Miele G4100, G4105 User Manual [nl]

0 (0)
Gebruiksaanwijzing
Afwasautomaat
Lees beslist de gebruiksaanwijzing
en de montage-instructies voordat u uw afwas-
automaat plaatst, installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en
u vermijdt schade aan het toestel.
M.-Nr. 09 251 250
Beschrijving van het toestel .........................................4
Het toestel in één oogopslag..........................................4
Bedieningspaneel ..................................................5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu .......................16
Het wegdoen van het verpakkingsmateriaal .............................16
Uw toestel afdanken ...............................................16
Spaarzaam afwassen ..............................................17
Wanneer u het toestel voor het eerst in gebruik neemt ..................18
Het openen van de deur ............................................18
Het sluiten van de deur .............................................18
Kinderslot........................................................18
Waterontharder ...................................................19
Het programmeren van de waterhardheid ............................20
Het controleren van de geprogrammeerde waterhardheid ...............21
Voor het eerste gebruik hebt u nodig: ..................................22
Regenereerzout doseren ............................................22
Controlelampje F (zout bijvullent) .....................................23
Naspoelmiddel....................................................24
Het doseren van naspoelmiddel ......................................24
Controlelampje voor het ( ..........................................25
Het instellen van de hoeveelheid te doseren naspoelmiddel ................26
Vaatwerk en bestek in de afwasautomaat plaatsen .....................27
Vaatwerk en bestek die niet geschikt zijn voor de afwasautomaat ............28
Bovenste korf .....................................................29
Kopjesrooster (afhankelijk van het model) ............................29
Bovenste korf in de hoogte verstellen ...............................30
Onderste korf .....................................................31
Bestek ..........................................................32
Besteklade (afhankelijk van het model) ..............................32
Bestekkorf (afhankelijk van het model)...............................33
Bediening .......................................................34
Reinigingsmiddelen ................................................34
Het doseren van reinigingsmiddel.....................................35
Afwasautomaat inschakelen .........................................36
Programma kiezen.................................................36
Programma starten ................................................36
Weergave van het programmaverloop .................................36
Inhoud
2
Stand-bymodus ...................................................37
Einde van het programma ...........................................37
Afwasautomaat uitschakelen .........................................37
Vaatwerk uit de afwasautomaat halen ..................................38
Programma onderbreken............................................38
Van programma wisselen ...........................................38
Extra functies ....................................................39
Fabrieksinstellingen ................................................39
Reiniging en onderhoud ...........................................40
Spoelruimte reinigen ...............................................40
Deurdichting en deur reinigen........................................40
Voorzijde van het toestel reinigen .....................................41
Zeefcombinatie in de spoelruimte reinigen ..............................42
Sproeiarmen reinigen ..............................................44
Wat gedaan als... .................................................45
Technische storingen ..............................................45
Storingen in de watertoevoer/waterafvoer ...............................47
Algemene problemen met de afwasautomaat............................48
Geluiden ........................................................49
Onbevredigend resultaat............................................50
Storingen verhelpen ..............................................53
De filter in de watertoevoer reinigen ...................................53
Afvoerpomp en terugslagklep reinigen .................................54
Service-afdeling ..................................................55
Reparaties.....................................................55
Programma-actualisering (Update) .................................55
Voor testinstituten .................................................55
Programmaoverzicht ..............................................56
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................60
Elektrische aansluiting ............................................61
Wateraansluiting .................................................62
Het Waterproof System van Miele .....................................62
Watertoevoer .....................................................62
Waterafvoer ......................................................64
Technische gegevens .............................................65
Inhoud
3
Het toestel in één oogopslag
a Bovenste sproeiarm (niet zichtbaar)
b Besteklade (afhankelijk van het mo
-
del)
c Bovenste korf
d Middelste sproeiarm
e Luchttoevoer voor het drogen
(afhankelijk van het model)
f Onderste sproeiarm
g Filter
h Typeplaatje
i Kinderbeveiliging in de deurgreep
(niet zichtbaar)
j Reservoir voor naspoelmiddel
k Tweevaksdoseerbakje voor reini
-
gingsmiddel
l Reservoir voor regenereerzout
Beschrijving van het toestel
4
Bedieningspaneel
a Controlelampjes "Toevoer/Afvoer",
"Naspoelmiddel" en "Zout"
b Weergave van het programmaver
-
loop
c Toets J / M en controlelampje
J / M (start-stoptoets)
d Programmakiezer
e Toets K (aan-uittoets)
Kort overzicht van de symbolen
J / M Start-stoptoets
K Aan-uittoets
Weergave van het programmaver-
loop
8 Reinigen
G Drogen
O Einde
Controlelampjes
2 / 2 Toevoer/Afvoer
( Naspoelmiddel
F Zout
Programma's
Auto 55-65 °C Automatic 55-65 °C
, 75 °C Intensief 75 °C
: Energie spaar
1 Voorspoelen
9 40 °C Snel 40 °C
E 50 °C Licht vervuild 50 °C
In deze gebruiksaanwijzing worden meerdere afwasautomaatmodellen be
-
schreven. Deze hebben verschillende hoogten.
Deze modellen worden in de gebruiksaanwijzing als volgt aangeduid:
Normaal = Afwasautomaat met een hoogte van 80,5 cm (inbouwtoestel)
of 84,5 cm (vrijstaand toestel)
XXL = Afwasautomaat met een hoogte van 84,5 cm.
Beschrijving van het toestel
5
Deze afwasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheids
-
voorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers ech
-
ter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de montage-instructies op de montageschets en de ge
-
bruiksaanwijzing daarom aandachtig door voordat u deze afwas
-
automaat plaatst en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en
u vermijdt schade aan de afwasautomaat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en de montageschets en geef
deze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
~
Deze afwasautomaat is bedoeld voor gebruik in het huishouden
en gelijkaardige omgevingen.
~
Deze afwasautomaat is niet bestemd voor gebruik buiten.
~
Gebruik de afwasautomaat uitsluitend in huishoudelijke context
voor het afwassen van huishoudelijk vaatwerk.
Gebruik voor andere doeleinden is niet toegelaten. Miele is niet ver-
antwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge
-
bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
~
Personen die door hun fysieke, zintuiglijke of geestelijke mogelijk
-
heden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn
om deze afwasautomaat veilig te bedienen, mogen deze afwasauto
-
maat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verant
-
woordelijk iemand gebruiken.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
6
Kinderen in het huishouden
~
Kinderen jonger dan acht jaar moeten uit de buurt van de afwas
-
automaat worden gehouden, tenzij ze constant in het oog worden
gehouden.
~
Kinderen vanaf acht jaar mogen de afwasautomaat zonder toe
-
zicht bedienen, maar alleen wanneer hun de bediening ervan zo uit
-
gelegd is dat ze de afwasautomaat veilig kunnen bedienen. Kin
-
deren moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kun
-
nen beseffen.
~
Kinderen mogen de afwasautomaat niet zonder toezicht reinigen
of onderhouden.
~
Hou kinderen die in de buurt van de afwasautomaat komen in het
oog. Laat ze nooit met de afwasautomaat spelen. Wanneer zij dit
doen, bestaat het gevaar dat ze zich in de afwasautomaat opsluiten!
~
Zorg ervoor dat kinderen niet met reinigingsmiddelen in aanra-
king kunnen komen! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in
mond en keel veroorzaken of tot verstikking leiden. Laat kinderen
niet bij de afwasautomaat komen als deze geopend is. Er zouden
nog resten reinigingsmiddel in de afwasautomaat aanwezig kunnen
zijn.
Ga direct naar de dokter wanneer uw kind reinigingsmiddel binnen
-
gekregen heeft.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
7
Technische veiligheid
~
Controleer vóórdat de afwasautomaat wordt geplaatst of het toe
-
stel aan de buitenkant zichtbaar beschadigd is. Is dat het geval,
neem de afwasautomaat dan in geen geval in gebruik. Een afwasau
-
tomaat die beschadigd is, kan uw veiligheid in gevaar brengen.
~
De afwasautomaat mag alleen via een 3-polige stekker met aar
-
ding op het elektriciteitsnet worden aangesloten. De stekker mag
niet worden afgeknipt om het toestel vast aan te sluiten. U moet na
plaatsing van de afwasautomaat zonder problemen bij het stopcon
-
tact kunnen komen.
~
Wanneer zich in de buurt van de afwasautomaat een elektrisch
toestel bevindt, let er dan op dat de stekker van dit toestel niet
schuilgaat achter de afwasautomaat. Aangezien de inbouwnis niet
altijd diep genoeg is, kan er druk op de stekker ontstaan, wat het ri-
sico op oververhitting en daarmee op brand verhoogt.
~
De afwasautomaat mag niet onder een kookvlak worden geïnstal-
leerd. Een kookvlak straalt voor een deel hoge temperaturen af
waardoor de afwasautomaat beschadigd zou kunnen raken. Om de-
zelfde reden mag de afwasautomaat niet direct naast warmteprodu-
cerende toestellen worden geplaatst die niet standaard tot de keu
-
kenapparatuur behoren.
~
De afwasautomaat mag pas op het elektriciteitsnet worden aan
-
gesloten, nadat deze is geplaatst en geïnstalleerd en nadat de
deurveren zijn ingesteld.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
8
~
Controleer of de elektrische waarden van uw elektrische installa
-
tie (spanning, frequentie en zekering) overeenkomen met de gege
-
vens op het typeplaatje.
~
De elektrische veiligheid van deze afwasautomaat, wordt enkel
gewaarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat
volgens de voorschriften geïnstalleerd is. Het is heel belangrijk dat
aan deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. Laat uw
elektrische installatie bij twijfel door een vakman of vakvrouw con
-
troleren.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt
doordat de aardleiding onderbroken was of gewoon ontbrak. Er be-
staat in dat geval onder andere gevaar voor elektrische schokken.
~
Gebruik uit veiligheidsoverwegingen geen ongeschikte
stopcontactenblokken of ongeschikte verlengkabels om de afwas-
automaat aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheidsga-
ranties. Er bestaat onder andere gevaar voor oververhitting.
~
Deze afwasautomaat mag niet op niet-vaste plaatsen (bijv. op
een schip) worden gebruikt.
~
Plaats de afwasautomaat niet in een vertrek waar het kan vriezen.
Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De
betrouwbaarheid van de elektronische besturing kan door tempera
-
turen onder het vriespunt in het gedrang komen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
9
~
Het kunststof omhulsel van de wateraansluiting bevat een elek
-
trisch onderdeel. Dompel het omhulsel niet in vloeistof.
~
In de watertoevoerslang bevinden zich delen die onder spanning
staan wanneer het toestel op het elektriciteitsnet is aangesloten. De
slang mag daarom niet worden ingekort.
~
Het Waterproof System van Miele biedt een betrouwbare be
-
scherming tegen waterschade, maar alleen als aan de volgende
voorwaarden is voldaan:
Het toestel moet volgens de voorschriften geïnstalleerd zijn.
Wanneer er duidelijk sprake is van schade, moet het toestel wor-
den hersteld of moeten de desbetreffende onderdelen worden
vervangen.
Draai de waterkraan dicht bij
lange afwezigheid (bijv. vakantie).
Het Waterproof System werkt ook wanneer de afwasautomaat is uit-
geschakeld. De afwasautomaat moet dan wel op het elektriciteitsnet
zijn aangesloten.
~
Een afwasautomaat die beschadigd is, kan uw veiligheid in ge-
vaar brengen. Schakel het toestel meteen uit wanneer het bescha
-
digd is en neem contact op met uw Miele-handelaar of met de
dienst Herstellingen aan huis van Miele.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
10
~
Door ondeskundig uitgevoerde herstellingen kunnen er niet te on
-
derschatten risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan Miele
niet aansprakelijk worden gesteld. Herstellingen mag u uitsluitend
laten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn. Anders
is er bij schade achteraf geen aanspraak meer op garantie.
~
Laat defecte onderdelen enkel vervangen door originele
Miele-wisselstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen
aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
~
Bij onderhoudswerken dient u altijd het toestel los te koppelen
van het elektriciteitsnet. Schakel daartoe de afwasautomaat uit en
trek daarna de stekker uit het stopcontact, of schakel de hoofdscha-
kelaar in uw zekeringkast uit.
~
Wanneer de aansluitkabel is beschadigd, moet deze door een
speciale aansluitkabel worden vervangen. Neem contact op met uw
Miele-handelaar of met de dienst Herstellingen aan huis van Miele.
Om veiligheidsredenen mag de aansluitkabel alleen door een door
Miele erkende vakman of vakvrouw of door de dienst Herstellingen
aan huis van Miele worden vervangen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
11
Deskundige plaatsing
~
Neem bij plaatsing en aansluiting van de afwasautomaat de
montage-instructies in de montageschets in acht.
~
Wees voorzichtig vóór en tijdens het plaatsen en installe
-
ren van de afwasautomaat. U loopt het risico zich te ver
-
wonden/snijden aan bepaalde metalen onderdelen. Draag
beschermende handschoenen.
~
Om een perfecte werking te waarborgen, dient u het toestel wa
-
terpas op te stellen.
~
Voor de stabiliteit van de afwasautomaat is het noodzakelijk dat
onder of in te bouwen afwasautomaten uitsluitend worden geplaatst
onder een doorlopend werkblad dat is vastgeschroefd aan de kas-
ten die ernaast staan.
~
Wilt u van een vrijstaande afwasautomaat een onderbouwafwas-
automaat maken, vervang het sokkelpaneel dan door een sokkelpa-
neel dat hoort bij onderbouwafwasautomaten. Gebruik daarvoor de
daarbij horende ombouwset.
Doet u dat niet, dan loopt u het risico zich aan uitstekende metalen
onderdelen te verwonden.
~
De deurveren moet aan beide kanten gelijk worden ingesteld. Om
te controleren of ze juist zijn ingesteld, opent u de deur gedeeltelijk
(openingshoek van ca. 45°). Laat de deur vervolgens los. Als de
deur in de geopende stand blijft staan, zijn de deurveren juist inge
-
steld. De deur mag niet ongeremd naar beneden vallen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
12
Veilig gebruik
~
Gebruik geen oplosmiddelen in de spoelruimte. Dit in verband
met explosiegevaar.
~
Adem geen poedervormige reinigingsmiddelen in! Slik geen reini
-
gingsmiddelen in! Reinigingsmiddelen kunnen brandwonden in
neus, mond en keel veroorzaken. Ga direct naar de dokter wanneer
u een reinigingsmiddel hebt ingeademd of ingeslikt.
~
Laat de deur van de afwasautomaat niet onnodig openstaan. U
zou zich daaraan kunnen stoten.
~
Het vaatwerk kan na afloop van het programma zeer heet zijn!
Laat het vaatwerk daarom na het uitschakelen van de automaat in
de afwasautomaat afkoelen, totdat u het goed kunt vastpakken.
~
Wanneer de deur openstaat, ga daar dan niet op zitten of staan.
Doet u dat wel, dan kan het toestel kantelen. Daarbij kunt u letsel
oplopen of kan het toestel beschadigd raken.
~
Gebruik uitsluitend reinigingsmiddelen voor huishoudafwasauto-
maten. Gebruik geen handafwasmiddelen! Gebruik uitsluitend na-
spoelmiddelen voor huishoudafwasautomaten!
~
Gebruik geen reinigingsmiddelen die voor bedrijfs- of industriële
afwasautomaten zijn ontwikkeld. Doet u dat wel, dan kan er materië
-
le schade ontstaan en kunnen er hevige chemische reacties optre
-
den (bijv. een knalgasreactie).
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
13
~
Vul het naspoelmiddelreservoir niet met poedervormig of vloei
-
baar reinigingsmiddel. Dit zou het naspoelmiddelreservoir bescha
-
digen!
~
Vul het zoutreservoir niet met poedervormig of vloeibaar reini
-
gingsmiddel. Het reinigingsmiddel zou de waterontharder bescha
-
digen.
~
Gebruik uitsluitend speciaal grofkorrelig regenereerzout of ander
zout dat speciaal is ontwikkeld voor afwasautomaten.
Gebruik in geen geval andere soorten zout. Die bevatten soms niet
in water op te lossen deeltjes die een nadelig effect kunnen hebben
op de werking van de waterontharder.
~
Hebt u een afwasautomaat met een bestekkorf (afhankelijk van
het model), dan plaatst u bestek zo in de vakken van de bestekkorf
dat de snijkanten van de messen en de punten van vorken beneden
zitten. Dit is veiliger. Hou ermee rekening dat u zich kunt verwonden
aan snijkanten en punten van vorken die naar boven gericht zijn.
Wel is het zo dat bestek gemakkelijker wordt gereinigd en gedroogd
wanneer u het zo plaatst dat de scherpe kanten boven en de gre-
pen beneden zitten.
~
Reinig geen kunststof vaatwerk in de afwasautomaat dat niet hit
-
tebestendig is, zoals wegwerpbakjes of wegwerpbestek. Dit soort
vaatwerk kan door de hoge temperaturen vervormen.
~
Wanneer u de extra functie "Startuitstel" gebruikt (afhankelijk van
het model), moet u ervoor zorgen dat het doseerbakje voor het reini
-
gingsmiddel droog is. Reinigingsmiddel gaat in een vochtig doseer
-
bakje klonteren en wordt misschien niet volledig weggespoeld.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
14
Toebehoren
~
Alleen toebehoren dat Miele uitdrukkelijk heeft goedgekeurd,
mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onder
-
delen gemonteerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op garantie
en/of de productaansprakelijkheid.
Wat met een afgedankte afwasautomaat?
~
Maak het deurslot onbruikbaar zodat kinderen zich niet in het toe
-
stel kunnen opsluiten. Verwijder hiertoe de sluithaak van het deur
-
slot.
Wanneer de veiligheidsinstructies niet worden gevolgd, kan de
fabrikant niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daar
eventueel het gevolg van is.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
15
Het wegdoen van het verpak
-
kingsmateriaal
De verpakking beschermt het toestel
tegen transportschade. Er werd voor
milieuvriendelijk en recycleerbaar ver
-
pakkingsmateriaal gekozen.
Het gaat om de volgende soorten mate
-
riaal:
Buitenverpakking:
Golfkarton van 100 %
kringloopmateriaal,
andere mogelijkheid:
stretchfolie/wikkelfolie van polyethy-
leen (PE)
Kunststofomsnoeringsbanden van
polypropyleen (PP)
Binnenverpakking:
Expansieve polystyreen (EPS) zon-
der toevoeging van chloor of fluor
Bodem, deksellijst en steunlijsten van
onbehandeld hout van
bosteeltkundig beheerde bossen
Beschermingsfolie van polyethyleen
(PE)
Het recycleren van het verpakkingsma
-
teriaal vermindert de afvalproductie en
het gebruik van grondstoffen. Uw
Miele-handelaar neemt de verpakking
terug of geeft u informatie over de
dichtstbijzijnde mogelijkheid voor
teruggave.
Uw toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toe
-
stellen bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio
-
neren en de veiligheid van het toestel
nodig waren. Als deze stoffen bij het
restafval terechtkomen of verkeerd wor
-
den behandeld, kunnen ze schade be
-
rokkenen aan de gezondheid van men
-
sen en het milieu. Geef uw oud toestel
dus niet mee met het gewone huisvuil.
Breng het toestel liever naar het dichtst-
bijzijnde gemeentelijk containerpark.
Vraag meer informatie aan uw Miele-
handelaar.
Zorg er ook voor dat het toestel
kindveilig wordt bewaard voor u het
wegbrengt.
Alle kunststofonderdelen van het toestel
zijn gemarkeerd met een internationaal
erkend symbool. Daardoor kan bij het
afdanken van het toestel het
kunststofafval correct worden geschei
-
den voor milieuvriendelijke recyclage.
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
16
Spaarzaam afwassen
Deze afwasautomaat werkt uiterst
water- en energiebesparend.
U kunt nog spaarzamer te werk gaan
als u de volgende adviezen volgt:
^
Het is mogelijk om de afwasautomaat
op warm water aan te sluiten. Bijzon
-
der geschikt is een warmwateraan
-
sluiting bij een energetisch gunstige
warmwaterbereiding, bijv.
zonne-energie met circulatieleiding.
Bij elektrisch verwarmde installaties
is het echter aan te bevelen om uw
toestel op koud water aan te sluiten.
^ Benut de volledige beladingscapaci-
teit van de rekken zonder de afwas-
automaat te overladen. Zo wast u het
efficiëntst af.
^ Kies een afwasprogramma dat past
bij het soort vaatwerk en de mate van
vervuiling.
^ Gebruik het programma "Energie
Spaar" om energie te besparen.
Dit programma is voor de reiniging
van normaal vervuild vaatwerk het
efficiëntst qua energie- en waterver
-
bruik.
^
Neem de doseeraanwijzingen van de
reinigingsmiddelfabrikant in acht.
^
Wanneer u poedervormig of vloei
-
baar reinigingsmiddel gebruikt en de
rekken maar half beladen zijn, kunt u
de hoeveelheid reinigingsmiddel met
1
/
3
reduceren.
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
17
Het openen van de deur
^ Pak de deur bij de deurgreep en
druk het deurslot naar boven.
Wanneer de deur wordt geopend terwijl
de afwasautomaat in gebruik is, worden
alle functies automatisch onderbroken.
Het sluiten van de deur
^ Schuif de korven naar binnen.
^
Sluit de deur totdat deze vastklikt.
Kinderslot
Met het kinderslot kunt u voorkomen
dat kinderen de deur van de wasauto-
maat opendoen.
^ Schuif het schuifje onder de deur-
greep naar rechts om de deur te ver-
grendelen.
^ Schuif het schuifje naar links om de
deur te ontgrendelen.
Wanneer u het toestel voor het eerst in gebruik neemt
18
Waterontharder
Om goede reinigingsresultaten te be
-
reiken heeft de afwasautomaat zacht
(kalkarm) water nodig.
Bij hard water ontstaat er witte kalkaan
-
slag op het vaatwerk en op de wanden
van de spoelruimte.
Water met een waterhardheid van
Duitse of 7 ° Franse moet daarom wor
-
den onthard. Daar wordt in de inge
-
bouwde waterontharder automatisch
voor gezorgd.
De waterontharder heeft daarvoor
wel regenereerzout nodig.
De afwasautomaat moet precies wor-
den geprogrammeerd naar de hard-
heid van uw water.
^ Informeer bij het plaatselijke waterlei-
dingbedrijf wat voor hardheidsgraad
uw water precies heeft.
Programmeer bij een variërende water-
hardheid (bijv. 37 - 50 ° Duitse ofwel
67 - 90 ° Franse) altijd de hoogste
waarde (in dit voorbeeld 50 °d of 90 °f).
Bij een eventuele reparatie is het voor
de monteur makkelijk om de hardheid
van uw water te weten.
^
Noteer daarom de hardheid van uw
water:
°d
Vanuit de fabriek is een waterhard
-
heid van 12 - 15 °d ofwel 22 - 27 °f ge
-
programmeerd.
Wanneer deze waterhardheid overeen
-
komt met de hardheid van uw eigen
water, hoeft u dit hoofdstuk niet verder
te lezen.
Wanneer uw water echter een andere
hardheid heeft, moet u deze via de
toetsen en de programmakeuzeschake
-
laar van uw bedieningspaneel pro
-
grammeren.
Wanneer u het toestel voor het eerst in gebruik neemt
19
Het programmeren van de waterhard
-
heid
Bij het programmeren gaan iedere keer
nadat u op een toets hebt gedrukt weer
andere controlelampjes knipperen en
branden.
Voor de programmering zijn echter al
-
leen die controlelampjes van belang
die in de volgende stappen worden ge
-
noemd.
U kunt het programmeren altijd zon
-
der problemen afbreken en van vo
-
ren af aan beginnen, wanneer u de
afwasautomaat met de K toets uit-
schakelt.
^ Schakel de afwasautomaat met de
K - toets uit.
^ Draai de programmakeuzeschake-
laar op de "12 uur" - stand.
^ Druk op de J / M - toets, blijf erop
drukken en schakel tegelijk de af-
wasautomaat met de K- toets in.
Blijf daarbij minstens 4 seconden op
de J / M drukken totdat het con
-
trolelampje J / M gaat branden.
Als dit niet het geval is, begint u op
-
nieuw.
^
Draai de programmakiezer op de
"3 uur"-stand.
Het controlelampje 8 knippert 4x kort
achter elkaar.
Dit is vanuit de fabriek ingesteld.
De ingestelde hoeveelheid is te zien
aan het knipperritme van het controle
-
lampje 8 Zie tabel.
°d mmol/l °f Knipperritme
8
1 - 4 0,2 - 0,7 2- 7 1 x kort
5 - 7 0,9 - 1,3 9- 13 2 x kort
8 - 11 1,4 - 2,0 14- 20 3 x kort
12 - 15 2,2 - 2,7 22- 27 4 x kort
16 - 20 2,9 - 3,6 29- 36 5 x kort
21 - 25 3,8 - 4,5 38- 45 6 x kort
26 - 30 4,7 - 5,4 47- 54 7 x kort
31 - 36 5,6 - 6,5 56- 65 8 x kort
37 - 45 6,7 - 8,1 67- 81 9 x kort
46 - 70 8,3 - 12,6 83-126 1 x lang
^ Kies met de J / M - toets het
knipperritme dat hoort bij de hard-
heid van uw water.
Bij iedere druk op de toets krijgt men
een hogere waterhardheid.
Na de hoogste waterhardheid begint
het tellen weer van voren af aan.
Voorbeeld:
De waterhardheid bedraagt 22 °d of
40 °f.
Het controlelampje 8 knippert 6 keer
kort in intervallen .
^
Schakel de afwasautomaat met de
K-toets uit.
Wanneer u het toestel voor het eerst in gebruik neemt
20
Het controleren van de geprogram
-
meerde waterhardheid
^
Schakel de afwasautomaat met de
K-toets uit.
^
Draai de programmakiezer op de
"12 uur"-stand.
^
Druk op de J / M-toets, blijf erop
drukken en schakel tegelijk de af
-
wasautomaat met de K-toets in.
Blijf daarbij minstens 4 seconden op
de J / M -toets drukken totdat het
controlelampje J / M gaat branden.
^
Draai de programmakiezer op de
"3 uur"-stand.
Het controlelampje 8 knippert in dat
ritme dat hoort bij de ingestelde water-
hardheid. Zie tabel.
^ Schakel de afwasautomaat met de
K-toets uit.
Wanneer u het toestel voor het eerst in gebruik neemt
21
Loading...
+ 47 hidden pages