INHOUD
1. |
FUNDAMENTELE WAARSCHUWINGEN VOOR |
||
|
DE VEILIGHEID........................................... |
7 |
|
2. |
VEILIGHEIDS WAARSCHUWINGEN................ |
8 |
|
|
2.1 |
In deze instructies gebruikte symbolen.......... |
8 |
|
2.2 |
Gebruik conform de bestemming.................. |
8 |
|
2.3 |
Gebruiksaanwijzing....................................... |
8 |
3. |
INLEIDING.................................................. |
8 |
|
|
3.1 |
Letters tussen haakjes.................................... |
8 |
|
3.2 |
Problemen en reparaties................................ |
8 |
4. |
BESCHRIJVING........................................... |
9 |
|
|
4.1 |
Beschrijving van het apparaat ....................... |
9 |
|
4.2 |
Beschrijving van het bedieningspaneel......... |
9 |
5. |
VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN......... |
9 |
|
|
5.1 |
Het apparaat controleren............................... |
9 |
|
5.2 |
Installatie van het apparaat........................... |
9 |
|
5.3 |
Het apparaat aansluiten.............................. |
10 |
|
5.4 |
Eerste inwerkingstelling van het apparaat... |
10 |
6. |
HET APPARAAT INSCHAKELEN................... |
10 |
|
7. |
HET APPARAAT UITSCHAKELEN.................. |
10 |
|
8. |
INSTELLING VAN DE WATERHARDHEID....... |
11 |
|
9. |
TEMPERATUUR INSTELLEN........................ |
11 |
|
10. |
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING............... |
11 |
|
11. |
ENERGIEBESPARING................................. |
11 |
|
12. |
GELUIDSSIGNAAL..................................... |
12 |
|
13. |
FABRIEKSWAARDEN (RESET)..................... |
12 |
|
14. |
SPOELING................................................ |
12 |
|
15. |
BEREIDING VAN DE KOFFIE........................ |
12 |
|
|
15.1 |
Instelling van de koffiemolen...................... |
12 |
|
15.2 |
Tips voor een warmere koffie....................... |
13 |
|
15.3 |
Koffie bereiden met koffiebonen................. |
13 |
|
15.4 |
Tijdelijke wijziging van het aroma van de |
|
|
|
koffie........................................................... |
13 |
|
15.5 |
Koffie bereiden met voorgemalen koffie...... |
14 |
|
15.6 |
Personalisering van aroma en hoeveelheid .14 |
|
16. |
BEREIDING VAN CAPPUCCINO.................... |
14 |
|
|
16.1 |
Reiniging van het stoompijpje na gebruik... |
15 |
17. |
AFGIFTE HEET WATER................................ |
15 |
|
18. |
REINIGING............................................... |
15 |
|
|
18.1 |
De machine reinigen.................................... |
15 |
|
18.2 |
Reiniging van het interne circuit van de |
|
|
|
machine;...................................................... |
16 |
|
18.3 |
Reiniging van het koffiedikbakje................. |
16 |
|
18.4 |
Reiniging van het drupbakje en het |
|
|
|
condensbakje............................................... |
16 |
|
18.5 |
Reiniging van de binnenkant van de machine. |
|
|
|
................................................................... |
16 |
|
18.6 |
Reiniging van het waterreservoir................. |
16 |
|
18.7 |
Reiniging van de tuitjes van de koffieuitloop... |
|
|
|
................................................................... |
17 |
|
18.8 |
Reiniging van de trechter voor het invoeren |
|
|
|
van voorgemalen koffie............................... |
17 |
|
18.9 |
Reiniging van de zetgroep........................... |
17 |
19. |
ONTKALKING............................................ |
17 |
|
20. |
PROGRAMMERING VAN DE WATERHARDHEID.. |
||
|
............................................................... |
|
18 |
|
20.1 |
Meting van de waterhardheid...................... |
18 |
|
20.2 |
Instelling waterhardheid............................. |
19 |
21. |
VERZACHTINGSFILTER............................... |
19 |
|
|
21.1 |
Installatie van het filter................................ |
19 |
|
21.2 |
Het filter vervangen..................................... |
19 |
22. |
TECHNISCHE GEGEVENS............................ |
19 |
|
23. |
VERWIJDERING........................................ |
19 |
|
24. |
BETEKENIS VAN DE CONTROLELAMPJES..... |
20 |
|
25. |
PROBLEMEN OPLOSSEN............................ |
22 |
6
1.FUNDAMENTELE WAARSCHUWINGEN VOOR DE VEILIGHEID
•Het apparaat mag niet worden gebruikt door personen (inclusief kinderen) met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of met gebrek aan ervaring en kennis, tenzij zij onder toezicht staan van een voor hun veiligheid verantwoordelijk persoon, of door deze geïnstrueerd worden inzake het veilig gebruik van het apparaat.
•Kinderen moeten onder toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet met het apparaat spelen.
•De door de gebruiker uit te voeren handelingen voor reiniging en onderhoud mogen niet verricht worden door kinderen zonder toezicht.
•Voor de reiniging het apparaat nooit in water onderdompelen.
•Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Het is niet bedoeld om gebruikt te worden in: ruimtes bestemd als keuken voor het personeel van winkels, kantoren en andere werkomgevingen, vakantieboerderijen, hotels, kamerverhuur, motels en andere verblijfsstructuren.
•In geval van schade aan de stekker of de voedingskabel mogen deze, om elk risico te voorkomen, uitsluitend door de Technische Dienst vervangen worden.
ALLEEN VOOR DE EUROPESE MARKT:
•Dit apparaat kan gebruikt worden door kinderen met een leeftijd vanaf 8 jaar, mits onder toezicht of mits ze aanwijzingen ontvangen hebben over het veilig gebruik van het apparaat en de betrokken gevaren begrijpen. De door de gebruiker uit te voeren handelingen voor reiniging en onderhoud mogen niet verricht worden door kinderen, tenzij ze ouder zijn dan 8 jaar en onder toezicht handelen. Houd het apparaat en diens snoer buiten het bereik van kinderen onder de leeftijd van 8 jaar.
•Het apparaat kan worden gebruikt door personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke vermogens of met gebrek aan ervaring en kennis, mits onder toezicht of mits ze aanwijzingen ontvangen hebben over het veilig gebruik van het apparaat en de betrokken gevaren begrijpen.
•Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
•Altijd de stekker uit het stopcontact verwijderen wanneer het apparaat onbeheerd blijft en alvorens het apparaat te monteren, demonteren of te reinigen.
De oppervlakken met dit symbool worden tijdens het gebruik warm (het symbool is alleen op sommige modellen aanwezig).
7
2. VEILIGHEIDS WAARSCHUWINGEN
2.1In deze instructies gebruikte symbolen
De belangrijke waarschuwingen worden door deze symbolen aangegeven. Het is absoluut noodzakelijk deze waarschuwingen in acht te nemen.
Gevaar!
Veronachtzaming kan of zal leiden tot letsel met gevaar voor het leven wegens elektrische schokken.
Let op!
Veronachtzaming kan of zal leiden tot letsel of beschadiging van het apparaat.
Gevaar voor Brandwonden!
Veronachtzaming kan of zal leiden tot brandwonden.
N.B.:
Dit symbool wijst op tips en belangrijke informatie voor de gebruiker.
Gevaar!
Aangezien het apparaat op elektriciteit functioneert, kan niet uitgesloten worden dat het elektrische schokken genereert. Houd u dus aan de volgende veiligheidsvoorschriften:
•Raak het apparaat nooit aan met natte handen of voeten.
•Raak de stekker niet aan met natte handen.
•Controleer of het gebruikte stopcontact altijd vrij toegankelijk is zodat, indien nodig, de stekker uit het stopcontact kan worden verwijderd.
•Wilt u de stekker uit het stopcontact trekken, pak dan direct de stekker vast. Trek nooit aan het snoer omdat dit hierdoor beschadigd kan raken.
•Om het apparaat volledig los te koppelen moet de stekker uit het stopcontact getrokken worden.
•In geval van defecten van het apparaat, deze niet zelf proberen te repareren.
Schakel het apparaat uit, trek de stekker uit het stopcontact en neem contact op met de Technische Dienst.
•Schakel het apparaat uit alvorens het te reinigen, trek de stekker uit het stopcontact en laat de machine afkoelen.
Let op!:
Bewaar het verpakkingsmateriaal (plastic zakjes, piepschuim) buiten het bereik van kinderen.
Gevaar voor Brandwonden!
Dit apparaat produceert heet water en wanneer het in werking is kan er waterdamp ontstaan.
Wees voorzichtig om niet in contact te komen met waterspatten of hete stoom.
Wanneer het apparaat in werking is kan het kopjesblad heet worden.
2.2Gebruik conform de bestemming
Dit apparaat is vervaardigd voor het bereiden van koffie en het verwarmen van dranken.
Elk ander gebruik moet beschouwd worden als oneigenlijk en dus gevaarlijk. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van een oneigenlijk gebruik van het apparaat.
2.3Gebruiksaanwijzing
Lees deze instructies aandachtig door alvorens het apparaat te gebruiken. De veronachtzaming van deze instructies kan letsel en schade aan het apparaat veroorzaken.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van de niet-naleving van deze gebruiksaanwijzingen.
N.B.:
Bewaar deze instructies zorgvuldig. Indien het apparaat wordt overgedragen aan andere personen, moet ook deze gebruiksaanwijzing worden meegeleverd.
3. INLEIDING
Dank u voor het kiezen van de automatische machine voor koffie en cappuccino.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe apparaat. Neem even de tijd om deze instructies voor het gebruik te lezen. U kunt zo gevaren of schade aan de machine voorkomen.
3.1Letters tussen haakjes
De letters tussen haakjes verwijzen naar de legende in de Beschrijving van het apparaat (pag. 2-3).
3.2Problemen en reparaties
In geval van problemen allereerst proberen deze op te lossen met behulp van de aanwijzingen van de hoofdstukken “24. Betekenis van de controlelampjes”en “25. Problemen oplossen”. Indien deze aanwijzingen niet doeltreffend blijken te zijn of u verdere opheldering wenst, raden wij u aan de klantenservice te raadplegen door te bellen naar het nummer vermeld op het bijgevoegde blad "Klantenservice".
Indien uw land niet op dit blad vermeld staat, bel dan het nummer dat op de garantie staat. Voor eventuele reparaties dient u zich uitsluitend te wenden tot de Technische Dienst van De’Longhi. De adressen worden vermeld in het garantiecertificaat dat bij de machine geleverd wordt.
8
4. |
BESCHRIJVING |
|
4.1 |
Beschrijving van het apparaat |
|
(pag. 3 - A ) |
|
|
A1. |
Deksel koffiebonenreservoir |
|
A2. |
Deksel trechter voorgemalen koffie |
|
A3. |
Koffiebonenreservoir |
|
A4. |
Trechter voor voorgemalen koffie |
|
A5. |
Regelknop maalgraad |
|
A6. |
Algemene schakelaar |
|
A7. |
Deurtje zetgroep |
|
A8. |
Zetgroep |
|
A9. |
Voedingskabel |
|
A10. |
Condensbakje |
|
A11. |
Koffiedikbakje |
|
A12. |
Kopjesblad |
|
A13. |
Indicator waterniveau van het drupbakje |
|
A14. |
Rooster drupbakje |
|
A15. |
Drupbakje |
|
A16. |
Deksel waterreservoir |
|
A17. |
Waterreservoir |
|
A18. |
Zitting verzachtingsfilter |
|
A19. |
Koffieuitloop (in hoogte verstelbaar) |
|
A20. |
Stoompijpje (verwijderbaar) |
|
A21. |
Spuitmond heet water/stoom (verwijderbaar) |
|
A22. |
Regelknop afgifte stoom/heet water |
|
A23. |
Toets |
: om het apparaat in en uit te schakelen |
|
(stand-by) |
|
A24. |
Verwarmplaat |
4.2Beschrijving van het bedieningspaneel
(pag. 2 - B )
Enkele iconen van het bedieningspaneel hebben een dubbele functie: die wordt in de beschrijving tussen haakjes aangegeven.
B1. |
Knipperend |
lampje: het apparaat is aan het opwarmen |
B2. |
Lampje |
: |
|
- constant: het koffiedikbakje (A11) plaatsen |
|
|
- knipperend: het koffiedikbakje moet leeg worden gemaakt |
|
B3. |
Lampje |
: |
-constant: plaats het waterreservoir (A17)
-knipperend: onvoldoende water in het reservoir
B4. |
Controlelampje |
: signaleert een algemeen alarm (zie |
|
|
hoofdstuk “24. Betekenis van de controlelampjes” |
||
B5. |
Lampje |
: |
|
|
- constant: de ontkalking is in uitvoering |
|
- knipperend: de ontkalking moet uitgevoerd worden |
B6. |
: functie voorgemalen |
B7. |
: aroma koffie |
B8. |
: selectie aroma |
B9. : afgifte 2 kopjes “Espresso” of “Espresso lungo”
B10. |
: afgifte “Espresso” |
B11. |
: afgifte “Espresso Lungo” |
B12. |
: afgifte “Koffie” |
B13. |
: afgifte “Long” |
B14. ESC:
-constant: voor de activering van de functie stoom (In de programmering: drukken om de actieve programmering te verlaten)
-knipperend: de regelknop stoom/heet water (A22) moet gedraaid worden
B15. OK: voor het uitvoeren van een spoeling.
(In de programmering: drukken om de programmering te bevestigen)
Beschrijving van de accessoires
(pag. 2 - C )
C1. Teststrookje
C2. Doseerschepje voorgemalen koffie
C3. Ontkalkmiddel
C4. Verzachtingsfilter (bij sommige modellen)
C5. Kwastje voor de reiniging
5. VOORBEREIDENDE WERKZAAMHEDEN
5.1Het apparaat controleren
Controleer, na het verwijderen van de verpakking, of het apparaat intact is en alle accessoires (C) aanwezig zijn. Gebruik het apparaat niet als er zichtbare schade is. Neem contact op met de Technische Dienst De’Longhi.
5.2Installatie van het apparaat
Let op!
Bij het installeren van het apparaat moeten de volgende veiligheidswaarschuwingen in acht genomen worden:
•Het apparaat geeft warmte af aan de omgeving. Het apparaat op het werkvlak plaatsen en controleren of er een vrije ruimte van minstens 3 cm overblijft tussen de oppervlakken van het apparaat en de zijen achterwanden, en een ruimte van minstens 15 cm boven de koffiemachine.
•Water dat het apparaat eventueel binnendringt kan schade berokkenen.
Plaats het apparaat niet in de buurt van kranen of wasbakken.
•Indien het water in het apparaat bevriest kan dit schade veroorzaken.
Installeer het apparaat niet in een ruimte waar de temperatuur tot onder het vriespunt kan dalen.
•Plaats de voedingskabel (A9) zodanig dat deze niet beschadigd kan worden door scherpe randen of door contact met hete oppervlakken (bijv. elektrische platen).
9
5.3Het apparaat aansluiten
Let op!
Controleer of de spanning van het elektriciteitsnet overeenkomt met de waarde aangegeven op het typeplaatje op de onderkant van het apparaat.
Sluit het apparaat alleen aan op een vakkundig geïnstalleerd stopcontact met een minimale stroomsterkte van 10A en een efficiënte aardleiding.
Indien de stekker van het apparaat en stopcontact niet overeenkomen laat dan het stopcontact door gekwalificeerd personeel vervangen met een geschikt type.
5.4Eerste inwerkingstelling van het apparaat
N.B.!
•Het apparaat is in de fabriek gecontroleerd met gebruik van koffie, het is dus heel gewoon in de koffiemolen nog wat koffiesporen aan te treffen. Wij garanderen in elk geval dat dit apparaat nieuw is.
•Wij raden aan de waterhardheid zo snel mogelijk in te stellen volgens de procedure die beschreven wordt in hoofdstuk “20. Programmering van de waterhardheid”.
Ga verder met het volgen van de volgende instructies:
1.Sluit het apparaat aan op het elektriciteitsnet en druk op de algemene schakelaar (A6), op de achterkant van het apparaat (afb. 1).
2.Op het bedieningspaneel (B) knippert het controlelampje (B3): verwijder het waterreservoir (A17afb. 2), vul
het met vers water tot aan de lijn MAX (afb. 3A), en plaats het reservoir terug (afb. 3B).
3. Op het bedieningspaneel knippert het controlelampje
(B14afb. 5).
4.Plaats onder het stoompijpje (A20) een bakje met een minimale inhoud van 100 ml (afb. 4).
5.Draai de regelknop stoom/heet water naar de stand “I”
(afb. 6) en druk op de icoon OK (B15) : het apparaat levert heet water uit het stoompijpje.
6.Wanneer de afgifte automatisch stopt, knippert op het
bedieningspaneel de icoon |
om te waarschuwen dat |
|
de regelknop stoom teruggebracht moet worden naar de |
||
stand “O”. |
|
|
De machine schakelt uit. |
|
|
Druk, om de machine te gebruiken, op de toets |
(A23 - afb. |
|
7). |
|
|
N.B.:
•Bij het eerste gebruik moeten 4-5 kopjes koffie gezet worden voordat het apparaat een bevredigend resultaat zal geven.
•Om te genieten van een koffie die nog beter smaakt en voor betere prestaties van de machine, wordt aanbevolen het verzachtingsfilter (C4) te installeren volgens de aanwijzingen van hoofdstuk “21. Verzachtingsfilter”. Als uw model niet voorzien is van dit filter, kan men er een aanvragen bij de erkende Servicecentra van De’Longhi.
6.HET APPARAAT INSCHAKELEN
N.B.!
Controleer, alvorens het apparaat in te schakelen, of de algemene schakelaar (A6), die zich op de achterzijde van het apparaat bevindt, is ingedrukt (afb. 1).
Bij elke inwerkingtreding voert het apparaat automatisch een cyclus van voorverwarming en spoeling uit die niet onderbroken mag worden. Het apparaat is pas klaar voor gebruik na het uitvoeren van deze cyclus.
Gevaar voor brandwonden!
Tijdens de spoeling loopt een beetje heet water uit de tuitjes van de koffieuitloop (A19) dat in het drupbakje (A15) eronder opgevangen wordt. Wees voorzichtig niet in contact te komen met de hete waterspatten.
• |
Druk, om het apparaat in te schakelen, op de toets |
|
|
(A23) (afb. 7): op het bedieningspaneel (B) knippert het |
|
|
controlelampje |
(B1) om aan te geven dat de machine |
bezig is met opwarmen.
Tijdens de opwarming voert de machine een spoeling uit; op deze wijze wordt niet alleen de ketel verwarmd maar laat het apparaat ook heet water door de binnenleidingen stromen
zodat ook deze verwarmd worden. |
|
Het apparaat is op temperatuur wanneer het lampje |
op het |
bedieningspaneel uit gaat en de iconen voor de afgifte geactiveerd worden.
7. HET APPARAAT UITSCHAKELEN
Bij elke uitschakeling en indien men koffie heeft bereid voert het apparaat automatisch een spoeling uit.
Gevaar voor brandwonden!
Tijdens de spoeling loopt een beetje heet water uit de tuitjes van de koffieuitloop (A19). Wees voorzichtig niet in contact te komen met de hete waterspatten.
• Druk, om het apparaat uit te schakelen, op de toets (A23afb. 7);
•op het bedieningspaneel knippert het controlelampje (B1): indien van toepassing voert het apparaat de spoeling uit om vervolgens uit te schakelen (stand-by).
10
|
N.B.! |
|
|
Ga als volgt te werk om de automatische uitschakeling te |
|||||
|
|
|
herprogrammeren: |
|
|
||||
Wanneer het apparaat voor langere tijd niet gebruikt wordt, |
1. |
Met het uitgeschakelde apparaat (stand-by), maar met de |
|||||||
koppel het apparaat dan los van het elektriciteitsnet: |
|
geactiveerde algemene schakelaar (afb. 1); |
|||||||
• |
eerst het apparaat uitschakelen door te drukken op de |
2. |
Houd de icoon |
|
(B9) ingedrukt tot aan de activering |
||||
|
toets |
(afb. 7); |
|
|
|||||
|
|
|
van de iconen op het bedieningspaneel (B); |
||||||
• |
schakel de hoofdschakelaar (A6) uit (afb. 1). |
3. |
Druk op de icoon |
|
(B11) ; |
||||
|
Let op! |
|
|
4. |
Selecteer de gewenste tijdsinterval door nogmaals te |
||||
Nooit op de algemene schakelaar drukken wanneer het appa- |
|
drukken op de icoon |
: |
||||||
raat in werking is. |
|
|
|
|
|
15 min. |
|||
|
|
|
|
|
|
|
|
||
8. |
INSTELLING VAN DE WATERHARDHEID |
|
|
|
|
30 min. |
|||
Voor de instructies betreffende het instellen van de waterhard- |
|
|
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|||||
heid, zie hoofdstuk “20. Programmering van de waterhardheid”. |
|
|
|
|
|
||||
9. |
TEMPERATUUR INSTELLEN |
|
|
|
|
1 uur |
|||
|
|
|
|
|
|||||
Ga als volgt te werk indien men de temperatuur van het water |
|
|
|
|
2 uur |
||||
(laag, medium, hoog, maximaal) waarmee de koffie wordt af- |
|
|
|
|
|||||
gegeven wenst te wijzigen. |
|
|
|
|
|
||||
1. |
Met het uitgeschakelde apparaat (standby) maar met de |
|
|
|
|
3 uur |
|||
|
geactiveerde algemene schakelaar (afb. 1); |
|
|
|
|
||||
|
|
|
|
|
|
||||
2. |
Houd de icoon |
(B9) ingedrukt tot aan de activering |
|
|
|
|
|
||
|
van de controlelampjes op het bedieningspaneel (B); |
|
|
|
|
|
|||
3. |
Druk op de icoon |
(B10); |
5. |
Druk op de icoon |
|
OK (B15) om te bevestigen (of |
|||
4. |
Selecteer de gewenste temperatuur door nogmaals op de |
|
|
ESC (B14) om de functie zonder wijziging te verla- |
|||||
|
icoon |
te drukken: |
|
|
|||||
|
|
ten). De controlelampjes gaan uit. |
|||||||
|
|
|
laag |
De |
tijdsinterval voor de automatische uitschakeling is nu |
||||
|
|
|
|
geprogrammeerd. |
|
|
|||
|
|
|
medium |
11. |
ENERGIEBESPARING |
||||
|
|
|
|
Door middel van deze functie is het mogelijk de energiebespa- |
|||||
|
|
|
hoog |
rende modus in of uit te schakelen. De machine is in de fabriek |
|||||
|
|
|
ingesteld met de actieve modus om voor de machine een lager |
||||||
|
|
|
|
||||||
|
|
|
|
energieverbruik, in overeenkomst met de van kracht zijnde Euro- |
|||||
|
|
|
maximaal |
pese regelgeving, te waarborgen. Ga voor de wijziging van deze |
|||||
|
|
|
instelling als volgt te werk: |
|
|||||
|
|
|
|
|
|||||
|
|
|
|
1. |
Met het uitgeschakelde apparaat (stand-by), maar met de |
||||
|
|
|
|
|
geactiveerde algemene schakelaar (afb. 1); |
||||
5. |
Druk op |
de icoon |
OK (B15) om te bevestigen |
2. |
Houd de icoon |
|
(B9) ingedrukt tot aan de activering |
||
|
(of |
ESC (B14) om de functie zonder wijziging te |
|
van de iconen op het bedieningspaneel (B). |
|||||
|
3. |
Druk op de icoon |
|
(B13); |
|||||
|
verlaten). |
|
|
|
|||||
|
De controlelampjes gaan uit. |
4. |
Activeer/deactiveer de functie door nogmaals te drukken |
||||||
De machine keert terug naar “stand-by” en de nieuwe tempera- |
|
op de icoon |
: |
|
|||||
tuur is zo geprogrammeerd. |
|
• |
|
geactiveerde functie |
|||||
|
|
|
|
|
|
||||
10. |
AUTOMATISCHE UITSCHAKELING |
|
• |
|
gedeactiveerde functie |
||||
5. |
Druk op de icoon |
OK (B15) om te bevestigen |
|||||||
Het is mogelijk de tijdsinterval te wijzigen zodat het apparaat |
|||||||||
|
(of |
ESC (B14) om de functie zonder wijziging te |
|||||||
na 15 of 30 minuten of na 1, 2 of 3 uur van niet-gebruik uitge- |
|
||||||||
schakeld wordt. |
|
11 |
verlaten). |
|
|
||||
|
|
|
|
|
|
|
|