Schrijf het serienummer hierboven
voor verdere raadpleging.
Sticker met
serienummer
VRAGEN?
Als u nog vragen hebt of er zijn
onderdelen die ontbreken of beschadigd zijn, neem dan contact
op met de winkel waar u dit product hebt gekocht.
GEBRUIKSAANWIJZING
Bezoek onze website:
www.iconsupport.eu
OPGELET
Lees alle instructies en voorzorgsmaatregelen in deze handleiding door voordat u dit apparaat gaat gebruiken. Bewaar
deze handleiding voor verdere
raadpleging.
De stickers met waarschuwing hier
getoond zijn op de aangegeven plaatsen
geplakt. Bel, wanneer een sticker ont-
breekt of niet leesbaar is, het nummer
op de kaft van deze handleiding en
vraag voor een vervangsticker. Plak de
sticker op de aangegeven plaats.
Opmerking: de stickers worden niet op
ware groote weergegeven.
NordicTrack is een merk van ICON IP, Inc.
IPod is een merk van Apple Computer, Inc., geregistreerd
in de VS en in andere landen. iPod®is niet inbegrepen.
2
BELANGRIJKE VOORZORGSMAATREGELEN
WAARSCHUWING: lees alle belangrijke voorzorgsmaatregelen en instructies in
eze handleiding en alle waarschuwingen op uw loopband voordat u deze gebruikt om het risico van
d
ernstig letsel te verminderen. ICON is niet verantwoordelijk voor persoonlijk letsel of schade door het
gebruik van dit produkt.
1. Raadpleeg uw huisarts voordat u met dit of
enig ander oefenprogramma begint. Dit is bijzonder belangrijk voor mensen ouder dan 35
of mensen met gezondheidsproblemen.
2. Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar zich te ervan te overtuigen dat alle gebruikers van de loopband voldoende op de
hoogte zijn van de voorzorgsmaatregelen en
waarschuwingen.
3. Gebruik de loopband alleen zoals
voorgeschreven.
4. Plaats de loopband op een vlakke ondergrond met minstens 2,4 m ruimte rondom,
ruimte achter de loopband en 0,6 m ruimte
aan iedere kant van de loopband. Zorg ervoor
dat de loopband geen luchtopeningen,
luchtroosters blokkeert. Leg een kleed onder
de loopband om de vloer te beschermen.
5. Gebruik de loopband uitsluitend binnenshuis
en uit de buurt van vocht en stof. Plaats de
loopband niet in een garage, op een overdekt
terras of bij water.
6. Gebruik de loopband niet waar spuitbussen
gebruikt worden of waar zuurstof wordt
toegevoegd.
7. Houdt te allen tijde kinderen jonger dan 12 en
huisdieren bij de loopband vandaan.
8. De loopband kan alleen door mensen die
minder dan 136 kg wegen worden gebruikt.
Sportkleding voor mannen en vrouwen aanbevolen. Gebruik de loopband nooit op blote
voeten, op sokken of op sandalen. Draag altijd sportschoenen.
11. Steek de stekker alleen in een geaard stopcontact (zie pagina 12). Geen elk ander apparaat moet zich op dezelfde groep bevinden.
12. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of
korter.
13. Houdt de stekker bij hete oppervlaktes vandaan.
14. Loop nooit op de loopband wanneer de elec-
triciteit uitgeschakeld is. Gebruik de loopband niet wanneer het electrische snoer of
stekker beschadigd is. Gebruik de loopband
niet als hij niet goed werkt. (Zie PROBLEMEN
OPLOSSEN op pagina 22 als de loopband
niet goed werkt.)
15. Lees de noodstopprocedure grondig door en
test de procedure voordat u de loopband gebruikt (raadpleeg HOE HET APPARAAT AAN
TE ZETTEN op pagina 14).
16. Start de loopband nooit wanneer u op de
band staat. Houdt u altijd vast aan de handleuningen wanneer u de loopband gebruikt.
17. De loopband kan een hoge snelheid bereiken.
Stel de snelheid geleidelijk bij om
schokkende versnellingen te voorkomen.
9. Laat nooit meer dan een persoon op de loopband.
10. Draag geschikte kleding wanneer u de loopband gebruikt. Draag geen losse kleding die
in de loopband verstrikt kan raken.
18. De polssensor is geen medisch instrument.
Verschillende factoren zoals beweging van
de gebruiker kunnen de nauwkeurigheid van
de metingen beïnvloeden. De polssensor is
alleen als hulpmiddel bedoeld voor algemene
hartslag meting.
3
9. Laat de loopband nooit zonder toezicht rond-
1
draaien. Verwijder altijd de sleutel, trek de
stekker uit het stopcontact, en zet de
Reset/off Stroomonderbreker Reset-positie
wanneer u de loopband niet gebruikt. (Zie de
tekening op pagina 5 om de Reset/off
troomonderbreker.)
S
20. Voltooi eerst de montage van de loopband
voordat u hem uitklapt, inklapt of verplaatst.
(Zie MONTAGE op pagina 6 en DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN op
pagina 20). U moet zeker 20 kg kunnen tillen
om de loopband te kunnen uitklappen,
inklappen of verplaatsen.
21. Zorg ervoor dat de sluitknop volledig gesloten is voordat u de loopband inklapt of verplaatst.
22. Steek geen enkel onderwerp in welke opening dan ook van de loopband.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
3. Controleer regelmatig of alle onderdelen nog
2
goed vast zitten en verstevig ze indien nodig.
24.
GEVAAR:trek de stekker altijd direct na
gebruik van de loopband uit het stopcontact.
Eveneens de stekker uit het stopcontact
rekken vóór het schoonmaken van de loop-
t
band, voor het plegen van onderhoud en voor
het bijregelen zoals beschreven is in deze handleiding. Verwijder nooit de motorkap tenzij een
technicus dat aangeeft. Ander onderhoud dan
datgene wat vermeld staat in deze handleiding
moet door een technicus uitgevoerd worden.
25. Deze loopband is alleen voor huiselijk gebruik bedoeld. Gebruik de loopband niet
commercieel of voor verhuur.
26. Te veel oefenen kan tot blessures of zelf de
dood leiden. Als u zich duizelig voelt of pijn
voelt, stop dan meteen met het oefenen en
begin met een afkoeling.
4
VOORDAT U BEGINT
Dank u dat u hebt gekozen voor de revolutionaire
ordicTrack
N
biedt een reeks aan indrukwekkende functies die zijn
ontwikkeld om uw oefeningen effectiever en leuker te
maken. Als u geen oefeningen doet, kunt u deze unieke
2000 loopband opvouwen, waardoor deze minder dan
C
de helft van de ruimte inneemt van andere loopbanden.
Lees, voor uw welzijn, deze handleiding zorgvuldig
door voordat u de loopband begint te gebruiken.
®
2000 loopband. Deze C2000 loopband
C
Speakers
Accessoire Houder
Handleuning
Staander
Raadpleeg de kaft van deze handleiding mocht u nog
ragen hebben nadat u de handleiding hebt
v
doorgelezen. Voordat u met ons contact opneemt,
schrijf het productnummer en serienummer even op.
De plaats waar u beide stickers kunt vinden wordt op
e kaft van de handleiding aangegeven.
d
Voordat u verder leest, bekijk eerst aandachtig de
tekening hieronder en de verschillende onderdelen.
Bedienings
-paneel
Polssensor
Sleutel/Klip
Loopband
Voetkussentje
Bijstelbouten voor
de Achterroller
Reset/off
Stroomonderbreker
Platformkussen
5
MONTAGE
1” Screw (99)–2
De montage van deze loopband moet door twee mensen gebeuren. Plaats de loopband op een open plek en
verwijder de verpakking. Gooi de verpakking pas weg wanneer u de loopband volledig gemonteerd heeft.
Opmerking: de onderkant van de loopband is met een hoogwaardig smeer behandeld. Het kan zijn dat tijdens het
vervoer wat van het middel op de bovenkant van de loopband terecht is gekomen of zich in de verpakking
bevindt. Dit is normaal en tast de prestatie van de loopband niet aan. Mocht er wat van het middel op de
ovenkant van de loopband bevinden, veeg dit dan met een zachte lap gewoon weg.
b
Tijdens de montage zult u de meegeleverde inbussleutels, uw eigen kruiskopschroevendraaier
, en engelse sleutels nodig hebben, en rubber hamer.
Bekijk de tekeningen hieronder om u te helpen met het zoeken naar onderdelen. Het nummer tussen haakjes
onder iedere tekening is het nummer van het onderdeel van de LIJST MET ONDERDELEN aan het eind van
deze handleiding. Het getal na de haakjes geeft het aantal onderdeeltjes aan wat nodig is voor de montage.
Opmerking: sommige kleine onderdelen kunnen al gemonteerd zijn. Wanneer een onderdeel zich niet in
de zak met onderdelen bevindt, kijk dan om te zien of het al gemonteerd is. Om schade aan de plastic onderdelen te vermijden, gebruik nooit elektrisch gereedschap voor de montage.
1. Zorg ervoor dat het stroomsnoer niet
aangesloten is.
Verwijder de 3/8" moer (8), de 3/8" x 2" bout (4),
de beugelbouten (B), en de twee transportbeugels (A, C) van de Basis (83). Herhaal deze
stap aan de andere kant van de loopband.
Gooi de transportbeugels en de beugelbouten
weg.
1
83
B
C
A
4
8
6
. Leg, met hulp van een tweede persoon, de loop-
2
band voorzichtig op zijn linkerkant. Vouw het
nderstel (56) wat in zodat de loopband sta-
O
bieler is. Vouw het Onderstel niet helemaal in.
2
83
Snij de banden die de Draad van de Staander
38) aan de Basis (83) bevestigen door. Zoek
(
naar de band in het aangegeven gat in de Basis
en gebruik het koord om de Draad van de
Staander uit het gat te trekken.
Maak een Kussentje voor de Basis (81) op de
getoonde plaats vast aan de Basis (83) met een
Tussenstuk voor het Kussentje voor de Basis
(13) en een #8 x 1" Tekschroef (2). Maak vervolgens het andere Kussentje voor de Basis (81)
vast met alleen maar een #8 x 1" Tekschroef
(2).
3. Maak een Wiel (84) vast met de 3/8" x 2" Bout
(4) en de 3/8" Moer (8) die u heeft verwijderd in
montagestap 1. Draai de Moer niet te strak
vast. Het wiel moet vrij kunnen draaien.
Gat
38
13
56
3
4
81
2
1
8
2
4. Zoek naar de Rechter Staander (78) en naar het
Tussenstuk van de Rechter Staander (79), die
aangegeven zijn met stickers. Steek de Draad
van de Staander (38) door de Rechter Staander
zoals aangegeven.
Bekijk de inzet-tekening. Maak de lange band
in de Rechter Staander (78) stevig vast rond het
eind van de Draad van de Staander (38). Houdt,
met hulp van een tweede persoon, de Rechter
Staander bij de Basis vast. Trek dan aan het andere eind van de lange band totdat de Draad
van de Staander helemaal door de Rechter
Staander is getrokken.
4
38
38
8
78
Lange
Band
84
78
Lange Band
79
38
83
7
5. Plaats het Tussenstuk van de Rechter Staander
(79) op de Basis (83). Zorg ervoor dat de
Draad van de Staander (38) niet bekneld
raakt. Steek, met hulp van een tweede persoon,
wee 3/8" x 5" Bouten (6) met twee 3/8"
t
Sterringen (9) in de Rechter Staander (78) en
plaats de Rechter Staander op het Tussenstuk
van de Rechter Staander. Gebruik, mocht dat
odig zijn, een rubberen hamer voor de kop van
n
de Rechter Staander om ervoor te zorgen dat
de Staander helemaal in het Tussenstuk zit.
Draai de 3/8" x 5" Bouten (6). Draai de Bouten
nog niet te vast.
Druk vervolgens een Basiskapje (77) in de
Basis (83).
6. Met de hulp van een tweede persoon, leg de
loopband voorzichtig op de rechterkant. Vouw
het Onderstel (56) gedeeltelijk zodat de loopband stabieler is; vouw het Onderstel nog niet
helemaal.
Maak een Kussen van de Basis (81) aan de
Basis (83) op de aangegeven plaats vast met
een #8 x 1" Tekschroef (2) en een Tussenstuk
voor het Kussen van de Basis (13). Maak dan
een ander Kussen van de Basis (81) met
slechts een #8 x 1" Tekschroef (2) vast.
5
6
78
9
7
83
6
81
2
9
38
83
77
56
4
Maak een Wiel (84) vast met de 3/8" x 2" Bout
(4) en de 3/8" Moer (8) die u heeft verwijderd in
montagestap 1. Draai de Moer niet te strak vast.
Het wiel moet vrij kunnen draaien. Gooi detransportbeugel weg.
7. Plaats het Tussenstuk van de Linker Staander
(76) op de Basis (83). Steek, met hulp van een
tweede persoon, twee 3/8" x 5" Bouten (6) met
twee 3/8" Sterringen (9) in de Linker Staander
(74) en plaats de Linker Staander op het
Tussenstuk van de Linker Staander. Gebruik,
mocht dat nodig zijn, een rubberen hamer voor
de kop van de Linker Staander om ervoor te
zorgen dat de Staander helemaal in het
Tussenstuk zit.
Draai de 3/8" x 5" Bouten (6). Draai de Bouten
nog niet te vast.
Druk vervolgens een Basiskapje (77) in de
Basis (83).
13
84
81
2
7
77
6
9
76
8
74
83
Leg met de hulp van een tweede persoon de
loopband neer zodat de Basis (83) plat op de
vloer ligt.
8
8. Leg het onderstel van het bedieningspaneel ondersteboven op een zacht oppervlak om
schrammen te vermijden. Houdt de Rechter
Handleuning (95) bij het bedieningspaneel.
teek vervolgens de draad van het bedien-
S
ingspaneel in het grote gat in de Rechter
Handleuning en haal deze uit de bovenkant
zoals getoond. Gebruik, mocht dat nodig zijn,
en tang om de draad van het bedieningspaneel
e
uit te kunnen trekken.
Maak de Rechter Handleuning (95) en de Linker
Handleuning (niet getoond) vast met vier #8 x
3/4" Schroeven (1) (twee zijn getoond). Zorg er-
voor dat de draden niet bekneld raken. Start
eerst alle Schroeven voordat u ze vastdraait.
Draai de Schroeven niet te vast.
8
Draad van het
Bedieningspaneel
at
5
9
1
G
1
Bedieningspaneel-
onderstel
9. Draai een 1/4" x 1 1/4" Bout (5) met een 1/4"
Sterring (33) vast in de houder en in de
Dwarsstang van de Handleuning (94) aan beide
kanten van het bedieningspaneel (alleen een
kant is getoond).
Maak de draadverbinding vast aan de Draad
van het Bedieningspaneel.
10. Verwijder de lange band van de Draad van de
Staander (38).
Plaats het bedieningspaneel, met hulp van een
tweede persoon, naast de rechter Staander
(78). Verbind de Draad van de Staander (38)
met de draad van het bedieningspaneel.
Raadpleeg de inzet-tekening. De connectors
moeten gemakkelijk naast elkaar schuiven
en op hun plaats klikken. Als dit niet gebeurt,
draai dan een van de aansluitingen en probeer
het opnieuw. ALS DE CONNECTORS NIET
GOED ZIJN AANGESLOTEN, KAN HET BEDIENINGSPANEEL BESCHADIGD RAKEN
WANNEER DE STROOM WORDT INGESCHAKELD.
Maak het bedieningspaneel vast aan de
Rechter Staander (78) en aan de Linker
Staander (niet getoond) met vier 5/16" x 3 1/4"
Bouten (7) en vier 5/16" Sterringen (10) (twee
zijn aangegeven). Zorg ervoor dat de draden
niet beklemd raken.
9
Bedieningspaneel
Bedieningspaneel-
onderstel
10
Bedieningspaneel-
Draad van het
Bedieningspaneel
78
7
Draad van het
33
onderstel
38
10
5
Lange
Band
Opbinddraad voor
de Bedrading
94
Draad
van het
Bedie-
nings-
paneel
38
Zie stap 5 en 7. Draai de vier 3/8" x 5" Bouten
(6) vast.
9
11. Identificeer de Sluitknop (53). Verwijder de band
van het eind van de buis. Zorg ervoor dat de
mouw over het aangegeven gat zit en dat de
Veerslotknop (54) in het aangegeven gat vast
it. Trek aan de mouw om er zeker van te zijn
z
dat deze in de goede stand vast zit.
1
1
54
12. Til het Onderstel (56) in de getoonde stand.
Laat een tweede persoon het Onderstel tijdens deze stap vasthouden.
Sluitknop (53) zodanig dat de grote buis en het
Veerslotknop (54) in de getoonde stand zitten.
Maak de Veerslotbeugel (14) en het Sluitknop
(53) vast aan de Basis (83) met twee 3/8" x 2"
Bouten (4) en twee 3/8" Moeren (8).
Maak het boveneind van het Sluitknop (53) vast
aan de houder op het Onderstel (56) met een
3/8" x 2" Bout (4) en een 3/8" Moeren (8).
Opmerking: het kan nodig zijn het onderstel
naar voren en naar achter te bewegen om het
boveneind van het Slot aan de houder vast te
maken.
Laat het Onderstel (56) (raadpleeg DE LOOPBAND OMLAAG BRENGEN VOOR GEBRUIK
op pagina 21).
12
Buis
Grendelhuls
56
8
54
8
4
53
Grote
Buis
14
Gat
53
83
4
13. Druk het Linker Accessoirehouder (99) en het
Rechter Accessoirehouder (106) in de Basis van
het Bedieningspaneel (91).
14. Zorg ervoor dat alle onderdelen vast zijn gedraaid voordat u de loopband gebruikt. Verwijder, indien
aanwezig, de dunne plastic velletjes over de stickers op de loopband. Leg een matje onder de loopband om
uw vloerbedekking te beschermen. Bewaar de meegeleverde sleutel op een veilige plaats. Bewaar de
meegeleverde (zeshoekige) sleutels op een veilige plaats. U zult de sleutel nog nodig hebben om de loopband bij te stellen (zie pagina 23–24).
13
91
99
106
10
HOE DE BORSTKAS-POLSSENSOR TE GEBRUIKEN
DE BORSTKAS-POLSSENSOR DRAGEN
e borstkas-polssensor bestaat uit twee delen: de
D
borstkas-band en de sensor. Steek de flap van de
orstkas-band in het ene uiteinde van de sensor, zoals
b
afgebeeld in de tekening. Druk het uiteinde van de
sensor onder de gesp van de borstkas-band. De flap
moet gelijk zijn met de voorkant van de sensor.
Borstkas-band
Flappen
Flap
Sensor
Sensor
Doe vervolgens de
borstkas-polssensor
om uw borstkas en
maak het andere eind
van de borstkas-band
vast aan de sensor.
Mocht het nodig zijn,
stel dan de lengte van
de band bij. De borstkas-polssensor moet onder uw kleding gedragen worden, strak tegen uw huid en hoog onder uw borstspieren of borsten. Zorg ervoor dat het logo van de sensor
naar voren wijst en rechtop staat.
Trek de sensor een paar centimeter van uw lichaam
en zoek naar de twee elektrodes aan de binnenkant
(de elektrodes hebben kleine randjes). Maak beide
elektrodes nat met een zoute vloeistof, zoals wat
speeksel of vloeistof voor contact lenzen. Plaats de
sensor terug tegen uw huid.
Gesp
een plastic zak of andere verpakking die vocht kan
vasthouden.
• Stel de borstkas-polssensor niet langdurig bloot aan
irect zonlicht, niet aan een temperatuur lager dan
d
-10° C of aan een temperatuur hoger dan 50° C.
• Buig en rek de sensor tijdens het gebruik of het op-
bergen van de borstkas-polssensor niet te veel.
• Maak de borstkas-polssensor schoon met een
zachte doek en een beetje niet agressief schoonmaakmiddel. Gebruik nooit schuurmiddelen, alcohol
of chemische producten. U kunt de borstkas-band
met de hand wassen en dan laten drogen.
PROBLEMEN OPLOSSEN
De instructies op de volgende paginaʼs leggen uit
hoe u de borstkas-polssensor met het bedieningspaneel kunt gebruiken. Loop de hieronder genoemde procedures door wanneer de borstkaspolssensor niet goed werkt.
• Zorg ervoor dat u de borstkas-polssensor goed
draagt zoals hier links is beschreven. Opmerking:
verplaats de sensor wat naar boven of naar beneden wanneer de borstkas-polssensor niet goed
werkt.
• Gebruik wat zoute vloeistof zoals speeksel of vloei-
stof voor contact lenzen om de elektrodes van de
sensor nat te maken. Maak de elektrodes opnieuw
wat nat wanneer de hartslag metingen pas verschijnen nadat u begint te transpireren.
• Loop of ren zo goed mogelijk op het midden van de
loopband. Voor de goede weergave van de hart-
slag metingen moet de gebruiker zich op minder
dan een armlengte van het bedieningspaneel bevinden.
VERZORGING EN ONDERHOUD
• Droog de borstkas-polssensor goed af na ieder gebruik. De borstkas-polssensor wordt ingeschakeld
wanneer u de elektrodes nat maakt en de borstkaspolssensor draagt. De borstkas-polssensor gaat uit
wanneer deze wordt afgedaan en de elektrodes gedroogd worden. De sensor blijft langer dan nodig
branden en zodoende zullen de batterijen leeg lopen
als de borstkas-polssensor elektrodes niet goed gedroogd worden.
• Bewaar de borstkas-polssensor op een warme en
droge plaats. Bewaar de borstkas-polssensor niet in
• De borstkas-polssensor is ontwikkeld voor mensen
met een normale hartslag. Problemen met de hartslagmeting kunnen een medische oorzaak hebben
zoals vroegtijdige ventriculaire samentrekking, hartkloppingen, of aritmie.
• De werking van de borstkas-polssensor kan beïnvloed worden door magnetische storingen die veroorzaakt worden door hoogspanningsdraden en andere elektromagnetische bronnen. Verplaats de
loopband als u vermoedt dat dit de oorzaak is.
• De CR2032 batterij kan vervangen moeten worden
(zie pagina 24).
11
GEBRUIK EN BIJSTELLEN
DE AL INGESMEERDE LOOPBAND
Uw loopband is voorzien van een band die al met een hoogwaardig smeermiddel is behandeld. BELANGRIJK:
ehandel de band of het loopplatform nooit met silicone spray of enig ander middel. Als uw dat doet zult
b
u de loopband beschadigen.
HOE DE STEKKER IN STOPCONTACT TE STEKEN
De stekker moet geaard zijn. Mocht het niet goed functioneren
geeft de aarding de laagste weerstandspad voor de electriciteit om
zodoende het risico van electrische schok te verminderen. Een
snoer en geaarde stekker zijn bijgeleverd. BELANGRIJK: als het
snoer beschadigd is moet u het vervangen met een door de fabrikant aanbevolen snoer.
Bekijk tekening 1. Steek het aangegeven eind van het snoer in het
stopcontact van de loopband. Bekijk tekening 2. Steek het snoer in
een goed geinstalleerd en geaard stopcontact die overeenkomt met
alle plaatselijke regelingen.
1
2
Stopcontact van de
Loopband
Stopcontact
GEVAAR: een verkeerd stopcontact (zonder aarde) kan tot een electrische schok leiden.
Laat een elektricien de aarding nakijken als u niet zeker van bent dat het stopcontact goed geaard is.
Knoei niet aan de stekker van het apparaat. Laat een elektricien een nieuwe stekker monteren als de
stekker niet in het stopcontact past.
12
BEDIENINGSPANEEL
Besturings Toetsen
DE STICKER MET WAARSCHUWING PLAKKEN
De waarschuwing op het bedieningspaneel is in het
engels. Deze waarschuwing bestaat ook in diverse
talen op het inbegrepen vel. Plak de sticker met uw
taal op het bedieningspaneel.
FUNCTIES VAN HET BEDIENINGSPANEEL
Het bedieningspaneel van de loopband is voorzien van
verschillende functies om het meest doeltreffend te oefenen. U kunt wanneer u de handmatige instelling kiest
de snelheid en de hellingstand van de loopband veranderen door een druk op een toets. Het bedieningspaneel zal U tijdens uw oefening voortdurend feedback
geven. U kunt zelfs uw hartslag meten met de ingebouwde polssensor of borstkas-polssensor.
Tevens bevat het bedieningspaneel vijftien vooraf ingestelde oefeningen: vijf afslank, vijf prestatie, en vijf
aerobic oefeningen. Iedere oefening zal automatisch
de snelheid en de helling van de loopband bijstellen
om u zo door een effectieve oefening te leiden.
Op het bedieningspaneel kunt u ook het nieuwe iFit interactief oefensysteem kiezen. Bij het iFit-systeem
kunt u de Interactieve Oefenkaarten van iFit in het bedieningspaneel gebruiken. Op deze kaarten worden
oefenprogrammaʼs opgeslagen zodat u specifiek
voorop—gezette doelwaarden kunt bereiken bij uw oefensessie. Bijvoorbeeld: u kunt ongewenste kiloʼs verliezen met het afvalprogramma van 8 weken of u kunt
trainen voor een langeafstandsloop met het Marathonprogramma. De iFit-programmaʼs zullen de loopband
automatisch aansturen terwijl de stem van een persoonlijke trainer u helpt om u te motiveren bij elk onderdeel van het oefenprogramma. iFit-kaarten zijn afzonderlijk verkrijgbaar. Om iFit-kaarten te kopen, ga
naar www.iFit.com. De iFit-kaarten zijn ook in
bepaalde winkels verkrijgbaar.
U kunt tijdens je oefensessie zelfs luisteren naar je
lievelingsmuziek of naar ingesproken boeken dankzij
de stereo-geluidsinstallatie van het bedieningspaneel
en tegelijkertijd uw conditie op peil houden.
Om het controlepaneel handmatig te bedienen,
volg de stappen beginnende op bladzijde 14.
Raadpleeg pagina 17 om een voorafingestelde
workout te gebruiken. Om een iFit-kaart te gebruiken, zie pagina 18. Raadpleeg bladzijde 19, om
het stereo geluidssysteem te gebruiken.
BELANGRIJKE: als er een doorzichtig stuk plastic
op het bedieningspaneel ligt, verwijder dan het
plastic. Draag alleen schone schoenen wanneer u
de loopband gebruikt om beschadiging aan het
loopplatform te voorkomen. Inspecteer af en toe de
ligging van de band wanneer u de loopband voor
het eerst gebruikt. Centreer deze mocht het nodig
zijn (zie pagina 24).
Opmerking: het bedieningspaneel kan de snelheid en
afstand in mijlen of kilometers aangeven. Om te zien
welke eenheid is gekozen of om van eenheid te veranderen, zie INFORMATIE-MODUS op bladzijde 19.
Opmerking: voor de eenvoud verwijzen alle instructies
naar kilometers.
13
HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
BELANGRIJK: laat, wanneer de loopband aan
oude temperaturen bloodgesteld is gewesst, de
k
loopband tot kamertemperatuur komen voordat u
e elektriciteit inschakelt. Als u dit niet doet kunt u
d
het bedieningspaneel of andere elektrische componenten beschadigen.
HOE DE HANDMATIGE INSTELLING TE
GEBRUIKEN
. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
1
steken.
Zie HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN in het
midden ligt.
De stekker in het stopcontact steken (zie pagina 12).
Zoek naar de Reset/off
Stroomonderbreker bij het
snoer van de loopband.
Plaamts de Reset/off
Stroomonderbreker in de Reset positie.
BELANGRIJK: het bedieningspaneel bevat een
demo instelling ontworpen om de loopband in de
winkel te kunnen gebruiken. De demo instelling is
gekozen wanneer de displays gaan branden zodra
het snoer in het stopcontact gestoken wordt en de
stroomonderbreker zich in de reset positie vindt.
Druk, om de demo instelling uit te schakkelen, een
paar seconden op de Stop-toets [STOP].
Raadpleeg DE INFORMATIE-MODUS op pagina 19
om de demo instelling uit te schakkelen wanneer
de displays blijven branden.
Ga vervolgens op de voetbalken van de loopband
staan. Zoek naar de klip dat
aan de sleutel vastzit (bekijk
tekening rechts) en schuif
de klip in de band van uw
kleding. Steek dan de sleutel in het bedieningspaneel.
De display zullen gaan branden. BELANGRIJK: in
geval van nood kan de sleutel uit het bedieningspaneel getrokken worden zodat de loopband
tot stilstand komt. Test de klip door een paar stapjes naar achteren te nemen. Stel de klip wat bij
wanneer de sleutel niet uit het bedieningspaneel
getrokken wordt.
Reset
Positie
Sleutel
Klip
2. Kies de handmatige instelling.
De handmatige
instelling wordt
gekozen bij het
insteken van de
sleutel. U kunt,
wanneer een oefening gekozen is, de handmatige instelling opnieuw kiezen door de sleutel uit te trekken en weer
in te steken.
3. Start de loopband.
Om de loopband te starten, druk op de Starttoets
[START], de Snelheidstoename [SPEED] toets of
op een van de snelheidstoetsen genummerd van 2
tot 20.
Als de Starttoets of de Snelheidstoenametoets
wordt ingedrukt dan zal de loopband beginnen te
bewegen met een snelheid van 2 Km/u [Km/H]. Als
u een oefening doet, kunt u de snelheid van de
loopband wijzigen door op de Snelheidstoenameof Snelheidsafname-toetsen te drukken. Telkens
als u op een toets drukt, zal de snelheid worden
gewijzigd met 0,1 Km/u; als u de toets ingedrukt
houdt, dan zal de snelheid met 0,5 Km/u verhogen.
Opmerking: als u de toetsen hebt ingedrukt, kan
het enkele seconden duren voordat de gewenste
snelheid wordt bereikt.
De loopband zal, wanneer een van de 2 tot en met
20 genummerde snelheidstoetsen ingedrukt wordt,
geleidelijk in snelheid toenemen totdat de gekozen
snelheid is bereikt.
Om de loopband te stoppen, druk op de Stoptoets
[STOP]. Om de loopband opnieuw te starten, druk
op de Starttoets, de Snelheidstoenametoets of een
van de genummerde snelheidstoetsen voor de
snelheid.
14
4. De hellingstand van de loopband veranderen
zoals gewenst.
ruk, om de
D
helling van de
oopband te ve-
l
randeren, op de
Helling [INCLINE] toename of afname toetsen. De helling zal met iedere
druk op de toets met 0,5% toenemen of afnemen.
Om de helling stand sneller te veranderen, druk
dan op een van de 1 tot en met 12 genummerde
toetsen. Opmerking: het kan even duren, nadat u
op de toetsen heeft gedrukt, voordat de loopband
de gewenste hellingsinstelling bereikt.
5. Kies een displayweergave en volg uw vorderingen op de display.
De display zal de volgende informatie tonen als u
op de loopband loopt of rent:
• De snelheid [SPEED] van de loopband.
• Uw wandel- of looptempo [PACE], in minuten per
mijl of minuten per kilometer.
• Het aantal calorieën [CALS] dat u bij benadering
hebt verbrand.
• Uw hartslag [HEART RATE]. Opmerking: uw
hartslag kan slechts worden weergegeven als u
de handgreep met polssensor vasthoudt of de
orstkas-polssensor gebruikt.
b
De display [DISPLAY] kan ook een opwindend-
•
heid van een weg aangeven.
Het bedieningspaneel biedt, wanneer de handmatige instelling gekozen wordt, drie display
modes aan. Naargelang van de displayweergave
zal er verschillende informatie over de oefensessie
worden weergegeven. Druk herhaaldelijk op de
[DISPLAY]-toets om de gewenste displayweergave
te kiezen.
Onafhankelijk van de gekozen displayweergave,
zal het snelheids- of hellingsniveau enkele seconden op de display verschijnen telkens als u de instellingen wijzigt.
U kunt het geluidsniveau bijstellen door op de
Volume toename of afname toetsen te drukken.
Als u oefent, dan zal op de intensiteitniveaubalk
het intensiteitniveau van uw oefening bij benadering worden weergegeven. Bijvoorbeeld: als acht indicatoren van de balk oplichten, dan is uw intensiteitniveau ideaal voor een conditietraining aerobic.
• De verlopen tijd [TIME].
• De afstand [DIST] die u hebt gewandeld of
gelopen.
• Het aantal voltooide rondjes [LAPS].
• De hellingstand [INCLINE] van de loopband verandert telkens wanneer de hellinginstelling verandert.
Intensiteitniveaubalk van de Oefening
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u
uw oefening hebt voltooid.
15
6. Meet uw hartslag als u dat wilt.
.
7
Zet de ventilator aan als u dat wilt.
Opmerking: het bedieningspaneel zal uw hart-
lag niet goed kunnen aangeven wanneer u de
s
borstkas-polsensor en de handgreep met
oslssensor gelijktijdig gebruikt. Raadpleeg dan
p
de oplossingen voor problemen met de borstkaspolssensor op pagina 11.
Voordat u de
handsensoren
gebruikt, verwijder het plastic
laagje van de
metalen contactpunten. Zorg ervoor dat uw handen proper zijn.
Om uw hartslag te meten, ga op de voetrails
staan en houd de metalen contactpunten vast –
beweeg uw handen niet. Uw hartslag wordt
weergegeven wanneer uw hartslag gemeten wordt.
Voor een juiste hartslagmeting houd de contactpunten ongeveer 15 seconden vast.
Contactpunt
De ventilator bevat een lage, hoge, en auto snel-
eidsinstellingen. Druk meerdere keren op de
h
Ventilator [FAN] toets om een snelheid te kiezen of
m de ventilator uit te doen. De snelheid van de
o
ventilator zal met deze instelling automatisch bijgesteld worden wanneer de snelheid van de loopband toeneemt of afneemt. Opmerking: de ventilator zal een paar minuten nadat de loopband tot stilstand is gekomen automatisch uitgaan.
8.
Trek de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u klaar bent met uw oefening.
Ga op de voetkussentjes staan, druk op de Stoptoets en stel de hellingstand in de laagste posi-
tie. De helling van de loopband moet zich in de
laagste stand bevinden wanneer u de loopband
wilt opbergen anders kan de loopband
beschadigd worden. Haal vervolgens de sleutel
uit het bedieningspaneel en bewaar deze op een
veilige plek.
Wanneer u klaar bent met de loopband te gebruiken, plaats de stroomonderbreker in de “off”
positie en neem het snoer uit het stopcontact. BE-
LANGRIJK: als u dit niet doet kunnen de elektrische onderdelen te snel slijten.
16
HOE EEN VOORAF INGESTELDE OEFENING TE
GEBRUIKEN
. Steek de sleutel volledig in het bedienings-
1
paneel.
Raadpleeg HOE HET APPARAAT AAN TE
ZETTEN op pagina 14.
Een profiel van
de snelheidsinstellingen van de
efening zullen
o
op de display
erschijnen. Een
v
pijltje onder het profiel zal uw vorderingen
aangeven.
2. Kies een van de vooraf ingestelde oefeningen.
Druk op de
Afslank
Oefeningen
[WEIGHT LOSS
WORKOUTS]
toets of herhaaldelijk op de Prestatie Oefeningen
[PERFORMANCE WORKOUTS] toets om een afslank of prestatie oefening te kiezen. Profielen van
de snelheidsinstellingen zullen op de display verschijnen. Om een aerobic oefenen te kiezen, druk
dan op de Afslank Oefeningen toets en dan op de
Besturing afname toets totdat de aerobic profielen
op de display verschijnen. Gebruik de
Besturingstoetsen om het gewenste profiel te
kiezen. De maximum snelheidsinstelling en de
maximum hellinginstelling van de oefening zullen
weergegeven worden. Druk op [ENTER] toets om
de oefening te kiezen.
De maximum
snelheidsinstelling van de
oefening en de
maximum hellinginstelling van
de oefening zullen voor elk gekozen vooraf ingestelde oefening een paar seconden lang op de
display worden weergegeven. De oefentijd en een
profiel van de snelheidsinstellingen van de oefening zullen op de display verschijnen.
U zult een reeks tonen horen aan het eind van het
eerste segment van 1 minuut van de oefening. Als
u een nieuwe snelheids- en/of hellinginstelling voor
het tweede segment hebt geprogrammeerd, dan
zal de nieuwe snelheids- en/of hellinginstelling
even in de display opflikkeren om u te
waarschuwen. De loopband zal dan automatisch
de snelheids- of de hellinginstelling voor het
tweede segment bijstellen.
De oefening zal zo door gaan totdat de kleine pijl
het rechter eind van het profiel bereikt. De loopband zal dan vertragen en tot stilstand komen.
Als de snelheids- of hellinginstelling te hoog of te
laag is, kunt u deze met de Snelheid en Helling
[INCLINE] toetsen bijstellen. Hoe dan ook, de
loopband zal automatisch de snelheids- en de
hellinginstelling voor het volgende segment instellen, wanneer het volgende segment van de
oefening begint.
Druk op de Stoptoets [STOP] om de oefening te
stoppen wanneer u maar wilt. Om de oefening te
hervatten, druk op de Starttoets. De loopband zal
met een snelheid van 2 kph beginnen te draaien.
De loopband zal wanneer het volgende segment
van de oefening begint automatisch de snelheidsen de hellingintelling van het volgende segment instellen.
4. Kies een displayweergave en volg uw vorderingen op de display.
3. Druk op de Starttoets [START] of de
Snelheidstoename toets [SPEED] om met de
oefening te beginnen.
Even nadat u op de toets drukt zal de loopband automatisch de eerste snelheids- en hellinginstelling
van de oefening instellen. Houdt u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Ledere oefening is onderverdeeld in segmenten
van één minuut. Ieder segment heeft één snelheids- en hellinginstelling. Opmerking: dezelfde
snelheids- en/of hellinginstelling kan voor twee of
meerdere opeenvolgende segmenten worden geprogrammeerd.
Zie stap 5 op pagina 15.
5. Meet uw hartslag als u dat wilt.
Zie stap 6 op pagina 16.
6. Zet de ventilator aan als u dat wilt.
Zie stap 7 op pagina 16.
7. Trek de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 16.
17
HOE EEN IFIT KAART TE GEBRUIKEN
1. De sleutel volledig in het bedieningspaneel
teken.
s
aadpleeg HOE HET APPARAAT AAN TE
R
ZETTEN op pagina 14.
2. Steek een iFit-kaart in het bedieningspaneel en
electeer een
s
Om een iFit-programma te gebruiken, steek een
iFit-kaart in het iFit-slot; zorg ervoor dat de iFitkaart goed georiënteerd is zodat de metalen contacten naar beneden zijn gericht en de kaart correct in het iFit-slot wordt gestoken.
iFit-kaart
Selecteer dan een display - oefening door op de
display- en omlaagtoetsen te drukken. Als u een
iFit-programma hebt geselecteerd, dan zullen de
naam van het programma, het maximale
hellingsniveau, de maximale snelheid van het programma en de programmaduur op de display verschijnen. Daarnaast zal een profiel van de snelheidsinstellingen van het programma op de display
verschijnen.
Elke iFit-oefening is verdeeld in diverse 1-minuut
segmenten. Leder segment heeft één instelling
voor de helling en voor de snelheid. Opmerking:
dezelfde snelheid en/of helling instelling(en)
kan/kunnen voor twee of meerdere opeenvolgende
segmenten worden geprogrammeerd.
oefening.
iFit-slot
. Op de Start-toets [START] of de
3
Snelheidstoename toets drukken om het pro-
ramma te starten.
g
Even nadat u op de toets drukt, zal de loopband
utomatisch de eerste snelheid en hellingstand
a
van het programma instellen. Houd u vast aan de
handleuningen en begin te oefenen.
Een persoonlijke trainer zal u tijdens uw oefening
begeleiden. U kunt een audio instelling voor uw persoonlijke trainer kiezen (zie DE INFORMATIEMODUS op bladzijde 19).
U kunt wanneer de snelheids- of de hellingsinstelling op enig moment tijdens het programma te
hoog of te laag is deze handmatig bijstellen door
op de Snelheids of Hellingstoetsen [INCLINE] te
drukken. Hoe dan ook, de loopband zal automa-
tisch de snelheid en de helling voor het volgende segment instellen, wanneer het volgende segment van het programma start.
Druk op de Stop toets om de oefening te stoppen
wanneer u maar wilt. Om de oefening te hervatten,
druk op de Start toets of op de Snelheid toename
toets. De loopband zal met een snelheid van 2
Km/u beginnen te draaien. De loopband zal wanneer het volgend segment van het workout start
automatisch de snelheid en de helling van het volgende segment instellen.
4.
Kies een displayweergave en volg uw vorderingen op de display.
Zie stap 5 op pagina 15.
5.
Zet de ventilator aan als u dat wilt.
Zie stap 7 op pagina 16.
6.
Trek de sleutel uit het bedieningspaneel wanneer u klaar bent met uw oefening.
Zie stap 8 op pagina 16.
OPGELET: verwijder de iFit-kaarten altijd uit het
iFit-slot als u ze niet gebruikt.
18
HOE DE STEREO GELUIDSSYSTEEM TE
GEBRUIKEN
it product is speciaal ontworpen om met de iPod te
D
werken en is door een (project)ontwikkelaar gecerti-
iceerd als te voldoen aan de Apple prestatie stan-
f
daards. Om muziek of audioboeken via de speakers
van het bedieningspaneel te kunnen afspelen, moet u
uw iPod, MP3-speler, CD-speler, of andere eigen audiospeler op het bedieningspaneel aansluiten door het
gebruik van het audiocontactpunt of door de compatibele muziek poort voor de iPod. De muziek poort zal
ook uw iPod opladen wanneer u deze gebruikt.
Om de geluidskabel te gebruiken, zoek dan naar de
geluidskabel en steek deze in het audio contactpunt bij
de speakers. Steek dan de geluidskabel in het contactpunt van uw MP3-speler, CD-speler, of andere persoonlijke geluidsspeler. Zorg ervoor dat de geluidsk-
abel volledig is ingestoken.
U zult, om de compatibele muziek poort voor de iPod
te kunnen gebruiken, een iFit universele iPod connector nodig hebben. Steek het ene einde in de muziek
poort bij de speakers en het ander einde in uw iPod.
Zorg ervoor dat de iFit universele iPod connector
volledig is ingestoken. Om een iFit universele iPod
connector te kopen, bel dan het nummer op de kaft
van deze handleiding.
Houdt de Stop-toets [STOP] ingedrukt om de informatie
instelling te kiezen terwijl u de sleutel in het bedieningspaneel steekt, u de Stop-toets ingedrukt houdt. De
olgende informatie wordt op de display aangegeven:
v
U kunt een audio-instelling kiezen, als u dat wilt [INSTRUCTION]. Als u een iFit-kaart gebruikt, kan een
persoonlijke trainer u raad geven bij de oefensessies.
Wanneer de ON (aan) instelling gekozen is dan zal de
persoonlijke trainer u gedetailleerde instructies geven.
Wanneer u OFF (uit) kiest, dan zal de persoonlijke
trainer u gewoon door uw iFit oefeningen begeleiden.
Druk op de Helling [INCLINE] afname toets om de
geluidsinstelling te veranderen.
De display zal het totaal aantal [TOTAL TIME] uren
aangeven dat de loopband in gebruik is geweest.
Op de display wordt het totaal aantal kilometer (of mijl)
[TOTAL DISTANCE] dat u hebt gelopen of gewandeld,
weergegeven
Druk vervolgens op de [PLAY] toets van uw MP3speler, CD-speler, of andere persoonlijke geluidsspeler. Stel het geluidsniveau van uw persoonlijke
geluidsspeler bij of druk op de Volume toename of afname toetsen op het bedieningspaneel.
Plaats de CD-speler op de vloer of op een vlakke ondergrond in plaats van op het bedieningspaneel wanneer de CD-speler overslaat.
DE INFORMATIE-MODUS
Het bedieningspaneel bevat een gebruikersinstelling
die het totaal aantal mijlen dat de loopband gedraaid
heeft en het totaal aantal uren dat de loopband in gebruik is geweest bijhoudt. De gebruikersinstelling laat u
ook kiezen tussen de mijlen of kilometers als eenheid,
en de demo instelling aan te schakelen en uit te
schakelen. U kunt ook een audioinstelling voor uw iFit
oefeningen kiezen.
Een English (voor Engelse mijlen) of een Metric (voor
metrieke kilometers) zal op het display rechts onderaan
verschijnen. Druk op de Snelheidstoename-toets om
de meeteenheid te veranderen [UNITS], als u dat wilt.
Opmerking: het bedieningspaneel bevat een demo instelling [DEMO MODE] ontworpen om de loopband in
de winkel te kunnen gebruiken. Terwijl de demo instelling gekozen is kunt u het bedieningspaneel normaal gebruiken wanneer het snoer in het stopcontact
zit, de stroomonderbreker in de reset positie geplaatst
wordt, en de sleutel in het bedieningspaneel gestoken
wordt. Wanneer u de sleutel uit het bedieningspaneel
trekt zullen de display blijven branden alhoewel de
toesten niet meer zullen werken. Het word ON zal wanneer de demo instelling aan is op de display verschijnen wanneer de informatie mode gekozen is. Druk op
de Snelheid afname toets om de demo instelling in of
uit te schakkelen.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel om de informatie instelling te verlaten.
19
HOE HET KUSSEN (SCHOK)-SYSTEEM BIJ TE
STELLEN
aal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek
H
de stekker uit het stopcontact. De loopband bevat
en regelbaar kussen (schok)-systeem die het schok-
e
effect vermindert als u op de loopband loopt of rent.
Om de vastheid van de loopband te verhogen, stap
van de loopband af en schuif de platformkussens
naar de voorkant van de loopband. Om de vastheid
te verlagen, schuif de platformkussens naar de
achterkant van de loopband. Opmerking: zorg er-
voor dat beide kussens voor hetzelfde vastheidsniveau ingesteld zijn. Als u snel loopt of als u
veel weegt, moet de loopband vaster worden ingesteld.
Platform-
kussen
Verhogen
Verlagen
DE LOOPBAND INKLAPPEN EN VERPLAATSEN
Platform-
kussen
Loopplatform
HOE DE LOOPBAND OPKLAPPEN VOOR OPSLAG
Plaats de helling in de laagste stand voordat u de loopband opbergt. U kunt, als u dit niet doet, de loopband
permanent beschadigen. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en trek de stekker uit het stopcontact.
OPEGELET: u moet zeker 20 kg kunnen tillen om de
loopband te kunnen uitklappen, inklappen of verplaatsen.
1. Houd het metalen onderstel stevig vast op de plaats
die door de pijl rechts wordt aangegeven. OPGELET:
om letsels te vermijden, til het onderstel nooit op aan
de plastic voetsteunen. Buig door uw knieën en houd
uw rug recht. Til de loopband half omhoog.
2. Til het onderstel op totdat de vergrendelingsknop in de
opbergpositie vastklikt. Zorg ervoor dat de vergrendel-
ingsknop goed vastzit in de opbergpositie.
Leg een matje onder de loopband om uw vloerbedekking te beschermen. Houdt de loopband uit direct
zonlicht. Berg de loopband nooit op in een omgeving
waar de temperatuur hoger dan 30° C.
Onderstel
Onderstel
20
Veerslotknop
HOE DE LOOPBAND TE VERPLAATSEN
Voordat u de loopband verplaatst, klap de loopband op in de
pbergstand zoals beschreven hierboven. Zorg ervoor dat
o
de vergrendelingsknop goed vastzit in de opbergposi-
ie.
t
1. Houdt een handleuning en het onderstel vast en plaats
een voet tegen een van de wieltjes.
2. Til de loopband naar achteren totdat de wieltjes vrij kunnen
draaien. Verplaats de loopband voorzichtig naar de gewenste plaats. Verplaats de loopband nooit zonder dat u
deze naar achteren kantelt. Wees heel voorzichtig tijdens het verplaatsen van de loopband zodat u het
risico op persoonlijk letsel voorkomt. Verplaats de
loopband niet over een oneffen ondergrond.
3. Plaats weer een voet op het wiel en kantel de loopband
tot deze weer rechtop staat.
DE LOOPBAND OMLAAG BRENGEN VOOR GEBRUIK
1. Houdt het uiteinde van de loopband vast zoals
aangegeven. Trek de sluitknop naar buiten en houdt
deze vast. Het kan zijn dat het onderstel naar voren
gedrukt moet worden terwijl u de knop naar links trekt.
Draai het frame naar beneden en laat de vergrendelingsknop los.
nderstel
O
Handleuning
Voorwiels
Basis
2. Houdt de loopband met beide handen goed vast en
laat de loopband op de vloer zakken. OPGELET: grijp
niet alleen de plastic voetbalken vast of laat het onderstel niet tegen de vloer vallen. Buig uw benen en
houdt uw rug recht.
Veerslotknop
Onderstel
21
PROBLEMEN OPLOSSEN
U kunt de meeste problemen met uw loopband oplossen door de hieronder genoemde stappen te volgen.
Zoek het probleem dat bij u van toepassing is en volg de instructies. Mocht u verdere hulp nodig hebben,
eem dan contact op met de winkel waar u dit produkt hebt gekocht.
n
ROBLEEM:de stroom is niet ingeschakeld
P
OPLOSSING: a. Zorg ervoor dat de stekker goed is aangesloten in een geaard stopcontact. (Zie pagina 12.) Mocht
een verlengsnoer nodig zijn gebruik dan alleen een snoer van 1,5 mof korter.
b. Nadat u de stekker heeft nagekeken, zorg er dan voor dat de sleutel zich goed in het bedien-
ingspaneel zit.
c. Controleer de reset/off stroomonderbreker bij het
snoer op het onderstel van de loopband. Als de
knop uitsteekt zoals aangegeven is de stroomonderbreker doorgeslagen. Wacht 5 minuten en druk
de schakelaar opnieuw in om de stroomonderbreker opnieuw in werking te stellen (te resetten).
PROBLEEM:stroomuitval tijdens gebruik
OPLOSSING: a. Controleer de reset/off stroomonderbreker bij het snoer op het onderstel van de loopband (zie
tekening boven). Als de stroomonderbreker is doorgeslagen, wacht dan 5 minuten en druk dan de
schakelaar weer in.
b. Zorg ervoor dat de stekker in het stopcontact steekt. Als de stekker in het stopcontact steekt, haal
hem er uit, wacht 5 minuten en steek de stekker opnieuw in het contact.
c. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel. Steek de sleutel opnieuw goed in het bedieningspaneel.
d. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband nog steeds niet werkt.
PROBLEEM:de display van het bedieningspaneel blijft branden als de sleutel uit het bedieningspaneel
wordt verwijderd
OPLOSSING: a. Het bedieningspaneel beschikt over een demo-modus. Deze modus wordt gebruikt als de loop-
band in een winkel wordt tentoongesteld. Als de displays blijven branden als u de sleutel uit het
bedieningspaneel haalt, dan is de demo-modus geactiveerd. Om de demo-modus uit te schakelen, houd de Stop-knop enkele seconden ingedrukt. Als de displays nog steeds branden, raadpleeg DE INFORMATIE-MODUS op pagina 19 om de demo-modus uit te schakelen.
c
Doorge-
slagen
Reset
Positie
PROBLEEM:de displays van het bedieningspaneel werken niet naar behoren
OPLOSSING: a. Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en TREK
DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT. Leg
met hulp van een tweede persoon, de Staander
(74, 78) voorzichtig neer. Het kan zijn dat er twee
#8 x 2" Schroeven (105) in de onderkant van de
Onderkap (73) zitten. Mocht dat zo zijn, verwijder
deze dan. Til de Staanders weer rechtop.
Opmerking: u zult een kruiskopschroevendraaier
nodig hebben met minstens een schacht van 13
cm.
a
78
22
74
105
73
105
Verwijder de drie #8 x 3/4" Schroeven (1) en til
de Kap (61) er voorzichtig af.
1
6
Zoek de Snelheidsensor (71) en de Magneet
(50) aan de linkerkant van de Katrol (51). Draai
de Katrol zodanig dat de Magneet gelijk staat
met de Bladveerschakelaar. Zorg ervoor dat de
afstand tussen de Magneet en de
Bladveerschakelaar ongeveer 3 mm is.
Wanneer nodig, draai de 3/4" Schroef van de
Snelheidssensor (15) los, beweeg de sensor wat
en draai de Schroeven weer vast. Maak de Kap
(niet getoond) weer vast. Wanneer nodig, duw
de Staanders (niet getoond) wat naar beneden,
maak de #8 x 2" Schroeven (niet getoond) weer
vast, en til de Staanders rechtop. Laat de loopband een paar minuten draaien en controleer de juiste snelheidsmeting.
3 mm
15
71
Zicht
van
Boven
1
50
51
PROBLEEM:de helling van de loopband verandert niet correct
OPLOSSING: a. Druk terwijl de sleutel in het bedieningspaneel is geschoven op een van de Helling [INCLINE]
toetsen. Haal de sleutel er uit terwijl de helling van de loopband zich aanpast. Steek de
sleutel na een paar seconden weer in het bedieningspaneel. De loopband zal dan automatisch
de helling tot de maximale helling aanpassen om vervolgens naar de laagste stand terug te
keren. Hierdoor wordt het hellingssysteem opnieuw gekalibreerd.
PROBLEEM: de loopband vertraagt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Mocht u een verlengsnoer nodig hebben, gebruik dan een verlengsnoer van 1,5 meter of korter.
b. Als de loopband te strak is functioneert de loop-
band minder en kan zelfs beschadigd worden.
Haal de sleutel uit het bedieningspaneel en DESTEKKER UIT HET STOPCONTACT. Draai
met de meegeleverde sleutel beide bouten van
de achterroller een 1/4 slag tegen de klok in.
Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u
de loopband 5–7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het
midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer
in en laat de loopband een paar minuten
draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband
goed ligt.
b
5–7 cm
Bouten van de
Achterroller
c. Raadpleeg de kaft van de gebruiksaanwijzing wanneer de loopband vertraagt wanneer u euro-
ploopt.
23
PROBLEEM: de loopband ligt niet in het midden of slipt wanneer er op gelopen wordt
OPLOSSING: a. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel
n DE STEKKER UIT HET STOPCONTACT
e
wanneer de loopband niet goed in het mid-
en ligt. Als de loopband naar links is ver-
d
schoven, draai met de meegeleverde sleutel de
linker bout van de achterroller een 1/2 slag met
de klok mee. Als de loopband naar rechts isverschoven, draai dan de bout van de achterroller een 1/2 slag tegen de klok in. Zorg ervoor
dat u de band niet te strak aandraait. Steek de
stekker en de sleutel weer in en laat de loopband een paar minuten draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
b. Haal eerst de sleutel uit het bedieningspaneel
en HAAL DE STEKKER UIT HET STOPCON-TACT wanneer de loopband slipt. Draai met
de meegeleverde sleutel beide bouten van de
achterroller een 1/4 slag met de klok mee.
Wanneer de loopband goed is bijgesteld moet u
de loopband 5–7 cm van het loopplatform kunnen tillen. Zorg ervoor dat de band goed in het
midden ligt. Steek de stekker en de sleutel weer
in en laat de loopband een paar minuten
draaien. Herhaal deze handeling tot de loopband goed ligt.
a
b
PROBLEEM:de Borstkas-polssensor werken niet correct
OPLOSSING: a. Als de Borstkas-polssensor en niet correct werken, raadpleeg dan de PROBLEMEN OPLOS-
SEN op pagina 11.
b. Wanneer de borstkas-polssensor nog steeds niet goed werken,
vervang dan de batterij. Zoek om de batterij te vervangen naar de
deksel aan de achterkant van de sensor. Steek een muntje in de
gleuf van de deksel en draai de deksel tegen de klok in tot aan de
open positie. Verwijder de deksel. Haal vervolgens de batterij uit
de sensor.
Plaats er een nieuwe CR 2032 batterij in met het opschrift naarboven. Zorg er ook voor dat de rubber band goed in de sensor zit.
Maak de deksel weer vast en draai de deksel in de gesloten positie.
Deksel van de
b
Batterij
Deksel
van de
Batterij
Batterij
Rubber
Band
24
RICHTLIJNEN VOOR HET OEFENEN
Vet verbranden—Om op doeltreffende wijze vet te
WAARSCHUWING: voor-
at u begint met dit of een ander oefeningen-
d
programma, dient u een arts te consulteren.
Dit is vooral belangrijk voor personen boven
de 35 jaar of personen met bestaande gezondheidsproblemen.
De polssensor is geen medisch apparaat.
Diverse factoren kunnen invloed hebben op
nauwkeurigheid van de hartslagwaarden. De
polssensor is alleen bedoeld als hulpmiddel
bij de oefening voor het bepalen van de hartslag over het algemeen.
Deze richtlijnen helpen u bij het plannen van uw oefeningenprogramma. Voor meer gedetailleerde oefeninginformatie, dient u een erkend boek te kopen of uw
arts te consulteren. Onthoud dat goede voeding en
voldoende rust essentieel zijn voor succesvolle resultaten.
INTENSITEIT VAN OEFENINGEN
Of het nu uw doel is om vet te verbranden of om uw
hart en vaatsysteem te versterken, het uitvoeren van
oefeningen met de juiste intensiteit is de sleutel voor
het bereiken van resultaten. U kunt uw hartslag gebruiken als gids voor het vinden van het juiste intensiteitniveau. De grafiek hieronder toont de aanbevolen hartslagen voor het verbranden van vet en voor een aerobic oefening.
verbranden, moet u gedurende een aanhoudende periode oefeningen doen op een laag intensiteitniveau.
Tijdens de eerste minuten van de oefening gebruikt uw
lichaam koolhydraatcalorieën voor de energie. Pas na
de eerste minuten van de oefening gebruikt uw lichaam opgeslagen vetcalorieën voor de energie. Als
het uw doel is om vet te verbranden dient u de intensiteit van de oefening aan te passen tot uw hartslag zich
bij het laagste nummer in uw trainingszone bevindt.
Voor maximale vetverbranding, dient u te oefenen met
uw hartslag in het middelste nummer van uw trainingzone.
Aerobic-oefening—Als het uw doel is om uw hart en
vaatsysteem te versterken dan moet u een aerobic-oefening uitvoeren die zorgt voor activiteit die grote hoeveelheden zuurstof vereist gedurende langere perioden. Voor een aerobic-oefening past u de intensiteit
van uw oefening aan tot uw hartslag in de buurt is van
het hoogste nummer van uw trainingzone.
RICHTLIJNEN VOOR EEN TRAINING
Warming up—Start met strekken en lichte oefeningen
gedurende 5 tot 10 minuten. Een warming-up zorgt dat
u uw lichaamstemperatuur, hartslag en bloeddoorstroming verhoogt in voorbereiding op de training.
Trainingszone-oefening—Oefen gedurende 20 tot 30
minuten met uw hartslag in uw trainingszone.
(Gedurende de eerste weken van uw oefeningenprogramma, dient u uw hartslag niet langer dan 20 minuten in uw trainingszone te houden.) Adem regelmatig
en diep bij het uitvoeren van de oefening – houd uw
adem niet in.
Voor het vinden van het juiste intensiteitniveau, zoekt
u uw leeftijd onderaan de grafiek (leeftijden worden afgerond naar het dichtstbijzijnde tiental). De drie getallen boven uw leeftijd bepalen uw “trainingszone.” Het
laagste nummer is uw hartslag voor het verbranden
van vet, het middelste nummer is uw hartslag voor het
maximaal verbranden van vet en het hoogste nummer
is de hartslag voor de aerobic-oefening.
Afkoelen—Eindig met 5 tot 10 minuten strekken.
Strekken verhoogt de flexibiliteit van de spieren en
helpt problemen na de oefening voorkomen.
FREQUENTIE VAN DE OEFENINGEN
Om uw conditie te behouden of te verbeteren, dient u
drie trainingen per week te doen, met ten minste één
rustdag tussen de trainingen. Na een aantal maanden
regelmatig oefeningen doen, kunt u desgewenst maximaal vijf trainingen per week doen. Onthoud dat het
dagelijks regelmatig en met plezier doen van oefeningen de sleutel tot uw succes is.
25
LIJST MET ONDERDELEN—Modelnr. NETL12807.2R0110A
Om de onderdelen hieronder te kunnen vinden, bekijk de GEDETAILLEERDE TEKENING aan het eind van deze
andleiding.
h
r.Aant.BeschrijvingNr.Aant.Beschrijving
N
125#8 x 3/4" Schroef
24#8 x 1" Tekschroef
31Inbussleutel
463/8" x 2" Bout
521/4" x 1 1/4" Bout
643/8" x 5" Bout
745/16" x 3 1/4" Bout
883/8" Moer
943/8" Sterring
1045/16" Sterring
115#8 x 3/4" Tekschroef
1212#8 x 1/2" Schroef
132Tussenstuk voor het Kussentje voor
het Basis
141Veerslotbeugel
1513/4" Schroef van de Snelheidsensor
1610#8 x 3/4" Schroef
1721/4" x 1 1/4" Bout
1825/16" x 4 1/4" Bout
1923/8" x 1" Bout met Nylon/Metalen
202Bout van de Achterroller
2113/8" x 1 3/4" Bout
2213/8" x 1 1/2" Bout
2323/8" x 1" Bout
242#8 x 1/2" Aardingsschroef
2510#12 x 1 1/4" Schroef
262Bout van Motorhouder
272Kussenstop
281Reset/off Stroomonderbreker
294Schroef van Loopband Geleider
3021/4" Platte Tussenring
3121/4" Tussenring
321#8 Aardingsmoer
3321/4" Sterring
344#8 x 1 3/4" Schroef
351Audio Snoer
3625/16" Kraagmoer
373Klip van de Kap
381Draad van de Staander
391Aarde-kabel van Lift Onderstel
402Voorste Isolator
411Linker Voetkussentje
421Waarschuwingsticker
432Platformkussen
441Loopplatform
451Loopband
462Loopband Geleider
472Kussengeleider
482Tussenstuk van het Onderstel
4921/4" x 1" Bout
501Magneet
511Wieltje/Katrol
52215 1/2" Opbinddraad voor de
bedrading
531Sluitknop
541Veerslotknop
551Kap rechter Voetkussentje
561Onderstel
572Houder voor de Achterste Rol
581Achterste Rol
591Linker Achterste Voet
601Rechter Achterste Voet
611Kap
621Drijfriem
631Motorisolatie
641Motor
651Liftonderstel
662Opbinddraad voor de bedrading
671Controller Gaatje
681Electrische Snoer
691Elektriciteitssnoer Adapter
701Controller
711Snelheidsensor
721Snelheidsensorclip
731Onderkap
741Linker Staander
751Hellingmotor
761Tussenstuk van de Linker Staander
772Basiskapje
781Rechter Staander
791Tussenstuk van de Rechter
Staander
8023/8" Slotmoer
814Kussentje van de Basis
822Gevaar Sticker
831Basis
842Wieltje
852Verbinding
8698" Opbinddraad
871Deurtje
884U-vormige beugel
891Bedieningspaneel
902Beschermkapje voor de Staander
911Basis van het Bedieningspaneel
921Plasticverbinding
931Draad van Helling
941Dwarsstang van de Handleuning
951Rechter Handleuning
26
Nr.Aant.BeschrijvingNr.Aant.Beschrijving
61Linker Handleuning
9
970Niet Gebruikt
984Beschermkapje voor de
Handleuning
91Linker Accessoirehouder
9
1001Sleutel/Klip
011Aardingsdraad van het
1
Bedieningspaneel
10215/32" Inbussleutel
1031Contactdoos
1041Tussenstuk van de Lift Motor
1052#8 x 2" Schroef
1061Rechter Accessoirehouder
1071Onderstel/Geaarde Draad van Roller
1081Beugel voor Elektronica
1091Borstkasband
1101Borstkas-polssensor
Opmerking: deze technische gegevens kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd. Kijk op de
achterkant van deze gebruiksaanwijzing voor informatie over te bestellen onderdelen. *Deze onderdelen worden
niet getoond.
m vervang onderdelen te bestellen, bekijk dan de kaft van deze handleiding. Zorg ervoor dat u de volgende infor-
O
matie bij de hand hebt wanneer u contact met ons opneemt:
• het modelnummer en serienummer van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
• de naam van het apparaat (raadpleeg de kaft van deze handleiding)
• het nummer van het onderdeel en de beschrijving (zie LIJST MET ONDERDELEN en GEDETAILLEERDE TEKENING aan het eind van deze handleiding)
RECYCLING INFORMATIE
Dit elektronische product mag niet bij het gemeentelijk afval worden gegooid.
Om het milieu te beschermen, moet dit product volgens de wet worden gerecycleerd aan het einde van de levenscyclus.
Maak gebruik van installaties voor hergebruik die bevoegd zijn voor het verwerken
van dit soort afval in uw streek. Zo helpt u het milieu te beschermen en de
Europese normen voor milieubescherming te verbeteren. Als u meer informatie
nodig hebt over veilige en correcte afvalverwijdering, neem dan contact op met uw
plaatselijke gemeentedienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.