Miele T 7000 C Primavera Plus User Manual [nl]

5 (1)
Gebruiksaanwijzing
condensdroger Primavera Plus T 7000 C
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u dit toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw eigen veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
M.-Nr. 09 042 820
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
de handelaar bij wie u het kocht
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut. Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap­paraten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio­neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be­handeling kunnen deze stoffen schade­lijk zijn voor de gezondheid en het mi­lieu. Verwijder het afgedankte apparaat dan ook nooit met het gewone afval.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
– of
de firma Recupel,
­telefoon 02 706 86 10,
­website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus sen kindveilig wordt bewaard voor u het
­laat wegbrengen.
Stroom sparen
Zo kan u vermijden dat de droogtijd on­nodig langer duurt en er meer stroom wordt verbruikt:
– Laat het wasgoed in de wasauto-
maat tegen het hoogste toerental centrifugeren. Zo spaart u bij het drogen ca. 30 % stroom en tijd als u bv. bij 1600 t.p.m. in de plaats van bij 800 t.p.m. laat centrifugeren.
Gebruik tijdens elk droogprogramma de volledige trommellading. Dan is het stroomverbruik voor de hele lading het gunstigst.
Zorg voor een degelijke ventilatie van het vertrek waar het toestel moet werken.
Maak na elke droogbeurt absoluut de pluizenzeven schoon.
Controleer af en toe de warmtewisse laar. Maak die schoon als dat nodig blijkt.
-
-
Als u vragen heeft omtrent het af danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
2
-
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................2
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen ..........................6
Bediening van de droogautomaat ...................................10
Bedieningspaneel .................................................10
Opmerkingen omtrent het wasgoed..................................12
Onderhoudssymbolen op het etiket ...................................12
Droogtips ........................................................12
Zo droogt u juist..................................................13
Korte handleiding .................................................13
Extra functies/Startuitstel ..........................................16
Extra functies .....................................................16
Temperatuur laag ...............................................16
Zoemer N .....................................................16
Startuitstel , .....................................................16
Programmaoverzicht ..............................................17
Programmaverloop wijzigen ........................................20
Lopend programma................................................20
- veranderen ..................................................20
- afbreken en een nieuw programma kiezen. ..........................20
- afbreken en het wasgoed uitnemen. ...............................20
Wasgoed toevoegen of uitnemen .....................................20
Resterende tijd....................................................20
Elektronisch slot .................................................21
3
Inhoud
Reiniging en onderhoud ...........................................22
Het condenswaterreservoir leegmaken.................................22
Pluizenzeef schoonmaken ...........................................23
Droog schoonmaken ............................................23
De zeven vochtig schoonmaken ...................................24
De droogautomaat zelf .............................................24
De warmtewisselaar schoonmaken ....................................25
De warmtewisselaar uitnemen .....................................25
De warmtewisselaar controleren ...................................26
De warmtewisselaar schoonmaken .................................26
De warmtewisselaar terugzetten ...................................27
Storingen verhelpen ..............................................28
Wat gedaan als...?...............................................28
Controle- en foutmeldingen .........................................28
Een niet-bevredigend droogresultaat ..................................32
Andere problemen.................................................33
Het lampje vervangen ..............................................35
Technische dienst ................................................36
Herstellingen .....................................................36
Het programma updaten ............................................36
Duur en voorwaarden van de waarborg ................................36
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ..................................36
Opstellen en aansluiten............................................37
Vooraanzicht .....................................................37
Achteraanzicht....................................................38
Opstellingsplaats ..................................................38
Droogautomaat naar de opstellingsplaats dragen......................38
Was- en droogzuil...............................................38
Droogautomaat uitlijnen ..........................................39
Opstellingsruimte verluchten ......................................39
Voordat u het toestel transporteert ..................................39
Het condenswater laten afvoeren .....................................40
De afvoerslang (in de wasbak/ afvoeropening in de vloer) hangen.........41
Bijzondere aansluitomstandigheden ................................41
Elektrische aansluiting ..............................................43
4
Inhoud
Verbruiksgegevens ...............................................44
Technische gegevens .............................................45
Programmeerfuncties .............................................46
Restvochtigheid in het programma "Katoen" wijzigen ......................46
Restvochtigheid in het programma "Kreukherstellend" wijzigen ..............47
Kreukbeveiliging instellen............................................48
Het volume van de zoemer instellen ...................................49
Restvochtigheid in het programma "Automatisch plus" wijzigen..............50
Verlenging van de afkoeltijd instellen ..................................51
Stand-by instellen .................................................52
Memory-functie instellen ............................................54
Functie van de aanduiding Filters wijzigen ..............................55
Bevestigingstoon instellen ...........................................56
Instelling van de geleidbaarheid wijzigen ...............................57
Droogtegraadstappen toevoegen .....................................58
5
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Lees absoluut deze gebruiksaan
~
wijzing.
Deze droogautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor schriften. Bij ondeskundig gebruik kan er schade optreden aan het toe stel en kan de gebruiker gevaar lo pen.
Lees aandachtig deze montage- en gebruiksaanwijzing voor u deze droogautomaat monteert en ge­bruikt. U vindt er belangrijke opmer­kingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van het toestel. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan de droogau­tomaat.
Gebruik de droogautomaat uitslui
~
tend in huishoudelijke toepassingen en enkel om textiel te drogen waarvan de fabrikant op het wasetiket heeft aange geven dat het machinaal mag worden gedroogd.
­Gebruik voor andere doeleinden is niet
toegelaten. Miele is niet verantwoorde lijk voor schade die wordt veroorzaakt
-
door een ander gebruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bedie ning.
-
-
De droogautomaat is niet geschikt
~
voor gebruik in open lucht.
Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om deze droog­automaat veilig te bedienen, mogen deze droogautomaat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een ver­antwoordelijk iemand gebruiken.
-
-
-
-
Kinderen in het huishouden
Bewaar deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
Deze droogautomaat is bedoeld
~
voor gebruik in het huishouden en in gelijkaardige omgevingen, zoals:
in winkels, kantoren en gelijkaardige werkomgevingen
in agrarische omgevingen
door klanten in hotels, motels, bed-and-breakfasts en andere typische woonomgevingen.
6
Let op kinderen die in de buurt van
~
de droogautomaat komen. Laat ze nooit met het toestel spelen.
Kinderen mogen de droogautomaat
~
alleen maar gebruiken wanneer hen de bediening ervan zo uitgelegd is dat ze de droogautomaat veilig kunnen be dienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kun nen beseffen.
-
-
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Technische veiligheid
Controleer of de droogautomaat
~
geen zichtbare schade vertoont voor dat u het opstelt. Beschadigde droogautomaten mag u nooit opstellen noch in gebruik nemen.
Vergelijk de gegevens omtrent de
~
aansluiting (smeltveiligheden, spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van het elektriciteitsnet bij u ter plaatse voordat u het toestel aansluit. Vraag eventueel uitleg aan een elektri cien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van dit toe-
~
stel is enkel gewaarborgd zo het op een volgens de voorschriften geïnstal­leerd aardsysteem is aangesloten. Het is heel belangrijk dat aan deze funda­mentele veiligheidsvoorwaarde is vol­daan. In geval van twijfel dient u uw in­stallatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aan­sprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroorzaakt doordat de aard­leiding onderbroken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen
~
geen verlengsnoer. Gebruik van een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand.
-
-
Defecte onderdelen mogen enkel
~
worden vervangen door originele Miele vervangstukken. Enkel daardoor bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele op het stuk van veilig heid stelt.
Is het aansluitsnoer beschadigd,
~
laat het dan vervangen door een vak man die door Miele erkend is. Zo ver mijdt u risico's voor wie het toestel ge bruikt.
Bij storingen of bij reiniging en on
~
derhoud is uw toestel pas van het stroomnet losgekoppeld indien:
– u de stekker uit het stopcontact haalt
of
– de zekering op uw elektrische instal-
latie uitgeschakeld is
– de schroefzekering op uw elektrische
installatie helemaal uitgedraaid is.
Deze droogautomaat mag niet ge-
~
bruikt worden op een beweegbare plaats (bv.schip).
Verander niets aan de droogauto
~
maat als dit niet uitdrukkelijk door Miele wordt toegelaten.
-
-
-
-
-
-
-
Door ondeskundig uitgevoerde re
~
paraties kunnen er onvoorziene risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele niet aansprakelijk worden ge steld. Reparaties mag u uitsluitend la ten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op waarborg.
-
-
-
7
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Efficiënt gebruik
Wegens brandgevaar is het
~
verboden textiel te drogen:
indien ze ongewassen zijn.
indien ze niet voldoende gereinigd
zijn en waarop oliehoudende, vethoudende of andere resten aan wezig zijn (bijv. wasgoed dat wordt gebruikt in de keuken of voor cosmeticatoepassingen en waarop zich olie-, vet- of crèmeresten bevin den). Als u textiel droogt dat niet vol doende gereinigd is, bestaat er ge vaar op zelfontbranding, zelfs wan­neer het droogproces beëindigd is en het wasgoed zich niet langer in de droogautomaat bevind.
– waarop brandgevaarlijke reinigings-
producten of resten van acteon, al­cohol, benzine, petroleum, vlekkenverwijderaar, terpentijn, wasverwijderaar of chemische prod­ucten (kan het geval zijn bij zwabbers, dweilen, stofdoeken) aan wezig zijn.
waarop resten van een haarverstevigingsproduct, hairspray, nagellakverwijderingsproduct of gelijkaardig product voorkomen.
Dergelijk sterk vervuild wasgoed moet u grondig wassen: gebruik hierbij voldoende wasmiddel en selecteer een hoge temperatuur. Bij twijfel dient u het verscheidene malen te wassen.
Wegens brandgevaar is het steeds
~
verboden textiel te drogen dat:
hoofdzakelijk schuimrubberen, rub
beren of rubberachtige delen bevat. Dat zijn bijvoorbeeld producten uit latexschuimrubber, douchemutsen, waterdicht textiel, gegommeerde arti
-
-
-
kelen en kledingsstukken, hoofdkussens met schuimrubbervlokken.
een vulling heeft en beschadigd is
(bijv. kussens of jasjes). Vulling die
­eruit valt kan brand veroorzaken.
Bij vele programma's komt na de
~
verwarmingsfase een koelfase om er zeker van te zijn dat de stukken was­goed op een temperatuur blijven waar­bij ze niet beschadigd worden ( bijv. het vermijden van zelfontbranding). Pas daarna is het programma ten einde. Het wasgoed altijd direct en volledig na einde van het programma verwijderen.
Waarschuwing: de droogautomaat
~
-
nooit uitschakelen voor beeindiging van het droogprogramma. Behoudens als alle stukken wasgoed onmiddellijk ver wijderd worden en zo uitgespreid dat de warmte kan afgegeven worden.
Wasverzachter of gelijkaardige
~
producten moeten zo gebruikt worden als bepaald in de gebruiksaanwijzing ervan.
-
-
-
-
8
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Gebruik uw droogautomaat niet zon
~
der pluizenzeef noch met een bescha digde pluizenzeef.
De pluizenzeef moet regelmatig ge
~
reinigd worden.
Gebruik uw droogautomaat nooit
~
zonder luchtafvoerleiding.
Droog de pluizenfilters na een voch
~
tige reiniging goed af. Door natte zeven kunnen er storingen in de werking van uw toestel optreden!
Stel uw droogautomaat niet op in
~
een vertrek waar het kan vriezen. Tem peraturen rond of onder het vriespunt brengen de goede werking van het toe­stel in het gedrang. Bevroren condens­water in pomp en afvoerslang kan schade veroorzaken. De toegelaten kamertemperatuur mag tussen +2 °C en +35 °C liggen.
Wanneer u een externe afvoerslang voor het condenswater aansluit, moet u de slang vastmaken indien u die in een wasbak hangt. Anders kan de slang wegglijden en kan het weglopende water schade veroor zaken.
-
-
-
-
-
-
Hou de omgeving van het toestel
~
steeds vrij van stof en pluizen. Vuildeeltjes in de aangezogen koellucht kunnen na verloop van tijd de warmte wisselaar verstoppen.
Leun niet op de toesteldeur. Anders
~
gaat het toestel kantelen.
Sluit de deur na elk gebruik. Zo
~
voorkomt u dat
kinderen in het toestel proberen te
kruipen of er voorwerpen in verstop pen.
er kleine dieren in de trommel krui
pen.
De droogautomaat niet nat
~
afspuiten.
Accessoires
Alleen toebehoren die Miele uitdruk-
~
kelijk heeft goedgekeurd, mogen wor­den gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemon­teerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op garantie en/of productaan sprakelijkheid.
-
-
-
-
Condenswater is geen drinkwater.
~
Het kan de gezondheid van mens en dier schade toebrengen.
Miele is niet aansprakelijk voor scha de die ontstaan is doordat deze vei ligheidsrichtlijnen niet in acht wer den genomen.
-
-
-
9
Bediening van de droogautomaat
Bedieningspaneel
a Display Perfect Dry
Voor alle droogtegraadprogramma's. Zie volgende pagina.
b Display
Zie volgende pagina.
c Toets Startuitstel ,
Deze toets heeft een dubbele func­tie:
- Startuitsteltijd kiezen
- Programmaduur Warme lucht/ Koude lucht kiezen.
d Toets Zoemer N
Het einde van het programma wordt akoestisch aangegeven.
e Controle-/storingslampje
Zie hoofdstuk "Storingen verhelpen" en "Klantendienst".
f Toets Start/Stop
Hiermee wordt het programma ge start of afgebroken. De toets knippert bij programmakeu ze en brandt na de start van het pro gramma.
g Toets Temperatuur laag
Delicaat wasgoed wordt bij lage tem­peratuur gedroogd.
h Toets voor droogtegraden
Controlelampjes kenmerken de ge­kozen droogtegraad.
i Programmakiezer
De controlelampjes geven het geko­zen programma aan.
j Toets Deur
U kan de toesteldeur steeds met deze toets openmaken, of het toestel onder stroom staat of niet.
k Toets Aan/Uit jk
Om in en uit te schakelen.
-
-
-
10
Bediening van de droogautomaat
Op de display wordt het volgende weergegeven
De duur van het programma.
Het programmaverloop
Drogen Koude lucht Einde.
Controle- en storingsmeldingen.
Bovendien worden op de display de volgende functies geselecteerd
De programmaduur Warme lucht,
Koude lucht.
– Het startuitstel.
U kunt een gekozen programma la­ter door de droogautomaat laten starten Na afloop van het startuitstel start het programma automatisch.
– De programmeerfuncties.
Met de programmeerfuncties kunt u de elektronische besturing van de droogautomaat aan uw specifieke wensen aanpassen. Meer informatie vindt u in de gelijknamige rubriek, op het einde van deze handleiding.
Indicator Perfect Dry
Het Perfect Dry-systeem meet de rest vochtigheid van het wasgoed in de droogtegraadprogramma's en zorgt zo voor een precieze droging.
Na het starten van het programma be rekent de elektronische besturing de programmaduur (resttijdprognose). Hiervoor knippert het controlelampje Perfect Dry.
Na korte tijd wordt de programmaduur getoond en dooft het controlelampje. Bij het bereiken van de ingestelde droogtegraad licht het controlelampje Perfect Dry op tot het einde van het programma.
De indicator Perfect Dry blijft bij deze tijdgestuurde programma's altijd don ker: Finish Wol, Koude lucht, Warme
lucht, Gladstrijken.
Opmerking bij de programma duur / resttijdprognose
Op de display wordt de vermoedelijke programmaduur getoond (resttijdprognose). Op grond van deze factoren kan de schatting van de resterende tijd telkens weer verschillen: het resterende vocht na het centrifugeren, de textielsoort, de hoeveelheid wasgoed, de kamertempe­ratuur of spanningsschommelingen in het stroomnet.
Daarom past de elektronische bestu ring zich bij elke lading wasgoed tel kens opnieuw aan. Zo wordt de reste rende tijd steeds nauwkeuriger aange duid. De resttijdprognose wordt tijdens het drogen gecontroleerd. Daardoor kan de tijdsaanduiding in enkele geval len verspringen.
-
Programma's kunnen eveneens te vroeg ten einde lopen. Bijvoorbeeld bij heel fijne weefsels, een zeer kleine la ding of indien er even tevoren nog werd gedroogd.
-
-
-
-
-
-
-
-
-
11
Opmerkingen omtrent het wasgoed
Onderhoudssymbolen op het etiket
"Drogen"
q Normale/hogere temperatuur. r Lagere temperatuur:
Temperatuur laag kiezen (voor delicaat wasgoed).
s Niet geschikt voor de droogau
tomaat.
Strijken en mangelen
I Zeer heet. H Heet. G Warm. J Niet strijken/mangelen.
Droogtips
– Houd steeds rekening met de maxi-
mumlading die in de rubriek "Pro­grammaoverzicht" wordt opgegeven.
Bij een overladen trommel wordt het wasgoed niet zo behoedzaam be handeld. Het droogresultaat komt hierbij in het gedrang en er kunnen ook meer kreuken optreden.
Stop geen drijfnat wasgoed in de trommel! Textiel na het wassen min stens 30 seconden laten centrifuge ren.
Maak jassen open matig zouden drogen.
Een gemengde lading van katoen, bont wasgoed, kreukherstellend tex tiel kunt u in het prrogramma Auto matic+ drogen.
Wol en gemengde weefsels die wol bevatten hebben de neiging te vilten
, opdat ze gelijk
-
of te krimpen. U kunt ze enkel dro gen in het speciale programma Finish wol.
Met dons gevuld textiel:
van de kwaliteit heeft het fijne weef sel binnenin de neiging te krimpen. Dergelijk textiel kan wel drogen in het speciale programma Ontkreu
-
-
-
-
-
-
ken.
Zuiver linnen weefsel
kel machinaal als de fabrikant dit op het onderhoudsetiket vermeldt. An ders kan het weefsel "ruig" worden.
Machinaal gebreide textielsoorten
(bijv. T-shirts, ondergoed) hebben de neiging bij de eerste wasbeurt te krimpen. Daarom: Het textiel niet te lang laten drogen. Daarmee vermijdt u dat het verder krimpt. Koop machi­naal gebreid textiel eventueel een of twee maten groter.
– Hoe meer kreukherstellend
u in de trommel doet, hoe groter de kans op kreuken voor heel delicaat weefsel (bijv. overhemden, bloezen). In twijfelgevallen beperkt u de lading door ze op te delen.
Gesteven wasgoed automaat worden gedroogd. Om het gewone glanseffect te verkrijgen dient u wel de dosis stijfsel te ver dubbelen.
Nieuw donker textiel moet u voor de eerste droogbeurt afzonderlijk grondig wassen. Dit niet samen met licht ge kleurd textiel drogen, omdat het kleur kan afgeven (ook op de kunststofonderdelen in de droogauto maat). Er kunnen zich daar ook plui zen van een andere kleur op afzetten.
naargelang
: droog dit en
wasgoed
. Dit geldt vooral
kan in de droog
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
12
Zo droogt u juist
Korte handleiding
De titels met een getal (A, B, C ...) kan u gebruiken als een handleiding.
A De was voorbereiden
Maak het gewassen textiel luchtig en sorteer het volgens... . . . gewenste droogtegraad, . . . vezel- en weefselsoort, . . . gelijk formaat, . . . dezelfde restvochtigheid na het
centrifugeren.
Zo verkrijgt u een gelijkmatig droogre sultaat.
Verwijder wasmiddelkorfjes, do-
,
seerbekers e.d. uit het wasgoed. Deze objecten kunnen tijdens het drogen smelten en schade teweeg­brengen aan toestel en wasgoed.
– Controleer zomen en naden, zodat er
geen voering kan uitvallen.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht. Zo komen er geen kleinere stukken wasgoed in terecht.
-
C De droogautomaat laden
Druk op toets Deur om de toesteldeur
^
te openen.
Leg het wasgoed losjes in de trom
^
mel.
Hou rekening met de maximumla ding in de rubriek "Programmaover zicht". Bij een overladen trommel wordt het wasgoed niet zo behoedzaam be handeld en komt het droogresultaat in het gedrang.
^ Kijk na of de pluizenzeef goed inge-
schoven zit voor u de deur sluit.
-
-
-
-
Doe ritsen, haken en ogen dicht.
Knoop rok-, broeksriemen en schort banden samen.
Geloste bh-beugels kan u vastnaaien of verwijderen.
B De droogautomaat inschakelen
^
Druk toets jk uit in.
U kan het toestel ook na het laden in schakelen. Dan wordt de trommel even wel niet verlicht (stroombesparing).
-
-
Laat bij het sluiten geen stukken wasgoed tussen de deur geklemd raken. Anders loopt het textiel scha de op.
^
Zwaai de toesteldeur zachtjes dicht. U kan ze ook laten aanleunen en
­dichtdrukken.
-
13
Zo droogt u juist
D Een programma kiezen
Selecteer het gewenste programma.
^
Het overeenkomstige controlelampje brandt. Daarnaast kunnen ook de controle­lampjes van de droogtegraden of de extra functies branden en kunnen tijdsaanduidingen worden weergege­ven.
Droogtegraadprogramma's
– Witte/Bonte was, Kreukherstellend,
Fijne was, Express, Automatic +, Jeans
Tip:
U kunt bij enkele programma's droogtegraadstappen toevoegen (zie hoofdstuk "Programmeerfuncties").
Finish Wol, Gladstrijken
het programma kan niet worden ge
wijzigd.
Programmaduur Koude lucht/Warme lucht kiezen
Het controlelampje van de toets Start uitstel knippert bij selectie.
^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel
tot de gewenste tijd op het display wordt weergegeven.
Beschikbaar bereik:
Koude lucht: 20 minuten tot 1:00 uur.
Warme lucht: 15 minuten tot 2:00 uur.
E Extra functies / startuitstel kiezen
^ U kunt via een druk op de knop kie-
zen:
Temperatuur laag, Zoemer N, Start uitstel , (zie hoofdstuk "Extra func
ties/Startuitstel"). De kreukbeveiliging (zie volgende pagina) is constant ingeschakeld.
-
-
-
-
^
Druk zo vaak op de toets tot het ge wenste controlelampje aangaat (in bijna alle programma's).
Bij Witte/Bonte Was, Express kunt u 4 droogtegraden kiezen. Bij de overige programma's is de keuze beperkt of kan ze niet worden gewijzigd.
14
Let wel: De functie Startuitstel kan niet worden gecombineerd met Warme lucht, Koude lucht.
-
Zo droogt u juist
F Een programma starten
Tijdens de programmakeuze knippert de toets Start/Stop. Het knipperen van het lampje betekent dat u een program ma kunt starten.
Druk op de toets Start / Stop.
^
De toets Start/Stop gaat aan.
De indicator Perfect Dry knippert/licht alleen op bij de droogtegraadprogram ma's. De indicator blijft bij tijdgestuurde programma's altijd donker (zie hoofd stuk "Bediening van de droogauto maat").
Opmerking: De op het display getoonde duur is de vermoedelijke duur en kan verschillen.
Vóór het einde van het programma
Op de verwarmingsfase volgt een koelfase (Koude lucht brandt). Pas daarna is het programma ten einde. Geen afkoelfase bij: Finish Wol.
-
-
G Einde van het programma - het
wasgoed uit het toestel halen
0 en Einde op het display duiden erop dat het programma ten einde is. De
­zoemer weerklinkt met tussenpozen (in dien ingesteld).
De trommel draait met kreukbeveiliging na afloop van het programma nog 2 uur lang met tussenpozen, wanneer u het
-
wasgoed niet meteen uit het toestel kunt nemen. Dat beperkt kreuken. Geen kreukbeveiliging bij: Finish Wol.
Druk op de toets Deur.
^
^ Open de deur.
^ Neem het wasgoed uit de trommel.
Vergeet geen stukken wasgoed in de trommel! Achtergebleven was­goed kan schade oplopen doordat dit overmatig droogt.
Als de droogautomaat ingeschakeld is en de toesteldeur open staat, gaat de trommelverlichting na enkele minuten uit (stroombesparing).
-
^
Druk op de toets jk om het toestel uit te zetten.
^
Maak de pluizenfilters schoon.
^
Sluit de deur.
^
Giet het condenswaterreservoir leeg (als er geen afvoer voor het condens water is voorzien).
^
De warmtewisselaar moet regelmatig worden gecontroleerd en indien no dig worden gereinigd (zie rubriek "Reiniging en onderhoud").
-
-
15
Extra functies/Startuitstel
Extra functies
Temperatuur laag
Gevoelig wasgoed (met onderhouds symbool r, bijvoorbeeld voor acryl) wordt aan een lagere temperatuur en langer gedroogd.
Bij enkele programma's is Temperatuur laag constant ingeschakeld (kan niet worden uitgeschakeld).
Zoemer N
Wanneer het programma afgelopen is, weerklinkt een geluidssignaal (maxi­mum 1 uur met tussenpozen).
Een aanhoudende waarschuwingstoon bij storingen weerklinkt ook als de zoe­mer is uitgeschakeld.
-
Startuitstel ,
Hiermee kunt u een latere programma­start kiezen, die 30 minuten tot 24 uur wordt uitgesteld.
^
Kies een programma.
^
Druk zo vaak op de toets Startuitstel , tot de gewenste tijd in de display verschijnt.
Het controlelampje Startuitstel , knippert.
De keuze gebeurt in stappen van een half uur tot 10^, daarna in stap pen van een uur.
Door de toets Startuitstel , inge drukt te houden, telt de tijd automa tisch op tot 24^.
-
-
-
Starten
Druk op de toets Start/Stop.
^
Het controlelampje Startuitstel ,
brandt.
Het startuitstel telt bij meer dan 10^
af in stappen van een uur, daarna in stappen van een minuut totdat het programma start.
De trommel draait na elk uur gedu
rende korte tijd (om kreuken te voor komen).
Startuitstel wissen/wijzigen
^ Druk op de toets Start/Stop om het
startuitstel te wissen.
^ Druk zo vaak op de toets Startuitstel
tot de gewenste tijd in de display ver­schijnt.
^ Druk op de toets Start/Stop, zodat het
startuitstel opnieuw begint.
Wasgoed toevoegen
Terwijl het startuitstel wordt afgeteld, kunt u nog wasgoed aan de trommel toevoegen:
^
Schakel de droogautomaat uit.
Het openen van de deur zonder het toestel vooraf uit te schakelen, wist het startuitstel.
^
Open de deur en voeg het wasgoed toe.
^
Sluit de deur en schakel de droogau tomaat in.
-
-
-
16
Programmaoverzicht
Witte/Bonte was maximum 7 kg*
Kastdroog+, Kastdroog**
Textiel Textiel met een of meer lagen van katoen.
Bijvoorbeeld: badhanddoeken, badjassen, T-shirts, onder goed, beddengoed, babywasgoed.
Opmerking
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
Strijkdroog**, Mangeldroog
Textiel Katoen of linnen. Bijv. tafellakens, beddengoed, gesteven
Opmerking – Het te strijken wasgoed in afwachting oprollen om het
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
Kreukherstellend maximum 3,5 kg*
Kastdroog**, Strijkdroog
Textiel Kreukherstellend textiel van synthetisch of gemengd weefsel
Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
Fijne was maximum 2,5 kg*
Kastdroog, Strijkdroog
Textiel Delicaat wasgoed van synthetische vezels, gemengde weef
Temperatuur laag Kan niet worden uitgeschakeld.
* Gewicht van droog wasgoed ** Opmerking voor testinstellingen: programma-instelling voor tests volgens de
norm EN 61121 (zonder Temperatuur laag).
Kastdroog+ voor verschillende, meerlagige en zeer dikke
textielsoorten. Machinaal gebreid textiel (bijv. T-shirts, ondergoed en
babywasgoed) mag u niet Kastdroog+ laten drogen. Er is krimprisico.
wasgoed.
vochtig te houden.
of katoen. Bijv. truien, jurken, broeken, jasschorten, tafella­kens.
sels, kunstzijde of katoen met kreukherstellende eigenschap pen, bijv. hemden, bloezen, ondergoed, wasgoed met bedrukking.
-
-
-
17
Programmaoverzicht
Finish wol maximaal 2 kg*
Textiel Wolgoed.
Tip
Temperatuur laag Kan niet worden uitgeschakeld.
Express maximaal 3,5 kg*
Extra droog, Kastdroog, Strijkvochtig, Mangelvochtig
Textiel Niet-delicaat wasgoed met onderhoudssymbool q voor het
Tip Verkorte programmaduur.
Automatic + maximaal 5 kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Textiel Belading met wasgoed voor de programma's Witte/Bonte
Jeans maximaal 3 kg*
Kastdroog, Strijkvochtig
Textiel Jeansstof zoals broeken, jassen, rokken of overhemden. Temperatuur laag Voor gevoelig wasgoed met onderhoudssymbool r kiezen.
* Gewicht van het droge wasgoed
Wolgoed wordt in korte tijd luchtig en zacht gemaakt; het
wordt evenwel niet echt droog. Haal het textiel na afloop van het programma meteen uit
de trommel en laat het natuurlijk drogen.
programma Witte/Bonte was.
was en Kreukherstellend.
18
Loading...
+ 42 hidden pages