Voor u de machine gebruikt, dient u deze Installatiehandleiding door te nemen voor een correcte configuratie en
installatie.
Sluit de interfacekabel nog NIET aan.
Pak de machine uit en controleer alle onderdelen
1
NetsnoerVeiligheidsinformatie
TelefoonsnoerInstallatiehandleiding
BedieningspaneelDrumeenheid
(inclusief standaard tonercartridge)
De verpakkingsmaterialen van de machine omvatten plastic zakken. Houd deze zakken uit de buurt van
baby's en kinderen om te vermijden dat ze er in stikken.
• De onderdelen in de verpakking kunnen variëren afhankelijk van het land waar u woont.
• Bewaar alle verpakkingsmaterialen en de doos voor het geval u de machine moet vervoeren.
• De interfacekabel wordt niet standaard meegeleverd. U moet zelf een geschikte interfacekabel aanschaffen
voor de interface die u wilt gebruiken (USB, parallel of netwerk).
USB-kabel
• Gebruik een USB 2.0-kabel (type A/B) die niet langer is dan 2 meter.
• Sluit de interfacekabel nog NIET aan. De interfacekabel wordt pas aangesloten tijdens het installeren van
Multi-Function.
• Wanneer u een USB kabel gebruikt, zorg er dan voor dat u hem aansluit op de USB poort van de computer
en niet op een USB poort van een toetsenbord of voedingloze USB hub.
Parallelle kabel
Gebruik GEEN parallelle interfacekabel die langer is dan 2 meter. Gebruik een geïsoleerde interfacekabel die
compatibel is met IEEE 1284.
Netwerkkabel
Gebruik een rechtstreekse categorie 5 (of hoger) twisted-pairkabel voor een 10BASE-T- of 100BASE-TX Fast
Ethernet-netwerk.
Wanneer u de machine verplaatst, houd hem dan vast bij de handgrepen onder de scanner. Neem de machine
bij het optillen NIET bij de bodem vast.
WAARSCHUWINGEN informeren u over de maatregelen die u moet treffen om
persoonlijk letsel te voorkomen.
VOORZICHTIG wijst u op procedures die u moet volgen of vermijden om
mogelijke lichte verwondingen te voorkomen.
BELANGRIJK wijst u op procedures die u moet volgen of vermijden om
problemen met de machine of schade aan de machine of andere voorwerpen
te voorkomen.
Pictogrammen die gevaar voor elektrische spanning aanduiden wijzen u op de
mogelijkheid voor elektrische schokken.
Pictogrammen die wijzen op hete oppervlakken waarschuwen u dat bepaalde
onderdelen van de machine erg heet kunnen worden.
Opmerkingen leggen uit hoe u in een bepaalde situatie moet reageren, of hoe
de huidige bewerking met andere functies werkt.
Geeft verwijzingen aan naar de gebruikershandleiding, softwarehandleiding of
netwerkhandleiding.
Houd voldoende ruimte vrij rond de machine, zoals hieronder weergegeven.
300 mm
200 mm
500 mm
130 mm
2
Plaats de drumeenheid
BELANGRIJK
1
en de tonercartridge-
2
Sluit de interfacekabel nog NIET aan.
module
aVerwijder de beschermende kleefband en folie
van de glasplaat.
bDruk op de ontgrendelknop voor het
frontdeksel en open het frontdeksel a.
dSchud hem soepel van de ene naar de andere
kant om de toner gelijkmatig binnen de module
te verdelen.
ePlaats de drumeenheid in de machine zodat
deze vastklikt.
cPak de drumeenheid en de tonercartridge-
module uit.
fSluit de voorklep van de machine.
3
Plaats papier in de
1
BELANGRIJK
1
1
3
papierlade
aTrek de papierlade volledig uit de machine.
dPlaats papier in de papierlade en controleer of
het papier niet boven de maximummarkering
a uitsteekt. De te bedrukken zijde moet naar
onder gericht zijn.
bHoud de blauwe ontgrendeling van de
papiergeleiders a ingedrukt en verschuif de
papiergeleiders voor het papierformaat dat u
wilt gebruiken. Controleer of de geleiders
stevig in de sleuven zitten.
cWaaier de stapel papier goed door om te
voorkomen dat papier vastloopt of scheef
wordt ingevoerd.
Controleer of de papiergeleiders de zijkanten
van het papier raken, zodat het papier goed
wordt toegevoerd.
ePlaats de papierlade weer in de machine. Zorg
ervoor dat hij geheel in de machine zit.
fKlap de steunklep uit a om te voorkomen dat
papier wegglijdt van de documentuitvoer met
bedrukte zijde naar beneden.
4
Het
Opmerking
BELANGRIJK
bedieningspaneel/deksel
4
bevestigen
aOpen het documentdeksel.
6
Sluit het netsnoer en de
telefoonlijn aan
bKies uw taal en bevestig het bedieningspaneel
op de machine.
Als het bedieningspaneel niet op de juiste wijze
wordt bevestigd, werken de toetsen op het
bedieningspaneel niet.
Sluit de interfacekabel nog NIET aan.
aControleer of de machine is uitgeschakeld.
Sluit het netsnoer aan op de machine.
bSteek de stekker van het netsnoer in het
stopcontact. Zet de machine aan.
Ontgrendel de
scannervergrendeling
5
Schuif de scannervergrendeling a in de aangeduide
richting om de scanner te ontgrendelen.
(De grijze scannervergrendeling bevindt zich links
aan de achterkant van de machine, onder het
documentdeksel b.)
2
1
cVolg de instructies op het LCD-scherm.
5
dSluit het telefoonsnoer aan. Sluit het ene
WAARSCHUWING
BELANGRIJK
(Voor België)
(Voor Nederland)
Opmerking
1
uiteinde van het telefoonsnoer aan op de
ingang van de machine met de aanduiding
LINE en het andere uiteinde op een modulaire
wandcontactdoos.
Wanneer u een telefoonlijn met een externe
telefoon deelt, moet u de aansluitingen als volgt
uitvoeren.
Voor Nederland: Voor u een extern toestel
aansluit, dient u de beschermkap a te
verwijderen van de EXT.-aansluiting op de
machine.
(Voor Nederland)
1
2
(Voor België)
1
2
1 Extra toestel
2 Externe telefoon
Het telefoonsnoer MOET aangesloten zijn op
de ingang van de machine gemarkeerd met
LINE.
De machine moet geaard zijn via een geaarde
stekker.
Aangezien de machine via het stopcontact is
geaard, kunt u zichzelf tegen mogelijke
elektrische gevaren op het telefoonnetwerk
beschermen door het netsnoer van de
machine in het stopcontact te steken voordat u
de telefoonlijn aansluit. Wanneer de machine
moet worden verplaatst, beschermt u zichzelf
door eerst de telefoonlijn af te sluiten en pas
daarna de stekker uit het stopcontact te halen.
6
Opmerking
Wanneer u een telefoonlijn met een extern
1
antwoordapparaat deelt, moet u de aansluitingen
als volgt uitvoeren.
Voor Nederland: Voor u een extern
antwoordapparaat aansluit, dient u de
beschermkap a te verwijderen van de EXT.aansluiting op de machine.
(Voor Nederland)
Stel uw land in
7
U moet uw land zo instellen dat de machine correct
functioneert op lokale telecommunicatielijnen in ieder
land.
aControleer of de machine aanstaat door de
stekker in het stopcontact te steken en de
machine aan te zetten.
bDruk op of om het land te selecteren
(France, België/Belgique of
Nederland).
Set Country
a France
België/Belgique
b Nederland
(Voor België)
Stel de ontvangstmodus in op
Ext. TEL/ANT wanneer u gebruik maakt
van een extern antwoordapparaat. Zie Kies een ontvangstmodus op pagina 8. Voor meer
informatie raadpleegt u Een extern ANTW.APP. (antwoordapparaat) aansluiten
in hoofdstuk 7 van de gebruikershandleiding.
Select ab or OK
Druk op OK wanneer op het lcd-scherm uw
land wordt weergegeven.
cU wordt gevraagd het land opnieuw te
bevestigen.
(voor Nederland)
Land instellen:
Nederland
1.Ja
2.Nee
Nummer invoeren:
(voor België)
Land/Pays:
België/Belgique
1.Ja /Oui
2.Nee/Non
Select. Num.:
7
dAls op het lcd-scherm het juiste land wordt
Opmerking
Wilt u de telefoonfuncties van uw machine gebruiken
(indien beschikbaar) of een extern telefoontoestel of
antwoordapparaat aangesloten op dezelfde lijn als de
machine?
De machine beantwoordt
elk telefoontje
automatisch alsof het
een faxbericht betreft.
De machine beheert de
lijn en beantwoordt
automatisch elke
oproep. Is de oproep
geen fax, dan hoort u
een belsignaal om aan
te geven dat u de
oproep moet aannemen.
Het externe
antwoordapparaat
beantwoordt alle
telefoontjes
automatisch.
Ingesproken berichten
worden op het
antwoordapparaat
opgeslagen.
Faxberichten worden
afgedrukt.
U beheert de telefoonlijn
en moet elk telefoontje
zelf beantwoorden.
Wilt u dat de machine faxoproepen
en telefoongesprekken
automatisch opneemt?
Handmatig
Alleen Fax
Fax/Telefoon
Ext. TEL/ANT
Nee
Ja
Ja
Nee
Nee
Ja
Gebruikt u de functie voor voicemail
van een extern antwoordapparaat?
weergegeven, drukt u op 1 om naar stap e te
gaan.
—OF—
Kies een
ontvangstmodus
9
Druk op 2 om terug te gaan naar stap b en het
land opnieuw te selecteren.
eNadat op het lcd-scherm twee seconden lang
Geaccepteerd wordt weergegeven, wordt de
machine opnieuw opgestart. Na het opnieuw
opstarten, verschijnt op het lcd-scherm
Wachten a.u.b..
Als Scanner vergrend wordt weergegeven op
het LCD-scherm, dient u onmiddellijk de
scannervergrendeling te ontgrendelen en op
Stop/Eindigen te drukken. (Zie Ontgrendel de
scannervergrendeling op pagina 5.)
Een taal kiezen (niet
beschikbaar voor
8
U kunt de taal van het LCD-scherm wijzigen in
Nederlands, Frans of Engels.
aDruk op Menu.
bDruk op 0.
cDruk op 0.
dDruk op of om een taal te selecteren.
Nederland)
Er zijn vier mogelijke ontvangstmodi: Alleen Fax,
Fax/Telefoon, Handmatig en Ext. TEL/ANT.
eDruk op Stop/Eindigen.
8
Druk op OK.
aDruk op Menu.
bDruk op 0.
cDruk op 1.
dDruk op of om de ontvangstmodus
te selecteren
Druk op OK.
eDruk op Stop/Eindigen.
Zie Een fax ontvangen in hoofdstuk 6 van de
gebruikershandleiding voor meer informatie.
Stel het contrast in van
het LCD-scherm
10
Als het LCD-scherm moeilijk leesbaar is, kunt u dit
verhelpen door het contrast aan te passen.
(indien nodig)
eVoer met behulp van de kiestoetsen de twee
cijfers voor de maand in en druk vervolgens op
OK.
02.Datum&Tijd
XX/XX/2009
aDruk op Menu.
bDruk op 1.
cDruk op 7.
dDruk op om het contrast te verhogen.
—OF—
Druk op om het contrast te verlagen.
Druk op OK.
eDruk op Stop/Eindigen.
Stel de datum en tijd in
11
De machine geeft de tijd weer, en als u het stationsID instelt, voegt de machine de datum en de tijd toe
aan elke fax die u verzendt.
aDruk op Menu.
bDruk op 0.
Maand:03
Enter & OK-toets
(Voer bijvoorbeeld 0, 3 in voor maart.)
fVoer met behulp van de kiestoetsen de twee
cijfers voor de dag in en druk vervolgens op
OK.
02.Datum&Tijd
XX/03/2009
Dag:25
Enter & OK-toets
(Voer bijvoorbeeld 2, 5 in.)
gVoer met behulp van de kiestoetsen de tijd in
24-uursnotatie in en druk vervolgens op OK.
02.Datum&Tijd
25/03/2009
Tijd:15:25
Enter & OK-toets
(Voer bijvoorbeeld 1 5, 2 5 in voor 15:25.)
cDruk op 2.
dToets de laatste twee cijfers van het jaar in met
behulp van de kiestoetsen en druk vervolgens
op OK.
02.Datum&Tijd
Jaar:2009
Enter & OK-toets
(Voer bijvoorbeeld 0, 9 in voor 2009.)
hDruk op Stop/Eindigen.
9
Voer persoonlijke
Opmerking
Opmerking
12
U kunt uw naam en faxnummer opslaan, zodat deze
gegevens worden afgedrukt op alle faxpagina's die u
verstuurt.
informatie in (stations-ID)
aDruk op Menu.
bDruk op 0.
cDruk op 3.
dToets uw faxnummer in (maximaal 20 cijfers)
en druk vervolgens op OK.
03.Stations-ID
Fax:_
Enter & OK-toets
eToets uw telefoonnummer in (maximaal 20
cijfers) en druk vervolgens op OK. Wanneer uw
telefoon- en faxnummer gelijk zijn, voert u weer
hetzelfde nummer in.
03.Stations-ID
Fax:XXXXXXXXXXX
• Raadpleeg bij het invoeren van uw naam het
onderstaande schema.
• Als u een teken wilt invoeren dat zich op
dezelfde toets bevindt als het laatste teken,
drukt u op om de cursor een plaats naar
rechts te zetten.
• Wanneer u een verkeerde letter hebt
ingetoetst, en deze fout wilt herstellen, drukt u
op of om de cursor naar het onjuiste
karakter te verplaatsen, en drukt u op
Wis/terug.
Druk op
toets
2ABC2A
3DEF 3D
4GH I 4G
5JKL5J
6MNO 6 M
7PQRS 7
8TUV8T
9WXY Z 9
Zie Tekst invoeren in de
gebruikershandleiding voor meer informatie.
Eén
keer
Twee
keer
Drie
keer
Vier
keer
gDruk op Stop/Eindigen.
Vijf
keer
Tel:_
Enter & OK-toets
fVoer uw naam (maximaal 20 tekens) in met
behulp van de kiestoetsen en druk vervolgens
op OK.