina (A) wordt weergegeven.
A
1
DST SPD
30:42
96
53
11:49:08
MODE
D
RT
1
30
KM/H
7
1
47
02
30:44
11:49:10
MODE
RT
1
SPD
35
KM/H
8
E
47
1
04
30:46
11:49:12
RT
1
SPD
35
KM/H
8
Als men tegelijkertijd de middelste toets "MODE" en de rechter toets ongeveer 2 sec. lang indrukt, verschijnt de pagina (D) met de controle van het preventieve onderhoud en als deze opnieuw wordt ingedrukt, verschijnt de pagina (E) met de controle van de preventieve doorsmeerbeurten.
OPGELET
De pagina's (D en E) blijven 5 seconden lang zichtbaar als geen enkele toets wordt ingedrukt, waarna de pagina (A) weer wordt weergegeven.
Gebruik en onderhoud MX 125
27
1
1
1
55
21
MODE
GEPROGRAMMEERDE ONDERHOUDSBEURTEN UITSCHAKELEN
Als de tijd die is geprogrammeerd voor de onderhouds- of smeerbeurten, is verstreken, gaat op het linker display het desbetreffende gegeven knipperen.
Om dit te annuleren, dient men ongeveer 2 seconden lang tegelijkertijd de linker en de rechter toetsen in te drukken.
Druk ongeveer 1,5 sec. lang de middelste toets "MODE" in om de pagina met de wieldiameter over te slaan.
Druk opnieuw ongeveer 1,5 sec. lang de middelste toets "MODE" in om de uurpagina over te slaan en de preventieve smeerbeurten te programmeren.
Met de linkertoets wijzigt men het gegeven.
MODE
00
00
1
00
00
MODE MODE MODE
De rechter toets indrukken om de waarde te bevestigen en om over te gaan naar de volgende waarde. De middelste toets "MODE" ongeveer 1,5 sec. lang indrukken om de gegevens m.b.t. de doorsmeerbeurten te bevestigen en naar de volgende handeling over te schakelen. Met de linkertoets wijzigt men het gegeven. De rechter toets indrukken om de waarde te bevestigen en om over te gaan naar de volgende waarde. De rechter toets opnieuw indrukken totdat na ongeveer 2 seconden het beginscherm weer verschijnt (A).
2
1
00
00
1
2
00
00
1
3
00
1
53
MODE
4
00
MODE
DST SPD
30:42
96
11:49:08
RT
1
1
00
MODE
30
4
00
KM/H
7
Gebruik en onderhoud MX 125
28
A
1
DST
53
96
30:42
11:49:08
MODE
RT
1
SPD
36
A
1
DST
97
30:43
11:49:09
MODE
KM/H
7
53
RT
1
SPD
36
KM/H
7
B
1
DST
53
98
0:05
11:49:14
MODE
AS
TT
34
KM/H
8
B
1
54
DST
0:07
05
11:49:16
TT
AS
34
KM/H
8
CHRONOMETER De multifunctionele computer is uitgerust
met een chronometer die is weergegeven op de pagina (B) zoals de dagkilometerteller (TT).
Met de linkertoets activeert men de chronometer.
De middelste toets "MODE" indrukken om de pagina (B) weer te geven
Met de linkertoets schakelt men de chronometer weer uit.
Gebruik en onderhoud MX 125
29
Loading...
+ 67 hidden pages