Vdo dayton CD 2102, CR 2102 User Manual [nl]

CD 2102 CR 2102
User manual
Mode d’emploi
Bedienungsanleitung
Gebruiksaanwijzing
Istruzioni d’uso
Instrucciones de manejo
Modo de emprego
Bruksanvisning
Käyttöohje
www.vdodayton.com
A
24 155 14
1 3 136 7 11 12 168 9 10
B
D
1
2
C
E
F
3
1
SAM (Software Access Mode)
SAM
CLOCKSET
REG ON
SCANTIME
TAVOL 2TAVOL 1
...
START 2START 1
...
MUTE 1MUTE 0
...
BEEP 1 BEEP 2BEEP OFF
... ...
MUTE HI MUTE LOTEL OFF
... ...
CLK OFFCLK ON
...
MANCLOCKRDSCLOCK
...
24HCLOCK12HCLOCK
...
BRIGHT 2BRIGHT 1
...
ANGLE 0 ANGLE +1ANGLE -1
... ...
LOGICOFFLOGICON
...
LED OFFLED ON
...
AMERICA ASIAEUROPE
... ...
AF OFFAF ON
...
AUTOTUNEMANUTUNE
...
REG AUTO REG OFF
... ...
PRE SCANFM SCAN
...
5 SEC 10 SEC
... ...
MWLW OFFMWLW ON
...
...
...
...
TAVOL 3 TAVOL 31
START 3 START 31
MUTE 2 MUTE 16
...............................
...............................
...............................
...............................
RDS OFF
...
20 SEC
...
BEEP 5
* Depending on version 4
VOORDAT U BEGINT
Wij danken u voor de aankoop van dit VDO Dayton-product, dat volgens de hoogste normen is ontworpen en vervaardigd en aan strenge tests is onderworpen. Maakt u zich met het product vertrouwd door deze gebruikershandleiding te lezen. Houd de handleiding in uw auto binnen handbereik voor toekomstige naslag.
MILIEU
Deze handleiding is gedrukt op chloorvrij papier dat geschikt is voor recycling.
BELANGRIJK
Dit apparaat is ontworpen en geproduceerd volgens de van toepassing zijnde veiligheidsvoorschriften. Lees de handleiding aandachtig door en gebruik het apparaat alleen waarvoor het bedoeld is.
INBOUW
Als uw auto is uitgerust met ISO-connectors, kunt u ze gewoon in de connectors van de autoradio steken. Is dit niet het geval, dan kunt u een verloopkabel gebruiken (zie de tabel op de aparte inbouwhandleiding). Sluit de kabels zodanig aan dat ze niet kunnen worden beschadigd door scherpe randen of bewegende onderdelen.
VOORBEREIDING
Spanning en polariteit: Het apparaat moet
worden aangesloten op een auto-accu van 12 V met de min aan massa (autochassis). Montage in auto’s die niet aan deze eisen voldoen, kan leiden tot storing, beschadiging of brand.
Waarschuwing: Om kortsluiting te voorkomen, moet u de negatieve accuklem losmaken totdat het apparaat is gemonteerd en aangesloten (fig. 1 Zie aparte inbouwkaart).
INHOUD
INBOUW ......................................................... 34
VOORBEREIDING ........................................ 34
MONTAGE ..................................................... 35
AANDUIDINGEN OP
HET FRONTPANEEL .................................... 36
DIEFSTALBEVEILIGING ............................... 36
AUDIO ............................................................ 37
RADIO ............................................................ 37
RADIO DATA SYSTEM (RDS) OP FM ......... 38
CASSETTESPELER ...................................... 39
CD-SPELER ................................................... 39
SPECIALE FUNCTIES ................................... 40
SAM (Software Access Mode) ...................... 41
VERHELPEN VAN STORINGEN................... 43
CONNECTOR A (fig. 2) Voedingsaansluitingen
Rode draad A7: Aansluiten op een permanente
12 V-voeding. Dit is de hoofdvoeding. Deze verbinding moet geschikt zijn voor een stroom van 10 A.
Geel/rode draad A4: Aansluiten op een
geschakelde 12 V-voeding (in-/uitgeschakeld door het contactslot).
Bruine draad A8: Aansluiten op massa
(autochassis).
(Elektronische/Gemotoriseerde antenne) : Sluit pen A5 aan op de voeding voor een elektronische antenne of de stuurdraad voor het relais van een automatische gemotoriseerde antenne. Gebruik hiervoor de bijgeleverde kleine connector.
Gebruik deze aansluiting niet voor de voedingsdraad van de antennemotor!
Nachtverlichting : Bij ingeschakelde koplampen blijft de achtergrondverlichting van de aan/uit-toets verlicht (ook als de radio uitgeschakeld is). Sluit pen A6 aan op de bedrading van de dashboardverlichting. Gebruik hiervoor de bijgeleverde kleine connector.
* Afhankelijk van model 34
Voldoet aan 21 CFR 1040.10
CONNECTOR B (fig. 3) Luidsprekers (gebruik alleen luidsprekers met een impedantie van 4 ohm)
• Sluit geen van de luidsprekerdraden aan op massa of rechtstreeks op een booster/ versterker zonder hoogniveau-ingang of via een externe fader! U kunt de luidsprekerdraden rechtstreeks aansluiten op een versterker met hoogniveau-ingang.
• Aansluiten van 4 luidsprekers:
Voor Achter Links + Groen [B5] Wit [B7] Links - Groen/zwart [B6] Wit/zwart [B8] Rechts + Grijs [B3] Blauw [B1] Rechts - Grijs/zwart [B4] Blauw/zwart [B2]
CONNECTOR C
1
Groene connector C2 (fig. 5) Afstandsbediening van stuurwiel
U kunt een op het stuurwiel gemonteerde afstandsbediening op dit apparaat aansluiten via een interface. Raadpleeg uw dealer voor de juiste interface.
Roze draad (Stilschakeling (‘mute’) bij gebruik van de telefoon)
• Als uw autotelefoon of ‘car kit’ van uw mobiele
telefoon een ‘mute’ signaal levert, kan dit worden gebruikt om de weergave van de autoradio automatisch te onderbreken.
– Sluit de ‘mute’ draad van de telefoon aan op de
roze draad.
– Zie ‘SAM’ (pagina 41); kies optie ‘TEL’ en stel
‘MUTE LO’ of ‘MUTE HI’ in (afhankelijk van het type telefoon) om de weergave van de autoradio automatisch te onderbreken bij het gebruik van de autotelefoon.
MONTAGE
METALEN HOUDER (fig. 9)
• Monteer de metalen houder (afm. 182 x 53 mm)
in het dashboard. Voor een optimale werking van de cd-speler* dient de metalen houder in horizontale stand geplaatst te worden (tussen
-10° en + 30°).
• Bevestig de houder door de metalen lippen met
een schroevendraaier naar buiten te drukken.
AANSLUITEN VAN DE RADIO (fig. 8)
• Zorg ervoor dat de accu is losgekoppeld.
• Sluit antenneconnector E aan op de antennebus
(goede radio-ontvangst is alleen mogelijk met een goede antenne). Bevestig zo nodig een antenne-adapter. Gebruik de haak (J) aan de achterkant van het apparaat voor een goede bevestiging.
* Afhankelijk van model
Sluit voedingsconnector A aan op bus A’.
Sluit luidsprekerconnector B aan op bus B’.
(als optie) Verwijder de beschermhoes van bus C’.
(als optie) Sluit de groene connector C2 aan
op bus C2’. De groene connector wordt tussen de gele connector C1 en de blauwe connector C3 bevestigd. Ten minste één van deze aansluitingen is nodig om C2 op zn plaats te houden.
MONTEREN VAN DE RADIO
Deze radio kan goed geïnstalleerd worden via montage aan de voorkant (meest gebruikelijk) en montage aan de achterkant.
MONTAGE AAN DE VOORKANT
Schuif de radio zó ver in de metalen houder dat de veren aan weerszijden van het apparaat in de openingen van de houder klikken (fig. 10).
Sluit daarna de minpool van de accu weer aan (fig. 11).
VERWIJDEREN VAN DE RADIO (met behulp van de bijgeleverde U-vormige beugels)
Verwijder de sierplaat om het frontpaneel.
Steek beide U-vormige beugels in de gaten
aan de voorzijde van het apparaat totdat ze vastklikken. Trek de radio uit de metalen houder (fig. 12).
MONTAGE AAN DE ACHTERKANT (fig. 13)
Verwijder de sierplaat om het frontpaneel en de veren aan de zijkant.
Kies een plaats waar de schroefgaten van de montagebeugel en de schroefgaten van de radio samenvallen en draai de schroeven aan beide zijden op twee plaatsen vast.
Gebruik alleen schroeven M5 die niet langer zijn dan 6 mm.
VERVANGEN VAN DE ZEKERING (fig. 8)
Vervang de zekering door een steekzekering van 10A. Gebruik geen zekering van een ander type of waarde omdat het apparaat dan niet goed beschermd is. Als u deze richtlijn niet in acht neemt, kan het apparaat beschadigd raken en komt de garantie te vervallen.
ONTSTORING
De meeste moderne autos zijn voldoende ontstoord. Veroorzaakt uw auto toch storing, raadpleeg dan uw garage.
1
C connectors behoren tot accessoires die apart worden verkocht. Raadpleeg uw dealer voor meer informatie.
35
Loading...
+ 10 hidden pages