Verveelvuldiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en
services van HP wordt uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke
producten en services wordt geleverd.
Niets in deze verklaring mag worden
opgevat als een aanvullende garantie. HP
is niet aansprakelijk voor technische of
redactionele fouten of weglatingen in deze
verklaring.
Onderdeelnummer Q3702-90951
Edition 1, 6/2004
Handelsmerken
Adobe Photoshop® en PostScript zijn
handelsmerken van Adobe Systems
Incorporated.
™
CorelDRAW
is een handelsmerk of
gedeponeerd handelsmerk van Corel
Corporation of Corel Corporation Limited.
Microsoft®, Windows®, MS-DOS® en
Windows NT® zijn gedeponeerde
handelsmerken van Microsoft Corporation
in de Verenigde Staten van Amerika.
Netscape™ en Netscape Navigator™ zijn
handelsmerken van Netscape
Communications Corporation in de V.S.
TrueType™ is een gedeponeerd
handelsmerk van Apple Computer, Inc. in
de V.S.
UNIX® is een gedeponeerd handelsmerk
van The Open Group.
ENERGY STAR® en het logo van
ENERGY STAR® zijn in de Verenigde
Staten gedeponeerde merken van de
Amerikaanse EPA (Environmental
Protection Agency). Informatie over het
juiste gebruik van de tekens vindt u in de
richtlijnen voor het juiste gebruik van de
naam en het internationale logo van
ENERGY STAR®.
Page 5
HP online klantenondersteuning
Online Services
24 uur per dag bereikbaar via een modem- of internetverbinding
World Wide Web: bijgewerkte HP-printersoftware, productinformatie en ondersteunende
informatie en printerdrivers in diverse talen kunt u vinden op http://www.hp.com/support/
clj2550. (De site is Engelstalig.)
Hulpprogramma's bij het online oplossen van problemen
HP Instant Support Professional Edition (ISPE) is een serie op het web gebaseerde
hulpprogramma's voor het oplossen van problemen bij desktopcomputers en
afdrukapparatuur. Met ISPE kunt u snel problemen met computerapparatuur en
afdrukproblemen identificeren, diagnosticeren en oplossen. De ISPE-hulpprogramma's kunt
u vinden op http://instantsupport.hp.com.
Telefonische ondersteuning
Hewlett-Packard biedt gedurende de garantieperiode gratis telefonische ondersteuning. Als
u belt, wordt u doorverbonden met een team van medewerkers die klaar staan om u te
helpen. Raadpleeg de brochure in de productverpakking voor het telefoonnummer voor uw
land/regio. U kunt ook terecht op http://www.hp.com/support/callcenters. Zorg dat u de
volgende gegevens bij de hand hebt als u HP belt: productnaam en serienummer,
aankoopdatum en beschrijving van het probleem.
U kunt voor ondersteuning ook terecht op http://www.hp.com. Klik op het vak
ondersteuning & drivers.
Softwarehulpprogramma's, drivers en elektronische informatie
Ga naar http://www.hp.com/go/clj2550_software. (De website is Engelstalig, maar u kunt de
printerdrivers in verschillende talen downloaden.)
Zie de brochure die bij uw printer is geleverd voor telefonische informatie.
Rechtstreeks bestellen van accessoires of benodigdheden van HP
Bestel benodigdheden via de volgende websites:
Verenigde Staten: http://www.hp.com/sbso/product/supplies
Canada: http://www.hp.ca/catalog/supplies
Europa: http://www.hp.com/supplies
Azië/Oceanië: http://www.hp.com/paper/
Bestel accessoires via http://www.hp.com/accessories. Zie voor meer informatie
Accessoires en bestelinformatie.
Bel de volgende telefoonnummers voor het telefonisch bestellen van benodigdheden en
accessoires:
Verenigde Staten: (1) (800) 538-8787
Canada: (1) (800) 387-3154
NLWW
Zie de brochure die bij de printer is geleverd voor de telefoonnumers van de overige landen/
regio's.
HP service-informatie
iii
Page 6
Bel (1) (800) 243-9816 (Verenigde Staten) of (1) (800) 387-3867 (Canada) voor
geautoriseerde dealers in de Verenigde Staten of Canada. Of ga naar http://www.hp.com/
go/cposupportguide.
Neem voor service voor uw HP-product in de overige landen/regio's contact op met de
afdeling klantenondersteuning van uw land/regio. Zie de brochure die bij uw printer is
geleverd.
Service buiten de garantieperiode: (1) (800) 633-3600.
Uitgebreide service: bel 1-800-HPINVENT [(1) (800) 474-6836 (V.S.)] of (1) (800) 268-1221
(Canada). Of ga naar de website HP Supportpack and Carepaq™ Services op
http://www.hpexpress-services.com/10467a.
HP werkset
Gebruik de software van de HP werkset om de printerstatus te controleren en informatie
met betrekking tot oplossingen van problemen en online documentatie te bekijken. U kunt
de HP werkset weergeven als de printer rechtstreeks op de computer is aangesloten of als
deze op een netwerk is aangesloten. Om de HP werkset te kunnen gebruiken, moet u alle
softwareonderdelen geïnstalleerd hebben. Zie
Printerbeheer.
iv
NLWW
Page 7
Inhoudsopgave
1 Basisinformatie over de printer
Snelle toegang tot printerinformatie ......................................................................................... 2
Snelkoppelingen in de handleiding ....................................................................................2
Als u meer informatie wilt ...................................................................................................2
Ga als volgt te werk om in Windows geheugen te activeren ........................................165
Geheugen voor Mac OS inschakelen ............................................................................165
De taallettertype-DIMM inschakelen .....................................................................................166
Lettertypen voor Windows inschakelen .........................................................................166
Index
viii
NLWW
Page 11
1
Basisinformatie over de printer
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderwerpen:
Snelle toegang tot printerinformatie
Printerconfiguraties
Printerfuncties
Printeronderdelen
Software
Specificaties voor het afdrukmateriaal
NLWW
1
Page 12
Snelle toegang tot printerinformatie
Snelkoppelingen in de handleiding
●Printeronderdelen
Functies van bedieningspaneel
●
Problemen oplossen
●
Als u meer informatie wilt
Er zijn diverse naslagwerken voor deze printer beschikbaar. Zie http://www.hp.com/support/
clj2550.
De printer gereedmaken
Starthandleiding—Hierin vindt u stapsgewijze voor het installeren en het gereedmaken
van de printer.
hpcolor LaserJet
1550•2550 series
HP Jetdirect Handleiding voor beheerders—Instructies voor het configureren van de
HP Jetdirect printserver en het oplossen van problemen. Deze handleiding wordt
bijgevoegd bij printers die met een HP Jetdirect printserver worden geleverd.
Handleidingen voor accessoires en benodigdheden—Deze handleidingen bieden
stapsgewijze instructies bij het installeren van printeraccessoires en benodigdheden.
c9704a
2
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 13
De printer gebruiken
Gebruikershandleiding—Bevat uitgebreide informatie over het gebruik van de printer en
het verhelpen van mogelijke problemen. Deze handleiding staat op de cd-rom die bij de
printer is geleverd. Deze is ook beschikbaar via de software van de HP werkset.
Online Help—Bevat informatie over de printeropties die via de printerdrivers beschikbaar
zijn. U kunt een Help-onderwerp raadplegen via het menu Help van de printerdriver.
HTML (online) gebruikershandleiding—Bevat uitgebreide informatie over het gebruik van
de printer en het verhelpen van mogelijke problemen. Ga naar http://www.hp.com/support/
clj2550. Na het tot stand brengen van de verbinding, selecteert u Handleidingen.
NLWWSnelle toegang tot printerinformatie
3
Page 14
Printerconfiguraties
Gefeliciteerd met de aankoop van uw HP color LaserJet 2550 serie printer. De printer is
verkrijgbaar in de volgende configuraties:
HP color LaserJet 2550L
De HP color LaserJet 2550L printer is een vierkleurenlaserprinter met een afdruksnelheid
van max. 20 pagina's van Letter-formaat per minuut (ppm) in zwart-wit, 19 ppm van A4formaat en 4 ppm van Letter/A4-formaat in kleur. De HP color LaserJet 2550L bevat onder
meer een PCL 6-printerdriver en biedt PostScript
●
Laden. De printer is uitgerust met een multifunctionele lade (lade 1) voor maximaal 125
vel papier of ander afdrukmateriaal, of 10 enveloppen. De printer is ook compatibel met
een optionele lade voor 250 vel (lade 2) voor standaardformaten en met een optionele
lade voor 500 vel (lade 3) voor A4 en Letter. (De optionele lade 2 moet zijn
geïnstalleerd om optionele lade 3 te kunnen plaatsen.) Zie
gewichten afdrukmateriaal voor meer informatie.
®
level 3-emulatie.
Ondersteunde formaten en
●
Inktpatronen. Dit model wordt standaard met kleureninktpatronen (cyaan, geel en
magenta) geleverd waarmee max. 2.000 pagina's met 5 procent dekking kunnen
worden afgedrukt. Het model wordt met een zwarte inktpatroon geleverd waarmee
max. 5.000 pagina's met 5 procent dekking kan worden afgedrukt. (Bij een normale
zakenbrief is gemiddeld 5% van de pagina bedrukt.)
●
Connectiviteit. De printer heeft een parallelle poort en USB-poort voor aansluitingen.
De printer is ook compatibel met een optionele HP Jetdirect externe printserver voor
aansluiting op een netwerk.
●
Geheugen. De printer wordt standaard met 64 MB RAM-geheugen geleverd.
●
Mogelijkheden tot uitbreiding. De printer heeft een beschikbare DIMM-sleuf voor
geheugenuitbreiding en extra ondersteuning van lettertypen. Het geheugen is tot
192 MB uitbreidbaar door een 128 MB DIMM-geheugen toe te voegen.
HP color LaserJet 2550Ln
De HP color LaserJet 2550n printer beschikt over dezelfde functies als de
HP color LaserJet 2550L printer, maar beschikt daarnaast over een HP Jetdirect interne
printserver voor aansluiting op een 10/100Base-T netwerk. Dit model ondersteunt tevens
een optionele lade 2 en optionele lade 3. (De optionele lade 2 moet zijn geïnstalleerd om
optionele lade 3 te kunnen plaatsen.)
4
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 15
HP color LaserJet 2550n
De HP color LaserJet 2550n beschikt over dezelfde functies als de HP color
LaserJet 2550Ln printer en is inclusief lade 2. Dit model is ook compatibel met de optionele
lade 3. Dit model wordt standaard met kleureninktpatronen geleverd voor hoge capaciteit
waarmee max. 4.000 pagina's kunnen worden afgedrukt.
NLWWPrinterconfiguraties
5
Page 16
Printerfuncties
FunctieHP color LaserJet 2550 serie printer
Afdrukken in kleur
Hoge afdruksnelheid
Uitstekende afdrukkwaliteit
Eenvoudig in gebruik
●Biedt laserafdrukken in kleur met vier
basiskleuren: cyaan, magenta, geel en
zwart (CMYK).
●Drukt in zwart-wit max. 20 ppm af op Letter-
formaat en max. 19 ppm op A4-formaat.
Drukt af in kleur op A4/Letter met 4 ppm.
●ImageREt 2400 zorgt voor 2400 dpi
laserkwaliteit in kleur door middel van een
multilevel afdrukproces.
●Tekst en illustraties op 600 bij 600 dots per
inch (dpi).
●Aanpasbare instellingen voor het
optimaliseren van de afdrukkwaliteit.
●De HP UltraPrecise inktpatroon bevat toner
van een fijnere samenstelling, zodat tekst
en afbeeldingen scherper worden afgedrukt.
●Weinig benodigdheden nodig.
Benodigdheden zijn eenvoudig te
installeren.
●Eenvoudige toegang tot printerinformatie en
-instellingen met behulp van de software
van de HP werkset.
Mogelijkheden tot uitbreiding
●Eenvoudige toegang tot alle
benodigdheden en de papierbaan via de
voorste klep.
●Optionele lade 2. (Inclusief bij het model
2550n; compatibel met alle overige
modellen). Met deze lade voor 250 vel voor
standaardformaten heeft de printer een
grotere hoeveelheid papier ter beschikking.
Er kan slechts één lade voor 250 vellen op
de printer worden geïnstalleerd.
●Optionele lade 3. Met deze lade voor
500 vel voor Letter- en A4-formaat hoeft u
minder vaak het papier in de printer bij te
vullen. Er kan slechts één lade voor
500 vellen op de printer worden
geïnstalleerd. De optionele lade 2 moet zijn
geïnstalleerd om optionele lade 3 te kunnen
plaatsen.
●Optionele HP Jetdirect externe printserver
voor aansluiting op een netwerk (HP color
LaserJet 2550L printer).
●Eén DIMM-sleuf voor het toevoegen van
geheugen en lettertypen.
6
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 17
FunctieHP color LaserJet 2550 serie printer
Flexibele papierverwerking
●Instelbare lade 1 (multifunctionele lade)
voor briefhoofdpapier, enveloppen,
etiketten, transparanten, speciaal formaat
afdrukmateriaal, briefkaarten, glanzend
papier, HP LaserJet Tough paper en zwaar
papier.
●Optionele instelbare lade 2 (lade voor
250 vel) voor papier van standaardformaat.
●Optionele lade 3 (lade voor 500 vel) voor
papier met Letter- en A4-formaat. (De
optionele lade 2 moet zijn geïnstalleerd om
optionele lade 3 te kunnen plaatsen.)
●Eén uitvoerbak voor 125 vellen en één
uitvoerklep. Selecteer de bovenste
uitvoerbak (afdrukzijde omlaag) voor de
meeste taken, inclusief transparanten.
Gebruik de achterste uitvoerklep
(afdrukzijde boven) voor taken op zwaar
papier, licht papier of speciale
afdrukmaterialen.
●Een rechte papierbaan vanuit lade 1 naar
de achterste uitvoerklep.
●Handmatig dubbelzijdig afdrukken (duplex
afdrukken). Zie
(handmatig dubbelzijdig afdrukken).
Dubbelzijdig afdrukken
Functies van de printerdriver
PostScript® (PS) 3-emulatietaal en lettertypen
Automatisch schakelen tussen printertalen
Interfaceaansluitingen
●De printertaal PCL 6 biedt snellere
afdrukprestaties, ingebouwde
schalingstechnieken van Intellifont en
TrueType™, ingebouwde HP-GL/2vectorafbeeldingen en geavanceerde
weergavecapaciteiten. De PCL 6 biedt
tevens 45 schaalbare TrueType-lettertypen
en één Line Printer bitmap-lettertype. De
PCL 6-printertaal wordt ook meegeleverd.
●Inclusief 35 geïntegreerde PS-lettertypen.
●De printer schakelt automatisch over op de
juiste printertaal voor de afdruktaak (zoals
PS of PCL 6).
●Bidirectionele ECP-poort, type-B parallelle
poort (IEEE-1284 compatibel).
●USB-poort voor hoge snelheid.
●Compatibel met een optionele HP Jetdirect
externe printserver (HP color LaserJet
2550L printer). De HP color LaserJet
2550Ln en 2550n printers worden met een
HP Jetdirect interne printserver geleverd.
NLWWPrinterfuncties
7
Page 18
FunctieHP color LaserJet 2550 serie printer
Netwerkfunctie
Verbeterd geheugen en geheugenuitbreiding
●Compatibel met een optionele HP Jetdirect
externe printserver (HP color LaserJet
2550L printer). De HP color LaserJet
2550Ln en 2550n printers worden met een
HP Jetdirect interne printserver geleverd.
●Alle gebruikelijke netwerkprotocollen zoals
Ethernet, Token Ring en LocalTalk zijn
beschikbaar bij het gebruik van een
optionele externe HP Jetdirect printserver.
(De modellen 2550Ln en 2550n zijn
inclusief een HP Jetdirect interne
printserver.)
●De printer wordt geleverd met 64 MB
geheugen en kan worden uitgebreid tot
192 MB met behulp van de DIMM-sleuven.
De meeste documenten kunnen met behulp
van de Memory Enhancement technology
(MEt) met de standaard hoeveelheid
geheugen worden afgedrukt. Via MEt
worden gegevens automatisch
gecomprimeerd, zodat de capaciteit van het
geheugen nagenoeg wordt verdubbeld en
meer complexe pagina's met het
beschikbare geheugen kunnen worden
afgedrukt.
Energiebesparing
Economisch afdrukken
Benodigdheden
●De printer bespaart automatisch elektriciteit
door het energieverbruik aanmerkelijk terug
te brengen wanneer er niet wordt afgedrukt.
●Als partner van ENERGY STAR® heeft
Hewlett-Packard Company bepaald dat dit
product voldoet aan de richtlijnen van
ENERGY STAR® voor efficiënt
energieverbruik. ENERGY STAR® is een in
de Verenigde Staten gedeponeerd
servicemerk van de Amerikaanse
Environmental Protection Agency (EPA).
●Met N-per-vel afdrukken (meerdere
pagina's op één vel afdrukken) en
dubbelzijdig afdrukken met handmatige
duplex bespaart u papier. Zie
pagina’s afdrukken op één vel afdrukken (Nper-vel) en Dubbelzijdig afdrukken
(handmatig dubbelzijdig afdrukken).
●Een pagina Status benodigdheden met
weergave van de inktpatronen en imaging
drum waarbij de resterende hoeveelheden
worden weergegeven. Alleen beschikbaar
voor onderdelen van HP.
●Inktpatronen hoeven niet te worden
geschud.
Meerdere
●Echtheidscontrole van HP-inktpatronen.
●Mogelijkheid tot het bestellen van
benodigdheden.
8
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 19
FunctieHP color LaserJet 2550 serie printer
Toegankelijkheid
●Online gebruikershandleiding die
compatibel is met reader-programma's.
●Inktpatronen en de imaging drum kunnen
met één hand worden geïnstalleerd en
verwijderd.
●Alle kleppen en deksels kunnen met één
hand worden geopend.
NLWWPrinterfuncties
9
Page 20
Printeronderdelen
Maak uzelf vertrouwd met de onderdelen van de printer voordat u de printer gebruikt.
1
2
1bovenste uitvoerbak (afdrukzijde omlaag)
2aan/uit-schakelaar
3optionele lade 3.
4optionele lade 2 (bij het model HP color LaserJet 2550n geleverd)
5lade 1
6bovenklep
7bedieningspaneel
De printer heeft twee interfacepoorten: een IEEE-1284B-parallelle poort en een USB-poort
met hoge snelheid.
10
De modellen HP color LaserJet 2550Ln en 2550n worden geleverd met een HP Jetdirect
interne printserver met een 10/100Base-T (RJ-45) poort.
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 21
Opmerking
Aangezien de HP Jetdirect printserverkaart niet met alle modellen wordt meegeleverd,
wordt in deze documentatie van de optionele HP Jetdirect printserverkaart gesproken.
1
2
1parallelle poort (IEEE-1284B)
2USB-poort voor hoge snelheid
310/100Base-T poort (alleen HP color LaserJet 2550Ln en 2550n printers)
3
NLWWPrinteronderdelen
11
Page 22
Software
Software en ondersteunde besturingssystemen
HP adviseert de geleverde software te installeren zodat u de printer gemakkelijk kunt
instellen en de volledige functionaliteit van het apparaat kunt gebruiken. Niet alle software is
in alle talen beschikbaar. Instructies voor het installeren van deze software vindt u in de
starthandleiding en recente software-informatie in het leesmij-bestand.
Via internet en andere bronnen zijn de meest recente versies van drivers, extra drivers en
andere software beschikbaar. Wanneer u geen toegang hebt tot internet, raadpleegt u
online klantenondersteuning.
De printersoftware ondersteunt de volgende besturingssystemen:
●
Microsoft
®
Windows®98, Windows 2000, Windows Millennium Edition (Me) en
Windows XP
●Windows NT 4.0 (alleen driver, overige printersoftware is niet beschikbaar)
●Macintosh OS 9.1 en OS X v.10.1 en later
●
®
, Linux en OS/2 (beperkte functionaliteit)
UNIX
De volgende tabellen geven de software weer die beschikbaar is voor uw
besturingssysteem.
HP
HP color LaserJet 2550 serie printersoftware
FunctieWindows
98, ME
Installatiepr
ogramma
voor
Windows
PCL 6
printerdriver
PSprinterdriver
HP Web
Jetadminsoftware
HP werkset
software
Installatiepr
ogramma
voor
Macintosh
Windows
2000 en XP
1
Macintosh
OS 9.1
Macintosh
OS X
UNIX®,
Linux
OS/2
12
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 23
HP color LaserJet 2550 serie printersoftware (vervolg)
FunctieWindows
98, ME
PostScriptprinterbesch
rijvingsbest
anden
(PPD) en
printerdialoo
gextensies
(PDE) voor
Macintosh
Windows
2000 en XP
Macintosh
OS 9.1
Macintosh
OS X
UNIX®,
Linux
OS/2
IBM-drivers
Modelscript
s
1
Beschikbaar op de website van HP.
2
Beschikbaar op de website van HP. Niet specifiek voor deze printer.
2
1
Softwaretips
Hieronder volgt een aantal tips voor het gebruik van de printersoftware.
Hoe krijg ik toegang tot printerfuncties?
De printerfuncties zijn toegankelijk via de printerdriver. Sommige functies, zoals speciale
papierformaten en afdrukrichting, kunnen ook beschikbaar zijn in de toepassing waarmee u
een bestand maakt. Wijzig de instellingen indien mogelijk in de toepassing, aangezien
wijzigingen in de toepassing voorrang hebben boven wijzigingen in de printerdriver.
Via de printerdriver (of het dialoogvenster Print voor Macintosh-besturingssystemen) hebt u
toegang tot geavanceerde printerfuncties. Raadpleeg
printerdriver voor hulp bij specifieke functies van de printerdriver.
Toegang tot de instellingen in de
Hoe kan ik de laatste printersoftware verkrijgen?
Als u upgrades voor de printersoftware wilt bekijken en installeren, kunt u drivers
downloaden van het World Wide Web of van de FTP-servers (File Transfer Protocol) van
HP.
Drivers downloaden
1.
Ga naar http://www.hp.com. Klik op het vak drivers.
2.
Typ color laserjet 2550 in als productnaam. De webpagina voor de drivers is
mogelijk in het Engels, maar u kunt de drivers zelf in diverse talen downloaden.
Als u geen toegang hebt tot internet, neemt u contact op met de klantenondersteuning van
HP. (Zie
HP online klantenondersteuning of de brochure in de verpakking van de printer.)
Raadpleeg het leesmij-bestand voor aanvullende release-informatie.
Welke software is er nog meer beschikbaar?
Zie het leesmij-bestand op de cd-rom van de HP color LaserJet 2550 voor meer informatie
over extra software en talen die worden ondersteund.
NLWWSoftware
13
Page 24
Software voor Windows
Wanneer u de software voor Windows installeert, kan de printer rechtstreeks op een
computer worden aangesloten door middel van een parallelle kabel of een USB-kabel, of
op een netwerk door middel van een HP Jetdirect printserverkaart. Instructies voor het
installeren van deze software vindt u in de starthandleiding en recente software-informatie
in het leesmij-bestand.
De volgende software is beschikbaar voor alle gebruikers van de printer, of de printer nu
rechtstreeks op een computer is aangesloten door middel van een parallelle kabel of een
USB-kabel, of op een netwerk door middel van een HP Jetdirect printserverkaart.
Printerdrivers
Printerdrivers zijn softwarecomponenten die toegang geven tot printerfuncties en zorgen
dat de computer met de printer kan communiceren. Raadpleeg voor hulp bij het gebruik
van uw printerdriver
Selecteer een printerdriver op basis van de manier waarop u uw printer gebruikt.
●Gebruik de PCL 6-printerdriver om alle mogelijkheden van uw printer volledig te kunnen
benutten. Tenzij volledige compatibiliteit met oudere PCL-drivers of oudere printers
nodig is, verdient gebruik van de PCL 6-driver aanbeveling.
●Gebruik de PostScript-driver (PS) als compatibiliteit met PostScript gewenst is. In deze
printerdriver zijn bepaalde functies niet beschikbaar.
Toegang tot de instellingen in de printerdriver.
De printer schakelt automatisch heen en weer tussen PostScript Level 3-emulatie en PCLprintertalen, afhankelijk van de geselecteerde driver.
Help gebruiken
De printerdriver bevat Help-dialoogvensters die met de knop Help in de driver, de toets F1
op het toetsenbord van de computer of het vraagtekensymbool (?) rechtsboven in de
printerdriver kunnen worden geactiveerd. Deze Help-dialoogvensters bevatten
gedetailleerde informatie over de specifieke driver. De Help voor de printerdriver staat los
van de Help-schermen van uw programma.
HP werkset
U kunt de HP werkset alleen gebruiken als u de software volledig hebt geïnstalleerd.
De HP werkset bevat snelkoppelingen naar printerstatusinformatie en Help-informatie, zoals
deze gebruikershandleiding, en hulpmiddelen voor het diagnosticeren en oplossen van
problemen. U kunt ook uitleg en animaties van de waarschuwingslampjes op het
bedieningspaneel bekijken. Zie
Onderhoud voor meer informatie.
Software alleen voor netwerkinstallaties
Deze software is alleen beschikbaar als de printer op een netwerk is aangesloten.
14
HP Web Jetadmin
HP Web Jetadmin is bestemd voor printerbeheer in commerciële netwerken en
bedrijfsnetwerken. De HP werkset wordt gebruikt voor het beheren van een enkele printer,
HP Web Jetadmin voor het beheren van groepen printers en andere apparaten. U kunt
deze software downloaden van de website van HP op http://www.hp.com/go/webjetadmin.
De HP Web Jetadmin-website biedt HP Web Jetadmin-software in vele talen.
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 25
HP Web Jetadmin is alleen beschikbaar als de printer op een internetprotocol (IP)
gebaseerd netwerk is aangesloten. Deze browsergestuurde software kan worden
geïnstalleerd op een van de volgende ondersteunde platforms:
●Microsoft Windows 2000 of XP
●Red Hat Linux
●SuSE Linux
HP Web Jetadmin starten
Na installatie van de HP Web Jetadmin-software kunt u het programma in een
ondersteunde webbrowser op een willekeurige computer openen door een van de volgende
URL's in te voeren:
http://server.domein:poort/
●
waarbij "server.domein" de hostnaam van uw server is en "poort" het poortnummer dat
u tijdens de installatie hebt ingevoerd. (De standaardpoort is 8000.) Deze informatie
vindt u in het bestand url.txt, dat is opgenomen in de map waarin HP Web Jetadmin is
geïnstalleerd.
http://ipadres:poort/
●
waarbij "ipadres" het IP-adres is van de computer waarop HP Web Jetadmin is
geïnstalleerd.
Voor instellingen die zowel in de printerdriver als HP Web Jetadmin verschijnen, worden
wijzigingen die in de printerdriver zijn gemaakt, overschreven door wijzigingen die in
HP Web Jetadmin zijn gemaakt.
Software voor Macintosh
Voor Mac 9.1 moet de Apple LaserWriter 8-driver zijn geïnstalleerd als u het PPD-bestand
wilt gebruiken. Gebruik de Apple LaserWriter 8 driver die bij de Macintosh is geleverd. Voor
Mac OS X gebruikt u Afdrukbeheer als u wilt afdrukken.
De printer bevat de volgende software voor Macintosh-computers.
PPD's (Mac OS 9.1 en Mac OS X classic)
PPD's en de LaserWriter-driver bieden in combinatie toegang tot de printerfuncties en
zorgen ervoor dat de computer kan communiceren met de printer. Op de cd-rom van de
HP color LaserJet 2550 vindt u een installatieprogramma voor de PPD's.
PDE's (Mac OS X)
PDE's zijn code plug-ins die toegang bieden tot printerfuncties, zoals informatie over het
aantal kopieën, dubbelzijdig afdrukken en de kwaliteitsinstellingen. Op de cd-rom van de
HP color LaserJet 2500 vindt u een installatieprogramma voor de PDE's en andere software.
NLWWSoftware
15
Page 26
HP werkset
De HP werkset wordt ondersteund voor Mac OS 10.1 en later. U kunt de HP werkset alleen
gebruiken als u de software volledig hebt geïnstalleerd. De HP werkset bevat
snelkoppelingen naar printerstatusinformatie en Help-informatie, zoals deze
gebruikershandleiding, en hulpmiddelen voor het diagnosticeren en oplossen van
problemen. U kunt ook uitleg en animaties van de waarschuwingslampjes op het
bedieningspaneel bekijken. Zie
HP werkset voor meer informatie.
De printersoftware verwijderen
U verwijdert de software door de volgende instructies voor uw besturingssysteem uit te
voeren.
Software voor Windows verwijderen
Met het hulpprogramma voor verwijderen kunt u één of meer van de onderdelen van het
HP-afdruksysteem voor Windows selecteren en van uw computer verwijderen.
Software voor Windows 98 en later verwijderen
Opmerking
Meld u in Windows 2000 of XP aan als beheerder voordat u de installatie ongedaan gaat
maken.
1. Sluit alle geopende programma's.
Voor Windows 98 en Me
a.
Druk op Ctrl+Alt+Delete. Het dialoogvenster Programma afsluiten wordt geopend.
b.
Selecteer een programma met uitzondering van Explorer of Systray en klik op Taakbeëindigen.
c.Herhaal stap b tot alle programma's behalve Explorer en Systray zijn afgesloten.
Voor Windows 2000 en XP
a.
Druk op Ctrl+Alt+Delete. Het dialoogvenster Windows-beveiliging wordt geopend.
b.
Klik op Taakbeheer en klik vervolgens op het tabblad Toepassingen.
c.
Selecteer een programma en klik vervolgens op Taak beëindigen.
d. Herhaal stap c tot alle programma's zijn afgesloten.
2.
Wijs in het menu Start, Programma's aan, dan Hewlett-Packard, en vervolgens HP
color LaserJet 2550 series, en klik daarna op Verwijderen.
3.
Klik in het welkomstvenster op Volgende.
Opmerking
16
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
4.
Om bepaalde software-onderdelen te verwijderen, klikt u op De bestaande installatiewijzigen. Klik op Alles verwijderen om alle printersoftware te verwijderen.
Als u klikt op Alles verwijderen, moet u de cd-rom met de software bij de hand hebben om
de installatie te voltooien.
5. Klik op het vervolgkeuzepictogram naast elke functie die u wilt verwijderen. In de
vervolgkeuzelijst klikt u op Deze functie is niet beschikbaar.
Page 27
6.
Klik op Volgende en volg verder de instructies op het scherm. Klik bij het bericht waarin
u wordt gevraagd gedeelde bestanden te verwijderen, op Ja op alles. De bestanden
worden verwijderd.
7.
Klik op OK als u wordt gevraagd de computer opnieuw te starten.
Software voor Windows verwijderen met behulp van de optie Software
Een alternatieve methode voor het verwijderen van de printersoftware is het gebruik van de
functie Software (toevoegen of verwijderen van programma's). Met deze methode hoeft u
niet over de cd-rom met de software te beschikken.
1.
Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Configuratiescherm.
2.
Klik op Software.
3.
Blader door de lijst met softwareprogramma's en klik op hp color LaserJet 2550 serieprinter.
4.
Klik op Verwijderen.
Software verwijderen voor Macintosh
U verwijdert de printersoftware van de Macintosh door de map HP LaserJet en de PPD's
naar de Prullenmand te slepen. Wanneer u gebruikmaakt van Mac OS X, moet u ook de
PDE’s naar de Prullenbak slepen.
Voor Mac OS 9.1: de PPD's kunt u vinden in Macintosh HD\Systeemmap\Extensies\Printerbeschrijvingen.
Voor Mac OS X: de PPD's kunt u vinden in Macintosh HD\Library\Printers\PPDs
\Contents\Resources\<lang>.lproj. De PDE's kunt u vinden in Macintosh HD
\Library\Printers\PPD Plugins\HP*.
Het gedeelte <lang> staat voor de taal van de gekozen printersoftware.
NLWWSoftware
17
Page 28
Specificaties voor het afdrukmateriaal
Dit gedeelte bevat informatie over specificaties van de kwaliteit van het afdrukmateriaal,
richtlijnen voor het gebruik en de opslag van afdrukmateriaal.
Algemene richtlijnen
Het is mogelijk dat het afdrukmateriaal aan alle richtlijnen in deze handleiding voldoet en
toch geen bevredigend resultaat geeft. Dit probleem kan worden veroorzaakt door onjuist
gebruik, een onaanvaardbare temperatuur en vochtigheidsgraad of andere variabelen
waarover Hewlett-Packard geen controle heeft.
Test, voordat u een grote hoeveelheid afdrukmateriaal aanschaft, altijd een exemplaar op
kwaliteit en controleer of het afdrukmateriaal voldoet aan de vereisten in deze
gebruikershandleiding en in de HP LaserJet Printer Family Print Media Guide. Zie
Accessoires en bestelinformatie voor bestelinformatie.
VOORZICHTIG
Het gebruik van afdrukmateriaal dat niet aan de specificaties van HP voldoet, kan
problemen voor de printer veroorzaken, waardoor deze gerepareerd moet worden. Deze
reparatie wordt niet gedekt door de garantie of serviceovereenkomst die u hebt afgesloten
met Hewlett-Packard.
Deze printer kan diverse afdrukmaterialen verwerken, zoals losse vellen papier (met
inbegrip van 100% kringlooppapier), enveloppen, etiketten, transparanten en speciaal
papier. Eigenschappen zoals gewicht, samenstelling, vezels en vochtgehalte zijn
belangrijke factoren die de kwaliteit van de uitvoer en de prestaties van de printer
beïnvloeden. Afdrukmateriaal dat niet aan de in deze handleiding beschreven richtlijnen
voldoet, kan de volgende problemen veroorzaken:
●Slechte afdrukkwaliteit
●Meer papierstoringen
●Voortijdige slijtage van de printer waardoor reparaties nodig zijn
Papier en afdrukmateriaal
CategorieSpecificaties
Zuurgraad5,5 pH tot 8,0 pH
18
Dikte0,094 tot 0,18 mm
Omkrullen in riemVlak binnen 5 mm
Type snijrandScherp afgesneden papier zonder ruwe randen
Compatibiliteit met fuserMag niet schroeien, smelten, geen inktvegen
vertonen en geen gevaarlijke dampen afgeven
wanneer het gedurende 0,1 seconde tot 210 °C
wordt verhit.
VezelLange vezels
Vochtgehalte4 procent tot 6 procent per gewichtseenheid
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 29
CategorieSpecificaties
Gladheid100 tot 250 Sheffield
Zie voor volledige specificaties voor afdrukmateriaal voor alle HP LaserJet printers de
HP LaserJet Printer Family Print Media Guide. Ga naar http://www.hp.com/support/
ljpaperguide om de handleiding in PDF-indeling te downloaden.
Omgeving voor afdrukken en opslag
De beste omgeving voor afdrukken en het opslaan van afdrukmateriaal is op of omstreeks
kamertemperatuur, en niet te droog of te vochtig. Papier is hygroscopisch: het neemt vocht
snel op en geeft het ook weer snel af.
Een combinatie van warmte en vocht beschadigt papier. Door de warmte verdampt het
vocht in het papier, terwijl dit door de koude op de vellen condenseert.
Verwarmingssystemen en airconditioners verwijderen het meeste vocht uit een vertrek.
Wanneer een pak papier wordt geopend en gebruikt, verliest het papier vocht, waardoor
strepen en vlekken ontstaan. Vochtig weer en drinkfonteinen kunnen de vochtigheid in een
vertrek doen toenemen. Wanneer een pak papier wordt geopend en gebruikt, neemt het
papier vocht op en ontstaan lichte afdrukken en weggevallen gedeelten. Ook kan het papier
vervormen wanneer het vocht verliest en opneemt. Dit kan tot papierstoringen leiden.
Daarom zijn de opslag en het hanteren van papier even belangrijk als het
papierfabricageproces zelf. De omgevingscondities bij papieropslag kunnen een
rechtstreeks effect op de papiertoevoer hebben.
Zorg ervoor dat u niet meer papier aanschaft dan gemakkelijk in korte tijd (ongeveer drie
maanden) kan worden opgebruikt. Papier dat lange tijd opgeslagen blijft, kan aan extreme
warmte en vochtigheid worden blootgesteld, waardoor het beschadigd kan raken. Planning
is belangrijk om beschadiging van een grote voorraad papier te voorkomen.
Ongeopende riemen papier in verzegelde verpakking kunnen enkele maanden lang stabiel
blijven voordat het papier wordt gebruikt. Geopende pakken papier kunnen eerder door de
omgeving worden beschadigd, vooral als ze niet in een vochtafstotende omslag zijn
gewikkeld.
De omgeving voor papieropslag moet goed worden onderhouden om de optimale
prestaties van de printer te verzekeren. De vereiste conditie is 20 tot 24 °C, met een
relatieve vochtigheid van 45 tot 55 procent. De volgende richtlijnen zijn nuttig bij het
evalueren van de omgeving waar het papier wordt opgeslagen:
●Het afdrukmateriaal moet op of omstreeks kamertemperatuur worden opgeslagen.
●De lucht mag niet te droog of te vochtig zijn (vanwege de hygroscopische
eigenschappen van het papier).
●De beste manier om een geopende riem papier op te slaan is deze weer strak in de
vochtbestendige omslag te wikkelen. Als de omgeving van de printer bloot staat aan
extreme condities, dient u alleen de hoeveelheid papier uit te pakken die gedurende
één dag wordt gebruikt om ongewenste veranderingen vanwege vochtigheid te
voorkomen.
●Bewaar papier en afdrukmaterialen nooit dicht bij een verwarming of airconditioning of
nabij ramen en deuren die vaak open staan.
NLWWSpecificaties voor het afdrukmateriaal
19
Page 30
Enveloppen
Gebruik alleen lade 1 om enveloppen af te drukken. Selecteer de soort envelop die u
gebruikt in het dialoogvenster Afdrukken of de printerdriver.
Stel in uw programma de marges voor de enveloppen in. De volgende tabel geeft de
normale adresmarges aan voor DL-enveloppen en zakelijke enveloppen nr. 10.
Soort adresBovenmargeLinkermarge
Afzender15 mm (0,6 inch)15 mm (0,6 inch)
Bestemmingsadres51 mm (2 inch)89 mm (3,5 inch)
●Voor de beste afdrukkwaliteit mogen de marges tussen de tekst en de rand van de
envelop niet kleiner dan 15 mm zijn.
●Zorg dat u niet afdrukt op het punt waar de naden van de envelop bij elkaar komen.
Enveloppen bewaren
Het correct bewaren van enveloppen draagt bij tot een betere afdrukkwaliteit. Enveloppen
moeten plat bewaard worden. Als er lucht in een envelop blijft zitten en er zich een luchtbel
vormt, kan dit tijdens het afdrukken tot kreukelen leiden.
Afdrukken op enveloppen voor meer informatie.
Zie
Constructie van de envelop
De constructie van de envelop is uiterst belangrijk. De vouwlijnen van enveloppen variëren
aanzienlijk, niet alleen van fabrikant tot fabrikant, maar zelfs van envelop tot envelop uit
eenzelfde doos. De kwaliteit van de envelop is bepalend voor het succes waarmee u
enveloppen afdrukt. Let bij het aanschaffen van uw enveloppen op de volgende punten:
●
Gewicht: de envelop mag niet zwaarder zijn dan 90 g/m
2
, anders kunnen de
enveloppen vastlopen.
●
Constructie: de enveloppen moeten plat liggen en mogen niet meer dan 6 mm (0,25
inch) krullen. De enveloppen mogen geen lucht bevatten.
●
Staat: enveloppen mogen niet gekreukeld zijn, inkepingen hebben of anderszins
beschadigd zijn.
●
Temperatuur: gebruik enveloppen die bestand zijn tegen de warmte en de druk van de
printer. De fusertemperatuur van deze printer is 210° C (410° F).
●
Formaat: gebruik alleen enveloppen met de volgende formaten.
LadeMinimaalMaximaal
Lade 176 bij 127 mm (3 x 5 inch)216 bij 356 mm (8,5 x 14 inch)
Enveloppen met dubbele lasnaden
20
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 31
Bij een afwerking met dubbele naden is de envelop aan beide zijden geplakt door middel
van verticale naden en niet met diagonale naden. Dit type kan wellicht meer omkrullen. Let
erop dat de lasnaad volledig doorloopt tot aan de hoek van de envelop, zoals hieronder
afgebeeld.
1
2
1goed
2niet goed
Enveloppen met een verwijderbare kleefstrook of met flappen
Enveloppen met een verwijderbare kleefstrook of met meer dan één flap die gevouwen
moet worden om de envelop te sluiten, moeten van een kleefmiddel voorzien zijn dat de
hitte en de druk van de fuser-rollen in de printer kan weerstaan. De extra flappen en stroken
kunnen kreukelen of vouwen, papierstoringen veroorzaken en zelfs de fuser beschadigen.
VOORZICHTIG
Etiketten
Selecteer de soort etiket die u gebruikt in het dialoogvenster Afdrukken of de printerdriver.
Om beschadiging van de printer te voorkomen, dient u alleen etiketten te gebruiken die zijn
goedgekeurd voor gebruik in laserprinters. Om ernstige papierstoringen te voorkomen,
moet u bij het afdrukken van etiketten altijd lade 1 en de rechte papierbaan gebruiken.
Gebruik een vel etiketten slechts eenmaal en druk nooit af op een slechts gedeeltelijk met
etiketten gevuld vel.
Let bij het kiezen van etiketten op de kwaliteit van de diverse bestanddelen:
●
Kleefmiddel: het kleefmiddel moet een temperatuur van 210 °C kunnen verdragen,
wat de maximumtemperatuur van de printer is.
●
Indeling van etiketvel: gebruik geen etiketten die met tussenruimten op het
grondpapier zijn aangebracht. Etiketten kunnen van het grondpapier loslaten als er
tussenruimte tussen de etiketten bestaat, wat ernstige papierstoringen veroorzaakt.
●
Omkrullen: zorg dat de etiketten plat liggen en niet meer dan 13 mm omkrullen.
●
Staat: gebruik geen etiketten met kreukels, bobbels of andere kenmerken die erop
wijzen dat het etiket niet goed is bevestigd.
Afdrukken op etiketten voor meer informatie.
Zie
Transparanten
Gebruik alleen lade 1 om transparanten af te drukken. Selecteer Transparanten in het
dialoogvenster Afdrukken of de printerdriver.
NLWWSpecificaties voor het afdrukmateriaal
21
Page 32
De printer ondersteunt afdrukken op transparanten in kleur. Gebruik uitsluitend
transparanten die worden aanbevolen voor gebruik in laserprinters.
Transparanten die in de printer worden gebruik, moeten bestand zijn tegen een
temperatuur van 210 °C, oftewel de fusertemperatuur van de printer.
VOORZICHTIG
Om beschadiging van de printer te voorkomen, dient u alleen transparanten te gebruiken
die zijn goedgekeurd voor gebruik in laserprinters. Zie
Afdrukken op transparanten voor meer informatie.
Zie
Ondersteunde formaten en gewichten afdrukmateriaal
Dit gedeelte bevat informatie over het formaat, gewicht en de capaciteit van papier en
andere afdrukmaterialen die door elke lade worden ondersteund.
Specificaties lade 1
Lade 1
Afmetingen
PapierMinimaal: 76 bij 127 mm (3
x 5 inch)
Maximaal: 216 bij 356 mm
(8,5 x 14 inch)
Glanzend papierDezelfde afmetingen als
bovenstaande minimum-
HP Omslagpapier
4
en maximumformaten.
1
Gewicht
60 tot 177 g/m
75 tot 90 g/m
203 g/m
2
Accessoires en bestelinformatie.
Capaciteit
2
Maximaal 125 vel papier van
75 g/m
2
Maximale stapelhoogte: 12
mm (0,47 inch)
50 (meestal)
2
2
Transparanten en
Dikte: 0,10 tot 0,13 mm50 (meestal)
ondoorzichtige film
Etiketten
3
Enveloppen
1
De printer ondersteunt afdrukmateriaal in een grote verscheidenheid aan standaardformaten en aangepaste
Dikte: max. 0,23 mm50 (meestal)
Max. 90 g/m
2
Max. 10
formaten. Zie de printerdriver voor ondersteunde formaten.
2
De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte van het materiaal en de
omgevingsomstandigheden.
3
Gladheid: 100 tot 250 (Sheffield).
4
Hewlett-Packard garandeert het resultaat niet als u afdrukt op overige soorten zwaar papier.
22
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 33
Specificaties optionele lade 2
Optionele lade 2 (lade
Afmetingen
1
Gewicht
Capaciteit
2
voor 250 vel)
Letter216 bij 279 mm (8,5 bij 11
60 tot 105 g/m
2
250 vel van 75 g/m2papier
inch)
A4210 bij 297 mm (8,3 bij 11,7
inch)
A5148 bij 210 mm (5,8 bij 8,3
inch)
B5 ISO176 bij 250 mm (6,9 bij 9,9
inch)
B5 JIS182 bij 257 mm (7,2 bij 10
inch)
Executive191 bij 267 mm (7,3 bij 10,5
inch)
Legal216 bij 356 mm (8,5 x 14
inch)
216 x 356 mm (8,5 x 13
inch)
1
De printer ondersteunt afdrukmateriaal in een grote verscheidenheid aan standaardformaten en aangepaste
216 bij 330 mm (8,5 bij 13
inch)
formaten. Zie de printerdriver voor ondersteunde formaten.
2
De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte van het materiaal en de
omgevingsomstandigheden.
Specificaties optionele lade 3
Optionele lade 3 (lade
Afmetingen
1
Gewicht
Capaciteit
voor 500 vel)
Letter216 bij 279 mm (8,5 bij 11
60 tot 105 g/m
2
500 vel van 75 g/m
inch)
A4210 bij 297 mm (8,3 bij 11,7
inch)
1
De printer ondersteunt afdrukmateriaal in een grote verscheidenheid aan standaardformaten en aangepaste
2
2
formaten. Zie de printerdriver voor ondersteunde formaten.
2
De capaciteit kan verschillen afhankelijk van het materiaalgewicht, de dikte van het materiaal en de
omgevingsomstandigheden.
NLWWSpecificaties voor het afdrukmateriaal
23
Page 34
24
Hoofdstuk 1 Basisinformatie over de printerNLWW
Page 35
Bedieningspaneel
2
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de functies van het bedieningspaneel.
Functies van bedieningspaneel
De printer bevat de volgende lampjes en knoppen op het bedieningspaneel:
2
3
4
5
6
7
9
10
11
12
Statuslampjes en -knoppen voor benodigdheden
1
2Lampje van de zwarte inktpatroon
3Lampje van de cyaan inktpatroon
4Lampje van de magenta inktpatroon
5Lampje van de gele inktpatroon
6Knop C
7Lampje van de imaging drum
Lampjes en knoppen voor printerstatus
8
9Knop T
10 Waarschuwingslampje (oranje)
11 Klaar-lampje (groen)
12 Start-lampje en de knop S
ARROUSEL DRAAIEN
AAK ANNULEREN
TART
(beide groen)
1
8
De lampjes en knoppen zijn in twee hoofdgroepen gerangschikt: Status benodigdheden
(boven) en Status printer (onder). Zie
interpretatie en oplossen van problemen bij brandende lampjes op het bedieningspaneel.
NLWWFuncties van bedieningspaneel
Berichten op het bedieningspaneel oplossen voor de
25
Page 36
Status benodigdheden begrijpen
De printer heeft vijf lampjes en één knop om de status van de inktpatronen en imaging
drum weer te geven en te regelen. Zie voor de interpretatie en oplossen van problemen bij
brandende lampjes op het bedieningspaneel
Statuslampjes benodigdheden zwart, cyaan, magenta en geel
Deze lampjes geven aan wanneer een inktpatroon bijna leeg is (het lampje brandt), leeg is
of ontbreekt (het lampje knippert). De lampjes geven ook aan wanneer een inktpatroon
hebt geïnstalleerd die niet van HP is (het lampje knippert en het waarschuwingslampje
brandt).
Carrousel draaien (knop)
Berichten op het bedieningspaneel oplossen.
Als de bovenklep is gesloten en u op de knop(C
ARROUSEL DRAAIEN
) drukt, draait de
carrousel door zodat de volgende patroon in de bovenste positie komt. Het lampje voor de
inktpatroon die bovenin komt, knippert snel drie of vier keer.
Lampje van de imaging drum
Dit lampje geeft aan wanneer de imaging drum bijna leeg is (het lampje brandt), leeg is of
ontbreekt (het lampje knippert) Het lampje geeft ook aan wanneer een imaging drum is
geïnstalleerd die niet van HP is (het lampje knippert en het waarschuwingslampje brandt).
Printerstatus begrijpen
De printer heeft twee knoppen en drie lampjes om de printerstatus weer te geven en te
regelen. Zie
oplossen van problemen bij lampjes die branden op het bedieningspaneel.
Taak annuleren (knop)
●
Als het Klaar-lampje knippert, kunt u op
taak te annuleren.
●
Als de printer geen fout herkent, drukt u gelijktijdig op
ANNULEREN
afdrukt. (Als een HP Jetdirect printserver is geïnstalleerd, wordt tevens een HP
Jetdirect-pagina afgedrukt.)
Berichten op het bedieningspaneel oplossen voor de interpretatie en het
(T
AAK ANNULEREN
) drukken om de huidige
(S
TART
)en(T
AAK
) waardoor u een Configuratiepagina en een pagina Status benodigdheden
VOORZICHTIG
26
Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
●Als een lampje voor de status van benodigdheden knippert en het
waarschuwingslampje brandt (aanduiding dat een ander dan HP-onderdeel is
geplaatst), kunt u doorgaan met afdrukken door te drukken op
AAK ANNULEREN
).
(T
U krijgt wellicht geen aanwijzing wanneer een onderdeel op of leeg is dat niet van HP is. Als
u doorgaat met afdrukken nadat het onderdeel verbruikt is, kan de printer beschadigd
raken. Zie
Beperkte garantie van Hewlett-Packard.
Page 37
Waarschuwingslampje
In het algemeen knippert het waarschuwingslampje wanneer het papier op is, vast zit of
wanneer andere problemen de aandacht vragen.
Het waarschuwingslampje brandt en een van de statuslampjes benodigdheden brandt als
een onderdeel dat niet van HP is voor het eerst wordt geplaatst.
Klaar-lampje
Het Klaar-lampje brandt wanneer de printer gereed is om af te drukken (er geen fouten zijn
die het afdrukken tegenhouden) en knippert wanneer de printer gegevens ontvangt om af
te drukken.
Start-lampje en Start-knop
●Wanneer het Start-lampje brandt en het waarschuwingslampje knippert, kunt u het
afdrukken voortzetten na het laden van papier voor een handmatige toevoer of enkele
(S
TART
fouten herstellen door te drukken op
●Wanneer het Start-lampje knippert, is de bovenklep geopend en weer gesloten of u
hebt gedrukt op
ARROUSEL DRAAIEN
). Druk op(S
(C
te maken voor afdrukken. Als u niet op
de gereedstatus terugkeren.
).
TART
) om de printer weer gereed
(S
TART
) drukt, zal de printer uit zichzelf naar
●
Als het Start-lampje uit is en u op
(S
TART
) drukt, zal een demopagina worden
afgedrukt. U kunt een Configuratiepagina en een pagina Status benodigdheden
afdrukken door gelijktijdig te drukken op
)en(T
AAK ANNULEREN
(S
TART
HP Jetdirect printserver is geïnstalleerd, wordt tevens een HP Jetdirect-pagina
afgedrukt.)
). (Als een
NLWWFuncties van bedieningspaneel
27
Page 38
28
Hoofdstuk 2 BedieningspaneelNLWW
Page 39
3
Afdruktaken
In dit hoofdstuk vindt u informatie over veelvoorkomende afdruktaken:
Voor informatie over het beheer van de printer en het gebruik van de instellingen via de
HP werkset, raadpleegt u
Onderhoud.
NLWW
29
Page 40
Laden vullen
Plaats speciaal afdrukmateriaal zoals enveloppen, etiketten en transparanten alleen in
lade 1. Plaats alleen papier in optionele lade 2 of optionele lade 3.
Opmerking
VOORZICHTIG
Aangezien lade 2 en lade 3 niet met alle modellen worden meegeleverd, wordt in deze
documentatie van optionele laden gesproken.
Lade 1 vullen
Lade 1 (de multifunctionele lade) kan maximaal 125 vel papier of ander afdrukmateriaal
bevatten, of maximaal 10 enveloppen.
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal voor informatie over het laden van speciaal
Zie
afdrukmateriaal zoals etiketten en transparanten.
Vul nooit afdrukmateriaal in lade 1 bij terwijl de printer aan het afdrukken is, anders kunnen
storingen ontstaan. Waaier het papier niet uit voordat u het papier in de laden plaatst en
maak de stapel niet te groot.
Lade 1 vullen
1. Open lade 1.
2. Schuif het uitschuifstuk naar buiten. Als het te plaatsen afdrukmateriaal langer is dan
229 mm, draait u tevens het verlengstuk van de lade naar buiten.
3. Schuif de papiergeleiders voor de breedte iets verder uit elkaar dan de breedte van het
afdrukmateriaal.
30
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 41
4. Plaats het afdrukmateriaal met de afdrukzijde naar boven en met de bovenste, korte
zijde als eerste in de lade.
Opmerking
VOORZICHTIG
Zie Dubbelzijdig afdrukken (handmatig dubbelzijdig afdrukken) voor instructies over het
plaatsen van papier bij handmatig dubbelzijdig afdrukken.
5. Schuif de papiergeleiders voor de breedte net zover naar binnen totdat deze de stapel
afdrukmateriaal op zijn plaats houden zonder het materiaal te buigen. Het
afdrukmateriaal moet onder de lipjes op de breedtegeleiders passen.
Wacht totdat de printer gereed is met afdrukken voordat u lade 1 sluit. Anders kunnen
papierstoringen ontstaan.
6. Maak aan de achterkant van de printer de uitvoerklep open als u op speciaal
afdrukmateriaal afdrukt, zoals etiketten, enveloppen of zwaar of licht papier, om
omkrullen te voorkomen.
Optionele lade 2 vullen
Het gaat daarbij om briefhoofdpapier en geperforeerd papier met een gemiddeld gewicht.
Afdrukken op briefhoofdpapier of voorbedrukte formulieren voor meer informatie over
Zie
briefhoofdpapier en geperforeerd papier.
VOORZICHTIG
NLWWLaden vullen
Druk speciaal afdrukmateriaal zoals etiketten en transparanten alleen af via lade 1.
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal via optionele lade 2 of optionele lade 3 kan
storingen veroorzaken. Waaier het papier niet uit voordat u het papier in de laden plaatst en
maak de stapel niet te groot.
31
Page 42
Optionele lade 2 vullen
1. Trek de optionele lade 2 uit de printer en verwijder eventueel aanwezig papier.
2. Verschuif de breedtegeleiders zodat het gewenste papierformaat in de lade past.
3. Verleng het achterstuk van de lade tot de pijl op de markeringen het gewenste formaat
aanwijst.
Opmerking
4. Plaats het papier. Als dit speciaal papier is, bijvoorbeeld briefhoofdpapier, plaatst u het
papier met de afdrukzijde omlaag en de bovenrand richting de voorkant van de lade.
Raadpleeg Dubbelzijdig afdrukken (handmatig dubbelzijdig afdrukken) voor instructies voor
het plaatsen van papier bij het handmatig dubbelzijdig afdrukken.
32
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 43
5. Zorg dat de stapel papier in alle vier de hoeken plat in de lade ligt en onder de
hoogtelipjes op de lengtegeleiders achter in de lade blijft. Druk de metalen drukplaat
voor afdrukmateriaal omlaag tot deze vastklikt.
6. Schuif de lade terug in de printer. Als u de achterzijde van de lade instelt op een lang
formaat, steekt de achterkant van de lade naar achteren uit.
Optionele lade 3 vullen
VOORZICHTIG
De optionele lade 3 ondersteunt papier van Letter- en A4-formaat. Deze lade ondersteunt
alleen papier, waaronder ook briefhoofdpapier met gemiddeld gewicht en geperforeerd
papier.
Afdrukken op briefhoofdpapier of voorbedrukte formulieren voor meer informatie over
Zie
briefhoofdpapier en geperforeerd papier.
Druk speciaal afdrukmateriaal zoals etiketten en transparanten alleen af via lade 1.
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal via optionele lade 2 of optionele lade 3 kan
storingen veroorzaken. Waaier het papier niet uit voordat u het papier in de laden plaatst en
maak de stapel niet te groot.
Optionele lade 3 vullen
1. Trek de lade uit de printer en verwijder het aanwezige papier.
NLWWLaden vullen
33
Page 44
2. Trek voor papier van Letter-formaat de achterte papierstop omhoog. Duw voor papier
van A4-formaat de achterste papierstop omlaag.
A4
3. Voor papier van Letter-formaat schuift u de breedtegeleiders zo ver mogelijk uit elkaar.
Bij A4-papier schuift u de breedtegeleiders zo dicht mogelijk naar elkaar toe.
4. Laad het papier. Als dit speciaal papier is, bijvoorbeeld briefhoofdpapier, plaatst u het
papier met de afdrukzijde omlaag en de bovenrand richting de voorkant van de lade.
Opmerking
Raadpleeg Afdrukken op briefhoofdpapier of voorbedrukte formulieren voor instructies voor
het plaatsen van papier bij het handmatig dubbelzijdig afdrukken.
5. Zorg dat de stapel papier in alle vier de hoeken plat in de lade ligt en onder de
hoogtelipjes op de lengtegeleiders achter in de lade blijft.
6. Schuif de lade terug in de printer.
34
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 45
Afdruktaken beheren
Deze sectie bevat basisafdrukinstructies. Bij wijzigingen in de printerinstellingen dient u een
specifieke volgorde aan te houden, omdat sommige instellingen voorrang hebben boven
andere. (De namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen per softwareprogramma
verschillen.)
●
Dialoogvenster "Pagina-instelling". Dit dialoogvenster verschijnt wanneer u klikt op
Pagina-instelling of een dergelijke opdracht in het menu Bestand in uw
softwareprogramma. Dit dialoogvenster is onderdeel van het programma waarin u
werkt. De instellingen die u hier wijzigt, hebben voorrang boven alle andere instellingen.
●
Dialoogvenster "Afdrukken". Dit dialoogvenster verschijnt wanneer u klikt op
Afdrukken, Printerinstellingen of een dergelijke opdracht in het menu Bestand in uw
softwareprogramma. Dit dialoogvenster hoort eveneens bij het programma, maar heeft
een lagere prioriteit dan het dialoogvenster Pagina-instelling. Wijzigingen in het
dialoogvenster Afdrukken hebben geen voorrang boven wijzigingen in het
dialoogvenster Pagina-instelling. De instellingen die u hier wijzigt, hebben wel
voorrang boven de instellingen die u in de printerdriver wijzigt.
●
Printerdriver. De printerdriver wordt geopend wanneer u klikt op Eigenschappen in
het dialoogvenster Afdrukken. De instellingen die u hier wijzigt, hebben geen voorrang
boven alle andere instellingen. (Bij Macintosh zijn de instellingen van de printerdriver
geïntegreerd in het dialoogvenster Print.)
NLWWAfdruktaken beheren
35
Page 46
Afdrukken via bron in vergelijking met afdrukken via type of
formaat
Drie instellingen zijn van invloed op hoe de printerdriver probeert afdrukmateriaal in te
voeren bij een afdruktaak. Deze instellingen, Bron, Type en Formaat, verschijnen in het
dialoogvenster Pagina-instelling of Afdrukken van uw programma, of in de printerdriver.
De printer kiest automatisch een lade als u deze instellingen niet wijzigt. Als u deze
instellingen wilt wijzigen, kunt u afdrukken via Bron, via Type, via Formaat of via Type en
Formaat. (Voor Macintosh OS 9.x zijn soorten en formaten beide beschikbaar op het
tabblad Algemeen in het pop-upmenu Papierbron. Voor Macintosh OS X zijn soorten en
formaten beide beschikbaar op het tabblad Papierinvoer).
●
Bron. Afdrukken volgens Bron houdt in dat u een specifieke lade kiest waaruit de
printer het papier moet invoeren. De printer zal proberen om vanuit de opgegeven lade
af te drukken, ongeacht de soort en het formaat van het afdrukmateriaal in de lade. Als
u echter een lade kiest die via de HP werkset is geconfigureerd voor een soort of
formaat dat niet geschikt is voor de afdruktaak, wordt er niet automatisch afgedrukt. In
plaats daarvan wordt gewacht tot u de geselecteerde lade vult met de juiste soort of het
juiste formaat afdrukmateriaal voor de afdruktaak. Als u de lade hebt gevuld, begint de
printer met afdrukken. (Als de printer niet begint, moet u de lade configureren zodat
deze overeenkomt met het formaat en type papier voor de afdruktaak). Of druk op
(S
TART
) om de printer vanuit een andere lade te laten afdrukken.
●
Soort of formaat. Afdrukken via Type of Formaat wil zeggen dat voor het afdrukken de
eerste lade wordt gebruikt met de gewenste papiersoort of het gewenste papierformaat.
Druk altijd af via Type bij speciale afdrukmaterialen zoals etiketten of transparanten.
●Als u via Type of Formaat wilt afdrukken en de laden niet via de HP werkset zijn
geconfigureerd voor een bepaald type of bepaald formaat, vult u lade 1 met het
papier of afdrukmateriaal en selecteert u het type of het formaat in het
dialoogvenster Pagina-instelling of Afdrukken, of in de printerdriver.
●Als u vaak afdrukt op een bepaald type of formaat afdrukmateriaal, kan de
printerbeheerder (bij een netwerkprinter) of uzelf (bij een rechtstreeks aangesloten
printer) met de HP werkset een lade voor deze soort of dit formaat configureren.
HP werkset.) Wanneer u vervolgens deze soort of dit formaat kiest voor een
(Zie
afdruktaak, wordt de lade gebruikt die daarvoor is geconfigureerd.
Afdrukken vanuit Windows
1. Controleer of de printer papier bevat.
2.
In het menu Bestand klikt u op Pagina-instelling of op een gelijkwaardige opdracht.
Controleer of de printerinstellingen juist zijn voor het document.
3.
In het menu Bestand klikt u op Afdrukken, Afdrukinstellingen of een gelijkwaardige
opdracht. Het dialoogvenster Afdrukken verschijnt.
4. Selecteer deze printer en wijzig indien noodzakelijk de instellingen. Wijzig geen
instellingen (zoals het paginaformaat of de afdrukrichting) die u instelt in het
dialoogvenster Pagina-instelling.
5. Als bij deze afdruktaak papier van een standaardformaat en -gewicht wordt gebruikt,
hoeft u de instellingen voor Bron is (lade), Type is,ofFormaat is waarschijnlijk niet te
wijzigen en kunt u naar stap 7 gaan. Anders gaat u verder met stap 6.
36
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 47
6. Als bij deze afdruktaak geen papier van een standaardformaat of -gewicht wordt
gebruikt, kiest u hoe de printer papier selecteert.
●Voor afdrukken via Bron (lade) selecteert u, indien mogelijk, de lade in het
dialoogvenster Afdrukken.
●Voor afdrukken op bron (lade) wanneer deze instelling niet beschikbaar is in het
dialoogvenster Afdrukken, klikt u op Eigenschappen en selecteert u op het
tabblad Papier de lade in het veld voor Bron is.
●
Klik voor afdrukken op soort of formaat op Eigenschappen en selecteer op het
tabblad Papier de soort of het formaat in het veld Type is of Formaat is. (Bij
sommige soorten papier zoals briefhoofdpapier, stelt u zowel Type als Formaat in.)
Druk altijd af via Type bij speciale afdrukmaterialen zoals etiketten of transparanten.
7.
Klik op Eigenschappen als u dit nog niet had gedaan. De printerdriver verschijnt.
8. Wijzig de gewenste instellingen op de verschillende tabbladen die niet in het
dialoogvenster Pagina-instelling of Afdrukken voorkwamen. Zie
printerdriver voor meer informatie over de instellingen van de printerdriver.
9. De printer drukt standaard af naar de bovenste uitvoerbak, wat voor de meeste
afdruktaken, inclusief transparanten, de beste optie is. Voor etiketten, zwaar papier of
andere speciale afdrukmaterialen doet u de achterste uitvoerklep op de printer omlaag.
10.
Selecteer de opdracht Afdrukken om de taak af te drukken.
Functies in de
Afdrukken vanuit Macintosh OS
1. Zorg dat er papier in de printer is geplaatst.
2.
In het menu Archief klikt u op Pagina-instelling.
3.
Let erop dat deze printer in het pop-upmenu Stel in voor is geselecteerd.
4. Selecteer het papierformaat waarop u gaat afdrukken.
5.
Selecteer de instellingen voor Richting en Vergroot/verklein, indien noodzakelijk, en
klik op OK.
6.
In het menu Archief klikt u op Print.
7. Gebruik een van de volgende methoden om de Bron (lade) te selecteren van waaruit u
wilt afdrukken of selecteer de soort afdrukmateriaal waarop u wilt gaan afdrukken. Drukaltijd af via Type bij speciale afdrukmaterialen zoals etiketten of transparanten.
●
Mac OS 9.1: Selecteer in het pop-upmenu Algemeen de lade of de soort
afdrukmateriaal in het pop-upmenu Papierbron.
●
Mac OS X: Selecteer in het pop-upmenu Papierinover de lade of het soort
afdrukmateriaal.
8. Wijzig de overige gewenste instellingen, zoals watermerken. (Zie
instellingen in de printerdriver voor meer informatie.
9. De printer drukt standaard af naar de bovenste uitvoerbak, wat voor de meeste
afdruktaken, inclusief transparanten, de beste optie is. Voor etiketten, zwaar papier of
overige taken waarvoor een rechte papierbaan is benodigd, moet u de achterste
uitvoerklep op de printer omlaag doen.
Toegang tot de
10.
Selecteer de opdracht Print om de taak af te drukken.
NLWWAfdruktaken beheren
37
Page 48
Afdruksnelheid voor papier van Letter-formaat maximaliseren
De printer kan max. 20 ppm in zwart-wit afdrukken op papier in Letter-formaat. Dit gebeurt
automatisch bij het afdrukken op Letter-formaat vanuit lade 2.
Voor lade 1 is de fabrieksinstelling van de printer voor het afdrukken ingesteld op 19 ppm in
zwart-wit op papier in Letter-formaat. Om een afdruksnelheid van 20 ppm te bereiken in
lade 1, stelt u lade 1 in op Letter. Om het formaat in lade 1 in te stellen, opent u de
HP werkset, klikt u op het tabblad Instellingen, Apparaat configureren, en klikt u
vervolgens op Papierverwerking. Stel het formaat van lade 1 in op Letter.
Wanneer lade 1 is geconfigureerd voor Letter en een afdruktaak is op een ander formaat
afdrukmateriaal ingesteld, zoals bijvoorbeeld enveloppen, zal het waarschuwingslampje
gaan knipperen totdat de juiste soort afdrukmateriaal in lade 1 is geplaatst.
Toegang tot de instellingen in de printerdriver
In dit gedeelte worden de veelvoorkomende afdruktaken beschreven die via de printerdriver
geregeld worden. (De printerdriver is het softwareonderdeel waarmee afdruktaken naar de
printer worden gestuurd.) U kunt instellingen tijdelijk wijzigen voor de afdruktaken die u
afdrukt terwijl het programma nog geopend is. U kunt ook permanent wijzigingen
aanbrengen in de standaardinstellingen en de nieuwe instellingen die nu en later van kracht
zijn.
BesturingssysteemInstellingen tijdelijk wijzigen
voor actuele afdruktaken
Windows 98,
Me, en NT 4.0
Windows 2000
en XP
In het menu Bestand klikt u
op Afdrukken, selecteert u
deze printer, en klikt u
vervolgens op
Eigenschappen.(De
daadwerkelijke stappen
kunnen variëren, dit is echter
de meestvoorkomende
manier.)
In het menu Bestand klikt u
op Afdrukken, selecteert u
deze printer en klikt u
vervolgens op
Eigenschappen of
Voorkeuren.(De
daadwerkelijke stappen
kunnen variëren, dit is echter
de meestvoorkomende
manier.)
Standaardinstellingen
definitief wijzigen
Klik op de knop Start, ga naar
Instellingen en klik dan op
Printers. Klik met de
rechtermuisknop op het
printerpictogram en klik
vervolgens op
Eigenschappen (Windows 98
en Me) of Standaardwaardendocument (NT 4.0).
Klik op Start, wijs Instellingen
aan en klik vervolgens op
Printers of Printers en
faxapparaten. Klik met de
rechtermuisknop op het
printerpictogram en klik
vervolgens op
Afdrukvoorkeuren.
1
Configuratie-instellingen wijzigen
(Bijvoorbeeld om een optionele
lade toe te voegen of om een
driverfunctie in- of uit te
schakelen zoals bijvoorbeeld
"Handmatig dubbelzijdig
afdrukken toestaan")
Klik op de knop Start, ga naar
Instellingen en klik dan op
Printers. Klik met de
rechtermuisknop op het
printerpictogram en klik vervolgens
op Eigenschappen. Klik op het
tabblad Configureren.
Klik op Start, wijs Instellingen aan
en klik vervolgens op Printers of
Printers en faxapparaten. Klik
met de rechtermuisknop op het
printerpictogram en klik vervolgens
op Eigenschappen. Klik op het
tabblad Apparaatinstellingen.
38
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 49
BesturingssysteemInstellingen tijdelijk wijzigen
voor actuele afdruktaken
Standaardinstellingen
definitief wijzigen
1
Configuratie-instellingen wijzigen
(Bijvoorbeeld om een optionele
lade toe te voegen of om een
driverfunctie in- of uit te
schakelen zoals bijvoorbeeld
"Handmatig dubbelzijdig
afdrukken toestaan")
Mac OS 9.1
In het menu Archief klikt u op
Print. Wijzig de gewenste
instellingen in de verschillende
pop-upmenu's.
In het menu Archief klikt u op
Print. Klik na het wijzigen van
instellingen in een popupmenu op Instellingen
Klik op het printerpictogram op het
bureaublad. In het menu Print klikt
uopWijzig instellingen.
opslaan.
Mac OS X v. 10.1
In het menu Archief klikt u op
Print. Wijzig de gewenste
instellingen in de verschillende
pop-upmenu's.
In het menu Archief klikt u op
Print. Wijzig de gewenste
instellingen in de verschillende
pop-upmenu's en klik
Verwijder de printerdriver en
installeer de printer opnieuw. De
driver configureert automatisch de
nieuwe opties.
vervolgens in het hoofdpopupmenu op Bewaar specialeinstellingen. Deze
instellingen worden
opgeslagen als de optie
Speciaal. Om de nieuwe
instellingen te gebruiken moet
u de optie Speciaal telkens
selecteren wanneer u een
programma opent en gaat
afdrukken.
Mac OS X v. 10.2
In het menu Archief klikt u op
Print. Wijzig de gewenste
instellingen in de verschillende
pop-upmenu's.
In het menu Archief klikt u op
Print. Wijzig de gewenste
instellingen in de verschillende
pop-upmenu's en klik
vervolgens in het pop-upmenu
Voorinstellingen op Bewaar
als en typ een naam in voor
Open Afdrukbeheer. (Klik op de
harde schijf op Programma's,
Hulpprogramma's en dubbelklik
vervolgens op Afdrukbeheer.) Klik
op de print-wachtrij. In het menu
Printers klikt u op Toon info. Klik
op het menu Installeerbare opties.
de voorinstelling. Deze
instellingen worden in het
menu Voorinstellingen
opgeslagen. Als u de nieuwe
instellingen wilt gebruiken,
moet u de opgeslagen
vooringestelde optie
selecteren wanneer u een
programma opent en wilt
afdrukken.
1
Toegang tot standaardprinterinstellingen kunnen beperkt zijn en daarom niet beschikbaar.
NLWWAfdruktaken beheren
39
Page 50
De Help van het PCL-printerstuurprogramma gebruiken (alleen
Windows)
De Help-functie voor de printerdriver staat los van de Help-schermen in een programma. U
kunt de Help voor de printerdriver op twee manieren activeren.
●
Klik op de knop Help waar het in de printerdriver verschijnt. De Help-vensters bevatten
gedetailleerde informatie over de gebruikte specifieke driver.
●
Als u een
veld, de desbetreffende optie of knop te bekijken.
(ballonnetje) ziet, klikt u hierop om de informatie over het desbetreffende
Functies in de printerdriver
Sommige printerdrivers en sommige besturingssystemen ondersteunen niet al deze
printerfuncties.
●Een bron selecteren
●Een soort of formaat selecteren
●Een aangepast papierformaat instellen
●Afdrukken in grijsschaal
●De kleurinstellingen wijzigen
●Watermerken maken en gebruiken
●Meerdere pagina’s afdrukken op één vel afdrukken (N-per-vel)
●Snelinstellingen maken en gebruiken
●Verkleinen of vergroten
●De eerste pagina op ander papier afdrukken
●De afdrukkwaliteit wijzigen
●De standaardinstellingen van de printerdriver herstellen
Dubbelzijdig afdrukken (handmatig dubbelzijdig afdrukken) voor handmatig dubbelzijdig
Zie
afdrukken.
Een bron selecteren
U kunt afdrukken via Bron (lade) of via Type of Formaat. Voer de volgende stappen uit om
via Bron af te drukken. Zie
besturingssystemen van Macintosh zijn soorten en formaten samen te vinden via het popupmenu Papierbron.
●
Windows: selecteer indien mogelijk de Bron (lade) in het dialoogvenster Print in uw
softwareprogramma. Kies anders een lade via het veld Bron is op het tabblad Papier
in de printerdriver.
●
Mac OS 9.x: selecteer in het dialoogvenster Print een lade via het pop-upmenu
Papierbron in het pop-upmenu Algemeen.
●
Mac OS X: selecteer in het dialoogvenster Print de lade of de soort afdrukmateriaal in
het pop-upmenu Papierinvoer.
Afdruktaken beheren voor meer informatie. Bij
40
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 51
Een Soort of Formaat selecteren
U kunt afdrukken via Bron (lade) of via Type of Formaat. Als u op speciale afdrukmaterialen
afdrukt, zoals zwaar papier, is het belangrijk via Type (of formaat voor enveloppen) af te
drukken voor het beste resultaat. Voer de volgende stappen uit om via Type of Formaat af
te drukken. Zie
Macintosh zijn soorten en formaten samen te vinden via het pop-upmenu Papierbron.
●
Windows: selecteer een papiersoort in het veld Type is op het tabblad Papier in de
printerdriver. Of kies een formaat via het veld Formaat is. Bij sommige soorten papier
zoals briefhoofdpapier of enveloppen, kiest u zowel soort als formaat.
●
Mac OS 9.x: selecteer in het dialoogvenster Print een soort via het pop-upmenu
Papierbron in het pop-upmenu Algemeen.
●
Mac OS X: selecteer in het dialoogvenster Print de lade of de soort afdrukmateriaal in
het pop-upmenu Papierinvoer.
Afdruktaken beheren voor meer informatie. Bij besturingssystemen van
Een aangepast papierformaat instellen
Gebruik de functie voor aangepast papierformaat voor het afdrukken op papier dat afwijkt
van de standaardformaten.
●
Windows: probeer deze instelling via één van de volgende locaties te wijzigen (in de
aangegeven volgorde): het dialoogvenster Pagina-instelling in het programma, het
dialoogvenster Afdrukken in het programma, of het tabblad Papier in de printerdriver.
●
Mac OS 9.x: ga naar de functies voor aangepast papier via het dialoogvenster Pagina-
instelling. Kies in het pop-upmenu Paginakenmerken de optie Aangepast
papierformaat.
●
Mac OS X: klik op Archief, en klik vervolgens op Pagina-instelling om een aangepast
papierformaat in te stellen. Klik in het menu op Paginakenmerken en selecteer
Aangepast papierformaat. (Mac OS X v. 10.1 ondersteunt geen instellingen voor
aangepaste papierformaten.)
Afdrukken in grijsschaal
Een document met kleuren wordt automatisch in kleur afgedrukt. U kunt de printer echter
ook zo instellen dat een document met kleuren alleen in grijsschaal (zwart-wit) wordt
afgedrukt.
●
Windows: Selecteer de optie Afdrukken in grijsschaal op het tabblad Kleur van het
printerstuurprogramma.
●
Mac OS: in het dialoogvenster Print selecteert u het tabblad Kleurenopties,en
vervolgens selecteert u het keuzeveld Kleuren als grijs afdrukken.
NLWWAfdruktaken beheren
41
Page 52
De kleurinstellingen wijzigen
Wanneer u in kleur afdrukt, stelt de printerdriver de optimale kleurinstellingen automatisch
in. U kunt echter handmatig aanpassen hoe tekst, afbeeldingen en foto's in kleur worden
afgedrukt. Zie
●
Windows: Klik op het tabblad Kleur van de printerdriver op Opties.
●
Mac OS 9.x: selecteer in het dialoogvenster Print het tabblad Kleurenopties of het
tabblad Kleurafstemming.
●
Mac OS X: klik in het dialoogvenster Print op het tabblad Kleurenopties en vervolgens
op de knop Geavanceerde opties weergeven.
Kleur gebruiken voor meer informatie.
Watermerken maken en gebruiken
Gebruik de optie Watermerk om de tekst aan te geven die "onder" (op de achtergrond van)
een bestaand document moet worden aangebracht. Zo kunt u bijvoorbeeld in grote letters
"concept" of "vertrouwelijk" diagonaal afdrukken op de eerste pagina of op alle pagina's van
het document. U kunt de kleur, positie en tekst van het watermerk wijzigen.
Opmerking
Als u werkt met Windows 2000 of XP, dient u te beschikken over beheerdersrechten om
watermerken te kunnen maken. U hoeft geen beheerdersrechten te hebben om bestaande
watermerken aan documenten toe te voegen.
●
Windows: ga naar de opties voor Watermerk via het tabblad Effecten van uw
printerdriver.
●Mac OS: ga naar de opties voor Watermerk van het vervolgkeuzemenu voor
watermerken/sjablonen in het dialoogvenster Print. (In OS X worden watermerken
wellicht niet ondersteund.)
Meerdere pagina’s afdrukken op één vel afdrukken (N-per-vel)
Met N-per-vel afdrukken kunt u meerdere pagina's op één vel papier afdrukken. De
pagina's worden verkleind afgedrukt. U kunt maximaal negen pagina's per vel opgeven, die
standaard als volgt op het vel worden gerangschikt. U kunt tevens opgeven of om elke
pagina een kader moet verschijnen.
●
Windows: ga naar de instelling Pagina's per vel op het tabblad Afwerking van de
printerdriver.
●
Mac OS: ga naar de opties voor Pagina's per vel via het pop-upmenu Layout in het
dialoogvenster Print.
42
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 53
Snelinstellingen maken en gebruiken
Gebruik Snelinstellingen om de huidige driverinstellingen zoals afdrukrichting, N-per-vel
afdrukken of papierbron op te slaan voor later gebruik. U kunt maximaal 30 sets met
instellingen opslaan. De Snelinstellingen kunnen voor het gemak via de meeste tabbladen
van de printerdriver worden opgeslagen en geselecteerd.
Opmerking
Als u werkt met Windows 2000, dient u te beschikken over beheerdersrechten om
Snelinstellingen te kunnen opslaan.
●Windows: u kunt Snelinstellingen maken via de meeste tabbladen van de printerdriver.
Daarna kunt u de Snelinstellingen openen via het tabblad Afwerking in de printerdriver.
●Mac OS: deze functie wordt niet ondersteund.
Verkleinen of vergroten
Gebruik de optie Aanpassen aan pagina om het document volgens een bepaald
percentage van de normale grootte af te drukken. Tevens hebt u de mogelijkheid de schaal
van het document zodanig te veranderen dat het op papier van elk ondersteund formaat
past.
●
Windows: ga naar de instellingen voor Aanpassen aan pagina op het tabblad Effecten
van de printerdriver.
●
Mac OS: ga naar de instellingen voor Verkleinen en vergroten (Schalen) via het
dialoogvenster Pagina-instelling.
De eerste pagina op ander papier afdrukken
De eerste pagina afdrukken op ander papier is handig als u bijvoorbeeld een brief afdrukt
waarbij op de eerste pagina briefhoofdpapier wordt gebruikt en voor de volgende pagina's
blanco papier. Het formaat voor alle pagina's van de afdruktaak moet in de printerdriver
hetzelfde zijn.
●
Windows: probeer deze instelling via één van de volgende locaties te wijzigen (in de
aangegeven volgorde): het dialoogvenster Pagina-instelling in het programma, het
dialoogvenster Afdrukken in het programma, of het tabblad Papier in de printerdriver.
●
Mac OS 9.x: selecteer in het pop-upmenu Algemeen in het dialoogvenster Print de
optie Eerste pagina uit. Selecteer vervolgens de bron voor de eerste pagina.
●
Mac OS X: selecteer in het vervolgmenu Papierinvoer in het dialoogvenster Print de
optie Eerste pagina uit. Selecteer vervolgens de bron voor de eerste pagina.
De afdrukkwaliteit wijzigen
De printerdriver kiest automatisch instellingen voor het document om de kwaliteit van de
uitvoer te optimaliseren. U kunt deze geavanceerde instellingen echter wijzigen, zoals
rastercompressie of schaalpatronen (WYSIWIG).
●
Windows: voor toegang tot de instellingen voor de afdrukkwaliteit klikt u op Details op
het tabblad Afwerking.
●Mac OS: deze functie wordt niet ondersteund.
NLWWAfdruktaken beheren
43
Page 54
De standaardinstellingen van de printerdriver herstellen
U kunt alle instellingen in de printerdriver terugzetten naar de standaardwaarden. Deze
maatregel kan handig zijn bij problemen met de afdrukkwaliteit of wanneer geen papier uit
de juiste lade wordt gekozen.
●
Windows: selecteer Standaardinstellingen in het dialoogvenster Snelinstellingen op
het tabblad Afwerking in de printerdriver.
●
Mac OS 9.x: sleep het printerpictogram op het bureaublad naar de Prullenbak en stel
de printer vervolgens in.
●Mac OS X: de optie Standaard bevat de standaardinstellingen en wordt automatisch
geselecteerd telkens wanneer u een programma opent.
44
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 55
Een uitvoerlade selecteren
De printer heeft een bovenste uitvoerbak en achterste uitvoerklep voor afdrukken via een
rechte papierbaan. De bovenste uitvoerbak wordt gebruikt wanneer de achterste
uitvoerklep gesloten is. De achterkant van de printer wordt gebruikt wanneer de achterste
uitvoerklep open is.
●Gebruik de bovenste uitvoerbak voor de meeste afdruktaken, inclusief afdrukken op
papier met gemiddeld gewicht en briefhoofdpapier, alsmede transparanten. De
bovenste uitvoerbak maximaal 125 vel papier bevatten. Opstapeling van meer dan
125 vellen kan papierstoringen veroorzaken.
●Gebruik de achterste uitvoerklep (rechte papierbaan) bij problemen tijdens het
afdrukken naar de bovenste uitvoerbak. Verwijder elk vel zodra het uit de printer komt.
1
2
1bovenste uitvoerbak
2achterste uitvoerklep
NLWWEen uitvoerlade selecteren
45
Page 56
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal
De afdruksnelheid kan automatisch worden verlaagd bij het afdrukken op speciaal
afdrukmateriaal.
Afdrukken op enveloppen
●Plaats enveloppen alleen in lade 1.
●Plaats niet meer dan 10 enveloppen tegelijk in lade 1.
●
Het papier van de envelop mag niet zwaarder zijn dan 90 g/m
●Controleer of de enveloppen niet beschadigd zijn en of ze niet aan elkaar kleven.
●Gebruik nooit enveloppen met klemmetjes, drukkers, vensters, gecoate voeringen,
zelfplakkende strips of ander synthetisch materiaal.
●Wanneer u een envelop gebruikt met een afwijkend formaat, selecteert u de juiste
envelop als Type.
2
.
VOORZICHTIG
Wanneer u bovenstaande richtlijnen niet volgt, kunnen papierstoringen ontstaan.
Zie
Specificaties voor het afdrukmateriaal voor meer informatie.
Afdrukken op enveloppen
1. Open lade 1 en schuif het verlengstuk volledig naar buiten. Als lade 1 al open is,
verwijdert u eventueel aanwezig papier of ander afdrukmateriaal.
2. Duw aan de achterkant van de printer de achterste uitvoerklep omlaag om omkrullen
van de enveloppen te voorkomen.
46
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 57
3. Schuif de breedtegeleiders in lade 1 iets verder dan de breedte van de enveloppen
naar buiten.
4. Plaats de stapel met enveloppen in de lade met de afdrukzijde omhoog en de korte
zijde in de printer. De frankeerzijde moet als eerste in de printer worden ingevoerd.
Opmerking
Als de envelop aan de korte zijde van een flap is voorzien, moet die zijde als eerste in de
printer worden ingevoerd.
5. Schuif de breedtegeleiders lichtjes tegen de stapel zonder dat deze gaan opbollen. De
stapel moet in het midden tussen de geleiders en onder de lipjes van de geleiders
worden geplaatst.
6. Kies de gebruikte envelop als Formaat (Windows) of Papierbron (Macintosh) in het
dialoogvenster Afdrukken (Windows) of Print (Macintosh) of in de printerdriver.
Afdrukken op etiketten
Volg deze richtlijnen voor het gebruik van etiketten. Zie Specificaties voor het
afdrukmateriaal voor meer details.
NLWWAfdrukken op speciaal afdrukmateriaal
47
Page 58
VOORZICHTIG
Om beschadiging van de printer te voorkomen, dient u alleen etiketten te gebruiken die zijn
goedgekeurd voor gebruik in laserprinters. Om ernstige papierstoringen te voorkomen,
moet u bij het afdrukken van etiketten altijd lade 1 en de rechte papierbaan gebruiken.
Gebruik een vel etiketten slechts eenmaal en druk nooit af op een gedeeltelijk met etiketten
gevuld vel.
●Gebruik geen etiketten die van het ondervel loskomen en die gekreukt of op een
andere manier beschadigd zijn.
●Plaats etiketten alleen in lade 1 met de afdrukzijde omhoog en de korte zijde eerst in de
printer.
●
Selecteer Etiketten als Type (Windows) of Papierbron (Macintosh) in het
dialoogvenster Afdrukken (Windows) of Print (Macintosh) of in de printerdriver.
●Verwijder na het afdrukken het vel met de etiketten uit de rechte uitvoerbaan om aan
elkaar plakken van de vellen te voorkomen.
●Zie
Storingen verhelpen als een vel met etiketten in de printer is vastgelopen.
Afdrukken op transparanten
De printer ondersteunt afdrukken op transparanten in kleur. Zie Transparanten voor meer
details.
48
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 59
VOORZICHTIG
Om beschadiging van de printer te voorkomen, dient u alleen transparanten te gebruiken
die zijn goedgekeurd voor gebruik in laserprinters. Om ernstige papierstoringen te
voorkomen, moet u bij het afdrukken van transparanten altijd lade 1 gebruiken.
●Plaats transparanten alleen in lade 1.
●
Selecteer Transparanten als Type (Windows) of Papierbron (Macintosh) in het
dialoogvenster Afdrukken (Windows) of Print (Macintosh) of in de printerdriver.
●Gebruik de bovenste uitvoerbak om het krullen tegen te gaan. (Dit geldt alleen voor
transparanten. Voor ander speciale afdrukmaterialen gebruikt u de rechte papierbaan
om krulling te verminderen.)
●U kunt samenplakken van transparanten voorkomen door deze na het afdrukken uit de
bovenste uitvoerbak te verwijderen voor u de volgende afdrukt.
●Leg de transparanten op een vlakke ondergrond nadat u ze uit de printer hebt
verwijderd.
NLWWAfdrukken op speciaal afdrukmateriaal
49
Page 60
Afdrukken op glanzend papier
Deze printer ondersteunt afdrukken op glanzend papier. Volg deze richtlijnen bij het
afdrukken op glanzend papier. Zie
informatie.
●Plaats glanzend papier alleen in lade 1.
●
Selecteer Glanzend of Zwaarglanzend als Type (Windows) of Papierbron (Macintosh)
in het dialoogvenster Afdrukken (Windows) of Print (Macintosh) of in de printerdriver.
Selecteer Glanzend voor afdrukmateriaal met een gewicht van max. 120 g/m
bankpost). Selecteer Zwaarglanzend voor afdrukmateriaal met een gewicht van
max. 163 g/m
2
(43 lb bankpost).
Specificaties voor het afdrukmateriaal voor meer
2
(32 lb
VOORZICHTIG
Afdrukken op HP LaserJet Tough papier
Volg onderstaande richtlijnen wanneer u op HP LaserJet Tough papier afdrukt:
●Pak het HP LaserJet Tough papier altijd bij de randen vast. Vettige vingerafdrukken op
het papier kunnen de afdrukkwaliteit aantasten.
●Gebruik alleen HP LaserJet Tough papier voor deze printer. HP-producten zijn zo
ontwikkeld dat deze in combinatie met elkaar de best mogelijke resultaten garanderen.
●
In het softwareprogramma of de printerdriver, selecteert u Tough Paper als de soort
afdrukmateriaal, of drukt u af uit een lade die geconfigureerd is voor HP LaserJet Tough
papier.
Transparant afdrukmateriaal dat niet voor Laserjet-afdrukken is bedoeld, kan de printer
beschadigen.
50
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 61
Afdrukken op afdrukmateriaal met aangepast formaat of
kaarten
Briefkaarten, indexkaarten (3 x 5 inch) en ander afdrukmateriaal van speciale afmetingen
kunnen vanuit lade 1 afgedrukt worden. Het minimumformaat voor afdrukmateriaal is 76 x
127 mm (3 x 5 inch), het maximumformaat is 216 x 356 mm (8,5 x 14 inch).
●Plaats altijd de korte zijde het eerst in lade 1. Als u de kaarten in liggende stand wilt
afdrukken, stelt u dit via uw programma in. Als papier met de lange zijde eerst in de
printer wordt gevoerd, kan dit een papierstoring veroorzaken.
●Stel de marges in uw programma in op ten minste 6,4 mm van de randen van het
afdrukmateriaal.
●
Selecteer het aangepaste afdrukmateriaal dat u gebruikt als Type in de printerdriver en
stel het huidige Formaat in.
●Duw de achterste uitvoerklep omlaag om de rechte papierbaan te gebruiken en
omkrullen te verminderen.
Zie Specificaties voor het afdrukmateriaal voor meer informatie.
NLWWAfdrukken op speciaal afdrukmateriaal
51
Page 62
Afdrukken op briefhoofdpapier of voorbedrukte formulieren
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de afdrukrichting van briefhoofdpapier of
voorbedrukte formulieren voor enkelzijdig afdrukken instelt. Zie
(handmatig dubbelzijdig afdrukken) voor de afdrukrichting bij dubbelzijdig afdrukken.
●Plaats het papier zoals in de volgende afbeeldingen is weergegeven.
Dubbelzijdig afdrukken
52
●Als het afdrukmateriaal zwaar is, moet u de achterste uitvoerklep omlaag klappen om
omkrullen te verminderen.
●Gebruik geen briefhoofdpapier met reliëfdruk.
●Gebruik geen briefhoofdpapier dat is bedrukt met inkt voor lage temperaturen, zoals
bijvoorbeeld wordt gebruikt in bepaalde thermografische toepassingen.
●De printer gebruikt hitte en druk om de toner op het afdrukmateriaal aan te brengen.
Controleer of gekleurd papier of voorbedrukte formulieren gebruikmaken van inkt die
voor deze fusertemperatuur (210 °C) gedurende 0,1 seconde) geschikt is.
Voor dubbelzijdig afdrukken op papier moet u het papier handmatig na het afdrukken van
de eerste zijde opnieuw in de printer plaatsen.
VOORZICHTIG
Opmerking
Etiketten of transparanten niet aan beide zijden bedrukken. Dit kan papierstoringen
veroorzaken en de printer beschadigen.
De PS-printerdriver ondersteunt geen handmatig dubbelzijdig afdrukken. Voor Mac OS 9.x
moet u een aangepaste installatie van de driver uitvoeren en de plug-in voor handmatig
dubbelzijdig afdrukken selecteren. Mac OS X ondersteunt geen handmatig dubbelzijdig
afdrukken.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u
speciaal papier gebruikt, zoals briefhoofdpapier, plaatst u dit op een van de volgende
manieren.
●Voor lade 1 plaatst u het briefhoofdpapier met de afdrukzijde omlaag en de
onderzijde eerst in de printer.
●Voor optionele lade 2 en optionele lade 3 plaatst u het briefhoofdpapier met de
afdrukzijde omhoog en de bovenzijde in de richting van de achterzijde van de
printer.
1
2
1lade 1
2optionele lade 2 of optionele lade 3
2.
In de printerdriver selecteert u de optie Dubbelzijdig afdrukken en verstuurt u de
afdruktaak om af te drukken.
3. Zodra de taak klaar is met afdrukken, verwijdert u het blanco papier uit lade 1. Plaats
de afgedrukte stapel met de blanco zijde omhoog en de bovenrand in de richting van
de printer. Druk de tweede zijde af vanuit lade 1.
123
4.
Druk op
(S
TART
) om verder te gaan met afdrukken.
54
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 65
Een afdruktaak annuleren
Een afdruktaak kan worden gestopt vanuit een programma, een wachtrij of door op de knop
(T
AAK ANNULEREN
●Als de afdruktaak nog niet door de printer wordt afgedrukt, probeert u eerst de taak te
stoppen vanuit de toepassing die de afdruktaak naar de printer heeft verzonden.
●Als de afdruktaak in een afdrukwachtrij of de printspooler is opgeslagen, zoals de map
Printers in Windows (Printers of faxapparaten in Windows 2000 of Windows XP) of
Print Monitor of Print Center Queue in Mac OS, gaat u vervolgens daarheen om de
taak proberen te verwijderen.
●
Als de taak reeds wordt afgedrukt, drukt u op
pagina’s die al in de printer zijn, worden verder afgedrukt, waarna de rest van de
afdruktaak wordt verwijderd.
) op de printer te drukken.
(T
AAK ANNULEREN
) op de printer. De
●
Als u drukt op
(T
AAK ANNULEREN
), annuleert u alleen de huidige taak in de printer.
Wanneer meer dan één afdruktaak zich in het printergeheugen bevindt, moet u op
(T
AAK ANNULEREN
) drukken zodra de taak wordt afgedrukt.
Als de printerstatuslampjes om beurten blijven branden nadat de afdruktaak is
geannuleerd, is de computer nog steeds bezig met het versturen van de taak naar de
printer. Verwijder de afdruktaak uit de afdrukwachtrij of wacht totdat de computer de
gegevens heeft verzonden.
NLWWEen afdruktaak annuleren
55
Page 66
56
Hoofdstuk 3 AfdruktakenNLWW
Page 67
4
Printerbeheer
Deze printer wordt geleverd met diverse hulpprogramma's waarmee u de printer kunt
bewaken en onderhouden en printerproblemen kunt oplossen. U vindt in de volgende
gedeelten informatie over het gebruik van deze hulpprogramma's:
Speciale pagina's
HP werkset
NLWW
57
Page 68
Speciale pagina's
Speciale pagina's bevinden zich in het geheugen van de printer. Met behulp van deze
pagina's kunt u problemen met de printer diagnosticeren en oplossen.
Opmerking
Als de printertaal tijdens de installatie niet goed is ingesteld, kunt u de taal handmatig
instellen zodat de pagina's in een van de ondersteunde talen worden afgedrukt. Wijzig de
taal bij het gebruik van de HP werkset (
HP werkset) of HP Web Jetadmin.
Demopagina
Om de demopagina af te drukken, drukt u op(S
lampje brandt) en niet bezig is met afdrukken. U kunt deze pagina tevens weergeven via de
HP werkset.
TART
) als de printer klaar is (Klaar-
Configuratiepagina
De Configuratiepagina bevat de huidige instellingen en eigenschappen van de printer. U
kunt een Configuratiepagina afdrukken vanuit de printer of de HP werkset. U drukt de
Configuratiepagina af via de printer door gelijktijdig kort te drukken op
(T
AAK ANNULEREN
). (De pagina Status benodigdheden wordt eveneens afgedrukt. Als een
HP Jetdirect printserverkaart is geïnstalleerd, wordt de HP Jetdirect-pagina met de
HP Jetdirect-informatie eveneens afgedrukt.)
hp Color LaserJet
2550 se ries
(S
TART
)en
1
2
3
4
1.
Productinformatie. Dit gedeelte bevat basisinformatie over de printer, zoals de naam
5
6
7
8
van het product en het serienummer.
2.
Geheugen. Dit gedeelte bevat informatie over het geheugen, zoals het totale
geïnstalleerde geheugen.
58
Hoofdstuk 4 PrinterbeheerNLWW
Page 69
3.
Papierinstellingen. In dit gedeelte vindt u informatie over de soort afdrukmateriaal voor
elke lade en over de soort instellingen voor al het afdrukmateriaal dat door de printer
wordt ondersteund.
4.
Aantal pagina's. In dit gedeelte vindt u informatie over het aantal afgedrukte pagina's,
het aantal afgedrukte kleurenpagina's en opgetreden papierstoringen.
5.
Productinstellingen. In dit gedeelte vindt u informatie die tijdens de software-installatie
is verzameld, inclusief de taal en de bedrijfsnaam.
6.
Geïnstalleerde personality's en opties. Dit gedeelte bevat informatie over optionele
items die mogelijk zijn geïnstalleerd, zoals DIMM's of een HP Jetdirect printserverkaart.
7.
Afdrukinstellingen. Dit gedeelte bevat informatie over de printerinstellingen die in de
printerdriver of in de HP werkset zijn geconfigureerd.
8.
Statuslogboek. Dit gedeelte bevat informatie over printerfouten.
Pagina Status benodigdheden
Op de pagina Status benodigdheden kunt u zien hoe lang de HP-inktpatronen en HPimaging drums nog mee zullen gaan. De statuspagina vermeldt ook de geschatte
resterende pagina's, aantal afgedrukte pagina's en andere informatie. U kunt een pagina
Status benodigdheden afdrukken vanuit de printer of de HP werkset. U drukt af via de
(S
TART
printer door gelijktijdig te drukken op
)en(T
Configuratiepagina wordt eveneens afgedrukt. Als een HP Jetdirect printserverkaart is
geïnstalleerd, wordt de HP Jetdirect-pagina met de HP Jetdirect-informatie eveneens
afgedrukt.)
AAK ANNULEREN
). (De
NLWWSpeciale pagina's
59
Page 70
Opmerking
Informatie over de benodigdheden is ook beschikbaar via de HP werkset.
hp color LaserJet
Supplies Status Page 1
1
1.
Inktpatroongebied. Dit gebied bevat een veld voor elke inktpatroon en bevat
2550 seri es
1%
50%
1%
94%
2
3
4
5
informatie over HP-inktpatronen, zoals het artikelnummer voor alle inktpatronen, of een
inktpatroon bijna leeg is en de resterende levensduur van de inktpatronen uitgedrukt als
percentage, in een grafiek en als een geschat aantal resterende pagina's. Deze
informatie wordt mogelijk niet gegeven voor benodigdheden die niet van HP zijn. Als
een onderdeel is geïnstalleerd dat niet van HP is, verschijnt er in sommige gevallen een
waarschuwingsbericht.
2.
Imaging drum gebied. Dit gebied bevat dezelfde informatie voor de imaging drum die
het inktpatroongebied geeft voor de inktpatronen.
3.
Opmerking over de garantie. Dit gedeelte bevat informatie over de invloed van het
gebruik van andere dan HP-benodigdheden op de printergarantie. Volgens deze
garantie bent u ook verplicht de fraudelijn van HP te bellen als een onderdeel is
aangetroffen dat niet van HP is, terwijl het als HP-onderdeel aan u is verkocht. (Zie
fraudelijn.)
4.
Bestelinformatie. Dit gedeelte bevat basisinformatie over het bestellen van nieuwe HPbenodigdheden.
5.
Recyclinginformatie. Dit gedeelte bevat een snelkoppeling naar de website die u kunt
bezoeken voor informatie over recycling.
HP
60
Hoofdstuk 4 PrinterbeheerNLWW
Page 71
HP werkset
De HP werkset is een webtoepassing die u kunt gebruiken voor de volgende taken:
●De printerstatus controleren.
●De printerinstellingen configureren.
●Informatie over probleemoplossingen bekijken.
●Online documentatie bekijken.
U kunt de HP werkset bekijken als de printer rechtstreeks op uw computer of op het
netwerk is aangesloten. U kunt de HP werkset alleen gebruiken als u de software volledig
hebt geïnstalleerd.
Opmerking
U hebt geen toegang tot internet nodig om de HP werkset te openen en te gebruiken. Als u
echter op een snelkoppeling klikt in het gedeelte Overige links, hebt u een
internetaansluiting nodig om de desbetreffende snelkoppeling te kunnen openen. Zie
Overige links voor meer informatie.
Ondersteunde besturingssystemen
De volgende besturingssystemen ondersteunen het gebruik van de HP werkset:
●Windows 98, 2000, Me en XP
●Mac OS X v. 10.1 of later
Ondersteunde browsers
Om de HP werkset te kunnen gebruiken, hebt u één van de volgende browsers nodig:
Windows
●Microsoft Internet Explorer 5.5 of later
●Netscape Navigator 6.2 of later
●Opera Software ASA Opera 7 of later
Macintosh (alleen OS X)
●Microsoft Internet Explorer 5.1 of later
●Netscape Navigator 6.23 of later
●Safari 1.0
Alle pagina’s kunnen vanuit de browser worden afgedrukt.
NLWWHP werkset
61
Page 72
De HP werkset bekijken
1. Open de HP werkset op één van de volgende manieren:
●Op het bureaublad in Windows dubbelklikt u op het pictogram van de HP werkset.
●
In het Windows-menu Start gaat u naar Programma's en klikt u op de HP werkset.
●
Voor Macintosh OS X op de harde schijf, klikt u op Programma's en vervolgens op
de map Hulpprogramma's. Dubbelklik op het pictogram van de HP werkset.
Opmerking
Nadat u de URL hebt geopend, kunt u hieraan een bladwijzer toekennen zodat u hier
sneller naar terug kunt keren in de toekomst.
2. De HP werkset wordt in een webbrowser geopend. De software van de HP werkset
bevat de volgende onderdelen:
Tabblad Status
●
Tabblad Probleemoplossing
●
Tabblad Waarschuwingen
●
Tabblad Documentatie
●
Venster Apparaatinstellingen
●
Snelkoppelingen in de HP werkset
●
Overige links
●
Tabblad Status
Het tabblad Status bevat links naar de volgende pagina’s:
●
Status apparaat. Hiermee kunt u statusinformatie over de printer bekijken. Op deze
pagina worden de printercondities, zoals een papierstoring of een lege lade,
weergegeven. Nadat u een printerprobleem hebt opgelost, klikt u op Vernieuwen om
de apparaatstatus bij te werken.
62
●
Status benodigdheden. Op deze pagina worden gedetailleerde gegevens getoond,
zoals het percentage overgebleven toner in de inktpatroon en het aantal pagina's dat is
afgedrukt met de huidige inktpatroon. De pagina bevat ook koppelingen voor het
bestellen van benodigdheden en informatie over het recyclen van afval.
●
Afdrukinformatie. Hiermee kunt u de Configuratiepagina en diverse andere
informatiepagina's afdrukken die beschikbaar zijn op de printer, zoals de pagina Status
benodigdheden en de demopagina.
Tabblad Probleemoplossing
Het tabblad Probleemoplossing bevat snelkoppelingen naar de volgende hoofdpagina's:
●
Printerlampjes. Klik op de lampjes op het bedieningspaneel op deze simulator voor
een bepaalde lampjespatroon van het bedieningspaneel. In meerdere situaties zijn
geanimeerde videoclips beschikbaar waarbij de aanbevolen handeling om het
probleem op te lossen, wordt weergegeven.
●
Hulpmiddelen afdrukkwaliteit. Hiermee drukt u een pagina af, die u kan helpen bij het
verhelpen van afdrukkwaliteitsproblemen. U kunt de informatie over de
afdrukkwaliteitsproblemen bekijken, een reinigingspagina afdrukken, de printer reinigen
en de printer kalibreren om de afdrukkleurkwaliteit te behouden.
Hoofdstuk 4 PrinterbeheerNLWW
Page 73
●
Onderhoud. Hiermee drukt u een reinigingspagina af en kunt u de printer reinigen,
informatie over de printerbenodigdheden bekijken, en de geanimeerde demo's over het
vervangen van de inktpatronen en de imaging drum bekijken.
●
Papierstoringen. Hiermee kunt u informatie over het lokaliseren en het verhelpen van
storingen, en een geanimeerde demo over het verhelpen van storingen bekijken.
●
Ondersteunde afdrukmaterialen. Hiermee kunt u informatie over de afdrukmaterialen
die door de printer worden ondersteunt, en informatie over het oplossen van problemen
die betrekking hebben op het afdrukmateriaal bekijken.
●
Demopagina. Hiermee kunt u voor deze printer een demopagina afdrukken.
Tabblad Waarschuwingen
Op het tabblad Waarschuwingen kunt u instellen welke printerwaarschuwingen moeten
worden weergegeven. Het tabblad Waarschuwingen bevat snelkoppelingen naar de
volgende pagina’s:
●Statuswaarschuwingen instellen
●E-mailwaarschuwingen instellen
●Beheerdersinstellingen
Pagina Statuswaarschuwingen instellen
Op de pagina Statuswaarschuwingen instellen kunt u waarschuwingen in- of uitschakelen
en kiezen uit twee typen waarschuwingen:
●Een pop-upbericht
●Een pictogram in de taakbalk
Klik op Toepassen om de instellingen op te slaan.
Pagina Instellingen voor e-mailwaarschuwingen
Op de pagina Instellingen voor e-mailwaarschuwingen kunt u het e-mailadres instellen
waarnaar de waarschuwingen moeten worden verzonden en opgeven welk type
waarschuwing naar welke e-mailadressen moet worden gestuurd. U kunt maximaal twee emailadressen instellen voor de volgende waarschuwingen:
●Benodigdheden
●Service
●Papierbaan
●Advies
U moet een SMTP-server instellen om e-mailwaarschuwingen te kunnen verzenden.
NLWWHP werkset
63
Page 74
Pagina Beheerdersinstellingen
Op de pagina Beheerdersinstellingen kunt u instellen hoe vaak de HP werkset op
printerwaarschuwingen moet controleren. De drie instellingen zijn:
●
Minder vaak: de HP werkset controleert elke minuut op waarschuwingen (elke
60 seconden).
●
Normaal: de HP werkset controleert twee keer per minuut op waarschuwingen (elke
30 seconden).
●
Vaker: De HP werkset controleert twintig keer per minuut op waarschuwingen (elke
3 seconden).
Als u het I/O-verkeer wilt verminderen, moet u de frequentie waarop de printer op
waarschuwingen wordt gecontroleerd, verlagen.
Tabblad Documentatie
Op het tabblad Documentatie worden de volgende informatiebronnen weergegeven:
●
Gebruikershandleiding. Bevat informatie over het gebruik, de garantie, de
specificaties en de ondersteuning van de printer die u aan het lezen bent. De
gebruikershandleiding is beschikbaar in HTML- en PDF-indeling.
●
Leesmij. Bevat belangrijke informatie over de printer die niet in de
gebruikershandleiding is opgenomen. Het meest recente Leesmij-bestand bevat de
meest recente informatie over de printer (alleen Engelstalig).
Venster Apparaatinstellingen
Wanneer u op de knop Apparaatinstellingen klikt, wordt een nieuw venster geopend. Het
venster Apparaatinstellingen bevat de volgende onderdelen:
●
Tabblad Informatie
●
Tabblad Instellingen
●
Snelkoppeling Netwerk
Tabblad Informatie
Op het tabblad Informatie staan twee snelkoppelingen voor de volgende onderwerpen:
●
Status apparaat. Hiermee kunt u informatie over de huidige status van de printer
bekijken.
●
Status benodigdheden. Hiermee kunt u informatie over de geïnstalleerde
benodigdheden in de printer bekijken. Er wordt een snelkoppeling naar de website van
HP gegeven voor het bestellen van benodigdheden.
●
Gebeurtenislogboek. Hiermee kunt u de geschiedenis van printerfouten bekijken. De
meest recente fout staat boven aan de lijst.
64
Hoofdstuk 4 PrinterbeheerNLWW
Page 75
●
Instellingen Opslaan / Herstellen. Hiermee kunt u de huidige instellingen voor de
printer in een bestand op uw computer opslaan. Gebruik dit bestand om dezelfde
instellingen voor een andere printer te laden of herstel deze instellingen naar deze
printer op een later tijdstip.
●
Apparaatconfiguratie. Hiermee kunt u een gedetailleerde omschrijving bekijken van
de huidige configuratie van de printer, inclusief de hoeveelheid geïnstalleerd geheugen
en of er optionele laden zijn geïnstalleerd.
Tabblad Instellingen
Het tabblad Instellingen bevat snelkoppelingen naar meerdere pagina's waar u de
configuratie van de printer kunt bekijken en wijzigen.
Opmerking
Software-instellingen kunnen de instellingen die in de HP werkset overschrijven.
●
Apparaatinformatie. Hiermee kunt u de basisinformatie over de printer bekijken.
●
Papierverwerking. Hiermee kunt u de instellingen voor de printerladen bekijken en
wijzigen.
●
Afdrukken. Hiermee kunt u de standaardinstellingen voor afdruktaken bekijken en
wijzigen.
●
PCL. Hiermee kunt u de informatie over de PCL-lettertypen bekijken en wijzigen.
●
PostScript. Hiermee kunt u de instellingen voor PS-fouten en time-out bekijken en
wijzigen.
●
Afdrukkwaliteit. Hiermee kunt u de afdrukkwaliteitsinstellingen bekijken en wijzigen.
●
Afdrukmodi. Hiermee kunt u de afdrukmodi voor verschillende soorten
afdrukmaterialen bekijken en wijzigen.
●
Systeeminstellingen. Hiermee kunt u de systeeminformatie bekijken en wijzigen.
●
I/O. Hiermee kunt u de I/O-time-outinstelling bekijken en wijzigen.
●
Service. Hiermee verkrijgt u toegang tot de verschillende procedures die vereist zijn
voor het onderhoud van de printer.
Venster Netwerk
In het venster Netwerk kan de netwerkbeheerder de netwerkinstellingen voor de printer
controleren als deze is aangesloten op een IP-netwerk. Dit tabblad wordt niet weergegeven
als de printer rechtstreeks op een computer is aangesloten of als de printer is aangesloten
op een netwerk met een andere verbinding dan een HP Jetdirect printserver.
NLWWHP werkset
65
Page 76
Snelkoppelingen in de HP werkset
De snelkoppelingen in de HP werkset aan de linkerzijde van het scherm verwijzen naar de
volgende opties:
●
Een apparaat selecteren. Hiermee kunt u een apparaat uit alle apparaten selecteren
die zijn ingeschakeld voor HP werkset.
●
De huidige waarschuwingen bekijken. Hiermee kunt u de huidige waarschuwingen
bekijken voor alle printers die zijn ingesteld. (Er moet een taak worden afgedrukt als u
de waarschuwingen wilt weergegeven.)
●
Pagina met alleen tekst. Hiermee kunt u de HP werkset weergeven als een overzicht
met snelkoppelingen naar pagina's met alleen tekst.
Overige links
Dit gedeelte bevat snelkoppelingen waarmee u verbinding maakt met het Internet. Als u
deze snelkoppelingen wilt kunnen gebruiken, moet u toegang tot internet hebben. Als u een
inbelverbinding gebruikt en geen verbinding kreeg toen u de HP werkset opende, moet u
eerst verbinding maken alvorens u deze websites kunt bezoeken. Het kan nodig zijn om de
HP werkset te sluiten en opnieuw te openen.
●
Productregistratie Hiermee maakt u verbinding met de website voor productregistratie
van HP.
●
Productondersteuning. Hiermee gaat u naar de ondersteuningssite voor de HP color
LaserJet 2550 serie printer. Vervolgens kunt u naar hulp zoeken voor een specifiek
probleem.
66
Hoofdstuk 4 PrinterbeheerNLWW
Page 77
5
Kleur
In dit hoofdstuk vindt u informatie over hoe de printer prachtige afdrukken in kleur levert.
Tevens wordt hier omschreven hoe u de best mogelijke kleurafdrukken kunt maken. De
volgende onderwerpen komen aan bod:
Kleur gebruiken
Kleuropties beheren
Kleuren afstemmen
NLWW
67
Page 78
Kleur gebruiken
Deze printer zorgt voor prachtige afdrukken in kleur. De printer biedt een combinatie van
automatische kleurenfuncties waarmee uitstekende resultaten worden bereikt voor
algemene gebruikers, plus geavanceerde hulpmiddelen voor ervaren kleurgebruikers.
De printer kent zorgvuldig ontworpen en geteste kleurentabellen voor een zuivere, accurate
weergave van alle afdrukbare kleuren.
HP ImageREt 2400
ImageREt 2400 zorgt voor 2400 dpi laserkwaliteit in kleur door middel van een multilevel
afdrukproces. Dit proces regelt de kleuren nauwkeurig door maximaal vier kleuren binnen
één pixel te combineren en de hoeveelheid toner in een bepaald gebied te variëren.
ImageREt 2400 is voor deze printer verbeterd. De verbeteringen bieden technologieën voor
trapping, een verbeterde controle over het plaatsen van stippen en een nauwkeurigere
controle over de tonerkwaliteit van een stip. Deze nieuwe technologieën samen met het
afdrukproces van HP dat verscheidene niveaus omvat, resulteren in een printer met een
resolutie van 600 x 600 dpi die laserkwaliteit van 2400 dpi met miljoenen gelijkmatige
kleuren levert.
In tegenstelling hiermee worden in het single-level afdrukproces in de standaardmodus van
andere kleurenlaserprinters geen kleuren binnen één pixel gemengd. Dit proces, rasteren
genaamd, maakt het onmogelijk een grote verscheidenheid aan kleuren te creëren zonder
concessies te doen aan de scherpte of zichtbare pixelstructuur.
Keuze van afdrukmateriaal
Voor de beste kleuren en beeldkwaliteit is het belangrijk om in het printermenu of via het
bedieningspaneel van de printer de juiste papiersoort te selecteren. Zie
het afdrukmateriaal voor meer informatie.
Specificaties voor
Kleurenopties
De kleuropties maken automatisch optimale kleurafdrukken mogelijk voor diverse soorten
documenten.
De kleuropties maken gebruik van het zogenaamde "object tagging"; dit is een methode om
voor de verschillende objecten op een pagina (tekst, illustraties en foto’s) de best mogelijke
kleur- en halftooninstellingen te gebruiken. De printerdriver onderzoekt welke objecten de
pagina bevat en bepaalt vervolgens de halftoon- en kleurinstellingen die voor elk object op
de pagina de beste afdrukkwaliteit geven. "Object tagging", gecombineerd met de
geoptimaliseerde standaardinstellingen, levert uitstekende kleuren op met de printer zonder
dat hiervoor speciale instellingen hoeven te worden vastgelegd.
Onder Windows zijn de kleuropties Automatisch en Handmatig op het tabblad Kleur van
de printerdriver ondergebracht.
68
Hoofdstuk 5 KleurNLWW
Page 79
sRGB (standard Red-Green-Blue)
sRGB (standard Red-Green-Blue) is een wereldwijde kleurstandaard die oorspronkelijk is
ontwikkeld door HP en Microsoft als gemeenschappelijk kleursysteem voor monitoren,
invoerapparaten (scanners, digitale camera's) en uitvoerapparaten (printers, plotters).
sRGB is de standaardkleurruimte die wordt gebruikt voor HP-producten,
besturingssystemen van Microsoft, het web en de meeste kantoorsoftware die
tegenwoordig wordt verkocht. sRGB is het meestgebruikte kleursysteem voor monitoren
van Windows-computers en voor de nieuwe zogenaamde 'high-definition television'.
Opmerking
Factoren, zoals het type monitor dat u gebruikt of de lichtval in de kamer, beïnvloeden de
weergave van de kleuren op het scherm. Zie
Voor de laatste versies van Adobe® PhotoShop®, CorelDRAW™, Microsoft Office en veel
andere toepassingen wordt sRGB gebruikt voor het weergeven van kleuren. sRGB is als
standaardkleurruimte in besturingssystemen van Microsoft nu wijd verbreid als middel voor
het uitwisselen van kleurgegevens tussen softwareprogramma's en apparaten door een
gemeenschappelijke definitie die zorgt voor meer consistentie in het gebruik van kleuren.
sRGB verruimt de mogelijkheden van gebruikers om de kleuren van printer, computer,
monitor en andere invoerapparaten (scanners, digitale camera's) beter op elkaar af te
stemmen, ook als zij geen expert zijn op het gebied van kleur.
Kleuren afstemmen voor meer informatie.
NLWWKleur gebruiken
69
Page 80
Kleuropties beheren
Wanneer u de kleuropties op Automatisch instelt, krijgt u over het algemeen de beste
afdrukkwaliteit voor documenten in kleur. Echter, in sommige gevallen wilt u misschien een
kleurendocument afdrukken in grijsschaal (zwart en grijstinten) of één van de kleurenopties
van de printers wijzigen.
●In Windows, kunt u afdrukken in grijstinten of de kleurenopties wijzigen door de
instellingen te gebruiken op het tabblad Kleur in de printerdriver.
●Bij een Macintosh-computer kunt u afdrukken in grijstinten of de kleurenopties wijzigen
door het menu Kleurafstemming in het dialoogvenster Print te gebruiken.
Afdrukken in grijsschaal
Als u de optie Afdrukken in grijsschaal in de printerdriver kiest, wordt uw document in
zwart en grijstinten afgedrukt. Deze optie is handig voor het afdrukken van
kleurendocumenten die u wilt kopiëren of faxen.
Wanneer Afdrukken in grijsschaal is geselecteerd, schakelt de printer over naar de
modus voor afdrukken in zwart-wit. Met deze optie wordt de slijtage van de
kleureninktpatronen verminderd.
Opmerking
Opmerking
Kleuren automatisch of handmatig aanpassen
De kleuraanpassingsoptie Automatisch dient voor het optimaliseren van neutrale
grijstinten, halftonen en randverbeteringen in de verschillende elementen van een
document. Meer informatie vindt u in de Help-informatie van de printerdriver.
Automatisch is de standaardinstelling en wordt aanbevolen voor het afdrukken van alle
kleurendocumenten.
Met de kleuraanpassingsoptie Handmatig kunt u zelf neutrale grijstinten, halftonen en
randverbeteringen voor tekst, illustraties en foto’s aanpassen. Voor toegang tot de
handmatige kleurenopties op het tabblad Kleur, selecteert u Handmatig en klikt u
vervolgens op Instellingen.
Handmatige kleuropties
Gebruik de handmatige kleuraanpassing voor het individueel aanpassen van Kleur (of
Kleurafstemming)enHalftoon-opties.
Door sommige softwareprogramma's worden tekst en illustraties in rasterafbeeldingen
omgezet. In die gevallen zal de instelling Foto’s ook tekst en illustraties beheren.
70
Hoofdstuk 5 KleurNLWW
Page 81
Halftoonopties
Halftoon is de methode waarbij de printer de vier primaire kleuren (cyaan, magenta, geel en
zwart) mengt in gevarieerde proporties om vervolgens miljoenen kleuren te creëren.
Halftoonopties beïnvloeden de resolutie en helderheid van uw kleurenuitvoer. U kunt
instellingen voor halftonen onafhankelijk van elkaar aanpassen voor tekst, afbeeldingen en
foto's. Er zijn twee halftoonopties, namelijk Gelijkmatig en Gedetailleerd.
●
De optie Gelijkmatig geeft betere resultaten voor grote, effen oppervlakken. Ook foto’s
worden verbeterd door het geleidelijke overgaan van fijne kleurnuances. Kies deze
optie wanneer effen en gelijkmatige vlakken de belangrijkste attributen zijn.
●
De optie Gedetailleerd is nuttig voor tekst en afbeeldingen die scherpe scheidingen
tussen lijnen en kleuren vereisen, zoals afbeeldingen met een patroon of veel details.
Kies deze optie wanneer scherpe randen en details het belangrijkst zijn.
Neutrale grijstinten
De instelling Neutrale grijstinten stelt de methode vast die gebruikt wordt voor het creëren
van grijze kleuren die in tekst, illustraties en foto’s worden gebruikt.
●
Alleen zwart genereert neutrale kleuren (grijstinten en zwart) met alleen zwarte toner.
Deze optie garandeert dat neutrale kleuren geen kleurencontrast hebben.
●
Vier kleuren genereert neutrale kleuren door de vier kleuren toner te combineren.
Deze optie produceert gelijkmatige verlooptinten en veranderingen naar niet-neutrale
kleuren. Hiermee wordt tevens het donkerste zwart geproduceerd.
Randenbeheer
De instelling Randenbeheer stelt vast hoe de randen worden weergegeven. De instelling
Randenbeheer bestaat uit twee onderdelen: Adaptieve halftonen en Overlapping.
Adaptieve halftonen vergroot de scherpte van de randen. Overlapping vermindert het effect
van kleurvlakken die verspringen door de randen van aangrenzende objecten licht te
overlappen. De volgende niveaus van scherpteregeling zijn beschikbaar:
●
Maximaal zorgt voor de meeste overlapping. Adaptieve halftonen is ingeschakeld.
●
Normaal levert de standaard overlappingsinstellingen. Adaptieve halftonen is
ingeschakeld.
●
Licht levert minimale overlapping. Adaptieve halftonen is ingeschakeld.
●
Uit schakelt de instellingen voor overlapping en adaptieve halftonen uit.
RGB-kleur
De optie RGB-kleur bepaalt hoe de kleuren worden weergegeven.
●
Standaard interpreteert RGB-kleuren als sRGB, wat door de meeste softwarebedrijven
en organisaties als standaard wordt beschouwd zoals Microsoft en het World Wide
Web Consortium. (Zie http://www.w3.org.)
●
Levendig zorgt ervoor dat de printer de kleurverzadiging in de middentonen verhoogt.
Objecten met vale kleuren worden met vollere kleuren afgedrukt. Deze waarde wordt
aanbevolen voor het afdrukken van zakelijke afbeeldingen.
●
Apparaat stelt de printer in op het afdrukken van RGB-gegevens in onbewerkte
apparaatmodus. Om foto’s juist weer te geven als deze optie is geselecteerd, dient u de
kleuren te beheren in het programma waarin u werkt of in het besturingssysteem.
NLWWKleuropties beheren
71
Page 82
Kleuren afstemmen
Het afstemmen van de kleuren van de afdruk op de kleuren op het beeldscherm is een heel
ingewikkeld proces, omdat printers en computermonitoren verschillende methoden
gebruiken voor het produceren van kleuren. Monitoren geven kleuren weer door middel van
lichtpixels met gebruikmaking van een RGB-kleurenproces (rood, groen, blauw); printers
drukken kleuren af door gebruik te maken van een CMYK-proces (cyaan, magenta, geel en
zwart).
Het afstemmen van de afgedrukte kleuren op de kleuren op het scherm wordt beïnvloed
door de volgende factoren:
●afdrukmateriaal
●printerkleurstoffen (bijvoorbeeld inkten of toners)
●afdrukproces (bijvoorbeeld inktjet-, kleurendrukpers- of lasertechnologie)
●licht van boven
●programma’s
●printerdrivers
●besturingssysteem van de computer
●monitoren
●videokaarten en drivers
●bedrijfsomgeving (zeer vochtig of zeer droog)
●persoonlijke verschillen in de kleurenperceptie
Houd deze factoren in gedachten als de kleuren op uw scherm niet volmaakt
overeenkomen met de afgedrukte kleuren. De beste methode om de kleuren op uw scherm
te laten overeenkomen met die van uw printer, is uw documenten af te drukken in sRGBkleuren. De printer gebruikt sRGB en optimaliseert de uitvoer van kleuren automatisch.
Voor meer informatie over het oplossen van problemen met het afdrukken van kleuren,
raadpleegt u
Problemen met kleurendocumenten oplossen.
72
Hoofdstuk 5 KleurNLWW
Page 83
6
Onderhoud
In dit hoofdstuk vindt u informatie over de volgende onderhoudstaken:
Benodigdheden beheren
De printer reinigen
De printer kalibreren
NLWW
73
Page 84
Benodigdheden beheren
Voor informatie over de garantie van deze benodigdheden, raadpleegt u Printcartridge
Verklaring van beperkte garantie
Levensduur van benodigdheden
De levensduur van de imaging drum hangt af van het aantal zwarte pagina's of pagina's in
kleur dat voor uw afdruktaken nodig is. Een imaging drum van de HP color LaserJet 2550
serie printer gaat gemiddeld 20.000 pagina's mee bij alleen zwarte pagina's en
5.000 pagina's bij afdrukken in kleur. De werkelijke levensduur ligt ergens tussen deze twee
getallen in en is afhankelijk van het aantal afdrukken in zwart en in kleur. De gemiddelde
levensduur is zo'n 6.000 en 8.000 pagina's.
De levensduur van de imaging drum wordt ook beïnvloed telkens als de printer wordt
gekalibreerd, omdat de kalibratie ervoor zorgt dat de imaging drum wordt gedraaid. De
levensduur van de imaging drum wordt gemeten volgens het aantal draaiingen in plaats het
aantal afgedrukte pagina's.
De soort en lengte van de afdruktaken beïnvloeden ook de levensduur van de drum. Een
reeks korte afdruktaken verbruikt meer van de levensduur van de drum dan het gelijke
aantal afgedrukte pagina's van één afzonderlijke afdruktaak. Om de levensduur van de
drum te verlengen, kunt u beter meerdere exemplaren van een afdruktaak in één keer
afdrukken in plaats van dezelfde afdruktaak meerdere keren te verzenden.
Opmerking
De levensduur van een inktpatroon hangt af van de hoeveelheid toner die voor uw
afdruktaken nodig is. Bij afdrukken met 5% dekking gaat een HP color LaserJet 2550L
inktpatroon cyaan, magenta of geel gemiddeld 2.000 pagina's mee en een zwarte
inktpatroon gemiddeld 5.000 pagina's. Bij afdrukken met 5% dekking gaat een HP color
LaserJet 2550Ln of 2550n printer inktpatroon cyaan, magenta of geel gemiddeld 4.000
pagina's mee en een zwarte inktpatroon gemiddeld 5.000 pagina's. Bij een gemiddelde
zakenbrief is gemiddeld 5% van de pagina bedrukt.
De imaging drum en inktpatronen voor deze printer zijn niet compatibel met oudere
printermodellen zoals de HP color LaserJet 1500 serie printer of de HP color LaserJet 2500
serie printer.
Voor een langere levensduur, kunt u vervangende cyaan, magenta en gele inktpatronen
bestellen voor de HP color LaserJet 2550L printer die gemiddeld 4.000 pagina's meegaan
bij een 5% dekking. Zie
Accessoires en bestelinformatie voor bestelinformatie.
Benodigdheden controleren en bestellen
U kunt de status van benodigdheden controleren via het bedieningspaneel van de printer,
het afdrukken van een pagina Status benodigdheden, de HP werkset bekijken of de
HP Web Jetadmin bekijken. HP raadt u aan een nieuwe inktpatroon te bestellen zodra het
bericht dat de inktpatroon bijna leeg is voor het eerst verschijnt. Dit bericht geeft aan dat de
inktpatroon nog ongeveer twee weken meegaat. Wanneer u nieuwe, authentieke HP
inktpatronen of imaging drums gebruikt, kunt u de volgende productinformatie ontvangen:
74
●resterende levensduur van inktpatroon of drum
●geschatte aantal resterende pagina's
●aantal afgedrukte pagina's
●overige informatie voor benodigdheden
Hoofdstuk 6 OnderhoudNLWW
Page 85
Opmerking
Als de printer op een netwerk is aangesloten, kunt u de HP werkset u laten waarschuwen
via e-mail als een inktpatroon bijna leeg is of als de imaging drum bijna versleten is. Als de
printer rechtstreeks op een computer is aangesloten, kunt u via de HP werkset vernemen
wanneer benodigdheden bijna leeg zijn.
De status controleren en bestellingen plaatsen via het
bedieningspaneel
Voer een van de volgende handelingen uit:
●Controleer de status van de lampjes voor benodigdheden op het bedieningspaneel van
de printer. Deze lampjes geven aan wanneer een inktpatroon of de imaging drum leeg
of bijna leeg is. De lampjes geven ook aan wanneer een inktpatroon van een ander
merk dan HP voor het eerst wordt geïnstalleerd. Zie
voor de interpretatie van de lampjespatronen.
Statuslampjes verbruiksartikelen
●
Druk gelijktijdig op
benodigdheden (en tevens de Configuratiepagina en mogelijk een HP Jetdirect-pagina)
afgedrukt. Controleer de status van de benodigdheden op de statuspagina. Zie
Status benodigdheden voor meer informatie.
Als de benodigdheden bijna leeg zijn, kunt u deze bij uw plaatselijke HP dealer, per telefoon
of online bestellen. Zie
http://www.hp.com/go/ljsupplies voor online bestellingen.
(S
TART
)en(T
Accessoires en bestelinformatie voor onderdeelnummers. Zie
AAK ANNULEREN
). Er wordt een pagina Status
Pagina
Controleren en bestellen via HP werkset
U kunt de HP werkset controleren om te waarschuwen als de benodigdheden bijna leeg
zijn. U kunt kiezen om waarschuwingen via e-mail te ontvangen of als pop-upbericht of als
pictogram in de taakbalk. Voor het bestellen van benodigdheden met behulp van de
HP werkset, klikt u in het gedeelte Overige links op Benodigdheden bestellen. U dient
toegang te hebben tot Internet om de website te kunnen openen.
HP werkset voor meer informatie.
Zie
Controleren en bestellen via HP Web Jetadmin
Selecteer de printer in HP Web Jetadmin. In de statuspagina van het apparaat vindt u
informatie over benodigdheden. Om te bestellen gebruikt u de HP werkset. Of zie
Accessoires en bestelinformatie.
Benodigdheden bewaren
Volg de volgende richtlijnen voor het bewaren van printpatronen en de imaging drum:
●Verwijder de inktpatroon of de imaging drum pas uit de verpakking wanneer u klaar
bent om deze te gebruiken.
VOORZICHTIG
NLWWBenodigdheden beheren
Stel de inktpatroon of imaging drum niet langer dan enkele minuten bloot aan licht. U
voorkomt zo beschadigingen.
●Zie
●Bewaar de artikelen in horizontale positie.
●Bewaar de artikelen op een donkere, droge plaats uit de buurt van warmtebronnen en
Omgevingsspecificaties voor het temperatuurbereik bij gebruik en opslag.
magnetische bronnen.
75
Page 86
Benodigdheden vervangen en hergebruiken
Volg voor het installeren van een nieuwe inktpatroon of imaging drum van HP en het
recyclen van gebruikte exemplaren de instructies die zijn bijgesloten in de verpakking van
het nieuwe onderdeel, of zie de starthandleiding.
Voor de recycling van benodigdheden, plaatst u het verbruikte onderdeel in de verpakking
waarin het nieuwe onderdeel is geleverd. Gebruik het meegeleverde retouretiket om het
verbruikte onderdeel terug te zenden naar HP voor recycling. Voor informatie over recyclen
raadpleegt u de recyclinggids die bij elk nieuw onderdeel van HP wordt geleverd. Zie
LaserJet afdrukbenodigdheden voor meer informatie over het recyclingprogramma van HP.
HP
Beleid van HP t.a.v. benodigdheden van derden
Hewlett-Packard Company kan het gebruik van benodigdheden die niet door HP zijn
vervaardigd (nieuw of opnieuw gevuld) niet aanbevelen. Omdat dit geen HP producten zijn,
heeft HP ook geen invloed op hun ontwerp en kwaliteit. Onderhoud of reparaties aan de
printer als gevolg van het gebruik van een onderdeel van een ander merk dan HP worden
niet gedekt door de garantie op de printer.
Wanneer u een onderdeel in de printer plaatst, wordt u gewaarschuwd wanneer het geen
authentiek HP artikel betreft. Als u een authentiek HP-onderdeel in de printer plaatst dat in
een andere HP-printer is gebruikt en bijna leeg is, wordt dit onderdeel als ander merk dan
HP aangemerkt. Plaats het artikel terug in de oorspronkelijke printer om de HP functies
opnieuw te activeren.
VOORZICHTIG
De printer herstellen voor onderdelen van derden
Wanneer u een inktpatroon of imaging drum van een ander merk dan HP installeert,
knippert het lampje naast de inktpatroon of imaging drum die u vervangt en brandt het
(T
waarschuwingslampje. Om toch met dit onderdeel af te drukken, moet u op
ANNULEREN
De statuslampjes geven niet aan wanneer deze soort benodigdheden leeg of bijna leeg is.
De printer stopt niet met afdrukken wanneer deze soort benodigdheden leeg of bijna leeg
is. Als u doorgaat met afdrukken nadat een inktpatroon of imaging drum leeg is, kan de
printer beschadigd raken. Zie
Verklaring van beperkte garantie.
) drukken, als u voor de eerste keer afdrukt met dit onderdeel dat niet van HP is.
Beperkte garantie van Hewlett-Packard en Printcartridge
AAK
HP fraudelijn
Bel de HP fraudelijn als de statuslampjes voor benodigdheden of de HP werkset aangeven
dat de inktpatroon of imaging drum niet van HP is terwijl u denkt van wel. HP helpt u te
bepalen of het betreffende product een echt HP product is en onderneemt stappen om het
probleem op te lossen.
In de volgende gevallen heeft u mogelijk te maken met een inktpatroon of imaging drum
van een ander merk dan HP:
●U ondervindt een groot aantal problemen bij het gebruik van de inktpatroon of imaging
drum.
76
●De inktpatroon of imaging drum ziet er anders uit dan gebruikelijk (bijvoorbeeld het
treklipje en de doos zijn anders).
In de Verenigde Staten kunt u gratis het volgende nummer bellen: (1) (877) 219-3183.
Hoofdstuk 6 OnderhoudNLWW
Page 87
Buiten de Verenigde Staten kunt u op onze kosten bellen. Vraag de operator naar een
'collect call' naar dit telefoonnummer: (1) (770) 263-4745. Als u geen Engels spreekt, wordt
u in uw taal te woord gestaan door een medewerker van de HP fraudelijn. Of, als niemand
uw taal spreekt, wordt ongeveer een minuut na het begin van uw telefoontje een
telefonische tolk ingeschakeld. Via deze service kunt u met de medewerker van de HP
fraudelijn in uw eigen taal communiceren.
NLWWBenodigdheden beheren
77
Page 88
De printer reinigen
Tijdens het afdrukproces kunnen zich in de printer papier-, toner- en stofdeeltjes
verzamelen. Dit kan na verloop van tijd afdrukproblemen veroorzaken, zoals tonerspikkels
of vegen. Deze printer beschikt over een reinigingsstand waarmee dergelijke problemen
kunnen worden opgelost en voorkomen.
Opmerking
Het mechanisme reinigen
De volgende procedure moet met behulp van de HP werkset worden uitgevoerd. Voor het
reinigen van de engine terwijl de computer een besturingssysteem gebruikt die geen
HP werkset ondersteunt, moet u het meest recente leesmij-bestand op de cd-rom
raadplegen of gaat u naar http://www.hp.com/support/clj2550.
1. Controleer of de printer ingeschakeld en gereed is.
2. Open de HP werkset.
3.
Op het tabblad Probleemoplossing klikt u op Onderhoud, Reinigingspagina en
vervolgens op Afdrukken. Er wordt een pagina met patronen afgedrukt.
4. Verwijder eventueel papier uit lade 1.
5. Verwijder de afgedrukte pagina en laad deze met de afdrukzijde omlaag in lade 1.
6.
Op de computer drukt u op Reinigen.
78
Hoofdstuk 6 OnderhoudNLWW
Page 89
De printer kalibreren
De printer wordt op verschillende verschillende momenten automatisch gekalibreerd: U kunt
de instellingen voor kalibratie aanpassen met behulp van de HP werkset.
Omgevingsverschillen, verouderde inktpatronen, verouderde toner en een verouderde
imaging drum kunnen fluctuaties in de beelddichtheid veroorzaken. De printer houdt
hiermee rekening met behulp van beeldstabilisatieregeling. De printer kalibreert
automatisch op verschillende tijdstippen om het hoogste niveau afdrukkwaliteit te
behouden. U kunt de instellingen voor kalibratie aanpassen met behulp van de HP werkset.
De printer onderbreekt geen afdruktaak tijdens het kalibreren. De printer wacht totdat de
taak is voltooid voordat deze begint met kalibreren of reinigen. Terwijl de printer bezig is
met kalibreren, wacht de printer met afdrukken totdat de kalibratie voltooid is.
De printer op de printer zelf kalibreren
Opmerking
Druk gelijktijdig op(S
TART
)en(C
ARROUSEL DRAAIEN
) om een kalibratie te starten.
De printer via de HP werkset kalibreren
Deze procedure is alleen van toepassing op de besturingssystemen van Windows.
Macintosh-gebruikers moeten de printer handmatig kalibreren met behulp van
bovenstaande procedure.
1. Open de HP werkset met behulp van één van de volgende methodes:
●
Op het bureaublad in Windows dubbelklikt u op het pictogram van de HP werkset.
●
In het menu Start gaat u naar Programma's, HP color LaserJet 2550, en klikt u
vervolgens op HP werkset.
2.
Op het tabblad Probleemoplossing klikt u op Diagnostische hulpmiddelen (links op
het scherm).
3.
Klik op Kleurenkalibratie.
NLWWDe printer kalibreren
79
Page 90
80
Hoofdstuk 6 OnderhoudNLWW
Page 91
7
Problemen oplossen
Deze informatie over het oplossen van problemen kan u helpen wanneer u problemen met
de printer ondervindt. Kies het algemene soort probleem in het volgende overzicht.
Problemen oplossen die geen berichten genereren
Het netwerk controleren
Algemene afdrukproblemen oplossen
PostScript-fouten oplossen
Veelvoorkomende Macintosh-problemen oplossen
Problemen oplossen die berichten genereren
Berichten op het bedieningspaneel oplossen
Storingen verhelpen
Problemen met het afdrukmateriaal oplossen
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
NLWW
81
Page 92
Problemen oplossen die geen berichten genereren
Als de printer niet op de juiste wijze reageert, loopt u de punten in de volgende controlelijst
een voor een na. Als de printer niet naar de volgende stap gaat, volg dan de
overeenkomstige suggesties voor het oplossen van het probleem. Als het probleem na een
bepaalde stap is opgelost, hoeft u de resterende stappen in de controlelijst niet meer uit te
voeren.
Controlelijst voor het oplossen van problemen
1. Controleer of het Klaar-lampje op de printer brandt. Voer de volgende stappen uit als er
geen lampjes branden:
a. Controleer alle kabels en netsnoeren.
b. Controleer of de printer is ingeschakeld.
c.Controleer de voedingsbron door de printer rechtstreeks op een stopcontact of
ander contactpunt aan te sluiten.
d. Neem contact op met de klantenondersteuning van HP als de printer nog geen
stroom krijgt. (Zie
van de printer.)
2. Controleer de bekabeling
HP online klantenondersteuning of de brochure in de verpakking
a. Controleer de kabelaansluitingen tussen de printer en de computer of de
netwerkpoort. Zorg ervoor dat de kabel goed is aangesloten.
b. Controleer of de kabel beschadigd is door zo mogelijk een andere kabel te
gebruiken.
c.Controleer de netwerkaansluiting. Zie
3. Controleer of het gebruikte afdrukmateriaal aan de specificaties voldoet. Zie
Specificaties voor het afdrukmateriaal.
4. Druk een Configuratiepagina en pagina Status benodigdheden af door gelijktijdig te
(S
TART
drukken op
aangesloten, wordt ook een HP Jetdirect-pagina afgedrukt.
a. Als de pagina's niet worden afgedrukt, moet u controleren of ten minste één lade
afdrukmateriaal bevat.
b. Ga naar
5. Als de Configuratiepagina en pagina Status benodigdheden worden afgedrukt,
controleer dan de volgende items.
a. Als de pagina's nu goed worden afgedrukt, werkt de printerhardware goed. Het
probleem ligt bij de computer die u gebruikt of bij de printerdriver of het programma.
b. Als de pagina's niet correct worden afgedrukt, moet u de printer kalibreren. Zie
printer kalibreren. Druk de pagina's opnieuw af. Als de pagina's nog steeds niet
correct worden afgedrukt, ligt het probleem bij de printerhardware. Neem contact
op met de klantenondersteuning van HP. (Zie
de brochure in de verpakking van de printer.)
Storingen verhelpen als een papierstoring in de printer optreedt.
)en(T
AAK ANNULEREN
Het netwerk controleren.
). Als de printer op een netwerk is
HP online klantenondersteuning of
De
82
6. Controleer vanaf de computer de afdrukwachtrij of de spooler (Print Monitor of Print
Center Queue voor Mac OS) om te zien of de printer gepauzeerd is of op offline
afdrukken is ingesteld.
Hoofdstuk 7 Problemen oplossenNLWW
Page 93
7. Controleer of u de HP color LaserJet 2550 serie printerdriver hebt geïnstalleerd.
Controleer in het programma of u een HP color LaserJet 2550 serie printerdriver
gebruikt.
8. Druk een pagina vanuit de HP werkset af.
a. Als deze pagina wordt afgedrukt, ligt het probleem bij de printerdriver. Voor
Windows kunt u het proberen met een andere printerdriver. Of verwijder voor
Windows of Macintosh de printerdriver (zie
De printersoftware verwijderen)en
installeer deze opnieuw (zie de starthandleiding).
b. Als de pagina niet wordt afgedrukt, ligt het probleem bij het programma of de
computer.
9. Druk een kort document af via een ander programma dat een vorige keer goed is
afgedrukt. Als deze oplossing werkt, ligt het probleem bij het gebruikte programma. Als
deze oplossing niet werkt (het document wordt niet afgedrukt), gaat u verder met de
volgende stappen:
a. Probeer de afdruktaak vanaf een andere computer met de printersoftware uit te
voeren.
b. Als de printer op het netwerk is aangesloten, sluit u de printer rechtstreeks aan op
een computer met een parallelle kabel of USB-kabel. Leid de printer om naar de
juiste poort of installeer de software opnieuw, waarbij u de nieuwe aansluitmethode
kiest.
10. Zie
Algemene afdrukproblemen oplossen als het probleem dan nog niet is opgelost.
NLWWProblemen oplossen die geen berichten genereren
83
Page 94
Het netwerk controleren
U kunt het beste de cd-rom van de HP color LaserJet 2550 gebruiken voor de installatie en
configuratie van de printer op een netwerk. Voer de volgende stappen uit om te controleren
of het probleem door het netwerk wordt veroorzaakt.
●Als de Configuratiepagina wordt afgedrukt, moet een HP Jetdirect Configuratiepagina
worden afgedrukt indien de printer zich op een netwerk bevindt. (Raadpleeg
pagina's als deze pagina's niet in uw taal worden afgedrukt.) Controleer of alle
netwerkinstellingen goed zijn geconfigureerd. Zie de HP Jetdirect Handleiding voor debeheerder voor meer informatie over de HP Jetdirect-pagina. Deze handleiding kan
worden geïnstalleerd via de gedeelten Documentatie bekijken of
Gebruikersdocumentatie bekijken op de cd-rom van de HP color LaserJet 2550.
●
Zie de HP Jetdirect Handleiding voor de beheerder, die kan worden geïnstalleerd via de
gedeelten Documentatie bekijken of Gebruikersdocumentatie bekijken op de cdrom van de HP color LaserJet 2550.
●Vraag de netwerkbeheerder om hulp.
Speciale
84
Hoofdstuk 7 Problemen oplossenNLWW
Page 95
Algemene afdrukproblemen oplossen
Als aanvulling op de onderstaande problemen kunt u Veelvoorkomende Macintosh-
problemen oplossen raadplegen als u een Macintosh-computer gebruikt en PostScriptfouten oplossen raadplegen als u de PostScript-driver gebruikt.
De afdruktaak wordt extreem langzaam uitgevoerd.
Oorzaak
De taak kan bijvoorbeeld zeer complex zijn of illustraties
bevatten.
De maximum afdruksnelheid is 19 ppm in zwart voor papier
in A4-formaat, 20 ppm in zwart voor papier in Letterformaat, en 4 ppm in kleur (voor A4 of Letter). Deze
snelheid kan niet worden opgevoerd, zelfs al wordt meer
geheugen toegevoegd.
De afdruksnelheid kan automatisch worden verlaagd bij het
afdrukken op speciale afdrukmaterialen.
In de printerdriver wordt het soort of formaat ingesteld voor
kaarten of ander zwaar papier.
Oplossing
●Wacht tot de taak wordt afgedrukt.
●Maak de pagina minder complex of probeer de
instellingen voor afdrukkwaliteit aan te passen. Als dit
probleem zich vaak voordoet, kunt u geheugen aan de
printer toevoegen.
Wacht tot de afdruktaak is voltooid.
Wacht tot de afdruktaak is voltooid.
●Als u op speciaal afdrukmateriaal wilt afdrukken,
moeten de soort en het formaat met het
afdrukmateriaal overeenkomen. De printer drukt voor
sommige soorten afdrukmaterialen langzamer af voor
een beter resultaat. Wacht tot de taak wordt afgedrukt.
●Stel bij afdrukken op ander papier het soort en formaat
in de printerdriver in op normaal papier.
●In de standaardinstellingen voor deze printer klikt u op
het tabblad Papier en controleert u of Type is ingesteld
op gewoon papier. U kunt deze instelling in de
printerdriver overschrijven als u afdrukt op speciaal
afdrukmateriaal.
Er kan een probleem zijn met de printer.Als u met behulp van een van de PCL-drivers hebt
afgedrukt, probeert u de PS-driver, of andersom.
De printer kan heet zijn.Als de printer gedurende enige tijd heeft afgedrukt, zal deze
heet zijn. Hierdoor verloopt het afdrukken automatisch
langzamer om storingen met de afdrukkwaliteit te helpen
voorkomen. Als u wilt dat de printer weer op normale
snelheid verdergaat met afdrukken, moet u even wachten
totdat de printer is afgekoeld.
NLWWAlgemene afdrukproblemen oplossen
85
Page 96
De printer voert papier in vanuit de verkeerde lade.
Oorzaak
De geselecteerde bron (lade) is mogelijk onjuist.●Zorg bij Windows dat de bron zo mogelijk wordt
De instelling Type of Formaat komt niet overeen met het
formaat papier of afdrukmateriaal dat in de lade is geplaatst.
Afdrukmateriaal is in lade 1 geplaatst.Verwijder het papier uit lade 1. De printer haalt papier uit
Oplossing
geselecteerd via het dialoogvenster Afdrukken
(onderdeel van het programma) of via de printerdriver.
Als u de bron selecteert in de printerdriver en
vervolgens een andere bron selecteert in het
dialoogvenster Afdrukken, wordt de broninstelling in
het dialoogvenster Afdrukken overgenomen door de
printerdriver.
●Bij Macintosh stelt u de bron in via het dialoogvenster
Print.
●Verwijder eventuele afdrukmaterialen uit de andere
laden om ervoor te zorgen dat de printer papier uit de
gewenste lade neemt.
Wijzig de instelling Type of Formaat met behulp van de
HP werkset voor elke lade zodat deze overeenkomt met het
formaat afdrukmateriaal dat is geplaatst.
lade 1 als u geen lade heeft gespecificeerd met een
compatibel formaat of soort papier geplaatst en lade 1 niet
is geconfigureerd.
Printer neemt papier niet uit lade 2 of optionele lade 3.
Oorzaak
De achterste papierlengtegeleider (optionele lade 2) of
achterste papierstop (optionele lade 3) is niet goed
ingesteld.
De lade wordt niet in de printerdriver herkend.Stel de printerdriver als volgt in om de lade te herkennen:
Als geen papier uit beide laden wordt gebruikt, is er
mogelijk een probleem met het papier.
Oplossing
Zie Optionele lade 2 vullen of Optionele lade 3 vullen om de
achterste papiergeleiders goed in te stellen.
Windows: klik op de knop Start, ga naar Instellingen en
klik vervolgens op Printers. Klik met de rechtermuisknop
op het printerpictogram en kies Eigenschappen. Klik op
het tabblad Configureren of op het tabblad
Apparaatinstellingen. Selecteer de juiste lade als
geïnstalleerde optie.
Mac OS X: (OS 9.x instelling kan verschillen): Open
Afdrukbheer en klik op de wachtrij van de HP color
LaserJet. Klik op Printers en klik vervolgens op Toon info.
Klik op Installeerbare opties en selecteer de juiste lade.
Klik op Pas wijzigingen toe
●Probeer een ander soort of merk papier.
●Gebruik papier van hoge kwaliteit voor laserprinters.
Gecoat en fotopapier worden niet ondersteund. Zie
Specificaties voor het afdrukmateriaal.ZieAccessoires
en bestelinformatie om te bestellen.
De printer herkent de lade niet.Zet de printer uit en vervolgens weer aan.
86
Hoofdstuk 7 Problemen oplossenNLWW
Page 97
Printer neemt papier niet uit lade 2 of optionele lade 3.
Oorzaak
Het scheidingskussen en de papierrollen zijn mogelijk
versleten.
Oplossing
Vervang het scheidingskussen en de papierrollen. Neem
contact op met de klantenondersteuning van HP om
onderdelen te bestellen. Zie
HP online
klantenondersteuning of de brochure in de verpakking van
de printer.
De printer herkent een geïnstalleerde DIMM niet.
Oorzaak
Oplossing
De DIMM wordt niet in de printerdriver herkend.Stel de printerdriver zo in dat de DIMM wordt herkend. Zie
Geheugen activeren.
De DIMM is niet goed geïnstalleerd.Verwijder de DIMM en installeer deze opnieuw.
De printer reageert niet als de opdracht Afdrukken wordt geselecteerd in de software.
Oorzaak
Oplossing
Er is een probleem met de printer.Controleer de lampjes van het bedieningspaneel op de
printer om vast te stellen of er sprake is van een fout.
De printer ontvangt geen stroom als er geen lampjes
branden.
●Controleer de aansluiting van het netsnoer tussen de
printer en de voedingsbron.
●Controleer of de printer is ingeschakeld.
●Controleer of de voedingsbron (stopcontact of
overspanningsbeveiliging) stroom krijgt.
●Neem contact op met de klantenondersteuning van HP
als de printer nog geen stroom krijgt. Zie
klantenondersteuning of de ondersteuningsbrochure in
de verpakking van de printer.
De printer is mogelijk op handmatige invoer ingesteld
(waarschuwingslampje knippert en Start-lampje brandt).
In de software is de verkeerde printer gekozen.
Voeg papier aan lade 1 toe als deze leeg is. Druk op
(S
TART
) als deze lade het gewenste papier al bevat.
In het dialoogvenster Afdrukken of Printerinstelling
controleert u of de HP color LaserJet 2550 is geselecteerd.
Er is een storing opgetreden.Verhelp de storingen. Zie Storingen verhelpen.
De printer is aangesloten op een netwerk en ontvangt geen
signaal.
●Koppel de printer los van het netwerk en sluit deze
rechtstreeks op een computer met een parallelle kabel
of USB-kabel aan.
●Verwijder alle onderbroken taken uit de afdrukwachtrij.
●Druk een taak af, waarvan u weet dat deze goed wordt
uitgevoerd.
HP online
●Installeer de afdruksoftware opnieuw.
De interfacekabel tussen de computer (of het netwerk) en
Maak de interfacekabel los en sluit deze weer aan.
de printer is niet goed aangesloten.
NLWWAlgemene afdrukproblemen oplossen
87
Page 98
De printer reageert niet als de opdracht Afdrukken wordt geselecteerd in de software.
Oorzaak
De interfacekabel is defect.●Sluit, indien mogelijk, de interfacekabel op een andere
Als de printer op een computer is aangesloten, is de
printersoftware niet voor de printerpoort geconfigureerd.
Pagina's worden afgedrukt, maar niet alle kleuren worden afgedrukt of de pagina's zijn leeg.
Oorzaak
Als één kleur ontbreekt, is wellicht de beschermende tape
niet van de inktpatroon verwijderd.
Als lege pagina's worden afgedrukt, bevat het bestand
mogelijk lege pagina's.
Als u inktpatronen van een ander merk dan HP gebruikt, is
een of meer van de inktpatronen leeg of bijna leeg. De
lampjes van het bedieningspaneel geven niet aan wanneer
andere dan HP inktpatronen leeg of bijna leeg zijn.
Oplossing
computer (of netwerkpoort) aan en druk een taak af
waarvan u weet dat deze goed wordt uitgevoerd.
●Probeer een andere kabel.
Controleer in het printerselectiemenu van de software of de
juiste poort wordt benaderd. Controleer, als de computer
meer dan één poort heeft, of de printer aan de juiste poort
is gekoppeld.
Oplossing
Verwijder de inktpatroon voor de ontbrekende kleur en
controleer of de beschermende tape volledig is verwijderd.
Controleer of het bestand lege pagina's bevat. Verwijder
deze pagina's als ze niet noodzakelijk zijn.
Vervang een of meer inktpatronen.
Het selectievakje Lettertype-DIMM is mogelijk
ingeschakeld, maar er is geen lettertype-DIMM in de printer
geïnstalleerd. (Dit probleem geldt alleen voor printers met
een lettertype-DIMM voor Aziatische talen.)
Het afdrukmateriaal krult om bij het verlaten van de bovenste uitvoerbak.
Oorzaak
Het afdrukmateriaal moet via de rechte papierbaan worden
afgedrukt.
De stapel was iets gekruld toen het papier in de lade werd
geplaatst.
Het afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van
HP.
De instelling voor soort is bij het afdrukken op licht
afdrukmateriaal mogelijk niet juist.
In de instellingen voor deze printer klikt u op het keuzevak
Lettertype-DIMM op het tabblad Configureren om dit vakje
uit te schakelen als er geen lettertype-DIMM in de printer is
geïnstalleerd in de printer. Selecteer het selectievakje
Lettertype-DIMM alleen als er een lettertype-DIMM in de
printer is geïnstalleerd. Als er volgens u wel een lettertypeDIMM is geïnstalleerd, controleer dan of dat correct is
gebeurd.
Oplossing
Open de achterste uitvoerklep om af te drukken via de
rechte papierbaan. Verwijder elk vel zodra het uit de printer
komt.
Draai de stapel met afdrukmateriaal om in de invoerlade.
Zie Specificaties voor het afdrukmateriaal.
Selecteer Licht in het veld voor Type is in de printerdriver.
88
Hoofdstuk 7 Problemen oplossenNLWW
Page 99
De printer drukt wel af, maar de tekst is fout, staat door elkaar of is onvolledig.
Oorzaak
Oplossing
De interfacekabel zit los of is defect.Koppel de printerkabel los en sluit deze weer aan. Probeer
een taak af te drukken waarvan u weet dat deze wordt
afgedrukt. Sluit, indien mogelijk, de kabel en de printer op
een andere computer aan en probeer een afdruktaak
waarvan u weet dat deze goed wordt uitgevoerd. Probeer
het ten slotte met een nieuwe kabel.
De printer is op een netwerk of een switchbox aangesloten
en ontvangt geen duidelijk signaal.
Koppel de printer los van het netwerk en sluit deze
rechtstreeks op een computer met een parallelle kabel of
USB-kabel aan. Druk een taak af, waarvan u weet dat deze
goed wordt uitgevoerd.
In de software is de verkeerde driver gekozen.
In het dialoogvenster Afdrukken of Printerinstelling moet
u er op letten dat de HP color LaserJet 2550 is
geselecteerd.
De printerdriver werkt niet goed.Druk een pagina vanuit de HP werkset af. Als de pagina
wordt afgedrukt, ligt het probleem bij de printerdriver.
Verwijder de printerdriver en installeer deze opnieuw.
Het programma werkt niet goed.Probeer een afdruktaak via een andere toepassing uit te
voeren.
Als de printer is aangesloten op een computer, werkt het
besturingssysteem niet goed.
Controleer het besturingssysteem. Als u niet weet hoe u de
volgende methode moet gebruiken, raadpleegt u de
documentatie bij de computer.
Het selectievakje voor lettertype-DIMM is mogelijk
gemarkeerd maar er is mogelijk geen lettertype-DIMM in de
printer geïnstalleerd. (Dit probleem geldt alleen voor
printers met een lettertype-DIMM voor Aziatische talen
geïnstalleerd.)
Start de computer opnieuw op. Druk bij een pieptoon
tijdens het opstarten op F5 en selecteer Alleen MS-DOS-prompt. Typ op de opdrachtregel Dir> LPT1 en druk
vervolgens op Enter. (Hierbij wordt aangenomen dat de
printer op LPT1 is aangesloten.) Als het Start-lampje op de
printer gaat branden, drukt u op
(S
TART
)omdepagina
af te drukken en uit te werpen. Als de pagina nu goed wordt
afgedrukt, werkt het besturingssysteem niet.
●Schakel de optie Lettertype-DIMM uit in de driver voor
deze printer op het tabblad Configureren als geenLettertype-DIMM in de printer is geïnstalleerd.
●Laat het selectievakje ingeschakeld als wel een
lettertype-DIMM is geïnstalleerd, maar controleer dan
of dit correct is gebeurd.
NLWWAlgemene afdrukproblemen oplossen
89
Page 100
PostScript-fouten oplossen
De volgende situaties zijn specifiek voor de PS-taal en kunnen zich voordoen als er
verschillende printertalen worden gebruikt.
Opmerking
Kies de desbetreffende optie in de PS-printerdriver of de HP werkset voor het ontvangen
van een afgedrukt of op het scherm weergegeven bericht wanneer een PS-fout optreedt.
De taak wordt afgedrukt in Courier (het standaardlettertype van de printer) in plaats van in het verzochte lettertype.
Oorzaak
Het verzochte lettertype is niet gedownload. Er kan een
personality-wisseling hebben plaatsgevonden om een PCLtaak af te drukken, vlak voordat de PS-afdruktaak is
ontvangen.
Er wordt een pagina met PS-fouten afgedrukt.
Oorzaak
De afdruktaak is mogelijk geen PS.Controleer of de afdruktaak een PS-taak is. Controleer of
Er is een fout met het virtuele geheugen opgetreden.
Oplossing
Download het gewenste lettertype en verzend de
afdruktaak nog eens. Controleer het type en de locatie van
het lettertype. Download het lettertype naar de printer,
indien van toepassing. Zie de softwaredocumentatie voor
meer informatie.
Oplossing
het programma verwacht dat een configuratie- of PSheaderbestand naar de printer wordt gestuurd.
Oorzaak
Deze PS-lettertypefout treedt op bij het gebruik van
verschillende lettertypen.
Er is een fout in de bereikcontrole opgetreden.
Oorzaak
Deze PS-lettertypefout treedt op bij het gebruik van
verschillende lettertypen.
Oplossing
●
Selecteer Onbeperkt aantal "downloadablelettertypen" in de printerdriver.
●Vereenvoudig het document door het aantal illustraties
of lettertypen te verminderen.
Oplossing
●Probeer af te drukken vanuit een andere lade.
●
Selecteer Onbeperkt aantal "downloadablelettertypen" in de printerdriver.
90
Hoofdstuk 7 Problemen oplossenNLWW
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.