Verveelvoudiging, bewerking en vertaling zonder
voorafgaande schriftelijke toestemming is
verboden, behalve zoals toegestaan door het
auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
De enige garanties voor producten en services
van HP worden uiteengezet in de verklaringen
omtrent uitdrukkelijke garantie die bij dergelijke
producten en services worden geleverd. Niets in
dit document mag worden opgevat als
aanvullende garantie. HP stelt zich niet
aansprakelijk voor technische of redactionele
fouten of weglatingen in dit document.
Edition 1, 4/2019
Adobe®, Adobe Photoshop®, Acrobat®en
PostScript
®
zijn handelsmerken van Adobe
Systems, Incorporated.
Apple en het Apple-logo zijn handelsmerken van
Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere
landen/regio's.
macOS is een handelsmerk van Apple Inc.,
geregistreerd in de VS en andere landen/regio's.
AirPrint is een handelsmerk van Apple Inc.,
geregistreerd in de VS en andere landen/regio's.
Google™ is een handelsmerk van Google, Inc.
Microsoft®, Windows®, Windows® XP en
Windows Vista® zijn in de Verenigde Staten
gedeponeerde handelsmerken van Microsoft
Corporation.
UNIX® is een gedeponeerd handelsmerk van The
Open Group.
Mogelijk schokgevaar ............................................................................................................................................................... 3
Vooraanzicht van de printer ............................................................................................................................... 4
Achteraanzicht van de printer ............................................................................................................................ 5
Overzicht van het bedieningspaneel (QVGA LCD--kleurendisplay van 2,7 inch met 24 toetsen, n-
en dn-modellen) .................................................................................................................................................. 6
Overzicht van het bedieningspaneel (aanraakscherm, alleen x-modellen) ............................................... 9
Het bedieningspaneel met aanraakscherm gebruiken ........................................................... 10
Energieverbruik, elektrische specicaties en geluidsemissies ................................................................... 17
Bereik voor de werkomgeving ......................................................................................................................... 17
Printerhardware en -software installeren .......................................................................................................................... 17
Papier plaatsen in lade 1 ....................................................................................................................................................... 20
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade) ......................................................................................... 20
Afdrukstand van het papier in lade 1 ............................................................................................................. 21
De alternatieve briefhoofdmodus inschakelen via de menu's op het
bedieningspaneel van de printer ................................................................................................ 22
Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel .............................................................................................................. 23
Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel ......................................................................................... 23
Afdrukstand van lade 2 en de papierrichting van de laden voor 550 vel ................................................. 25
Etiketten afdrukken en plaatsen .......................................................................................................................................... 28
Handmatige invoer voor etiketten .................................................................................................................. 28
Afdrukstand van etiket ...................................................................................................................................... 28
3 Benodigdheden, accessoires en onderdelen ..................................................................................................................................... 29
Benodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen .................................................................................................... 30
Benodigdheden en accessoires ....................................................................................................................... 30
Zelfreparatie-onderdelen voor de klant ........................................................................................................ 31
De instellingen voor benodigdheden van de HP-tonercartridgebeveiliging congureren ......................................... 32
De tonercartridge vervangen ............................................................................................................................................... 40
Een opgeslagen taak maken (Windows) ........................................................................................................ 53
Een opgeslagen taak maken (macOS) ........................................................................................................... 54
Opgeslagen taken afdrukken ........................................................................................................................... 55
Opgeslagen taken verwijderen ........................................................................................................................ 56
Een taak verwijderen die op de printer is opgeslagen ............................................................ 56
De limiet voor het opslaan van taken wijzigen ........................................................................ 56
Informatie die naar de printer is verzonden voor de boekhouding ........................................................... 56
De Wi-Fi Direct-naam wijzigen .................................................................................................... 58
HP ePrint via e-mail .......................................................................................................................................... 59
Afdrukken van een USB-ashstation .................................................................................................................................. 61
De USB-poort inschakelen voor het afdrukken ............................................................................................ 62
Methode 1: De USB-poort inschakelen via het bedieningspaneel van de printer .............. 62
Methode 2: De USB-poort inschakelen vanaf de geïntegreerde webserver van HP
(alleen voor printers die zijn aangesloten op het netwerk) ................................................... 62
USB-documenten (bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok) afdrukken ................... 64
USB-documenten (bedieningspaneel uitgevoerd als aanraakscherm) afdrukken ............ 64
Afdrukken met high-speed USB 2.0-poort (bekabeld) .................................................................................................... 66
NLWWv
De high-speed USB-poort inschakelen voor het afdrukken ....................................................................... 67
Methode 1: De high-speed USB 2.0-poort inschakelen via de menu's op het
bedieningspaneel van de printer ................................................................................................ 67
Methode 2: De high-speed USB 2.0-poort inschakelen vanaf de geïntegreerde
webserver van HP (alleen voor printers die zijn aangesloten op het netwerk) .................. 67
5 De printer beheren ................................................................................................................................................................................. 69
Geavanceerde conguratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS) .............................................................. 70
Disclaimer voor printer delen .......................................................................................................................... 79
Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen ................................................................................................. 79
De naam van de printer in het netwerk wijzigen .......................................................................................... 80
IPv4 TCP/IP-parameters handmatig congureren via het bedieningspaneel ......................................... 81
IPv6 TCP/IP-parameters handmatig congureren via het bedieningspaneel ......................................... 81
Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex .......................................................................................... 82
Functies voor beveiliging van de printer ............................................................................................................................. 84
Een beheerderswachtwoord instellen ........................................................................................................... 85
Gebruik de geïntegreerde webserver van HP (EWS) om een wachtwoord in te stellen .... 85
Gebruikers aanmeldgegevens verstrekken op het bedieningspaneel van de printer ....... 86
IP Security ........................................................................................................................................................... 86
Ondersteuning van codering: HP High Performance Secure Hard Disks .................................................. 86
De formatter vergrendelen .............................................................................................................................. 86
Instellingen voor energiebesparing ..................................................................................................................................... 87
Afdrukken met EconoMode .............................................................................................................................. 88
EconoMode congureren via de printerdriver .......................................................................... 88
EconoMode congureren op het bedieningspaneel van de printer ...................................... 88
De sluimertimer instellen en de printer zo congureren dat het maximaal 1 watt verbruikt .............. 88
viNLWW
HP Web Jetadmin ................................................................................................................................................................... 89
Software- en rmware-updates .......................................................................................................................................... 89
Help-systeem op het bedieningspaneel ............................................................................................................................ 92
Methode 1: Fabrieksinstellingen terugzetten via het bedieningspaneel van de printer ........................ 94
Methode 2: Fabrieksinstellingen terugzetten vanaf de geïntegreerde webserver van HP (alleen
voor printers die zijn aangesloten op het netwerk) ..................................................................................... 94
Het bericht 'Cartridge bijna leeg' of 'Cartridge vrijwel leeg' wordt weergegeven op het bedieningspaneel van
de printer ................................................................................................................................................................................. 96
De instelling "Vrijwel leeg" wijzigen ................................................................................................................ 97
De instellingen 'Zeer laag' via het bedieningspaneel wijzigen ............................................... 97
Bij printers met faxfunctionaliteit ............................................................................................... 97
De printer pakt geen papier op ....................................................................................................................... 98
De printer pakt meerdere vellen papier op ................................................................................................. 100
Autonavigatie voor het verhelpen van papierstoringen ........................................................................... 105
Frequente of terugkerende papierstoringen? ............................................................................................ 105
Papierstoringen in lade 1 oplossen - 13.A1 ................................................................................................ 105
Papierstoringen in lade 2, lade 3, lade 4 en lade 5 verhelpen -13.A2, 13.A3, 13.A4, 13.A5 .............. 108
Papierstoringen in de uitvoerbak oplossen - 13.E1 .................................................................................. 111
Papierstoringen verhelpen in de duplexeenheid - 13.CX.XX- en 13.DX.XX-modellen ........................ 112
Papierstoringen in het gebied rondom de tonercartridge verhelpen ..................................................... 116
Storingen verhelpen in de fuser - 13.B9, 13.B2, 13.FF ............................................................................ 118
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen .................................................................................................................. 120
Er kunnen geen computers meer worden aangesloten op de draadloze printer ................................. 140
De verbinding van de draadloze printer wordt verbroken wanneer er verbinding wordt gemaakt
met een virtueel privénetwerk ..................................................................................................................... 140
Het netwerk wordt niet weergegeven in de lijst met draadloze netwerken ......................................... 140
Het draadloos netwerk functioneert niet .................................................................................................... 140
Storing op een draadloos netwerk verminderen ....................................................................................... 141
Index ........................................................................................................................................................................................................... 143
viiiNLWW
1Printeroverzicht
Controleer de locatie van de functies op de printer, de fysieke en technische specicaties van de printer, en waar u
setupinformatie kunt vinden.
●
Waarschuwingspictogrammen
●
Mogelijk schokgevaar
●
Printeraanzichten
●
Printerspecicaties
●
Printerhardware en -software installeren
Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie.
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/support/ljM507 voor actuele
informatie.
Voor meer informatie:
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●Installeren en congureren
●Leren en gebruiken
●Problemen oplossen
●Software- en rmware-updates downloaden
●Meepraten op ondersteuningsforums
●Informatie over garantie en wettelijke informatie zoeken
Waarschuwingspictogrammen
Wees voorzichtig als u een waarschuwingspictogram op uw HP-printer ziet, zoals hierboven aangegeven in de
pictogramdenities.
●Let op: elektrische schok
NLWW1
●Let op: heet oppervlak
●Let op: lichaamsdelen verwijderd houden van bewegende onderdelen
●Let op: scherpe kant in nabijheid
●Waarschuwing
2Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
Mogelijk schokgevaar
Lees deze belangrijke veiligheidsinformatie door.
●Lees en begrijp deze veiligheidsverklaringen om het gevaar van elektrische schokken te vermijden.
●Volg altijd elementaire veiligheidswaarschuwingen bij gebruik van dit apparaat om het risico op
verwondingen door brand of elektrische schokken te beperken.
●Lees en begrijp alle instructies in de gebruikershandleiding.
Houd u aan alle waarschuwingen en instructies die op het apparaat staan vermeld.
●Gebruik alleen een geaard stopcontact als het apparaat verbinding op een voedingsbron wordt
aangesloten. Als u niet weet of het stopcontact geaard is, raadpleegt u een gekwaliceerde elektricien.
●Raak de contacten op een van de aansluitingen op het apparaat niet aan. Vervang beschadigde snoeren
onmiddellijk.
●Koppel dit apparaat los van het stopcontact voordat u het gaat reinigen.
●Installeer of gebruik dit apparaat niet in de buurt van water of als u nat bent.
●Installeer het apparaat stevig op een stabiele ondergrond.
●Installeer het apparaat op een beveiligde locatie waar niemand op het netsnoer kan stappen of hierover
kunt struikelen.
NLWWMogelijk schokgevaar3
Printeraanzichten
Bepaalde onderdelen van de printer en het bedieningspaneel leren kennen.
●
Vooraanzicht van de printer
●
Achteraanzicht van de printer
●
Interfacepoorten
●
Overzicht van het bedieningspaneel (QVGA LCD--kleurendisplay van 2,7 inch met 24 toetsen, n- en dnmodellen)
●
Overzicht van het bedieningspaneel (aanraakscherm, alleen x-modellen)
Vooraanzicht van de printer
Gebruik het schema om belangrijke onderdelen te vinden op de printer.
1Bovenklep (toegang tot de tonercartridge)
2USB-poort met eenvoudige toegang
Plaats het USB-ashstation om af te drukken zonder computer, of om de rmware van de printer bij te werken.
OPMERKING: Een beheerder moet deze poort eerst inschakelen.
3Uitvoerbak
4Aan-uitknop
5QVGA LCD-kleurendisplay van 2,7 inch met 24 toetsen (n- en dn-modellen)
6Aansluitmogelijkheid (HIP) voor het aansluiten van hulpapparatuur en apparatuur van derden
OPMERKING: Installeer het HP interne USB-poortaccessoire (B5L28A) om de hardware-integratiepocket (HIP) te gebruiken.
Zonder deze accessoire is de USB-poort in de HIP niet functioneel.
7Formatterklep
8Lade 2
9Modelnaam
10Lade 1
11Bedieningspaneel met kleurenaanraakscherm (alleen x-modellen)
12Papierinvoerlade voor 1 x 550 vel, lade 3 (inbegrepen bij het x-model, optioneel voor andere modellen)
OPMERKING: Elk printermodel is geschikt voor maximaal drie optionele papierinvoerladen voor 1 x 550 vel (laden 3, 4 en 5).
Lade 3 is inbegrepen bij het x-model.
4Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
Achteraanzicht van de printer
Gebruik het schema om belangrijke onderdelen te vinden op de printer.
1Achterklep (toegang voor het verhelpen van storingen)
2Sticker met product- en serienummer
3Ontgrendelknop van de bovenklep
4Stofklep van lade 2 (slaat om als papier van Legal-formaat is geplaatst)
5Voedingsaansluiting
6Formatter (bevat de interfacepoorten)
Interfacepoorten
Gebruik het schema om de interface-poorten van de printer te identiceren.
NLWWPrinteraanzichten5
1
2
3
4
1Sleuf voor beveiligingsvergrendeling met een kabel
210/100/1000 Ethernet-poort voor LAN (Local Area Network)
3Snelle USB 2.0-afdrukpoort
4USB-poort voor het aansluiten van externe USB-apparaten (er bevindt zich mogelijk een afdekklepje op deze poort)
OPMERKING: Gebruik de USB-poort naast het bedieningspaneel om gemakkelijk af te drukken via USB.
Overzicht van het bedieningspaneel (QVGA LCD--kleurendisplay van 2,7 inch met 24
toetsen, n- en dn-modellen)
Gebruik het 2-regelig bedieningspaneel om statusinformatie over de printer en de taak te verkrijgen en de
printer te congureren.
6Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
15
16
17
18
19
14
13
1ResetknopSelecteer de Resetknop om wijzigingen ongedaan te maken, de printer uit de pauzestand te halen,
verborgen fouten weer te geven en de standaardinstellingen te herstellen (inclusief de taal en
2De knop Aanmelden of
Afmelden
toetsenbordindeling).
Selecteer de knop Aanmelden om het scherm Aanmelden te openen.
Selecteer de knop Afmelden om u af te melden bij de printer. De printer herstelt alle opties naar de
standaardinstellingen.
3ToepassingsgebiedSelecteer een pictogram om de toepassing te openen. Veeg over het scherm om toegang te krijgen tot
4
Knop Selecteer de knop als u wilt terugkeren naar het beginscherm.
meer toepassingen.
OPMERKING: De beschikbare toepassingen variëren per printer. De beheerder kan instellen welke
toepassingen worden weergegeven en de volgorde waarin ze worden weergegeven.
NLWWPrinteraanzichten7
5
knopSelecteer de knop als u een scherm wilt openen dat toegang biedt tot verschillende soorten
printerinformatie. Selecteer de knoppen aan de onderkant van het scherm voor de volgende
informatie:
●Schermtaal: Wijzig de taalinstelling voor de huidige sessie van de gebruiker.
●Slaapstand: Plaats de printer in de slaapstand.
●Wi-Fi Direct: Hier vindt u informatie over hoe u rechtstreeks via Wi-Fi met een telefoon, tablet of
ander apparaat verbinding kunt maken met de printer.
●Draadloos: Bekijk of wijzig de instellingen voor de draadloze verbinding (alleen draadloze
modellen).
●Ethernet: Hier kunt u de instellingen voor de Ethernet-verbinding bekijken en wijzigen.
●HP Webservices: Bekijk hier informatie over het verbinding maken en afdrukken met de printer via
HP Web Services (ePrint).
6
Knop
7
Knop
8Knop Hiermee navigeert u naar het vorige item of de vorige widget in de lijst of verhoogt u de waarde van
9
Knop
10
Knop
11Knop OKHiermee accepteert u de geselecteerde waarde voor een optie, activeert u een functieknop, opent u het
12
Knop
13
14Knop Hiermee navigeert u naar het volgende item of de volgende widget in de lijst of verlaagt u de waarde
15
16
17De knop Aanmelden of
knop
Knop
Knop
Afmelden
Biedt een lijst van help-onderwerpen of informatie over een onderwerp bij gebruik van het
Beginscherm, een app, een optie of een functie.
Hiermee gaat u één niveau in de menustructuur terug.
numerieke items.
Hiermee geeft u het berichtencentrum weer.
Hiermee navigeert u naar het vorige item, de vorige widget of het vorige niveau in een menustructuur
(maar wordt de app niet afgesloten) of verlaagt u de waarde van numerieke items.
toetsenbord voor het bewerken van een geselecteerd veld of voert u vergelijkbare selectiehandelingen
uit.
Hiermee navigeert u naar het volgende item, de volgende widget of het volgende niveau in een
menustructuur of verhoogt u de waarde van numerieke items.
Hiermee start u de afdruktaak.
van numerieke items.
Hiermee pauzeert u de printer en opent u Actieve taken. Op het scherm met Actieve taken kan de
gebruiker de taak annuleren of het afdrukken hervatten.
Hiermee wist u alle invoer in een invoerveld.
Druk op de knop Aanmelden om het scherm Aanmelden te openen.
Druk op de knop Afmelden om u af te melden bij de printer. De printer herstelt alle opties naar de
standaardinstellingen.
18Numeriek toetsenblokHiermee voert u numerieke waarden in.
19Indicator voor
beginschermpagina
Toont het aantal pagina's op het Beginscherm of in de map Beginscherm. De huidige pagina wordt
gemarkeerd. Veeg over het scherm om te bladeren tussen pagina's.
8Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
Overzicht van het bedieningspaneel (aanraakscherm, alleen x-modellen)
4
6
7
5
8
2
3
1
Gebruik het bedieningspaneel met aanraakscherm om statusinformatie over de printer en de taak te verkrijgen
en de printer te congureren.
●
Het bedieningspaneel met aanraakscherm gebruiken
OPMERKING:Kantel het bedieningspaneel voor een betere weergave.
Keer op elk moment terug naar het beginscherm door onder aan het bedieningspaneel van de printer de knop
te selecteren.
OPMERKING:Ga naar www.hp.com/support/ljM507 voor meer informatie over functies op het
bedieningspaneel van de printer. Selecteer handleidingen en vervolgens Algemene referentiegegevens.
OPMERKING:De functies die in het beginscherm worden weergegeven zijn afhankelijk van de conguratie van
de printer.
1ResetknopSelecteer de Resetknop om wijzigingen ongedaan te maken, de printer uit de pauzestand te halen,
verborgen fouten weer te geven en de standaardinstellingen te herstellen (inclusief de taal en
toetsenbordindeling).
2De knop Aanmelden of
Afmelden
Selecteer de knop Aanmelden om het scherm Aanmelden te openen.
Selecteer de knop Afmelden om u af te melden bij de printer. De printer herstelt alle opties naar de
standaardinstellingen.
OPMERKING: Deze knop wordt alleen weergegeven als de beheerder machtigingen voor de printer
heeft ingesteld voor toegang tot functies.
NLWWPrinteraanzichten9
3
4
5Huidige tijdHier wordt de huidige tijd weergegeven.
6ToepassingsgebiedSelecteer een pictogram om de toepassing te openen. Veeg over het scherm om toegang te krijgen tot
knopSelecteer de knop als u een scherm wilt openen dat toegang biedt tot verschillende soorten
printerinformatie. Selecteer de knoppen aan de onderkant van het scherm voor de volgende
informatie:
●Schermtaal: Wijzig de taalinstelling voor de huidige sessie van de gebruiker.
●Slaapstand: Plaats de printer in de slaapstand.
●Wi-Fi Direct: Hier vindt u informatie over hoe u rechtstreeks via Wi-Fi met een telefoon, tablet of
ander apparaat verbinding kunt maken met de printer.
●Draadloos: Bekijk en wijzig instellingen voor de draadloze verbinding (bij sommige modellen hebt
u een optioneel draadloos accessoire nodig).
●Ethernet: Hier kunt u de instellingen voor de Ethernet-verbinding bekijken en wijzigen.
●HP Webservices: Bekijk hier informatie over het verbinding maken en afdrukken met de printer via
HP Web Services (ePrint).
Knop Selecteer de knop als u het geïntegreerde Help-systeem wilt openen.
Dit systeem biedt een lijst van Help-onderwerpen of informatie over een onderwerp bij gebruik van het
beginscherm, een app, een optie of een functie.
meer toepassingen.
OPMERKING: De beschikbare toepassingen variëren per printer. De beheerder kan instellen welke
toepassingen worden weergegeven en de volgorde waarin ze worden weergegeven.
7Indicator voor
beginschermpagina
8
Knop Selecteer de knop als u wilt terugkeren naar het beginscherm.
Toont het aantal pagina's op het beginscherm of in een toepassing. De huidige pagina wordt
gemarkeerd. Veeg over het scherm om te bladeren tussen pagina's.
Het bedieningspaneel met aanraakscherm gebruiken
Doorloop de volgende stappen om het bedieningspaneel met aanraakscherm van de printer te gebruiken.
ActieOmschrijvingVoorbeeld
AanrakenRaak een item op het scherm aan om dat item te
selecteren of dat menu te openen. U kunt tijdens
het bladeren door menu's het scherm kort
aanraken om het bladeren te onderbreken.
Raak het pictogram Instellingen aan om de app
Instellingen te openen.
10Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
ActieOmschrijvingVoorbeeld
VegenRaak het scherm aan en schuif met uw vinger
horizontaal over het scherm om horizontaal te
bladeren.
BladerenRaak het scherm aan en schuif met uw vinger
verticaal over het scherm om verticaal te
bladeren. U kunt tijdens het bladeren door
menu's het scherm kort aanraken om het
bladeren te onderbreken.
Veeg over het scherm totdat de app Instellingen
wordt weergegeven.
Blader door de app Instellingen.
NLWWPrinteraanzichten11
Printerspecicaties
Gebruik de printerspecicaties om de printer in te stellen en te gebruiken.
●
Technische specicaties
●
Ondersteunde besturingssystemen
●
Mobiele afdrukoplossingen
●
Printerafmetingen
●
Energieverbruik, elektrische specicaties en geluidsemissies
●
Bereik voor de werkomgeving
BELANGRIJK:De volgende specicaties zijn correct op het moment van uitgave maar zijn onderhevig aan
wijzigingen. Zie www.hp.com/support/ljM507 voor actuele informatie.
tot in totaal vijf invoerladen,
inclusief de combinatie van
multifunctionele lade en
hoofdcassette, geschikt voor
stapelen, maximale invoer 2.300
pagina's.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken
(duplex)
Verbinding10/100/1000 Ethernet LAN-
aansluiting met IPv4 en IPv6
Snelle USB 2.0OpgenomenOpgenomenOpgenomen
Afdrukserver voor draadloze
verbinding
USB-poort voor direct afdrukkenOpgenomenOpgenomenOpgenomen
Aansluitmogelijkheid (HIP) voor
apparatuur van derden
Bluetooth Low Energy (BLE) voor
afdrukken vanaf mobiele apparaten
OptioneelOptioneelOpgenomen
niet beschikbaarOpgenomenOpgenomen
OpgenomenOpgenomenOpgenomen
OpgenomenOpgenomenOpgenomen
OpgenomenOpgenomenOpgenomen
niet beschikbaarniet beschikbaarOpgenomen
HP interne USB-poortenOptioneelOpgenomenOpgenomen
HP Jetdirect 3100w BLE/NFC/
Wireless-accessoire
OptioneelOptioneelOptioneel
12Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
ModelnaamM507nM507dnM507x
Apparaatnummer1PV86A1PV87A1PV88A
HP Jetdirect 2900nw
printserveraccessoire voor
draadloze verbinding
Geheugen1 GB basisgeheugen
OPMERKING: Het basisgeheugen
is uitbreidbaar naar 2 GB door een
DIMM-geheugenmodule toe te
voegen.
MassaopslagGecodeerde FIPS vaste schijfOptioneelOptioneelOptioneel
BeveiligingHP Trusted Platform-module voor
het coderen van alle gegevens die
de printer verwerkt
Scherm van het bedieningspaneel
en invoer
AfdrukkenDrukt 43 pagina's per minuut (ppm)
Bedieningspaneel met grasch
kleurendisplay en toetsenblok
Bedieningspaneel uitgevoerd als
kleurenaanraakscherm
af op papier van A4-formaat en 45
ppm op papier van Letter-formaat
Afdrukken vanaf USBOpgenomenOpgenomenOpgenomen
Afdrukken vanaf mobiel/cloudOptioneelOptioneelOptioneel
niet beschikbaarOptioneelOptioneel
OpgenomenOpgenomenOpgenomen
OptioneelOptioneelOptioneel
OpgenomenOpgenomenniet beschikbaar
niet beschikbaarniet beschikbaarOpgenomen
OpgenomenOpgenomenOpgenomen
Afdruktaken opslaan op het
printergeheugen om later of privé af
te drukken
(Vereist een USB-ashdrive van 16
GB of meer.)
Ondersteunde besturingssystemen
Op basis van de volgende informatie kunt u ervoor zorgen dat uw printer compatibel is met het
besturingssysteem van uw computer.
Linux: Ga voor informatie en printerdrivers voor Linux naar www.hp.com/go/linuxprinting.
UNIX: Ga voor informatie over en printerdrivers voor UNIX® naar www.hp.com/go/unixmodelscripts.
De volgende informatie geldt voor de printerspecieke HP PCL 6 printerdrivers voor Windows, HP-printerdrivers
voor macOS en het software-installatieprogramma.
Windows: Download HP Easy Start van 123.hp.com/LaserJet om de HP-printerdriver te installeren. Of ga naar de
website met printerondersteuning voor deze printerwww.hp.com/support/ljM507 om de printerdriver of het
software-installatieprogramma van de HP-printerdriver te downloaden.
macOS: Mac-computers worden door deze printer ondersteund. Download HP Easy Start vanaf 123.hp.com/
LaserJet of vanaf de printerondersteuningspagina en gebruik HP Easy Start vervolgens om de HP-printerdriver te
installeren.
OpgenomenOpgenomenOpgenomen
NLWWPrinterspecicaties13
1.Ga naar 123.hp.com/LaserJet.
2.Volg de stappen voor het downloaden van de printersoftware.
Tabel 1-1 Ondersteunde besturingssystemen en printerdrivers
of gebruik het installatieprogramma op het
web voor macOS)
Windows 7, 32-bits en 64-bitsDe printerspecieke printerdriver HP PCL 6
voor dit besturingssysteem wordt
geïnstalleerd als onderdeel van de
software-installatie.
Windows 8, 32-bits en 64-bitsDe printerspecieke printerdriver HP PCL 6
voor dit besturingssysteem wordt
geïnstalleerd als onderdeel van de
software-installatie.
Windows 8.1, 32-bits en 64-bitsDe printerspecieke printerdriver HP PCL-6
V4 voor dit besturingssysteem wordt
geïnstalleerd als onderdeel van de
software-installatie.
Windows 10, 32-bits en 64-bitsDe printerspecieke printerdriver HP PCL-6
V4 voor dit besturingssysteem wordt
geïnstalleerd als onderdeel van de
software-installatie.
Windows Server 2008 R2, SP 1, 64-bitsDe printerspecieke printerdriver PCL 6 kan
worden gedownload vanaf de website voor
printerondersteuning. Download de driver
en installeer deze vervolgens via het
Microsoft-hulpprogramma Printer
toevoegen.
Opmerkingen
Ondersteuning voor Windows 8 RT wordt
geboden via Microsoft IN OS Versie 4, 32bits driver.
Ondersteuning voor Windows 8.1 RT wordt
geboden via Microsoft IN OS Versie 4, 32bits driver.
Windows Server 2012, 64-bitsDe printerspecieke printerdriver PCL 6 kan
worden gedownload vanaf de website voor
printerondersteuning. Download de driver
en installeer deze vervolgens via het
Microsoft-hulpprogramma Printer
toevoegen.
Windows Server 2012 R2, 64-bitsDe printerspecieke printerdriver PCL 6 kan
worden gedownload vanaf de website voor
printerondersteuning. Download de driver
en installeer deze vervolgens via het
Microsoft-hulpprogramma Printer
toevoegen.
Windows Server 2016, 64-bitsDe printerspecieke printerdriver PCL 6 kan
worden gedownload vanaf de website voor
printerondersteuning. Download de driver
en installeer deze vervolgens via het
Microsoft-hulpprogramma Printer
toevoegen.
macOS 10.12 Sierra, macOS 10.13 High
Sierra
Download HP Easy Start van 123.hp.com/
LaserJet en gebruik deze vervolgens om de
printerdriver te installeren.
14Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
OPMERKING:Ondersteunde besturingssystemen kunnen wijzigen. Voor een actueel overzicht van
ondersteunde besturingssystemen en voor uitgebreide Help van HP voor de printer, gaat u naar www.hp.com/
support/ljM507.
OPMERKING:Ga voor meer informatie over client- en serverbesturingssystemen en driverondersteuning voor
HP UPD voor deze printer naar www.hp.com/go/upd. Klik op de koppelingen onder Meer informatie.
Tabel 1-2 Minimale systeemvereisten
WindowsmacOS
●Internetverbinding
●USB 1.1 of 2.0-verbinding of een netwerkverbinding
●2 GB vrije ruimte op de harde schijf
●1 GB RAM (32-bits) of 2 GB RAM (64-bits)
OPMERKING:Het software-installatieprogramma van Windows installeert de HP Smart Device Agent Base-
service. De bestandsgrootte is circa 100 kb. De enige functie van de service is om elk uur te controleren of er
printers zijn aangesloten via USB. Er worden geen gegevens verzameld. Als er een USB-printer wordt gevonden,
wordt vervolgens geprobeerd een JetAdvantage Management Connector (JAMc)-instantie te vinden in het
netwerk. Als er een JAMc wordt gevonden, wordt de HP Smart Device Agent Base veilig bijgewerkt naar een
volledige Smart Device Agent in JAMc die vervolgens afgedrukte pagina's verantwoordt in een Managed Print
Services-account (MPS). De webpakketten met alleen de driver die zijn gedownload van hp.com voor de printer
en geïnstalleerd via de wizard Printer toevoegen, installeren deze service niet.
Als u de service wilt verwijderen, opent u het Conguratiescherm, selecteert u Programma's of Programma's en
onderdelen
en selecteert u vervolgens Programma's toevoegen/verwijderen of Een programma verwijderen om
de service te verwijderen. De bestandsnaam is HPSmartDeviceAgentBase.
Mobiele afdrukoplossingen
HP biedt diverse mobiele printoplossingen voor gemakkelijk afdrukken naar een HP-printer vanaf een laptop,
tablet, smartphone of ander mobiel apparaat. Ga naar www.hp.com/go/LaserJetMobilePrinting om de volledige
lijst te zien en te bepalen wat de beste keuze is.
●Internetverbinding
●USB 1.1 of 2.0-verbinding of een netwerkverbinding
●1,5 GB vrije ruimte op de harde schijf
OPMERKING:Werk de printerrmware bij om te zorgen dat alle mobiele afdrukmogelijkheden worden
ondersteund.
●Wi-Fi Direct (alleen draadloze modellen, met HP Jetdirect 3100w NFC/BLE Wireless-accessoire
geïnstalleerd)
●Draadloos Station (alleen draadloze modellen, met de HP Jetdirect 3100w NFC/BLE Wireless-accessoire of
HP 2900nw draadloze PrintServer geïnstalleerd)
●HP ePrint via e-mail (HP Webservices moet zijn ingeschakeld en de printer moet zijn geregistreerd bij HP
Connected)
●HP Smart app
●Google Cloudprinter
●AirPrint
NLWWPrinterspecicaties15
●Afdrukken met Android
●HP Roam
Printerafmetingen
Tabel 1-3 Afmetingen van de M507n- en M507dn-modellen
Hoogte296 mm296 mm
Printer geheel geslotenPrinter geheel geopend
DiepteStofklep voor lade 2 gesloten:376 mm
Stofklep voor lade 2 open:444 mm
Breedte410 mm410 mm
Gewicht12 kg
569 mm
Tabel 1-4 Afmetingen van de M507x-modellen
Printer geheel geslotenPrinter geheel geopend
Hoogte415 mm487 mm
DiepteStofklep voor lade 2 gesloten:376 mm
Stofklep voor lade 2 open:444 mm
Breedte410 mm410 mm
Gewicht13,4 kg
569 mm
Tabel 1-5 Afmetingen van de papierinvoerlade voor 1 x 550 vel
Hoogte130 mm
DiepteLade dicht: 376 mm
Lade open: 569 mm
Breedte410 mm
Gewicht1,4 kg
Tabel 1-6 Afmetingen van de printerkast en -standaard
Hoogte381 mm
DiepteKlep dicht: 632 mm
Klep geopend en achterste wielen gedraaid: 865 mm
BreedteKlep dicht: 600 mm
Klep geopend en achterste wielen gedraaid: 630 mm
Gewicht9 kg
16Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
Energieverbruik, elektrische specicaties en geluidsemissies
Ga naar www.hp.com/support/ljM507 voor recente informatie.
VOORZICHTIG:De stroomvereisten zijn gebaseerd op het land/de regio waar de printer wordt verkocht.
Verander niets aan de ingestelde spanning. Hierdoor raakt de printer beschadigd en komt de garantie van de
printer te vervallen.
Bereik voor de werkomgeving
Tabel 1-7Specicaties voor de werkomgeving
OmgevingAanbevolenToegestaan
Temperatuur17 tot 25 °C15 tot 30 °C
Relatieve luchtvochtigheidRelatieve luchtvochtigheid (RH) van 30 tot
70%
Printerhardware en -software installeren
Raadpleeg de handleiding voor de hardware-installatie die u bij de printer hebt ontvangen voor eenvoudige
installatie-instructies. Ga naar de HP ondersteuningspagina voor aanvullende instructies.
Ga naar www.hp.com/support/ljM507 voor de uitgebreide Help van HP voor de printer. Zoek de volgende
ondersteuning:
●Installeren en congureren
●Leren en gebruiken
●Problemen oplossen
●Software- en rmware-updates downloaden
●Meepraten op ondersteuningsforums
●Informatie over garantie en wettelijke informatie zoeken
10% tot 80% RH
NLWWPrinterhardware en -software installeren17
18Hoofdstuk 1 PrinteroverzichtNLWW
2Papierladen
Ontdek manieren om de papierladen te vullen en te gebruiken, inclusief het plaatsen van speciale items zoals
enveloppen en etiketten.
●
Inleiding
●
Papier plaatsen in lade 1
●
Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel
●
Enveloppen afdrukken en laden
●
Etiketten afdrukken en plaatsen
Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie.
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/support/ljM507 voor actuele
informatie.
Voor meer informatie:
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●Installeren en congureren
●Leren en gebruiken
●Problemen oplossen
●Software- en rmware-updates downloaden
●Meepraten op ondersteuningsforums
●Informatie over garantie en wettelijke informatie zoeken
Inleiding
Wees voorzichtig als u papier in de papierladen plaatst.
VOORZICHTIG:Trek niet meer dan één papierlade tegelijk uit.
Gebruik een papierlade niet als een opstapje.
Houd uw handen uit de papierladen wanneer deze worden gesloten.
Alle laden moeten zijn gesloten als u de printer verplaatst.
NLWW19
Papier plaatsen in lade 1
De volgende informatie beschrijft hoe u papier moet plaatsen in lade 1.
●
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade)
●
Afdrukstand van het papier in lade 1
●
Alternatieve briefhoofdmodus gebruiken
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade)
Deze lade kan maximaal 100 vel papier met een gewicht van 75 g/m2 of 10 enveloppen bevatten.
OPMERKING:Selecteer de juiste papiersoort in de printerdriver voordat u begint met afdrukken.
VOORZICHTIG:Ter voorkoming van storingen mag tijdens het afdrukken geen papier worden geplaatst in of
verwijderd uit lade 1.
1.Pak de hendel aan de zijkant van lade 1 vast en
trek deze naar voren om de lade te openen.
2.Trek het verlengstuk naar buiten om het papier te
ondersteunen.
20Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
3.Schuif de papiergeleider naar het juiste formaat en
plaats vervolgens het papier in de lade. Raadpleeg
Afdrukstand van het papier in lade 1
op pagina 21 voor informatie over de
afdrukstand van het papier.
Zorg dat het papier onder de vullijn van de
papiergeleiders past.
OPMERKING:De maximale stapelhoogte is 10
mm of ongeveer 100 vellen papier van 75 g/m2 .
4.Stel de papiergeleiders zodanig bij dat deze de
papierstapel licht raken maar het papier niet
buigen.
Afdrukstand van het papier in lade 1
PapiersoortEnkelzijdig afdrukkenDubbelzijdig afdrukken en Alternatieve
briefhoofdmodus
Briefpapier, voorbedrukt of geperforeerd.Afdrukzijde boven
Bovenrand eerst in de printer
Afdrukzijde beneden
Onderrand in de richting van de printer
NLWWPapier plaatsen in lade 121
Alternatieve briefhoofdmodus gebruiken
Met de functie Alternatieve briefhoofdmodus kunt u briefhoofdpapier of voorbedrukt papier voor alle taken op
dezelfde manier in de lade plaatsen, of u nu enkelzijdige of dubbelzijdige afdrukken maakt. In deze modus
plaatst u het papier op dezelfde manier als bij automatisch dubbelzijdig afdrukken.
●
De alternatieve briefhoofdmodus inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel van de printer
De alternatieve briefhoofdmodus inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel van de printer
In het menu Instellingen kunt u de instelling voor de Alternatieve briefhoofdmodus instellen
1.Open het menu Instellingen in het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer.
2.Open de volgende menu's:
●Kopiëren/afdrukken of Afdrukken
●Laden beheren
●Alternatieve briefhoofdmodus
3.Selecteer Ingeschakeld en raak vervolgens de knop Opslaan aan of druk op OK.
22Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel
De volgende informatie beschrijft hoe u papier moet plaatsen in lade 2 en de optionele laden voor 550 vel.
●
Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel
●
Afdrukstand van lade 2 en de papierrichting van de laden voor 550 vel
●
Alternatieve briefhoofdmodus gebruiken
OPMERKING:De procedure voor het plaatsen van papier is voor de laden voor 550 vel hetzelfde als voor lade 2.
Hier wordt alleen lade 2 weergegeven.
VOORZICHTIG:Trek niet meer dan één papierlade tegelijk uit.
Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel
De volgende informatie beschrijft hoe u papier moet plaatsen in lade 2 en de optionele laden voor 550 vel. Deze
laden kunnen maximaal 550 vel papier met een gewicht van 75 g/m
OPMERKING:De procedure voor het plaatsen van papier is voor de laden voor 550 vel hetzelfde als voor lade 2.
Hier wordt alleen lade 2 weergegeven.
OPMERKING:Trek niet meer dan één papierlade tegelijk uit.
1.Open de lade.
OPMERKING:Open de lade niet als deze in
gebruik is.
2.Voordat u papier plaatst, stelt u de
papierbreedtegeleiders in door de vergrendeling
van elk van de geleiders in te drukken en de
geleiders op te schuiven tot het formaat van het
papier dat u gebruikt.
2
bevatten.
NLWWPlaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel23
3.Stel de papierlengtegeleiders in door de
B5
11 LTR
14 LGL
14 LGL
vergrendeling van de geleider in te drukken en
deze op te schuiven tot het formaat van het papier
dat u gebruikt.
4.Als u papier van Legal-formaat in de lade wilt
plaatsen, knijpt u de hendel aan de achterzijde van
de lade dicht (links van het midden), en verlengt u
de lade naar het juiste papierformaat.
OPMERKING:Deze stap is niet van toepassing op
andere papierformaten.
5.Plaats het papier in de lade. Raadpleeg
Afdrukstand van lade 2 en de papierrichting van de
laden voor 550 vel op pagina 25 voor informatie
over de afdrukstand van het papier.
OPMERKING:Verplaatst de papiergeleiders niet
te strak tegen de papierstapel. Pas de
papiergeleiders aan op basis van de inkepingen of
de markeringen in de lade.
OPMERKING:Schuif de papiergeleiders naar het
juiste formaat en plaats niet te veel papier in de
lade om storingen te voorkomen. Let erop dat de
bovenkant van de stapel niet boven de indicator
voor de maximale stapelhoogte uitkomt, zoals
weergegeven in de vergroting in de afbeelding.
24Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
6.Sluit de lade.
X
Y
123
123
7.Een conguratiebericht over de lade wordt op het
bedieningspaneel van de printer weergegeven.
8.Als het papierformaat en de papiersoort niet juist
wordt weergegeven, selecteert u Wijzigen om een
ander papierformaat of een andere papiersoort te
kiezen.
Voor papier van afwijkend formaat moet u de X- en
Y-afmetingen opgeven wanneer daarom wordt
gevraagd op het bedieningspaneel.
Afdrukstand van lade 2 en de papierrichting van de laden voor 550 vel
PapiersoortEnkelzijdig afdrukkenDubbelzijdig afdrukken en Alternatieve
briefhoofdmodus
Briefpapier, voorbedrukt of geperforeerd.Afdrukzijde beneden
Afdrukzijde boven
Bovenrand aan voorzijde lade
Onderrand aan voorzijde lade
NLWWPlaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel25
Alternatieve briefhoofdmodus gebruiken
Met de functie Alternatieve briefhoofdmodus kunt u briefhoofdpapier of voorbedrukt papier voor alle taken op
dezelfde manier in de lade plaatsen, of u nu enkelzijdige of dubbelzijdige afdrukken maakt. In deze modus
plaatst u het papier op dezelfde manier als bij automatisch dubbelzijdig afdrukken.
●
De alternatieve briefhoofdmodus inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel van de printer
De alternatieve briefhoofdmodus inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel van de printer
In het menu Instellingen kunt u de instelling voor de Alternatieve briefhoofdmodus instellen
1.Open het menu Instellingen in het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer.
2.Open de volgende menu's:
●Kopiëren/afdrukken of Afdrukken
●Laden beheren
●Alternatieve briefhoofdmodus
3.Selecteer Ingeschakeld en raak vervolgens de knop Opslaan aan of druk op OK.
26Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
Enveloppen afdrukken en laden
Gebruik alleen lade 1 om op enveloppen af te drukken. In lade 1 passen 10 enveloppen.
●
Enveloppen afdrukken
●
Afdrukstand envelop
Enveloppen afdrukken
Volg deze stappen om de juiste instellingen te selecteren in de printerdriver voor het afdrukken van enveloppen
met de optie handmatige invoer. Stuur daarna de afdruktaak naar de printer en plaats de enveloppen in de lade.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om
het printerstuurprogramma te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm in Windows 8 of 8.1, selecteert u
Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.Selecteer het juiste formaat voor de enveloppen in de vervolgkeuzelijst Papierformaat.
5.Selecteer Envelop in de vervolgkeuzelijst Papiersoort.
6.Selecteer Handmatige invoer in de vervolgkeuzelijst Papierbron.
7.Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten.
8.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
Afdrukstand envelop
Plaats enveloppen in lade 1 met de afdrukzijde naar boven, met de
korte frankeerzijde eerst in de printer.
NLWWEnveloppen afdrukken en laden27
Etiketten afdrukken en plaatsen
Gebruik lade 1 om op etiketvellen af te drukken. Lade 2 en de optionele laden voor 550 vel ondersteunen geen
etiketten.
●
Handmatige invoer voor etiketten
●
Afdrukstand van etiket
Handmatige invoer voor etiketten
Met de modus voor handmatige invoer voor lade 1 kunt u afdrukken op vellen etiketten.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om
het printerstuurprogramma te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
OPMERKING:Als u deze functies wilt openen vanaf een Startscherm in Windows 8 of 8.1, selecteert u
Apparaten, Afdrukken en vervolgens de printer.
3.Klik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.Selecteer het juiste formaat voor de etiketten in de vervolgkeuzelijst Papierformaat.
5.Selecteer Etiketten in de vervolgkeuzelijst Papiersoort.
6.Selecteer Handmatige invoer in de vervolgkeuzelijst Papierbron.
7.Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten.
8.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop Afdrukken om de taak af te drukken.
Afdrukstand van etiket
Etiketten moeten op een specieke manier worden geplaatst om goed te worden afgedrukt.
LadeEtiketten plaatsen
Lade 1Plaats de etiketvellen met de bedrukte zijde omhoog en de bovenrand van het vel richting de printer.
28Hoofdstuk 2 PapierladenNLWW
3Benodigdheden, accessoires en onderdelen
Benodigdheden of accessoires bestellen, de tonercartridges vervangen, of andere onderdelen verwijderen en
vervangen.
●
Benodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen
●
De instellingen voor benodigdheden van de HP-tonercartridgebeveiliging congureren
●
De tonercartridge vervangen
Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie.
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/support/ljM507 voor actuele
informatie.
Voor meer informatie:
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●Installeren en congureren
●Leren en gebruiken
●Problemen oplossen
●Software- en rmware-updates downloaden
●Meepraten op ondersteuningsforums
●Informatie over garantie en wettelijke informatie zoeken
NLWW29
Benodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen
Informatie weergeven over het bestellen van benodigdheden, accessoires en onderdelen voor uw printer.
●
Bestellen
●
Benodigdheden en accessoires
●
Zelfreparatie-onderdelen voor de klant
Bestellen
Benodigdheden en papier bestellenwww.hp.com/go/suresupply
Originele onderdelen of accessoires van HP bestellenwww.hp.com/buy/parts
Bestellen via service- of ondersteuningsprovidersNeem contact op met een erkende service- of
ondersteuningsleverancier van HP.
Bestellen via de geïntegreerde webserver van HP (EWS)Typ het IP-adres of de hostnaam van de printer in het adres- of
URL-veld van een ondersteunde webbrowser op de computer om
toegang te krijgen tot de webserver. De geïntegreerde webserver
bevat een koppeling naar de SureSupply-website van HP. Hier vindt
u mogelijkheden voor het aanschaen van originele
benodigdheden van HP.
Benodigdheden en accessoires
ItemOmschrijvingCartridgenummerNummer
Supplies (Benodigdheden)
Originele HP 89A zwarte LaserJettonercartridge
Originele HP 89X zwarte LaserJettonercartridge met hoge capaciteit
Originele HP 89Y zwarte LaserJettonercartridge met extra hoge
capaciteit
Accessoires
HP LaserJet papierlade voor 550 velOptionele papierinvoerlade voor 550
Onderstel voor HP LaserJet-printerOptionele printerstandaardNiet van toepassingF2A73A
1 GB DDR3 SlimDIMMOptionele DIMM om het geheugen uit te
Zwarte LaserJet-tonercartridge89ACF289A
Zwarte LaserJet-tonercartridge89XCF289X
Zwarte LaserJet-tonercartridge89YCF289Y
Niet van toepassingF2A72A
vel
OPMERKING: De printer ondersteunt
maximaal drie papierinvoereenheden
voor 1 x 550 vel tenzij andere
invoerapparaten aanwezig zijn.
Niet van toepassingG6W84A
breiden
HP Trusted Platform-moduleCodeert automatisch alle gegevens die
de printer verwerkt
HP High-Performance Secure Hard Disk
Drive
Optionele beveiligde vaste schijfNiet van toepassingB5L29A
Niet van toepassingF5S62A
30Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
ItemOmschrijvingCartridgenummerNummer
HP Jetdirect 2900nw printserverUSB draadloze afdrukserveraccessoireNiet van toepassingJ8031A
HP Jetdirect 3100w BLE/NFC/Wirelessaccessoire
HP interne USB-poortenTwee interne USB-poorten om
Wi-Fi Direct-accessoire om met één
druk op de knop af te drukken vanaf
mobiele apparaten
apparatuur van derden aan te sluiten
Zelfreparatie-onderdelen voor de klant
Zelfreparatie-onderdelen voor de klant (CSR, Customer Self-Repair) zijn voor veel HP LaserJet printers
beschikbaar om de reparatietijd te verminderen. Ga voor meer informatie over het CSR-programma en de
voordelen naar www.hp.com/go/csr-support en www.hp.com/go/csr-faq.
Echte HP vervangingsonderdelen kunt u bestellen op www.hp.com/buy/parts of door contact op te nemen met
een bevoegde service- of ondersteuningsprovider van HP. Om een onderdeel te bestellen, hebt u een van de
volgende gegevens nodig: onderdeelnummer, serienummer (op de achterkant van de printer), productnummer
of printernaam.
●Onderdelen die zijn gemarkeerd met Verplicht kunnen door de klant zelf worden geïnstalleerd. U kunt de
reparatie ook laten uitvoeren door servicemedewerkers van HP maar dan worden kosten in rekening
gebracht. Voor deze onderdelen wordt onder uw HP-printergarantie geen ondersteuning ter plekke of
reparatie in de werkplaats aangeboden.
●Onderdelen die zijn gemarkeerd met Optioneel, kunnen tijdens de garantieperiode van de printer op uw
verzoek zonder bijkomende kosten worden geïnstalleerd door servicemedewerkers van HP.
Niet van toepassing3JN69A
Niet van toepassingB5L28A
Instructies voor zelf
ItemOmschrijving
Invoerkit voor 1 x 550 velVervangende papierinvoerlade voor 1 x 550
vel
Secure Hard Disk DriveVervangende harde schijfVerplichtB5L29A
Kit voor HP Trusted Platform ModuleVervangende Trusted Platform ModuleVerplichtF5S62A
HP Jetdirect 2900nw printserverVervangend USB draadloze
afdrukserveraccessoire
HP Jetdirect 3100w BLE/NFC/Wirelessaccessoire
HP interne USB-poortenVervangende interne USB-poortenVerplichtB5L28A
Vervangend Wireless Direct Print-accessoire
om met één druk op de knop af te drukken
vanaf mobiele apparaten
vervangenNummer
VerplichtF2A72A
VerplichtJ8031A
Verplicht3JN69A
NLWWBenodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen31
De instellingen voor benodigdheden van de HPtonercartridgebeveiliging congureren
Een netwerkbeheerder kan de instellingen voor tonercartridgebeveiliging uitvoeren met behulp van het
bedieningspaneel van de printer of de geïntegreerde webserver van HP (EWS).
●
Inleiding
●
De functie Cartridgebeleid in- of uitschakelen
●
De functie Cartridge Protection in- of uitschakelen
Inleiding
Gebruik het cartridgebeleid van HP en de Cartridge Protection om te bepalen welke cartridges in de printer zijn
geïnstalleerd en de cartridges die zijn geïnstalleerd te beveiligen tegen diefstal.
In HP Web Jetadmin bevinden de instellingen zich onder het venster Apparaatbeheer in de volgende menuketen:
Conguratie > Benodigdheden > Cartridgebeleid of Cartridge Protection.
Deze functies zijn beschikbaar in HP FutureSmart versie 3 en hoger.
●Cartridgebeleid: Deze functie beschermt de printer tegen vervalste tonercartridges door alleen echte HP-
cartridges toe te staan voor gebruik met de printer. Het gebruik van originele HP-cartridges zorgt voor de
beste afdrukkwaliteit. Wanneer iemand een cartridge installeert die geen originele HP-cartridge is, geeft
het bedieningspaneel van de printer het bericht weer dat de cartridge niet is toegestaan en informatie die
aangeeft hoe u verder kunt gaan.
●Cartridge Protection: Deze functie koppelt tonercartridges permanent aan een specieke printer of een
reeks printers, zodat ze in andere printers niet kunnen worden gebruikt. Wanneer u uw cartridges
vergrendelt, beschermt u uw investering. Als deze functie is ingeschakeld en iemand probeert om een
vergrendelde cartridge uit de originele printer te halen en in een ongeautoriseerde printer te plaatsen, kan
die printer niet afdrukken met de vergrendelde cartridge. Het bedieningspaneel van de printer geeft het
bericht weer dat de cartridge is vergrendeld en informatie die aangeeft hoe de gebruiker verder kan gaan.
VOORZICHTIG:Na het inschakelen van Cartridge Protection voor de printer, worden alle volgende
tonercartridges die worden geïnstalleerd in de printer automatisch en permanent vergrendeld. Om te
voorkomen dat een nieuwe cartridge wordt vergrendeld, schakelt u de functie uit voordat u de nieuwe
cartridge installeert.
Het uitschakelen van de functie schakelt de vergrendeling van cartridges die momenteel zijn geïnstalleerd
niet uit.
Beide functies zijn standaard uitgeschakeld. Volg deze procedures om ze in of uit te schakelen.
32Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
De functie Cartridgebeleid in- of uitschakelen
De functie Cartridgebeleid kan worden ingeschakeld of uitgeschakeld met behulp van het bedieningspaneel of de
geïntegreerde webserver (EWS).
●
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridgebeleid in te schakelen
●
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridgebeleid uit te schakelen
●
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridgebeleid in te schakelen
●
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridgebeleid uit te schakelen
●
Problemen oplossen bij foutberichten op het bedieningspaneel over Cartridgebeleid
OPMERKING:Voor het in- of uitschakelen van deze functie moet u mogelijk een beheerderswachtwoord
invoeren.
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridgebeleid in te schakelen
Via het bedieningspaneel van de printer kan de netwerkbeheerder de functie Cartridgebeleid inschakelen. U kunt
de printer dan alleen gebruiken met originele HP-cartridges.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Benodigdheden beheren
●Cartridgebeleid
3.Selecteer HP Erkend.
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridgebeleid uit te schakelen
Via het bedieningspaneel van de printer kan de netwerkbeheerder de functie Cartridgebeleid uitschakelen.
Hiermee verwijdert u de beperking dat alleen originele HP-cartridges kunnen worden gebruikt.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Benodigdheden beheren
●Cartridgebeleid
3.Selecteer Uit.
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridgebeleid in te schakelen
Via de geïntegreerde webserver kan de netwerkbeheerder de functie Cartridgebeleid inschakelen. U kunt de
printer dan alleen gebruiken met originele HP-cartridges.
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING:De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
NLWWDe instellingen voor benodigdheden van de HP-tonercartridgebeveiliging congureren33
1
2
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
knop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram . Druk op de knop OK
om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de knop aan
en selecteer vervolgens het pictogram om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING:Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Open het tabblad Kopiëren/afdrukken.
3.Selecteer in het linkernavigatievenster Benodigdheden beheren.
4.Selecteer in het gedeelte Instellingen benodigdheden de optie HP Erkend in de vervolgkeuzelijst
Cartridgebeleid.
5.Klik op de knop Toepassen om de wijzigingen toe te passen.
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridgebeleid uit te schakelen
Via de geïntegreerde webserver kan de netwerkbeheerder de functie Cartridgebeleid uitschakelen. Hiermee
verwijdert u de beperking dat alleen originele HP-cartridges kunnen worden gebruikt.
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING:De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
34Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
1
2
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
knop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram . Druk op de knop OK
om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de knop aan
en selecteer vervolgens het pictogram om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING:Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Open het tabblad Kopiëren/afdrukken.
3.Selecteer in het linkernavigatievenster Benodigdheden beheren.
4.Selecteer in het gedeelte Instellingen benodigdheden de optie Uit in de vervolgkeuzelijst Cartridgebeleid.
5.Klik op de knop Toepassen om de wijzigingen toe te passen.
Problemen oplossen bij foutberichten op het bedieningspaneel over Cartridgebeleid
Raadpleeg de aanbevolen handelingen voor foutberichten over het Cartridgebeleid.
Foutbericht
10.0X.30 Ongeldige <Color> cartridgeDe beheerder heeft de printer zo
NLWWDe instellingen voor benodigdheden van de HP-tonercartridgebeveiliging congureren35
OmschrijvingAanbevolen handeling
Vervang de cartridge door een echte HPgecongureerd dat alleen originele HPbenodigdheden met garantie kunnen
worden gebruikt. Vervang de cartridge om
door te gaan met afdrukken.
tonercartridge.
Als u denkt dat u een origineel HP onderdeel
hebt aangeschaft, gaat u naar
www.hp.com/go/anticounterfeit om te
bepalen of de tonercartridge een echte HP
cartridge is, en wat u moet doen als dit niet
het geval is.
De functie Cartridge Protection in- of uitschakelen
De functie Cartridge Protection kan worden ingeschakeld of uitgeschakeld met behulp van het bedieningspaneel
of de geïntegreerde webserver (EWS).
●
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridge Protection in te schakelen
●
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridge Protection uit te schakelen
●
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridge Protection in te schakelen
●
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridge Protection uit te schakelen
●
Problemen oplossen bij foutberichten op het bedieningspaneel over Cartridge Protection
OPMERKING:Voor het in- of uitschakelen van deze functie moet u mogelijk een beheerderswachtwoord
invoeren.
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridge Protection in te schakelen
Via het bedieningspaneel van de printer kan de netwerkbeheerder de functie Cartridge Protection inschakelen.
Hierdoor worden de cartridges van de printer beschermd tegen diefstal en gebruik in andere printers.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Benodigdheden beheren
●Cartridge Protection
3.Selecteer Cartridges vergrendelen.
4.Wanneer de printer u vraagt om een bevestiging selecteert u Doorgaan om de functie te activeren.
VOORZICHTIG:Na het inschakelen van Cartridge Protection voor de printer, worden alle volgende
tonercartridges die worden geïnstalleerd in de printer automatisch en permanent vergrendeld. Om te
voorkomen dat een nieuwe cartridge wordt vergrendeld, schakelt u de functie uit voordat u de nieuwe
cartridge installeert.
Het uitschakelen van de functie schakelt de vergrendeling van cartridges die momenteel zijn geïnstalleerd
niet uit.
Het bedieningspaneel van de printer gebruiken om de functie Cartridge Protection uit te schakelen
Via het bedieningspaneel van de printer kan de netwerkbeheerder de functie Cartridge Protection uitschakelen.
Hierdoor wordt de bescherming opgeheven voor alle nieuwe cartridges die in de printer worden geïnstalleerd.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Benodigdheden beheren
●Cartridge Protection
3.Selecteer Uit.
36Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridge Protection in te schakelen
1
2
Via de geïntegreerde webserver kan de netwerkbeheerder de functie Cartridge Protection inschakelen. Hierdoor
worden de cartridges van de printer beschermd tegen diefstal en gebruik in andere printers.
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING:De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
knop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram . Druk op de knop OK
om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de knop aan
en selecteer vervolgens het pictogram om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING:Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Open het tabblad Kopiëren/afdrukken.
3.Selecteer in het linkernavigatievenster Benodigdheden beheren.
4.Selecteer in het gedeelte Instellingen benodigdheden de optie Cartridges vergrendelen in de
vervolgkeuzelijst Cartridge Protection.
5.Klik op de knop Toepassen om de wijzigingen toe te passen.
NLWWDe instellingen voor benodigdheden van de HP-tonercartridgebeveiliging congureren37
VOORZICHTIG:Na het inschakelen van Cartridge Protection voor de printer, worden alle volgende
1
2
tonercartridges die worden geïnstalleerd in de printer automatisch en permanent vergrendeld. Om te
voorkomen dat een nieuwe cartridge wordt vergrendeld, schakelt u de functie uit voordat u de nieuwe
cartridge installeert.
Het uitschakelen van de functie schakelt de vergrendeling van cartridges die momenteel zijn geïnstalleerd
niet uit.
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) gebruiken om de functie Cartridge Protection uit te
schakelen
Via de geïntegreerde webserver kan de netwerkbeheerder de functie Cartridge Protection uitschakelen. Hierdoor
wordt de bescherming opgeheven voor alle nieuwe cartridges die in de printer worden geïnstalleerd.
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING:De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
knop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram . Druk op de knop OK
om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de knop aan
en selecteer vervolgens het pictogram om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING:Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Open het tabblad Kopiëren/afdrukken.
3.Selecteer in het linkernavigatievenster Benodigdheden beheren.
38Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
4.Selecteer in het gedeelte Instellingen benodigdheden de optie Uit in de vervolgkeuzelijst Cartridge
Protection.
5.Klik op de knop Toepassen om de wijzigingen toe te passen.
Problemen oplossen bij foutberichten op het bedieningspaneel over Cartridge Protection
Raadpleeg de aanbevolen handelingen voor foutberichten over Cartridge Protection.
FoutberichtOmschrijvingAanbevolen handeling
10.0X.57 Vergrendelde <Color> cartridgeDe cartridge kan alleen worden gebruikt in
de printer of de groep printers waarin de
cartridge is vergrendeld met HP Cartridge
Protection.
Met Cartridge Protection kunnen
systeembeheerders ervoor zorgen dat
cartridges alleen kunnen worden gebruikt in
één printer of groep printers. Vervang de
cartridge om door te gaan met afdrukken.
Vervang de cartridge door een nieuwe
tonercartridge.
NLWWDe instellingen voor benodigdheden van de HP-tonercartridgebeveiliging congureren39
De tonercartridge vervangen
Vervang de tonercartridges als er een melding op de printer verschijnt, of als er problemen met de
afdrukkwaliteit zijn.
●
Cartridge-informatie
●
De cartridge verwijderen en vervangen
Cartridge-informatie
Blijf met de huidige cartridge afdrukken totdat de afdrukkwaliteit niet meer acceptabel is, zelfs na het opnieuw
verdelen van de toner. Als u de toner opnieuw wilt verdelen, verwijdert u de tonercartridge uit de printer en
schudt u de cartridge horizontaal heen en weer. Raadpleeg de instructies voor het vervangen van de cartridge
voor een grasche weergave. Plaats de tonercartridge opnieuw in de printer en sluit het paneel.
Ga naar HP SureSupply op www.hp.com/go/suresupply om cartridges aan te schaen of de
cartridgecompatibiliteit van de printer te controleren. Blader naar de onderkant van de pagina en controleer of
land/regio juist is ingesteld.
ItemOmschrijvingCartridgenummerNummer
Originele HP 89A zwarte
LaserJet-tonercartridge
Originele HP 89X zwarte
LaserJet-tonercartridge met
hoge capaciteit
Originele HP 89Y zwarte
LaserJet-tonercartridge met
extra hoge capaciteit
Zwarte LaserJet-tonercartridge89ACF289A
Zwarte LaserJet-tonercartridge89XCF289X
Zwarte LaserJet-tonercartridge89YCF289Y
OPMERKING:Tonercartridges met hoge capaciteit bevatten meer toner dan standaardcartridges, waardoor er
meer pagina's mee kunnen worden afgedrukt. Ga naar www.hp.com/go/learnaboutsupplies voor meer
informatie.
Verwijder de tonercartridge pas uit de verpakking wanneer u deze gaat vervangen.
VOORZICHTIG:Voorkom schade aan de tonercartridge: stel deze niet langer dan een paar minuten bloot aan
licht. Dek de groene afbeeldingsdrum af als de tonercartridge voor langere tijd uit de printer wordt verwijderd.
De volgende afbeelding geeft de onderdelen van de tonercartridge weer.
40Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
12
1Geheugenchip
2Afbeeldingsdrum
VOORZICHTIG: Raak de afbeeldingsdrum niet aan. Vingerafdrukken kunnen leiden tot kwaliteitsproblemen bij
afdrukken.
VOORZICHTIG:Als er toner op uw kleding komt, veegt u dit af met een droge doek en wast u de kleding in koud
water. Heet water xeert toner in stof.
OPMERKING:Op de verpakking van de tonercartridge vindt u informatie over hergebruik van gebruikte
cartridges.
De cartridge verwijderen en vervangen
1.Druk op de ontgrendelknop van de bovenklep aan
de linkerkant van de printer.
NLWWDe tonercartridge vervangen41
2.Open de voorklep.
1
2
3
3.Trek de gebruikte tonercartridge aan de greep uit
het apparaat.
4.Haal de nieuwe tonercartridge uit de
beschermende verpakking door de plastic strook
te verwijderen en de verpakking te openen. Bewaar
alle verpakking om de tonercartridge mee te
recyclen.
42Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
5.Pak de tonercartridge aan beide zijden vast en
schud de cartridge 5-6 maal.
6.Houd de tonercartridge recht voor de sleuf en
schuif de cartridge in de printer.
NLWWDe tonercartridge vervangen43
7.Sluit de voorklep.
1
2
8.Stop de gebruikte tonercartridge in de doos waarin
de nieuwe cartridge is geleverd. Zie de bijgesloten
recyclinggids voor informatie over recycling.
In de VS en Canada wordt een gefrankeerd etiket in
de doos meegeleverd. Ga voor andere landen/
regio's naar www.hp.com/recycle om een
gefrankeerd etiket af te drukken.
Plak het gefrankeerde etiket op de doos en
retourneer de gebruikte cartridge naar HP voor
recycling.
44Hoofdstuk 3 Benodigdheden, accessoires en onderdelenNLWW
4Afdrukken
Afdrukken met de software, of afdrukken vanaf een mobiel apparaat of USB-ashstation.
●
Afdruktaken (Windows)
●
Afdruktaken (macOS)
●
Afdruktaken opslaan op de printer om later of privé af te drukken
●
Mobiel afdrukken
●
Afdrukken van een USB-ashstation
●
Afdrukken met high-speed USB 2.0-poort (bekabeld)
Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie.
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/support/ljM507 voor actuele
informatie.
Voor meer informatie:
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●Installeren en congureren
●Leren en gebruiken
●Problemen oplossen
●Software- en rmware-updates downloaden
●Meepraten op ondersteuningsforums
●Informatie over garantie en wettelijke informatie zoeken
NLWW45
Afdruktaken (Windows)
Meer informatie over algemene afdruktaken voor Windows-gebruikers.
●
Afdrukken (Windows)
●
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (Windows)
●
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (Windows)
●
Meerdere pagina's per vel afdrukken (Windows)
●
De papiersoort selecteren (Windows)
●
Overige afdruktaken
Afdrukken (Windows)
Gebruik de optie Afdrukken vanuit een softwaretoepassing om de printer en de basisopties voor de afdruktaak te
selecteren.
De volgende procedure beschrijft het standaardafdrukproces voor Windows.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers. Als u instellingen wilt wijzigen, klikt u op de knop Eigenschappen
of Voorkeuren om de printerdriver te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
In Windows-10, 8.1 en 8 hebben deze toepassingen een andere indeling met andere functies ten opzichte
van wat hieronder wordt beschreven voor desktoptoepassingen. Voer de volgende stappen uit om de
functie voor afdrukken vanaf een app in het Start-scherm te openen:
●Windows 10: Selecteer Afdrukken en selecteer vervolgens de printer.
●Windows 8.1 of 8: Selecteer Apparaten, selecteer Afdrukken en selecteer de printer.
Als Meer instellingen is geselecteerd, zal de toepassing HP AiO Printer Remote aanvullende driverfuncties
voor de driver HP PCL-6 V4 downloaden.
OPMERKING:Klik op de knop Help (?) in de printerdriver voor meer informatie.
3.Klik op de tabbladen in de printerdriver om de beschikbare opties te congureren. Stel bijvoorbeeld de
papierrichting in op het tabblad Afwerking en stel papierbron, papiersoort, papierformaat en
kwaliteitsinstellingen in op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.Klik op de knop OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Afdrukken. Geef op dit scherm het aantal af
te drukken exemplaren op.
5.Klik op de knop Afdrukken om de taak af te drukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (Windows)
Als uw printer is voorzien van een automatische eenheid voor dubbelzijdig afdrukken, kunt u automatisch
afdrukken op beide zijden van het papier. Gebruik een type en formaat die worden ondersteund door de eenheid
voor dubbelzijdig afdrukken.
46Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om
het printerstuurprogramma te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
In Windows-10, 8.1 en 8 hebben deze toepassingen een andere indeling met andere functies ten opzichte
van wat hieronder wordt beschreven voor desktoptoepassingen. Voer de volgende stappen uit om de
functie voor afdrukken vanaf een app in het Start-scherm te openen:
●Windows 10: Selecteer Afdrukken en selecteer vervolgens de printer.
●Windows 8.1 of 8: Selecteer Apparaten, selecteer Afdrukken en selecteer de printer.
Als Meer instellingen is geselecteerd, zal de toepassing HP AiO Printer Remote aanvullende driverfuncties
voor de driver HP PCL-6 V4 downloaden.
3.Open het tabblad Afwerking.
4.Selecteer Dubbelzijdig afdrukken. Klik op OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten.
5.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop Afdrukken om de taak af te drukken.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (Windows)
Gebruik deze procedure voor printers waarop geen automatische eenheid voor dubbelzijdig afdrukken is
geïnstalleerd, of om af te drukken op papier dat de eenheid voor dubbelzijdig afdrukken niet ondersteunt.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om
het printerstuurprogramma te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
In Windows-10, 8.1 en 8 hebben deze toepassingen een andere indeling met andere functies ten opzichte
van wat hieronder wordt beschreven voor desktoptoepassingen. Voer de volgende stappen uit om de
functie voor afdrukken vanaf een app in het Start-scherm te openen:
●Windows 10: Selecteer Afdrukken en selecteer vervolgens de printer.
●Windows 8.1 of 8: Selecteer Apparaten, selecteer Afdrukken en selecteer de printer.
Als Meer instellingen is geselecteerd, zal de toepassing HP AiO Printer Remote aanvullende driverfuncties
voor de driver HP PCL-6 V4 downloaden.
3.Open het tabblad Afwerking.
4.Selecteer Dubbelzijdig afdrukken (handmatig) en klik op OK om het dialoogvenster
Documenteigenschappen te sluiten.
5.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop Afdrukken om de eerste zijde van de taak af te drukken.
6.Haal de afgedrukte stapel uit de uitvoerbak en leg deze in lade 1.
7.Selecteer, wanneer u hierom wordt gevraagd, de desbetreende knop op het bedieningspaneel om door te
gaan.
NLWWAfdruktaken (Windows)47
Meerdere pagina's per vel afdrukken (Windows)
Als u vanuit een softwaretoepassing afdrukt met de optie Afdrukken, kunt u een optie selecteren om meerdere
pagina's op één vel papier af te drukken. Dit is handig wanneer u bijvoorbeeld een grote document afdrukt en
papier wilt besparen.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om
het printerstuurprogramma te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
In Windows-10, 8.1 en 8 hebben deze toepassingen een andere indeling met andere functies ten opzichte
van wat hieronder wordt beschreven voor desktoptoepassingen. Voer de volgende stappen uit om de
functie voor afdrukken vanaf een app in het Start-scherm te openen:
●Windows 10: Selecteer Afdrukken en selecteer vervolgens de printer.
●Windows 8.1 of 8: Selecteer Apparaten, selecteer Afdrukken en selecteer de printer.
Als Meer instellingen is geselecteerd, zal de toepassing HP AiO Printer Remote aanvullende driverfuncties
voor de driver HP PCL-6 V4 downloaden.
3.Open het tabblad Afwerking.
4.Selecteer het aantal pagina's per vel in de vervolgkeuzelijst Pagina's per vel.
5.Selecteer de juiste opties voor Paginaranden afdrukken, Paginavolgorde en Afdrukrichting. Klik op OK om
het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten.
6.Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop Afdrukken om de taak af te drukken.
De papiersoort selecteren (Windows)
Als u vanuit een softwaretoepassing afdrukt met de optie Afdrukken, kunt u instellen welke papiersoort u voor
uw afdruktaak wilt gebruiken. Als uw standaardpapiersoort bijvoorbeeld Letter is, maar u voor de afdruktaak een
andere papiersoort wilt gebruiken, selecteert u die specieke papiersoort.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer in de lijst met printers en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om
het printerstuurprogramma te openen.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
In Windows-10, 8.1 en 8 hebben deze toepassingen een andere indeling met andere functies ten opzichte
van wat hieronder wordt beschreven voor desktoptoepassingen. Voer de volgende stappen uit om de
functie voor afdrukken vanaf een app in het Start-scherm te openen:
●Windows 10: Selecteer Afdrukken en selecteer vervolgens de printer.
●Windows 8.1 of 8: Selecteer Apparaten, selecteer Afdrukken en selecteer de printer.
Als Meer instellingen is geselecteerd, zal de toepassing HP AiO Printer Remote aanvullende driverfuncties
voor de driver HP PCL-6 V4 downloaden.
3.Klik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
48Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
4.Selecteer de papiersoort in de vervolgkeuzelijst Papiersoort.
5.Klik op OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten. Klik in het dialoogvenster Afdrukken
op de knop Afdrukken om de taak af te drukken.
Als de lade gecongureerd moet worden, wordt er een conguratiebericht over de lade op het
bedieningspaneel van de printer weergegeven.
6.Vul de lade met het opgegeven type en formaat papier en sluit de lade.
7.Raak de knop OK aan om het gedetecteerde formaat en de gedetecteerde soort te accepteren, of raak de
Wijzigen aan als u een ander papierformaat of een andere papiersoort wilt kiezen.
knop
8.Selecteer de juiste papiersoort en het juiste formaat en raak de knop OK aan.
Overige afdruktaken
Zoek informatie op het web voor het uitvoeren van algemene afdruktaken.
Ga naar www.hp.com/support/ljM507.
Er zijn instructies beschikbaar voor afdruktaken, zoals:
●Afdruksnelkoppelingen of voorinstellingen maken en gebruiken
●Selecteer het papierformaat of gebruik een aangepast papierformaat
●Afdrukstand maken
●Een brochure maken
●Een document schalen zodat het past op een bepaald papierformaat
●De eerste of laatste pagina's van het document op ander papier afdrukken
●Watermerken op een document afdrukken
NLWWAfdruktaken (Windows)49
Afdruktaken (macOS)
Afdrukken met de HP-afdruksoftware voor macOS, inclusief afdrukken aan beide zijden en meerdere pagina's per
vel afdrukken.
●
Afdrukken (macOS)
●
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (macOS)
●
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (macOS)
●
Meerdere pagina's per vel afdrukken (macOS)
●
Papiersoort selecteren (macOS)
●
Overige afdruktaken
Afdrukken (macOS)
In de volgende procedure wordt het standaardafdrukproces voor macOS beschreven.
1.Klik op het menu Bestand en vervolgens op de optie Afdrukken.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en selecteer vervolgens andere menu's om de
afdrukinstellingen aan te passen.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Klik op de knop Print (Afdrukken).
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (macOS)
OPMERKING:Deze informatie heeft betrekking op printer die beschikken over een automatische eenheid voor
dubbelzijdig afdrukken.
OPMERKING:Deze functie is beschikbaar als u de HP-printerdriver installeert. Mogelijk is de functie niet
beschikbaar als u AirPrint gebruikt.
1.Klik op het menu Bestand en vervolgens op de optie Afdrukken.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Lay-out.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Selecteer een bindoptie in de vervolgkeuzelijst Dubbelzijdig.
5.Klik op de knop Print (Afdrukken).
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (macOS)
OPMERKING:Deze functie is beschikbaar als u de HP-printerdriver installeert. Mogelijk is de functie niet
beschikbaar als u AirPrint gebruikt.
50Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
1.Klik op het menu Bestand en vervolgens op de optie Afdrukken.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Handmatig
dubbelzijdig.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Klik op het vak Handmatig dubbelzijdig en selecteer een bindoptie.
5.Klik op de knop Print (Afdrukken).
6.Ga naar de printer en verwijder alle lege vellen uit lade 1.
7.Haal de bedrukte stapel uit de uitvoerbak en plaats die met de bedrukte zijde omlaag in de invoerlade.
8.Raak, wanneer u hierom wordt gevraagd, de desbetreende knop op het bedieningspaneel aan om door te
gaan.
Meerdere pagina's per vel afdrukken (macOS)
1.Klik op het menu Bestand en vervolgens op de optie Afdrukken.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Lay-out.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Pagina's per vel het aantal pagina's dat u op elk vel wilt afdrukken.
5.Selecteer in het gedeelte Lay-outrichting de volgorde en positie van de pagina's op het vel.
6.Selecteer in het menu Randen het soort rand dat u rond elke pagina op het vel wilt afdrukken.
7.Klik op de knop Print (Afdrukken).
Papiersoort selecteren (macOS)
1.Klik op het menu Bestand en vervolgens op de optie Afdrukken.
2.Selecteer de printer.
3.Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Afdrukmateriaal en
kwaliteit of het menu Papier/kwaliteit.
OPMERKING:De naam van het item verschilt per softwareprogramma.
4.Selecteer in de opties Media en kwaliteit of Papier/kwaliteit .
OPMERKING:Deze lijst bevat de hoofdset met beschikbare opties. Sommige opties zijn niet beschikbaar
op alle printers.
NLWWAfdruktaken (macOS)51
●Afdrukmateriaal: Selecteer de optie voor de papiersoort voor de afdruktaak.
●Afdrukkwaliteit: Selecteer het resolutieniveau voor de afdruktaak.
●Rand-tot-rand afdrukken: Selecteer deze optie om dicht tegen de randen van het papier af te
drukken.
5.Klik op de knop Print (Afdrukken).
Overige afdruktaken
Zoek informatie op het web voor het uitvoeren van algemene afdruktaken.
Ga naar www.hp.com/support/ljM507.
Er zijn instructies beschikbaar voor afdruktaken, zoals:
●Afdruksnelkoppelingen of voorinstellingen maken en gebruiken
●Selecteer het papierformaat of gebruik een aangepast papierformaat
●Afdrukstand maken
●Een brochure maken
●Een document schalen zodat het past op een bepaald papierformaat
●De eerste of laatste pagina's van het document op ander papier afdrukken
●Watermerken op een document afdrukken
52Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Afdruktaken opslaan op de printer om later of privé af te drukken
●
Inleiding
●
Een opgeslagen taak maken (Windows)
●
Een opgeslagen taak maken (macOS)
●
Opgeslagen taken afdrukken
●
Opgeslagen taken verwijderen
●
Informatie die naar de printer is verzonden voor de boekhouding
Inleiding
De volgende informatie bevat procedures voor het maken en afdrukken van documenten die zijn opgeslagen op
het USB-ashstation. Deze taken kunnen op een later tijdstip of privé worden afgedrukt.
Een opgeslagen taak maken (Windows)
Sla taken op het USB-ashstation op voor privé- of vertraagde afdrukken.
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer uit de lijst met printers en selecteer vervolgens Eigenschappen of Voorkeuren.
OPMERKING:De naam van de knop verschilt per softwareprogramma.
In Windows-10, 8.1 en 8 hebben deze toepassingen een andere indeling met andere functies ten opzichte
van wat hieronder wordt beschreven voor desktoptoepassingen. Voer de volgende stappen uit om de
functie voor afdrukken vanaf een app in het Start-scherm te openen:
●Windows 10: Selecteer Afdrukken en selecteer vervolgens de printer.
●Windows 8.1 of 8: Selecteer Apparaten, selecteer Afdrukken en selecteer de printer.
Als Meer instellingen is geselecteerd, zal de toepassing HP AiO Printer Remote aanvullende driverfuncties
voor de driver HP PCL-6 V4 downloaden.
3.Klik op het tabblad Taakopslag.
4.Selecteer een optie voor Modus Taakopslag:
●Controleren en vasthouden: Er wordt één exemplaar van een taak afgedrukt, zodat u dit kunt
controleren. Hierna worden de volgende exemplaren afgedrukt.
●Persoonlijke taak: De taak wordt pas afgedrukt wanneer u dit aangeeft op het bedieningspaneel van
de printer. In deze taakopslagmodus kunt u een van de opties voor Taak privé/beveiligd maken
selecteren. Als u een pincode aan de taak toewijst, moet u de vereiste pincode in het
bedieningspaneel opgeven. Als u de taak beveiligt, moet u de vereiste pincode invoeren op het
bedieningspaneel. De afdruktaak wordt na het afdrukken uit het geheugen gewist en gaat verloren
als de stroom naar de printer wordt uitgeschakeld.
NLWWAfdruktaken opslaan op de printer om later of privé af te drukken53
●Snelkopie: Het gewenste aantal exemplaren van een taak wordt afgedrukt en een exemplaar van de
taak wordt opgeslagen in het geheugen van de printer, zodat u de taak later nogmaals kunt
afdrukken.
●Opgeslagen taak: Een taak opslaan op de printer en andere gebruikers toestaan de taak af te
drukken. In deze taakopslagmodus kunt u een van de opties voor Taak privé/beveiligd maken
selecteren. Als u een pincode aan de taak toewijst, moet degene die de taak afdrukt de vereiste
pincode invoeren op het bedieningspaneel. Als u de taak beveiligt, moet degene die de taak afdrukt
de vereiste pincode invoeren op het bedieningspaneel.
5.Als u een aangepaste gebruikersnaam of taaknaam wilt gebruiken, klikt u op de knop Aangepast en voert u
de gebruikersnaam of taaknaam in.
Selecteer welke optie u wilt gebruiken als er al een andere taak bestaat met dezelfde naam:
●Taaknaam + (1-99) gebruiken: Voeg een uniek nummer toe aan het einde van de taaknaam.
●Bestaand bestand vervangen: Overschrijf de bestaande opgeslagen taak met de nieuwe taak.
6.Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten. Klik in het dialoogvenster
Afdrukken op de knop Afdrukken om de taak af te drukken.
Een opgeslagen taak maken (macOS)
Sla taken op het USB-ashstation op voor privé- of vertraagde afdrukken.
1.Klik op het menu Bestand en vervolgens op de optie Afdrukken.
2.Selecteer de printer in het menu Printer.
3.Het menu Exemplaren & pagina's wordt standaard weergegeven door de printerdriver. Open de
vervolgkeuzelijst en klik op het menu Taakopslag.
OPMERKING:Als het menu Taakopslag niet wordt weergegeven, sluit u het afdrukvenster en opent u het
vervolgens opnieuw om het menu te activeren.
4.Selecteer in de vervolgkeuzelijst Modus het type opgeslagen taak.
●Controleren en vasthouden: Er wordt één exemplaar van een taak afgedrukt, zodat u dit kunt
controleren. Hierna worden de volgende exemplaren afgedrukt.
●Persoonlijke taak: De taak wordt pas afgedrukt wanneer u dit aangeeft op het bedieningspaneel van
de printer. Als de taak een persoonlijk identicatienummer (pincode) heeft, moet u de vereiste
pincode op het bedieningspaneel opgeven. De afdruktaak wordt na het afdrukken uit het geheugen
gewist en gaat verloren als de stroom naar de printer wordt uitgeschakeld.
●Snelkopie: Het gewenste aantal exemplaren van een taak wordt afgedrukt en een exemplaar van de
taak wordt opgeslagen in het geheugen van de printer, zodat u de taak later nogmaals kunt
afdrukken.
●Opgeslagen taak: Een taak opslaan op de printer en andere gebruikers toestaan de taak af te
drukken. Als de taak een persoonlijk identicatienummer (pincode) heeft, moet degene die de taak
afdrukt de vereiste pincode invoeren op het bedieningspaneel.
5.Als u een aangepaste gebruikersnaam of taaknaam wilt gebruiken, klikt u op de knop Aangepast en voert u
de gebruikersnaam of taaknaam in.
Selecteer welke optie u wilt gebruiken als er al een andere taak bestaat met dezelfde naam.
54Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
●Taaknaam + (1-99) gebruiken: Voeg een uniek nummer toe aan het einde van de taaknaam.
●Bestaand bestand vervangen: Overschrijf de bestaande opgeslagen taak met de nieuwe taak.
6.Als u de optie Opgeslagen taak of Persoonlijke taak hebt geselecteerd in stap 4, kunt u de taak beveiligen
met een pincode. Typ een viercijferig getal in het veld PIN voor afdrukken. Als anderen proberen deze taak
af te drukken, worden zij gevraagd deze pincode in te voeren.
7.Klik op de knop Afdrukken om de taak te verwerken.
Opgeslagen taken afdrukken
Volg de volgende procedure om een taak af te drukken die is opgeslagen in het printergeheugen.
1.Navigeer vanaf het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Afdrukken en
selecteer vervolgens het pictogram Afdrukken.
2.Selecteer Afdrukken vanuit taakopslag.
3.Selecteer eerst Kiezen en vervolgens de naam van de map waar de opdracht is opgeslagen.
4.Selecteer de naam van de taak. Als de taak privé of beveiligd is, geeft u de pincode of het wachtwoord op.
5.Als u het aantal exemplaren wilt aanpassen, selecteert u het veld voor het aantal kopieën linksonder in het
scherm. Gebruik het toetsenblok om het aantal exemplaren dat u wilt afdrukken op te geven.
6.Selecteer Starten of Afdrukken om de taak af te drukken.
NLWWAfdruktaken opslaan op de printer om later of privé af te drukken55
Opgeslagen taken verwijderen
Documenten die u op de printer hebt opgeslagen, kunt u verwijderen wanneer u ze niet meer nodig hebt. U kunt
ook het maximum aantal taken aanpassen dat voor de printer wordt opgeslagen.
●
Een taak verwijderen die op de printer is opgeslagen
●
De limiet voor het opslaan van taken wijzigen
Een taak verwijderen die op de printer is opgeslagen
Gebruik het bedieningspaneel om een taak te verwijderen die is opgeslagen in het printergeheugen.
1.Navigeer vanaf het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Afdrukken en
selecteer vervolgens het pictogram Afdrukken.
2.Selecteer Afdrukken vanuit taakopslag.
3.Selecteer eerst Kiezen en vervolgens de naam van de map waar de opdracht is opgeslagen.
4.Selecteer de naam van de taak. Als de taak privé of beveiligd is, geeft u de pincode of het wachtwoord op.
Selecteer de knop Prullenbak om de taak te verwijderen.
5.
De limiet voor het opslaan van taken wijzigen
Wanneer een nieuwe taak in het printergeheugen wordt opgeslagen, overschrijft de printer alle voorgaande
taken met dezelfde gebruiker- en taaknaam. Als een taak nog niet is opgeslagen onder dezelfde gebruikers- en
taaknaam en als de printer extra ruimte nodig heeft, kunnen andere opgeslagen taken automatisch worden
verwijderd, te beginnen met de oudste taak.
Als u het aantal taken dat kan worden opgeslagen in de printer wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk:
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Kopiëren/afdrukken of Afdrukken
●Opgeslagen taken beheren
●Limiet voor opslaan van tijdelijke taken
3.Gebruik het toetsenblok om het aantal taken in te voeren dat wordt opgeslagen in de printer.
4.Selecteer OK of Gereed om de instelling op te slaan.
Informatie die naar de printer is verzonden voor de boekhouding
Afdruktaken die worden verzonden vanaf stuurprogramma's op de client (bijv. pc) kunnen persoonlijke informatie
verzenden naar apparaten voor afdrukken en beeldverwerking van HP. Dit kan onder andere de gebruikersnaam
zijn en de naam van de client waar de taak vandaan komt. Deze informatie kan, afhankelijk van de instellingen
die de beheerder van het afdrukapparaat heeft bepaald, worden gebruikt voor de boekhouding. Deze informatie
kan ook met de taak worden opgeslagen op het apparaat voor massaopslag (bijv. schijfstation) van het
afdrukapparaat als u de taakopslagfunctie gebruikt.
56Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Mobiel afdrukken
●
Inleiding
●
Afdrukken via Wi-Fi, Wi-Fi Direct Print, NFC en BLE
●
HP ePrint via e-mail
●
AirPrint
●
Android-geïntegreerd afdrukken
Inleiding
HP biedt diverse mobiele printoplossingen voor gemakkelijk afdrukken naar een HP-printer vanaf een laptop,
tablet, smartphone of ander mobiel apparaat. Ga naar www.hp.com/go/LaserJetMobilePrinting om de volledige
lijst te zien en te bepalen wat de beste keuze is.
NLWWMobiel afdrukken57
Afdrukken via Wi-Fi, Wi-Fi Direct Print, NFC en BLE
●
Draadloos afdrukken inschakelen
●
De Wi-Fi Direct-naam wijzigen
HP biedt afdrukken via Wi-Fi Direct Print, Near Field Communication (NFC) en Bluetooth Low Energy (BLE) voor
printers met een ondersteunde HP Jetdirect 3100w BLE/NFC/Wireless accessoire. Dit accessoire is optioneel
verkrijgbaar voor HP-printers met een HIP (Hardware Integration Pocket).
Met deze functies kunnen Wi-Fi (mobiele) apparaten rechtstreeks een draadloze netwerkverbinding naar de
printer maken zonder een draadloze router.
De printer hoeft niet te worden aangesloten op het netwerk om zonder pc te kunnen afdrukken.
Gebruik Wireless Direct Print om draadloos af te drukken vanaf de volgende apparaten:
●iPhone, iPad, or iPod touch met Apple AirPrint
●Mobiele Android-apparaten met de geïntegreerde Android-afdrukoplossing
Voor meer informatie over draadloos afdrukken raadpleegt u www.hp.com/go/LaserJetMobilePrinting.
NFC-, BLE- en Wi-Fi Direct Print-mogelijkheden kunnen vanaf het bedieningspaneel van de printer worden in- of
uitgeschakeld.
Draadloos afdrukken inschakelen
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Netwerken
●Wi-Fi Direct
●Status
3.Selecteer eerst Aan en vervolgens OK om draadloos afdrukken in te schakelen.
De Wi-Fi Direct-naam wijzigen
OPMERKING: In omgevingen waar meerdere modellen van dezelfde printer zijn geïnstalleerd, kan het handig
zijn om elke printer een unieke Wi-Fi Direct-naam te geven, zodat u de printer gemakkelijk herkent bij het
afdrukken via Wi-Fi Direct. U ziet de namen van draadloze netwerken, bijvoorbeeld Draadloos, Wi-Fi Direct, enz.
op het scherm Informatie als u eerst het pictogram van de Informatieknop selecteert en vervolgens het
pictogram Netwerk of Draadloos .
Voer de volgende procedure uit als u de naam van een Wi-Fi Direct-printer wilt wijzigen:
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
58Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
●Netwerken
1
2
●Wi-Fi Direct
●Wi-Fi Direct-naam
3.Gebruik het toetsenblok om de naam in het tekstveld Wi-Fi Direct-naam te wijzigen en selecteer OK.
HP ePrint via e-mail
Gebruik HP ePrint om documenten af te drukken door ze als e-mailbijlage vanaf een willekeurig apparaat met
een e-mailfunctie naar het e-mailadres van de printer te sturen.
Voor het gebruik van HP ePrint moet de printer aan de volgende eisen voldoen:
●De printer moet zijn verbonden met een bekabeld of draadloos netwerk en over internettoegang
beschikken.
●HP-webservices moet zijn ingeschakeld op de printer en de printer moet zijn geregistreerd bij HP
Connected.
Volg deze procedure om HP-webservices in te schakelen en u te registreren bij HP Connected:
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
Informatieknop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram Ethernet
. Druk op de knop OK om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de
Informatieknop aan en selecteer vervolgens het pictogram Netwerk om het IP-adres of de
hostnaam weer te geven.
NLWWMobiel afdrukken59
AirPrint
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Klik op het tabblad HP-webservices.
3.Selecteer de optie om Webservices in te schakelen.
OPMERKING: Het inschakelen van de webservices kan enige minuten duren.
4.Ga naar www.hpconnected.com om een HP ePrint-account te maken en voltooi het installatieproces.
Direct afdrukken met AirPrint van Apple wordt ondersteund voor iOS en op Mac-computers met macOS 10.7 Lion
en nieuwer. Gebruik AirPrint om direct op de printer af te drukken vanaf een iPad, iPhone (3GS of later), of iPod
touch (derde generatie of later) in de volgende mobiele toepassingen:
●Mail
●Foto's
●Safari
●iBooks
●Externe toepassingen selecteren.
U kunt AirPrint alleen gebruiken als de printer is verbonden met hetzelfde netwerk (subnet) als waarmee het
Apple-apparaat is verbonden. Ga voor meer informatie over het gebruik van AirPrint en welke HP-printers
compatibel zijn met AirPrint naar www.hp.com/go/MobilePrinting.
OPMERKING: Controleer voordat u AirPrint met een USB-verbinding gaat gebruiken eerst het versienummer.
AirPrint versie 1.3 en eerder ondersteunen geen USB-verbindingen.
Android-geïntegreerd afdrukken
Dankzij de geïntegreerde oplossing van HP voor Android en Kindle kunnen mobiele apparaten HP-printers op een
netwerk of binnen draadloos bereik automatisch vinden en er via Wi-Fi Direct mee afdrukken.
De afdrukoplossing is geïntegreerd in veel versies van het besturingssysteem.
OPMERKING: Als afdrukken niet beschikbaar is op uw apparaat, gaat u naar Google Play > Android-apps en
installeert u de HP Print Service Plugin.
Ga voor meer informatie over het gebruik van de in Android geïntegreerde afdrukoplossing en over welke
Android-apparaten worden ondersteund naar www.hp.com/go/MobilePrinting.
60Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Afdrukken van een USB-ashstation
Deze printer beschikt over USB met eenvoudige toegang. U kunt dus snel bestanden afdrukken zonder de
bestanden via de computer te verzenden.
●
De USB-poort inschakelen voor het afdrukken
●
USB-documenten afdrukken
De USB-poort bij het bedieningspaneel is geschikt voor standaard USB-ashstations. U kunt de volgende
bestandstypen openen:
●.pdf
●.prn
●.pcl
●.ps
●.cht
NLWWAfdrukken van een USB-ashstation61
De USB-poort inschakelen voor het afdrukken
1
2
De USB-poort is standaard uitgeschakeld. Schakel de USB-poort in voordat u deze functie gebruikt.
●
Methode 1: De USB-poort inschakelen via het bedieningspaneel van de printer
●
Methode 2: De USB-poort inschakelen vanaf de geïntegreerde webserver van HP (alleen voor printers die
zijn aangesloten op het netwerk)
Gebruik een van de volgende methoden om de poort in te schakelen:
Methode 1: De USB-poort inschakelen via het bedieningspaneel van de printer
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's
●Kopiëren/afdrukken of Afdrukken
●USB-poort van apparaat inschakelen
3.Selecteer Ingeschakeld om de USB-poort in te schakelen.
Methode 2: De USB-poort inschakelen vanaf de geïntegreerde webserver van HP (alleen voor printers
die zijn aangesloten op het netwerk)
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
Informatieknop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram Ethernet
. Druk op de knop OK om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de
62Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
Informatieknop aan en selecteer vervolgens het pictogram Netwerk om het IP-adres of de
hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Selecteer het tabblad Kopiëren/afdrukken voor MFP-modellen of het tabblad Afdrukken voor SFP-
modellen.
3.Selecteer in het linkermenu de optie Afdrukken vanaf USB-station instellen.
4.Selecteer Afdrukken vanaf USB inschakelen.
5.Klik op Apply (Toepassen).
NLWWAfdrukken van een USB-ashstation63
USB-documenten afdrukken
1
2
Gebruik het bedieningspaneel om documenten af te drukken vanaf een USB-ashstation.
●
USB-documenten (bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok) afdrukken
●
USB-documenten (bedieningspaneel uitgevoerd als aanraakscherm) afdrukken
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
USB-documenten (bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok) afdrukken
1.Plaats het USB-ashstation in de USB-poort voor direct afdrukken.
OPMERKING: De poort is mogelijk afgedekt. Op sommige printers moet u het klepje openklappen. Op
andere printers moet u het klepje er recht uittrekken.
2.Selecteer in het Beginscherm van het bedieningspaneel van de printer USB-station.
3.Selecteer Kiezen, selecteer de naam van het document dat u wilt afdrukken en kies Selecteren.
OPMERKING: Het document staat mogelijk in de map. Open mappen waar nodig.
4.Om het aantal exemplaren aan te passen selecteert u het veld voor het aantal exemplaren. Gebruik het
toetsenblok om het aantal exemplaren dat u wilt afdrukken op te geven.
5.Selecteer Starten om het document af te drukken.
USB-documenten (bedieningspaneel uitgevoerd als aanraakscherm) afdrukken
1.Plaats het USB-ashstation in de USB-poort voor direct afdrukken.
OPMERKING: De poort is mogelijk afgedekt. Op sommige printers moet u het klepje openklappen. Op
andere printers moet u het klepje er recht uittrekken.
2.Navigeer vanaf het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Afdrukken en
selecteer vervolgens het pictogram Afdrukken.
3.Selecteer Afdrukken vanaf USB.
64Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
4.Selecteer Kiezen, selecteer de naam van het document dat u wilt afdrukken en kies Selecteren.
OPMERKING: Het document staat mogelijk in de map. Open mappen waar nodig.
5.Als u het aantal exemplaren wilt aanpassen, selecteert u het vakje links van de knop Afdrukken en
selecteert u het aantal exemplaren via het toetsenblok dat wordt weergegeven. Selecteer de knop knop
Sluiten om het toetsenblok te sluiten.
6.Selecteer Afdrukken om het document af te drukken.
NLWWAfdrukken van een USB-ashstation65
Afdrukken met high-speed USB 2.0-poort (bekabeld)
●
De high-speed USB-poort inschakelen voor het afdrukken
66Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
De high-speed USB-poort inschakelen voor het afdrukken
1
2
Deze printer beschikt over een high-speed USB 2.0-poort voor bekabeld afdrukken via USB. De poort bevindt
zich in het gebied van de interfacepoorten en is standaard uitgeschakeld. Gebruik een van de volgende
methoden om de poort in te schakelen. Zodra de poort is ingeschakeld, moet u de productsoftware installeren
om af te drukken met behulp van deze poort.
●
Methode 1: De high-speed USB 2.0-poort inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel van de
printer
●
Methode 2: De high-speed USB 2.0-poort inschakelen vanaf de geïntegreerde webserver van HP (alleen
voor printers die zijn aangesloten op het netwerk)
Methode 1: De high-speed USB 2.0-poort inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel van de
printer
Gebruik het bedieningspaneel om de poort in te schakelen.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's
●Algemeen
●USB-poort van apparaat inschakelen
3.Selecteer de optie Ingeschakeld.
Methode 2: De high-speed USB 2.0-poort inschakelen vanaf de geïntegreerde webserver van HP (alleen
voor printers die zijn aangesloten op het netwerk)
Gebruik de geïntegreerde webserver van HP om de poort in te schakelen.
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
NLWWAfdrukken met high-speed USB 2.0-poort (bekabeld)67
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
knop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram . Druk op de knop OK
om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de knop aan
en selecteer vervolgens het pictogram om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Selecteer het tabblad Beveiliging.
3.Klik aan de linkerkant van het scherm op Algemene beveiliging.
4.Blader naar beneden naar de Hardwarepoorten en schakel het selectievakje bij de volgende twee items in:
●USB-poort van apparaat inschakelen
●Host USB-plug-and-play inschakelen
5.Klik op Apply (Toepassen).
68Hoofdstuk 4 AfdrukkenNLWW
5De printer beheren
Beheerprogramma's, instellingen voor beveiliging en energiebesparing, en rmware-updates voor de printer
gebruiken.
●
Geavanceerde conguratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS)
●
IP-netwerkinstellingen congureren
●
Functies voor beveiliging van de printer
●
Instellingen voor energiebesparing
●
HP Web Jetadmin
●
Software- en rmware-updates
Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie.
De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/support/ljM507 voor actuele
informatie.
Voor meer informatie:
De uitgebreide Help van HP voor de printer omvat de volgende informatie:
●Installeren en congureren
●Leren en gebruiken
●Problemen oplossen
●Software- en rmware-updates downloaden
●Meepraten op ondersteuningsforums
●Informatie over garantie en wettelijke informatie zoeken
NLWW69
Geavanceerde conguratie met de geïntegreerde webserver van HP
1
2
(EWS)
●
Inleiding
●
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) openen
●
Functies van de geïntegreerde webserver van HP
Inleiding
Met de geïntegreerde webserver van HP kunt u via de computer afdrukfuncties beheren in plaats van via het
bedieningspaneel van de printer.
●Printerstatusinformatie bekijken
●De resterende levensduur van de benodigdheden bepalen en nieuwe benodigdheden bestellen
●De conguratie van de laden weergeven en wijzigen
●De menuconguratie van het bedieningspaneel van de printer bekijken en wijzigen
●Interne pagina's weergeven en afdrukken
●Meldingen ontvangen over gebeurtenissen met betrekking tot de printer en de benodigdheden
●De netwerkconguratie bekijken en wijzigen
De geïntegreerde webserver van HP is beschikbaar wanneer de printer is aangesloten op een IP-netwerk. De
geïntegreerde webserver van HP biedt geen ondersteuning voor IPX-printeraansluitingen. U hebt geen toegang
tot internet nodig om de geïntegreerde webserver van HP te kunnen openen en gebruiken.
Wanneer de printer is aangesloten op het netwerk, is de geïntegreerde webserver van HP automatisch
beschikbaar.
OPMERKING: De geïntegreerde webserver van HP is niet toegankelijk buiten de netwerkrewall.
De geïntegreerde webserver van HP (EWS) openen
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
70Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
1.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
Informatieknop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram Ethernet .
Druk op de knop OK om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de Informatieknop
aan en selecteer vervolgens het pictogram Netwerk om het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
2.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de
computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet veilig is,
selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de computer niet
beschadigen.
Om de geïntegreerde webserver van HP te kunnen gebruiken, moet de browser aan de volgende vereisten
voldoen:
Windows® 7
●Internet Explorer (versie 8.x of hoger)
●Google Chrome (versie 34.x of hoger)
●Firefox (versie 20.x of hoger)
Windows® 8 of hoger
●Internet Explorer (versie 9.x of hoger)
●Google Chrome (versie 34.x of hoger)
●Firefox (versie 20.x of hoger)
macOS
●Safari (versie 5.x of hoger)
●Google Chrome (versie 34.x of hoger)
Linux
●Google Chrome (versie 34.x of hoger)
●Firefox (versie 20.x of hoger)
NLWWGeavanceerde conguratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS)71
Functies van de geïntegreerde webserver van HP
●
Tabblad Informatie
●
Tabblad Algemeen
●
Tabblad Afdrukken
●
Tabblad Benodigdheden
●
Tabblad Probleemoplossing
●
Tabblad Beveiliging
●
Tabblad HP-webservices
●
Tabblad Netwerk
●
Lijst Overige koppelingen
Tabblad Informatie
Tabel 5-1 Tabblad Informatie van de geïntegreerde webserver van HP
MenuOmschrijving
Status apparaatHiermee geeft u de status van de printer weer en de geschatte resterende levensduur van
benodigdheden van HP. Op deze pagina worden ook de soort en het formaat weergegeven
van het papier dat voor elke lade is ingesteld. Klik op de koppeling Instellingen wijzigen om
de standaardinstellingen te wijzigen.
ConguratiepaginaGeeft informatie van de conguratiepagina weer.
Pagina Status benodigdhedenToont de status van de benodigdheden voor de printer.
Pagina GebeurtenislogboekHierin staan alle printergebeurtenissen en -fouten. Gebruik de koppeling HP Instant
gebruikspaginaHierop wordt een overzicht gegeven van het aantal pagina's dat met de printer is afgedrukt,
ApparaatgegevensHier worden de netwerknaam, het adres en het model van de printer weergegeven. U
Foto van bedieningspaneelHiermee geeft u een afbeelding weer van het huidige scherm van het bedieningspaneel.
Afdrukbare rapporten en pagina'sHier krijgt u een overzicht van de interne rapporten en pagina's voor de printer. Selecteer
Open Source-licentiesToont een overzicht van de licenties voor opensourcesoftwareprogramma's die kunnen
Tabblad Algemeen
Support (in het gedeelte Overige koppelingen op alle pagina's van de geïntegreerde
webserver van HP) om een set dynamische webpagina's weer te geven die u helpen bij het
oplossen van problemen. Op deze pagina's vindt u aanvullende diensten die beschikbaar
zijn voor de printer.
gegroepeerd op formaat, soort en afdrukpad.
wijzigt deze vermeldingen door op het tabblad Algemeen op het menu Apparaatgegevens
te klikken.
een of meer items die u wilt afdrukken of weergeven.
worden gebruikt met de printer.
72Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
Tabel 5-2 Tabblad Algemeen van de geïntegreerde webserver van HP
MenuOmschrijving
Bedieningspaneel aanpassenHerschik, toon of verberg functies op het scherm van het bedieningspaneel.
Wijzig de standaardweergavetaal en de standaardtoetsenbordindeling.
Quick Sets (Quick Sets)Hiermee congureert u taken die beschikbaar zijn in het gedeelte Quick Sets in het
beginscherm van het bedieningspaneel van de printer.
MeldingenHiermee stelt u e-mailwaarschuwingen in voor diverse gebeurtenissen met betrekking tot
de printer en de benodigdheden.
App Instellingen voor bedieningspaneelHiermee worden in de app Instellingen de opties weergegeven die beschikbaar zijn op het
bedieningspaneel van de printer.
Algemene instellingenHiermee kunt u congureren hoe de printer herstelt van storingen, naast andere algemene
printerinstellingen.
AutoSendHiermee stelt u in dat er automatisch e-mailberichten naar een bepaald adres worden
verzonden over de printerconguratie en de benodigdheden.
Overige koppelingen bewerkenVoeg een koppeling naar een andere website toe of wijzig een bestaande koppeling. Deze
koppeling wordt weergegeven in het voettekstgebied op alle pagina's van de geïntegreerde
webserver van HP.
BestelinformatieHier kunt informatie invoeren voor het bestellen van vervangende tonercartridges. Deze
informatie wordt weergegeven op de statuspagina voor benodigdheden.
ApparaatgegevensHiermee kunt u de printer een naam geven en er een artikelnummer aan toekennen. Voer
de naam in voor de primaire contactpersoon die informatie over de printer ontvangt.
TaalHiermee stelt u de taal in voor de geïntegreerde webserver van HP.
Firmware-upgradeHiermee downloadt en installeert u rmware-upgradebestanden voor de printer.
Datum-/tijdinstellingenHiermee stelt u de datum en tijd in of kunt u de tijd synchroniseren met een
Energie-instellingenHiermee kunt u een wektijd, sluimertijd en sluimervertraging voor de printer instellen of
Back-ups maken en herstellenHiermee maakt u een back-upbestand met de printer- en gebruikersgegevens. Indien nodig
Fabrieksinstellingen terugzettenDe fabrieksinstellingen van de printer herstellen.
InstallatieprogrammaHier kunt u softwarepakketten van derden installeren die de functionaliteit van de printer
Instellingen voor taakstatistiekenGeeft verbindingsinformatie over externe statistiekenservcies.
Quota-instellingenGeeft verbindingsinformatie over externe taakquotaservices.
Tabblad Afdrukken
5-3 Tabblad Afdrukken van de geïntegreerde webserver van HP
Tabel
netwerktijdserver.
bewerken. U kunt voor elke dag van de week en voor vakanties een ander schema instellen.
U kunt ook instellen bij welke handelingen de printer vanuit de sluimerstand moet worden
geactiveerd.
kunt u met dit bestand gegevens op de printer herstellen.
uitbreiden of wijzigen.
MenuOmschrijving
Instellingen Afdrukken vanaf USBHiermee kunt u het menu Afdrukken van USB-station op het bedieningspaneel in- of
uitschakelen.
NLWWGeavanceerde conguratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS)73
Tabel 5-3 Tabblad Afdrukken van de geïntegreerde webserver van HP (vervolg)
MenuOmschrijving
Opgeslagen taken beherenHiermee schakelt u de optie om taken in het printergeheugen op te slaan, in of uit.
U kunt de opties voor het opslaan van taken congureren.
StandaardafdrukoptiesHiermee congureert u standaardopties voor afdruktaken.
Kleur beperken
(Alleen voor kleurenprinters)
PCL- en PostScript-instellingenPas de PCL- en PostScript-instellingen aan voor alle afdruktaken.
AfdrukkwaliteitCongureer de instellingen voor de afdrukkwaliteit, waaronder kleuraanpassing,
Laden beherenHiermee congureert u instellingen voor papierladen.
Tabblad Benodigdheden
Tabel 5-4 Tabblad Benodigdheden van de geïntegreerde webserver van HP
MenuOmschrijving
Benodigdheden beherenCongureer hoe de printer reageert wanneer benodigdheden vrijwel leeg zijn.
Tabblad Probleemoplossing
Tabel
5-5 Tabblad Probleemoplossing van de geïntegreerde webserver van HP
Hiermee geeft u al dan niet toestemming voor afdrukken in kleur.
U kunt afdrukken in kleur toestaan voor afzonderlijke gebruikers of voor taken die vanuit
bepaalde softwareprogramma's worden verzonden.
afbeeldingsregistratie en toegestane papiersoorten.
MenuOmschrijving
Algemene probleemoplossingHiermee kunt u een verscheidenheid aan rapporten afdrukken om u te helpen bij het
Online helpKoppeling naar de online, cloudgebaseerde Help van HP om u te helpen bij het oplossen
Diagnosegegevens
OPMERKING: Deze optie is alleen
beschikbaar als er een
beheerderswachtwoord is ingesteld op het
tabblad Beveiliging.
Kalibratie/reiniging
(Alleen voor kleurenprinters)
Fabrieksinstellingen terugzettenDe fabrieksinstellingen van de printer herstellen.
Firmware-upgradeHiermee downloadt en installeert u rmware-upgradebestanden voor de printer.
Tabblad Beveiliging
oplossen van problemen met de printer.
van afdrukproblemen.
Hiermee kunt u printergegevens exporteren naar een bestand, dat nuttig kan zijn voor
gedetailleerde probleemanalyse.
Hiermee kunt u de automatische reinigingsfunctie inschakelen, een reinigingspagina maken
en afdrukken, en de printer onmiddellijk kalibreren.
74Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
Tabel 5-6 Tabblad Beveiliging van de geïntegreerde webserver van HP
MenuOmschrijving
Algemene beveiligingInstellingen voor algemene beveiliging, waaronder het volgende:
●Hiermee kunt u een beheerderswachtwoord congureren zodat u de toegang tot
bepaalde functies op de printer kunt beperken.
●Hiermee kunt u een PJL‑wachtwoord instellen voor het uitvoeren van PJL‑opdrachten.
●Hiermee kunt u de toegang tot het bestandssysteem instellen alsmede de beveiliging
voor het uitvoeren van rmware-upgrades.
●Hiermee kunt u de host-USB-poort op het bedieningspaneel of de USB-
connectiviteitspoort op de formatter voor direct afdrukken vanaf een computer in- of
uitschakelen.
●Hiermee kunt u de status van alle beveiligingsinstellingen weergeven.
AccountbeleidSchakel instellingen voor het beheerdersaccount in.
ToegangsbeheerHiermee kunt u de toegang tot printerfuncties voor bepaalde personen of groepen
congureren, en de methode selecteren waarmee personen zich bij de printer aanmelden.
Opgeslagen gegevens beveiligenHiermee kunt u de interne vaste schijf van de printer congureren en beheren.
Hiermee kunt u instellingen congureren voor taken die zijn opgeslagen op de harde schijf
van de printer.
externe apps beherenBeheer of plaats externe apps op de witte lijst door certicaten toe te voegen of te
verwijderen die apparaten toestemming geven dit apparaat te gebruiken.
CerticaatbeheerHiermee installeert en beheert u beveiligingscerticaten voor toegang tot de printer en het
Beveiliging WebservicesHiermee staat u toe dat webpagina's van verschillende domeinen toegang hebben tot de
ZelftestHiermee kunt u controleren of de beveiligingsfuncties overeenkomstig de verwachte
Tabblad HP-webservices
Op het tabblad HP Webservices kunt u HP Webservices voor deze printer congureren en inschakelen. U moet
HP-webservices inschakelen om de functie HP ePrint te gebruiken.
Tabel
5-7 Tabblad HP-webservices van geïntegreerde webserver van HP
MenuOmschrijving
Web Services SetupVerbind deze printer via internet met HP Connected door HP Webservices in te schakelen.
WebproxyHiermee congureert u een proxyserver als er problemen optreden bij het inschakelen van
HP JetAdvantage (HP JetAdvantage)Toegang tot oplossingen die de mogelijkheden van de printer uitbreiden
Smart Cloud PrintSchakel Smart Cloud Print in zodat u toegang hebt tot web-apps waarmee u de
netwerk.
informatiebronnen op deze printer. Als er geen locaties aan de lijst worden toegevoegd,
worden alle sites vertrouwd.
systeemparameters functioneren.
HP-webservices of het verbinden van de printer met het internet.
mogelijkheden van de printer uitbreidt.
NLWWGeavanceerde conguratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS)75
Tabblad Netwerk
Op het tabblad Netwerk kunt u de netwerkinstellingen van de printer congureren en beveiligen wanneer dit is
aangesloten op een IP-netwerk. Dit tabblad wordt niet weergegeven als de printer op een ander soort netwerk is
aangesloten.
Tabel 5-8 Tabblad Netwerk van de geïntegreerde webserver van HP
Wi-Fi DirectCongureer de Wi-Fi Direct-instellingen voor printers met geïntegreerde Wi-Fi Direct Print-
TCP/IP-instellingenHiermee congureert u de TCP/IP-instellingen voor IPv4- en IPv6-netwerken.
NetwerkinstellingenHiermee congureert u de instellingen voor IPX/SPX, AppleTalk, DLC/LLC en SNMP,
Overige instellingenHiermee congureert u de algemene afdrukprotocollen en -services die door de printserver
en NFC-afdrukmogelijkheden of waarop een accessoire voor draadloze verbinding is
geïnstalleerd.
OPMERKING: Welke conguratieopties beschikbaar zijn, is afhankelijk van het
printservermodel.
OPMERKING: Welke conguratieopties beschikbaar zijn, is afhankelijk van het
printservermodel.
afhankelijk van het printservermodel.
worden ondersteund. De beschikbare opties zijn afhankelijk van het printservermodel,
maar kunnen een rmware-update, LPD-wachtrijen, USB-instellingen,
ondersteuningsinformatie en vernieuwingsfrequentie omvatten.
AirPrintHiermee kunt u afdrukken via het netwerk vanaf Apple-printers instellen en in- of
uitschakelen.
Taal selecterenHiermee wijzigt u de taal die wordt weergegeven door de geïntegreerde webserver van HP.
Deze pagina verschijnt als de webpagina's meerdere talen ondersteunen. U kunt de
ondersteunde talen ook selecteren via de instellingen voor de voorkeurstaal in de browser.
Een locatie selecterenSelecteer een land/regio voor de printer.
Google Cloudprinter
SetupStel Google Cloud Print-opties in.
WebproxyCongureer de proxy-instellingen.
Beveiliging
Settings (Instellingen)U kunt de huidige beveiligingsinstellingen bekijken en instellen op de fabriekswaarden.
Gebruik de wizard Beveiligingsconguratie om beveiligingsinstellingen te congureren.
OPMERKING: Gebruik de wizard Beveiligingsconguratie niet om de
beveiligingsinstellingen te congureren met behulp van een toepassing voor
netwerkbeheer, zoals HP Web Jetadmin.
76Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
Tabel 5-8 Tabblad Netwerk van de geïntegreerde webserver van HP (vervolg)
MenuOmschrijving
BevoegdheidHiermee regelt u het conguratiebeheer en gebruik van deze printer, waaronder het
Beveiligde communicatieCongureer de beveiligingsinstellingen.
Mgmt. ProtocollenHiermee congureert en beheert u de beveiligingsprotocollen voor deze printer. Zo kunt u:
802.1X-vericatieHiermee kunt u de instellingen voor 802.1X-vericatie op de Jetdirect-printserver
volgende:
●Hier kunt u een beheerderswachtwoord instellen of wijzigen om de toegang tot
conguratieparameters te regelen.
●Hier kunt u digitale certicaten voor de HP Jetdirect-printserver aanvragen, installeren
en beheren.
●U kunt hosttoegang tot deze printer beperken met een ACL (toegangscontrolelijst)
(alleen voor bepaalde printservers op IPv4-netwerken).
●Het niveau van beveiligingsbeheer instellen voor de geïntegreerde webserver van HP
en het verkeer via HTTP en HTTPS beheren.
●Het SNMP (Simple Network Management Protocol) congureren. De SNMP v1/v2c- of
SNMP v3-agenten op de printserver in- of uitschakelen.
●De toegang via mogelijk onbeveiligde protocollen beheren, zoals afdrukprotocollen,
afdrukservices, detectieprotocollen, naamresolutieservices en protocollen voor
conguratiebeheer.
aanpassen aan de vereisten voor clientvericatie op het netwerk, en de fabrieksinstellingen
voor 802.1X-vericatie herstellen.
VOORZICHTIG: Wanneer u de instellingen voor 802.1X-vericatie wijzigt, kan de
verbinding met de printer verloren gaan. Om opnieuw verbinding te maken moet u mogelijk
de afdrukserver instellen op de fabriekswaarden en de printer opnieuw installeren.
IP-beveiliging/rewallBekijk of congureer een rewallbeleid of IPsec-/rewallbeleid.
AankondigingsfunctieHiermee kunt u de Announcement-agent van het HP-apparaat in- of uitschakelen, de
Diagnostiek
NetwerkstatistiekenHier geeft u netwerkstatistieken weer die zijn verzameld en opgeslagen op de HP Jetdirect-
ProtocolinformatieHier kunt u voor elk protocol een lijst weergeven met instellingen voor netwerkconguratie
ConguratiepaginaHier kunt u de HP Jetdirect-conguratiepagina weergeven die informatie bevat over de
Lijst Overige koppelingen
Hiermee bepaalt u welke koppelingen worden weergegeven in de voettekst van de geïntegreerde webserver van
HP. Dit doet u via het menu Overige koppelingen bewerken op het tabblad Algemeen.
OPMERKING: De volgende koppelingen worden standaard weergegeven.
conguratieserver instellen en wederzijdse vericatiecongureren middels certicaten.
printserver.
op de HP Jetdirect-printserver.
status en de conguratie van HP Jetdirect.
NLWWGeavanceerde conguratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS)77
Tabel 5-9 Lijst Overige koppelingen van de geïntegreerde webserver van HP
MenuOmschrijving
HP Instant SupportHiermee gaat u naar de website van HP, waar u oplossingen kunt vinden voor mogelijke
Benodigdheden aanschaenHiermee gaat u naar de website SureSupply van HP, waar u informatie vindt over het
ProductondersteuningHiermee gaat u naar de ondersteuningswebsite voor de printer waar u meer informatie
vragen en problemen.
aanschaen van originele HP-benodigdheden, zoals cartridges en papier.
kunt zoeken over verschillende onderwerpen.
78Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
IP-netwerkinstellingen congureren
1
2
●
Disclaimer voor printer delen
●
Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen
●
De naam van de printer in het netwerk wijzigen
●
IPv4 TCP/IP-parameters handmatig congureren via het bedieningspaneel
●
IPv6 TCP/IP-parameters handmatig congureren via het bedieningspaneel
●
Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex
Disclaimer voor printer delen
HP ondersteunt geen peer-to-peer netwerken omdat dit een functie is van Microsoft-besturingssystemen en niet
van de printerdrivers van HP. Ga naar de website van Microsoft op www.microsoft.com.
Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen
U kunt de IP-conguratie-instellingen weergeven of wijzigen via de geïntegreerde webserver van HP.
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
Informatieknop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram Ethernet
. Druk op de knop OK om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de
Informatieknop aan en selecteer vervolgens het pictogram Netwerk om het IP-adres of de
hostnaam weer te geven.
NLWWIP-netwerkinstellingen congureren79
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
1
2
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Klik op het tabblad Netwerk voor informatie over het netwerk. Wijzig desgewenst de instellingen.
De naam van de printer in het netwerk wijzigen
Indien u de naam van de printer in een netwerk wilt wijzigen zodat de printer kan worden geïdenticeerd,
gebruikt u de geïntegreerde webserver van HP.
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
Informatieknop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram Ethernet
. Druk op de knop OK om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de
Informatieknop aan en selecteer vervolgens het pictogram Netwerk om het IP-adres of de
hostnaam weer te geven.
80Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Open het tabblad Algemeen.
3.Op de pagina Apparaatgegevens wordt de standaardprinternaam weergegeven in het veld Apparaatnaam.
U kunt deze naam wijzigen zodat u de printer kunt identiceren.
OPMERKING: Het invullen van de andere velden op deze pagina is optioneel.
4.Klik op de knop Toepassen om de wijzigingen toe te passen.
IPv4 TCP/IP-parameters handmatig congureren via het bedieningspaneel
Gebruik het menu Instellingen op het bedieningspaneel om handmatig een IPv4-adres, subnetmasker en
standaardgateway in te stellen.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Netwerken
●Ethernet
●TCP/IP
●IPv4-instellingen
●Conguratiemethode
3.Selecteer de optie Handmatig en raak vervolgens de knop Opslaan aan.
4.Open het menu Handmatige instellingen.
5.Raak de optie IP-adres, Subnetmasker of Standaardgateway aan.
6.Raak het eerste veld aan om het toetsenblok weer te geven. Geef de juiste cijfers op in het veld en raak
vervolgens de knop OK aan.
Herhaal deze stap voor elk veld en raak vervolgens de knop Opslaan aan.
IPv6 TCP/IP-parameters handmatig congureren via het bedieningspaneel
Gebruik het menu Instellingen op het bedieningspaneel om handmatig een IPv6-adres in te stellen.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Als u handmatige conguratie wilt inschakelen, opent u de volgende menu's:
NLWWIP-netwerkinstellingen congureren81
●Netwerken
●Ethernet
●TCP/IP
IPV6 (Network Time Server)-instellingen
●
3.Selecteer Inschakelen en selecteer vervolgens Aan.
4.Selecteer de optie Handmatige instellingen inschakelen en raak vervolgens de knop Gereed aan.
5.Open het menu Adres en raak vervolgens het veld aan om een toetsenblok te openen en het adres te
congureren.
6.Gebruik het toetsenblok om het adres in te voeren en raak vervolgens de knop OK aan.
7.Raak Opslaan aan.
Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex
OPMERKING: Deze informatie geldt alleen voor ethernetnetwerken, niet voor draadloze netwerken.
De linksnelheid en communicatiemodus van de afdrukserver moeten overeenkomen met die van de
netwerkhub. In de meeste gevallen dient u de printer in de automatische modus te laten. Onjuiste wijzigingen
van de netwerkverbindingssnelheid en de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken hebben mogelijk tot gevolg
dat de printer niet met andere netwerkapparaten kan communiceren. Gebruik het bedieningspaneel van de
printer om wijzigingen aan te brengen.
OPMERKING: De printerinstelling moet overeenkomen met de instelling van het netwerkapparaat (een
netwerkhub, switch, gateway, router of computer).
OPMERKING: Wanneer u aan deze instellingen wijzigingen aanbrengt, wordt de printer uit- en vervolgens weer
ingeschakeld. Breng alleen wijzigingen aan wanneer de printer niet-actief is.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Netwerken
●Ethernet
●Verbindingssnelheid
3.Voer een van de volgende handelingen uit:
●Automatisch: De afdrukserver zorgt zelf automatisch voor conguratie met de hoogste
verbindingssnelheid en communicatiemodus die op het netwerk zijn toegestaan.
●10T half: 10 megabytes per seconde (Mbps), half-duplexwerking
●10T vol: 10 Mbps, volledige duplexwerking
●10T auto: 10 Mbps, automatische duplexwerking
●100TX half: 100 Mbps, half-duplexwerking
82Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
●100TX vol: 100 Mbps, volledige duplexwerking
●100TX auto: 100 Mbps, automatische duplexwerking
●1000T vol: 1000 Mbps, volledige duplexwerking
4.Raak de knop Opslaan aan. De printer wordt uit- en weer ingeschakeld.
NLWWIP-netwerkinstellingen congureren83
Functies voor beveiliging van de printer
●
Inleiding
●
Veiligheidsinformatie
●
Een beheerderswachtwoord instellen
●
IP Security
●
Ondersteuning van codering: HP High Performance Secure Hard Disks
●
De formatter vergrendelen
Inleiding
De printer bevat beveiligingsopties waarmee toegang tot conguratie-instellingen en beveiligde gegevens kan
worden beperkt. Ook kan toegang tot belangrijke hardwarecomponenten worden ontzegd.
Veiligheidsinformatie
De printer ondersteunt beveiligingsstandaarden en aanbevolen protocollen om de printer te beveiligen,
belangrijke gegevens op uw netwerk te beschermen en het beheer en onderhoud van de printer te
vereenvoudigen.
84Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
Een beheerderswachtwoord instellen
1
2
Stel een wachtwoord voor toegang tot de printer en de geïntegreerde webserver van HP in zodat onbevoegde
gebruikers de printerinstellingen niet kunnen wijzigen.
●
Gebruik de geïntegreerde webserver van HP (EWS) om een wachtwoord in te stellen
●
Gebruikers aanmeldgegevens verstrekken op het bedieningspaneel van de printer
Gebruik de geïntegreerde webserver van HP (EWS) om een wachtwoord in te stellen
1.Open de geïntegreerde webserver van HP (EWS):
OPMERKING: De stappen zijn afhankelijk van het type bedieningspaneel.
1Bedieningspaneel uitgevoerd als toetsenblok
2Bedieningspaneel met aanraakscherm
a.Bedieningspanelen uitgevoerd als toetsenblok: Druk op het bedieningspaneel van de printer op de
Informatieknop en selecteer vervolgens met de pijltoetsen het menu met het pictogram Ethernet
. Druk op de knop OK om het menu te openen en het IP-adres of de hostnaam weer te geven.
Bedieningspanelen met aanraakscherm: Raak op het bedieningspaneel van de printer de
Informatieknop aan en selecteer vervolgens het pictogram Netwerk om het IP-adres of de
hostnaam weer te geven.
b.Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt
weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van
de computer. De EWS wordt geopend.
OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet
veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de
computer niet beschadigen.
2.Klik op het tabblad Beveiliging.
NLWWFuncties voor beveiliging van de printer85
3.Open het menu Algemene beveiliging.
4.In het gedeelte Het lokale beheerderswachtwoord instellen voert u de naam in bij het wachtwoord in het
veld Gebruikersnaam.
5.Voer in het vak Nieuw wachtwoord het wachtwoord in en doe dit opnieuw in het vak Wachtwoord
bevestigen.
OPMERKING: Als u een bestaand wachtwoord wilt wijzigen, moet u eerst het huidige wachtwoord
invoeren in het veld Oud wachtwoord.
6.Klik op de knop Toepassen.
OPMERKING: Noteer het wachtwoord en bewaar het op een veilige plaats. Het beheerderswachtwoord
kan niet worden hersteld. Als u het beheerderswachtwoord bent vergeten of kwijtgeraakt, neem dan
contact op met HP Support op support.hp.com voor de vereiste hulp bij het helemaal opnieuw instellen van
de printer.
Gebruikers aanmeldgegevens verstrekken op het bedieningspaneel van de printer
Enkele functies op het bedieningspaneel kunnen beveiligd zijn, zodat mensen zonder de juiste rechten deze niet
kunnen gebruiken. Wanneer een functie beveiligd is, vraagt de printer u om u aan te melden voordat u de functie
kunt gebruiken. U kunt zich ook aanmelden voordat u ernaar wordt gevraagd door op het bedieningspaneel op
de knop Aanmelden te drukken.
De aanmeldgegevens voor de printer zijn doorgaans hetzelfde als voor het netwerk. Neem contact op met de
netwerkbeheerder voor deze printer als u vragen hebt over welke gegevens u moet gebruiken.
1.Selecteer in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Aanmelden.
2.Volg de aanwijzingen om de aanmeldgegevens in te voeren.
OPMERKING: Om te zorgen dat de printer goed beveiligd blijft, selecteert u de optie Afmelden als u klaar bent
met het gebruik van de printer.
IP Security
IPsec (IP Security) is een reeks protocollen voor het beheer van IP-netwerkverkeer van en naar de printer. IPsec
voorziet in vericatie tussen hosts, gegevensintegriteit en codering van netwerkcommunicatie.
Voor printers die zijn aangesloten op het netwerk en een HP Jetdirect Print Server bevatten, kunt u IPsec
congureren op het tabblad Netwerk van de geïntegreerde webserver van HP.
Ondersteuning van codering: HP High Performance Secure Hard Disks
Deze harde schijf is voorzien van hardwaregebaseerde codering zodat u veilig gevoelige gegevens kunt opslaan
zonder nadelige invloed op de prestaties van de printer. Deze harde schijf werkt met de laatste AES-standaard
(Advanced Encryption Standard) en beschikt over veelzijdige tijdsbesparende eigenschappen en robuuste
functionaliteit.
Gebruik het menu Beveiliging van de geïntegreerde webserver van HP om de schijf te congureren.
De formatter vergrendelen
De formatter heeft een sleuf waarop u een beveiligingskabel kunt aansluiten. Door de formatter te vergrendelen,
voorkomt u dat iemand waardevolle onderdelen uit de formatter verwijdert.
86Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
Instellingen voor energiebesparing
●
Afdrukken met EconoMode
●
De sluimertimer instellen en de printer zo congureren dat het maximaal 1 watt verbruikt
NLWWInstellingen voor energiebesparing87
Afdrukken met EconoMode
Deze printer beschikt over de optie EconoMode, waarmee u conceptversies van documenten kunt afdrukken.
Door EconoMode te gebruiken, verbruikt u minder toner. De afdrukkwaliteit kan in EconoMode echter minder zijn.
●
EconoMode congureren via de printerdriver
●
EconoMode congureren op het bedieningspaneel van de printer
HP raadt doorlopend gebruik van de EconoMode af. Als de EconoMode voortdurend wordt gebruikt, is het
mogelijk dat de toner langer meegaat dan de mechanische onderdelen van de tonercartridge. Als de
afdrukkwaliteit slechter wordt en niet meer acceptabel is, is het verstandig de tonercartridge te vervangen.
OPMERKING: Als deze optie niet beschikbaar is in de printerdriver, kunt u deze instellen op het
bedieningspaneel van de printer.
EconoMode congureren via de printerdriver
1.Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma.
2.Selecteer de printer en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren.
3.Klik op het tabblad Papier/Kwaliteit.
4.Klik op het selectievakje EconoMode om de functie in te schakelen en klik op OK.
EconoMode congureren op het bedieningspaneel van de printer
Gebruik het bedieningspaneel van de printer om de EconoMode-instellingen te wijzigen
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
●Kopiëren/afdrukken of Afdrukken
●Standaardafdrukopties
●EconoMode
3.Selecteer Aan of Uit om deze functie in of uit te schakelen.
De sluimertimer instellen en de printer zo congureren dat het maximaal 1 watt
verbruikt
De sluimerinstellingen bepalen het energieverbruik van de printer, de wek-/sluimertijd, hoe snel de printer naar
de slaapstand gaat en hoe snel de printer uit de slaapstand ontwaakt.
Als u de printer zodanig wilt congureren dat deze 1 Watt of minder energie verbruikt in de sluimermodus, voert
u tijden in voor zowel de instelling Sluimermodus na inactiviteit als Automatisch uitschakelen na sluimermodus.
1.Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en
selecteer vervolgens het pictogram Instellingen.
2.Open de volgende menu's:
88Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
●Algemeen
●Energie-instellingen
●Sluimerinstellingen
3.Selecteer Sluimermodus na inactiviteit om het aantal minuten van inactiviteit in te stellen voordat de
slaapstand wordt ingeschakeld. Voer de juiste tijdsperiode in.
4.Selecteer Automatisch uitschakelen na sluimermodus om de printer na een periode in de slaapstand in de
energiebesparende modus te zetten. Voer de juiste tijdsperiode in.
OPMERKING: Standaard wordt de printer na elke andere activiteit dan USB- of Wi-Fi met de aan-uitknop
uit de sluimermodus gehaald. Voor meer energie-instellingen kunt u Afsluiten (Alleen activeren met aan-
uitknop) selecteren om in te stellen dat de printer alleen met de aan-uitknop uit de sluimermodus kan
worden gehaald.
5.Selecteer Gereed om de instellingen op te slaan.
HP Web Jetadmin
HP Web Jetadmin is een bekroond, toonaangevend hulpprogramma voor het eiciënt beheren van een groot
scala aan HP-apparaten binnen een netwerk, inclusief printers, multifunctionele printers en digitale
verzendapparatuur. Met deze oplossing kunt u op afstand installeren, onderhouden, problemen oplossen en uw
afdruk- en beeldvormingsomgeving beschermen - om zo uiteindelijk de productiviteit van uw bedrijf te vergroten
door u te helpen tijd te besparen, de kosten te beheersen en uw investering te beschermen.
Er worden regelmatig updates voor HP Web Jetadmin uitgegeven om ondersteuning te bieden voor specieke
productfuncties. Ga naar www.hp.com/go/webjetadmin voor meer informatie.
Software- en rmware-updates
HP geeft regelmatig updates uit voor functies die beschikbaar zijn in de rmware van de printer. Update de
printerrmware om gebruik te maken van de meest actuele functies. Download de meest recente rmware-
update van internet:
Ga naar www.hp.com/support/ljM507. Klik op Drivers & software.
NLWWHP Web Jetadmin89
90Hoofdstuk 5 De printer beherenNLWW
Loading...
+ hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.