Bosch WAU28P00NL User manual

0 (0)

Register

your

new

 

 

 

device

MyBosch

 

on

now

 

getfree

 

and

benefits:

bosch

 

 

-home

 

.com/

welcome

Wasmachine

WAU28P00NL

[nl] Gebruiksaanwijzing en montagehandleiding

nl

 

Inhoudsopgave

 

Veiligheid.........................................

4

Algemene aanwijzingen ...................

4

Bestemming van het apparaat.........

4

Inperking van de gebruikers ............

5

Veilige installatie...............................

5

Veiliger gebruik ................................

8

Veilige reiniging en onderhoud ......

10

Materiële schade vermijden .........

12

Milieubescherming en bespa-

 

ring.................................................

13

Afvoeren van de verpakking ..........

13

Zuinig met energie en hulpbron-

 

nen..................................................

13

Energiebesparingsmodus ..............

14

Opstellen en aansluiten................

14

Apparaat uitpakken ........................

14

Inhoud van de verpakking..............

15

Vereisten ten aanzien van de

 

opstelplaats ....................................

15

Transportbeveiligingen verwijde-

 

ren ..................................................

16

Apparaat aansluiten .......................

18

Stellen van het apparaat ................

19

Uw apparaat leren kennen............

20

Apparaat.........................................

20

Wasmiddellade...............................

21

Bedieningselementen.....................

21

Bedieningslogica............................

21

Display ...........................................

23

Toetsen ..........................................

26

Programma's .................................

28

Accessoires...................................

34

Voor het eerste gebruik ................

34

Wascyclus zonder wasgoed

 

starten.............................................

34

Wasgoed........................................

35

Wasgoed voorbereiden..................

35

Wasgoed sorteren..........................

36

Mate van verontreiniging................

36

Verzorgingsaanwijzingen op ver-

 

zorgingslabels ................................

36

Wasmiddel en wasverzorgings-

 

middel ............................................

37

Wasmiddelaanbeveling ..................

37

Wasmiddeldosering .......................

38

De Bediening in essentie..............

38

Apparaat inschakelen ....................

38

Programma instellen ......................

39

Programma-instellingen aanpas-

 

sen..................................................

39

Programma-instellingen opslaan....

39

Trommel vullen met wasgoed ........

39

Wasmiddel en wasverzorgings-

 

middel doseren ..............................

40

Starten van het programma ...........

40

Wasgoed bijvullen ..........................

40

Progr. annuleren.............................

41

Wasgoed uitnemen ........................

41

Apparaat uitschakelen ...................

41

Kinderslot ......................................

41

Kinderslot inschakelen ...................

41

Kinderslot deactiveren....................

41

Intelligent doseersysteem ............

42

Doseerbakje vullen.........................

42

Inhoud van het doseerreservoir .....

43

Basisdoseerhoeveelheid ................

43

Basisinstellingen ..........................

44

Overzicht over de basisinstellin-

 

gen .................................................

44

Basisinstellingen wijzigen...............

44

Reiniging en onderhoud ...............

45

Tips voor onderhoud van het

 

toestel .............................................

45

2

nl

Trommel reinigen ...........................

45

Schoonmaken van de wasmid-

 

dellade............................................

45

Ontkalken .......................................

47

Afvoerpomp reinigen......................

47

Waterafvoerslang op de sifon

 

reinigen...........................................

49

Zeef in de watertoevoer reini-

 

gen..................................................

50

Storingen verhelpen .....................

53

Foutcode / foutindicatie / sig-

 

naal.................................................

53

Functiestoringen.............................

55

Geluiden .........................................

59

Probleem resultaat .........................

59

Ondichtheid ....................................

61

Geurtjes ..........................................

62

Noodontgrendeling.........................

63

Transporteren, opslaan en af-

 

voeren ............................................

63

Apparaat demonteren ....................

63

Transportbeveiligingen plaatsen ....

63

Apparaat opnieuw in gebruik ne-

 

men.................................................

64

Afvoeren van uw oude apparaat....

64

Servicedienst.................................

65

Productnummer (E-nr.) en pro-

 

ductienummer (FD) ........................

65

Verbruikswaarden.........................

66

Technische gegevens...................

66

3

nl Veiligheid

Veiligheid

Houd de informatie omtrent veiligheid aan, zodat u het apparaat veilig kunt gebruiken.

Algemene aanwijzingen

Hier vindt u algemene informatie over deze gebruiksaanwijzing.

¡Lees deze gebruiksaanwijzing zorgvuldig door. Alleen dan kunt u het apparaat veilig en efficiënt gebruiken.

¡Deze gebruiksaanwijzing is bestemd voor de monteur en de gebruiker van het apparaat.

¡Neem de veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen in acht.

¡Bewaar de gebruiksaanwijzing en de productinformatie voor later gebruik of voor volgende eigenaren.

¡Controleer het apparaat na het uitpakken. Sluit het apparaat in geval van transportschade niet aan.

Bestemming van het apparaat

Om het apparaat veilig en op de juiste manier te gebruiken dient u de aanwijzingen over het beoogd gebruik in acht te nemen. Gebruik het apparaat uitsluitend:

¡volgens deze opstellingshandleiding en gebruiksaanwijzing.

¡om wasmachinebestendig textiel en wol voor de handwas volgens het onderhoudsetiket te wassen.

¡met leidingwater en gangbare, voor de wasmachine geschikte wasmiddelen en onderhoudsmiddelen.

¡voor huishoudelijk gebruik en in gesloten ruimtes binnen de huiselijke omgeving.

¡tot een hoogte van maximaal 4000 m boven zeeniveau.

4

Veiligheid nl

Inperking van de gebruikers

Voorkom risico's voor kinderen en kwetsbare personen.

Dit apparaat kan worden bediend door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met fysieke, sensorische of geestelijke beperkingen of met gebrekkige ervaring en/of kennis, indien zij onder toezicht staan of zijn geïnstrueerd in het veilige gebruik van het apparaat en de daaruit resulterende gevaren hebben begrepen. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.

Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet worden uitgevoerd door kinderen indien deze niet onder toezicht staan.

Zorg ervoor dat kinderen tot 3 jaar en huisdieren niet bij het apparaat kunnen komen.

Veilige installatie

Neem de veiligheidsvoorschriften in acht bij het installeren van het apparaat.

WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor een elektrische schok!

¡Ondeskundige installaties zijn gevaarlijk.

Het apparaat uitsluitend aansluiten en gebruiken volgens de gegevens op het typeplaatje.

Het apparaat uitsluitend via een volgens de voorschriften geïnstalleerd stopcontact met randaarde op een stroomnet met wisselstroom aansluiten.

Het randaardesysteem van de elektrische huisinstallatie moet conform de elektrotechnische voorschriften zijn geïnstalleerd. De installatie moet zijn voorzien van een afdoende grote aderdiameter.

Bij het gebruik van een aardlekschakelaar alleen een type met het teken gebruiken.

Nooit het apparaat via een externe schakelinrichting voeden, bijvoorbeeld een tijdschakelaar of besturing op afstand.

5

nl Veiligheid

Wanneer het apparaat is ingebouwd, moet de netstekker van de netaansluitkabel vrij toegankelijk zijn, of wanneer vrije toegang niet mogelijk is, moet in de vast geplaatste elektrische installatie een alpolige scheidingsinrichting volgens de installatievoorschriften worden ingebouwd.

Bij het opstellen van het apparaat erop letten dat het netsnoer niet wordt afgeklemd of beschadigd.

¡Een beschadigde isolatie van het netsnoer is gevaarlijk.

Nooit het aansluitsnoer met hete apparaatonderdelen of warmtebronnen in contact brengen.

Nooit het aansluitsnoer met scherpe punten of randen in contact brengen.

Het aansluitsnoer nooit knikken, knellen of veranderen.

WAARSCHUWING ‒ Risico van brand!

Het gebruik van een verlengd netsnoer en niet-toegestane adapters is gevaarlijk.

Geen verlengsnoeren of meervoudige stopcontacten gebruiken.

Als het netsnoer te kort is, contact opnemen met de servicedienst.

Alleen door de fabrikant goedgekeurde adapters gebruiken.

WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor letsel!

¡Het hoge gewicht van het apparaat kan bij het optillen letsels veroorzaken.

Het apparaat niet alleen optillen.

¡Als dit apparaat op ondeskundige wijze in een was-droogzuil wordt opgesteld, kan het opgestelde apparaat naar beneden vallen.

De droger uitsluitend met de verbindingset van de drogerfabrikant op een wasmachine stapelen Een andere plaatsingsmethode is niet toegestaan.

Het apparaat niet in een was-droogzuil opstellen als de drogerfabrikant geen passende verbindingsset aanbiedt.

Geen apparaten van verschillende fabrikanten en met verschillende diepte en breedte in een was-droogzuil opstellen.

6

Veiligheid nl

Geen was-droogzuil op een platform opstellen, de apparaten kunnen kantelen.

WAARSCHUWING ‒ Verstikkingsgevaar!

Kinderen kunnen verpakkingsmateriaal over het hoofd trekken en hierin verstrikt raken en stikken.

Verpakkingsmateriaal uit de buurt van kinderen houden.

Laat kinderen niet met verpakkingsmateriaal spelen.

VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor letsel!

¡Het apparaat kan tijdens het bedrijf trillen of bewegen.

Het apparaat op een schone, vlakke en stevige ondergrond opstellen.

Het apparaat middels de apparaatvoeten en een waterpas horizontaal stellen.

¡Bij ondeskundig gelegde slangen en netaansluitleidingen bestaat er struikelgevaar.

De slangen en aansluitkabels zodanig leggen dat men er niet over kan struikelen.

¡Wanneer het apparaat aan uitstekende onderdelen wordt verplaatst, zoals bijvoorbeeld de vuldeur, dan kunnen de onderdelen afbreken.

Het apparaat niet aan uitstekende onderdelen verplaatsen.

VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor snijwonden!

Scherpe randen aan het apparaat kunnen bij aanrakingen tot snijwonden leiden.

Het apparaat niet aan scherpe randen aanraken.

Veiligheidshandschoenen gebruiken bij installatie en transport van het apparaat.

7

nl Veiligheid

Veiliger gebruik

Neem bij gebruik van het apparaat de veiligheidsaanwijzingen in acht.

WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor een elektrische schok!

¡Een beschadigd apparaat of een beschadigd netsnoer is gevaarlijk.

Nooit een beschadigde apparaat gebruiken.

Nooit aan het netsnoer trekken, om het apparaat van het elektriciteitsnet te scheiden. Altijd aan de stekker van het netsnoer trekken.

Wanneer het apparaat of het netsnoer is beschadigd, dan direct de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen of de zekering in de meterkast uitschakelen en de kraan sluiten.

"Neem contact op met de servicedienst." → Pagina 65

Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties aan het apparaat uitvoeren.

¡Binnendringend vocht kan een elektrische schok veroorzaken.

Gebruik het apparaat alleen in gesloten ruimtes.

Stel het apparaat nooit bloot aan grote hitte en vochtigheid.

Geen stoomreiniger, hogedrukreiniger, slangen of sproeiers gebruiken om het apparaat te reinigen.

WAARSCHUWING ‒ Gezondheidsrisico!

Kinderen kunnen zich in het apparaat opsluiten en in levensgevaar geraken.

Het apparaat niet opstellen achter een deur die het openen van de apparaatdeur blokkeert of verhindert.

Bij afgedankte apparaten de stekker van het netsnoer uit het stopcontact halen, daarna het netsnoer doorknippen en het slot van de apparaatdeur dusdanig beschadigen, dat de apparaatdeur niet langer sluit.

8

Veiligheid nl

WAARSCHUWING ‒ Verstikkingsgevaar!

Kinderen kunnen kleine onderdelen inademen of inslikken en hierdoor stikken.

Kleine onderdelen uit de buurt van kinderen houden.

Kinderen niet met kleine onderdelen laten spelen.

WAARSCHUWING ‒ Vergiftigingsgevaar!

Wasen verzorgingsmiddelen kunnen bij inname tot vergiftigingen leiden.

Bij per ongeluk inslikken een arts raadplegen.

Wasen verzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen bewaren.

WAARSCHUWING ‒ Explosiegevaar!

Wanneer wasgoed met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen werd voorbehandeld, kan dit in het apparaat tot een explosie leiden.

Voorbehandeld wasgoed voor het wassen grondig met water spoelen.

VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor letsel!

¡Bij het op het apparaat klimmen of klauteren kan de afdekplaat breken.

Niet op het apparaat klimmen of klauteren.

¡Bij het zitten of leunen op de geopende deur kan het apparaat kantelen.

Niet op de apparaatdeur zitten of leunen.

Geen voorwerpen op de apparaatdeur plaatsen.

¡Grijpen in de draaiende trommel kan tot letsel aan de handen leiden.

Wacht tot de trommel volledig stil staat voordat u met uw hand in de trommel grijpt.

VOORZICHTIG ‒ Gevaar voor verbranding!

Het glas van de apparaat deur wordt heet bij het wassen met hoge temperaturen.

Raak de hete apparaatdeur niet aan.

Houd kinderen uit de buurt van de hete apparaatdeur.

9

nl Veiligheid

VOORZICHTIG ‒ Risico van verbranding!

Het sop wordt heet bij het wassen met hoge temperaturen.Raak het hete sop niet aan.

VOORZICHTIG ‒ Corrosiegevaar!

Bij het openen van de wasmiddellade kunnen wasmiddel en verzorgingsmiddel uit het apparaat spatten. Contact met ogen of huid kan tot irritaties leiden.

Bij contact met wasmiddelen of verzorgingsmiddelen de ogen of de huid grondig spoelen met schoon water.

Bij per ongeluk inslikken een arts raadplegen.

Wasen verzorgingsmiddelen buiten bereik van kinderen bewaren.

Veilige reiniging en onderhoud

Neem de veiligheidsvoorschriften in acht bij het reinigen en onderhouden van het apparaat.

WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor een elektrische schok!

¡Ondeskundige reparaties zijn gevaarlijk.

Alleen daarvoor geschoold vakpersoneel mag reparaties aan het apparaat uitvoeren.

Er mogen uitsluitend originele reserveonderdelen worden gebruikt voor reparatie van het apparaat.

Als het netsnoer van dit apparaat beschadigd raakt, moet het ter vermijding van risico's worden vervangen door de fabrikant, de servicedienst of een andere gekwalificeerde persoon.

¡Binnendringend vocht kan een schok veroorzaken.

Geen stoomreiniger, hogedrukreiniger, slangen of sproeiers gebruiken om het apparaat te reinigen.

WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor letsel!

Het gebruiken van niet originele reserveonderdelen en niet originele accessoires is gevaarlijk.

Gebruik uitsluitend originele reserve-onderdelen en originele accessoires van de fabrikant.

10

Veiligheid nl

WAARSCHUWING ‒ Vergiftigingsgevaar!

Bij het gebruik van oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen kunnen giftige dampen ontstaan.

Geen oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen gebruiken.

11

nl Materiële schade vermijden

Materiële schade vermijden

Houd deze aanwijzing aan om materiële schade en schade aan het apparaat te vermijden.

LET OP!

¡Een verkeerde dosering van wasverzachters, wasmiddelen, verzorgingsmiddelen en reinigingsmiddelen kan de werking van het apparaat beïnvloeden.

De doseeraanbevelingen van de fabrikant aanhouden.

¡Het overschrijden van de maximale beladingshoeveelheid heeft invloed op de werking van het apparaat.

De "maximale beladingshoeveelheid" → Pagina 28 voor elk programma aanhouden en niet overschrijden.

¡Het apparaat is voor transport met transportbeveiligingen geborgd. Niet verwijderde transportbeveiligingen kunnen leiden tot materiële schade en schade aan het apparaat.

Voor inbedrijfstelling alle transportbeveiligingen volledig verwijderen en bewaren.

Voor elk transport alle transportbeveiligingen volledig inbouwen, om transportschade te vermijden.

¡De ondeskundige aansluiting van de watertoevoerslang kan tot materiële schade leiden.

De schroefverbindingen aan de watertoevoer handvast aantrekken.

De watertoevoerslang het best direct zonder bijkomende verbindingselementen, zoals adapter, verlengstuk, ventiel of dergelijke op de waterkraan aansluiten.

Erop letten dat de binnendiameter van de waterkraan minstens 17 mm bedraagt.

Erop letten dat de lengte van de schroefdraad aan de aansluiting naar de waterkraan minstens 10 mm bedraagt.

¡Een te lage of te hoge waterdruk kan de apparaatfunctie hinderen.

Zorg ervoor dat de waterdruk aan de watervoorzieningsinstallatie minimaal 100 kPa (1 bar) en maximaal 1000 kPa (10 bar) bedraagt.

Wanneer de waterdruk de aangegeven maximale waarde overschrijdt, dan moet een reduceerventiel tussen de drinkwateraansluiting en de slangenset van het apparaat worden geïnstalleerd.

Het apparaat niet op de mengkraan van een drukloze geiser of boiler aansluiten.

¡Veranderde of beschadigde waterslangen kunnen tot materiële schade en schade aan het apparaat leiden.

Nooit waterslangen knikken, knellen, veranderen of doorsnijden.

Alleen meegeleverde waterslangen of originele reserveslangen gebruiken.

Nooit gebruikte waterslangen hergebruiken.

¡Het gebruik van het apparaat met vervuild of te heet water kan materiële schade veroorzaken.

Het apparat uitsluitend met koud leidingwater gebruiken.

¡Ongeschikte reinigingsmiddelen kunnen de oppervlakken van het apparaat beschadigen.

Geen scherpe of schurende reinigingsmiddelen gebruiken.

Geen sterk alcoholhoudende reinigingsmiddelen gebruiken.

12

Geen harde schuurof afwassponsjes gebruiken.

Het apparaat uitsluitend reinigen met water en een zachte, vochtige doek.

Bij contact met het apparaat direct alle wasmiddelresten, sproeinevelresten of restanten verwijderen.

Milieubescherming en besparing

Bescherm het milieu door het apparaat op een hulpbronnenbesparende manier te gebruiken en herbruikbare materialen op de juiste manier af te voeren.

Afvoeren van de verpakking

De verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen worden hergebruikt.

De afzonderlijke componenten op soort gescheiden afvoeren.

Bij uw dealer en uw gemeenteof deelraadskantoor kunt u informatie verkrijgen over de actuele afvoermethoden.

Zuinig met energie en hulpbronnen

Als u deze aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat minder stroom en water.

Programma's met lage temperaturen en langere wastijden gebruiken en de "maximale beladingscapaciteit" → Pagina 28 gebruiken.

Het energieverbruik en het waterverbruik zijn het efficiëntst.

Milieubescherming en besparing nl

Zuinige programma-instelling gebruiken.

Wanneer u de programma-instel- lingen voor een programma aanpast, dan toont het display het te verwachten verbruik.

Wasmiddel overeenkomstig de mate van verontreiniging van het wasgoed "doseren" → Pagina 38.

Voor een lichte tot normale mate van verontreiniging is een geringe hoeveelheid wasmiddel voldoende. Houd het doseeradvies van de fabrikant van het wasmiddel aan.

Wastemperatuur bij licht en normaal verontreinigd wasgoed reduceren.

Bij lage temperaturen verbruikt het apparaat weinig energie. Voor een lichte tot normale verontreiniging zijn ook lagere temperaturen dan op het verzorgingslabel vermeld afdoende.

Maximaal toerental instellen, wanneer het wasgoed aansluitend in de wasdroger gedroogd moet worden.

Droger wasgoed verkort de programmaduur bij het drogen en verlaagt het energieverbruik. Met een hoger centrifugetoerental vermindert de restvochtigheid in de was en het volume van het centrifugeren verhoogt.

Wasgoed zonder voorwas wassen.

Het wassen met voorwas verlengt de programmaduur en verhoogt het energieen waterverbruik.

Het apparaat beschikt over een beladingsautomaat.

De beladingsautomaat past het waterverbruik en de programmaduur optimaal aan de textielsoort en de beladingscapaciteit aan.

13

nl Opstellen en aansluiten

Het apparaat beschikt over een aquasensor.

De aquasensor controleert tijdens het spoelen de troebelheid van het spoelwater en past de duur en het aantal spoelcycli overeenkomstig aan.

Energiebesparingsmodus

Wanneer u het apparaat langere tijd niet bediend, dan schakelt het apparaat automatisch naar de energiebespaarstand. Alle aanwijzingen verdwijnen en knippert.

De energiebespaarmodus wordt afgesloten, wanneer u het apparaat opnieuw bedient, bijv. de deur opent of sluit.

Wanneer u het apparaat in de energiebespaarmodus langere tijd niet bediend, dan schakelt het apparaat automatisch uit.

Opstellen en aansluiten

Waar en hoe u het apparaat het beste opstelt, komt u hier te weten. Bovendien komt u te weten hoe u het apparaat op de watertoevoer en het elektriciteitsnet aansluit.

Apparaat uitpakken

Aanwijzing Neem de informatie over het onderwerp "veiligheid"

→ Pagina 4 en "materiële schade vermijden" → Pagina 12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.

LET OP!

Voorwerpen die in de trommel achterblijven, en die niet voor het gebruik van het apparaat bedoeld zijn, kunnen tot materiëleen apparaatschade leiden.

Voor gebruik alle deze voorwerpen en de meegeleverde accessoires uit de trommel verwijderen.

1.Verpakkingsmateriaal en bescherming volledig van het apparaat verwijderen.

Voor de milieuvriendelijke afvoer van het verpakkingsmateriaal dient u de informatie over het onderwerp

"Afvoeren van de verpakking", Pagina 13 in acht te nemen.

2.Controleer het apparaat op zichtbare beschadigingen.

3.De deur openen.

"De Bediening in essentie", Pagina 38

4.De accessoires uit de trommel verwijderen.

5.De deur sluiten.

14

Opstellen en aansluiten nl

Inhoud van de verpakking

Controleer na het uitpakken alle onderdelen op transportschade en de volledigheid van de levering.

 

1

1

Wasmachine

2

Begeleidende documenten

3

Watertoevoerslang

4

Afdekkapjes

4

2 3

Vereisten ten aanzien van de opstelplaats

Het apparaat kan bij het centrifugeren "wandelen". Houd de aanwijzingen voor de opstellocatie aan.

Aanwijzing Neem de informatie over het onderwerp "veiligheid"

→ Pagina 4 en "materiële schade vermijden" → Pagina 12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.

15

nl Opstellen en aansluiten

WAARSCHUWING

Gevaar voor een elektrische schok!

Het apparaat bevat spanningsvoerende delen. Het aanraken van spanningsvoerende delen is gevaarlijk.

Gebruik het apparaat niet zonder afdekplaat.

WAARSCHUWING Gevaar voor letsel!

Bij gebruik op een sokkel kan het apparaat kantelen.

De apparaatvoeten voor inbedrijfstelling op een sokkel absoluut met de "bevestigingen"

→ Pagina 34 van de fabrikant bevestigen.

LET OP!

¡Wanneer het apparaat in vorstgevaarlijke zones of buiten wordt opgesteld, dan kan bevroren restwater het apparaat beschadigen en bevroren slangen kunnen scheuren of barsten.

Het apparaat niet op vorstgevoelige plaatsen of buiten plaatsen en gebruiken.

¡Het apparaat werd voor het verlaten van de fabriek aan een functietest onderworpen en kan restwater bevatten. Dit restwater kan lekken als het apparaat meer dan 40° wordt gekanteld.

Het apparaat voorzichtig kantelen.

Opstelplaats

Eisen

Op een sokkel

Het apparaat met

 

"borglippen"

 

→ Pagina 34 beves-

 

tigen.

Opstelplaats

Eisen

Op een vloer met hou-

Het apparaat op een

ten balken

waterbestendige hou-

 

ten plaat plaatsen,

 

welke vast met vloer

 

is geschroefd. De hou-

 

ten plaat moet mini-

 

maal 30 mm dik zijn.

In een keuken

¡Een nisbreedte van 60 cm is noodzakelijk.

¡Het apparaat alleen onder een doorlopend werkblad plaats, welke vast met de naastliggende kast is verbonden.

Aan een wand

Geen slangen tussen

 

wand en apparaat in-

 

klemmen.

Transportbeveiligingen verwijderen

Het apparaat is voor transport met transportbeveiligingen aan de achterzijde van het apparaat geborgd.

Aanwijzingen

¡Neem de informatie over het onderwerp "veiligheid" → Pagina 4 en "materiële schade vermijden"

→ Pagina 12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.

¡Bewaar de transportbeveiligingen, de bouten en hulzen voor een toekomstig "transport" → Pagina 63.

1. De slangen uit de houders trekken.

16

Bosch WAU28P00NL User manual

2.Alle bouten van de 4 transportbe-

veiligingen met een steeksleutel SW13 losmaken en verwijderen .

3.De netaansluitkabel uit de houder trekken.

4. De 4 hulzen verwijderen.

Opstellen en aansluiten nl

5. De 4 afdekkappen plaatsen.

6.De 4 afdekkappen naar beneden duwen.

17

nl Opstellen en aansluiten

Apparaat aansluiten

Sluit uw apparaat aan op het elektriciteitsnet, de watertoevoer en de waterafvoer.

Watertoevoerslang aansluiten

Aanwijzing Neem de informatie over het onderwerp "veiligheid"

→ Pagina 4 en "materiële schade vermijden" → Pagina 12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.

1.De watertoevoerslang op het apparaat aansluiten.

2.De watertoevoerslang op de kraan (26,4 mm = 3/4") aansluiten.

3.De kraan voorzichtig openen en controleren of de aansluitingen dicht zijn.

Aansluitsoorten waterafvoer

De informatie helpt u dit apparaat op de waterafvoer aan te sluiten.

Aanwijzing Neem de informatie over het onderwerp "veiligheid"

→ Pagina 4 en "materiële schade vermijden" → Pagina 12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.

LET OP!

Bij het afpompen staat de waterafvoerslang onder druk en kan van de geïnstalleerde aansluitpositie losraken.

De waterafvoerslang tegen onbedoeld losraken borgen.

Afvoer in een sifon. De aansluitpositie met een slangklem (24-40 mm) borgen.

Afvoer in een wastafel.

De waterafvoerslang met een "bochtstuk"

→ Pagina 34 fixeren en borgen.

Afvoer in en kunststof standpijp met rubbe- ren mof of in een af- voerputje. De waterafvoerslang

met een "bochtstuk"

→ Pagina 34 fixeren en borgen.

Apparaat elektrisch aansluiten

Aanwijzing Neem de informatie over het onderwerp "veiligheid"

→ Pagina 4 en "materiële schade vermijden" → Pagina 12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.

1.De netstekker van het aansluitsnoer van het apparaat in een stopcontact in de omgeving van het apparaat steken.

18

De aansluitgegevens van het apparaat vindt u in de "technische gegevens" → Pagina 66.

2.De netstekker op vastheid controleren.

Stellen van het apparaat

Om geluiden en trillingen te reduceren en het wandelen van het apparaat te vermijden, stelt u het apparaat horizontaal.

Aanwijzing Neem de informatie over het onderwerp "veiligheid"

→ Pagina 4 en "materiële schade vermijden" → Pagina 12 in acht om uw apparaat veilig te kunnen gebruiken.

1.De contramoeren met een steeksleutel SW17 losdraaien.

2.Om het apparaat te stellen, aan de apparaatvoetjes draaien. De horizontale afstelling van het apparaat met waterpas controleren.

Opstellen en aansluiten nl

Alle apparaatvoeten moeten stevig op de grond staan.

3.De contramoeren met een steeksleutel SW17 handvast tegen de behuizing aantrekken.

Het apparaatvoetje daarbij vasthouden en niet in de hoogte verstellen.

19

nl Uw apparaat leren kennen

Uw apparaat leren kennen

Lees meer over de onderdelen van uw apparaat.

Apparaat

Hier vindt u een overzicht van de onderdelen van uw apparaat.

3

4

5

6

2

7

7

 

1

Afhankelijk van het apparaattype kunnen details op de afbeelding verschillen, bijv. de kleur en de vorm.

1

"Serviceklep en pomp" → Pagina 47

7

"Transportbeveiligingen" → Pagina 16

2

Deur

 

 

3

"Wasmiddellade" → Pagina 21

 

 

4

"Bedieningselementen"

 

 

5

→ Pagina 21

 

 

"Waterafvoerslang" → Pagina 18

 

 

6

"Netaansluitkabel" → Pagina 18

 

 

20

 

 

Uw apparaat leren kennen nl

Wasmiddellade

1

Compartiment voor handmatige dose-

Hier vindt u een overzicht over het

2

ring

/ : Doseerreservoir voor wasver-

verwijderen van de wasmiddellade.

 

3

zachter of wasmiddel

 

: Doseerreservoir voor wasmiddel

1 2 3

Bedieningselementen

Via de bedieningselementen kunt u alle functies van uw apparaat instellen en informatie krijgen over de gebruikstoestand.

1

1

2

3

1

"Programma's" → Pagina 28

2

"Programmakiezer" → Pagina 38

3

"Toetsen" → Pagina 26 en "display"

 

→ Pagina 23

Bedieningslogica

Sommige bereiken van het display reageren op aanrakingen. U activeert instellingen door op de toetsen te drukken. De geactiveerde instellingen

21

Loading...
+ 47 hidden pages