Gebruikershandleiding
© Copyright 2018 HP Development Company,
L.P.
Bluetooth is een handelsmerk van de desbetreffende houder en wordt door HP Inc. onder licentie gebruikt. Intel, Celeron en Pentium zijn handelsmerken van Intel Corporation in de Verenigde Staten en andere landen. Windows is een gedeponeerd handelsmerk of een handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. De enige garanties voor HP producten en diensten staan vermeld in de expliciete garantievoorwaarden bij de betreffende producten en diensten. Aan de informatie in deze handleiding kunnen geen aanvullende rechten worden ontleend. HP aanvaardt geen aansprakelijkheid voor technische fouten, drukfouten of weglatingen in deze publicatie.
Tweede editie: september 2018
Eerste editie: april 2018
Onderdeelnummer van document: L18895-332
Kennisgeving over het product
In deze handleiding worden de voorzieningen beschreven die voor de meeste producten beschikbaar zijn. Mogelijk zijn niet alle voorzieningen op uw computer beschikbaar.
Niet alle functies zijn beschikbaar in alle edities of versies van Windows. Voor systemen zijn mogelijk bijgewerkte en/of afzonderlijk aangeschafte hardware, stuurprogramma's, software en/of een BIOS-update vereist om volledig te kunnen profiteren van de functionaliteit van Windows. Windows 10 wordt automatisch bijgewerkt. Deze optie is altijd ingeschakeld. Uw internetprovider kan hiervoor kosten in rekening brengen. Voor latere updates kunnen mogelijk aanvullende vereisten gelden. Ga naar http://www.microsoft.com voor meer informatie.
Voor toegang tot de meest recente gebruikershandleidingen gaat u naar http://www.hp.com/support en volgt u de instructies om uw product te zoeken. Selecteer daarna Gebruikershandleidingen.
Softwarevoorwaarden
Door het installeren, kopiëren, downloaden of anderszins gebruiken van een softwareproduct dat vooraf op deze computer is geïnstalleerd, bevestigt u dat u gehouden bent aan de voorwaarden van de HP EULA (End User License Agreement). Indien u niet akkoord gaat met deze licentievoorwaarden, kunt u uitsluitend aanspraak maken op de mogelijkheid het gehele, ongebruikte product (hardware en software) binnen 14 dagen te retourneren, voor een volledige restitutie op basis van het restitutiebeleid van de desbetreffende verkoper.
Neem contact op met de verkoper voor meer informatie of om te vragen om een volledige restitutie van de prijs van de computer.
Kennisgeving aangaande de veiligheid
WAARSCHUWING! U kunt het risico van letsel door verbranding of van oververhitting van de computer beperken door de computer niet op schoot te nemen en de ventilatieopeningen van de computer niet te blokkeren. Gebruik de computer alleen op een stevige, vlakke ondergrond. Zorg dat de luchtcirculatie niet wordt geblokkeerd door een voorwerp van hard materiaal (zoals een optionele printer naast de computer) of een voorwerp van zacht materiaal (zoals een kussen, een kleed of kleding). Zorg er ook voor dat de netvoedingsadapter tijdens het gebruik niet in contact kan komen met de huid of een voorwerp van zacht materiaal. De computer en de netvoedingsadapter voldoen aan de temperatuurlimieten voor oppervlakken die voor de gebruiker toegankelijk zijn, zoals gedefinieerd door de International Standard for Safety of Information Technology Equipment (IEC 60950).
iii
iv Kennisgeving aangaande de veiligheid
Con gur ti -inst lling van de processor (alleen bepaalde producten)
BELANGRIJK: Bepaalde producten zijn geconfigureerd met een Intel® Pentium® N35xx/N37xx-processor of een Celeron® N28xx/N29xx/N30xx/N31xx-processor en een Windows®-besturingssysteem. Wijzig op deze modellen de on gur ti -inst lling van de processor in ms on g. niet van 4 of 2 processors naar 1 processor. Als u dat wel doet, start uw computer niet opnieuw op. U moet de fabrieksinstellingen herstellen om de oorspronkelijke instellingen te herstellen.
v
vi Configuratie-instelling van de processor (alleen bepaalde producten)
Inhoudsopgave
1 Aan de slag ................................................................................................................................................... |
1 |
Belangrijke informatie over Microsoft Windows ................................................................................................... |
1 |
Aanbevolen procedures ......................................................................................................................................... |
1 |
Meer HP bronnen ................................................................................................................................................... |
2 |
2 Vertrouwd raken met de computer .................................................................................................................. |
3 |
Hardware zoeken ................................................................................................................................................... |
3 |
Software zoeken .................................................................................................................................................... |
3 |
Rechterkant ............................................................................................................................................................ |
4 |
Linkerkant .............................................................................................................................................................. |
6 |
Beeldscherm .......................................................................................................................................................... |
8 |
Toetsenbordzone ................................................................................................................................................... |
9 |
Touchpad ............................................................................................................................................. |
9 |
Lampjes ............................................................................................................................................. |
10 |
Knop, ventilatiegedeelte en luidsprekers ......................................................................................... |
11 |
Speciale toetsen ................................................................................................................................ |
12 |
Actietoetsen ...................................................................................................................................... |
12 |
Onderkant ............................................................................................................................................................ |
14 |
Labels ................................................................................................................................................................... |
14 |
3 Verbinding maken met een netwerk .............................................................................................................. |
16 |
Verbinding maken met een draadloos netwerk .................................................................................................. |
16 |
Voorzieningen voor draadloze communicatie gebruiken ................................................................. |
16 |
Toets voor de vliegtuigmodus ........................................................................................ |
16 |
Voorzieningen van het besturingssysteem .................................................................... |
16 |
Verbinding maken met een WLAN ..................................................................................................... |
17 |
HP mobiel breedband gebruiken (alleen bepaalde producten) ........................................................ |
17 |
Gps gebruiken (alleen bepaalde producten) ..................................................................................... |
18 |
Bluetooth-apparaten voor draadloze communicatie gebruiken (alleen bepaalde producten) ....... |
18 |
Bluetooth-apparaten aansluiten .................................................................................... |
18 |
Verbinding maken met een bekabeld netwerk (LAN) (alleen bepaalde producten) ........................................... |
19 |
4 Geniet van entertainmentvoorzieningen ....................................................................................................... |
20 |
De camera gebruiken ........................................................................................................................................... |
20 |
Audio gebruiken ................................................................................................................................................... |
20 |
Luidsprekers aansluiten .................................................................................................................... |
20 |
vii
Een hoofdtelefoon aansluiten ........................................................................................................... |
20 |
Een headset aansluiten ..................................................................................................................... |
21 |
Geluidsinstellingen gebruiken .......................................................................................................... |
21 |
Video gebruiken ................................................................................................................................................... |
21 |
Videoapparaten aansluiten met een HDMI-kabel (alleen bepaalde producten) .............................. |
21 |
HDMI-audio configureren ............................................................................................... |
22 |
Met Miracast compatibele draadloze beeldschermen zoeken en aansluiten (alleen bepaalde |
|
producten) ......................................................................................................................................... |
23 |
5 Navigeren op het scherm .............................................................................................................................. |
24 |
Bewegingen voor het touchpad en het aanraakscherm gebruiken .................................................................... |
24 |
Tikken ................................................................................................................................................ |
24 |
Zoomen door met twee vingers te knijpen ....................................................................................... |
24 |
Schuiven met twee vingers (alleen touchpad) .................................................................................. |
25 |
Tikken met twee vingers (alleen touchpad) ..................................................................................... |
25 |
Tikken met vier vingers (alleen touchpad) ....................................................................................... |
25 |
Vegen met drie vingers (alleen touchpad) ........................................................................................ |
26 |
Schuiven met één vinger (alleen aanraakscherm) ........................................................................... |
26 |
Een optioneel toetsenbord of een optionele muis gebruiken ............................................................................ |
27 |
Een toetsenbord op het scherm gebruiken (alleen bepaalde producten) .......................................................... |
27 |
6 Energiebeheer ............................................................................................................................................. |
28 |
Slaapstand en hibernationstand gebruiken ........................................................................................................ |
28 |
Slaapstand activeren en beëindigen ................................................................................................. |
28 |
Hibernationstand activeren en beëindigen (alleen bepaalde producten) ........................................ |
29 |
Computer afsluiten (uitschakelen) ...................................................................................................................... |
29 |
Het pictogram Energie en Energiebeheer gebruiken .......................................................................................... |
30 |
Werkt op accuvoeding ......................................................................................................................................... |
30 |
HP Fast Charge gebruiken (alleen bepaalde producten) .................................................................. |
30 |
Acculading weergeven ...................................................................................................................... |
31 |
Informatie over de accu zoeken in HP Support Assistant (alleen bepaalde producten) .................. |
31 |
Accuvoeding besparen ...................................................................................................................... |
31 |
Lage acculading herkennen .............................................................................................................. |
31 |
Problemen met een laag accuniveau verhelpen ............................................................................... |
32 |
Lage acculading verhelpen wanneer er een externe voedingsbron beschikbaar is ...... |
32 |
Een lage acculading verhelpen wanneer er geen voedingsbron beschikbaar is ........... |
32 |
Lage acculading verhelpen wanneer de computer de hibernationstand niet kan |
|
beëindigen ....................................................................................................................... |
32 |
In de fabriek verzegelde accu ............................................................................................................ |
32 |
Externe voeding gebruiken .................................................................................................................................. |
33 |
viii
7 De computer onderhouden ........................................................................................................................... |
34 |
Prestaties verbeteren .......................................................................................................................................... |
34 |
Schijfdefragmentatie gebruiken ....................................................................................................... |
34 |
Schijfopruiming gebruiken ................................................................................................................ |
34 |
HP 3D DriveGuard gebruiken (alleen bepaalde producten) .............................................................. |
34 |
De status van HP 3D DriveGuard herkennen .................................................................. |
35 |
Updates van programma's en stuurprogramma's uitvoeren .............................................................................. |
35 |
Bijwerken met Windows 10 ............................................................................................................... |
35 |
Bijwerken met Windows 10 S ............................................................................................................ |
35 |
De computer schoonmaken ................................................................................................................................. |
36 |
Reinigingsprocedures ........................................................................................................................ |
36 |
Het beeldscherm reinigen ............................................................................................... |
36 |
De zijkanten en het deksel reinigen ............................................................................... |
36 |
Het touchpad, het toetsenbord of de muis reinigen (alleen bepaalde producten) ....... |
36 |
Reizen met of verzenden van de computer ......................................................................................................... |
37 |
8 De computer en gegevens beveiligen ............................................................................................................. |
38 |
Wachtwoorden gebruiken ................................................................................................................................... |
38 |
Windows-wachtwoorden instellen ................................................................................................... |
38 |
Setup Utility (BIOS)-wachtwoorden instellen ................................................................................... |
39 |
Windows Hello gebruiken (alleen bepaalde producten) ..................................................................................... |
40 |
Internetbeveiligingssoftware gebruiken ............................................................................................................. |
41 |
Antivirussoftware gebruiken ............................................................................................................ |
41 |
Firewallsoftware gebruiken .............................................................................................................. |
41 |
Software-updates installeren ............................................................................................................................. |
41 |
HP DaaS (HP Device as a Service) gebruiken (alleen bepaalde producten) ........................................................ |
42 |
Draadloos netwerk beveiligen ............................................................................................................................. |
42 |
Back-up maken van applicaties en gegevens ..................................................................................................... |
42 |
Een optionele beveiligingskabel gebruiken (alleen bepaalde producten) ......................................................... |
42 |
9 Setup Utility (BIOS) gebruiken ...................................................................................................................... |
43 |
Setup Utility (BIOS) starten ................................................................................................................................. |
43 |
Setup Utility (BIOS) bijwerken ............................................................................................................................. |
43 |
BIOS-versie vaststellen ..................................................................................................................... |
43 |
BIOS-update downloaden ................................................................................................................. |
44 |
10 HP PC Hardware Diagnostics gebruiken ........................................................................................................ |
45 |
HP PC Hardware Diagnostics (Windows) gebruiken (alleen bepaalde producten) ............................................. |
45 |
HP PC Hardware Diagnostics (Windows) downloaden ...................................................................... |
46 |
De nieuwste versie van HP PC Hardware Diagnostics (Windows) downloaden ............. |
46 |
ix
HP Hardware Diagnostics (Windows) op productnaam of -nummer downloaden |
|
(alleen bepaalde producten) ........................................................................................... |
46 |
HP PC Hardware Diagnostics (Windows) installeren ........................................................................ |
46 |
HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) gebruiken ................................................................................................... |
46 |
HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) starten ..................................................................................... |
47 |
HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) naar een B- ashstation downloaden ................................. |
47 |
De nieuwste versie van HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) downloaden .................... |
47 |
HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) downloaden aan de hand van de productnaam |
|
of het productnummer (alleen bepaalde producten) ..................................................... |
48 |
Instellingen voor Remote HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) gebruiken (alleen bepaalde producten) ........... |
48 |
Remote HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) downloaden ................................................................ |
48 |
De nieuwste versie van Remote HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) downloaden ....... |
48 |
Remote HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) download aan de hand van de |
|
productnaam of het productnummer ............................................................................ |
48 |
Instellingen voor Remote HP PC Hardware Diagnostics (UEFI) aanpassen ...................................... |
49 |
11 Back-ups maken, herstellen en terugzetten ................................................................................................. |
50 |
Windows-hulpprogramma's gebruiken voor het maken van back-ups en het herstellen en terugzetten |
|
van de computer .................................................................................................................................................. |
50 |
Back-ups maken ................................................................................................................................ |
50 |
Herstellen en terugzetten ................................................................................................................. |
50 |
HP terugzetmedia maken (alleen bepaalde producten) ..................................................................................... |
51 |
HP Herstelbeheer gebruiken om terugzetmedia te maken .............................................................. |
51 |
Voordat u begint ............................................................................................................. |
51 |
Terugzetmedia maken .................................................................................................... |
52 |
Het downloadhulpprogramma HP Cloud Recovery gebruiken om terugzetmedia te maken .......... |
52 |
Herstellen en terugzetten ................................................................................................................................... |
52 |
Herstellen, opnieuw instellen en vernieuwen met Windows-hulpprogramma's ............................. |
52 |
Herstellen met HP Herstelbeheer en de HP Terugzetpartitie .......................................................... |
52 |
Herstellen met HP Herstelbeheer ..................................................................................................... |
53 |
Herstellen met de HP Terugzetpartitie (alleen bepaalde producten) .............................................. |
54 |
Herstellen met HP terugzetmedia .................................................................................................... |
54 |
Opstartvolgorde van de computer wijzigen ..................................................................................... |
54 |
De HP Terugzetpartitie verwijderen (alleen bepaalde producten) ................................................... |
55 |
12 p i ti s .............................................................................................................................................. |
56 |
Ingangsvermogen ................................................................................................................................................ |
56 |
Omgevingsvereisten ............................................................................................................................................ |
57 |
13 Elektrostatische ontlading ......................................................................................................................... |
58 |
x
14 Toegankelijkheid ....................................................................................................................................... |
59 |
Toegankelijkheid .................................................................................................................................................. |
59 |
De technologische hulpmiddelen vinden die u nodig hebt ............................................................... |
59 |
Onze inzet .......................................................................................................................................... |
59 |
International Association of Accessibility Professionals (IAAP) ....................................................... |
60 |
De beste ondersteunende technologie vinden ................................................................................. |
60 |
Uw behoeften evalueren ................................................................................................. |
60 |
Toegankelijkheid voor HP producten .............................................................................. |
60 |
Normen en wetgeving ......................................................................................................................................... |
61 |
Normen .............................................................................................................................................. |
61 |
Mandaat 376 – EN 301 549 ............................................................................................ |
61 |
Web Content Accessibility Guidelines (WCAG) ................................................................ |
61 |
Weten regelgeving .......................................................................................................................... |
62 |
Verenigde Staten ............................................................................................................. |
62 |
Communications and Video Accessibility Act (CVAA) voor de 21e eeuw ....................... |
62 |
Canada ............................................................................................................................. |
63 |
Europa ............................................................................................................................. |
63 |
Verenigd Koninkrijk ......................................................................................................... |
63 |
Australië .......................................................................................................................... |
63 |
Wereldwijd ....................................................................................................................... |
64 |
Nuttige bronnen en koppelingen aangaande toegankelijkheid ......................................................................... |
64 |
Organisaties ...................................................................................................................................... |
64 |
Onderwijsinstellingen ....................................................................................................................... |
64 |
Andere bronnen voor handicaps ....................................................................................................... |
64 |
Koppelingen van HP .......................................................................................................................... |
65 |
Contact opnemen met ondersteuning ................................................................................................................ |
65 |
Index ............................................................................................................................................................. |
66 |
xi
xii
Deze computer is een krachtig hulpmiddel waarmee u uw werkprestaties en entertainmentervaring kunt verbeteren. Dit hoofdstuk bevat informatie over wat u na de configuratie van uw computer moet doen en waar u meer HP bronnen kunt vinden. U leest hier ook wat u allemaal voor leuke dingen met uw computer kunt doen.
Uw product is voorzien van een van de vele versies van Microsoft Windows. Elke Windows-versie biedt een andere functieset en kan een aantal beperkingen bevatten. Bij producten die bijvoorbeeld worden geleverd met Windows 10 S, wordt het volgende niet ondersteund:
●HP Support Assistant
●HP PC Diagnostics (Windows)
●HP Recovery Manager en de HP Terugzetpartitie
In deze handleiding vermelden we wanneer functies of functionaliteiten mogelijk niet in uw besturingssysteem zijn opgenomen. U kunt uw besturingssysteem op elk gewenst moment bijwerken om extra functies en functionaliteiten te kunnen gebruiken. Ga naar http://www.microsoft.com voor meer informatie over de functies en functionaliteiten van uw besturingssysteem of voor informatie over het bijwerken van uw besturingssysteem.
Nadat u de computer hebt geconfigureerd en geregistreerd, wordt u aangeraden de volgende stappen uit te voeren om optimaal te profiteren van uw slimme investering:
●Maak een back-up van uw harde schijf door terugzetmedia te maken. Zie Back-ups maken, herstellen en terugzetten op pagina 50.
●Als u dat nog niet heeft gedaan, verbindt u de computer met een bekabeld of draadloos netwerk. Raadpleeg Verbinding maken met een netwerk op pagina 16 voor meer informatie.
●Leer de hardware en software van de computer kennen. Raadpleeg Vertrouwd raken met de computer op pagina 3 en Geniet van entertainmentvoorzieningen op pagina 20 voor meer informatie.
●Koop antivirussoftware of voer een update uit. Zie Antivirussoftware gebruiken op pagina 41.
Belangrijke informatie over Microsoft Windows |
1 |
Gebruik de volgende tabel voor informatiebronnen met productinformatie, instructies en meer.
Bron |
Inhoud |
|
|
|
|
Installatie-instructies |
● |
Overzicht van computerinstallatie en -functies |
|
|
|
HP ondersteuning |
● |
Online chatten met een technicus van HP |
Ga voor HP ondersteuning naar http://www.hp.com/ |
● |
Telefoonnummers voor ondersteuning |
support en volg de instructies om uw product te vinden. |
● |
Video van vervangende onderdelen (alleen voor bepaalde |
|
||
|
|
producten) |
|
● |
Onderhoudsen servicehandleidingen |
|
● |
Locaties HP Servicecentrum |
|
|
|
Handleiding voor veiligheid en comfort |
● |
Aanwijzingen voor een optimale werkplek |
U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding: |
● |
Richtlijnen voor houding en manier van werken voor meer comfort |
▲ Selecteer de knop Start, selecteer HP Help en |
|
en minder risico op lichamelijk letsel |
|
|
|
ondersteuning en vervolgens HP documentatie. |
● |
Informatie over elektrische en mechanische veiligheid |
– of –
▲Ga naar http://www.hp.com/ergo.
BELANGRIJK: U moet voor toegang tot de nieuwste versie van de gebruikershandleiding verbonden zijn met internet.
Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu |
● |
Belangrijke kennisgevingen over voorschriften, waaronder |
U krijgt als volgt toegang tot dit document: |
|
informatie over het correct afvoeren van accu's (indien nodig) |
|
|
▲Selecteer de knop Start, selecteer HP Help en ondersteuning en vervolgens HP documentatie.
Garantie* |
● |
pecifieke garantiegegevens voor deze computer |
U krijgt als volgt toegang tot dit document:
▲Selecteer de knop Start, selecteer HP Help en ondersteuning en vervolgens HP documentatie.
– of –
▲Ga naar http://www.hp.com/go/orderdocuments.
BELANGRIJK: U moet voor toegang tot de nieuwste versie van de gebruikershandleiding verbonden zijn met internet.
U kunt de HP garantie vinden bij de gebruikershandleidingen op het product en/of op de cd of dvd die is meegeleverd in de doos. In sommige landen of regio's wordt door HP een gedrukte versie van de garantie meegeleverd in de doos. In landen of regio's waar de garantie niet in drukvorm wordt verstrekt, kunt u via http://www.hp.com/go/orderdocuments een exemplaar aanvragen. Voor producten gekocht in Azië en Oceanië kunt u HP aanschrijven op het volgende adres: POD, PO Box 161, Kitchener Road Post ffice, Singapore 912006. Vermeld de productnaam en uw naam, telefoonnummer en postadres.
2 Hoofdstuk 1 Aan de slag
Uw computer is voorzien van kwalitatief zeer hoogstaande onderdelen. Dit hoofdstuk biedt informatie over de onderdelen, waar ze zich bevinden en hoe ze werken.
Ga als volgt te werk om te zien welke hardware in uw computer is geïnstalleerd:
▲Typ apparaatbeheer in het zoekvak van de taakbalk en selecteer de app Apparaatbeheer.
U ziet een lijst met alle apparaten die op uw computer zijn geïnstalleerd.
Druk voor informatie over de hardwareonderdelen van het systeem en het versienummer van het systeemBIOS op fn+esc (alleen bepaalde producten).
Ga als volgt te werk om te zien welke software op uw computer is geïnstalleerd:
▲ Klik met de rechtermuisknop op de knop Start en selecteer vervolgens Apps en onderdelen. Om software op uw computer toe te voegen, gebruikt u de Microsoft Store-app.
1.Selecteer Start en vervolgens Microsoft Store.
2.Typ uw zoekterm in het zoekvak en volg de instructies op het scherm.
Hardware zoeken |
3 |
OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
(1) |
Combostekker voor Audio-uit (hoofdtelefoon)/ |
Hierop kunt u optionele stereoluidsprekers met eigen voeding, |
|
|
audio-in (microfoon) |
een hoofdtelefoon, een oortelefoon, een headset of een kabel |
|
|
|
van een televisietoestel aansluiten. Ook kunt u hierop de |
|
|
|
microfoon van een optionele headset aansluiten. Deze ingang |
|
|
|
ondersteunt geen optionele zelfstandige microfoons. |
|
|
|
WAARSCHUWING! Zet het geluidsvolume laag voordat u de |
|
|
|
hoofdtelefoon, oortelefoon of headset opzet. Zo beperkt u het |
|
|
|
risico van gehoorbeschadiging. Raadpleeg Informatie over |
|
|
|
voorschriften, veiligheid en milieu voor aanvullende informatie |
|
|
|
over veiligheid. |
|
|
|
U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding: |
|
|
|
▲ Selecteer de knop Start, HP Help en ondersteuning en |
|
|
|
|
vervolgens HP documentatie. |
|
|
OPMERKING: Wanneer u een apparaat aansluit op deze |
|
|
|
connector, worden de computerluidsprekers uitgeschakeld. |
|
|
|
|
|
(2) |
USBof SuperSpeed USB-poorten (2) |
Hierop sluit u een USB-apparaat aan, zoals een mobiele |
|
|
|
telefoon, camera, activiteitstracker of smartwatch. Deze poort |
|
|
|
biedt ook gegevensoverdracht met hoge snelheid. |
|
|
|
|
|
(3) |
HDMI-poort |
Hiermee kunt u de computer aansluiten op een optioneel video- |
|
|
|
of audioapparaat, zoals een high-definition televisie, andere |
|
|
|
compatibele digitale apparatuur of audioapparatuur, of een snel |
|
|
|
HDMI 1.4-apparaat ( igh-Definition Multimedia Interface). |
|
|
|
|
|
(4) |
RJ-45-netwerkconnector met statuslampjes |
Hierop sluit u een netwerkkabel aan. |
|
|
|
● |
Wit: het netwerk is aangesloten. |
|
|
● |
Oranje: er vindt een nieuwe activiteit plaats in het netwerk. |
|
|
|
|
(5) |
Lampje van netvoedingsadapter/accu |
● |
Wit: de netvoedingsadapter is aangesloten en de accu is |
|
|
|
volledig opgeladen. |
|
|
● |
Wit knipperend: de netvoedingsadapter is niet aangesloten |
|
|
|
en de accu heeft een lage acculading bereikt. |
|
|
● |
Oranje: de netvoedingsadapter is aangesloten en de accu |
|
|
|
wordt opgeladen. |
|
|
● |
Uit: de accu wordt niet opgeladen. |
|
|
|
|
(6) |
Netvoedingsconnector |
Hierop kunt u een netvoedingsadapter aansluiten. |
|
|
|
|
|
4Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
(7) |
Aan-uitlampje |
● |
Aan: de computer is ingeschakeld. |
|
|
● |
Knipperend: de computer staat in de slaapstand, een |
|
|
|
energiebesparingsmodus. Het beeldscherm en andere |
|
|
|
niet-benodigde onderdelen worden uitgeschakeld. |
|
|
● |
Uit: de computer is uitgeschakeld of staat in de |
|
|
|
hibernationstand. De hibernationstand is een |
|
|
|
energiebesparingsmodus waarin zo min mogelijk energie |
|
|
|
wordt verbruikt. |
|
|
|
|
(8) |
Schijfeenheidlampje |
● |
Wit knipperend: er wordt geschreven naar of gelezen van |
|
|
|
de vaste schijf. |
|
|
|
|
(9) |
Geheugenkaartlezer |
Hiermee kunnen optionele geheugenkaarten worden gelezen |
|
|
|
waarop u gegevens kunt opslaan, bekijken, beheren en delen. |
|
|
|
Ga als volgt te werk om een kaart te plaatsen: |
|
|
|
1. |
Houd de kaart met het label naar boven en de connectoren |
|
|
|
naar de computer gericht. |
|
|
2. |
Plaats de kaart in de geheugenkaartlezer en druk de kaart |
|
|
|
aan totdat deze goed op zijn plaats zit. |
|
|
Ga als volgt te werk om een kaart te verwijderen: |
|
|
|
▲ |
Druk de kaart iets naar binnen en verwijder deze |
|
|
|
vervolgens uit de geheugenkaartlezer. |
|
|
|
|
(10) |
USB-poort |
Hiermee sluit u een USB-apparaat, zoals een mobiele telefoon, |
|
|
|
camera, activiteittracker of smartwatch, aan. Deze poort biedt |
|
|
|
ook gegevensoverdracht. |
|
|
|
|
|
(11) |
Optischeschijfeenheid |
Hiermee wordt een optischeschijfeenheid gelezen of wordt naar |
|
|
|
een optischeschijfeenheid geschreven (afhankelijk van het |
|
|
|
computermodel). |
|
|
|
|
|
(12) |
Uitwerpknop voor optische schijf |
Hiermee ontgrendelt u de schij ade van de |
|
|
|
optischeschijfeenheid. |
|
|
|
|
|
(13) |
Bevestigingspunt voor de beveiligingskabel |
Hier kunt u een optionele beveiligingskabel bevestigen op de |
|
|
|
computer. |
OPMERKING: De beveiligingskabel is bedoeld om diefstal te ontmoedigen, maar kan mogelijk niet voorkomen dat de computer wordt gestolen of beschadigd.
Rechterkant 5
OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
(1) |
Bevestigingspunt voor de beveiligingskabel |
Hier kunt u een optionele beveiligingskabel bevestigen op de |
|
|
|
computer. |
|
|
|
OPMERKING: De beveiligingskabel is bedoeld om diefstal te |
|
|
|
ontmoedigen, maar kan mogelijk niet voorkomen dat de |
|
|
|
computer wordt gestolen of beschadigd. |
|
|
|
|
|
(2) |
USB-poort |
Hiermee sluit u een USB-apparaat, zoals een mobiele telefoon, |
|
|
|
camera, activiteittracker of smartwatch, aan. Deze poort biedt |
|
|
|
ook gegevensoverdracht. |
|
|
|
|
|
(3) |
Geheugenkaartlezer |
Hiermee kunnen optionele geheugenkaarten worden gelezen |
|
|
|
waarop u gegevens kunt opslaan, bekijken, beheren en delen. |
|
|
|
Ga als volgt te werk om een kaart te plaatsen: |
|
|
|
1. |
Houd de kaart met het label naar boven en de connectoren |
|
|
|
naar de computer gericht. |
|
|
2. |
Plaats de kaart in de geheugenkaartlezer en druk de kaart |
|
|
|
aan totdat deze goed op zijn plaats zit. |
|
|
Ga als volgt te werk om een kaart te verwijderen: |
|
|
|
▲ |
Druk de kaart iets naar binnen en verwijder deze |
|
|
|
vervolgens uit de geheugenkaartlezer. |
|
|
|
|
(4) |
Schijfeenheidlampje (alleen bepaalde |
● |
Wit knipperend: er wordt geschreven naar of gelezen van |
|
producten) |
|
de vaste schijf. |
|
|
|
|
(5) |
Aan-uitlampje |
● |
Aan: de computer is ingeschakeld. |
|
|
● |
Knipperend: de computer staat in de slaapstand, een |
|
|
|
energiebesparingsmodus. Het beeldscherm en andere |
|
|
|
niet-benodigde onderdelen worden uitgeschakeld. |
|
|
● |
Uit: de computer is uitgeschakeld of staat in de |
|
|
|
hibernationstand. De hibernationstand is een |
|
|
|
energiebesparingsmodus waarin zo min mogelijk energie |
|
|
|
wordt verbruikt. |
|
|
|
|
(6) |
Netvoedingsconnector |
Hierop kunt u een netvoedingsadapter aansluiten. |
|
|
|
|
|
(7) |
Lampje van netvoedingsadapter/accu |
● |
Wit: de netvoedingsadapter is aangesloten en de accu is |
|
|
|
volledig opgeladen. |
|
|
● |
Wit knipperend: de netvoedingsadapter is niet aangesloten |
|
|
|
en de accu heeft een lage acculading bereikt. |
6Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
|
|
● |
Oranje: de netvoedingsadapter is aangesloten en de accu |
|
|
|
wordt opgeladen. |
|
|
● |
Uit: de accu wordt niet opgeladen. |
|
|
|
|
(8) |
RJ-45-netwerkconnector met statuslampjes |
Hierop sluit u een netwerkkabel aan. |
|
|
|
● |
Wit: het netwerk is aangesloten. |
|
|
● |
Oranje: er vindt een nieuwe activiteit plaats in het netwerk. |
|
|
|
|
(9) |
HDMI-poort |
Hiermee kunt u de computer aansluiten op een optioneel video- |
|
|
|
of audioapparaat, zoals een high-definition televisie, andere |
|
|
|
compatibele digitale apparatuur of audioapparatuur, of een snel |
|
|
|
HDMI 1.4-apparaat ( igh-Definition Multimedia Interface). |
|
|
|
|
|
(10) |
USBof SuperSpeed USB-poorten (2) |
Hierop sluit u een USB-apparaat aan, zoals een mobiele |
|
|
|
telefoon, camera, activiteitstracker of smartwatch. Deze poort |
|
|
|
biedt ook gegevensoverdracht met hoge snelheid. |
|
|
|
|
|
(11) |
Combostekker voor audio-uit (hoofdtelefoon)/ |
Hierop kunt u optionele stereoluidsprekers met eigen voeding, |
|
|
audio-in (microfoon) |
een hoofdtelefoon, een oortelefoon, een headset of een kabel |
|
|
|
van een televisietoestel aansluiten. Ook kunt u hierop de |
|
|
|
microfoon van een optionele headset aansluiten. Deze ingang |
|
|
|
ondersteunt geen optionele zelfstandige microfoons. |
WAARSCHUWING! Zet het geluidsvolume laag voordat u de hoofdtelefoon, oortelefoon of headset opzet. Zo beperkt u het risico van gehoorbeschadiging. Raadpleeg Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu voor aanvullende informatie over veiligheid.
U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding:
▲ Selecteer de knop Start, HP Help en ondersteuning en vervolgens HP documentatie.
OPMERKING: Wanneer u een apparaat aansluit op deze connector, worden de computerluidsprekers uitgeschakeld.
Linkerkant 7
OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
(1) |
WLAN-antennes* (1 of 2, afhankelijk van het |
Met deze antennes worden draadloze signalen verzonden en |
|
model) |
ontvangen binnen een draadloos lokaal netwerk (WLANs). |
|
|
|
(2) |
Cameralampje |
Aan: de camera is in gebruik. |
|
|
|
(3) |
Camera |
Hiermee kunt u videochatten, video opnemen en stilstaande foto's |
|
|
nemen. Zie De camera gebruiken op pagina 20 voor het gebruik van |
|
|
de camera. Met sommige camera's kunt u zich op bepaalde producten |
|
|
bij Windows ook aanmelden met gezichtsherkenning in plaats van |
|
|
een wachtwoord. Zie Windows Hello gebruiken (alleen bepaalde |
|
|
producten) op pagina 40 voor meer informatie. |
|
|
OPMERKING: De functies van de camera zijn afhankelijk van de |
|
|
hardware van de camera en de software die op uw product is |
|
|
geïnstalleerd. |
|
|
|
(4) |
Interne microfoon |
Hiermee kunt u geluid opnemen. |
*De antennes zijn niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer. Voor een optimale signaaloverdracht houdt u de directe omgeving van de antennes vrij.
Voor informatie over de voorschriften voor draadloze communicatie raadpleegt u het gedeelte over uw land of regio in Informatie over voorschriften, veiligheid en milieu.
U krijgt als volgt toegang tot deze handleiding:
▲Selecteer de knop Start, HP Help en ondersteuning en vervolgens HP documentatie.
8Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
(1) |
Touchpadzone |
Hiermee worden uw vingerbewegingen gelezen om de aanwijzer |
|
|
te verplaatsen of items op het scherm te activeren. |
|
|
OPMERKING: Zie Bewegingen voor het touchpad en het |
|
|
aanraakscherm gebruiken op pagina 24 voor meer informatie. |
|
|
|
(2) |
Linkerknop van het touchpad |
Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een |
|
|
externe muis. |
|
|
|
(3) |
Rechterknop van het touchpad |
Deze knop heeft dezelfde functie als de rechterknop op een |
|
|
externe muis. |
|
|
|
Toetsenbordzone 9
OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
(1) |
Caps Lock-lampje |
Aan: Caps lock is ingeschakeld. Met het toetsenbord typt u nu |
|
|
|
alles in hoofdletters. |
|
|
|
|
|
(2) |
Lampje Geluid uit |
● |
Aan: het geluid van de computer is uitgeschakeld. |
|
|
● |
Uit: het geluid van de computer is ingeschakeld. |
|
|
|
|
10 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
(1) |
Aan-uitknop |
● |
Als de computer is uitgeschakeld, drukt u op de aan- |
|
|
|
uitknop om de computer in te schakelen. |
|
|
● |
Als de computer is ingeschakeld, drukt u kort op de aan- |
|
|
|
uitknop om de slaapstand te activeren. |
|
|
● |
Als de computer in de slaapstand staat, drukt u kort op de |
|
|
|
aan-uitknop om de slaapstand te beëindigen. |
|
|
● |
Als de computer in de hibernationstand staat, drukt u kort |
|
|
|
op de aan-uitknop om de hibernationstand te beëindigen. |
|
|
VOORZICHTIG: De aan-uitknop ingedrukt houden, resulteert in |
|
|
|
het verlies van niet-opgeslagen gegevens. |
|
|
|
Als de computer niet meer reageert en de afsluitprocedures |
|
|
|
geen resultaat hebben, houdt u de aan-uitknop minstens vijf |
|
|
|
seconden ingedrukt om de computer uit te schakelen. |
|
|
|
Raadpleeg de opties in energiebeheer voor meer informatie over |
|
|
|
uw energie-instellingen. |
|
|
|
▲ |
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram Energie |
|
|
|
en selecteer vervolgens Energiebeheer. |
|
|
|
|
(2) |
Ventilatieopening |
Deze opening zorgt voor luchtkoeling van de interne onderdelen. |
|
|
|
OPMERKING: De ventilator van de computer start automatisch |
|
|
|
om interne onderdelen te koelen en oververhitting te |
|
|
|
voorkomen. Het is normaal dat de interne ventilator |
|
|
|
automatisch aanen uitgaat wanneer u de computer gebruikt. |
|
|
|
|
|
(3) |
Luidsprekers (2) |
Deze produceren geluid. |
|
|
|
|
|
Toetsenbordzone 11
OPMERKING: Raadpleeg de afbeelding die het meest overeenkomt met uw computer.
Onderdeel |
|
Beschrijving |
|
|
|
(1) |
Actietoetsen |
Hiermee voert u veelgebruikte systeemfuncties uit. |
|
|
OPMERKING: Bij bepaalde producten wordt met de actietoets |
|
|
f5 de achtergrondverlichting van het toetsenbord uitof |
|
|
ingeschakeld. |
|
|
|
(2) |
esc-toets |
Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om |
|
|
systeeminformatie weer te geven. |
|
|
|
(3) |
fn-toets |
Druk op deze toets in combinatie met een andere toets om |
|
|
bepaalde systeemfuncties uit te voeren. |
|
|
|
(4) |
Windows-toets |
Opent het Startmenu. |
|
|
OPMERKING: Als u nogmaals op de Windows-toets drukt, |
|
|
wordt het Startmenu afgesloten. |
|
|
|
(5) |
Num Lock-toets |
Hiermee schakelt u tussen de navigatiefuncties en numerieke |
|
|
functies op het geïntegreerde numerieke toetsenblok. |
|
|
|
(6) |
Geïntegreerd numeriek toetsenblok |
Een afzonderlijk toetsenblok rechts van het alfabettoetsenbord. |
|
|
Wanneer Num Lock wordt ingedrukt, kan het toetsenblok |
|
|
worden gebruikt als een extern numeriek toetsenblok. |
OPMERKING: Als de toetsenblokfunctie actief is op het moment dat de computer wordt uitgeschakeld, wordt die functie opnieuw actief wanneer de computer weer wordt ingeschakeld.
Actietoetsen
Een actietoets voert de functie uit die wordt aangegeven door het pictogram op de toets. Om te bepalen welke toetsen uw product heeft, raadpleegt u Speciale toetsen op pagina 12.
▲Om een actietoets te gebruiken, houdt u de toets ingedrukt.
12 Hoofdstuk 2 Vertrouwd raken met de computer
Symbool |
Beschrijving |
|
|
|
Hiermee opent u de webpagina "Hoe om hulp te vragen in Windows 10". |
|
|
|
Zolang u deze toets ingedrukt houdt, wordt de helderheid van het scherm steeds verder verlaagd. |
|
|
|
Zolang u deze toets ingedrukt houdt, wordt de helderheid van het scherm steeds verder verhoogd. |
|
|
|
Hiermee schakelt u tussen de weergaveapparaten die op het systeem zijn aangesloten. Als u bijvoorbeeld op |
|
deze toets drukt terwijl er een monitor is aangesloten op de computer, wordt er geschakeld tussen weergave |
|
op het scherm van de computer, weergave op de monitor en gelijktijdige weergave op het computerscherm |
|
en de monitor. |
|
|
|
Hiermee wordt de achtergrondverlichting van het toetsenbord inof uitgeschakeld. Als u accustroom wilt |
|
besparen, schakelt u deze voorziening uit. |
|
|
|
Hiermee schakelt u de geluidsweergave uit (en weer in). |
|
|
|
Als u deze toets ingedrukt houdt, wordt het geluidsvolume steeds verder verlaagd. |
|
|
|
Als u deze toets ingedrukt houdt, wordt het geluidsvolume steeds verder verhoogd. |
|
|
|
Hiermee speelt u het vorige nummer van een audio-cd of het vorige gedeelte van een dvd of Blu-ray-schijf |
|
(bd) af. |
|
|
|
Hiermee kunt u een audio-cd, dvd of bd afspelen of het afspelen onderbreken of hervatten. |
|
|
|
Hiermee speelt u het volgende nummer van een audio-cd of het volgende gedeelte van een dvd of bd af. |
|
|
|
Hiermee schakelt u de vliegtuigmodus en de voorziening voor draadloze communicatie in of uit. |
|
OPMERKING: De toets voor de vliegtuigmodus wordt ook wel knop voor draadloze communicatie genoemd. |
|
OPMERKING: Er moet een draadloos netwerk zijn ingesteld voordat er een draadloze verbinding kan |
|
worden gemaakt. |
|
|
Toetsenbordzone 13