Copyright 2003 Hewlett-Packard
Development Company, LP
Verveelvuldiging, bewerking en vertaling
zonder voorafgaande schriftelijke
toestemming zijn verboden, behalve zoals
toegestaan door het auteursrecht.
De informatie in dit document kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
De enige garantie voor producten en
services van HP worden uiteengezet in de
garantieverklaring die bij dergelijke
producten en services wordt geleverd.
Niets in deze verklaring mag worden
opgevat als een aanvullende garantie. HP
is niet aansprakelijk voor technische of
redactionele fouten of weglatingen in deze
verklaring.
Gebruikers van het Hewlett-Packard
product dat in deze gebruikershandleiding
wordt beschreven krijgen een licentie voor:
a) het afdrukken van deze
gebruikershandleiding voor
PERSOONLIJK, INTERN of
BEDRIJFSMATIG gebruik onder de
voorwaarde dat de afgedrukte exemplaren
niet worden verkocht, doorverkocht of
anderszins worden verspreid; en b) het
opslaan van de elektronische versie van
deze gebruikershandleiding op een
netwerkserver, mits de toegang tot dit
elektronische bestand wordt beperkt tot
personen die het Hewlett-Packard product
dat in deze gebruikershandleiding wordt
beschreven aanwenden voor
PERSOONLIJK of INTERN gebruik.
Onderdeelnummer: Q2660-90908
Edition 1, 10/2003
Handelsmerken
Adobe® en PostScript® zijn
handelsmerken van Adobe Systems
Incorporated.
Microsoft®, Windows® en Windows NT®
zijn gedeponeerde handelsmerken van
Microsoft Corporation in de Verenigde
Staten.
UNIX® is een gedeponeerd handelsmerk
van The Open Group.
Energy Star® en het Energy Star logo®
zijn gedeponeerde handelsmerken van de
Amerikaanse EPA (Environmental
Protection Agency).
Alle andere in deze handleiding genoemde
producten zijn mogelijk handelsmerken
van de respectievelijke bedrijven.
Hewlett-Packard Development Company, L.P.
20555 S.H. 249
Houston, TX 77070
Inhoudsopgave
1 Kennismaking met het apparaat
Onderdelen van de HP LaserJet 3380 all-in-one .....................................................................2
Inhoud van de verpakking ..................................................................................................2
In de volgende onderwerpen vindt u meer informatie over de nieuwe HP LaserJet 3380 allin-one:
●
Onderdelen van de HP LaserJet 3380 all-in-one
●
Apparaatfuncties
●
Locatie van de hardwareonderdelen
●
De knoppen van het bedieningspaneel
●
Overzicht van de softwareonderdelen van het apparaat
●
Specificaties voor afdrukmateriaal
NLWW
1
Onderdelen van de HP LaserJet 3380 all-in-one
Controleer aan de hand van onderstaande afbeelding of alle onderdelen zijn meegeleverd.
Inhoud van de verpakking
1Printcartridge
2Netsnoer
3Beknopte handleiding en ondersteuningsbrochure
4Cd-rom met de software en een elektronische gebruikershandleiding
5Invoerlade voor 250 vellen en voorrangsinvoerlade
6
Automatische documentinvoer
7Faxhandleiding
8
Telefoonsnoer
9HP LaserJet 3380 all-in-one
Opmerking
Gebruik het telefoonsnoer en het nestsnoer die bij het apparaat zijn geleverd. Wanneer
andere telefoonsnoeren of netsnoeren worden gebruikt, werkt het apparaat mogelijk niet
goed.
In de volgende bronnen vindt u meer informatie over het gebruik van het apparaat:
●
HP werkset. In dit softwareonderdeel kunt u een groot aantal van de taken uitvoeren
die in deze gebruikershandleiding worden beschreven en kunt u instellingen opgeven
voor de afdruk-, fax-, kopieer- en scanfuncties.
●
Naslaggids. Raadpleeg deze handleiding om het apparaat te installeren en aan te
sluiten op de computer en om de software te installeren.
●
Faxhandleiding. Gebruik deze handleiding om de faxfuncties van het apparaat te
installeren en te gebruiken.
2
Hoofdstuk 1 Kennismaking met het apparaatNLWW
Apparaatfuncties
Snelheid●
Papierverwerking●
Geheugen●
Aansluitingen●
Afdrukken●
Fax●
Kopiëren●
Scannen●
20 pagina’s per minuut (ppm)(afdrukken en kopiëren); eerste
pagina in 8 seconden.
Flatbedscanner, een automatische documentinvoer voor 50
pagina's, een invoerlade voor 250 vellen en een
voorrangsinvoerlade voor 10 vellen
32 MB RAM-geheugen (9 MB voor het systeem en 23 MB RAM
beschikbaar voor de gebruiker) en een DIMM-sleuf om
aanvullende lettertypen en geheugen toe te voegen
Een USB-poort (compatibel met de USB 2.0-specificaties) en een
IEEE 1284-B-compatibele parallelle poort
Maximumresolutie van 1200 bij 1200 dpi en PCL6- en Adobeemulatie (Level 2).
Volledige faxfunctionaliteit met V.34-fax, inclusief een
telefoonboekfunctie, functies voor het opvragen en het uitstellen
van faxen en een 4 MB Flash-geheugen voor de opslag van 250
pagina’s.
Functie voor vergroten/verkleinen en sorteerfunctie met een
snelheid van 20 ppm
24-bits kleurenscan met een resolutie van 600 dpi
(geïnterpoleerde resolutie van 9600 dpi)
NLWWApparaatfuncties
3
Locatie van de hardwareonderdelen
In de volgende afbeelding worden de hardwareonderdelen weergegeven.
Hardwareonderdelen van de HP LaserJet 3380 all-in-one
hardwareonderdelen
1Invoerlade van de automatische documentinvoer
2Klep van de flatbedscanner
3Bedieningspaneel
4Uitvoerbak
5Klep van de printcartridge
6Voorrangsinvoerlade
7Invoerlade
8Linkerpaneel
9Vergrendeling van het linkerpaneel
10 Faxpoorten
11 USB-poort
12 Parallelle poort
13 Voedingsaansluiting
14 Aan/uit-schakelaar
15
Klep van rechte papierbaan
4
Hoofdstuk 1 Kennismaking met het apparaatNLWW
De knoppen van het bedieningspaneel
In de volgende afbeelding worden de knoppen van het bedieningspaneel weergegeven.
Knoppen van het bedieningspaneel
1
Faxknoppen. Met de faxknoppen kunt u faxen verzenden en ontvangen en de meest gebruikte
faxinstellingen wijzigen. Raadpleeg de faxhandleiding voor informatie over de faxknoppen.
2
Alfanumerieke knoppen. Met de alfanumerieke knoppen voert u gegevens in op het
bedieningspaneel en kiest u telefoonnummers voor het faxen. Voor informatie over de
alfanumerieke knoppen kunt u de faxhandleiding raadplegen.
3
Menuknoppen en annuleerknop Met deze knoppen kunt u menuopties kiezen, de status van
het apparaat controleren en de huidige taak annuleren.
4
Kopieerknoppen. Met deze knoppen kunt u veelgebruikte standaardinstellingen wijzigen en de
kopieerfunctie starten. Zie
5
Scanknoppen. Met deze knoppen kunt u documenten scannen naar een e-mail of een map. Zie
Scannen voor de gebruiksaanwijzing van de scanfunctie.
Kopiëren voor de gebruiksaanwijzingen van de kopieerfunctie.
NLWWDe knoppen van het bedieningspaneel
5
Overzicht van de softwareonderdelen van het apparaat
Opmerking
De softwareonderdelen die worden geïnstalleerd, zijn afhankelijk van het
besturingssysteem en het type installatie. Zie de naslaggids voor meer informatie.
De volgende softwareonderdelen worden bij het apparaat meegeleverd:
●HP werkset
●HP LaserJet Scan
●TWAIN- of WIA-scandriver
●HP LaserJet Fax
●Readiris OCR (niet geïnstalleerd bij andere software; moet dus apart geïnstalleerd
Gebruik kopieerpapier van 75 g/m2tot 90 g/m2voor optimale resultaten. Controleer of het
papier van goede kwaliteit is en geen insnijdingen, knikken, scheuren, vlekken, losse
stukken, stof, kreukels, gaten en gekrulde of gevouwen randen heeft.
Opmerking
De printer ondersteunt afdrukmateriaal in een grote verscheidenheid aan
standaardformaten en aangepaste formaten. De capaciteit van de laden en bakken kan
variëren afhankelijk van het gewicht of de dikte van het afdrukmateriaal en de
omgevingsvoorwaarden. Gladheid — 100 tot 250 (Sheffield).
Gebruik alleen transparanten die zijn ontworpen voor gebruik met HP LaserJet-printers.
Ondersteunde papiergewichten en -formaten
Papierformaat voor invoerlade
InvoerladeAfmetingenGewicht of dikteCapaciteit
Minimumpapierformaat76 bij 127 mm
Maximumpapierformaat216 bij 356 mm
Minimumformaat
76 bij 127 mm
glanzend papier
Maximumformaat
216 bij 356 mm
glanzend papier
60 tot 163 g/m
60 tot 163 g/m
75 tot 120 g/m
75 tot 120 g/m
2
2
2
250 vellen
(75 g/m
2
250 vellen
(75 g/m
2
Maximale
)
)
stapelhoogte: 30 mm
2
Maximale
stapelhoogte: 30 mm
Opmerking
Minimumformaat
76 bij 127 mm0,10 tot 0,13 mm dik125 vellen
transparanten
Maximumformaat
216 bij 356 mm0,10 tot 0,13 mm dik125 vellen
transparanten
Minimumformaat
90 bij 160 mm
75 tot 105 g/m
2
30 enveloppen
enveloppen
Maximumformaat
178 bij 254 mm
75 tot 105 g/m
2
30 enveloppen
enveloppen
Minimumformaat
76 bij 127 mm
60 tot 216 g/m
2
100 vellen
etiketten
Maximumformaat
216 bij 356 mm
60 tot 216 g/m
2
100 vellen
etiketten
Minimumformaat
76 bij 127 mm
135 tot 163 g/m
2
100 vellen
kaarten
Maximumformaat
216 bij 356 mm
135 tot 163 g/m
2
100 vellen
kaarten
In de volgende tabel worden de standaardpapierformaten weergegeven die in de
voorrangsinvoerlade kunnen worden gebruikt.
NLWWSpecificaties voor afdrukmateriaal
7
Papierformaten voor voorrangsinvoerlade
VoorrangsinvoerladeAfmetingenGewicht of dikteCapaciteit
Minimumpapierformaat76 bij 127 mm
Maximumpapierformaat216 bij 356 mm
Minimumformaat
76 bij 127 mm
glanzend papier
Maximumformaat
216 bij 356 mm
glanzend papier
Minimumformaat
76 bij 127 mm0,10 tot 0,13 mm dik5vellen
transparanten
Maximumformaat
216 bij 356 mm0,10 tot 0,13 mm dik5vellen
transparanten
Minimumformaat
76 bij 127 mm
enveloppen
Maximumformaat
216 bij 356 mm
enveloppen
Minimumformaat
76 bij 127 mm
etiketten
Maximumformaat
216 bij 356 mm
etiketten
60 tot 163 g/m
60 tot 163 g/m
75 tot 120 g/m
75 tot 120 g/m
60 tot 90 g/m
60 tot 90 g/m
60 tot 216 g/m
60 tot 216 g/m
2
2
2
10 vellen
(75 g/m
10 vellen
(75 g/m
Maximale
2
)
2
)
stapelhoogte: 1,5 mm
2
Maximale
stapelhoogte: 1,5 mm
2
2
2
2
Individual enveloppen
Individual enveloppen
4vellen
4vellen
Minimumformaat
76 bij 127 mm
135 tot 163 g/m
kaarten
Maximumformaat
216 bij 356 mm
135 tot 163 g/m
kaarten
Papierformaten voor automatische documentinvoer
automatische
documentinvoer
Minimumpapierformaat127 bij 127 mm
Maximumpapierformaat215,9 bij 381 mm
AfmetingenGewicht of dikteCapaciteit
60 tot 90 g/m
60 tot 90 g/m
2
2
2
2
4vellen
4vellen
50 vellen
(75 g/m
50 vellen
(75 g/m
2
)
2
)
8
Hoofdstuk 1 Kennismaking met het apparaatNLWW
De instellingen wijzigen via de
2
Opmerking
hp werkset of via het
bedieningspaneel
U kunt de instellingen van het apparaat wijzigen met behulp van de HP werkset of via het
bedieningspaneel. Het is meestal eenvoudiger om de apparaatinstellingen in de werkset te
wijzigen.
De volgende tabel geeft een overzicht van de instellingen die u kunt wijzigen in de HP
werkset en via het bedieningspaneel. Voor meer informatie over het wijzigen van
instellingen via de HP werkset kunt u de Help van de werkset raadplegen. U kunt de Help
van de HP werkset openen door links in het venster van de werkset op Hoe kan ik te
klikken. (Zie
werkset.) Meer informatie over het wijzigen van de instellingen via het bedieningspaneel
vindt u in dit hoofdstuk.
Instellingen die in de toepassing zijn opgeslagen hebben voorrang boven de instellingen in
de printerdriver. De instellingen van de printerdriver hebben voorrang boven de instellingen
die via de HP werkset of via het bedieningspaneel zijn opgegeven.
De HP werkset gebruiken voor meer informatie over het openen van de HP
Instelling of functieHP werksetBedieningspaneel
De fabrieksinstellingen herstellen.XX
Informatiepagina’s zoals de configuratiepagina, de
menustructuur van het bedieningspaneel en de
pagina met verbruiksinformatie afdrukken.
De taal van het bedieningspaneel wijzigen.XX
De taal van de HP werkset wijzigen.X
Statuswaarschuwingen instellen.X
De instellingen voor het verzenden en ontvangen
van faxen aanpassen.
Faxen bekijken of doorsturen die op de computer
zijn ontvangen.
De scanfunctie instellen op verzenden naar e-mail
of naar map.
De kopieerinstellingen wijzigen.XX
Bestemmingen in het faxtelefoonboek toevoegen,
wissen of wijzigen.
De online gebruikershandleiding openen.X
XX
XX
X
X
XX
NLWW
De apparaatstatus op afstand controleren.X
9
De HP werkset gebruiken
De HP werkset is een toepassing die gebruik maakt van het internet. Met de werkset
kunnen de volgende taken worden uitgevoerd.
●De apparaatstatus controleren.
●De apparaatinstellingen voor afdrukken, faxen, kopiëren en scannen bekijken.
●Informatie over probleemoplossing en “Hoe kan ik”-informatie bekijken.
●Online documenten bekijken.
●Waarschuwingsinformatie bekijken over een bepaalde gebeurtenis of toestand op het
apparaat.
U kunt de HP werkset openen als het apparaat rechtstreeks is aangesloten op een
computer of wanneer het apparaat is aangesloten op een netwerk. Om de HP werkset te
kunnen gebruiken moet u alle softwareonderdelen geïnstalleerd hebben.
Opmerking
Opmerking
U heeft geen internetaansluiting nodig voor het openen en gebruiken van de HP werkset.
Als u echter op een link klikt in het gedeelte Overige links hebt u een internetaansluiting
nodig om de betreffende link te kunnen openen. Zie
Overige links voor meer informatie.
Ondersteunde besturingssystemen
De volgende besturingssystemen ondersteunen het gebruik van de HP werkset:
●Windows 98, Windows Millennium Edition (Me), Windows 2000 en Windows XP
●Mac OS X v10.1 en v10.2
Het TCP/IP-protocol moet in het besturingssysteem geïnstalleerd zijn om gebruik te kunnen
maken van de HP werkset.
Ondersteunde browsers
Om de HP werkset te kunnen gebruiken, hebt u één van de volgende browsers nodig:
●Microsoft Internet Explorer 5.5 of later
●Netscape Navigator 6.23 of later
Alle pagina’s kunnen vanuit de browser worden afgedrukt.
Opmerking
10
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de hp werkset of via het bedieningspaneelNLWW
De hp werkset openen
U kunt de HP werkset op één van de volgende manieren openen:
●
Dubbelklik in het bureaublad op het pictogram van de HP werkset
●Dubbelklik op het pictogram Status Client rechts in de taakbalk.
●
In het menu Start wijst u HP LaserJet aan en selecteert u hp werkset.
De HP werkset wordt geopend in een webbrowser.
Nadat u het internetadres heeft geopend, kunt u het toevoegen aan uw favorieten zodat u
het een volgende keer snel terug kunt vinden.
.
De tabbladen van de hp werkset
De HP werkset bevat de volgende tabbladen:
●
Het tabblad Status
●
Het tabblad Faxen
●
Het tabblad Scannen naar...
●
Het tabblad Problemen oplossen
●
Het tabblad Documentatie
Overige links
Iedere pagina van de HP werkset bevat links naar de HP website voor apparaatregistratie
en –ondersteuning en links voor het bestellen van benodigdheden. Om deze links te
kunnen openen hebt u een interaansluiting nodig. Wanneer u gebruikmaakt van een
inbelverbinding en u geen verbinding hebt gemaakt bij het openen van de HP werkset,
moet u alsnog verbinding maken om deze websites te kunnen bekijken.
Het tabblad Status
Het tabblad Status bevat links naar de volgende pagina’s:
●
Status apparaat. Hier kunt u informatie over de apparaatstatus bekijken. Op deze
pagina wordt de toestand van het apparaat weergegeven zoals papierstoringen of lege
papierlades. Nadat u een probleem met het apparaat hebt verholpen, drukt u op
Vernieuwen om de apparaatstatus bij te werken.
●
Statuswaarschuwingen instellen. Hier kunt u waarschuwingen instellen als u wilt dat
het apparaat u automatisch waarschuwt bij problemen. Op deze pagina kunt u
waarschuwingen in- en uitschakelen, opgeven wanneer het apparaat een
waarschuwing moet afgeven en het type waarschuwing instellen dat u wilt ontvangen
(in de vorm van een berichtenvenster of een pictogram op de taakbalk). Om de
waarschuwingsinstellingen te activeren drukt u op Toepassen.
●
Apparaatconfiguratie. Hier kunt u de apparaatinstellingen bekijken. Op deze pagina
worden ook de geïnstalleerde accessoires weergegeven zoals DIMM's. Op de pagina
Apparaatconfiguratie wordt dezelfde informatie weergegeven als op de
configuratiepagina.
●
Infopagina's afdrukken. Op deze pagina kunt u de configuratiepagina en andere
informatiepagina's afdrukken voor het apparaat.
Tabblad Faxen
Het tabblad Faxen bevat links naar de volgende pagina’s:
Faxtaken
●
Faxtelefoonboek
●
Faxverzendlog
●
Eigenschappen faxgegevens
●
Faxrapporten
●
Gedetailleerde faxinstellingen
●
NLWWDe HP werkset gebruiken
11
Opmerking
Raadpleeg de faxhandleiding voor meer informatie over het gebruik van de faxfuncties.
Het tabblad Scannen naar...
Het tabblad Scannen naar... bevat links naar de volgende pagina’s:
Scannen naar e-mail of naar archief
●
Voorkeursinstellingen voor scannen
●
Opmerking
U moet de voorkeursinstellingen voor scannen instellen voordat u kunt scannen vanaf uw
computer of de knop
SCANNEN NAAR
op het bedieningspaneel kunt gebruiken.
Het tabblad Problemen oplossen
Het tabblad Problemen oplossen bevat links naar diverse informatie voor het oplossen
van problemen zoals het verhelpen van een papierstoring, het verbeteren van de
afdrukkwaliteit en het verhelpen van problemen met de fax-, kopieer- of scanfunctie..
Het tabblad Documentatie
Het tabblad Documentatie bevat links naar de volgende informatiebronnen:
●
Gebruikershandleiding. De gebruikershandleiding bevat informatie over het gebruik
van het apparaat, garantie-informatie, specificaties en ondersteuningsinformatie. De
gebruikershandleiding is beschikbaar in HTML- en PDF-formaat.
●
Late Breaking News. Document met het laatste nieuws over het apparaat. Alleen
beschikbaar in het Engels.
12
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de hp werkset of via het bedieningspaneelNLWW
Het bedieningspaneel gebruiken
Het is ook mogelijk om instellingen op te geven via het bedieningspaneel. Dit hoofdstuk
geeft informatie over de volgende taken:
Een configuratiepagina afdrukken
●
De menustructuur van het bedieningspaneel afdrukken
●
De fabrieksinstellingen herstellen
●
De taal van het bedieningspaneel wijzigen
●
Het standaardpapierformaat wijzigen
●
Het volume van het apparaat regelen
●
De afdrukinstellingen wijzigen
●
Een configuratiepagina afdrukken
U kunt een configuratiepagina afdrukken voor een overzicht van de huidige
apparaatinstellingen.
Zo drukt u een configuratiepagina af
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Rapporten te selecteren en druk vervolgens op de knop
MENU/ENTER
3.
Gebruik de < of de > knop om Rapporten te selecteren en druk vervolgens op de knop
MENU/ENTER
.
.
MENU/ENTER
.
De menu-instellingen van het apparaat worden afgesloten en het rapport wordt afgedrukt.
De menustructuur van het bedieningspaneel afdrukken
Wanneer u de menustructuur afdrukt, hebt u een overzicht van de menuopties van het
bedieningspaneel.
Zo drukt u de menustructuur van het bedieningspaneel af
1. Op het bedieningspaneel drukt u op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Rapporten te selecteren en druk vervolgens op de knop
MENU/ENTER
3.
Gebruik de < of de > knop om Menustructuur te selecteren en druk vervolgens op de
knop
.
MENU/ENTER
.
De menustructuur met de opties van het bedieningspaneel van het apparaat wordt
afgedrukt.
MENU/ENTER
.
NLWWHet bedieningspaneel gebruiken
13
De fabrieksinstellingen herstellen
Wanneer u de fabrieksinstellingen herstelt, worden alle instellingen gewijzigd in de
standaardinstellingen en worden de naam en het telefoonnummer in de faxkopregel gewist.
(Zie de faxhandleiding voor meer informatie over het toevoegen van uw gegevens aan de
faxkopregel.) Als u de fabrieksinstellingen herstelt, worden de faxnummers en namen onder
de sneltoetsen en snelkiescodes gewist. Opgeslagen pagina's worden eveneens
verwijderd. Na het herstellen van de fabrieksinstellingen wordt het apparaat opnieuw
opgestart.
Zo herstelt u de fabrieksinstellingen
Opmerking
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Service te selecteren en druk vervolgens op de knop
MENU/ENTER
3.
Gebruik de < of de > knop om Standaardwaarden te selecteren, druk op de knop
ENTER
en druk nogmaals op de knop
.
MENU/ENTER
.
MENU
MENU/ENTER
om uw selectie te bevestigen.
Het apparaat wordt automatisch opnieuw opgestart.
De taal van het bedieningspaneel wijzigen
Door de taal van het bedieningspaneel te wijzigen, kunnen rapporten worden afgedrukt en
berichten op het bedieningspaneel worden weergegeven in een andere taal dan de
standaardtaal voor uw land/regio.
Alleen de demopagina wordt in het Engels afgedrukt.
Zo wijzigt u de taal van het bedieningspaneel
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Alg instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
MENU/ENTER
knop
3.
Gebruik de < of de > knop om Taal te selecteren en druk vervolgens op de knop
ENTER
.
MENU/ENTER
.
.
MENU
/
/
14
4. Gebruik de < of de > knop om de gewenste taal te selecteren.
5. Druk op de knop
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
Het apparaat wordt automatisch opnieuw opgestart.
Het standaardpapierformaat wijzigen
Het papierformaat moet zijn ingesteld op het formaat van het papier dat u gewoonlijk in de
invoerlade plaatst. Het apparaat gebruikt deze instelling voor het kopiëren, afdrukken van
rapporten, faxen en het bepalen van het automatisch verkleinen van inkomende faxen.
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de hp werkset of via het bedieningspaneelNLWW
Zo wijzigt u het standaardpapierformaat
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Alg instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
knop
MENU/ENTER
3.
Gebruik de < of de > knop om St.papierformaat te selecteren en druk vervolgens op
de knop
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
.
.
4. Gebruik de < of de > knop om naar het formaat van het geplaatste papier te bladeren.
U kunt Letter, Legal,ofA4 selecteren.
5. Druk op de knop
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
Het volume van het apparaat regelen
U kunt het volume van de volgende geluiden regelen:
●Het alarmsignaal dat wordt afgegeven om u ergens op attent te maken, bijvoorbeeld
dat de klep van het apparaat open staat;
●De pieptonen die te horen zijn wanneer u op de toetsen van het bedieningspaneel drukt.
●Het geluid van de telefoonlijn voor uitgaande faxen.
●Het belvolume voor binnenkomende faxen.
Het volume van het alarmsignaal wijzigen
Opmerking
Het alarmsignaal wordt afgegeven bij waarschuwingen of kritieke fouten. De lengte van het
alarmsignaal is één of drie seconden, afhankelijk van het soort fout.
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Alg instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
MENU/ENTER
knop
3.
Gebruik de < of de > knop om Vol-instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
knop
MENU/ENTER
4.
Druk op de knop
5.
Gebruik de < of de > knop om Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog te selecteren.
6. Druk op de knop
MENU/ENTER
.
.
MENU/ENTER
MENU/ENTER
.
om Alarmvolume te selecteren.
om uw selectie op te slaan.
Het alarmvolume staat standaard ingesteld op Laag.
Het volume van faxgeluiden wijzigen
Met deze instelling kunt u het volume regelen van de verschillende faxgeluiden die te horen
zijn tijdens het verzenden of ontvangen van een fax.
VOLUME
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog te selecteren.
3. Druk op de knop
.
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
Opmerking
De fabrieksinstelling is Laag.
NLWWHet bedieningspaneel gebruiken
15
Het belvolume van de fax wijzigen
Het faxsignaal is te horen wanneer de fax begint met het verzenden of ontvangen van een
fax. De lengte van het faxsignaal is afhankelijk van de lengte van de beltoon van het
plaatselijke telefoonbedrijf.
Opmerking
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Alg instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
knop
MENU/ENTER
3.
Gebruik de < of de > knop om Vol-instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
MENU/ENTER
knop
4.
Gebruik de < of de > knop om Belvolume te selecteren en druk vervolgens op de knop
MENU/ENTER
5.
Gebruik de < of de > knop om Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog te selecteren.
6. Druk op de knop
MENU/ENTER
.
.
.
MENU/ENTER
.
om uw selectie op te slaan.
De fabrieksinstelling is Laag.
Het volume van de bedieningspaneeltoetsen wijzigen
Met deze volumeregeling kunt u het geluid regelen dat te horen is wanneer u op de
bedieningspaneeltoetsen drukt.
1. Druk op de knop
2.
Gebruik de < of de > knop om Alg instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
knop
MENU/ENTER
3.
Gebruik de < of de > knop om Vol-instellingen te selecteren en druk vervolgens op de
MENU/ENTER
knop
MENU/ENTER
.
.
.
Opmerking
4.
Gebruik de < of de > knop om Vol. toetsindruk te selecteren en druk vervolgens op de
knop
MENU/ENTER
5.
Gebruik de < of de > knop om Uit, Laag, Gemiddeld of Hoog te selecteren.
6. Druk op de knop
.
MENU/ENTER
om uw selectie op te slaan.
De standaardinstelling van het volume van de bedieningspaneeltoetsen is Laag.
16
Hoofdstuk 2 De instellingen wijzigen via de hp werkset of via het bedieningspaneelNLWW
3
Afdrukken
In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u afdruktaken kunt uitvoeren met behulp van het
bedieningspaneel.
●
Afdrukken met handmatige invoer
●
Afdruktaken onderbreken of annuleren
●
Printerdrivers
●
Instellingen voor de afdrukkwaliteit
●
De afdrukkwaliteit optimaliseren voor afdrukmateriaal
●
Specificaties voor afdrukmateriaal
●
Richtlijnen voor het gebruik van afdrukmateriaal
●
Afdrukmateriaal selecteren voor de automatische documentinvoer
●
Afdrukken op enveloppen
●
Afdrukken op transparanten en etiketten
●
Afdrukken op briefhoofdpapier of op voorbedrukte formulieren
●
Afdrukken op speciaal papierformaat of op kaarten
●
Handmatig dubbelzijdig afdrukken
●
Meerdere pagina's op één vel afdrukken
●
Folders afdrukken
●
Watermerken afdrukken
NLWW
17
Afdrukken met handmatige invoer
Gebruik de handmatige invoer als u afdrukt op gemengd afdrukmateriaal, bijvoorbeeld als u
eerst een envelop afdrukt, vervolgens een brief, daarna nogmaals een envelop, enzovoort.
Plaats een envelop in de voorrangsinvoerlade en plaats het briefhoofdpapier in de
invoerlade.
Afdrukken met handmatige invoer
1. Open de eigenschappen van het apparaat of de printerinstellingen (printerdriver) in het
softwareprogramma.
2.
Selecteer het tabblad Papier of het tabblad Papier/kwaliteit van de printerdriver (het
tabblad Papiersoort/kwaliteit voor bepaalde Macintosh-drivers) en selecteer
Handinvoer in de vervolgkeuzelijst Bron is: of Papierbron. (Zie De afdrukinstellingen
wijzigen voor informatie over het openen van de printerdriver vanaf de computer.)
3. Verzend de afdruktaak.
4.
Wacht totdat Handmatige invoer op het bedieningspaneel verschijnt nadat u de
instelling hebt gewijzigd. Druk vervolgens op
MENU_INVOER
om de taken af te drukken.
18
Hoofdstuk 3 AfdrukkenNLWW
Loading...
+ 166 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.