Miele W 1747 WPS User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing wasautomaat W 1747 WPS
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u het toestel installeert en in gebruik neemt. Zo zorgt u voor uw veiligheid en vermijdt u schade aan uw toestel.
M.-Nr. 07 491 060
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap paraten bevatten vaak nog waardevolle
­materialen. Ze bevatten echter ook
­schadelijke stoffen die voor het functio neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be handeling kunnen deze stoffen schade lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa
­raat dan ook nooit met het gewone af
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige recyclage van dat toestel. Dat bevat trouwens nog waardevol materiaal. Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
-
-
-
-
-
-
Als u vragen heeft omtrent het af­danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
of
de firma Recupel, telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
2
-
Inhoud
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ...........................2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Bediening van de wasautomaat .....................................10
Bedieningspaneel .................................................10
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen ...........................12
Milieuvriendelijk wassen ...........................................13
Stroom- en waterverbruik .........................................13
Wasmiddelverbruik ..............................................13
Zo wast u juist ...................................................14
Korte handleiding .................................................14
Centrifugeren ....................................................19
Eindcentrifugeertoerental ...........................................19
Startuitstel ......................................................20
Programmaoverzicht ..............................................21
Extra functies ....................................................23
Programmaverloop ...............................................24
Onderhoudssymbolen op het etiket..................................26
Het programmaverloop wijzigen ....................................27
Een programma afbreken ...........................................27
Het programma onderbreken ........................................27
Wijzigen .........................................................27
Wasgoed toevoegen of voortijdig uitnemen .............................28
Kinderslot........................................................28
3
Inhoud
Wasmiddel ......................................................29
Het juiste wasmiddel ...............................................29
Onthardingsmiddel ................................................30
Combinaties......................................................30
Stijfsel/wasverzachter ..............................................31
Wasverzachter, vormspoeler of vloeibaar stijfsel automatisch doseren .....31
Ontkleuren/kleuren.................................................31
Reiniging en onderhoud ...........................................32
Reiniging van de trommel ...........................................32
De ommanteling en het bedieningspaneel reinigen .......................32
De wasmiddellade schoonmaken .....................................32
Het watertoevoerzeefje reinigen ......................................34
Storingen verhelpen ..............................................35
Wat gedaan als...................................................35
Er kan geen wasprogramma worden gestart ............................35
Op het display wordt de volgende foutmelding weergegeven: ..............36
Algemene problemen met de wasautomaat .............................37
Een niet-bevredigend wasresultaat ....................................38
U kunt de vuldeur niet met de toets Deur openen.........................39
De toesteldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomonderbreking ........40
Verstopte afvoer ................................................40
Technische dienst ................................................42
Herstellingen...................................................42
Het programma updaten (moderniseren).............................42
Garantie: voorwaarden en duur ....................................42
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................42
Opstellen en aansluiten............................................43
Vooraanzicht .....................................................43
Achteraanzicht....................................................44
Plaats van opstelling ...............................................45
De machine opstellen ............................................45
De transportbeveiliging wegnemen....................................45
De transportbeveiliging weer monteren ................................47
4
Inhoud
De wasautomaat gelijk zetten ........................................48
De voetjes uitdraaien en met de contramoeren vastzetten ...............48
Inbouwen onder een doorlopend werkblad ...........................49
Was- en droogzuil...............................................49
Het lekbeveiligingssysteem van Miele..................................50
Watertoevoer .....................................................51
Drinkwateraansluiting (koud water) .................................52
Aansluiting van het warmwater.....................................52
Waterafvoer ......................................................53
Elektrische aansluiting ..............................................54
Verbruiksgegevens ...............................................55
Opmerking met het oog op vergelijkende tests: .......................55
Technische gegevens .............................................57
Programmeerfuncties .............................................59
Programmeerfuncties openen .....................................59
Programmeerfunctie selecteren ....................................59
Programmeerfunctie bewerken ....................................59
Programmeerfunctie beëindigen ...................................59
Taal
! ...........................................................59
Extra water .......................................................60
Behoedzaam wassen ..............................................60
Afkoeling waswater ................................................60
Code ...........................................................61
Temperatuureenheid ...............................................62
Zoemer..........................................................62
Akoestisch signaal.................................................62
Lichtsterkte ......................................................62
Contrast .........................................................62
Stand-by display ..................................................63
Memory .........................................................63
Kreukbeveilig. ....................................................63
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................64
CareCollection ....................................................64
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Personen die door hun fysieke, Deze wasautomaat voldoet aan de voorgeschreven veiligheidsvoor schriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel op lopen en kan er schade optreden aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u uw wasautomaat in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, het gebruik en het onderhoud van uw wasauto maat. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan uw wasauto maat.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
-
-
Juist gebruik
Deze wasautomaat is uitsluitend be-
~
doeld voor huishoudelijk gebruik en voor het wassen van stoffen waarvan de fabrikant op het wasetiket heeft aan gegeven dat ze in de machine mogen worden gewassen. Indien de machine voor andere doeleinden wordt gebruikt kan mogelijk schade optreden. Miele is niet verantwoordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door een ander ge bruik dan wat hier wordt vermeld of door foutieve bediening.
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om de wasauto
-
maat veilig te bedienen, mogen deze wasautomaat alleen onder het toezicht of de begeleiding van een verant woordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Zie toe op kinderen nabij de wasau
~
tomaat. Laat ze nooit met de wasauto
­maat spelen.
Kinderen mogen de wasautomaat
~
alleen maar gebruiken wanneer hen de bediening ervan zo uitgelegd is dat ze deze veilig kunnen bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen beseffen.
Denk eraan dat de ronde glazen
~
deur heet wordt wanneer u op hoge temperaturen wast. Voorkom daarom dat kinderen tijdens de werking de ronde glazen deur aan­raken.
-
-
-
-
-
-
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Vóórdat de wasautomaat wordt op
~
gesteld, controleert u of het toestel zichtbaar beschadigd is. Een beschadigde wasautomaat mag u niet opstellen en in gebruik nemen.
Op het typeplaatje van de wasauto
~
maat vindt u gegevens in verband met de aansluiting van uw toestel (zekering, spanning en frequentie). Alvorens u de wasautomaat aansluit, vergelijkt u deze gegevens met die van uw elektrische installatie. Vraag eventueel uitleg aan een elektricien als u niet zeker bent.
De elektrische veiligheid van deze
~
wasautomaat wordt enkel gewaarborgd als het toestel op een aardsysteem aangesloten is dat volgens de voor­schriften werd geïnstalleerd. Het is heel belangrijk dat aan deze fun­damentele veiligheidsvoorwaarde is voldaan. In geval van twijfel dient u uw installatie door een vakman of vakvrouw te laten nakijken. Miele kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die werd veroor zaakt doordat de aardleiding onderbro ken was of gewoon ontbrak.
Gebruik om veiligheidsredenen
~
geen verlengsnoer. Gebruik van een verlengsnoer verhoogt het risico op oververhitting en daarmee op brand.
Laat defecte onderdelen enkel
~
vervangen door originele Miele-ver vangstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
-
-
-
-
Door ondeskundig uitgevoerde re
~
paraties kunnen er onvoorziene risico's ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor kan de fabrikant niet aansprakelijk wor den gesteld. Reparaties mag u uitslui tend laten uitvoeren door vakmensen die door Miele erkend zijn.
Is het aansluitsnoer beschadigd,
~
laat het dan vervangen door een vak man die door Miele erkend is. Zo ver mijdt u risico's voor wie het toestel ge bruikt.
Bij storingen of bij een reinigings- en
~
onderhoudsbeurt is de wasautomaat al leen dan van het elektriciteitsnet losge­koppeld in de volgende gevallen:
– de stekker van de wasautomaat is uit
het stopcontact getrokken, of
– de zekering op uw elektrische instal-
latie is uitgeschakeld, of
– de schroefzekering op uw elektrische
installatie is helemaal uitgedraaid.
Het waterproofsysteem van Miele
~
beschermt tegen waterschade als de volgende voorwaarden vervuld zijn:
­–
het toestel wordt geïnstalleerd zoals het hoort wat stroomvoorziening en wateraansluiting aangaat,
het toestel wordt gerepareerd en/of onderdelen worden vervangen als er schade wordt vastgesteld.
-
-
-
-
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Bij commercieel gebruik van de
~
wasautomaat moet rekening worden gehouden met de voorschriften inzake bedrijfsveiligheid. Het is aan te bevelen de controles uit te voeren overeenkomstig de Duitse Berufsgenossenschaftliche Regel ­BGR 500/hoofdstuk 2.6/paragraaf 4. Het voor de testdocumentatie vereiste testboek is verkrijgbaar bij de Tech nische Dienst van Miele.
Als u dit toestel niet op een vaste
~
plaats installeert, bijv. op een schip, laat dit karwei dan enkel uitvoeren door vakmensen. Die moeten ervoor zorgen dat u het toestel veilig kunt gebruiken.
Geen veranderingen aan de wasau-
~
tomaten doen, die niet uitdrukkelijk door Miele toegelaten zijn.
-
Efficiënt gebruik
Stel uw wasautomaat niet op in een
~
vertrek waar het kan vriezen. Bevroren waterslangen kunnen onder druk scheuren of springen. De betrouwbaar heid van de elektronische elementen kan door temperaturen onder het vries punt in het gedrang komen.
Verwijder de transportbeveiliging op
~
de achterzijde voor u uw toestel in ge bruik neemt. Zie rubriek "Opstellen en aansluiten", alinea "Transportbeveiliging verwijderen". Als die beveiliging niet verwijderd is, kan die tijdens het centri fugeren schade toebrengen aan het toestel. Ook aan meubelen of appara ten ernaast kan er schade optreden.
-
-
Doe de waterkraan dicht bij langere
~
afwezigheid (bijv. vakantie). Vooral wanneer er zich vlakbij het toestel geen afvoer in de vloer bevindt.
Overstromingsgevaar!
~
Voor u de afvoerslang in een spoelbak hangt, dient u te controleren of het wa ter vlot genoeg wegvloeit. Maak de waterafvoerslang vast opdat ze niet zou wegglijden! Door de terugstoot van het wegvloeiende water kan de slang anders uit de spoelbak worden geslingerd.
Let erop dat er geen voorwerpen zo
~
als spijkers, naalden, geldstukken of paperclips worden meegewassen. Deze voorwerpen kunnen schade toe­brengen aan onderdelen van het toe­stel, bijv. aan kuip of trommel. Deze be­schadigde onderdelen kunnen op hun beurt uw was beschadigen.
Als u het wasmiddel juist doseert,
~
hoeft u uw toestel niet te ontkalken. Is uw toestel zo erg verkalkt dat het moet worden ontkalkt, gebruik dan speciaal
­ontkalkingmiddel met corrosiebescher
ming. Dit middel kunt u bij uw Miele-
­handelaar of de Technische Dienst van
Miele verkrijgen. Volg de gebruiksaan wijzing van het ontkalkingmiddel strikt op.
-
-
-
-
-
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Wasgoed dat met oplosmiddelhou
~
dende reinigingsmiddelen behandeld is, moet voordat het in de wasautomaat wordt gewassen, grondig in zuiver wa ter worden uitgespoeld.
Gebruik in dit toestel nooit reini
~
gingsmiddelen die oplosmiddel (bijv. wasbenzine) bevatten. Er kan namelijk schade optreden aan sommige onder delen van het toestel. Er kunnen ook giftige dampen ontstaan. Bovendien bestaat er bij deze middelen brand- en ontploffingsgevaar.
Gebruik in dit toestel nooit reini
~
gingsmiddelen die oplosmiddel (bijv. wasbenzine) bevatten. Die kunnen schade toebrengen aan vochtige kunst­stof oppervlakken.
Kleurmiddelen dienen voor gebruik
~
in wasautomaten geschikt te zijn. Ze mogen enkel in beperkte mate - zoals voor een huishouden - worden gebruikt. Volg de gebruiksaanwijzing van de fa­brikant strikt op.
-
-
-
-
-
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemon teerd of ingebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaan sprakelijkheid.
Miele is niet aansprakelijk voor scha de die ontstaan is doordat deze vei ligheidsrichtlijnen niet in acht wer den genomen.
-
-
-
-
-
-
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn
~
zwavelhoudende verbindingen corrosie tot stand brengen. U mag geen ont kleuringsmiddel in uw wasautomaat ge bruiken.
Als er vloeibaar wasmiddel in uw
~
ogen terechtkomt, spoel ze dan met zuiver lauwwarm water uit. Bij inslikken, direct een arts raadplegen. Personen met gekwetste of gevoelige huid moe ten elk contact met het vloeibare was middel mijden.
-
-
-
-
9
Bediening van de wasautomaat
Bedieningspaneel
a Display
Meer uitleg vindt u op de volgende bladzijde.
b Toets , Startuitstel (<)*
Voor de keuze van een latere programmastart.
c Toets p Temperatuur (OK)*
Voor de instelling van de gewenste wastemperatuur.
d Toets u Toerental (ü)*
Voor de instelling van het gewenste eindcentrifugeertoerental of Spoel stop/e of zonder u.
e Optische interface PC
dient als controle- en overdrachts punt voor de technische dienst van Miele (o.a. voor updates).
* (</OK/ü) = tweede functie zie vol
gende pagina
f Toets Start/Stop
Hiermee start u het gekozen waspro­gramma en breekt u een gestart pro­gramma af.
g Toetsen voor extra functies
U kunt de wasprogramma's met ver­schillende extra functies aanvullen.
h Programmakiezer
Om het programma te kiezen. Het controlelampje van het gekozen pro gramma gaat branden. U kunt de
-
-
-
programmakiezer zowel naar rechts als naar links draaien.
i Toets Deur
Om de vuldeur te openen.
j Toets jk
Om de wasautomaat in en uit te schakelen.
-
10
Bediening van de wasautomaat
Dubbele functie van de toetsen start uitstel (<), temperatuur (OK) en toe rental (ö)
Duur van het programma
Na de startvan het programma wordt de vermoedelijke duur van het pro gramma in uren en minuten weergege ven.
Als het programma met startuitstel wordt gestart, wordt de duur van het programma pas aangegeven als de startuitsteltijd verstreken is.
Tijdens de eerste 8 minuten berekent de wasautomaat de lading en het ver mogen van het wasgoed om water op
-
te nemen. Dat kan de programmaduur
-
verkorten of verlengen.
-
-
-
Bij de keuze van de programmeerfunc­ties bezitten deze toetsen een tweede functie. De tweede functie wordt door symbolen aangegeven.
– De toets startuitstel (<) beweegt de
keuzelijst naar boven of begrenst waarden.
– De toets Toerental (ü) verschuift de
keuzelijst naar beneden of verhoogd de waarden.
De toets temperatuur (OK) bevestigt de ingestelde waarde of opent het submenu van de gekozen program meerfunctie.
Startuitstel
De gekozen startuitsteltijd wordt weer­gegeven.
Na het starten van het programma telt de startuitsteltijd af; bij een startuitstel van meer dan 10 uur gebeurt dit in uren; vanaf 9 uur en 59 minuten ge­beurt dit in minuten.
Wanneer de startuitsteltijd verstreken is, start het programma. Op het display verschijnt de vermoedelijke duur van het programma.
-
Programmeerfuncties
Met de programmeerfuncties kunt u de wasautomaat aan uw eigen behoeften aanpassen. Tijdens het programmeren wordt de geselecteerde functie op het display weergegeven.
11
Het toestel voor het eerst in gebruik nemen
De taal voor het display instellen.
Stel het toestel juist op en sluit het correct aan voor u het voor het eerst in gebruik neemt. Houd rekening met de rubriek "Opstellen en aan
-
sluiten".
De functies van deze wasautomaat zijn in de fabriek grondig getest. Hierdoor bevindt er zich nog wat wa ter in de trommel.
Uit veiligheidsoverwegingen kunt u het toestel niet laten centrifugeren voordat het een eerste keer in gebruik is geno­men. Om het toestel te kunnen laten centrifugeren, moet eerst een waspro­gramma zonder wasgoed
en zonder
wasmiddel worden uitgevoerd.
Gebruikt u wasmiddel, dan kan er overdreven veel schuim worden ge­vormd!
Tegelijk wordt ook de kogelklep in de waterafvoer geactiveerd. Die klep zorgt ervoor dat het wasmiddel in het vervolg volledig wordt gebruikt.
^
Druk de toets jk in.
Wanneer u de wasautomaat voor het eerst inschakelt, verschijnt een verwel koming op het display.
De verwelkoming verschijnt niet meer wanneer een wasbeurt die langer dan 1 uur duurt volledig uitgevoerd is.
U wordt gevraagd de gewenste taal voor het display in te stellen. U kunt al tijd naar een andere taal schakelen via Programmeerfuncties.
! deutsch
Druk de toets u )of, (<), tot de
^
gewenste programmeerfunctie op het
-
display wordt weergegeven.
Druk op de toets p (OK), om de weer
^
gegeven taal voor het display te be vestigen.
Herinnering aan de transportbe­scherming
De transportbescherming moet voor de eerste wasbeurt worden verwij­derd om schade aan de wasauto­maat te voorkomen.
^ Door de toets p (OK) in te drukken,
bevestigt u dat de transportbescher­ming verwijderd is.
Het eerste wasprogramma starten
Het programma Witte/Bonte was 60°C is automatisch geselecteerd. Gebruik dit programma voor de eerste wasbeurt
­zonder wasgoed en zonder wasmiddel.
^
Draai de waterkraan open.
^
Druk op de toets Start/Stop.
^
Schakel de wasautomaat na het einde van de wasbeurt uit.
-
-
-
12
^
De stappen om het toestel voor het eerst in gebruik te nemen zijn vol tooid.
-
Milieuvriendelijk wassen
Stroom- en waterverbruik
Hou zoveel mogelijk rekening met de
maximumlading die voor een be
­paald programma toegestaan is. Als u dat doet, is het stroom- en wa
­terverbruik, dat wordt berekend op basis van de totale hoeveelheid was goed, het laagst.
Gebruik de programma's Automatic
en Express voor kleinere hoeveelhe den wasgoed.
Bij een kleine lading in het program
ma Katoen vermindert de wasauto
-
­maat automatisch het water, de tijd en de energie die nodig zijn. Het kan dus gebeuren dat de weergegeven resterende tijd in de loop van een wasprogramma wordt gewijzigd.
– Gebruik in plaats van het programma
Witte/Bonte was 95 °C het program­ma Witte/Bonte was 60 °C.Zobe­spaart u tussen 35 à 45 % stroom. Voor het meeste vuil is dit program­ma ruim voldoende.
Wasmiddelverbruik
Gebruik telkens maar zoveel was
middel als op de verpakking staat aangegeven.
Hou voor de dosering rekening met
de mate waarin het wasgoed vuil is.
­Gebruik bij kleinere ladingen minder
wasmiddel (ca.
-
bij een halve lading).
1
/3minder wasmiddel
Kies de juiste extra functie (Kort en Voorwas)
Kies voor:
– lichtjes vuil wasgoed
zonder zichtba­re vlekken een wasprogramma met de extra functie Kort.
– normaal tot erg vuil wasgoed
zichtbare vlekken een wasprogram­ma zonder extra functie.
– wasgoed met een grote hoeveelheid
vuil (bijv. stof, zand) de extra functie Voorwas.
-
met
Om energie te besparen wordt bij alle wasprogramma's vanaf een tem peratuur van 40°C en hoger warm water gebruikt. Uitzondering zijn de programma's zijde/lingerie en knuffeldieren. Hiervoor wordt geen warmwater gebruikt, om de weefsels te sparen.
Tip voor als het wasgoed daarna in
-
een droogautomaat wordt gedroogd
­Kies het hoogst mogelijke centrifu
geertoerental dat het wasprogramma te bieden heeft. Zo bespaart u achteraf stroom bij het drogen.
-
13
Zo wast u juist
Korte handleiding
De zinnen met de getallen (A, B, C,...)kanualsbeknopte handleiding
gebruiken.
A Het wasgoed voorbereiden
^ Maak de zakken leeg.
,
Metalen voorwerpen als spijkers, geldstukken, papierklemmen kun­nen het wasgoed en onderdelen van de machine beschadigen.
De vlekken vooraf behandelen
^
Verwijder eventuele vlekken uit het textiel voor u het wast. Doe dat bij voorkeur terwijl de vlekken nog vers zijn. Dop de vlekken weg met een doekje dat geen kleur afgeeft. Niet wrijven!
Speciale vlekken als die van bloed, eie ren, koffie, thee e.d. kan u vaak met een truukje wegkrijgen. Zo u problemen heeft met bevlekt textiel, kan u bij uw Miele-handelaar of rechtstreeks in het Miele-filiaal een boekje met tips over het behandelen van speciale vlekken krijgen.
Bij de behandeling van textiel
,
met een schoonmaakmiddel op ba sis van oplosmiddel (schoonmaak benzine) zie erop toe dat er geen kunststof in contact komt met het schoonmaakmiddel.
Gebruik nooit synthetische reini
,
gingsmiddelen (die oplosmiddel bevatten) in uw wasautomaat!
Het wasgoed sorteren
^ Sorteer het textiel volgens de kleur en
de symbolen op het onderhoudseti­ket. Dat vindt u in kragen en zomen.
Donker textiel vertoont de neiging bij de eerste wasbeurten kleur te verliezen. Om geen wasgoed te laten verkleuren, wast u licht en donker textiel het best apart.
Algemene tips
Bij gordijnen: de gordijnrolletjes en de loden band afnemen. U kan de gordijnen ook in een zak steken.
Bij bh's: geloste bh-beugels vast naaien of verwijderen.
Bij breigoed, jeans, broeken, t-shirts en sweaters: binnenstebuiten keren zo de fabrikant dat aanbeveelt.
Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
­voor het wassen dicht.
Knoop kussens en slopen dicht. Zo komen er geen kleine spulletjes in te recht.
Was in deze machine nooit textiel met de aanduiding niet wasbaar (onder houdssymbool h).
-
-
-
-
-
-
14
Zo wast u juist
B De wasautomaat inschakelen
C De wasautomaat laden
Open de vuldeur met de toets Deur.
^
Leg de was opengevouwen en losjes
^
in de trommel. Door textiel van ver schillend formaat in de trommel te stoppen, verbetert het waseffect en raakt de was tijdens het centrifugeren beter verdeeld.
Bij de maximumlading is het stroom- en waterverbruik, berekend op basis van de totale hoeveelheid wasgoed, het laagst. Als u te veel wasgoed laadt, vermindert het wasresultaat en komen er meer kreuken in de was voor.
Let erop dat er geen wasgoed tus­sen de vuldeur en de dichtingsring geklemd zit.
-
D Programma kiezen
Via de programmakiezer:
^ Draai de programmakiezer naar links
of rechts om het gewenste program­ma te kiezen. Het programma is ge­kozen wanneer het controlelampje naast de naam van het programma aangaat.
Via de programmakiezer Nieuw pro­gramma
^
Sluit de vuldeur met een lichte zwaai.
^
Draai de programmakiezer naar rechts, totdat het controlelampje naast de naam van het programma Nieuw programma aangaat.
Op het display staat:
< Intensief plus .
^
Druk op de toets p (OK).
Het wasprogramma is nu gekozen.
15
Zo wast u juist
E Temperatuur/toerental kiezen
Indien gewenst, kunt u de vooringestelde temperatuur en/of het centrifugeertoerental wijzigen.
1:49 60° 1400
De temperatuur kunt u wijzigen door
^
op de toets p te drukken en het cen trifugeertoerental door op de toets u te drukken.
F Het kiezen van extra functies
^
Kies de gewenste extra functie via de overeenkomstige toets. Als een extra functie wordt geselecteerd, gaat het bijhorende controlelampje branden.
U kunt niet alle extra functies bij alle wasprogramma's kiezen.
Kunt u een bepaalde extra functie niet kiezen, dan is die voor het waspro gramma niet toegelaten.
-
Kort
Voor lichtjes vuil wasgoed zonder zicht bare vlekken.
De duur van de hoofdwas wordt inge kort.
Extra water
­Het waterpeil wordt verhoogd tijdens
het wassen en tijdens het spoelen.
U kunt andere opties voor de toets Ex tra water programmeren, zoals be schreven in de rubriek "Programmeer functies".
Voorwas
Voor wasgoed waarin veel vuil zit, bijv. stof en zand.
Zoemer
Op het einde van het programma of tijdens de spoelstop hoort u een akoes­tisch signaal. De zoemer weerklinkt tot de wasautomaat wordt uitgeschakeld. U kunt het volume van de zoemer wijzi gen, zoals beschreven in de rubriek "Programmeerfuncties".
G Het startuitstel inschakelen (zo u
dat wenst)
De programmastart kunt u 30 minuten tot maximaal 24 uur uitstellen. Zo kunt u bijv. gebruikmaken van een goedkoper nachttarief voor de elektriciteit.
-
-
-
-
-
-
16
Meer informatie vindt u in de rubriek "Startuitstel".
H Het wasmiddel toevoegen
Het is belangrijk juist te doseren, want...
. . . gebruikt u te weinig wasmiddel, dan
wordt het wasgoed niet proper en na
verloop van tijd ook grauw en hard.
vormen er zich vetluizen op het was
goed
hecht er zich kalk op de verwar
-
mingselementen
. . . gebruikt u te veel wasmiddel,
dan wordt er te veel schuim gevormd
wat het effect van de wasbewe­gingen verzwakt. De was-, spoel- en centrifugeerresultaten gaan dan ook achteruit.
– dan stijgt het waterverbruik, omdat
automatisch een bijkomende spoel­beurt wordt ingelast.
– dan wordt het milieu zwaarder belast
Zo wast u juist
-
Trek de wasmiddellade ietwat uit.
^
Giet het wasmiddel in de vakjes:
i
Wasmiddel voor de voorwas (opsplitsing van de totaal aanbevo­len hoeveelheid wasmiddel: vakje i en
j
Wasmiddel voor de hoofdwas
§
2
/3in vakje j)
1
/3in
Wasverzachter, vormspoeler, vloei baar stijfsel
^
Sluit de wasmiddellade.
Meer details over wasmiddelen en de dosering ervan vindt u in de rubriek "Wasmiddel".
-
17
Zo wast u juist
I Een programma starten
Druk op de knipperende toets Start/
^
Stop.
Als u een tijd voor de voorprogramme ring had gekozen, loopt die op het dis play af. Als de voorprogrammeringstijd verstreken is of onmiddellijk na het starten wordt de vermoedelijke duur van het programma aangegeven op het display. Tijdens de eerste 8 minuten berekent de wasautomaat het vermo gen van het wasgoed om water op te nemen. Dat kan de programmaduur verkorten of verlengen.
Ook het verloop van het programma wordt op het display getoond. De was­automaat vertelt u op elk moment hoe­ver het programma al gevorderd is.
J Einde van het programma - het
wasgoed uit de machine halen
Bij kreukbescherming wisselt op het display de weergave tussen:
0:00 Kreukbeveilig.
en
0:00 Einde
^
Open de vuldeur met de toets Deur.
-
-
-
Vergeet geen stukken wasgoed in de trommel! Die kunnen bij de daar opvolgende wasbeurt krimpen of an der wasgoed verkleuren.
^ Controleer of er niets in de
dichtingring van de vuldeur achter­gebleven is.
^ Schakel de wasautomaat uit met de
toets jk.
^ Sluit de vuldeur. Anders bestaat het
risico dat er onverhoeds voorwerpen in de trommel terechtkomen. Die kun nen dan per vergissing mee worden gewassen en het wasgoed bescha digen.
-
-
-
-
^
Neem het wasgoed uit de trommel.
18
Centrifugeren
Eindcentrifugeertoerental
programma t/min
Witte / Bonte was 1400
Kreukherstellend 1200
Fijne was 600 Wol / 1200
Express 1400
Extra intensief 1400
Overhemden 600
Donker wasg. / Jeans 1200
Automatic 1200
Centrifugeren 1400
U kunt het eindtoerental verminderen. Een hoger toerental dan hierboven ver­meld kunt u echter niet kiezen.
Centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten
Het wasgoed wordt na de hoofdwas en tussen de spoelbeurten gecentrifu geerd. Als het eindtoerental werd be perkt, geldt dit eveneens voor het toe rental voor en tussen de spoelbeurten. In het programma Witte/Bonte was wordt er een extra spoelbeurt ingelast als het toerental kleiner is dan 700 omw/min.
-
-
-
Eindcentrifugeren uitschakelen (spoelstop)
Kies met de toets u de instelling
^
Spoelstop. Het wasgoed blijft na de laatste spoelbeurt in het water liggen. Daardoor wordt de kreukvorming be perkt als u de was niet meteen na het einde van het programma uit de trommel neemt.
Centrifugeren op het einde van het
programma starten:
Uw wasautomaat stelt u het maxima le centrifugeertoerental voor. U kunt een lager toerental kiezen. Met de toets Start/Stop start u het centrifuge­ren op het einde van het programma.
– Het programma beëindigen
Druk op de toets Deur. Het water wordt weggepompt. Druk daarna nog eens op toets Deur om de vul­deur te openen.
Niet centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten en op het einde van het programma (zonder u)
^
Kies met de toets u de instelling zonder u.
Na de laatste spoelbeurt wordt het wa ter weggepompt en de kreukbeveiliging ingeschakeld.
:
-
-
-
Bij deze instelling wordt in enkele pro gramma's een extra spoelgang inge last.
-
-
19
Startuitstel
Met de startuitstel kunt u het eindtijdstip van het programma kiezen. De pro
­grammastart kunt u 30 minuten tot maximaal 24 uur uitstellen. Zo kunt u bijv. gebruik maken van een goedkoper nachttarief voor de elektriciteit.
Kiezen
Druk op de toets Startuitstel.Ophet
^
display verschijnt volgende informa
-
tie:
0:30 , 60° 1400
Telkens als u op de toets , drukt,
^
verlengt u de tijd dat het programma wordt uitgesteld:
– bij minder dan 10 uur met 30 minu-
ten,
– bij meer dan 10 uur met 1 uur.
Houdt u de toets , ingedrukt, dan wordt er automatisch tot 24 uur geteld.
Starten
Wijzigen
De voorprogrammering kan op ieder moment gewijzigd worden door op de toets , te drukken.
Wissen voor de start van het pro
-
gramma
Druk opnieuw op de toets , en be
^
vestig de annulatie.
Het programma start dan onmiddellijk.
-
^
Druk op de toets Start/Stop om de voorprogrammeringstijd te starten. Op het display verschijnt:
4:30 , Tot start
Na het verstrijken van deze tijd start het wasprogramma en geeft het display de vermoedelijke wasduur en het verloop van het programma aan.
20
Programmaoverzicht
Witte / Bonte was 95°C tot koud maximaal 6,0 kg
Wasgoed T-shirts, ondergoed, tafellakens, enz. Textiel uit katoen, linnen of ge
mengde weefsels
Opmerking voor testinstellingen:
Kort programma: lading van 3,0 kg en de extra functie Kort
Kreukherstellend 60°C tot koud maximaal 3,0 kg
Wasgoed Synthetische vezels, gemengde weefsels of katoen met kreukher
stellende eigenschappen
Opmerking Verminder bij kreukgevoelig wasgoed het eindcentrifugeertoerental.
Fijne was 60°C tot koud maximaal 2,0 kg
Wasgoed Voor delicaat wasgoed uit synthetische vezels, gemengde weefsels,
kunstzijde
Opmerking Bij kreukgevoelig wasgoed het centrifugeertoerental uitschakelen.
Wol / 40°C tot koud maximaal 2,0 kg
Wasgoed Textiel van wol, wolmengsels of alle weefsels die met de hand ge-
wassen moeten worden
Opmerking Bij kreukgevoelig textiel het eindcentrifugeertoerental respecteren.
Express 40°C tot koud maximaal 3,0 kg
Wasgoed Een kleine hoeveelheid wasgoed dat moet worden opgefrist. Het
wasgoed is geschikt voor het programma Katoen.
-
-
Opmerking Als u afzonderlijke stukken wasgoed wenst uit te spoelen, kiest u dit
programma met de temperatuurinstelling koud.
21
Loading...
+ 47 hidden pages