EPSON XP4100, XP4105 User Manual [nl]

Gebruikershandleiding
NPD6102-01 NL
Gebruikershandleiding

Copyright

Copyright
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar worden gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande Corporation. Er wordt geen patentaansprakelijkheid aanvaard met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding. Evenmin wordt aansprakelijkheid aanvaard voor schade die voortvloeit uit het gebruik van de informatie in deze publicatie. De informatie in dit document is uitsluitend bestemd voor gebruik met dit Epson­product. Epson is niet verantwoordelijk voor gebruik van deze informatie in combinatie met andere producten.
Seiko Epson Corporation noch haar lialen kunnen verantwoordelijk worden gesteld door de koper van dit product of derden voor schade, verlies, kosten of uitgaven die de koper of derden oplopen ten gevolge van al dan niet foutief gebruik of misbruik van dit product of onbevoegde wijzigingen en herstellingen of (met uitzondering van de V.S.) het zich niet strikt houden aan de gebruiks- en onderhoudsvoorschrien van Seiko Epson Corporation.
Seiko Epson Corporation en haar dochterondernemingen kunnen niet verantwoordelijk worden gehouden voor schade of problemen voortvloeiend uit het gebruik van andere dan originele onderdelen of verbruiksgoederen kenbaar als Original Epson Products of Epson Approved Products by Seiko Epson.
schrielijke
toestemming van Seiko Epson
Seiko Epson Corporation kan niet verantwoordelijk worden gesteld voor schade voortvloeiend uit elektromagnetische interferentie als gevolg van het gebruik van andere interfacekabels die door Seiko Epson Corporation worden aangeduid als Epson Approved Products.
© 2018 Seiko Epson Corporation
De inhoud van deze handleiding en de specicaties van dit product kunnen zonder aankondiging worden gewijzigd.
2
Gebruikershandleiding

Handelsmerken

Handelsmerken
EPSON® is een gedeponeerd handelsmerk en EPSON EXCEED YOUR VISION of EXCEED YOUR VISION is
een handelsmerk van Seiko Epson Corporation.
Epson Scan 2
libti
Copyright © 1988-1997 Sam Leer
Copyright © 1991-1997 Silicon Graphics, Inc.
Permission to use, copy, modify, distribute, and sell this soware and its documentation for any purpose is hereby granted without fee, provided that (i) the above copyright notices and this permission notice appear in all copies of the soware and related documentation, and (ii) the names of Sam Leer and Silicon Graphics may not be used in any advertising or publicity relating to the soware without the specic, prior written permission of Sam Leer and Silicon Graphics.
THE SOFTWARE IS PROVIDED "AS-IS" AND WITHOUT WARRANTY OF ANY KIND, EXPRESS, IMPLIED OR OTHERWISE, INCLUDING WITHOUT LIMITATION, ANY WARRANTY OF MERCHANTABILITY OR FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE.
IN NO EVENT SHALL SAM LEFFLER OR SILICON GRAPHICS BE LIABLE FOR ANY SPECIAL, INCIDENTAL, INDIRECT OR CONSEQUENTIAL DAMAGES OF ANY KIND, OR ANY DAMAGES WHATSOEVER RESULTING FROM LOSS OF USE, DATA OR PROFITS, WHETHER OR NOT ADVISED OF THE POSSIBILITY OF DAMAGE, AND ON ANY THEORY OF LIABILITY, ARISING OUT OF OR IN CONNECTION WITH THE USE OR PERFORMANCE OF THIS SOFTWARE.
QR Code is a registered trademark of DENSO WAVE INCORPORATED in Japan and other countries.
Intel
Microso
Apple, Macintosh, macOS, OS X, Bonjour, ColorSync, Safari, AirPrint, the AirPrint Logo, iPad, iPhone, iPod
is a registered trademark of Intel Corporation.
®
touch, and iTunes are trademarks of Apple Inc., registered in the U.S. and other countries.
soware
, Windows®, and Windows Vista® are registered trademarks of Microso Corporation.
®
is based in part on the work of the Independent JPEG Group.
Google Cloud Print, Chrome, Chrome OS, Google Play and Android are trademarks of Google LLC.
Adobe and Adobe Reader are either registered trademarks or trademarks of Adobe Systems Incorporated in the
United States and/or other countries.
Algemene opmerking: andere productnamen vermeld in deze uitgave, dienen uitsluitend als identicatie en
kunnen handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaars.Epson maakt geen enkele aanspraak op enige rechten op deze handelsmerken.
3
Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave
Copyright
Handelsmerken
Over deze handleiding
Introductie tot de handleidingen................8
Informatie zoeken in de handleiding.............8
Markeringen en symbolen...................10
Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding. . . . . . 10
Referenties voor besturingssystemen............10
Belangrijke instructies
Veiligheidsinstructies.......................12
Veiligheidsinstructies voor inkt..............12
Printeradviezen en waarschuwingen. . . . . . . . . . . . 13
Adviezen en waarschuwingen voor het
instellen/gebruik van de printer............. 13
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van de printer.......................... 13
Adviezen en waarschuwingen voor het
vervoeren of opslaan van de printer.......... 14
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van de printer met een draadloze verbinding. . . . 14
Adviezen en waarschuwingen voor gebruik
van het display..........................14
Uw persoonlijke gegevens beschermen..........15
Basisprincipes van printer
Namen en functies van onderdelen.............16
Uitleg bij het bedieningspaneel................18
Bedieningspaneel........................18
Uitleg bij het startscherm..................19
Pictogrammen op het lcd-scherm............19
Basishandelingen........................20
Tekens invoeren.........................22
Animaties bekijken...................... 23
Netwerkinstellingen
Typen netwerkverbindingen..................25
Wi-Fi-verbinding........................25
Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig
toegangspunt)..........................25
Een computer verbinden.................... 26
Een smart device verbinden..................27
Een smart-apparaat verbinden via een
draadloze router.........................27
Verbinding maken met een iPhone, iPad of
iPod touch via Wi-Fi Direct................ 28
Verbinden met Android-apparaten met Wi-Fi
Direct................................31
Verbinding maken met niet-iOS- of Android-
apparaten via Wi-Fi Direct.................33
Wi-Fi-instellingen congureren op de printer. . . . . 37
Wi-Fi-instellingen congureren door de SSID
en het wachtwoord in te voeren............. 37
Wi-Fi-instellingen congureren via de
drukknopinstelling (WPS).................39
Wi-Fi-instellingen congureren via de
pincode-instelling (WPS)..................40
Geavanceerde netwerkinstellingen maken. . . . . . 42
De status van de netwerkverbinding controleren. . . 43
Netwerkpictogram.......................43
De gedetailleerde netwerkinformatie
controleren op het bedieningspaneel..........43
Een netwerkverbindingsrapport afdrukken. . . . . 44
Een netwerkstatusvel afdrukken...............50
Draadloze routers vervangen of toevoegen. . . . . . . 51
De verbindingsmethode met een computer
wijzigen.................................51
De instellingen voor Wi-Fi Direct (eenvoudig
toegangspunt) wijzigen......................52
Wi-Fi uitschakelen op het bedieningspaneel. . . . . . .52
Verbinding Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) verbreken vanaf het
bedieningspaneel..........................53
De netwerkinstellingen herstellen op het
bedieningspaneel..........................54
Papier laden
Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking. . . . . 56
Beschikbaar papier en capaciteiten.............57
Origineel Epson-papier................... 57
Commercieel beschikbaar papier............ 58
Papier voor randloos afdrukken.............58
Papier voor dubbelzijdig afdrukken...........59
Lijst met papiertypen.....................59
Papier in de Papiertoevoer achter laden..........59
4
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
Originelen plaatsen
Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen. . . . . . . 63
Verschillende originelen plaatsen............64
Afdrukken
Afdrukken via het bedieningspaneel............66
Een kalender afdrukken...................66
Gelinieerd papier afdrukken................67
Afdrukken op enveloppen................. 67
Afdrukken vanaf een computer................69
Basisprincipes voor afdrukken — Windows. . . . . 69
Basisprincipes — Mac OS..................71
Dubbelzijdig afdrukken...................73
Dubbelzijdig afdrukken (alleen voor Windows). . 75
Meerdere pagina's op één vel afdrukken. . . . . . . 76
Afdruk aanpassen aan papierformaat. . . . . . . . . 77
Meerdere bestanden samen afdrukken (alleen
voor Windows)......................... 79
Eén
aeelding
om een poster te maken (alleen voor Windows). . 80 Geavanceerde functies gebruiken voor
afdrukken.............................86
Afdrukken met Smart Devices................89
Epson iPrint gebruiken....................89
Epson Print Enabler gebruiken..............91
AirPrint gebruiken.......................91
Afdrukken annuleren.......................92
Afdrukken annuleren — Bedieningspaneel. . . . . 92
Afdrukken annuleren - Windows............ 92
Afdrukken annuleren — Mac OS............ 92
afdrukken op meerdere vellen
Kopiëren
Normaal kopiëren.........................94
Verschillende kopieermethoden...............95
Kopiëren in diverse lay-outs................95
Foto's kopiëren......................... 95
Menuopties voor kopiëren...................97
Scannen
Scannen via het bedieningspaneel..............99
Scannen naar een computer................99
Scannen naar de cloud...................103
Scannen met behulp van WSD.............105
Scannen vanaf een computer.................107
Scannen met Epson Scan 2................107
Scannen met smart-apparaten................114
Epson iPrint installeren.................. 114
Scannen met Epson iPrint.................114
Cartridges en andere verbruiksgoederen vervangen
De niveaus van de resterende inkt en de
onderhoudscassette controleren.............. 116
De niveaus van de resterende inkt en de onderhoudscassette controleren —
Bedieningspaneel.......................116
De niveaus van de resterende inkt en de
onderhoudscassette controleren - Windows. . . . 116
De niveaus van de resterende inkt en de onderhoudscassette controleren - Mac OS X. . . 116
Codes van de cartridges....................117
Voorzorgsmaatregelen voor inktpatronen.......118
Cartridges vervangen......................120
Onderhoudscassettecode................... 124
Voorzorgsmaatregelen voor de onderhoudsset. . . . 124
Een onderhoudsset vervangen................125
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken............128
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken —
Windows.............................128
Tijdelijk met zwarte inkt afdrukken — Mac OS. 129
Zwarte inkt besparen als de zwarte inkt bijna op
is (uitsluitend voor Windows)................130
De printer onderhouden
Voorkomen dat de printkop uitdroogt..........132
De printkop controleren en reinigen...........132
De printkop controleren en schoonmaken —
Bedieningspaneel.......................132
De printkop controleren en schoonmaken -
Windows.............................133
De printkop controleren en reinigen — Mac OS 133
De printkop uitlijnen......................134
De printkop uitlijnen — Bedieningspaneel. . . . .134
Het papiertraject vrijmaken van inktvlekken. . . . . 134
De Scannerglasplaat reinigen................ 135
Het doorschijnende folie reinigen.............135
Stroom besparen......................... 137
Stroom besparen — Bedieningspaneel. . . . . . . . 138
Menuopties voor Instel.
Menuopties voor Voorraadstatus..............139
Menuopties voor Basisinstellingen.............139
Uitschakelingstimer:.....................139
Uitschakelinst.:.........................139
5
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
Slaaptimer:........................... 139
Taal/Language:.........................140
Toetsenbord...........................140
Alle inst.wissen:........................140
Menuopties voor Printerinstellingen...........140
Papierbroninstelling:.................... 140
Stille modus:..........................140
Droogtijd voor inkt:.....................140
Alle inst.wissen........................140
Menuopties voor Netwerkinstellingen..........141
Menuopties voor Webservice-instellingen.......141
Menuopties voor Geleiderfuncties.............142
Menuopties voor Klantonderzoek.............142
Menuopties voor Firmware-update............143
Bijwerken:............................143
Melding:.............................143
Menuopties voor Standaardinst. herstellen.......143
Netwerkservice en softwareinformatie
De service van Epson Connect...............144
Toepassing voor het congureren van
printerbewerkingen (Web Cong).............144
Webconguratie uitvoeren op een webbrowser. 145
Web Cong uitvoeren op Windows..........145
Web Cong uitvoeren op Mac OS...........146
Windows-printerdriver.....................146
Uitleg bij de printerdriver voor Windows. . . . . . 147
Bedieningsinstellingen voor Windows-
printerdriver congureren................ 148
Mac OS-printerstuurprogramma..............149
Uitleg bij het printerstuurprogramma voor
Mac OS..............................150
Bedieningsinstellingen voor Mac OS­printerdriver
Toepassing voor het scannen van documenten
en aeeldingen (Epson Scan 2)...............152
De netwerkscanner toevoegen..............152
Toepassing voor het congureren van scanbewerkingen vanaf het bedieningspaneel
(Epson Event Manager).................... 153
Toepassing voor het afdrukken van
aeeldingen (Epson Photo+)................154
Hulpprogramma's voor
(EPSON Soware Updater). . . . . . . . . . . . . . . . . 154
Toepassingen installeren....................155
Toepassingen en rmware bijwerken...........155
congureren
................ 151
soware-updates
De printerrmware bijwerken via het
bedieningspaneel.......................156
Toepassingen verwijderen...................156
Toepassingen verwijderen — Windows. . . . . . . 156
Toepassingen verwijderen — Mac OS. . . . . . . . 157
Problemen oplossen
De printerstatus controleren.................159
Berichten op het lcd-scherm bekijken........159
De printerstatus controleren - Windows. . . . . . .160
De printerstatus controleren — Mac OS. . . . . . 160
De sowarestatus controleren................161
Vastgelopen papier verwijderen...............161
Vastgelopen papier verwijderen uit de
Papiertoevoer achter.....................161
Vastgelopen papier binnen in de printer
verwijderen...........................161
Vastgelopen papier verwijderen uit het
Achterpaneel..........................163
Papier wordt niet goed ingevoerd.............164
Papier loopt vast........................164
Papier wordt schuin ingevoerd.............165
Er worden meerdere vellen papier tegelijk
uitgevoerd............................165
Foutmelding papier op verschijnt...........165
Papier wordt uitgeworpen tijdens het
afdrukken............................165
Problemen met stroomtoevoer en
bedieningspaneel.........................165
De stroom wordt niet ingeschakeld..........165
De stroom wordt niet uitgeschakeld......... 165
Stroom schakelt automatisch uit............165
Het display wordt donker.................166
Kan niet afdrukken vanaf een computer. . . . . . . . 166
De verbinding controleren (USB)...........166
De verbinding controleren (netwerk).........167
De soware en gegevens controleren.........167
De printerstatus controleren vanaf de
computer (Windows)....................169
De printerstatus controleren vanaf de
computer (Mac OS).....................170
Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren
Kan geen verbinding maken vanaf apparaten
terwijl de netwerkinstellingen correct zijn. . . . . 171
De SSID controleren waarmee de printer is
verbonden............................172
De SSID voor de computer controleren.......173
............................ 170
6
Gebruikershandleiding
Inhoudsopgave
Verbindingen via een draadloos netwerk (Wi­Fi) worden instabiel bij gebruik van USB 3.0-
apparaten op een Mac....................174
Kan niet afdrukken vanaf een iPhone, iPad of
iPod touch..............................174
Afdrukproblemen........................ 174
De afdruk is gekrast of er ontbreken kleuren. . . 174 Er verschijnen strepen of onverwachte kleuren. .175 Gekleurde streepvorming zichtbaar met een
tussenafstand van ongeveer 2.5 cm..........175
Onscherpe afdrukken, verticale strepen of
verkeerde uitlijning..................... 176
Afdrukkwaliteit is slecht..................176
Papier vertoont vlekken of is bekrast.........177
Vlekken op het papier bij automatisch
dubbelzijdig afdrukken...................178
Afgedrukte foto's zijn plakkerig.............178
Aeeldingen of foto's worden afgedrukt met
de verkeerde kleuren.................... 178
De kleuren verschillen van wat u op het
scherm ziet........................... 178
Kan niet afdrukken zonder marges..........179
Randen van de aeelding vallen weg bij het
randloos afdrukken..................... 179
Positie, formaat of marges van de afdruk zijn
niet juist............................. 179
Afgedrukte tekens zijn niet juist of onleesbaar. . 180 De afgedrukte
Mozaïekachtige patronen op de afdrukken. . . . .180
Op de gekopieerde afdruk verschijnen ongelijke kleuren, vegen, vlekken of rechte
lijnen................................180
Er verschijnt een webachtig patroon (ook wel "moiré" genoemd) op de gekopieerde
aeelding............................181
De achterkant van het origineel is te zien op
de gekopieerde aeelding.................181
Het probleem kon niet worden opgelost. . . . . . .181
Overige afdrukproblemen...................181
Afdrukken verloopt te traag...............181
De afdruk- of kopieersnelheid neemt sterk af
tijdens een continue bewerking.............182
Kan het afdrukken niet annuleren vanaf een
computer met Mac OS X 10.6.8.............182
Kan niet beginnen met scannen.............. 182
Kan scannen niet starten via bedieningspaneel. .183
Problemen met gescande aeeldingen......... 183
Ongelijke kleuren, vuil, vlekken, enzovoort worden weergegeven bij scannen vanaf de
glasplaat van de scanner..................183
De aeeldingskwaliteit is ruw..............184
aeelding
is omgekeerd.......180
De oset schijnt door in de achtergrond van aeeldingen
De tekst is onscherp.....................184
Moiré-patronen (webachtige schaduwen)
verschijnen........................... 185
Kan het juiste gebied niet scannen op de
glasplaat............................. 185
Kan geen voorbeeld weergeven in umbnail. . 185 Tekst wordt niet correct herkend wanneer ik
opsla als een Searchable PDF...............186
Problemen in gescande aeelding kunnen
niet worden opgelost.................... 186
Andere scanproblemen.....................187
Scannen verloopt te traag.................187
De scansnelheid neemt sterk af tijdens het
continu scannen........................187
Scannen stopt bij het scannen naar een PDF/
Multi-TIFF........................... 187
Overige problemen........................188
Lichte elektrische schok wanneer u de printer
aanraakt............................. 188
Printer maakt veel lawaai tijdens werking. . . . . 188
Soware wordt geblokkeerd door een rewall
(alleen Windows).......................188
.......................... 184
Bijlage
Technische specicaties.................... 189
Printer
Scannerspecicaties.....................190
Interface-specicaties....................190
Lijst met netwerkfuncties.................191
Wi-Fi-specicaties
Beveiligingsprotocol.....................192
Ondersteunde services van derden.......... 192
Dimensies............................192
Elektrische
Omgevingsspecicaties...................193
Systeemvereisten....................... 193
Regelgevingsinformatie.................... 194
Normen en goedkeuringen................194
Beperkingen op het kopiëren.............. 195
De printer vervoeren en opslaan..............195
Hulp vragen.............................198
Technische ondersteuning (website)......... 198
Contact opnemen met de klantenservice van
Epson...............................198
specicaties
specicaties
..................... 189
......................191
.................. 192
7
Gebruikershandleiding

Over deze handleiding

Over deze handleiding

Introductie tot de handleidingen

De volgende handleidingen worden meegeleverd met uw Epson-printer. Naast de handleidingen kunt u ook de verschillende hulpmogelijkheden op de printer zelf of in de toepassingen raadplegen.
Hier beginnen (gedrukte handleiding)
Bevat informatie over het instellen van de printer, het installeren van de soware, het gebruik van de printer, het oplossen van problemen enzovoort.
Gebruikershandleiding (digitale handleiding)
Deze handleiding. Biedt algehele informatie en instructies voor het gebruik van de printer, voor netwerkinstellingen wanneer de printer in een netwerk wordt gebruikt en voor het oplossen van problemen.
U kunt de meest recente versie van de bovenstaande handleidingen in uw bezit krijgen op de volgende manieren.
Gedrukte handleiding
Ga naar de ondersteuningssite van Epson Europe (http://www.epson.eu/Support) of de wereldwijde ondersteuningssite van Epson (http://support.epson.net/).
Digitale handleiding
Start EPSON Soware Updater op uw computer. EPSON Soware Updater controleert of er updates beschikbaar zijn voor Epson-toepassingen of digitale handleidingen en laat u vervolgens de meest recente versie downloaden.
Gerelateerde informatie
& “Hulpprogramma's voor soware-updates (EPSON Soware Updater)” op pagina 154

Informatie zoeken in de handleiding

In de PDF-handleiding kunt u naar informatie zoeken via een zoekwoord, of direct naar een bepaald gedeelte gaan met behulp van de bladwijzers.U kunt ook alleen de pagina's afdrukken die u nodig hebt.Dit gedeelte bevat uitleg over het gebruik van een PDF-handleiding die in Adobe Reader X is geopend op de computer.
8
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
Zoeken met een zoekwoord
Klik op Bewerken > Geavanceerd zoeken.Voer in het zoekvenster het zoekwoord (tekst) in voor de informatie die u zoekt en klik vervolgens op Zoeken.Zoekresultaten worden weergegeven in een lijst.Klik op een van de weergegeven zoekresultaten om naar de
Direct naar informatie gaan via bladwijzers
betreende
pagina te gaan.
Klik op een titel om naar de betreende pagina te gaan.Klik op + of > en bekijk de onderliggende titels in dat gedeelte.Voer de volgende bewerking uit op het toetsenbord als u wilt terugkeren naar de vorige pagina.
Wi n dow s: h ou d de Alt-toets ingedrukt en druk op ←.
Mac OS: houd de command-toets ingedrukt en druk op ←.
Alleen pagina's afdrukken die u nodig hebt
U kunt alleen de pagina's die u nodig hebt extraheren en afdrukken.Klik op Afdrukken in het menu Bestand en geef in Pagina's bij Pagina's die moeten worden afgedrukt de pagina's op die u wilt afdrukken.
Als u een paginareeks wilt opgeven, voert u tussen de begin- eindpagina een areekstreepje in.
Voor be eld : 20 -25
Als u niet-opeenvolgende pagina's wilt opgeven, scheidt u de pagina's met komma's.
Voorbeeld: 5, 10, 15
9
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding

Markeringen en symbolen

Let op:
!
Instructies die nauwkeurig moeten worden gevolgd om lichamelijk letsel te voorkomen.
Belangrijk:
c
Instructies die moeten worden nageleefd om schade aan de apparatuur te voorkomen.
Opmerking:
Biedt aanvullende en referentie-informatie.
Gerelateerde informatie
& Koppelingen naar gerelateerde gedeelten.

Beschrijvingen gebruikt in deze handleiding

Screenshots van de schermen van de printerdriver en Epson Scan 2 (scannerdriver) zijn van Windows 10 of
macOS Mojave. De inhoud die op de schermen wordt weergegeven, is
De aeeldingen in deze handleiding dienen uitsluitend als voorbeeld. Er zijn kleine verschillen tussen elk
model, maar de gebruiksmethode
Sommige menu-items op het lcd-scherm variëren naargelang het model en de instellingen.
U kunt de QR-code scannen met de speciale app.
blij
hetzelfde.
aankelijk
van het model en de situatie.

Referenties voor besturingssystemen

Windows
In deze handleiding verwijzen termen zoals "Windows 10", "Windows 8.1", "Windows 8", "Windows 7", "Windows Vista", en "Windows XP" naar de volgende besturingssystemen. Bovendien wordt "Windows" gebruikt om alle versies ervan aan te duiden.
Microso
Microso
Microso
Microso
Microso
Microso
Microso
Wi n dow s® 10 besturingssysteem
®
Wi n dow s® 8.1 besturingssysteem
®
Wi n dow s® 8 besturingssysteem
®
Wi n dow s® 7 besturingssysteem
®
Wi n dow s Vi s ta® besturingssysteem
®
Wi n dow s® XP besturingssysteem
®
Wi n dow s® XP Professional x64 Edition besturingssysteem
®
10
Gebruikershandleiding
Over deze handleiding
Mac OS
In deze handleiding wordt "Mac OS" gebruikt om te verwijzen naar macOS Mojave, macOS High Sierra, macOS Sierra, OS X El Capitan, OS X Yosemite, OS X Mavericks, OS X Mountain Lion, Mac OS X v10.7.x en Mac OS X v10.6.8.
11
Gebruikershandleiding

Belangrijke instructies

Belangrijke instructies

Veiligheidsinstructies

Lees en volg deze instructies om deze printer veilig te gebruiken.Bewaar deze handleiding voor latere raadplegingen.Let ook op al de waarschuwingen en instructies die op de printer staan.
Sommige van de symbolen die worden gebruikt op de printer zijn bedoeld om de veiligheid en het juiste
gebruik van de printer te garanderen. Ga naar de volgende website voor de betekenis van de symbolen.
http://support.epson.net/symbols
Gebruik alleen het netsnoer dat met de printer is meegeleverd en gebruik het snoer niet voor andere apparatuur.
Gebruik van andere snoeren met deze printer of gebruik van het meegeleverde netsnoer met andere apparatuur kan leiden tot brand of elektrische schokken.
Zorg ervoor dat het netsnoer voldoet aan de relevante plaatselijke veiligheidsnormen.
Haal het netsnoer, de stekker, de printer, de scanner of de accessoires nooit uit elkaar en probeer deze
onderdelen nooit zelf te wijzigen of te repareren, tenzij zoals uitdrukkelijk staat beschreven in de handleidingen van het apparaat.
Trek in de volgende gevallen de stekker uit het stopcontact en laat het onderhoud aan een onderhoudstechnicus
over:
Als het netsnoer of de stekker beschadigd is, als er vloeistof in de printer is gekomen, als de printer is gevallen of als de behuizing beschadigd is, als de printer niet normaal werkt of als er een duidelijke wijziging in de prestaties optreedt. Wijzig geen instellingen als hiervoor in de gebruiksaanwijzing geen instructies worden gegeven.
Zet het apparaat in de buurt van een stopcontact waar u de stekker gemakkelijk uit het stopcontact kunt halen.
Plaats of bewaar de printer niet buiten en zorg ervoor dat de printer niet wordt blootgesteld aan vuil, stof, water
of hittebronnen. Vermijd plaatsen die onderhevig zijn aan schokken, trillingen, hoge temperaturen of luchtvochtigheid.
Zorg ervoor dat u geen vloeistoen op de printer morst en pak de printer niet met natte handen vast.
Houd de printer ten minste 22 cm verwijderd van pacemakers. De radiogolven die door deze printer worden
uitgezonden, kunnen een negatieve invloed hebben op de werking van pacemakers.
Neem contact op met uw leverancier als het lcd-scherm beschadigd is. Als u vloeistof uit het scherm op uw
handen krijgt, was ze dan grondig met water en zeep. Als u vloeistof uit het scherm in uw ogen krijgt, moet u uw ogen onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een arts als u ondanks grondig spoelen problemen krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.

Veiligheidsinstructies voor inkt

Wees voorzichtig met gebruikte cartridges. Er kan inkt rond de inkttoevoer kleven.
Als u inkt op uw huid krijgt, wast u de plek grondig met water en zeep.
Als u inkt in uw ogen krijgt, moet u uw ogen onmiddellijk uitspoelen met water. Raadpleeg onmiddellijk een
arts als u ondanks grondig spoelen problemen krijgt met uw ogen of nog steeds ongemak ondervindt.
Als er inkt in uw mond terechtkomt, raadpleegt u direct een arts.
Haal de cartridge of onderhoudscassette niet uit elkaar, omdat u inkt in uw ogen of op uw huid kunt krijgen.
12
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
Schud de cartridges niet te hard en laat ze niet vallen. Wees ook voorzichtig dat u ze niet ineendrukt of hun
etiket scheurt. Omdat hierdoor inkt kan lekken.
Houd cartridges en de onderhoudscassette buiten het bereik van kinderen.

Printeradviezen en waarschuwingen

Lees en volg deze instructies om schade aan de printer of uw eigendommen te voorkomen. Bewaar deze handleiding voor toekomstig gebruik.

Adviezen en waarschuwingen voor het instellen/gebruik van de printer

Blokkeer de openingen in de behuizing van de printer niet en dek deze niet af.
Gebruik uitsluitend het type voedingsbron dat is vermeld op het etiket van de printer.
Gebruik geen stopcontacten in dezelfde groep als kopieerapparaten, airconditioners of andere apparaten die
regelmatig worden in- en uitgeschakeld.
Gebruik geen stopcontacten die met een wandschakelaar of een automatische timer kunnen worden in- en
uitgeschakeld.
Plaats het hele computersysteem uit de buurt van apparaten die elektromagnetische storing kunnen
veroorzaken, zoals luidsprekers of basisstations van draadloze telefoons.
Plaats het netsnoer zodanig dat geen slijtage, inkepingen, rafels, plooien en knikken kunnen optreden. Plaats
geen voorwerpen op het netsnoer en plaats het netsnoer zodanig dat niemand erop kan stappen. Let er vooral op dat snoeren mooi recht blijven aan de uiteinden en de punten waar deze de transformator in- en uitgaan.
Als u een verlengsnoer gebruikt voor de printer, mag de totale stroombelasting in ampère van alle aangesloten
apparaten niet hoger zijn dan de maximale belasting voor het verlengsnoer. Zorg er bovendien voor dat het totaal van de ampèrewaarden van alle apparaten die zijn aangesloten op het stopcontact, niet hoger is dan de maximumwaarde die is toegestaan voor het stopcontact.
Als u de printer in Duitsland gebruikt, moet u rekening houden met het volgende: de installatie van het gebouw
moet beschikken over een stroomonderbreker van 10 of 16 A om de printer te beschermen tegen kortsluiting en stroompieken.
Let bij het aansluiten van de printer op een computer of ander apparaat op de juiste richting van de stekkers van
de kabel. Elke stekker kan maar op een manier op het apparaat worden aangesloten. Wanneer u een stekker op een verkeerde manier in het apparaat steekt, kunnen beide apparaten die via de kabel met elkaar zijn verbonden beschadigd raken.
Plaats de printer op een vlakke, stabiele ondergrond die groter is dan de printer zelf. De printer werkt niet goed
als deze scheef staat.
Laat boven de printer voldoende ruimte vrij om het deksel volledig te kunnen openen.
Zorg ervoor dat aan de voorkant van de printer voldoende ruimte is voor het papier dat uit de printer komt.
Vermijd plaatsen met grote schommelingen in temperatuur en luchtvochtigheid. Houd de printer ook uit de
buurt van direct zonlicht, fel licht of warmtebronnen.

Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van de printer

Steek geen voorwerpen door de openingen in de printer.
13
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies
Steek uw hand niet in de printer tijdens het afdrukken.
Raak de witte, platte kabel binnen in de printer niet aan.
Gebruik geen spuitbussen met ontvlambare stoen in of in de buurt van de printer. Dit kan brand veroorzaken.
Verplaats de printkop niet handmatig; anders kunt u de printer beschadigen.
Pas bij het sluiten van de scannereenheid op dat uw vingers niet klem komen te zitten.
Let erop dat u nooit te hard op de scannerglasplaat drukt wanneer u er een origineel op legt.
P
Zet de printer altijd uit met de knop
stopcontact niet af zolang het lampje
Als u de printer gedurende langere tijd niet gebruikt, neem dan de stekker uit het stopcontact.
. Trek de stekker niet uit het stopcontact en sluit de stroom naar het
P
nog knippert.

Adviezen en waarschuwingen voor het vervoeren of opslaan van de printer

Zorg er bij opslag of transport van de printer voor dat deze niet gekanteld, verticaal of ondersteboven wordt
gehouden, anders kan er inkt lekken.
Controleer vóór het vervoeren van de printer of de printkop zich in de uitgangspositie (uiterst rechts) bevindt.

Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van de printer met een draadloze verbinding

Radiogolven van deze printer kunnen nadelige gevolgen hebben voor de werking van medische elektronische
apparatuur, waardoor deze apparatuur defect kan raken.Wanneer u deze printer gebruikt in een medische instelling of in de buurt van medische apparatuur, volg dan de aanwijzingen van het bevoegd personeel van de medische instelling en volg alle waarschuwingen en aanwijzingen die op de medische apparatuur zelf staan.
Radiogolven uit deze printer kunnen de werking van automatisch gestuurde apparaten, zoals automatische
deuren of een brandalarm, storen en kunnen tot ongevallen leiden als gevolg van storing.Volg alle waarschuwingen en aanwijzingen die op deze apparatuur zijn aangeduid wanneer u deze printer gebruikt in de buurt van automatisch aangestuurde apparaten.

Adviezen en waarschuwingen voor gebruik van het display

Het display kan een paar kleine heldere of donkere puntjes vertonen en is mogelijk niet overal even helder. Dit
is normaal en wil geenszins zeggen dat het display beschadigd is.
Maak het display alleen schoon met een droge, zachte doek. Gebruik geen vloeibare of chemische
reinigingsmiddelen.
De buitenkant van de display kan breken als deze een grote weerslag krijgt. Neem contact op met uw
wederverkoper als het oppervlak van het scherm barst of splintert. Raak de gebroken stukken nooit aan en verwijder ze niet.
14
Gebruikershandleiding
Belangrijke instructies

Uw persoonlijke gegevens beschermen

Als u de printer aan iemand anders gee of wilt weggooien, kunt u het geheugen als volgt wissen: selecteer Instel. > Standaardinst. herstellen > Alle instellingen op het bedieningspaneel.
15
Gebruikershandleiding

Basisprincipes van printer

Basisprincipes van printer

Namen en functies van onderdelen

A
B
C
D
E
F
Papiertoevoer achter Hieruit wordt papier geladen.
Papiersteun Ondersteuning voor geladen papier.
Zijgeleider Hiermee wordt het papier recht in de printer ingevoerd. Schuif deze naar de
randen van het papier.
Invoerbeveiliging Voorkomt dat ongewenste zaken in de printer terechtkomen.
Laat deze bescherming over het algemeen dicht.
Uitvoerlade Opvanglade voor het papier dat uit de printer komt.
Stopper Hiermee wordt voorkomen dat afdrukken uit de uitvoerlade vallen.
Documentkap Houdt extern licht tegen tijdens het scannen.
A
Scannerglasplaat Plaats de originelen.
B
16
Gebruikershandleiding
Bedieningspaneel Geeft de status van de printer weer en maakt het mogelijk printerinstellingen
C
Basisprincipes van printer
te congureren.
Steun van scannereenheid Ondersteuning voor de scannereenheid.
A
Scannereenheid Scant de geplaatste originelen. Open de eenheid om inktpatronen te
B
vervangen of papier dat in de printer is vastgelopen, te verwijderen.
Inktcartridgehouder Installeer de inktpatronen. Inkt komt uit de spuitkanaaltjes van de printkop.
C
Afdekking onderhoudsset Verwijder deze afdekking wanneer u de onderhoudsset wilt vervangen. De
A
onderhoudsset is een houder waarin kleine hoeveelheden overtollige inkt wordt opgevangen tijdens het reinigen of afdrukken.
Achterpaneel Verwijderen bij het verwijderen van vastgelopen papier.
B
Netsnoeraansluiting Voor aansluiting van het netsnoer.
C
USB-poort Voor aansluiting van een USB-kabel als verbinding met een computer.
D
Gerelateerde informatie
& “Bedieningspaneel” op pagina 18
17
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer

Uitleg bij het bedieningspaneel

Bedieningspaneel

A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
Hiermee schakelt u de printer in of uit.
Haal het netsnoer uit het stopcontact nadat u hebt gecontroleerd of het aan/uit-lampje uit staat.
Hiermee opent u het startscherm.
Hiermee geeft u menu's en berichten weer. Gebruik de knoppen op het bedieningspaneel om een menu te selecteren of instellingen te congureren.
Hiermee selecteert u het aantal pagina's dat u wilt afdrukken.
Hiermee stopt u de actieve bewerking.
Hiermee start u een taak, zoals afdrukken of kopiëren.
Is van toepassing op verschillende functies, afhankelijk van de situatie.
Gebruik de knoppen u d l r om een menu te selecteren en druk op de knop OK om naar het selecteerde menu te gaan.
Hiermee keert u terug naar het vorige scherm.
Hiermee worden de oplossingen weergegeven wanneer u problemen ondervindt.
18
Gebruikershandleiding

Uitleg bij het startscherm

A
Hierop worden items aangegeven die voor de printer als pictogram zijn ingesteld. Druk op de knoppen u d l om het pictogram te selecteren en druk op de knop OK om de huidige instellingen te controleren of elk instellingenmenu te openen.
Basisprincipes van printer
r
Geeft elk menu weer.
B
Kopiëren Hiermee kunt u een document kopiëren.
Scannen Hiermee kunt u een document of foto scannen.
Verschillende afdrukken
Instel. Hiermee kunt u instellingen congureren die zijn gerelateerd aan onderhoud, en printer- en
Onderhoud Hiermee geeft u de menu's weer die worden aanbevolen om de kwaliteit van uw afdrukken te
Smartphone verbinden
C
U kunt naar rechts bladeren door op de knop r te drukken.
Hiermee hebt u toegang tot verschillende afdrukfuncties, zoals het kopiëren in diverse lay-outs en het afdrukken van gelinieerd papier of kalenders.
netwerkinstellingen.
verbeteren, zoals het ontstoppen van de spuitmondjes door een controlepatroon van de spuitmondjes af te drukken en een kopreiniging uit te voeren en het verbeteren van vervaging of strepen op uw afdrukken door de printkop uit te lijnen.
Hiermee kunt u de printer zonder een draadloze router rechtstreeks verbinden met een smart device.

Pictogrammen op het lcd-scherm

De volgende pictogrammen worden op het lcd-scherm weergegeven naargelang de status van de printer.
Hiermee wordt het scherm Voorraadstatus weergegeven.
U kunt controleren hoeveel inkt er nog is en hoe lang de onderhoudscassette nog meegaat (bij benadering).
19
Gebruikershandleiding
Geeft de status van de netwerkverbinding aan.
Selecteer het pictogram om de instellingen te controleren en te wijzigen. Dit is de snelkoppeling naar het volgende menu.
Instel. > Netwerkinstellingen > Wi-Fi instellen
Basisprincipes van printer
De printer is niet verbonden met een draadloos (wi-)netwerk.
De printer zoekt naar een SSID, het IP-adres is niet ingesteld of er is een probleem met het draadloze
De printer is verbonden met een draadloos (wi-)netwerk.
Het aantal balkjes geeft de sterkte van de verbinding weer. Hoe meer balkjes, des te sterker de verbinding is.
De printer is niet verbonden met een draadloos (wi-)netwerk in de modus Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt).
De printer is verbonden met een draadloos (wi-)netwerk in de modus Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt).
(wi-)netwerk.
Hiermee wordt aangegeven of Stille modus is ingesteld voor de printer. Wanneer deze functie is ingeschakeld, wordt het geluid dat door de printer wordt gemaakt gedempt. De afdruksnelheid kan hierdoor verminderen. Het geluid wordt mogelijk niet gedempt, afhankelijk van het geselecteerde papiertype en de gekozen afdrukkwaliteit.
Geeft aan dat er aanvullende informatie is. Selecteer het pictogram om het bericht weer te geven.
Geeft aan dat er een probleem is met de items. Selecteer het pictogram om te zien hoe u het probleem kunt oplossen.

Basishandelingen

Verplaats de focus met de knoppen u d l r om de items te selecteren en druk vervolgens op de knop OK om uw selectie te bevestigen of om de geselecteerde functie uit te voeren.
20
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
Verplaats de focus naar het instellingsitem met de knoppen u d l r en druk vervolgens op de knop OK om het item in of uit te schakelen.
Als u waarde, naam, adres enzovoort wilt invoeren, verplaatst u de focus naar het invoerveld met de knoppen
l r en drukt u vervolgens op de knop OK om het schermtoetsenbord weer te geven.
d
u
21
Gebruikershandleiding

Tekens invoeren

Schermtoetsenbord
Basisprincipes van printer
Wanneer u bijvoorbeeld netwerkinstellingen schermtoetsenbord.
A
B
Hiermee geeft u het aantal tekens weer.
Hiermee verplaatst u de cursor naar de invoerpositie.
congureert,
kunt u tekens en symbolen invoeren via het
C
D
E
F
G
H
Hiermee schakelt u tussen hoofdletters en kleine letters.
Hiermee schakelt u tussen tekentypes. U kunt alfanumerieke tekens en symbolen gebruiken.
Hiermee voert u veelgebruikte e-maildomeinadressen of URL's in door het item te selecteren.
Hiermee typt u een spatie.
Hiermee voert u een teken in.
Hiermee wist u het teken links van de cursor.
Opmerking:
Beschikbare pictogrammen variëren naargelang de instelling.
U kunt de tekentypes ook wisselen met de knop
.
Schermtoetsenblok
Wanneer u bijvoorbeeld het aantal exemplaren wilt opgeven, kunt u getallen invoeren met het schermtoetsenblok.
22
Gebruikershandleiding
Basisprincipes van printer
Met het schermtoetsenblok kunt u eenvoudiger grotere getallen invoeren. Gebruik voor kleinere getallen de knoppen +/-.
A
B
C
Opmerking:
Druk op de knop
Hiermee verwijdert u het ingevoerde getal links.
Hiermee verwijdert u het ingevoerde getal.
Hiermee bevestigt u het ingevoerde getal en sluit u het schermtoetsenblok.
om het invoeren te annuleren en sluit het schermtoetsenblok.

Animaties bekijken

Op het lcd-scherm kunt u animaties bekijken van bedieningsinstructies, zoals het laden van papier of het verwijderen van vastgelopen papier.
Druk op de knop
wilt bekijken.
Selecteer Hoe onderaan het bedieningsscherm. De contextgevoelige animatie wordt weergegeven.
. Het Help-scherm wordt weergegeven.Selecteer Hoe en selecteer vervolgens de items die u
23
Gebruikershandleiding
Geeft het totale aantal stappen en het nummer van de huidige stap weer.
A
In het voorbeeld hierboven wordt stap 2 van 3 stappen weergegeven.
B
Druk op de knop l om terug te keren naar de vorige stap.
Geeft de voortgang in de huidige stap aan.De animatie wordt herhaald wanneer de voortgangsbalk het einde
C
bereikt.
D
Druk op de knop r om verder te gaan naar de volgende stap.
Basisprincipes van printer
24
Gebruikershandleiding

Netwerkinstellingen

Netwerkinstellingen

Typen netwerkverbindingen

U kunt de volgende verbindingsmethoden gebruiken.

Wi-Fi-verbinding

Sluit de printer en de computer of het smart device aan op de draadloze router. Dit is de meest gebruikelijke manier van verbinden voor netwerken thuis en op kantoor waar de Wi-Fi-verbindingen worden verzorgd door een draadloze router.
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 26 & “Een smart device verbinden” op pagina 27 & “Wi-Fi-instellingen congureren op de printer” op pagina 37

Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt)

Gebruik deze verbindingsmethode wanneer u thuis of op kantoor geen Wi-Fi hebt of wanneer u de printer en het smart device rechtstreeks met elkaar wilt verbinden. In deze modus fungeert de printer als draadloze router en kunt u maximaal vier apparaten met de printer verbinden zonder dat u een gewone draadloze router nodig hebt.
25
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Smart devices die rechtstreeks met de printer zijn verbonden kunnen echter niet met elkaar communiceren via de printer.
De printer kan tegelijk verbinding hebben via Wi-Fi en Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt). Als u echter een netwerkverbinding start in Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) wanneer de printer verbinding hee via Wi-Fi, wordt de Wi-Fi-verbinding tijdelijk verbroken.
Gerelateerde informatie
& “Verbinding maken met een iPhone, iPad of iPod touch via Wi-Fi Direct” op pagina 28 & “Verbinden met Android-apparaten met Wi-Fi Direct” op pagina 31 & “Verbinding maken met niet-iOS- of Android-apparaten via Wi-Fi Direct” op pagina 33

Een computer verbinden

Het wordt aanbevolen het installatieprogramma te gebruiken om de printer te verbinden met een computer. U kunt het installatieprogramma op een van de volgende manieren uitvoeren.
Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in. Ga naar Instellen en congureer de instellingen.
http://epson.sn
Instellen met de soware-cd (alleen voor modellen die worden geleverd met een soware-cd en gebruikers die
beschikken over een Windows-computer met een schijfstation).
Plaats de soware-cd in de computer en volg de instructies op het scherm.
De verbindingsmethoden selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven en selecteer vervolgens de gewenste methode om de printer met de computer te verbinden.
26
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Selecteer het verbindingstype en klik vervolgens op Vo l ge n d e.
Volg de instructies op het scherm.

Een smart device verbinden

Een smart-apparaat verbinden via een draadloze router

U kunt de printer gebruiken vanaf een smart device wanneer u de printer verbindt met hetzelfde Wi-Fi-netwerk (SSID) als het smart device. Als u de printer wilt gebruiken vanaf een smart device, stelt u dit in vanaf de volgende website. Open de website vanaf een smart device waarmee u verbinding wilt maken met de printer.
http://epson.sn > Instellen
Opmerking:
Als u tegelijkertijd een computer en een smart-apparaat met de printer wilt verbinden, wordt aangeraden als eerste de computer in te stellen met het installatieprogramma.
Gerelateerde informatie
& “Afdrukken met Smart Devices” op pagina 89
27
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen

Verbinding maken met een iPhone, iPad of iPod touch via Wi-Fi Direct

Met deze methode kunt u de printer zonder een draadloze router rechtstreeks verbinden met een iPhone, iPad of iPod touch. De volgende omstandigheden zijn vereist om verbinding te maken via deze methode. Als uw omgeving niet aan deze voorwaarden voldoet, kunt u verbinding maken door Andere OS-apparaten te selecteren. Zie de gerelateerde informatie hieronder voor meer informatie over het verbinden.
iOS 11 of hoger
Gebruik de standaard cameratoepassing om de QR-code te scannen
Epson iPrint versie 7.0 of hoger
Epson iPrint wordt gebruikt om vanaf een smart device af te drukken. Installeer van tevoren Epson iPrint op het smart device.
Opmerking:
U hoe deze instellingen slechts een keer te congureren voor de printer die en het smart device dat u met elkaar wilt verbinden. U netwerkinstellingen herstelt.
deze instellingen niet opnieuw te
hoe
congureren,
tenzij u Wi-Fi Direct uitschakelt of de standaard
1. Selecteer Smartphone verbinden op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
2.
Selecteer Start de instelling.
3. Selecteer iOS.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
28
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
De QR-code wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer.
4. Start op de iPhone, iPad of iPod touch de standaard Camera-app en scan de QR-code die in de modus FOTO op het bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven.
Gebruik de Camera-app voor iOS 11 of hoger. Met de Camera-app voor iOS 10 of lager kunt u geen verbinding maken met de printer. Ook kunt u geen app voor het scannen van QR-codes gebruiken. Als u geen verbinding kunt maken, selecteert u Andere methoden op het bedieningspaneel van de printer. Zie de gerelateerde informatie hieronder voor meer informatie over het verbinden.
5. Tik op de melding die wordt weergegeven op het scherm van de iPhone, iPad of iPod touch.
6. Tik op Koppelen.
29
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
7. Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Vo lg e n de .
8. Start de Epson-printapp op de iPhone, iPad of iPod touch.
Voorbeelden van Epson-printapps
9. Tik op het scherm van de Epson-printapp op Printer niet geselecteerd.
10. Selecteer de printer waarmee u verbinding wilt maken.
Bekijk de informatie die op het bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven om de printer te selecteren.
11. Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Volledig.
30
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Selecteer voor smart devices die eerder met de printer verbonden zijn geweest de netwerknaam (SSID) op het Wi­Fi-scherm van het smart device en maak opnieuw verbinding.
Gerelateerde informatie
& “Verbinding maken met niet-iOS- of Android-apparaten via Wi-Fi Direct” op pagina 33 & “Afdrukken met Smart Devices” op pagina 89

Verbinden met Android-apparaten met Wi-Fi Direct

Me deze methode kunt u de printer direct verbinden met uw Android-apparaat zonder draadloze router. De volgende voorwaarden zijn vereist voor het gebruik van deze functie.
Android 4.4 of later
Epson iPrint versie 7.0 of later
Epson iPrint wordt gebruikt voor het afdrukken van een smart-apparaat. Installeer vooraf Epson iPrint op het smart-apparaat.
Opmerking:
U moet deze instellingen alleen opgeven voor de printer en het smart-apparaat waarmee u eenmaal wilt verbinden. Tenzij u Wi-Fi Direct uitschakelt of de standaard netwerkinstellingen herstelt , hoe u deze instellingen niet opnieuw op te geven.
1. Selecteer Smartphone verbinden op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
u d l r
en drukt u op de knop OK.
2.
Selecteer Start de instelling.
31
Gebruikershandleiding
3. Selecteer Android.
4. Start Epson iPrint op het smart-apparaat.
Netwerkinstellingen
5. Tik op het scherm Epson iPrint op Printer niet geselecteerd..
6.
Selecteer de printernaam waarmee u verbinding wilt maken op het scherm Epson iPrint.
32
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Raadpleeg de informatie die wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer om de printer te selecteren.
Opmerking:
Printers worden mogelijk niet weergegeven, aankelijk van het Android-apparaat. Als er geen printer worden weergegeven, maakt u verbinding door Andere OS-apparaten te selecteren. Raadpleeg de verwante koppelingen hieronder voor het verbinden.
7. Wanneer het scherm voor de goedkeuring van de apparaatverbinding wordt weergegeven, selecteert u Goedkeuren.
8. Selecteer Volledig op het bedieningspaneel van de printer.
Voor smart-apparaten die al eerder werden verbonden met de printer, selecteert u de netwerknaam (SSID) op het wischerm van het smart-apparaat om ze opnieuw te verbinden.
Gerelateerde informatie
“Verbinding maken met niet-iOS- of Android-apparaten via Wi-Fi Direct” op pagina 33
& & “Afdrukken met Smart Devices” op pagina 89

Verbinding maken met niet-iOS- of Android-apparaten via Wi-Fi Direct

Met deze methode kunt u de printer zonder een draadloze router rechtstreeks verbinden met smart devices.
Opmerking:
U hoe deze instellingen slechts een keer te congureren voor de printer die en het smart device dat u met elkaar wilt verbinden. U hoe deze instellingen niet opnieuw te congureren, tenzij u Wi-Fi Direct uitschakelt of de standaard netwerkinstellingen herstelt.
33
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
1. Selecteer Smartphone verbinden op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
2. Selecteer Start de instelling.
3. Selecteer Andere OS-apparaten.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
De SSID en het Wachtwoord voor Wi-Fi Direct voor de printer worden weergegeven.
34
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
4. Selecteer op het Wi-Fi-scherm van het smart device de SSID die op het bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven en voer vervolgens het wachtwoord in.
De schermafdruk is een voorbeeld op iPhone.
5. Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Vo lg e n de .
35
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
6. Start de Epson-printapp op het smart device.
Voorbeelden van Epson-printapps
7. Tik op het scherm van de Epson-printapp op Printer niet geselecteerd.
8. Selecteer de printer waarmee u verbinding wilt maken.
Bekijk de informatie die op het bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven om de printer te selecteren.
9. Selecteer op het bedieningspaneel van de printer Volledig.
36
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Selecteer voor smart devices die eerder met de printer verbonden zijn geweest de netwerknaam (SSID) op het Wi­Fi-scherm van het smart device en maak opnieuw verbinding.
Gerelateerde informatie
& “Afdrukken met Smart Devices” op pagina 89
Wi-Fi-instellingen
Op het bedieningspaneel van de printer kunt u op verschillende manieren de netwerkinstellingen congureren. Kies de verbindingsmethode die overeenkomt met uw omgeving en de voorwaarden die u gebruikt.
Als u beschikt over de informatie voor de draadloze router, zoals de SSID en het wachtwoord, kunt u de instellingen handmatig congureren.
Als de draadloze router WPS ondersteunt, kunt u de instellingen congureren met drukknopinstellingen.
Nadat de printer verbinding hee gemaakt met het netwerk, maakt u verbinding tussen de printer en het apparaat dat u wilt gebruiken (computer, smart device, tablet, enz.).
Congureer
Gerelateerde informatie
& “Wi-Fi-instellingen congureren door de SSID en het wachtwoord in te voeren” op pagina 37 & “Wi-Fi-instellingen congureren via de drukknopinstelling (WPS)” op pagina 39 & “Wi-Fi-instellingen congureren via de pincode-instelling (WPS)” op pagina 40 & “Geavanceerde netwerkinstellingen maken” op pagina 42
geavanceerde netwerkinstellingen om een statisch IP-adres te gebruiken.
congureren
op de printer
Wi-Fi-instellingen congureren door de SSID en het wachtwoord in te voeren
U kunt een Wi-Fi-netwerk instellen door op het bedieningspaneel van de printer de gegevens in te voeren die benodigd zijn voor het maken van een verbinding met een draadloze router. Als u op deze wijze de instellingen wilt
congureren,
Opmerking:
Als u een draadloze router met de standaardinstellingen gebruikt, gebruikt u de SSID en het wachtwoord die op het label vermeld staan. Als u de SSID en het wachtwoord niet weet, zie dan de informatie die bij de draadloze router is geleverd.
hebt u de SSID en het wachtwoord van de draadloze router nodig.
37
Gebruikershandleiding
1. Selecteer op het startscherm.
Netwerkinstellingen
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
u d l r
en drukt u op de knop OK.
2. Selecteer Wi - Fi (a an be vo l e n) .
3.
Druk op de knop OK om het volgende scherm weer te geven.
Als de netwerkverbinding al is ingesteld, worden de verbindingsdetails weergegeven. Selecteer Instellingen wijzigen om de instellingen te wijzigen.
4. Selecteer Wizard Wi-Fi instellen.
5.
Selecteer de SSID van de draadloze router.
Opmerking:
Als de SSID waarmee u verbinding wilt maken, niet wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer,
drukt u op de knop
en voert u de SSID rechtstreeks in.
Als u de netwerknaam (SSID) niet kent, controleert u of de informatie op het label van de draadloze router is
vermeld. Als u de draadloze router met de standaardinstellingen wilt gebruiken, gebruikt u de SSID die op het label is vermeld. Als u geen gegevens kunt vinden, raadpleegt u de documentatie die bij de draadloze router is meegeleverd.
om de lijst te vernieuwen. Als de SSID nog steeds niet wordt weergegeven, tikt u op de knop
6. Druk op de knop OK en voer het wachtwoord in.
Opmerking:
Het wachtwoord is hoofdlettergevoelig.
Als u het wachtwoord niet kent, controleert u of de informatie op het label van de draadloze router is vermeld. Op
het label is mogelijk het wachtwoord vermeld, bijvoorbeeld aangeduid als "Network Key", "Wireless Password". Als u de draadloze router met de standaardinstellingen wilt gebruiken, gebruikt u het wachtwoord dat op het label is geschreven.
7. Als u klaar bent, selecteert u OK.
8. Controleer de instellingen en selecteer vervolgens Start installatie.
38
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
9. Selecteer Negeren om de bewerking te voltooien.
Opmerking:
Als u geen verbinding kunt maken, laadt u normaal papier van A4-formaat en selecteert u Controlerapport afdrukken om een netwerkverbindingsrapport af te drukken.
10. Druk op de knop .
Gerelateerde informatie
& “Tekens invoeren” op pagina 22
“De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 43
&
“Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
&
congureren
” op pagina 170
Wi-Fi-instellingen congureren via de drukknopinstelling (WPS)
U kunt automatisch een Wi-Fi-netwerk instellen door op een knop op de draadloze router te drukken. Als aan de volgende voorwaarden is voldaan, kunt u deze manier van instellen gebruiken.
De draadloze router is compatibel met WPS (Wi-Fi beschermde installatie).
De huidige Wi-Fi-verbinding is tot stand gebracht door op een knop op de draadloze router te drukken.
1. Selecteer
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
op het startscherm.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
2. Selecteer Wi - Fi (a an be vo l e n) .
3.
Druk op de knop OK.
Als de netwerkverbinding al is ingesteld, worden de verbindingsdetails weergegeven. Selecteer Instellingen wijzigen om de instellingen te wijzigen.
4. Selecteer Instellen met drukknop (WPS).
39
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
5. Houd de [WPS]-knop ingedrukt op de draadloze router tot het beveiligingslampje knippert.
Als u niet weet waar de [WPS]-knop zit, of als de draadloze router geen knoppen documentatie van de draadloze router voor meer informatie.
6. Druk op de printer op de knop OK.
7. Sluit het scherm.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan de draadloze router opnieuw, zet deze dichter bij de printer en probeer het nog een keer. Als het nog steeds niet werkt, druk dan een netwerkverbindingsrapport af en controleer de oplossing.
8. Druk op de knop .
Gerelateerde informatie
& “De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 43 & “Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt congureren” op pagina 170
raadpleeg dan de
hee,
Wi-Fi-instellingen congureren via de pincode-instelling (WPS)
U kunt automatisch verbinding maken met een draadloze router met behulp van een pincode. U kunt deze methode gebruiken als uw draadloze router WPS (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunt. Gebruik een computer om een pincode in te voeren in de draadloze router.
40
Gebruikershandleiding
1. Selecteer op het startscherm.
Netwerkinstellingen
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
2. Selecteer Wi - Fi (a an be vo l e n) .
3.
Druk op de OK knop.
Als de netwerkverbinding al is ingesteld, worden de verbindingsdetails weergegeven. Selecteer Instellingen wijzigen om de instellingen te wijzigen.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
4. Selecteer Overige > Instellen met PIN (WPS).
5.
Gebruik uw computer om de pincode (acht cijfers) die op het bedieningspaneel van de printer wordt weergegeven in te voeren in de draadloze router. U hebt hier twee minuten de tijd voor.
Opmerking:
Raadpleeg de documentatie van de draadloze router voor meer informatie over het invoeren van een pincode.
6.
Druk op de printer op de knop OK.
7. Sluit het scherm.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd.
Opmerking:
Als de verbinding mislukt, start dan de draadloze router opnieuw, zet hem dichter bij de printer en probeer het nog een keer. Als het nog steeds niet werkt, druk dan een verbindingsrapport af en controleer de oplossing.
8. Druk op de knop.
Gerelateerde informatie
“De status van de netwerkverbinding controleren” op pagina 43
&
“Wanneer u de netwerkinstellingen niet kunt
&
congureren
” op pagina 170
41
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen

Geavanceerde netwerkinstellingen maken

U kunt de naam van het netwerkapparaat, TCP/IP-instellingen, de proxyserver enzovoort aanpassen.Controleer de netwerkomgeving voordat u wijzigingen aanbrengt.
1. Selecteer Instel. op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
2.
Selecteer Netwerkinstellingen > Geavanceerd.
3. Selecteer het menu-item dat u wilt congureren en selecteer vervolgens de waarden of geef deze op.
4. Selecteer Start de instelling.
Gerelateerde informatie
“Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen
&
congureren
u d l r
en drukt u op de knop OK.
” op pagina 42
Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren
Selecteer het menu-item dat u wilt
Apparaatnaam
U kunt de volgende tekens gebruiken.
Tekenlimiet: 2 t/m 15 (u moet minstens 2 tekens invoeren)
Toegestane tekens: A t/m Z, a t/m z, 0 t/m 9, -.
Tekens die u niet bovenaan kunt gebruiken: 0 t/m 9, -.
congureren
en selecteer vervolgens de waarden of geef deze op.
Tekens die u niet onderaan kunt gebruiken: -
TCP/IP
Auto
Selecteer deze optie wanneer u thuis een draadloze router gebruikt of wanneer u het IP-adres automatisch laat toewijzen via DHCP.
Handmatig
Selecteer deze optie wanneer u niet wilt dat het IP-adres van de printer wordt gewijzigd. Voer de adressen in voor IP-adres, Subnetmasker en Standaardgateway, en congureer de instellingen voor de DNS-server, aankelijk van uw netwerkomgeving.
Wan nee r u Auto selecteert voor de instellingen voor het toewijzen van het IP-adres, kunt u de instellingen voor de DNS-server selecteren uit Handmatig of Auto. Als u het DNS-serveradres niet automatisch kunt verkrijgen, selecteert u Handmatig en voert u vervolgens de primaire DNS-server en het secundaire DNS-serveradres rechtstreeks in.
42
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Proxy-server
Niet gebr.
Selecteer deze optie wanneer u de printer gebruikt in een thuisnetwerk.
Gebr.
Selecteer deze optie wanneer u in uw netwerkomgeving een proxyserver gebruikt en u dit wilt instellen in de printer. Voer het adres en poortnummer van de proxyserver in.

De status van de netwerkverbinding controleren

U kunt de netwerkstatus als volgt controleren.

Netwerkpictogram

U kunt de status van de netwerkverbinding en kracht van het radiosignaal controleren aan de hand van het netwerkpictogram op het startscherm van de printer.
Gerelateerde informatie
& “Pictogrammen op het lcd-scherm” op pagina 19

De gedetailleerde netwerkinformatie controleren op het bedieningspaneel

Wanneer uw printer verbinding hee met het netwerk, kunt u ook andere netwerkgerelateerde informatie bekijken door de netwerkmenu's te selecteren die u wilt controleren.
1. Selecteer Instel. op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
2. Selecteer Netwerkinstellingen > Netwerkstatus.
3. Als u deze informatie wilt controleren, selecteert u de menu's die u wilt nakijken.
Wi - F i - s t a t u s
de netwerkinformatie weer (apparaatnaam, verbinding, signaalsterkte, IP-adres ophalen, enz.) voor
Gee Wi - F i - v e r b i n d i n g e n .
u d l r
43
en drukt u op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Wi-Fi Direct-status
Gee weer of Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) is in- of uitgeschakeld voor Wi-Fi Direct­verbindingen (eenvoudig toegangspunt).
statusvel
Drukt een netwerkstatusblad af.De informatie voor Wi-Fi, Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) enz. wordt op twee of meer pagina's afgedrukt.
Gerelateerde informatie
& “Een netwerkstatusvel afdrukken” op pagina 50

Een netwerkverbindingsrapport afdrukken

U kunt een netwerkverbindingsrapport afdrukken om de status tussen de printer en de draadloze router te controleren.
1. Doe het papier in.
2. Selecteer Instel. op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
3.
Selecteer Netwerkinstellingen > Controle van netwerkverbinding.
De verbindingscontrole wordt gestart.
4. Selecteer Controlerapport afdrukken.
5. Volg de instructies op het scherm van de printer om het netwerkverbindingsrapport af te drukken.
Als er een fout is opgetreden, controleer dan het netwerkverbindingsrapport en volg de afgedrukte oplossingen.
6. Druk op de OK knop.
Gerelateerde informatie
& “Berichten en oplossingen op het netwerkverbindingsrapport” op pagina 45
u d l r
en drukt u op de knop OK.
44
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Berichten en oplossingen op het netwerkverbindingsrapport
Controleer de berichten en foutcodes op het netwerkverbindingsrapport en volg dan de oplossingen.
a. Foutcode
b. Berichten over de netwerkomgeving
Gerelateerde informatie
& “E-1” op pagina 46 & “E-2, E-3, E-7” op pagina 46 & “E-5” op pagina 47 & “E-6” op pagina 47 & “E-8” op pagina 47 & “E-9” op pagina 48 & “E-10” op pagina 48 & “E-11” op pagina 48 & “E-12” op pagina 49 & “E-13” op pagina 49 & “Bericht over de netwerkomgeving” op pagina 50
45
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
E-1
Oplossingen:
Controleer of de ethernetkabel goed is aangesloten op uw printer en op uw hub of een ander netwerkapparaat.
Controleer of uw hub of een ander netwerkapparaat is ingeschakeld.
Als u de printer wilt verbinden via wi, moet u de wi-instellingen opnieuw opgeven omdat dit is
uitgeschakeld.
E-2, E-3, E-7
Oplossingen:
Controleer of uw draadloze router is ingeschakeld.
Controleer of uw computer of apparaat correct is aangesloten op de draadloze router.
Schakel de draadloze router uit. Wacht ongeveer 10 seconden en schakel deze in.
Plaats de printer dichter bij uw draadloze router en verwijder alle eventuele obstakels ertussen.
Als u de SSID handmatig hebt ingevoerd, moet u controleren of deze correct is. Controleer de SSID op het
gedeelte Netwerkstatus op het netwerkverbindingsrapport.
Als een draadloze router meerdere SSID’s
een niet-compatibele frequentie gebruikt, toont de printer deze niet.
Als u een drukknopinstelling gebruikt voor het tot stand brengen van een netwerkverbinding, moet u
controleren of uw draadloze router WPS ondersteunt. U kunt de drukknopinstelling niet gebruiken als uw draadloze router WPS niet ondersteunt.
Controleer of uw SSID alleen ASCII-tekens (alfanumerieke tekens en symbolen) gebruikt. De printer kan geen
SSID die niet-ASCII-tekens bevat, weergeven.
Zorg dat u uw SSID en wachtwoord kent voordat u verbinding maakt met de draadloze router. Als u een
draadloze router gebruikt met de standaardinstellingen, bevinden de SSID en het wachtwoord zich op het label op de draadloze router. Als u uw SSID en het wachtwoord niet kent, neemt u contact op met de persoon die de draadloze routers hee ingesteld of raadpleegt u de documentatie die bij de draadloze router is geleverd.
Als u wilt verbinden met een SSID die is gegenereerd met behulp van de tethering-functie van een smart device,
controleert u de SSID en het wachtwoord in de documentatie die bij het smart device is geleverd.
Als uw wi-verbinding plots wordt verbroken, controleert u de onderstaande voorwaarden. Als een of meer van
deze voorwaarden van toepassing zijn, stelt u uw netwerkinstellingen opnieuw in door de soware van de volgende website te downloaden en uit te voeren.
http://epson.sn > Instellen
selecteert u de SSID die wordt weergegeven. Wanneer de SSID
hee,
Er is een ander smart device toegevoegd aan het netwerk met behulp van de drukknopinstelling.
Het wi-netwerk is ingesteld met een andere methode dan de drukknopinstelling.
Gerelateerde informatie
“Een computer verbinden” op pagina 26
&
“Wi-Fi-instellingen
&
congureren
op de printer” op pagina 37
46
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
E-5
Oplossingen:
Zorg dat het beveiligingstype van de draadloze router is ingesteld op een van het volgende. Als dat niet het geval is, wijzigt u het beveiligingstype op de draadloze router en stelt u de netwerkinstellingen van de printer opnieuw in.
WEP-64 bit (40-bits)
WEP-128 bit (104-bits)
WPA PSK (TKIP/AES)
WPA2 PSK (TKIP/AES)
WPA (TKIP/AES)
WPA2 (TKIP/AES)
* WPA PSK wordt ook wel WPA Personal genoemd. WPA2 PSK wordt ook wel WPA2 Personal genoemd.
*
*
E-6
Oplossingen:
Controleer of MAC
printer zodat het niet wordt gelterd. Raadpleeg de documentatie die bij de draadloze router is geleverd voor details. U kunt het MAC-adres van de printer controleren onder het gedeelte Netwerkstatus in het netwerkverbindingsrapport.
Als uw draadloze router gebruik maakt van gedeelde vericatie met WEP-beveiliging, moet u controleren of de
vericatiecode
Als het aantal te verbinden apparaten op de draadloze router kleiner is dan het aantal netwerkapparaten dat u
wilt verbinden, gee u de instellingen op de draadloze router op om het aantal te verbinden apparaten te vermeerderen. Raadpleeg de documentatie die bij de draadloze router is geleverd om instellingen op te geven.
Gerelateerde informatie
& “Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 42 & “Een netwerkstatusvel afdrukken” op pagina 50
-adreslter
en index correct zijn.
is uitgeschakeld. Als dit is ingeschakeld, registreert u het MAC-adres van de
E-8
Oplossingen:
Schakel DHCP in op de draadloze router als de instelling IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op
Automatisch.
Als IP-adres verkrijgen van de printer is ingesteld op Handmatig, is het IP-adres dat u handmatig hebt
ingesteld, ongeldig omdat het buiten bereik (bijvoorbeeld: 0.0.0.0) is. Stel een geldig IP-adres in vanaf het bedieningspaneel van de printer of met Web Cong.
Gerelateerde informatie
& “Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 42
47
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
E-9
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Apparaten worden ingeschakeld.
U kunt toegang krijgen tot internet en andere computer of netwerkapparaten op hetzelfde netwerk van de
apparaten die u met de printer wilt verbinden.
Als uw printer en netwerkapparaten nog steeds niet worden verbonden nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, schakelt u de draadloze router uit. Wacht ongeveer 10 seconden en schakel deze in. Stel dan uw netwerkinstellingen opnieuw in door het installatieprogramma van de volgende website te downloaden en uit te voeren.
http://epson.sn > Instellen
Gerelateerde informatie
& “Een computer verbinden” op pagina 26
E-10
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
Netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u IP-adres verkrijgen van de
printer hebt ingesteld op Handmatig.
Stel het netwerkadres opnieuw in als het onjuist is. U kunt het IP-adres, het subnetmasker en de standaard gateway controleren onder Netwerkstatus in het netwerkverbindingsrapport.
Als DHCP is ingeschakeld, wijzigt u IP-adres verkrijgen van de printer naar Automatisch. Als u IP-adres handmatig wilt instellen, selecteert u het IP-adres van het gedeelte Netwerkstatus op het netwerkverbindingsrapport en selecteert u Handmatig op het scherm met de netwerkinstellingen. Stel het subnetmasker in op [255.255.255.0].
Als uw printer en netwerkapparaten nog steeds niet worden verbonden, schakelt u de draadloze router uit. Wacht ongeveer 10 seconden en schakel deze in.
Gerelateerde informatie
& “Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 42
E-11
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Het standaard gateway-adres is correct als u de TCP/IP-instelling van de printer instelt op Handmatig.
Het apparaat dat is ingesteld als de standaard gateway, wordt ingeschakeld.
48
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
Stel het juiste standaard gateway-adres in. U kunt het standaard gateway-adres controleren onder het gedeelte Netwerkstatus in het netwerkverbindingsrapport.
Gerelateerde informatie
& “Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 42
E-12
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Andere apparaten op het netwerk worden ingeschakeld.
De netwerkadressen (IP-adres, subnetmasker en standaard gateway) zijn correct als u ze handmatig invoert.
De netwerkadressen voor andere apparaten (subnetmasker en standaard gateway) zijn dezelfde.
Het IP-adres komt niet in
Als uw printer en netwerkapparaten nog steeds niet worden verbonden nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, probeert u het volgende.
Schakel de draadloze router uit. Wacht ongeveer 10 seconden en schakel deze in.
Geef de netwerkinstellingen opnieuw op met het installatieprogramma. U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende
website.
http://epson.sn > Instellen
U kunt meerdere wachtwoorden registreren op een draadloze router die het WEP-beveiligingstype gebruikt. Als
er meerdere wachtwoorden zijn geregistreerd, moet u controleren of het eerste geregistreerde wachtwoord op de printer is ingesteld.
Gerelateerde informatie
& “Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 42 & “Een computer verbinden” op pagina 26
conict
met andere apparaten.
E-13
Oplossingen:
Controleer het volgende.
Netwerkapparaten zoals een draadloze router, hub en router, zijn ingeschakeld.
De TCP/IP-instelling voor netwerkapparaten is niet handmatig opgegeven. (Als de TCP/IP-instelling van de
printer automatisch is ingesteld terwijl de TCP/IP-instelling voor andere netwerkapparaten handmatig wordt uitgevoerd, kan het netwerk van de printer verschillen van het netwerk voor andere apparaten.)
Als dit nog steeds niet werkt nadat u het bovenstaande hebt gecontroleerd, probeert u het volgende.
Schakel de draadloze router uit. Wacht ongeveer 10 seconden en schakel deze in.
Denieer netwerkinstellingen op de computer die op hetzelfde netwerk als de printer zit met het
installatieprogramma. U kunt dit uitvoeren vanaf de volgende website.
http://epson.sn > Instellen
49
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
U kunt meerdere wachtwoorden registreren op een draadloze router die het WEP-beveiligingstype gebruikt. Als
er meerdere wachtwoorden zijn geregistreerd, moet u controleren of het eerste geregistreerde wachtwoord op de printer is ingesteld.
Gerelateerde informatie
& “Items voor Geavanceerde netwerkinstellingen congureren” op pagina 42 & “Een computer verbinden” op pagina 26
Bericht over de netwerkomgeving
Bericht Oplossing
De Wi-Fi-omgeving moet worden verbeterd. Schakel de draadloze router uit en vervolgens weer in. Als de verbinding niet verbetert, raadpleegt u de documentatie voor de draadloze router.
*Er kunnen niet meer apparaten aangesloten worden. Verwijder een van de apparaten als u een ander wilt toevoegen.
Dezelfde SSID als Wi-Fi Direct bestaat in de omgeving. Wijzig de Wi-Fi Direct SSID als u geen smartapparaat kunt verbinden met de printer.
Nadat u de printer dichter bij de draadloze router hebt geplaatst en eventuele obstakels hebt verwijderd, schakelt u de draadloze router uit. Wacht circa 10 seconden en schakel het toegangspunt weer in. Als de printer nog steeds geen verbinding maakt, raadpleegt u de documentatie die bij de draadloze router is meegeleverd.
De computer en de smart-apparaten die tegelijkertijd kunnen worden verbonden, worden volledig verbonden in de Wi-Fi Direct (eenvoudige AP) verbinding. Om nog een computer of een ander smart device toe te voegen, moet u eerst de verbinding van een van de verbonden apparaten verbreken of een van de verbonden apparaten eerst aansluiten op een ander netwerk.
U kunt het aantal draadloze apparaten die tegelijkertijd kunnen worden aangesloten en het aantal verbonden apparaten bevestigen door het netwerkstatusvel of het bedieningspaneel van de printer te controleren.
Ga op het bedieningspaneel van de printer naar het scherm Wi-Fi Direct en selecteer het menu om de instelling te wijzigen. U kunt de netwerknaam wijzigen die na DIRECT-XX- volgt. Voer tot 32 tekens in.

Een netwerkstatusvel afdrukken

U kunt de gedetailleerde netwerkinformatie afdrukken om deze te controleren.
1. Papier laden.
2. Selecteer Instel..
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
u d l r
3. Selecteer Netwerkinstellingen > Netwerkstatus.
4. Selecteer statusvel.
5.
Controleer het bericht en druk vervolgens een netwerkstatusvel af.
6. Druk op de knop OK.
50
en drukt u op de knop OK.
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen

Draadloze routers vervangen of toevoegen

Als de SSID verandert doordat een draadloze router wordt vervangen, of als een draadloze router wordt toegevoegd en een nieuwe netwerkomgeving wordt ingesteld, congureert u de Wi-Fi-instellingen opnieuw.
Gerelateerde informatie
& “De verbindingsmethode met een computer wijzigen” op pagina 51

De verbindingsmethode met een computer wijzigen

Gebruik het installatieprogramma en stel de installatie in met een andere verbindingsmethode.
Instellen vanaf de website
Open de volgende website en voer de productnaam in. Ga naar Instellen en congureer de instellingen.
http://epson.sn
Instellen met de
beschikken over een Windows-computer met een schijfstation).
Plaats de
De verbindingsmethode wijzigen selecteren
Volg de instructies op het scherm totdat het volgende scherm wordt weergegeven.
Selecteer Breng de verbinding van Printer opnieuw tot stand (voor nieuwe netwerkrouter of om USB te wijzigen naar netwerk, enz.) in het scherm
soware-cd
soware-cd
in de computer en volg de instructies op het scherm.
(alleen voor modellen die worden geleverd met een
Soware
installeren en klik vervolgens op Vo l ge n d e.
soware-cd
en gebruikers die
51
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen

De instellingen voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) wijzigen

Wanneer een Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) is ingeschakeld, kunt u de instellingen wijzigen in
> Wi -F i D ir ec t > Start de instelling > Wi j z i g e n en worden de volgende menuopties weergegeven.
Netwerknaam wijzigen
Wijzig de netwerknaam (SSID) voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) voor het maken van verbinding met de printer in een naam naar keuze. U kunt de netwerknaam (SSID) instellen in ASCII-tekens die zijn weergegeven op het
sowaretoetsenbord
Wanneer u de netwerknaam (SSID) wijzigt, wordt de verbinding met alle verbonden apparaten verbroken. Gebruik de nieuwe netwerknaam (SSID) als u opnieuw verbinding wilt maken met het apparaat.
van het bedieningspaneel.
Wachtwoord wijzigen
Wijzig het wachtwoord voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) voor het maken van verbinding met de printer in een waarde naar keuze. U kunt het wachtwoord instellen in ASCII-tekens die zijn weergegeven op het sowaretoetsenbord van het bedieningspaneel.
Wanneer u het wachtwoord wijzigt, wordt de verbinding met alle verbonden apparaten verbroken. Gebruik het nieuwe wachtwoord als u opnieuw verbinding wilt maken met het apparaat.
Wi-Fi Direct uitschakelen
Schakel de instellingen voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) van de printer uit. Wanneer u deze optie uitschakelt, wordt de verbinding verbroken van alle apparaten die via Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) met de printer zijn verbonden.
Standaardinst. herstellen
Herstel alle instellingen voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) naar de standaardwaarden.
De op de printer opgeslagen verbindingsinformatie voor Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) van het smart device wordt verwijderd.

Wi-Fi uitschakelen op het bedieningspaneel

Wanneer u Wi-Fi uitschakelt, wordt de Wi-Fi-verbinding verbroken.
52
Gebruikershandleiding
1. Selecteer op het startscherm .
Netwerkinstellingen
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
2. Selecteer Wi - Fi (a an be vo l e n) .
De netwerkstatus wordt weergegeven.
3. Selecteer Instellingen wijzigen.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
4. Selecteer Overige > Wi-Fi uitschakelen.
5. Controleer het bericht en start vervolgens het instellen.
6.
Sluit het scherm wanneer een bevestigingsbericht wordt weergegeven.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd.
7. Druk op de knop
.

Verbinding Wi-Fi Direct (eenvoudig toegangspunt) verbreken vanaf het bedieningspaneel

Opmerking:
Wanneer de Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) wordt uitgeschakeld, wordt de verbinding voor alle computers en smart devices die met de printer zijn verbonden in Wi-Fi Direct-verbinding (eenvoudig toegangspunt) verbroken. Als u de verbinding met een speciek apparaat wilt verbreken, doet u dit op het apparaat in kwestie en niet op de printer.
53
Gebruikershandleiding
1. Selecteer op het startscherm.
Netwerkinstellingen
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
2. Selecteer Wi - Fi Di re ct .
De Wi-Fi Direct-informatie wordt weergegeven.
3. Druk op de knop OK.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
4. Selecteer Wi j z i g e n .
5. Selecteer Wi-Fi Direct uitschakelen.
6.
Druk op de knop OK.
7. Sluit het scherm wanneer een bevestigingsbericht wordt weergegeven.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd.
8. Druk op de knop
.

De netwerkinstellingen herstellen op het bedieningspaneel

U kunt alle netwerkinstellingen terugzetten op de standaardinstellingen.
1. Selecteer Instel. op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
u d l r
en drukt u op de knop OK.
2. Selecteer Standaardinst. herstellen > Netwerkinstellingen.
3. Controleer het bericht en selecteer Ja.
54
Gebruikershandleiding
Netwerkinstellingen
4. Sluit het scherm wanneer een bevestigingsbericht wordt weergegeven.
Het scherm sluit automatisch na een vastgestelde tijd.
55
Gebruikershandleiding

Papier laden

Papier laden

Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking

Lees de instructiebladen die bij het papier worden geleverd.
Waaier papier en leg de stapel recht voor het laden. Fotopapier niet waaieren of buigen. Dit kan de afdrukzijde
beschadigen.
Als het papier omgekruld is, maakt u het plat of buigt u het vóór het laden lichtjes de andere kant op. Afdrukken
op omgekruld papier kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen papier dat golvend, gescheurd, gesneden, gevouwen, vochtig, te dik of te dun is of papier met
stickers op. Het gebruik van deze papiersoorten kan papierstoringen of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Waaier enveloppen en leg ze recht op elkaar voor het laden. Als de gestapelde enveloppen lucht bevatten, maakt
u ze plat om de lucht eruit te krijgen voordat ze worden geladen.
Gebruik geen omgekrulde of gevouwen enveloppen. Het gebruik van dergelijke enveloppen kan papierstoringen
of vlekken op de afdruk veroorzaken.
Gebruik geen enveloppen met zellevende oppervlakken of vensters.
Vermijd het gebruik van enveloppen die te dun zijn aangezien die kunnen omkrullen tijdens het afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Printer specicaties” op pagina 189
56
Gebruikershandleiding
Papier laden

Beschikbaar papier en capaciteiten

Opmerking:
Het weergegeven papierformaat verschilt aankelijk van de het stuurprogramma.

Origineel Epson-papier

Epson raadt aan om origineel Epson-papier te gebruiken om afdrukken van hoge kwaliteit te krijgen.
Opmerking:
De beschikbaarheid van papier verschilt per locatie. Neem contact op met Epson Support voor de recentste informatie over beschikbaar papier in uw omgeving.
Papier dat geschikt is voor het afdrukken van documenten
Medianaam Grootte Laadcapaciteit (vellen)
Epson Bright White Ink Jet Paper A4 Tot aan de lijn met het driehoekje op de
zijgeleider.
Papier dat geschikt is voor het afdrukken van documenten en foto's
Medianaam Grootte Laadcapaciteit (vellen)
Epson Matte Paper-Heavyweight A4 20
Epson Photo Quality Ink Jet Paper A4 80
Papier dat geschikt is voor het afdrukken van foto's
Medianaam Grootte Laadcapaciteit
(vellen)
Epson Ultra Glossy Photo Paper A4, 13×18 cm (5×7 inch), 10×15 cm (4×6 inch)
Epson Premium Glossy Photo Paper A4, 13×18 cm (5×7 inch), 10×15 cm (4×6 inch)
20
20
*
*
Epson Premium Semigloss Photo Paper A4, 13×18 cm (5×7 inch), 10×15 cm (4×6 inch)
Epson Photo Paper Glossy A4, 13×18 cm (5×7 inch), 10×15 cm (4×6 inch)
* Laad een pagina per keer als het papier niet goed wordt geladen of als de afdruk oneven kleuren of vlekken vertoond.
20
20
*
*
Gerelateerde informatie
& “Papier voor randloos afdrukken” op pagina 58 & “Papier voor dubbelzijdig afdrukken” op pagina 59
57
Gebruikershandleiding
Papier laden

Commercieel beschikbaar papier

Gewoon papier
Medianaam Grootte Laadcapaciteit (vellen)
Gewoon papier
Kopieerpapier
Briefhoofdpapier
*1 Laad een pagina per keer als het papier niet goed wordt geladen of als de afdruk oneven kleuren of vlekken vertoond.
*2 Papier met daarop informatie zoals de naam van de afzender of een bedrijf in de koptekst. De marge bovenaan het papier
moet minimaal 3 mm bedragen. Dubbelzijdig en randloos afdrukken zijn niet beschikbaar met briefhoofdpapier.
*2
Letter, A4, B5, 16K (195×270 mm), A5, A6,B6Tot aan de lijn met het driehoekje op de
zijgeleider.
Legal, 8,5×13 inch, Indian-Legal 1
Op maat (mm)
54×86 tot 215,9×1200
1
*1
Enveloppen
Medianaam Grootte Laadcapaciteit (enveloppen)
Enveloppe Enveloppe #10, Enveloppe DL, Enveloppe C6 10
Gerelateerde informatie
& “Papier voor randloos afdrukken” op pagina 58 & “Papier voor dubbelzijdig afdrukken” op pagina 59

Papier voor randloos afdrukken

Origineel Epson-papier
Epson Bright White Ink Jet Paper
Epson Photo Quality Ink Jet Paper
Epson Matte Paper-Heavyweight
Epson Ultra Glossy Photo Paper
Epson Premium Glossy Photo Paper
Epson Premium Semigloss Photo Paper
Epson Photo Paper Glossy
Commercieel beschikbaar papier
Gewoon papier, kopieerpapier (A4, Letter, door de gebruiker
* Voor randloos afdrukken is papier beschikbaar met de afmetingen 89×86 tot 215,9×1200 mm.
gedenieerd
*
)
58
Gebruikershandleiding
Papier laden

Papier voor dubbelzijdig afdrukken

Origineel Epson-papier
Epson Bright White Ink Jet Paper
Commercieel beschikbaar papier
Gewoon papier, kopieerpapier
* Voor automatisch dubbelzijdig afdrukken kunt u de papierformaten Letter, A4, B5, 16K en door de gebruiker gedenieerd
(182×257 tot 215,9×297 mm) gebruiken.
*

Lijst met papiertypen

Selecteer het papiertype dat bij het papier past voor optimale afdrukresultaten.
Medianaam Afdrukmateriaal
Bedieningspaneel Printerstuurprogramma
Epson Bright White Ink Jet Paper Gewoon papier Gewoon papier
Epson Ultra Glossy Photo Paper Ultra Glossy Epson Ultra Glossy
Epson Premium Glossy Photo Paper Premium Glossy Epson Premium Glossy
Epson Premium Semigloss Photo Paper Premium Semigloss Epson Premium Semigloss
Epson Photo Paper Glossy Glossy Photo Paper Glossy
Epson Matte Paper-Heavyweight Matte Epson Matte
Epson Photo Quality Ink Jet Paper Photo Quality Ink Jet Epson Photo Quality Ink Jet

Papier in de Papiertoevoer achter laden

1. Open de invoerbeveiliging en trek de papiersteun naar buiten.
59
Gebruikershandleiding
Papier laden
2. Verschuif de zijgeleiders.
3. Laad papier in het midden van de papiersteun met de afdrukzijde naar boven.
Belangrijk:
c
Laad niet meer dan het maximale aantal pagina's voor het specieke papiertype. Let er bij gewoon papier
op dat het niet boven de streep net onder het symbool
Laad het papier met de kortste zijde eerst. Als u de papiergrootte echter hebt ingesteld op de breedte van de
lange zijde, laad dan eerst de lange zijde van het papier.
Enveloppe
Laad enveloppen met de omslag naar links.
Lang papier
Als u papier laadt dat langer is dan het formaat Legal, bergt u de papiersteun op en maakt u de voorrand van het papier vlak.
d
aan de binnenzijde van de zijgeleider komt.
60
Gebruikershandleiding
Papier laden
Voorgeperforeerd papier
Opmerking:
Laad een enkel vel van een opgegeven formaat normaal papier met perforatie aan de linker- of rechterzijde.
Pas de afdrukpositie van uw bestand aan zodat u niet over de perforatorgaten heen afdrukt.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken is niet mogelijk met vooraf geperforeerd papier.
4. Schuif de zijgeleiders naar de rand van het papier en sluit vervolgens de invoerbeveiliging.
Belangrijk:
c
Plaats geen voorwerpen op de invoerbeveiliging. Hierdoor wordt mogelijk verhinderd dat het papier wordt ingevoerd.
5. Stel op het bedieningspaneel het papierformaat en -type in voor het papier dat u in de papiertoevoer achter hebt geladen.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
Opmerking:
Selecteer Instel. > Printerinstellingen > Papierbroninstelling > Papierinstelling om het instellingenscherm met
het papierformaat en -type weer te geven.
Selecteer voor brieoofdpapier Brieoofd als het papiertype.
Als u afdrukt op brieoofdpapier dat smaller is dan de instelling in het printerstuurprogramma, kan buiten de
randen van het papier worden afgedrukt. Hierdoor kunnen er inktvlekken op de afdrukken komen en kan zich inkt ophopen in de printer. Selecteer de juiste papiergrootte.
Dubbelzijdig en randloos afdrukken zijn niet beschikbaar met brieoofdpapier. De afdruksnelheid kan ook
afnemen.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
61
Gebruikershandleiding
Papier laden
6. Schuif de uitvoerlade uit.
Opmerking:
Plaats het resterende papier terug in de verpakking. Als u het in de printer laat, kan het papier omkrullen of kan de afdrukkwaliteit achteruitgaan.
Gerelateerde informatie
& “Voorzorgsmaatregelen voor papierverwerking” op pagina 56 & “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 57
62
Gebruikershandleiding

Originelen plaatsen

Originelen plaatsen

Originelen op de Scannerglasplaat plaatsen

Belangrijk:
c
Plaatst u omvangrijke originelen zoals boeken, zorg er dan voor dat er geen extern licht op de scannerglasplaat schijnt.
1. Open de documentklep.
2. Gebruik een zachte, droge en schone doek om stof of vlekken van het oppervlak van de scannerglasplaat te verwijderen.
Opmerking:
Als er stof of vuil op de scannerglasplaat zit, kan het scanbereik worden vergroot om het mee te nemen, waardoor de aeelding
3. Plaats het origineel met de bedrukte zijde omlaag en duw het tegen de hoekmarkering.
van het origineel kan verschuiven of kleiner kan worden.
63
Gebruikershandleiding
Originelen plaatsen
Opmerking:
De eerste 1,5 mm vanaf de hoek van de scannerglasplaat wordt niet gescand.
4. Sluit de klep voorzichtig.
Belangrijk:
c
Oefen niet te veel kracht uit op de scannerglasplaat of de documentkap. Deze kunnen anders beschadigd raken.
5.
Verwijder de originelen na het scannen.
Opmerking:
Als u de originelen langdurig op de scannerglasplaat laat liggen, kunnen ze aan het oppervlak van het glas kleven.

Verschillende originelen plaatsen

Foto's plaatsen om te kopiëren
U kunt meerdere foto's tegelijk plaatsen en deze afzonderlijk kopiëren. De foto's moeten groter zijn dan 30×40 cm. Plaats een foto 5 mm van de hoekmarkering van de scannerglasplaat en laat 5 mm ruimte tussen de foto's. U kunt foto's met een verschillend formaat op de glasplaat leggen.
Maximumformaat: 10×15 cm (4×6 inch)
Een id-kaart plaatsen om te kopiëren
Plaats een id-kaart 5 mm van de hoekmarkering op de scannerglasplaat.
64
Gebruikershandleiding
Originelen plaatsen
Meerdere foto's plaatsen om tegelijkertijd te scannen
U kunt meerdere foto's tegelijkertijd scannen en elke aeelding opslaan met Fotomodus in Epson Scan 2. Plaats de foto's 4,5 mm van de horizontale en verticale rand van de scannerglasplaat en plaats de foto's ten minste 20 mm uit elkaar. De foto's moeten groter zijn dan 15×15 mm.
Opmerking: Schakel het selectievakje umbnail bovenin het voorbeeldscherm in.
65
Gebruikershandleiding

Afdrukken

Afdrukken

Afdrukken via het bedieningspaneel

Een kalender afdrukken

U kunt eenvoudig een Maandelijks of Wekelijks kalender afdrukken.
1.
Laad papier in de printer.
2. Selecteer Verschillende afdrukken op het bedieningspaneel.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
3. Selecteer Schema.
4. Selecteer het type schema.
5.
Congureer
6. Wanneer u Maandelijks selecteert, stelt u de datum in en selecteer u vervolgens Klaar.
7. Voer het aantal exemplaren in en druk vervolgens op de knop
Gerelateerde informatie
“Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59
& & “Lijst met papiertypen” op pagina 59
de papierinstellingen en druk vervolgens op de knop
u d l r
en drukt u op de knop OK.
r
.
x
.
66
Gebruikershandleiding
Afdrukken

Gelinieerd papier afdrukken

U kunt bepaalde soorten gelinieerd papier, graekpapier of muziekpapier afdrukken om uw eigen originele notitieblok of losse vellen te creëren.
1. Laad papier in de printer.
Selecteer Verschillende afdrukken op het bedieningspaneel.
2.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
3. Selecteer Gelinieerd papier.
4. Selecteer het type lijnen.
5. Geef de instellingen voor het papier op.
r
6. Druk op de knop
7. Voer het aantal exemplaren in en druk vervolgens op de knop
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Lijst met papiertypen” op pagina 59
.
u d l r

Afdrukken op enveloppen

en drukt u op de knop OK.
x
.
U kunt op verschillende soorten enveloppen afdrukken.
67
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Druk eerst een schema voor een envelop af op A4-papier. Vervolgens maakt u er een envelop van door het papier te vouwen.
1. Laad A4-papier in de printer.
2. Selecteer Verschillende afdrukken op het bedieningspaneel.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
3. Selecteer Origami.
Selecteer Origami-enveloppe.
4.
5. Selecteer het formaat van de envelop.
6. Selecteer het ontwerp van de envelop.
7. Selecteer de lay-out van de envelop.
8. Selecteer of u wel of niet vouwlijntjes wilt afdrukken.
9. Voer het aantal exemplaren in en druk vervolgens op de knop
Gerelateerde informatie
“Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59
&
“Lijst met papiertypen” op pagina 59
&
u d l r
en drukt u op de knop OK.
x
.
Enveloppen vouwen
Nadat u het schema voor een envelop hebt afgedrukt, drukt u een instructievel af waarop te zien is hoe u de envelop moet vouwen. U legt het instructievel boven op het schema en vouwt beide vellen tegelijk.
1.
Selecteer Instructie Origami-enveloppe in het menu Origami.
2. Selecteer het envelopformaat dat u hebt geselecteerd voor het afdrukken van het envelopschema.
3. Laad gewoon A4-papier in de printer en druk op de knop OK.
68
Gebruikershandleiding
Afdrukken
4. Voer het aantal exemplaren in en druk vervolgens op de knop x.
Het volgende instructievel wordt afgedrukt.
10
10 10
8
8
8
7
7
8
8
8
9
6
6
99
6
5
5
6
6
6
5.
Leg het instructievel op het schema en vouw nu beide vellen tegelijk zoals op het instructievel is aangegeven.
4
11
160mm
115mm
3
2
1
9
9
9
10
10
10
7
1111111111
3
8
181mm
91mm
6
2
5
7
44
7
7
5
8
8
1
6
6
5
5
4
6. Wanneer u klaar bent, haalt u het papier weer uit elkaar en verwijdert u het instructievel. Vervolgens vouwt u alleen het envelopschema opnieuw. De vouwen zitten er nu al in.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Lijst met papiertypen” op pagina 59

Afdrukken vanaf een computer

Basisprincipes voor afdrukken — Windows

Opmerking:
Zie de online-Help voor een uitleg van de items voor instellingen. Klik met de rechtermuisknop op een item en klik dan op
Help.
De werking varieert naargelang de toepassing. Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Selecteer Afdrukken of Afdrukinstelling in het menu Bestand.
4. Selecteer uw printer.
69
Gebruikershandleiding
Afdrukken
5. Selecteer Vo o rk e u re n of Eigenschappen om het venster van het printerstuurprogramma te openen.
6. Geef de volgende instellingen op.
documentformaat: selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Randloos: selecteer deze optie om af te drukken zonder marges rond de aeelding.
Bij het randloos afdrukken worden de afdrukgegevens enigszins vergroot ten opzichte van het papierformaat. Dit zorgt ervoor dat u geen witruimte krijgt rondom. Klik op Instellingen om de mate van vergroting te selecteren.
Afdrukstand: selecteer de afdrukstand die u in de toepassing hebt ingesteld.
Papiertype: selecteer het type papier dat u hebt geladen.
Kwaliteit: selecteer de afdrukkwaliteit.
Wan ne er u Hoog selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk langer.
Kleur: selecteer Grijswaarden wanneer u wilt afdrukken in zwart-wit of grijswaarden.
Opmerking: Selecteer de instelling Liggend als Afdrukstand voor het afdrukken op enveloppen.
7. Klik op OK om het venster van het printerstuurprogramma te sluiten.
8. Klik op Afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 57 & “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Uitleg bij de printerdriver voor Windows” op pagina 147 & “Lijst met papiertypen” op pagina 59
70
Gebruikershandleiding
Afdrukken

Basisprincipes — Mac OS

Opmerking:
In de uitleg in dit gedeelte wordt TextEdit gebruikt als voorbeeld.De precieze werking en schermen hangen af van de toepassing.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand of een andere opdracht om het afdrukdialoogvenster te openen.
Klik indien nodig op To on de ta il s of
d
om het afdrukvenster te vergroten.
4. Geef de volgende instellingen op.
Printer: selecteer uw printer.
Voorinstellingen: gebruik deze optie wanneer u de opgeslagen instellingen wilt gebruiken.
Papierformaat: selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Selecteer een "randloos" papierformaat voor het afdrukken zonder marges.
Afdrukstand: selecteer de afdrukstand die u in de toepassing hebt ingesteld.
Opmerking:
Als de bovenstaande menu's niet worden weergegeven, sluit dan het afdrukvenster, selecteer Pagina-instelling in het
menu Bestand en geef vervolgens instellingen op.
Selecteer de liggende afdrukstand voor het afdrukken op enveloppen.
71
Gebruikershandleiding
5. Selecteer Printerinstellingen in het snelmenu.
Afdrukken
Opmerking:
Als in OS X Mountain Lion of later het menu Printerinstellingen niet wordt weergegeven, is het Epson­printerprogramma fout geïnstalleerd.
Selecteer Systeemvoorkeuren in het menu faxen), verwijder de printer en voeg de printer opnieuw toe.Zie het volgende om een printer toe te voegen.
http://epson.sn
> Printers en scanners (of Afdrukken en scannen, Afdrukken en
6. Geef de volgende instellingen op.
Afdrukmateriaal: selecteer het type papier dat u hebt geladen.
Afdrukkwaliteit: selecteer de afdrukkwaliteit.
Wan ne er u Fijn selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk langer.
Uitbreiding: beschikbaar wanneer het randloos papierformaat is geselecteerd.
Bij het randloos afdrukken worden de afdrukgegevens enigszins vergroot ten opzichte van het papierformaat. Dit zorgt ervoor dat u geen witruimte krijgt rondom.Selecteer de mate van vergroting.
Grijswaarden: selecteer om af te drukken in zwart-wit of grijswaarden.
7.
Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 57
72
Gebruikershandleiding
Afdrukken
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Uitleg bij het printerstuurprogramma voor Mac OS” op pagina 150 & “Lijst met papiertypen” op pagina 59

Dubbelzijdig afdrukken

U kunt een van de volgende methoden gebruiken om aan beide zijden van het papier af te drukken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken
Handmatig dubbelzijdig afdrukken (alleen Windows)
Wanneer de printer de eerste zijde hee afgedrukt, draait u het papier om om aan de andere zijde af te drukken.
U kunt ook een brochure afdrukken. (Uitsluitend voor Windows)
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Als u papier gebruikt dat eigenlijk niet geschikt is voor dubbelzijdig afdrukken, kan het papier vastlopen en de
afdrukkwaliteit minder zijn.
Aankelijk van het papier en de hoeveelheid inkt die wordt gebruikt om tekst en aeeldingen af te drukken, kan de inkt
vlekken veroorzaken op de andere zijde van het papier.
Gerelateerde informatie
& “Beschikbaar papier en capaciteiten” op pagina 57
Dubbelzijdig afdrukken - Windows
Opmerking: Handmatig dubbelzijdig afdrukken is beschikbaar wanneer EPSON Status Monitor 3 ingeschakeld is. Is EPSON Status
Monitor 3 uitgeschakeld, ga dan naar de printerdriver, klik op Extra instellingen op het tabblad Hulpprogramma's en selecteer EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Handmatig dubbelzijdig afdrukken is mogelijk niet beschikbaar wanneer de printer via een netwerk of als gedeelde
printer wordt gebruikt.
1. Laad papier in de printer.
73
Gebruikershandleiding
Afdrukken
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4.
Selecteer Automatisch (binden langs lange zijde), Automatisch (binden langs korte zijde), Handmatig (binden langs lange zijde), of Handmatig (binden langs korte zijde) bij Dubbelzijdig afdrukken op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Instellingen, congureer de instellingen en klik op OK.
Opmerking: Selecteer Boekje om een gevouwen boekje af te drukken.
6. Klik op Afdrukdichtheid, selecteer het documenttype in Documenttype selecteren, en klik vervolgens op OK.
De printerdriver stelt automatisch de opties voor Aanpassingen in voor dat documenttype.
Opmerking:
Afdrukken kan langzaam zijn
het venster Afdrukdichtheid aanpassen en voor Kw al it e it op het tabblad Hoofdgroep.
aankelijk
van de opties die u gecombineerd hebt voor Documenttype selecteren in
De instelling Afdrukdichtheid aanpassen is niet beschikbaar voor handmatig dubbelzijdig afdrukken.
7. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
8. Klik op Afdrukken.
Wanneer bij handmatig dubbelzijdig afdrukken de eerste zijde klaar is, verschijnt een pop-upvenster op de computer. Volg de instructies op het scherm.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes voor afdrukken — Windows” op pagina 69
Dubbelzijdig afdrukken — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het afdrukdialoogvenster.
4. Selecteer Inst. dubbelzijdig afdr. in het snelmenu.
5. Selecteer de bindingen in Dubbelz. afdrukken.
6. Selecteer het type van uw origineel in Documenttype.
Opmerking:
Het afdrukken kan traag verlopen naargelang de instellingen van Documenttype.
Als u iets met een hoge gegevensdichtheid afdrukt, zoals foto's of graeken, selecteert u Tek st m e t f o to of Foto als de
instelling voor Documenttype.Als de aeelding vlekken vertoont of doorloopt naar de achterkant, past u de afdrukdichtheid en de droogtijd voor de inkt aan door op de pijl te klikken naast Aanpassingen.
74
Gebruikershandleiding
Afdrukken
7. Geef naar wens nog meer instellingen op.
8. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 71

Dubbelzijdig afdrukken (alleen voor Windows)

De printerdriver scheidt even en oneven pagina's automatisch tijdens het afdrukken. Wanneer de printer alle oneven pagina's hee afgedrukt, draait u het papier om volgens de instructies om de even pagina's af te drukken. U kunt ook een brochure afdrukken.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Als u geen papier gebruikt dat geschikt is voor dubbelzijdig afdrukken, kan de afdrukkwaliteit achteruitgaan en kan het
papier vastlopen.
Aankelijk
Als EPSON Status Monitor 3 is uitgeschakeld, opent u de printerdriver, klikt u op Extra instellingen op het tabblad
Hulpprogramma's en selecteert u EPSON Status Monitor 3 inschakelen.
Dubbelzijdig afdrukken is mogelijk niet beschikbaar wanneer de printer wordt gebruikt via een netwerk of als een
gedeelde printer.
van het papier en de gegevens, kan inkt doorlekken naar de andere zijde van het papier.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4.
Selecteer Handmatig (binden langs lange zijde) of Handmatig (binden langs korte zijde) bij Dubbelzijdig afdrukken op het tabblad Hoofdgroep.
5.
Klik op Instellingen, congureer de instellingen en klik op OK.
Opmerking: Selecteer Boekje om een brochure af te drukken.
75
Gebruikershandleiding
Afdrukken
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7. Klik op Afdrukken.
Wanneer de eerste zijde klaar is, verschijnt er een pop-upvenster op de computer. Volg de instructies op het scherm.

Meerdere pagina's op één vel afdrukken

U kunt twee of vier pagina's met gegevens op één vel papier afdrukken.
Meerdere pagina's op één vel afdrukken - Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Selecteer 2 per vel of 4 per vel als de instelling voor Meerdere pagina's op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Pag.volgorde, congeer de toepasselijke instellingen en klik vervolgens op OK om het venster te sluiten.
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7. Klik op Afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes voor afdrukken — Windows” op pagina 69
76
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Meerdere pagina's op één vel afdrukken — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het afdrukdialoogvenster.
4. Selecteer Lay-out in het snelmenu.
5.
Stel het aantal pagina's in Pagina's per vel, de Richting van indeling (paginavolgorde) en Randen.
6. Geef naar wens nog meer instellingen op.
7. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 71

Afdruk aanpassen aan papierformaat

U kunt de afdruk aanpassen aan het papierformaat dat u in de printer hebt geladen.
Afdruk aanpassen aan papierformaat - Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Congureer de volgende instellingen op het tabblad Meer opties.
documentformaat: Selecteer het papierformaat dat u in de toepassing hebt ingesteld.
77
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Uitvoerpapier: Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst.
Volledige pagina wordt automatisch geselecteerd.
Opmerking: Als u een verkleinde aeelding wenst af te drukken in het midden van de pagina, selecteer dan Centreren.
5. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
6. Klik op Afdrukken.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes voor afdrukken — Windows” op pagina 69
Afdruk aanpassen aan papierformaat — Mac OS
1. Laad papier in de printer.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het afdrukdialoogvenster.
4. Selecteer het papierformaat van het papier dat u in de toepassing als Papierformaat hebt ingesteld.
5.
Selecteer Papierverwerking in het snelmenu.
6. Selecteer Aanpassen aan papierformaat.
7. Selecteer het papierformaat dat u in de printer hebt geplaatst als de instelling voor Doelpapierformaat.
8. Geef naar wens nog meer instellingen op.
9. Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes — Mac OS” op pagina 71
78
Gebruikershandleiding
Afdrukken

Meerdere bestanden samen afdrukken (alleen voor Windows)

Met Taken indelen Lite kunt u meerdere bestanden die door verschillende toepassingen zijn gemaakt combineren en als één afdruktaak afdrukken. U kunt de afdrukinstellingen, zoals lay-out, afdrukvolgorde en oriëntatie, voor gecombineerde bestanden congureren.
1. Laad papier in de printer.
2.
Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van de printerdriver.
4. Selecteer Taken indelen Lite op het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op OK om het venster van de printerdriver te sluiten.
6. Klik op Druk af.
Het venster Ta k en in d ele n Lite wordt weergegeven en de afdruktaak wordt aan het Afdrukproject toegevoegd.
7. Open het bestand dat u met het huidige bestand wilt combineren terwijl het venster Taken indelen Lite openstaat. Herhaal vervolgens stap 3 t/m 6.
Opmerking:
Als u het venster Take n i n de l en L ite sluit, wordt het niet opgeslagen Afdrukproject verwijderd. Selecteer Opslaan
in het menu Bestand om op een later tijdstip af te drukken.
Als u een Afdrukproject dat is opgeslagen in Tak e n i nd el e n L ite wilt openen, klikt u op Tak e n i nd ele n L i te op het
tabblad Hulpprogramma's van de printerdriver. Selecteer vervolgens Openen in het menu Bestand om het bestand te selecteren. De bestandsextensie van de opgeslagen bestand is "ecl".
8. Selecteer de menu's Lay-out en Bewerken in Tak en i n del en L ite om de Afdrukproject indien nodig aan te passen. Raadpleeg de Help-functie van de Taken indelen Lite voor details.
9. Selecteer Afdrukken in het menu Bestand.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes voor afdrukken — Windows” op pagina 69
79
Gebruikershandleiding
Afdrukken

Eén afbeelding afdrukken op meerdere vellen om een poster te maken (alleen voor Windows)

Met deze functie kunt u één aeelding afdrukken op meerdere vellen papier.U kunt een grotere poster maken door ze samen te plakken.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Laad papier in de printer.
1.
2. Open het bestand dat u wilt afdrukken.
3. Open het venster van het printerstuurprogramma.
4. Selecteer 2x1 Poster, 2x2 Poster, 3x3 Poster of 4x4 Poster bij Meerdere pagina's in het tabblad Hoofdgroep.
5. Klik op Instellingen,
Opmerking: Snijlijnen afdrukken met deze optie kunt u een snijlijn afdrukken.
6. Stel de andere items in op de tabbladen Hoofdgroep en Meer opties, indien nodig, en klik dan op OK.
7.
Klik op Druk af.
Gerelateerde informatie
& “Papier in de Papiertoevoer achter laden” op pagina 59 & “Basisprincipes voor afdrukken — Windows” op pagina 69
congureer
de instellingen en klik op OK.
80
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Posters maken met behulp van Overlappende uitlijningstekens
In dit voorbeeld ziet u hoe u een poster maakt wanneer 2x2 Poster geselecteerd is en Overlappende uitlijningstekens geselecteerd is bij Snijlijnen afdrukken.
1. Prepareer Sheet 1 en Sheet 2. Knip de marges van Sheet 1 langs de verticale blauwe lijn door het midden van de kruisjes boven en onder.
81
Gebruikershandleiding
Afdrukken
2. Plaats de rand van Sheet 1 op Sheet 2 en lijn de kruisjes uit. Plak de twee vellen aan de achterkant voorlopig aan elkaar vast.
3.
Knip de vastgeplakte vellen in twee langs de verticale rode lijn door de uitlijningstekens (ditmaal door de lijn links van de kruisjes).
82
Gebruikershandleiding
Afdrukken
4. Plak de vellen aan de achterkant aan elkaar.
5. Herhaal stap 1 t/m 4 om Sheet 3 en Sheet 4 aan elkaar te plakken.
6. Knip de marges van Sheet 1 en Sheet 2 angs de horizontale blauwe lijn door het midden van de kruisjes aan de linker- en rechterkant.
83
Gebruikershandleiding
Afdrukken
7. Plaats de rand van Sheet 1 en Sheet 2 op Sheet 3 en Sheet 4 en lijn de kruisjes uit. Plak de vellen dan voorlopig aan de achterkant aan elkaar.
84
Gebruikershandleiding
Afdrukken
8. Knip de vastgeplakte vellen in twee langs de horizontale rode lijn door de uitlijningstekens (ditmaal door de lijn boven de kruisjes).
9. Plak de vellen aan de achterkant aan elkaar.
85
Gebruikershandleiding
Afdrukken
10. Knip de resterende marges af langs de buitenste lijn.

Geavanceerde functies gebruiken voor afdrukken

In deze sectie worden verschillende aanvullende afdruk- en lay-outfuncties beschreven die in de printerdriver beschikbaar zijn.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 146 & “Mac OS-printerstuurprogramma” op pagina 149
Eenvoudig afdrukken met voorkeursinstellingen
Als u uw eigen preset maakt van vaak gebruikte instellingen, kunt u snel afdrukken door deze preset in de lijst te selecteren.
86
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Windows
Stel items in zoals documentformaat en Papiertype op het tabblad Hoofdgroep of Meer opties, en klik dan op Voorinstellingen toevoegen/verwijderen in Voorkeursinstellingen.
Opmerking:
Als u een toegevoegde voorinstelling wilt verwijderen, klikt u op Voorinstellingen toevoegen/verwijderen, waarna u de naam selecteert van de desbetreende voorinstelling en deze verwijdert.
Mac OS
Open het afdrukdialoogvenster.Om uw eigen preset toe te voegen, stel Papierformaat en Afdrukmateriaal in en sla dan de actuele instellingen op als preset in de Voorinstellingen instelling.
Opmerking:
Als u een toegevoegde voorinstelling wilt verwijderen, klikt u op Voorinstellingen > Voorinstellingen weergeven, selecteert u de naam van de voorinstelling die u wilt verwijderen en verwijdert u deze.
Een verkleind of vergroot document afdrukken
U kunt het formaat van een document met een speciek percentage verkleinen of vergroten.
Windows
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Stel documentformaat in op het tabblad Meer opties.Selecteer Ve r kl ein / ver gro ot d ocu men t , Zoomen naar en voer vervolgens een percentage in.
Mac OS
Opmerking:
De werking varieert naargelang de toepassing.Zie de Help van de toepassing voor meer informatie.
Selecteer Pagina-instelling (of Afdrukken) vanaf het menu Bestand.Selecteer de printer in Opmaak voor, stel het papierformaat in en voer dan een percentage in bij Schaal.Sluit het venster en druk de volgende basisafdrukinstructies af.
De afdrukkleur aanpassen
U kunt de kleuren aanpassen die voor een afdruktaak worden gebruikt.
PhotoEnhance gee scherpere afdrukken en levendigere kleuren door aanpassing van het contrast, de verzadiging en de helderheid van de oorspronkelijke aeeldingsgegevens.
Opmerking:
Deze aanpassingen worden niet doorgevoerd in de oorspronkelijke gegevens.
PhotoEnhance past de kleur aan door de locatie van het onderwerp te analyseren.Als u de locatie van het onderwerp
hebt gewijzigd door verkleinen, vergroten, bijsnijden of roteren, kan de kleur onverwacht veranderen.Wanneer u de instelling voor randloos selecteert, wordt de locatie van het onderwerp ook gewijzigd, wat in kleurwijzigingen resulteert.Als de aeelding niet scherpgesteld is, is de kleurtoon mogelijk onnatuurlijk.Als de kleur is gewijzigd of onnatuurlijk is geworden, druk dan niet in PhotoEnhance maar in een andere modus af.
87
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Windows
Selecteer de methode voor kleurcorrectie bij Kleurcorrectie op het tabblad Meer opties.
Als u Automatisch selecteert, worden de kleuren automatisch aangepast aan de instellingen voor het papiertype en de afdrukkwaliteit.Als u Aangepast selecteert en op Geavanceerd klikt, kunt u uw eigen instellingen
Mac OS
Open het afdrukdialoogvenster.Selecteer Kleuren aanpassen in het snelmenu en selecteer vervolgens EPSON Kleurencontrole.Selecteer Kleurenopties in het snelmenu en selecteer dan één van de beschikbare opties.Klik op
de pijl naast Extra instellingen en kies de juiste instellingen.
congureren.
Een watermerk afdrukken (uitsluitend voor Windows)
U kunt een watermerk, zoals bijvoorbeeld "Vertrouwelijk", op uw documenten afdrukken.U kunt ook uw eigen watermerk toevoegen.
Opmerking:
Deze functie is niet beschikbaar voor randloos afdrukken.
Klik op Wat e r me r k fu n c ti e s in het tabblad Meer opties en selecteer daar een watermerk.Klik op Instellingen om details te wijzigen zoals de dichtheid en positie van het watermerk.
Een kop- en voettekst afdrukken (uitsluitend voor Windows)
U kunt in een kop- of voettekst de gebruikersnaam en afdrukdatum afdrukken.
Klik op Wat e r me r k fu n c ti e s in het tabblad Meer opties en selecteer daar Koptekst/voettekst. Klik op Instellingen en selecteer de gewenste items in de vervolgkeuzelijst.
Heldere streepjescodes afdrukken (alleen voor Windows)
U kunt een streepjescode duidelijk afdrukken, zodat deze eenvoudig kan worden gescand. Schakel deze functie alleen in als de streepjescode die u hebt afgedrukt niet kan worden gescand.
88
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Onder de volgende voorwaarden kunt u deze functie gebruiken.
Papier: gewoon papier, kopieerpapier,
Kwaliteit: Standaard
De afdrukkwaliteit kan tijdens het afdrukken worden gewijzigd. De afdruksnelheid neemt mogelijk af en de afdrukdichtheid neemt mogelijk toe.
Opmerking:
Aankelijk van de omstandigheden is het opheen van wazigheid soms niet mogelijk.
Klik op het tabblad Hulpprogramma's in het printerstuurprogramma op Extra instellingen en selecteer vervolgens Streepjescodemodus.
brieoofdpapier
of enveloppe

Afdrukken met Smart Devices

Epson iPrint gebruiken

Epson iPrint is een toepassing waarmee u foto's, documenten en webpagina's kunt afdrukken vanaf uw smart­apparaten, zoals smartphones of tablets. U kunt lokaal afdrukken (afdrukken vanaf een smart device dat verbinding hee met hetzelfde draadloze netwerk als uw printer) of afdrukken op afstand (via internet afdrukken vanaf een externe locatie). Registreer uw printer bij de service Epson Connect om op afstand af te drukken.
Als u Epson iPrint start wanneer de printer niet met het netwerk verbonden is, wordt een melding weergegeven waarin u wordt gevraagd verbinding met de printer te maken. Volg de instructies om de verbinding tot stand te brengen. Zie de onderstaande URL voor de gebruiksomstandigheden.
http://epson.sn
Gerelateerde informatie
& “De service van Epson Connect” op pagina 144
Epson iPrint installeren
U kunt Epson iPrint op uw smart-apparaat installeren door op de volgende link te klikken of de QR-code te scannen.
http://ipr.to/a
89
Gebruikershandleiding
Afdrukken
Afdrukken met Epson iPrint
Voer Epson iPrint uit vanaf uw smart-apparaat en selecteer op het startscherm het item dat u wilt gebruiken.
De volgende aeeldingen zijn aan veranderingen onderhevig zonder voorafgaande kennisgeving. De inhoud kan variëren aankelijk van het product.
A
B
C
D
E
F
G
H
I
Het startscherm wordt weergegeven wanneer de toepassing start.
Biedt informatie over het instellen van de printer en een lijst met veelgestelde vragen.
Geeft het scherm weer waar u de printer selecteert en de printerinstellingen congureert. Wanneer u de printer heeft geselecteerd, hoeft u deze de volgende keer niet meer opnieuw te selecteren.
Selecteer wat u wilt afdrukken zoals foto's en documenten.
Het Scherm Foto's afdrukken wordt weergegeven wanneer het fotomenu is geselecteerd.
Geeft het scherm weer om printerinstellingen te congureren zoals het papierformaat en -type.
Geeft het papierformaat weer. Wanneer dit wordt weergegeven als knop, kunt u daarop drukken om de huidige papierinstellingen op de printer weer te geven.
Geeft de geselecteerde foto's en documenten weer.
Start het afdrukken.
Opmerking:
Als u vanuit het documentmenu wilt afdrukken met iPhone, iPad, en iPod touch op iOS, start u Epson iPrint na het overbrengen van het document dat u wilt afdrukken wanneer u wilt afdrukken met de functie voor het delen van bestanden in iTunes.
90
Gebruikershandleiding
Afdrukken

Epson Print Enabler gebruiken

U kunt draadloos documenten, e-mails, foto's en webpagina's afdrukken vanaf uw Android-telefoon of -tablet (Android v4.4 of hoger). Met enkele tikken laat u uw Android-apparaat een Epson-printer detecteren die met hetzelfde draadloze netwerk is verbonden.
Opmerking:
Bewerkingen kunnen aankelijk van het apparaat verschillen.
1. Laad papier in de printer.
2.
Stel de printer in om draadloos afdrukken mogelijk te maken.
3. Installeer op het Android-apparaat de Epson Print Enabler-invoegtoepassing vanaf Google Play.
4. Verbind het Android-toestel met hetzelfde draadloze netwerk dat de printer gebruikt.
5. Ga naar Instellingen op het Android-apparaat, selecteer Aangesloten apparaten > Afdrukken en schakel vervolgens Epson Print Enabler in.
6.
Tik vanuit een Android--toepassing, zoals Chrome, op het menupictogram en druk af wat er op het scherm wordt weergegeven.
Opmerking: Als u de printer niet ziet, tikt u op Alle printers en selecteert u de printer.

AirPrint gebruiken

AirPrint maakt het mogelijk om meteen draadloos af te drukken vanaf een iPhone, iPad of iPod touch met daarop de meest recente versie van iOS, of een Mac met daarop de meest recente versie van OS X of macOS.
Opmerking:
Als u de meldingen voor de papierconguratie op het bedieningspaneel van uw apparaat hebt uitgeschakeld, kunt u AirPrint niet gebruiken.Volg de onderstaande koppeling om de meldingen zo nodig in te schakelen.
1. Laad papier in uw apparaat.
2. Stel uw apparaat correct in om draadloos afdrukken mogelijk te maken.Raadpleeg de onderstaande koppeling.
http://epson.sn
3.
Verbind uw Apple-toestel met hetzelfde draadloze netwerk dat uw apparaat gebruikt.
91
Gebruikershandleiding
Afdrukken
4. Druk vanaf uw toestel af op uw apparaat.
Opmerking:
Raadpleeg voor meer informatie de pagina over AirPrint op de Apple-website.
Gerelateerde informatie
& “Menuopties voor Printerinstellingen” op pagina 140

Afdrukken annuleren

Opmerking:
In Windows kunt u een afdruktaak niet via de computer annuleren als deze volledig naar de printer verzonden is.In dit
geval moet u de afdruktaak via het bedieningspaneel op de printer zelf annuleren.
Wanneer u verschillende pagina's afdrukt via Mac OS, kunt u niet alle taken annuleren via het bedieningspaneel.In dit
geval moet u de afdruktaak op de computer zelf annuleren.
Als u een afdruktaak vanuit Mac OS X v10.6.8 via het netwerk hebt verzonden, kunt u het afdrukken mogelijk niet via
de computer annuleren.In dit geval moet u de afdruktaak via het bedieningspaneel op de printer zelf annuleren.

Afdrukken annuleren — Bedieningspaneel

Druk op het bedieningspaneel van de printer op de knop y om de afdruktaak die wordt uitgevoerd te annuleren.

Afdrukken annuleren - Windows

1.
Open het venster van de printerdriver.
2. Selecteer de tab Hulpprogramma's.
3. Klik op Wa ch t r ij .
4. Klik met de rechtermuisknop op de taak die u wilt annuleren en selecteer Annuleren.
Gerelateerde informatie
& “Windows-printerdriver” op pagina 146

Afdrukken annuleren — Mac OS

1. Klik op het printerpictogram in het Dock.
2. Selecteer de taak die u wilt annuleren.
3. Annuleer de taak.
OS X Mountain Lion of hoger
Klik op
naast de voortgangsbalk.
92
Gebruikershandleiding
Mac OS X v10.6.8 t/m v10.7.x
Klik op Ver w i j d er e n.
Afdrukken
93
Gebruikershandleiding

Kopiëren

Kopiëren

Normaal kopiëren

In dit gedeelte worden de stappen uitgelegd voor het kopiëren vanuit het menu Kopiëren op het bedieningspaneel.
1. Laad papier in de printer.
2. Plaats de originelen.
3. Selecteer Kopiëren op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
4. Congureer de instellingen op het tabblad Kopiëren.
Zwart-wit/Kleur: selecteer of u wilt kopiëren in kleur of zwart-wit.
(Dubbelzijdig kopiëren): als u dubbelzijdige kopieën wilt maken, selecteert u het item, daarna 1>2-
zijdig en congureert u vervolgens de instellingen voor Richting origineel en Inbindmarge.Selecteer Klaar om te bevestigen.
(Dichtheid): selecteer het item om de instellingen voor de kopieerdichtheid te congureren.Druk op de knop + om de dichtheid te verhogen en druk op de knop - om de dichtheid te verlagen.Selecteer Klaar om te bevestigen.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
5. Selecteer het tabblad Geavanceerde instellingen en wijzig desgewenst de andere instellingen.
6. Selecteer het tabblad Kopiëren en stel vervolgens het aantal exemplaren in.
7. Druk op de knop
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gekopieerde aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden” op pagina 56 & “Originelen plaatsen” op pagina 63
x
.
94
Gebruikershandleiding
Kopiëren
& “Menuopties voor kopiëren” op pagina 97

Verschillende kopieermethoden

Kopiëren in diverse lay-outs

U kunt eenvoudig kopiëren door het gewenste menu te selecteren, bijvoorbeeld het kopiëren van beide zijden van een id-kaart op één zijde van een vel A4, of het kopiëren van twee naast elkaar gelegen zijden van een boek op een enkel vel papier.
1. Laad papier in de printer.
2. Selecteer Verschillende afdrukken op het bedieningspaneel.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
3. Selecteer Verschillende kopieën en selecteer vervolgen een kopieermenu.
ID-kaart
Hiermee scant u beide zijden van een identiteitskaart en kopieert u deze naar één zijde van een A4.
Boekkopie
Hiermee kopieert u twee tegenover elkaar liggende A4-pagina's van bijvoorbeeld een boek op één vel papier.
Randloos kopie
Hiermee kopieert u zonder marge rond de randen. De rond de randen van het papier te verwijderen.
4. Plaats de originelen.
Plaats voor Boekkopie de eerste pagina van de originelen volgens de instructies op het scherm en druk vervolgens op de knop OK.
5. Congureer de instellingen op het tabblad Kopiëren.
Beschikbare items kunnen variëren aankelijk van het kopieermenu.
6. Congureer desgewenst instellingen voor elk item op het tabblad Geavanceerde instellingen.
u d l r
en drukt u op de knop OK.
aeelding
wordt een beetje vergroot om de marges
7. Selecteer het tabblad Kopiëren en stel vervolgens het aantal exemplaren in.
8. Druk op de knop
9. Volg voor ID-kaart of Boekkopie de instructies op het scherm voor het plaatsen van de rest van de originelen en selecteer vervolgens Scannen starten.
x
.

Foto's kopiëren

U kunt meerdere foto's tegelijk kopiëren.Ook is het mogelijk om verkleurde foto's op te frissen.
Het kleinste origineel dat u kunt kopiëren is 30×40 mm.
95
Gebruikershandleiding
Kopiëren
Opmerking:
Witruimte rond de foto wordt mogelijk niet gedetecteerd.
1. Laad papier in de printer.
2. Selecteer Verschillende afdrukken op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
3. Selecteer Verschillende kopieën > Foto's kopiëren/herstellen.
4. Wijzig desgewenst de afdrukinstellingen en druk vervolgens op de knop
5. Controleer de foto's op het op het scherm scannerglasplaat en selecteer vervolgens Scannen starten.
De foto's worden gescand en weergegeven op het scherm.
6. Druk desgewenst op de knop
Opmerking:
Als u bij het afdrukken een deel van de foto wilt vergroten, selecteert u Bijsnijden/zoomen en congureert u vervolgens
de instellingen.Verschuif het kader van het afdrukgebied met de knop vervolgens aan met de knop - of +.
7. Stel het gewenste aantal exemplaren in en druk vervolgens op de knop x.
Gerelateerde informatie
& “Papier laden” op pagina 56 & “Meerdere foto's plaatsen om tegelijkertijd te scannen” op pagina 65
om instellingen als fotoaanpassingen te
u d l r
en drukt u op de knop OK.
r
.
congureren.
u, d, l
of r en pas de grootte van het kader
Menuopties voor papier- en afdrukinstellingen voor het kopiëren van foto's
Kleur herstellen
Frist verkleurde foto's op.
Papierinstelling
Stel het papierformaat en -type in voor het papier dat u in de printer hebt geladen.
Randinstelling
Randloos
Hiermee kopieert u zonder marge rond de randen. De marges rond de randen van het papier te verwijderen. Selecteer hoeveel u de aeelding wilt vergroten in de instelling Uitbreiding.
Met rand
Kopieert met een marge rond de randen.
Alle inst.wissen:
Zet de kopieerinstellingen terug op de standaardwaarden.
aeelding
wordt een beetje vergroot om de
96
Gebruikershandleiding
Kopiëren

Menuopties voor kopiëren

Beschikbare items op de tabbladen Kopiëren en Geavanceerde instellingen variëren aankelijk van het geselecteerde menu.
Zwart-wit
Hiermee kopieert u het origineel in zwart-wit.
Kleur
Hiermee kopieert u het origineel in kleur.
(Dubbelzijdig)
1>enkelzijdig
Hiermee kopieert u één zijde van een origineel op één zijde van het papier.
1>2-zijdig
Hiermee kopieert u twee enkelzijdige originelen op beide zijden van één vel papier. Selecteer de afdrukstand en de bindpositie van het papier.
(Dichtheid)
Verhoog met + de dichtheid wanneer het kopieerresultaat te zwak is. Verlaag met - de dichtheid wanneer de inkt vlekt.
Zoom
Hiermee vergroot of verkleint u de originelen. Selecteer de waarde en bepaal de vergroting of verkleining die moet worden toegepast op het origineel. De waarde kan liggen tussen 25 en 400%.
War e gr oot te
Hiermee kopieert u met een vergroting van 100%.
Pag auto pass
Detecteert het scangebied en maakt het origineel automatisch groter of kleiner zodat het past op het papierformaat dat u hebt geselecteerd. Wanneer het origineel een witte rand hee rondom, wordt die witruimte vanaf de hoekmarkering van de scannerglasplaat gedetecteerd als scangebied en kan de witruimte aan de andere kant wegvallen.
97
Gebruikershandleiding
10x15cm->A4, A4->10x15cm enzovoort
Hiermee maakt u het origineel automatisch groter of kleiner, zodat het past op een speciek papierformaat.
Papierinstelling
Stel het papierformaat en -type in voor het papier dat u in de printer hebt geladen.
Indeling
Enkele pagina
Hiermee kopieert u een enkelzijdig origineel op één vel.
2-omhoog
Hiermee kopieert u twee enkelzijdige originelen op één vel in de indeling 2-op-1. U kunt de afdrukstand en het formaat van het origineel selecteren. Controleer de aeelding aan de rechterzijde om Richting origineel te selecteren.
Kwaliteit
Kopiëren
Selecteer de kopieerkwaliteit. Wanneer u Beste selecteert, krijgt u afdrukken van betere kwaliteit, maar het afdrukken duurt mogelijk langer.
Alle inst.wissen
Zet de kopieerinstellingen terug op de standaardwaarden.
98
Gebruikershandleiding

Scannen

Scannen

Scannen via het bedieningspaneel

Scannen naar een computer

Belangrijk:
c
Installeer voordat u gaan scannen Epson Scan 2 en Epson Event Manager op de computer.
Opmerking:
Het is niet mogelijk meerdere originelen op te slaan als een enkel pdf-bestand wanneer u scant vanaf het bedieningspaneel. Wanneer u Epson Scan 2 gebruikt en Toevoeg. of bewerk. na het scan. instelt in de Documentmodus, kunt u extra originelen scannen nadat u het eerste origineel hebt gescand en deze vervolgens opslaan in één bestand.
1. Plaats de originelen.
2. Selecteer Scannen op het startscherm.
Als u een item wilt selecteren, gebruikt u de knoppen
3. Selecteer Computer.
4. Selecteer de computer waarop u de gescande
Indien het scherm Selecteer Computer wordt weergegeven, selecteert u in dit scherm de computer.
aeeldingen
u d l r
en drukt u op de knop OK.
wilt opslaan.
Als het scherm Scan naar computer wordt weergegeven en de computer al is geselecteerd, controleert u of
de juiste computer is geselecteerd. Als dit niet het geval is, selecteert u selecteren.
Opmerking:
Wanneer de printer is verbonden met een netwerk, kunt u de computer selecteren waarop u de gescande aeelding
wilt opslaan. U kunt maximaal 20 computers weergeven op het bedieningspaneel van de printer. Als u Naam netwerkscan (alfanumeriek) instelt in Epson Event Manager, wordt deze naam weergegeven op het bedieningspaneel.
99
om de computer opnieuw te
Gebruikershandleiding
Scannen
5. Selecteer om te selecteren hoe de gescande aeelding op een computer moet worden opgeslagen.
Opslaan als JPEG: hiermee slaat u de gescande
Opsl. PDF: hiermee slaat u de gescande aeelding op in pdf-indeling.
Bijlage e-mail: hiermee start u de e-mailclient op uw computer en wordt het bestand automatisch als bijlage
toegevoegd aan een e-mailbericht.
Aangepaste inst. volgen: hiermee slaat u de gescande
Manager. U kunt de scaninstellingen wijzigen, zoals het scanformaat, de map waarin de scan wordt opgeslagen of de opslagindeling.
6. Druk op de knop
Opmerking:
De kleur, het formaat en de rand van de gescande aeelding zijn niet exact hetzelfde als van het origineel.
Gerelateerde informatie
& “Originelen plaatsen” op pagina 63
x
.
aeelding
op in jpeg-indeling.
aeelding
op met de instellingen in de Epson Event
Aangepaste instellingen congureren in Epson Event Manager
U kunt de scaninstellingen voor Aangepaste inst. volgen congureren in Epson Event Manager.
Zie de Help van Epson Event Manager voor meer informatie.
1.
Start Epson Event Manager.
2. Controleer of de scanner is geselecteerd als Scanner op het tabblad Knopinstellingen op het hoofdscherm.
100
Loading...