3-859-543-41(1)
Mini Hi-Fi
Component
System
Gebruiksaanwijzing |
|
NL |
|
|
|
Instruzioni per l’uso |
|
I |
f
MHC-RX70
MHC-RX80
©1996 by Sony Corporation
WAARSCHUWING
Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen.
Om gevaar voor elektrische schokken te vermijden, dient u de behuizing van het apparaat nooit te openen. Laat onderhoud en eventuele reparatie over aan bevoegd vakpersoneel.
Plaats het apparaat niet in een gesloten ruimte, zoals een boekenrek of ingebouwde kast.
De laser in dit apparaat is in staat om straling uit te zenden die de limiet van klasse 1 overschrijdt.
Dit apparaat is geklassificeerd als een KLASSE 1 LASER produkt. De aanduiding CLASS 1 LASER PRODUCT bevindt zich aan de achterkant van het apparaat.
Binnenin het apparaat bevindt zich het nevenstaande waarschuwingslabel.
Bij dit produkt zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA.
Deze stereo-installatie is voorzien van het B-type Dolby* ruisonderdrukkingssysteem.
* Dolby ruisonderdrukking geproduceerd onder licentie van: Dolby Laboratories Licensing Corporation.
DOLBY en het dubbel D symbool a zijn handelsmerken van: Dolby Laboratories Licensing Corporation.
2
Inhoudsopgave |
|
Voorbereidingen |
|
Stap 1: Aansluiten van de stereo- |
|
installatie ........................................... |
4 |
Stap 2: Gelijkzetten van de klok ........... |
6 |
Stap 3: Vastleggen van uw favoriete |
|
radiozenders ..................................... |
6 |
Aansluiten van externe audio/ |
|
video-apparatuur ............................. |
7 |
Basisbediening |
|
Afspelen van een compact disc .......... |
10 |
Opnemen van een compact disc ........ |
12 |
Luisteren naar de radio ....................... |
13 |
Opnemen van een radio-uitzending . 15 |
|
Afspelen van een cassette ................... |
16 |
Kopiëren van bandopnamen |
|
(dubbing) ........................................ |
17 |
Compact disc speler |
|
Gebruik van het CD uitleesvenster.... |
19 |
Herhaalde weergave van |
|
muziekstukken op CD .................. |
19 |
Willekeurige weergave van |
|
muziekstukken op CD .................. |
20 |
Programma-weergave van |
|
muziekstukken op CD .................. |
21 |
Weergave van de CD’s zonder |
|
onderbreking tussen de |
|
muziekstukken ............................... |
22 |
Cassettedeck |
|
Handmatig opnemen ........................... |
23 |
Geprogrammeerde opname |
|
van een CD ..................................... |
24 |
Diskjockey-effecten |
|
Repeteerweergave van een |
|
muziekpassage op CD .................. |
26 |
“Flits” weergave van een |
|
muziekpassage op CD .................. |
26 |
Toonregeling met golf-effekt .............. |
27 |
Instellen van de weergave |
|
Bijregelen van het geluid ..................... |
28 |
Kiezen van een akoestiek-instelling .... |
29 |
Bijregelen van de akoestiek- |
|
instelling .......................................... |
30 |
Vastleggen van uw eigen akoestiek- |
NL |
instellingen ..................................... |
32 |
Extra funkties |
|
Karaoke: Meezingen met muziek ...... |
33 |
Met muziek in slaap vallen ................. |
34 |
Met muziek gewekt worden ............... |
35 |
Schakelklok-opname van radio- |
|
uitzendingen................................... |
36 |
Aanvullende informatie |
|
Voorzorgsmaatregelen ........................ |
38 |
Verhelpen van storingen ..................... |
39 |
Technische gegevens ............................ |
42 |
Index ....................................................... |
44 |
3
Voorbereidingen
Stap1:Aansluitenvandestereo-installatie
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 5 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de bijgeleverde snoeren en ander toebehoren.
AM-kaderantenne
Rechter akoestiek-luidspreker |
Linker akoestiek-luidspreker |
FM-draadantenne
5
3
1 |
1 |
2 |
|
1 |
4 |
|
|
|
Rechter voorluidspreker |
|
Linker voorluidspreker |
1Sluit de voorluidsprekers aan.
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de SPEAKER klemmen met dezelfde kleur. Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de antennes, om storing in de weergave te voorkomen.
Steek enkel het vrijgemaakte uiteinde in de aansluiting.
R
+ |
L |
|
|
|
+ |
|
– |
Rood (Ô)* Zwart (Õ)*
*Het is mogelijk dat de kleur van uw luidsprekersnoeren niet overeenkomt met de kleur van de klemmen op deze stereo-installatie. Zie de hand-
leiding van de luidsprekers voor nadere 4 bijzonderheden.
2Sluit de akoestiek-luidsprekers aan. (Alleen voor de MHC-RX80)
Sluit de luidsprekersnoeren aan op de SPEAKER klemmen met dezelfde kleur.
Steek enkel het vrijgemaakte uiteinde in de aansluiting.
R
L + –
Rood (Ô)* Zwart (Õ)*
*Het is mogelijk dat de kleur van uw luidsprekersnoeren niet overeenkomt met de kleur van de klemmen op deze stereo-installatie. Zie de handleiding van de luidsprekers voor nadere
bijzonderheden.
3Sluit de FMen AM-antennes aan.
Zet de kaderantenne in elkaar en sluit deze aan.
Strek de FMdraadantenne zover
AM-kaderantenne mogelijk horizontaal uit. (bijgeleverd)
FM75
COAXIAL
AM
4Steek de stekker van het netsnoer in het stopkontakt.
De demonstratiefunktie wordt ingeschakeld en de bijbehorende aanduidingen verschijnen in het uitleesvenster.
5Schakel de demonstratiefunktie uit door op de DISPLAY/DEMO toets te drukken terwijl de stereoinstallatie is uitgeschakeld.
De demonstratiefunktie wordt ook uitgeschakeld wanneer u de tijd instelt.
Plaats twee R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening
]
} }
]
Tip
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet meer goed op de afstandsbediening reageert, vervangt u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit verwijderen, om schade door eventuele batterijlekkage en corrosie te vermijden.
Wanneer u de stereo-installatie vervoert
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het CD-mechanisme te beschermen:
1Druk meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar totdat de aanduiding “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2Houd de PLAY MODE toets ingedrukt en druk dan op de POWER toets om de installatie uit te schakelen.
5
Stap2:Gelijkzetten vandeklok
Om de schakelklok-funkties te kunnen gebruiken, zult u eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd moeten instellen.
1 2,4 3,5
0 ) |
¹ |
¤ á¸
1 Druk op de CLOCK TIMER SET toets.
De uur-aanduiding begint te knipperen.
2 Stel het uur in door de instelknop te verdraaien tot het juiste uur wordt aangegeven.
De ingebouwde klok werkt met een 12uurs cyclus.
3 Druk op de ENTER/NEXT toets.
De minuten-aanduiding begint te knipperen.
4 Stel de minuten in door de instelknop te verdraaien tot de juiste minuut wordt aangegeven.
5 Druk op de ENTER/NEXT toets.
De klok begint te lopen.
Tips
•Heeft u een fout gemaakt, begin dan opnieuw vanaf stap 1.
•Bij het gelijkzetten van de klok wordt de demonstratiefunktie automatisch uitgeschakeld. Om de demonstratiefunktie opnieuw in te
schakelen, drukt u op de DISPLAY/DEMO toets 6 terwijl de stereo-installatie uitgeschakeld is.
Opmerking
Bij het gelijkzetten van de klok moet u de akoestiekaanduiding in het uitleesvenster in een andere stand dan spectrum-analyzer 3 zetten. (Zie “Veranderen van de akoestiek-aanduidingen” op blz. 30.)
Stap3:Vastleggen vanuwfavoriete radiozenders
Bij het model met drie afstembanden kunt u maximaal 40 favoriete radiozenders vastleggen: 20 voor de FM, 10 voor de middengolf en 10 voor de langegolf.
Bij het model met vier afstembanden kunt u 45 radiozenders vastleggen: 20 voor de FM, 10 voor de middengolf, 10 voor de langegolf en 5 voor de UKV.
POWER 3,5 |
6 2 1 4 |
0 ) |
¹ |
¤ á¸
1 Druk net zovaak op de TUNER/ BAND toets tot de gewenste afstemband in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de afstemband als volgt:
Het aantal afstembanden dat u kunt ontvangen hangt af van het model dat u heeft.
Er is een model met vier afstembanden en een model met drie afstembanden.
Model met drei afstembanden:
FM nMW nLW n Model met vier afstembanden:
FM nMW nLW nUKV* n
*Als u de UKV band kiest, verschijnt de aanduiding “STEREO PLUS” in het uitleesvenster.
2 Druk net zovaak op de TUNING MODE toets totdat de aanduiding “AUTO” in het uitleesvenster verschijnt.
3 Draai aan de instelknop.
De tuner begint nu de afstemband te doorzoeken, om te stoppen wanneer er op een duidelijk doorkomende zender is afgestemd. In het uitleesvenster verschijnt de aanduiding “TUNED” (en ook “STEREO” als er een stereo radiouitzending wordt ontvangen).
TUNED
STEREO
VOLUME
AUTO
MHz
4 Druk op de TUNER MEMORY toets.
In het uitleesvenster verschijnt een voorinstelnummer.
Voorinstelnummer
TUNED
STEREO
VOLUME
AUTO
5 Draai aan de instelknop om in te stellen op het gewenste voorinstelnummer voor de ontvangen zender.
6 Druk op de ENTER/NEXT toets.
De zender wordt nu vastgelegd onder uw gekozen nummer.
7 Herhaal de stappen 1 t/m 6 voor elk van de voorkeurzenders die u wilt vastleggen.
Afstemmen op een zender die te zwak is voor automatische afstemming
Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en draai dan aan de instelknop om op de gewenste zender af te stemmen.
Vastleggen onder een ander nummer
Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1.
Tip
De vastgelegde voorkeurzenders zullen na het verwijderen van de stekker uit het stopkontakt of na uitvallen van de stroom ongeveer 12 uur lang in het afstemgeheugen bewaard blijven.
Aansluitenvan externeaudio/videoapparatuur
Voor een veelzijdig gebruik van uw stereoinstallatie kunt er los verkrijgbare apparatuur op aansluiten. Zie voor nadere bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzing van elk aan te sluiten apparaat.
Aansluiten van audioapparatuur
Kies een van de volgende twee aansluitmethoden, afhankelijk van de apparatuur die u heeft.
Aansluiten van een minidiscrecorder voor het maken van digitale opnamen
Sluit de minidisc-recorder via een optische kabel aan voor het maken van digitale opnamen van CD’s op minidisc.
Naar de DIGITAL IN aansluiting van de minidisc-recorder
wordt vervolgd
7
Aansluiten van externe audio/ video-apparatuur (vervolg)
Aansluiten van een minidiscrecorder voor het maken van analoge opnamen
Steek de stekkers in de aansluitbussen met dezelfde kleur. Voor het luisteren naar de weergave van de aangesloten minidiscrecorder, drukt u meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de aanduiding “MD” verschijnt.
Naar de audio- |
Naar de audio- |
uitgang van de |
ingang van de |
minidisc-recorder |
minidisc-recorder |
Tip
Als u een platenspeler met een MM magnetisch element aansluit op de VIDEO/MD IN aansluitingen, gebruikt u dan voor het aansluiten de los verkrijgbare MM equalizer-voorversterker EQ-2 en een audio-aansluitsnoer. Voor het luisteren naar de weergave van de platenspeler, drukt u meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de aanduiding “VIDEO” verschijnt.
Opmerkingen
•U moet zowel de linker als de rechter akoestiekluidspreker aansluiten, anders is er geen geluid (alleen voor de MHC-RX80).
•Als u bij meermalen indrukken van de FUNCTION keuzeschakelaar de “MD” instelling niet kunt kiezen, druk dan, terwijl de stereoinstallatie is uitgeschakeld, op de POWER schakelaar terwijl u de FUNCTION keuzeschakelaar ingedrukt houdt. De “VIDEO” aanduiding verandert hierdoor in “MD”. Om weer naar “VIDEO” terug te keren, herhaalt u de procedure.
Aansluiten van een videorecorder
Steek de stekkers in de aansluitbussen met dezelfde kleur. Voor het luisteren naar het geluid van de aangesloten videorecorder, drukt u meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de aanduiding “VIDEO” verschijnt.
Naar de audio-uitgang van de videorecorder
Opmerking
•Als het geluid vervormd klinkt wanneer u “VIDEO” kiest, schakelt dan over op “MD” (zie “Opmerkingen” hiernaast)
8
Aansluiten van buitenantennes
Voor de beste radio-ontvangst is het aanbevolen een of meer buitenantennes aan
FM-antenne
Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne ann. U kunt ook gebruik maken van een TV-
antenne.
IEC standaard antennestekker
(niet bijgeleverd) Schroefklem
FM75
COAXIAL
AM y
Aardingsdraad (niet bijgeleverd)
AM-antennes
Sluit een geisoleerde draad van 6 tot 15 meter lengte ann op de AM antenne-assnsluiting.
Laat tevens de AM-kaderantenne aangesloten.
Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd)
Schroefklem
FM75 COAXIAL
AM
y
Aardingsdraad (niet bijgeleverd)
Belangrijk
Bji gebruik van een buitenantenne dient deze via de schroefklem ygeaard te worden,ter
bescherming tegen blikseminslag. Sluit de |
|
aardings draad nooit ann op een gasleiding; |
|
gazien de kans op een gasexplosie is dit |
9 |
uiterst gevaarlijk. |
Voorbereidingen
Stap1:Aansluitenvandestereo-installatie
Volg de onderstaande aanwijzingen van 1 t/m 4 om uw stereo-installatie aan te sluiten met de bijgeleverde snoeren en ander toebehoren.
Rechter akoestiek-luidspreker Linker akoestiek-luidspreker
1 1
AM-kaderantenne
FM-draadantenne
4
2
1
1 |
Rechter voorluidspreker
1Sluit de voorluidsprekers aan.
1.Sluit de luidsprekersnoeren van de voorluidsprekers aan op de SPEAKER klemmen met dezelfde kleur.
Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de antennes, om storing in de weergave te voorkomen.
Steek enkel het vrijgemaakte uiteinde in de aansluiting.
R
+ |
L |
|
|
|
+ |
|
– |
1
3
Linker voorluidspreker
2.Sluit de luidsprekersnoeren van de akoestiekluidsprekers aan op de SURROUND SPEAKER klemmen met dezelfde kleur.
Houd de luidsprekersnoeren uit de buurt van de antennes, om storing in de weergave te voorkomen.
4 Rood (Ô) Zwart (Õ)
Opmerking
Plaats de akoestiekluidsprekers niet bovenop een TV-toestel. Dit zou storing in de kleurweergave van de TV kunnen veroorzaken.
Steek enkel het vrijgemaakte uiteinde in de aansluiting.
R
+ |
L |
|
|
|
+ |
|
– |
Grijs (Ô) Zwart (Õ)
2Sluit de FMen AM-antennes aan.
Zet de kaderantenne in elkaar en sluit
deze aan.
AM-kaderantenne (bijgeleverd)
FM75
COAXIAL
AM
3Steek de stekker van het netsnoer in het stopkontakt.
De demonstratiefunktie wordt ingeschakeld en de bijbehorende aanduidingen verschijnen in het uitleesvenster.
4Schakel de demonstratiefunktie uit door op de DISPLAY/DEMO toets te drukken terwijl de stereoinstallatie is uitgeschakeld.
De demonstratiefunktie wordt ook uitgeschakeld wanneer u de tijd instelt.
wordt vervolgd
5
Stap 1: Aansluiten van de stereoinstallatie (vervolg)
Plaats twee R6 (AA-formaat) batterijen in de afstandsbediening
]
} }
]
Tip
Bij normaal gebruik zal een stel batterijen ongeveer zes maanden meegaan. Als de stereo-installatie niet meer goed op de afstandsbediening reageert, vervangt u dan beide batterijen door nieuwe.
Opmerking
Wanneer u de afstandsbediening geruime tijd niet gebruikt, kunt u beter de batterijen eruit verwijderen, om schade door eventuele batterijlekkage en corrosie te vermijden.
Wanneer u de stereo-installatie vervoert
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen om het CD-mechanisme te beschermen:
1Druk meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar totdat de aanduiding “CD” in het uitleesvenster verschijnt.
2Houd de PLAY MODE toets ingedrukt en druk dan op de POWER toets om de installatie uit te schakelen.
Stap2:Gelijkzetten vandeklok
Om de schakelklok-funkties te kunnen gebruiken, zult u eerst de ingebouwde klok op de juiste tijd moeten instellen.
1 2,4 3,5
0 ) |
¹ |
¤ á¸
1 Druk op de CLOCK/TIMER SET toets.
De uren-aanduiding begint te knipperen.
2 Stel het uur in door de instelknop te verdraaien tot het juiste uur wordt aangegeven.
De ingebouwde klok werkt met een 12uurs cyclus.
3 Druk op de ENTER/NEXT toets.
De minuten-aanduiding begint te knipperen.
4 Stel de minuten in door de instelknop te verdraaien tot de juiste minuut wordt aangegeven.
6
5 Druk op de ENTER/NEXT toets.
De klok begint te lopen.
Tips
•Heeft u een fout gemaakt, begin dan opnieuw vanaf stap 1.
•Bij het gelijkzetten van de klok wordt de demonstratiefunktie automatisch uitgeschakeld. Om de demonstratiefunktie opnieuw in te schakelen, drukt u op de DISPLAY/DEMO toets terwijl de stereo-installatie uitgeschakeld is.
Opmerking
Bij het gelijkzetten van de klok moet u de akoestiekaanduiding in het uitleesvenster in een andere stand dan spectrum-analyzer 3 zetten. (Zie “Veranderen van de akoestiek-aanduidingen” op blz. 31.)
Stap3:Vastleggen vanuwfavoriete radiozenders
Bij het model met 3 afstembanden kunt u 40 favoriete radiozenders vastleggen: 20 voor de FM, 10 voor de middengolf en 10 voor de langegolf. Bij het model met 4 afstembanden kunt u 45 radiozenders vastleggen: 20 voor de FM, 10 voor de middengolf, 10 voor de langegolf en 5 voor de UKV.
POWER |
3,5 6 |
2 1 4 |
0 |
) |
¹ |
|
¤ |
Ḡ|
1 Druk net zovaak op de TUNER/ BAND toets tot de gewenste afstemband in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de afstemband als volgt:
Model met 3 afstembanden: FM nMW nLW
n
Model met 4 afstembanden:
FM nMW nLW nUKV*
n
*Als u de UKV band kiest, verschijnt de aanduiding “STEREO PLUS” in het uitleesvenster.
wordt vervolgd
7
Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders (vervolg)
2 Druk net zovaak op de TUNING MODE toets totdat de aanduiding “AUTO” in het uitleesvenster verschijnt.
3 Draai aan de instelknop.
De tuner begint nu de afstemband te doorzoeken, om te stoppen wanneer er op een duidelijk doorkomende zender is afgestemd. In het uitleesvenster verschijnt de aanduiding “TUNED” (en ook “STEREO” als er een stereo radiouitzending wordt ontvangen).
TUNED
STEREO
VOLUME
AUTO
MHz
4 Druk op de TUNER MEMORY toets.
In het uitleesvenster verschijnt een
voorinstelnummer.
Voorinstelnummer
TUNED
STEREO
VOLUME
AUTO
5 Draai aan de instelknop om in te stellen op het gewenste voorinstelnummer voor de ontvangen zender.
6 Druk op de ENTER/NEXT toets.
De zender wordt nu vastgelegd onder uw gekozen nummer.
7 Herhaal de stappen 1 t/m 6 voor elk van de voorkeurzenders die u wilt vastleggen.
Afstemmen op een zender die te zwak is voor automatische afstemming
Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en draai dan aan de instelknop om op de gewenste zender af te stemmen.
Vastleggen onder een ander nummer
Volg de aanwijzingen weer vanaf stap 1.
Tip
De vastgelegde voorkeurzenders zullen na het verwijderen van de stekker uit het stopkontakt of na uitvallen van de stroom ongeveer 12 uur lang in het afstemgeheugen bewaard blijven.
Aansluitenvan externeaudio/videoapparatuur
Voor een veelzijdig gebruik van uw stereoinstallatie kunt er los verkrijgbare apparatuur op aansluiten. Zie voor nadere bijzonderheden tevens de gebruiksaanwijzing van elk aan te sluiten apparaat.
Aansluiten van audioapparatuur
Kies een van de volgende twee aansluitmethoden, afhankelijk van de apparatuur die u heeft.
Aansluiten van een minidiscrecorder voor het maken van digitale opnamen
Sluit de minidisc-recorder via een optische kabel aan voor het maken van digitale opnamen van CD’s op minidisc.
Naar de DIGITAL IN aansluiting van de minidisc-recorder
8
Aansluiten van een minidiscrecorder voor het maken van analoge opnamen
Steek de stekkers in de aansluitbussen met dezelfde kleur. Voor het luisteren naar de weergave van de aangesloten minidiscrecorder, drukt u meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de aanduiding “MD” verschijnt.
Naar de audio- |
Naar de audio- |
uitgang van de |
ingang van de |
minidisc-recorder |
minidisc-recorder |
Opmerking
Als u bij meermalen indrukken van de FUNCTION keuzeschakelaar de “MD” instelling niet kunt kiezen, druk dan, terwijl de stereo-installatie is uitgeschakeld, op de POWER schakelaar terwijl u de FUNCTION keuzeschakelaar ingedrukt houdt.
De “VIDEO” aanduiding verandert hierdoor in “MD”. Om weer naar “VIDEO” terug te keren, herhaalt u de procedure.
Tip
Als u een platenspeler met een MM magnetisch element aansluit op de VIDEO/MD IN aansluitingen, gebruikt u dan voor het aansluiten de los verkrijgbare MM equalizer-voorversterker EQ-2 en een audio-aansluitsnoer. Voor het luisteren naar de weergave van de platenspeler, drukt u meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de aanduiding “VIDEO” verschijnt.
Aansluiten van een ultralaagluidspreker
U kunt op dit apparaat ook een los verkrijgbare “superwoofer” ultralage-tonen luidspreker aansluiten.
Naar de ultralaag-luidspreker
Aansluiten van een videorecorder
Steek de stekkers in de aansluitbussen met dezelfde kleur. Voor het luisteren naar het geluid van de aangesloten videorecorder, drukt u meermalen op de FUNCTION keuzeschakelaar tot in het uitleesvenster de aanduiding “VIDEO” verschijnt.
Naar de audio-uitgang van de videorecorder
Opmerking
Als het geluid vervormd klinkt wanneer u “VIDEO” kiest, schakelt dan over op “MD” (zie de
“Opmerking” hiernaast).
wordt vervolgd
9
Aansluiten van externe audio/ video-apparatuur (vervolg)
Aansluiten van buitenantennes
Voor de beste radio-ontvangst is het aanbevolen een of meer buitenantennes aan te sluiten.
FM-antenne
Sluit een los verkrijgbare FM-buitenantenne ann. U kunt ook gebruik maken van een TVantenne.
IEC standaard antennestekker
(niet bijgeleverd) Schroefklem
FM75
COAXIAL
AM
y
Belangrijk
Bji gebruik van een buitenantenne dient deze via de schroefklem y geaard te worden,ter bescherming tegen blikseminslag. Sluit de aardingsdraad nooit aan op een gasleiding; gezien de kans op aan gasexplosie is dit uiterst gevaarlijk.
Aardingsdraad (niet bijgeleverd)
AM-antennes
Sluit een geïsoleerde draad van 6 tot 15 meter lengte aan op de AM antenne-aansluiting. Laat tevens de AM-kaderantenne aangesloten.
Geïsoleerde draad (niet bijgeleverd)
Schroefklem
FM75 COAXIAL
AM
y
Aardingsdraad (niet bijgeleverd)
10
Basisbediening
Afspelenvaneen compactdisc
— Normale weergave
Met deze stereo-installatie kunt u tot drie compact discs achtereen afspelen.
POWER 0 ) |
2 1 Ḡ|
|
0 ) |
|
¹ |
|
¤ |
Ḡ|
¼ |
â |
¼ |
â |
» á |
¹ |
¹ |
» á |
¤¤
1/ALL DISCS DISC SKIP ¹ VOLUME
EX-CHANGE CD (
P p
=+ 0)
V
B |
b |
VOL +/– |
v
1 Druk op de ¤OPEN/CLOSE toets en leg een of twee compact discs in de disc-lade. Als een disc niet goed geplaatst is, kan deze niet worden afgespeeld.
Met de bedrukte |
Ḡ|
|
¹ |
label-kant boven. |
|
Voor het afspelen |
|
van een 8 cm CD |
|
singletje plaatst u |
|
dit in de binnenste |
|
uitsparing van de |
|
disc-lade. |
|
Voor het inleggen van een derde compact disc drukt u op de DISC SKIP EX-CHANGE toets om het disc-plateau door te draaien.
2 Druk op een van de DISC 1-3 toetsen. De disc-lade sluit en het afspelen van de gekozen CD begint.
Als u op de Ḡtoets (of op de á toets van de afstandsbediening) drukt met de disc-lade dicht, dan begint het afspelen vanaf het begin van de CD in de disc-uitsparing waarvan het nummer (toets) groen oplicht
Nummer van de |
Verstreken |
disc-uitsparing |
speelduur |
VOLUME
ALL 1DISCS
Muziekstuknummer
10
Voor het |
Doet u het volgende |
Stoppen met |
Druk op de ¹toets (of op |
afspelen |
de ptoets van de |
|
afstandsbediening). |
|
|
Pauzeren |
Druk op de á¸toets (of |
|
op de P toets van de |
|
afstandsbediening). Druk |
|
nogmaals op de toets om |
|
de weergave te hervatten. |
|
|
Opzoeken van een |
Draai de instelknop tijdens |
muziekstuk |
weergave of pauzeren naar |
|
rechts (om vooruit te gaan) |
|
of naar links (om terug te |
|
gaan) en laat de knop los |
|
bij het gewenste muziekstuk. |
|
Ook kunt u de +toets |
|
(om vooruit te gaan) of de |
|
=toets (om terug te |
|
gaan) op de afstandsbe- |
|
diening gebruiken. |
Opzoeken van een |
Druk tijdens weergave op |
punt in een |
de ) of 0 toets (of op |
muziekstuk |
de )/0toets van de |
|
afstandsbediening) en laat |
|
de toets bij het gewenste |
|
punt los. |
|
|
Kiezen van een |
Druk op de DISC 1-3 toets |
compact disc in |
of op de DISC SKIP EX- |
de stopstand |
CHANGE toets. |
|
|
Afspelen van |
Druk net zovaak op de 1/ |
alleen de eerste |
ALL DISCS toets tot er “1 |
compact disc |
DISC” wordt aangegeven. |
|
|
Afspelen van |
Druk net zovaak op de 1/ |
alle CD’s |
ALL DISCS toets tot er |
|
“ALL DISCS” wordt |
|
aangegeven. |
|
|
Uitnemen of |
Druk op de ¤OPEN/ |
verwisselen van |
CLOSE toets. |
een compact disc |
|
|
|
Verwisselen van een |
Druk op de DISC SKIP EX- |
andere CD tijdens |
CHANGE toets. |
weergave |
|
|
|
Bijregelen van de |
Draai aan de VOLUME |
geluidssterkte |
regelaar (of druk op de |
|
VOL +/– toets van de |
|
afstandsbediening). |
|
|
Tips
•Bij indrukken van de á¸toets wanneer de stereo-installatie nog uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en begint het afspelen van de compact disc, mits er een CD in de disclade aanwezig is (één-toets weergavestart).
•U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron en de weergave van een
compact disc starten, eenvoudig met een druk op de á¸toets of een van de DISC 1-3 toetsen (automatische geluidsbron-keuze).
•Als er geen CD in de disc-lade aanwezig is, verschijnt de aanduiding “CD NO DISC”.
•Tijdens het afspelen van een disc of wanneer er is ingeschakeld op een bepaalde disc-uitsparing zal de DISC 1-3 toets van de betreffende discuitsparing groen oplichten.
Basisbediening
11
Opnemenvaneen
compactdisc
— CD synchroon-opname
Met behulp van de CD SYNCHRO toets kunt u een compact disc snel en doeltreffend op de band opnemen. U kunt TYPE I (normaalband) of TYPE II (CrO2-band) cassettes gebruiken. Het opnamenivo wordt automatisch ingesteld.
DISC SKIP |
4 |
2 |
POWER EX-CHANGE |
||
0 ) |
|
¹ |
¤ á¸
¼ |
â |
¼ |
â |
» á |
¹ |
¹ |
» á |
¤¤
DOLBY NR 3 5 ¹ 1
1 Druk op de ¤ EJECT toets en plaats een voor opnemen geschikte cassette in deck B.
Met de kant |
â |
¼ |
voor opname |
¹ |
ȇ |
|
|
|
naar u toe |
|
|
gericht. |
|
|
|
|
¤ |
2 Druk op de ¤OPEN/CLOSE toets en plaats een compact disc.
Druk dan nogmaals op de toets om de disc-lade te sluiten.
Als de indikator voor de gewenste discuitsparing niet groen oplicht, druk dan net zovaak op de DISC SKIP EXCHANGE toets tot de indikator groen oplicht.
Met de bedrukte |
¹ |
|
Ḡ|
label-kant boven. |
|
Voor het afspelen |
|
van een 8 cm CD |
|
singletje plaatst u |
|
dit in de binnenste |
|
uitsparing van de |
|
disc-lade. |
|
3 Druk op de CD SYNCHRO toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te staan en de CD-speler komt in de weergavepauzestand te staan. De á aanduiding (voor de voorkant van de cassette) licht op.
4 Kies met de DIRECTION schakelaar de “A” instelling voor het opnemen op één cassettekant of de “a” (of “RELAY”) instelling voor het opnemen op beide cassettekanten.
5 Druk op de ¸toets van deck B.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de ¹stoptoets van deck B of van de CD-speler.
12
Tips
•Wilt u op de achterkant van de cassette beginnen met opnemen, druk dan op de » toets zodat de »aanduiding (voor de achterkant van de cassette) oplicht.
•Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt.
•Om storende bandruis in zacht doorkomende hoge frekwenties te onderdrukken, drukt u op de DOLBY NR schakelaar nadat u op de CD SYNCHRO toets heeft gedrukt, zodat in het uitleesvenster “DOLBY NR B” verschijnt.
Opmerking
Tijdens het opnemen kunt u niet naar een andere geluidsbron luisteren; daarvoor zult u eerst moeten stoppen met opnemen.
Luisterennaarde radio
— Geheugenafstemming
Leg eerst uw favoriete radiozenders in het afstemgeheugen vast (zie “Stap 3: Vastleggen van uw favoriete radiozenders”).
POWER |
3 2 |
1 |
0 ) |
¹ |
|
|
¤ |
Ḡ|
¼ |
â |
¼ |
â |
» á |
¹ |
¹ |
» á |
¤¤
VOLUME
STEREO/MONO
|
|
= + |
|
V |
TUNER BAND |
|
|
|
B |
b |
VOL +/– |
|
|
|
|
v |
|
wordt vervolgd
Basisbediening
13
Luisteren naar de radio (vervolg)
1 Druk net zovaak op de TUNER/ BAND toets tot de gewenste afstemband in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de afstemband als volgt:
Het aantal afstembanden dat u kunt ontvangen hangt af van het model dat u heeft.
Er is een model met vier afstembanden en een model met drie afstembanden.
Model met drei afstembanden:
FM nMW nLW n
Model met vier afstembanden:
FM nMW nLW nUKV* n
*Als u de UKV band kiest, verschijnt de aanduiding “STEREO PLUS” in het uitleesvenster.
2 Druk net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “PRESET” in het uitleesvenster verschijnt.
MANUAL nAUTO nPRESET
3 Draai aan de instelknop (of druk op de =of +toets van de afstandsbediening) om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender.
Draai naar links |
|
|
Draai naar rechts |
(of druk op de |
– |
+ |
(of druk op de |
=toets van |
+ toets van de |
||
de afstandsbe- |
|
|
afstandsbediening) |
diening) om af te |
|
|
om af te stemmen |
stemmen op een |
|
|
op een hoger |
lager genummerde |
genummerde |
||
zender. |
|
|
zender. |
Voorinstelnummer Afstemfrekwentie |
|||
|
|
|
TUNED |
|
|
|
STEREO |
|
|
|
VOLUME |
PRESET |
|
|
MHz |
Voor het |
|
Doet u het volgende |
|
Uitschakelen van |
|
Druk op de POWER |
|
de radio |
|
schakelaar. |
|
Bijregelen van de |
|
Draai aan de VOLUME |
|
geluidssterkte |
|
regelaar (of druk op de VOL |
|
|
|
+/– toets van de |
14 |
afstandsbediening). |
|
Luisteren naar radiozenders die niet zijn vastgelegd
Druk in stap 2 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en draai dan aan de instelknop om op de gewenste zender af te stemmen.
Tips
•Bij indrukken van de TUNER/BAND toets wanneer de stereo-installatie nog uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en begint de weergave van de laatst ontvangen radiozender (één-toets weergavestart).
•U kunt in één handeling overschakelen van een andere geluidsbron naar de tuner en de radioontvangst starten, eenvoudig met een druk op de TUNER/BAND toets (automatische geluidsbronkeuze).
•Wanneer een FM stereo radio-uitzending niet duidelijk doorkomt, drukt u op de STEREO/ MONO toets, zodat de aanduiding “MONO” oplicht. Het stereo-effekt zal nu verloren gaan, maar de radio-ontvangst zal helderder klinken. Druk nogmaals op de toets om weer naar stereogeluid te luisteren.
•Om de beste radio-ontvangst te vinden kan het nodig zijn verschillende standen van de bijgeleverde antennes uit te proberen.
Opnemenvaneen radio-uitzending
Na keuze van de gewenste vastgelegde voorkeurzender kunt u radio-uitzendingen op de band opnemen. U kunt TYPE I (normaalband) of TYPE II (CrO2-band) cassettes gebruiken. Het opnamenivo wordt automatisch ingesteld.
4 Druk op de ¤EJECT toets en plaats een voor opnemen geschikte cassette in deck B.
Met de kant |
â |
¼ |
voor opname |
¹ |
ȇ |
naar u toe |
|
|
gericht. |
|
|
|
|
¤ |
POWER |
6 3 |
2 |
1 |
0 |
) |
¹ |
|
|
|
¤ |
Ḡ|
¼ |
â |
¼ |
â |
» á |
¹ |
¹ |
» á |
¤¤
DOLBY NR |
5 7 |
¹ 4 |
|
1 Druk op de TUNER/BAND toets om de gewenste afstemband te kiezen.
2 Druk net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “PRESET” in het uitleesvenster verschijnt.
3 Draai aan de instelknop om af te stemmen op de gewenste voorkeurzender.
Draai naar links |
|
|
Draai naar rechts |
om af te |
|
|
om af te stemmen |
stemmen op |
– |
+ |
op een hoger |
|
|
||
een lager |
|
|
genummerde |
genummerde |
|
|
zender. |
zender. |
|
|
|
Voorinstelnummer |
|
Afstemfrekwentie |
|
|
|
|
TUNED |
|
|
|
STEREO |
|
|
|
VOLUME |
PRESET |
|
|
MHz |
5 Druk op de rtoets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te staan.
6 Kies met de DIRECTION schakelaar de “A” instelling voor het opnemen op één cassettekant of de “a” (of “RELAY”) instelling voor het opnemen op beide cassettekanten.
7 Druk op de ¸toets van deck B.
Het opnemen begint.
Stoppen met opnemen
Druk op de ¹ toets van deck B.
Tips
•Wilt u op de achterkant van de cassette beginnen met opnemen, druk dan op de »toets zodat de » aanduiding (voor de achterkant van de cassette) oplicht.
•Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt.
•Voor het opnemen van een uitzending van een radiozender die niet is vastgelegd, drukt u in stap 2 net zovaak op de TUNING MODE toets tot de aanduiding “MANUAL” verschijnt en dan draait u aan de instelknop om op de gewenste zender af te stemmen.
•Om storende bandruis in zacht doorkomende
hoge frekwenties te onderdrukken, drukt u op de DOLBY NR schakelaar nadat u op de r toets heeft gedrukt, zodat in het uitleesvenster “DOLBY NR B” verschijnt.
•Als er bij het opnemen van een radio-uitzending storing klinkt, kunt u dit verhelpen door de antenne voor de betreffende afstemband in een andere richting te draaien.
Basisbediening
15
Afspelenvaneen cassette
De cassettedecks zijn geschikt voor weergave van TYPE I (normaalband), TYPE II (CrO2band) en TYPE IV (metaalband) cassettes. Bij plaatsen van een cassette neemt het deck automatisch de bandsoort waar en stelt daarop in. Gebruik de DECK A en DECK B toetsen op de afstandsbediening om het gewenste deck te kiezen.
POWER DOLBY NR 2 |
VOLUME |
0 ) |
¹ |
¤ |
Ḡ|
¼ |
â |
¼ |
â |
» á |
¹ |
¹ |
» á |
¤¤
3 1 ¹ ¼/â ¸ ¹ 1 3
P p
0 )
DECK A (
DECK B (
V
B |
b |
VOL +/– |
v
1 Druk op de ¤EJECT toets en steek een bespeelde cassette in deck A of B.
Met de kant |
¼ |
â |
» á |
¹ |
|
die u wilt |
|
|
weergeven |
|
|
naar u toe |
|
|
gericht. |
|
|
|
¤ |
|
2 Kies met de DIRECTION schakelaar de “A” instelling voor het afspelen van één cassettekant of de “a”* instelling voor het afspelen van beide cassettekanten.
Kies de “RELAY”** instelling (kontinuweergave) voor het achter elkaar afspelen van de cassettes in beide decks.
3 Druk op de átoets.
Druk op de »toets om de achterkant van de cassette af te spelen.
Nu begint de weergave van de cassette.
*Het deck stopt automatisch nadat de cyclus, d.w.z. afspelen van beide cassettekanten, vijfmaal is herhaald.
**De kontinu-weergave gebeurt altijd in de onderstaande volgorde:
Deck A (voorkant), Deck A (achterkant),
Deck B (voorkant), Deck B (achterkant)
Voor het |
Doet u het volgende |
Stoppen met |
Druk op de ¹toets (of op |
afspelen |
de ptoets van de |
|
afstandsbediening). |
Pauzeren |
Druk op de ¸toets. Druk |
(alleen deck B) |
nogmaals op de toets om |
|
de weergave te hervatten. |
Vooruitspoelen |
Druk op de âtoets bij |
|
weergave van de voorkant |
|
en op de ¼toets bij |
|
weergave van de |
|
achterkant van de cassette. |
Terugspoelen |
Druk op de ¼toets bij |
|
weergave van de voorkant |
|
en op de âtoets bij |
|
weergave van de |
|
achterkant van de cassette. |
Uitnemen van Druk op de ¤toets. |
|
de cassette |
|
Bijregelen van de |
Draai aan de VOLUME |
geluidssterkte |
regelaar (of druk op de |
|
VOL +/– toets van de |
|
afstandsbediening). |
16
Tips
•Bij indrukken van de áof de »toets wanneer de stereo-installatie nog uit staat, wordt deze automatisch ingeschakeld en begint het afspelen van de cassette, mits er een cassette in het deck aanwezig is (één-toets weergavestart).
•U kunt in één handeling overschakelen van een
andere geluidsbron en de weergave van een cassette starten, eenvoudig met een druk op de á of de » toets (automatische geluidsbron-keuze).
•Om storende bandruis in zacht doorkomende hoge frekwenties te onderdrukken, drukt u op de DOLBY NR schakelaar zodat in het uitleesvenster “DOLBY NR B” verschijnt.
•Bij het kopiëren van een Dolby-B gekodeerde cassette zal de kopie-cassette eveneens Dolby-B gekodeerd zijn.
Kopiërenvan bandopnamen (dubbing)
— Kopiëren met hoge snelheid
U kunt TYPE I (normaalband) of TYPE II (CrO2-band) cassettes gebruiken. Het opnamenivo wordt automatisch ingesteld.
DOLBY
POWER NR 3
0 ) |
¹ |
¤ á¸
¼ |
â |
¼ |
â |
» á |
¹ |
¹ |
» á |
¤¤
1 ¹ 2 4 ¹ 1
1 Druk op de ¤EJECT toets plaats een bespeelde cassette in deck A en een voor opnemen geschikte cassette in deck B.
Met de kant |
¼ |
â |
» á |
¹ |
|
voor weergave/ |
|
|
opname naar u |
|
|
toe gericht. |
|
|
¤
2 Druk op de HIGH SPEED DUBBING toets.
Deck B komt in de opnamepauzestand te staan.
wordt vervolgd
Basisbediening
17
Kopiëren van bandopnamen (dubbing) (vervolg)
3 Kies met de DIRECTION schakelaar de “A” instelling voor het opnemen op één cassettekant of de “a” (of “RELAY”) instelling voor het opnemen op beide cassettekanten.
4 Druk op de ¸toets.
Het kopiëren begint.
Stoppen met kopiëren
Druk op de ¹toets van deck A of B.
Tips
•Wilt u op beide cassettekanten opnemen, begin dan aan de voorkant van de cassette met opnemen. Als u aan de achterkant begint, stopt het opnemen zodra het einde van die kant is bereikt.
•Als u de DIRECTION schakelaar op “a” zet en de cassettes in de decks een verschillende lengte hebben, zullen de cassettes onafhankelijk van elkaar op de andere kant overschakelen. Als u de schakelaar op “RELAY” zet, schakelen beide cassettes gelijktijdig op de andere kant over.
•Instellen van de DOLBY NR schakelaar is niet nodig. De cassette in deck B wordt automatisch van dezelfde kodering voorzien, d.w.z. met/ zonder Dolby, als de cassette in deck A.
18
Compact disc speler
GebruikvanhetCD uitleesvenster
In het uitleesvenster kunt u de resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk of de gehele compact disc kontroleren.
POWER DISPLAY/DEMO
0 ) |
¹ |
¤ á¸
/Druk tijdens CD-weergave enkele malen op de DISPLAY/DEMO toets.
Telkens wanneer u op deze toets drukt, verandert de aanduiding in het uitleesvenster als volgt:
nVerstreken speelduur van het weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur van het weergegeven muziekstuk.
µ
Resterende speelduur van de huidige compact disc (1 DISC stand) of “PLAY” aanduiding (ALL DISCS stand)
Normale klokµ (wordt acht sekonden aangegeven)
µ
Naam van effekt (P FILE) of “EFFECT ON (OFF)”
Kontroleren van de totale speelduur en het aantal muziekstukken op de CD
Druk in de stopstand éénmaal op de DISPLAY/DEMO toets.
Wanneer u nogmaals op de DISPLAY/ DEMO toets drukt, verschijnt de kloktijd voor acht sekonden en daarna worden weer de oorspronkelijke aanduidingen in het uitleesvenster getoond.
Herhaaldeweergave vanmuziekstukken opCD
— REPEAT weergave
Met de herhaalfunktie kunt u een enkele compact disc of alle CD’s laten herhalen met normale weergave, willekeurige weergave of programma-weergave.
POWER 1/ALL DISCS |
REPEAT |
0 ) |
¹ |
¤ á¸
/Druk tijdens CD-weergave op de REPEAT toets tot de aanduiding “REPEAT” verschijnt.
De herhaalde weergave begint. Volg de onderstaande aanwijzingen voor het omschakelen van de herhaalfunktie.
Voor het |
Drukt u net zovaak op |
herhalen van |
|
|
|
Alle muziekstukken |
de 1/ALL DISCS toets tot |
op de weergegeven |
het uitleesvenster “ |
CD |
1 DISC” aangeeft. |
|
|
ALL DISCS toets tot |
Alle muziekstukken de 1/ |
op alle compact |
het uitleesvenster “ALL |
discs |
DISCS” aangeeft. |
Een enkel |
de REPEAT toets tot het |
muziekstuk* |
uitleesvenster “REPEAT 1” |
|
aangeeft, tijdens weergave |
|
van het te herhalen |
|
muziekstuk. |
|
|
*Tijdens programma-weergave en willekeurige weergave is herhalen van een enkel muziekstuk niet mogelijk.
Uitschakelen van de herhaalfunktie
Druk net zovaak op de REPEAT toets totdat |
|
de “REPEAT” of “REPEAT 1” aanduiding in |
|
het uitleesvenster dooft. |
19 |
|
Willekeurige weergavevan muziekstukkenopCD
— SHUFFLE weergave
Alle muziekstukken van een compact disc of van alle compact discs kunnen in willekeurige volgorde worden weergegeven.
POWER 3 |
2 DISC 1-3 |
4 1 |
0 |
) |
¹ |
|
¤ |
Ḡ|
¼ |
â |
¼ |
â |
» á |
¹ |
¹ |
» á |
¤¤
1Druk net zovaak op de FUNCTION keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt en leg dan een of meer compact discs in de disc-lade.
2Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE” verschijnt.
3Druk op de 1/ALL DISCS toets en kies de “1 DISC” of “ALL DISCS” instelling.
Bij “ALL DISCS” worden de muziekstukken van alle CD’s in willekeurige volgorde weergegeven. Bij “1 DISC” worden de muziekstukken van de CD waarvan de DISC indikator groen oplicht in willekeurige volgorde weergegeven.
4 Druk op de ß toets.
De aanduiding “J” verschijnt en dan begint het afspelen in willekeurige volgorde.
Uitschakelen van de willekeurige weergave
Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “SHUFFLE” of “PROGRAM” in het uitleesvenster dooft. Hierna worden de muziekstukken in de normale volgorde weergegeven.
Kiezen van een gewenste compact disc
Druk op de DISC 1-3 toets.
Tips
•Ook tijdens normale weergave kunt u overschakelen op willekeurige weergave, door op de PLAY MODE toets te drukken totdat er “SHUFFLE” in het uitleesvenster verschijnt.
•Om een ongewenst muziekstuk over te slaan, draait u de instelknop naar rechts (of drukt u op de +toets van de afstandsbediening).
20
Programmaweergavevan muziekstukkenopCD
— PROGRAM weergave
U kunt uw eigen muziekselektie samenstellen door maximaal 32 nummers van alle CD’s te programmeren in de volgorde waarin u de muziek wilt horen.
POWER 2 4 3 |
¹ 5 7 1 |
0 ) |
¹ |
|
¤ Ḡ|
DISC SKIP
CD (
CHECK
CLEAR
V
B b
v
1 Druk net zovaak op de FUNCTION keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt en leg dan een of meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PROGRAM” verschijnt.
3 Druk op een van de DISC 1-3 toetsen om in te stellen op de CD met het gewenste muziekstuk.
4 Draai aan de instelknop tot het gewenste muziekstuk in het uitleesvenster wordt aangegeven.
Nummer van CD
VOLUME
1DISC PROGRAM
Nummer van muziekstuk
5 Druk op de ENTER/NEXT toets.
Het gekozen muziekstuk is nu in uw muziekprogramma opgenomen. Het woord “STEP” en het volgorde-nummer in het muziekprogramma verschijnen, gevolgd door de totale speelduur.
Totale speelduur
VOLUME
1DISC PROGRAM
Laatst geprogrammeerde muziekstuk
6 Voor elk muziekstuk dat u aan uw muziekprogramma wilt toevoegen, herhaalt u de stappen 3 t/m 5.
Voor het kiezen van een volgend muziekstuk van dezelfde compact disc kunt u stap 3 achterwege laten.
7 Druk op de á¸toets.
Alle geprogrammeerde muziekstukken worden dan in de door u gekozen volgorde afgespeeld.
Uitschakelen van de programmaweergave
Druk net zovaak op de PLAY MODE toets tot de aanduiding “PROGRAM” of “SHUFFLE” dooft.
wordt vervolgd
21
Programma-weergave van muziekstukken op CD (vervolg)
Voor het |
Doet u het volgende |
Kontroleren van |
Druk meermalen op de |
het programma |
CHECK toets van de |
|
afstandsbediening. Nadat |
|
het laatste muziekstuk is |
|
getoond, verschijnt |
|
“CHECK END”. |
|
|
Wissen van het |
Druk in de stopstand op |
laatste muziekstuk |
de CLEAR toets van de |
in het |
afstandsbediening. |
muziekprogramma |
|
|
|
Wissen van een |
Druk net zovaak op de |
bepaald muziekstuk |
CHECK toets van de |
in het |
afstandsbediening tot het |
muziekprogramma |
nummer van het |
|
muziekstuk dat u wilt |
|
wissen wordt getoond en |
|
druk vervolgens op de |
|
CLEAR toets. |
|
|
Toevoegen |
1 Kies de compact disc met |
van een |
de DISC 1-3 toetsen. |
muziekstuk |
2 Kies het muziekstuk met |
aan uw |
de instelknop. |
muziekprogramma |
3 Druk op de ENTER/ |
|
NEXT toets. |
|
|
Wissen van het |
Druk in de stopstand |
gehele |
éénmaal, of tijdens |
muziekprogramma |
weergave tweemaal, op de |
|
¹toets. |
|
|
Tips
•Een eenmaal vastgelegd muziekprogramma blijft ook na afspelen in het geheugen bewaard. Met een druk op de á¸toets kunt u hetzelfde programma dus nogmaals weergeven.
•Als tijdens programmeren in plaats van de totale speelduur “--.--” verschijnt, betekent dit:
–datu een muziekstuknummer boven de 20 heeft geprogrammeerd, of dat
–de totale geprogrammeerde speelduur meer bedraagt dan 100 minuten.
WeergavevandeCD’s zonderonderbreking tussendemuziekstukken
— Non-stop weergave
Bij non-stop weergave worden de muziekstukken op de CD’s direkt achter elkaar weergegeven; er is geen pauze tussen de muziekstukken.
POWER |
2 |
3 1 |
0 |
) |
¹ |
|
¤ |
Ḡ|
1 Druk net zovaak op de FUNCTION keuzeschakelaar tot de aanduiding “CD” verschijnt en leg dan een of meer compact discs in de disc-lade.
2 Druk op de NON-STOP toets zodat de indikator in de toets oplicht.
3 Druk op de á¸toets.
Uitschakelen van de non-stop weergave
Druk nogmaals op de NON-STOP toets zodat de indikator dooft.
22