HP LaserJet 3015 User's Guide [nl]

HP LaserJet 3015 all-in-one
Gebruikershandleiding
Copyrightinformatie
© Copyright 2004 Hewlett-Packard Development Company, L.P.
Verveelvoudiging, bewerking of vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming is verboden, behalve voor zover toegestaan volgens het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en services van HP wordt uiteengezet in de garantieverklaring die bij dergelijke producten en services wordt geleverd. Niets in deze verklaring mag worden opgevat als een aanvullende garantie. HP is niet aansprakelijk voor technische of redactionele fouten of weglatingen in deze verklaring.
Gebruikers van het Hewlett-Packard product dat in deze gebruikershandleiding wordt beschreven, krijgen een licentie voor: a) het afdrukken van deze gebruikershandleiding voor PERSOONLIJK, INTERN of BEDRIJFSMATIG gebruik onder de voorwaarde dat de afgedrukte exemplaren niet worden verkocht, doorverkocht of anderszins worden verspreid; en b) het opslaan van de elektronische versie van deze gebruikershandleiding op een netwerkserver, mits de toegang tot dit elektronische bestand wordt beperkt tot personen die het Hewlett-Packard product dat in deze gebruikershandleiding wordt beschreven, aanwenden voor PERSOONLIJK of INTERN gebruik.
Onderdeelnummer: Q2669-90957
Edition 1, 10/2004
Handelsmerken
Adobe® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated.
Microsoft®, Windows® en Windows NT® zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten.
UNIX® is een gedeponeerd handelsmerk van The Open Group.
Alle andere in deze handleiding genoemde producten zijn mogelijk handelsmerken van de respectievelijke bedrijven.
Inhoudsopgave
1 Kennismaking met het apparaat
Onderdelen van de HP LaserJet 3015 all-in-one .....................................................................2
Inhoud van de verpakking ..................................................................................................2
Apparaatfuncties .......................................................................................................................3
Afbeelding van de hardwareonderdelen ..................................................................................4
HP LaserJet 3015 all-in-one hardwareonderdelen ............................................................4
De knoppen op het bedieningspaneel ......................................................................................5
Overzicht van de softwareonderdelen van het apparaat .........................................................6
Specificaties voor afdrukmateriaal ........................................................................................... 7
Ondersteunde papiergewichten en -formaten ...................................................................7
2 De instellingen wijzigen via de HP werkset of via het bedieningspaneel
De HP werkset gebruiken .......................................................................................................10
Ondersteunde besturingssystemen .................................................................................10
Ondersteunde browsers ...................................................................................................10
De HP werkset openen ....................................................................................................10
De tabbladen van de HP werkset ....................................................................................11
Het bedieningspaneel gebruiken ............................................................................................13
Een configuratiepagina afdrukken ...................................................................................13
De menustructuur van het bedieningspaneel afdrukken .................................................13
De fabrieksinstellingen herstellen ....................................................................................14
De taal van het bedieningspaneel wijzigen .....................................................................14
Het standaardpapierformaat wijzigen ..............................................................................14
Het volume van het apparaat regelen .............................................................................15
NLWW
3 Afdrukken
Afdrukken met handmatige invoer .........................................................................................18
Afdrukken met behulp van de handmatige invoer ...........................................................18
Afdruktaken onderbreken of annuleren ..................................................................................19
Printerdrivers ...........................................................................................................................20
De afdrukinstellingen wijzigen ..........................................................................................20
Instellingen voor de afdrukkwaliteit ........................................................................................21
Instellingen voor de afdrukkwaliteit tijdelijk wijzigen ........................................................21
Instellingen voor de afdrukkwaliteit wijzigen voor alle toekomstige taken ......................21
EconoMode gebruiken (om toner te besparen) ...............................................................22
De afdrukkwaliteit optimaliseren voor afdrukmateriaal ..........................................................23
De functie voor optimaliseren gebruiken .........................................................................23
Specificaties voor afdrukmateriaal ......................................................................................... 24
Richtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal ...................................................................25
Papier ...............................................................................................................................25
Veelvoorkomende problemen met afdrukmateriaal ........................................................25
Etiketten ............................................................................................................................26
Transparanten ..................................................................................................................26
iii
Enveloppen .......................................................................................................................26
Kaarten en zwaar afdrukmateriaal ...................................................................................27
Afdrukmateriaal selecteren voor de automatische documentinvoer .....................................29
Specificaties van de automatische documentinvoer .......................................................29
Afdrukken op enveloppen .......................................................................................................30
Op één envelop afdrukken ...............................................................................................30
Op meerdere enveloppen afdrukken ...............................................................................31
Afdrukken op transparanten en etiketten ...............................................................................33
Op transparanten en etiketten afdrukken ........................................................................33
Afdrukken op briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren ................................................35
Op briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren afdrukken .........................................35
Afdrukken op speciaal papierformaat of op kaarten ..............................................................36
Op speciaal papierformaat of kaarten afdrukken ............................................................36
Handmatig dubbelzijdig afdrukken .........................................................................................37
Handmatig dubbelzijdig afdrukken ...................................................................................37
Meerdere pagina's op één vel afdrukken ...............................................................................39
Meerdere pagina's op één vel afdrukken .........................................................................39
Folders afdrukken ...................................................................................................................40
Folders afdrukken .............................................................................................................40
Watermerken afdrukken .........................................................................................................42
De functie voor watermerken gebruiken ..........................................................................42
4 Kopiëren
Originelen plaatsen om te kopiëren ........................................................................................44
Originelen in de automatische documentinvoer plaatsen ...............................................44
Kopieertaken starten ...............................................................................................................46
Kopieertaken annuleren ..........................................................................................................46
De kopieerkwaliteit aanpassen ...............................................................................................47
De kopieerkwaliteit voor de huidige taak aanpassen ......................................................47
De standaardkopieerkwaliteit aanpassen ........................................................................47
De instelling voor lichter/donkerder (contrast) aanpassen .....................................................48
De instellingen voor lichter/donkerder (contrast) voor de huidige taak
aanpassen ........................................................................................................................48
De standaardinstelling voor lichter/donkerder aanpassen ..............................................48
Kopieën verkleinen of vergroten .............................................................................................49
De kopieën van de huidige taak verkleinen of vergroten ................................................50
Het standaardkopieerformaat wijzigen ............................................................................50
De standaard sorteerinstelling wijzigen ..................................................................................52
De standaardinstelling voor sorteren wijzigen .................................................................52
Het standaardaantal kopieën wijzigen ....................................................................................53
De standaardinstelling voor het aantal kopieën wijzigen ................................................53
Dubbelzijdige originelen kopiëren ...........................................................................................54
Meerdere dubbelzijdige originelen kopiëren ....................................................................54
iv
5 Scannen
Originelen plaatsen om te scannen ........................................................................................56
Originelen in de automatische documentinvoer plaatsen ...............................................56
Scanmethoden ........................................................................................................................58
Scantaken annuleren ..............................................................................................................59
Scannen vanaf het bedieningspaneel ....................................................................................60
De knop Scannen naar programmeren ...........................................................................60
Scannen naar e-mail ........................................................................................................60
Scannen naar een map ....................................................................................................60
Scanning vanuit de HP LaserJet scansoftware .....................................................................61
Scannen naar e-mail ........................................................................................................61
NLWW
Scannen naar een bestand ..............................................................................................62
Naar een ander softwareprogramma scannen ................................................................62
Scannen naar de software Readiris OCR ........................................................................63
Scannen vanuit software die compatibel is met TWAIN en WIA ..........................................64
Software gebruiken die compatibel is met TWAIN en WIA ............................................64
Scannen met OCR ..................................................................................................................65
Readiris .............................................................................................................................65
Resolutie en kleur van de scanner .........................................................................................66
Richtlijnen voor de resolutie en de kleuren ......................................................................66
Kleur .................................................................................................................................67
6 Faxen
..................................................................................................................................................70
...........................................................................................................................................70
7 Reiniging en onderhoud
De buitenkant van het apparaat reinigen ...............................................................................72
De buitenkant reinigen .....................................................................................................72
De glasplaat reinigen ........................................................................................................72
De papierbaan reinigen .......................................................................................................... 73
De papierbaan reinigen ....................................................................................................73
8 Problemen oplossen
Het apparaat kan niet worden ingeschakeld ..........................................................................76
Staat het apparaat onder stroom? ...................................................................................76
Op het bedieningspaneel verschijnen zwarte lijnen, vlekken of vage afdrukken.
..................................................................................................................................................77
Zwarte lijnen of vlekken ...................................................................................................77
Vervaagd display op het bedieningspaneel .....................................................................77
Er worden blanco pagina's afgedrukt .....................................................................................78
Bevindt de beschermingstape zich nog op de printcartridge? ........................................78
Kan de configuratiepagina worden afgedrukt? ................................................................78
Bevat het document lege pagina's? .................................................................................78
Is het origineel op de juiste wijze geplaatst? ...................................................................78
Pagina's zijn niet afgedrukt .....................................................................................................79
Wordt er een bericht weergegeven op het beeldscherm? ..............................................79
Wordt het afdrukmateriaal op de juiste manier in de printer ingevoerd? ........................79
Zijn er papierstoringen? ................................................................................................... 79
Werkt de parallelle kabel of USB-kabel (A/B) van het apparaat en is deze goed
aangesloten? ....................................................................................................................7 9
Zijn er andere apparaten aangesloten op de computer? ................................................79
Pagina's zijn afgedrukt, maar er is een probleem ..................................................................80
Is de afdrukkwaliteit slecht? .............................................................................................80
Verschilt de afgedrukte pagina van de pagina op het scherm? ......................................80
Zijn de instellingen van het apparaat geschikt voor het afdrukmateriaal? ......................80
Foutberichten worden weergegeven op het scherm ..............................................................81
Printer reageert niet/fout bij schrijven naar LPT1 ............................................................81
Kan poort niet openen (in gebruik door andere toepassing) ...........................................81
Problemen met papierverwerking ...........................................................................................82
Afdruk is scheef ................................................................................................................82
Er worden meerdere vellen tegelijk ingevoerd ................................................................82
Het apparaat voert het materiaal niet in vanuit de invoerlade .........................................82
Materiaal krult tijdens doorvoer door apparaat ................................................................82
De afgedrukte pagina wijkt af van de schermweergave ........................................................83
NLWW
v
Is de tekst onleesbaar, onjuist of onvolledig? ..................................................................83
Ontbreken er illustraties of tekst? Worden er blanco pagina's afgedrukt? .....................83
Wijkt de paginaopmaak af van de paginaopmaak op een andere printer? ....................84
Is de kwaliteit van de afbeeldingen slecht? .....................................................................84
Het papier loopt vast in de printer ...........................................................................................85
Een papierstoring verhelpen ............................................................................................85
Andere papierstoringen verhelpen ...................................................................................87
Tips om papierstoringen te vermijden .............................................................................88
De afdrukkwaliteit is onaanvaardbaar ....................................................................................89
Lichte of vage afdrukken ..................................................................................................89
Tonerspatten ....................................................................................................................89
Weggevallen informatie ...................................................................................................90
Verticale lijnen ..................................................................................................................90
Grijze achtergrond ............................................................................................................91
Tonervegen ......................................................................................................................91
Losse toner .......................................................................................................................92
Verticaal herhalende defecten .........................................................................................92
Vervormde tekens ............................................................................................................93
Scheve pagina's ...............................................................................................................93
Krullend of golvend ...........................................................................................................94
Kreukels of vouwen ..........................................................................................................94
Omtrek van tonerresten ...................................................................................................95
Foutberichten op het bedieningspaneel .................................................................................96
Omgaan met veelvoorkomende foutberichten ................................................................96
Kritieke foutberichten ........................................................................................................96
Waarschuwingsberichten .................................................................................................97
Waarschuwingsbericht en ................................................................................................97
Er is geen kopie gemaakt .......................................................................................................99
Is er afdrukmateriaal in de invoerlade geplaatst? ............................................................99
Is het origineel op de juiste wijze geplaatst? ...................................................................99
Is de papierhendel van de automatische documentinvoer correct ingesteld?
...........................................................................................................................................99
Kopieën zijn leeg, er ontbreken afbeeldingen of de kopieën zijn vaag ...............................100
Is de beschermingstape verwijderd van de printcartridge in het apparaat? .................100
Is de printcartridge bijna leeg? .......................................................................................100
Is het origineel van lage kwaliteit? .................................................................................100
Heeft het origineel een gekleurde achtergrond? ...........................................................100
Kopieerkwaliteit is onaanvaardbaar .....................................................................................101
Problemen voorkomen ...................................................................................................101
Papierstoringen in de automatische documentinvoer ..........................................................102
Plaatsen waar papier vaak vastloopt in de automatische documentinvoer ..................102
Papierhendel van de automatische documentinvoer ....................................................102
Een papierstoring in de automatische documentinvoer oplossen ................................103
Waarneembare kopieerfouten ..............................................................................................104
Verticale witte of vage strepen .......................................................................................104
Lege pagina's .................................................................................................................104
Het verkeerde origineel is gekopieerd ...........................................................................105
Te licht of te donker ........................................................................................................105
Ongewenste lijnen ..........................................................................................................105
Zwarte vlekken of strepen ..............................................................................................105
Onduidelijke tekst ...........................................................................................................105
Verkleind formaat ...........................................................................................................105
Gescande afbeeldingen zijn van slechte kwaliteit ................................................................106
Is het origineel een foto of afbeelding van een afdruk? ................................................106
Is de afbeeldingskwaliteit beter wanneer het document wordt afgedrukt? ...................106
Is de afbeelding scheef? ................................................................................................106
vi
NLWW
Bevat de gescande afbeelding vlekken, lijnen, verticale witte strepen of andere
fouten? ............................................................................................................................106
Komen de afbeeldingen niet overeen met het origineel? ..............................................106
Een gedeelte van de afbeelding is niet gescand .................................................................107
Is het origineel op de juiste wijze geplaatst? .................................................................107
Heeft het origineel een gekleurde achtergrond? ...........................................................107
Verschijnen er teksten en afbeeldingen in een scan die op de achterzijde van
een dubbelzijdig origineel staan? ...................................................................................107
Is het origineel langer dan 381 mm? .............................................................................107
Is het origineel te klein? .................................................................................................107
Is het papierformaat correct? .........................................................................................107
Het scannen duurt te lang ....................................................................................................108
Is de resolutie of het kleurniveau te hoog ingesteld? ....................................................108
Is de software ingesteld op kleurenscans? ....................................................................108
Hebt u een afdruktaak of een kopieertaak verzonden voordat u begon met
scannen? ........................................................................................................................108
Is de computer ingesteld voor bidirectionele communicatie? .......................................108
Er worden foutberichten weergegeven ................................................................................109
Veelvoorkomende berichten met betrekking tot scanfouten .........................................109
De scankwaliteit is onaanvaardbaar .....................................................................................110
Problemen voorkomen ...................................................................................................110
Lege pagina's .................................................................................................................111
Te licht of te donker ........................................................................................................111
Ongewenste lijnen ..........................................................................................................111
Zwarte vlekken of strepen ..............................................................................................111
Onduidelijke tekst ...........................................................................................................111
Bijlage A Specificaties
HP LaserJet 3015 all-in-one .................................................................................................115
HP LaserJet 3015 all-in-one specificaties ......................................................................115
HP LaserJet 3015 all-in-one batterij .....................................................................................118
Bijlage B Overheidsinformatie
...............................................................................................................................................119
FCC-voorschriften .................................................................................................................120
Wet op de bescherming van de telefoongebruiker (Verenigde Staten) ..............................121
IC CS-03-vereisten ...............................................................................................................122
Overheidsvoorschriften voor de landen/regio's in de Europese Unie ..................................122
Veiligheidsverklaringen .........................................................................................................123
Laserverklaring ...............................................................................................................123
Canada DOC regulations ...............................................................................................123
Laser statement for Finland ...........................................................................................124
Korean EMI statement ...................................................................................................124
Australia ..........................................................................................................................125
Conformiteitsverklaring .........................................................................................................126
Programma voor milieuvriendelijke producten .....................................................................127
Milieubescherming .........................................................................................................127
Ozonproductie ................................................................................................................127
Minder energieverbruik ..................................................................................................127
Tonerverbruik .................................................................................................................127
Papergebruik ..................................................................................................................127
Plastic onderdelen ..........................................................................................................128
Afdrukbenodigdheden voor de HP LaserJet .................................................................128
Informatie over het HP Printing Supplies Returns and Recycling Program ..................128
Papier .............................................................................................................................128
NLWW
vii
Materiaalbeperkingen .....................................................................................................128
Nederlands .....................................................................................................................129
Meer informatie ..............................................................................................................129
Chemiekaarten (Material Safety Data Sheets) .....................................................................130
Bijlage C HP beperkte garantie
HP LaserJet 3015 all-in-one BEPERKTE GARANTIE VAN ÉÉN JAAR .............................131
Bijlage D Onderdelen en toebehoren van HP
HP onderdelen en toebehoren bestellen ..............................................................................134
Overzicht van onderdelen en toebehoren van HP ........................................................134
Printcartridges voor de HP LaserJet ....................................................................................136
HP beleid voor cartridges van andere producenten dan HP .........................................136
Printcartridges plaatsen ................................................................................................. 136
Printcartridges bewaren .................................................................................................136
Verwachte gebruiksduur van printcartridge ...................................................................136
Hergebruik van printcartridges .......................................................................................136
Toner besparen ..............................................................................................................137
Bijlage E Service en ondersteuning
Hardwareservice verkrijgen ..................................................................................................140
Hardwareservice ............................................................................................................140
De invoerlade voor afdrukmateriaal verwijderen ...........................................................141
Uitgebreide garantie ............................................................................................................. 142
Serviceformulier ....................................................................................................................143
Woordenlijst
Index
viii
NLWW
Kennismaking met het
1
apparaat
In de volgende onderwerpen vindt u meer informatie over de nieuwe HP LaserJet 3015 all­in-one:
Onderdelen van de HP LaserJet 3015 all-in-one
Apparaatfuncties
Afbeelding van de hardwareonderdelen
De knoppen op het bedieningspaneel
Overzicht van de softwareonderdelen van het apparaat
Specificaties voor afdrukmateriaal
NLWW
1

Onderdelen van de HP LaserJet 3015 all-in-one

Controleer aan de hand van onderstaande afbeelding of alle onderdelen zijn meegeleverd.

Inhoud van de verpakking

1 Printcartridge 2 Netsnoer 3 Beknopte handleiding en ondersteuningsbrochure 4 Invoerlade 5 CD-ROM's met de software en een elektronische gebruikershandleiding 6 Invoerlade van de automatische documentinvoer 7 Faxhandleiding 8 Telefoonsnoer 9 Steun voor automatische documentinvoer 10 Steun voor uitvoerbak 11 Sjabloon voor het bedieningspaneel 12 HP LaserJet 3015 all-in-one
Opmerking
2
Hoofdstuk 1 Kennismaking met het apparaat NLWW
Gebruik het telefoonsnoer en het netsnoer die bij het apparaat zijn geleverd. Wanneer andere telefoonsnoeren of netsnoeren worden gebruikt, werkt het apparaat mogelijk niet goed.
In de volgende bronnen vindt u meer informatie over het gebruik van het apparaat:
De HP werkset. In dit softwareonderdeel kunt u een groot aantal van de taken
uitvoeren die in deze gebruikershandleiding worden beschreven en kunt u instellingen
opgeven voor de afdruk-, fax-, kopieer- en scanfuncties.
Naslaggids. Raadpleeg deze handleiding om het apparaat te installeren en aan te
sluiten op de computer en om de software te installeren.
Faxhandleiding. Gebruik deze handleiding om de faxfuncties van het apparaat te
installeren en te gebruiken.

Apparaatfuncties

Snelheid
Papierverwerking
Geheugen
Aansluitingen
Fax
15 pagina's per minuut (ppm) afdrukken en kopiëren
Een automatische documentinvoer voor 30 pagina's, een invoerlade voor 150 vel en een voorrangsinvoerlade voor 10 vel
32 MB RAM-geheugen (9 MB voor het systeem en 23 MB RAM beschikbaar voor de gebruiker)
Een USB-poort (compatibel met de USB 2.0-specificaties) en een IEEE 1284-B-compatibele parallelle poort (Opmerking: kabels worden niet meegeleverd.)
Volledige faxfunctionaliteit met V.34-fax, inclusief een telefoonboekfunctie en functies voor het opvragen en het uitstellen van faxen
NLWW Apparaatfuncties
3

Afbeelding van de hardwareonderdelen

In de onderstaande afbeeldingen worden de hardwareonderdelen van het apparaat weergegeven.

HP LaserJet 3015 all-in-one hardwareonderdelen

1 Invoerlade van de automatische documentinvoer 2 Papierhendel van de automatische documentinvoer 3 Bedieningspaneel 4 Uitvoerbak van de automatische documentinvoer 5 Ontgrendelingsklep van de printcartridge 6 Uitvoerbak van het apparaat 7 Voorrangsinvoerlade 8 Invoerlade 9 Parallelle poort 10 USB-poort 11 Faxpoorten 12 Aan/uit-schakelaar 13 Voedingsaansluiting
4
Hoofdstuk 1 Kennismaking met het apparaat NLWW

De knoppen op het bedieningspaneel

In de volgende afbeelding worden de knoppen van het bedieningspaneel weergegeven.
1
Faxknoppen. Met de faxknoppen kunt u faxen verzenden en ontvangen en de meest gebruikte
faxinstellingen wijzigen. Raadpleeg de faxhandleiding voor informatie over de faxknoppen. 2
Alfanumerieke knoppen. Met de alfanumerieke knoppen voert u gegevens in op het
bedieningspaneel en kiest u telefoonnummers voor het faxen. Voor informatie over de
alfanumerieke tekens kunt u de faxhandleiding raadplegen. 3
Menuknoppen en annuleerknop. Met deze knoppen kunt u menuopties kiezen, de status van
het apparaat controleren en de huidige taak annuleren. 4
Kopieerknoppen. Met deze knoppen kunt u veelgebruikte standaardinstellingen wijzigen en de
kopieerfunctie starten. Zie 5
Scanknoppen. Met deze knoppen kunt u documenten scannen naar een e-mail of een map. Zie
Scannen voor instructies bij de scanfunctie.
Kopiëren voor de gebruiksaanwijzingen van de kopieerfunctie.
NLWW De knoppen op het bedieningspaneel
5

Overzicht van de softwareonderdelen van het apparaat

Opmerking
Opmerking
De softwareonderdelen die worden geïnstalleerd, zijn afhankelijk van het besturingssysteem en het type installatie. Zie de naslaggids voor meer informatie.
De volgende softwareonderdelen worden bij het apparaat meegeleverd:
HP werkset
HP LaserJet Scan
TWAIN- of WIA-scandriver
HP LaserJet Fax
Readiris OCR (niet geïnstalleerd bij andere software; moet dus apart geïnstalleerd
worden)
Printerdrivers (PCL 6, PCL 5e, PostScript Level 2 emulatie)
Installatieprogramma/de-installatieprogramma
De PCL 6-printerdriver wordt automatisch geïnstalleerd als u de optie Normaal gebruikt tijdens het installeren van de software. Als u de PostScript Level 2-emulatie printerdriver wilt installeren, selecteert u de optie Aangepast tijdens het installeren van de software. Als u de PCL 5e-printerdriver wilt installeren, gebruikt u de printerwizard nadat de software is geïnstalleerd.
6
Hoofdstuk 1 Kennismaking met het apparaat NLWW

Specificaties voor afdrukmateriaal

Gebruik kopieerpapier van 75 g/m2tot 90 g/m2voor optimale resultaten. Controleer of het papier van goede kwaliteit is en geen insnijdingen, knikken, scheuren, vlekken, losse stukken, stof, kreukels, gaten en gekrulde of gevouwen randen heeft.
Opmerking
De printer ondersteunt afdrukmateriaal in een grote verscheidenheid aan standaardformaten en aangepaste formaten. De capaciteit van de laden en bakken kan variëren afhankelijk van het gewicht of de dikte van het afdrukmateriaal en de omgevingsvoorwaarden. Gladheid - 100 tot 250 (Sheffield).
Gebruik alleen transparanten die zijn ontworpen voor gebruik met HP LaserJet-printers.

Ondersteunde papiergewichten en -formaten

Papierformaat voor invoerlade
Invoerlade Afmetingen Gewicht of dikte Capaciteit
Minimumpapierformaat 76 bij 127 mm
Maximumpapierformaat216 bij 356 mm
Minimumformaat
76 bij 127 mm
glanzend papier
Maximumformaat
216 bij 356 mm
glanzend papier
60 tot 163 g/m
60 tot 163 g/m
75 tot 120 g/m
75 tot 120 g/m
2
2
2
150 vellen (60 g/m
2
150 vellen (60 g/m
2
Maximale
)
)
stapelhoogte: 18 mm
2
Maximale stapelhoogte: 18 mm
Minimumformaat transparanten
Maximumformaat transparanten
Minimumformaat enveloppen
Maximumformaat enveloppen
Minimumformaat etiketten
Maximumformaat etiketten
Minimumformaat kaarten
Maximumformaat kaarten
76 bij 127 mm 0,10 tot 0,13 mm dik 75 vellen
216 bij 356 mm 0,10 tot 0,13 mm dik 75 vellen
90 bij 160 mm
178 bij 254 mm
76 bij 127 mm
216 bij 356 mm
76 bij 127 mm
216 bij 356 mm
75 tot 105 g/m
75 tot 105 g/m
60 tot 216 g/m
60 tot 216 g/m
135 tot 157 g/m
135 tot 157 g/m
2
2
2
2
2
2
15 enveloppen
15 enveloppen
60 vellen
60 vellen
60 vellen
60 vellen
NLWW Specificaties voor afdrukmateriaal
7
Papierformaten voor voorrangsinvoerlade
Voorrangsinvoerlade Afmetingen Gewicht of dikte Capaciteit
Minimumpapierformaat 76 bij 127 mm
Maximumpapierformaat216 bij 356 mm
Minimumformaat
76 bij 127 mm
glanzend papier
Maximumformaat
216 bij 356 mm
glanzend papier
Minimumformaat
76 bij 127 mm 0,10 tot 0,13 mm dik 5vellen
transparanten
Maximumformaat
216 bij 356 mm 0,10 tot 0,13 mm dik 5vellen
transparanten
Minimumformaat
76 bij 127 mm
enveloppen
Maximumformaat
216 bij 356 mm
enveloppen
Minimumformaat
76 bij 127 mm
etiketten
Maximumformaat
216 bij 356 mm
etiketten
60 tot 163 g/m
60 tot 163 g/m
75 tot 120 g/m
75 tot 120 g/m
60 tot 90 g/m
60 tot 90 g/m
60 tot 216 g/m
60 tot 216 g/m
2
2
2
10 vellen (75 g/m
10 vellen (75 g/m
Maximale
2
)
2
)
stapelhoogte: 1,5 mm
2
Maximale stapelhoogte: 1,5 mm
2
2
2
2
Individual enveloppen
Individual enveloppen
4vellen
4vellen
Opmerking
Minimumformaat
76 bij 127 mm
135 tot 163 g/m
2
4vellen
kaarten
Maximumformaat
216 bij 356 mm
135 tot 163 g/m
2
4vellen
kaarten
Papierformaten voor automatische documentinvoer
Automatische documentinvoer
Minimumpapierformaat 74 bij 105 mm
Maximumpapierformaat215 bij 356 mm
Afmetingen Gewicht of dikte Capaciteit
60 tot 90 g/m
60 tot 90 g/m
2
2
30 vellen (75 g/m
30 vellen (75 g/m
2
)
2
)
De uitvoerbak van de automatische documentinvoer kan één vel afdrukmateriaal van het formaat Legal (215 x 356 mm) bevatten. Vellen die hierop volgen, schuiven uit de uitvoerbak van de automatische documentinvoer.
8
Hoofdstuk 1 Kennismaking met het apparaat NLWW
De instellingen wijzigen via de
2
Opmerking
HP werkset of via het bedieningspaneel
U kunt de instellingen van het apparaat wijzigen met behulp van de HP werkset of via het bedieningspaneel. Het is meestal eenvoudiger om de apparaatinstellingen in de werkset te wijzigen.
De volgende tabel geeft een overzicht van de instellingen die u kunt wijzigen in de HP werkset en via het bedieningspaneel. Voor meer informatie over het wijzigen van instellingen via de HP werkset kunt u de Help van de werkset raadplegen. U kunt de Help van de HP werkset openen door links in het venster van de werkset op Hoe kan ik te klikken. (Zie werkset.) Meer informatie over het wijzigen van de instellingen via het bedieningspaneel vindt u in dit hoofdstuk.
Instellingen die in de toepassing zijn opgeslagen, hebben voorrang boven de instellingen in de printerdriver. De instellingen van de printerdriver hebben voorrang boven de instellingen die via de HP werkset of via het bedieningspaneel zijn opgegeven.
De HP werkset gebruiken voor meer informatie over het openen van de HP
Instelling of functie HP werkset Bedieningspaneel
De fabrieksinstellingen herstellen. X X
Informatiepagina's zoals de configuratiepagina, de menustructuur van het bedieningspaneel en de pagina met gebruiksinformatie afdrukken.
De taal van het bedieningspaneel wijzigen. X X
De taal van de HP werkset wijzigen. X
Statuswaarschuwingen instellen. X
De instellingen voor het verzenden en ontvangen van faxen aanpassen.
Faxen bekijken of doorsturen die op de computer zijn ontvangen.
De instellingen configureren voor scannen naar e­mail of een map.
De kopieerinstellingen wijzigen. X X
Bestemmingen in het faxtelefoonboek toevoegen, wissen of wijzigen.
De online gebruikershandleiding openen. X
X X
X X
X
X
X X
NLWW
De apparaatstatus op afstand controleren. X
9

De HP werkset gebruiken

De HP werkset is een toepassing die gebruikmaakt van het Internet. Met de werkset kunnen de volgende taken worden uitgevoerd.
De apparaatstatus controleren.
De apparaatinstellingen voor afdrukken, faxen, kopiëren en scannen bekijken.
Informatie over probleemoplossing en "Hoe kan ik"-informatie bekijken.
Toegang geven tot de mogelijkheden van fax- en scansoftware.
U kunt de HP werkset openen als het apparaat rechtstreeks is aangesloten op een computer of wanneer het apparaat is aangesloten op een netwerk. Om de HP werkset te kunnen gebruiken, moet u alle softwareonderdelen geïnstalleerd hebben.
Opmerking
Opmerking
U hebt geen internetverbinding nodig voor het openen en gebruiken van de HP werkset. Als u echter op een koppeling klikt in het gedeelte Overige links, hebt u een internetverbinding nodig om de betreffende koppeling te kunnen openen. Raadpleeg voor meer informatie
Overige links.

Ondersteunde besturingssystemen

De volgende besturingssystemen ondersteunen het gebruik van de HP werkset:
Windows 98, Windows 2000, Windows Millennium Edition (Me) en Windows XP
Het TCP/IP-protocol moet in het besturingssysteem geïnstalleerd zijn om gebruik te kunnen maken van de HP werkset.

Ondersteunde browsers

Om de HP werkset te kunnen gebruiken, hebt u één van de volgende browsers nodig:
Microsoft Internet Explorer 5.5 of hoger
Netscape Navigator 6.2 of hoger
Opera 7.0 of hoger
Alle pagina's kunnen vanuit de browser worden afgedrukt.
Opmerking
10
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de HP werkset of via het bedieningspaneel NLWW

De HP werkset openen

U kunt de HP werkset op één van de volgende manieren openen:
Dubbelklik in het bureaublad op het pictogram van de HP werkset
Dubbelklik op het pictogram Status Client rechts in de taakbalk.
In het menu Start wijst u HP LaserJet aan en selecteert u HP werkset.
De HP werkset wordt geopend in een internetbrowser.
Nadat u het internetadres hebt geopend, kunt u het toevoegen aan uw favorieten zodat u het een volgende keer snel terug kunt vinden.
.

De tabbladen van de HP werkset

De HP werkset bevat de volgende tabbladen:
Het tabblad Status
Het tabblad Faxen
Het tabblad Scannen naar…
Het tabblad Problemen oplossen
Het tabblad Documentatie
Overige links
Iedere pagina van de HP werkset bevat links naar de HP website voor apparaatregistratie en -ondersteuning en links voor het bestellen van benodigdheden. Om deze links te kunnen openen, hebt u een interaansluiting nodig. Wanneer u gebruik maakt van een inbelverbinding en u geen verbinding hebt gemaakt bij het openen van de HP werkset, moet u alsnog verbinding maken om deze websites te kunnen bekijken.
Het tabblad Status
Het tabblad Status bevat links naar de volgende pagina's:
Status apparaat. Hier kunt u informatie over de apparaatstatus bekijken. Op deze
pagina wordt de toestand van het apparaat weergegeven zoals papierstoringen of lege
papierlades. Nadat u een probleem met het apparaat hebt verholpen, drukt u op
Vernieuwen om de apparaatstatus bij te werken.
Statuswaarschuwingen instellen. Hier kunt u waarschuwingen instellen als u wilt dat
het apparaat u automatisch waarschuwt bij problemen. Op deze pagina kunt u
waarschuwingen in- en uitschakelen, opgeven wanneer het apparaat een
waarschuwing moet afgeven en het type waarschuwing instellen dat u wilt ontvangen
(in de vorm van een berichtenvenster of een pictogram op de taakbalk). Om de
waarschuwingsinstellingen te activeren, klikt u op Toepassen.
Apparaatconfiguratie. Hier kunt u de apparaatinstellingen bekijken. Op deze pagina
worden ook de geïnstalleerde accessoires weergegeven zoals DIMM's. Op de pagina
Apparaatconfiguratie wordt dezelfde informatie weergegeven als op de
configuratiepagina.
Infopagina's afdrukken. Op deze pagina kunt u de configuratiepagina en andere
informatiepagina's afdrukken voor het apparaat.
Tabblad Faxen
Het tabblad Faxen bevat links naar de volgende pagina's:
Faxtaken
Faxtelefoonboek
Faxverzendlog
Eigenschappen faxgegevens
Faxrapporten
Gedetailleerde faxinstellingen
NLWW De HP werkset gebruiken
11
Opmerking
Raadpleeg de faxhandleiding voor meer informatie over het gebruik van de faxfuncties.
Het tabblad Scannen naar...
Het tabblad Scannen naar... bevat links naar de volgende pagina's:
Scannen naar e-mail of naar archief
Voorkeursinstellingen voor scannen
Opmerking
De scanvoorkeuren zijn alleen van toepassing op Scannen naar e-mail of een map.
Het tabblad Problemen oplossen
Het tabblad Problemen oplossen bevat links naar diverse informatie over het oplossen van problemen zoals het verhelpen van een papierstoring, het verbeteren van de afdrukkwaliteit en het verhelpen van problemen met de fax-, kopieer- of scanfuncties.
Het tabblad Documentatie
Het tabblad Documentatie bevat links naar de volgende informatiebronnen:
Gebruikershandleiding. De gebruikershandleiding bevat informatie over het gebruik
van het apparaat, garantie-informatie, specificaties en ondersteuningsinformatie. De
gebruikershandleiding is beschikbaar in HTML- en PDF-formaat.
Late Breaking News. Document met het laatste nieuws over het apparaat. Alleen
beschikbaar in het Engels.
12
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de HP werkset of via het bedieningspaneel NLWW

Het bedieningspaneel gebruiken

Het is ook mogelijk om instellingen op te geven via het bedieningspaneel. Dit hoofdstuk geeft informatie over de volgende taken:

Een configuratiepagina afdrukken

De menustructuur van het bedieningspaneel afdrukken

De fabrieksinstellingen herstellen
De taal van het bedieningspaneel wijzigen
Het standaardpapierformaat wijzigen
Het volume van het apparaat regelen
De afdrukinstellingen wijzigen
Een configuratiepagina afdrukken
U kunt een configuratiepagina afdrukken voor een overzicht van de huidige apparaatinstellingen.
Zo drukt u een configuratiepagina af
1. Druk op
2.
Gebruik de knop < of > om Rapporten te selecteren en druk vervolgens op
3.
Gebruik de knop < of > om Config-rapport te selecteren en druk vervolgens op
ENTER
MENU/ENTER
.
.
MENU/ENTER
MENU
De menu-instellingen van het apparaat worden afgesloten en het rapport wordt afgedrukt.
De menustructuur van het bedieningspaneel afdrukken
Wanneer u de menustructuur afdrukt, hebt u een overzicht van de menuopties van het bedieningspaneel.
Zo drukt u de menustructuur van het bedieningspaneel af
1. Druk op
2.
Gebruik de knop < of > om Rapporten te selecteren en druk vervolgens op
3.
Gebruik de knop < of > om Menustructuur te selecteren en druk vervolgens op
ENTER
De menustructuur met de opties van het bedieningspaneel van het apparaat wordt afgedrukt.
MENU/ENTER
.
op het bedieningspaneel.
MENU/ENTER
MENU
.
/
.
/
NLWW Het bedieningspaneel gebruiken
13

De fabrieksinstellingen herstellen

Wanneer u de fabrieksinstellingen herstelt, worden alle instellingen gewijzigd in de standaardinstellingen en worden de naam en het telefoonnummer in de faxkopregel gewist. (Zie de faxhandleiding voor meer informatie over het toevoegen van uw gegevens aan de faxkopregel.) Als u de fabrieksinstellingen herstelt, worden de faxnummers en namen onder de sneltoetsen en snelkiescodes gewist. Pagina's die opgeslagen zijn in het geheugen, worden eveneens verwijderd. Na het herstellen van de fabrieksinstellingen wordt het apparaat opnieuw opgestart.
Zo herstelt u de fabrieksinstellingen
Opmerking
1. Druk op
2.
Gebruik de knop < of > om Service te selecteren en druk vervolgens op
3.
Gebruik de knop < of > om Standaardwaarden te selecteren, druk op
druk nogmaals op
MENU/ENTER
.
MENU/ENTER
om uw selectie te bevestigen.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
en
Het apparaat wordt automatisch opnieuw opgestart.

De taal van het bedieningspaneel wijzigen

Door de taal van het bedieningspaneel te wijzigen, kunnen rapporten worden afgedrukt en berichten op het bedieningspaneel worden weergegeven in een andere taal dan de standaardtaal voor uw land/regio.
De demopagina wordt alleen in het Engels afgedrukt.
Zo wijzigt u de taal van het bedieningspaneel
1. Druk op
2.
Selecteer Alg instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
3.
Selecteer Taal met de knop < of > en druk vervolgens op
4. Gebruik de knop < of > om de gewenste taal te selecteren.
MENU/ENTER
.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
.
14
5. Druk op de knop
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
Het apparaat wordt automatisch opnieuw opgestart.

Het standaardpapierformaat wijzigen

Het papierformaat moet zijn ingesteld op het formaat van het papier dat u gewoonlijk in de invoerlade plaatst. Het apparaat gebruikt deze instelling voor het kopiëren, afdrukken van rapporten, faxen en het automatisch verkleinen van binnenkomende faxen.
Het standaardpapierformaat wijzigen
1. Druk op
2.
Selecteer Alg instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
3.
Selecteer St.papierformaat met de knop < of > en druk vervolgens op
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de HP werkset of via het bedieningspaneel NLWW
MENU/ENTER
.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
.
4. Gebruik de knop < of > totdat het formaat van het geladen papier wordt weergegeven.
Selecteer Letter, Legal of A4.
5. Druk op de knop
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.

Het volume van het apparaat regelen

U kunt het volume van de volgende geluiden regelen:
Het alarmsignaal dat wordt afgegeven om u ergens op attent te maken, bijvoorbeeld
dat de klep van het apparaat open staat.
De pieptonen die te horen zijn wanneer u op de toetsen van het bedieningspaneel drukt.
Het geluid van de telefoonlijn voor uitgaande faxen.
Het belvolume voor binnenkomende faxen.
Het volume van het alarmsignaal wijzigen
Het alarmsignaal wordt afgegeven bij waarschuwingen of kritieke fouten. De lengte van het alarmsignaal is één of drie seconden, afhankelijk van het soort fout.
1. Druk op
2.
Selecteer Alg instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
3.
Selecteer Vol-instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
4.
Druk op de knop
MENU/ENTER
.
MENU/ENTER
om Alarmvolume te selecteren.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
.
Opmerking
Opmerking
5.
Selecteer Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog met de knop < of >.
6. Druk op de knop
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
Het alarmvolume staat standaard ingesteld op Laag.
Het volume van faxgeluiden wijzigen
Met deze instelling kunt u het volume regelen van de verschillende faxgeluiden die te horen zijn tijdens het verzenden of ontvangen van een fax.
1. Druk op
2.
Selecteer Alg instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
3.
Selecteer Vol-instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
4.
Selecteer Volume telefoonlijn met de knop < of > en druk vervolgens op
5.
Selecteer Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog met de knop < of >.
MENU/ENTER
6. Druk op de knop
De fabrieksinstelling is Laag.
.
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
.
.
NLWW Het bedieningspaneel gebruiken
15
Het belvolume van de fax wijzigen
Het faxsignaal is te horen wanneer de fax begint met het verzenden of ontvangen van een fax. De lengte van het faxsignaal is afhankelijk van de lengte van de beltoon van het plaatselijke telefoonbedrijf.
Opmerking
1. Druk op
2.
Selecteer Alg instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
3.
Selecteer Vol-instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
4.
Druk eenmaal op de knop < of > om Belvolume te selecteren en druk vervolgens op
MENU/ENTER
5.
Selecteer Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog met de knop < of >.
MENU/ENTER
.
6. Druk op de knop
.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
De fabrieksinstelling is Laag.
Het volume van de bedieningspaneeltoetsen wijzigen
Met deze volumeregeling kunt u het geluid regelen dat te horen is wanneer u op de bedieningspaneeltoetsen drukt.
1. Druk op
2.
Selecteer Alg instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
3.
Selecteer Vol-instellingen met de knop < of > en druk vervolgens op
4.
Selecteer Vol. toetsindruk met de knop < of > en druk vervolgens op
5.
Selecteer Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog met de knop < of >.
MENU/ENTER
.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
.
.
.
.
Opmerking
6. Druk op de knop
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
De standaardinstelling van het volume van de bedieningspaneeltoetsen is Laag.
16
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de HP werkset of via het bedieningspaneel NLWW
3

Afdrukken

In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u afdruktaken kunt uitvoeren met het apparaat:
Afdrukken met handmatige invoer
Afdruktaken onderbreken of annuleren
Printerdrivers
Instellingen voor de afdrukkwaliteit
De afdrukkwaliteit optimaliseren voor afdrukmateriaal
Specificaties voor afdrukmateriaal
Richtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal
Afdrukmateriaal selecteren voor de automatische documentinvoer
Afdrukken op enveloppen
Afdrukken op transparanten en etiketten
Afdrukken op briefhoofdpapier en voorbedrukte formulieren
Afdrukken op speciaal papierformaat of op kaarten
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
Meerdere pagina's op één vel afdrukken
Folders afdrukken
Watermerken afdrukken
NLWW
17

Afdrukken met handmatige invoer

Gebruik de handmatige invoer als u afdrukt op gemengd afdrukmateriaal, bijvoorbeeld als u eerst een envelop afdrukt, vervolgens een brief, daarna nogmaals een envelop, enzovoort. Plaats een envelop in de voorrangsinvoerlade en plaats het briefhoofdpapier in de invoerlade.

Afdrukken met behulp van de handmatige invoer

1. Open de eigenschappen van het apparaat of de printerinstellingen (printerdriver) in het
softwareprogramma.
2.
Op het tabblad Papier of het tabblad Papier/Kwaliteit, selecteert u Handinvoer (Lade
1) in de vervolgkeuzelijst Bron is: of Papierinvoer. (Zie
afdrukkwaliteit voor informatie over het openen van de printerdriver vanaf de computer.)
3. Verzend de afdruktaak.
4.
Wacht totdat Handmatige invoer op het bedieningspaneel verschijnt nadat u de
instelling hebt gewijzigd. Druk vervolgens op
MENU/ENTER
Instellingen voor de
om de taken af te drukken.
18
Hoofdstuk 3 Afdrukken NLWW

Afdruktaken onderbreken of annuleren

VOORZICHTIG
U kunt een afdruktaak tijdens het afdrukken onderbreken door op
Als u op de knop Als u op
ANNULEREN
ANNULEREN
drukt, wordt de taak die op dat moment wordt afgedrukt, gewist.
drukt terwijl er meerdere processen worden uitgevoerd (er wordt
ANNULEREN
te drukken.
bijvoorbeeld een document afgedrukt terwijl er een fax wordt ontvangen), dan wordt het proces gewist dat wordt weergegeven op het bedieningspaneel.
U kunt ook een afdruktaak annuleren vanuit een softwareprogramma of een afdrukwachtrij.
Als u een afdruktaak direct wilt onderbreken, moet u het resterende papier uit de lade van het apparaat halen. Nadat het afdrukken is onderbroken, beschikt u over de volgende opties:
Bedieningspaneel: als u de afdruktaak wilt annuleren, drukt u één maal op
ANNULEREN
op het bedieningspaneel.
Softwareprogramma: meestal verschijnt er kort een dialoogvenster op het scherm
waarin u de afdruktaak kunt annuleren.
Afdrukwachtrij van Windows: als een afdruktaak in een afdrukwachtrij
(computergeheugen) of printerspooler staat, kunt u de taak daar wissen. Dat kunt u
doen in het venster Printer in Windows 98, Windows Me, Windows 2000 en Windows
XP. Klik op Start, Instellingen en Printers. Dubbelklik op het pictogram van het
apparaat om het venster te openen, selecteer de afdruktaak en klik op Verwijderen.
NLWW Afdruktaken onderbreken of annuleren
19

Printerdrivers

Selecteer een van de volgende printerdrivers nadat u de software hebt geïnstalleerd:
PCL 6-driver (standaarddriver): gebruik de PCL 6-driver om de volledige functionaliteit van het apparaat te kunnen gebruiken. De PCL 6-driver wordt aanbevolen, tenzij volledige achterwaartse compatibiliteit met voorgaande PCL-drivers of oudere printers vereist is.
PCL 5e-driver: gebruik de PCL 5e-driver als u wilt dat de afdrukresultaten overeenkomen met afdrukken van oudere HP LaserJet-printers. In deze driver zijn bepaalde functies (FastRes 1200 en 300 dpi) niet beschikbaar. (Gebruik niet de PCL 5e-driver die is meegeleverd bij dit apparaat of bij oudere printers.)
PS-driver: gebruik de PostScript-driver® (PS) als compatibiliteit met PostScript gewenst is. Bepaalde functies, zoals handmatig dubbelzijdig afdrukken, folders afdrukken, watermerken en meer dan vier pagina's per vel afdrukken, zijn niet beschikbaar in deze driver.
Opmerking
Het apparaat schakelt automatisch tussen PostScript-emulatie en PCL-printertalen, afhankelijk van de geselecteerde driver. Met PS-emulatie wordt Adobe® PostScript Level 2 geëmuleerd. Voor meer informatie over het openen van de printerdriver raadpleegt u
afdrukinstellingen wijzigen.
De

De afdrukinstellingen wijzigen

Na de installatie hebt u via de printerdriver of een andere toepassing toegang tot de printerinstellingen. Deze instellingen hebben geen gevolgen voor andere gebruikers op het netwerk.
U kunt een aantal instellingen ook in de HP werkset wijzigen. Voor meer informatie over de HP werkset raadpleegt u
Standaardinstellingen voor alle toepassingen wijzigen
Windows 98, Windows Me en Windows XP Home: In het menu Start wijst u Instellingen
aan en klikt u op Printers. Klik met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaat en klik op Eigenschappen. Pas de gewenste instellingen aan en klik op OK.
Windows NT 4.0, Windows 2000 en Windows XP Professional: In het menu Start wijst u Instellingen aan en klikt u op Printers. Klik in Windows 2000 met de rechtermuisknop op
het pictogram van het apparaat en kies Voorkeursinstellingen voor afdrukken. Klik in Windows NT 4.0 met de rechtermuisknop op het pictogram van het apparaat en kies Standaardwaarden document. Pas de gewenste instellingen aan en klik op OK.
De HP werkset gebruiken.
Opmerking
20
Hoofdstuk 3 Afdrukken NLWW
Mogelijk wijken deze stappen af van de stappen die u in werkelijkheid moet uitvoeren. Dit is echter de meest voorkomende manier.
De instellingen van een afdruktaak wijzigen
In het menu Bestand klikt u op Afdrukken. In het dialoogvenster Afdrukken klikt u op Eigenschappen. Wijzig de instellingen die u op de huidige afdruktaak wilt toepassen en klik op OK.
Loading...
+ 136 hidden pages