BP7614000 |
NL |
OVEN |
GEBRUIKSAANWIJZING |
2 |
BP7714000 |
FR |
FOUR |
NOTICE D'UTILISATION |
32 |
2
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg.com/shop
Inhoud 3
INHOUD
4 Veiligheidsinformatie
8 Beschrijving van het product
9 Voor het eerste gebruik
10 Bedieningspaneel
12 Dagelijks gebruik
14 Klokfuncties
16 Automatische programma's
18 Gebruik van de accessoires
20 Extra functies
22 Onderhoud en reiniging
26 Problemen oplossen
28 Technische gegevens
28 Montage
31 Milieubescherming
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw persoonlijke veiligheid en informatie over het voorkomen van schade aan het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
4 Veiligheidsinformatie
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding zorgvuldig alvorens het apparaat te installeren of te gebruiken:
•Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen
•Uit respect voor het milieu
•Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of verkoopt. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie of foutief gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
•Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
•Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of lichamelijk letsel.
•Houd kinderen en dieren uit de buurt van het apparaat als de deur openstaat of als het apparaat in gebruik is, omdat deze heet wordt. Gevaar voor verwonding of ander permanent lichamelijk letsel.
•Gebruik het kinderslot of de toetsblokkering als het apparaat hiermee uitgerust is. Dit voorkomt dat kinderen en dieren het apparaat per ongeluk aanzetten.
Algemene veiligheid
•Verander de specificaties van dit product niet. Risico op letsel en beschadiging van het apparaat.
•Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter.
•Schakel het apparaat na elk gebruik uit.
Montage
•Alleen een bevoegd elektriciën mag het apparaat installeren en aansluiten. Neem contact op met een erkend servicecentrum. Dit om lichamelijk letsel of structurele schade te voorkomen.
•Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens het transport Sluit geen beschadigd apparaat aan. Neem indien nodig contact op met de leverancier.
•Verwijder al het verpakkingsmateriaal, stickers en folie van het apparaat voordat u het voor het eerst in gebruik neemt. Verwijder niet het typeplaatje. Dit kan de garantie ongeldig maken.
•De wetten, voorschriften, richtlijnen en normen die van kracht zijn in het land waar het apparaat wordt gebruikt dienen in acht genomen te worden (veiligheidsvoorschriften, recyclingvoorschriften, veiligheidsvoorschriften met betrekking tot elektra of gas, etc.).
•Zorg ervoor dat de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken tijdens de installatie.
Veiligheidsinformatie 5
•Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat. Het apparaat is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen. Trek het apparaat nooit aan de handgreep van zijn plaats.
•De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3mm.
•U dient te beschikken over de juiste isolatievoorzieningen: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers.
•De schokbeschermingsonderdelen moeten zo worden bevestigd dat zij niet kunnen worden verwijderd zonder gereedschap.
•Zorg dat de keukenkast de benodigde afmetingen heeft voordat u met de installatie begint.
•Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd.
•Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en units in acht.
•Installeer het apparaat met de achterkant en één zijkant tegen het hogere apparaat. De andere kant moet worden geplaatst tegen een apparaat met dezelfde hoogte.
•Het apparaat kan niet op een voetstuk worden geplaatst.
•Ingebouwde ovens en ingebouwde fornuizen worden bevestigd met een speciaal aansluitsysteem. Om schade aan het apparaat te voorkomen dient u alleen een apparaat te gebruiken met apparaten van dezelfde fabrikant.
Elektrische aansluiting
•Dit apparaat moet geaard worden.
•Zorg er voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis.
•Informatie over het voltage vindt u op het typeplaatje.
•Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij stopcontact.
•Houd kabels bij het aansluiten van elektrische apparaten op stopcontacten uit de buurt van de hete deur van het apparaat.
•Gebruik geen meerwegsstekkers, -aansluitingen en verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
•Vervang of verander de hoofdkabels niet zelf. Neem contact op met de service-afdeling.
•Zorg ervoor dat de stroomsnoeren (indien van toepassing) en kabel niet knakken of beschadigd raken achter het apparaat.
•Zorg ervoor dat de aansluiting op het net toegankelijk is na de installatie.
•Trek niet aan het snoer om het apparaat los te koppelen van de netvoeding. Trek altijd aan de stekker - indien van toepassing.
Gebruik
•Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. Gebruik het apparaat niet voor commerciële of industriële doeleinden.
•Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik. Zo voorkomt u lichamelijk letsel of schade aan eigendommen.
•Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht.
6Veiligheidsinformatie
•Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het apparaat. Er kan brand of een explosie ontstaan.
•De binnenkant van het apparaat wordt heet tijdens gebruik. Er kunnen brandwonden ontstaan. Raak de verwarmingselementen in het apparaat niet aan. Gebruik handschoenen wanneer u toebehoren of schalen plaatst of verwijdert.
•Wees voorzichtig bij het verwijderen of installeren van toebehoren om schade aan de emaille van de oven te voorkomen.
•Sta niet te dicht bij het apparaat als u de deur van het apparaat opent als deze aan staat. Er kan hete stoom ontsnappen. Er kunnen brandwonden ontstaan.
•Verkleuring van het emaille heeft geen effect op de werking van het apparaat, het is dus geen defect in de zin van het recht op garantie.
•Om schade of verkleuring van het emaille te voorkomen:
–plaats geen voorwerpen direct op de bodem van het apparaat en bedek het niet met aluminiumfolie;
–plaats heet water niet direct in het apparaat;
–haal vochtige schotels en eten uit het apparaat als u klaar bent met koken.
•Gebruik dit apparaat niet als het contact maakt met water. Bedien het apparaat niet met natte handen.
•Oefen geen kracht uit op een geopende deur.
•De deur dient altijd gesloten te worden bij het koken, ook tijdens het grillen.
Onderhoud en reiniging
•Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
•Zorg ervoor dat het apparaat is afgekoeld voordat u onderhoud verricht. Er kunnen brandwonden ontstaan. Er bestaat een risico dat de glasplaten kunnen breken.
•Houd het apparaat altijd schoon. Opeenhopingen van vetten of andere voedselresten kunnen brand veroorzaken.
•Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlaktemateriaal van de oven achteruitgaat.
•Gebruik een diep bakblik voor vochtige taarten om te voorkomen dat het fruitsap permanente vlekken maakt.
•Voor uw persoonlijke veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen dient u het apparaat alleen met water en zeep te reinigen. Gebruik geen ontvlambare producten of bijtende producten.
•Reinig het apparaat niet met stoomreinigers, hogedrukreinigers, scherpe voorwerpen, schuurmiddelen, schuursponzen en vlekverwijderaars
•Volg de aanwijzingen van de ovenfabrikant op als u een ovenspray gebruikt.
•Reinig de glazen ovendeur niet met schurende reinigingsmiddelen of een metalen schraper. Het hittebestendige oppervlak van de binnenruit kan hierdoor breken en versplinteren.
•Als de glasplaten beschadigd raken, worden ze zwak en kunnen ze breken. U dient ze te vervangen. Neem contact op met het servicecentrum.
Veiligheidsinformatie 7
•Wees voorzichtig bij het verwijderen van de deur uit het apparaat. De deur is zwaar!
•Reinig het katalytisch emaille niet (indien van toepassing).
Pyrolytische reiniging
•Laat het apparaat tijdens het Pyrolytisch reinigen niet onbeheerd achter.
•Probeer de deur niet te openen en schakel de stroom niet uit tijdens de pyrolytische reiniging.
•Houd kinderen uit de buurt tijdens de pyrolytische reiniging. Het apparaat wordt zeer heet Er kunnen brandwonden ontstaan.
•Tijdens de pyrolytische reiniging kan hardnekkig vuil het email verkleuren. Verkleuring van het email heeft geen ongewenst effect op de werking van het apparaat.
Brandgevaar
•Open de deur voorzichtig. Als u alcoholische toevoegingen gebruikt, kan er een licht ontvlambaar alcohol-luchtmengsel ontstaan. Er kan brand ontstaan.
•Houd vonken of open vlammen uit de buurt van het apparaat bij het openen van de deur.
•Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten, en/of onstekingsproducten (gemaakt van plastic of aluminium) in, bij of op het apparaat.
Ovenlampje
•De gloeilampen in dit apparaat zijn speciaal geselecteerd en uitsluitend bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten. Ze kunnen niet worden gebruikt om een ruimte in het huis volledig of gedeeltelijk te verlichten.
•Als de lamp moet worden vervangen, moet u een lamp gebruiken die hetzelfde vermogen heeft en uitsluitend is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke apparaten.
•Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u de ovenlamp vervangt. Er bestaat risico op een elektrische schok.
Service-afdeling
•Alleen een bevoegd servicemonteur mag dit apparaat repareren. Neem contact op met de service-afdeling.
•Gebruik alleen originele reserveonderdelen.
Afvalverwerking van het apparaat
•Om lichamelijk letsel of schade te voorkomen
–Trek de stekker uit het stopcontact.
–Snijd het netsnoer door en gooi het weg.
–Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat kinderen of kleine huisdieren in het apparaat opgesloten raken. Er bestaat een gevaar voor verstikking.
8 Beschrijving van het product
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Algemeen overzicht
1 |
|
|
2 |
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
3
5
6
1Bedieningspaneel
2Elektronische tijdschakelklok
3Grill
4Ovenlampje
5Ventilator
6Typeplaatje
7Aansluiting voor de kerntemperatuursensor
Ovenaccessoires
•Bakrooster
Voor kookgerei, baken braadvormen.
•Vlakke bakplaat
Voor gebak en koekjes
•Braadpan
Om te bakken en te braden of om vet op te vangen.
•Kerntemperatuursensor
Voor het vaststellen van het gaarpunt van het gerecht.
•Telescopische geleiders
Voor het erop plaatsen van de braadsledes of bakplaten.
Voor het eerste gebruik |
|
9 |
|
|
|
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Eerste reiniging
•Verwijder alle onderdelen van het apparaat.
•Reinig het apparaat voor het eerste gebruik.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging".
Eerste aansluiting op het elektriciteitsnet
Na de eerste aansluiting op het elektriciteitsnet, blijven alle symbolen op het display enkele seconden branden. In de volgende seconden toont het display de softwareversie.
De dagtijd voor het eerst instellen
Als de softwareversie uit gaat, verschijnen "h" en "12:00" op het scherm. De dagtijd instellen:
1.Raak of aan om de uren in te stellen.
2.Raak of aan.
3.Raak of aan om de minuten in te stellen.
4.Raak of aan.
Het display Temperatuur/Tijd geeft de nieuwe tijd weer.
De dagtijd wijzigen
U kunt de dagtijd alleen wijzigen als het apparaat uit staat.
Raak aan. knippert op het display. Als u de nieuwe dagtijd wilt instellen, volgt u de bovenstaande procedure.
Voorverwarmen
1.Stel de functie in op en de maximumtemperatuur.
2.Laat het apparaat ongeveer 1 uur werken zonder een gerecht in de oven.
3.Stel de functie in op en de maximumtemperatuur.
4.Laat het apparaat ongeveer 10 minuten werken zonder een gerecht in de oven.
5.Stel de functie in op en de maximumtemperatuur.
6.Laat het apparaat ongeveer 10 minuten werken zonder een gerecht in de oven.
Dit om de restanten in het apparaat te verbranden. De accessoires kunnen warmer worden dan gebruikelijk. Als u het apparaat voor de eerste keer opwarmt, kan het apparaat stinken en roken. Dit is normaal. Zorg dat er voldoende luchtcirculatie is.
10 Bedieningspaneel
BEDIENINGSPANEEL
Elektronische tijdschakelklok
1
2 |
|
3 |
|
4 |
|
5 |
|
6 |
|
7 |
|
8 |
|
9 |
|
10 |
Gebruik de sensorvelden om het apparaat te bedienen.
|
|
Sensorveld |
|
Functie |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
1 |
|
- |
|
DISPLAY |
|
Toont de huidige instellingen van het apparaat. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
2 |
|
|
|
|
AAN/UIT |
|
Het apparaat inen uitschakelen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
3 |
|
|
|
|
OPTIES |
|
Een ovenfunctie of programma instellen. |
|
|
|
|
|
|
|
Rechtstreekse toegang tot de ovenfunctie wan- |
|
|
|
|
|
|
|
neer het apparaat is uitgeschakeld. |
|
|
|
|
|
|
|
|
4 |
|
|
|
|
MIJN FAVORIETE PRO- |
|
U kunt uw favoriete programma opslaan. Gebruik |
|
|
|
|
|
GRAMMA |
|
deze functie om uw favoriete programma recht- |
|
|
|
|
|
|
|
streeks te openen, ook als het apparaat is uitge- |
|
|
|
|
|
|
|
schakeld. |
|
|
|
|
|
|
|
|
5 |
|
|
|
|
TEMPERATUUR / SNEL |
|
De temperatuur in de oven of de temperatuur |
|
|
|
|
|
OPWARMEN |
|
van de kerntemperatuursensor instellen en con- |
|
|
|
|
|
|
|
troleren. Als u de knop drie seconden ingedrukt |
|
|
|
|
|
|
|
houdt, wordt de snelwarmfunctie inen uitge- |
|
|
|
|
|
|
|
schakeld. |
|
|
|
|
|
|
|
Rechtstreekse toegang tot de temperatuurin- |
|
|
|
|
|
|
|
stelling van de eerste ovenfunctie wanneer het |
|
|
|
|
|
|
|
apparaat is uitgeschakeld. |
|
|
|
|
|
|
|
|
6 |
|
|
|
|
OMHOOG, OMLAAG |
|
Een ovenfunctie of klokfunctie kiezen en de kook- |
|
|
|
|
|
|
|
wekker, een temperatuur of de dagtijd instellen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
7 |
|
|
|
|
OK |
|
De selectie of instelling bevestigen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
|
|
OVENVERLICHTING |
|
De ovenlamp inof uitschakelen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
9 |
|
|
|
|
KLOK |
|
De klokfunctie instellen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
Bedieningspaneel 11
|
|
Sensorveld |
|
Functie |
|
Beschrijving |
|
|
|
|
|
|
|
10 |
|
|
|
KOOKWEKKER |
|
De timer met aftelfunctie instellen. |
|
|
|
|
|
|
|
Display
1 |
|
|
|
2 |
|
|
|
|
|
3 |
|
|
|
|
|
|
|||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
7 |
|
6 |
|
5 |
|
4 |
1Ovenfunctiesymbool
2Display Temperatuur/tijd
3Display van de klok/restwarmte (ook de kookwekker en dagtijd)
4Restwarmte-indicatie
5Indicatie voor de klokfuncties (zie de tabel "Klokfuncties")
6Voorverwarmindicatie
7Nummer van de ovenfunctie/het programma
Andere indicatoren van het scherm
Symbolen |
|
Naam |
Beschrijving |
|
|
|
|
|
|
Functie |
U kunt een ovenfunctie kiezen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Automatisch programma |
U kunt een ovenprogramma kiezen. |
|
|
|
|
Mijn favoriete programma Het favoriete programma is in werking.
/ |
|
kg/gr |
Een ovenprogramma met gewichtinvoer is in werking. |
|
|
|
|
/ |
|
u/min |
Een klokfunctie is in werking. |
|
|
|
|
|
|
Temperatuur / snel opwar- |
De functie werkt. |
|
|
men |
|
|
|
|
|
|
|
Temperatuur |
U kunt de temperatuur bekijken of wijzigen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kerntemperatuursensor |
De kerntemperatuursensor bevindt zich in de aanslui- |
|
|
|
ting voor de kerntemperatuursensor. |
|
|
|
|
|
|
Deurvergrendeling |
De functie deurvergrendeling is in werking. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ovenlampje |
Het ovenverlichting is uit. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Kookwekker |
De kookwekker staat aan. |
|
|
|
|
12 Dagelijks gebruik
Voorverwarmindicatie
Als u een ovenfunctie instelt, lichten de balkjes in het display één voor één op. De balkjes geven aan dat de temperatuur in het apparaat toeof afneemt.
Wanneer het apparaat de ingestelde temperatuur heeft bereikt, klinkt een geluidsignaal en verdwijnt de voorverwarmindicatie van het display.
Restwarmte-indicatie
De display toont de restwarmte-indicatie (restwarmtesymbool) aan het eind van elke kooksessie als de temperatuur aan de binnenkant van de oven hoger is dan 40°C. Display toont ook de oventemperatuur.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
U kunt het apparaat gebruiken in:
•handmatige modus -u stelt de ovenfunctie, de temperatuur en de kooktijd handmatig in.
•automatische programma's -voor het bereiden van een gerecht als u geen kennis of ervaring met koken hebt.
De ovenfunctie instellen
1.Raak aan.
Het display geeft een vooraf ingestelde temperatuur, een symbool en het nummer van de ovenfunctie aan. knippert op het display.
2.Raak of aan om een ovenfunctie in te stellen.
3.Raak aan. Anders start het apparaat na vijf seconden automatisch.
Als u het apparaat met |
of |
activeert en geen ovenfunctie of programma instelt, wordt |
|||||
het apparaat na 20 seconden automatisch uitgeschakeld. |
|||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ovenfunctie |
|
|
|
Toepassing |
||
|
|
|
|
|
|
|
|
1 |
|
|
Multi hetelucht |
|
|
Voor het bakken op maximaal twee niveaus tegelijkertijd. Stel |
|
|
|
|
|
|
|
|
de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in dan bij bo- |
|
|
|
|
|
|
|
venen onderwarmte. En om voedsel te drogen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
2 |
|
|
Pizza hetelucht |
|
|
Voor het bakken op één niveau van gerechten die een inten- |
|
|
|
|
|
|
|
|
sievere bruining en knapperigheid van de bodem nodig heb- |
|
|
|
|
|
|
|
ben. Stel de temperatuur van de oven 20 tot 40 °C lager in |
|
|
|
|
|
|
|
dan bij bovenen onderwarmte. |
|
|
|
|
|
|
|
|
3 |
|
|
Lage temperatuur |
|
|
Voor het bereiden van zeer mager en mals gebraden voedsel. |
|
|
|
|
garen |
|
|
U kunt de temperatuur instellen tussen de 80 °C - 150 °C. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
4 |
|
|
Conventioneel |
|
|
Voor het bakken en braden op één ovenniveau. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Dagelijks gebruik |
|
|
|
|
|
|
|
13 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Ovenfunctie |
|
Toepassing |
|
||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
5 |
|
|
Infratherm grill |
|
Voor het braden van grotere stukken niet uitgebeend vlees of |
|
|
|
|
|
|
|
gevogelte op één niveau. Ook om te gratineren en te bruinen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
6 |
|
|
Tweekrings grill |
|
Voor het grillen van plat voedsel in grotere hoeveelheden. |
|
|
|
|
|
|
|
Om brood te roosteren. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
7 |
|
|
Eenkrings grill |
|
Voor het grillen van plat voedsel in het midden van het roos- |
|
|
|
|
|
|
|
ter. Om brood te roosteren. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
8 |
|
|
Warmhouden |
|
Om voedsel warm te houden. |
|
|
|
|
|
|
|
De ingestelde temperatuur is 80 °C. Deze kunt u niet wijzi- |
|
|
|
|
|
|
|
gen. |
|
|
9 |
|
|
Ontdooien |
|
Voor het ontdooien van diepvriesvoedsel. |
|
|
|
|
|
|
|
De ingestelde temperatuur is 30 °C. Deze kunt u niet wijzi- |
|
|
|
|
|
|
|
gen. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
10 |
|
|
Onderwarmte |
|
Voor het bakken van taarten met een knapperige bodem en |
|
|
|
|
|
|
|
het bewaren van voedsel. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
11 |
|
|
Pyrolytische reini- |
|
Automatische pyrolytische schoonmaakfunctie van de oven. |
|
|
|
|
|
ging |
|
De oventemperatuur bedraagt ca. 500° C. Hierdoor worden |
|
|
|
|
|
|
|
vuilresten in de oven verbrand. Deze kunnen nadat de oven is |
|
|
|
|
|
|
|
afgekoeld met een doek worden verwijderd. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Oventemperatuur wijzigen
Raak / aan om de temperatuur in stappen van 5 °C te wijzigen.
Wanneer het apparaat de ingestelde temperatuur heeft bereikt, weerklinkt er drie keer een geluidssignaal en gaat de verwarmingsindicatie uit.
De oventemperatuur controleren
U kunt de temperatuur in het apparaat controleren wanneer de functie of het programma in werking is.
1.Raak aan.
Het temperatuur-/tijddisplay geeft de temperatuur in het apparaat aan.
Als u de oventemperatuur wilt wijzigen raakt u nog een keer aan en gebruikt u of .
2.Raak aan om terug te keren naar de ingestelde temperatuur. Het display geeft dit na vijf seconden automatisch weer.
Snel opwarmen
De functie Snel opwarmen verkort de opwarmtijd.
Leg geen voedsel in de oven wanneer de snelwarmfunctie is ingeschakeld.
De snelwarmfunctie activeren: Raak |
gedurende langer dan drie seconden aan. |
||
Als u de snelwarmfunctie activeert, gaan de balkjes op het display |
|
één voor één branden |
|
|
|||
|
|||
|
|||
|
|||
om aan te geven dat de functie werkt. |
|
|
|
|
|
|
14 Klokfuncties
De snelwarmfunctie start niet bij automatische programma's.
Foutcode
Als sommige parameters niet correct zijn, zal de controle-eenheid de geactiveerde functies uitschakelen en wordt de overeenkomstige foutcode weergegeven op het display. Raadpleeg "Problemen oplossen".
Bij een stroomstoring worden de meeste instellingen geannuleerd. Zodra de storing voorbij is moeten de instellingen weer opnieuw worden ingesteld.
Energie besparen
Het apparaat beschikt over enkele functies waarmee u tijdens het dagelijks koken energie kunt besparen:
•Restwarmte:
–De ovenfunctie of het programma is in werking: de verwarmingselementen worden 10% eerder uitgeschakeld (de lamp en ventilator blijven wel in werking). Voorwaarde: de kooktijd is langer dan 30 minuten of u gebruikt de klokfuncties (duur, einde, tijdvertraging).
–De oven staat uit: u kunt de warmte gebruiken om het eten warm te houden. De indicatie: het display voor de klok/restwarmte geeft de resterende temperatuur weer. De balkjes geven de afnemende temperatuur aan.
•Ovenlamp uit - raak aan om de ovenlamp tijdens het koken uit te schakelen.
•Display uit - schakel het apparaat zo nodig uit. Raak en tegelijkertijd aan totdat het display uit gaat (of aan).
KLOKFUNCTIES
SYMBOOL |
FUNCTIE |
|
BESCHRIJVING |
|
|
|
|
|
TIMER MET OPTEL- |
|
Tellen instellen. Er wordt weergegeven hoe lang het apparaat |
|
FUNCTIE |
|
in werking is. Deze functie is niet van invloed op de werking |
|
|
|
van het apparaat. |
|
|
|
|
|
DAGTIJD |
|
De tijd van de dag controleren. Voor het wijzigen van de dag- |
|
|
|
tijd raadpleegt u 'De dagtijd instellen'. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
DUUR |
|
Instellen hoe lang het apparaat in werking is. |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
EINDE |
|
Instellen wanneer het apparaat wordt uitgeschakeld. Berei- |
|
|
|
dingsduur en einde kunnen gelijktijdig worden gebruikt (tijd- |
|
|
|
vertraging), als het apparaat op een later tijdstip automatisch |
|
|
|
wordt inen uitgeschakeld. |
|
|
|
|
|
SET+GO |
|
Het apparaat wordt op een later tijdstip met één aanraking |
|
|
|
van het sensorveld met de benodigde instellingen gestart. |
|
|
|
|
Klokfuncties 15
Timer met optelfunctie
Gebruik de timer met optelfunctie om bij te houden hoe lang het apparaat in werking is. Deze gaat onmiddellijk aan wanneer het apparaat met opwarmen begint.
De timer met optelfunctie resetten: Raak herhaaldelijk aan totdat in het display knippert. Raak aan totdat op het display "00:00" staat en de timer met optelfunctie weer opnieuw begint te tellen.
U kunt de timer met optelfunctie niet gebruiken als Duur of Einde is ingesteld.
De duur instellen
1. Activeer het apparaat en stel een ovenfunctie en de temperatuur in.
2. Raak herhaaldelijk aan totdat het display weergeeft.
knippert op het display.
3.Raak of aan om de minuten van de DUUR in te stellen.
4.Raak aan om te bevestigen
5.Raak of aan om de uren van de DUUR in te stellen. Na 5 seconden gaat het apparaat aan.
Als u het of sensorveld tijdens het instellen van de uren voor de DUUR aanraakt, gaat het apparaat naar de instelling van de functie EINDE.
6.Wanneer de ingestelde tijd is verlopen, weerklinkt er gedurende twee minuten een geluidssignaal.
Het symbool en de tijdinstelling knipperen in het display. Het apparaat wordt uitgeschakeld.
Raak een sensorveld aan, of open de ovendeur om het geluidssignaal te stoppen.
7.Schakel het apparaat uit.
Het EINDE instellen
1.Activeer het apparaat en stel een ovenfunctie en de temperatuur in.
2.Raak herhaaldelijk aan totdat het display weergeeft. knippert op het display.
3.Gebruik of om het EINDE (eerst minuten en dan uren) in te stellen en raak of aan om te bevestigen.
4.Wanneer de ingestelde tijd is verlopen, weerklinkt er gedurende twee minuten een geluidssignaal.
Het symbool en de tijdinstelling knipperen in het display. Het apparaat wordt uitgeschakeld.
5.Raak een sensorveld aan, of open de ovendeur om het geluidssignaal te stoppen.
6.Schakel het apparaat uit.
16 Automatische programma's
SET+GO instellen
Het apparaat wordt op een later tijdstip met één aanraking van het sensorveld met de benodigde instellingen gestart.
1.Stel een ovenfunctie (of programma) en temperatuur in (zie "De ovenfunctie instellen" en "De oventemperatuur wijzigen").
2.Stel de DUUR in (zie "De duur instellen").
3.Raak herhaaldelijk aan totdat in het display knippert.
4.Raak aan om de functie SET+GO in te stellen.
Het display geeft en met een punt weer. Deze punt wordt weergegeven wanneer de klokfunctie wordt geactiveerd.
5. Raak een sensorveld aan (behalve AAN/UIT) om de functie SET+GO te starten. U kunt de functie SET+GO alleen gebruiken als de DUUR is ingesteld.
De tijdvertragingsfunctie instellen
DUUR en EINDE kunnen tegelijkertijd worden gebruikt, wanneer de oven op een later tijdstip automatisch wordt inen uitgeschakeld. In dit geval wordt de DUUR eerst ingesteld, en dan EINDE (zie "De DUUR instellen" en "Het EINDE instellen").
Wanneer de tijdvertragingsfunctie wordt ingeschakeld, geeft het display het statische symbool van de ovenfunctie weer, met een punt en . De punt geeft aan welke klokfunctie zich op het display voor de klok-/restwarmte bevindt.
De TIMER MET AFTELFUNCTIE instellen
Gebruik de kookwekker om de tijd af te tellen (maximaal 23 uur 59 minuten). Deze functie heeft geen invloed op de werking van de oven. U kunt de kookwekker op elk gewenst moment instellen, ook als het apparaat uit staat.
1.Raak aan.
en "00" knipperen in het display.
2.Gebruik of om de TIMER MET AF-
TELFUNCTIE in te stellen. U moet eerst seconden en dan minuten en uren instellen.
3. Raak aan. Anders start de TIMER MET AFTELFUNCTIE na vijf seconden automatisch.
4. Wanneer de ingestelde tijd eindigt, weerklinkt er gedurende twee minuten een ge-
luidssignaal en knipperen "00:00" en in het display.
5. Raak een sensorveld aan of open de ovendeur om het geluidssignaal te stoppen.
AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
Automatische programma's |
|
17 |
|
|
|
Er zijn 20 automatische programma's en recepten. Gebruik een automatisch programma of een recept als u geen kennis over of ervaring in het bereiden van een gerecht hebt. U vindt de recepten voor de automatische programma's in het "Receptenboek".
Er zijn drie soorten automatische programma's:
•Automatische recepten
•Automatische programma's met gewichtinvoer
•Automatische programma's met kerntemperatuursensor;
Automatische recepten
Een automatisch recept instellen:
1.Raak twee keer aan totdat het display weergeeft.
Het display geeft het symbool en nummer van het automatische programma weer.
2.Raak of aan om de automatische recepten te kiezen.
3.Raak aan. Anders start het automatische recept na vijf seconden automatisch.
4.Wanneer de ingestelde tijd is verlopen, weerklinkt er gedurende twee minuten een geluidssignaal. Het symbool knippert.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
5.Raak een sensorveld aan of open de ovendeur om het geluidssignaal te stoppen.
Automatische programma's met gewichtinvoer
Als u het gewicht van het vlees instelt, zal het apparaat de braadtijd berekenen.
1.Raak herhaaldelijk aan totdat het display weergeeft.
2.Raak of aan om het gewichtprogramma in te stellen (zie "Receptenboek").
Op het display verschijnt: kooktijd, duursymbool, , een standaard gewicht, een maateenheid (kg, gr).
3.Raak aan. Anders worden de instellingen na vijf seconden automatisch opgeslagen.
4.Het apparaat start. Het symbool van de gewichtseenheid knippert in het display. Gedu-
rende deze tijd kunt u de standaard gewichtswaarde wijzigen met of . Raak aan.
5.Wanneer de ingestelde tijd is verlopen, weerklinkt er gedurende twee minuten een geluidssignaal. knippert.
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
6.Raak een sensorveld aan of open de ovendeur om het geluidssignaal te stoppen.
Automatische programma's met kerntemperatuursensor
De kerntemperatuur van het gerecht is standaard en kan in programma's met de kerntemperatuursensor niet worden veranderd. Het programma eindigt wanneer het apparaat de ingestelde kerntemperatuur heeft bereikt.
1.Raak herhaaldelijk aan totdat het display weergeeft.
2.Installeer de kerntemperatuursensor (zie "De kerntemperatuursensor").
3.Raak of aan om het programma van de kerntemperatuursensor in te stellen.
18 Gebruik van de accessoires
Wanneer er een programma met kerntemperatuursensor wordt ingesteld, geeft het display de kooktijd en en weer.
De kerntemperatuursensor werkt niet bij Lage temperatuur garen, Warmhouden en Onderwarmte.
4.Raak aan. Anders worden de instellingen na vijf seconden automatisch opgeslagen.
5.Wanneer het voedsel de ingestelde kerntemperatuur heeft bereikt, gaan de kerntemperatuur en knipperen. Er weerklinkt gedurende twee minuten een geluidssignaal. Het apparaat wordt uitgeschakeld.
6.Raak een sensorveld aan, of open de ovendeur om het geluidssignaal te stoppen.
Functie mijn favoriete programma
Gebruik deze functie om uw favoriete temperatuuren tijdinstellingen voor een ovenfunctie of programma op te slaan.
1.Stel de temperatuur en tijd voor een ovenfunctie of programma in.
2.Raak gedurende langer dan drie seconden aan. Er klinkt een geluidssignaal.
3.Schakel het apparaat uit.
Gebruik van mijn favoriete programmafunctie:
• Mijn favoriete programmafunctie inschakelen:Raak |
aan. Het apparaat start uw fa- |
voriete programma. |
|
• Mijn favoriete programmafunctie uitschakelen:Raak aan.
Wanneer mijn favoriete programmafunctie in werking is, kunt u de tijd en temperatuur veranderen.
GEBRUIK VAN DE ACCESSOIRES
WAARSCHUWING!
Zie het hoofdstuk 'Veiligheidsinformatie'.
De kerntemperatuursensor
De kerntemperatuursensor meet de kerntemperatuur van het vlees. Wanneer het vlees de ingestelde temperatuur heeft bereikt, wordt het kookprogramma uitgeschakeld.
Er kunnen twee temperaturen worden ingesteld:
•De oventemperatuur: zie de tabel voor braden in het receptenboek.
•De kerntemperatuur: zie de tabel voor de kerntemperatuursensor in het receptenboek.
Gebruik alleen de meegeleverde kerntemperatuursensor of originele vervangende onderdelen.
1. Schakel het apparaat in.
Gebruik van de accessoires |
|
19 |
|
|
|
2. |
Steek de punt van de kerntemperatuur- |
|
|
|
sensor in het midden van het vlees. |
2 |
|
3. |
Steek de stekker van de kerntemperatuur- |
||
|
|||
|
sensor in de aansluiting aan de zijkant |
|
|
|
van het apparaat. |
|
Het display geeft een knipperend symbool en de standaardinstelling voor de
kerntemperatuur weer. De temperatuur 1 bedraagt 60° C bij het eerste gebruik, en
de laatst ingestelde waarde bij elk volgend gebruik.
4.Raak of aan om de kerntemperatuur in te stellen.
5.Raak aan. Anders worden de instellingen na 5 seconden automatisch opgeslagen.
U kunt de kerntemperatuur alleen instellen wanneer het symbool knippert. Als het display een statisch symbool weergeeft voordat u de kerntemperatuur instelt, moet u
en of gebruiken om een nieuwe waarde in te stellen.
6.Selecteer de ovenfunctie en, indien nodig, de oventemperatuur.
Het display geeft de huidige kerntemperatuur en (de verhouding tussen de ingestelde oventemperatuur en de huidige oventemperatuur) weer.
De kerntemperatuursensor moet gedurende het kookproces in het vlees blijven en de stekker moet in het stopcontact blijven.
Terwijl het apparaat de geschatte tijdsduur berekent, wordt de waarde van de timer met optelfunctie op het display timer/restwarmte. Wanneer de eerste berekening is voltooid, geeft het display van de klok/restwarmte "-" en dan de benaderde kooktijd weer.
Het apparaat blijft de kookduur berekenen. Het display wordt regelmatig bijgewerkt met de nieuwe duur.
7.Wanneer het vlees de ingestelde kerntemperatuur heeft bereikt, knippert de kerntempe-
ratuur en . Het apparaat wordt uitgeschakeld. Er weerklinkt gedurende twee minuten een geluidssignaal.
Raak een sensorveld aan/uit om het geluidssignaal uit te schakelen.
WAARSCHUWING!
Wees voorzichtig bij het verwijderen van de kerntemperatuursensor. De kerntemperatuursensor en het apparaat zijn heet. Er bestaat gevaar voor brandwonden.
8.Haal de stekker van de kerntemperatuursensor uit het stopcontact en haal het vlees uit het apparaat.
Wanneer u de kerntemperatuursensor in de aansluiting plaatst, annuleert u de instellingen voor de klokfuncties.
20 Extra functies
Wanneer u kookt met de kerntemperatuursensor, kunt u de temperatuur in het display temperatuur/tijd wijzigen. Nadat u de kerntemperatuursensor in de aansluiting hebt geplaatst en een ovenfunctie en -temperatuur hebt ingesteld, geeft het display de huidige kerntemperatuur weer.
Raak telkens opnieuw aan om drie andere temperaturen te zien:
•De huidige kerntemperatuur
•De ingestelde oventemperatuur
•De huidige oventemperatuur.
Telescopische geleiders
Dankzij de telescopische geleiders kunt u makkelijker ovenrekken plaatsen en uitnemen.
1. Trek beide telescopische geleiders uit.
2.Plaats het ovenrek op de telescopische geleiders en duw ze voorzichtig in het apparaat.
zorg dat u de telescopische geleiders helemaal in het apparaat duwt voordat u de ovendeur sluit.
LET OP!
De telescopische geleiders niet in de afwasmachine reinigen. De telescopische geleiders niet smeren.
°C |
°C |
EXTRA FUNCTIES
Kinderbeveiliging
U kunt het apparaat niet inschakelen als de kinderbeveiliging in werking is. De kinderbeveiliging in-/uitschakelen:
1. Schakel het apparaat uit. Stel geen ovenfunctie in.