Lees eerst de “Belangrijke informatie voor de gebruiker”
zorgvuldig door! “Belangrijke informatie voor de
gebruiker” bevat belangrijke informatie die u moet
begrijpen voordat u dit navigatiesysteem gebruikt.
Nederlands
Inhoudsopgave
Hartelijk dank voor de aanschaf van dit Pioneer-product.
Lees de instructies in deze handleiding goed door zodat u het toestel op de juiste
manier leert te bedienen. Nadat u de instructies hebt gelezen, bergt u de handleiding
op een handige plaats op zodat u deze altijd snel bij de hand hebt.
Belangrijk
De schermafbeeldingen die in de voorbeelden
worden getoond kunnen verschillen van de feitelijke schermafbeeldingen.
De feitelijke schermafbeeldingen kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd om verbeteringen in de prestaties en de
functies te bewerkstelligen.
Inleiding
Overzicht handleiding 8
– Gebruik van deze handleiding 8
– Terminologie 8
– Definities van terminologie 8
Opmerking over het bekijken van video’s 9
Opmerking over het bekijken van DVD-
Video’s 9
Opmerking over het gebruik van MP3-
bestanden 9
iPod compatibiliteit 9
Kaartgebied 9
Bescherming van het LCD-paneel en het
scherm 10
Opmerkingen over het interne geheugen 10
– Voordat u de accu van het voertuig
loskoppelt 10
– Gegevens die gewist kunnen
worden 10
– De microprocessor resetten 10
Basisbediening
De namen en functies van de onderdelen
controleren 12
Een disc inbrengen en uitwerpen 13
– Een disc inbrengen 13
– Een disc uitwerpen 13
Een SD-geheugenkaart inbrengen en
uitwerpen 13
2
Nl
– Een SD-geheugenkaart inbrengen 14
– Een SD-geheugenkaart uitwerpen 14
Een USB-geheugenapparaat aansluiten en
losmaken 14
– Een USB-geheugenapparaat
aansluiten 15
– Een USB-geheugenapparaat
losmaken 15
Een iPod aansluiten en losmaken 15
– Uw iPod aansluiten 15
– Uw iPod losmaken 15
Volgorde van het begin tot het einde 16
– De eerste maal inschakelen 16
Inschakelen bij normaal gebruik 17
Gebruik van de navigatiemenuschermen 18
– Overzicht van de schermen 18
– Wat u in elk menu kunt doen 19
– Het beeld van de achteruitkijkcamera
weergeven 19
Het gebruik van de kaart 20
– Het kaartscherm aflezen 20
– De kaartmodus kiezen 22
– De schaal van de kaart wijzigen 23
– De kaart naar de plaats verschuiven die
u wilt zien 23
– De kantelhoek en de draaihoek van de
kaart veranderen 24
De basisinstructies voor het uitstippelen van
uw route 25
Bedieningslijstschermen (bijv.
stedenlijst) 25
Gebruik van het toetsenbord op het
scherm 25
Een locatie zoeken en selecteren
Een locatie aan de hand van het adres
zoeken 27
Nuttige plaatsen (POI) in de buurt
zoeken 29
– POI’s in de buurt van de cursor
zoeken 29
Inhoudsopgave
– Een dichtbijzijnde POI zoeken 30
– POI’s langs de huidige route
zoeken 30
– POI’s in de buurt van de bestemming
zoeken 30
– POI’s in de buurt van het adres
zoeken 30
– Het gebruik van “Opgeslagen
zoekresul…” 31
POI’s zoeken met behulp van de gegevens op
een extern geheugenapparaat (USB,
SD) 33
Een locatie aan de hand van de coördinaten
zoeken 34
Een locatie selecteren die u recentelijk hebt
opgezocht 35
– Een locatie uit “Historiek” wissen 36
Een locatie opgeslagen in “Favorieten”
selecteren 36
– Een locatie uit “Favorieten” wissen 36
Koers uitzetten naar uw huis 37
Een route instellen door een opgeslagen
route op te roepen 37
Een locatie zoeken door de kaart te
verschuiven 37
Nadat de locatie is bepaald (Kaartbevestigingsscherm)
Wat u kunt doen met het “Kaart-
bevestigingsscherm” 39
Route… 39
Opslaan als… 40
De locatie als nieuwe bestemming
instellen 40
De locatie als tussenpunt instellen 40
De locatie als de nieuwe eindbestemming
instellen 41
De locatie als beginpunt instellen 41
Informatie over een opgegeven locatie
bekijken 41
Een kaartpunaise op de locatie plaatsen 42
– Een kaartpunaise verwijderen 42
Een locatie als een eigen POI registreren 42
De locatie in “Favorieten” opslaan 43
Een locatie uit “Favorieten” wissen 44
De positie als een veiligheidscameralocatie
opslaan 44
De veiligheidscamera-informatie
bewerken 45
De huidige route controleren
De huidige route-omstandigheden
controleren 46
– Een simulatie van de rit met hoge
snelheid weergeven 47
– Overzicht van de volledige route
controleren op de kaart 47
De details van de huidige route
controleren 47
Tussenpunten en de bestemming
bewerken
Tussenpunten bewerken 49
– Een tussenpunt toevoegen 49
– Tussenpunten sorteren 49
– Een tussenpunt verwijderen 49
De huidige route opslaan 49
– Registraties uit de “Mijn routes”
wissen 50
De huidige route wissen 50
Verkeersinformatie gebruiken
De verkeerslijst bekijken 51
De verkeersinformatie op de kaart
– Uw eigen POI bewerken 125
– Uw reisgeschiedenis opnemen 125
– Uw thuispositie instellen 127
Opties in het “Systeeminstellingen”
menu 128
– Het “Systeeminstellingen” menu
weergeven 128
– De taal selecteren 128
– Het startscherm veranderen 129
– De achteruitkijkcamera instellen 129
– Afstellen van de reactiestanden van het
toetspaneel (toetspaneel
kalibrering) 130
– De helderheid van het scherm
afstellen 131
– De kleur van de verlichting
instellen 131
– De versie-informatie controleren 132
– Fabrieksinstellingen herstellen 132
– Het scherm uitschakelen 132
De “Geluid AV” menu-opties 132
– Het “Geluid AV” menu weergeven 132
– Gebruik van de balansinstelling 133
– Gebruik van de equalizer 133
– Loudness-functie aanpassen 135
– Gebruik van het subwoofer-
– De breedbeeldmodus veranderen 138
– Het geluid dempen/verzwakken 138
– De achter-uitgang instellen 139
– Aan/uit zetten van Auto PI 139
– De FM-afstemstap instellen 139
Andere functies
De antidiefstalfunctie instellen 140
– Het wachtwoord instellen 140
– Het wachtwoord invoeren 140
– Het wachtwoord verwijderen 140
– Als u het wachtwoord vergeet 140
Het navigatiesysteem terugzetten op de
standaard- of fabrieksinstellingen 141
– Instellingen die gewist worden 142
Aanhangsel
Verhelpen van storingen 144
Foutmeldingen en wat u ermee moet
doen 149
Berichten voor de audiofuncties 150
Plaatsbepaling technologie 152
– Plaatsbepaling via GPS 152
– Bepaling van de positie door middel
van “geschatte plaatsbepaling” 152
– Hoe werken GPS en de geschatte
plaatsbepaling samen? 153
Wanneer er ernstige fouten optreden 154
– Wanneer plaatsbepaling via GPS
onmogelijk is 154
– Omstandigheden die fouten in de
plaatsbepaling kunnen
veroorzaken 154
Informatie over de routebepaling 156
– Regels voor de routekeuze 156
Omgaan met en verzorging van de
discs 158
– Gebruik en verzorging van het
ingebouwde station 158
– Omgevingsvoorwaarden bij het
afspelen van een disc 159
Afspeelbare discs 159
– DVD-Video en CD 159
– AVCHD-opgenomen discs 159
– DualDiscs afspelen 159
– Dolby Digital 160
– DTS-geluid 160
Gedetailleerde informatie voor afspeelbare
media 160
– Compatibiliteit 160
– Tabel voor mediacompatibiliteit 163
Bluetooth 167
SD- en SDHC-logo 167
WMA 168
DivX 168
AAC 168
Gedetailleerde informatie over aansluitbare
iPod’s 168
– iPod 169
– iPhone 169
– iTunes 169
Correct gebruik van het LCD-scherm 169
– Omgaan met het LCD-scherm 169
– LCD-scherm (Liquid Crystal
Display) 169
– Onderhoud van het LCD-scherm 170
– LED (lichtgevende diode)
Voordat u dit product gebruikt, moet u de “Belangrijke informatie voor de gebruiker” (een afzonderlijke handleiding) lezen die
waarschuwingen en andere belangrijke informatie bevat.
Gebruik van deze handleiding
Opzoeken van de bedieningsprocedure
voor wat u wilt doen
Wanneer u besloten hebt wat u wilt doen, kunt
u de pagina die u nodig hebt vinden in de “In-houdsopgave”.
Opzoeken van de bedieningsprocedure
op basis van een menunaam
Als u de betekenis wilt weten van een onderdeel dat op het scherm wordt aangegeven,
kunt u de gewenste pagina vinden met behulp
van de “Display-informatie” aan het einde van
de handleiding.
Verklarende woordenlijst
Gebruik de verklarende woordenlijst om de betekenis van onbekende termen op te zoeken.
Terminologie
Neem voordat u verder gaat een paar minuten
om de volgende informatie te lezen over de
conventies die in deze handleiding worden gebruikt. Neem dit even goed in u op, want dit
maakt de handleiding direct meer overzichtelijk en vergemakkelijkt het leerproces.
! De toetsen van uw navigatiesysteem wor-
den in HOOFDLETTERS en VETGE-DRUKT weergegeven:
bijv.)
MENU toets, MAP toets.
! De onderdelen in de verschillende menu’s,
de schermtitels en functionele onderdelen
worden vetgedrukt weergegeven met dubbele aanhalingstekens “”:
bijv.)
“Menu bestemming” scherm of “AVbron” scherm
! De aanraaktoetsen die beschikbaar zijn op
het scherm worden vetgedrukt weergegeven tussen rechte haken [ ]:
bijv.)
[Bestemming], [Instellingen].
! Extra informatie, alternatieven en andere
opmerkingen worden als volgt weergegeven:
bijv.)
p Als de thuislocatie nog niet is opgesla-
gen, moet u eerst deze locatie instellen.
! De referenties worden als volgt aangeduid:
bijv.)
= Zie Uw thuispositie instellen op bladzijde
127 voor details.
Definities van terminologie
“Voordisplay” en “Achterdisplay”
In deze handleiding wordt het scherm dat direct op het hoofdtoestel van het navigatiesysteem is aangesloten het “Voordisplay”
genoemd. Alle extra schermen die worden gekocht voor gebruik in combinatie met dit navigatiesysteem worden “Achterdisplay”
genoemd.
“Videobeeld”
“Videobeeld” in deze handleiding wijst op de
bewegende beelden van een DVD-Video,
â
DivX
, iPod en andere apparatuur die met een
RCA-kabel op dit systeem is aangesloten,
zoals AV-apparatuur voor algemeen gebruik.
“Extern geheugenapparaat (USB, SD)”
Een SD-geheugenkaart, SDHC-geheugenkaart
en USB-geheugenapparaat worden samen
aangeduid als “extern geheugenapparaat
(USB, SD)”. Indien het enkel om een USB-geheugenapparaat gaat, wordt de term “USB-geheugenapparaat” gebruikt.
8
Nl
Inleiding
Hoofdstuk
01
Opmerking over het
bekijken van video’s
Houd er rekening mee dat het gebruik van dit
systeem voor commerciële of openbare doeleinden een inbreuk kan inhouden op de auteursrechten die door de wet worden
beschermd.
Opmerking over het
bekijken van DVD-Video’s
Dit product bevat kopieerbeveiligingstechnologie die wordt beschermd door methodeclaims
van bepaalde V.S.-patenten en andere intellectuele eigendomsrechten die eigendom zijn
van Macrovision Corporation en andere rechthebbenden. Gebruik van deze kopieerbeveiligingstechnologie moet worden toegestaan
door Macrovision Corporation, en is uitsluitend bedoeld voor weergave thuis of op andere
beperkte locaties, tenzij anders toegestaan
door Macrovision Corporation. Omgekeerde
engineering of ontmanteling is verboden.
Opmerking over het gebruik
van MP3-bestanden
Levering van dit navigatiesysteem impliceert
alleen toestemming voor privaat, niet-commercieel gebruik en niet, impliciet noch expliciet,
een toestemming of enig recht dit product te
gebruiken in een commerciële omgeving
(waarbij geld wordt verdiend), via uitzendingen
(via de ether, satelliet, kabels en/of andere
media), via uitzendingen/signaalstromen via
internet, via een intranet en/of andere netwerken of in andere elektronische systemen, zoals
betaalradio of geluid-op-aanvraag. Hiervoor is
een aparte licentie nodig. Zie voor nadere informatie
http://www.mp3licensing.com.
iPod compatibiliteit
Dit product ondersteunt alleen de volgende
iPod-modellen en iPod-softwareversies. Andere modellen en versies zullen mogelijk niet
correct werken.
met een Pioneer USB-interfacekabel voor
de iPod (CD-IU230V) (los verkrijgbaar), kunt
u een iPod bedienen die compatibel is met
dit navigatiesysteem.
p Voor het verkrijgen van de beste prestaties
wordt het aanbevolen gebruik te maken
van de laatste softwareversie voor de iPod.
p De bedieningsmethoden kunnen variëren
afhankelijk van de iPod-modellen en de
softwareversie van de iPod.
p Zie de informatie op onze website voor
meer details over iPod compatibiliteit met
dit navigatiesysteem.
Kaartgebied
Zie de informatie op onze website voor meer
details over het gebied dat de kaart van dit navigatiesysteem bestrijkt.
Inleiding
9
Nl
Hoofdstuk
01
Inleiding
Bescherming van het LCDpaneel en het scherm
p Laat geen direct zonlicht op het LCD-
scherm vallen wanneer dit product niet
wordt gebruikt. Langdurige blootstelling
aan direct zonlicht kan de temperatuur in
het LCD-scherm doen oplopen en storingen veroorzaken.
p Als u een mobiele telefoon gebruikt, moet
u de antenne van deze telefoon uit de buurt
houden van het LCD-scherm om te voorkomen dat de video wordt verstoord door het
verschijnen van vlekken, gekleurde strepen
enz.
p Om het LCD-scherm te beschermen tegen
schade, moet u ervoor zorgen dat u de aanraaktoetsen alleen met uw vingers aantipt
en het scherm voorzichtig behandelt.
Opmerkingen over het
interne geheugen
Voordat u de accu van het
voertuig loskoppelt
Als de accu losgekoppeld wordt of leeg raakt,
zal het geheugen worden gewist en zult u het
toestel opnieuw moeten programmeren.
p Sommige gegevens zullen bewaard blijven.
Lees Het navigatiesysteem terugzetten opde standaard- of fabrieksinstellingen voordat
u begint.
= Zie Het navigatiesysteem terugzetten op
de standaard- of fabrieksinstellingen op
bladzijde 141 voor meer gedetailleerde
informatie over de items die gewist worden.
ren). Sommige items zullen echter bewaard
blijven.
p Sommige gegevens zullen bewaard blijven.
Lees Het navigatiesysteem terugzetten opde standaard- of fabrieksinstellingen voordat
u begint.
= Zie Het navigatiesysteem terugzetten op
de standaard- of fabrieksinstellingen op
bladzijde 141 voor meer gedetailleerde
informatie over de items die gewist worden.
De microprocessor resetten
BELANGRIJK
Druk op de RESET toets om de instellingen voor
de AV-bron te wissen zonder alle navigatiefunctieitems te wissen. Raadpleeg het verband houdende hoofdstuk voordat u begint met wissen.
= Zie Het navigatiesysteem terugzetten op de
standaard- of fabrieksinstellingen op bladzijde
141 voor meer gedetailleerde informatie over
de items die gewist worden.
De microprocessor moet in de volgende situaties worden gereset:
! Vóór het eerste gebruik na installatie van
dit product.
! Als het product niet correct werkt.
! Als het systeem niet naar behoren werkt.
! Wanneer de samenstelling van de appara-
tuur wordt veranderd.
! Wanneer randapparatuur die aangesloten
is op het navigatiesysteem aangesloten/verwijderd wordt.
! Als de positie van uw voertuig op de kaart
aanzienlijk afwijkt van de feitelijke positie.
1 Schakel de contactschakelaar UIT.
Gegevens die gewist kunnen
worden
De informatie wordt gewist door op de RESET
toets te drukken of door de gele kabel van de
accu los te maken (of de accu zelf te verwijde-
10
Nl
Inleiding
Hoofdstuk
01
2 Druk met het uiteinde van een pen of
een ander spits voorwerp op de RESET
toets.
RESET toets
Inleiding
11
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
1234
5
6
7
8
9
a
De namen en functies van de onderdelen controleren
Dit hoofdstuk geeft informatie over de namen
van de onderdelen en de hoofdfuncties die bediend worden met behulp van de toetsen.
1 Disc-laadsleuf
Plaats hier de disc die u wilt afspelen.
= Zie Een disc inbrengen en uitwerpen op
de volgende bladzijde voor details betreffende de bediening.
2 LCD-scherm
3 EJECT toets
4 RESET toets
= Zie De microprocessor resetten op blad-
zijde 10 voor details betreffende de bediening.
5 MENU toets
Druk op de MENU toets om het “Top
Menu” weer te geven.
12
Nl
Houd de toets ingedrukt wanneer het “To p
Menu” wordt weergegeven. Het “Schermkalibr.” scherm verschijnt.
= Zie Afstellen van de reactiestanden van
het toetspaneel (toetspaneel kalibrering)
op bladzijde 130 voor details betreffende
de bediening.
6 MAP toets
Druk hierop om het kaartscherm te bekijken.
Houd de toets ingedrukt om het “Aanpas-sen afbeelding” scherm weer te geven.
= Zie De helderheid van het scherm afstel-
len op bladzijde 131 voor details betref-
fende de bediening.
7 MULTI-CONTROL
Draaien;
Voor het instellen van het volume van de AV
(audio en video) bron.
Basisbediening
Hoofdstuk
02
Een keer naar boven of beneden bewegen;
De schaal van de kaart één stapje veranderen.
Naar boven of beneden blijven bewegen;
De schaal van de kaart continu veranderen.
p Deze functie is alleen beschikbaar wan-
neer het kaartscherm wordt weergegeven.
De MULTI-CONTROL naar links of rechts
bewegen;
De frequentie één stapje veranderen; gebruik van de zoekfuncties voor de fragmenten.
De MULTI-CONTROL naar links of rechts
blijven bewegen;
Gebruik van handmatige zoekafstemming
en versnelde voorwaartse en achterwaartse
weergave.
Op het midden van MULTI-CONTROL
drukken;
Herhalen van de vorige routebegeleiding.
p Wanneer uw telefoon aan het navigatie-
systeem is gepaard, kunt u op het midden van MULTI-CONTROL drukken om
een inkomende oproep te beantwoorden
of het telefoongesprek te beëindigen.
Het midden van MULTI-CONTROL ingedrukt houden;
De AV (audio en video) bron dempen. Om
de demping te annuleren, houdt u de knop
opnieuw ingedrukt.
8 Indicator voor de Bluetooth verbindingsstatus
Deze indicator licht op wanneer uw telefoon
via Bluetooth draadloze technologie is gepaard aan het navigatiesysteem.
9 “AV2” ingangsaansluiting
Dit is de “AV2” ingangsaansluiting. Gebruik
de CD-RM10 (los verkrijgbaar) om aan te
sluiten op een externe videocomponent.
p Om uw iPod met een USB-interfacekabel
voor de iPod (CD-IU230V) aan te sluiten,
moet u de “AV1” ingang (RCA) aan de
achterkant van het toestel gebruiken.
a SD-kaartsleuf
= Zie Een SD-geheugenkaart inbrengen en
uitwerpen op deze bladzijde voor meer
gedetailleerde informatie.
Een disc inbrengen en
uitwerpen
Een disc inbrengen
% Steek de disc in de disc-laadsleuf.
p Doe geen andere dingen dan een daarvoor
bedoelde disc in de disc-laadsleuf.
Een disc uitwerpen
% Druk op de EJECT toets.
De disc wordt uitgeworpen.
Een SD-geheugenkaart
inbrengen en uitwerpen
BELANGRIJK
! Bewaar de dummy SD-kaart uit de buurt van
kleine kinderen om te voorkomen dat deze per
ongeluk wordt ingeslikt.
! Om verlies van gegevens en beschadiging van
het geheugenapparaat te voorkomen, mag u
dit nooit van het navigatiesysteem losmaken
terwijl er gegevens worden overgebracht.
Basisbediening
13
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
! Als er gegevens verloren gaan of verminkt
worden op het geheugenapparaat, kunnen
deze gegevens gewoonlijk niet meer worden
hersteld. Pioneer kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade, kosten of uitgaven
als gevolg van verlies of onbruikbaar worden
van gegevens.
Een SD-geheugenkaart inbrengen
% Steek de SD-geheugenkaart in de SDkaartsleuf.
Steek de kaart met de contacten naar links gekeerd naar binnen en druk tegen de kaart totdat deze stevig vastklikt.
p Dit systeem is niet compatibel met Multi
Media Card (MMC).
p Wij kunnen geen compatibiliteit met alle
SD-geheugenkaarten garanderen.
p Het is mogelijk dat geen optimale prestaties
worden verkregen met sommige SD-geheugenkaarten.
p Steek niets anders dan een SD-geheugen-
kaart of een dummy SD-kaart in de SDkaartsleuf.
Een SD-geheugenkaart uitwerpen
1 Druk de SD-geheugenkaart naar binnen totdat u een klikgeluid hoort.
De SD-geheugenkaart komt naar buiten wanneer u deze loslaat.
2 Haal de SD-geheugenkaart uit het toestel.
p Steek de dummy SD-kaart in het toestel
zodat er geen stof in de SD-kaartsleuf komt
wanneer er geen SD-geheugenkaart is geplaatst.
Een USB-geheugenapparaat
aansluiten en losmaken
BELANGRIJK
! Om verlies van gegevens en beschadiging van
het geheugenapparaat te voorkomen, mag u
dit nooit van het navigatiesysteem losmaken
terwijl er gegevens worden overgebracht.
! Als er gegevens verloren gaan of verminkt
worden op het geheugenapparaat, kunnen
deze gegevens gewoonlijk niet meer worden
hersteld. Pioneer kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade, kosten of uitgaven
als gevolg van verlies of onbruikbaar worden
van gegevens.
! Verwijder het USB-geheugenapparaat niet
meteen nadat u dit hebt aangesloten. Het is
anders mogelijk dat het navigatiesysteem het
externe geheugenapparaat (USB, SD) niet kan
herkennen.
14
Nl
Basisbediening
Hoofdstuk
02
Een USB-geheugenapparaat
aansluiten
% Steek het USB-geheugenapparaat in de
USB-stekker.
USB-stekker
USB-geheugenapparaat
p Wij kunnen geen compatibiliteit met alle
USB-geheugenapparaten garanderen.
Het is mogelijk dat geen optimale prestaties
worden verkregen met sommige USB-geheugenapparaten.
p Aansluiten via een USB-hub is niet moge-
lijk.
Een USB-geheugenapparaat
losmaken
% Maak het USB-geheugenapparaat los
nadat u gecontroleerd hebt of er geen gegevens worden overgebracht.
Een iPod aansluiten en
losmaken
BELANGRIJK
! Om verlies van gegevens en beschadiging van
het geheugenapparaat te voorkomen, mag u
dit nooit van het navigatiesysteem losmaken
terwijl er gegevens worden overgebracht.
! Als er gegevens verloren gaan of verminkt
worden op het geheugenapparaat, kunnen
deze gegevens gewoonlijk niet meer worden
hersteld. Pioneer kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade, kosten of uitgaven
als gevolg van verlies of onbruikbaar worden
van gegevens.
Basisbediening
Uw iPod aansluiten
Met een USB-interfacekabel voor de iPod kunt
u uw iPod op het navigatiesysteem aansluiten.
p U hebt een USB-interfacekabel voor de
iPod (CD-IU230V) (los verkrijgbaar) nodig
om de verbinding te maken.
1 Maak het USB-geheugenapparaat los
nadat u gecontroleerd hebt of er geen gegevens worden overgebracht.
Naar de AV-ingang aan de achterkant van het navigatiesysteem
USB-stekkerUSB-interfacekabel voor
de iPod
p Zie de informatie op onze website voor
meer details over iPod compatibiliteit met
dit navigatiesysteem.
p Aansluiten via een USB-hub is niet moge-
lijk.
2 Sluit uw iPod aan.
Uw iPod losmaken
% Maak de USB-interfacekabel voor de
iPod los nadat u gecontroleerd hebt of er
geen gegevens worden overgebracht.
15
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Volgorde van het begin tot
het einde
BELANGRIJK
Om veiligheidsredenen is de achteruitkijkcamerafunctie niet beschikbaar totdat het navigatiesysteem volledig is opgestart.
1 Start de motor om het systeem op te
starten.
Na een korte pauze verschijnt het navigatiestartscherm voor een paar seconden.
2 Schakel de motor van het voertuig uit
om het systeem af te sluiten.
Het navigatiesysteem wordt ook uitgeschakeld.
De eerste maal inschakelen
Wanneer u het navigatiesysteem de eerste
maal gebruikt, moet u de taal selecteren die u
wilt gebruiken.
1 Start de motor om het systeem op te
starten.
Na een korte pauze verschijnt het navigatiestartscherm voor een paar seconden.
3 Tip de taal aan die u wilt gebruiken
voor de stembegeleiding.
Het navigatiesysteem zal nu opnieuw starten.
4 Tip [Bestemming] aan om het Bestemming menu weer te geven.
2 Tip op het scherm de taal aan die u wilt
gebruiken.
16
Nl
De disclaimer verschijnt. Lees de disclaimer
zorgvuldig, controleer de details en tip dan
[OK] aan als u met de voorwaarden akkoord
gaat.
Het “Menu bestemming” verschijnt.
Basisbediening
p Wanneer het systeem opstart, kan de anten-
ne van het voertuig uitschuiven of ingeschakeld worden, afhankelijk van de
instelling. Om de antenne in te schuiven,
zet u de contactschakelaar uit.
= Zie De gemotoriseerde antenne instellen op
bladzijde 137 voor details.
Inschakelen bij normaal
gebruik
BELANGRIJK
Om veiligheidsredenen is de achteruitkijkcamerafunctie niet beschikbaar totdat het navigatiesysteem volledig is opgestart.
% Start de motor om het systeem op te
starten.
Na een korte pauze verschijnt het navigatiestartscherm voor een paar seconden.
p Het scherm dat getoond wordt hangt af van
de vorige omstandigheden.
p Als voorheen het navigatiescherm werd ge-
toond, zal de disclaimer verschijnen.
Lees de disclaimer zorgvuldig, controleer
de details en tip dan [OK] aan als u met de
voorwaarden akkoord gaat.
p Als er voorheen een ander scherm werd ge-
toond, zal het disclaimerscherm worden
overgeslagen.
p Als de antidiefstalfunctie is geactiveerd,
moet u uw wachtwoord invoeren. Nadat het
navigatiesysteem is ontgrendeld, verschijnt
het “Top Menu”. Als u eerst naar het navi-
gatiescherm gaat, zal het disclaimerscherm
verschijnen.
Lees de disclaimer zorgvuldig, controleer
de details en tip dan [OK] aan als u met de
voorwaarden akkoord gaat.
Hoofdstuk
02
Basisbediening
17
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Gebruik van de navigatiemenuschermen
Overzicht van de schermen
2
5
3
1
7
4
6
8
18
Nl
Basisbediening
Hoofdstuk
02
Wat u in elk menu kunt doen
1 Top Menu
Druk op de MENU toets om het “Top Menu”
weer te geven.
Dit is het startmenu voor toegang tot de gewenste schermen en voor het bedienen van
de diverse functies.
2 Menu bestemming
U kunt uw bestemming in dit menu zoeken.
Ook kunt u via dit menu de ingestelde route
controleren of annuleren.
3 Contactgeg. scherm
Scherm voor toegang tot de lijst met contactgegevens en het oproepen van gegevens.
= Zie Gebruik van handsfree telefoneren
voor details.
4 AV-bron menu
Toegang tot het scherm voor het selecteren
van de geluids- en beeldbron die afgespeeld
moeten worden.
5 Telefoonmenu
Toegang tot het scherm dat verband houdt
met handsfree telefoneren om de belgeschiedenis te zien en de instellingen te veranderen
voor de verbinding van de Bluetooth draadloze
technologie.
6 Menu-instellingen
Toegang tot het scherm voor het aanpassen
van de instellingen aan uw eigen voorkeuren.
7 Kaartscherm
Druk op de MAP toets om het navigatiekaartscherm weer te geven.
8 AV-bedieningsscherm
Dit is het scherm dat gewoonlijk verschijnt
wanneer u de AV-bron afspeelt. Raak het pictogram in de linker bovenhoek aan om het
“AV-bron” menu weer te geven.
p Om terug te keren naar het vorige scherm,
tipt u
aan.
beeld wilt zien van een aanhangwagen achter
uw voertuig, enz.
= Zie De achteruitkijkcamera instellen op blad-
zijde 129 voor details.
1 Druk op de MENU toets om het “Top
Menu” weer te geven en tip dan [Instellingen] aan.
2 Tip eerst [Systeeminstellingen] aan en
daarna [Camera achter].
3 Tip [Aan] aan naast “Camera” om de camera-instelling te activeren.
4 Druk op de MENU toets om het “Top
Menu” weer te geven en tip dan [AV-bron]
aan.
5 Tip [Achteruitkijk] in het “AV-bron”
menu aan.
Basisbediening
Het beeld van de
achteruitkijkcamera weergeven
[Achteruitkijk] kan het beeld van de achteruitkijkcamera over het volledige scherm weergeven. [Achteruitkijk] is handig wanneer u het
19
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Het gebruik van de kaart
De meeste informatie die door uw navigatiesysteem wordt gegeven, kan op de kaart worden gezien. U
moet vertrouwd raken met de manier waarop de informatie op de kaart wordt getoond.
Het kaartscherm aflezen
Dit voorbeeld toont een 2D kaartscherm.
p Informatie met de markering (*) wordt al-
leen weergegeven wanneer de route bepaald is.
p Afhankelijk van de voorwaarden en basisin-
stellingen worden bepaalde onderdelen
niet weergegeven.
1 Volgende rijrichting*
Wanneer u een begeleidingspunt nadert,
wordt dit in groen weergegeven. Door dit item
aan te tippen kunt u vorige begeleidingsinformatie opnieuw beluisteren.
p Zie Extra informatie over de richtingbege-
leiding op bladzijde 158 voor meer infor-
matie over het richtingsymbool.
2 Afstand tot het begeleidingspunt*
Toont de afstand tot het volgende begeleidingspunt.
20
Nl
3 De naam van de te gebruiken straat (of
het volgende begeleidingspunt)*
4 Huidige tijd
5 Kompas
De rode pijl geeft het noorden aan.
6 Kaarmoduskiezer
= Zie De kaartmodus kiezen op bladzijde
22 voor details.
7 Snelkoppeling naar het
Kaart-bevestigingsscherm”
Door deze snelkoppeling aan te tippen kan het
scherm rechtstreeks naar het
“Kaart-bevestigingsscherm” overschakelen
met de huidige positie of de cursorpositie in
het midden.
Basisbediening
Hoofdstuk
02
= Zie Wat u kunt doen met het
“Kaart-bevestigingsscherm” op bladzijde
39 voor details.
8 Stoptoets voor routedemo
Deze toets wordt weergegeven wanneer u de
routedemo activeert (“Overzicht” of “Demo-modus”). Tip de toets aan om de routedemo
te annuleren.
= Zie Demomodus op bladzijde 122 voor
details.
= Zie Een simulatie van de rit met hoge
snelheid weergeven op bladzijde 47 voor
details.
9 Album-afbeelding op iPod
Als u uw iPod op dit navigatiesysteem aansluit, verschijnt de afbeelding voor het album
dat wordt afgespeeld.
a Snelkoppeling naar het AV-bedienings-
scherm
Hier wordt de AV-bron getoond die nu is geselecteerd. Door de indicator aan te tippen
wordt het AV-bedieningsscherm voor de huidige bron rechtstreeks opgeroepen.
b Verlengtabblad voor de AV-informatiebalk
Door dit tabblad aan te tippen wordt de AV-informatiebalk geopend en kunt u snel de huidige status van de AV-bron controleren. Tip nog
een keer op het tabblad om dit weer in te
schuiven.
c Huidige route*
De route die nu is ingesteld wordt in een heldere kleur op de kaart aangegeven. Als er een
tussenpunt op de route is ingesteld, wordt de
route na dit tussenpunt in een andere kleur
aangegeven.
d Huidige positie
Toont de positie van uw auto. De punt van het
driehoeksteken geeft aan in welke richting u
rijdt en het teken beweegt automatisch met
het rijden mee.
p De punt van het driehoeksteken is de
juiste huidige positie.
e Straatnaam (of naam van de stad) waar
uw voertuig langs of door rijdt
f Multi-informatievenster
Toont de waarde van de items geselecteerd op
“Weergegeven informatie”. Door dit gebied
aan te tippen kunt u het “Route-informatie”
scherm weergeven.
= Zie Weergegeven informatie op blad-
zijde 118 voor details.
= Zie De huidige route-omstandigheden
controleren op bladzijde 46 voor details.
p Dit item wordt niet getoond wanneer
“Kaart volledig scherm” op “Aan” is ingesteld.
= Zie Kaartinstellingen op bladzijde 117
voor details.
p De geschatte aankomsttijd is een ideale
waarde die het navigatiesysteem intern
berekend wanneer de route wordt uitgestippeld. De geschatte aankomsttijd
moet als een referentiewaarde worden
beschouwd en biedt geen garantie van
aankomst op dat tijdstip.
g Schaal van de kaart
De schaal van de kaart wordt weergegeven
door de afstand.
h Tweede manoeuvre pijl*
Toont de rijrichting na de volgende manoeuvre
en de afstand tot daar.
p Dit item wordt niet getoond wanneer
“Kaart volledig scherm” op “Aan” is ingesteld.
= Zie Kaartinstellingen op bladzijde 117
voor details.
Betekenis van de begeleidingsvlaggen
: Bestemming
De geblokte vlag geeft uw bestemming aan.
: Tussenpunt
De gele vlaggen tonen uw tussenpunten.
: Beginpunt
De helder groene vlag toont uw
startpunt.
Basisbediening
21
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Wegwijzer en aanbevolen rijbaan
Wegwijzers verschijnen samen met de aanbevolen rijbaan wanneer er een meerbaansweg
is op de route die u rijdt. De aangegeven rijbaan is de aanbevolen rijbaan.
p Deze informatie is gebaseerd op de kaart-
database. De informatie kan dus verschillen van de feitelijke omstandigheden.
Gebruik de informatie enkel als richtlijn
voor de richting tijdens het rijden.
Opmerking over de route aangegeven
in paars
p Een route aangegeven in paars op de kaart
geeft aan dat de route een weg bevat die
niet overeenkomt met uw voorkeursinstellingen in “Route”; “Onverharde wegen”,
Voor uw eigen veiligheid moet u langs de
gemarkeerde route goed op alle lokale verkeersregels letten en ze opvolgen.
Tip de kaartmoduskiezer aan om de kaartweergave te veranderen.
Kaartmoduskiezer
2D kaartscherm (omhoogrijdmodus)
De kaart geeft de richting van het voertuig altijd zo weer dat het voertuig zich naar de bovenkant van het scherm beweegt.
Wanneer de “omhoogrijdmodus” is geselecteerd, wordt
2D kaartscherm (noordenmodus)
aangegeven.
De kaartmodus kiezen
Er zijn een aantal kaartweergaven.
22
Nl
De kaart toont het noorden altijd bovenaan het
scherm.
Basisbediening
Wanneer de “noordenmodus” is geselecteerd,
wordt
Wanneer het 3D kaartscherm is geselecteerd,
wordt
1 Druk op de MAP toets om het navigatiekaartscherm weer te geven.
2 Tip de kaartmoduskiezer aan om de
kaartweergave te kiezen.
Bij enkele malen aantippen van de kaartmoduskiezer verandert de kaartweergave als
volgt:
2D kaartscherm (omhoogrijdmodus) — 2D
kaartscherm (noordenmodus) — 3D kaartscherm
De schaal van de kaart wijzigen
1 Druk op de MAP toets om het navigatiekaartscherm weer te geven.
2 Beweeg MULTI-CONTROL naar beneden
of boven om in of uit te zoomen.
Wanneer u MULTI-CONTROL eenmaal naar
boven of beneden beweegt, verandert de kaartschaal één stapje. Houd MULTI-CONTROL
naar boven of beneden gedrukt om de schaal
continu te veranderen.
aangegeven.
3D kaartscherm
aangegeven.
Hoofdstuk
02
Basisbediening
p Bij uitzoomen wordt de grootte van het pic-
togram verkleind totdat dit volledig is verborgen. Het punaisevormige pictogram
verandert niet van grootte en wordt voortdurend weergegeven.
p Bij verder uitzoomen worden de strepen
van de verkeersinformatie verborgen.
De kaart naar de plaats
verschuiven die u wilt zien
1 Druk op de MAP toets om het navigatiekaartscherm weer te geven.
2 Kies het 2D kaartscherm.
= Zie De kaartmodus kiezen op de vorige blad-
zijde voor details.
3 Tip de kaart even kort aan.
Door even kort de plaats op de kaart aan te tippen die u wilt zien, wordt de cursor op die
plaats gezet.
23
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Wanneer de cursor op de gewenste plaats
wordt gezet, verschijnt er een kort informatief
overzicht onderaan op het scherm over de
plaats die wordt weergegeven, met de straatnaam en andere informatie voor de betreffende locatie. (De getoonde informatie hangt
af van de plaats.)
4 Tip de kaart aan en sleep deze in de gewenste richting om hem te verschuiven.
Bij het slepen van de kaart wordt deze verschoven. De grootte van de schuifstappen
hangt af van de sleepafstand.
p Druk op de MAP toets om de kaart te laten
terugkeren naar de huidige positie.
3 Tip even kort op een willekeurige
plaats op de kaart om de regelaars voor de
kantel- en draaihoek te tonen.
Cursor
Regelaars voor de kantel- en draaihoek
p Tip opom de regelaars voor de kantel-
en draaihoek te verbergen.
4 Tip op de regelaars om de gewenste
kantel- en draaihoek in te stellen.
De kantelhoek en de draaihoek
van de kaart veranderen
Op een 3D kaartscherm kunt u de kaart even
aantippen om de regelaars voor de kantel- en
draaihoek te tonen.
1 Druk op de MAP toets om het navigatiekaartscherm weer te geven.
2 Kies het 3D kaartscherm.
= Zie De kaartmodus kiezen op bladzijde 22
voor details.
24
Nl
Basisbediening
Hoofdstuk
02
De basisinstructies voor het
uitstippelen van uw route
1 Parkeer uw voertuig op een veilige plek en
trek de handrem aan.
j
2 Geef het “Menu bestemming” weer.
j
3 Kies de methode voor het zoeken van uw
bestemming.
j
4 Voer de informatie over de bestemming in
totdat er tenslotte één bestemming over is.
j
5 Tip [Ga nu hiernaartoe] op het “Kaart-be-
vestigingsscherm” aan.
j
6 Het navigatiesysteem berekent de route
naar uw bestemming en geeft daarna de
route weer op de kaart.
j
7 Zet de handrem vrij en rijd overeenkomstig
de navigatiebegeleiding.
Bedieningslijstschermen
(bijv. stedenlijst)
3
1
45
1 Schermtitel
De schermtitel verschijnt.
2
2 Huidige pagina/totaal aantal pagina’s
3
Terugkeren naar het vorige scherm.
4
Door de of op de schuifbalk aan te tippen,
schuift u door de lijst en kunt u de resterende
items zien.
5 Items in de lijst
Bij het aantippen van een item in de lijst kunt
u de opties beperken en doorgaan naar de volgende bedieningsstap.
Gebruik van het
toetsenbord op het scherm
123456
789a
1 Tekstvakje
Toont de tekens die zijn ingevoerd. Als er geen
tekst in het vakje is, wordt er informatieve
tekst getoond.
2 Schermtitel
De schermtitel verschijnt.
3 Toetsenbord
Tip de toetsen aan om de letters en cijfers in
te voeren.
4 Aantal mogelijke keuzes
5
Terugkeren naar het vorige scherm.
6
:
Eén voor één wissen van de ingevoerde tekens, te beginnen bij het einde van de tekst.
Door te blijven drukken, wordt alle tekst gewist.
7 Hoofdlettervergrendeling
Basisbediening
25
Nl
Hoofdstuk
02
Basisbediening
Hiermee wordt het toetsenbord omgeschakeld
tussen kleine letters en hoofdletters.
Elke keer dat u [aA] aantipt, wordt de instelling als volgt gewijzigd:
— de eerste letter van een woord
wordt een hoofdletter.
— u kunt de letters als kleine letters
invoeren. (Wanneer een spatie wordt ingevoerd, wordt automatisch naar
geschakeld.)
— u kunt de letters met de hoofdlettergrendeling invoeren.
8 [@/!]:
Toont de toets voor het invoeren van speciale
tekens, zoals [!].
p De weergave van deze toets en de te-
kens die ingevoerd kunnen worden, variëren afhankelijk van de huidige lay-out
van het toetsenbord.
9 [Toetsen]
Hiermee kiest u een andere lay-out voor het
toetsenbord.
a [Klaar]
Hiermee bevestigt u de invoer en gaat u door
naar de volgende stap.
over-
26
Nl
Een locatie zoeken en selecteren
Hoofdstuk
03
BELANGRIJK
Om veiligheidsredenen zijn de functies voor de
bepaling van de route niet beschikbaar zolang
het voertuig rijdt. Om deze functies te activeren
en een route te bepalen, dient u op een veilige
plaats te stoppen en de handrem aan te trekken.
p Sommige informatie over verkeersregels is
afhankelijk van het tijdstip waarop de route
wordt berekend. Deze informatie is daarom
mogelijk niet in overeenstemming met een
bepaalde verkeersregel op het moment dat
uw voertuig de betreffende locatie passeert.
Bovendien gelden de aangegeven verkeersregels voor een personenauto en niet voor
een bedrijfsauto. Houd u altijd aan de
daadwerkelijke verkeersregels als u in uw
voertuig rijdt.
Een locatie aan de hand
van het adres zoeken
De meest gebruikte functie is [Adres], waarbij
het adres wordt opgegeven en de bestemming
wordt opgezocht.
1 Tip [Bestemming] in het “Top Menu”
aan.
2 Tip [Adres] aan.
Een locatie zoeken en selecteren
3 Tip de toets naast “Land:” aan om de
landenlijst weer te geven.
4 Tip een van de items in de lijst aan om
het land in te stellen.
Het scherm keert terug naar het vorige
scherm.
27
Nl
Hoofdstuk
03
Een locatie zoeken en selecteren
5 Tip de toets naast “Plaats:” aan om de
naam van de stad in te voeren.
6 Voer de naam van de stad of de postcode in.
! Wanneer het aantal opties is gedaald tot
zes of minder, zullen deze automatisch worden weergegeven.
! Als u de opties wilt weergeven die overeen-
komen met de informatie die tot nu toe is
ingevoerd, tipt u [Klaar] aan.
! Bij het aantippen van [Historiek] wordt een
lijst met steden getoond die u voorheen
hebt geselecteerd.
centrum van de betreffende stad te selecteren, waarna u doorgaat naar het
“Kaart-bevestigingsscherm”.
8 Voer de straatnaam in en tip de gewenste straat in de lijst aan.
! Wanneer reeds een straat is ingesteld, kunt
u[Midden straat] aantippen om het mid-
den van de betreffende straat te selecteren,
waarna u doorgaat naar het
“Kaart-bevestigingsscherm”.
! Wanneer reeds een straat is ingesteld, kunt
u[Zoek kruispunt] aantippen om een
kruispunt te zoeken. Nadat u de tweede
straatnaam hebt ingevoerd en het gewenste
kruispunt hebt geselecteerd, verschijnt het
“Kaart-bevestigingsscherm”. Dit is handig
wanneer u het huisnummer niet weet of als
u geen huisnummer kunt invoeren voor de
geselecteerde straat.
9 Voert het huisnummer in en tip dan
[Klaar] aan.
! Als het huisnummer dat u hebt ingevoerd
niet wordt gevonden, verschijnt er een melding. In dat geval wordt er een huisnummer
in de buurt van het geselecteerde huisnummer ingevoerd wanneer u [OK] aantipt.
10 Tip een van de opties onderaan op het
“Kaart-bevestigingsscherm” aan om de volgende bedieningsstap te selecteren.
7 Tip de gewenste stad aan.
! Wanneer reeds een stad is ingesteld, kunt u
[Stadscentrum] aantippen om het stads-
28
Nl
Tip [Route…] en dan [Ga nu hiernaartoe]
aan om de geselecteerde plaats als uw bestemming in te stellen en de route naar dat
punt te berekenen.
Een locatie zoeken en selecteren
Hoofdstuk
03
= Zie Wat u kunt doen met het
“Kaart-bevestigingsscherm” op bladzijde 39
voor details betreffende de andere bedieningsfuncties op het
“Kaart-bevestigingsscherm”.
Als er maar één optie overeenkomt met uw invoer,
gaat het scherm meteen naar het
“Kaart-bevestigingsscherm” en wordt het invoeren van de straatnaam of het huisnummer overgeslagen. Als u die locatie niet wilt, tipt u
aan om opnieuw te proberen met een ander
adres.
Nuttige plaatsen (POI) in de
buurt zoeken
Informatie over diverse nuttige plaatsen (POI),
zoals benzinestations, parkeerplaatsen en restaurants, is beschikbaar. U kunt een POI zoeken door de categorie te selecteren (of de POInaam in te voeren).
POI’s in de buurt van de cursor
zoeken
1 Tip [Bestemming] in het “Top Menu”
aan en daarna [POI].
2 Tip [Rondom Cursor] aan.
3 Sleep de kaart om de cursor naar de gewenste plaats te brengen en tip [OK] aan.
Een locatie zoeken en selecteren
Het aantal POI’s in de buurt verschijnt onderaan op het scherm.
4 Tip de gewenste categorie aan.
Als er nog meer gedetailleerde categorieën
binnen de geselecteerde categorie zijn, herhaalt u deze stap naar vereist.
Tip [Zoeken] aan om te zoeken naar een POI
door de POI-naam in de geselecteerde catego rie in te voeren.
Door [Alle] aan te tippen wordt een lijst getoond met alle POI’s die in de categorieën zijn
die nu worden weergegeven.
5 Tip de gewenste POI aan.
29
Nl
Hoofdstuk
03
Een locatie zoeken en selecteren
! Door [Naam] aan te tippen worden de op-
ties in de lijst op alfabetische volgorde gesorteerd.
! Door [Afstand] aan te tippen worden de op-
ties in de lijst op afstand gesorteerd.
p Pictogrammen vereenvoudigen het snel
herkennen van categorieën van faciliteiten
met dezelfde naam.
6 Tip een van de opties onderaan op het
“Kaart-bevestigingsscherm” aan om de volgende bedieningsstap te selecteren.
Tip [Route…] en dan [Ga nu hiernaartoe]
aan om de geselecteerde plaats als uw bestemming in te stellen en de route naar dat
punt te berekenen.
= Zie Wat u kunt doen met het
“Kaart-bevestigingsscherm” op bladzijde 39
voor details betreffende de andere bedieningsfuncties op het
“Kaart-bevestigingsscherm”.
p Door te zoeken naar een plaats en [Info]op
het “Kaart-bevestigingsscherm” aan te tippen kunt u ook naar dichtstbijzijnde POI’s
rondom de cursor zoeken.
= Zie Informatie over een opgegeven locatie be-
kijken op bladzijde 41 voor details.
Een dichtbijzijnde POI zoeken
1 Tip [Bestemming] in het “Top Menu”
aan en daarna [POI].
2 Tip [Rondom huidige GPS-locatie] aan.
De lijst met POI-categorieën wordt weergegeven.
= Zie POI’s in de buurt van de cursor zoeken
op de vorige bladzijde voor de verdere bedieningsaanwijzingen.
POI’s langs de huidige route
zoeken
p Deze functie is alleen beschikbaar wanneer
de route reeds is uitgestippeld.
1 Tip [Bestemming] in het “Top Menu”
aan en daarna [POI].
2 Tip [Langs route] aan.
De lijst met POI-categorieën wordt weergegeven.
= Zie POI’s in de buurt van de cursor zoeken
op de vorige bladzijde voor de verdere bedieningsaanwijzingen.
POI’s in de buurt van de
bestemming zoeken
p Deze functie is alleen beschikbaar wanneer
de route reeds is uitgestippeld.
1 Tip [Bestemming] in het “Top Menu”
aan en daarna [POI].
2 Tip [Rondom bestemming] aan.
De lijst met POI-categorieën wordt weergegeven.
= Zie POI’s in de buurt van de cursor zoeken
op de vorige bladzijde voor de verdere bedieningsaanwijzingen.
POI’s in de buurt van het adres
zoeken
1 Tip [Bestemming] in het “Top Menu”
aan en daarna [POI].
2 Tip [Rond opgegeven adres] aan.
3 Voer het gewenste adres in.
= Zie Een locatie aan de hand van het adres
zoeken op bladzijde 27 voor details.
30
Nl
Loading...
+ 154 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.