Pioneer AVIC-HD3BT, AVIC-HD3 Software manual [nl]

CRB2312A_Nederlands.book Page 1 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
1
Bedieningshandleiding
HDD AV-NAVIGATIEHOOFDTOESTEL
AVIC-HD3
CRB2312A_Nederlands.book Page 2 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
2
De schermen in de voorbeelden kunnen verschillen van de reële schermen. De werkelijk schermen kunnen gewijzigd worden zonder voorafgaande waarschuwing om de prestatie en de functionaliteit te verbeteren.
CRB2312A_Nederlands.book Page 1 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
3
Inleiding
Overzicht handleiding
Deze handleiding biedt u de benodigde informatie om uw nieuwe navigatiesysteem volledig te kunnen gebruiken. In de eerste delen komt het navigatiesysteem aan de orde en wordt de basisbediening ervan beschreven. In de latere delen wordt nader ingegaan op de navigatiefuncties. In Hoofdstuk 10 en 14 wordt de bediening van de AV functies beschreven. Lees deze hoofdstukken wanneer u discs afspeelt in het ingebouwde DVD-station of gebruikmaakt van Pioneer audioapparatuur die aangesloten is op het navigatiesysteem.
Gebruik van deze handleiding
Houd de volgende voorzorgsmaatregelen in acht
Licence overeenkomst (Pagina 5 tot 9)
Dit biedt u een licentieovereenkomst voor deze software. Zorg ervoor deze te lezen voor u de software in gebruik neemt.
Over de gegevens voor de kaart database (Pagina 10)
Dit geeft de datum weer waarop de kaart database opgeslagen werd.
Auteursrecht (Pagina 10)
Dit geeft het auteursrecht weer van de kaart database.
®
Over Gracenote
Deze biedt een licentie overeenkomst en auteursrecht van de Gracenote Zorg ervoor deze te lezen voor u dit navigatiesysteem in gebruik neemt.
(Pagina 10)
®
muziekherkenning dienst.
De bewerkingsprocedure vinden die u wilt uitvoeren
Wanneer u besloten hebt wat u wilt doen, kunt u de pagina die u nodig hebt vinden in de “Inhoudsopgave”.
De bewerkingsprocedure vinden op basis van een menunaam
Indien u de betekenis van een term die wordt weergegeven op het scherm wilt controleren, vindt u de benodigde pagina in de “Overzicht van de menu’s” aan het einde van de handleiding.
Verklarende woordenlijst
Raadpleeg het glossarium als u de betekenis zoekt van een bepaalde term.
Index
De sectie aan het einde van deze handleiding bevat een index. Zie ieder term om de algemene pagina’s te vinden waar deze vermeld wordt.
CRB2312A_Nederlands.book Page 2 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
4
Overzicht van ieder hoofdstuk
Voor u het systeem begint te gebruiken
Om redenen van veiligheid is het van groot belang dat u het navigatiesysteem
1 2
3 4
5
volledig begrijpt alvorens het te gebruiken. Zorg ervoor dat u dit hoofdstuk leest.
Basisbediening
Lees dit onderdeel als u het navigatiesysteem onmiddellijk wilt gebruiken. Hierin worden de basisbeginselen van het systeem uitgelegd.
Dit hoofdstuk beschrijft de basisbewerkingen van de navigatie.
De kaartweergave lezen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u het kaartscherm kunt lezen en de wijze waarop u de kaartweergave of de schaal van de kaart kunt wijzigen.
Kaartconfiguraties wijzigen
Het gedrag van uw navigatiesysteem hangt af van de kaartweergave en begeleidingsinstellingen. Als u denkt dat het nuttig kan zijn een of meer van de huidige instellingen te wijzigen, lees dan het betreffende deel van dit hoofdstuk.
Route uitzetten naar uw bestemming
In dit onderdeel wordt een beschrijving gegeven van de verschillende manieren om een bestemming te zoeken, de huidige routevoorwaarden wijzigen en van de routebediening tijdens de begeleiding.
6 7
8
Locaties registreren en bewerken
U kunt de punten op de kaart registreren en bewerken. Dit hoofdstuk beschrijft hoe u een thuislocatie, een favoriete locatie, of een andere locatie kunt registreren en hoe u de invoer kunt bewerken in het “Adresboek”.
Verkeersinformatie gebruiken
Het systeem kan verkeersinformatie oproepen en de navigatie uitvoeren op basis van de verkeersinformatie. Dit hoofdstuk beschrijft de verschillende wijzen waarop u verkeerspictogrammen kunt weergeven die op de kaart verschijnen en de bewerkingen met betrekking tot de verkeersinformatie.
Het gebruik van de handenvrije telefonie
Wanneer u een draagbare telefoon gebruikt met de Bluetooth® technologie door de Bluetooth apparatuur (afzonderlijk verkocht) aan te sluiten op het navigatiesysteem kunt u uw mobilofoon handenvrij bedienen. Dit hoofdstuk beschrijft de bewerkingen met betrekking tot handenvrij telefoneren.
CRB2312A_Nederlands.book Page 3 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
5
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties
Het gedrag van uw navigatiesysteem hangt af van een aantal algemene instellingen voor de
9
navigatiefuncties. Als u denkt dat het nuttig kan zijn een of meer van de oorspronkelijke instellingen (fabrieksinstellingen) te wijzigen, lees dan het betreffende deel van dit hoofdstuk.
Het gebruik van de AV bron (ingebouwd DVD-station en radio)
In deze sectie wordt het gebruik van een DVD-Video, CD, MP3 disc en de radio beschreven.
10
Het gebruik van de AV bron (Muziekbibliotheek)
U kunt een muziek CD opnemen op de harde schijf in het navigatiesysteem. Dit hoofdstuk
11 12
13
beschrijft hoe u muziek kunt opnemen en opgenomen muziek kunt weergeven.
Het gebruik van de AV bron (M-CD, iPod®, TV)
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de audiobron kan worden bediend wanneer er Pioneer audioapparatuur met IP-BUS (Multi-CD speler, iPod adapter, TV tuner) is aangesloten.
Het gebruik van de AV bron (AV, EXT, AUX)
In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de audiobron kan worden bediend tijdens de verbinding van AV uitrusting met RCA connector (AV ingang), toekomstige Pioneer apparaten (extern toestel) en een auxiliary uitrusting (AUX).
14
15
De audio instelling met betrekking tot het audiovisuele aanpassen
Bij het gebruik van de audiobron zijn verschillende audiovisuele instellingen beschikbaar om tegemoet te komen aan uw smaak. In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe de instellingen kunnen worden gewijzigd.
Het navigatiesysteem gebruiken met gesproken commando’s
Deze sectie beschrijft navigatiebewerkingen, zoals het zoeken van de bestemming en het uitvoeren van de audiobediening met gesproken commando’s.
Bijlage
Lees de bijlage om meer te weten te komen over uw navigatiesysteem en over zaken als de beschikbaarheid van nazorg. Zie “Overzicht van de menu’s” aan het eind van deze handleiding voor nadere informatie over alle menu-onderdelen.
CRB2312A_Nederlands.book Page 4 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
6
Terminologie
Neem voordat u verder gaat een paar minuten om de volgende informatie te lezen over de conventies die in deze handleiding worden gebruikt. Dit maakt de handleiding direct meer overzichtelijk en vergemakkelijkt het leerproces.
• De hardware toetsen van uw navigatiesysteem worden HOOFDLETTERS, VET weergegeven: bijv.) MAP toets, MENU toets.
• Items in de verschillende menu’s of toetsen op het scherm worden vetgedrukt en tussen haakjes [ ] weergegeven: bijv.) [Bestemming], [Instellingen].
• Extra informatie, alternatief gebruik en andere opmerkingen worden als volgt aangegeven: bijv.)
Wanneer toetsen op het aanraakpaneel op een bepaald moment niet beschikbaar zijn, worden ze
in grijs weergegeven.
• Referenties naar secties die informatie bieden met betrekking tot de huidige onderwerpen worden als volgt aangeduid: bijv.)
Route opties instellen Pagina 32
De tab in de rechterhoek geeft aan op welke bewerking de beschrijving betrekking heeft. Navigatiebediening of AV (Audiovisueel) bron bediening. Bijvoorbeeld, “NAVI” geeft aan dat de beschrijving in betrekking staat met de bewerking voor de navigatiebediening. “NAVI/AV” geeft aan dat de beschrijving in betrekking staat met de bewerking voor de navigatiebediening en AV bediening.
Over de definitie van terminologie
“Display voor” en “Display achter”
In deze handleiding wordt het scherm dat op de basis van het navigatiesysteem is aangesloten het “Display voor” genoemd. Alle extra schermen die worden gekocht voor gebruik in combinatie met dit navigatiesysteem worden “Display achter” genoemd.
“Videobeeld”
“Videobeeld” in deze handleiding wijst op de bewegende beelden van een DVD-Video in het ingebouwde DVD station of van uitrusting die aangesloten is op dit systeem met een AV-BUS of RCA kabel, zoals een TV tuner of algemeen geldige AV uitrusting.
Kleurverschil in de kaart bij dag en nacht
Scherm bij nacht
De schermvoorbeelden in deze handleiding tonen het scherm bij dag. Bij gebruik in het donker zullen de kleuren van het scherm er anders uitzien dan in de voorbeelden.
CRB2312A_Nederlands.book Page 5 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
7
Licence overeenkomst
PIONEER AVIC-HD3
PIONEER AVIC-HD1BT DIT IS EEN WETTELIJKE OVEREENKOMST TUSSEN U ALS GEBRUIKER EN PIONEER CORP. (JAPAN) (“PIONEER”). LEES DE VOORWAARDEN EN BEPALINGEN VAN DEZE OVEREENKOMST AANDACHTIG DOOR, ALVORENS U DE OP DE PIONEER PRODUCTEN GEÏNSTALLEERDE PROGRAMMATUUR IN GEBRUIK NEEMT. DOOR DE OP PIONEER PRODUCTEN GEÏNSTALLEERDE PROGRAMMATUUR TE GEBRUIKEN STEMT U ERMEE IN GEHOUDEN TE ZIJN AAN DE VOORWAARDEN VAN DEZE OVEREENKOMST. DE PROGRAMMATUUR OMVAT EEN DATABASE DIE IN LICENTIE IS GEGEVEN DOOR (EEN) EXTERNE LEVERANCIER(S) (“LEVERANCIERS”), EN UW GEBRUIK VAN DE DATABASE DIENT OVEREEN TE STEMMEN MET DE AFZONDERLIKE VOORWAARDEN VOOR LEVERANCIERS, DIE BIJ DEZE OVEREENKOMST ZIJN GEVOEGD (Zie pagina 7). ALS U NIET INSTEMT MET DEZE VOORWAARDEN, RETOURNEERT U DAN A.U.B. DE PIONEER PRODUCTEN (INCLUSIEF DE PROGRAMMATUUR EN ALLE BIJGESLOTEN DRUKWERK) BINNEN VIJF (5) DAGEN NA ONTVANGST HIERVAN, NAAR DE PIONEER DEALER WAAR U ZE HEBT AANGESCHAFT.
1. VERLENEN VAN DE LICENTIE
Pioneer verschaft u een niet-overdraagbare, niet­exclusieve licentie om de op de Pioneer producten geïnstalleerde programmatuur (het “Programma”), evenals de bijbehorende documentatie uitsluitend voor privé-doeleinden of voor intern, zakelijk gebruik en alleen voor deze Pioneer producten aan te wenden. U mag dit Programma niet kopiëren, vertalen, herleiden in zijn bronprogramma’s of programmastructuur, geheel of gedeeltelijk overbrengen naar andere computers of anderszins verwerken of aanpassen. U mag het Programma niet uitlenen, verhuren, verkopen, overdragen, in sublicentie geven, publiceren of anderszins openbaar maken of gebruiken op enige wijze anders dan expliciet toegestaan in deze overeenkomst. U mag het Programma niet geheel of gedeeltelijk decompileren, herleiden in
zijn bronprogramma’s of programmastructuur. U mag het Programma niet gebruiken voor dienstverlening, commercieel of anderszins, aan andere personen of instanties. Pioneer en zijn licentiehouder(s) behouden het eigendom van alle auteursrechten, gepatenteerde vindingen, octrooien en andere eigendomsrechten voor het Programma. Het Programma is beschermd door het auteursrecht en mag niet worden gekopieerd, ook niet na aanpassing of combinatie met andere producten. U mag geen enkele mededeling betreffende het auteursrecht of andere eigendomsaanduiding uit of van het Programma verwijderen. U mag al uw licentierechten op het Programma, de bijbehorende documentatie en een kopie van de Licentieovereenkomst overdragen op een andere partij, op voorwaarde dat de partij deze Licentieovereenkomst leest en ermee instemt de termen en voorwaarden ervan te accepteren.
2. AFWIJZING VAN GARANTIE
Het Programma en de bijbehorende documentatie worden u verstrekt “ZONDER MEER”. PIONEER EN ZIJN LICENTIEGEVER(S) (ten aanzien van bepaling 2 en 3, worden Pioneer en zijn licentiegever(s) gezamenlijk “Pioneer” genoemd) GEVEN GEEN GARANTIE EN U ONTVANGT GEEN GARANTIE, NOCH EXPLICIET NOCH IMPLICIET, EN ALLE GARANTIES TEN AANZIEN VAN DE VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL ZIJN UITDRUKKELIJK UITGESLOTEN. SOMMIGE LANDEN STAAN GEEN UITSLUITING VAN GEÏMPLICEERDE GARANTIES TOE, WAARDOOR BOVENSTAANDE UITSLUITING WELLICHT NIET OP U VAN TOEPASSING IS. Het Programma is een complex product, dat bepaalde onjuistheden, fouten of onvolkomenheden kan bevatten. Pioneer garandeert niet dat het Programma zal voldoen aan uw vereisten of verwachtingen, noch dat het gebruik van de Software foutloos of storingsvrij zal verlopen, noch dat alle onvolkomenheden kunnen worden gecorrigeerd. Bovendien biedt Pioneer geen garanties of verklaringen over de mate waarin het Programma of de resultaten hiervan juist, nauwkeurig of betrouwbaar zijn.
CRB2312A_Nederlands.book Page 6 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
8
3. AANSPRAKELIJKHEIDSBEPER-
KING
PIONEER IS ONDER GEEN ENKELE VOORWAARDE AANSPRAKELIJK VOOR ENIGE SCHADE, VERLIES OF AANSPRAKEN VAN DERDEN (INCLUSIEF ALLE FINANCIËLE, INCIDENTELE, INDIRECTE, SPECIALE OF GEVOLGSCHADE, WINSTVERLIES, VERLIES IN INVESTERINGEN, GOODWILL OF ZAKELIJKE VERGOEDINGEN) DEZE BEPERKING GELDT VOOR ALLE BIJKOMENDE OORZAKEN, MET INBEGRIP VAN, ONBEPERKT, CONTRACTBREUK, GARANTIEVERLIES, NALATIGHEID, AANSPRAKELIJKHEID VOOR MISDRIJVEN, MISLEIDING EN ANDERE ONRECHTMATIGE DADEN. INDIEN PIONEER’S AFWIJZING VAN GARANTIE EN/OF AANSPRAKELIJKHEIDSBEPERKINGEN IN DEZE OVEREENKOMST OM ENIGE REDEN NIET GELDIG OF NIET VAN TOEPASSING VERKLAARD WORDEN, STEMT U ERMEE IN DAT DE AANSPRAKELIJKHEID VAN PIONEER NIET MEER ZAL BEDRAGEN DAN VIJFTIG PROCENT (50%). Sommige landen staan de uitsluiting of beperking van incidentele of vervolgschade niet toe, zodat bovenstaande beperking of uitsluiting wellicht niet op u van toepassing is. Deze afwijzing van garantie en beperkte aansprakelijkheid is niet van toepassing in zoverre enige bepaling van deze garantie verboden is door een land of uit hoofde van welke lokale wet dan ook die niet ongeldig kan worden verklaard.
4. WETTELIJKE BEPALINGEN MET BETREKKING TOT DE EXPORT
U stemt ermee in en garandeert dat noch het Programma noch van Pioneer ontvangen technische gegevens, inclusief de directe producten hiervan, uit het Land of de regio (het “Land”) dat wordt geregeerd door de regering tot welke jurisdictie u behoort (de “Regering”) Als het Programma door u wetmatig is verkregen buiten het Land, stemt u ermee in dat u het Programma en de hiermee samenhangende technische gegevens ontvangen van Pioneer, inclusief de directe producten hiervan, niet weder zult exporteren, behalve zoals toegestaan door de wettelijke bepalingen van de Regering en de wettelijke bepalingen geldig onder de jurisdictie van de plaats waar u het Programma hebt verkregen.
5. BEEINDIGING
Deze Overeenkomst blijft van kracht tot ze wordt beëindigd. U kunt deze Overeenkomst op elk gewenst moment beëindigen door het vernietigen van het Programma. Ook zal de Overeenkomst onmiddellijk worden beëindigd, indien u de voorwaarden of bepalingen van deze Overeenkomst niet in acht neemt. Bij beëindiging houdt u zich gebonden het Programma te vernietigen.
6. DIVERSEN
Dit is de volledige Overeenkomst tussen Pioneer en u betreffende het Programma. Geen enkele wijziging in deze Overeenkomst zal geldig zijn tenzij hierin schriftelijk door Pioneer is toegestemd. Als enig deel van deze Overeenkomst ongeldig of niet van toepassing verklaard wordt, blijven de overige bepalingen van deze Overeenkomst nog steeds volledig van kracht.
CRB2312A_Nederlands.book Page 7 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
9
Tele Atlas licentievoorwaarden eindgebruiker
DIT IS EEN WETTELIJKE OVEREENKOMST (DE “OVEREENKOMST”) TUSSEN U, DE EINDGEBRUIKER EN PIONEER en zijn licentieverlener van het dataproduct (soms gezamenlijk “Licentieverleners” genoemd). DOOR GEBRUIK TE MAKEN VAN UW KOPIE VAN DE DATA WAARVOOR LICENTIE IS VERLEEND, GAAT U AKKOORD MET DE BEPALINGEN EN VOORWAARDEN VAN DEZE OVEREENKOMST.
1. Licentieverlening.
Licentieverleners verlenen u een niet­overdraagbare, niet-exclusieve licentie om de kaartgegevens en zakelijke Points of Interest (“POI’s”) (gezamenlijk de “Data”) op deze schijven te gebruiken, uitsluitend voor persoonlijk, niet­commercieel gebruik en niet om een servicebureau te runnen of voor enig ander gebruik waarbij de verwerking van gegevens van andere personen of entiteiten is betrokken. U mag één (1) kopie maken van de data, uitsluitend voor archiverings- of back-updoeleinden, maar u mag de data op generlei andere wijze kopiëren, vermenigvuldigen, wijzigen, afgeleid werk genereren, de structuur ervan herleiden of reverse engineeren. De data zijn beperkt voor gebruik met PIONEER product(en). De data bevatten vertrouwelijke en eigendomsinformatie en -materiaal en kunnen handelsgeheimen bevatten. U gaat er dus mee akkoord om vertrouwelijk met deze data om te gaan en de data of een deel ervan op generlei wijze door bijvoorbeeld verhuur, lease, publicatie, het verlenen van sublicenties of overdracht van de data aan een derde partij openbaar te maken. Het is uitdrukkelijk verboden om de digitale kaarten en programma’s in de data te downloaden of deze over te zetten op een andere gegevensdrager of computer. Het is verboden de POI’s (i) te gebruiken voor het creëren van mailinglijsten of (ii) voor ander, gelijksoortig gebruik.
2. Eigendom.
De data zijn auteursrechtelijk beschermd door de licentieverleners en de licentieverleners hebben alle eigendomsrechten van de data. U gaat
ermee akkoord de copyright- of eigendomsgegevens in of over de data niet te wijzigen, verwijderen, uit te wissen of onleesbaar te maken. De huidige copyrights zijn als volgt: Data Source © 2007 Tele Atlas © BEV, GZ 1368/2003 © DAV © IGN France Michelin data © Michelin 2007 © Ordnance Survey of Northern Ireland © Norwegian Mapping Authority, Public Roads Administration / © Mapsolutions © Swisstopo Topografische ondergrond Copyright © dienst voor het kadaster en de openbare registers, Apeldoorn 2007 “Deze data zijn goedgekeurd door het Turkse leger op gezag van de ministerraad van Turkije”. © Roskartographia
Dit product bevat kaartgegevens waarvoor licentie is afgegeven door Ordnance Survey, met de toestemming van de Controller van Her Majesty’s Stationery Office. © Crown copyright en/of database right 2007. Alle rechten voorbehouden. Licentienummer 100026920.
3. Garantiedisclaimer.
DE DATA WORDEN GELEVERD OP EEN “AS IS”­EN “MET ALLE GEBREKEN”-BASIS EN PIONEER, ZIJN LICENTIEVERLENERS EN DISTRIBUTEURS EN LEVERANCIERS WAARAAN LICENTIE IS VERLEEND (GEZAMENLIJK “LEVERANCIERS” GENOEMD) DOEN UITDRUKKELIJK AFSTAND VAN ALLE OVERIGE GARANTIES, EXPLICIET OF IMPLICIET, MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT DE GEÏMPLICEERDE GARANTIES VAN NIET-SCHENDING, VERHANDELBAARHEID, WERKZAAMHEID, VOLLEDIGHEID, NAUWKEURIGHEID, TITEL EN GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. PIONEER, ZIJN LICENTIEVERLENERS EN LEVERANCIERS BIEDEN GEEN GARANTIE DAT DE DATA VOLDOEN AAN UW EISEN OF DAT DE WERKING VAN DE DATA ONONDERBROKEN OF FOUTLOOS ZAL ZIJN. GEEN ENKEL MONDELING OF SCHRIFTELIJK ADVIES VAN PIONEER, ZIJN LICENTIEVERLENERS, LEVERANCIERS OF EEN VAN HUN RESPECTIEVE WERKNEMERS SCHEPT EEN
CRB2312A_Nederlands.book Page 8 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
10
GARANTIE OF VERGROOT DE AANSPRAKELIJKHEID VAN PIONEER, ZIJN LICENTIEVERLENERS OF LEVERANCIERS OP GEEN ENKELE WIJZE EN U MAG NIET VERTROUWEN OP DERGELIJKE INFORMATIE OF ADVIES. DEZE DISCLAIMER IS EEN ESSENTIËLE VOORWAARDE VAN DEZE OVEREENKOMST EN U ACCEPTEERT DE DATA OP DEZE BASIS.
4. Beperkte aansprakelijkheid.
IN GEEN GEVAL ZAL DE TOTALE AANSPRAKELIJKHEID VAN PIONEER, ZIJN LICENTIEVERLENERS OF LEVERANCIERS VOOR ALLE ZAKEN DIE VOORTVLOEIEN UIT HET ONDERWERP VAN DEZE OVEREENKOMST, IN CONTRACT, ONRECHTMATIGE DAAD OF ANDERSZINS, HOGER ZIJN DAN HET DOOR U BETAALDE BEDRAG VOOR UW KOPIE VAN DE DATA VAN PIONEER. PIONEER, ZIJN LICENTIEVERLENERS EN TOELEVERANCIERS ZIJN IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK JEGENS U VOOR EVENTUELE BIJZONDERE, INDIRECTE, GEVOLG- OF INCIDENTELE SCHADE (INCLUSIEF SCHADE ALS GEVOLG VAN WINSTDERVING, BEDRIJFSONDERBREKING, VERLIES VAN BEDRIJFSINFORMATIE E.D.), VOORTVLOEIEND UIT DEZE OVEREENKOMST OF HET GEBRUIK VAN OF HET NIET KUNNEN GEBRUIKEN VAN DE DATA, ZELFS ALS PIONEER, ZIJN LICENTIEVERLENERS OF LEVERANCIERS OP DE HOOGTE ZIJN GEBRACHT VAN DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE.
5. Beëindiging.
Deze overeenkomst wordt onmiddellijk en automatisch, zonder kennisgeving, beëindigd als u inbreuk maakt op de voorwaarden van deze overeenkomst. U gaat ermee akkoord dat u de data (inclusief alle documentatie en alle kopieën) in geval van beëindiging van de overeenkomst aan PIONEER en zijn leveranciers retourneert.
6. Schadeloosstelling.
U stemt ermee in PIONEER, zijn licentieverleners en leveranciers (inclusief hun respectieve licentieverleners, leveranciers, gevolmachtigden, dochtermaatschappijen, filialen en de respectieve functionarissen, directeuren, werknemers, aandeelhouders, agenten en vertegenwoordigers) schadeloos te stellen, te
behoeden en te vrijwaren voor een eventuele aansprakelijkheid, verlies, letsel (inclusief letsel met de dood tot gevolg), eis, actie, kosten, uitgaven of vordering van welke aard dan ook, met inbegrip van maar niet beperkt tot advocaatkosten, voortvloeiend uit of in verband met uw gebruik of bezit van de data.
7. Aanvullende bepalingen met betrekking tot de data, uitsluitend van toepassing in Groot-Brittannië en Noord-Ierland.
a. Het is verboden om gegevens met betrekking
tot copyright, handelsmerk of beperkend onderschrift te verwijderen of onleesbaar te maken.
b. De data kunnen de gegevens van de
licentieverlener, met inbegrip van Ordnance Survey, bevatten. Dergelijke data worden geleverd op een “AS IS”-EN “MET ALLE GEBREKEN”-BASIS en de licentieverleners doen uitdrukkelijk afstand van alle overige garanties, expliciet of impliciet, met inbegrip van maar niet beperkt tot de geïmpliceerde garanties van niet-schending, verhandelbaarheid, kwaliteit, werkzaamheid, volledigheid, nauwkeurigheid, titel en geschiktheid voor een bepaald doel. HET VOLLEDIGE RISICO MET BETREKKING TOT DE KWALITEIT EN WERKING VAN HET DATAPRODUCT LIGT BIJ U. ORDNANCE SURVEY BIEDT GEEN GARANTIE DAT DE DATA AAN UW EISEN ZAL VOLDOEN OF COMPLEET, NAUWKEURIG OF UP-TO-DATE IS OF DAT DE WERKING VAN DE DATA ONONDERBROKEN OF FOUTLOOS ZAL ZIJN. GEEN ENKEL MONDELING OF SCHRIFTELIJK ADVIES VAN ORDNANCE SURVEY, PIONEER OF ZIJN LICENTIEVERLENERS EN WERKNEMERS SCHEPT EEN GARANTIE OF VERGROOT DE AANSPRAKELIJKHEID VAN ORDNANCE SURVEY OP GEEN ENKELE WIJZE EN U MAG NIET VERTROUWEN OP DERGELIJKE INFORMATIE OF ADVIES. Dit is een essentiële voorwaarde van deze overeenkomst en u accepteert de data op deze basis.
c. IN GEEN GEVAL ZAL ORDNANCE SURVEY
JEGENS U AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR ZAKEN DIE VOORTVLOEIEN UIT HET
CRB2312A_Nederlands.book Page 9 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
11
ONDERWERP VAN DE OVEREENKOMSTEN, IN CONTRACT, ONRECHTMATIGE DAAD OF ANDERSZINS. DE LICENTIEVERLENERS ZIJN IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK JEGENS U VOOR EVENTUELE BIJZONDERE, INDIRECTE, GEVOLG- OF INCIDENTELE SCHADE (INCLUSIEF SCHADE ALS GEVOLG VAN WINSTDERVING, BEDRIJFSONDERBREKING, VERLIES VAN BEDRIJFSINFORMATIE E.D.), VOORTVLOEIEND UIT DEZE OVEREENKOMST OF HET GEBRUIK VAN OF HET NIET KUNNEN GEBRUIKEN VAN DE DATA, ZELFS ALS ZE OP DE HOOGTE ZIJN GEBRACHT VAN DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE.
d. Het is verboden om de data te gebruiken in een
uitgedraaide of gepubliceerde vorm die resulteert in afgeleide producten die vrij worden gedistribueerd of verkocht aan het publiek zonder voorafgaande toestemming van Ordnance Survey.
e. U zult Ordnance Survey schadeloosstellen en
vrijwaren van en tegen een eventuele vordering, eis of actie, ongeacht de aard van de vordering, eis of actie voor vermeend verlies, kosten, schade, uitgaven of letsel (inclusief letsel met de dood als gevolg), voortvloeiend uit uw geoorloofde of ongeoorloofde gebruik, bezit of wijziging van de data.
f. De eindgebruiker aanvaardt de verplichting om
Ordnance Survey op verzoek informatie te verschaffen omtrent het soort producten en/of diensten dat zij produceren met de licentieproducten en/of afgeleiden hiervan.
g. U bent aansprakelijk jegens Ordnance Survey
in geval van ontdekking van schending van de voornoemde voorwaarden.
8. Aanvullende bepalingen met betrekking tot de data, uitsluitend van toepassing in Denemarken.
Het is verboden de data te gebruiken voor het creëren van kaarten in telefoongidsen of op telefoongidsen gelijkende producten (bijv. adressenbestanden), inclusief dergelijke producten in digitale vorm.
9. Aanvullende bepalingen met betrekking tot de data, uitsluitend van toepassing in Noorwegen.
Het is verboden de data te gebruiken voor het creëren van uitgedraaide of digitale kaarten voor algemeen gebruik, vergelijkbaar met de nationale basisproducten van de Norwegian Mapping Authority. (Afgeleide producten van de data van Noorwegen worden beschouwd als vergelijkbaar met de nationale basisproducten van de Norwegion Mapping Authority als dergelijke afgeleide producten een regionaal of nationaal gebied dekken en tegelijkertijd dezelfde inhoud, schaal en formaat hebben als de nationale basisproducten van de Norwegian Mapping Authority.)
10. Aanvullende bepalingen met betrekking tot de data, uitsluitend van toepassing in Polen.
Het is verboden de data te gebruiken om uitgedraaide kaarten te creëren.
11. Diversen.
Dit is de exclusieve en volledige overeenkomst tussen de licentieverleners en u met betrekking tot dit onderwerp. Niets in deze overeenkomst schept een joint venture, partnership of hoofdvertegenwoordiging tussen de licentieverlener en u. Deze overeenkomst wordt beheerd door de internationale wetgeving van De alinea’s 2-4 en 6-11 zullen na de vervaldatum of beëindiging van deze overeenkomst worden gehandhaafd. Deze overeenkomst mag uitsluitend door PIONEER worden geamendeerd of gewijzigd. U mag deze overeenkomst of een deel daarvan niet overdragen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van PIONEER. U erkent en begrijpt dat de data vatbaar kunnen zijn voor exportbeperkingen en u gaat ermee akkoord zich te houden aan de toepasselijke exportwetgeving. In het geval dat een bepaling of een gedeelte van een bepaling van deze overeenkomst als ongeldig, onwettig of niet uitvoerbaar wordt beschouwd, wordt een dergelijke bepaling of gedeelte daarvan uit deze overeenkomst geschrapt en blijft de rest van deze overeenkomst zo veel mogelijk geldig, wettig en uitvoerbaar. Kennisgevingen onder deze overeenkomst dienen per koerier te wordt afgeleverd bij PIONEER, t.a.v. Legal Department.
CRB2312A_Nederlands.book Page 10 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
12
Over de gegevens voor de kaart database
• Deze database werd ontwikkeld en opgeslagen tot april 2006. Het is mogelijk dat wijzigingen aan straten/autosnelwegen na deze datum niet opgenomen werden in de database.
• Het is strikt verboden deze kaart deels of in zijn geheel te reproduceren of te gebruiken zonder de toelating van de houder van de auteursrechten.
• Als het lokale verkeersreglement of omstandigheden afwijken van deze gegevens moet u de lokale verkeersaanduidingen (zoals wegaanduidingen, etc.) en voorwaarden (bijv. werken, weersomstandigheden) opvolgen.
• De gegevens met betrekking tot de verkeersregeling die in de kaart database worden gebruikt zijn alleen van toepassing op standaard passagiersvoertuigen. Denk eraan dat de voorschriften voor grotere voertuigen of motorfietsen en andere niet standaard voertuigen niet opgenomen werden in de database.
Auteursrecht
Data Source © 2007 Tele Atlas © BEV, GZ 1368/2003 © DAV © IGN France Michelin data © Michelin 2007 © Ordnance Survey of Northern Ireland © Norwegian Mapping Authority, Public Roads Administration / © Mapsolutions © Swisstopo Topografische ondergrond Copyright © dienst voor het kadaster en de openbare registers, Apeldoorn 2007 “Deze data zijn goedgekeurd door het Turkse leger op gezag van de ministerraad van Turkije”. © Roskartographia
Dit product bevat kaartgegevens waarvoor licentie is afgegeven door Ordnance Survey, met de toestemming van de Controller van Her Majesty’s Stationery Office. © Crown copyright en/of database right 2007. Alle rechten voorbehouden. Licentienummer 100026920.
© 2007 INCREMENT P CORP. ALLE RECHTEN VOORBEHOUDEN
10
Over Gracenote
Muziek herkenningstechnologie en betrokken gegevens worden door geleverd Gracenote industriestandaard in muziek herkenningstechnologie en overeenstemmende inhoud. Voor meer informatie gaat u naar www.gracenote.com.
CD en muziekgegevens van Gracenote, Inc., copyright © 2000-2006 Gracenote. Gracenote Software, copyright © 2000-2006 Gracenote. Dit product en deze dienstverlening kunnen vallen onder een of meerdere van de volgende U.S. octrooien: #5,987,525; #6,061,680; #6,154,773, #6,161,132, #6,230,192, #6,230,207, #6,240,459, #6,330,593 en andere uitgeschreven octrooien of octrooien in behandeling. Bepaalde geleverde diensten onder licentie van Open Globe, Inc. voor U.S. octrooi: #6,304,523. Gracenote en CDDB zijn
®
®
. Gracenote is de
CRB2312A_Nederlands.book Page 11 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
13
geregistreerde handelsmerken van Gracenote. Het Gracenote logo en logotype en het “Powered by Gracenote” logo zijn handelsmerken van Gracenote.
Eindgebruiker licentieovereenkomst
HET GEBRUIK VAN DIT PRODUCT HOUDT IN DAT U DE ONDERSTAANDE VOORWAARDEN AANVAARDT.
Gracenote® MusicID® Gebruiksvoorwaarden
Dit apparaat bevat software van Gracenote, Inc. van Emeryville, California (“Gracenote”). Dankzij de software van Gracenote (de “Gracenote Software”) is het met dit product mogelijk discs online te identificeren en muziekgegevens te vinden, inclusief naam, artiest, nummer en titelinformatie (“Gracenote Data”), die beschikbaar zijn op online servers (de “Gracenote Servers”) en om andere functies uit te voeren. U kunt Gracenote Data enkel gebruiken via de bedoelde eindgebruiker functies van dit apparaat. U verklaart uw akkoord dat u de Gracenote software, de Gracenote servers uitsluitend zult gebruiken voor uw persoonlijke, niet-commerciële doeleinden. U verklaart zich akkoord de Gracenote Software of andere Gracenote Data niet toe te wijzen, te kopiëren, over te dragen of te verzenden naar derden. U VERKLAART ZICH AKKOORD DE GRACENOTE GEGEVENS, DE GRACENOTE SOFTWARE OF GRACENOTE SERVERS NIET TE GEBRUIKEN OF UIT TE BATEN, TENZIJ HIER EXPLICIET TOEGELATEN. U verklaart uw akkoord dat uw niet-exclusieve licentie voor het gebruik van de Gracenote Data, de Gracenote Software en Gracenote Servers beëindigd wordt als u deze beperkingen overtreedt. Als uw licentie beëindigd wordt, gaat u akkoord ieder gebruik van de Gracenote Data, de Gracenote Software en de Gracenote Servers stop te zetten. Gracenote behoudt alle rechten in de Gracenote Data, Gracenote Software en Gracenote Servers, inclusief alle eigendomsrechten. Gracenote kan in geen geval aansprakelijk gesteld worden voor enige betaling aan u voor informatie die u aanbiedt. U gaat akkoord dat Gracenote rechtstreeks tegen u haar rechten mag opleggen volgens deze overeenkomst in eigen naam. De Gracenote MusicID dienst gebruikt een unieke identificatiemethode om fragmenten te zoeken voor statistieke doeleinden. De bedoeling van een willekeurig toegewezen numerieke identificatie is de Gracenote MusicID dienst de mogelijkheid te bieden queries te tellen zonder te weten wie u bent. Voor meer informatie verwijzen wij naar de Internetpagina voor het Privacybeleid De Gracenote software en ieder onderwerp van de Gracenote Data worden u “AS IS” aangeboden onder de
voor de Gracenote MusicID dienst.
licentie. Gracenote biedt geen vertegenwoordiging of garanties, expliciet of impliciet, met betrekking tot de nauwkeurigheid van de Gracenote Data in de Gracenote servers. Gracenote behoudt zich het recht voor gegevens te verwijderen van de Gracenote servers of gegevenscategorieën te wijzigen om gelijk welke reden die Gracenote voldoende acht. Er wordt geen garantie gegeven dat de Gracenote Software of Gracenote Servers geen fouten bevatten of dat de Gracenote Software of Gracenote Servers ongestoord zullen werken. Gracenote is niet verplicht u nieuwe, verbeterde of bijkomende gegevens types of categorieën te bieden die Gracenote in de toekomst kan leveren en het staat haar vrij de online dienstverlening op ieder ogenblik te beëindigen zonder u daarbij iets verplicht te zijn. GRACENOTE VERWERPT ALLE, EXPLICIETE OF IMPLICIETE, GARANTIES MET INBEGRIP VAN, DOCH NIET BEPERKT TOT, GEÏMPLICEERDE GARANTIES MET BETREKKING TOT VERHANDELBAARHEID, GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL, TITEL EN NIET-INBREUK. GRACENOTE BIEDT GEEN GARANTIE MET BETREKKING TOT HET RESULTAAT VAN HET GEBRUIK VAN HET GRACENOTE SOFTWARE OF IEDERE ANDERE GRACENOTE SERVER. GRACENOTE AANVAARDT GEEN ENKELE VERANTWOORDELIJKHEID VOOR GEVOLGSCHADE OF SCHADE DOOR EEN ONGELUK OF VOOR VERLOREN WINST OF INKOMSTEN.
© Gracenote 2006 Versie 2.2
Andere voorzorgsmaatregelen
• Een deel van de gegevens kon niet opgehaald worden. De inhoud van de gegevens in de Gracenote worden niet 100% gegarandeerd.
• De Gracenote bevat de titels voor de 300 000 vaakst gebruikte albums in de wereld in november 2006.
®
Database bevat op de harde schijf
®
Database op de harde schijf
11
CRB2312A_Nederlands.book Page 12 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
14
Inhoudsopgave
Inleiding
Overzicht handleiding 1
Gebruik van deze handleiding 1 Overzicht van ieder hoofdstuk 2 Terminologie 4 Over de definitie van terminologie 4 Kleurverschil in de kaart bij dag en nacht 4
Licence overeenkomst 5
PIONEER AVIC-HD3 5 Tele Atlas licentievoorwaarden eindgebruiker 7
Over de gegevens voor de kaart database 10 Auteursrecht 10 Over Gracenote® 10
Eindgebruiker licentieovereenkomst 11 Andere voorzorgsmaatregelen 11
Inhoudsopgave 12
Hoofdstuk 1
Voor u het systeem begint te gebrui­ken
Belangrijke veiligheidsvoorschriften 17 Bijkomende veiligheidsinformatie 18
Veilig rijden 18
Voorzieningen (kenmerken van deze software) 19 Opmerkingen voor de harde schijf 20
Opname uitrusting en auteursrecht 20 Opmerking over het schrijven van gegevens
naar de harde schijf bij lage temperatuur 20 Opmerkingen over opnames 20 Gegevens opgeslagen of opgenomen door de
cliënt 21
Indien zich problemen voordoen 21 Bezoek onze website 21
Hoofdstuk 2
Basisbediening
Volgorde van het begin tot het einde 23 Het gebruik van de navigatie menuschermen 24
Geeft het navigatiemenu weer. 24 Overzicht van het navigatiemenu 24
Basisnavigatie 25
De afstand tot uw bestemming berekenen via
Adres zoeken 26 De route controleren en wijzigen 30 Wanneer de routebegeleiding start 31
De begeleiding wissen 31 De voorwaarden voor het berekenen van de route
wijzigen 32 Onderdelen die door de gebruikers bewerkt kun-
nen worden 32
De huidige route controleren 34
De straten die u voorbij rijdt controleren op een
lijst 34
Overzicht van de volledige route controleren op
de kaart 34
Viapunten bewerken 35
Een viapunt toevoegen 35 Een viapunt verwijderen 35 Viapunten sorteren 35 Een viapunt overslaan 36
Hoofdstuk 3
De kaartweergave lezen
Het gebruik van de kaart 37
Omschakelen naar de weergavemodus 37 De kaart van de huidige locatie bekijken 37 Wegen zonder bocht-per-bocht instructies 42 De schaal van de kaart wijzigen 42 De kaart verschuiven naar de plaats die u wilt
zien 42
Sneltoetsmenu 44
Instellen van het Voertuigdynamica scherm 44
Hoofdstuk 4
Kaartconfiguraties wijzigen
Toegang tot het Kaartmenu 47 Het item instellen op het kaartscherm 47 De sneltoets selecteren 49 Cat. weergeven op de kaart 50 De kleurlegende van de kaart weergeven 51 De weergavemodus van de navigatiekaart
wijzigen 51
De kleurwijziging van de kaart instellen tussen
dag en nacht 51
De instelling van het navigatie onderbreking-
scherm wijzigen 51
De kleur van de kaart wijzigen 52
Hoofdstuk 5
Route uitzetten naar uw bestem­ming
Categorieën (Cat.) zoeken in heel het land 53
Rechtstreeks een cat. zoeken op basis van een
naam van de faciliteiten 53
Categorieën zoeken door eerst een categorie te
preciseren 54
Categorieën zoeken door eerst een stadsnaam
te preciseren 55
Een Cat. in uw omgeving vinden 55
De faciliteiten rond de huidige positie
zoeken 55
12
CRB2312A_Nederlands.book Page 13 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
15
Naar voorzieningen zoeken rond de
schuifcursor 56
Een bestemming zoeken door de postcode te
preciseren 57
Het berekenen van de route naar uw thuisbasis of
naar uw favoriete locatie 58
Een bestemming selecteren vanuit de Vorige be-
stemm. en het Adresboek 58
Sneltoetsen van categorieën (Cat.) registreren/
verwijderen 58
Een Cat. sneltoets registreren 58 Een sneltoets van een categorie wissen 59
Hoofdstuk 6
Locaties registreren en bewerken
Locaties registreren overzicht 61 Uw huis en uw favoriete locatie registreren 61 Een locatie registreren in het Adresboek 62
Een locatie registreren via scrollmodus 62 Een locatie registreren per Adresboek 62 Het Adresboek weergeven 63 De invoer in “Adresboek” bewerken 64 De invoer in “Adresboek” verwijderen 67
Eindbestemmingen Uit Het Verleden
bewerkingen 67
De invoer in “Vorige bestemm.” verwijderen 68
Hoofdstuk 7
Verkeersinformatie gebruiken
Het gebruik van de RDS-TMC informatie 69
Verkeerslijst bekijken 69 Verkeersinformatie op de kaart bevestigen 70 Een alternatieve route instellen om files te
vermijden 71
Weer te geven verkeersinformatie
selecteren 72
De voorkeur RDS-TMC service provider hand-
matig selecteren 73
Hoofdstuk 8
Het gebruik van de handenvrije tele­fonie
Handenvrij telefoneren overzicht 75
Communicatie apparaten voorbereiden 75 De instelling voor handen vrij telefoneren 76 Een oproep ontvangen 78 Een oproep maken 79 De telefoongids overdragen 81 Een telefoonnummer registreren in “Favorieten
kiezen” 82
De invoer in “Telefoonboek” bewerken 82
De ontvangen oproep of de geschiedenis van
gebelde nummers bewerken 84
Hoofdstuk 9
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties
Toegang tot het instellingenmenu 87 Het volume instellen voor begeleiding en
telefoon 87
De regionale instellingen aanpassen 87
De taal van de navigatiebegeleiding en het
menu wijzigen 87 Het tijdsverschil instellen 88 De lay-out van het toetsenbord aanpassen 88 De eenheid wijzigen tussen km en mijl 89 De virtuele snelheid van het voertuig
wijzigen 89
De instelling met betrekking tot de hardware
controleren 89 Aansluitingen van kabels en installatieposities
controleren 89 De leerstatus van de sensor en de rijstatus
controleren 90 De montagehoek corrigeren 91 Het apparaat en de versie informatie
controleren 91 De harde schijf informatie controleren 92
Uw thuis en favoriete locatie registreren 92 De achtergrondfoto wijzigen 92 Het gebruik van de demonstratiebegeleiding 94 De huidige locatie corrigeren 95 De fabrieksinstellingen herstellen 95
Hoofdstuk 10
Het gebruik van de AV bron (inge­bouwd DVD-station en radio)
Basiswerking 97
Het Audio bedieningscherm omschakelen 97 Bronselectie 97 Over de besturing afstandsbediening 98 Het audio bedieningscherm weergeven en het
audio instellingmenu weergeven 99
De muziek CD bedienen 100
[CD] als bron selecteren 100 Over harde schijf opname 100 Schermconfiguratie 100 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 101
De CD-ROM (MP3 disc) bedienen 102
[ROM] als bron selecteren 102 Schermconfiguratie 102 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 102
13
CRB2312A_Nederlands.book Page 14 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
16
Opmerkingen over de weergave van MP3
discs 104
De DVD bedienen 104
[DVD] als bron selecteren 104 Schermconfiguratie 104 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 105
Bepaalde scène zoeken, afspelen op een be-
paald tijdstip 106
Numerieke opdrachten invoeren 107
De Radio (FM) bedienen 107
[FM] als bron selecteren 107 Schermconfiguratie 107 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 108
Opslaan van de frequenties van de sterkste
zenders 109 Op sterke signalen afstemmen 109 Radiotekst gebruiken 110 Zoeken naar een RDS zender via PTY
informatie 110 Verkeersberichten ontvangen 111 Onderbreking door nieuwsberichten
gebruiken 111
Ontvangen van PTY nooduitzendingen 112
Selecteren van alternatieve frequenties
(AF) 112 Gebruiken van PI zoeken 112 Gebruiken van Auto PI zoeken voor
voorkeuzezenders 112 Alleen zenders met regionale programmering
zoeken 113 PTY lijst 114
De Radio (AM) bedienen 115
[AM] als bron selecteren 115 Schermconfiguratie 115 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 115 Opslaan van de frequenties van de sterkste
zenders 116 Op sterke signalen afstemmen 116
Hoofdstuk 11
Het gebruik van de AV bron (Mu­ziekbibliotheek)
Muziekbibliotheek opname 117
Alle fragmenten van een CD opnemen 118 Een CD handmatig opnemen 118 Neemt uitsluitend het eerste nummer van de
CD op 118 CD opname wordt stopgezet 119 Opmerkingen over de CD opname 119
Muziekbibliotheek weergave 120
[LIBRARY] als bron selecteren 120 Schermconfiguratie 120
Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 121
Aanmaken van een speellijst met een aange-
paste volgorde 123 Een speellijst of fragmenten bewerken 124 Een andere kandidaat toewijzen voor
titelinformatie 129
Hoofdstuk 12
Het gebruik van de AV bron (M-CD, iPod®, TV)
De multi-CD-speler bediening 131
[M-CD] als bron selecteren 131 Schermconfiguratie 131 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 131
De iPod® bedienen 133
[iPod] als bron selecteren 133 Schermconfiguratie 133 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 133 Bladeren op zoek naar een lied 134
Bediening van de TV tuner 135
[TV] als bron selecteren 135 Schermconfiguratie 135 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 135 Zenders opslaan en oproepen 136 Sterkste zenders op volgorde opslaan 136 Landengroep selecteren 136
Hoofdstuk 13
Het gebruik van de AV bron (AV, EXT, AUX)
De bediening van de AV ingang (AV) 137
[AV INPUT] als bron selecteren 137
De externe eenheid (EXT) bedienen 137
[EXT 1] of [EXT 2] als bron selecteren 137 Schermconfiguratie 137 Bediening met de toetsen op het
aanraakpaneel 137 Het externe toestel bedienen met behulp van de
1 — 6 tiptoetsen 138 Het externe toestel bedienen met behulp van de
Functie 1 — Functie 4 tiptoetsen 138 De automatische en de handmatige functie
gebruiken 139
De bediening van de AUX ingang (AUX) 139
[AUX] als bron selecteren 139
14
CRB2312A_Nederlands.book Page 15 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
17
Hoofdstuk 14
De audio instelling met betrekking tot het audiovisuele aanpassen
AV instellingen overzicht 141
De bediening van het audio
instellingenscherm 141
De items van de geluidsinstellingen
aanpassen 142
Het gebruik van de equalizer 142 Het gesimuleerde geluidsplatform
instellen 143 Balansinstelling gebruiken 144 Gebruiken van het subwoofer
uitgangssignaal 144 Gebruik van een uitgangssignaal zonder
fade 145 Loudness-functie aanpassen 145 Hoogdoorlaatfilter gebruiken 145 Niveau van de signaalbron aanpassen 145
De items van de systeeminstellingen
aanpassen 146 De systeeminstellingen weergeven en
bedienen 146 Het ingebouwde DVD-station instellen 146 Wijzigen van de breedbeeldmodus 148 Instelling voor de achteruitkijkcamera 149 Video-ingangssignaal instellen 150 Aan/uit zetten van de externe aansluiting 150 Schakelen tussen uitschakelen/dempen van
het geluid 150 Schakelen tussen uitschakelen/dempen
niveau 150 De stem van de navigatiebegeleiding
wijzigen 151 Schakelen tussen de auto antenne
instelling 151 De klokweergave instellen op het
videobeeld 151 De CD opnamemodus instellen 151 Instellen van de Achter-luidspreker uitgangs-
aansluiting en de Subwoofer bediening 152 Aan/uit zetten van de automatische PI-
zoekfunctie 152 FM afstemstap instellen 152 Het TV signaal selecteren 153
Andere functies 153
Video van het “Display achter” selecteren 153 Beeldinstellingen bewerken 154 De achtergrondverlichting aan/uit
schakelen 154
Taalcodekaart voor DVD 155
Hoofdstuk 15
Het navigatiesysteem gebruiken met gesproken commando’s
Veilig Rijden 157 De basisbeginselen van de spraakbediening 157
De spraakbediening 157 De spraakbediening starten 158
Tips voor spraakbediening 158 Een voorbeeld van spraakbediening 159
Cat. zoeken in de buurt 159 De speellijst zoeken 160
Gesproken commando’s 161
Basiscommando’s voor spraakherkenning 162 Gesproken commando’s voor de navigatie 162 Gesproken commando’s met betrekking tot
handenvrije telefonie 164
Gesproken commando’s voor de Audio-Video
Bediening 164
Nadat u de verkeersinformatie handmatig hebt
gecontroleerd 165
Locatiescherm (A) en (B) 165
Andere gesproken commando’s 167
Andere gesproken commando’s voor de
navigatiefuncties 167
Andere gesproken commando’s voor de Audio-
Video bediening 169
Categorielijst voor zoeken in de omgeving 170
Bijlage
Het navigatiesysteem herstellen naar de stan-
daard of fabrieksinstellingen 175
Items instellen die u wilt verwijderen 176 Als zich regelmatig systeemfouten
voordoen 177
Het navigatiesysteem volledig herstellen op de
oorspronkelijke status 177
De reactiestanden van de toetspanelen (Toetspa-
neel kalibrering) 178
Plaatsbepaling technologie 179
Plaatsbepaling via GPS 179 Bepaling van de positie door middel van ge-
schatte plaatsbepaling 179
Hoe werken GPS en de geschatte plaatsbepa-
ling samen? 180
Wanneer er zware fouten optreden 180
Wanneer plaatsbepaling via GPS onmogelijk
is 180
Voertuigen die geen toerental pulsgegevens kun-
nen krijgen 181
Omstandigheden die fouten in de plaatsbepaling
kunnen veroorzaken 181
Probleem oplossen 184
Problemen in het scherm 184
15
CRB2312A_Nederlands.book Page 16 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
18
Berichten en de juiste reactie 189
Berichten voor de navigatiefuncties 189
Berichten voor de geluidfuncties 194
Ingebouwd DVD-station 194 Harde schijf station (Muziekbibliotheek) 195 Andere bronnen 195
Wanneer de harde schijf niet aangesloten is 196 Informatie over de routebepaling 196
Regels voor de routekeuze 196 Aanduiding van de gekozen route 197 De afgelegde route tonen 197 Cat. weergeven 198
Detailinformatie voor afspeelbare media 198
DVD discs en andere DVD-mediatypes 198 Over de weergave van een Dual Disc 198 CD-R/CD-RW discs 198 MP3-bestanden 199
Verklarende woordenlijst 200 Overzicht van de menu’s 203
Navigatiemenu 203 Sneltoetsmenu 206
Menu in het audioscherm 207
[Audio Settings] menu 207 [System Settings] menu (Pagina 1) 207 [System Settings] menu (Pagina 2) 207
Index 208
16
CRB2312A_Nederlands.book Page 17 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
19
Voor u het systeem begint te gebruiken
Hoofdstuk 1
Belangrijke veiligheidsvoorschriften
Zorg ervoor dat u de volgende informatie over veiligheid leest en volledig begrijpt voor u het navigatiesysteem gaat gebruiken:
• Probeer het navigatiesysteem niet zelf te installeren of te repareren. Wanneer het navigatiesysteem wordt geïnstalleerd of gerepareerd door personen zonder opleiding en ervaring op het gebied van elektronische apparatuur en auto­accessoires kan dit gevaarlijk zijn en elektrische schokken of ongelukken tot gevolg hebben.
• Nadat er een route is uitgestippeld, wordt automatisch de route en de stembegeleiding voor de route vastgelegd. Wat de informatie over bepaalde dagen of tijden betreft, wordt alleen informatie over verkeersregelingen weergegeven op het moment waarop de route werd berekend. Straten met eenrichtingsverkeer en afsluitingen van straten zijn wellicht niet in de calculatie meegenomen. Als een straat bijvoorbeeld alleen’s morgens open is voor het verkeer en u later aankomt, zou het tegen de verkeersregels ingaan wanneer u de uitgestippelde route nam. Houd u bij het rijden aan de actuele verkeersregels. Het is mogelijk dat het systeem niet bekend is met bepaalde verkeersregels.
Lees de volledige handleiding voordat u dit
navigatiesysteem in werking stelt.
De navigatie-elementen van uw
navigatiesysteem (en de optionele achteruitkijkcamera, indien deze is aangeschaft) zijn uitsluitend bedoeld als hulpmiddel voor de bediening van uw voertuig. U mag het autonavigatiesysteem niet beschouwen als vervanging van uw eigen beoordelingsvermogen en alertheid tijdens het rijden.
Gebruik dit navigatiesysteem (of de optionele
achteruitkijkcamera) niet, als dit gebruik op enigerlei wijze uw aandacht afleidt van het veilig besturen van uw voertuig. Neem altijd de plaatselijke verkeersregels en de vereiste veiligheidsmaatregelen in acht. Als moeilijkheden ondervindt tijdens het gebruik van het systeem of als u het beeldscherm niet duidelijk kunt lezen, dient u uw voertuig te parkeren op een veilige plek en de handrem aan te trekken voor u de nodige aanpassingen uitvoert.
Laat de bediening van het
autonavigatiesysteem alleen over aan iemand die de bedieningsaanwijzingen volledig heeft gelezen en begrepen.
Gebruik dit navigatiesysteem nooit om in
geval van nood naar ziekenhuizen, politiestations of dergelijke instellingen te rijden. Stop het gebruik van alle functies met betrekking tot de handen-vrije telefoon en neem contact op met de betrokken nooddienst.
De route-informatie en begeleiding die dit
apparaat biedt is alleen bedoeld als algemene richtlijn. Deze kan niet altijd volledig zijn aangaande de huidige toestand van de wegen, de toegestane routes, de wegen met eenrichtingsverkeer, wegversperringen en eventuele omleidingen of verkeersstremmingen.
Hoofdstuk
1 Voor u het systeem begint te gebruikenNAVI/AV
17
CRB2312A_Nederlands.book Page 18 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
20
Neem altijd de gangbare beperkingen en
aanwijzingen voor weggebruikers in acht, boven het advies en de begeleiding die het navigatiesysteem biedt. Volg strikt de geldende verkeersvoorschriften, ook als het navigatiesysteem tegenstrijdige aanwijzingen geeft.
De instelling van incorrecte informatie met
betrekking tot het lokale tijdstip in het navigatiesysteem kan leiden tot een incorrecte routebeschrijving en verkeerde aanwijzingen voor de begeleiding.
Zet het volume van uw navigatiesysteem nooit
zo hard dat u het verkeer buiten en voertuigen
1
van hulpdiensten niet kunt horen.
Voor uw veiligheid zijn bepaalde functies
alleen beschikbaar wanneer de auto stilstaat, met de handrem ingeschakeld.
Hoofdstuk
De gegevens op de harde schijf van het
navigatiesysteem zijn de intellectuele eigendom van het toeleveringsbedrijf of de instantie van herkomst, en de laatstgenoemde draagt volledige verantwoordelijkheid voor de inhoud ervan.
Houd deze handleiding bij de hand om
bedieningsprocedures en informatie over de veiligheid in op te zoeken.
Neem alle waarschuwingen in deze
handleiding in acht en volg de instructies zorgvuldig op.
Voor u het systeem begint te gebruiken NAVI/AV
Monteer dit navigatiesysteem niet op plaatsen
waar het (i) het zicht van de bestuurder kan hinderen, (ii) afbreuk kan doen aan de prestaties van het bedieningssysteem of veiligheidsmaatregelen van het voertuig, zoals de airbags, knoppen van waarschuwingsknipperlichten of (iii) de bestuurder kan hinderen bij het veilig bedienen van het voertuig.
Denk eraan dat u tijdens het besturen van uw
voertuig altijd uw veiligheidsgordel draagt. Wanneer u een ongeluk krijgt, kunnen u verwondingen aanzienlijk ernstiger zijn als uw veiligheidsgordel niet goed is vastgemaakt.
Gebruik nooit een hoofdtelefoon tijdens het
rijden.
Bijkomende veiligheidsinformatie
Veilig rijden
Handremvergrendeling
Bepaalde functies (zoals de weergave van DVD­Video en bepaalde toetsenbewerking) van dit navigatiesysteem kunnen gevaarlijk en/of onwettig zijn indien ze tijdens het rijden worden gebruikt. Om te vermijden dat dergelijke functie gebruikt worden wanneer het voertuig in beweging is, werd een interlock systeem voorzien dat aanvoelt wanneer de handrem ingeschakeld is en wanneer het voertuig in beweging is. Als u de bovenstaande functies probeert te gebruiken tijdens het rijden, worden deze uitgeschakeld tot u het voertuig op een veilige plaats stopt en de handrem inschakelt. Houd de rempedaal ingedrukt voor u de handrem los laat.
• Om het risico op schade en letsels en het eventuele overtreden van wettelijke regels te vermijden is het navigatiesysteem niet bestemd voor een “Videobeeld” dat zichtbaar is voor de bestuurder.
• In sommige landen is het bekijken van “Videobeeld” op een scherm in de auto, zelfs door anderen dan de bestuurder, wettelijk verboden. Waar zulke regelgeving van toepassing is moet deze worden nageleefd.
• Als u de handrem inschakelt om “Videobeelden” te bekijken of om andere functies van het navigatiesysteem in te schakelen, moet u het voertuig op een veilige plaats parkeren en de rempedaal ingedrukt houden voor u de handrem loslaat als het voertuig op een heuvel geparkeerd is of indien het voertuig op enige andere wijze zou kunnen bewegen als u de handrem loslaat.
18
CRB2312A_Nederlands.book Page 19 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
21
Voorzieningen (kenmerken van
• Het is ten stelligste aanbevolen de snelheidspuls kabel aan te sluiten voor de nauwkeurigheid en een betere prestatie van het interlock.
• Als de snelheidspuls kabel om de een of andere reden niet beschikbaar is, is het aanbevolen de pulsgenerator ND-PG1 (afzonderlijk verkocht) te gebruiken.
Als u probeert een “Videobeeld” te bekijken tijdens het rijden, verschijnt de waarschuwing “Het bekijken van een videobron vooraan is strikt verboden tijdens het rijden.” op het scherm. Als u “Videobeeld” wilt weergeven op dit scherm, moet u uw voertuig op een veilige plek stoppen en de handrem inschakelen. Houd de rempedaal ingedrukt voor u de handrem los laat.
Over de achteruitkijkcamera en de [Zicht achteruitrijcamera] modus
Met een optionele achteruitkijkcamera kunt u het Navigatiesysteem gebruiken als hulpmiddel waarmee u opleggers en aanhangwagens in de gaten kunt houden of uw auto op een kleine plaats kunt inparkeren.
deze software)
Bediening van het toetspaneelscherm
De navigatiefunctie en de audiofunctie kunnen worden bediend met behulp van de tiptoetsen van het toetspaneelscherm.
Verschillende kijkmodi
Voor de navigatiebegeleiding kunnen verschillende typen schermweergave worden geselecteerd.
• De Zicht achteruitkijkmodus van het navigatiesysteem dient als hulpmiddel om aanhangwagens in de gaten kunt houden of tijdens het achteruit rijden. Gebruik deze functie niet voor amusementsdoeleinden.
Hoofdstuk
1 Voor u het systeem begint te gebruikenNAVI/AV
• HET BEELD OP HET SCHERM KAN OMGEKEERD WORDEN WEERGEGEVEN.
• GEBRUIK DE INVOER ALLEEN VOOR OMGEKEERDE OF GESPIEGELDE BEELDEN VAN DE ACHTERUITKIJKCAMERA. ANDER GEBRUIK KAN LETSEL OF SCHADE TOT GEVOLG HEBBEN.
Zeer veel informatie over voorzieningen voor het zoeken naar categorieën (Cat.)
U kunt uw bestemming zoeken vanuit een brede zone. – Ongeveer 6,3 miljoen Cat. in de databank. – Het is mogelijk dat bepaalde Cat. informatie niet nauwkeurig is of onnauwkeurig wordt na verloop van tijd. Neem rechtstreeks contact op met het Cat. om de nauwkeurigheid van de informatie te controleren over de Cat. in de database. De Cat. informatie kan gewijzigd worden zonder voorafgaande kennisgeving
Autom. route herberekening
Wanneer uw afwijkt van de uitgezette route, berekent het systeem de route opnieuw vanaf dat punt, zodat u de weg naar uw bestemming blijft volgen.
Voor bepaalde gebieden werkt deze functie
wellicht niet.
19
CRB2312A_Nederlands.book Page 20 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
22
Automatisch aflezen van CD-titels en MP3-bestanden
Wanneer er een CD of MP3 disc wordt afgespeeld, worden automatisch titellijsten weergegeven. Dit systeem biedt gemakkelijk te bedienen audiofuncties waarmee bestanden eenvoudig kunnen worden afgespeeld door een item uit de lijst te selecteren.
Compatibel stemherkenning systeem
Als u de meegeleverde microfoon aansluit, kunt u gebruik maken van de spraakbediening voor de navigatie- en de AV-functies.
Originele afbeelding toewijzing
1
U kunt uw eigen afbeeldingen opslaan op een CD-R in JPEG-formaat en oorspronkelijke afbeeldingen in dit navigatiesysteem importeren. Deze geïmporteerde afbeeldingen kunnen
Hoofdstuk
ingesteld worden als achtergrond of splash scherm of als een afbeelding in een adresboek of telefoonboek invoer.
Automatische weergave van de stationsnaam
Wanneer u op een RDS-station afstemt, kunt u een lijst weergeven met de stations die u samen met de programmanamen ontvangt. Dit vereenvoudigt de selectie van een station. Als het systeem de naam van het radiostation niet kan ontvangen, wordt in plaats hiervan de frequentie weergegeven.
De functies met betrekking tot RDS (Radio
Voor u het systeem begint te gebruiken NAVI/AV
Data System) werken uitsluitend in gebieden met FM-stations die RDS-signalen uitzenden. Zelfs als het navigatiesysteem een RDS zender ontvangt, zijn niet alle functies met betrekking tot RDS beschikbaar.
Opmerkingen voor de harde schijf
Opname uitrusting en auteursrecht
De opname uitrusting mag uitsluitend voor wettelijk toegelaten kopieën gebruikt worden en wij raden u aan zorgvuldig te controleren wat als wettelijk kopiëren gedefinieerd wordt in het land waar u de kopie wilt maken. Auteursrecht of auteursrechtelijk materiaal zoals films of muziek is onwettelijk tenzij toegelaten door een wettelijke uitzondering of toegelaten door de correcte eigenaars.
Opmerking over het schrijven van gegevens naar de harde schijf bij lage temperatuur
Het schrijven van gegevens naar de harde schijf, zoals het opnemen van muziek naar de muziekbibliotheek, kan uitgeschakeld worden als het navigatiesysteem abnormaal lage temperaturen detecteert in het voertuig. De functie is opnieuw beschikbaar van zodra de temperatuur in het voertuig opnieuw een normaal niveau bereikt. Bovendien, als de lage temperatuur lange tijd blijft voortduren, kan het systeem opgestart worden in de voorlopige modus omdat het systeem de harde schijf niet kan herkennen.
“Wanneer de harde schijf niet aangesloten is”
Pagina 196
Opmerkingen over opnames
Pioneer biedt geen compensatie voor inhoud
die niet opgenomen kan worden of ieder verlies van gegevens te wijten aan een defect of een fout van het navigatiesysteem.
De gegevens opgenomen in het
navigatiesysteem kan niet gebruikt worden zonder toelating van de eigenaar van het auteursrechts behalve voor persoonlijk entertainment.
Zorg ervoor dat u de opnamebewerking
controleert voor de opname en controleer de opgenomen inhoud na de opname.
20
CRB2312A_Nederlands.book Page 21 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
23
Opnames worden niet gegarandeerd op alle
CD’s.
Gegevens opgeslagen of opgenomen door de cliënt
De gegevens opgeslagen of opgenomen op dit
navigatiesysteem door de klant kunnen niet geëxtraheerd worden van het navigatiesysteem en die dienstverlening kan niet aanvaard worden.
De gegevens opgeslagen of opgenomen op dit
navigatiesysteem door de klant kunnen niet geëxtraheerd worden van het navigatiesysteem. Verloren gegeven die opgeslagen of opgenomen door de klant worden niet gedekt door de garantie.
Vanwege de auteursrechten is het onmogelijk
een back-up te maken van muziekgegevens die opgenomen werden in de Muziekbibliotheek tijdens een reparatie of onderhoud.
Hoofdstuk
1 Voor u het systeem begint te gebruikenNAVI/AV
Indien zich problemen voordoen
Mocht het Navigatiesysteem niet naar behoren functioneren, raadpleeg dan uw dealer of de dichtstbijzijnde Pioneer onderhoudsdienst.
Bezoek onze website
Bezoek ons op de volgende site:
• Registreer uw product. We bewaren de details van uw aankoop in onze bestanden zodat wij u een referentie kunnen bieden indien deze door uw verzekering aangevraagd wordt bij een diefstal of verlies.
21
CRB2312A_Nederlands.book Page 22 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
24
1
Hoofdstuk
Voor u het systeem begint te gebruiken NAVI/AV
22
CRB2312A_Nederlands.book Page 23 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
25
Basisbediening
Volgorde van het begin tot het einde
Bevestig eerst de posities van de volgende onderdelen met behulp van de “Hardwarehandleiding”.
MAP toets
MENU toets
AV toets
OPEN CLOSE toets
1 Start de motor om het systeem te starten.
Na een korte pauze verschijnt het navigatie splash scherm een paar seconden.
Bij het eerste gebruik van dit navigatiesysteem verschijnt het [Regionale instellingen] scherm. Op het [Regionale instellingen] scherm kunt u de taal of het tijdstip wijzigen. (De instellingen kunnen ook achteraf gewijzigd worden.)
“De regionale instellingen aanpassen”
Pagina 87
2 Controleer de gegevens van het
waarschuwingsbericht en tip [OK] aan.
U kunt het navigatiesysteem bedienen door de toetsen aan te tippen die op het scherm worden weergegeven. De kaart van uw omgeving wordt weergegeven. Als de route al is vastgelegd, gaat het scherm over op de begeleidingsmodus. Het lezen van het actuele positiescherm
Pagina 37
“Het tijdsverschil instellen” Pagina 88Om het LCD te beschermen tegen schade,
moet u ervoor zorgen dat u de tiptoetsen aanraakt met uw vinger. (De stylus wordt geleverd voor speciale kalibreringen. Gebruik de stylus niet voor normale bewerkingen.)
Hoofdstuk 2
4 Een eindbestemming toewijzen met de
toetsen op het toetsenpaneel en de routebegeleiding starten, of de geluidsbron bedienen.
Tiptoetsen die momenteel niet
beschikbaar zijn, zijn niet actief.
Het adres bepalen en de bestemming
zoeken Pagina 26
De bestemming zoeken met behulp van de
kaart Pagina 44
Andere zoekmethoden Pagina 53 tot 58Het gebruik van de geluidsbron
Pagina 97 tot 155
5 Schakel de motor van het voertuig uit om
het systeem af te sluiten.
Het Navigatiesysteem is ook uitgeschakeld. Tot u voertuig in de buurt van de
bestemming is gekomen, wordt de uitgestippelde route niet gewist, zelfs niet wanneer de motor is uitgezet.
NAVI
Hoofdstuk
2 Basisbediening
3 Druk op de MENU toets.
Geeft het navigatiemenu weer.
23
CRB2312A_Nederlands.book Page 24 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
26
Het gebruik van de navigatie menuschermen
De basisnavigatie uitgevoerd via menu’s. Het navigatiemenu is verdeeld in vier menu’s : [Bestemming], [Info/Telefoon], [Kaart], en [Instellingen].
Geeft het navigatiemenu weer.
1 Druk op de MENU toets. 2 Om over te gaan naar een ander menu,
tipt u op de naam die boven in het scherm wordt weergegeven.
3 Wilt u terugkeren naar de kaart, druk dan
op MENU toets.
Overzicht van het
2
navigatiemenu
[Bestemming] menu
Hoofdstuk
Basisbediening NAVI
U kunt uw eindbestemming zoeken in dit menu. U kunt uw ingestelde route ook controleren of annuleren in dit menu.
Het adres bepalen en de bestemming zoeken
Pagina 26
Andere zoekmethoden Pagina 53 tot 58
[Info/Telefoon] menu
Gebruik dit menu om de verkeersinformatie te controleren of het RDS-TMC station te kiezen. Wanneer u een draagbare telefoon gebruikt met de Bluetooth technologie door de Bluetooth apparatuur (ND-BT1) (afzonderlijk verkocht) aan te sluiten op het navigatiesysteem kunt u de Bluetooth instellingen instellen of de geschiedenis van uitgaande/inkomende oproepen controleren.
[Verkeer op uw route] en [Verkeerslijst]
kunnen uitsluitend actief zijn als het navigatiesysteem de beschikbare verkeersinformatie van een RDS-TMC zender ontvangt.
“Het gebruik van de RDS-TMC informatie”
Pagina 69
[Telefoonmenu] es enkel actief als de
Bluetooth apparatuur (ND-BT1) aangesloten is op het navigatiesysteem.
[Kaart] menu
U kunt de [Weergavemode] wijzigen, of de items instellen die u wilt weergeven tijdens de navigatiefunctie.
[Weergavemode] kan enkel geselecteerd
worden als de positie van het voertuig de huidige positie is. Als u [Weergavemode] wilt selecteren tijdens het doorbladeren van de kaart drukt u op de MAP toets om de voertuigpositie te bepalen op basis van de huidige positie.
24
CRB2312A_Nederlands.book Page 25 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
27
[Instellingen] menu
Pas de navigatiefuncties aan zodat ze gemakkelijk kunnen worden gebruikt.
Menu Basisinstelling Hoofdstuk 9
Toetsen die u kunt gebruiken
De beschikbaarheid van een specifieke toets of functie wordt aangegeven door het uiterlijk. Afhankelijk van de status van uw voertuig zijn bepaalde toetsen beschikbaar terwijl andere dit niet zijn.
Actieve tiptoets: De toets kan aangetipt worden.
Basisnavigatie
• Uit veiligheidsoverwegingen kunt u een aantal van deze basisnavigatiefuncties niet gebruiken terwijl uw auto rijdt. Om deze functies te activeren, dient u op een veilige plaats te stoppen en de handrem in te schakelen (zie pagina 18 voor details).
Basisvolgorde van de bediening
1 Parkeer uw voertuig in een veilige plek
en schakel de handrem in.
2 Druk op de MENU toets om het
navigatiemenu weer te geven.
3 Kies de methode voor het zoeken van uw
bestemming.
4 Voer de informatie over uw bestemming
in om de route te berekenen.
Hoofdstuk
2 BasisbedieningNAVI
Inactieve tiptoets: De functie is niet beschikbaar (de werking ervan wordt bijv. onmogelijk gemaakt tijdens het rijden).
5 Bevestig de locatie op de kaart.
6 De route controleren en vastleggen.
7 Uw navigatiesysteem zet de koers uit
naar uw bestemming, en de kaart van uw omgeving wordt weergegeven.
8 Schakel de handrem uit en rij in
overeenstemming met de navigatie­informatie, waarbij rekening dient te worden gehouden met de belangrijke veiligheidsinstructies die vermeld zijn op pagina 17 tot 19.
25
CRB2312A_Nederlands.book Page 26 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
28
De afstand tot uw bestemming berekenen via Adres zoeken
De meest gebruikte functie is het [Zoek op adres], waarbij het adres wordt bepaald en naar
de bestemming wordt gezocht. In dit gedeelte wordt het gebruik van [Zoek op adres] en de basis van het gebruik van het navigatiesysteem beschreven.
1 Druk op de MENU toets om het
navigatiemenu weer te geven.
2 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu.
3 Tip [Zoek op adres] aan.
Selecteer de methode voor het zoeken van de bestemming.
2
Hoofdstuk
4 Tip [Landencode toets] aan om het land
te selecteren.
Wanneer de bestemming zich in een ander land bevindt, wordt de landinstelling
Basisbediening NAVI
gewijzigd. Wanneer het land is geselecteerd hoeft u
de landinstelling alleen te wijzigen indien de bestemming buiten het door u geselecteerde land ligt.
5 Voer de straatnaam in.
Wanneer het aantal opties gedaald is tot minder dan 6 verschijnt automatisch een lijst met de overeenstemmende straten. Wanneer u dezelfde tekens invoert als voordien ingevoerd, geeft het systeem automatisch de tekens weer die volgens op de ingevoerde tekens. (Auto invulfunctie)
Wanneer u de tekens invoert, vraagt het
systeem eerst automatisch alle mogelijke opties van de database op. Als er maar één letter is die kan volgen op wat u heeft ingevoerd, wordt deze letter automatisch weergegeven.
Een lijst verschijnt indien verschillende
opties mogelijk zijn. Selecteer de gewenste optie uit de lijst en ga verder met de volgende stap. In bepaalde situaties moet u de naam van de stad invoeren om de stad te bepalen.
Bediening van het landen selectiescherm
(1)
26
Landencode toets
(3) (4)(2)
(1) [ABC] tot [WXYZ]:
Gebruik deze functie om naar het eerste lang met dat alfabet te springen.
(2) :
Gebruik deze functie om de volgende of vorige pagina van de lijst weer te geven.
(3) Landenlijst:
Om een van deze items in te stellen als zoekregio drukt u op een van deze items.
(4) [Terug]:
Terugkeren naar het vorige scherm.
CRB2312A_Nederlands.book Page 27 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
29
Bediening van het straat- of stadsnaam invoerscherm(bijv. QWERTY toetsenbord)
(8)
(10)
(9)
(1) Landencode toets:
Spring naar het landen selectiescherm. (Geselecteerde landencode verschijnt.)
(2) [OK]:
Bevestigt de weergegeven tekens en (4) en gaat verder met de volgende stap.
(3) [Lijst]:
Rangschikt de kandidaten op basis van de gele tekens in (4). Tip het gewenste item aan in de lijst om verder te gaan met de volgende stap.
(4) Tekstvakje:
Geeft de tekens weer die ingevoerd werden.
(5) Toetsenbord:
Gebruik deze functie om tekst in te voeren.
(6) [Terug]:
Terugkeren naar het vorige scherm.
(7) :
De ingevoegde tekst wordt vanaf het einde van de tekst letter voor letter gewist. Door de toets te blijven indrukken, wordt alle tekst gewist.
(8) [Stad]:
Tip dit aan als u eerst de stad of het gebied van bestemming wilt aangeven. (Dit is uitsluitend beschikbaar als straatnaam leeg is.)
(9) [Andere], [Symb.], [0-9]:
U kunt andere letters van het alfabet invoeren. U kunt tekst invoeren met markeringen, zoals [&] of [+]. Tip aan om te schakelen tussen de selectie.
Wanneer u één van deze letters gebruikt :
A”, “Ä”, “Å”, “Æ”, zal het weergegeven resultaat hetzelfde zijn.
(4) (7)
(11)
(5) (2)
(1) (3) (6)
(10) [Straat]:
Tip aan als u wilt terugkeren naar de straat invoermodus. (Dit is uitsluitend beschikbaar als stadnaam leeg is.)
(11) [Centrum]:
Dit kan geselecteerd worden als u eerst een stad of regionaam invoert. Tip deze toets aan om het centrale punt van de ingevoerde stad of zone weer te geven. Als u [OK] aantipt kunt u de route naar het centrale punt zoeken. Ga verder met Stap 9.
U kunt het toetsenbordtype aanpassen dat
wordt weergegeven op het scherm.
“De lay-out van het toetsenbord
aanpassen” Pagina 88
Auto invulfunctie
De voordien ingevoerde tekens worden opgeslagen voor ieder land en iedere zoekfunctie. De volgende maal dat een teken ingevoerd wordt, wordt een teken voorgesteld. Bijvoorbeeld, als [DATHEENSTRAAT] in het verleden ingevoerd werd, als u de letter [D] invoert, wordt [DATHEENSTRAAT] automatisch ingevoerd. De handmatig ingevoerde tekens worden in het geel weergegeven en de voorgestelde tekens worden in het wit weergegeven. Zo kunt u ze eenvoudig onderscheiden. Om de ingevulde tekens te bevestigen, tipt u [OK] aan.
Hoofdstuk
2 BasisbedieningNAVI
27
CRB2312A_Nederlands.book Page 28 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
30
6 Tip de straat in de lijst aan.
Als de geselecteerde straat slechts een overeenstemmende locatie heeft, verschijnt het “Route bevestigingscherm”. Ga verder met Stap 9.
7 Tip de stad of het gebied aan waar uw
bestemming zich bevindt.
2
8 Voer het huisnummer in en tip [OK] aan.
Tip de tekens aan die u wilt invoeren.
Hoofdstuk
De routeberekening start.
Wanneer de routeberekening voltooid is, verschijnt het “Route bevestigingscherm”.
Basisbediening NAVI
Indien een route niet ingesteld is, start de routeberekening onmiddellijk. “De route controleren en wijzigen”
Pagina 30 Als een route al is vastgelegd, verschijnt het “Locatie bevestigingscherm”.
“Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29 [OK] aantippen zonder ingave geeft het
centrale punt van het huisnummerbereik
weer en het “Locatie bevestigingscherm”
verschijnt.
28
CRB2312A_Nederlands.book Page 29 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
31
Bediening van het stratenlijst scherm
(4) (1)
(3)
(2)
(1) Aantal mogelijk keuzes (2) :
Door de of op de schuifbalk aan te tippen, schuift u door de lijst en kunt u de resterende onderdelen zien.
(3) :
Als het teken niet op in de weergegeven zone kan worden weergegeven, kunt u de overige tekens zien door op de rechts van het onderdeel te tippen.
(4) :
Door aan te tippen, wordt een kaart getoond van de plaats die u heeft gekozen. (Mogelijke plaatsnamen verschijnen in het lijstscherm.) U kunt een bestemming bepalen door rechts van de lijst aan te tippen. Als u [OK] aantipt, stelt u de locatie in die door de scroll cursor wordt aangewezen als eindbestemming ingesteld.
(5) [Terug]:
(5)
Bevestig de locatie op de kaart
“Locatie bevestigingscherm”
(1) (2) (3)
(1)
De route naar de eindbestemming
berekenen
De routeberekening start. Wanneer de routeberekening voltooid is, verschijnt het “Route bevestigingscherm”.
Als u tijdens de routeberekening op de
MAP of MENU toets drukt, wordt de berekening afgebroken en verschijnt het kaartscherm.
(2)
Door de kaart bladeren
De kaart gaat over in de schuifmodus. In de schuifmodus kunt u de locatie fijnafstemmen en daarna kunt u de locatie instellen als uw eindbestemming of kunt u verschillende bewerkingen uitvoeren met het sneltoetsmenu.
“Sneltoetsmenu” Pagina 44
(3)
De locatie als viapunt instellen
De locatie die door de scroll cursor wordt aangewezen, wordt als viapunt ingesteld.
“Viapunten bewerken” Pagina 35
Hoofdstuk
2 BasisbedieningNAVI
29
CRB2312A_Nederlands.book Page 30 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
32
9 Tip [OK] aan om de weergegeven route te
wijzigen.
De route controleren en wijzigen
U kunt routedetails controleren. U kunt de route in verschillende condities herberekenen.
Route bevestigingscherm
(4) (5) (6) (7) (8)
2
Hoofdstuk
Basisbediening NAVI
(9)
(3) (2) (1)
(1) Voorwaarde voor de routeberekening
Geeft de route weer die berekend werd onder deze voorwaarden.
geeft aan dat de snelste route prioriteit heeft.
geeft aan dat de kortste route prioriteit heeft.
geeft aan dat het gebruik van de verkeerswegen en hoofdwegen prioriteit heeft.
geeft aan dat de voorgestelde route snelwegen bevat.
geeft aan dat de voorgestelde route tolwegen bevat. De huidige instelling
verschijnt.
geeft aan dat de voorgestelde route veerboten bevat. De huidige instelling
verschijnt.
geeft aan dat de voorgestelde route leerroutes bevat. De huidige instelling
verschijnt.
Bovendien, als de berekende route ongewenste resultaten oplevert, verschijnen de volgende pictogrammen.
geeft aan dat de autosnelwegen niet vermeden konden worden.
geeft aan dat de tolweg niet vermeden kon worden als de [Vermijd tolwegen]
instelling [Aan] is.
geeft aan dat veerboten niet vermeden kon worden als de [Vermijd ferry] instelling
[Aan] is.
geeft aan routes aan die straten of bruggen bevatten die onderworpen zijn aan
verkeersregels tijdens een bepaalde periode als de [Tijdsbeperkingen] instelling [Aan] is .
(2) Afstand tot de bestemming (3) De reistijd tot uw bestemming (4) Stelt de weergegeven route in
Stelt de weergegeven route in als uw route en start de routebegeleiding.
“Wanneer de routebegeleiding start”
Pagina 31
(5) Meerdere routes weergeven
U kunt een gewenste route selecteren uit verschillende route-opties. De berekende routes worden weergegeven in verschillende kleuren.
Door tot aan te tippen, schakelt over op een andere route. Tip [OK] aan om terug te keren naar het vorige scherm. Als u viapunten instelt, kunt u geen meerdere route opties gebruiken.
Het is mogelijk dat in bepaalde situaties
dezelfde route weergegeven wordt, zelfs als meerdere routes gezocht worden.
In meerdere routeberekeningen wordt zowel
de route berekend die de autosnelwegen gebruikt als de route die de autosnelwegen vermijdt, onafhankelijk van de instelling van [Vermijd snelwegen].
30
CRB2312A_Nederlands.book Page 31 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
33
(6) De voorwaarde voor de routeberekening wijzigen
Wijzig iedere voorwaarde van de berekening, en herbereken de route.
Raadpleeg de stappen na stap 3 van “De
voorwaarden voor het berekenen van de route wijzigen” Pagina 32
(7) Het routeprofiel weergeven
U kunt de straten controleren die u zult voorbijrijden onderweg naar uw eindbestemming.
Raadpleeg de stappen na stap 3 van “De
straten die u voorbij rijdt controleren op een lijst” Pagina 34
(8) De vorm van de route controleren
U kunt de algemene vorm van uw route en de locatie van de eindbestemming op de kaart controleren.
Raadpleeg de stappen na stap 2 van
“Overzicht van de volledige route controleren op de kaart” Pagina 34
(9) Het viapunt toevoegen en bewerken
U kunt viapunten toevoegen/verwijderen of sorteren.
“Viapunten bewerken” Pagina 35
Wanneer de routebegeleiding start
Als u [OK] aantipt in het “Route bevestigingscherm” start de route begeleiding op de weergegeven route. Het navigatiesysteem geeft de volgende informatie, waarbij de timing is aangepast aan de rijsnelheid: — Afstand tot het volgende keerpunt —Rijrichting — Wegnummer van de snelweg — Aankomst aan het viapunt (als een viapunt
werd ingesteld)
— Aankomst op uw eindbestemming Als u of aantipt, kunt u de
stembegeleiding in of uitschakelen.
Door aan te tippen kunt u de
informatie opnieuw beluisteren.
Stopt u gedurende de begeleiding bij een
benzinestation of restaurant, dan onthoudt uw navigatiesysteem de bestemming en route­informatie. Wanneer u de motor start en teruggaat naar de weg, start de begeleiding opnieuw.
Wijkt u van de route af terwijl de begeleiding
op [Straat/Kaart] of [Hybridemodus] is ingesteld en komt u in een straat die niet op de disc is opgeslagen, dan verandert het scherm in [Kaartmodus]. Zodra u terugkeert naar de route keert het scherm ook terug naar de oorspronkelijke modus en wordt de begeleiding hervat.
Basisonderdelen op het scherm
In dit gedeelte worden alleen de basisonderdelen beschreven die weergegeven worden op het Kaartmodus scherm.
Details van het kaartscherm Pagina 37
(1)(3)(2) (4)
(1) Huidige locatie (2) Afstand tot de bestemming (3) Geschatte aankomsttijd (standaard) (4) AAN/UIT toets van de stembegeleiding
De begeleiding wissen
Als u niet langer naar uw bestemming hoeft te rijden of uw bestemming wilt wijzigen, volg dan onderstaande stappen om de begeleiding af te breken.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Route annuleren] aan.
Er verschijnt een bericht met de vraag om een bevestiging of de route die op dat moment wordt begeleid gewist dient te worden.
Hoofdstuk
2 BasisbedieningNAVI
31
CRB2312A_Nederlands.book Page 32 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
34
2 Tip [Ja] aan.
De actuele route wordt gewist en de kaart van uw omgeving verschijnt weer op het scherm. In dit scherm kunnen tevens de volgende onderwerpen worden geselecteerd:
[Overslaan]:
Sla de route naar het geselecteerde viapunt in en de route wordt herberekend. (Het overgeslagen viapunt wordt niet verwijderd.)
[Neen]:
Er wordt teruggegaan naar de vorige weergave zonder dat de route wordt gewist.
2
De voorwaarden voor het berekenen van de route wijzigen
U kunt de voorwaarden van de routeberekening
Hoofdstuk
wijzigen en de huidige route herberekenen.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Overzicht route] aan.
[Overzicht route] wordt alleen
Basisbediening NAVI
weergegeven wanneer de route is uitgestippeld.
2 Tip [Opties] aan.
3 Tip de gewenste items aan om de
voorwaarden van de routeberekening te wijzigen en tip dan [OK] aan.
Wanneer de routeberekening voltooid is, verschijnt het “Route bevestigingscherm”. Als een enkele route berekend wordt, zoekt het systeem de route die aan zo veel mogelijk aan deze voorwaarden voldoet. Een enkele route wordt berekend in de
volgende gevallen: — Indien een viapunt ingesteld werd — Indien een route ingesteld werd via
spraakherkenning — Indien een automatische nieuwe route
uitgevoerd wordt
Onderdelen die door de gebruikers bewerkt kunnen worden
De met een asterisk (*) gemarkeerde instellingen zijn standaard- of fabrieksinstellingen.
Routevoorwaarde
Met behulp van deze instelling wordt de berekening van de route geregeld zonder rekening te houden met de tijd, de afstand of de hoofdweg. Bepaal welke voorwaarde prioriteit heeft voor de routeberekening.
[Snel]*:
Een route berekenen waarbij de kortste reistijd naar uw bestemming prioriteit heeft.
[Kort]:
Een route berekenen waarbij de kortste afstand naar uw bestemming prioriteit heeft.
[Hoofdweg]:
Bereken een route die prioritair voorbij een belangrijke verkeerslagader komt.
32
CRB2312A_Nederlands.book Page 33 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
35
Vermijd tolwegen
Deze instelling regelt of met tolwegen (met inbegrip van tolgebieden) rekening moet worden gehouden.
[Uit]*:
Een route berekenen waarbij tolwegen inbegrepen kunnen zijn (met inbegrip van tolgebieden).
[Aan]:
Een route berekenen waarbij tolwegen worden vermeden (met inbegrip van tolgebieden).
Het systeem kan een route berekenen met
inbegrip van tolwegen, indien [Aan] geselecteerd is.
Vermijd ferry
Deze instelling regelt of er al dan niet rekening moet worden gehouden met veerponten.
[Uit]*:
Een route berekenen waarbij veerponten mogelijk inbegrepen zijn.
[Aan]:
Een route berekenen waarbij veerponten worden vermeden.
Het systeem kan een route berekenen met
inbegrip van veerboten, indien [Aan] geselecteerd wordt.
Vermijd snelwegen
Deze instelling regelt of er al dan niet snelwegen bij de routeberekening moeten worden betrokken.
[Uit]*:
Een route berekenen waarbij snelwegen mogelijk inbegrepen zijn.
[Aan]:
Een route berekenen waarbij snelwegen worden vermeden.
Het systeem kan een route berekenen met
inbegrip van autosnelwegen, zelfs indien [Aan] geselecteerd wordt.
Tijdsbeperkingen
Deze instelling bepaalt of rekening gehouden moet worden met straten of bruggen met verkeersbeperkingen tijdens een bepaalde periode.
Als u een route wilt instellen waarbij open
bruggen vermeden worden, selecteert u [Aan].
[Aan]*:
Bereken een route waarbij u straten of bruggen vermijdt met verkeersbeperkingen tijdens een bepaalde periode.
[Uit]:
Bereken een route waarbij verkeersbeperkingen genegeerd worden.
Het systeem kan een route berekenen die
straten of bruggen bevat die onderhevig zijn aan verkeersbeperkingen tijdens een bepaalde periode als [Aan] geselecteerd werd.
• Als het tijdsverschil niet correct ingesteld werd, kan het navigatiesysteem geen verkeersregels correct bepalen. Stel het tijdsverschil correct in (zie pagina 88 “Het tijdsverschil instellen”).
Route aanleren
Het systeem leert de reisgeschiedenis aan van uw voertuig voor iedere weg. Deze instelling regelt of er al dan niet rekening moet worden gehouden met de reisgeschiedenis.
[Aan]*:
Bereken de route waarbij rekening wordt gehouden met de reisgeschiedenis.
[Uit]:
Bereken de route waarbij rekening wordt gehouden met de reisgeschiedenis.
[Initialiseren]:
De huidige reisgeschiedenis wissen.
Hoofdstuk
2 BasisbedieningNAVI
33
CRB2312A_Nederlands.book Page 34 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
36
De huidige route controleren
U kunt de informatie controleren over de route tussen de positie waar u zich op dat moment bevindt en uw bestemming. U kunt twee methoden selecteren:
• De straten die u voorbij rijdt controleren op een lijst
• Overzicht van de volledige route controleren op de kaart
De straten die u voorbij rijdt controleren op een lijst
U kunt routedetails controleren. Deze functie is niet beschikbaar wanneer uw
auto is afgeweken van de route.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens
2
[Overzicht route] aan.
Het “Route bevestigingscherm” verschijnt.
[Overzicht route] wordt alleen
Hoofdstuk
weergegeven wanneer de route is uitgestippeld.
2 Tip [Profiel] aan.
4 Tip [Terug] aan.
U kunt terugkeren naar het vorige scherm. Wanneer er een lange route wordt
berekend, kan het navigatiesysteem wellicht niet alle wegen op een lijst plaatsen. (In dit geval worden de overige wegen gedurende de rit op de lijst weergegeven.)
Overzicht van de volledige route controleren op de kaart
U kunt de volledige vorm van de huidige route controleren.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Overzicht route] aan.
Het “Route bevestigingscherm” verschijnt. [Overzicht route] wordt alleen
weergegeven wanneer de route is uitgestippeld.
2 Tip [Detail] aan.
Basisbediening NAVI
3 Tip of aan om door de kaart te
schuiven.
Blader doorheen de lijst naargelang de noodzaak.
De namen van de straten waar u door rijdt
Draairichting
34
Rijafstand
3 Tip het scherm aan en plaats de
schuifcursor op het punt waar u het detail of de volledige afbeelding van wilt weergeven. Of zoom in of uit op de kaartschaal.
De kaart rond de schuifcursor wordt in en uit gezoomd zodat u het detail of de volledige afbeelding kunt weergeven.
4 Tip [Terug] aan.
Het scherm keert terug naar het vorige scherm.
CRB2312A_Nederlands.book Page 35 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
37
U kunt het overzicht ook controleren met
met de sneltoets als [Overzicht volledige route] geselecteerd is als de [Snelkoppeling instellen].
Viapunten bewerken
U kunt de viapunten (locaties die u wilt bezoeken terwijl u op weg bent naar uw bestemming) selecteren en de route herberekenen om er langs te gaan.
Een viapunt toevoegen
Tot 5 viapunten kunnen geselecteerd worden en geselecteerde punten kunnen automatisch of handmatig gesorteerd worden.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Overzicht route] aan.
2 Tip [Tussenstops] aan.
Het viapunt menuscherm verschijnt.
3 Tip [Toevoegen] aan.
Een viapunt verwijderen
U kunt viapunten verwijderen van de route en daarna de route herberekenen. (U kunt viapunten achtereenvolgens verwijderen.)
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Overzicht route] aan.
2 Tip [Tussenstops] aan.
Het viapunt menuscherm verschijnt.
3 Tip [Wissen] aan en daarna het viapunt
dat u wilt verwijderen.
Het aangetipte viapunt wordt van de lijst verwijderd.
4 Tip [OK] aan.
Wanneer de routeberekening voltooid is, verschijnt het “Route bevestigingscherm”.
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30
Viapunten sorteren
U kunt viapunten sorteren en de route herberekenen.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Overzicht route] aan.
Hoofdstuk
2 BasisbedieningNAVI
Het “Kies een zoekmethode” scherm verschijnt. Nadat een punt gezocht werd, verschijnt het op de kaart. Daarna tipt u [OK] om de viapunten toe te voegen. (U kunt in het totaal vijf viapunten toevoegen.)
4 Tip [OK] aan.
Wanneer een routeberekening voltooid is, verschijnt het “Route bevestigingscherm”.
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30
Wanneer u (een) viapunt(en) vastlegt op de
route naar uw bestemming, verschijnt de route naar het volgende viapunt in het lichtgroen. De rest van de route wordt lichtblauw weergegeven.
2 Tip [Tussenstops] aan.
Het viapunt menuscherm verschijnt.
3 Tip [Sorteren], en daarna [Automatisch]
of [Manueel].
[Automatisch]:
U kunt de bestemming en viapunten automatisch sorteren. Het systeem toont het dichtstbijzijnde viapunt (afstand in een directe lijn) vanaf de huidige locatie als viapunt 1, en sorteert de andere punten (inclusief uw bestemming) in volgorde van hun afstand tot viapunt 1.
35
CRB2312A_Nederlands.book Page 36 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
38
[Manueel]:
U kunt de bestemming en viapunten handmatig sorteren. Tip de eindbestemming en viapunten aan links van het scherm in de volgorde die u wilt opzoeken. De aangetipte eindbestemming en viapunten verschijnen aan de rechterzijde van het scherm. Tip deze toets aan [OK] om de sortering te voltooien en het vorige scherm verschijnt.
4 Tip [OK] aan.
De route wordt opnieuw berekend en het “Route bevestigingscherm” verschijnt.
2
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30
Een viapunt overslaan
Hoofdstuk
Als de punten zijn bepaald, kan het volgende viapunt langs de route worden overgeslagen.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Route annuleren] aan.
Basisbediening NAVI
2 Tip [Overslaan] aan.
Er wordt een nieuwe route naar de bestemming berekend, met inbegrip van alle resterende viapunten en zonder het overgeslagen viapunt. Het “Route bevestigingscherm” verschijnt. “De route controleren en wijzigen”
Pagina 30
36
CRB2312A_Nederlands.book Page 37 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
39
De kaartweergave lezen
Het gebruik van de kaart
De meeste informatie die uw navigatiesysteem biedt, kan op de kaart worden bekeken. U dient te weten hoe de informatie op de kaart wordt weergegeven.
Omschakelen naar de weergavemodus
Er zijn zes types kaartschermen en twee extra kijkmodi.
Kaartmodus
Hybridemodus (alleen tijdens de begeleiding)
Straat/Kaart (alleen tijdens de begeleiding)
Driver’s view
2D dubbele kaartweergave
3D dubbele kaartweergave
Voertuigdynamica
Zicht achteruitrijcamera (Alleen mogelijk wanneer de [Camera Input] is ingesteld op [On].)
1 Druk op de MAP toets om een kaart weer
te geven van het gebied rondom uw huidige positie.
2 Druk opnieuw op de MAP toets. 3 Tip de naam van de modus aan om de
modus die u wilt weergeven te selecteren.
Hoofdstuk 3
De kaart van de huidige locatie bekijken
In dit voorbeeld is een situatie waar [Tweede
maneuverpijl] ingesteld op [Weergeven].
Kaartmodus
Toont de standaardkaart.
(1)
(2)
(3)
(11)
(8)
(4)
Hybridemodus
Geeft twee pijlen weer op de standaardkaart ([Kaartmodus]).
(1)
(2)
(15) (22)
(3)
(11)
(8)
(4)
(10) (20)
(12) (21)
(10) (20)
(12)(21)
(7)
(7)
(9) (16)
(5)
(6)
(9) (16) (5)
(6)
NAVI
Hoofdstuk
3 De kaartweergave lezen
U kunt de weergavemodus weergeven
door [Kaart] aan te tippen in het navigatiemenu, en tip vervolgens [Weergavemode] aan.
Straat/Kaart
Toont de naam van de straat waar u zo dadelijk langs rijdt en een pijl die de rijrichting aangeeft.
(2)
(15) (22)
(3)
(11)
(8)
(1)
(4)
(10) (20)
(21)
(9) (13) (5)
(6)
(7)
37
CRB2312A_Nederlands.book Page 38 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
40
Driver’s view
Geeft de kaart weer vanuit het standpunt van de bestuurder.
(2)
(15) (22)
(3)
(11)
(8)
(1)
(4)
(10) (20)
(21)
Over de 3D Cat.
Afhankelijk van de gegevens kan de Cat. verschijnen in een grafische 3D afbeelding of een plaatformaat met Cat. teken links op het scherm [Driver’s view].
De weergegeven Cat. links op het scherm
heeft niets te maken met de instelling van [Categorieën op de kaart].
2D dubbele kaartweergave
U kunt het scherm in twee delen. Het rechtse en het linkse scherm kunnen een kaart in
3
verschillende schalen weergeven. De 2D kaar wordt links op het scherm weergegeven.
(2)
Hoofdstuk
(15) (22)
(6) (3)
(11)
(8)
(1)
(4)
(10) (20)
(21)
(7)
3D dubbele kaartweergave
U kunt het scherm in twee delen. Het rechtse en het linkse scherm kunnen een kaart in verschillende schalen weergeven. De 3D kaar wordt links op het scherm weergegeven.
(2)
(15) (22)
(6) (3)
(11)
(8)
(1)
(4)
(7)
(9) (13)
(5)
(6)
(7)
Selecteert of de 3D landoriëntatie weergegeven of verborgen wordt op de kaart.
“3D-grenspaal” Pagina 49
Voertuigdynamica Scherm
Geeft de status van uw voertuig aan.
• In de Voertuigdynamica weergavemodus kan de snelheidsmeter een andere snelheid aangeven dan de actuele snelheidsmeter van uw voertuig, omdat uw toestel snelheid op een andere manier meet.
(9) (13)
(5)
(6)
(7)
(10) (20)
(21)
(9) (13)
(5)
(6)
(7)
De kaartweergave lezen NAVI
U kunt de onderdelen wijzigen die
aangegeven worden op de meters links en rechts.
“Instellen van het Voertuigdynamica scherm”
Pagina 44
38
CRB2312A_Nederlands.book Page 39 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
41
Zicht achteruitrijcamera
Het achteruitkijkbeeld wordt links van het scherm afgebeeld, terwijl de kaart van uw omgeving rechts wordt weergegeven.
(2) (10) (20)
(15) (22)
(8)
(21)
Indien de [Camera Input] is ingesteld op
[Off], wordt het achteruitkijkbeeld niet weergegeven. Stel de camera in op [On].
“Instelling voor de achteruitkijkcamera”
Pagina 149
Bij gebruik van een camera die, in combinatie
met het achteruitsignaal, is ingesteld op UIT/ AAN worden geen camerabeelden weergegeven in de achteruitkijkmodus terwijl u vooruit rijdt.
Als de camera altijd is ingesteld op AAN (ON),
kunnen beelden in de achteruitkijkmodus worden weergegeven wanneer het voertuig vooruit rijdt. In dat geval dient bij de producent of dealer van de camera navraag te worden gedaan of de werking en de gebruiksduur van de camera worden beïnvloed.
Zicht achteruitrijcamera kan altijd (bijv.
wanneer er een aanhangwagen wordt gevolgd) worden weergegeven wanneer de kaartinformatie gedeeltelijk wordt getoond. Let erop dat de grootte van het camerabeeld bij deze instelling niet aan het scherm wordt aangepast, en dat een deel van datgene wat door de camera wordt gezien door de kijker niet wordt waargenomen.
(9) (13)
(5)
(6)
(7)
Vergrote kaart van de kruising (2D)
(13)
(14)
Vergrote kaart van de kruising (3D)
(23)
Weergave tijdens het rijden op een snelweg
Bij geselecteerde locaties van de snelweg is informatie over de rijstrook beschikbaar, waarbij wordt aangegeven op welke aanbevolen rijstrook u zich het beste kunt bevinden om de aanwijzingen van de begeleiding gemakkelijker op te volgen.
(17)
Wanneer u op de snelweg rijdt, kunnen nummers van afritten en verkeersborden worden weergegeven wanneer u zich in de buurt van knooppunten en afritten bevindt.
(18) (19)
Hoofdstuk
3 De kaartweergave lezenNAVI
Vergrote kaart van de kruising
Dit scherm wordt enkel weergegeven als [Close Up] in het [Kaart] menu [2D] of [3D] is.
(24)
39
CRB2312A_Nederlands.book Page 40 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
42
Als de gegevens voor deze items niet op de
harde schijf staan, is de informatie niet beschikbaar zelfs als er signalisatie aanwezig is op de weg.
Stadskaart
Als [Stadskaart] in het [Kaart] menu [Aan] is, is in bepaalde gebieden van grote steden, een meer gedetailleerde [Stadskaart] beschikbaar met een schaal van 50 m (0,05 mijl) of lager. (Het scherm wijzigt automatisch als u bepaalde grote steden invoert.)
(1)
(2)
(3)
(11)
(8)
Het is mogelijk dat de gedetailleerde
stadskaart niet verschijnt vanwege de volgende redenen:
3
— De gegevens voor die stadszone zijn niet
aanwezig op de harde schijf.
— U rijdt op een snelweg.
Display-onderdelen
Hoofdstuk
Informatie met de markering (*) wordt alleen
weergegeven wanneer de route bepaald is.
Afhankelijk van de voorwaarden en
basisinstellingen worden bepaalde onderdelen niet weergegeven.
Huidige locatie
De kaartweergave lezen NAVI
De positie van uw auto. De punt van het driehoeksteken geeft aan in welke richting u rijdt en het teken beweegt automatisch met het rijden mee.
De punt van de driehoek is de huidige positie
van het voertuig.
Bestemming*
De geblokte vlag geeft uw bestemming aan.
(4)
(10) (20)
(21)
(7)
Begeleidingspunt*
Het volgende begeleidingspunt (volgende keerpunt, etc.) wordt aangegeven door een gele vlag. Tot drie begeleidingspunten worden weergegeven.
Viapunt*
De geblokte vlag en nummer (1 tot 5) geeft uw viapunt aan.
(1) De naam van de straat die u gebruikt (of het volgende begeleidingspunt)*
(2) Afstand tot het begeleidingspunt*
Door aan te tippen kunt u de informatie opnieuw beluisteren.
(5)
(3) Afstand tot de bestemming (of afstand tot
(6)
het viapunt)*
De afstand op deze toets geeft de afstand weer naar de bestemming of naar ieder viapunt. Indien viapunten ingesteld werden, wijzigt de afstand naar de eindbestemming en het volgende viapunt iedere maal dat u de toets aantipt.
Als de locatie van het voertuig op de route is,
verschijnt de afstand naar de eindbestemming (of viapunt). Als de locatie van het voertuig op de route is, verschijnt de afstand naar de eindbestemming (of viapunt).
(4) Straatnaam (of stadsnaam) waar uw voertuig doorheen reist
(5) Kompas
De rode pijl geeft het noorden aan. Als de schaal minder dan 50 km (25 miji) is, wordt de weergaverichting van de kaart gewijzigd wanneer de kaart wordt aangeraakt (Noord boven/In de rijrichting). Wanneer de schaal van de kaart is groter dan 50 km (25 miji) is, wordt de kaart weergegeven in de richting “Noorden boven”.
In de rijrichting: De kaart geeft de richting van het voertuig altijd zo weer dat dit zich naar de bovenkant van het scherm beweegt.
Noorden boven: De kaart toont het noorden altijd boven in het scherm.
(6) Inzoomen / Uitzoomen
Aantippen om de schaal van de kaart te wijzigen. “De schaal van de kaart wijzigen” Pagina 42
40
CRB2312A_Nederlands.book Page 41 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
43
(7) Schaal van de kaart
De schaal van de kaart wordt weergegeven door de afstand.
(8) VOICE pictogram
Aantippen om de spraakherkenningmodus te wijzigen.
Wordt alleen weergegeven wanneer de
microfoon voor spraakherkenning is aangesloten.
De spraakbediening van het Navigatiesysteem
Hoofdstuk 15
(9) RDS-TMC service provider
Dit verschijnt wanneer het RDS-TMC signaal ontvangen wordt. De naam van de service provider van het momenteel ontvangen RDS-TMC signaal wordt weergegeven.
De naam van het station of de frequentie
verschijnt als de naam van de service provider niet beschikbaar is.
(10) Huidige tijd (11) Geschatte aankomsttijd (of reistijd naar
uw bestemming)*
Het scherm alterneert wanneer u het aanraakt. De geschatte aankomsttijd is een ideale
waarde berekend aan de hand van de waarde ingesteld voor [Gemiddelde snelheid] en de werkelijke rijsnelheid. De geschatte aankomsttijd is enkel een referentiewaarde en biedt geen garantie van de aankomsttijd op dat tijdstip.
De gemiddelde snelheid instellen
Pagina 89
(12) Routemarkering
De routemarkering toont de route die uw auto heeft afgelegd langs de witte punten.
De uitgezette route selecteren Pagina 47
(13) Kaart van uw omgeving (aan de zijkant)
Als u het scherm aantipt, wijzigt de kaart naar de scrollmodus.
“De kaart verschuiven naar de plaats die u wilt
zien” Pagina 42
(14) Afstand tot het draaipunt*
Weergegeven op de vergrote kaart van de kruising. De groene balk wordt korter wanneer uw auto een draaipunt nadert.
(15) Volgende rijrichting*
Wanneer u een kruispunt nadert, wordt dit in groen weergegeven. Het scherm geeft de afstand weer tot het volgende begeleidingspunt.
(16) Richtingslijn*
De richting naar uw bestemming (of schuifcursor) wordt aangegeven met een rechte lijn.
(17) Informatie over rijstroken*
Informatie over een rijstrook wordt weergegeven de eerste maal dat de stembegeleiding voor wordt uitgevoerd. De witte pijl op de groene achtergrond geeft het aanbevolen rijvak aan. Wanneer het geleidescherm in de buurt van een knooppunt of afrit wordt weergegeven, verdwijnt de informatie over de rijstrook.
(18) Borden van de snelweg*
Het wegnummer weergeven en informatie over de richting.
(19) Informatie over snelwegafritten*
Geeft de afrit van de snelweg weer.
(20) Bluetooth verbonden pictogram
Dit pictogram geeft aan of de draagbare telefoon met de Bluetooth technologie al of niet aangesloten is. U kunt kiezen tussen weergave en niet-weergave.
: Aangesloten
: Niet-aangesloten
Dit is uitsluitend beschikbaar als de Bluetooth
apparatuur (afzonderlijk verkocht) aangesloten is.
De weergave of de niet-weergave selecteren
voor het Bluetooth verbonden pictogram Pagina 48
(21) Stembegeleiding dempen pictogram
Tip deze toets aan om de dempen instelling van de spraakbegeleiding in of uit te schakelen. U kunt kiezen tussen weergave en niet-weergave.
Weergave of niet-weergave van het dempen
van de spraakbegeleiding pictogram Pagina 48
(22) Tweede manoeuvre pijl*
Geeft de draairichting na de volgende aan. U kunt kiezen tussen weergave en niet-weergave.
Hoofdstuk
3 De kaartweergave lezenNAVI
41
CRB2312A_Nederlands.book Page 42 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
44
De weergave of de niet-weergave selecteren
voor het Tweede maneuverpijl Pagina 48
(23) Cat. pictogram
Het Cat. pictogram kan verschijnen op de vergrootte kaart van het kruispunt (als beschikbare gegevens bestaat).
(24) Voorgestelde rijstrookinformatie*
Het geleidescherm in de buurt van een knooppunt of afrit wordt weergegeven wanneer u een oprit, kruispunt of een afrit nadert. De voorgestelde rijstrook wordt met een groene pijl aangegeven.
Wegen zonder bocht-per-bocht instructies
Routes (de weergegeven en paars weergegeven route) bevatten slechts basisgegeven en kunnen uitsluitend gebruikt worden om een navigatieroute uit te stippelen. Pioneer Navigation geeft uitsluitend aan navigeerbare route weer op de kaart (enkel de aankomstbegeleiding voor de bestemming of een viapunt is beschikbaar). Let langs de
3
gemarkeerde route goed op alle lokale verkeersregels en volg ze op. (Voor uw eigen veiligheid.) Op deze wegen worden geen bocht-per-bocht richtingaanwijzingen weergegeven.
Hoofdstuk
Wanneer u voertuig de toegang tot deze weg bereikt, wordt het pictogram naast de richtingpijl weergegeven. Dit betekent dat de begeleiding niet beschikbaar is met dit wegtype. Het pictogram wordt aangegeven voor wegen met beschikbare begeleiding. De close-up van een kruispunt functie, Automatische nieuwe route berekening functie,
De kaartweergave lezen NAVI
De weergave naar [Hybridemodus] wijzigen, of [Straat/Kaart] zijn niet beschikbaar.
De schaal van de kaart wijzigen
of aantippen om de schaal van de kaart te wijzigen. Door of aan te tippen kunt u de schaal in kleinere stappen wijzigen binnen een bereik van 25 meter tot 500 kilometer (25 yards ­250 mijl). Als de weergavemodus ingesteld is op Kaartmodus of Hybridemodus, verschijnt de “Directe schaaltoets”. Door direct de toets “Directe schaaltoets” aan te raken gaat de kaart rechtstreeks over op de geselecteerde schaal.
Directe schaaltoets
Het pictogram van een invoer in het
“Adresboek” en het pictogram van de verkeersinformatie worden weergegeven wanneer de schaal van de kaart 20 km (10 mijl) of minder is.
De verkeerlijn verschijnt als de schaal van de
kaart 5 km (0,25 mijl) of minder is.
Cat. pictogrammen verschijnen als de schaal
van de kaart 1 km (0,75 mijl) of minder is.
De kaart verschuiven naar de plaats die u wilt zien
Door een willekeurige plaats op de kaart aan te tippen gaat de kaart over in de “schuifmodus” en begint deze te verschuiven in de richting die u heeft aangeraakt. Het verschuiven houdt op wanneer u uw vinger van het scherm haalt. Door op de MAP toets te tippen gaat u terug naar de kaart van uw omgeving.
Tip het gebied bij het midden van het scherm
aan om langzaam te schuiven; tip het gebied bij de randen van het scherm aan om snel te schuiven.
42
CRB2312A_Nederlands.book Page 43 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
45
(3) (2) (5)
(1) Scroll cursor
De positie van de schuifcursor toont de plaats die op de betreffende kaart geselecteerd is.
Als de schaal 200 m (0,25 mijl) of lager is,
wordt de straat lichtblauw weergegeven in de buurt van de scroll cursor.
(2) Richtingslijn
Dit is de lijn die de huidige locatie verbindt tussen de huidige locatie en de schuifcursor. De richting naar de schuifcursor wordt aangegeven met een rechte lijn.
(3) Afstand van de huidige plaats
Toont de afstand in een rechte lijn tussen de plaats die wordt aangewezen door de scroll cursor en uw huidige locatie.
(4) Naam van de straat, de stad, het gebied en andere informatie over deze plaats.
(De weergegeven informatie varieert al naar gelang de schaal.) Door op rechts van het scherm te tippen, wordt de verborgen tekst weergegeven.
(5) Huidige locatietoets
Door de toets aan te tippen gaat u terug naar de huidige locatie.
(1)
(4)
De informatie over een specifieke locatie bekijken
Een pictogram verschijnt op geregistreerde plaatsen (thuisbasis, specifieke plaatsen, ingangen van het adresboek) en op plaatsen waar een Cat. is of waar verkeersinformatie over is. Plaats de scroll cursor boven het pictogram om de gedetailleerde informatie te bekijken.
1 Verschuif de kaart en beweeg de scroll
cursor naar het pictogram dat u wilt bekijken.
2 Tip aan.
Er verschijnt informatie over een opgegeven locatie.
De informatie varieert al naar gelang de locatie. (Het is mogelijk dat er geen informatie is over de betreffende locatie.)
Plaatsen registreren Pagina 61Voorzieningen (Cat.) pictogram weergeven
op de kaart Pagina 50
Pictogram voor verkeersinformatie
Pagina 70
verschijnt wanneer de Bluetooth
apparatuur (afzonderlijk verkocht) aangesloten is op het navigatiesysteem samen met de draagbare telefoon. Als u
aantipt, kunt u een telefonische oproep maken naar het weergegeven telefoonnummer.
“Bellen via de kaart” Pagina 81
3 Tip [Terug] aan.
Er wordt teruggegaan naar het vorige scherm.
4 Tip aan.
U kunt terug gaan naar de kaart van uw omgeving. U kunt ook terug gaan naar de kaart van
uw omgeving door de MAP toets in te drukken.
Hoofdstuk
3 De kaartweergave lezenNAVI
43
CRB2312A_Nederlands.book Page 44 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
46
Sneltoetsmenu
U kunt diverse taken, zoals het berekenen van de route voor de plaats die wordt aangewezen door de scroll cursor, of het registreren van een plaats in het [Adresboek], sneller uitvoeren met behulp van sneltoetsen dan door het navigatiemenu te gebruiken. U kunt de sneltoetsen aanpassen op het scherm. De beschreven sneltoetsen worden als standaardinstelling voorbereid.
Een sneltoets-combinatie wijzigen
Pagina 49
Wanneer de Bluetooth apparatuur
(afzonderlijk verkocht) aangesloten is op het navigatiesysteem kunt u de sneltoetsen gebruiken van de telefoonfuncties.
Onderwerpen met een asterisk (*) kunnen niet
worden verwijderd worden uit het sneltoetsmenu.
1 Wanneer de kaart weergegeven wordt,
tipt u aan.
3
“Een locatie registreren in het Adresboek”
Pagina 62
: Zoek in de omgeving
Cat. (categorieën) vinden in de buurt van de schuifcursor. “Een Cat. in uw omgeving vinden”
Pagina 55
: Categorieën op de kaart
Geeft de pictogrammen weer voor de voorzieningen in de omgeving (Cat.) weer.
“Cat. weergeven op de kaart” Pagina 50
: Volume
Geeft [Volume instellingen] weer. [Volume] Pagina 87
: Telefoonboek
Geeft [Telefoonboek] weer.
“Een telefoonnummer in de telefoongids
bellen” Pagina 80
“De invoer in “Telefoonboek” bewerken”
Pagina 82
: Menu afsluiten
Verbergt het menu.
Instellen van het Voertuigdynamica scherm
Hoofdstuk
Sneltoetsmenu
: Route-opties*
Wordt weergegeven wanneer de kaart niet verschoven wordt. Dit item kan alleen tijdens de begeleiding worden geselecteerd. U kunt de voorwaarden van de routeberekening wijzigen en de huidige route
De kaartweergave lezen NAVI
herberekenen. “De voorwaarden voor het berekenen van
de route wijzigen” Pagina 32
: Bestemming*
Wordt weergegeven wanneer de kaart wordt verschoven. De route uitzetten naar de plaats die wordt aangegeven met de scroll cursor.
: Registratie
Informatie registreren over de locatie aangegeven door de scroll cursor in het adresboek.
44
U kunt de inhoud van de meetinstrumenten links en rechts van de Voertuigdynamica scherm wijzigen. Zolang het eerste leerproces van de sensor nog niet is voltooid, zijn enkel de spanning en de klok beschikbaar.
De weergegeven snelheid is een richtlijn en
kan niet overeenstemmen met de eigenlijke snelheid.
1 Schakelen naar het Voertuigdynamica
scherm.
Het kaartscherm wijzigen Pagina 37
2 Tip de linker- of rechtermeter aan.
Er verschijnen toetsen op het aanraakpaneel.
CRB2312A_Nederlands.book Page 45 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
47
3 Tip de items aan die u wilt weergeven.
U kunt de volgende items selecteren:
[Spanning]:
Geeft de voeding weer en het voltage dat de batterij levert aan het systeem.
[Versnelling]:
De versnelling in voorwaartse richting wordt weergegeven. Het + teken geeft de versnelling en het – teken de vertraging weer.
[Zijdelingse versnelling]:
De versnelling in zijwaartse richting, bijv. bij het nemen van een bocht, wordt weergegeven. Het + teken geeft een bocht naar links en het – teken een bocht naar rechts weer.
[Hoeksnelheid]:
Geeft de draaihoek van het voertuig in één seconde weer (hoe ver het binnen één seconde gedraaid is).
[Helling]:
Geeft de verticale beweging van het voertuig weer. De + kant geeft de toenemende hoek en de – kant de afnemende hoek weer.
[Richting]:
Geeft de rijrichting van uw voertuig weer.
[Klok]:
De klok wordt weergegeven.
[Stijl aanpassen]:
Tip [Stijl aanpassen] aan om een scherm weer te geven voor het selecteren van het paneelmodel. Tip één van de op het scherm weergegeven modellen aan om het paneel met het geselecteerde model te selecteren. Als u [Terugstellen piek] aantipt, worden
de maximale en minimale (groene lijn) waarden die in [Versnelling] en [Zijdelingse versnelling] worden weergegeven gereset.
U kunt de kilometerteller in het midden
niet wijzigen.
Door Demo te selecteren in het
Instellingen menu kunt u een
demonstratie met willekeurige waarden uitvoeren.
Hoofdstuk
3 De kaartweergave lezenNAVI
45
CRB2312A_Nederlands.book Page 46 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
48
3
Hoofdstuk
De kaartweergave lezen NAVI
46
CRB2312A_Nederlands.book Page 47 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
49
Kaartconfiguraties wijzigen
2 Om de instelling te voltooien, tipt u [OK]
aan.
• Om veiligheidsredenen zijn deze functies niet beschikbaar zolang de auto rijdt. Om deze functies te activeren en een route te bepalen, dient u op een veilige plaats te stoppen en de handrem in te schakelen (zie pagina 18 voor details).
Toegang tot het Kaartmenu
1 Druk op de MENU toets om het
navigatiemenu weer te geven.
2 Tip [Kaart] aan om het Kaartmenu weer
te geven.
3 De instelling wijzigen.
Ieder item aanpassen Pagina 47 tot 52In dit gedeelte worden de bijzonderheden
van de instelling van elk onderdeel beschreven. De met een asterisk (*) gemarkeerde instellingen zijn standaard­of fabrieksinstellingen.
Het item instellen op het kaartscherm
U kunt selecteren of u het pictogram op de kaart al of niet wilt weergeven of hoe u de kaart kunt weergeven.
Close Up
U kunt de methode selecteren om de close up weergave van het kruispunt weer te geven.
2D*:
Geeft de close up weergave weer met de 2D kaart.
3D:
Geeft de close up weergave weer met [Driver’s view].
Uit:
De close up weergave niet weergeven.
Stadskaart
U kunt selecteren of u de stadskaart wilt weergeven in bepaalde grote steden.
Aan*:
Schakelt automatisch over op de stadskaart in een stadskaart zone.
Uit:
De stadskaart niet weergeven.
Zelfs als u [Stadskaart] overschakelt op
Traceren
U kunt locaties traceren die u reeds voorbij gereden bent met witte punten op de route.
Hoofdstuk 4
[Aan], kan de stadskaart niet weergegeven worden in zones waar geen stadskaart gegevens beschikbaar zijn.
Hoofdstuk
4 Kaartconfiguraties wijzigenNAVI
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu, en
tip vervolgens [Getoonde informatie] aan.
Het Weergegeven info scherm verschijnt.
In dit scherm kunnen de volgende onderwerpen bediend worden.
Aan (altijd):
Weergave van alle afgelegde ritten.
Aan (deze trip):
Om de afgelegde weg te tonen met een stippellijn, maar deze automatisch te wissen bij uitschakelen van het navigatiesysteem (bij het uitzetten van de motor van de auto).
47
CRB2312A_Nederlands.book Page 48 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
50
Uit*:
Geen weergave van stippellijnen voor de afgelegde weg.
Mute-knop
Selecteert of u de stembegeleiding dempen toets op de kaart al of niet wilt weergeven.
Weergeven*:
Geeft de stembegeleiding dempen toets weer op de kaart.
Verbergen:
Verbergt de stembegeleiding dempen toets op de kaart.
Snelheidslimiet
Selecteert of u de snelheidsbeperking van de huidige straat al of niet wilt weergeven.
Verkeersincidenten
Selecteer of u het verkeersberichtpictogram wilt weergeven of verbergen op de kaart als zich incidenten voordoen op de route. “De verkeersinformatie handmatig
controleren” Pagina 71
Weergeven*:
Geeft de pictogrammen weer op de kaart.
Verbergen:
Verbergt de pictogrammen op de kaart. De waarschuwing pictogrammen zijn niet
beschikbaar als uw voertuig afwijkt van de route.
Tweede maneuverpijl
Selecteert of u de tweede bocht in het vooruitzicht van het voertuig op de kaart wilt weergeven of verbergen (behalve voor [Straat/Kaart]). Over de Tweede manoeuvre pijl
Pagina 41
Weergeven*:
Geeft de tweede bocht in het vooruitzicht van het voertuig weer op de kaart.
Verbergen:
Verbergt de tweede bocht in het vooruitzicht van het voertuig op de kaart.
4
Snelheidsbeperking
• Het is mogelijk dat de weergave van de
Hoofdstuk
snelheidsbeperking niet overeenstemt met de eigenlijke snelheidsbeperking van de huidige straat. Dit is geen definitieve waarde. Zorg ervoor dat u de effectieve snelheidsbeperkingen steeds naleeft.
Verbergen*:
Verbergt de snelheidsbeperking op de kaart.
Weergeven:
Geeft de snelheidsbeperking weer op de kaart.
Kaartconfiguraties wijzigen NAVI
Als u de instelling van [km / mijl] wijzigt in
de [Regionale instellingen] wijzigt ook de eenheid van de snelheidsbeperking.
48
Bluetooth verbonden
Selecteert of u het pictogram voor de huidige status van de telefoonverbinding via Bluetooth draadloze technologie al dan niet wilt weergeven.
Weergeven*:
Geeft het Bluetooth verbonden pictogram weer op de kaart.
Verbergen:
Verbergt het Bluetooth verbonden pictogram op de kaart. Over Bluetooth verbonden pictogram
Pagina 41
Pictogram adresboek
U kunt selecteren of u het adresboek pictogram wilt weergeven op de kaart.
Aan*:
Geeft het adresboek pictogram weer op de kaart.
Uit:
Verbergt het adresboek pictogram op de kaart.
CRB2312A_Nederlands.book Page 49 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
51
Zelfs als [Pictogram adresboek]
ingesteld is op [Uit], weerklinkt het alarm wanneer u de geregistreerde locatie nadert en de ingestelde afbeelding verschijnt. Om de geluidsingang en het verschijnen van de afbeelding uit te schakelen, selecteert u [Geen geluid] en [Geen foto] voor de invoer.
“De invoer in “Adresboek” bewerken”
Pagina 64
3D-grenspaal
U kunt selecteren of u het 3D-grenspaal wilt weergeven op de kaart.
3D-grenspaal verschijnt uitsluitend als de weergavemodus [3D dubbele kaartweergave] is en de kaartschaal ingesteld is op 200 m (0,25 miji) of lager.
Aan*:
Geeft het 3D-grenspaal weer op de kaart.
Uit:
Verbergt het 3D-grenspaal op de kaart.
De sneltoets selecteren
Selecteer sneltoetsen om ze weer te geven op het kaartscherm. In de op het scherm weergegeven lijst, worden de items met rode vinkjes aangegeven op de kaart. Tip de sneltoets aan die u wilt weergeven en raak vervolgens [OK] aan wanneer er een rood vinkje verschijnt. U kunt maximaal vijf sneltoetsen selecteren.
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu, en
tip vervolgens [Snelkoppeling instellen] aan.
Het Snelkoppeling instellen scherm verschijnt.
In dit scherm kunnen de volgende onderwerpen bediend worden.
2 Tip het item aan dat u wilt instellen in het
sneltoetsmenu.
Een item met een rood vinkje verschijnt in het sneltoetsmenu.
: Registratie*
Informatie registreren over de locatie aangegeven door de scroll cursor in het adresboek.
“Een locatie registreren in het Adresboek”
Pagina 62
: Zoek in de omgeving*
Cat. (categorieën) vinden in de buurt van de schuifcursor.
“Een Cat. in uw omgeving vinden”
Pagina 55
: Categorieën op de kaart*
Geeft het pictogram weer voor de voorzieningen in de omgeving (Cat.) weer.
“Cat. weergeven op de kaart” Pagina 50
: Volume*
Geeft [Volume instellingen] weer. [Volume] Pagina 87
: Telefoonboek*
Geeft [Telefoonboek] weer.
“Een telefoonnummer in de telefoongids
bellen” Pagina 80
“De invoer in “Telefoonboek” bewerken”
Pagina 82
: Favoriet 1 kiezen tot 5
Breng een oproep tot stand naar het telefoonnummer dat in [Favorieten kiezen] geregistreerd werd.
“Een telefoonnummer registreren in
“Favorieten kiezen”” Pagina 82
Hoofdstuk
4 Kaartconfiguraties wijzigenNAVI
49
CRB2312A_Nederlands.book Page 50 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
52
: Overzicht volledige route
Geeft de volledige (actuele uitgestippelde) route weer.
“Overzicht van de volledige route
controleren op de kaart” Pagina 34
: Verkeer op route
Het weergeven van een lijst met verkeersinformatie over de route.
“Verkeersinformatie op de route
controleren” Pagina 70
: Verkeerslijst
Een lijst met informatie over verkeersincidenten weergeven.
“Alle verkeersinformatie controleren”
Pagina 69
: Dag/Nacht weergave
De Dag/nacht weergave instellingen omschakelen. “De kleurwijziging van de kaart instellen
tussen dag en nacht” Pagina 51
: Pictogram adresboek weergeven
Wijzigt de adresboek pictogram weergave instelling. “Pictogram adresboek” Pagina 48
3 Tip de categorie aan die u wilt weergeven. 4 Tip [Detail selecteren] aan.
[Alles selecteren]:
Selecteert alle gedetailleerde categorieën die omvat zijn in die categorie. (Bijv. alle categorieën van restaurants, inclusief Japans en fast food.)
[Alles deselecteren]:
Deselecteert de geselecteerde categorie.
5 Tip de gewenste gedetailleerde categorie
aan.
U kunt max. 100 items selecteren van de
gedetailleerde categorie.
3 Om de instelling te voltooien, tipt u [OK]
aan.
4
Cat. weergeven op de kaart
Geeft pictogrammen weer voor de voorzieningen in de omgeving (Cat.) weer.
Hoofdstuk
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu, en
tip vervolgens [Categorieën op de kaart] aan.
2 Tip [Weergeven] aan om [Aan] in te
schakelen.
Als u het Cat. pictogram niet wilt
weergeven, tipt u [Weergeven] om het om
Kaartconfiguraties wijzigen NAVI
te schakelen [Uit]. (Zelfs als [Weergeven] omgeschakeld is [Uit], blijft de Cat. selectie instelling behouden.)
50
Categorieën die reeds ingesteld werden, worden voorzien van een rood vinkje.
6 Tip [OK] aan.
Terugkeren naar het vorige scherm.
7 Om de selectie te voltooien, tipt u [OK]
aan.
“De informatie over een specifieke locatie
bekijken” Pagina 43
CRB2312A_Nederlands.book Page 51 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
53
De kleurlegende van de kaart weergeven
U kunt het doorheen het type straten en zones bladeren die weergegeven worden op de kaart.
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu, en
tip vervolgens [Kaartlegende] aan.
2 Tip het type aan dat u wilt weergeven.
3 Door of aan te tippen, gaat u over
naar de volgende of de vorige pagina.
In dit scherm kunnen de volgende onderwerpen bediend worden.
[Dag]:
U kunt de kleur van het Dagscherm controleren.
[Nacht]:
U kunt de kleur van het Nachtscherm controleren.
Om terug te keren naar het vorige scherm,
tipt u [Terug] aan.
De weergavemodus van de navigatiekaart wijzigen
U kunt de kaart weergavemodus wijzigen. Deze operatie kan niet uitgevoerd worden in
de “Schuifmodus”.
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu, en
tip vervolgens [Weergavemode] aan.
2 Tip het type aan dat u wilt instellen.
“Het gebruik van de kaart” Pagina 37
De kleurwijziging van de kaart instellen tussen dag en nacht
Om ’s avonds de zichtbaarheid van een kaart te verbeteren, kunt u de timing instellen om de kleurencombinatie van een kaart te wijzigen.
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu. 2 Tip [Dag/Nacht weergave] aan om de lijst
te wijzigen.
Elke keer dat u de toets aanraakt, verandert de instelling.
Automatisch*:
U kunt de kleurencombinatie van een kaart wijzigen tussen dag en nacht al naargelang de verlichting van het voertuig Aan of Uit is.
Dag:
De kaart wordt altijd weergegeven met dagkleuren.
Om deze functie te gebruiken met
[Automatisch], dient de oranje/witte kabel van het navigatiesysteem op de juiste wijze te zijn aangesloten.
U kunt de helderheid van het scherm ook
wijzigen tussen dag en nacht met [Dimmer].
“Beeldinstellingen bewerken”
Pagina 154
De instelling van het navigatie onderbrekingscherm wijzigen
Instellen of er automatisch dient te worden overgegaan naar het navigatiescherm van het AV scherm wanneer uw voertuig een begeleidingspunt, zoals een kruispunt, nadert terwijl er een ander scherm dan dat van de navigatie wordt getoond.
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu. 2 Tip [AV-begeleidingsfunctie] aan om de
lijst te wijzigen.
Elke keer dat u de toets aanraakt, verandert de instelling.
Aan*:
Overgaan van het audiobedienings- op het navigatiescherm.
Uit:
Schakelt het scherm niet over.
Hoofdstuk
4 Kaartconfiguraties wijzigenNAVI
51
CRB2312A_Nederlands.book Page 52 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
54
De kleur van de kaart wijzigen
U kunt de kaartkleur wijzigen in blauwachtig of roodachtig.
1 Tip [Kaart] aan in het navigatiemenu. 2 Tip [Kleur wegennet] aan om de lijst te
wijzigen.
Elke keer dat u de toets aanraakt, verandert de instelling.
Rood*:
Wijzigt de kaartkleuren op rode basis.
Blauw:
Wijzigt de kaartkleuren op blauwe basis. Controleert de kleurwijziging met de
[Kaartlegende].
4
Hoofdstuk
Kaartconfiguraties wijzigen NAVI
52
CRB2312A_Nederlands.book Page 53 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
55
Route uitzetten naar uw bestemming
• Categorieën zoeken door eerst een categorie te preciseren
• Om veiligheidsredenen zijn de functies voor de bepaling van de route niet beschikbaar zolang de auto rijdt. Om deze functies te activeren en een route te bepalen, dient u op een veilige plaats te stoppen en de handrem in te schakelen. (zie pagina 18 voor details).
Sommige informatie over verkeersregelingen
is afhankelijk van het tijdstip waarop de route wordt berekend. Deze informatie is daarom mogelijk niet in overeenstemming met een bepaalde verkeersregel op het moment dat uw auto de locatie passeert. Bovendien gelden de aangegeven verkeersregels voor een personenauto en niet voor een bedrijfsauto. Houd u altijd aan de actuele verkeersregelingen als u in uw auto rijdt.
Categorieën (Cat.) zoeken in heel het land
• Categorieën zoeken door eerst een stadsnaam te preciseren
Rechtstreeks een cat. zoeken op basis van een naam van de faciliteiten
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Zoek op categorie] aan.
2 Tip de landentoets van het land van
bestemming aan en selecteer het land.
Het land selecteren waarin u wilt zoeken
Pagina 26
3 De naam van de faciliteiten invoeren.
Hoofdstuk 5
NAVI
Hoofdstuk
5 Route uitzetten naar uw bestemming
Informatie over verschillende voorzieningen (Categorieën - Cat.), zoals benzinestations, hotels of restaurants, is beschikbaar. Door de naam van het Cat. in te voeren, kunt u een Categorie zoeken.
U kunt het zoekbereik ook beperken door eerst
de naam van de stad of het gebied op te geven waar uw bestemming zich bevindt en ook door de categorie aanvankelijk te preciseren.
Gebruik de [Zoek op categorie] en [Zoek in
de omgeving] functies in verschillende
situaties. In [Zoek op categorie] is de afstand niet beperkt binnen het geselecteerde land, maar in [Zoek in de omgeving] is de afstand voor zoekopdracht beperkt tot een straal van 16 km (10 mijl).
De volgende drie methoden zijn beschikbaar om faciliteiten op Cat. te zoeken:
• Rechtstreeks een cat. zoeken op basis van een naam van de faciliteiten
[Stad]:
Tip dit aan als u de stad of het gebied van bestemming wilt aangeven, en voer dan de stadsnaam in. (Dit is uitsluitend beschikbaar als [Naam] leeg is.)
[Categorie]:
Tip deze toets aan om de Cat. categorie te preciseren. (Dit is uitsluitend beschikbaar als [Naam] en [Stad] leeg zijn.)
[Lijst]:
Rangschikt de kandidaten op basis van de gele letters in het tekstvak (voorgestelde letters in het wit zijn ongeldig). Tip de gewenste faciliteit aan in de lijst om verder te gaan met de volgende stap.
53
CRB2312A_Nederlands.book Page 54 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
56
Wanneer het aantal opties gedaald is tot
minder dan 6 verschijnt automatisch een lijst met de overeenstemmende faciliteiten. Wanneer u dezelfde tekens invoert als voordien ingevoerd, geeft het systeem automatisch de tekenreeks weer dat volgt op de ingevoerde tekens. (Auto invulfunctie)
“Auto invulfunctie” Pagina 27Als er minder dan zes Categorieën in een
gedetailleerde categorie beschikbaar zijn, wordt het scherm voor de invoer van de categorienaam niet weergegeven. Ga
5
verder met Stap 4.
4 Tip aan.
Als u aantipt, sorteert u de items in de lijst in volgorde van afstand.
Hoofdstuk
: Sorteert u de items in de lijst in alfabetische volgorde.
U kunt deze sorteerfunctie enkel gebruiken
als er 2 000 of minder kandidaten zijn.
Route uitzetten naar uw bestemming NAVI
5 De gewenste Cat. van uw bestemming
aantippen.
“Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29
Door de aan te tippen wordt een kaart
van de omgeving van de geselecteerde Cat. getoond.
Als het geselecteerde Cat. de naam is van
een reeks vestigingen en bij het opslaan dezelfde naam van toepassing is voor verschillende locaties (het aantal vestigingen verschijnt naast de naam van de reeks), tip dan de naam aan van het Cat. om een lijst van die Categorieën aan met stads- en straatnaam te tonen, tip het Cat. aan om dit als uw bestemming in te stellen.
Categorieën zoeken door eerst een categorie te preciseren
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Zoek op categorie] aan.
2 Tip de landentoets van het land van
bestemming aan en selecteer het land.
Het land selecteren waarin u wilt zoeken
Pagina 26
3 Tip [Categorie] aan.
Categorie
Pictogrammen vereenvoudigen het snel
herkennen van categorieën van faciliteiten met dezelfde naam.
Indien de route niet ingesteld is, start de routeberekening onmiddellijk.
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30 Als de route al is vastgelegd, verschijnt het “Locatie bevestigingscherm”.
54
4 Tip de gewenste categorie aan.
Categorieën (Cat.) zijn onderverdeeld in verschillende subcategorieën:
CRB2312A_Nederlands.book Page 55 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
57
[Naam]:
Tip deze aan als u eerst de naam van de Cat. wilt aangeven.
[Stad]:
Tip dit aan als u eerst de stad of het gebied van bestemming wilt aangeven.
[Terug]:
Terugkeren naar het Bestemming menu.
5 Tip de gedetailleerde categorie aan.
Als de categorie niet is onderverdeeld in subcategorieën, wordt er geen lijst getoond. Ga verder met Stap 6.
6 De naam van de faciliteiten invoeren.
U kunt het aantal kandidaten ook verminderen door de stad te preciseren voor de naaminvoer. Volgende bewerkingen (“Rechtstreeks een
cat. zoeken op basis van een naam van de faciliteiten”) Pagina 54 (Stap 4 en 5)
Categorieën zoeken door eerst een stadsnaam te preciseren
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Zoek op categorie] aan.
2 Tip de landentoets van het land van
bestemming aan en selecteer het land.
Het land selecteren waarin u wilt zoeken
Pagina 26
[Lijst]:
Rangschikt de kandidaten op basis van de gele letters in het tekstvak (voorgestelde letters in het wit zijn ongeldig). Tip de gewenste stad aan in de lijst om verder te gaan met de volgende stap.
5 De naam van de faciliteiten invoeren.
U kunt het aantal kandidaten ook verminderen door de categorie te preciseren voor de naaminvoer.
Volgende bewerkingen (“Rechtstreeks een
cat. zoeken op basis van een naam van de faciliteiten”) Pagina 54 (Stap 4 en 5)
Een Cat. in uw omgeving vinden
De faciliteiten rond de huidige positie zoeken
U kunt naar de categorieën in uw omgeving zoeken. Gebruik deze functie om een Cat. te vinden tijdens een rit. Het zoekbereik is ongeveer 16 km (10 mijl) van de huidige locatie.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Zoek in de omgeving] aan.
De lijst met Cat.-categorieën wordt weergegeven.
2 Tip de gewenste categorie aan.
Categorie
Hoofdstuk
5 Route uitzetten naar uw bestemmingNAVI
3 Tip [Stad] aan. 4 Voer de naam van de stad in die de
faciliteit heeft die u wilt opzoeken.
Auto invulfunctie is beschikbaar.“Auto invulfunctie” Pagina 27
Er wordt een lijst weergegeven met steden met de ingevoerde karakters.
De voordien ingestelde categorieën hebben een rood afvinkteken. Wanneer slechts enkele typen van de gedetailleerde categorieën worden geselecteerd, verschijnen er blauwe afvinktekens.
[OK]:
Start de zoekopdracht met de geselecteerde categorie.
55
CRB2312A_Nederlands.book Page 56 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
58
[Terug]:
Er wordt teruggegaan naar het vorige scherm.
[Instellen]:
Het scherm weergeven voor het registreren van de sneltoets van de Cat. “Een Cat. sneltoets registreren”
Pagina 58 Als u een van de Cat. sneltoetsen aantipt
(bijv. ) voor u een categorie selecteert
in de lijst kunt u rechtstreeks zoeken naar
faciliteiten volgens geregistreerde
categorie op de Cat. sneltoets. Als u faciliteiten wilt zoeken via de
5
Hoofdstuk
Route uitzetten naar uw bestemming NAVI
categorie en Cat. sneltoets selecteert u
een aantal categorieën in de lijst en tip dan
de Cat. sneltoets aan om te beginnen
zoeken.
3 Tip [Detail selecteren] aan.
[Alles selecteren]:
Selecteert alle gedetailleerde categorieën die omvat zijn in die categorie. (Bijv. alle categorieën van restaurants, inclusief Japans en fast food.)
[Alles deselecteren]:
Deselecteert de geselecteerde categorieën.
4 Tip de gewenste gedetailleerde categorie
aan.
6 Herhaal stappen 2 tof 5 om een categorie
te selecteren.
U kunt max. 100 items selecteren van de gedetailleerde categorieën.
7 Tip [OK] aan.
De Cat. in de geselecteerde categorie of subcategorie wordt gezocht. Er worden namen van Categorieën weergegeven en de afstand tot de positie waar u zich bevindt. Deze worden weergegeven in de volgorde van dichtbij tot veraf. Links van elk onderdeel geeft een pictogram de categorie weer.
Afstand tot de voorziening
8 Tip de gewenste Cat. aan om uw
bestemming in te stellen.
Indien de route niet ingesteld is, start de routeberekening onmiddellijk.
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30 Als de route al is vastgelegd, verschijnt het “Locatie bevestigingscherm”. “Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29 Wanneer u aantipt, worden de
Categorieën rondom de opgegeven locatie
aangegeven op de kaart.
De voordien ingestelde categorieën hebben een rood afvinkteken.
5 Tip [Terug] aan.
Er wordt teruggegaan naar het vorige scherm.
56
Naar voorzieningen zoeken rond de schuifcursor
Zoekbereik is ongeveer 16 km. (10 mijl) vierkant van de schuifcursor
Dit kan gebruikt worden als Zoek in de
omgeving geselecteerd werd in Snelkoppeling instellen.
Een sneltoets wijzigen Pagina 49
CRB2312A_Nederlands.book Page 57 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
59
1 Verschuif de kaart en beweeg de scroll
cursor naar de plaats waar u een Cat. wilt zoeken.
2 Tip aan.
Het sneltoetsmenu wordt weergegeven.
3 Tip aan.
Zie Stap 2 van “De faciliteiten rond de huidige positie zoeken” voor de volgende bewerkingen. “De faciliteiten rond de huidige positie
zoeken” Pagina 55
De afstand die wordt aangegeven in het
zoekresultaat is de afstand van de schuifcursor tot de voorziening.
Het pictogram onderin het scherm is voor
sneltoetsen naar u favoriete categorieën. Door een sneltoetspictogram aan te raken wordt een lijst van de voorzieningen in een categorie geselecteerd.
“Sneltoetsen van categorieën (Cat.)
registreren/verwijderen” Pagina 58
[Zoek in de omgeving] in het hoofdmenu
zoekt in uw omgeving. Wanneer echter
in het sneltoetsmenu verschijnt ( Pagina 44), wordt er in het gebied rond de scroll cursor gezocht nadat de map verschoven werd.
Een bestemming zoeken door de postcode te preciseren
3 Voer de postcode in.
Een lijst van steden met de ingevoerde postcode wordt weergegeven (behalve voor de volgende gevallen).
Britse postcode:
Indien de route niet ingesteld is, start de routeberekening onmiddellijk.
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30 Als de route al is vastgelegd, verschijnt het “Locatie bevestigingscherm”.
“Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29
Nederlandse postcode:
• Wanneer u een complete postcode invoert
(6 cijfers), wordt er een lijst met straten getoond. Selecteer de straat en ga verder met Stap 5.
• Wanneer u een gedeeltelijke postcode
invoert (4 cijfers) en [Lijst] aanraakt, wordt er een lijst met steden getoond. Ga verder met Stap 4.
4 Tip de stad of het gebied aan waar uw
bestemming zich bevindt.
Hoofdstuk
5 Route uitzetten naar uw bestemmingNAVI
Als u de postcode van uw bestemming weet, kunt u deze gebruiken om uw bestemming te zoeken.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Zoek op postcode] aan.
Het scherm voor het invoeren van de postcode verschijnt.
2 Tip de landencode toets van het land van
eindbestemming aan.
5 Voer de straatnaam in.
Als er geen huisnummer is, start een routeberekening.
6 Voer het huisnummer in.
Indien de route niet ingesteld is, start de routeberekening onmiddellijk.
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30 Als de route al is vastgelegd, verschijnt het “Locatie bevestigingscherm”.
“Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29
57
CRB2312A_Nederlands.book Page 58 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
60
Het berekenen van de route naar uw thuisbasis of naar uw favoriete locatie
Als uw thuisbasis is geregistreerd, kan de route naar huis eenvoudigweg worden berekend door de tiptoets in het navigatiemenu aan te raken. U kunt ook een locatie, zoals uw werkplek, uitkiezen als uw favoriete locatie, waarbij de route op dezelfde wijze wordt berekend.
“Uw huis en uw favoriete locatie registreren”
Pagina 61
1 Tip [Bestemming] aan in het
5
navigatiemenu, en tip vervolgens [Naar huis] of [Ga naar] aan.
Indien de route niet ingesteld is, start de routeberekening onmiddellijk. “De route controleren en wijzigen”
Hoofdstuk
Pagina 30 Als de route al is vastgelegd, verschijnt het “Locatie bevestigingscherm”.
“Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29
Een bestemming selecteren vanuit de Vorige bestemm. en het Adresboek
Elke plaats waarnaar eerder is gezocht, is opgeslagen in de [Vorige bestemm.]. Plaatsen
Route uitzetten naar uw bestemming NAVI
die u handmatig heeft geregistreerd, zoals uw huisadres, zijn opgeslagen in het [Adresboek]. Selecteer de plaats waar u heen wilt gaan in de lijst en er wordt een route naar berekend.
➲ Voor informatie over Adresboek ➞ Pagina 63 ➲ Voor informatie over Vorige bestemm.
Pagina 67
2 Tip uw bestemming aan.
Indien een route niet ingesteld is, start de routeberekening onmiddellijk.
“De route controleren en wijzigen”
Pagina 30 Als een route al is vastgelegd, verschijnt het “Locatie bevestigingscherm”.
“Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29 U kunt de bestemming ook zien met
rechts van de lijst.
Sneltoetsen van categorieën (Cat.) registreren/verwijderen
U kunt maximaal zes sneltoetsen registreren als u favoriete categorieën (Cat.). U kunt geregistreerde sneltoetsen ook wijzigen of verwijderen.
U kunt een Cat. sneltoets registreren door
aan te tippen in het sneltoetsmenu. De stappen voor het registreren en verwijderen zijn dezelfde als hieronder beschreven.
Een Cat. sneltoets registreren
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Zoek in de omgeving] aan.
2 Tip [Instellen] aan.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Adresboek] of [Vorige bestemm.] aan.
Er wordt een lijst weergegeven van al geregistreerde sneltoetsen van categorieën (Cat.).
58
CRB2312A_Nederlands.book Page 59 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
61
3 Tip [Toevoegen] aan.
Er wordt een lijst van Cat. (categorieën) weergegeven.
4 Tip een categorie aan.
5 Tip de Cat. selectiemethode aan.
[Alles selecteren]:
Selecteert alle gedetailleerde categorieën die omvat zijn in die categorie. (Bijv. alle categorieën van restaurants, inclusief Japans en fast food.)
[Detail selecteren]:
Selecteert één van de gedetailleerde categorieën. Door een categorie aan te raken wordt deze toegevoegd aan de sneltoetsen.
3 Tip [Wissen] aan.
Er wordt een lijst weergegeven van al geregistreerde sneltoetsen van categorieën (Cat.).
4 Raak de categorie aan die gewist moet
worden.
Er verschijnt een rood vinkje bij de geselecteerde sneltoets.
[Kies alle], [Geen]:
Een rood vinkje verschijnt of verdwijnt bij alle geregistreerde categorieën.
5 Tip [Wissen] aan.
De geselecteerde sneltoets wordt van de lijst verwijderd.
Hoofdstuk
5 Route uitzetten naar uw bestemmingNAVI
Een sneltoets van een categorie wissen
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Zoek in de omgeving] aan.
2 Tip [Instellen] aan.
59
CRB2312A_Nederlands.book Page 60 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
62
5
Hoofdstuk
Route uitzetten naar uw bestemming NAVI
60
CRB2312A_Nederlands.book Page 61 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
63
Locaties registreren en bewerken
De items in Adresboek worden automatisch
bijgewerkt in alfabetische volgorde. Hoewel,
• Om veiligheidsredenen zijn deze functies niet beschikbaar zolang de auto rijdt. Om deze functies te activeren en een route te bepalen, dient u op een veilige plaats te stoppen en de handrem in te schakelen (zie pagina 18 voor details).
Locaties registreren overzicht
Het registreren van plaatsen die u vaak bezoekt, bespaart u tijd en inspanning. Ook kunnen routes naar opgeslagen bestemmingen eenvoudig worden berekend met de overeenstemmende tiptoets. Deze informatie over opgeslagen bestemmingen kan ook worden gewijzigd. De geregistreerde locatie verschijnt op de kaart als een pictogram.
De opgeslagen locaties worden in de volgende drie types ingedeeld:
• : Thuisbasis: Registreer hier uw thuisbasis. Als uw thuisbasis is geregistreerd, kan de route naar huis eenvoudig ingesteld worden door de [Naar huis] tiptoets in het Bestemming menu aan te raken. Slechts een locatie kan geregistreerd worden.
• : Favoriete locatie:
Registreer hier het punt dat u regelmatig bezoek (bijvoorbeeld, uw kantoor). Als uw favoriete locatie is geregistreerd, kan de route naar uw favoriete locatie eenvoudig ingesteld worden door de [Ga naar] tiptoets in het Bestemming menu aan te raken. Slechts een locatie kan geregistreerd worden.
: (standaard): Adresboek ingave:
Registreer hier andere punten die u vaak bezoekt. Van zodra locaties geregistreerd zijn, kunt u de route instellen door een item te selecteren uit Adresboek.
Thuisbasis” en “Favoriete locatie” verschijnen steeds bovenin (als u ze geregistreerd hebt).
Selecteert of alle geregistreerde
locatiepictogrammen weergegeven of verborgen moeten worden op de kaart.
“Pictogram adresboek” Pagina 48
Uw huis en uw favoriete locatie registreren
U kunt een thuislocatie registreren en een favoriete locatie. U kunt de geregistreerde informatie later wijzigen. Misschien vindt u het nuttig uw werkplek of het huis van een familielid als een favoriete locatie te registreren.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Hfdbestemm.] aan.
2 Tip [Ga naar] aan.
Wanneer u uw thuisbasis registreert, tip dan [Naar Huis] aan.
3 Zoeken naar een te registreren locatie.
U kunt een methode kiezen voor het zoeken van een locatie.
Hoofdstuk 6
Hoofdstuk
6 Locaties registreren en bewerkenNAVI
Zoek op adres Pagina 26
61
CRB2312A_Nederlands.book Page 62 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
64
Informatie over zoeken naar te registreren
locaties Pagina 53 tot 58
Als u [Zoeken op de kaart] wilt
selecteren, verplaatst u de schuifcursor naar de locatie die u wilt instellen en tipt u [OK] aan.
4 Wijs met de schuifcursor naar de locatie
die u wilt registreren en tip [OK] aan.
De locatie is geregistreerd en het Geregistreerde informatie bewerken scherm verschijnt.
“De invoer in “Adresboek” bewerken”
Pagina 64
5 Tip [OK] aan.
De registratie voltooien.
Een locatie registreren in het Adresboek
6
In het Adresboek kunnen meer dan 400 bestemmingen worden opgeslagen. Hiertoe behoren uw thuisbasis, favoriete plaatsen en
Hoofdstuk
bestemmingen die u al heeft geregistreerd.
Een locatie registreren via scrollmodus
U kunt deze bewerking ook uitvoeren als [Registratie] geselecteerd is door [Snelkoppeling instellen] in te drukken.
2 Geef het sneltoetsmenu weer en tip
aan.
De locatie is geregistreerd en het Geregistreerde informatie bewerken scherm verschijnt.
“De invoer in “Adresboek” bewerken”
Pagina 64
3 Tip [OK] aan.
De registratie voltooien.
Een locatie registreren per Adresboek
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Adresboek] aan.
2 Tip [Toevoegen] aan.
1 Schuif naar de locatie die u wilt
registreren.
Locaties registreren en bewerken NAVI
62
3 Selecteer de zoekmethode, zoek de
locatie en geef de kaart weer.
CRB2312A_Nederlands.book Page 63 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
65
4 Als de kaart van de locatie die u wilt
registreren verschijnt, tipt u [OK] aan.
De locatie is geregistreerd en het Geregistreerde informatie bewerken scherm verschijnt.
“De invoer in “Adresboek” bewerken”
Pagina 64
5 Tip [OK] aan.
De registratie voltooien.
Het Adresboek weergeven
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Adresboek] aan.
(4) (5)
(1) (2) (3)
(1) Thuisbasis:
Het item dat met het pictogram wordt weergegeven, is de thuisbasis. Tip aan om de route te berekenen. “Uw huis en uw favoriete locatie
registreren” Pagina 61
(2) Favoriete locatie:
Het item dat met het pictogram wordt weergegeven, is de favoriete locatie. Tip aan
om de route te berekenen. “Uw huis en uw favoriete locatie
registreren” Pagina 61
(3) Adresboek ingave:
Tip aan om de route te berekenen.
(6) (7) (8) (9)
(10) (11)
(4) :
Een kaart van deze locatie kan worden weergegeven.
“Bevestig de locatie op de kaart”
Pagina 29
(5) : De informatie over de plaats die kan worden
bijgewerkt. “De invoer in “Adresboek” bewerken”
Pagina 64
(6) : Sorteert de items in de lijst in alfabetische
volgorde. Dit is de standaard sorteervolgorde. Actief als er items in de lijst aanwezig zijn
en de huidige sortering niet alfabetisch is.
(7) : Sorteert de items in de lijst in volgorde van
afstand van de positie het voertuig. Actief als er items in de lijst aanwezig zijn
en de huidige sortering niet volgens afstand van de huidige positie is.
(8) : Sorteert de items in de lijst in volgorde van recent gebruikte items.
Actief als er items in de lijst aanwezig zijn
en de huidige sortering niet volgens laatst gebruikte is.
(9) [Toevoegen]:
Het scherm voor het selecteren van de methode voor het registreren van de locatie in Adresboek verschijnt.
“Een locatie registreren in het Adresboek”
Pagina 62
(10) [Wissen]:
Verwijdert de geregistreerde locaties. “De invoer in “Adresboek” verwijderen”
Pagina 67
(11) [Terug]:
Terugkeren naar het vorige scherm.
Hoofdstuk
6 Locaties registreren en bewerkenNAVI
63
CRB2312A_Nederlands.book Page 64 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
66
De invoer in “Adresboek” bewerken
In het Adresboek menu kunt u met , rechts van de locatie, het Geregistreerde informatie bewerken scherm weergeven.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Adresboek] aan.
2 Tip aan rechts van de locatie
waarvan u de informatie wilt bijwerken.
6
(1) Naam
U kunt de gewenste naam invoeren.
(2) Uitspraak
U kunt de gewenste uitspraak onafhankelijk
Hoofdstuk
van de naam invoeren. De geregistreerde uitspraak kan gebruikt worden voor de spraakherkenning.
Indien niets ingevoerd wordt in het
tekstvakje kunt u dat item niet gebruiken als spraakopdracht.
Afhankelijk van de taal waar u naar
overschakelt, is het mogelijk dat u de geregistreerde uitspraak niet kunt gebruiken zonder wijziging.
“Gesproken commando’s” Pagina 161
Locaties registreren en bewerken NAVI
(3) Telefoonnr.
Het telefoonnummer van de geregistreerde locatie. U kunt dit nummer oproepen door (8) te gebruiken.
(4) Pictogram
Het symbool dat op de kaart en in het Adresboek wordt weergegeven. Selecteert of alle geregistreerde
locatiepictogrammen weergegeven of verborgen moeten worden op de kaart.
“Pictogram adresboek” Pagina 48
(7) (5)(6)
(1) (2) (3) (4) (8)
(5) Foto
Wanneer u de locatie nadert, verschijnt de geregistreerde afbeelding. U kunt de foto registreren die in het navigatiesysteem is opgeslagen. U kunt ook CD-ROM gebruiken om een foto te importeren en te registreren die met een digitale camera werd genomen.
(6) Geluid
Het geselecteerde geluid wordt afgespeeld wanneer u de locatie nadert.
(7) Wijzig locatie
U kunt de geregistreerde locatie veranderen door de kaart te verschuiven.
(8)
Enkel wanneer de Bluetooth apparatuur (afzonderlijk verkocht) aangesloten is op het navigatiesysteem en de draagbare telefoon met de Bluetooth technologie ook aangesloten is, kunt u een oproep tot stand brengen naar het geregistreerde nummer (3)
door aan te tippen. “De invoer in het Adresboek bellen”
Pagina 80
Wanneer u een geregistreerde locatie nadert tijdens het rijden.
Wanneer een locatie met een geregistreerd geluidseffect en afbeelding op slechts ongeveer 300 m (0,19 mijl) verwijderd is van de positie van het voertuig hoort u het geluidsignaal en wordt de afbeelding weergegeven.
64
CRB2312A_Nederlands.book Page 65 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
67
Een naam wijzigen
1 Tip [Naam] en daarna [Ja] aan.
Het bericht met de vraag de ingevoerde naam al dan niet als Gesproken commando te registreren verschijnt. Wanneer u een naam niet als gesproken commando wilt registreren, selecteer dan [Neen].
2 Voer een nieuwe naam in en tip [OK] aan.
De huidige naam verschijnt in het tekstvak. Wis de huidige naam en voer een nieuwe naam in, met een lengte van 1 tot 23 karakters.
Tip [Kl. letter] om kleingedrukte letters in
te voeren. Tip [Hoofdlett.] om hoofdletters in te voeren. Tip aan om te schakelen tussen de selectie.
3 Als de uitspraak juist is, tip dan [Ja] aan.
De gegevens die u vastlegt worden geregistreerd en het Adresboek menu verschijnt. Alternatieve opties:
[Neen]:
Voltooit de registratie zonder de uitspraak te bewerken.
[Herhaal]:
U kunt de uitspraak van de naam die u heeft ingevoerd opnieuw bevestigen.
Geluid output is onmogelijk tijdens .
Als de uitspraak niet de gewenste
uitspraak is, bewerkt u de tekens zodat de uitspraak overeenstemt met uw gewenste uitspraak.
Wanneer u de uitspraak bevestigt,
verschijnt links van de locatienaam in het Adresboek menu. Dit pictogram geeft aan dat de naam tijdens de spraakbediening gebruikt kan worden als gesproken commando.
De naam van uw huis kan niet worden
gewijzigd.
Een uitspraak wijzigen
1 Tip [Uitspraak] aan. 2 Voer een nieuwe uitspraak in en tip [OK]
aan.
De huidige uitspraak verschijnt in het tekstvak (indien reeds ingesteld). Wis de huidige uitspraak en voer een nieuwe uitspraak in, met een lengte van 1 tot 23 karakters.
3 Als de uitspraak juist is, tip dan [Ja] aan.
De gegevens die u vastlegt worden geregistreerd en het Adresboek menu verschijnt. Alternatieve opties:
[Neen]:
Annuleert de bewerking.
[Herhaal]:
U kunt de uitspraak van de naam die u heeft ingevoerd opnieuw bevestigen.
Geluid output is onmogelijk tijdens .
Als de uitspraak niet de gewenste
uitspraak is, bewerkt u de tekens zodat de uitspraak overeenstemt met uw gewenste uitspraak.
Wanneer u de uitspraak bevestigt,
verschijnt links van de locatienaam in het Adresboek menu. Deze markering geeft aan dat de naam tijdens de spraakbediening gebruikt kan worden als gesproken commando.
De uitspraak van uw huis kan niet worden
gewijzigd.
Indien niets ingevoerd wordt in het
tekstvakje kunt u dat item niet gebruiken als spraakopdracht.
Hoofdstuk
6 Locaties registreren en bewerkenNAVI
65
CRB2312A_Nederlands.book Page 66 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
68
Een telefoonnummer invoeren of een telefoonnummer wijzigen
1 Tip [Telefoonnr.] aan. 2 Voer een telefoonnummer in, en tip [OK]
aan.
Het Adresinformatie menu verschijnt. Om een geregistreerd telefoonnummer te
wijzigen, wist u het bestaande nummer en voert u een nieuw in.
Een pictogram kiezen dat op de kaart verschijnt
Selecteert of alle geregistreerde
locatiepictogrammen weergegeven of verborgen moeten worden op de kaart.
“Pictogram adresboek” Pagina 48
1 Tip [Pictogram] aan.
6
2 Tip het gewenste pictogram aan dat op de
kaart verschijnt.
Hoofdstuk
U kunt een foto aanpassen voor de ingave in het adresboek. Sommige foto’s zijn al opgeslagen op de harde schijf en u kunt ook JPEG formaat foto’s importeren, zoals een foto van uw digitale camera, via CD-R (-RW). U kunt foto’s gebruik door deze op een CD-R (-RW) te branden met uw PC en deze in het navigatiesysteem in te voeren. Hier wordt een methode beschreven om de foto te wijzigen, en wordt een voorbeeld gegeven van de manier waarop een afbeelding die op een CD­R (-RW) is opgeslagen als foto in het Navigatiesysteem wordt geladen.
1 Controleer dat geen disc ingevoerd is, en
plaats de CD-R (-RW) in het Disc laadsleuf.
2 Tip eerst [Foto] aan en daarna [Vanaf
schijf importeren].
De lijst met foto’s opgeslagen op CD-R (-RW) verschijnt.
Als u een andere optie aantipt dan [Vanaf
schijf importeren] kunt u een afbeelding
selecteren die is opgeslagen op de harde schijf.
3 Tip een foto aan die u wilt instellen.
Om de weergave van de foto te annuleren,
selecteert u [Geen foto].
Het Adresinformatie menu verschijnt. Het pictogram van uw huis en uw favoriete
locatie kan niet worden gewijzigd.
Als u (punt) instelt, kan de
geregistreerde naam van die ingave
Locaties registreren en bewerken NAVI
weergegeven worden op de kaart. De geregistreerde naam verschijnt niet als [Pictogram adresboek] ingesteld is op [Uit].
De foto aanpassen
Zorg ervoor “Beperkingen voor de import van foto’s” te lezen voor u een CD-R (-RW) aanmaakt.
“Beperkingen voor de import van foto’s”
Pagina 93
66
4 Tip [Ja] aan.
In dit scherm kunnen de volgende onderwerp worden geselecteerd:
[Neen]:
Selecteer wanneer u wilt overschakelen op een andere afbeelding. Keer terug naar stap 3.
Geluid kiezen
1 Tip [Geluid] aan. 2 Kies het gewenste geluid.
Om het geluid uit te schakelen, selecteert
u [Geen geluid].
3 Tip [Geluid] aan om het geluid te horen. 4 Tip [Instellen] aan.
Geluid output is onmogelijk tijdens .
CRB2312A_Nederlands.book Page 67 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
69
De positie van locaties wijzigen
1 Tip [Wijzig locatie] aan.
De locatie van het geselecteerde gebied en de omgeving ervan worden weergegeven.
2 Tip het scherm aan om de positie ervan te
wijzigen en tip vervolgens [OK] aan.
De invoer in “Adresboek” verwijderen
Onderdelen die in het Adresboek geregistreerd zijn, kunnen gewist worden. Alle gegevens die zijn ingevoerd in het Adresboek kunnen onmiddellijk gewist worden.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Adresboek] aan.
2 Tip [Wissen] aan.
“Wissen uit het adresboek” scherm verschijnt.
4 Tip [Wissen] aan. 5 Selecteer [Ja].
De gegevens die u heeft gekozen zijn gewist. Alternatieve optie:
[Neen]:
Annuleert de verwijdering en keert terug naar Stap 3.
Omdat gewiste data niet opnieuw kunnen
worden opgeslagen, dient u er goed op te letten deze niet per vergissing te verwijderen.
Eindbestemmingen Uit Het Verleden bewerkingen
De punten waarheen de route in het verleden berekend werd, worden automatisch opgeslagen in Vorige bestemm..
Indien geen locatie opgeslagen is in de
Historiek bestemmingen kunt u [Vorige bestemm.] niet selecteren. (Als u een routeberekening uitvoert, kunt u [Vorige
bestemm.] selecteren.)
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Vorige bestemm.] aan.
Hoofdstuk
6 Locaties registreren en bewerkenNAVI
3 Selecteer de locatie die u wilt
verwijderen.
Er verschijnt een vinkje naast de geselecteerde locatie.
In dit scherm kunnen de volgende onderwerp worden geselecteerd:
[Kies alle]:
Selecteert alle ingaven.
[Geen]:
Verschijnt als alle locaties geselecteerd worden. Annuleert alle geselecteerde locaties.
(2) (3)
(1)
(1) Geschiedenis van eindbestemmingen:
Tip aan om de route te berekenen.
(2) [Wissen]:
Verwijdert de geselecteerde geschiedenis.
(3) [Terug]:
Er wordt teruggegaan naar het vorige scherm.
67
CRB2312A_Nederlands.book Page 68 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
70
De invoer in “Vorige bestemm.” verwijderen
Onderdelen in de Vorige bestemm. kunnen verwijderd worden. Alle gegevens in het Vorige
bestemm. kunnen onmiddellijk gewist worden.
1 Tip [Bestemming] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Vorige bestemm.] aan.
2 Tip [Wissen] aan.
“Wissen uit historiek” scherm verschijnt.
3 Selecteer de locatie die u wilt
verwijderen.
Er verschijnt een vinkje naast de geselecteerde locatie.
6
Hoofdstuk
In dit scherm kunnen de volgende onderwerp worden geselecteerd:
[Kies alle]:
Selecteert alle ingaven.
[Geen]:
Verschijnt als alle locaties geselecteerd worden. Annuleert alle geselecteerde locaties.
4 Tip [Wissen] aan. 5 Selecteer [Ja].
De gegevens die u heeft gekozen zijn gewist.
Locaties registreren en bewerken NAVI
Alternatieve optie:
[Neen]:
Annuleert de verwijdering en keert terug naar stap 3.
Omdat gewiste data niet opnieuw kunnen
worden opgeslagen, dient u er goed op te letten deze niet per vergissing te verwijderen.
68
CRB2312A_Nederlands.book Page 69 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
71
Verkeersinformatie gebruiken
Het gebruik van de RDS-TMC informatie
U kunt de realtime verkeersinformatie die wordt uitgezonden via het verkeersberichtzender (TMC) van het FM radiogegevenssysteem (RDS) op het scherm controleren. Deze verkeersinformatie wordt regelmatig bijgewerkt. Als het navigatiesysteem bijgewerkte verkeersinformatie ontvangt, zal het navigatiesysteem de verkeersinformatie overlappen op uw kaart en ook gedetailleerde tekstinformatie weergeven indien beschikbaar. Wanneer u langs een route reist en er is verkeersinformatie op uw huidige route zal het systeem dit detecteren en u vragen of u een nieuwe route wilt of automatisch een andere route voorstellen.
Het systeem zoekt verkeersinformatie in een
straal van 150 km van de positie van het voertuig. (Als er veel verkeersinformatie is rond uw voertuig wordt een kleinere straal dan 150 km gebruikt.)
Het navigatiesysteem biedt de volgende
functie sop basis van de informatie van het RDS-TMC apparaat:
• Een lijst met informatie over verkeersinformatie weergeven
• Verkeersinformatie op de kaart weergeven
• Een route voorstellen om files te vermijden door de verkeersinformatie te gebruiken
De term “file” in deze sectie duidt op de
volgende types van verkeersinformatie: langzaam, aanschuivend of stilstaand verkeer en gesloten/geblokkeerde wegen. Met deze informatie wordt bij het controleren van de route altijd rekening gehouden en de informatie die op deze gebeurtenissen betrekking heeft kan niet worden uitgeschakeld. Als u andere verkeersinformatie selecteert in [Verkeersinstellingen] kan de informatie weergegeven worden in een lijst of op een kaart.
“Weer te geven verkeersinformatie selecteren”
Pagina 72
Verkeerslijst bekijken
Op het scherm verschijnt een lijst met verkeersinformatie. Aan de hand hiervan kunt u controleren hoeveel verkeersincidenten er hebben plaatsgevonden, waar ze hebben plaatsgevonden en op welke afstand van de plaats waar u zich op dat moment bevindt.
Alle verkeersinformatie controleren
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Verkeerslijst] aan.
De lijst met ontvangen verkeersinformatie wordt afgebeeld.
2 Tip of aan om de lijst met incidenten
te zien.
Plaatsen (straatnamen) waar incidenten hebben plaatsgevonden worden weergegeven in de lijst.
Hoofdstuk 7
NAVI
Hoofdstuk
7 Verkeersinformatie gebruiken
69
CRB2312A_Nederlands.book Page 70 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
72
(1) (2) (4)
(3)
(1) Straat of plaats (2) Richting (3) Incident (4) Afstand tot de locatie (5) De momenteel weergegeven incidentnummers en het totaal aantal incidenten
De incidenten die al gelezen zijn worden in
het wit weergegeven. Ongelezen incidenten verschijnen in het geel.
(6) Sorteersleutel
:
U kunt de verkeersinformatie sorteren in alfabetische volgorde.
7
U kunt de verkeersinformatie sorteren aan de hand van de afstand van uw huidige positie.
Met betrekking tot de lijst die verschijnt als u
Hoofdstuk
[Verkeerslijst] aantipt, wordt de lijst gesorteerd volgens de lineaire afstand van de positie van het voertuig tot de verkeersinformatie. Met betrekking tot de lijst die verschijnt als u [Verkeer op route] aantipt, wordt de lijst gesorteerd volgens de afstand van de positie van het voertuig tot de verkeersinformatie.
U kunt de verkeersinformatie sorteren aan de
Verkeersinformatie gebruiken NAVI
hand van incidenten. De lijst wordt gesorteerd in volgorde van gesloten/geblokkeerde wegen, files, ongelukken, wegenwerken en overige.
Wanneer er nieuwe verkeersinformatie wordt ontvangen, de actuele informatie wordt gewijzigd of de oude informatie verwijderd, wordt de lijst bijgewerkt om de nieuwe situatie weer te geven.
:
:
:
(7)
(5)
(7)
Door de aan te tippen, kunt u de locatie controleren op een kaart. (Verkeersinformatie zonder informatie over de positie kan niet op een kaart worden gecontroleerd.)
3 Selecteer een incident dat u nader wilt
bekijken.
(6)
Er wordt nadere informatie over het geselecteerde incident weergegeven.
Door een incident aan te tippen dat u wilt
zien, kunt u de gedetailleerde informatie over het incident bekijken. Als de informatie niet in één scherm kan worden weergegeven, tip dan of aan om de rest van de informatie te bekijken.
4 Tip [Terug] aan om terug te keren naar de
lijst met verkeersinformatie.
Er verschijnt opnieuw een lijst met verkeersinformatie.
Verkeersinformatie op de route controleren
Alle verkeersinformatie op de huidige route verschijnt op het scherm in een lijst.
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Verkeer op route] aan.
De verkeersinformatie die op dat moment over de route voorhanden is, verschijnt op het scherm.
De op het scherm weergegeven methode
voor het controleren van de inhoud is hetzelfde voor “Alle verkeersinformatie controleren”.
Verkeersinformatie op de kaart bevestigen
Er verschijnt enkel een lijn als de schaal
van de kaart 5 km (2,5 mijl) of minder is.
Pictogram verschijnt alleen als de schaal
op de kaart 20 km (10 mijl) of minder is. Als de schaal gewijzigd wordt, wordt de grootte van de pictogrammen aangepast naargelang de geselecteerde schaal.
70
V
CRB2312A_Nederlands.book Page 71 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
73
Verkeersincident pictogram en lijn
De volgende verkeersgerelateerde informatie wordt op de kaart weergegeven.
Verkeerspictogram
met gele lijn:
Langzaam verkeer en files
met rode lijn:
Stilstaand verkeer
met zwarte lijn:
Afgesloten/geblokkeerde wegen
etc.:
Raadpleeg [Verkeersinstellingen] in het [Info/ Telefoon] menu voor de betekenis van het
pictogram.
“Weer te geven verkeersinformatie selecteren”
Pagina 72
Als u de verkeersinformatie details op de kaart wilt controleren, verplaatst u de schuifcursor naar het pictogram, zoals , en tipt u aan. Op deze manier kunt u plaatsnamen en andere detailinformatie bekijken.
Een alternatieve route instellen om files te vermijden
Het navigatiesysteem controleert op bepaalde intervallen of er al of niet verkeersinformatie is voor uw route. Als het navigatiesysteem een file detecteert op uw huidige route probeert het systeem een betere route te vinden in de achtergrond.
De volgende types van verkeersincidenten op
de route worden gecontroleerd: langzaam, aanschuivend of stilstaand verkeer en gesloten/geblokkeerde wegen.
Automatisch file-informatie controleren
Als er informatie over files op uw route beschikbaar is en als een alternatieve route gevonden kan worden, raad het navigatiesysteem u automatisch deze nieuwe alternatieve route aan. In dat geval, verschijnt het volgende scherm.
Er wordt geen actie ondernomen als het
systeem geen informatie vindt over files op uw route of als het systeem geen alternatief kan vinden.
Afstand vanaf de huidige positie van uw auto tot het in de nieuwe route in te voeren punt
erschil in afstand en reistijd tussen een
bestaande en een nieuwe route
In dit scherm kunnen de volgende onderwerp worden geselecteerd:
Nieuwe:
De aanbevolen route wordt weergegeven op het scherm.
Huidige:
De huidige route wordt weergegeven op het scherm.
OK:
De weergegeven route is ingesteld. Indien geen selectie wordt uitgevoerd, keert
het scherm terug naar het vorige scherm.
De verkeersinformatie handmatig controleren
Door het waarschuwing pictogram op het kaartscherm aan te tippen, kunt u de informatie over verkeersopstoppingen op uw route controleren wanneer het pictogram weergegeven wordt. Enkel als er verkeersinformatie beschikbaar is op uw route verschijnt een waarschuwing pictogram op het navigatie kaartscherm.
Het berichtpictogram is niet beschikbaar als
uw voertuig afwijkt van de route.
Hoofdstuk
7 Verkeersinformatie gebruikenNAVI
71
CRB2312A_Nederlands.book Page 72 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
74
1 [Verkeersincidenten] op [Weergeven]
instellen.
“Verkeersincidenten” Pagina 48
2 Druk op de MAP toets om de huidige
locatie weer te geven.
Het pictogram verschijnt als het systeem verkeersinformatie ontvangt over de huidige route.
3 Tip het pictogram aan terwijl het
pictogram weergegeven worden.
Waarschuwing pictogram
Het weergegeven pictogram geeft het type verkeersinformatie weer.
4 Tip [Omleiding] aan om een alternatieve
route te zoeken.
7
[Omleiding] wordt enkel ingeschakeld als
het systeem “file” kan vinden.
Terug:
Het bericht verdwijnt en de kaart verschijnt
weer op het scherm. Voor de volgende bewerkingen, raadpleegt u “Automatisch file-informatie controleren”.
“Automatisch file-informatie controleren”
Pagina 71
Weer te geven verkeersinformatie selecteren
Er zijn verschillende types verkeersinformatie die ontvangen worden via het RDS-TMC apparaat en u kunt selecteren welke types opgenomen en weergegeven worden op uw navigatiesysteem.
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens
[Verkeersinstellingen] aan.
2 Tip [Weergegeven verkeersinformatie]
aan.
De namen van de weergegeven
verkeersinformatie-items en de lijst met
pictogrammen verschijnt op het scherm.
Hoofdstuk
Nadat u [Omleiding] aantipt, wordt de route herberekend, waarbij rekening wordt gehouden met de verkeersopstopping.
“Waarschuwing pictogram” geeft de
dichtstbijzijnde verkeersinformatie weer op
Verkeersinformatie gebruiken NAVI
de route. Als u echter [Omleiding] aantipt, wordt de route herberekend waarbij niet alleen rekening wordt gehouden met deze informatie maar ook met alle informatie over opstoppingen op
de route. In dit scherm kunnen de volgende onderwerp worden geselecteerd:
Lijst:
Enkel de drie dichtstbijzijnde verkeersincidenten op uw route worden in de verkeerslijst vermeld.
72
3 Tip het verkeersinformatie-item aan dat u
wilt weergeven.
Er verschijnt een rood vinkje naast de geselecteerde verkeersinformatie.
Door [Kies alle (Geen)] aan te tippen
wordt alle verkeersinformatie geselecteerd.
4 Tip [OK] aan.
Het geselecteerde verkeersinformatiepictogram wordt op het scherm geplaatst.
CRB2312A_Nederlands.book Page 73 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
75
De volgende types verkeersincidenten
kunnen niet gedeselecteerd worden en zij worden steeds weergegeven en het systeem houdt er steeds rekening mee: langzaam, aanschuivend of stilstaand verkeer en gesloten/geblokkeerde wegen.
5 Tip [OK] aan.
De voorkeur RDS-TMC service provider handmatig selecteren
Een standaard voorkeur TMC dienstverlener werd ingesteld voor ieder land. Het navigatiesysteem stemt af op de radiozender met een goede ontvangst tussen de voorkeur RDS-TMC diensten. Als u een andere voorkeur RDS-TMC dienstverlener wilt instellen, kunt u handmatig een selectie maken uit beschikbare RDS-TMC diensten.
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Selectie TMC Provider] aan.
Er kan handmatig naar beschikbare dienstverleners worden gezocht.
De voorkeur RDS-TMC dienstverlener is momenteel ingesteld
Als de naam van de dienst niet
beschikbaar is, wordt de naam van de zender of de frequentie in de plaats weergegeven.
Als beschikbare diensten niet in één
scherm kan worden weergegeven, tipt u of aan om de rest van de diensten te bekijken.
Als de afstemming mislukt, selecteert u
een andere dienstverlener of probeert u opnieuw nadat u zich naar een andere locatie hebt verplaatst.
Hoofdstuk
2 Tip de gewenste dienst aan in de lijst.
Nadat u een dienstverlener hebt aangetipt, stemt het systeem af op de geselecteerde RDS-TMC dienst. Wanneer de afstemming voltooid is, keert het systeem terug naar de kaartweergave.
7 Verkeersinformatie gebruikenNAVI
73
CRB2312A_Nederlands.book Page 74 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
76
7
Hoofdstuk
Verkeersinformatie gebruiken NAVI
74
CRB2312A_Nederlands.book Page 75 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
77
Hoofdstuk 8
Het gebruik van de handenvrije telefonie
Handenvrij telefoneren overzicht
• Voor uw veiligheid moet u zoveel mogelijk vermijden te telefoneren tijdens het rijden.
Als uw draagbare telefoon Bluetooth technologie ondersteunt, kan dit navigatiesysteem draadloos aangesloten worden op uw draagbare telefoon. Dankzij deze handenvrij functie kunt u het navigatiesysteem bedienen om oproepen te maken of te ontvangen. U kunt ook de gegevens van de telefoongids in uw draagbare telefoon overdragen naar het navigatiesysteem. Deze sectie beschrijft de instelling van een Bluetooth aansluiting en de bediening van een draagbare telefoon met de Bluetooth technologie op het navigatiesysteem. De onderstaande beschrijving veronderstelt dat de apparaatnaam van de aangesloten draagbare telefoon met Bluetooth draadloze technologie ingesteld is op [My mobile phone].
®
Communicatie apparaten voorbereiden
Als u de draagbare telefoon met de Bluetooth draadloze technologie wilt gebruiken in combinatie met dit navigatiesysteem is de Bluetooth apparatuur (ND-BT1) (afzonderlijk verkocht) noodzakelijk.
Voorzorgsmaatregelen met betrekking tot de bediening van de draagbare telefoon met Bluetooth technologie
Als u de Bluetooth apparatuur (afzonderlijk verkocht) aansluit, kunt u de functies gebruiken die in deze handleiding beschreven worden, inclusief de handenvrije telefonie of de overdracht van de telefoongids. Als u deze functies wilt gebruiken, moet de draagbare telefoon met Bluetooth draadloze technologie die u wilt aansluiten een ondersteund profiel bevatten dat identiek is aan het profiel van de Bluetooth apparatuur. Met betrekking tot het ondersteunde profiel verwijzen wij naar de handleiding van de Bluetooth apparatuur.
Lees deze informatie “Opmerkingen met
betrekking tot het handen vrij telefoneren” als referentie.
“Opmerkingen met betrekking tot het
handen vrij telefoneren” Pagina 85
Wanneer de stroom van het navigatiesysteem
uitschakelt, wordt de Bluetooth verbinding ook afgesloten. Wanneer het systeem opnieuw start, probeert het automatisch een verbinding te maken met de voordien aangesloten draagbare telefoon. Zelfs wanneer de verbinding om een of andere reden afgebroken wordt, probeert het systeem automatisch een nieuwe verbinding te maken met deze draagbare telefoon (tenzij de verbinding onderbroken werd door de bediening van de draagbare telefoon).
U kunt de [Telefoonmenu] rechtstreeks openen door de MENU toets in te drukken en ingedrukt te houden.
NAVI
Hoofdstuk
8 Het gebruik van de handenvrije telefonie
75
CRB2312A_Nederlands.book Page 76 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
78
U kunt de signaalsterkte van de verbinding
tussen uw draagbare telefoon en de Bluetooth apparatuur (afzonderlijk verkocht) controleren met [Aansluitingen] in het [Hardware] menu.
[Aansluitingen] Pagina 89U kunt het stem- en belvolume instellen met
[Volume] in het [Instellingen] menu.
[Volume] Pagina 87U kunt randgeluiden dempen tijdens de
handenvrije telefonie. [Mute Set] Pagina 150 Terwijl u draagbare telefoon met Bluetooth
draadloze technologie aangesloten is, verschijnt
op de kaart.
Als u met de “CD-SR1” Sturen
afstandsbediening (afzonderlijk verkocht)
werkt, kunt u de volgende toetsen gebruiken:
VR ACTIVATION / OFF HOOK toets:
Zelfde functie als op het scherm.
(Behalve voor [Ontvangen oproepen].)
VR CANCEL / ON HOOK toets:
Zelfde functie als of op het
scherm.
PHONE MENU toets:
Open [Telefoonmenu] rechtstreeks.
8
De instelling voor handen vrij telefoneren
Voor u de handenvrij telefoonfunctie kunt gebruiken, moet u het navigatiesysteem instellen
Hoofdstuk
voor gebruik van die functie. Dit betekent dat u uw telefoon moet registreren met het navigatiesysteem en een Bluetooth draadloze verbinding moet maken tussen het navigatiesysteem en uw telefoon.
Uw draagbare telefoon registreren
U moet uw draagbare telefoon met de Bluetooth draadloze technologie registreren als u de eerste maal een verbinding maakt. Een totaal van vijf telefoons kunnen geregistreerd worden. Er zijn twee registratiemethoden:
• Registratie van het navigatiesysteem
• Registratie van de draagbare telefoon
Het gebruik van de handenvrije telefonie NAVI
Van zodra u die telefoon geregistreerd hebt,
kunt u deze selecteren uit de lijst om een verbinding te maken zonder registratie.
Als u meer dan vijf draagbare telefoons
probeert te registreren, zal het systeem u vragen een van de geregistreerde telefoons te selecteren om te overschrijven.
“Een geregistreerde draagbare telefoon
aansluiten” Pagina 77
De standaard apparaatnaam op de draagbare
telefoon is [PIONEER HDD NAVI]. Het standaard wachtwoord is [1111].
Bediening van het navigatiesysteem
1 De Bluetooth draadloze technologie van
de draagbare telefoon inschakelen.
Voor bepaalde draagbare telefoons is geen specifieke actie noodzakelijk voor de inschakeling van de Bluetooth draadloze technologie. Raadpleeg de bedieningshandleiding van uw draagbare telefoon voor meer details.
2 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
3 Tip [Telefooninstellingen] aan.
Het Telefooninstellingenscherm verschijnt.
4 Tip [Registratie] aan.
5 Tip [Navi] aan.
Het systeem zoekt draagbare telefoons met Bluetooth technologie die wachten op de verbinding en geeft deze weer in de lijst.
6 Wacht tot de draagbare telefoon
verschijnt in de lijst.
Als u geen draagbare telefoon vindt die u
wilt aansluiten, controleert u of de draagbare telefoon wacht op de Bluetooth draadloze technologie verbinding.
76
CRB2312A_Nederlands.book Page 77 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
79
7 Selecteer de draagbare telefoon die u wilt
registreren in de lijst.
8 Voer het wachtwoord van het
navigatiesysteem in om het te registreren via uw draagbare telefoon.
Van zodra de registratie voltooid is, verschijnt onderstaand scherm.
Als de registratie mislukt, herhaalt u de
procedure van bij het begin. Probeer de registratie opnieuw en indien de verbinding niet tot stand kan gebracht worden, probeert u via uw draagbare telefoon.
Bediening van de draagbare telefoon
1 De Bluetooth draadloze technologie van
de draagbare telefoon inschakelen.
Voor bepaalde draagbare telefoons is geen specifieke actie noodzakelijk voor de inschakeling van de Bluetooth draadloze technologie. Raadpleeg de bedieningshandleiding van uw draagbare telefoon voor meer details.
2 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
3 Tip [Telefooninstellingen] aan.
Het Telefooninstellingenscherm verschijnt.
4 Tip [Registratie] aan.
6 Gebruik uw draagbare telefoon om het
navigatiesysteem te registreren.
Als uw draagbare telefoon vraagt een wachtwoord in te voeren, voert u het wachtwoord van het navigatiesysteem in. Van zodra de registratie voltooid is, verschijnt onderstaand scherm.
Als de registratie mislukt, herhaalt u de
procedure van bij het begin.
Een geregistreerde draagbare telefoon aansluiten
Het navigatiesysteem maakt automatisch de verbinding met de draagbare telefoon die als bestemming van de verbinding geselecteerd werd. Hoewel, in de volgende situaties sluit u de draagbare telefoon handmatig aan:
• Twee of meer draagbare telefoons zijn geregistreerd en u wilt de draagbare telefoon die u wilt gebruiken handmatig selecteren.
• U wilt een draagbare telefoon waarvan de verbinding verbroken werd opnieuw verbinden.
• De verbinding kan om de een of andere reden niet automatisch tot stand gebracht worden.
Niet geregistreerde draagbare telefoons
kunnen niet verbonden worden.
1 De Bluetooth draadloze
technologie van uw draagbare telefoon inschakelen.
Voor bepaalde draagbare telefoons is geen specifieke actie noodzakelijk voor de inschakeling van de Bluetooth draadloze technologie. Raadpleeg de bedieningshandleiding van uw draagbare telefoon voor meer details.
Hoofdstuk
8 Het gebruik van de handenvrije telefonieNAVI
5 Tip [Mobiel] aan.
Het navigatiesysteem wacht op de Bluetooth draadloze technologie verbinding.
2 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
3 Tip [Telefooninstellingen] aan.
Het Telefooninstellingenscherm verschijnt.
77
CRB2312A_Nederlands.book Page 78 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
80
De naam van de telefoon die momenteel aangesloten is of als bestemming van de verbinding geselecteerd werd
4 Tip [Verbinding] aan. 5 Tip de naam van de draagbare telefoon
aan die u wilt verbinden.
Wanneer een verbinding tot stand is gebracht, verschijnt een verbinding voltooid bericht en keert het systeem terug naar het telefoonmenu scherm.
Tip [Annuleren] aan om de verbinding
met uw draagbare telefoon te annuleren.
Als de verbinding mislukt, moet u
controleren of uw draagbare telefoon op een verbinding wacht en daarna herhaalt u de procedure van stap 4.
De apparaatnaam bewerken
U kunt de apparaatnaam wijzigen die u wilt weergeven op uw draagbare telefoon. (Standaard is [PIONEER HDD NAVI].)
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Telefooninstellingen] aan.
Het Telefooninstellingenscherm verschijnt.
3 Tip [Wachtwoord] aan. 4 Tip een toets aan om het wachtwoord in
te voeren dat u wilt instellen en tip dan [OK] aan.
Over toetsenbord bediening Pagina 27Vier tot acht tekens kunnen ingevoerd
worden voor een wachtwoord.
Een oproep ontvangen
U kunt het navigatiesysteem gebruiken om een oproep handenvrij te ontvangen. Terwijl uw draagbare telefoon met Bluetooth draadloze technologie aangesloten is, verschijnt het pictogram op de kaart. U kunt enkel een handenvrije oproep ontvangen als de draagbare telefoon aangesloten is.
Bluetooth verbonden pictogram
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
8
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Telefooninstellingen] aan.
Hoofdstuk
Het Telefooninstellingenscherm verschijnt.
3 Tip [Naam toestel] aan. 4 Tip een toets aan om de naam in te voeren
die u wilt instellen en tip dan [OK] aan.
Over toetsenbord bediening Pagina 27Maximaal 20 tekens kunnen ingevoerd
worden voor een apparaatnaam.
Het wachtwoord bewerken
U kunt de apparaatnaam wijzigen die u wilt gebruiken voor de authentificatie op uw draagbare telefoon. (Standaard is [1111].)
Het gebruik van de handenvrije telefonie NAVI
78
Een inkomende oproep beantwoorden
Het systeem informeert u dat het een oproep ontvang door een bericht weer te geven en een maal een belsignaal te geven.
1 Als er een inkomende oproep is, tipt u
aan.
Als er een inkomende oproep is, kunt u deze oproep weigeren door aan te tippen. Tijdens een oproep verschijnt aan de
rechterzijde van het scherm.
CRB2312A_Nederlands.book Page 79 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
81
2 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
De oproep eindigt.
Als de stem niet luid genoeg is, kunt u het
volume aanpassen van de ontvangen stem.
Stem telefoon Pagina 87Afhankelijk van de oproeper ID dienst is het
mogelijk dat het telefoonnummer van de ontvangen oproep niet weergegeven wordt. [Niet bekend] verschijnt in de plaats.
Het is mogelijk dat u een geluid hoort
wanneer u de telefoon ophangt.
Een oproep maken
U kunt op verschillende wijzen een oproep maken.
Rechtstreeks bellen
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Kies] aan. 3 Voer het telefoonnummer in en tip dan
om een oproep tot stand te
brengen.
Bellen via de geschiedenis van gebelde nummers of ontvangen oproepen
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Gekozen nummers] of [Ontvangen
oproepen] aan.
De lijst van een van beide verschijnt.
3 Tip een naam of een telefoonnummer aan
uit de lijst om een oproep tot stand te brengen.
Datum en tijdstip van de tot stand gebrachte of ontvangen oproep
Tip aan om oproep te annuleren nadat het systeem begint te bellen.
Wanneer u een oproep tot stand brengt naar het telefoonnummer in [Ontvangen oproepen] zonder “+”, kunt u “+” toevoegen voor het nummer door [+] aan te tippen. Om “+” te verwijderen, tipt u opnieuw [+] aan.
Hoofdstuk
Tip aan om oproep te annuleren nadat het systeem begint te bellen.
4 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
8 Het gebruik van de handenvrije telefonieNAVI
Tip aan om een oproep tot stand te brengen.
4 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
Tot 30 ingaven voor ieder van de gebelde
en ontvangen oproepgeschiedenissen kunnen automatisch opgeslagen worden. Als het aantal ingaven de 30 overschrijdt, worden de ingaven verwijderd, te beginnen met de oudste.
79
CRB2312A_Nederlands.book Page 80 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
82
U kunt de lijst met gebelde of ontvangen
oproepen wissen.
De lijst met gebelde of ontvangen
oproepen wissen Pagina 84
Een telefoonnummer in de telefoongids bellen
Nadat u de lijst in de telefoongids gevonden hebt, kunt u het nummer selecteren en een oproep tot stand brengen.
Voor u deze functie gebruikt, moet u de
telefoongids in uw draagbare telefoon overdragen naar het navigatiesysteem.
“De telefoongids overdragen” Pagina 81
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Telefoonboek] aan.
Het telefoongids scherm verschijnt.
3 Tip een naam aan uit de lijst om een
oproep tot stand te brengen.
Als u een alfabet tab aantipt, kunt u naar de eerste pagina van de contactpersonen springen waarvan de naam met die letter begint.
8
Een telefoonnummer in “Favorieten kiezen”
Nadat u de ingave in “Favorieten kiezen” gevonden hebt, kunt u het nummer selecteren en een oproep tot stand brengen.
Voor u deze functie gebruikt, moet u het
telefoonnummer van de telefoongids instellen op “Favorieten kiezen”.
“Een telefoonnummer registreren in
“Favorieten kiezen”” Pagina 82
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Favorieten kiezen] aan.
Het “Favorieten kiezen” scherm verschijnt.
3 Tip [Favoriet 1] tot [Favoriet 5] aan om
een oproep tot stand te brengen.
Tip de ingave aan om een oproep tot stand te brengen. Tip aan om oproep te annuleren nadat het systeem begint te bellen.
4 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
De invoer in het Adresboek bellen
U kunt een oproep tot stand brengen naar de ingave die in het adresboek geregistreerd werd.
U kunt geen oproep tot stand brengen naar
een locatie als het telefoonnummer niet geregistreerd werd.
Hoofdstuk
Tip de ingave aan uit de lijst om een oproep tot stand te brengen. Tip aan om oproep te annuleren nadat het systeem begint te bellen.
4 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
Het gebruik van de handenvrije telefonie NAVI
80
1 Geeft het Adresboek weer.
Bediening van het Adresboek Pagina 64
2 Toets van de ingave als u een oproep
tot stand wil brengen.
Het detailscherm verschijnt.
CRB2312A_Nederlands.book Page 81 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
83
3 Tip aan om een oproep tot stand te
brengen.
Tip aan om oproep te annuleren nadat het systeem begint te bellen.
4 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
Het telefoonnummer van een faciliteit bellen
U kunt een oproep tot stand brengen naar een faciliteiten met telefoonnummer gegevens.
1 [Zoek op categorie] of [Zoek in de
omgeving] uitvoeren en de detailinformatie weergeven.
Bediening van [Zoek op categorie]
Pagina 53
Bediening van [Zoek in de omgeving]
Pagina 55
2 Toets van de ingave als u een oproep
tot stand wil brengen.
Het detailscherm verschijnt.
3 Tip aan om een oproep tot stand te
brengen.
Tip aan om oproep te annuleren nadat het systeem begint te bellen.
4 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
Bellen via de kaart
U kunt een oproep tot stand brengen door het pictogram te selecteren van een geregistreerde locatie of een Cat. pictogram in het kaartscherm.
U kunt geen oproep tot stand brengen naar
locaties of Categorieën die geen telefoonnummer gegevens hebben.
1 Schuif door de kaart en plaats de cursor
op een pictogram op de kaart.
2 Tip aan.
Het detailscherm verschijnt.
3 Tip aan om een oproep tot stand te
brengen.
Tip aan om oproep te annuleren nadat het systeem begint te bellen.
4 Om de oproep te beëindigen, tipt u aan
rechts bovenin het scherm.
De telefoongids overdragen
U kunt de gegevens van de telefoonboek in uw draagbare telefoon overdragen naar de telefoonboek in het navigatiesysteem. Als u de telefoongids overdraagt naar het navigatiesysteem kunt doorheen de gegevens bladeren in de overgedragen telefoongids op het scherm van het navigatiesysteem. U kunt ook ingaven selecteren in de telefoongids om een oproep tot stand te brengen via het navigatiesysteem of de gegevens bewerken in het navigatiesysteem.
Afhankelijk van de draagbare telefoon kan
“Telefoonboek” “Contactpersonen”, “Business card” of iets dergelijks genoemd worden.
De telefoongids kan een totaal van 400
ingaven invoeren.
Handenvrij telefonie aansluiting wordt
afgesloten om de verbinding tot stand te brengen voor de telefoongids overdracht. Als de telefoongids overgedragen wordt, wordt de handenvrije telefonie automatisch opnieuw aangesloten.
Hoofdstuk
8 Het gebruik van de handenvrije telefonieNAVI
81
CRB2312A_Nederlands.book Page 82 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
84
Het telefoonboek van dit navigatiesysteem kan
geen meerdere telefoonnummers toewijzen voor een persoon.
1 De draagbare telefoon met Bluetooth
draadloze technologie aansluiten.
“Uw draagbare telefoon registreren”
Pagina 76
2 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
3 Tip [Visitekaartje lezen] aan.
Als er nog geen telefoongids overgedragen werd, verschijnt dit scherm.
[Ja]:
Verwijdert alle telefoonnummers opgeslagen in de telefoongids en draagt de gegevens over.
[Neen]:
Bewaart de huidige ingaven en voegt daarna nieuwe gegevens toe aan de telefoongids. (Dubbele gegevens kunnen niet bevestigd worden.)
8
Als u de bestaande telefoongids wilt
bewaren, selecteer dan [Neen].
4 Controleer dat het volgende scherm
verschijnt en bedien uw draagbare
Hoofdstuk
telefoon om de ingaven van de telefoongids over te dragen.
De overgedragen gegevens kunnen
bewerkt worden op het navigatiesysteem.
“De invoer in “Telefoonboek” bewerken”
Pagina 82
Een telefoonnummer registreren in “Favorieten kiezen”
U kunt maximaal vijf ingaven registreren in de “Favorieten kiezen” van de telefoongids. De telefoonnummers die u regelmatig gebruikt registreren in “Favorieten kiezen”, vereenvoudigt de belbewerking. De ingaven geregistreerd in “Favorieten kiezen” kunnen bediend worden in het sneltoetsmenu. U kunt deze ook bedienen met Spraakbediening om een oproep tot stand te brengen.
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Favorieten kiezen] aan. 3 Tip [Instellen] aan op één van de
[Favoriet 1] — [Favoriet 5].
4 Tip de ingave aan die u wilt registreren.
De Telefoonboek itemscherm verschijnt.
5 Tip [OK] aan.
De geselecteerde ingave wordt geregistreerd in de overeenstemmende “Favoriet kiezen”.
De telefoongids ingaven in uw draagbare telefoon worden overgedragen naar het navigatiesysteem. Tip [Annuleren] aan om de overdracht te annuleren.
Het gebruik van de handenvrije telefonie NAVI
Enkel de namen en telefoonnummers
kunnen overgedragen worden.
82
De invoer in “Telefoonboek” bewerken
U kunt de geïmporteerde telefoongids gegevens bewerken of nieuwe gegevens toevoegen. U kunt [Naam], [Uitspraak], [Telefoonnr.], of [Foto] bewerken. U kunt ook de onnodige gegevens verwijderen.
De gegevens kunnen niet terug overgedragen
worden naar de draagbare telefoon.
CRB2312A_Nederlands.book Page 83 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
85
Gegevens bewerking of nieuwe gegevens toevoegen
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Telefoonboek] aan. 3 Tip of [Toevoegen] aan.
Het bewerkingscherm verschijnt. Om gegevens toe te voegen door het als
gewenst in te voeren, tipt u [Toevoegen] aan.
4 Selecteer de ingave die u wilt bewerken.
(1) (2) (3)
(4)
(1) Naam
Voer de naam in die u wilt weergeven in het telefoonboek. Voor meer details over bewerkingen verwijzen we naar de volgende pagina.
“Een naam wijzigen” Pagina 65Maximaal 40 tekens kunnen ingevoerd
worden voor de naam.
(2) Uitspraak
U kunt de gewenste uitspraak onafhankelijk van de naam invoeren. De geregistreerde uitspraak kan gebruikt worden voor de spraakherkenning. Voor meer details over bewerkingen verwijzen we naar de volgende pagina.
“Een uitspraak wijzigen” Pagina 65Maximaal 40 tekens kunnen ingevoerd
worden voor de uitspraak.
Indien niets ingevoerd wordt in een
tekstvakje kunt u dat item niet gebruiken als spraakopdracht.
Afhankelijk van de taal waar u naar
overschakelt, is het mogelijk dat u de geregistreerde uitspraak niet kunt gebruiken zonder wijziging.
“Gesproken commando’s” Pagina 161
(3) Telefoonnr.
Voer het telefoonnummer in dat u wilt weergeven in het telefoonboek. Tip [OK] aan om de ingave te voltooien en terug te keren naar het vorige scherm. Maximaal 32 tekens kunnen ingevoerd
worden voor het telefoonnummer.
De bewerkte namen en telefoonnummers
worden vermeld in de geschiedenis van gebelde en ontvangen nummers. Hoewel, deze worden niet vermeld in de gegevens die in “Favorieten kiezen” geregistreerd zijn.
(4) Foto
Stelt de afbeelding in die u wilt weergeven wanneer u een oproep ontvangt. “De inkomende oproep foto aanpassen
voor een ingave in de telefoongids” Pagina 83
De inkomende oproep foto aanpassen voor een ingave in de telefoongids
Zorg ervoor “Beperkingen voor de import van foto’s” te lezen voor u een CD-R (-RW) aanmaakt.
“Beperkingen voor de import van foto’s”
Pagina 93
U kunt een foto aanpassen voor de ingave in de telefoongids. Sommige foto’s zijn al opgeslagen op de harde schijf en u kunt ook JPEG formaat foto’s importeren, zoals een foto van uw digitale camera, via CD-R (-RW). U kunt foto’s gebruik door deze op een CD-R (-RW) te branden met uw PC en deze in het navigatiesysteem in te voeren. Hier wordt een methode beschreven om de foto te wijzigen, en wordt een voorbeeld gegeven van de manier waarop een afbeelding die op een CD­R (-RW) is opgeslagen als foto in het Navigatiesysteem wordt geladen.
1 Controleer dat geen disc ingevoerd is, en
plaats de CD-R (-RW) in het Disc laadsleuf.
Hoofdstuk
8 Het gebruik van de handenvrije telefonieNAVI
83
CRB2312A_Nederlands.book Page 84 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
86
2 Tip eerst [Foto] aan en daarna [Vanaf
schijf importeren].
De lijst met afbeeldingen die op een CD-R (-RW) zijn opgeslagen wordt weergegeven. In dit scherm kan het volgende onderdeel worden geselecteerd:
[Terug naar origineel]:
De afbeelding die gebruikt werd bij aankoop van het programma wordt geselecteerd.
Als u een andere optie aantipt dan [Vanaf
schijf importeren] kunt u een
achtergrond afbeelding selecteren die is opgeslagen op de harde schijf.
3 Tip een foto aan die u wilt instellen. 4 Tip [Ja] aan.
In dit scherm kunnen de volgende onderwerp worden geselecteerd:
[Neen]:
Selecteer wanneer u wilt overschakelen op een andere afbeelding. Keer terug naar Stap 3.
Gegevens verwijderen
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Telefoonboek] aan.
8
3 Tip [Wissen] aan.
Het “Wissen uit telefoonboek” scherm verschijnt.
4 Tip de ingave aan die u wilt verwijderen.
Hoofdstuk
Er verschijnt een rood vinkje naast de geselecteerde ingave. U kunt de selectie annuleren door de ingave opnieuw aan te tippen.
6 Tip [Ja] aan.
De gegevens worden verwijderd en het scherm met de huidige locatie verschijnt. Tip [Neen] aan om de verwijdering te
annuleren.
De ontvangen oproep of de geschiedenis van gebelde nummers bewerken
U kunt de geschiedenis van gebelde nummers of ontvangen oproepen bewerken U kunt ze bewerken en de bewerkte ingaven worden geregistreerd in het telefoonboek. U kunt ook de gegevens van de geschiedenis verwijderen.
Gegevens bewerken
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Gekozen nummers] of [Ontvangen
oproepen] aan.
3 Tip aan.
Het bewerkingscherm verschijnt. De stappen hierna zijn dezelfde als die voor de bewerking van de telefoongids.
“De invoer in “Telefoonboek” bewerken”
Pagina 82
Het telefoonnummer kan niet bewerkt
worden als het reeds geregistreerd werd in de telefoongids.
Gegevens verwijderen
1 Tip [Info/Telefoon] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Telefoonmenu] aan.
2 Tip [Gekozen nummers] of [Ontvangen
oproepen] aan.
5 Tip [Wissen] aan.
Het gebruik van de handenvrije telefonie NAVI
84
3 Tip [Wissen] aan. 4 Tip [Ja] aan.
Alle gegevens van de geschiedenis worden verwijderd en het scherm met de huidige locatie verschijnt.
Tip [Neen] aan om de verwijdering te
annuleren.
CRB2312A_Nederlands.book Page 85 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
87
mogelijk dat de handenvrije telefonie niet uitgevoerd kan worden.
Opmerkingen met betrekking tot het handen vrij telefoneren
Algemene opmerkingen
• De verbinding met alle draagbare telefoons met Bluetooth draadloze technologie is niet gegarandeerd.
• De directe-zichtverbinding afstand tussen dit navigatiesysteem en uw draagbare telefoon moet 10 meter of minder zijn wanneer u spraak en gegevens verzendt via Bluetooth technologie. Hoewel, deze afstand kan korter worden dan de geschatte afstand naargelang de omgeving.
• U kunt een geregistreerde draagbare telefoon niet verwijderen. Als u het moet verwijderen, raadpleegt u “Het navigatiesysteem herstellen naar de standaard of fabrieksinstellingen” wis [Telefooninstellingen] en verwijdert het samen met andere functies.
• Bij sommige draagbare telefoons is het mogelijk dat de luidsprekers van het systeem geen belsignaal produceren.
• Als de privé-modus geselecteerd is op de draagbare telefoon is het mogelijk dat de handenvrije telefonie niet uitgevoerd wordt.
Over de registratie en verbinding
• De bediening van draagbare telefoons varieert naargelang het type draagbare telefoon. Raadpleeg de handleiding die met uw draagbare telefoon geleverd werd voor gedetailleerde instructies.
Over het tot stand brengen en ontvangen van oproepen
• Het is mogelijk dat u een geluid hoort in de volgende situaties: — Als u de telefoon beantwoordt via de toets
op de telefoon.
— Als de persoon aan de lijn de telefoon
ophangt.
• Als de persoon aan de andere kant van de lijn de conversatie niet kan horen omwille van een echo verlaagt u het volumeniveau voor handenvrije telefonie. Dit kan het effect van de echo verminderen.
• Bij bepaalde draagbare telefoons, zelfs als u de aanvaarden toets indrukt op de draagbare telefoon bij een inkomende oproep, is het
• De geregistreerde naam verschijnt als het telefoonnummer van de ontvangen oproep al geregistreerd is in de telefoongids. Als een telefoonnummer geregistreerd werd onder verschillende namen verschijnt de eerste alfabetische naam.
• Als het telefoonnummer van de ontvangen oproep niet geregistreerd wordt in de telefoongids verschijnt het telefoonnummer van de ontvangen oproep.
Over de lijst met gebelde of ontvangen oproepen
• Uitgevoerde oproepen of bewerkingen die enkel op uw draagbare telefoon zijn uitgevoerd worden niet vermeld in de geschiedenis van gebelde nummers of de telefoongids van het navigatiesysteem.
• U kunt geen oproep tot stand brengen naar een ingave van een onbekende gebruiker (geen telefoonnummer) in de geschiedenis van ontvangen oproepen.
• Als oproepen uitgevoerd worden via de bewerking van de draagbare telefoon wordt geen geschiedenis gegevens opgenomen in het navigatiesysteem.
Over de overdracht van de telefoongids
• Bij bepaalde draagbare telefoons is het mogelijk dat niet alle items van het volledige telefoonboek in een maal overgedragen kunnen worden. In dit geval draagt u een item een voor een over naar de draagbare telefoon.
• Afhankelijk van de draagbare telefoon die aangesloten is op het navigatiesysteem via Bluetooth technologie kan dit navigatiesysteem het telefoonboek niet correct weergeven. (Bepaalde letters kunnen verkeerd weergegeven worden of de voor- en achternaam kunnen in verkeerde volgorde weergegeven worden.)
• Als het telefoonboek in de draagbare telefoon beeldgegevens bevat, is het mogelijk dat het telefoonboek niet correct overgedragen wordt. (Fotogegevens kunnen niet terug overgedragen worden naar de draagbare telefoon.)
• Afhankelijk van de draagbare telefoon is het mogelijk dat de overdracht van de telefoongids niet uitgevoerd kan worden.
Hoofdstuk
8 Het gebruik van de handenvrije telefonieNAVI
85
CRB2312A_Nederlands.book Page 86 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
88
8
Hoofdstuk
Het gebruik van de handenvrije telefonie NAVI
86
CRB2312A_Nederlands.book Page 87 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
89
Hoofdstuk 9
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties
Begeleiding
Deze instelling bedient het volume van de
• Om veiligheidsredenen zijn deze functies niet beschikbaar zolang de auto rijdt. Om deze functies te activeren en een route te bepalen, dient u op een veilige plaats te stoppen en de handrem in te schakelen (zie pagina 18 voor details).
Toegang tot het instellingenmenu
1 Druk op de MENU toets om het
navigatiemenu weer te geven.
2 Tip [Instellingen] om het
Instellingenmenu weer te geven.
3 De instelling wijzigen.
Ieder item aanpassen Pagina 87 tot 95
Het volume instellen voor begeleiding en telefoon
Het geluidsvolume voor de navigatie kan worden ingesteld. U kunt het volume van de begeleiding en van het piepgeluid apart instellen.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Volume] aan.
2 Tip [+] of [–] aan om het volume in te
stellen.
In dit scherm kunnen de volgende onderwerpen bediend worden.
stembegeleiding van de navigatie. Wanneer ingesteld op wordt de stembegeleiding weergegeven. Wanneer ingesteld op wordt geen stembegeleiding weergegeven.
Piep
Deze instelling bedient het volume van het geluidsignaal van de stembegeleiding voor de navigatie.
Beltoon telefoon
Deze instelling bedient het volume van het inkomende belsignaal.
Stem telefoon
Deze instelling bedient het volume van de inkomende stem. De Beltoon telefoon en Stem telefoon
aanpassingen hebben betrekking op de draagbare telefoon met Bluetooth technologie. Geen aanpassing is nodig wanneer de draagbare telefoon met de Bluetooth technologie niet aangesloten is.
Het volume van de audiobron wordt
aangepast met behulp van de VOL (/) knop van het sneltoets.
3 Om de instelling te voltooien, tipt u [OK]
aan.
De regionale instellingen aanpassen
De taal van de navigatiebegeleiding en het menu wijzigen
U kunt de voertaal selecteren voor het navigatiesysteem. (Nadat de taal is gewijzigd, start het systeem opnieuw.)
Hoofdstuk
9 De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefunctiesNAVI
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Regionale instellingen] aan.
2 Tip [Taal] aan.
87
CRB2312A_Nederlands.book Page 88 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
90
3 Tip de taal aan die u wilt gebruiken.
Nadat de taal is gewijzigd, start het systeem opnieuw.
Tip [Terug] aan om terug te keren naar het
vorige scherm.
Het tijdsverschil instellen
9
Stelt de systeemklok in. Stel het tijdsverschil in (+, –) vanaf de oorspronkelijk ingestelde tijd in uw navigatiesysteem. U kunt ook kiezen of de zomertijd wordt IN- of
Hoofdstuk
Uitgeschakeld.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Regionale instellingen] aan.
2 Tip [Tijd] aan. 3
Om het tijdsverschil in te stellen, tipt u [+]
] aan.
of [
Tijdsverschil
4 Stel zo nodig de zomertijd in.
De zomertijd staat standaard uitgeschakeld. Tip [Zomertijd] aan om de tijd te veranderen wanneer de zomertijd van toepassing is. Hierdoor komt het scherm onder zomertijd [Aan] te staan.
5 Om de instelling te voltooien, tipt u [OK]
aan.
De lay-out van het toetsenbord aanpassen
U kunt het type toetsenbord selecteren dat u wilt gebruiken voor de invoer.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Regionale instellingen] aan.
2 Tip [Toetsenbord] aan om de lay-out te
selecteren die u wilt gebruiken.
Elke keer dat u de toets aanraakt, verandert de instelling.
[QWERTY] (standaard):
Het tijdsverschil tussen de tijd die oorspronkelijk is ingesteld in het navigatiesysteem (Midden-Europese tijd) en
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties NAVI
de huidige locatie van uw auto wordt weergegeven. Stel zonodig het tijdsverschil bij. Door [+] of [–] aan te tippen, verandert de weergave van het tijdsverschil in stappen van een uur. Het tijdsverschil kan worden ingesteld van –4 tot +9 uur.
88
[QWERTZ]:
[ABC]:
CRB2312A_Nederlands.book Page 89 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
91
[AZERTY]:
De eenheid wijzigen tussen km en mijl
Deze instelling regelt de eenheid waarin de afstand en de snelheid in uw navigatiesysteem wordt aangegeven.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Regionale instellingen] aan.
2 Tip [km / mijl] aan om de lijst te wijzigen.
Elke keer dat u de toets aanraakt, verandert de instelling. [km] (standaard): Afstanden worden aangegeven in kilometers.
[mijl]:
Afstanden worden aangegeven in mijlen.
[Mijl & Yard]:
Afstanden worden aangegeven in mijlen en yards.
De virtuele snelheid van het voertuig wijzigen
Tijdens het berekenen van de verwachte aankomsttijd en het aantal uren voor het bereiken van de bestemming, legt u de gemiddelde snelheid voor de snelwegen en gewone wegen vast met behulp van [+] en [–].
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Regionale instellingen] aan.
2 Tip [Gemiddelde snelheid] aan. 3 Tip [+] of [–] aan om de snelheid in te
stellen.
De geschatte aankomsttijd is niet
noodzakelijk gebaseerd op deze snelheidswaarde.
De instelling met betrekking tot de hardware controleren
De hardware status, inclusief de rijstatus van een voertuig, de plaatsbepalingstatus door een satelliet, de calibratiegegevens van de 3D sensor en de kabelverbindingsstatus kunnen worden gecontroleerd.
Aansluitingen van kabels en installatieposities controleren
Controleer of de kabels tussen de navigatie­eenheid en de auto goed zijn aangesloten. Controleer eveneens of ze op de juiste plaatsen zijn aangesloten.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Hardware] aan.
2 Tip [Aansluitingen] aan.
Het “Status verbinding” scherm wordt weergegeven.
(1) (2) (3) (4) (5) (6) (7) (8)
(1) Snelheidspuls
De waarde van de door het navigatiesysteem gedetecteerde toerentalpulsen wordt getoond. [0] wordt getoond terwijl de auto stationair draait.
(2) GPS antenne
Geeft de aansluitingsstatus van de GPS antenne weer, de ontvangstgevoeligheid, en het aantal satellieten waarvan het signaal wordt ontvangen. Als het signaal correct ontvangen is, wordt [OK] weergegeven. Als de ontvangst slecht is, verschijnt [NOK]. In dat geval moet u de installatiepositie van de GPS antenne wijzigen.
NAVI
Hoofdstuk
9 De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties
89
CRB2312A_Nederlands.book Page 90 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
92
(3) Status telefoonverbinding
Geeft de status van de verbinding aan van de Bluetooth apparatuur (afzonderlijk verkocht) en de signaalsterkte tussen de Bluetooth apparatuur en de draagbare telefoon. Als de Bluetooth apparatuur correct aangesloten is, verschijnt [OK]. [NOK] verschijnt als de Bluetooth apparatuur niet of incorrect aangesloten is.
(4) Installatieplaats
De installatiepositie van het navigatiesysteem wordt weergegeven. Duidt aan of de installatiepositie van de navigatie-eenheid al of niet correct is. Wanneer het correct
9
geïnstalleerd is, verschijnt [OK]. Het navigatiesysteem is gemonteerd onder een hoek die groter is dan de toegestane montagehoek, [Foutieve hoek] wordt weergegeven. Wanneer de hoek van de
Hoofdstuk
navigatie-eenheid gewijzigd is, verschijnt [Buitensporige trillingen].
(5) Handrem
Wanneer de handrem wordt ingeschakeld, wordt [Aan] weergegeven. Wanneer de handrem wordt uitgeschakeld, wordt [Uit] weergegeven.
(6) Stroomvoorziening
Het voltage (referentiewaarde) die door de accu van de auto aan het navigatiesysteem wordt geleverd, wordt getoond. Ligt het voltage niet binnen het bereik van 11 tot 15 V, controleer dan of de voedingskabel naar behoren is aangesloten.
(7) Verlichting
Wanneer de koplichten of kleine lichten van een auto aan staan, wordt [Aan] weergegeven. Als de kleine lichten van een voertuig uitgeschakeld zijn, verschijnt [Uit]. (Als de oranje/witte kabel niet is aangesloten,
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties NAVI
wordt [Uit] weergegeven.) (8) Achteruitrijsignaal
Wanneer de versnellingshendel in de “R” is geschakeld, wijzigt het signaal in [Aan] of [Uit]. (Een van deze signalen wordt weergegeven naargelang het voertuig.)
De leerstatus van de sensor en de rijstatus controleren
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Hardware] aan.
2 Tip [3D Kalibratie Status] aan.
Het Status 3D-kalibratiescherm wordt weergegeven.
(5) (6)
(7)
(1) Afstand
De rijafstand wordt aangegeven.
(2) Snelheidspuls
Het totaal aantal toerentalpulsen wordt aangegeven.
(3) Leerstatus
De huidige rijstatus wordt aangegeven.
(4) Mate van leren
De leersituaties over afstand (Afstand), rechterbocht (Richtinggegevens (rechts)), linkerbocht (Richtinggegevens (links)), en 3D detectie (3D sensor) worden door de lengte van de balken weergegeven.
Wanneer banden vervangen worden of
kettingen gemonteerd, zal het systeem, wanneer u de Snelheidspuls inschakelt, detecteren dat de diameter van de band gewijzigd is en het deze waarde automatisch vervangen tijdens de berekening van de afstand.
Als de ND-PG1 aangesloten is, kan de
afstandsberekening niet automatisch vervangen worden.
(5) Snelheid
De snelheid die door het navigatiesysteem wordt geregistreerd, wordt aangegeven. (Deze aanduiding kan afwijken van de werkelijke snelheid, gebruik hem daarom niet in plaats van de kilometerteller.)
(4)
(1) (2) (3)
90
CRB2312A_Nederlands.book Page 91 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
93
(6) Versnelling of vertraging/ Draaisnelheid
De versnelling- of vertragingsnelheid van uw voertuig wordt weergegeven. Tevens wordt de rotatiesnelheid bij een bocht naar rechts of links aangegeven.
(7) Inclinatie
De helling van de weg wordt aangegeven.
Waarden wissen...
Als u de leerresultaten die zijn opgeslagen in [Afstand], [Snelheidspuls] of [Leerstatus] wilt wissen, tip dan eerst het betreffende resultaat en vervolgens [Ja] aan.
Als u [Leerstatus] selecteert, kunt u [Alles
resetten] of [Reset afst. onderzoek]
selecteren. Om alle leerstatussen te wissen, tipt u [Alles resetten] aan. Om enkel de Afstandstudie te wissen, tipt u [Reset afst. onderzoek] aan.
Tip [Alles resetten] voor de volgende
situaties:
• Wanneer u de montagepositie van het navigatiesysteem gewijzigd hebt
• Wanneer u de montagehoek van het navigatiesysteem gewijzigd hebt
• Nadat u het navigatiesysteem verplaatst hebt naar een ander voertuig
Wanneer de afstand niet nauwkeurig
weergegeven wordt, tipt u [Reset afst. onderzoek] aan.
Als u [Alles resetten] aantipt, keert de
installatiehoek instelling ook terug standaard of fabrieksinstellingen. De instelling opnieuw configureren.
“De montagehoek corrigeren” Pagina 91
De montagehoek corrigeren
U kunt montagehoek van het navigatiesysteem corrigeren. Als u de montagehoek corrigeert, verbetert u de nauwkeurigheid van het sensor leren, zelfs als het apparaat niet centraal is afgesteld. Selecteer de oriëntatie van het LCD paneel van links, centraal en rechts.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Hardware] aan.
2 Tip [Inst. installatie-hoek] aan. 3 Controleer de richting van het paneel en
toets het overeenstemmende item aan.
[Links]:
Selecteer dit als de hoek 5 links van het midden. [Midden] (standaard): Selecteer dit als de hoek 5 links en rechts van het midden.
[Rechts]:
Selecteer dit als de hoek 5 rechts van het midden.
Als de [Leerstatus] in de [3D Kalibratie
Status] [Eenvoudige hybride] is, kan de
montagehoek gecorrigeerd worden.
Het apparaat en de versie informatie controleren
° of meer is naar
° of meer is naar
° of meer is naar
NAVI
Hoofdstuk
9 De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties
Het Navigatiesysteem kan automatisch het
sensorgeheugen gebruiken, gebaseerd op de afmeting van de omtrek van de banden.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Hardware] aan.
2 Tip [Scherm informatie onderhoud] aan. 3 Het apparaat en de versie informatie
controleren
91
CRB2312A_Nederlands.book Page 92 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
94
De harde schijf informatie controleren
U kunt het volume van de harde schijf, de momenteel gebruikte ruimte en resterende ruimte controleren.
De ruimte (%) op de harde schijf geeft de vrije
ruimte van de muziekbibliotheek weer. In bepaalde situaties, zelfs als ongeveer 10% vrije ruimte blijft, kunnen geen muziekfragmenten opgenomen worden vanwege systeembeperkingen.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens
9
[Hardware] aan.
2 Tip [Informatie harde schijf] aan.
Hoofdstuk
Uw thuis en favoriete locatie registreren
U kunt een thuislocatie registreren en een favoriete locatie. U kunt de geregistreerde informatie later wijzigen. Misschien vindt u het nuttig uw werkplek of het huis van een familielid als een favoriete locatie te registreren.
Harde schijf ruimte (%)
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Hfdbestemm.] aan.
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties NAVI
2 Tip [Ga naar] aan.
Wanneer u uw thuisbasis registreert, tip dan [Naar Huis] aan.
3 Zoeken naar een te registreren locatie.
U kunt een methode kiezen voor het zoeken van een locatie.
Zoek op adres Pagina 26Informatie over zoeken naar te registreren
locaties Pagina 53 tot 58
Als u [Zoeken op de kaart] wilt
selecteren, verplaatst u de schuifcursor naar de locatie die u wilt instellen en tipt u [OK] aan.
4 Wijs met de schuifcursor naar de locatie
die u wilt registreren en tip [OK] aan.
De locatie is geregistreerd en het Geregistreerde informatie bewerken scherm verschijnt. “De invoer in “Adresboek” bewerken”
Pagina 64
5 Tip [OK] aan.
De registratie voltooien.
De achtergrondfoto wijzigen
Zorg ervoor “Beperkingen voor de import van foto’s” te lezen voor u een CD-R (-RW) aanmaakt.
“Beperkingen voor de import van foto’s”
Pagina 93
“Voorzorgsmaatregelen bij het wijzigen van
het Splash scherm” Pagina 94
In het menu bewerkingscherm kunt u een foto aanpassen voor de achtergrond. Sommige foto’s zijn al opgeslagen op de harde schijf en u kunt ook JPEG formaat foto’s importeren, zoals een foto op uw digitale camera, via een CD-R(-RW). U kunt foto’s gebruiken als achtergrondfoto’s door deze te branden op een CD-R (-RW) op uw PC en deze in het navigatiesysteem in te voeren. De volgende soorten achtergrondfoto’s kunnen worden gewijzigd:
92
CRB2312A_Nederlands.book Page 93 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
95
Welkomscherm: Het scherm dat verschijnt als het navigatiesysteem opstart.
Navigatie-achtergrond: Achtergrondfoto van het scherm van het navigatiemenu.
AV achtergrond: Achtergrondfoto tijdens de bediening van het audiobronscherm.
Hier wordt een methode beschreven om de achtergrondafbeelding te wijzigen, en wordt een voorbeeld gegeven van de manier waarop een afbeelding die op een CD-R (-RW) is opgeslagen als achtergrondafbeelding in het Navigatiesysteem wordt geladen.
1 Controleer dat geen disc ingevoerd is, en
plaats de CD-R (-RW) in het Disc laadsleuf.
2 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Instelling achtergrond beeld] aan.
De voor elk scherm geselecteerde afbeelding wordt aangegeven aan de rechterkant van de onderdelen [Welkomscherm], [Navigatie-
achtergrond] en [AV achtergrond].
3 Tip [Welkomscherm], [Navigatie-
achtergrond] of [AV achtergrond] aan.
4 Tip [Vanaf schijf importeren] aan.
[Terug naar origineel], [Terug naar Pioneer Original]:
De afbeelding die gebruikt werd bij aankoop van het programma wordt geselecteerd.
Als u een andere optie aantipt dan [Vanaf
schijf importeren] kunt u een
achtergrond afbeelding selecteren die is opgeslagen op de harde schijf.
5 Tip een foto aan die u wilt instellen. 6 Tip [OK] aan.
Als u [OK] aantipt, begint de achtergrondafbeelding te veranderen. Na korte tijd verschijnt het bevestigingscherm. Als de foto groter is, zal het langer duren
om de achtergrondfoto te wijzigen. Voer geen andere bewerkingen uit tot het “Wordt bijgewerkt. Schakel het systeem niet uit.” bericht verdwijnt.
Als u wilt overschakelen op een andere
foto tipt u [Terug] aan om terug te keren naar Stap 4.
Wanneer het wijzigen van een afbeelding
start, mag u de motor van het voertuig niet uitschakelen tot een bericht verschijnt met de mededeling dat het wijzigen van de afbeelding voltooid is.
NAVI
Hoofdstuk
9 De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties
De lijst met afbeeldingen die op een CD-R (-RW) zijn opgeslagen wordt weergegeven. In dit scherm kan het volgende onderdeel worden geselecteerd:
Beperkingen voor de import van foto’s
Wanneer u een CD-R (-RW) schrijft, let er dan op dat de totale gegevensomvang van de CD-R (-RW) groter is dan 100MB door valse gegevens of andere vulinformatie op te slaan. Zoniet is het mogelijk dat de disc niet herkend wordt door het ingebouwde DVD station.
U kunt echter geen gebruik maken van een
CD-R (-RW) met MP3-bestanden of van het audiogegevensdeel (CD-DA deel) om foto’s te importeren.
93
CRB2312A_Nederlands.book Page 94 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
96
Tijdens het opslaan van foto’s op een CD-R
(-RW) maakt u een map aan met naam “Pictures” in de CD-R (-RW), en u bewaart de fotobestanden in deze map. (U kunt in totaal tot 200 fotobestanden gebruiken, inclusief foto’s die reeds opgeslagen waren op de harde schijf en foto’s op de CD-R (-RW).)
Als u een CD-R (-RW) brandt, moet u het
aantal map hiërarchieniveaus beperken tot acht.
U kunt enkel een CD-R (-RW) gebruiken die
gefinaliseerd werd met een enkelvoudige sessie voor de import van foto’s.
9
U kunt enkel een CD-R (-RW) gebruiken die
gefinaliseerd werd met een “Mode 1” voor de import van foto’s.
Uitsluitend afbeeldingen in JPEG-formaat
Hoofdstuk
(“.jpg” of “.JPG”) kunnen gebruikt worden. Er kunnen geen JPEG-afbeeldingen worden gebruikt in een progressief formaat.
U kunt uitsluitend standaard Latijnse
lettertekens gebruiken (alfabetten in zowel hoofd- als kleine letters: A-Z, a-z) en cijfers (0-
9) worden aanbevolen voor de bestandsnaam. Als u letters wilt gebruiken met diakritische merktekens (zoals ä of è) voor bestandsnaam finaliseert u de CD-R(-RW) met Joliet (Unicode) formaat.
Er kunnen afbeeldingen met maximaal 2 592 x
1 944 pixels worden gebruikt. Bij een afbeelding die groter is kunnen we niet garanderen dat deze naar behoren functioneert.
Na de wijziging van een ingestelde foto die
geïmporteerd werd van een CD-R (RW) moet u de CD-R (RW) gebruiken waarop de foto is
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties NAVI
opgeslagen om het vorige splash scherm te herstellen.
Voorzorgsmaatregelen bij het wijzigen van het Splash scherm
Hieronder ziet u het standaard Splash scherm voor het navigatiesysteem.
[Pioneer Original]
Als een andere foto dan de hierboven weergegeven voordien ingesteld werd (zoals een foto van de verdeler of een andere bron) kunt u het Splash scherm eenmalig wijzigen. U moet de CD-R (RW) gebruiken waarop de foto is opgeslagen om het scherm terug te brengen naar deze foto.
Het gebruik van de demonstratiebegeleiding
Dit is een demonstratiefunctie voor werkplaatsen. Nadat er een route is bepaald, wordt de simulatie van de begeleiding naar een bestemming automatisch weergegeven. Deze staat gewoonlijk op [Uit].
1 Tip [Instellingen] aan in het
2 Tip [Demo] aan om de lijst te wijzigen.
navigatiemenu.
Elke keer dat u de toets aanraakt, verandert de instelling.
[Aan]:
Demorit herhalen.
[Uit] (standaard): Demo wordt ingeschakeld.
94
CRB2312A_Nederlands.book Page 95 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
97
De huidige locatie corrigeren
Tip het scherm aan om de huidige positie en richting in te stellen van het voertuig dat op de kaart wordt weergegeven.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Wijzigen huidige locatie] aan.
2 Schuif naar de positie waar u wilt
instellen en tip dan [OK] aan.
3 Tip de pijltjestoets aan op het scherm om
de richting in te stellen en tip dan [OK] aan.
De fabrieksinstellingen herstellen
Verschillende instellingen herstellen die geregistreerd zijn in het navigatiesysteem en zet de standaard of fabrieksinstellingen terug.
1 Tip [Instellingen] aan in het
navigatiemenu, en tip vervolgens [Fabrieksinstellingen terugzetten] aan.
2 Tip [Ja] aan om de huidige instelling te
wijzigen.
Tip [Neen] aan om de huidige instelling te
wijzigen.
“Het navigatiesysteem herstellen naar de
standaard of fabrieksinstellingen” Pagina 175
NAVI
Hoofdstuk
9 De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties
95
CRB2312A_Nederlands.book Page 96 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
98
9
Hoofdstuk
De algemene instellingen wijzigen voor de navigatiefuncties NAVI
96
CRB2312A_Nederlands.book Page 97 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
99
Hoofdstuk 10
AV
Het gebruik van de AV bron (ingebouwd DVD-station en radio)
U kunt de volgende bronnen weergeven of gebruiken met het navigatiesysteem.
• DVD-Video
•CD
•MP3 disc
•Radio (FM)
•Radio (AM)
• Muziekbibliotheek
Over de muziekbibliotheek Hoofdstuk 11 Dit hoofdstuk beschrijft het gebruik en de
basisbediening van de audiobron.
Basiswerking
Het Audio bedieningscherm omschakelen
1 Druk op de AV toets om naar het
audiobedieningsscherm over te schakelen.
Bronselectie
Selecteer een bron op “AV Source Menu”
1 Druk op de AV toets om naar het
audiobedieningsscherm over te schakelen.
2 Het signaalbron pictogram aantippen.
Bronpictogram
3 Tip de gewenste bron aan.
Hoofdstuk
10 Het gebruik van de AV bron (ingebouwd DVD-station en radio)
(1)
(1) Toetsen op het aanraakpaneel
Tip [Hide] aan om de toetsen van het
tiptoetspaneel te verbergen. Als u het scherm aanraakt, verschijnen de tiptoetsen opnieuw.
Om de bron uit te schakelen, tipt u [OFF]
aan.
Tip [REAR SCREEN] aan om de bron voor
“Display achter” te selecteren.
“Video van het “Display achter” selecteren”
Pagina 153
Selecteer een bron met de AV toets
U kunt op de AV toets drukken om tussen de bron te schakelen.
1 Druk op de AV toets om naar het
audiobedieningsscherm over te schakelen.
2 Druk op AV toets om de gewenste bron te
selecteren.
Druk herhaaldelijk op de AV toets om te schakelen tussen de volgende signaalbronnen:
97
CRB2312A_Nederlands.book Page 98 Thursday, February 8, 2007 9:36 PM
100
[CD/ROM (MP3)/DVD] (ingebouwd DVD station) — [LIBRARY] (Muziekbibliotheek) — [FM] (FM tuner) — [AM] (AM tuner) — [iPod] (iPod) — [M-CD] (multi-CD) — [TV] (televisie) — [AV INPUT] (video ingang) — [AUX] (Externe uitrusting) — [EXT 1] (Externe eenheid 1) — [EXT 2] (Externe eenheid 2) In de volgende gevallen kunt u de
ingestelde geluidssignaalbron niet gebruiken:
— Als een toestel dat overeenkomt met een
bron niet op dit navigatiesysteem is aangesloten.
— Als er geen disc in het navigatiesysteem is
geplaatst.
— Als er geen magazijn ingesteld in de multi-
CD speler is geplaatst.
—Als [AUX Input] is ingesteld op [Off].
“Aan/uit zetten van de externe aansluiting”
10
Hoofdstuk
Het gebruik van de AV bron (ingebouwd DVD-station en radio) AV
Pagina 150
—Als [AV Input] niet is ingesteld op
[Video].
“Video-ingangssignaal instellen”
Pagina 150
De term “Externe eenheid” verwijst naar
toekomstige Pioneer apparaten die momenteel nog niet deel uitmaken van de installatie. Het is namelijk zo dat, hoewel apparaten niet volledig bediend worden door dit navigatiesysteem, zij de bediening van de basisfuncties toelaten. Dit systeem kan twee externe apparaten aandrijven. Wanneer er twee externe toestellen zijn aangesloten, wordt de toewijzing aan het externe toestel 1 of het externe toestel 2 automatisch geregeld door dit navigatiesysteem.
Wanneer de [Auto ANT] modus ingesteld is
op [Radio], kan de antenne van het voertuig opgeborgen of uitgeschakeld worden door de ondervermelde instructies te volgen.
— Wijzig de bron van radio (AM of FM) naar
een andere bron. — De bron uitschakelen. — Draai de contactschakelaar (ACC OFF) uit.
Wanneer de [Auto ANT] modus ingesteld is op [Power], kan de antenne van het voertuig enkel opgeborgen of uitgeschakeld worden als de ACC op “OFF” staat.
[Auto ANT] Pagina 151
Over de besturing afstandsbediening
Als u met de “CD-SR1” Sturen
PHONE MENU toets
Schakelt over op het telefoonmenu wanneer de Bluetooth apparatuur (afzonderlijk verkocht) aangesloten is.
VR ACTIVATION / OFF HOOK toets
Druk op deze toets om een inkomende oproep te aanvaarden. In andere situaties drukt u op deze toets om de spraakbediening te starten.
VR CANCEL / ON HOOK toets
Druk op deze toets om een inkomende oproep te verwerpen. Druk op deze toets om de telefoon op te hangen na een gesprek. In de spraakbediening, keert u naar het vorige scherm.
 toets: Zelfde functie als het P.LIST (/) toets.
 toets:
Zelfde functie als het TRK (/) toets.
+, – toets: Zelfde functie als het VOL (/) toets.
BAND toets: Zelfde functie als het [Band] tiptoets.
SOURCE toets:
Zelfde functie als het AV toets.
afstandsbediening (afzonderlijk verkocht) werkt, kunt u de volgende toetsen gebruiken:
98
Loading...