Apparaten kopplas inte ur växelströmskällan (nätet) så länge
som den ar ansluten till vägguttaget, även om själva apparaten
har stängts av.
ADVARSEL: Netspændingen til dette apparat er IKKE
afbrudt, sålænge netledningen sidder i en stikkontakt, som er
tændt — også selvom der er slukket på apparatets afbryder.
VAR OITUS :Laitteen toisiopiiriin kytketty käyttökytkin ei irroita
koko laitetta verkosta.
(standby)
Het serienummer van dit product wordt vermeld aan de
onderzijde van het instrument. Het is raadzaam dit
serienummer in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren.
Bewaar ook deze handleiding als permanent aankoopbewijs
om identificatie in geval van diefstal te vergemakkelijken.
Modelnummer
Serienummer
(bottom)
Entsorgung leerer Batterien
(nur innerhalb Deutschlands)
Leisten Sie einen Beitrag zum Umweltschutz. Verbrauchte
Batterien oder Akkumulatoren dürfen nicht in den Hausmüll.
Sie können bei einer Sammelstelle für Altbatterien bzw.
Sondermüll abgegeben werden. Informieren Sie sich bei Ihrer
Kommune.
(battery)
Informatie voor gebruikers van inzameling en verwijdering van oude apparaten en gebruikte batterijen
Deze tekens op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekent dat gebruikte elektrische
en elektronische producten en batterijen niet mogen worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval.
Breng alstublieft voor de juiste behandeling, herwinning en hergebruik van oude producten en gebruikte batterijen
deze naar daarvoor bestemde verzamelpunten, in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de instructies
2002/96/EC en 2006/66/EC.
Door deze producten en batterijen juist te rangschikken, helpt u het redden van waardevolle rijkdommen en
voorkomt u mogelijke negatieve effecten op de menselijke gezondheid en de omgeving, welke zich zou kunnen
voordoen door ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het inzamelen en hergebruik van oude producten en batterijen kunt u contact opnemen
met uw plaatselijke gemeente, uw afvalverwerkingsbedrijf of het verkooppunt waar u de artikelen heeft gekocht.
[Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie]
Mocht u elektrische en elektronisch apparatuur willen weggooien, neem dan alstublieft contact op met uw dealer
of leverancier voor meer informatie.
[Informatie over verwijdering in ander landen buiten de Europese Unie]
Deze symbolen zijn alleen geldig in de Europese Unie. Mocht u artikelen weg willen gooien, neem dan alstublieft
contact op met uw plaatselijke overheidsinstantie of dealer en vraag naar de juiste manier van verwijderen.
Opmerking bij het batterij teken (onderkant twee tekens voorbeelden):
Dit teken wordt mogelijk gebruikt in combinatie met een chemisch teken. In dat geval voldoet het aan de eis en
de richtlijn, welke is opgesteld voor het betreffende chemisch product.
(weee_battery_eu)
Gebruikershandleiding
3
Page 4
VOORZICHTIG
Spanningsvoorziening/netadapter
Niet openen
Waarschuwing tegen water
Waarschuwing tegen brand
Batterijen
Als u onregelmatigheden opmerkt
Spanningsvoorziening/netadapter
Locatie
Aansluitingen
Zorgvuldig behandelen
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDERGAAT
* Bewaar deze gebruikershandleiding op een veilige plaats voor eventuele toekomstige raadpleging.
WAARSCHUWING
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om ernstig of zelfs dodelijk letsel als gevolg van elektrische
schokken, kortsluiting, beschadiging, brand of andere gevaren te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Plaats het netsnoer uit de buurt van warmtebronnen zoals verwarmingen en
kachels, buig of beschadig het snoer niet, plaats er geen zware voorwerpen op en
zorg dat niemand op het snoer kan trappen, erover kan struikelen of voorwerpen
erover kan rollen.
• Gebruik het instrument uitsluitend op de voorgeschreven elektrische spanning.
De vereiste spanning wordt vermeld op het naamplaatje van het instrument.
• Gebruik uitsluitend de voorgeschreven adapter (pagina 86). Gebruik van een
andere adapter kan beschadiging of oververhitting veroorzaken.
• Controleer de elektrische stekker regelmatig en verwijder vuil of stof dat zich erop
heeft verzameld.
• Dit instrument bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Maak het
instrument nooit open en probeer niet de inwendige onderdelen te demonteren of
te wijzigen. Als het instrument defect lijkt, stopt u onmiddellijk met het gebruik
ervan en laat u het instrument nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Stel het instrument niet bloot aan regen, gebruik het instrument niet in de buurt
van water of onder natte of vochtige omstandigheden en plaats er geen
voorwerpen met vloeistoffen op die in de openingen kunnen terechtkomen.
Wanneer een vloeistof, zoals water, in het instrument lekt, schakelt u het
instrument onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat
het instrument vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Steek/verwijder nooit een stekker in/uit het stopcontact wanneer u natte handen
hebt.
• Plaats geen brandende voorwerpen, zoals kaarsen, op het apparaat.
Een brandend voorwerp kan omvallen en brand veroorzaken.
• Vervang altijd alle batterijen tegelijk. Gebruik geen nieuwe batterijen in
combinatie met oude batterijen.
• Gebruik geen verschillende batterijtypen (zoals alkaline en mangaan), batterijen
van verschillende fabrikanten of verschillende batterijtypen van één fabrikant door
elkaar. Dit kan leiden tot oververhitting, brand of lekkage van batterijvloeistof.
• Probeer niet de batterijen te openen of te demonteren.
• Werp batterijen niet weg in vuur.
• Probeer niet of u niet-oplaadbare batterijen kunt opladen.
• Houd batterijen uit de buurt van kinderen.
• Vermijd contact met de vloeistof uit lekke batterijen. Wanneer batterijvloeistof
in contact komt met uw ogen, mond of huid, spoelt u het desbetreffende
lichaamsdeel onmiddellijk met water en raadpleegt u een arts. Batterijvloeistof
is corrosief en kan gezichtsverlies of chemische brandwonden veroorzaken.
• Let erop dat u de batterijen altijd op de juiste manier plaatst met het plus- (+)
en minteken (-) in de juiste richting. Als u dit niet doet, kan oververhitting,
brand of lekkage van batterijvloeistof ontstaan.
• Verwijder de batterijen wanneer deze leegraken of als u het instrument gedurende
langere tijd niet gebruikt, zodat schade door lekkage van batterijvloeistof wordt
voorkomen.
• Als een van de volgende storingen optreedt, schakelt u de POWER-schakelaar
onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. (Als u batterijen
gebruikt, verwijdert u alle batterijen uit het instrument.) Laat het instrument
vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Het netsnoer of de stekker raakt versleten of beschadigd.
• Het instrument verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt rook uithet
instrument.
• Er is een voorwerp gevallen in het instrument.
• Het geluid valt plotseling weg tijdens het gebruik van het instrument.
LET OP
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om lichamelijk letsel bij uzelf en anderen of beschadiging van
het instrument en andere eigendommen te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Sluit het instrument niet via een verdeelstekker aan op het stopcontact. Dit kan
leiden tot een verminderde geluidskwaliteit of oververhitting in het stopcontact.
• Trek altijd aan de stekker en nooit aan het snoer wanneer u de stekker verwijdert
uit het instrument of het stopcontact. Het snoer kan beschadigd raken als u eraan
trekt.
• Verwijder de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als u het instrument
gedurende langere tijd niet gebruikt.
bevestigen. Als u dit niet doet, kunnen de inwendige onderdelen beschadigd
raken en kan het instrument omvallen.
• Schakel de stroomtoevoer naar alle onderdelen uit voordat u het instrument
aansluit op andere elektronische componenten. Stel alle volumeniveaus in op het
laagste niveau voordat u de stroomtoevoer naar alle onderdelen in- of uitschakelt.
• Zorg dat het volume van alle componenten is ingesteld op het laagsteniveau en
voer het volume tijdens het bespelen van het instrument geleidelijk op tot het
gewenste niveau.
• Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het per ongeluk kan
omvallen.
• Verwijder alle aangesloten kabels alvorens het instrument te verplaatsen.
• Let erop tijdens het opstellen van het instrument dat het te gebruiken stopcontact
gemakkelijk bereikbaar is. Als er een storing optreedt of het instrument niet
correct werkt, schakelt u de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert
u de stekker uit het stopcontact. Ook wanneer de POWER-schakelaar is
uitgeschakeld, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom naar het
instrument. Verwijder de stekker uit het stopcontact als u het instrument
gedurende langere tijd niet gebruikt.
• Gebruik uitsluitend de standaard die voor uw instrument wordt aanbevolen.
Gebruik uitsluitend de meegeleverde schroeven om de standaard of het rek te
Yamaha is noch aansprakelijk voor ontstane schade door oneigenlijk gebruik of modificatie van het instrument, noch voor verlies of beschadiging van gegevens.
Gebruikershandleiding
4
• Steek uw vingers of handen niet in de openingen van het instrument.
• Steek nooit papieren, metalen of andere voorwerpen in de openingen van
het paneel of het toetsenbord en laat dergelijke voorwerpen er niet invallen.
• Leun niet op het instrument, plaats er geen zware voorwerpen op en ga
voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
• Gebruik het instrument/apparaat of een hoofdtelefoon niet te lang op een hoog
of oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan
veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies
constateert.
(7)-1 1/2
Page 5
Schakel het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
Zelfs als de [ ] (Standby/On)-schakelaar in de stand-bystand staat, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom door het instrument. Verwijder de stekker van het netsnoer
uit het stopcontact als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
Lege batterijen vallen onder Klein Chemisch Afval en dienen als zodanig te worden behandeld.
LET OP
Volg de voorzorgsmaatregelen op die hieronder worden opgesomd om te voorkomen dat het apparaat, gegevens of andere
eigendommen beschadigd raken.
Behandeling en onderhoud
• Gebruik het instrument niet in de nabijheid van een tv, radio, stereoapparatuur, mobiele telefoon of andere elektrische apparaten. Het instrument, de tv
of de radio kunnen ruis genereren.
• Stel het instrument niet bloot aan grote hoeveelheden stof of trillingen, of extreme koude of hitte (zoals in direct zonlicht, bij een verwarming of overdag
in een auto), om eventuele vervorming of verkleuring van het instrument of beschadiging aan de interne componenten te voorkomen.
• Plaats geen vinyl, plastic of rubberen voorwerpen op het instrument, aangezien dit verkleuring van het paneel of het keyboard tot gevolg kan hebben.
• Gebruik bij het schoonmaken een zachte droge doek. Gebruik geen verfverdunners, oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemisch geïmpregneerde
schoonmaakdoekjes.
Gegevens opslaan
• Sommige data-items (pagina 50) worden automatisch als back-updata in het interne geheugen opgeslagen, zelfs als u het instrument uitschakelt.
Opgeslagen data kunnen verloren gaan ten gevolge van een storing of foutieve handeling. Sla belangrijke data op een extern apparaat zoals een computer
op (pagina 77).
Auteursrechten
• Het kopiëren van commercieel verkrijgbare muziekgegevens, inclusief maar niet beperkt tot MIDI-gegevens en/of audiogegevens, is strikt verboden,
uitgezonderd voor persoonlijk gebruik.
• Dit product bevat en gaat vergezeld van computerprogramma's en inhoud waarvan Yamaha alle auteursrechten heeft of waarvan het over de licenties
beschikt om gebruik te mogen maken van de auteursrechten van derden. Onder dergelijk materiaal waarop auteursrechten berusten, vallen, zonder enige
beperkingen, alle computersoftware, stijlbestanden, MIDI-bestanden, WAVE-gegevens, bladmuziek en geluidsopnamen. Elk ongeautoriseerd gebruik van
dergelijke programma's en inhoud, buiten het persoonlijke gebruik van de koper, is volgens de desbetreffende wettelijke bepalingen niet toegestaan.
Elke schending van auteursrechten heeft strafrechtelijke gevolgen. MAAK, DISTRIBUEER OF GEBRUIK GEEN ILLEGALE KOPIEËN.
Functies/data die bij het instrument zijn meegeleverd
• Sommige presetsongs zijn ingekort of bewerkt, en zijn daarom niet precies hetzelfde als het origineel.
Deze handleiding
• De afbeeldingen en LCD-schermen zoals deze in deze handleiding te zien zijn, zijn uitsluitend bedoeld voor instructiedoeleinden en kunnen dus enigszins
afwijken van de werkelijkheid.
• Windows is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft
®
Corporation in de Verenigde Staten en andere landen.
• De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve
eigenaars.
(7)-1 2/2
Gebruikershandleiding
5
Page 6
Logo's
GM System Level 1
'GM System Level 1' is een aanvulling op de MIDI-standaard die ervoor zorgt dat GM-compatibele
muziekdata op elke willekeurige GM-compatibele toongenerator accuraat kunnen worden
teruggespeeld, ongeacht de fabrikant.
XGlite
Zoals de naam al aangeeft, is 'XGlite' een vereenvoudigde versie van de kwalitatief hoogwaardige
Yamaha XG-klankopwekkingstechniek. Uiteraard kunt u alle willekeurige XG-songdata afspelen via
een XGlite-toongenerator. Sommige songs worden echter anders afgespeeld dan de originele gegevens
als gevolg van de gereduceerde set besturingsparameters en effecten.
USB
USB is een afkorting van Universal Serial Bus. Het is een seriële interface voor het aansluiten van een
computer met randapparatuur. Het laat 'hot swapping' toe (randapparatuur aansluiten terwijl de
computer aanstaat).
Stereo Sampled Piano
Het instrument heeft een speciale Portable Grand Piano Voice. Deze voice is gecreëerd met
hoogwaardige stereosamplingtechnologie en met gebruikmaking van Yamaha's geavanceerde
AWM-toongeneratorsysteem (Advanced Wave Memory).
Touch Response
De uitzonderlijk natuurlijke Touch Response-eigenschap, met een handige aan/uit-schakelaar op het
bedieningspaneel, geeft u een maximale expressieve niveaubesturing over de voices. Deze werkt ook
in samenwerking met het dynamische filter, dat dynamisch het timbre of de klankkleur van een voice
aanpast aan de hand van uw speelsterkte, net als bij een echt muziekinstrument!
Gebruikershandleiding
6
STYLE FILE
SFF (Style File Format) is een originele stijlbestandsindeling van Yamaha, die gebruikmaakt van een
uniek conversiesysteem om in automatische begeleiding van hoge kwaliteit te voorzien, gebaseerd op
een uitgebreide reeks akkoordsoorten.
Page 7
Over deze gebruikershandleiding en de datalijst
Plaats de
muziekstandaard
in de uitsparingen
zoals aangegeven.
Muziekstandaard
Deze handleiding bestaat uit vier hoofdgedeelten: 'Configuratie', 'Beknopte handleiding', 'Referentie'
en 'Appendix'.
Er is ook een afzonderlijke datalijst bijgeleverd.
Gebruikershandleiding (dit boek)
Configuratie
Beknopte
handleiding
Referentie
Appendix
• • • • • • • • •
• • • • • • • • •
• • • • • • • • •
• • • • • • • • •
Lees dit gedeelte eerst.
In dit gedeelte wordt uitgelegd uit hoe u de basisfuncties kunt
gebruiken. Raadpleeg dit gedeelte terwijl u het instrument
bespeelt.
In dit gedeelte wordt gedetailleerd uitgelegd hoe u de veelzijdige
functies van het instrument kunt instellen.
Dit gedeelte bevat informatie over het oplossen van problemen
en specificaties.
Data List (Datalijst)
Voice-overzicht, MIDI-gegevensindeling, enz.
MIDI Reference (MIDI-naslaginformatie)
Het gedeelte MIDI-naslaginformatie bevat informatie met betrekking tot MIDI.
De MIDI-naslaginformatie kan worden gedownload vanuit de Yamaha Manual Library op
http://www.yamaha.co.jp/manual/
Bijgeleverde accessoires
De verpakking bevat de volgende onderdelen. Controleer of u ze allemaal hebt.
• Gebruikershandleiding
• Muziekstandaard
• Meegeleverde cd-rom
• Datalijst
• My Yamaha Product User Registration
* U hebt de product-id op dit blad nodig bij het invullen
van het gebruikersregistratieformulier.
Gebruikershandleiding
7
Page 8
Speciale kenmerken
042
EuTrance
Nieuwe geluiden creëren
Pagina 22
Door slechts twee knoppen in te stellen kunt u de mate van vervorming,
'lieflijkheid' of andere kenmerken van een geluid subtiel of ingrijpend wijzigen.
Aan de knoppen kunnen parameters worden toegewezen zoals effect, filter,
envelope generator en meer. U kunt nieuwe geluiden creëren in realtime!'
Arpeggiofunctie
Pagina 20
Op dezelfde manier als de arpeggiofuncties op sommige synthesizers produceert
deze functie automatisch arpeggio's (gebroken akkoorden) als u de betreffende
noten op het keyboard speelt. Er kunnen verscheidene arpeggio's worden
gespeeld als u een andere vingerzetting of ander arpeggiotype kiest.
Performance assistant technology
Pagina 37
Speel met een song mee op het klavier van het instrument en het resultaat is altijd
perfect ... ook als u niet de juiste noten speelt! U hoeft alleen maar op het klavier
mee te spelen (beurtelings op het gedeelte van de linker- en rechterhand van het
klavier, bijvoorbeeld) en u klinkt als een prof, zolang u met de muziek
meespeelt.
Diverse instrumentvoices bespelen
Pagina 16
U kunt de instrumentvoice, die u hoort als u het keyboard bespeelt, wijzigen
in een viool, fluit, harp of een van de vele andere voices. U kunt ook de
instrumentatie wijzigen van een song die voor piano is geschreven, bijvoorbeeld
door deze met viool te spelen. Ontdek een nieuwe wereld van muzikale
verscheidenheid.
Meespelen met stijlen
Pagina 27
Wilt u spelen met volledige begeleiding? Probeer dan eens de automatische
begeleidingsstijlen.
Deze begeleidingsstijlen bieden het equivalent van een volledig
achtergrondorkest voor een breed scala aan stijlen, van walsen en 8-beat tot eurotrance ... en nog veel meer. Selecteer een stijl die past bij de muziek die u wilt
spelen of experimenteer met nieuwe stijlen om uw muzikale horizon te
verbreden.
Gebruikershandleiding
8
Page 9
Inhoudsopgave
Over deze gebruikershandleiding en de datalijst .............7
Voer de volgende handelingen uit VOORDAT u het instrument aanzet.
Configuratie
Spanningsvereisten
Hoewel het instrument zowel via een optionele netadapter als via batterijen kan worden gevoed, beveelt Yamaha
het gebruik van een netadapter aan wanneer dat mogelijk is. Gebruik van een netadapter is milieuvriendelijker dan
batterijen.
Een netadapter gebruiken
1 Zorg dat de [] (Standby/On)-schakelaar van het
instrument in de stand-bystand staat.
• Gebruik de aangegeven adapter (pagina 86). Gebruik
van andere adapters kan leiden tot onherstelbare
beschadiging van zowel de adapter als het instrument.
2 Sluit de netadapter aan op de voedingsaansluiting.
3 Sluit de netadapter aan op een stopcontact.
• Haal de netadapter uit het stopcontact tijdens onweer
of als u het instrument niet gebruikt.
Voor werking op batterijen heeft het instrument zes
batterijen van 1,5 V (AA, LR6 of equivalent) nodig.
(Alkalinebatterijen worden aanbevolen.) Als de
batterijspanning te laag wordt voor een goede werking,
vervangt u alle batterijen met inachtneming van de
onderstaande veiligheidsmaatregelen.
Zorg er indien nodig voor dat u alle belangrijke
gebruikersgegevens opslaat (zie pagina 50, 77).
Batterijen gebruiken
1 Open het batterijcompartimentklepje aan de
2 Plaats de zes nieuw batterijen en let daarbij goed
3 Plaats het klepje terug en let erop dat het goed
10
onderkant van het instrument.
op de polariteitsaanduidingen (+/-) aan de
binnenzijde van het compartiment.
vastklikt.
OPMERKING
• Het aansluiten van de netadapter zorgt automatisch dat
de netadapter het instrument van stroom voorziet, zelfs
als er batterijen zijn geïnstalleerd.
Gebruikershandleiding
• Zorg ervoor dat de batterijen in dezelfde richting worden
geplaatst, waarbij de juiste polariteit wordt aangehouden
(zoals aangegeven). Foutieve plaatsing van de batterijen
kan resulteren in brand en/of het lekken van corrosieve
chemicaliën.
• Als de batterijen leeg raken, vervangt u deze door een
complete set (6) nieuwe batterijen. Gebruik NOOIT oude en
nieuwe batterijen door elkaar. Gebruik geen verschillende
soorten batterijen (bijvoorbeeld alkaline en mangaan) door
elkaar.
• Als het instrument langere tijd niet wordt gebruikt,
verwijdert u de batterijen om eventuele lekkage van vloeistof
te voorkomen.
• Gebruik uitsluitend mangaan- of alkalinebatterijen voor
dit instrument. Andere typen batterijen (ook oplaadbare
batterijen) kunnen plotseling spanning verliezen als de
batterijen nog maar weinig spanning hebben, waardoor
data in het flashgeheugen verloren kunnen gaan.
• Gebruik de netadapter als u data overbrengt naar het
flashgeheugen. Batterijen (ook oplaadbare typen) kunnen
snel leeg raken door dergelijke handelingen. Als de
batterijen leegraken tijdens de overdracht van data, gaan
zowel de data die worden overgebracht als de data in de
overdrachtsbestemming verloren.
Page 11
Configuratie
WAARSCHUWING
LET OP
LET OP
Maak alle benodigde aansluitingen die hieronder zijn aangegeven VOORDAT u het
instrument aanzet.
Een hoofdtelefoon aansluiten
(PHONES/OUTPUT-aansluiting)
Hier kunt u elke stereohoofdtelefoon met een 1/4-inch
hoofdtelefoonaansluiting aansluiten voor ongestoord
beluisteren. De luidsprekers worden automatisch
uitgeschakeld wanneer u een stekker in deze
aansluiting steekt.
De PHONES/OUTPUT-aansluiting functioneert ook
als externe uitgang. U kunt de PHONES/OUTPUTaansluiting verbinden met een keyboardversterker,
stereo-installatie, mengpaneel, taperecorder of een
ander lijnniveau-audioapparaat. Het uitgangssignaal
van het instrument wordt dan naar dat apparaat
gestuurd.
Een voetschakelaar aansluiten
(SUSTAIN-aansluiting)
Configuratie
Met de sustainfunctie kunt u een natuurlijke sustain
maken door terwijl u speelt een voetschakelaar
in te drukken. Met een Yamaha FC4- of
FC5-voetschakelaar die op deze aansluiting is
aangesloten, kunt u de sustain in- en uitschakelen.
OPMERKING
• De sustainfunctie heeft geen invloed op de splitvoices.
• Zorg dat het pedaal juist is aangesloten op de SUSTAINaansluiting voordat u het instrument aanzet.
• Houd de voetschakelaar niet ingedrukt op het moment
dat u het instrument aanzet. Hierdoor zou de polariteit
van de voetschakelaar worden omgedraaid, wat een
omgekeerde werking tot gevolg heeft.
• Luister niet gedurende langere tijd met een hoog volume
via de hoofdtelefoon. Dit kan niet alleen vermoeiend voor
de oren zijn, maar kan ook uw gehoor beschadigen.
• Zet, om beschadiging van de luidsprekers te voorkomen,
de volumeregeling van het externe apparaat op de
minimumstand voordat u de aansluiting maakt.
Het negeren van deze waarschuwingen kan leiden tot
elektrische schokken of beschadiging van apparatuur.
Stel, als de apparatuur weer aan staat, het gewenste
volume in door geleidelijk tijdens het spelen het volume
weer te verhogen.
Inschakelen van het instrument
Met de [] (Standby/On)-schakelaar zet u het
instrument aan () of in de stand-bystand ().
Zet het volume laag door de [MASTER VOLUME]regelaar naar links te draaien en druk op de []
(Standby/On)-schakelaar om het instrument aan te
zetten. Druk opnieuw op de [] (Standby/On)schakelaar om het instrument uit te zetten.
Terwijl u het keyboard bespeelt, gebruikt u de
[MASTER VOLUME]-regelaar om het volume aan
te passen.
• Zelfs als de schakelaar in de 'STANDBY'-positie staat,
loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom door het
instrument. Als u het instrument gedurende een langere
tijd niet gebruikt, zorg er dan voor dat u de netadapter uit
het stopcontact haalt en/of de batterijen uit het instrument
verwijdert.
#1 DC IN-aansluiting.............................. pagina 10
Gebruikershandleiding
13
Page 14
Basisbediening en displays
001
001
GrandPno
Druk kort om
te verhogen.
3 Druk hier als u een functie wilt starten
of het keyboard wilt bespelen.
2 Hiermee kunt u een item
of waarde selecteren.
1 Hiermee kunt u een
basisfunctie selecteren.
Draai de draaiknop rechtsom
om de waarde van het
geselecteerde item te
verhogen of linksom om de
waarde te verlagen. Als u de
waarde verder wilt verhogen
of verlagen, blijft u de knop
rechts- of linksom draaien.
Draaiknop
Verhogen
Als u een song of stijl selecteert, kunt
u met deze knoppen naar het eerste
item in de volgende of vorige
categorie gaan.
Met de CATEGORY [ ]- en [ ]knoppen kunt u ook functie-items
sequentieel selecteren nadat u op de
[FUNCTION]-knop hebt gedrukt.
CATEGORY [ ]- en [ ]-knoppen
f
r
f
r
Met de nummerknoppen kunt
u rechtstreeks het nummer van
een song, stijl of voice of een
parameterwaarde opgeven.
Bij nummers die met een of
twee nullen beginnen, kunt u
de eerste nullen weglaten.
Voorbeeld:
selectie van voice 003, Bright
Piano.
Numerieke knoppen [0]–[9]
Druk kort op de knop [+] om
de waarde met 1 te verhogen
of druk kort op de knop [-] om
de waarde met 1 te verlagen.
Houd deze knoppen ingedrukt
om de waarde doorlopend te
verhogen of te verlagen.
Knoppen [+], [-]
Verlagen
Druk kort om
te verlagen.
Naar het eerste
item in de
volgende of
vorige categorie
springen.
Druk op de
nummerknoppen
[0], [0], [3].
Het symbool 'Ingedrukt houden'
Knoppen met deze indicatie kunnen worden gebruikt om een volgende
functie op te roepen als de betreffende knop ingedrukt wordt gehouden.
Houd deze knop ingedrukt tot de functie is opgeroepen.
Druk eerst op de [SONG]-knop voor toegang tot de SONG-functies (boven
de knoppen gedrukt) en druk vervolgens op de [STYLE]-knop voor toegang
tot de STYLE-functies (onder de knoppen gedrukt).
Basisbediening
Configuratie
Druk op een knop om een basisfunctie te selecteren: voice, stijl of song. Druk op de [VOICE]-knop als u de
instrumentvoice wilt wijzigen die u hoort wanneer u het keyboard bespeelt. Druk op de [STYLE]-knop als u
met automatische begeleiding wilt spelen. Druk op de [SONG]-knop als u naar een song wilt luisteren.
Gebruikershandleiding
14
Page 15
Basisbediening en displays
Geeft aan dat Touch response
(aanslagreactie) aanstaat.
(pagina 56)
Geeft aan dat Harmony aanstaat.
(pagina 57)
Geeft aan dat de dualvoicefunctie
aanstaat. (pagina 18)
Geeft aan dat de splitvoicefunctie
aanstaat. (pagina 18)
Geeft aan dat de arpeggiofunctie
aanstaat. (pagina 20)
Geeft aan dat de
speelhulptechnologie aanstaat.
(pagina 36)
Geeft aan dat de begeleiding
aanstaat. (pagina 27)
Geeft aan dat SYNC STOP
aanstaat. (pagina 61)
TOUCH
HARMONY
DUAL
SPLIT
ARPEGGIO
Performance assistant technology
ACMP ON
SYNC STOP
In de lesfunctie voor een song
worden hier de melodie en
akkoorden van een song weergegeven. In de woordenboekfunctie worden hier de noten
weergegeven van akkoorden die
u opgeeft. In andere gevallen
worden hier de noten weergegeven die u op het keyboard speelt.
Notatie
• Noten die onder of boven de notenbalk vallen,
worden met '8va' aangegeven in de notatie.
• Bij enkele specifieke akkoorden kan het
voorkomen dat niet alle noten in het
notatiegedeelte van de display worden
aangegeven. Dit komt door ruimtegebrek
in de display.
Geeft het nummer aan van de tel in
een maat als de metronoomfunctie
wordt gebruikt. Hier wordt de huidige
maat vermeld tijdens het afspelen van een song
of stijl, en de momenteel ingestelde tempowaarde
voor de song of stijl. (pagina 45, 53)
Hier wordt de naam aangegeven van
het akkoord dat wordt afgespeeld of
van het akkoord dat op het toetsenbord
wordt gespeeld. (pagina 27)
Hier wordt informatie over
de songtracks weergegeven.
(pagina 32, 44, 68)
TELwaarde en MAAT
Akkoorddisplay
Weergave van tracks
Geeft de tellen voor de huidige stijl
of song aan met knipperende pijlen.
(pagina 31)
Met deze aanduiding kunt
u toegewezen parameters voor
knoppen visueel bevestigen.
(pagina 22)
Teldisplay
Weergave van knoptoewijzing
Display-items
Op de display worden alle huidige basisinstellingen weergegeven: song, stijl, voice.
De display bevat ook een reeks aanduidingen die aangeven of de verschillende functies aan of uit staan.
OPMERKING
GrandPno
001
Gebruikershandleiding
001
Configuratie
001
15
Page 16
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen Voices
Verschijnt als de
voicemodus actief is.
Voicenaam
Voicenummer
OPMERKING
f
Selecteer 141 Flute
Beknopte handleiding
Naast piano, orgel en andere 'normale' toetseninstrumenten, bevat dit instrument
een scala aan voices, zoals gitaar, bas, strijkinstrumenten, saxofoon, trompet, drums
en slagwerk, geluidseffecten ... een grote verscheidenheid aan muziekgeluiden.
Een voice selecteren en bespelen – MAIN
Met de volgende procedure selecteert u de hoofdvoice voor uw spel op het keyboard.
1
Beknopte handleiding
Druk op de knop [VOICE].
Het nummer en de naam van de voice worden weergegeven.
GrandPno
001
Selecteer met welke voice u wilt spelen.
2
Draai aan de draaiknop terwijl u naar de voicenaam in de display
kijkt. De beschikbare voices worden geselecteerd en in volgorde
weergegeven. De voice die u hier selecteert, wordt de hoofdvoice.
Selecteer voor dit voorbeeld de voice '141 Flute'.
Flute
141
Presetvoicetypen
001–183Instrumentvoices
Verscheidene drum- en percussiegeluiden zijn
184–198
(Drumkit)
199–238Arpeggiovoices voor het afspelen van arpeggio's.
toegewezen aan afzonderlijke toetsen, waarmee u ze
kunt afspelen. Raadpleeg het drumkitoverzicht van de
afzonderlijke datalijst voor meer informatie over het
toewijzen van instrumenten aan toetsen.
• U kunt de voice ook
selecteren met de
CATEGO RY [ ]- en [ ]knoppen nadat u op de
knop [VOICE] hebt gedrukt.
(pagina 14)
16
Gebruikershandleiding
Page 17
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen Voices
OPMERKING
OPMERKING
Bespeel het klavier.
3
Probeer eens diverse voices te selecteren en te bespelen.
De voice Grand Piano (vleugel) bespelen
• Voice-instellingen
(pagina 55)
Als u gewoon piano wilt spelen, hoeft u maar op één knop te drukken.
Druk op de knop [PORTABLE GRAND].
De voice '001 Grand Piano' wordt geselecteerd.
Beknopte handleiding
• Als u op de knop
[PORTABLE GRAND] drukt,
worden alle instellingen
uitgezet behalve de
aanslaggevoeligheid.
De dual- en splitvoices
worden ook uitgezet, zodat
over het gehele klavier
alleen de voice Grand Piano
wordt gespeeld.
Gebruikershandleiding
17
Page 18
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen Voices
141
Flute
Verschijnt als de dualvoice
is ingeschakeld
Nu klinken er twee
voices tegelijkertijd.
141
Flute
Splitvoice
Splitpunt
Hoofdvoice en dualvoice
Verschijnt als de splitvoice
is ingeschakeld
Twee voices tegelijkertijd bespelen – DUAL
Als u op de knop [DUAL] drukt om de Dual-functie in te schakelen, wordt naast de hoofdvoice een
tweede voice afgespeeld wanneer u het klavier bespeelt. Deze tweede voice wordt de dualvoice
genoemd.
Beknopte handleiding
Druk nogmaals op de knop om de dualvoice uit te zetten. Als u deze functie
aanzet, wordt automatisch een geschikte dualvoice geselecteerd, maar u kunt
heel eenvoudig een andere dualvoice selecteren (pagina 56).
Verschillende voices met de linker- en rechterhand bespelen – SPLIT
Wanneer u op de [SPLIT]-knop drukt om de splitfunctie in te schakelen, kunt u links en rechts
van het splitpunt van het klavier verschillende voices spelen. Rechts van het splitpunt kunt
u de hoofdvoice en dualvoice bespelen. De voice die u links van het splitpunt bespeelt, wordt
de splitvoice genoemd. U kunt de instelling voor het splitpunt naar wens wijzigen (pagina 63).
Druk nogmaals op de knop om de functie splitvoice uit te zetten. Als u deze
functie aanzet, wordt automatisch een geschikte splitvoice geselecteerd,
maar u kunt heel eenvoudig een andere splitvoice selecteren (pagina 56).
Gebruikershandleiding
18
Page 19
Diverse instrumentvoices proberen te bespelen Voices
OPMERKING
090
Tempo
Huidige tempowaarde
De metronoom gebruiken
Het instrument beschikt over een ingebouwde metronoom (een apparaat dat een accuraat tempo
aanhoudt). Dit is een handig hulpmiddel bij het oefenen.
Druk op de [METRONOME]-knop om de metronoom te starten.
Druk nogmaals op de [METRONOME]-knop om de metronoom te stoppen.
Als u het tempo van de metronoom wilt aanpassen, drukt u op de knop
[TEMPO/TAP] om de Tempo-instelling in de display weer te geven, waarna
u het tempo kunt instellen met de draaiknop. U kunt ook het tempo instellen
met de nummerknoppen op het voorpaneel.
• U kunt de maatsoort
instellen (pagina 53).
Beknopte handleiding
Gebruikershandleiding
19
Page 20
Arpeggio's maken
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
Met de arpeggiofunctie kunt u arpeggio's (gebroken akkoorden) maken door alleen
maar de betreffende noten op het keyboard te spelen. Als u bijvoorbeeld de noten van
een drieklank speelt (de grondtoon, de terts en de kwint), maakt de arpeggiofunctie
hiermee automatisch een aantal interessante frasen in de vorm van arpeggio's.
Als u het arpeggiotype en de gespeelde noten wijzigt, kunt u een breed scala aan
patronen en frasen maken die u kunt gebruiken bij het schrijven en uitvoeren van
muziek.
Beknopte handleiding
De arpeggiofunctie gebruiken
1
2
Druk op de knop ARPEGGIO [ON/OFF] om de
arpeggiofunctie aan te zetten.
De indicator licht op als de arpeggiofunctie is ingeschakeld.
Speel een of meerdere noten op het klavier om
het afspelen van het arpeggio te starten.
Het geluid van het gespeelde arpeggio is afhankelijk van het aantal
noten dat u speelt en het deel van het klavier waar u de noten speelt.
• Als u een voicenummer
tussen 199 en 238
selecteert, wordt de
arpeggiofunctie automatisch
ingeschakeld.
• Druk op een toets links van
het splitpunt van het klavier
omdat de arpeggiofunctie
alleen op de splitvoice wordt
toegepast als u een voice
tussen 229 en 238
selecteert.
• Als een FC4- of FC5voetschakelaar die op
de SUSTAIN-aansluiting
is aangesloten, wordt
ingedrukt, blijft het arpeggio
doorklinken nadat de toon
wordt losgelaten
(pagina 59).
20
Als de splitfunctie is ingeschakeld, wordt het arpeggio op
de splitvoice toegepast. Het arpeggio wordt op de hoofden dualvoice toegepast als de splitfunctie is uitgeschakeld.
Arpeggio's kunnen niet tegelijkertijd met de split- en hoofd/
dualvoices worden afgespeeld.
Als u niet meer wilt spelen met gebruik van de
3
arpeggiofunctie, drukt u op de knop ARPEGGIO
[ON/OFF] om de functie uit te schakelen.
Gebruikershandleiding
Page 21
Arpeggio's maken
Het huidige geselecteerde
arpeggiotype
OPMERKING
Het arpeggiotype wijzigen
Als u een voice selecteert, wordt automatisch het meest geschikte arpeggiotype geselecteerd,
maar u kunt gemakkelijk een willekeurig ander arpeggiotype selecteren.
Druk op de ARPEGGIO [TYPE]-knop.
1
Gedurende enkele seconden wordt 'ARP Type' in de display
weergegeven en daarna wordt de naam van het huidige type arpeggio
in de display weergegeven.
DownOct
02
Draai de draaiknop om het gewenste arpeggiotype
2
te selecteren.
In het arpeggio-overzicht van de afzonderlijke datalijst wordt een lijst
met de beschikbare arpeggiotypes weergegeven.
U kunt de instellingen van het instrument op dit moment opslaan en
later op een willekeurig moment terugroepen wanneer u dit spel wilt
herhalen (pagina 48). U kunt uw spel ook opnemen (pagina 43).
Het arpeggiogeluid voor de splitvoice kunt u echter niet opnemen.
Beknopte handleiding
• Er wordt geen arpeggio
afgespeeld als u de
arpeggiofunctie inschakelt
terwijl u noten op het
keyboard speelt.
Gebruikershandleiding
21
Page 22
Originele geluiden maken
OPMERKING
OPMERKING
001
001
GrandPno
Filter
Resonance
Filter
Cutoff
Met knop A regelt u de
afkapfrequentie van het filter
en daarmee de helderheid van
het geluid.
Level
Frequentie
Afkapfrequentie
Frequenties in dit bereik
worden doorgelaten.
Frequenties in dit bereik
worden afgekapt.
Met knop B regelt u de mate van
resonantie voor de afkapfrequentie
van het filter. Als de resonantie
toeneemt, worden frequenties bij
de afkapfrequentie benadrukt,
zodat het effect van het filter
duidelijker waarneembaar wordt.
Level
Frequency
Resonance
De twee knoppen linksonder op het paneel dienen voor variaties in het afgespeelde
geluid, waarbij u het geluid op allerlei muzikale wijzen kunt aanpassen. U kunt naar
wens een filter, een envelope generator en andere effecten toewijzen aan de twee
knoppen. In deze sectie wordt beschreven hoe u dergelijke effecten toewijst en hoe
u deze gebruikt.
Effecten toewijzen aan de knoppen
Druk een aantal malen op de knop [ASSIGN] om de vijf effectcombinaties achtereenvolgens
te selecteren: z x c v b z ... enz. De huidige geselecteerde combinatie wordt
Beknopte handleiding
in de display weergegeven.
• De effecten die u aan de
knoppen kunt toewijzen, zijn
voorgeprogrammeerd in de
bovenstaande combinaties.
Andere effectcombinaties
kunnen niet worden
toegewezen.
22
z Filter
Gebruikershandleiding
• z–c is uitsluitend van
invloed op de hoofd- en
dualvoices. Deze werken
niet voor splitvoices. Stijlen
en songs worden door de
effecten ook niet beïnvloed.
v–b heeft alleen invloed op
stijlen.
Filtereffecten geven vorm aan het geluid doordat slechts een bepaald deel
van frequenties wordt doorgelaten en/of een resonantiepiek wordt
geproduceerd bij de 'afkapfrequentie' van het filter. Met filtereffecten kan
een scala aan synthesizerachtige geluiden worden gecreëerd.
* Soms kunnen filtereffecten de basfrequenties vervormen.
Page 23
Originele geluiden maken
Chorus
Send Level
Reverb
Send Level
Release
Time
Attack
Time
Met knop A past u de
aanslagtijd aan (de tijd waarin
het maximum geluidsniveau
wordt bereikt voor de toets
die u hebt aangeslagen).
Met knop B past u de
releasetijd aan (de tijd waarin
het geluid wegsterft nadat u
een toets hebt losgelaten).
Sustain Level
Level
Tijd
Toets wordt aangeslagenToets wordt losgelaten
Filter
Resonance
Filter
Cutoff
–No effect–Tempo
x Effect
c EG
(Envelope Generator)
v Style Filter
Reverb geeft het akoestische effect van een concertzaal of een kleine ruimte,
terwijl chorus een gelaagd effect zoals van meerdere instrumenten geeft.
Met knop A past u de diepte van het reverbeffect en met knop B de diepte
van het choruseffect aan.
De Envelope Generator-effecten bepalen de variatie van het geluidsniveau
gedurende een bepaalde tijd. U kunt de aanslag bijvoorbeeld versnellen voor
een meer percussief geluid of vertragen voor een vioolachtig geluid.
Of u kunt de sustain verlengen of verkorten om deze perfect op de muziek
af te stemmen.
ATTA C K
DECAY
RELEASE
In dit geval passen de knoppen het filtereffect toe op de stijl die wordt
gespeeld. Knop A en knop B hebben dezelfde functies als voor 'z-filter'
zoals beschreven op de vorige pagina.
Beknopte handleiding
b Style Tempo
Met knop A past u het tempo van de stijl en de arpeggio's aan. Als u de knop
met de klok mee draait, wordt het tempo verhoogd; draait u de knop tegen
de klok in, dan wordt het tempo verlaagd. In de middenpositie van de knop
wordt het standaardbegintempo weergegeven.
Gebruikershandleiding
23
Page 24
Originele geluiden maken
OPMERKING
147
SquareLd
'z' wordt hier
weergegeven.
Filter
Cutoff
Filter
Resonance
De knoppen gebruiken
1
2
Beknopte handleiding
Selecteer de voice die u op het keyboard wilt
afspelen.
In dit voorbeeld willen we een synthetisch klinkende voice gebruiken,
dus selecteer '147 SquareLd' (Square-waveLead).
Druk een aantal malen op de knop [ASSIGN] totdat
u 'z FILTER' hebt geselecteerd (in de display wordt
'z' weergegeven).
• Diverse instrumentvoices
proberen te bespelen
(pagina 16)
U kunt nu met knop A de filterafkapfrequentie en met knop B de
resonantie instellen.
Draai knop B naar de maximuminstelling (helemaal
3
naar rechts) en speel vervolgens met de rechterhand
terwijl u knop A met de linkerhand bedient
Als u de knop naar rechts draait terwijl het volume al hoog is, kan
vervorming ontstaan. Verlaag in dat geval het volumeniveau.
Zodra u een andere keyboardvoice selecteert, worden de knopinstellingen
hersteld en worden automatisch de ideale instellingen voor de geselecteerde
voice gekozen. Evenzo worden als het effect '
standaardinstellingen van de knoppen weer ingesteld als u een andere stijl
selecteert. Als u een originele instelling hebt gemaakt die u bevalt, kunt u
deze opslaan in het registratiegeheugen van het instrument (pagina 48) zodat
u deze instellingen op ieder gewenst moment kunt terughalen. U kunt uw
spel ook opnemen met originele geluiden die u hebt gemaakt (pagina 43).
v FILTER' is geselecteerd, de
.
24
Als u de knopinstelling wijzigt, verandert het geluid niet onmiddellijk. Nieuw
toegewezen effecten zijn pas van invloed op het geluid als de knoppen worden
bediend nadat het nieuwe effect is geselecteerd.
Gebruikershandleiding
Page 25
Originele geluiden maken
In de onderstaande tabel worden enkele interessante mogelijkheden
beschreven voor het gebruiken van verschillende effecten met de knoppen.
Voorbeelden van het gebruik van de knoppen
Nummer/effectProbeer dit
Selecteer een synthesizer-achtige voice of padvoice (raadpleeg het voice-overzicht
z FILTER
x EFFECT
c EG
v STYLE FILTER
b STYLE TEMPOSpeel een stijl en/of arpeggio en pas met knop A het tempo aan.
van de afzonderlijke datalijst). Draai knop B helemaal naar rechts en bedien tijdens
het spelen knop A voor ruimtelijke, zwevende jaren-80-effecten.
Selecteer een voice die klinkt alsof er al reverb- en choruseffecten zijn gebruikt en
draai knop A en B helemaal naar links om de 'directe' klank van de voice te
horen.Vervolgens kunt u de instellingen van knop A en B verhogen voor extra
impact en kleur aan de voice.
Selecteer een pianovoice, draai knop B naar maximaal en knop A naar de
wijzerstand van 3 uur. Dit geeft een majestueuze, orgelachtige klank. De aanslagtijd
is vrij lang, dus houd de toetsen lang ingedrukt om het geluid te laten doorklinken.
Ideaal voor langzame stukken.
Selecteer stijl 42, Euro Trance. Zet de begeleiding aan en start het afspelen
(pagina 26–28). Zet knop B in de stand van ongeveer 3 uur en knop A in de stand
van ongeveer 8 uur. De algehele klank van de stijl wordt een beetje gedempt, met
nadruk op de drums voor een pakkend ritme.
Beknopte handleiding
Gebruikershandleiding
25
Page 26
Stijlen afspelen
Dit pictogram wordt weergegeven
bij een stijlnummer en -naam.
Stijlnaam
Stijlnummer
OPMERKING
042
EuTrance
OPMERKING
Dit instrument heeft een automatische begeleidingsfunctie die u voorziet van
begeleiding (ritme + bas + akkoorden) in de gekozen stijl bij de akkoorden die u met uw
linkerhand speelt. U kunt kiezen uit 174 verschillende stijlen met een verscheidenheid
aan muziekgenres en maatsoorten.
In dit gedeelte leert u hoe u de automatische begeleidingsfunctie kunt gebruiken.
Een stijlritme selecteren
Bijna alle stijlen hebben een ritmepartij. U kunt kiezen uit een groot aantal verschillende ritmes:
rock, blues, eurotrance en nog veel meer. Laten we beginnen door te luisteren naar het basisritme.
Beknopte handleiding
De ritmepartij bestaat uitsluitend uit percussie-instrumenten.
1
Druk op de knop [STYLE].
In de display worden het nummer en de naam van de stijl
weergegeven.
26
BritRock
001
Selecteer een stijl.
2
Selecteer de gewenste stijl met behulp van de draaiknop.
In het stijloverzicht van de afzonderlijke datalijst vindt u een lijst met
alle beschikbare stijlen.
Druk op de [START/STOP]-knop.
3
Het ritme van de stijl wordt afgespeeld.
Druk nogmaals op de knop [START/STOP] als u het afspelen wilt
stoppen.
Gebruikershandleiding
• U kunt ook de stijlbestanden
op de meegeleverde cd-rom
gebruiken (pagina 64).
• De stijlen 150 en 162–174
hebben geen ritmegedeelte, dus u hoort geen
ritme als u deze voor het
bovenstaande voorbeeld
gebruikt. Zet bij deze stijlen
eerst de automatische
begeleidingsfunctie aan
zoals beschreven op
pagina 27 en druk vervolgens op de knop [START/
STOP]. De bas- en akkoordpartij van de begeleiding
wordt afgespeeld zodra u
een toets indrukt links van
het splitpunt op het klavier.
Page 27
Stijlen afspelen
042
EuTrance
Dit pictogram verschijnt als de
automatische begeleiding is aangezet.
Splitpunt (pagina 63)
Gedeelte voor
automatische begeleiding
042
Eutrance
Knippert als Sync Start actief is.
Meespelen met een stijl
Op de vorige pagina hebt u geleerd u hoe u het ritme van een stijl kunt selecteren.
We laten u nu zien hoe u een bas- en akkoordbegeleiding aan een basisritme kunt toevoegen voor
een volle en rijke begeleiding waarbij u kunt meespelen.
Druk op de knop [STYLE] en selecteer
1
de gewenste stijl.
Selecteer voor dit voorbeeld de voice '042 Euro Trance'.
Zet de automatische begeleiding aan.
2
Druk op de knop [ACMP ON/OFF].
Druk nogmaals op deze knop om de automatische begeleiding uit
te zetten.
Als de automatische begeleiding aan staat...
Het gedeelte van het klavier links van het splitpunt (54 : F#2) wordt het
'gedeelte voor automatische begeleiding', dat alleen wordt gebruikt voor het
aangeven van de begeleidingsakkoorden.
Zet Sync Start aan.
3
Druk op de [SYNC START]-knop om de Sync Start-functie aan
te zetten.
Als Sync Start actief is, wordt de bas- en akkoordbegeleiding in een
bepaalde stijl afgespeeld zodra u links van het splitpunt op het klavier
een toets indrukt. Druk nogmaals op de knop om de functie Sync
Start uit te zetten.
Gebruikershandleiding
Beknopte handleiding
27
Page 28
Stijlen afspelen
OPMERKING
Splitpunt
Gedeelte voor
automatische begeleiding
Hier wordt het akkoord aangegeven dat in het
begeleidingsbereik van het keyboard wordt afgespeeld.
001
042
EuTrance
4
Beknopte handleiding
Begin te spelen.
Het afspelen van de stijl begint zodra u een akkoord speelt in het
gedeelte voor automatische begeleiding op het klavier. Probeer de
akkoordprogressie te spelen die hieronder wordt weergegeven.
F
Dit is een eenvoudige maar effectieve akkoordprogressie.
CGA
• Akkoorden (pagina 29)
• Akkoorden opzoeken in
het woordenboek voor
akkoorden (pagina 65)
m
28
Stop met spelen.
5
Als u klaar bent, drukt u op de [START/STOP]-knop om het afspelen
van een stijl te stoppen.
U kunt het spelen ook stoppen door op de knop [INTRO/ENDING/
rit.] te drukken zodat een passend eindpatroon wordt afgespeeld
waarna het afspelen van de stijl stopt.
U kunt ook van 'stijlsectie' wisselen om de begeleiding wat te
variëren. Raadpleeg 'Patroonvariatie (secties)' op pagina 60.
Gebruikershandleiding
Page 29
Stijlen afspelen
Cm
7
C
Dm
7
D
Em
7
E
C
F
Fm
7
F
G
Gm
7
G
Gm
7
GM
7
A
Am
7
A
Am
7
AM
7
B
Bm
Bm
7
BM
7
C
Cm
C
7
Akkoorden
Gebruikers die niet vertrouwd zijn met akkoorden kunnen deze tabel met elementaire akkoorden
raadplegen. Aangezien er vele nuttige akkoorden zijn, evenals vele manieren om ze muzikaal toe te
passen, wordt u aangeraden in de handel verkrijgbare boeken met akkoorden te raadplegen voor meer
informatie.
geeft de grondtoon aan.
MajeurMineurSeptiemMineur septiemMajeur septiem
C
Cm
7
CM
7
D
E
Dm
Em
Fm
7
7
7
DM
EM
FM
7
7
7
Beknopte handleiding
B
7
• Er kunnen naast de grondligging ook inversies worden gebruikt, met uitzondering van:
b
5, 6, m6, sus4, aug, dim7, 7b5, 6(9), sus2
m7, m7
• Inversie van de akkoorden 7sus4 en m7(11) wordt niet herkend als de noten worden
weggelaten.
• sus2-akkoorden worden alleen aangegeven met de grondtoon.
Gemakkelijke akkoorden
Met deze methode kunt u in het begeleidingsgedeelte van het keyboard met één, twee of drie vingers gemakkelijk
akkoorden spelen.
Voor grondtoon 'C'
Cm
7
Een majeurakkoord
spelen
Speel de grondtoon ()
van het akkoord.
Een mineurakkoord
spelen
Speel de grondtoon van
het akkoord met de
dichtstbijzijnde zwarte
toets links ervan.
Een septiemakkoord
spelen
Speel de grondtoon van
het akkoord met de
dichtstbijzijnde witte toets
links ervan.
Een mineurseptiemakkoord
spelen
Druk de grondtoon van het
desbetreffende akkoord in
met de dichtstbijzijnde witte
en zwarte noot links ervan
(drieintotaal).
Gebruikershandleiding
29
Page 30
Songs spelen
De geselecteerde song en het
songnummer worden weergegeven
OPMERKING
012
ForElise
Deze song kan
worden afgespeeld
• De songs in deze categorie zijn bedoeld om u een idee te geven van
de geavanceerde mogelijkheden van dit instrument.
• In deze songs komen veel van de voices voor die beschikbaar zijn op
het instrument.
• Deze songs kunt u gebruiken als u wilt experimenteren met de
geavanceerde functies van het instrument: song 9 voor eenvoudige
songarrangementen, en de songs 10 en 11 voor de functie
Performance Assistant Ttechnology.
• Deze solostukken voor piano zijn ideaal als songlessen.
• Een selectie van songs voor piano-ensembles die ook zeer geschikt
zijn als songlessen.
• Deze songs zijn ideaal voor het oefenen van begeleidingspatronen.
• Songs die u zelf opneemt.
• Songs die vanaf een computer zijn overgebracht (pagina 76)
Voor dit instrument verwijst 'song' naar de data waaruit een muziekstuk is
opgebouwd.U kunt de 30 interne songs gewoon beluisteren of u kunt ze gebruiken
samen met een van de vele functies op het instrument, zoals de functie Performance
Assistant Technology, de lesfunctie en nog veel meer. De songs zijn ingedeeld in
categorieën.
In dit gedeelte leert u hoe u songs kunt selecteren en afspelen en vindt u een korte
beschrijving van de 30 bijgeleverde songs.
Een song selecteren en beluisteren
Beknopte handleiding
1
2
Druk op de knop [SONG].
Het nummer en de naam van de song worden weergegeven.
U kunt een andere song selecteren met de draaiknop.
Nocturne
011
Selecteer een song.
Selecteer een song nadat u het songoverzicht in de afzonderlijke
datalijst hebt bekeken. Selecteer de song die u wilt beluisteren met
behulp van de draaiknop.
• Songs die u zelf hebt
opgenomen
(gebruikerssongs) of songs
die naar het instrument zijn
overgebracht vanaf een
computer kunt u op dezelfde
manier afspelen als interne
songs.
30
De songs zijn ingedeeld in categorieën.
Gebruikershandleiding
Page 31
Beluister de song.
OPMERKING
De pijlvormige markeringen in de display knipperen
in de maat met het ritme van de song of stijl.
012
ForElise
3
Druk op de knop [] (START/STOP) om de geselecteerde song
af te spelen.
U kunt het afspelen altijd stoppen door nogmaals op de knop []
(START/STOP) te drukken.
Songs spelen
• In het Songbook op de cdrom vindt u muzieknotaties
voor de 30 interne songs.
De uitzonderingen zijn
de songs 1 – 11 en 30.
De muzieknotatie van songs
9-11 kunt u vinden in de
afzonderlijke datalijst.
Songs achter elkaar spelen
Druk op de knop [DEMO/BGM] om de songs 001–008 achter elkaar af te spelen. Het afspelen
wordt continu herhaald, telkens opnieuw vanaf de eerste song (001). Nadat u op de knop [DEMO/
BGM] hebt gedrukt, kunt u een song selecteren met de knop [+]. Met de knop [-] kunt u naar het
begin van de geselecteerde song teruggaan. U kunt het afspelen altijd stoppen door op de knop
[DEMO/BGM] te drukken.
U kunt ook opgeven dat u alle presetsongs of songs die van een computer
zijn overgebracht, herhaald wilt afspelen. De opgegeven songs kunnen ook
in willekeurige volgorde worden afgespeeld (pagina 66).
Beknopte handleiding
Gebruikershandleiding
31
Page 32
Songs spelen
OPMERKING
REW
Druk op deze knop
om versneld terug te
spoelen naar een
eerder punt in de song.
FF
Druk op deze knop
om versneld vooruit te
spoelen naar een later
punt in de song.
PAU SE
Druk op deze knop
om een song tijdens
het afspelen te
pauzeren.
Song snel vooruitspoelen, snel terugspoelen en pauzeren
Deze knoppen zijn vergelijkbaar met de transportknoppen op een cassettedeck of cd-speler;
hiermee kunt u de song snel vooruit- [] (FF) of terugspoelen [] (REW) of pauzeren
[ ] (PAUSE).
Beknopte handleiding
• Als het A-B-herhalingsbereik
is ingesteld, werken de
functies voor snel vooruiten terugspoelen alleen
binnen dat bereik.
32
Gebruikershandleiding
Page 33
Een song selecteren voor een les
OPMERKING
OPMERKING
012
ForElise
Track 1 is gedoofd
Track 2 is gedoofd
Track 1 en 2 zijn gedoofd
Les voor de rechterhand
Les voor de linkerhand
Les voor beide handen
Referentie
Yamaha Educatiepakket
U kunt elke gewenste song selecteren en gebruiken voor een les met de linkerhand,
rechterhand of beide handen. Tijdens de les kunt u zo langzaam spelen als u wilt.
U kunt zelfs de verkeerde noten spelen. De song wordt vertraagd tot een tempo dat
u aan kunt. Het is nooit te laat om te leren!
De oefenmethoden:
Les 1 – WaitingLeer de juiste noten te spelen.
Les 2 – Your Tempo In deze les leert u de juiste noten te spelen met de juiste timing.
Les 3 – Minus One Leer de juiste noten met de juiste timing gelijk met de song te spelen.
Les 1 – Waiting
Bij deze les moet u proberen de juiste noten te spelen. Speel de noot die op de display wordt weergegeven.
De song wordt gepauzeerd tot u de juiste noot speelt.
Selecteer een song voor de les.
1
Selecteer een song uit de categorie Piano Solo (solopiano) of Piano Ensemble
(piano-ensemble). Selecteer voor dit voorbeeld '012 ForElise'.
Zet het afspelen uit van de partij die u wilt oefenen.
2
De presetsongs hebben aparte partijen voor de linker- en rechterhand.
U selecteert de partij voor de rechterhand met de knop [RIGHT](1) en die
voor de linkerhand met de knop [LEFT](2). U kunt de partijen voor linker- en
rechterhand indien nodig aan- en uitzetten, zodat u de overeenkomstige partij op
het keyboard kunt oefenen (de partij die is uitgezet). U kunt beide partijen
oefenen wanneer de partij voor zowel de linker- als de rechterhand is
uitgeschakeld.
• De songs 10 en 11 zijn
functiedemo's voor
performance assistant. De
lesfunctie kan niet worden
gebruikt voor deze songs.
• U kunt ook songs gebruiken
(alleen in de SMF-indeling
0) die u hebt overgebracht
van de computer en hebt
opgeslagen in het
flashgeheugen.
(pagina 75–77)
Als u op de partijknoppen drukt, wordt het afspelen beurtelings in- of
uitgeschakeld. Zet het afspelen uit van de partij die u wilt oefenen. Als u op één
van de knoppen drukt om het afspelen uit te zetten, wordt de indicator voor de
bijbehorende partij in het display uitgeschakeld en wordt het afspelen van die
partij gedempt.
(Als u voor het eerst een song selecteert, lichten de indicatoren voor de partijen
'1' en '2' op om aan te geven dat u beide partijen kunt afspelen.)
• De partijen kunnen zelfs
tijdens het afspelen worden
aan- en uitgezet.
Gebruikershandleiding
Referentie
33
Page 34
Een song selecteren voor een les
Keyboarddisplay
Notatie
In dit geval geeft 'r1' aan dat
les 1 voor de rechterhand is
geselecteerd.
OPMERKING
~
Als de lessong is afgelopen, wordt
gekeken hoe u het hebt gedaan.
Er zijn vier verschillende niveaus:
OK, Good, Very Good of Excellent.
'Excellent!' is het hoogst haalbare
niveau.
Start les 1.
3
Druk op de knop [WAITING] om les 1 te starten.
Waiting
r1
007
Speel de noot die op de display wordt weergegeven. Als u de juiste noot speelt,
wordt de volgende noot aangegeven die u moet spelen. De song wordt stilgezet
tot u de juiste noot speelt.
Stop de lesmodus.
4
U kunt de lesmodus altijd stoppen door op de knop [] (START/STOP)
te drukken.
U kunt de lesmodus ook stoppen door op de knop [WAITING] te drukken.
Uw vorderingen bijhouden
Excellent
Very Good
Referentie
Good
OK
~~~~~~~
~~~~~~
~~~~
~~
• De beoordelingsfunctie
kunt u uitzetten via het
item FUNCTION Grade
(pagina 72).
34
Nadat de beoordeling is weergegeven, begint de les weer vanaf het begin.
Als u les 1 helemaal onder de knie hebt, kunt u doorgaan met les 2.
Gebruikershandleiding
Page 35
Een song selecteren voor een les
Keyboarddisplay
Notatie
In dit geval geeft 'r2' aan dat
les 2 voor de rechterhand is
geselecteerd.
Les 2 – Your Tempo
In deze les leert u de juiste noten te spelen met de juiste timing. Het tempo waarin de song wordt afgespeeld,
wordt aangepast aan het tempo waarin u speelt. De song wordt vertraagd als u fouten maakt, zodat u op uw eigen
snelheid kunt oefenen.
Selecteer de song en de partij die u wilt oefenen (stap 1 en 2 op
1
pagina 33).
Start les 2.
2
Druk op de knop [YOUR TEMPO] om Les 2 te starten.
YourTemp
r2
Speel de noot die op de display wordt weergegeven. Probeer de noten met de
juiste timing te spelen. Het tempo versnelt naarmate u de juiste noten met de
juiste timing leert spelen, totdat u uiteindelijk speelt in het oorspronkelijke
tempo van de song.
Stop de lesmodus.
3
U kunt de lesmodus altijd stoppen door op de knop [] (START/STOP)
te drukken.
U kunt de lesmodus ook stoppen door op de knop [YOUR TEMPO] te drukken.
Als u les 2 helemaal onder de knie hebt, kunt u doorgaan met les 3.
007
Referentie
Gebruikershandleiding
35
Page 36
Een song selecteren voor een les
Keyboarddisplay
Notatie
In dit geval geeft 'r3' aan dat
les 3 voor de rechterhand is
geselecteerd.
OPMERKING
Les 3 – Minus One
In deze les kunt u uw techniek perfectioneren.
De song speelt in een normaal tempo, maar zonder de partij die u wilt spelen. Speel mee terwijl u naar de song
luistert.
Selecteer de song en de partij die u wilt oefenen (stap 1 en 2 op
1
pagina 33).
Start les 3.
2
Druk op de knop [MINUS ONE] om les 3 te starten.
MinusOne
r3
007
Speel de noot die op de display wordt weergegeven.
Stop de lesmodus.
3
U kunt de lesmodus altijd stoppen door op de knop [] (START/STOP)
te drukken.
Referentie
U kunt de lesmodus ook stoppen door op de knop [MINUS ONE] te drukken.
Oefening baart kunst – Leren door herhaling
Gebruik deze functie om te beginnen kort voor een deel waar u een fout hebt gemaakt, om herhaaldelijk een deel
te oefenen dat u moeilijk vindt.
Druk tijdens een les op de knop [] (REPEAT & LEARN).
De song wordt vier maten teruggespoeld vanaf het punt waar u de knop hebt
ingedrukt en begint te spelen na één maat aftellen. De song wordt afgespeeld tot het
punt waarop u op de knop [] (REPEAT & LEARN) hebt gedrukt, waarna u vier
maten teruggaat en het afspelen na een inleidende maat wordt herhaald. Dit wordt
telkens herhaald, dus u hoeft na een fout slechts op de knop [] (REPEAT &
LEARN) te drukken om dat deel te oefenen totdat u het beheerst. Druk nogmaals op
de knop om naar de normale lesmodus terug te gaan.
• U kunt het aantal maten
instellen dat de functie
Repeat & Learn terugspringt
door tijdens het
herhaaldelijk afspelen op
de nummerknoppen [1]–[9]
te drukken.
36
Gebruikershandleiding
Page 37
Piano spelen op een makkelijke manier
OPMERKING
Druk op de knop [PERFORMANCE ASSISTANT]
om de functie aan of uit te zetten.
Dit instrument heeft een voorziening voor speelhulptechnologie zodat u kunt
meespelen met een song en klinkt als een gevorderd pianist (ook als u vele fouten
maakt)! U kunt in principe elke willekeurige noot aanslaan en toch goed klinken!
U kunt dus toch genieten van muziek ook al kunt u geen piano spelen en geen noten
lezen. Het is nooit te laat om te leren!
De Performance Assistant technology gebruiken
Probeer de performance assistant technology met de presetsong 'Ave Maria'.
Selecteer een song.
1
Druk op de knop [SONG] zodat het nummer en de naam van de song worden
weergegeven. U kunt een andere song selecteren met de draaiknop of andere
selectieknoppen.
Selecteer voor dit voorbeeld eens de song '010 Ave Maria'.
Druk op de knop [PERFORMANCE ASSISTANT].
2
Het bijbehorende lampje brandt wanneer de speelhulptechnologie actief is.
• Een song selecteren en
beluisteren (pagina 30)
Druk op de knop [] (START/STOP).
3
De song wordt afgespeeld.
Het basispatroon wordt herhaald. Luister naar vier maten en onthoud het
basispatroon. Vanaf de vijfde maat is het uw beurt om te spelen.
Gebruikershandleiding
Referentie
37
Page 38
Piano spelen op een makkelijke manier
NaVoo r
OPMERKING
OPMERKING
Speel op het keyboard.
4
Speel met beide handen de muziek uit het linkervoorbeeld mee met de
begeleiding. U kunt zelfs dezelfde toetsen telkens opnieuw spelen: C, E, G, C,
E, G, C, E. De speelhulptechnologie zorgt ervoor dat de noten klinken zoals in
de muziek uit het rechtervoorbeeld. Zolang u blijft spelen, blijft de
speelhulptechnologie de noten die u speelt 'corrigeren'.
U kunt het afspelen van de song altijd stoppen door op de knop []
(START/STOP) te drukken.
Druk op de knop [PERFORMANCE ASSISTANT] om de functie
5
uit te zetten.
• U vindt de muzieknotatie
van Ave Maria in de
afzonderlijke datalijst.
Referentie
Probeer vervolgens de Nocturne van Chopin te spelen.
U gaat op dezelfde manier te werk als bij het Ave Maria op
1
pagina 37. Selecteer '011 Nocturne'.
Beluister de eerste acht maten en begin te spelen bij de
2
negende maat.
Speel op de toetsen zoals in de afbeelding. Blijf F, A en C spelen met uw
linkerhand. U hoort de juiste noten terwijl de song wordt afgespeeld. Wanneer u
de partij voor de linkerhand beheerst, gaat u naar stap 2 op de volgende pagina
en probeert u de partij voor de rechterhand toe te voegen.
• U vindt de muzieknotatie
van de Nocturne in de
afzonderlijke datalijst.
38
Gebruikershandleiding
Page 39
Piano spelen op een makkelijke manier
OPMERKING
Zo te horen weet
u de juiste noten
te raken!
Het resultaat klinkt nog beter als
het ritme van uw linkerhand
overeenkomt met het ritme van
de akkoordenaanduiding in de
display.
Speel beurtelings met uw
linker- en rechterhand.
Speel tegelijkertijd met uw linkeren rechterhand–type 1.
Speel drie noten
tegelijkertijd met uw
rechterhand.
Speel tegelijkertijd met uw linkeren rechterhand–type 2.
Speel beurtelings met uw
linker- en rechterhand–type 3.
Speel drie noten
tegelijkertijd met uw
rechterhand.
Druk op de knop [PERFORMANCE ASSISTANT] om de functie
3
uit te zetten.
Probeer vervolgens een andere presetsong te spelen.
U gaat op dezelfde manier te werk als bij het Ave Maria op
1
pagina 37. Selecteer een willekeurige song.
Als u de speelhulptechnologie wilt gebruiken, moet u een song spelen die
akkoordgegevens bevat.
Selecteer een song die akkoordgegevens bevat. Raadpleeg hiervoor het
songoverzicht in de afzonderlijke datalijst.
Speel wat u wilt en raadpleeg daarbij de onderstaande
2
beschrijving.
Probeer eerst het ritme van de song aan te voelen. Vervolgens speelt u op het klavier beurtelings met uw
linker- en rechterhand (een willekeurige noot). Houd daarbij uw handen in de houding zoals aangegeven
op de afbeelding.
• Songs die van een computer naar het instrument zijn
overgebracht, kunnen
ook met de speelhulptechnologie worden gebruikt
als deze de vereiste
akkoordgegevens bevatten.
Als een song de benodigde
gegevens bevat, worden
de akkoorden rechts in de
display weergegeven.
Hoe klinkt dat? Met de speelhulptechnologie krijgt u een goed resultaat, wat u ook speelt!
Probeer vervolgens eens te spelen zoals in de volgende drie voorbeelden. Verschillende speelwijzen
geven verschillende resultaten.
Als u de slag te pakken hebt, kunt u proberen met uw linkerhand de akkoorden en met uw rechterhand
de melodie of een andere combinatie te spelen.
Druk op de knop [PERFORMANCE ASSISTANT] om de functie
3
uit te zetten.
Gebruikershandleiding
Referentie
39
Page 40
Spelen met behulp van de muziekdatabase
Splitpunt
Als u muziek wilt spelen in uw favoriete stijl, maar niet weet hoe u de beste voice
en stijl voor het gewenste muziektype selecteert, selecteert u de juiste stijl uit de
muziekdatabase. De paneelinstellingen worden automatisch aangepast aan de ideale
combinatie van sounds en stijl!
Druk op de knop [MUSIC DATABASE].
1
Jude Hey
001
Er wordt een naam van een muziekdatabase in de display weergegeven.
Selecteer een muziekdatabase.
2
Raadpleeg het muziekdatabaseoverzicht in de afzonderlijke datalijst en gebruik
de draaiknop om een muziekdatabase te selecteren. Selecteer een
muziekdatabase die past bij de song die u wilt spelen.
Voor dit voorbeeld selecteert u '160 Patrol'.
Patrol
160
Referentie
Speel de akkoorden met uw linkerhand en de melodie met uw
3
rechterhand.
Wanneer u met uw linkerhand links van het splitpunt een akkoord aanslaat,
wordt het afspelen in jazzstijl gestart. Raadpleeg pagina 29 voor informatie over
het spelen van akkoorden.
Druk op de knop [START/STOP] om het afspelen te stoppen.
Gebruikershandleiding
40
Page 41
De stijl van een song wijzigen
009
Halleluj
OPMERKING
Elke song heeft een standaardstijl, maar met de functie Easy Song Arranger kan een
song in elke willekeurige stijl worden uitgevoerd. U kunt een song die eigenlijk een
ballad is bijvoorbeeld dus afspelen als bossa nova, hiphop, enzovoort. U verkrijgt
totaal andere arrangementen door de stijl van een song te wijzigen.
Als u een song volledig wilt veranderen, kunt u ook de melodievoice van een song
en de keyboardvoice wijzigen.
De demosong van Easy Song Arranger beluisteren
Het 'Hallelujah Chorus' in de presetsongs geeft een indruk van de Easy Song Arranger.
Druk op de knop [SONG] en selecteer '009 Hallelujah Chorus' met de draaiknop.
Druk op de knop [] (START/STOP) om dit af te spelen.
Tijdens het afspelen van de song ziet u alleen de stijlwijzigingen, terwijl de song
hetzelfde blijft.
U kunt de functie Easy Song Arranger ook gebruiken bij andere songs (alle songs die
akkoorddata bevatten).
De Easy Song Arranger gebruiken
Probeer van stijl te wisselen terwijl de song wordt afgespeeld.
Druk op de knop [EASY SONG ARRANGER].
1
De indicator licht op als de functie Easy Song Arranger is ingeschakeld.
Selecteer een song.
2
Druk op de knop [SONG] en selecteer de song die u wilt arrangeren. Selecteer
de songs die de benodigde akkoordgegevens bevatten. Raadpleeg hiervoor het
songoverzicht in de afzonderlijke datalijst.
• U vindt de volledige
muzieknotatie van het
'Hallelujah Chorus' in
de afzonderlijke datalijst.
Referentie
Gebruikershandleiding
41
Page 42
De stijl van een song wijzigen
OPMERKING
OPMERKING
Beluister de song.
3
Druk op de knop [] (START/STOP) om de geselecteerde song af te spelen.
Ga verder met de volgende stap terwijl de song wordt afgespeeld.
Selecteer een stijl.
4
Druk op de knop [STYLE] en draai vervolgens aan de draaiknop om te horen
hoe de song klinkt met verschillende stijlen. Wanneer u de diverse stijlen
selecteert, verandert u alleen de stijl. De song verandert niet.
U kunt ook op de knop [MAIN/AUTO FILL] drukken om de hoofdsectie van
de stijl te wijzigen.
De melodievoice wijzigen
U kunt de melodie van een song wijzigen terwijl de Easy Song Arranger is
ingeschakeld.
Druk eenmaal op de knop [VOICE] om de naam van de huidige
melodievoice weer te geven. Gebruik de draaiknop om een andere voice
te selecteren en houd vervolgens de knop [VOICE] langer dan een seconde
ingedrukt. In de display verschijnt enkele seconden lang de tekst 'SONG
MELODY VOICE'. Deze tekst geeft aan dat de zojuist geselecteerde voice
Referentie
de oorspronkelijke melodievoice van de song heeft vervangen.
• Tijdens het afspelen van de
songs met de nummers 010,
011 en 021 tot en met 030
worden melodietracks bij
gebruik van Easy Song
Arranger automatisch
gedempt zodat u de
melodie niet hoort. Als u
de melodietracks wilt horen,
drukt u op de trackknoppen
[3] t/m [5].
• De Easy Song Arranger
maakt gebruik van songdata.
Hierdoor kunt u geen
akkoorden aangeven
wanneer u op het
begeleidingsgedeelte van
het klavier speelt. De knop
[ACMP ON/OFF] werkt niet.
• Als de maatsoort van de song
en de stijl verschillen, wordt
de maatsoort van de song
gebruikt.
42
Druk op de knop [EASY SONG ARRANGER] om de functie uit
5
te zetten.
Als de song of stijl wordt afgespeeld, stopt u het afspelen en schakelt
u vervolgens de Easy Song Arranger uit.
De indicator gaat uit.
Gebruikershandleiding
Page 43
Uw eigen spel opnemen
LET OP
OPMERKING
031
User 1
001
De lege gebruikerssong met het laagste
nummer (songnummers 031-035) die
beschikbaar is voor opname, wordt
weergegeven. Als u zelf wilt selecteren
welke song moet worden opgenomen,
gebruikt u de knoppen [+] en [-] om de
gewenste song te selecteren.
Knippert
Track 1 wordt automatisch
geselecteerd
Knippert
OPMERKING
LET OP
U kunt maximaal 5 songs met uw eigen spel opnemen en opslaan als gebruikerssongs
031 tot en met 035. U kunt de opgenomen song afspelen op het instrument.
Opnemen
Druk op de [REC]-knop.
1
• Als alle gebruikerssongs
(songnummers 031-035)
opgenomen data bevatten,
wordt automatisch song
031 geselecteerd. In dat
geval neemt u op over de
data van song 031 heen.
Let dus op dat u geen
materiaal wist dat u wilt
behouden!
• Nadat de knop [REC] is
ingedrukt, kunt u de
begeleiding niet meer aanof uitzetten.
U kunt de opnamemodus uitzetten door opnieuw op de knop [REC] te drukken
(Track 1 houdt op met knipperen).
Start de opname.
2
Zodra u het keyboard bespeelt, wordt de opname gestart.
Stop de opname.
3
Als u op de knop [START/STOP] drukt, stopt de opname en worden de data
naar de gebruikerssong geschreven. (Het bericht 'Writing!' wordt weergegeven.)
Druk op de knop [START/STOP] om het zojuist opgenomen spel af te spelen.
• Nadat u de gebruikerssong
die u wilt opnemen hebt
geselecteerd, kunt u ook
een stijl voor opname
selecteren. Druk hiervoor
op de knop [STYLE] en
selecteer het stijlnummer
terwijl de ACMP-aanduiding
aan staat.
Referentie
• Probeer nooit het
instrument uit te zetten
als het bericht 'Writing!'
op de display te zien is.
Als u dit doet, kunt
u het flashgeheugen
beschadigen en kunnen
data verloren gaan.
Gebruikershandleiding
43
Page 44
Uw eigen spel opnemen
OPMERKING
Melodie
Akkoord
Track(s) opgeven
en opname
starten
Tr ac k1Tr ac k2Tr ac k3Tra c k4Tr ac k5Stijl-
track
Selecteer een songnummer van 031
tot en met 035 met de draaiknop.
LET OP
OPMERKING
rEC
User 1
001
Track 1 en Stijltrack
knipperen
Ingedrukt houden
Opnemen op een opgegeven track
Opnamedata
U kunt in totaal 6 tracks opnemen: 5 melodietracks en 1 stijltrack (akkoorden).
Iedere track kan afzonderlijk worden opgenomen.
Melodietrack [1] – [5]..............Neemt de melodiepartijen op.
Stijltrack [A] ............................Neemt de akkoordenpartij op.
Track dempen
Met dit instrument kunt u kiezen of opgenomen tracks worden afgespeeld
terwijl u andere tracks opneemt of afspeelt (pagina 68).
Druk op de knop [SONG] en selecteer met de draaiknop het
1
nummer voor de gebruikerssong (031 – 035) waarop u wilt
opnemen.
• Als u alleen de
melodietracks opneemt,
kunt u een maximum van
ongeveer 10.000 noten
opnemen voor de vijf
gebruikerssongs. Als
u alleen de stijltrack
opneemt, kunt u een
maximum van ongeveer
5.500 akkoordenwisselingen
opnemen voor de vijf
gebruikerssongs.
Referentie
44
User 1
031
Selecteer de track(s) waarop u wilt opnemen en bevestig uw
2
selectie op de display.
Een melodietrack en begeleidingstrack tegelijk opnemen
Druk op de knoppen ([1] – [5]) van de melodietrack waarop u wilt opnemen
terwijl u de knop [REC] ingedrukt houdt.
Houd vervolgens de knop [REC] ingedrukt terwijl u op [A] drukt.
De geselecteerde tracks knipperen in de display.
Gebruikershandleiding
• Als u opneemt op een
track waarop al
opnamedata waren
opgeslagen, worden
de aanwezige data
overschreven en gaan
deze verloren.
• Als u de stijltrack [A]
selecteert voor opname,
wordt stijlbegeleiding
automatisch aangezet.
• Tijdens de opname kunt
u stijlbegeleiding niet
aan- of uitzetten.
Page 45
Een melodietrack opnemen
OPMERKING
rEC
User 1
001
Track 1 knippert
OPMERKING
OPMERKING
003
rEC
User 1
Huidige maat
Opnemen
begint
of
Druk op de knoppen ([1] – [5]) van de melodietrack waarop u wilt opnemen
terwijl u de knop [REC] ingedrukt houdt.
De geselecteerde track knippert in de display.
Als u de opname op een geselecteerde track wilt annuleren, drukt u nogmaals op
die trackknop.
De opname wordt gestart wanneer u begint te spelen.
3
U kunt het opnemen ook starten door op de knop [] (START/STOP)
te drukken.
Het huidige maatnummer wordt tijdens het opnemen aangegeven in de display.
Uw eigen spel opnemen
• Als stijlbegeleiding actief
is en track [A] nog niet is
opgenomen, wordt stijltrack
[A] automatisch
geselecteerd voor opname
wanneer u een melodietrack
selecteert. Zorg ervoor dat
stijltrack [A] uit staat als u
alleen een melodietrack wilt
opnemen.
• Als het geheugen tijdens de
opname vol raakt, verschijnt
een waarschuwing en wordt
de opname automatisch
gestopt. Gebruik de song- of
trackwisfunctie (pagina 47)
om ongewenste data te
verwijderen en ruimte vrij
te maken voor opnamen.
Begin vervolgens opnieuw
met opnemen.
Stop het opnemen door op de knop [] (START/STOP) of
4
[REC] te drukken.
Zodra de opname is gestopt, keert u terug naar maat 001 en lichten de nummers
van opgenomen tracks in de display op.
• Als u alleen de ritmepartij
(percussie) wilt opnemen,
drukt u op de knop []
(START/STOP) om alleen
het ritme te spelen. Daarna
voegt u de sectiewijziging
toe door op de knop [INTO/
ENDING/rit.] of [MAIN/AUTO
FILL] te drukken.
Gebruikershandleiding
Referentie
45
Page 46
Uw eigen spel opnemen
Andere tracks opnemen
Herhaal stap 2 tot en met 4 om op te nemen op de overige tracks.
Selecteer een lege track (trackknoppen [1] – [5], [A]) om de nieuwe track
op te nemen terwijl u luistert naar reeds opgenomen tracks (de tracks die
worden afgespeeld verschijnen op de display). U kunt reeds opgenomen
tracks ook dempen terwijl u nieuwe tracks opneemt (de uitgeschakelde
tracks verschijnen niet op de display).
Een track opnieuw opnemen
Selecteer de track die u opnieuw wilt opnemen en neem deze vervolgens
op de gebruikelijke manier op.
De voorgaande data worden overschreven door het nieuwe materiaal.
Als u klaar bent met de opname…
5
Druk op de knop [] (START/STOP) om het zojuist opgenomen spel af
te spelen.
Een gebruikerssong afspelen
Gebruikerssongs worden op dezelfde manier afgespeeld als gewone songs
(pagina 30).
1 Druk op de knop [SONG].
2 Het nummer/de naam van de huidige song worden weergegeven. Selecteer
met de draaiknop de gebruikerssong (031 – 035) die u wilt afspelen.
3 Druk op de knop [] (START/STOP) om het afspelen te starten.
Referentie
Databeperkingen voor opnamen
• De splitvoice kan niet worden opgenomen.
• De volgende instellingen worden opgenomen aan het begin van een track.
Wijzigingen tijdens de song worden niet opgenomen.
reverb type, chorus type, time signature, style number, style volume,
tempo
Gebruikershandleiding
46
Page 47
Song wissen – Gebruikerssongs verwijderen
OPMERKING
YES
ClrUser1
Indrukken en
ingedrukt houden
Langer dan een seconde
ingedrukt houden
YES
ClrTr1
Langer dan een seconde ingedrukt houden
Uw eigen spel opnemen
Met deze functie wist u een hele gebruikerssong (alle tracks).
Druk op de knop [SONG] en selecteer de gebruikerssong
1
(031 – 035) die u wilt wissen.
Houd de trackknop [1] langer dan een seconde ingedrukt terwijl
2
u de trackknop [A] ingedrukt houdt.
U wordt gevraagd het wissen te bevestigen.
Druk op de knop [+].
3
Er verschijnt een bevestigingsbericht op de display.
U kunt het verwijderen annuleren door op de knop [-] te drukken.
Druk op de knop [+] om de song te wissen.
4
Terwijl de song wordt gewist, verschijnt kort een mededeling op de display
dat de songwisfunctie wordt uitgevoerd.
• Als u alleen een bepaalde
track van een gebruikerssong wilt wissen, gebruikt
u de trackwisfunctie.
Track wissen – Een bepaalde track uit een gebruikerssong
verwijderen
Met deze functie kunt u een bepaalde track van een gebruikerssong verwijderen.
Druk op de knop [SONG] en selecteer de gebruikerssong
1
(031 – 035) die u wilt wissen.
Houd de trackknop ([1] – [5], [A]) die overeenkomt met de track
2
die u wilt wissen langer dan een seconde ingedrukt.
Er verschijnt een bevestigingsbericht op de display.
Druk op de knop [+].
3
Er verschijnt een bevestigingsbericht op de display.
U kunt het verwijderen annuleren door op de knop [-] te drukken.
Druk op de knop [+] om de track te wissen.
4
Terwijl de track wordt gewist, verschijnt kort het bericht op de display dat
de Track Clear-functie wordt uitgevoerd.
Gebruikershandleiding
Referentie
47
Page 48
Uw favoriete paneelinstellingen opslaan in het geheugen
Er kunnen tot 16 voorinstellingen
(acht banken van elk twee)
worden opgeslagen.
Geheugen 1 Geheugen 2
8 banken
1
Bank
Banknummer
OPMERKING
LET OP
LET OP
Dit instrument is uitgerust met een registratiegeheugenfunctie waarmee u uw favoriete
instellingen kunt opslaan. U kunt die daarna gemakkelijk opnieuw oproepen als u ze
nodig hebt. U kunt maximaal 16 complete set-ups opslaan (8 banken van telkens twee
set-ups).
In het registratiegeheugen opslaan
Stel de paneelregelaars naar wens in, selecteer een voice,
1
begeleidingsstijl enz.
Druk op de knop [MEMORY/BANK]. Als u de knop loslaat,
2
verschijnt er een banknummer in de display.
Referentie
Selecteer met de draaiknop of de nummerknoppen [1] – [8] een
3
banknummer tussen 1 en 8.
Druk op de knop REGIST MEMORY [1] of [2] terwijl u de knop
4
[MEMORY/BANK] ingedrukt houdt om de huidige
paneelinstellingen op te slaan in het opgegeven
registratiegeheugen.
Writing!
Gebruikershandleiding
48
• Data kunnen niet tijdens
het afspelen van een song
in het registratiegeheugen
worden opgeslagen.
• Als u een registratiegeheugennummer selecteert
waarin al data zijn
opgeslagen, worden de
bestaande data gewist
en door de nieuwe data
overschreven.
• Schakel het apparaat niet
uit terwijl er instellingen
in het registratiegeheugen
worden opgeslagen.
Anders kunnen de data
beschadigd raken of
verloren gaan.
Page 49
Uw favoriete paneelinstellingen opslaan in het geheugen
1
Bank
Banknummer
REGIST 1
1
Een registratiegeheugen terugzetten
Druk op de knop [MEMORY/BANK]. Als u de knop loslaat, wordt
1
in de display een banknummer weergegeven.
Selecteer met de draaiknop of de nummerknoppen [1] – [8]
2
de bank die u wilt terugzetten.
Druk op de knop REGIST MEMORY [1] of [2], waarin zich de
3
instellingen bevinden die u wilt terugzetten. In de display wordt
enkele seconden het nummer van het teruggezette REGIST
MEMORY weergegeven. De paneelregelaars worden
onmiddellijk overeenkomstig ingesteld.
Instellingen die kunnen worden opgeslagen in het registratiegeheugen
Stijlinstellingen*
Stijlnummer, automatische begeleiding ON/OFF, splitpunt, stijlinstellingen (Main A/B), Stijlvolume, Tempo
Voice-instellingen
Instelling voor hoofdvoice
Filter Resonance, Chorus Send Level),
Instellingen voor dualvoice
Release Time, Filter Cutoff, Filter Resonance),
Instellingen voor splitvoice
Van de volgende instellingen wordt altijd een back-up gemaakt; deze worden zelfs behouden wanneer
de stroom uitvalt.
Als u deze instellingen wilt initialiseren, gebruikt u de initialiseringsbewerking 'Backup Clear' die hieronder
wordt beschreven.
De back-upparameters
• Gebruikerssongs
• Stijlnummer 175
• Aanslagreactie aan/uit
• Registratiegeheugen
• Functie-instellingen: Tuning, Split Point, Touch Sensitivity, Style Volume,
Song Volume, Metronome Volume, Grade, Demo
Group, Demo Play, Demo Cancel, Master EQ type
• U kunt de instellingen
als back-updata op uw
computer opslaan met
behulp van de MSDsoft ware (Musics oft
Downloader).
Zie 'Een back-upbestand
van het instrument
overbrengen naar een
computer' op pagina 77.
Initialisatie
Met deze functie wist u alle back-updata in het flashgeheugen van het instrument. De oorspronkelijke
standaardinstellingen worden hersteld. U kunt de volgende initialisatieprocedures gebruiken.
Back-up wissen
Als u gegevens wilt wissen die als back-up in het interne flashgeheugen zijn
geplaatst, zet u het instrument aan met de [] (Standby/On)-schakelaar terwijl u de
hoogste witte toets op het keyboard ingedrukt houdt. De back-updata worden gewist
en de standaardwaarden worden hersteld.
Referentie
Met deze initialisatie wist u geen bestanden die van de computer zijn overgebracht.
Raadpleeg de volgende sectie, 'Bestanden verwijderen', als u de bestanden wilt
verwijderen.
Bestanden verwijderen
Als u songgegevens en stijlbestanden wilt wissen die vanaf een computer zijn
overgebracht naar het interne flashgeheugen, zet u het instrument aan door op de
[] (Standby/On)-schakelaar te drukken terwijl u de hoogste witte toets en de
drie hoogste zwarte toetsen ingedrukt houdt.
Gebruikershandleiding
50
• Als u de bewerking
Flashgeheugen wissen
uitvoert, worden ook data
gewist die u hebt gekocht.
Data die u wilt behouden,
moet u opslaan op een
computer.
Page 51
Handige speelfuncties
f
Reverb
02
Hall2
Het geselecteerde
reverbt ype
f
Chorus
1
Chorus1
Het momenteel geselecteerde
chorustype
Reverb toevoegen
Met reverb kunt u de rijke ambiance van een
concertzaal nabootsen. Als u een stijl of song
selecteert, wordt automatisch het optimale
reverbtype voor de gebruikte voice geselecteerd.
Als u een ander reverbtype wilt selecteren, moet u
op de volgende manier te werk gaan.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY []- en []-
2
knoppen om 'Reverb' te selecteren.
'Reverb' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde
reverbtype wordt weergegeven.
Chorus toevoegen
Het choruseffect creëert een vol geluid dat lijkt op
een groot aantal van dezelfde voices die in unisono
worden gespeeld. Wanneer u een stijl of een song
selecteert, wordt het optimale chorustype voor de
gebruikte voice automatisch geselecteerd. Als u een
ander chorustype wilt selecteren, moet u op de
volgende manier te werk gaan.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY []- en []-
2
knoppen om 'Chorus' te selecteren.
'Chorus' wordt enkele seconden in het display
weergegeven, waarna het geselecteerde
chorustype wordt weergegeven.
Selecteer een reverbtype met
3
de draaiknop.
Controleer hoe het geselecteerde reverbtype
klinkt door op het keyboard te spelen.
Zie het Effecttypeoverzicht in de afzonderlijke
datalijst voor informatie over de beschikbare
reverbtypen.
Het reverbzendniveau aanpassen
U kunt de hoeveelheid reverb voor de
hoofdvoice, de dualvoice en de splitvoice
afzonderlijk aanpassen. (Zie pagina 71).
Selecteer een chorustype met
3
de draaiknop.
Controleer hoe het geselecteerde chorustype
klinkt door op het keyboard te spelen.
Zie het Effecttypeoverzicht in de afzonderlijke
datalijst voor informatie over de beschikbare
chorustypen.
Het choruszendniveau aanpassen
U kunt de hoeveelheid chorus voor de
hoofdvoice, de dualvoice en de splitvoice
afzonderlijk aanpassen. (Zie pagina 71).
Gebruikershandleiding
Referentie
51
Page 52
Handige speelfuncties
f
00
Transpos
OPMERKING
f
000
Tuning
OPMERKING
Toonhoogteregelaars
(Transponeren)
De algemene toonhoogte van het instrument kan met
maximaal 1 octaaf omhoog of omlaag worden
verschoven, in eenheden van een halve toon.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY [] en []-
2
knoppen om het item Transpose te
selecteren.
Toonhoogteregelaars
(Stemmen)
De algemene stemming van het instrument kan met
maximaal 100 cents omhoog of omlaag worden
verschoven, in eenheden van een cent
(100 cent = 1 halve toon).
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY [] en []-
2
knoppen om het item Tuning te
selecteren.
Stel met de draaiknop de
3
transponeerwaarde tussen -12 en
Referentie
+12 in, al naar gelang de behoefte.
• De toonhoogte van drumkitvoices kan niet worden
veranderd.
Stel met de draaiknop de
3
stemmingswaarde tussen -100 en
+100 in, al naar gelang de behoefte.
• De toonhoogte van drumkitvoices kan niet worden
veranderd.
52
Gebruikershandleiding
Page 53
Handige speelfuncties
04
TimesigN
Langer dan een
seconde ingedrukt
houden.
Aantal tellen per maat
OPMERKING
f
04
TimesigD
De lengte van één tel
f
100
MtrVol
Metronoomvolume
De maatsoort van de metronoom
instellen
In dit voorbeeld wordt de maatsoort ingesteld op 5/8.
Houd de knop [METRONOME] langer
1
dan een seconde ingedrukt om de
functie voor het aantal tellen per maat,
'TimesigN', in te stellen.
Selecteer het aantal tellen in de maat
2
met de draaiknop.
Op de eerste tel van elke maat klinkt een bel en
op elke andere tel van de maat een tik. Als u deze
parameter op '00' zet, hoort u bij elke tel een
tikgeluid en klinkt er geen bel aan het begin
van elke maat.
Het bereik ligt tussen 0 en 60. Selecteer 5 voor
dit voorbeeld.
• De maatsoort van de metronoom past zich automatisch
aan een stijl of song aan die wordt gespeeld. Deze
parameters kunnen dus niet tijdens het spelen van een
stijl of song worden gewijzigd.
Druk net zo vaak op de CATEGORY []-
3
en []-knoppen als nodig is om de
functie voor de tellengte, 'TimesigD',
te selecteren.
De momenteel geselecteerde tellengte wordt
weergegeven.
Het metronoomvolume
aanpassen
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY []- en []-
2
knoppen om het item 'Metronome
Volume' te selecteren.
Stel het gewenste metronoomvolume in
3
met behulp van de draaiknop.
Referentie
Selecteer de tellengte met de
4
draaiknop.
Selecteer de gewenste lengte voor elke tel: 2, 4, 8
of 16 (halve noot, kwartnoot, achtste noot of 16e
noot). Selecteer 8 voor dit voorbeeld.
Gebruikershandleiding
53
Page 54
Handige speelfuncties
f
MasterEQ
1
Speakerl
Het op dat moment geselecteerde
master-EQ-type.
Pitchbend
Met het pitchbendwiel kunt u zachte variaties van
de toonhoogte toevoegen aan de noten die u op het
klavier speelt. Rol het wiel naar boven als u de
toonhoogte wilt verhogen of naar beneden als u de
toonhoogte wilt verlagen. U kunt de hoeveelheid
pitchbend die door het wiel wordt geproduceerd,
veranderen op de manier die beschreven staat op
pagina 71.
Een EQ-instelling selecteren
voor het beste geluid
Er zijn vijf verschillende masterequalizer-instellingen
(EQ) beschikbaar, die u het best mogelijke geluid
laten horen wanneer u met verschillende
reproductiesystemen luistert - de interne luidsprekers,
de hoofdtelefoon of een extern luidsprekersysteem.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
In de display verschijnt de functie die op dat
moment is geselecteerd.
Druk net zo vaak op de CATEGORY []-
2
en []-knoppen als nodig is om de
master-EQ-typefunctie 'MasterEQ'
te selecteren.
'MasterEQ' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde EQ-type
wordt weergegeven.
Referentie
One Touch Setting
Het kan soms lastig zijn om de juiste voice te
selecteren bij een song of stijl. De functie One Touch
Setting selecteert automatisch een goed
uitgebalanceerde voice voor u wanneer u een stijl
of song selecteert. Selecteer voicenummer '000' om
deze functie aan te zetten.
Gebruikershandleiding
54
Selecteer de gewenste master-EQ-
3
instelling met de draaiknop.
U kunt kiezen uit vijf instellingen: 1–5.
Instellingen 1 en 2 zijn het best geschikt om te
beluisteren via de in het instrument ingebouwde
luidsprekers, instelling 3 is voor een
hoofdtelefoon en instellingen 4 en 5 zijn ideaal
om via externe luidsprekers te luisteren.
Page 55
Voice-instellingen
f
064
M.Volume
Voicebewerking
Maak originele voices door de vele beschikbare
voiceparameters te bewerken. Door de diverse
beschikbare parameters te bewerken, kunt u nieuwe
voices maken die aan uw muzikale behoeften
voldoen.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
In de display verschijnt de functie die op dat
moment is geselecteerd.
Druk zo vaak op de CATEGORY []- en
2
[]-knoppen als nodig is om het item
te selecteren dat u wilt bewerken.
U kunt de voice-instelling (Volume, Octave,
Pan, Reverb Level, Chorus Level, Attack Time,
Release Time, Filter Cutoff en Filter Resonance)
die op de hoofd-, dual- en splitvoices wordt
toegepast, afzonderlijk bewerken. Zie pagina 71
voor meer informatie over de functies.
CategoryInstellingDisplay
Vol um eM.Volume 000–127
OctaveM.Octave-2–+2
PanM.Pan
Hoofdvoice
Dual Voice
Split Voice
Reverb LevelM .Reverb 000–127
Chorus LevelM.Chorus 000–127
Attack TimeM.A ttack 000–127
Release TimeM.Releas 000–127
Filter CutoffM.Cutoff 000–127
Filter
Resonance
Voi ceD.Voice001–700
Vol um eD.Volume 000–127
OctaveD.Octave-2–+2
PanD.Pan
Reverb LevelD .Reverb 000–127
Chorus LevelD.Chor us 000–127
Attack TimeD.A ttack 000–127
Release TimeD.Releas 000–127
Filter CutoffD.Cutoff 000–127
Filter
Resonance
Voi ceS.Voice001–700
Vol um eS.Volume 000–127
OctaveS.Octave-2–+2
PanS.Pan
Reverb LevelS .Reverb 000–127
Chorus LevelS.Chor us 000–127
M.Reso.000–127
D.Reso.000–127
Bereik/
Instellingen
000 (links)–
64 (midden)–
127 (rechts)
000 (links)–
64 (midden)–
127 (rechts)
000 (links)–
64 (midden)–
127 (rechts)
Stel de waarde in met de draaiknop.
3
Bewerkte parameters kunt u in het
registratiegeheugen opslaan (pagina 48). Als u
een andere keyboardvoice selecteert, worden de
parameters hersteld en worden automatisch de
ideale instellingen voor de geselecteerde voice
gekozen.
Gebruikershandleiding
Referentie
55
Page 56
Voice-instellingen
D.Voice
173
Marimba
De geselecteerde
dualvoice
S.Voice
053
FngrBass
De geselecteerde
splitvoice
Pictogram voor
aanslagrespons
TouchSns
2
Medium
Aanslaggevoeligheid
Langer dan
een seconde
ingedrukt
houden.
OPMERKING
Een dualvoice selecteren
Houd de [DUAL]-knop langer dan
1
een seconde ingedrukt.
Enkele seconden wordt 'D.VOICE' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde dualvoice
wordt weergegeven.
Selecteer de gewenste dualvoice met
2
de draaiknop.
Een splitvoice selecteren
Houd de knop [SPLIT] langer dan
Referentie
1
een seconde ingedrukt.
Enkele seconden wordt 'S.VOICE' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde splitvoice
wordt weergegeven.
Aanslaggevoeligheid
Als aanslagrespons is ingeschakeld, kunt u de
gevoeligheid van het klavier voor dynamiek in
drie stappen aanpassen.
Druk op de knop [TOUCH] om
1
aanslagrespons aan te zetten.
Met de knop [TOUCH] kunt u de aanslagrespons
in- en uitschakelen.
Als de aanslagrespons is ingeschakeld, wordt het
pictogram voor de aanslagrespons in de display
weergegeven.
Als de aanslagrespons is uitgeschakeld, worden
alle noten even hard afgespeeld, ongeacht hoe
hard of zacht u de toetsen aanslaat.
Houd de knop [TOUCH] langer dan
2
een seconde ingedrukt zodat het item
Aanslaggevoeligheid verschijnt.
'TouchSns' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
aanslaggevoeligheid wordt weergegeven.
56
Selecteer de gewenste splitvoice met
2
de draaiknop.
Gebruikershandleiding
Selecteer met de draaiknop als reactie
3
op de klavierdynamiek een
aanslaggevoeligheidsinstelling tussen
1 en 3. Hogere waarden geven een
grotere volumevariatie als reactie op
de klavierdynamiek, dus een grotere
gevoeligheid.
• De aanslaggevoeligheid staat aanvankelijk standaard
op '2' ingesteld.
Page 57
Harmonie
Als harmonie aan is,
wordt het harmoniepictogram in de display
weergegeven.
HarmType
02
Trio
Het momenteel geselecteerde
harmonietype
Langer dan
een seconde
ingedrukt
houden.
OPMERKING
De harmonietypen afspelen
• Harmonietype 01 tot 05
Druk op de toetsen voor de rechterhand terwijl u
akkoorden speelt in het gedeelte voor automatische
begeleiding van het keyboard terwijl de automatische
begeleiding is ingeschakeld (pagina 27).
• Harmonietype 06 tot 12 (Triller)
Houd twee toetsen ingedrukt.
• Harmonietype 13 tot 19 (Tremolo)
Blijf de toetsen ingedrukt houden.
• Harmonietype 20 tot 26 (Echo)
Blijf de toetsen ingedrukt houden.
Deze functie voegt harmonienoten aan de hoofdvoice toe.
Voice-instellingen
Druk op de knop [HARMONY] om
1
de harmoniefunctie aan te zetten.
Druk nogmaals op de knop [HARMONY] om
de functie uit te zetten.
Als u op de knop [HARMONY] drukt om deze
functie aan te zetten, wordt automatisch het juiste
harmonietype voor de huidige hoofdvoice
geselecteerd.
Houd de knop [HARMONY] langer dan
2
een seconde ingedrukt zodat het item
'Harmony Type' verschijnt.
'HarmType' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde
harmonietype wordt weergegeven. Selecteer een
ander harmonietype met de draaiknop.
Selecteer een harmonietype met
3
de draaiknop.
Zie het Effecttypeoverzicht in de afzonderlijke
datalijst voor informatie over de beschikbare
harmonietypen. Probeer het keyboard te bespelen
met de harmoniefunctie. Elk harmonietype heeft
een ander effect en een andere werking. Raadpleeg
de volgende sectie 'De harmonietypen afspelen' en
het Effecttypeoverzicht voor meer informatie.
• De harmonienoten kunnen alleen aan de hoofdvoice
worden toegevoegd, en niet aan dual- of splitvoices.
• De toetsen links van het splitpunt van het klavier
produceren geen harmonienoten als de automatische
begeleiding is aangezet (als ACMP ON wordt
weergegeven).
Bij de functie-instellingen kunt u het harmonievolume
aanpassen (pagina 72).
Gebruikershandleiding
Referentie
57
Page 58
Arpeggio-instellingen
f
ARP Velo
1
Original
De momenteel geselecteerde
arpeggiosnelheid.
2
Thru
f
Quantize
1/8
De geselecteerde
arpeggiokwantificering.
Arpeggiovolume besturen
met klavierdynamiek
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk zo vaak op de CATEGORY []- en
2
[]-knoppen als nodig is om de functie
voor de arpeggiosnelheid, 'ARP Velo',
te selecteren.
'ARP Velo' wordt enkele seconden in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
arpeggiosnelheidsinstelling wordt weergegeven.
Een arpeggio synchroniseren
met een tempo van een stijl
of song
Pas de arpeggiokwantificering aan om het arpeggio
met een stijl of song te synchroniseren.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk zo vaak op de CATEGORY []- en
2
[]-knoppen als nodig is om het item
'Quantize' te selecteren.
Enkele seconden wordt 'Quantize' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
kwantificeringswaarde wordt weergegeven.
Referentie
Selecteer '2 Thru' met de draaiknop.
3
Als u '1 Original' hebt geselecteerd, blijft het
arpeggiovolume gelijk ongeacht de wijzigingen
in keyboardsnelheid.
Gebruikershandleiding
58
Selecteer de juiste kwantificerings-
3
waarde (1/8, 1/16 of OFF) met de
draaiknop.
Bij de instelling '1/8' worden noten buiten de tel
uitgelijnd met de dichtstbijgelegen vierde noot,
en bij de instelling '1/16' worden noten buiten
de tel uitgelijnd met de dichtstbijgelegen achtste
noot. Bij de instelling 'OFF' vindt geen
kwantificering plaats.
De standaardinstelling voor arpeggiokwantificering is afhankelijk van het type arpeggio.
Page 59
Arpeggio-instellingen
f
Pdl Func
De functie die aan de
voetschakelaar is toegewezen.
Sustain
1
Arp Hold
2
Doorgaan met het afspelen
van arpeggio's
U kunt het afspelen van arpeggio's laten voortduren
nadat de noot is losgelaten.
Daartoedruktuopeen'voetschakelaar die op de
SUSTAIN-aansluiting is aangesloten. Het afspelen
van arpeggiosstoptzodraudevoetschakelaarloslaat.
Sluit een voetschakelaar aan (pagina 11) en wijs de
functie vervolgens aan de voetschakelaar toe zoals
hieronder wordt beschreven.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk zo vaak op de CATEGORY []- en
2
[]-knoppen als nodig is om het item
'Pdl Func' te selecteren.
Enkele seconden wordt 'Pdl Func' in de display
weergegeven, waarna de functie wordt
weergegeven die aan de voetschakelaar is
toegewezen.
Selecteer 'Arp Hold' met de draaiknop.
3
Selecteer 'Sustain' als u de functie van de
voetschakelaar wilt terugzetten op Sustain
(aanhouden). Selecteer 'Hold+Sus' als u beide
functies wilt gebruiken. De sustainfunctie heeft
alleen invloed op de hoofd- en dualvoices.
Deze werken niet voor splitvoices.
Gebruikershandleiding
Referentie
59
Page 60
Stijlfuncties (automatische begeleiding)
IntroMain A/B
EindsectieAuto Fill
Verschijnt als
automatische begeleiding
is ingeschakeld.
De pijlen voor de tellen
knipperen als de standbymodus voor synchro
start is geactiveerd
De basisbediening van de stijlfunctie (automatische begeleiding) wordt beschreven
op pagina 26 van de Beknopte handleiding.
Hieronder vindt u een aantal andere manieren om de stijlen te spelen, de procedure
waarmee u het volume kunt aanpassen enz.
Patroonvariatie (secties)
Het instrument beschikt over een grote verscheidenheid aan stijlsecties waarmee u de arrangementen van
de begeleiding kunt variëren om ze zo passend te maken voor de song die u speelt.
INTRO-sectie
Dit wordt gebruikt voor het begin van de song. Nadat de intro is afgespeeld, gaat de begeleiding door met
de Main-sectie. De lengte van de intro (in maten) is verschillend en afhankelijk van de geselecteerde stijl.
MAIN-sectie
De Main-sectie wordt gebruikt voor het spelen van het hoofdgedeelte van de song. Er wordt een
begeleidingspatroon gespeeld dat wordt herhaald tot er een andere sectieknop wordt ingedrukt. Er zijn
twee variaties op het basispatroon (A en B) en het afspeelgeluid van de stijl verandert harmonisch,
gebaseerd op de akkoorden die u met uw linkerhand speelt.
Fill-in sectie
Referentie
Deze sectie wordt automatisch toegevoegd voordat er naar sectie A of B wordt overgestapt.
ENDING-sectie
De Ending-sectie wordt gebruikt voor het einde van de song. Als de eindsectie is afgespeeld, stopt de
automatische begeleiding automatisch. De lengte van de Ending-sectie (in maten) is verschillend en
afhankelijk van de geselecteerde stijl.
Druk op de knop [STYLE] en selecteer
1
een stijl.
Druk op de knop [ACMP ON/OFF] om
2
de automatische begeleiding in te
schakelen.
Druk op de knop [SYNC START] om
3
Synchro Start aan te zetten.
Gebruikershandleiding
60
Synchro Start
Als de stand-bymodus voor Sync Start actief is,
wordt de stijl afgespeeld zodra u een akkoord
speelt in het gedeelte voor automatische
begeleiding op het klavier. U kunt de standbymodus voor Sync Start verlaten door nog
eens op de knop [SYNC START] te drukken.
Page 61
Stijlfuncties (automatische begeleiding)
MAIN A
De naam van de geselecteerde sectie,
MAIN A of MAIN B, wordt weergegeven.
INTRO≥A
Splitpunt
Begeleidings-
gedeelte
FILL A≥B
ENDING
Verschijnt als de
synchro-stopfunctie
is geactiveerd.
De stijl blijft spelen
terwijl u op de
toetsen speelt
De afspeelstijl stopt als
u de toetsen loslaat
Druk op de knop [MAIN/AUTO FILL].
4
Druk op de knop [INTRO/ENDING/rit.].
5
U bent nu klaar om de intro te spelen.
Zodra u een akkoord speelt met uw
6
linkerhand, begint de intro van de
geselecteerde stijl te spelen.
Speel voor dit voorbeeld een C-majeurakkoord
(zoals hieronder aangegeven). Zie 'Akkoorden' of
pagina 29 voor meer informatie over het invoeren
van akkoorden.
Druk op de knop [INTRO/ENDING/rit.].
8
Hierdoor wordt naar de ENDING-sectie
geschakeld.
Als de eindsectie is afgespeeld, stopt de
automatische begeleiding automatisch. U kunt de
eindsectie geleidelijk laten vertragen (ritardando)
door nogmaals op de knop [INTRO/ENDING/
rit.] te drukken terwijl de eindsectie wordt
afgespeeld.
Synchro Stop
Als deze functie is geselecteerd, wordt de
begeleidingsstijl alleen gespeeld terwijl u
akkoorden speelt in het begeleidingsgedeelte
van het klavier. Het afspelen van de stijl stopt
als u de toetsen loslaat. Druk op de knop
[SYNC STOP] om de functie aan te zetten.
Druk op de toets [MAIN/AUTO FILL].
7
Als de fill-in is afgespeeld, gaat deze vloeiend
over in de geselecteerde hoofdsectie A/B.
Gebruikershandleiding
Referentie
61
Page 62
Stijlfuncties (automatische begeleiding)
090
Tempo
Huidige tempowaarde
f
100
StyleVol
Het tempo van de stijl wijzigen
Stijlen kunnen op elk gewenst tempo worden
afgespeeld: snel of langzaam.
Druk op de [TEMPO/TAP]-knop om
1
de tempo-instelling in de display weer
te geven nadat u een stijl hebt
geselecteerd.
Selecteer met de draaiknop een tempo
2
van 011 t/m 280 slagen van een
kwartnoot per minuut.
Druk de knoppen [+] en [-] tegelijkertijd in om
de waarde onmiddellijk terug te zetten naar het
standaardtempo van een stijl.
Het stijlvolume aanpassen
Druk op de knop [STYLE] om de stijlfunctie
te activeren.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY []- en []-
2
knoppen om het item 'Style Volume'
te selecteren.
Referentie
Als u het tempo wilt wijzigen terwijl een stijl
wordt afgespeeld, drukt u tweemaal op de knop
[TEMPO/TAP].
Gebruikershandleiding
62
Stel het stijlvolume met de draaiknop in
3
op een waarde tussen 000 en 127.
Page 63
Stijlfuncties (automatische begeleiding)
Langer dan een seconde
ingedrukt houden
Splitpunt
Splitpunt (54: F#2)
Splitvoice
Hoofdvoice
OPMERKING
OPMERKING
f
042
EuTrance
Verschijnt als automatische
begeleiding actief is
Begeleidings-
gedeelte
Het splitpunt instellen
De standaardwaarde voor het splitpunt is
toetsnummer 54 (de toets F#2). Dit toetsnummer kunt
u wijzigen met de hieronder beschreven procedure.
Druk op de knop [STYLE].
1
Houd de knop [ACMP ON/OFF] langer
2
dan een seconde ingedrukt zodat het
item 'Split point' verschijnt.
SplitPnt
054
Stel het splitpunt met de draaiknop
3
in op een willekeurige toets tussen
036 (C1) en 096 (C6).
Tap St a r t
U kunt de stijl starten door in het gewenste tempo
op de knop [TEMPO/TAP] te tikken - 4 keer voor
maatsoorten in 4, en drie keer voor maatsoorten in 3.
U kunt het tempo tijdens het afspelen van de stijl
veranderen door twee keer op de knop te drukken.
Een stijl met akkoorden
maar zonder ritme spelen
(stop begeleiding)
Als de automatische begeleiding is aangezet (in dat
geval is het ACMP ON-pictogram zichtbaar) en
Synchro Start is uit, kunt u akkoorden spelen in het
gedeelte voor de linkerhand (begeleiding) van het
klavier terwijl de stijl is gestopt, en toch de
begeleidingsakkoorden horen. Dit is 'Stop
Accompaniment', waarbij iedere vingerzetting op
de akkoorden die door het instrument wordt herkend,
kan worden gebruikt (pagina 29).
• Als u het splitpunt wijzigt, verandert het splitpunt
voor automatische begeleiding ook.
• Het splitpunt kan niet worden veranderd tijdens
een songles.
• U krijgt ook toegang tot het item 'Split Point' door op de
knop [FUNCTION] te drukken en met de CATEGORY
[ ]- en [ ]-knoppen naar het item te gaan
(pagina 71).
Druk op de knop [STYLE] om de stijlfunctie
te activeren. Druk vervolgens op de knop
[ACMP ON/OFF] om de automatische
begeleiding aan te zetten.
Gebruikershandleiding
Referentie
63
Page 64
Stijlfuncties (automatische begeleiding)
f
Sff Load
Stijlbestanden laden
Het instrument beschikt over 174 interne stijlen, maar andere stijlen, zoals de stijlen die op de cd-rom worden
geleverd en andere die van internet kunnen worden gehaald (alleen stijlen van 50 kB of kleiner met de extensie
.sty), kunnen in stijlnummer 175 worden geladen en op dezelfde manier worden gebruikt als de interne stijlen.
Om de functie voor het laden van stijlbestanden te kunnen gebruiken, moet het bestand al van de computer naar
het instrument zijn overgebracht. De procedure voor het overbrengen van bestanden van een computer naar het
instrument wordt beschreven op pagina 75 ('Data overbrengen tussen computer en instrument').
In de onderstaande procedure wordt een stijlbestand dat al van een computer naar het instrument is overgebracht,
geladen in stijlnummer 175.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
In de display verschijnt de functie die op dat
moment geselecteerd is.
Druk zo vaak op de CATEGORY []- en
2
[]-knoppen als nodig is om de functie
voor het laden van stijlbestanden,
'Sff Load', te selecteren.
Voer de laadhandeling uit.
3
Druk op de cijferknop [0] als de naam van het
stijlbestand dat u wilt laden in de display wordt
weergegeven.
Er verschijnt een bevestigingsbericht
4
voor de laadhandeling. Druk op de knop
[+/YES] om het bestand daadwerkelijk
te laden.
Referentie
Na ongeveer twee seconden verschijnt de naam
van het stijlbestand dat kan worden geladen in
de display.
Als meerdere stijlbestanden naar het instrument
zijn overgebracht, kunt u met de draaiknop of met
de knoppen [+] en [-] de andere bestanden in
volgorde selecteren.
Gebruikershandleiding
64
Page 65
Stijlfuncties (automatische begeleiding)
Dict.
Langer dan een seconde
ingedrukt houden
Akkoordnaam
(grondtoon en soort)
Akkoordnotatie
Afzonderlijke noten
van het akkoord (klavier)
OPMERKING
Akkoorden opzoeken in het woordenboek voor akkoorden
De woordenboekfunctie is in feite een ingebouwd akkoordenboek waarin u de afzonderlijke noten van akkoorden
kunt zien. Dit is ideaal als u de naam van een bepaald akkoord weet en snel wilt leren hoe u dit akkoord kunt spelen.
Houd de knop LESSON [START] langer
1
dan een seconde ingedrukt.
Als voorbeeld gaat u leren hoe u een
2
GM7-akkoord (G-majeurseptiem) moet
spelen. Druk op de toets 'G' in het
gedeelte van het klavier met het
opschrift 'ROOT'. (De noot geeft geen
geluid.) De grondtoon die u instelt,
wordt in de display aangegeven.
Druk op de toets 'M7' (majeurseptiem)
3
in het gedeelte van het klavier met het
opschrift 'CHORD TYPE'. (De noot geeft
geen geluid.) De noten die u zou
moeten spelen voor het opgegeven
akkoord (grondtoon en akkoordtype),
worden in de display getoond, zowel in
de notatie als in het toetsoverzicht.
Dict.
001
Dict.
001
Druk op de [+]/[–]-knoppen om mogelijke
inversies van het akkoord op te roepen.
• Over majeurakkoorden: Eenvoudige majeurakkoorden
worden gewoonlijk alleen aangegeven met de
grondtoonnoot. 'C' verwijst bijvoorbeeld naar C-majeur.
Als u hier echter majeurakkoorden wilt aangeven,
let er dan op dat u de 'M' (majeur) selecteert nadat u
de grondtoonnoot hebt geselecteerd.
Probeer een akkoord in het
4
automatische begeleidingsgedeelte
van het klavier te spelen terwijl u de
aanduidingen in de display bekijkt.
Als u het akkoord juist hebt gespeeld,
klinkt er een belgeluid om dit aan te
geven. De akkoordnaam in de display
knippert.
Gebruikershandleiding
Referentie
65
Page 66
Songinstellingen
Langer dan een seconde
ingedrukt houden.
f
PlayMode
BGM afspelen
Met de standaardinstelling worden slechts enkele van
de interne songs afgespeeld en herhaald wanneer op
de knop [DEMO/BGM] wordt gedrukt. U kunt deze
instelling zo wijzigen dat alle interne songs worden
afgespeeld of dat alle songs die van een computer naar
het instrument zijn overgebracht, worden afgespeeld.
Er zijn vier verschillende afspeelgroepen waaruit
u kunt kiezen. Selecteer de instelling die het beste past
bij wat u wilt.
Houd de knop [DEMO/BGM] langer
1
dan een seconde ingedrukt.
Enkele seconden wordt 'Demo Grp' in de display
weergegeven, waarna het geselecteerde
afspeeldoel wordt weergegeven.
Songs in willekeurige volgorde
afspelen
In de willekeurige afspeelmodus worden de songs
in de groep voor het afspelen van BGM geselecteerd
om in willekeurige volgorde te worden afgespeeld.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk zo vaak op de CATEGORY []-
2
en []-knoppen als nodig is om het
item 'PlayMode' te selecteren.
Enkele seconden wordt 'PlayMode' in de display
weergegeven, waarna de geselecteerde
afspeelmodus wordt weergegeven.
Selecteer met de draaiknop een
2
herhaalde afspeelgroep uit de volgende
Referentie
tabel.
DemoPresetsongs 001–008
PresetAlle presetsongs
UserAlle gebruikerssongs
Download
Alle songs die vanaf een
computer zijn overgebracht
U kunt de modus voor herhaald afspelen niet
selecteren als 'Demo' is geselecteerd als
herhaalde afspeelgroep.
Selecteer 'Random' met de draaiknop.
3
Selecteer 'Normal' als u de normale afspeelmodus
wilt herstellen.'
Gebruikershandleiding
66
Page 67
Songinstellingen
090
Tempo
Huidige tempowaarde
f
100
SongVol
Songvolume
OPMERKING
Het tempo van de song wijzigen
Songs kunnen op elk gewenst tempo worden
afgespeeld: snel of langzaam.
Druk op de [TEMPO/TAP]-knop om de
1
tempo-instelling in de display weer te
geven na het selecteren van een song.
Selecteer met de draaiknop een tempo
2
van 011 t/m 280 slagen van een
kwartnoot per minuut.
Druk de knoppen [+] en [-] tegelijkertijd in om
de waarde onmiddellijk terug te zetten naar het
standaardtempo van een song.
Als u het tempo wilt wijzigen terwijl een song
wordt afgespeeld, drukt u tweemaal op de
[TEMPO/TAP]-knop.
Song volume
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY []- en []-
2
knoppen om het item 'Song Volume'
te selecteren.
Stel het songvolume met de draaiknop
3
in op een waarde tussen 000 en 127.
• Het songvolume kan worden aangepast terwijl er
een song is geselecteerd.
Gebruikershandleiding
Referentie
67
Page 68
Songinstellingen
AB
OPMERKING
Tracknummer uit: de track is
gedempt of bevat geen data
Tracknummer aan: de track speelt af
A-B Repeat
Met deze functie kunt u een sectie van een song
opgeven om herhaald af te spelen. 'A' is hierbij het
beginpunt, 'B' het eindpunt.
Speel de song af (pagina 30) en druk op
1
de knop [] (A-B REPEAT) aan het
begin van de sectie die u wilt herhalen
(punt 'A').
Onafhankelijke songtracks
dempen
Elke 'track' van een song speelt een verschillende part
van de song af: melodie, percussie, begeleiding enz.
U kunt afzonderlijke tracks dempen en de gedempte
part zelf op het keyboard spelen, of gewoon tracks
dempen die u niet wilt horen.
U kunt een track dempen door op de desbetreffende
trackknop (TRACK [1] – [5], [A]) te drukken. Druk
nogmaals op dezelfde knop om het dempen van de
track op te heffen.
Druk nogmaals op de knop []
2
(A-B REPEAT)] aan het eind van de
sectie die u wilt herhalen (punt 'B').
Referentie
De opgegeven sectie A-B van de song
3
wordt nu herhaaldelijk afgespeeld.
U kunt het herhaald afspelen stoppen door op
de knop [] (A-B REPEAT) te drukken.
• U kunt het begin- en eindpunt voor de herhaling per
maat opgeven.
• Het huidige maatnummer wordt in de display getoond
tijdens het afspelen.
• Als u het beginpunt 'A' wilt instellen aan het begin van
de song, drukt u op de knop ['] (A-B REPEAT)
voordat u de song gaat afspelen.
Gebruikershandleiding
68
Page 69
Songinstellingen
050
Strings
SONG MEL
Langer dan een
seconde ingedrukt
houden
Tap St a r t
U kunt de song starten door in het gewenste tempo
op de knop [TEMPO/TAP] te tikken - 4 keer voor
maatsoorten in 4, en drie keer voor maatsoorten in 3.
U kunt het tempo tijdens het afspelen van de song
veranderen door twee keer op de knop te drukken.
De melodievoice veranderen
U kunt de melodievoice van een song wijzigen in elke
andere gewenste voice.
OPMERKING
• U kunt de melodievoice van een gebruikerssong niet wijzigen.
Selecteer de song en speel deze af.
1
Druk op de knop [VOICE] en draai
2
vervolgens aan de draaiknop om
de voice te selecteren die u wilt
beluisteren.
Houd de knop [VOICE] langer dan
3
een seconde ingedrukt.
In de display verschijnt enkele
seconden lang de tekst 'SONG MELODY
VOICE'. Deze tekst geeft aan dat de
oorspronkelijke melodievoice is
vervangen door de in stap 2
geselecteerde voice.
Gebruikershandleiding
Referentie
69
Page 70
De functies
100
StyleVol
f
r
00
Transpos
De geselecteerde functie.
Rechtstreekse
numerieke
invoer.
Druk gelijktijdig op
deze toetsen op om
de standaardinstelling terug te zetten.
• De waarde met
1 verhogen.
• Uitvoeren
• De waarde met
1 verlagen.
• Annuleren
Via de functies hebt u toegang tot een hele reeks gedetailleerde instrumentparameters
voor het stemmen, het instellen van het splitpunt en het aanpassen van de voices
en effecten. Bekijk de lijst met functies op de tegenoverliggende pagina.
Als u een functie hebt gevonden die u wilt instellen, selecteert u de displaynaam
van de functie (rechts van de functienaam in de lijst) en past u de functie aan.
Functies selecteren en instellen
Zoek de functie die u wilt instellen in
1
de lijst die begint op pagina 71, 72.
Druk op de knop [FUNCTION].
2
Selecteer een functie.
3
Druk zo vaak op de CATEGORY [ ]- en []knoppen als nodig is om de displaynaam van
de functie in de display weer te geven.
Gebruik de draaiknop, de knoppen [+]
4
en [-] of de nummerknoppen [0] – [9]
om de geselecteerde functie naar wens
in te stellen.
Met de knoppen [+] en [-] kunt u instellingen van
het type ON/OFF maken: [+] = ON, [-] = OFF.
In sommige gevallen wordt met de knop [+] de
uitvoering van de geselecteerde functie gestart.
Met de knop [-] wordt de selectie ongedaan
gemaakt.
Referentie
Gebruikershandleiding
70
Sommige functie-instellingen worden in het geheugen
opgeslagen zodra ze gewijzigd zijn. Raadpleeg 'De
back-upparameters' op pagina 50 voor informatie over
de functie-instellingen die op het instrument worden
opgeslagen.
Als u alle standaardinstellingen wilt terugzetten, voert
u de procedure 'Back-up wissen' uit die wordt
beschreven in het gedeelte 'Initialisatie' op pagina 50.
Page 71
Lijst met functie-instellingen
CategorieInstellingenDisplay
Vol ume
Overall
Main
Voi ce
Dual Voice
Split Voice
Style VolumeStyleVol 000–127Bepaalt het volume van de stijl.
Song VolumeSongVol000–127Bepaalt het volume van de song.
TransposeTranspos -12–12
TuningTuning-100–100
Pitch Bend RangePBRange01–12Bepaalt het pitchbendbereik in stappen van een halve toon.
Split PointSplitPnt
Touch SensitivityTouchSns
Vol um eM.Volume 000–127Bepaalt het volume van de hoofdvoice.
OctaveM.Octave -2 – +2Bepaalt het octaafbereik voor de hoofdvoice.
PanM.Pan
Reverb LevelM. Reverb 000–127
Chorus LevelM.Ch orus 000–127
Attack TimeM.Attack000–127Bepaalt de aanslagtijd van de hoofdvoice.
Release TimeM.Relea s 000–127Bepaalt de releasetijd van de hoofdvoice.
Filter CutoffM.Cutoff 000–127Bepaalt de filterafkapfrequentie van de hoofdvoice.
Filter ResonanceM.Reso.000–127Bepaalt de filterresonantie van de hoofdvoice.
Voi ceD.Voice001–700Bepaalt de dualvoice.
Vol um eD.Volume 000–127Bepaalt het volume van de dualvoice.
OctaveD.Octave -2 – +2Bepaalt het octaafbereik voor de dualvoice.
PanD.Pan
Reverb LevelD. Reverb 000–127
Chorus LevelD.Ch orus 000–127
Attack TimeD.Attack000–127Bepaalt de aanslagtijd van de dualvoice.
Release TimeD.
Filter CutoffD.Cutoff 000–127Bepaalt de filterafkapfrequentie van de dualvoice.
Filter ResonanceD.Reso.000–127Bepaalt de filterresonantie van de dualvoice.
Voi ceS.Voice001–700Bepaalt de splitvoice.
Vol um eS.Volume 000–127Bepaalt het volume van de splitvoice.
OctaveS.Octave -2 – +2Bepaalt het octaafbereik voor de splitvoice.
PanS.Pan
Reverb LevelS. Reverb 000–127
Chorus LevelS.Ch orus 000–127
Relea
Bereik/
instellingen
Bepaalt de toonhoogte van het instrument in eenheden van
een halve toon.
Bepaalt de toonhoogte van het instrumentgeluid in eenheden
van 1 cent.
036–096
(C1 – C6)
1 (Soft),
2 (Medium),
3 (Hard)
000 (links) –
64 (midden) –
127 (rechts)
000 (links) –
64 (midden) –
127 (rechts)
s 000–127Bepaalt de releasetijd van de dualvoice.
000 (links) –
64 (midden) –
127 (rechts)
Bepaalt de hoogste toets voor de splitvoice en stelt het 'splitpunt'
in (met andere woorden, de toets die de grens vormt tussen de
split- en hoofdvoice). Het splitpunt en het begeleidingssplitpunt
worden automatisch op dezelfde waarde ingesteld.
Als de aanslagrespons actief is, bepaalt dit de gevoeligheid van
de functie.
Bepaalt de panpositie van de hoofdvoice in het stereobeeld.
Bij de waarde '0' wordt het geluid volledig links gepand;
bij de waarde '127' wordt het geluid volledig rechts gepand.
Bepaalt hoeveel van het hoofdvoicesignaal naar het reverbeffect
wordt verzonden.
Bepaalt hoeveel van het hoofdvoicesignaal naar het choruseffect
wordt verzonden.
Bepaalt de panpositie van de dualvoice in het stereobeeld.
Bij de waarde '0' wordt het geluid volledig links gepand;
bij de waarde '127' wordt het geluid volledig rechts gepand.
Bepaalt hoeveel van het dualvoicesignaal naar het reverbeffect
wordt verzonden.
Bepaalt hoeveel van het dualvoicesignaal naar het choruseffect
wordt verzonden.
Bepaalt de panpositie van de splitvoice in het stereobeeld.
Bij de waarde '0' wordt het geluid volledig links gepand;
bij de waarde '127' wordt het geluid volledig rechts gepand.
Bepaalt hoeveel van het splitvoicesignaal naar het reverbeffect
wordt verzonden.
Bepaalt hoeveel van het splitvoicesignaal naar het choruseffect
wordt verzonden.
Beschrijving
De functies
Referentie
Gebruikershandleiding
71
Page 72
De functies
CategorieInstellingenDisplay
Reverb TypeReverb01–10Bepaalt het reverbtype, waaronder 'uit' (10).
Chorus TypeChorus01–05Bepaalt het chorustype, waaronder 'uit' (05).
Effect
Master EQ TypeMasterEQ
Harmony
Arpeggio
Style File
Load
PCPC modePC modePC1/PC2/OFF
MIDI
Referentie
Metronome
Lesson
Demo
Harmony TypeHarmType 01–26Bepaalt het harmonietype.
Harmony VolumeHarmVol000–127Bepaalt het volume van het harmonie-effect.
Arpeggio TypeARP Type 01–150Bepaalt het arpeggiotype.
Arpeggio VelocityARP Velo
Arpeggio QuantizeQuantizeOFF, 1/8, 1/16
Arpeggio PedalPdl Func
Style File LoadSff Load 001–nnnLaadt een stijlbestand.
Local On/OffLocalON/OFF
External ClockExtClock ON/OFF
Keyboard OutKbdOutON/OFF
Style OutStyleOut ON/OFF
Song OutSongOutON/OFF
Initial SendInitSend YES/NO
Time Signature
Numerator
Time Signature
Denominator
Metronome VolumeMtrVol000–127Bepaalt het volume van de metronoom.
Lesson Track (R)R-
Lesson Track (L)L-Pa rt
GradeGrade ON/OFFBepaalt of de Gradefunctie aan of uit staat.
Demo GroupDemoGrp
Demo PlaymodePl ayMode
Demo CancelD-Cancel ON/OFF
TimesigN 00–60Bepaalt de maatsoort van de metronoom.
TimesigD
Part
Bereik/
instellingen
Speaker1,
Speaker2,
Headphone,
Line Out1,
Line Out2
Stelt de equalizer voor de uitgang van de speaker in op een
optimaal geluid in verschillende luistersituaties.
Bepaalt de snelheidsmodus voor het afspelen van arpeggio's.
Hiermee kunt u het afspelen van een arpeggio synchroniseren
met een stijl of song.
Hiermee geeft u de pedaalfunctie in de arpeggiomodus aan.
Optimaliseert de MIDI-instellingen als u het instrument aansluit
op een computer.
Bepaalt of het klavier van het instrument de interne toongenerator
wel (ON) of niet aanstuurt (OFF).
Bepaalt of het instrument synchroniseert met de interne klok
(OFF) of met een externe klok (ON).
Bepaalt of de toetsdata van het instrument worden verzonden
(ON) of niet (OFF).
Bepaalt of stijldata wel (ON) of niet (OFF) via USB worden
verzonden tijdens het afspelen van stijlen.
Bepaalt of een gebruikerssong wel (ON) of niet (OFF) via USB
wordt verzonden tijdens het afspelen van songs.
Met deze functie kunt u de data van de paneelinstellingen naar
een computer verzenden. Druk op [+] om te verzenden, of druk
op [–] om te annuleren.
Stelt de lengte van iedere tel van de metronoom in.
Bepaalt het gidstracknummer voor de les voor uw rechterhand.
Deze instelling is alleen effectief voor songs in SMF Format 0 die
vanaf een computer zijn overgebracht.
Bepaalt het gidstracknummer voor uw linkerhandles.
Deze instelling is alleen effectief voor songs in SMF Format 0
die vanaf een computer zijn overgebracht.
Bepaalt de herhaalde afspeelgroep.
Bepaalt de modus voor herhaald afspelen.
Bepaalt of de demoannuleerfunctie is geactiveerd. Als deze
instelling aan staat (ON), wordt de demosong niet afgespeeld,
zelfs niet wanneer u op de knop [DEMO/BGM] drukt.
Gebruikershandleiding
72
Page 73
Aansluiten op een computer
USB-aansluitingUSB-aansluiting
USB-kabel
Instrument
LET OP
Dit instrument kan op een computer worden aangesloten om MIDI-data of een bestand
over te brengen.
Een pc aansluiten
Als u wilt communiceren met MIDI-instrumenten en
die instrumenten wilt gebruiken als ze op uw
computer zijn aangesloten, moet de bijbehorende
stuurprogrammasoftware correct op uw computer
worden geïnstalleerd. Dankzij het USB-MIDIstuurprogramma kunnen sequencesoftware en
gelijksoortige toepassingen op uw computer MIDIdata via een USB-kabel naar en van MIDI-apparaten
verzenden en ontvangen. U vindt het USB MIDIstuurprogramma op de cd-rom. De installatie van het
USB-MIDI-stuurprogramma wordt beschreven op
pagina 80.
• Sluit de PSR-E423 alleen op externe apparatuur aan als alle
apparaten uitgeschakeld zijn. Schakel vervolgens eerst de
stroom van de PSR-E423 in en daarna van de aangesloten
externe apparatuur. Zet de apparatuur in omgekeerde
volgorde uit.
Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van de USB-terminal
Neem de volgende punten in acht als u de computer
aansluit op de USB-aansluiting. Als u dit niet doet,
loopt u het risico dat de computer vastloopt en dat
data worden beschadigd of verloren gaan. Als de
computer of het instrument vastloopt, start u de
toepassingssoftware of het besturingssysteem van de
computer opnieuw op, of schakelt u het instrument uit
en weer in.
• Gebruik een USB-kabel van het type AB die niet
langer is dan ongeveer 3 meter.
• Voordat u de computer op de USB-aansluiting
aansluit, haalt u de computer uit eventuele
energiebesparende modi (zoals tijdelijk uitzetten,
de slaapstand of stand-by).
• Voordat u het instrument inschakelt, verbindt u
de computer met de USB-aansluiting.
• Ga als volgt te werk voordat u het instrument aan/
uitzet, of de USB-kabel verbindt met of loskoppelt
van de USB-aansluiting.
• Sluit eventuele geopende softwaretoepassingen
op de computer af.
• Zorg ervoor dat er geen gegevens door het
instrument worden verzonden. (Er worden altijd
gegevens verzonden als er op het keyboard wordt
gespeeld, als er een song wordt afgespeeld enz.)
• Als er een computer op het instrument is
aangesloten, wacht u minimaal zes seconden tussen
deze handelingen: (1) het uitzetten en vervolgens
weer aanzetten van het instrument, of (2) het
aansluiten en vervolgens weer loskoppelen van de
USB-kabel en andersom.
Gebruikershandleiding
Referentie
73
Page 74
Aansluiten op een computer
f
f
oFF
PC mode
OPMERKING
Speldata van en naar een computer overbrengen
Als u het instrument aansluit op een computer, kunnen de speldata van het instrument worden gebruikt op
de computer en speldata van de computer kunnen op het instrument worden afgespeeld.
MIDI-instellingen
Deze instellingen hebben specifiek betrekking
op dataverzending en -ontvangst.
ItemDisplay
LocalLocal
External
Clock
Keyb oard
Out
Style
Out
Referentie
Song
Out
ExtClock
KbdOut
StyleOut
SongOut
Als het instrument geen geluid geeft, is dit de meest
voor de hand liggende oorzaak.
Bereik/
Instellin
gen
ON/
OFF
ON/
OFF
ON/
OFF
ON/
OFF
ON/
OFF
Beschrijving
Lokale besturing bepaalt of de
noten die op het instrument
worden gespeeld, door het
interne toongeneratorsysteem
worden voortgebracht: het
interne toongeneratorsysteem
is actief wanneer de lokale
besturing aan staat en nietactief wanneer de lokale
regeling uit staat.
Dit bepaalt of het instrument
wordt gesynchroniseerd met de
eigen interne klok (OFF) of met
een kloksignaal van een extern
apparaat (ON).
Deze instellingen bepalen of de
toetsdata van het instrument
worden verzonden (ON) of niet
(OFF).
Deze instellingen bepalen of
stijldata wel (ON) of niet (OFF)
tijdens het afspelen van stijlen
worden verzonden.
Deze instellingen bepalen of
een gebruikerssong wel (ON)
of niet (OFF) wordt verzonden
tijdens het afspelen van
songs.
PC Mode
U moet een aantal MIDI-instellingen uitvoeren
wanneer u speldata tussen de computer en het
instrument wilt overbrengen. PC Mode kan in één
enkele bewerking op een eenvoudige manier
verschillende instellingen voor u maken. U kunt
kiezen uit drie instellingen: PC1, PC2 en OFF.
Deze instelling is niet nodig wanneer er song- of
back-upbestanden tussen de computer en het
instrument worden uitgewisseld.
* Stel de pc-modus in op PC2 als u Digital Music Notebook
gebruikt.
PC1PC2*OFF
LocalOFFOFFON
External ClockONOFFOFF
Song OutOFFOFFOFF
Style OutOFFOFFOFF
Keyboard OutOFFONON
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Druk zo vaak op de CATEGORY []-
2
en []-knoppen als nodig is om het
pc-modusitem 'PC Mode' te selecteren.
Als de externe klok aan staat (ON) en er geen
kloksignaal wordt ontvangen van een extern apparaat,
worden de functies voor songs, stijl en metronoom
niet gestart.
74
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY []- en []-
2
knoppen om het item te selecteren
waarvan u de waarde wilt veranderen.
Selecteer ON of OFF met de draaiknop.
3
Gebruikershandleiding
Selecteer PC1, PC2 of OFF met de
3
draaiknop.
• Hoewel gebruikerssongs van het instrument kunnen
worden overgebracht met de functie Song Out, kunnen
presetsongs niet op deze manier worden overgebracht.
Page 75
Aansluiten op een computer
f
InitSend
Initial Send
Met deze functie kunt u de data van de paneelinstellingen naar een computer verzenden. Voordat u
speldata opneemt op een sequencertoepassing op uw
computer, kunt u het beste eerst de gegevens van de
paneelinstellingen verzenden en registreren en daarna
pas de eigenlijke speldata.
Druk op de knop [FUNCTION].
1
Gebruik de CATEGORY []- en []-
2
knoppen om het item 'Initial Send'
te selecteren.
Data overbrengen tussen
computer en instrument
Song- en stijlbestanden die zich op een computer of
de meegeleverde cd-rom bevinden, kunnen worden
overgebracht naar het instrument. Back-upbestanden
kunnen ook van het instrument naar de computer
worden overgebracht en omgekeerd.
U moet het programma Musicsoft Downloader en het
USB-MIDI-stuurprogramma die op de meegeleverde
cd-rom staan, installeren op uw computer om
bestanden tussen uw computer en het instrument
te kunnen uitwisselen. Zie de installatiegids voor
de meegeleverde cd-rom op pagina 78 voor meer
informatie over de installatie.
Data die van een computer naar dit instrument
kunnen worden overgebracht.
De SMF-indeling (Standard MIDI File) is een van
de meest gebruikte en meest compatibele sequenceindelingen die worden gebruikt voor het opslaan van
sequencegegevens. Er zijn twee versies: Format 0 en
Format 1. Een groot aantal MIDI-apparaten is
compatibel met SMF Format 0 en de meeste in
de handel verkrijgbare MIDI-sequencegegevens
worden in SMF Format 0 geleverd.
Met Musicsoft Downloader kunt u
het volgende doen:
Bestanden verzenden van de computer naar het
flashgeheugen van het instrument.
Raadpleeg de procedure op pagina 76.
Als voorbeeld wordt de procedure beschreven
om songs van de meegeleverde cd-rom van uw
computer naar het instrument over te brengen.
Back-upbestanden kunnen van het instrument naar
een computer worden overgebracht en omgekeerd.
Raadpleeg de procedure op pagina 77.
* Gebruik de toepassing Musicsoft Downloader met Internet
Explorer 5.5 of hoger.
Gebruikershandleiding
Referentie
75
Page 76
Aansluiten op een computer
OPMERKING
w Dubbelklik op de map 'SampleData'
de map 'SongData' en klik op
een songbestand.
e Klik op
'Open'.
q Klik op het cd-rom-station.
q Klik op 'Electronic Musical
Instruments' en vervolgens
op 'Flash memory'.
OPMERKING
Gebruik Musicsoft Downloader
om songs van de meegeleverde
cd-rom over te brengen naar het
flashgeheugen van het instrument.
OPMERKING
• Als er een song of een stijl wordt afgespeeld, moet u
het afspelen stoppen voordat u verder gaat.
Installeer Musicsoft Downloader en
1
het USB-MIDI-stuurprogramma op uw
computer en sluit dan de computer
en het instrument aan (pagina 73).
Plaats de meegeleverde cd-rom in
2
het cd-rom-station.
Dubbelklik op het pictogram van
3
de snelkoppeling van Musicsoft
Downloader dat op het bureaublad
wordt aangemaakt.
Hiermee wordt de toepassing Musicsoft
Downloader gestart. Het hoofdvenster wordt
geopend.
Nu kunt u een stijlbestand op de computer of
cd-rom selecteren en dit op dezelfde manier als
een songbestand kopiëren naar het instrument.
Een kopie van het geselecteerde MIDI-
6
songbestand verschijnt in de 'List of
files stored temporarily' bovenaan in
het venster.
Het geheugenmedium wordt ook weergegeven
onderaan in het venster. Hier wordt de
overdrachtsbestemming gespecificeerd. Klik
op 'Electronic Musical Instruments' en vervolgens
op 'Flash memory'.
• Zolang Musicsoft Downloader draait, kan het instrument
niet worden gebruikt.
Referentie
Klik op de knop 'Add File' om het
4
gelijknamige venster te openen.
Klik op de knop rechts van 'Look in'
5
en selecteer het cd-rom-station in het
vervolgmenu dat verschijnt. Dubbelklik
in het venster op de map 'SampleData'.
Selecteer het bestand dat u naar het
instrument wilt overbrengen in de map
'SongData' en klik op 'Open'.
Nadat u het bestand hebt geselecteerd
7
in de 'List of files stored temporarily',
klikt u op de pijl-omlaag [Move], waarna
een bevestigingsbericht wordt
weergegeven. Klik op [OK]. De song
wordt van de 'List of files stored
temporarily' naar het geheugen van
het instrument overgebracht.
Sluit het venster om Musicsoft
8
Downloader af te sluiten.
• Sluit Musicsoft Downloader om het bestand af te spelen
dat van uw computer is overgebracht.
76
Gebruikershandleiding
Page 77
Aansluiten op een computer
LET OP
LET OP
f
r
LET OP
LET OP
Druk op de knop [SONG] om de song
9
af te spelen die is opgeslagen in het
flashgeheugen.
Selecteer metde draaiknop de song
die u wilt afspelen en druk daarna op
de knop [] (START/STOP) om het
afspelen te starten.
Als u een stijl wilt afspelen die in het
flashgeheugen is opgeslagen, moet het eerst met
de functie voor het laden van stijlbestanden naar
stijlnummer 175 worden geladen (pagina 64).
• Maak de USB-kabel niet los tijdens het overbrengen
van data. De data worden hierdoor niet alleen niet
overgebracht en opgeslagen, maar de werking van het
geheugen kan bovendien instabiel worden en de inhoud
van het geheugen kan verdwijnen als de stroom wordt
in- of uitgeschakeld.
• Opgeslagen data kunnen verloren gaan door een storing
of een verkeerd gebruik van de uitrusting.
Om veiligheidsredenen adviseren wij u om een kopie te
bewaren van alle belangrijke data die u hebt opgeslagen
op uw computer.
• Wij adviseren u om tijdens het overbrengen van data een
netadapter te gebruiken en geen batterijen. De data
kunnen beschadigd raken als de batterijen tijdens het
overbrengen leeg raken.
Overgebrachte songs voor lessen gebruiken...
Als u voor lessen songs (alleen in SMF Format 0)
gebruikt die van een computer zijn overgebracht,
kunt u opgeven welke kanalen als partij voor de
rechter- en de linkerhand moeten worden afgespeeld.
1 Druk op de knop [SONG] en selecteer de song
(036-) in het flashgeheugen waarvoor u de
gidstrack wilt instellen.
2 Druk op de knop [FUNCTION].
3 Gebruik de CATEGORY [ ]- en [ ]-
knoppen om het item 'R-Part' of 'L-Part'
te selecteren.
4 Selecteer met de draaiknop het kanaal dat u
wilt afspelen als de opgegeven partij voor
de rechter- of linkerhand.
De standaardinstellingen zijn kanaal 1 voor de partij
van de rechterhand en kanaal 2 voor de partij van
de linkerhand.
Een back-upbestand van het
instrument overbrengen naar een
computer
U kunt Musicsoft Downloader gebruiken om
'Back-upbestanden' die back-upgegevens bevatten
(pagina 50), inclusief de vijf gebruikerssongs die in
het instrument zijn opgeslagen, over te brengen naar
een computer. Als u in de display van Musicsoft
Downloader op 'Electronic Musical Instruments'
en vervolgens op 'System Drive' klikt, wordt in de
rechterbenedenhoek van de display van Musicsoft
Downloader een bestand met de naam '10PK4.BUP'
weergegeven. Dit is het back-upbestand. Zie voor
meer informatie over het verzenden van backupbestanden met Musicsoft Downloader het online
Help-onderwerp 'Transferring Data Between the
Computer and Instrument (for unprotected data)'
van het programma.
• De back-upgegevens, waaronder de vijf gebruikerssongs,
worden als één bestand verzonden of ontvangen. Hierdoor
worden alle back-updata telkens overschreven wanneer u
de data verzendt of ontvangt. Onthoud dit wanneer u data
overbrengt.
• Geef het back-upbestand op de computer geen andere
naam. Als u dit wel doet, wordt het bestand niet herkend
wanneer het naar het instrument wordt overgebracht.
Referentie
Gebruikershandleiding
77
Page 78
Installatiehandleiding voor de meegeleverde cd-rom
LET OP
BIJZONDERE KENNISGEVINGEN
• Yamaha Corporation heeft het exclusieve auteursrecht van de software en deze handleiding.
• Het gebruik van de software en deze handleiding is omschreven in de licentieovereenkomst waarmee de koper
zich door het verbreken van het zegel van de softwareverpakking verklaard heeft volledig akkoord te gaan.
(Lees de Softwarelicentieovereenkomst op pagina 84 zorgvuldig door voordat u de toepassing gaat installeren.)
• Het is uitdrukkelijk verboden op enigerlei wijze de software te kopiëren of deze handleiding te reproduceren,
hetzij geheel of gedeeltelijk, zonder schriftelijke toestemming van de fabrikant.
• Yamaha geeft geen garanties met betrekking tot het gebruik van de software en documentatie en kan niet
aansprakelijk worden gesteld voor de resultaten van het gebruik van deze handleiding en de software.
• Deze schijf met software is niet bestemd voor gebruik met een audio/visueel systeem (cd-speler, dvd-speler
enz.). Probeer de schijf niet te gebruiken op andere apparatuur dan een computer.
• De schermweergaven zoals ze in deze handleiding te zien zijn, zijn uitsluitend bedoeld voor
instructiedoeleinden en kunnen dus enigszins afwijken van de werkelijkheid.
• Software zoals het USB MIDI-stuurprogramma kan zonder voorafgaande kennisgeving worden aangepast en
bijgewerkt. Download indien nodig de meest recente versie van de software van de volgende website:
http://music.yamaha.com/download/
• Toekomstige upgrades van het programma en de systeemsoftware, en wijzigingen in specificaties en functies
zullen afzonderlijk worden bekendgemaakt.
Belangrijke informatie over de cd-rom
Datatypen
Deze cd-rom bevat onder andere toepassingssoftware. Zie pagina 80 voor instructies voor het installeren van
Referentie
de software.
• Probeer deze cd-rom niet af te spelen op andere
apparatuur dan een computer. De resulterende sterke ruis
kan mogelijk gehoorbeschadiging tot gevolg hebben of
schade aan uw apparatuur.
Besturingssysteem
De toepassingen op deze cd-rom zijn geschikt voor verschillende versies van het Windows-besturingssysteem.
78
Gebruikershandleiding
Page 79
Installatiehandleiding voor de meegeleverde cd-rom
Inhoud van cd-rom
Het volgende startvenster verschijnt automatisch nadat u de meegeleverde cd-rom in het cd-rom-station hebt
geplaatst. (Als het startvenster niet automatisch op het scherm verschijnt, opent u de map 'Deze computer' en
dubbelklikt u op 'Start.exe' in het cd-rom-station.)
q
w
Map
MSD_Musicsoft Downloader
q
USBdrv32_
w
USBdrv64_
SongBookSong Book
e
SongDataMIDI 70 songs
SampleData
Om de PDF-notaties te kunnen bekijken, moet u Acrobat Reader op uw computer installeren.
U kunt Acrobat Reader gratis downloaden van de Adobe-website.
StyleData5 stijlbestanden
MDB5 Music Database-data
Toepassing/
Gegevensnaam
USB MIDI-stuurprogramma
(voor de 32-bits versie van
Windows 2000/XP/Vista/7)
USB MIDI-stuurprogramma
(voor de 64-bits versie van
Windows XP/Vista/7)
Deze toepassing kan worden gebruikt om MIDI-songgegevens van
internet te downloaden en ze van de computer naar het geheugen
van het instrument over te brengen.
Zie pagina 82 voor instructies voor de installatie.
U hebt de stuurprogrammasoftware nodig om MIDI-apparaten
via USB op uw computer aan te sluiten.
Zie pagina 80 voor instructies voor de installatie.
Omvat onder meer notatiegegevens voor de 30 interne songs
op het instrument en 70 MIDI-songs die op de cd-rom staan.
De uitzonderingen zijn de songs 1–11 en 30. De muzieknotatie
van songs 9–11 kunt u vinden in de afzonderlijke datalijst.
Deze songs, stijlen of data kunnen naar het instrument worden
overgebracht en worden afgespeeld of worden gebruikt met de
functies van het instrument.
e
Inhoud
Referentie
Gebruikershandleiding
79
Page 80
Installatiehandleiding voor de meegeleverde cd-rom
128 MB of meer
beschikbare
schijfruimte
(512 MB of meer
beschikbare
schijfruimte wordt
aanbevolen)
10 MB of meer—
10 MB of meer—
Musicsoft
Downloader
USB-stuurprogramma
voor Windows
Windows 2000/XP Home
Edition/XP Professional/
Vista
* Alleen 32-bits wordt
ondersteund.
Windows 7
Windows XP Professional
(SP2/SP3)/XP Home Edition
(SP2/SP3)/2000 (SP4)
Windows XP Professional
x64 Edition (SP2)
Windows Vista
(SP0/SP1/SP2)
Windows 7
233 MHz of hoger;
Intel Pentium/Celeronprocessorfamilie
(500 MHz of meer wordt
aanbevolen)
166 MHz of hoger;
Intel Core/Pentium/
Celeron-processor
Intel 64-compatibele
processor
800 MHz of hoger;
Intel Core/Pentium/
Celeron-processor of Intel
64-compatibele processor
1.4 GHz of hoger;
Intel Core/Pentium/
Celeron-processor of Intel
64-compatibele processor
64 MB of meer
(256 MB of meer
wordt aanbevolen)
32 MB of meer
(64 MB of meer
wordt aanbevolen)
256 MB of meer10 MB of meer—
512 MB of meer10 MB of meer—
1 GB of meer
(32-bits)/2 GB of
meer (64-bits)
800 x 600
HighColor
(16-bits)
Referentie
80
Software-installatie
RaRaadpleeg het gedeelte 'Problemen oplossen'
op pagina 82 als u problemen ondervindt bij het
installeren.
OPMERKING
• De voorbeelddisplays in deze handleiding zijn in het Engels.
Het USB-MIDI-stuurprogramma
installeren/bijwerken
Als u wilt communiceren met MIDI-instrumenten
en die instrumenten wilt gebruiken als ze op uw
computer zijn aangesloten, moet de bijbehorende
stuurprogrammasoftware correct op uw computer
worden geïnstalleerd.
Dankzij het USB-MIDI-stuurprogramma kunnen
sequence-software en gelijksoortige toepassingen op
uw computer MIDI-gegevens via een USB-kabel naar
en van MIDI-instrumenten verzenden en ontvangen.
Volg de onderstaande stappen om het USB-MIDIstuurprogramma te installeren (of bij te werken).
Koppel alle USB-apparaten van de
1
computer los, behalve de muis en
het toetsenbord van de computer.
Gebruikershandleiding
Start de computer en meld u met
2
beheerdersrechten (Administrator)
aan bij Windows.
Sluit alle openstaande programma's en vensters.
Plaats de meegeleverde cd-rom in
3
het cd-rom-station van uw computer.
Zet het instrument uit.
4
Sluit de USB-aansluiting van de
5
computer met een standaard-USBkabel aan op de USB-aansluiting van
het MIDI-instrument.
• Gebruik geen USB-hub om meerdere USB-apparaten
aan te sluiten.
• Als u meerdere MIDI-instrumenten tegelijk wilt
gebruiken via de USB-aansluiting, sluit u al deze
instrumenten aan op de computer. Vervolgens zet u
de instrumenten allemaal aan en voert u de volgende
installatieprocedure uit.
Zet het instrument of de instrumenten
6
aan.
Als het venster van de wizard voor
7
gevonden nieuwe hardware verschijnt,
klikt u op [Annuleren].
• Op sommige computers kan het even duren voordat dit
scherm verschijnt.
Page 81
Open de volgende map van het cd-rom-
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
Windows 2000
Windows XP
Windows Vista/7
OPMERKING
OPMERKING
• Als u Windows XP x64/Vista/7 gebruikt, dubbelklikt
u op het pictogram 'Yamaha USB-MIDI Driver (WDM)'.
OPMERKING
8
station in de map 'Deze computer'
en dubbelklik op 'setup.exe'.
• Voor gebruikers van de 32-bits versie van
• Voor gebruikers van de 64-bits versie van
Als het venster voor downloaden
9
van het bestand verschijnt, klikt u
op [Uitvoeren] of [Openen].
Het venster voor voorbereiding van de installatie
verschijnt. Als deze voorbereiding is voltooid,
verschijnt het volgende venster.
Als het venster 'Welcome to the InstallShield
10
Wizard for Yamaha USB-MIDI Driver'
(Welkom bij de InstallShield-wizard voor
het Yamaha USB-MIDI-stuurprogramma)
verschijnt, klikt u op [Next] (Volgende).
Als de onderstaande waarschuwing tijdens de
installatie verschijnt, klikt u op [Yes] (Ja), [Continue
Anyway] (Toch doorgaan) of [Install] (Installeren).
Installatiehandleiding voor de meegeleverde cd-rom
• Dit scherm verschijnt niet in Windows 7. Als een bericht
verschijnt dat de stuurprogrammasoftware voor de
apparatuur niet correct is geïnstalleerd, gaat u verder
met de installatieprocedure.
• Dit scherm verschijnt niet als u het USB-MIDIstuurprogramma van de vorige versie bijwerkt.
Ga verder met de installatieprocedure.
Windows 2000/XP/Vista/7: 'USBdrv32_'
Windows XP/Vista/7: 'USBdrv64_'
* Selecteer menu [Start] [Configuratiescherm]
[Systeem] om het systeem te controleren.
(Windows XP: 'x64 Edition' verschijnt alleen bij
de 64-bits versie, niet bij de 32-bits versie.)
• De berichten in dit venster kunnen enigszins afwijken
van het voorbeeld, afhankelijk van de browser die
ugebruikt.
• (Windows XP) Als het venster met een veiligheidswaarschuwing verschijnt, klikt u op [Uitvoeren].
• (Windows Vista/7) Als het venster 'Gebruikersaccountbeheer' wordt weergegeven, klikt u op [Doorgaan] of [Ja].
Als een bericht verschijnt dat het
11
stuurprogramma op de juiste wijze is
geïnstalleerd, klikt u op [Voltooien].
• Op sommige computers kan het even duren voordat
dit scherm verschijnt.
Als u in een venster wordt gevraagd
12
de computer opnieuw op te starten,
doet u dit.
Start de computer opnieuw op volgens
de aanwijzingen op het scherm.
• Dit venster wordt niet weergegeven als
u Windows XP x64/Vista/7 gebruikt.
U hoeft dan niet opnieuw op te starten.
Het versienummer van het stuurprogramma
controleren
Open het Configuratiescherm en dubbelklik op het
pictogram 'Yamaha USB-MIDI Driver'.
Het versienummer van het stuurprogramma wordt
linksonder in het scherm vermeld.
Referentie
Gebruikershandleiding
81
Page 82
Installatiehandleiding voor de meegeleverde cd-rom
BELANGRIJK
OPMERKING
BELANGRIJK
Referentie
82
De Musicsoft Downloader
installeren
• U moet beschikken over beheerdersrechten om Musicsoft
Downloader te kunnen installeren op een computer met
Windows 2000, XP, Vista of 7.
Plaats de meegeleverde cd-rom in het
1
cd-rom-station van uw computer.
Het startvenster met de softwaretoepassingen
wordt automatisch geopend.
• Als het startvenster niet automatisch op het scherm
verschijnt, opent u de map 'Deze computer' en
dubbelklikt u op 'Start.exe' in het cd-rom-station.
Daarna gaat u verder met stap 2 hieronder.
Klik op [Musicsoft Downloader].
2
Klik op de knop [Install] en volg
3
de aanwijzingen op het scherm om
de software te installeren.
Raadpleeg het Help-menu voor
bedieningsinstructies van Musicsoft Downloader:
start de toepassing Musicsoft Downloader en klik
op 'Help'.
* Ga naar de volgende website voor de meest recente
versie van Musicsoft Downloader:
http://music.yamaha.com/download/
• Voor het overbrengen van bestanden tussen dit instrument
en een computer kan alleen Microsoft Downloader worden
gebruikt. Hiervoor kunt u geen andere toepassing voor
bestandsoverdracht gebruiken.
Gebruikershandleiding
Problemen oplossen
Het stuurprogramma kan niet worden
geïnstalleerd.
• Is de USB-kabel goed aangesloten?
Controleer de aansluiting van de USB-kabel. Koppel
de USB-kabel los en sluit deze dan weer aan.
• Is de USB-functie geactiveerd op uw computer?
Als u het instrument de eerste keer aansluit op
de computer en de wizard 'Nieuwe hardware
toevoegen (gevonden)' of de wizard 'Nieuwe
hardware gevonden' niet verschijnt, is de USBfunctie op de computer mogelijk uitgeschakeld.
Voer de volgende stappen uit.
1 Selecteer [Configuratiescherm]*
[Systeem] [Hardware]
[Apparaatbeheer] (voor Windows 2000/XP),
of selecteer [Configuratiescherm]
[Apparaatbeheer] (voor Windows Vista/7).
* Alleen Klassieke weergave in Windows XP.
2 Controleer of er geen '!' of 'x' wordt
weergegeven bij USB-controllers of USBhoofdhub. Als dat wel het geval is, wordt
de controller of hub niet herkend door
de computer.
• Is er een onbekend apparaat geregistreerd?
Als het stuurprogramma niet kan worden
geïnstalleerd, wordt het instrument als
‘Onbekend apparaat’ gemarkeerd en kunt u het
stuurprogramma niet installeren. Ga als volgt te
werk om het onbekende apparaat te verwijderen.
1 Selecteer [Configuratiescherm]*
[Systeem] [Hardware]
[Apparaatbeheer] (voor Windows 2000/XP),
of selecteer [Configuratiescherm]
[Apparaatbeheer] (voor Windows Vista/7).
* Alleen Klassieke weergave in Windows XP.
2 Kijk of u in het menu Apparaten op type
in het menu Overige apparaten ziet staan.
3 Als dat het geval is, dubbelklikt u erop in
de consolestructuur om te zoeken naar
'Onbekende apparaten'. Als er een
onbekend apparaat wordt weergegeven,
selecteert u het apparaat en klikt u op
de knop [Verwijderen].
4 Haal de USB-kabel uit het instrument en
sluit de kabel weer aan.
5 Installeer het stuurprogramma opnieuw.
(pagina 80–81)
Page 83
Installatiehandleiding voor de meegeleverde cd-rom
Als u het instrument vanaf uw computer
bedient via USB, werkt het instrument niet goed
of hoort u geen geluid.
• Is het stuurprogramma geïnstalleerd?
(pagina 80)
• Is de USB-kabel goed aangesloten?
• Zijn de volume-instellingen van het instrument,
het afspeelapparaat en de toepassing juist?
• Hebt u een juiste poort in de sequencesoftware
geselecteerd?
• Gebruikt u de laatste versie van het USB MIDIstuurprogramma? Het laatste stuurprogramma
kan worden gedownload via de volgende website.
http://music.yamaha.com/download/
Het afspelen gaat met iets vertraging.
• Voldoet uw computer aan de systeemvereisten?
• Loopt er een ander programma of een ander
stuurprogramma?
Hoe kan ik de software verwijderen?
[Windows 2000/XP]
1 Koppel alle USB-apparaten van de
computer los, behalve de muis en het
toetsenbord.
2 Start de computer en meld u aan met
de Administrator'-account.'
Sluit alle openstaande programma's en vensters.
3 Selecteer in het menu [Start] de optie
([Instellingen] ) [Configuratiescherm]
[Software] om het venster 'Software'
te openen.
4 Klik op 'Programma's wijzigen of
verwijderen' linksboven en selecteer
'Yamaha USB-MIDI Driver' of 'Yamaha
Musicsoft Downloader' in het overzicht
in het rechterdeelvenster.
5 Klik op [Verwijderen].
Er verschijnt een dialoogvenster. Volg de
instructies om de software te verwijderen.
[Windows Vista/7]
De computer kan niet op de juiste manier in
de slaapstand worden gezet of uit de slaapstand
worden gehaald.
• Zet de computer niet in stand-by als er een
MIDI-programma wordt uitgevoerd.
Als u Windows 2000 gebruikt, is het, afhankelijk
van de systeemconfiguratie (USB Host Controller,
enz.), mogelijk dat u de computer niet op de
normale manier in/uit de stand-bymodus kunt
zetten. U kunt het probleem in ieder geval oplossen
door de USB-kabel los te koppelen en weer aan
te sluiten.
1 Koppel alle USB-apparaten van de
computer los, behalve de muis en het
toetsenbord.
2 Start de computer en meld u aan met de
'Administrator'-account.
Sluit alle openstaande programma's en vensters.
3 Selecteer in het menu [Start] de optie
[Configuratiescherm] [Programma's
en onderdelen] of [Een programma
verwijderen] om het venster
'Een programma verwijderen of wijzigen'
te openen.
4 Selecteer 'Yamaha USB-MIDI Driver' of
'Yamaha Musicsoft Downloader' in het
overzicht.
5 Klik op [Verwijderen].
Als het venster 'Gebruikersaccountbeheer'
wordt weergegeven, klikt u op [Toestaan] of
[Doorgaan].
Er verschijnt een dialoogvenster. Volg de
instructies om de software te verwijderen.
Referentie
Gebruikershandleiding
83
Page 84
Installatiehandleiding voor de meegeleverde cd-rom
ATTENTIE
SOFTWARELICENTIEOVEREENKOMST
LEES DEZE SOFTWARELICENTIEOVEREENKOMST
('OVEREENKOMST') ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U DEZE
SOFTWARE GEBRUIKT. U MAG DEZE SOFTWARE ALLEEN
GEBRUIKEN ALS U INSTEMT MET ALLE VOORWAARDEN EN
BEPALINGEN DIE IN DEZE OVEREENKOMST WORDEN GENOEMD.
DIT IS EEN OVEREENKOMST TUSSEN U (ALS INDIVIDU OF
JURIDISCHE EENHEID) EN YAMAHA CORPORATION ('YAMAHA').
DOOR DE VERZEGELING VAN DIT PAKKET TE VERBREKEN STEMT
U ERMEE IN DAT DE VOORWAARDEN IN DEZE OVEREENKOMST
BINDEND ZIJN. ALS U NIET MET DE VOORWAARDEN INSTEMT,
MOET U DE SOFTWARE NIET INSTALLEREN, KOPIËREN OF
ANDERSZINS GEBRUIKEN.
1. TOEKENNING VAN LICENTIE EN COPYRIGHT
Yamaha kent u hierbij het recht toe om één exemplaar te gebruiken van de
softwareprogramma's en gegevens ('SOFTWARE') die bij deze overeenkomst
worden geleverd. De term SOFTWARE omvat eventuele updates van de
meegeleverde software en gegevens. De SOFTWARE is eigendom van Yamaha
en/of licentienemers van Yamaha en wordt beschermd door de toepasselijke
wetten en bepalingen op het gebied van copyright. Hoewel u het recht hebt om
het eigendom te claimen van de gegevens die met behulp van de SOFTWARE
zijn gemaakt, blijft de bescherming van de SOFTWARE door de toepasselijke
copyrights van kracht.
• Het is u toegestaan de SOFTWARE op één computer te gebruiken.
• Het is u toegestaan om, uitsluitend voor back-updoeleinden, één kopie
van de SOFTWARE te maken, in een door computers leesbare vorm, mits
de SOFTWARE zich bevindt op media waarvoor een dergelijk backupexemplaar is toegestaan. Op het back-upexemplaar moet u de
copyrightverklaring van Yamaha en eventuele andere
eigendomsvermeldingen reproduceren die op de oorspronkelijke kopie
van de SOFTWARE aanwezig waren.
• Het is u toegestaan om al uw rechten op de SOFTWARE definitief over te
dragen aan een derde, mits u geen kopieën achterhoudt en de ontvangende
partij alle voorwaarden in deze Overeenkomst leest en daarmee instemt.
2. BEPERKINGEN
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE aan reverse engineering te
onderwerpen, te disassembleren of te decompileren of anderszins te trachten
broncode van de SOFTWARE te achterhalen.
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE of enig deel daarvan te
reproduceren, te wijzigen, te verhuren, in lease te geven of te distribueren
of afgeleide werken van de SOFTWARE te maken.
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE op elektronische wijze van de ene
Referentie
computer naar de andere over te brengen of de SOFTWARE gezamenlijk te
gebruiken via een computernetwerk.
• Het is u niet toegestaan de SOFTWARE te gebruiken voor de distributie van
illegale gegevens of van gegevens die de openbare orde schenden.
• Het is u niet toegestaan diensten te ontwikkelen die op het gebruik van de
SOFTWARE zijn gebaseerd zonder toestemming van Yamaha Corporation.
Voor de gegevens waarop copyrights of auteursrechten rusten die via de
SOFTWARE zijn verkregen, inclusief maar niet beperkt tot de MIDI-gegevens
van songs, gelden de onderstaande beperkingen.
• Gegevens die door middel van de SOFTWARE zijn verkregen mogen niet
voor commerciële doeleinden worden gebruikt, tenzij de eigenaar van het
copyright of auteursrecht daarvoor toestemming heeft verleend.
• Gegevens die door middel van de SOFTWARE zijn verkregen mogen niet
worden gedupliceerd, overgebracht, gedistribueerd of in het openbaar worden
afgespeeld of uitgevoerd, tenzij de eigenaar van het copyright of auteursrecht
daarvoor toestemming heeft verleend.
• De codering van gegevens die door middel van de SOFTWARE zijn
verkregen mag niet worden verwijderd en het elektronische watermerk mag
niet worden gewijzigd, tenzij de eigenaar van het copyright of auteursrecht
daarvoor toestemming heeft verleend.
3. BEËINDIGING
Deze Overeenkomst wordt van kracht op de dag waarop u de SOFTWARE
ontvangt en blijft van kracht totdat de Overeenkomst is beëindigd. Indien
copyrightwetten of bepalingen in deze Overeenkomst worden geschonden,
wordt de Overeenkomst automatisch en onmiddellijk beëindigd, zonder
kennisgeving van Yamaha. Bij een dergelijke beëindiging moet u de
SOFTWARE waarop de licentie betrekking heeft en alle meegeleverde
schriftelijke documenten en alle kopieën daarvan onmiddellijk vernietigen.
4. BEPERKTE GARANTIE OP MEDIA
Bij SOFTWARE die op tastbare media wordt verkocht geeft Yamaha de
garantie dat de tastbare media waarop de SOFTWARE is vastgelegd bij
normaal gebruik gedurende een periode van veertien (14) dagen na de datum
van ontvangst, zoals kan worden aangetoond met een kopie van het
ontvangstbewijs, vrij is van materiaal- en productiefouten. De enige
verplichting van Yamaha en uw exclusieve recht op verhaal is vervanging van
de defectieve media, mits deze binnen veertien dagen met een kopie van het
ontvangstbewijs worden geretourneerd aan Yamaha of een geautoriseerde
Gebruikershandleiding
84
Yamaha-leverancier. Yamaha is niet verantwoordelijk voor de vervanging van
media die door ongelukken, misbruik of verkeerde toepassingen zijn
beschadigd. TOT HET MAXIMUM DAT WETTELIJK IS TOEGESTAAN
WIJST YAMAHA NADRUKKELIJK ALLE IMPLICIETE GARANTIES OP
DE TASTBARE MEDIA AF, DAARONDER BEGREPEN DE IMPLICIETE
GARANTIES MET BETREKKING TOT VERHANDELBAARHEID EN
GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL.
5. AFWIJZING VAN GARANTIE OP SOFTWARE
U verklaart nadrukkelijk en stemt ermee in dat u de SOFTWARE volledig op
eigen risico gebruikt. De SOFTWARE en verwante documentatie worden
'ALS ZODANIG' ('as is') en zonder enige vorm van garantie geleverd.
ONDANKS EVENTUELE ANDERE BEPALINGEN IN DEZE
OVEREENKOMST WIJST YAMAHA NADRUKKELIJK ALLE
GARANTIES OP DE SOFTWARE AF, UITDRUKKELIJK OF IMPLICIET,
DAARONDER BEGREPEN DOCH NIET BEPERKT TOT IMPLICIETE
GARANTIES MET BETREKKING TOT VERHANDELBAARHEID,
GESCHIKTHEID VOOR EEN SPECIFIEK DOEL OF GARANTIES DAT
GEEN INBREUK WORDT GEMAAKT OP RECHTEN VAN DERDEN.
YAMAHA VERKLAART NADRUKKELIJK, DOCH ZONDER
BEPERKING VAN HET VOORAFGAANDE, GEEN GARANTIE TE
GEVEN DAT DE SOFTWARE AAN UW BEHOEFTEN VOLDOET, DAT DE
SOFTWARE ZONDER ONDERBREKINGEN OF FOUTLOOS KAN
WORDEN UITGEVOERD OF DAT FOUTEN IN DE SOFTWARE
WORDEN GECORRIGEERD.
6. BEPERKING VAN AANSPRAKELIJKHEID
DE ENIGE VERPLICHTING DIE YAMAHA OP BASIS VAN DEZE OVEREENKOMST HEEFT IS HET TOESTAAN VAN HET GEBRUIK OP BASIS
VAN DE IN DEZE OVEREENKOMST GENOEMDE VOORWAARDEN. IN
GEEN GEVAL KAN YAMAHA DOOR U OF EEN ANDERE PERSOON
AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR SCHADE, MET INBEGRIP VAN MAAR NIET BEPERKT TOT EVENTUELE DIRECTE, INDIRECTE, INCIDENTELE OF GEVOLGSCHADE, KOSTEN, GEDERFDE
WINSTEN, GEGEVENSVERLIES OF ANDERE SCHADE, VOORTVLOEIEND UIT HET GEBRUIK, HET ONEIGENLIJK GEBRUIK OF HET NIET
KUNNEN GEBRUIKEN VAN DE SOFTWARE, ZELFS ALS YAMAHA OF
EEN GEAUTORISEERDE LEVERANCIER OP DE HOOGTE IS GESTELD
VAN DE MOGELIJKHEID VAN DERGELIJKE SCHADE. De totale aansprakelijkheid van Yamaha jegens u voor alle schade, verliezen en handelingen
(gerelateerd aan contracten, onrechtmatige handelingen of anderszins) overschrijdt in geen geval het bedrag dat voor de SOFTWARE is betaald.
7. SOFTWARE VAN DERDEN
Bij de SOFTWARE worden mogelijk software en gegevens van derden
('SOFTWARE VAN DERDEN') geleverd. Indien Yamaha in de schriftelijke
materialen of elektronische gegevens die bij de Software worden geleverd
bepaalde software en gegevens als SOFTWARE VAN DERDEN aanduidt,
verklaart u en stemt u ermee in zich te houden aan de voorwaarden in een
eventuele Overeenkomst die bij de SOFTWARE VAN DERDEN wordt
geleverd en dat de leverancier van de SOFTWARE VAN DERDEN
verantwoordelijk is voor eventuele garanties of aansprakelijkheid gerelateerd
aan of voortvloeiend uit de SOFTWARE VAN DERDEN. Yamaha draagt geen
enkele verantwoordelijkheid voor de SOFTWARE VAN DERDEN of het
gebruik daarvan.
• Yamaha biedt geen uitdrukkelijke garantie op de SOFTWARE VAN
DERDEN. DAARNAAST WIJST YAMAHA NADRUKKELIJK ALLE
IMPLICIETE GARANTIES AF, DAARONDER BEGREPEN DOCH NIET
BEPERKT TOT IMPLICIETE GARANTIES MET BETREKKING TOT
VERHANDELBAARHEID EN GESCHIKTHEID VOOR EEN SPECIFIEK
DOEL, met betrekking tot de SOFTWARE VAN DERDEN.
• Yamaha biedt geen diensten of onderhoud aan met betrekking tot de
SOFTWARE VAN DERDEN.
• Yamaha kan niet door u of een andere persoon aansprakelijk worden gesteld
voor schade, met inbegrip maar niet beperkt tot eventuele directe, indirecte,
incidentele of gevolgschade, kosten, gederfde winsten, gegevensverlies of
andere schade, voortvloeiend uit het gebruik, het oneigenlijk gebruik of het
niet kunnen gebruiken van de SOFTWARE VAN DERDEN.
8. ALGEMEEN
Op deze Overeenkomst is het Japanse recht van toepassing en deze
Overeenkomst wordt op basis van het Japanse recht geïnterpreteerd, zonder
verwijzingen naar principes met betrekking tot juridische conflicten. Eventuele
disputen of procedures worden voorgelegd aan de rechtbank van het district
Tokyo in Japan. Indien een rechtbank met competente jurisdictie een
willekeurig gedeelte van deze Overeenkomst om een willekeurige reden niet
kan bekrachtigen, blijft het resterende gedeelte van deze overeenkomst volledig
van kracht.
9. VOLLEDIGE OVEREENKOMST
Deze Overeenkomst vormt de volledige overeenkomst tussen de partijen met
betrekking tot het gebruik van de SOFTWARE en eventuele meegeleverde
schriftelijke materialen en vervangt alle eerdere of gelijktijdige afspraken of
overeenkomsten, schriftelijk of mondeling, met betrekking tot de inhoud van
deze Overeenkomst. Geen enkele aanvulling op of herziening van deze
Overeenkomst is bindend, tenzij deze op schrift is gesteld en is ondertekend
door een volledig geautoriseerde vertegenwoordiger van Yamaha.
Page 85
Problemen oplossen
Appendix
ProbleemMogelijke oorzaak en oplossing
Als het instrument wordt aan- of uitgezet, is er kort
een ploppend geluid te horen.
Bij gebruik van een mobiele telefoon worden er
bijgeluiden geproduceerd.
Er is geen geluid, zelfs niet als het keyboard wordt
bespeeld of als er een song of stijl wordt afgespeeld.
Het bespelen van toetsen in het rechterhandgedeelte
van het keyboard geeft geen geluid.
Het volume is te zacht.
De geluidskwaliteit is matig.
Het ritme stopt onverwacht of wordt niet afgespeeld.
De opgenomen data van de song enz. worden niet
goed afgespeeld.
De LCD-display wordt plotseling donker en alle
paneelinstellingen worden gereset.
De stijl of de song wordt niet afgespeeld als er op
de knop [START/STOP] wordt gedrukt.
De stijl klinkt niet zoals het hoort.Zorg ervoor dat het stijlvolume (pagina 62) op het juiste niveau staat.
Er wordt geen ritmebegeleiding afgespeeld als u op
de knop [START/STOP] drukt nadat stijlnummer 150
of een stijl tussen 162 en 174 (Pianist) is
geselecteerd.
Niet alle voices lijken te horen, of het geluid wordt
afgekapt.
Sommige noten klinken niet als er meerdere noten
tegelijkertijd op het klavier worden gespeeld, of als er
arpeggioswordengespeeld.'
De voetschakelaar (voor sustain) lijkt precies
omgekeerd te werken. Indrukken van de
voetschakelaar kapt bijvoorbeeld het geluid af en
loslaten geeft juist sustain aan de geluiden.
Het geluid van de voice klinkt iets anders van noot tot
noot.
De verkeerde noten klinken als het keyboard wordt
bespeeld.
De aanduiding ACMP ON verschijnt niet nadat op
de knop [ACMP ON/OFF] is gedrukt.
Dit is normaal en geeft aan dat het instrument elektrische stroom
ontvangt.
Als een mobiele telefoon in de onmiddellijke nabijheid van het instrument
wordt gebruikt, kan dit storing veroorzaken. Om dit te voorkomen, kunt u
de mobiele telefoon uitschakelen of deze verder uit de buurt van het
instrument gebruiken.
Controleer of er niets op de PHONES/OUTPUT-aansluiting op het
achterpaneel is aangesloten. Als er een hoofdtelefoon op deze aansluiting
is aangesloten, komt er geen geluid uit de luidsprekers.
Controleer of de lokale besturing is in- of uitgeschakeld. (Zie pagina 74.)
Als u de woordenboekfunctie (pagina 65) gebruikt, zijn de toetsen in het
rechterhandgedeelte alleen bedoeld voor het invoeren van de grondtoon
en het type van akkoorden.
De batterijen zijn bijna of helemaal leeg. Vervang alle zes de batterijen
door nieuwe of gebruik de optionele netadapter.
Staat External Clock op ON? Zorg dat External Clock is uitgezet (OFF).
Zie 'Externeklok' op pagina 74.
Is het splitpunt ingesteld op de juiste toets voor de akkoorden die u
speelt? Stel het splitpunt in op de juiste toets (zie pagina 63).
Wordt de aanduiding 'ACMP ON' weergegeven in de display? Als dit niet
het geval is, drukt u op de knop [ACMP ON/OFF] om de aanduiding weer
te geven.
Dit is geen fout. Stijlnummers 150 en 162 t/m 174 (Pianist) hebben geen
ritmepartijen, daarom wordt er geen ritme afgespeeld. De andere partijen
worden afgespeeld wanneer u een akkoord speelt in het
begeleidingsgedeelte van het klavier, en de functie afspelen aan staat.
Het instrument is polyfoon tot maximaal 32 noten. Als de dualvoice of
splitvoice wordt gebruikt en er tegelijkertijd een song of stijl wordt
afgespeeld, kunnen sommige noten worden weggelaten of worden
'gestolen' van de begeleiding of de song.
U hebt het aantal van 32 gelijktijdig gespeelde noten overschreden. 32 is
de maximale polyfonie (het maximumaantal noten dat tegelijkertijd kan
worden gespeeld) van het instrument. Het instrument speelt normaal
zolang niet meer dan 32 noten tegelijkertijd worden gespeeld, zowel op
het klavier als door de automatische afspeelfuncties.
De polariteit van de voetschakelaar is omgedraaid. Zorg dat het pedaal
juist is aangesloten op de SUSTAIN-aansluiting vóór u het instrument
aanzet.
Dit is normaal. De AWM-klankopwekkingsmethode gebruikt meerdere
opnamen (samples) van een instrument over het hele klavier. De voice
kan dus van noot tot noot iets anders klinken.
Misschien is de Performance Assistant Technology ingeschakeld.
Druk op de knop [PERFORMANCE ASSISTANT] om deze uit te zetten.
Druk altijd eerst op de knop [STYLE] als u een stijlgerelateerde functie
gaat gebruiken.
Referentie
Appendix
Gebruikershandleiding
85
Page 86
Specificaties
Keyboards
• 61 standaardtoetsen (C1–C6), met aanslagrespons.
• Adapter:Gebruikers in Canada of de V.S.: PA-130 of
• Batterijen: Zes AA-batterijen, LR6- of equivalente batterijen
Afmetingen (B x D x H)
• 946 x 402 x 136 mm (37-1/4 inch x 15-13/16 inch x 5-3/8 inch)
Gewicht
• 7,0 kg (exclusief batterijen)
Bijgeleverde accessoires
• Muziekstandaard
• Meegeleverde cd-rom
• Gebruikershandleiding
• Datalijst
• My Yamaha Product User Registration*
* U hebt de product-id op dit blad nodig bij het invullen van het
gebruikersregistratieformulier.
Optionele accessoires
• Netadapter:
• Voetschakelaar:FC4/FC5
• Keyboardstandaard: L-2C/L-2L
• Hoofdtelefoon:HPE-150/30
* Specificaties en beschrijvingen in deze gebruikersgebruikers-
handleiding zijn uitsluitend voor informatiedoeleinden. Yamaha Corp.
behoudt zich het recht voor om producten of hun specificaties op elk
gewenst moment zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen of te
modificeren. Aangezien specificaties, apparatuur en opties per locatie
kunnen verschillen, kunt u het best contact opnemen met uw Yamahaleverancier.
gelijkwaardig
Overige: PA-3C, PA-130 of een equivalent
Gebruikers in Canada of de V.S.: PA-130 of
gelijkwaardig
Overige: PA-3C, PA-130 of een equivalent
Neem voor details over producten alstublieft contact op met uw dichtstbijzijnde Yamaha-vertegenwoordiging of de geautoriseerde distributeur
uit het onderstaande overzicht.