Verveelvoudiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
Handelsmerken
®
, Adobe Photoshop®, Acrobat® en
Adobe
PostScript
®
zijn handelsmerken van Adobe
Systems Incorporated.
Corel® is een handelsmerk of een
gedeponeerd handelsmerk van Corel
Corporation of Corel Corporation Limited.
De informatie in dit document kan zonder
vooraankondiging worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en services
van HP wordt uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke
producten en services wordt geleverd. Niets
in deze verklaring mag worden opgevat als
een aanvullende garantie. HP is niet
aansprakelijk voor technische of redactionele
fouten of weglatingen in deze verklaring.
Onderdeelnummer: CF079-90923
Edition 3, 8/2019
Intel® Core™ is een handelsmerk van Intel
Corporation in de Verenigde Staten en
andere landen/regio's.
Java™ is een handelsmerk van Sun
Microsystems, Inc. in de Verenigde Staten.
Microsoft®, Windows®, Windows® XP en
Windows Vista® zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
®
is een gedeponeerd handelsmerk van
UNIX
The Open Group.
®
ENERGY STAR
en ENERGY STAR® zijn in de
Verenigde Staten gedeponeerde merken.
Symbolen in deze handleiding
TIP: Bij Tip vindt u handige tips of sneltoetsen.
OPMERKING: Bij Opmerking vindt u belangrijke informatie, zoals een toelichting bij een concept of
uitleg van een taak.
VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat u bepaalde procedures moet volgen om te voorkomen dat gegevens
verloren gaan of het apparaat wordt beschadigd.
WAARSCHUWING! Waarschuwingen geven aan dat u bepaalde procedures moet volgen om te
voorkomen dat letsel ontstaat, gegevens onherroepelijk verloren gaan of het apparaat zwaar wordt
beschadigd.
NLWWiii
iv Symbolen in deze handleidingNLWW
Inhoudsopgave
1 Basiskenmerken van het product ...................................................................................... 1
Dit model beschikt over dezelfde functies als de HP LaserJet Enterprise 500 color M551n,
plus:
Papierverwerking
●Automatisch dubbelzijdig afdrukken
Verbinding
Aansluitmogelijkheid voor extra accessoires
●
●USB-poort voor direct afdrukken
Dit model beschikt over dezelfde functies als de HP LaserJet Enterprise 500 color M551dn,
plus:
Papierverwerking
●Lade voor 500 vel en zwaar afdrukmateriaal (lade 3)
Geheugen
HP High Performance gecodeerde harde schijf
●
Onderdeelnummer: CF083A
NLWW
Apparaatvergelijking
3
Milieuvriendelijke functies
DuplexBespaar papier door dubbelzijdig afdrukken als de standaardinstelling voor afdruktaken te
gebruiken (alleen bepaalde modellen).
Meerdere pagina's per vel
afdrukken
RecyclingVerminder afval door gerecycled papier te gebruiken.
EnergiebesparingDankzij de Instant on Fusing-technologie en de HP Auto-On/Auto-Off-technologie schakelt het
HP Smart Web PrintingMet HP Smart Web Printing kunt u tekst en afbeeldingen van meerdere webpagina's selecteren,
TaakopslagGebruik de functies voor taakopslag om afdruktaken te beheren. Door het gebruik van
Bespaar papier door twee of meer documentpagina's naast elkaar op één vel papier af te
drukken. Open deze functie via de printerdriver.
Recycle printcartridges via de procedure voor retourzending van HP.
apparaat wanneer er niet wordt afgedrukt snel over naar een stand die minder stroom gebruikt
zodat energie wordt bespaard.
opslaan en indelen. Vervolgens kunt u exact datgene wat u op het scherm ziet, bewerken en
afdrukken. Hiermee kunt u betekenisvolle informatie afdrukken terwijl u afval reduceert.
Download HP Smart Web Printing vanaf de volgende website:
OPMERKING: HP Smart Web Printing is alleen compatibel met Windows-browsers.
taakopslag kunt u afdrukken activeren terwijl u met een gedeeld product werkt. Hiermee
voorkomt u het verlies van afdruktaken die dan later opnieuw worden afgedrukt.
www.hp.com/go/smartweb.
4Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het productNLWW
Toegankelijkheidsfuncties
Het apparaat beschikt over verschillende functies voor hulp bij toegankelijkheidsproblemen.
On line gebruikershandleiding die compatibel is met reader-programma's.
●
●Alle kleppen en deksels kunnen met één hand worden geopend.
Papier kan met één hand in lade 1 worden geplaatst.
●
NLWW
Toegankelijkheidsfuncties
5
Productweergaven
Vooraanzicht van apparaat
1
2
3
4
5
12
6
7
8
11
9
10
1Verlengstuk uitvoerbak
2Standaarduitvoerbak
3Omkeergeleider voor dubbelzijdig afdrukken (alleen bepaalde modellen)
4USB-poort op het bedieningspaneel voor afdrukken zonder pc en aansluitmogelijkheid voor extra accessoires
(alleen bepaalde modellen)
5Bedieningspaneel
6Rechterklep (toegang voor het verhelpen van storingen)
7Lade 1 (trek aan de hendel om de lade te openen)
8Aan-uitknop (verlicht wanneer ingeschakeld)
9Rechteronderklep (toegang voor het verhelpen van storingen) (meegeleverd met de HP LaserJet Enterprise 500 color
M551xh)
10Lade 2
11Optionele lade 3 (meegeleverd met de HP LaserJet Enterprise 500 color M551xh)
12Voorklep (toegang tot printcartridges en tonerafvaleenheid)
6Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het productNLWW
Achteraanzicht van apparaat
1
3
1Sleuf voor beveiligingsvergrendeling met een kabel
2Interfacepoorten
3Voedingsaansluiting
2
NLWW
Productweergaven
7
Interfacepoorten
1USB-poort voor het aansluiten van apparatuur van andere leveranciers
2Hi-Speed USB 2.0-afdrukpoort
1
2
3
3RJ-45-netwerkpoort
Locatie van serienummer en modelnummer
Het modelnummer en het serienummer staan op een identificatielabel op de achterzijde van het apparaat.
Het serienummer bevat informatie over land/regio van herkomst, apparaatversie, productiecode en het
productienummer van het apparaat.
8Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het productNLWW
2Menu's van het bedieningspaneel
Indeling bedieningspaneel
●
Menu's van het bedieningspaneel
●
Menu Aanmelden
●
Menu Taak ophalen van USB
●
Menu Taak ophalen uit apparaatgeheugen
●
Menu Benodigdheden
●
Menu Laden
●
Menu Beheer
●
Menu Probleemoplossing
●
Menu Apparaatonderhoud
●
NLWW9
Indeling bedieningspaneel
Het bedieningspaneel bestaat uit een grafisch kleurendisplay, taakbedieningsknoppen en drie
statuslampjes (LED's).
1
23
4
5
11
6
10
89
1Display van het bedieningspaneelGeeft statusinformatie, menu's, Help-informatie en foutberichten weer.
2Pijl omhoog
3Knop OKHiermee selecteert u opties, hervat u het afdrukken na verwijderbare fouten
7
Hiermee doorloopt u de menu's en de tekst, en verhoogt u de numerieke
waarden op het display.
en negeert u foutberichten over printcartridges die niet van HP zijn.
4Klaar-lampje
5
6
7Pijl omlaag
8
9Pijl terug
10Knop Stoppen
11Knop Help
GegevenslampjeHiermee wordt aangegeven dat er gegevens binnenkomen op het apparaat.
AttentielampjeHiermee wordt aangegeven dat er een probleem is met het apparaat dat u
Knop Beginscherm
Hiermee wordt aangegeven dat het apparaat gereed is om een taak uit te
voeren.
moet oplossen. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om een lege papierlade of een
foutbericht op de display.
Hiermee doorloopt u de menu's en de tekst, en verlaagt u de numerieke
waarden op het display.
Hiermee gaat u terug naar het hoofdmenu.
Hiermee gaat u terug in de menu's.
Hiermee kunt u de huidige taak stopzetten, deze hervatten of annuleren, de
papierbaan vrijmaken en eventuele verwijderbare fouten die veroorzaakt
zijn door de stopgezette taak wissen. Als u op de knop Stoppen
het moment dat er geen taak wordt afgedrukt, wordt het apparaat op pauze
gezet.
Hiermee geeft u uitgebreide informatie weer over productberichten of menu's.
drukt op
10Hoofdstuk 2 Menu's van het bedieningspaneelNLWW
Help op het bedieningspaneel
Het apparaat heeft een ingebouwd Help-systeem dat uitleg geeft over het gebruik van elk scherm. Druk
op de knop Help
Voor sommige schermen opent Help een algemeen menu waarin kan worden gezocht naar specifieke
onderwerpen. Met de pijlknoppen op het bedieningspaneel kunt u door de menustructuur navigeren.
Voor schermen met instellingen voor afzonderlijke taken opent Help een onderwerp dat de opties voor
dat scherm uitlegt.
op het bedieningspaneel om de Help te openen.
NLWW
Indeling bedieningspaneel
11
Menu's van het bedieningspaneel
Als u alle mogelijkheden van dit apparaat wilt gebruiken, kan een firmware-upgrade noodzakelijk zijn.
HP raadt aan om regelmatig naar
of er een nieuwe firmwareversie beschikbaar is.
OPMERKING: Druk een configuratiepagina af om te bepalen welke firmwareversie op het apparaat
is geïnstalleerd.
In de menu's van het bedieningspaneel navigeren
www.hp.com/go/lj500colorM551_software te gaan om te controleren
Druk op de knop Beginscherm
●
Gebruik de pijlknoppen omhoog
●
Druk op de knop OK om de menuoptie te selecteren.
●
om de menu's te openen.
en omlaag om de gewenste menuoptie te markeren.
12Hoofdstuk 2 Menu's van het bedieningspaneelNLWW
Menu Aanmelden
Tabel 2-1 Menu Aanmelden
Eerste niveauTweede niveauWaarden
Toegangscode gebruikerToegangscode
Toegangscode beheerToegangscode
Toegangscode serviceToegangscode
NLWW
Menu Aanmelden
13
Menu Taak ophalen van USB
Gebruik het menu Taak ophalen van USB om een lijst weer te geven met taken die zijn opgeslagen
op een extern USB-geheugenapparaat.
OPMERKING: U moet deze functie inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel of via de
geïntegreerde webserver van HP voordat u deze kunt gebruiken.
Als u deze functie wilt inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel, opent u het menu Algemeneinstellingen, het submenu Instellingen voor ophalen van USB en het submenu Beheer.
Vervolgens selecteert u Inschakelen. Als u deze functie wilt inschakelen via de geïntegreerde webserver
van HP, opent u het tabblad Afdrukken.
Tabel 2-2 Menu Taak ophalen van USB
Eerste niveauTweede niveauWaarden
Taak ophalen van USB
Selecteer een bestand of map
OK
Annuleren
Kies een optie in de lijst.
14Hoofdstuk 2 Menu's van het bedieningspaneelNLWW
Menu Taak ophalen uit apparaatgeheugen
Gebruik het menu Taak ophalen uit apparaatgeheugen om een lijst weer te geven met taken die
zijn opgeslagen op het interne apparaatgeheugen.
Tabel 2-3 Menu Taak ophalen uit apparaatgeheugen
Eerste niveauTweede niveauDerde niveauVierde niveauVijfde niveauWaarden
Taak ophalen uit
apparaatgeheugen
OPMERKING:
Selecteer een optie in
de mappenlijst.
Alle taken (met
pincode)
OPMERKING: De
afzonderlijke
taaknamen worden ook
weergegeven.
Alle taken (Geen
PIN)
OPMERKING: De
afzonderlijke
taaknamen worden ook
weergegeven.
AfdrukkenPIN invoeren
voor afdrukken
Afdrukken en
verwijderen
VerwijderenPIN invoeren
AfdrukkenAantal
Afdrukken en
verwijderen
VerwijderenAlle taken
Aantal
PIN invoeren
voor afdrukken
Aantal
voor afdrukken
Aantal
verwijderen
Bereik: 1 – 9999
Standaard = 1
Bereik: 1 – 9999
Standaard = 1
Bereik: 1 – 9999
Standaard = 1
Bereik: 1 – 9999
Standaard = 1
Ja
Nee
NLWW
Menu Taak ophalen uit apparaatgeheugen
15
Menu Benodigdheden
In de volgende tabel zijn de standaardinstellingen gemarkeerd met een sterretje (*).
Tabel 2-4 Menu Benodigdheden
Eerste niveauTweede niveauDerde niveauVierde niveauWaarden
Benodigdheden
beheren
Status
benodigdheden
afdrukken
Instellingen
benodigdheden
Zwarte
printcassette
KleurenprintcassInstellingen
TonerafvaleenheidInstellingen
Instellingen
Vrijwel leeg
Drempelinstellingen voor bijna leeg
Vrijwel leeg
Drempelinstellingen voor bijna leeg
Vrijwel leeg
1-100%
Cyaan cartridge
Magenta
cartridge
Gele cartridge
Stoppen
Vragen om door
te gaan*
Doorgaan
Stoppen
Vragen om door
te gaan*
Doorgaan
1-100%
Stoppen*
Vragen om door
te gaan
Doorgaan
FuserkitInstellingen
Kleur/zwart
gemengd
Vrijwel leeg
Drempelinstellingen voor bijna leeg
1-100%
Stoppen
Vragen om door
te gaan*
Doorgaan
Auto*
Voornamelijk
kleur
Voornamelijk
zwart-wit
16Hoofdstuk 2 Menu's van het bedieningspaneelNLWW
Tabel 2-4 Menu Benodigdheden (vervolg)
Eerste niveauTweede niveauDerde niveauVierde niveauWaarden
Zwarte
printcassette
Cyaan cartridge
Magenta
cartridge
Gele cartridge
Tonerafvaleenhei
d
Fuserkit
Berichten over
benodigdheden
Benodigdheden
resetten
De statusberichten
De statusberichten
De statusberichten
De statusberichten
De statusberichten
De statusberichten
Bericht bij bijna
leeg
Niveaumeter
Nieuwe fuserkit
Aan*
Uit
Aan*
Uit
Nee*
Ja
wordt getoond.
wordt getoond.
wordt getoond.
wordt getoond.
wordt getoond.
wordt getoond.
NLWW
Menu Benodigdheden
17
Menu Laden
In de volgende tabel zijn de standaardinstellingen gemarkeerd met een sterretje (*).
Tabel 2-5 Menu Laden
Eerste niveauTweede niveauWaarden
Laden beherenOpgegeven lade gebruikenExclusief*
Eerste
Formaat lade 1
Prompt handinvoerAltijd*
Tenzij geladen
Prompt voor formaat/soortWeergeven*
Niet weergeven
Een andere lade gebruikenIngeschakeld*
Uitgeschakeld
Alternatieve briefhoofdmodusUitgeschakeld*
Ingeschakeld
Dubbelzijdige lege pagina'sAuto*
Ja
BeeldrotatieStandaard*
Alternatief
A4/Letter negerenJa*
Nee
Kies een optie in een lijst.
Soort lade 1
Formaat lade 2
Soort lade 2
Formaat lade 3
Soort lade 3
Kies een optie in een lijst.
Kies een optie in een lijst.
Kies een optie in een lijst.
Kies een optie in een lijst.
Kies een optie in een lijst.
18Hoofdstuk 2 Menu's van het bedieningspaneelNLWW
Menu Beheer
Menu Rapporten
Tabel 2-6 Menu Rapporten
Eerste niveauTweede niveau
Configuratie-/statuspagina'sAfdrukken
Overige pagina'sAfdrukken
Menustructuur Beheer
Configuratiepagina
Pagina Status benodigdheden
Gebruikspagina
Pagina bestandsdirectory
Pagina met huidige instellingen
Logboek kleurgebruik
Demopagina
RGB-voorbeelden
CMYK-voorbeelden
PCL-lettertypenlijst
PS-lettertypenlijst
Menu Algemene instellingen
In de volgende tabel zijn de standaardinstellingen gemarkeerd met een sterretje (*).
Tabel 2-7 Menu Algemene instellingen
Eerste niveauTweede niveauDerde niveauVierde niveauWaarden
Datum-/
tijdinstellingen
Datum-/tijdsindelingDatumindeling
Datum/tijdDatumMaand
NLWW
Tijdsindeling
Dag
Jaar
DD/MMM/JJJJ
MMM/DD/JJJJ*
JJJJ/MMM/DD
12-uurs (VM/NM)*
24 uren
Kies waarden in de lijsten.
Menu Beheer
19
Tabel 2-7 Menu Algemene instellingen (vervolg)
Eerste niveauTweede niveauDerde niveauVierde niveauWaarden
Energie-instellingenInstellingen
sluimertimer
TijdUur
Minuut
VM/NM
TijdzoneMaand
Dag
Jaar
Aanpassen aan
zomertijd
Timer voor
sluimermodus/
automatisch
uitschakelen
Sluimermodus/
automatisch
uitschakelen na
Gebeurtenissen voor
activeren/
automatisch
inschakelen
In de volgende tabel zijn de standaardinstellingen gemarkeerd met een sterretje (*).
Tabel 2-18 Menu Kalibreren/reinigen
Eerste niveauTweede niveauWaarden
ReinigingsinstellingenAutomatisch reinigenUit*
Aan
Reinigingsinterval
Selecteer een optie in de lijst met
reinigingsintervallen.
Standaard = huidige tijd
back-upbestand.
Reinigingspagina afdrukken
Laserglas reinigen
snel kalibreren
NLWW
Formaat autom. reinigingspaginaLetter*
A4
Menu Apparaatonderhoud
35
Tabel 2-18 Menu Kalibreren/reinigen (vervolg)
Eerste niveauTweede niveauWaarden
volledige kalibratie
Vertraagde kalibratie na inschakelen
Menu USB-firmware-upgrade
Ga als volgt te werk: Kies op het bedieningspaneel van het product het menu
Apparaatonderhoud en selecteer vervolgens het menu USB-firmware-upgrade.
Plaats een USB-opslagapparaat met een firmware-upgradepakket in de USB-poort en volg de instructies
op het scherm.
Menu Service
Het menu Service is vergrendeld. Er is een PIN-nummer (persoonlijk identificatienummer) vereist om het
menu te openen. Dit menu is alleen bestemd voor bevoegde onderhoudstechnici.
Ja*
Nee
36Hoofdstuk 2 Menu's van het bedieningspaneelNLWW
3Software voor Windows
Ondersteunde besturingssystemen en printerdrivers voor Windows
●
Selecteer de juiste printerdriver voor Windows
●
Instellingen van de afdruktaak wijzigen voor Windows
●
De printerdriver verwijderen uit Windows
●
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows
●
Software voor andere besturingssystemen
●
NLWW37
Ondersteunde besturingssystemen en printerdrivers
voor Windows
De volgende Windows-besturingssystemen worden door het apparaat ondersteund:
BesturingssystemenOndersteund door productOndersteund door installatie-cd in de
verpakking
Windows
(32-bits)
Windows® XP (64-bits)
Windows Vista
Windows 7 (32-bits en 64-bits)
Windows Server 2003 (32-bits)
Windows Server 2003 (64-bits)
Windows Server 2008 (32-bits en 64bits) R2 64-bits
1
®
XP Service Pack 2 of hoger
1
®
(32-bits en 64-bits)
Voor de 64-bits versie van Windows XP kunt u de printerdriver downloaden van internet en installeren met behulp van de wizard
Printer toevoegen van Windows.
De volgende Windows-printerdrivers worden door het apparaat ondersteund:
HP PCL 6 (dit is de standaard printerdriver die wordt geïnstalleerd via de software-cd in de
●
verpakking)
HP PCL 6 Universal Print Driver (HP UPD PCL 6)
●
Postscript-emulatie HP Universal Print Driver (HP UPD PS)
●
●HP PCL 5 Universal Print Driver (HP UPD PCL 5)
De printerdrivers hebben een online Help met aanwijzingen voor veelvoorkomende afdruktaken en een
beschrijving van de knoppen, selectievakjes en vervolgkeuzelijsten van de printerdriver.
OPMERKING: Zie www.hp.com/go/upd voor meer informatie over de UPD.
38Hoofdstuk 3 Software voor WindowsNLWW
Selecteer de juiste printerdriver voor Windows
Printerdrivers bieden toegang tot de functies van een product en geven de computer toestemming om met
het product te communiceren (via een printertaal). De volgende printerdrivers zijn beschikbaar op
www.hp.com/go/lj500colorM551_software.
HP PCL 6-driver
HP UPD PCL 6-driver●
HP UPD PS-driver
●Meegeleverd als de standaarddriver op de software-cd in de verpakking. Deze
driver wordt automatisch geïnstalleerd, tenzij u een andere driver downloadt van
internet.
Aanbevolen voor alle Windows-omgevingen
●
●Biedt in het algemeen de beste snelheid, afdrukkwaliteit en ondersteuning voor
apparaatfuncties voor de meeste gebruikers
●Ontwikkeld om samen te werken met de Windows Graphic Device Interface
(GDI) voor optimale snelheid in Windows-omgevingen
Mogelijk niet volledig compatibel met software van derden en aangepaste
●
software op basis van PCL 5
Aanbevolen voor alle Windows-omgevingen
Biedt in het algemeen de beste snelheid, afdrukkwaliteit en ondersteuning voor
●
apparaatfuncties voor de meeste gebruikers
Ontwikkeld voor samenwerking met de Windows GDI, voor de beste snelheid
●
in Windows-omgevingen.
●Mogelijk niet volledig compatibel met software van derden en aangepaste
software op basis van PCL 5
●
Aanbevolen voor afdrukken met programma’s van Adobe
grafisch intensieve software
®
of met andere
HP UPD PCL 5-driver
●Biedt ondersteuning voor afdrukken via postscript-emulatie en voor postscript
flash-lettertypen
●Aanbevolen voor alle veelvoorkomende afdruktaken op een kantoor (Windows-
omgevingen)
Compatibel met eerdere PCL-versies en oudere HP LaserJet-producten
●
●De beste keuze voor afdrukken via aangepaste softwareprogramma's of
softwareprogramma's van derden
De beste keuze voor gemengde omgevingen waarin het product moet worden
●
ingesteld op PCL 5 (UNIX
Ontworpen voor Windows-omgevingen in bedrijven om één driver te bieden die
●
u voor meerdere printermodellen kunt gebruiken
Aanbevolen wanneer u naar meerdere printermodellen kopieert vanaf een
●
mobiele Windows-computer
®
, Linux, mainframe).
NLWW
Selecteer de juiste printerdriver voor Windows
39
HP Universal Print Driver (UPD)
De HP Universal Print Driver (UPD) voor Windows is een driver die rechtstreeks toegang biedt tot vrijwel
elk HP LaserJet-product, vanaf elke locatie, zonder afzonderlijke drivers te downloaden. De driver is
gebaseerd op HP-printdrivertechnologie die zich in het verleden al heeft bewezen. Ook is de driver
grondig getest en gebruikt in combinatie met veel verschillende softwareprogramma's. Het betreft een
krachtige oplossing die gelijkmatig presteert.
De HP UPD communiceert rechtstreeks met elk HP-product, verzamelt configuratiegegevens en past
vervolgens de gebruikersinterface aan om zo de unieke, beschikbare functies van het product weer te
geven. De UPD schakelt automatisch functies in die voor het product beschikbaar zijn. Hierbij kunt u
denken aan dubbelzijdig afdrukken en nieten, zodat u deze functies niet meer handmatig hoeft in te
schakelen.
Ga naar
www.hp.com/go/upd voor meer informatie.
Installatiemodi UPD
Traditionele modus
Dynamische modus●Als u voor deze modus kiest, dient u de UPD van internet te downloaden. Zie
Kies deze modus wanneer u de driver installeert vanaf een cd voor één computer.
●
●Wanneer u de UPD hebt geïnstalleerd vanaf de cd die bij het apparaat werd
geleverd, werkt de UPD net als een traditionele printerdriver. De UPD werkt met
een specifiek apparaat.
●Als u voor deze modus kiest, moet u de UPD voor elke computer en voor elk
apparaat afzonderlijk installeren.
www.hp.com/go/upd.
In de dynamische modus kunt u volstaan met de installatie van een enkele driver.
●
U kunt apparaten van HP dan op elke locatie detecteren en daarmee afdrukken.
Gebruik deze modus wanneer u de UPD voor een werkgroep wilt installeren.
●
40Hoofdstuk 3 Software voor WindowsNLWW
Instellingen van de afdruktaak wijzigen voor
Windows
Prioriteitsinstellingen voor afdrukken voor Windows
Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, hebben prioriteit afhankelijk van waar de
wijzigingen zijn aangebracht:
OPMERKING: Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het
programma dat u gebruikt.
●Dialoogvenster Pagina-instelling. Het dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op
Pagina-instelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het programma waarin
u werkt. Als u hier wijzigingen aanbrengt, worden alle gewijzigde instellingen ergens anders teniet
gedaan.
●Dialoogvenster Afdrukken: klik op Afdrukken, Afdrukinstellingen of op een soortgelijke
opdracht in het menu Bestand van het programma waar u in werkt om dit dialoogvenster te openen.
De instellingen die u wijzigt in het dialoogvenster Afdrukken hebben een lagere prioriteit en
hebben meestal geen invloed op de wijzigingen die u hebt aangebracht in het dialoogvenster
Pagina-instelling.
●Dialoogvenster Printereigenschappen (printerdriver): klik op Eigenschappen in het
dialoogvenster Afdrukken om de printerdriver te openen. Instellingen die u wijzigt in het
dialoogvenster Printereigenschappen hebben meestal geen invloed op instellingen elders in de
afdruksoftware. U kunt de meeste afdrukinstellingen hier wijzigen.
●
Standaardinstellingen in de printerdriver. Met de standaardinstellingen in de printerdriver
worden de instellingen voor alle afdruktaken bepaald, tenzij de instellingen worden gewijzigd in
een van de dialoogvensters Pagina-instelling, Afdrukken en Eigenschappen voorprinter, zoals hierboven beschreven.
●
Instellingen op het bedieningspaneel van de printer. De instellingen die op het
bedieningspaneel worden gewijzigd, hebben een lagere prioriteit dan instellingen die elders
worden gewijzigd.
De instellingen voor alle afdruktaken wijzigen totdat het
softwareprogramma wordt gesloten
1.Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken.
2.Selecteer de driver en klik vervolgens op Eigenschappen of Voorkeuren.
De stappen kunnen variëren. Dit is de meeste voorkomende procedure.
NLWW
Instellingen van de afdruktaak wijzigen voor Windows
41
De standaardinstellingen voor alle afdruktaken wijzigen
1.Windows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen vanuit
de standaardweergave van het menu Start): klik op Start en vervolgens op Printers en
faxapparaten.
Windows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen vanuit
de klassieke weergave van het menu Start): klik op Start, Instellingen en vervolgens op
Printers.
Windows Vista: klik op Start, Configuratiescherm en vervolgens in de categorie Hardware
en geluiden op Printer.
Windows 7: Klik op Start en klik op Apparaten en printers.
Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van de driver en selecteer vervolgens
2.
Voorkeursinstellingen voor afdrukken.
De configuratie-instellingen van het product wijzigen
1.Windows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen vanuit
de standaardweergave van het menu Start): klik op Start en vervolgens op Printers en
faxapparaten.
Windows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen vanuit
de klassieke weergave van het menu Start): klik op Start, Instellingen en vervolgens op
Printers.
Windows Vista: klik op Start, Configuratiescherm en vervolgens in de categorie Hardware
en geluiden op Printer.
Windows 7: Klik op Start en klik op Apparaten en printers.
2.Klik met de rechtermuisknop op het driverpictogram en selecteer Eigenschappen of
Printereigenschappen.
3.Klik op het tabblad Apparaatinstellingen.
42Hoofdstuk 3 Software voor WindowsNLWW
4.Als u de productinstellingen automatisch wilt configureren, vouwt u de lijst Installeerbare
opties uit, klikt u op de instelling Automatische configuratie en selecteert u de optie Nu
bijwerken.
NLWW
Instellingen van de afdruktaak wijzigen voor Windows
43
De printerdriver verwijderen uit Windows
OPMERKING: U kunt ook de printerdriver verwijderen door het installatieprogramma van de
printerdriver vanaf de cd uit te voeren en de optie voor verwijderen te selecteren.
OPMERKING: Deze stappen zijn afhankelijk van uw persoonlijke instellingen.
Windows XP
1.Klik op Start, Configuratiescherm en vervolgens op Software.
Zoek en selecteer het product in de lijst.
2.
3.Klik op de knop Wijzigen/verwijderen om de software te verwijderen.
Windows Vista
1.Klik op Start en Configuratiescherm. Klik vervolgens onder het kopje Programma's op Een
programma verwijderen.
Zoek en selecteer het product in de lijst.
2.
3.Selecteer de optie Verwijderen/wijzigen.
Windows 7
1.Klik op Start en Configuratiescherm. Klik vervolgens onder het kopje Programma's op Een
2.
3.Selecteer de optie Verwijderen.
programma verwijderen.
Zoek en selecteer het product in de lijst.
44Hoofdstuk 3 Software voor WindowsNLWW
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows
HP Web Jetadmin
HP Web Jetadmin is een eenvoudig softwarehulpmiddel voor het beheer van afdruk- en
beeldbewerkingsapparatuur. Het helpt u het gebruik van het apparaat te optimaliseren, de kosten van
kleurenafdrukken te beheersen, apparaten te beveiligen en het beheer van benodigdheden te stroomlijnen
met configuratie op afstand, proactieve controle, oplossen van beveiligingsproblemen en rapporten van
afdruk- en beeldbewerkingsapparaten.
Ga voor het downloaden van de laatste versie van HP Web Jetadmin en voor de nieuwste lijst met
ondersteunde hostsystemen naar
Als het programma op een hostserver is geïnstalleerd, kan een Windows-client met een ondersteunde
webbrowser (zoals Microsoft® Internet Explorer) toegang tot HP Web Jetadmin krijgen door naar de HP
Web Jetadmin-host te navigeren.
geïntegreerde webserver van HP
Het apparaat beschikt over de geïntegreerde webserver van HP, die toegang geeft tot informatie over
product- en netwerkactiviteiten. Deze informatie wordt weergegeven in een webbrowser, zoals Microsoft
Internet Explorer, Netscape Navigator, Apple Safari of Mozilla Firefox.
www.hp.com/go/webjetadmin.
De geïntegreerde webserver van HP bevindt zich in het product. Hij is niet geladen op een netwerkserver.
De geïntegreerde webserver van HP biedt een interface voor het product die toegankelijk is voor iedereen
met een standaardwebbrowser en een op het netwerk aangesloten computer. Er is geen speciale software
die moet worden geïnstalleerd en geconfigureerd, maar u moet wel een ondersteunde webbrowser op
de computer hebben. Als u naar de geïntegreerde webserver van HP wilt gaan, typt u het IP-adres van
het product in de adresregel van de browser. (Als u het IP-adres niet weet, drukt u een configuratiepagina
af. Meer informatie over het afdrukken van een configuratiepagina vindt u in
afdrukken op pagina 170).
Zie
functies van de geïntegreerde webserver van HP.
HP ePrint
Met HP ePrint kunt overal en altijd afdrukken, vanaf een mobiele telefoon, een laptop of elk andere
mobiele apparaat. HP ePrint werkt met elk apparaat met e-mailondersteuning. Als u kunt e-mailen, kunt u
afdrukken op een HP-product met ePrint. Ga voor meer informatie naar
OPMERKING: Het product moet zijn verbonden met een netwerk en beschikken over een
internetverbinding om HP ePrint te gebruiken.
HP ePrint is de standaardinstelling van het product. Volg deze procedure om het in te schakelen.
Informatiepagina’s
De geïntegreerde webserver van HP gebruiken op pagina 172 voor een volledig overzicht van de
www.hpeprintcenter.com.
NLWW
Typ het IP-adres in de adresbalk van een webbrowser om de geïntegreerde HP-webserver te openen.
1.
2.Klik op het tabblad Webservices.
Selecteer de optie om Webservices in te schakelen.
3.
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows
45
Software voor andere besturingssystemen
BesturingssysteemSoftware
UNIXGa voor HP-UX- en Solaris-netwerken naar
modelscripts te installeren met het HP Jetdirect-printerinstallatieprogramma (HPPI) voor
UNIX.
Ga voor de laatste modelscripts naar
LinuxGa voor meer informatie naar
SAPGa voor drivers naar
www.hp.com/go/sap/drivers.
www.hp.com/go/unixmodelscripts.
www.hplip.net.
www.hp.com/go/jetdirectunix_software om
46Hoofdstuk 3 Software voor WindowsNLWW
4Het product gebruiken met Mac
Software voor Mac
●
Basistaken afdrukken in Mac
●
Problemen met een Mac oplossen
●
NLWW47
Software voor Mac
Ondersteunde besturingssystemen en printerdrivers voor Mac
De volgende Mac-besturingssystemen worden door het apparaat ondersteund:
Mac OS X v10.5 en v10.6
●
OPMERKING: Voor Mac OS X 10.5 worden Mac-computers met een PPC- en Intel® Core™-processor
ondersteund. Voor Mac OS X 10.6 worden Mac-computers met een Intel Core-processor ondersteund.
Het installatieprogramma voor de HP LaserJet-software bevat onder meer PPD-bestanden (PostScript
Printer Description), PDE's (Printer Dialog Extensions) en de HP Utility voor Mac OS X-computers. De PPDen PDE-bestanden voor de HP-printer, in combinatie met de geïntegreerde Apple PostScript-printerdrivers,
zorgen voor volledige afdrukfunctionaliteit en toegang tot specifieke HP-printerfuncties.
Software installeren op Mac-besturingssystemen
Software installeren op Mac-computers waarop het apparaat rechtstreeks is
aangesloten
Het apparaat ondersteunt een USB 2.0-aansluiting. Gebruik een USB-kabel van het type A-naar-B. HP
raadt aan een USB-kabel van maximaal 2 m te gebruiken.
Sluit de USB-kabel aan op het apparaat en de computer.
1.
®
Installeer de software vanaf de cd. Klik op het pictogram van het apparaat en volg de instructies op
2.
het scherm.
Als u geen printer hebt toegevoegd tijdens het cd-installatieproces, ga dan door met de volgende
stap.
3.Open het menu Apple
pictogram Afdrukken en faxen.
48Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
op de computer en klik op het menu Systeemvoorkeuren en op het
4.Klik op het plus (+)-symbool linksboven in de kolom Printernamen, selecteer het product uit het
venster Voeg printer toe en zorg dat de productdriver wordt vermeld in het gebied Druk af
via.
5.Klik op Voeg toe om de printerwachtrij te maken.
OPMERKING: Op Mac OS X v10.5 en v10.6 worden de geïnstalleerde opties tijdens het
installatieproces als het goed is automatisch geconfigureerd.
Druk vanuit een willekeurig programma een pagina af om te controleren of de software correct is
6.
geïnstalleerd.
OPMERKING: installeer de software opnieuw als de installatie is mislukt.
Software installeren op Mac-computers in een bekabeld netwerk
Het IP-adres configureren
Sluit het apparaat met de netwerkkabel aan op het netwerk.
1.
NLWW
Wacht 60 seconden voor u doorgaat. In deze minuut wordt het apparaat herkend door het netwerk
2.
en wordt er een IP-adres of hostnaam aan het apparaat toegewezen.
Druk op het bedieningspaneel van het apparaat op de knop Beginscherm
3.
Open de volgende menu's:
4.
●
Beheer
●Rapporten
●
Configuratie-/statuspagina's
●Configuratiepagina
.
Software voor Mac
49
Zoek het IP-adres op de pagina Geïntegreerde Jetdirect.
5.
Jetdirect Page
6.IPv4: als het IP-adres 0.0.0.0, 192.0.0.192 of 169.254.x.x is, moet u het handmatig configureren.
Als het IP-adres anders is, is de configuratie gelukt.
IPv6: als het IP-adres begint met 'fe80:', kan het apparaat als het goed is afdrukken. Anders moet
u het IP-adres handmatig configureren.
De software installeren
HP Color LaserJet
Page 1
Installeer de software vanaf de cd. Klik op het pictogram van het apparaat en volg de instructies op
1.
het scherm.
Als u geen printer hebt toegevoegd tijdens het cd-installatieproces, ga dan door met de volgende
stap.
2.Open het menu Apple
op de computer en klik op het menu Systeemvoorkeuren en op het
pictogram Afdrukken en faxen.
3.Klik op het plus (+)-symbool linksonder in de kolom Printernamen.
Mac OS X maakt standaard gebruik van Bonjour om de printerdriver te vinden en het apparaat aan
het pop-upmenu met printers toe te voegen. Deze methode werkt meestal het best. Als Mac OS X de
HP printerdriver niet kan vinden, wordt er een foutbericht weergegeven. Installeer de software
opnieuw.
Als u het apparaat op een groot netwerk aansluit, moet u hiervoor mogelijk IP-afdrukken gebruiken
in plaats van Bonjour. Ga als volgt te werk:
a.Klik in het venster Voeg printer toe op de knop IP button.
b.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Protocol de optie HP Jetdirect - socket. Voer het IP-adres
of de hostnaam van het apparaat in. Selecteer het apparaatmodel in de vervolgkeuzelijst Druk
af via als er nog geen apparaat is geselecteerd.
Druk vanuit een willekeurig programma een pagina af om te controleren of de software correct is
4.
geïnstalleerd.
50Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
De printerdriver verwijderen uit Mac-besturingssystemen
U moet beschikken over beheerdersrechten om de software te verwijderen.
1.Open Systeemvoorkeuren.
2.Selecteer Afdrukken en faxen.
Markeer het product.
3.
Klik op het minsymbool (-).
4.
Verwijder zo nodig de afdrukwachtrij.
5.
Instellingen van de afdruktaak wijzigen voor Mac
Prioriteitsinstellingen voor afdrukken voor Mac
Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, hebben prioriteit afhankelijk van waar de
wijzigingen zijn aangebracht:
OPMERKING: Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het
programma dat u gebruikt.
●
Dialoogvenster Pagina-instelling: klik op Pagina-instelling of op een vergelijkbare
opdracht op het menu Archief van het programma waarin u werkt om dit dialoogvenster te openen.
Instellingen die u hier wijzigt, kunnen instellingen die u ergens anders hebt gewijzigd vervangen.
●
Dialoogvenster Afdrukken. Het dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op
Afdrukken, Afdrukinstelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het
programma waarin u werkt. Instellingen die in het dialoogvenster Afdrukken worden gewijzigd
hebben een lagere prioriteit en doen wijzigingen in het dialoogvenster Pagina-instelling niet
teniet.
●
Standaardinstellingen in de printerdriver. Met de standaardinstellingen in de printerdriver
worden de instellingen voor alle afdruktaken bepaald, tenzij de instellingen worden gewijzigd in
een van de dialoogvensters Pagina-instelling, Afdrukken en Eigenschappen voorprinter, zoals hierboven beschreven.
●
Instellingen op het bedieningspaneel van de printer. De instellingen die op het
bedieningspaneel worden gewijzigd, hebben een lagere prioriteit dan instellingen die elders
worden gewijzigd.
De instellingen voor alle afdruktaken wijzigen totdat het softwareprogramma
wordt gesloten
1.Klik in het menu Bestand op de knop Afdrukken.
NLWW
Wijzig de gewenste instellingen in de verschillende menu's.
2.
Software voor Mac
51
De standaardinstellingen voor alle afdruktaken wijzigen
1.Klik in het menu Bestand op de knop Afdrukken.
Wijzig de gewenste instellingen in de verschillende menu's.
2.
3.Klik in het menu Voorinstellingen op de optie Opslaan als... en typ een naam voor de
voorinstelling.
Deze instellingen worden in het menu Voorinstellingen opgeslagen. Als u de nieuwe instellingen wilt
gebruiken, moet u de opgeslagen voorinstelling selecteren wanneer u een programma opent en wilt
afdrukken.
De configuratie-instellingen van het product wijzigen
1.Klik in het menu Apple op het menu Systeemvoorkeuren en klik vervolgens op het pictogram
Afdrukken en faxen.
Selecteer het apparaat aan de linkerzijde van het scherm.
2.
3.Klik op de knop Opties en benodigdheden.
4.Klik op het tabblad Driver.
Configureer de geïnstalleerde opties.
5.
Software voor Mac-computers
HP Printer Utility voor Mac
Gebruik de HP Utility om productfuncties in te stellen die niet beschikbaar zijn in de printerdriver.
U kunt gebruikmaken van de HP Utility als het product beschikt over een USB-kabel (Universal Serial Bus)
of als het is aangesloten op een TCP/IP-netwerk.
De HP Printer Utility openen
▲
Klik in het dock op HP Utility.
-of-
Klik bij Programma's op Hewlett Packard en vervolgens op HP Utility.
Functies van HP Printer Utility
HP Utility bestaat uit pagina's die u kunt openen door in de lijst Configuratie-instellingen te klikken.
In de volgende tabel staat beschreven welke taken u kunt uitvoeren vanuit deze pagina's. Klik boven aan
elke pagina op de koppeling HP ondersteuning voor technische ondersteuning, het online bestellen
van benodigdheden, onlineregistratie en informatie over recycling en terugsturen.
52Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
MenuItemOmschrijving
Informatie en
ondersteuning
PrinterinstellingenConfiguratie van
Status
benodigdheden
Apparaatgegevens
Bestand uploaden
Lettertypen uploaden
Firmware bijwerken
Opdrachten
laden
Uitvoerapparaten
Duplexmodus
Opgeslagen taken
Emailwaarschuwingen
Netwerkinstellingen
Geeft de status van de apparaatbenodigdheden weer en bevat
koppelingen om online benodigdheden te bestellen.
Geeft informatie weer over het huidige geselecteerde apparaat.
Brengt bestanden over van de computer naar het apparaat.
Brengt lettertypebestanden over van de computer naar het apparaat.
Zet een updatebestand voor firmware over naar het apparaat.
Stuurt na de afdruktaak speciale tekens of afdrukopdrachten naar het
apparaat.
Hiermee wijzigt u de standaardlade-instellingen.
Beheert instellingen voor optionele uitvoeraccessoires
Hiermee schakelt u de modus voor automatisch dubbelzijdig afdrukken
in.
Beheert afdruktaken die zijn opgeslagen op de harde schijf van het
apparaat.
Hiermee configureert u het apparaat voor het verzenden van emailmeldingen bij bepaalde gebeurtenissen.
Hiermee configureert u de netwerkinstellingen, zoals de IPv4- en IPv6instellingen.
Beheer van
benodigdheden
Directs Ports
beveiligen
Aanvullende
instellingen
Hiermee configureert u wat het product moet doen wanneer
benodigdheden het einde van de geschatte levensduur naderen.
Hiermee schakelt u afdrukken via USB-poorten of parallelle poorten uit.
Biedt toegang tot de geïntegreerde webserver van HP.
Ondersteunde hulpprogramma's voor Mac
Geïntegreerde webserver van HP
Dit product is uitgerust met de geïntegreerde webserver van HP, die toegang geeft tot informatie over de
activiteiten van het product en het netwerk. Vanuit het HP hulpprogramma naar de geïntegreerde
webserver van HP gaan. Open het menu Printerinstellingen en selecteer vervolgens de optie
Aanvullende instellingen.
U kunt ook de geïntegreerde webserver van HP openen via de webbrowser Safari.
Selecteer het paginapictogram aan de linkerkant van de Safari-werkbalk.
1.
Klik op het Bonjour-logo.
2.
NLWW
Dubbelklik op dit product in de lijst printers. De geïntegreerde webserver van HP wordt geopend.
3.
Software voor Mac
53
HP ePrint
Met HP ePrint kunt overal en altijd afdrukken, vanaf een mobiele telefoon, een laptop of elk andere
mobiele apparaat. HP ePrint werkt met elk apparaat met e-mailondersteuning. Als u kunt e-mailen, kunt u
afdrukken op een HP-product met ePrint. Ga voor meer informatie naar
OPMERKING: Het product moet zijn verbonden met een netwerk en beschikken over een
internetverbinding om HP ePrint te gebruiken.
HP ePrint is de standaardinstelling van het product. Volg deze procedure om het in te schakelen.
1.
2.Klik op het tabblad Webservices.
3.
AirPrint
Direct afdrukken met AirPrint van Apple wordt ondersteund op iOS 4.2 en later. Gebruik AirPrint om
direct op het product af te drukken vanaf een iPad (iOS 4.2), iPhone (3GS of later), of iPod touch (derde
generatie of later) in de volgende toepassingen:
●
www.hpeprintcenter.com.
Typ het IP-adres in de adresbalk van een webbrowser om de geïntegreerde HP-webserver te openen.
Selecteer de optie om Webservices in te schakelen.
mail
●Foto's
Safari
●
Selecteer externe toepassingen.
●
Om AirPrint te gebruiken, moet het product zijn verbonden met een netwerk. Ga voor meer informatie
over het gebruik van AirPrint en welke HP-products compatibel zijn met AirPrint naar
airprint.
OPMERKING: Het kan nodig zijn de product-firmware te upgraden om AirPrint te gebruiken. Ga naar
www.hp.com/go/lj500colorM551_firmware.
www.hp.com/go/
54Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
Basistaken afdrukken in Mac
Een afdruktaak annuleren met een Mac
Als er een taak wordt afgedrukt, kunt u deze onderbreken door op Annuleren te drukken op het
bedieningspaneel van het apparaat.
OPMERKING: Als u op Annuleren drukt, wordt de taak die op dat moment wordt afgedrukt, gewist.
Als u op Annuleren drukt terwijl er meerdere processen worden uitgevoerd (er wordt bijvoorbeeld een
document afgedrukt terwijl er een fax wordt ontvangen), dan wordt het proces gewist dat wordt
weergegeven op het bedieningspaneel.
U kunt ook een afdruktaak annuleren vanuit een softwareprogramma of een afdrukwachtrij.
Als u een afdruktaak direct wilt onderbreken, moet u het resterende afdrukmateriaal uit de lade van het
product halen. Nadat het afdrukken is onderbroken, beschikt u over de volgende opties:
●
Bedieningspaneel van het apparaat: Als u de afdruktaak wilt annuleren, drukt u op de knop
Annuleren op het bedieningspaneel van het apparaat.
●
Softwareprogramma: doorgaans wordt er korte tijd een dialoogvenster op het scherm
weergegeven waarin u de afdruktaak kunt annuleren.
●
Mac-afdrukwachtrij: open de afdrukwachtrij door te dubbelklikken op het pictogram van het
apparaat in het Dock. Selecteer de afdruktaak en klik vervolgens op Verwijder.
De papiersoort en het papierformaat wijzigen op de Mac
1.Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op de optie Afdrukken.
2.Klik in het menu Exemplaren & pagina's op de knop Pagina-instelling.
3.Selecteer een formaat in de vervolgkeuzelijst Papierformaat en klik op de knop OK.
4.Open het menu Afwerking.
5.Selecteer een soort in de vervolgkeuzelijst Soort afdrukmateriaal.
6.Klik op de knop Afdrukken.
NLWW
Basistaken afdrukken in Mac
55
Het documentformaat wijzigen of een aangepast papierformaat
afdrukken op de Mac
Mac OS X 10.5 en 10.6
Gebruik een van deze methoden.
1. Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
2. Klik op de knop Pagina-instelling.
Selecteer het product en selecteer de juiste instellingen voor de optie
3.
Papierformaat en Afdrukrichting.
1. Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
2. Open het menu Papierverwerking.
3. Klik in het gebied Doelpapierformaat op het vak Aanpassen aan
papierformaat en selecteer het formaat in de vervolgkeuzelijst.
Voorinstellingen voor afdrukken maken op de Mac
Gebruik voorinstellingen voor afdrukken om de huidige instellingen van de printerdriver op te slaan, zodat
u deze later opnieuw kunt gebruiken.
Een voorinstelling voor afdrukken maken
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
Selecteer de driver.
2.
Selecteer de afdrukinstellingen die u wilt opslaan zodat u deze opnieuw kunt gebruiken.
3.
4.Klik in het menu Voorinstellingen op de optie Opslaan als... en typ een naam voor de
voorinstelling.
5.Klik op de knop OK.
Voorinstellingen voor afdrukken gebruiken
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
Selecteer de driver.
2.
3.Selecteer in het menu Voorinstellingen de voorinstelling voor afdrukken.
OPMERKING: Selecteer de optie Standaard om de standaardinstellingen van de printerdriver te
gebruiken.
Een voorbeeld afdrukken op de Mac
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
Selecteer de driver.
2.
56Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
3.Open het menu Voorblad en selecteer waar u het voorblad wilt afdrukken. Klik op de knop Vóór
document of Achter document.
4.Selecteer in het menu Type voorblad het bericht dat u op het voorblad wilt afdrukken.
OPMERKING: Selecteer de optie Standaard in het menu Type voorblad als u een leeg
voorblad wilt afdrukken.
Watermerken gebruiken op de Mac
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
2.Open het menu Watermerken.
3.Selecteer in het menu Modus het soort watermerk dat u wilt gebruiken. Selecteer de optie
Watermerk als u een halftransparant bericht wilt afdrukken. Selecteer de optie Overlay als u
een bericht wilt afdrukken dat niet transparant is.
4.Selecteer in het menu Pagina's of u het watermerk wilt afdrukken op alle pagina's of alleen op de
eerste pagina.
5.Selecteer in het menu Tekst een van de standaardberichten of selecteer de optie Aangepast en
typ in het vak een nieuw bericht.
Selecteer opties voor de overige instellingen.
6.
Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken in Mac
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
Selecteer de driver.
2.
3.Open het menu Lay-out.
4.Selecteer in het menu Pagina's per vel het aantal pagina's dat u per vel wilt afdrukken (1, 2, 4,
6, 9 of 16).
NLWW
5.Selecteer in het gebied Lay-outrichting de volgorde en positie van de pagina's op het vel.
6.Selecteer in het menu Randen het soort rand dat u rond elke pagina op het vel wilt afdrukken.
Basistaken afdrukken in Mac
57
Afdrukken op beide zijden van het papier (duplex) in Mac
Automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruiken
Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken.
1.
2.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
3.Open het menu Lay-out.
4.Selecteer in het menu Tweezijdig een bindoptie.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken.
1.
2.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
3.Open het menu Afwerking en klik op het tabblad Handmatige duplex of open het menu
Handmatige duplex.
4.Klik op het vak Handmatige duplex en selecteer een bindoptie.
5.Klik op de knop Afdrukken. Volg de instructies in het pop-upvenster dat op het computerscherm
verschijnt voordat u de uitgevoerde stapel weer in lade 1 plaatst voor het afdrukken van de tweede
zijde.
Ga naar het apparaat en verwijder alle lege vellen uit lade 1.
6.
Plaats de afgedrukte stapel met de bedrukte zijde omhoog en de onderrand eerst in lade 1. U
7.
moet de tweede kant afdrukken vanuit lade 1.
Druk desgevraagd op de juiste toets op het bedieningspaneel om door te gaan.
8.
Taken opslaan op Mac
U kunt taken op het apparaat opslaan, zodat u ze op een willekeurig tijdstip kunt afdrukken. U kunt
opgeslagen taken delen met andere gebruikers of deze privé maken.
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
2.Open het menu Taakopslag.
3.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Modus Taakopslag het type opgeslagen taak.
●
Controleren en vasthouden: Deze functie biedt een snelle methode om één exemplaar
van een taak af te drukken en te controleren en vervolgens meerdere exemplaren af te drukken.
●Persoonlijke taak: Wanneer u een taak naar het product verzendt, wordt de taak pas
afgedrukt nadat u deze hebt aangevraagd via het bedieningspaneel van het product. Als u een
pincode aan de taak toewijst, moet u de vereiste pincode in het bedieningspaneel opgeven.
58Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
●
Snelkopie: als de optionele harde schijf in het apparaat is geïnstalleerd, kunt u het opgegeven
aantal exemplaren van een taak afdrukken en die taak vervolgens opslaan op de optionele
harde schijf. Als u de taak opslaat, kunt u later meer exemplaren van de taak afdrukken.
●Opgeslagen taak: als de optionele harde schijf in het apparaat is geïnstalleerd, kunt u taken
zoals personeelsformulieren, urenregistraties of agenda's opslaan op het apparaat en andere
gebruikers toestaan de taak op elk gewenst moment af te drukken. Opgeslagen taken kunnen
worden beveiligd met een pincode.
Als u een aangepaste gebruikersnaam of taaknaam wilt gebruiken, klikt u op de knop
4.
Aangepast en voert u de gebruikersnaam of taaknaam in.
Selecteer welke optie u wilt gebruiken als er al een andere taak bestaat met dezelfde naam.
Taaknaam + (1-99) gebruiken
Bestaand bestand vervangen
Voeg een uniek nummer toe aan het einde van de taaknaam.
Overschrijf de bestaande opgeslagen taak met de nieuwe taak.
5.Als u de optie Opgeslagen taak of Persoonlijke taak hebt geselecteerd in stap 3, kunt u de
taak beveiligen met een pincode. Voer in het veld PIN voor afdrukken een getal van vier cijfers
in. Als anderen proberen deze taak af te drukken, wordt hen gevraagd deze pincode in te voeren.
De kleuropties instellen op de Mac
Gebruik het menu Kleuropties of Kwaliteit/kleuropties om te regelen hoe kleuren worden
geïnterpreteerd en afgedrukt vanuit softwareprogramma's.
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
Selecteer de driver.
2.
3.Open het menu Kleuropties of Kwaliteit/kleuropties.
4.open het menu Geavanceerd of selecteer het goede tabblad.
Pas de afzonderlijke instellingen voor tekst, illustraties en foto's aan.
5.
Het menu Services gebruiken op de Mac
NLWW
Als het product is aangesloten op een netwerk, kunt u via het menu Services de gegevens over het
product en de status van de benodigdheden bekijken.
1.Klik in het menu Bestand op de optie Afdrukken.
2.Open het menu Service.
Basistaken afdrukken in Mac
59
Wilt u de geïntegreerde webserver openen en een onderhoudstaak uitvoeren, ga dan als volgt te
3.
werk:
a.Selecteer het tabblad Apparaatonderhoud.
Selecteer een taak in de vervolgkeuzelijst.
b.
c.Klik op de knop Starten.
Ga als volgt te werk om naar de verschillende ondersteuningswebsites voor dit product te gaan:
4.
a.Selecteer het tabblad Services op het web.
Selecteer in het menu een optie.
b.
c.Klik op de knop Openen!.
60Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
Problemen met een Mac oplossen
Zie Problemen met de productsoftware oplossen in Mac op pagina 219.
NLWW
Problemen met een Mac oplossen
61
62Hoofdstuk 4 Het product gebruiken met MacNLWW
5Het product verbinden met
Windows
Disclaimer voor printer delen
●
Aansluiten op USB
●
Aansluiten op een netwerk met Windows
●
NLWW63
Disclaimer voor printer delen
HP ondersteunt geen peer-to-peer netwerken, aangezien dit een functie is van Microsoftbesturingssystemen en niet van de printerdrivers van HP. Ga naar Microsoft op
www.microsoft.com.
64Hoofdstuk 5 Het product verbinden met WindowsNLWW
Aansluiten op USB
Het apparaat ondersteunt een USB 2.0-aansluiting. Gebruik een USB-kabel van het type A-naar-B. HP
raadt aan een USB-kabel van maximaal 2 m te gebruiken.
VOORZICHTIG: Sluit de USB-kabel pas aan als hierom wordt gevraagd.
Cd-installatie
Sluit alle geopende programma's op de computer af.
1.
Installeer de software vanaf de cd en volg de instructies op het scherm.
2.
3.Selecteer wanneer u daarom wordt gevraagd de optie Rechtstreeks aangesloten op de
computer en klik vervolgens op de knop Installeren.
Wanneer u hierom wordt gevraagd, sluit u de USB-kabel aan op het product en de computer.
4.
NLWW
5.Klik aan het eind van de installatie op de knop Voltooien of klik op de knop Meer opties om
meer software te installeren.
6.In het scherm Meer opties kunt u ervoor kiezen meer software te installeren. U kunt ook op de knop
Afsluiten klikken.
Druk vanuit een willekeurig programma een pagina af om te controleren of de software correct is
7.
geïnstalleerd.
OPMERKING: installeer de software opnieuw als de installatie is mislukt.
Aansluiten op USB
65
Aansluiten op een netwerk met Windows
U kunt netwerkparameters configureren vanaf het bedieningspaneel, de geïntegreerde webserver van HP
of, voor de meeste netwerken, vanuit de software HP Web Jetadmin.
OPMERKING: de software HP Web Jetadmin wordt niet ondersteund door Mac OS X-
besturingssystemen.
Zie de Handleiding voor de geïntegreerde HP Jetdirect-afdrukserver voor een volledige lijst met
ondersteunde netwerken en voor aanwijzingen voor het configureren van netwerkparameters via de
software. De handleiding wordt geleverd bij apparaten waarin een geïntegreerde HP Jetdirectafdrukserver is geïnstalleerd.
Ondersteunde netwerkprotocollen
Tabel 5-1 Ondersteunde netwerkprotocollen
NetwerktypeOndersteunde protocollen
TCP/IP IPv4 en IPv6 netwerken
Alleen TCP/IP IPv4 netwerken
Bonjour (mDNS)
●
Simple Network Management Protocol (SNMP) v1, v2 en v3
●
●Hyper Text Transfer Protocol (HTTP)
Secure HTTP (HTTPS)
●
●File Transfer Protocol (FTP)
●Port 9100
Line printer daemon (LPD)
●
Internet Printing Protocol (IPP)
●
●Secure IPP
Web Services Dynamic Discovery (WS Discovery)
●
IPsec/Firewall
●
Automatische IP
●
Service Location Protocol (SLP)
●
●Trivial File Transfer Protocol (TFTP)
●Telnet
Internet Group Management Protocol (IGMP) v2
●
Bootstrap Protocol (BOOTP)/DHCP
●
●Windows Internet Name Service (WINS)
IP Direct Mode
●
WS Print
●
66Hoofdstuk 5 Het product verbinden met WindowsNLWW
Tabel 5-2 Geavanceerde beveiligingsfuncties voor netwerkbeheer
ServicenaamBeschrijving
IPsec/firewallVerzorgt netwerklaagbeveiliging op IPv4- en IPv6-netwerken. Met de firewall kan het
IP-verkeer eenvoudig worden gecontroleerd. IPsec biedt aanvullende beveiliging met
verificatie- en coderingsprotocollen.
KerberosHiermee kunt u vertrouwelijke informatie uitwisselen over een open netwerk door een
unieke sleutel, een ticket, toe te kennen aan elke gebruiker die zich aanmeldt bij het
netwerk. Het ticket wordt vervolgens opgenomen in berichten om de afzender te
identificeren.
SNMP v3Werkt met een op gebruikers gebaseerd beveiligingsmodel voor SNMP v3, dat
gebruikersverificatie en de vertrouwelijkheid van gegevens verzorgt middels
codering.
NLWW
SSL/TLSHiermee kunt u vertrouwelijke documenten via internet verzenden en de
vertrouwelijkheid en de gegevensintegriteit garanderen tussen de client- en de
servertoepassingen.
IPsec-batchconfiguratieVerzorgt netwerklaagbeveiliging met een eenvoudige controle van het IP-verkeer van
en naar het apparaat. Dit protocol combineert de voordelen van codering en
verificatie en is geschikt voor meervoudige configuraties.
Aansluiten op een netwerk met Windows
67
Het apparaat installeren op een bekabeld netwerk met Windows
Het IP-adres configureren
Sluit het apparaat met de netwerkkabel aan op het netwerk.
1.
Wacht 60 seconden voor u doorgaat. In deze minuut wordt het apparaat herkend door het netwerk
2.
en wordt er een IP-adres of hostnaam aan het apparaat toegewezen.
Druk op het bedieningspaneel van het apparaat op de knop Beginscherm
3.
Open de volgende menu's:
4.
●
Beheer
●
Rapporten
●Configuratie-/statuspagina's
●
Configuratiepagina
.
68Hoofdstuk 5 Het product verbinden met WindowsNLWW
Zoek het IP-adres op de pagina Geïntegreerde Jetdirect.
5.
Jetdirect Page
6.IPv4: als het IP-adres 0.0.0.0, 192.0.0.192 of 169.254.x.x is, moet u het handmatig configureren.
Als het IP-adres anders is, is de configuratie gelukt.
IPv6: als het IP-adres begint met 'fe80:', kan het apparaat als het goed is afdrukken. Anders moet
u het IP-adres handmatig configureren.
De software installeren
HP Color LaserJet
Page 1
Sluit alle programma's op de computer af.
1.
Installeer de software vanaf de cd.
2.
Volg de instructies op het scherm.
3.
4.Selecteer de optie Verbinding maken via een bekabeld netwerk wanneer u hierom wordt
gevraagd.
Selecteer in de lijst met beschikbare printers de printer met het juiste IP-adres.
5.
6.Klik aan het eind van de installatie op de knop Voltooien of klik op de knop Meer opties om
meer software te installeren.
Druk vanuit een willekeurig programma een pagina af om te controleren of de software correct is
7.
geïnstalleerd.
NLWW
Aansluiten op een netwerk met Windows
69
Netwerkinstellingen configureren met Windows
Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen
U kunt de IP-configuratie-instellingen weergeven of wijzigen via de geïntegreerde webserver.
Druk een configuratiepagina af en zoek het IP-adres.
1.
Als u IPv4 gebruikt, bevat het IP-adres alleen cijfers. Het adres heeft dan de volgende indeling:
●
xxx.xxx.xxx.xxx
●Als u IPv6 gebruikt, bestaat het IP-adres uit een hexadecimale combinatie van tekens en cijfers.
De indeling is als volgt:
xxxx::xxxx:xxxx:xxxx:xxxx
Open de geïntegreerde webserver door het IP-adres in te voeren op de adresregel van uw
2.
webbrowser.
3.Klik op het tabblad Netwerk voor informatie over het netwerk. U kunt naar behoeven instellingen
wijzigen.
Het netwerkwachtwoord instellen of wijzigen
Met de geïntegreerde webserver kunt u een netwerkwachtwoord instellen of een bestaand wachtwoord
wijzigen.
1.Open de geïntegreerde webserver, klik op het tabblad Netwerk en klik op de
koppeling Beveilig..
OPMERKING: Als er eerder een wachtwoord is ingesteld, krijgt u het verzoek dit wachtwoord in
te voeren. Typ het wachtwoord en klik op de knop Toepassen.
2.Typ het nieuwe wachtwoord in het vak Nieuw wachtwoord en het vak Controleer het
wachtwoord.
3.Klik onder aan het venster op de knop Toepassen om het wachtwoord op te slaan.
IPv4 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel
Gebruik de Beheer-menu's op het bedieningspaneel om handmatig een IPv4-adres, subnetmasker en
standaardgateway in te stellen.
Druk op de knop Beginscherm
1.
Open elk van de volgende menu's:
2.
●
Beheer
op het bedieningspaneel.
●Netwerkinstellingen
●
Jetdirect-menu
●
TCP/IP
70Hoofdstuk 5 Het product verbinden met WindowsNLWW
●
IPv4-instellingen
●Configuratiemethode
●
Handmatig
●
Handmatige instellingen
●IP-adres, Subnetmasker of Standaardgateway
Gebruik het numerieke toetsenblok of druk op de pijl omhoog
3.
eerste byte van het IP adres, het subnetmasker of de standaardgateway te verhogen of te verlagen.
Druk op OK om naar de volgende serie getallen te gaan. Als u naar de vorige serie getallen wilt
4.
gaan, drukt u op de pijl terug
Herhaal stap 3 en 4 totdat het IP-adres, het subnetmasker of de standaardgateway volledig is
5.
ingesteld. Druk vervolgens op OK om de instelling op te slaan.
.
of omlaag om het cijfer voor de
IPv6 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel
Gebruik de Beheer-menu's op het bedieningspaneel om handmatig een IPv6-adres in te stellen.
Druk op de knop Beginscherm
1.
Om handmatige configuratie in te schakelen, moet u elk van de volgende menu's openen:
2.
●Beheer
●
Netwerkinstellingen
●
Jetdirect-menu
●TCP/IP
op het bedieningspaneel.
NLWW
●
IPv6 (Network Time Server)-instellingen
●
Adres
●Handmatige instellingen
●
Inschakelen
Selecteer de optie Aan en druk op de knop OK aan.
Open elk van de volgende menu's om het adres te configureren:
3.
●
Beheer
●Netwerkinstellingen
●
Jetdirect-menu
●
TCP/IP
●IPv6 (Network Time Server)-instellingen
●
Adres
Aansluiten op een netwerk met Windows
71
Gebruik het numerieke toetsenblok of druk op de pijl omhoog of de pijl omlaag om het adres
in te voeren. Druk op de knop OK.
OPMERKING: Indien u de pijltjestoetsen gebruikt, moet u na elk getal dat u invoert op de knop
OK drukken.
Instellingen verbindingssnelheid en duplexwerking
De verbindingssnelheid en communicatiemodus van de afdrukserver moeten overeenkomen met die van
het netwerk. In de meeste gevallen dient u het apparaat in de modus Auto te laten. Onjuiste wijzigingen
van de netwerkverbindingssnelheid en de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken hebben mogelijk tot
gevolg dat het apparaat niet met andere netwerkapparaten kan communiceren. Gebruik het
bedieningspaneel op het apparaat om wijzigingen aan te brengen.
OPMERKING: Wanneer u aan deze instellingen wijzigingen aanbrengt, wordt het apparaat uit- en
vervolgens weer ingeschakeld. Breng alleen wijzigingen aan wanneer het apparaat inactief is.
Druk op de knop Beginscherm
1.
Open elk van de volgende menu's:
2.
●Beheer
●
Netwerkinstellingen
●Jetdirect-menu
●Verbindingssnelh.
Voer een van de volgende handelingen uit.
3.
InstellingOmschrijving
Auto
10T Half
10T Vol
100TX Half
100TX Vol
100TX Auto
op het bedieningspaneel.
De afdrukserver zorgt zelf automatisch voor configuratie met de hoogste
verbindingssnelheid en communicatiemodus die op het netwerk zijn toegestaan.
10 megabytes per seconde (Mbps), half-duplexwerking
10 Mbps, volledige duplexwerking.
100 Mbps, half-duplexwerking.
100 Mbps, volledige duplexwerking.
Beperkt de automatische onderhandeling tot een maximale verbindingssnelheid
van 100 Mbps.
1000T Vol
Druk op de knop OK. Het apparaat wordt uit- en weer ingeschakeld.
4.
1000 Mbps, volledige duplexwerking.
72Hoofdstuk 5 Het product verbinden met WindowsNLWW
6Papier en afdrukmateriaal
Papiergebruik begrijpen
●
De printerdriver aanpassen aan de papiersoort en het papierformaat in Windows
●
Ondersteunde papierformaten
●
Ondersteunde papiersoorten
●
Lade- en bakcapaciteit
●
Papierladen vullen
●
Laden configureren
●
NLWW73
Papiergebruik begrijpen
Dit apparaat ondersteunt verschillende papiersoorten en andere afdrukmaterialen die voldoen aan de
richtlijnen in deze gebruikershandleiding. Papier of afdrukmateriaal dat niet aan deze richtlijnen voldoet,
kan een slechte afdrukkwaliteit, meer papierstoringen en vroegtijdige slijtage van het product tot gevolg
hebben.
Gebruik voor de beste resultaten alleen papier en afdrukmateriaal van HP dat is ontworpen voor
laserprinters of multifunctioneel gebruik. Gebruik geen papier of afdrukmateriaal dat is gemaakt voor
inkjetprinters. Hewlett-Packard Company kan geen aanbevelingen doen voor het gebruik van andere
merken afdrukmateriaal omdat HP geen invloed heeft op de kwaliteit hiervan.
Het is mogelijk dat papier aan alle richtlijnen in deze gebruikershandleiding voldoet en u toch niet
tevreden bent over de afdrukkwaliteit. Dit kan een gevolg zijn van het onjuist gebruik van het materiaal,
een onaanvaardbaar temperatuur- en/of vochtigheidsniveau of van andere omstandigheden waarop
Hewlett-Packard geen invloed heeft.
VOORZICHTIG: Het gebruik van papier of afdrukmateriaal dat niet voldoet aan de specificaties van
Hewlett-Packard kan problemen met het product veroorzaken waardoor reparatie noodzakelijk is. Deze
reparatie valt niet onder de garantie- of serviceovereenkomsten van Hewlett-Packard.
Richtlijnen voor speciaal papier
Dit apparaat ondersteunt afdrukken op speciaal afdrukmateriaal. Houd u aan de volgende richtlijnen als
u een bevredigend resultaat wilt krijgen. Voor de beste resultaten moet u eerst de papiersoort en het
papierformaat instellen in de printerdriver wanneer u speciaal papier of afdrukmateriaal gebruikt.
VOORZICHTIG: HP LaserJet-producten gebruiken een fuser om droge tonerdeeltjes in zeer precieze
puntjes op het papier te fixeren. HP-laserpapier is bestand tegen deze extreme hitte. Het gebruik van
inkjetpapier kan het apparaat beschadigen.
MateriaalsoortDoenNiet doen
Enveloppen
Etiketten●Gebruik alleen etiketbladen
Bewaar de enveloppen plat.
●
●Zorg dat de naden helemaal
doorlopen tot de hoek van de
envelop.
●Gebruik enveloppen met een
plakstrip die zijn goedgekeurd voor
gebruik in laserprinters.
waarvan het beschermblad niet
zichtbaar is tussen de etiketten.
●Gebruik etiketten die plat liggen.
Gebruik alleen volle vellen etiketten.
●
Gebruik geen enveloppen die
●
gekreukeld, ingekeept, aan elkaar
kleven of anderszins beschadigd
zijn.
●Gebruik geen enveloppen met
klemmen, binddraad, vensters of
met reliëfopdruk.
●Gebruik geen zelfklevende
middelen of andere synthetische
materialen.
●Gebruik geen etiketten met kreukels
of luchtbellen of die zijn
beschadigd.
●Druk geen vellen etiketten die niet
volledig zijn.
74Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaalNLWW
MateriaalsoortDoenNiet doen
Transparanten
Briefpapier of voorbedrukte formulieren
Zwaar papier
Glanzend papier of papier met een
coating
Gebruik uitsluitend transparanten
●
die zijn goedgekeurd voor gebruik
in kleurenlaserprinters.
Leg de transparanten op een glad
●
oppervlak nadat u ze uit het product
heeft verwijderd.
Gebruik alleen briefpapier of
●
voorbedrukte formulieren die zijn
goedgekeurd voor gebruik in
laserprinters.
Gebruik alleen zwaar papier dat is
●
goedgekeurd voor gebruik in
laserprinters en voldoet aan de
gewichtspecificaties voor dit
product.
Gebruik alleen glanzend papier of
●
papier met een coating dat is
goedgekeurd voor gebruik in
laserprinters.
Gebruik geen transparant
●
afdrukmateriaal dat niet is
goedgekeurd voor laserprinters.
Gebruik geen briefpapier met reliëf
●
of metaalachtig briefpapier.
Gebruik geen papier dat zwaarder
●
is dan de aanbevolen specificaties
voor afdrukmateriaal voor dit
product, tenzij het HP-papier is dat
is goedgekeurd voor gebruik in dit
product.
Gebruik geen glanzend papier of
●
papier met een coating dat is
bestemd voor gebruik in
inkjetproducten.
NLWW
Papiergebruik begrijpen
75
De printerdriver aanpassen aan de papiersoort en
het papierformaat in Windows
1.Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken.
2.Selecteer het apparaat en klik vervolgens op Eigenschappen of Voorkeuren.
3.Klik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.Selecteer een papierformaat in de vervolgkeuzelijst Papierformaat.
5.Selecteer een papiersoort in de vervolgkeuzelijst Papiersoort.
6.Klik op de knop OK.
76Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaalNLWW
Ondersteunde papierformaten
Dit product ondersteunt verschillende papierformaten en past zich aan verschillende materialen aan.
OPMERKING: Selecteer voor de beste resultaten voordat u gaat afdrukken het juiste papierformaat
en het papiertype in de printerdriver.
Tabel 6-1 Ondersteunde formaten voor papier en ander afdrukmateriaal
Formaat en afmetingenLade 1Lade 2Lade 3 (optioneel)
Letter
215,9 x 279 mm
Legal
215,9 x 355,6 mm
A4
210 x 297 mm
RA4
215 x 305 mm
A5
148 x 210 mm
B5 (JIS)
182 x 257 mm
B6 (JIS)
128 x 182 mm
Executive
184,2 x 266,7 mm
Statement
140 x 216 mm
4x6
101,6 x 152,4 mm
10 x 15 cm
101,6 x 152,4 mm
3x5
76,2 x 127,0 mm
5x7
127 x 177,8 mm
NLWW
Ondersteunde papierformaten
77
Tabel 6-1 Ondersteunde formaten voor papier en ander afdrukmateriaal (vervolg)
Formaat en afmetingenLade 1Lade 2Lade 3 (optioneel)
5x8
127 x 203,2 mm
A6
105 x 148 mm
Briefkaart (JIS)
100 x 148 mm (3,94 x 5,83 inch)
Dubbele briefkaart (JIS)
148 x 200 mm
16K
184 x 260 mm
16K
195 x 270 mm
16K
197 x 273 mm
8,5 x 13
215,9 x 330,2 mm
Commerciële #10-envelop
104,9 x 241,3 mm
Envelop #9
98,43 mm x 225,43 mm
B5-envelop
176 x 250 mm
Envelop C5 ISO
162 x 229 mm
C6-envelop
114 x 162 mm
Envelop DL ISO
110 x 220 mm
Monarch-envelop
98,4 x 190,5 mm
78Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaalNLWW
Tabel 6-1 Ondersteunde formaten voor papier en ander afdrukmateriaal (vervolg)
Formaat en afmetingenLade 1Lade 2Lade 3 (optioneel)
Aangepast
76,2 x 127 mm tot 215,9 x 355,6 mm
Aangepast
101,6 x 148 mm tot 215,9 x 297 mm
Aangepast
148 x 215,9 mm tot 210 x 355,6 mm
NLWW
Ondersteunde papierformaten
79
Ondersteunde papiersoorten
Ga naar www.hp.com/support/lj500colorM551 voor een compleet overzicht van specifieke HP-
papiersoorten die dit apparaat ondersteunt.
PapiersoortLade 1Lade 2
Gewoon papier
Licht 60–74 g/m
Gemiddeld (96–110 g/m2)
Zwaar (111–130 g/m2)
Extra zwaar (131–175 g/m2)
Kleurentransparant
Etiketten
Briefhoofd
Voorbedrukt
Geperforeerd
Gekleurd
Ruw
2
1
Lade 3 (optioneel)
Bankpost
Kringloop
Envelop
Karton
Middengewicht, glanzend (96–110 g/m2)
Zwaar, glanzend (111–130 g/m2)
Extra zwaar, glanzend (131–175 g/m2)
Karton, glanzend (176–220 g/m2)
Ondoorzichtige film
HP EcoSMART Lite-papier
HP Stevig papier
HP Mat (105 g/m2)
80Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaalNLWW
PapiersoortLade 1Lade 2
1
Lade 3 (optioneel)
HP Mat (120 g/m
2
)
HP Mat (160 g/m2)
HP Mat (200 g/m2)
HP Zachtglanzend (120 g/m2)
HP Glanzend (130 g/m2)
HP Glanzend (160 g/m2)
HP Glanzend (220 g/m2)
1
De stapelhoogte voor lade 2 is 30 mm voor glanzend papier en 40 mm voor kort papier (A5, A6, 10x15 en liggend).
NLWW
Ondersteunde papiersoorten
81
Lade- en bakcapaciteit
Plaats niet te veel papier in de laden om storingen te voorkomen. Let erop dat de bovenkant van de stapel
niet boven de maximale-hoogte-indicator uitkomt. Vul de lade tot minder dan de helft van de indicatoren
bij kort/smal of zwaar/glanzend papier.
Lade of bakPapiersoortSpecificatiesHoeveelheid
Lade 1PapierBereik:
60 g/m
Enveloppen
Bankpost van minder dan 60 g/m
bankpost van 90 g/m
EtikettenMaximaal: 0,102 mm dikMaximale stapelhoogte: 10 mm
TransparantenMinimaal: 0,102 mm dikMaximale stapelhoogte: 10 mm
Glanzend papierBereik:
105 g/m
bankpost
Lade 2PapierBereik:
Bankpost van 60 g/m
220 g/m
EtikettenMaximaal: 0,102 mm dikMaximale stapelhoogte: 56 mm
2
tot 220 g/m2.
2
2
bankpost tot 220 g/m
2
2
tot bankpost
Maximale stapelhoogte: 10 mm
Gelijk aan 100 vel bankpost van 75 g/
2
m
2
Maximaal 10 enveloppen
tot
Maximaal 50 vellen
Maximale stapelhoogte: 10 mm
2
Maximaal 50 vellen
Gelijk aan 500 vel 75 g/m2.
Maximale stapelhoogte: 56 mm
De maximale stapelhoogte voor papier
van A5-, A6- en 10x15-formaat en voor
papier waarvoor u de liggende
afdrukstand gebruikt, is 40 mm.
TransparantenMinimaal: 0,102 mm dikMaximale stapelhoogte: 56 mm
Glanzend papierBereik:
Bankpost van 105 g/m
van 220 g/m
Lade 3PapierBereik:
Bankpost van 60 g/m
220 g/m
2
2
2
tot bankpost
2
tot bankpost van
Maximale stapelhoogte: 30 mm
Gelijk aan 500 vel bankpost van 75 g/
2
m
bankpost
Maximale stapelhoogte: 56 mm
EtikettenMaximaal: 0,102 mm dikMaximale stapelhoogte: 56 mm
TransparantenMinimaal: 0,102 mm dikMaximale stapelhoogte: 56 mm
Glanzend papierBereik:
UitvoerbakPapier
Bankpost van 105 g/m
van 220 g/m
2
2
tot bankpost
Maximale stapelhoogte: 56 mm
Tot 300 vel bankpost van 75 g/m
2
82Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaalNLWW
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.