Aeg L 82470 BI User Manual

0 (0)
Aeg L 82470 BI User Manual

L 82470 BI

NL Gebruiksaanwijzing

2

 

FR Notice d'utilisation

37

2www.aeg.com

INHOUD

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 3. TECHNISCHE INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 4. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 5. BEDIENINGSPANEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7 6. WASPROGRAMMA'S . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 7. VERBRUIKSWAARDEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 8. HET EERSTE GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 9. DAGELIJKS GEBRUIK . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15

10. AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 11. ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 12. PROBLEEMOPLOSSING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25 13. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28 14. INBOUWEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34

VOOR PERFECTE RESULTATEN

Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.

Ga naar onze website voor:

Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:

www.aeg.com

Registreer uw product voor een betere service:

www.aeg.com/productregistration

Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:

www.aeg.com/shop

KLANTENSERVICE

Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.

Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt.

De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.

Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.

Algemene informatie en tips

Milieu-informatie

Wijzigingen voorbehouden.

NEDERLANDS 3

1. VEILIGHEIDSINFORMATIE

Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik.

1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen

WAARSCHUWING!

Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit.

Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen.

Laat kinderen niet met het apparaat spelen.

Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.

Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.

Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is.

Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.

Reiniging en onderhoud mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.

1.2 Algemene veiligheid

Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.

4www.aeg.com

De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.

Respecteer het maximale laadvermogen van 7 kg (raadpleeg hoofdstuk “Programmaschema”).

Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant of diens technische dienst of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.

De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8 bar (0,8 MPa)

De ventilatie-openingen in de onderkant (indien van toepassing) mogen niet worden afgedekt door tapijt

Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt.

2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

2.1 Montage

Verwijder alle verpakkingsmaterialen.

Bewaar de transportbouten. Als u het apparaat gaat verplaatsen, moet de trommel worden geblokkeerd.

Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.

Gebruik of installeer het apparaat niet als de temperatuur lager is dan 0 °C of als het is blootgesteld aan het weer.

Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat.

Zorg ervoor dat de vloer van de plaats waar u het apparaat installeert, vlak, stabiel, hittebestendig en schoon is.

Plaats het apparaat niet op een plek waar de deur niet helemaal open kan.

Wees voorzichtig met het verplaatsen van het apparaat, het is zwaar. Draag altijd veiligheidshandschoenen.

Zorg dat er lucht tussen het apparaat en de vloer kan circuleren.

Pas de stelvoeten aan om de nodige ruimte tussen het apparaat en de vloerbedekking te creëren.

Aansluiting op het elektriciteitsnet

WAARSCHUWING!

Gevaar voor brand en elektrische schokken.

Dit apparaat moet worden geaard.

Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur.

Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact.

Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren.

Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan MOET dit gebeuren door onze Klantenservice.

Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.

Trek niet aan het aansluitnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker.

Raak de stroomkabel of stekker niet aan met natte handen.

Dit apparaat voldoet aan de EU-richt- lijnen.

Aansluiting aan de waterleiding

Zorg dat u de waterslangen niet beschadigt.

Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden aangesloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt.

Laat het water stromen tot het schoon is voordat u het apparaat aansluit op nieuwe leidingen of leidingen die lang niet zijn gebruikt.

Zorg dat er geen lekkages zijn als u het apparaat de eerste keer gebruikt.

2.2 Gebruik van het apparaat

WAARSCHUWING!

Gevaar voor letsel, elektrische schokken, brand, brandwonden en schade aan het apparaat.

Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omgeving.

De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd.

Volg de veiligheidsinstructies op de verpakking van het vaatwasmiddel op.

Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlamba-

NEDERLANDS 5

re producten in, bij of op het apparaat.

Raak het glas van de deur niet aan als een programma in werking is. Het glas kan heet worden.

Zorg dat u alle metalen onderdelen uit het wasgoed verwijdert.

Plaats geen bak om mogelijke waterlekkage op te vangen onder het apparaat. Neem contact op met de servicedienst om te raadplegen welke accessoires gebruikt mogen worden.

2.3 Onderhoud en reiniging

WAARSCHUWING!

Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat.

Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.

Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen.

Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.

2.4 Verwijdering

WAARSCHUWING!

Gevaar voor letsel of verstikking.

Haal de stekker uit het stopcontact.

Snijd het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.

Verwijder de deurgreep om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat.

3. TECHNISCHE INFORMATIE

Afmetingen

Breedte / hoogte / diep-

596 / 820 / 544 mm

 

te

 

 

Totale diepte

560 mm

 

 

 

6 www.aeg.com

Aansluiting aan het elek-

Voltage

220-230 V

triciteitsnet:

Totale stroom

2000 W

 

Zekering

10A

 

Frequentie

50 Hz

De beschermkap biedt bescherming tegen vaste

IPX4

stoffen en vochtigheid, behalve op de plaatsen

 

waar de lage spanningsapparatuur geen bescher-

 

ming heeft tegen vocht

 

 

Waterdruk

Minimaal

0,5 bar (0,05 MPa)

 

Maximaal

8 bar (0,8 MPa)

Watertoevoer 1)

 

Koud water

Maximale belading

Katoen

7 kg

Centrifugeersnelheid

Maximaal

1400 toeren per minuut

 

 

 

1)Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.

4.BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT

1

 

2

 

7

 

8

 

9

 

3

 

 

 

4

 

 

 

5

 

 

 

6

 

10

1

Wasmiddeldoseerlade

6

Stelvoetjes

2

Bedieningspaneel

7

Afvoerslang

3

Deurgreep

8

Netsnoer

4

Typeplaatje

9

Wateraansluiting

5

Afvoerpomp

10

Stelvoetjes

NEDERLANDS

7

4.1 Accessoires

1

2

1

Moersleutel

 

 

 

Om de transportbouten te verwijde-

 

 

 

ren.

 

 

2

Plastic dopjes

 

 

 

Voor het afdichten van de gaten aan

 

 

 

de achterzijde van het apparaat na-

 

 

 

dat u de transportbouten hebt ver-

 

 

 

wijderd.

 

 

3

Toevoerslang met geïntegreerd

 

 

 

beschermingssysteem tegen wa-

 

 

 

teroverlast

 

 

 

Om mogelijke wateroverlast te voor-

 

 

 

komen.

 

 

4

Plastic slanggeleider

 

 

 

Om een afvoerslang op de rand van

 

 

 

een gootsteen te bevestigen.

4.2 Kinderbeveiliging

 

 

om totdat de groef weer verticaal

 

 

 

staat.

Als u deze beveiliging activeert, kunt u de deur niet sluiten. Dit voorkomt dat

u kinderen of huisdieren in de trommel opsluit. Voor het inschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk rechtsom totdat de groef horizontaal staat. Voor het uitschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk links-

5. BEDIENINGSPANEEL

1

 

2

 

3

 

4

 

5

 

6

 

7

 

8

 

9

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

1

Programmakeuzeknop

4

Toets OPTIES

 

 

 

2

 

 

Toets TEMPERATUUR

 

Ok -toets

5

 

 

 

 

 

3

Toets CENTRIFUGEREN

6

Toets TIJDBESPARING

 

 

8www.aeg.com

7

Display

 

9

Toets UITGESTELDE START

 

 

 

 

 

8

Toets START/PAUZE

 

 

 

 

 

 

 

 

 

5.1 Display

A B C D

I H G F E

ATemperatuurlampje en het symbool voor KOUD

B

Lampje voor de centrifugeersnelheid, symbool voor SPOELSTOP en NACHTCYCLUS

Weergave van de programmavoortgang: VOORWAS , HOOFD-

WAS , SPOELEN , CENTRIFUGEREN , POMPEN ,

OVERDOSERING

Het programmavoortgangsdisplay toont de verschillende fasen van het gekozen programma.

C• Tijdens het wassen knippert er een zwarte streep onder het symbool van de lopende fase. Na afloop van elke fase stopt het knipperen en brandt het streepje continu.

Als het symbool aan gaat, wordt hiermee aangegeven dat er teveel wasmiddel is gebruikt.

DSymbool voor KINDERSLOT .

E Symbool voor UITGESTELDE START .

NEDERLANDS 9

Het display toont de volgende informatie:

Duur van het gekozen programma

Nadat u een programma hebt ingesteld, wordt de tijdsduur in uren en minuten weergegeven (bijvoorbeeld ).

Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt.

Uitgestelde start

Bij het instellen van een uitgestelde start wordt de tijd van het uitstel (max. 20 uur) ongeveer 3 seconden weergegeven (bijvoor-

beeld ). Daarna verschijnt de duur van het programma weer op het display.

De waarde van de uitgestelde tijd neemt elk uur met eenheden

Fvan een uur af. Daarna, wanneer er nog 1 uur resteert, neemt de tijd af met eenheden van één minuut.

Onjuiste optie-instelling

Bij een verkeerde instelling verschijnt het bericht Err op het display en begint het gele lampje van toets 8 te knipperen.

Alarmcodes

Als er problemen met de werking optreden, geeft het display

soms alarmcodes weer, zoals bijvoorbeeld (zie hoofdstuk «Probleemoplossing»).

Einde van het programma

Aan het einde van het programma verschijnt er een knipperende

nul , verdwijnt het symbool en kan de deur worden geopend.

GOptiesymbool TIJDBESPARING .

Symbool DEUR .

• Dit symbool geeft aan of de deur geopend kan worden:

H– Het symbool is aan: de deur kan niet geopend worden. Het apparaat voert een wasprogramma uit.

Het symbool is uit: de deur kan geopend worden. Het wasprogramma is afgelopen.

IBeschikbare opties: VOORWAS , VLEKKEN , BEHOEDZAAM , EXTRA SPOELEN

5.2 Geluidssignalen

De wasautomaat is voorzien van een akoestisch alarm, dat in de volgende gevallen te horen is:

Aan het einde van een programma

In geval van problemen met de werk-

ing

Door enkele seconden tegelijkertijd op de toets 3 en 4 te drukken, wordt het geluidssignaal uitgeschakeld (behalve in het geval van problemen met de werking). Door nogmaals op deze twee toet-

sen te drukken, wordt het geluidssignaal weer geactiveerd.

5.3 Kinderslot

Met deze voorziening kunt u het apparaat onbeheerd achterlaten, u hoeft zich dan geen zorgen te maken dat kinderen gewond raken of het apparaat schade toebrengen.

Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de wasautomaat niet in werking is.

Er zijn twee manieren om deze optie in te stellen:

10 www.aeg.com

Voordat u op toets 8 drukt, is het onmogelijk om het apparaat te starten.

Na het indrukken van toets 8 is het onmogelijk om een ander programma of

een andere optie te kiezen.

Om deze optie inof uit te schakelen, drukt u ongeveer 6 seconden tegelijkertijd op de toets 4 en 5 tot het symbool

aan gaat of uit het display verdwijnt.

5.4 Optie EXTRA SPOELEN

Met deze functie kunt u de extra spoelfunctie permanent aan laten als u een nieuw programma instelt.

Voor het inschakelen van de functie drukt u tegelijkertijd op toets 2 en 3

tot het display het symbool weergeeft.

Druk, om de functie uit te schakelen tegelijkertijd op toets 2 en 3 tot het symbool uit gaat.

6. WASPROGRAMMA'S

Programma

Program-

 

Maximale en minimale temperatuur

Options (Opties)

mabeschrij-

Type wasgoed

ving

 

Maximale belading

 

 

 

Katoen

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

95°- Koud

gen

NACHTCYCLUS

Max. belading 7 kg - gereduceerde bela-

Lang centri-

SPOELSTOP

ding 3 kg

fugeren

VOORWAS1)

Wit en bont katoen (normaal vervuilde ar-

 

VLEKKEN2)

tikelen).

 

 

 

GEVOELIG

 

 

EXTRA SPOELEN

 

 

TIJDBESPARING 3)

 

 

EXTRA SPOELEN

Synthetica

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

60° - Koud

gen

NACHTCYCLUS

Max. belading 3 kg - gereduceerde bela-

Kort centri-

SPOELSTOP

ding 2 kg

fugeren

VOORWAS1)

Synthetische of gemengde stoffen: on-

 

VLEKKEN 2)

dergoed, gekleurde kledingstukken, krimp-

 

vrije overhemden, blouses.

 

TIJDBESPARING 3)

 

 

EXTRA SPOELEN

 

 

 

 

 

NEDERLANDS 11

Programma

Program-

 

Maximale en minimale temperatuur

 

mabeschrij-

Options (Opties)

Type wasgoed

ving

 

Maximale belading

 

 

 

Strijkvrij

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

60° - Koud

Spoelgan-

RENTAL

Max. belading 1 kg

gen

SPOELSTOP

Synthetische stoffen die voorzichtig ge-

Kort centri-

VOORWAS1)

wassen en gecentrifugeerd moeten wor-

fugeren

EXTRA SPOELEN

den.

 

 

Het wasgoed wordt behoedzaam gewassen

 

 

en gecentrifugeerd om kreukels te voorko-

 

 

men. Bovendien zal het apparaat extra

 

 

spoelgangen uitvoeren.

 

 

Fijne Was

40° - Koud

Max. belading 3 kg - gereduceerde belading 2 kg

Fijne was: acryl, viscose, polyester.

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

gen

NACHTCYCLUS

Kort centri-

SPOELSTOP

fugeren

VOORWAS1)

 

VLEKKEN2)

 

TIJDBESPARING3)

 

EXTRA SPOELEN

 

 

Wol/zijde

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

40° - Koud

gen

NACHTCYCLUS

Max. belading 2 kg

Kort centri-

SPOELSTOP

Wol die in de machine kan worden gewas-

fugeren

 

sen en met de hand wasbare wol en fijne

 

 

 

stoffen.

 

 

Opmerking: Een enkel of groot stuk was-

 

 

goed kan een verkeerd evenwicht van de

 

 

trommel tot gevolg hebben. Als het appa-

 

 

raat de laatste centrifugefase niet uitvoert,

 

 

moet u meer stukken toevoegen, de lading

 

 

opnieuw handmatig verspreiden en dan het

 

 

centrifugeprogramma selecteren.

 

 

Tweedjassen

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

40° - Koud

gen

NACHTCYCLUS

Max. belading 2.5 kg

Kort centri-

SPOELSTOP

Sportkleding. Gebruik geen wasverzachter.

fugeren

 

 

 

 

12 www.aeg.com

Programma

Program-

 

Maximale en minimale temperatuur

Options (Opties)

mabeschrij-

Type wasgoed

ving

 

Maximale belading

 

 

 

Anti-Allergie

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

60°

gen

SPOELSTOP

Max. belading 7 kg

Lang centri-

VOORWAS1)

Witte katoenen kleding.

fugeren

VLEKKEN PLUS

Dit programma verwijdert micro-organis-

 

 

mes dankzij het wassen op 60° en voegt

 

 

een extra spoelgang toe. Op die manier is

 

 

het wassen effectiever.

 

 

Doe een speciaal nabehandelingsmiddel

 

 

voor hygiëne in het vlekkenvakje en stel de

 

 

functie Vlekken in.

 

 

Draaien

Pompen

AANPASSEN TOE-

Lang centri-

RENTAL

Max. belading 7 kg

fugeren

 

Aparte centrifugegang voor katoenen kle-

 

 

 

dingstukken die met de hand gewassen zijn

 

 

en na programma's waarbij de optie Spoel-

 

 

stop gekozen is.

 

 

Draai de programmakeuzeknop naar

 

 

voordat u dit programma instelt.

 

 

Verlaag de centrifugeersnelheid zo nodig.

 

 

Pompen

Water af-

 

pompen

 

Max. belading 7 kg

 

 

 

Om het laatste spoelwater af te voeren bij

 

 

programma's met de spoelstopoptie.

 

 

 

 

 

Behoedzaam spoelen

Max. belading 7 kg

Programma voor spoelen en centrifugeren van wasgoed dat met de hand is gewassen. Het apparaat voert enkele spoelgangen uit, gevolgd door een laatste centrifugegang.

De centrifugeersnelheid kan verlaagd worden.

SpoelganAANPASSEN TOE-

gen

RENTAL

Lang centri-

NACHTCYCLUS

fugeren

SPOELSTOP

 

EXTRA SPOELEN

Jeans

60° - Koud

Max. belading 3 kg

Alle wasgoed van spijkerstof. Stoffen van jersey met hi-techmaterialen.

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

gen

NACHTCYCLUS

Kort centri-

SPOELSTOP

fugeren

VOORWAS1)

20 Min. - 3 kg

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

30°

Spoelgan-

RENTAL

Max. belading 3 kg

gen

 

Snelle was voor sportkleding of katoenen

Kort centri-

 

en synthetische licht vervuilde of slechts

fugeren

 

eenmaal gedragen kleding.

 

 

 

 

 

 

 

NEDERLANDS 13

 

 

 

Programma

Program-

 

Maximale en minimale temperatuur

Options (Opties)

mabeschrij-

Type wasgoed

ving

 

Maximale belading

 

 

 

SUPER ECO

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Koud

Spoelgan-

RENTAL

Max. belading 3 kg

gen

SPOELSTOP

Gemengde stoffen (katoen en synthetische

Kort centri-

EXTRA SPOELEN

weefsels)4).

fugeren

 

ECO 5)

Katoen Eco

60° - 40°

Max. belading 7 kg

Wit en kleurecht katoen.

Normaal vervuilde katoenen artikelen Het apparaat verlaagt de temperatuur en verlengt de wastijd teneinde efficiënt te

wassen en zodoende energie te besparen.

Hoofdwas

AANPASSEN TOE-

Spoelgan-

RENTAL

gen

NACHTCYCLUS

Lang centri-

SPOELSTOP

fugeren

VOORWAS1)

 

VLEKKEN PLUS

 

EXTRA SPOELEN

Uit

Het apparaat verlaagt de temperatuur en verlengt de wastijd teneinde efficiënt te wassen en zodoende energie te besparen.

1)Als u vloeibare wasmiddelen gebruikt, moet u een programma zonder voorwas selecteren.

2)De optie Vlekken kan alleen worden ingesteld bij een temperatuur van 40°C of hoger.

3)Als u de optie Extra kort instelt (toets 6), raden we u aan de maximale belading te beperken, zoals aangegeven. Maximale belading is wel mogelijk, maar de wasresultaten zullen minder goed zijn.

4)Gebruik een speciaal wasmiddel voor zeer lage temperatuur.

5)Standaardprogramma's voor de Energielabel verbruikswaarden Volgens de regulering 1061/2010 zijn deze programma's respectievelijk het “standaard 60° katoenprogramma” en het “standaard 40° katoenprogramma”. Dit zijn de meest efficiënte programma's qua elektriciteitsen waterverbruik bij het wassen van normaal vervuild katoenen wasgoed.

Stel dit programma in voor een goed wasresultaat en om het stroomverbruik te verlagen. De tijd van het wasprogramma wordt verlengd.

De watertemperatuur van de wasfase kan verschillen van de temperatuur die is aangegeven voor het geselecteerde programma.

7. VERBRUIKSWAARDEN

De gegevens van deze tabel zijn gemiddelden. Verschillende oorzaken kunnen de gegevens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed, het water en de omgevingstemperatuur.

14 www.aeg.com

Programma’s

Lading

Energiever-

Waterver-

Gemiddel-

Resterend

 

(kg)

bruik (kWh)

bruik (liter)

de pro-

vocht

 

 

 

 

gramma-

(%)1)

 

 

 

 

duur (minu-

 

 

 

 

 

ten)

 

Katoen 60 °C

7

1.2

53

140

52

Katoen 40 °C

7

0.7

53

130

52

Synthetische

3

0.5

40

80

35

stoffen 40 °C

 

 

 

 

 

Fijne was 40

3

0.55

55

65

35

°C

 

 

 

 

 

Wol/Handwas

2

0.25

58

50

30

30 °C

 

 

 

 

 

Standaard katoenprogramma's

 

 

 

Standaard 60

7

0.86

46

189

52

°C katoen

 

 

 

 

 

Standaard 60

3.5

0.77

36

177

52

°C katoen

 

 

 

 

 

Standaard 40

3.5

0.51

38

160

52

°C katoen

 

 

 

 

 

1) Aan het einde van de centrifugeerfase.

 

 

 

Uit-modus (W)

Modus aan laten (W)

 

0.1

 

 

0.98

 

 

 

 

 

 

 

De gegevens in de bovenstaande grafieken komen overeen met de regelgeving van de Europese commissie 1015/2010 implementatierichtlijn 2009/125/ EC.

8. HET EERSTE GEBRUIK

1.Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade om het afvoersysteem te activeren.

2.Giet een klein beetje wasmiddel in het vakje van het hoofdwasmiddel

van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en start het programma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip.

 

 

 

 

 

 

 

NEDERLANDS 15

9. DAGELIJKS GEBRUIK

 

 

9.1 Wasgoed in de machine

ze in de wasautomaat plaatst. Zorg

 

doen

ervoor dat u niet te veel was in de

 

trommel plaatst.

 

 

 

 

 

 

 

 

1. Open de deur van het apparaat.

3. Sluit de deur.

 

2. Plaats het wasgoed een voor een in

 

 

 

de trommel. Schud de items voor u

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

de deur blijft klemmen. Er kan waterlek-

 

 

 

 

 

 

 

kage of beschadigd wasgoed ontstaan.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

9.2 Wasmiddel en additieven (wasverzachter, vlekkenmiddel) toevoegen

Het doseerbakje voor de voorwasfase, het inweekprogramma en voor de vlekkenfunctie.

Voeg inweek-, vlekkenen voorwasmiddelen toe voordat u het programma start.

Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.

Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het starten van het programma te plaatsen.

Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter, stijfsel).

Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.

Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.

Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.

16www.aeg.com

9.3Het programma instellen (knop 1 )

Draai de programmakeuzeknop naar het gewenste programma.

Met de programmakeuzeknop bepaalt u het soort wasprogramma (bijv. waterpeil, beweging van de trommel, aantal spoelgangen) en de wastemperatuur afhankelijk van het soort wasgoed.

Het controlelampje van toets 8 gaat knipperen.

De programmakeuzeknop kan met de klok mee of tegen de klok in worden gedraaid.

= programma resetten / apparaat uitschakelen

Als u de programmakeuzeknop op een ander programma zet terwijl het apparaat in werking is, knippert het gele controlelampje van toets 8 3 keer. Op het display verschijnt het bericht Err om aan te geven dat deze selectie niet mogelijk is. Het apparaat voert het zojuist ingestelde programma niet uit.

9.4 DE TEMPERATUUR

INSTELLEN (toets 2)

Bij het instellen van een programma stelt het apparaat automatisch de standaardtemperatuur voor dat programma voor.

Druk herhaaldelijk op de toets 2 om de temperatuur te verhogen of te verlagen, als u wilt dat uw wasgoed wordt gewassen op een andere temperatuur.

De koude was wordt aangegeven met - - en het symbool .

Zie voor de beschikbare maximale en minimale waswatertemperatuur, «Wasprogramma's»

9.5 DE CENTRIFUGEERSNELHEID INSTELLEN (toets 3)

Wanneer een programma wordt ingesteld, stelt het apparaat automatisch de maximale centrifugeersnelheid voor dat programma voor.

Druk herhaaldelijk op de toets 3 om de centrifugeersnelheid te wijzigen.

SPOELSTOP

Als u deze optie instelt, wordt het laatste spoelwater niet weggepompt om te voorkomen dat het wasgoed kreukelt. Aan het einde van het programma ver-

schijnen en het symbool op het

display. Het symbool blijft branden, het controlelampje van toets 8 gaat uit en de deur is vergrendeld om aan te geven dat het water moet worden afgevoerd.

NACHTCYCLUS

Als u deze optie instelt, voert het apparaat het water van de laatste spoeling niet af, zodat het wasgoed niet kreukt. Alle centrifugeerfasen worden onderdrukt, zodat het wasprogramma geruisloos wordt en 's nachts kan worden ingesteld, of tijdens de goedkoopste energietarieven. Bij sommige programma's wordt voor de spoelingen meer water gebruikt.

Aan het einde van het programma verschijnen en het symbool op het

display. Het symbool blijft branden, het controlelampje van toets 8 gaat uit en de deur is vergrendeld om aan te geven dat het water moet worden afgevoerd.

Zie voor het wegpompen van het water hoofdstuk «Aan het einde van het programma».

9.6 DE OPTIES INSTELLEN (TOETS 4)

Afhankelijk van het programma, kunnen er verschillende functies gecombineerd worden.

Niet alle opties kunnen onderling worden gecombineerd. De symbolen van de opties die niet gecombineerd kunnen worden, verdwijnen.

Indien een optie gekozen is die niet gecombineerd kan worden met het ingestelde wasprogramma, verschijnt de melding Err gedurende enkele seconden en begint het gele controlelampje van toets 8 te knipperen.

Stel de opties in nadat u het programma hebt ingesteld, maar voordat u op toets

8 drukt. Druk op de toets 4: alle optiesymbolen verschijnen op het display. Om door alle beschikbare opties te bladeren, drukt u op toets 4. Het overeenkomstige symbool verschijnt op het display en begint te knipperen.

Zie voor de mogelijke combinaties van wasprogramma's en opties het hoofdstuk «Wasprogramma's».

UW KEUZE BEVESTIGEN (TOETS 5)

Druk op toets 5 om uw keuze te activeren en te bevestigen. Er verschijnt een zwart streepje onder het gekozen symbool om aan te geven dat deze optie ingesteld is. Druk op de toets 5 om de optie uit te schakelen.

Na het instellen van de opties wacht u enkele seconden tot het display is teruggekeerd naar de standaardstatus. De symbolen van de ingestelde opties verschijnen op het display.

9.7 VOORWAS-optie

Stel de VOORWAS-optie in om uw wasgoed voorafgaande aan de hoofdwas, eerst op 30°C voor te wassen. De voorwas eindigt met kort centrifugeren bij programma's voor katoen en synthetische stoffen, terwijl bij het programma voor fijne was alleen het water wordt weggepompt

Het symbool verschijnt op het display.

De voorwasoptie wordt aanbevolen voor sterk vervuild wasgoed.

9.8 VLEKKEN-optie

Stel de VLEKKEN-optie in om sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken te behandelen met vlekkenverwijderaar (verlengde hoofdwas met tijdgeoptimaliseerde vlekkenbehandelingsfase). Het symbool verschijnt op het display. Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.

Als u een programma wilt draaien met de optie VLEKKEN, voegt u vlekkenver-

wijderaar aan het vakje toe.

De optie VOORWAS en VLEKKEN kunnen niet worden gecombineerd.

NEDERLANDS 17

9.9 Optie BEHOEDZAAM

Stel de optie BEHOEDZAAM in om de intensiteit van het wassen te verlagen. Het symbool verschijnt op het display. Het apparaat voegt een extra spoelgang toe.

De optie BEHOEDZAAM kan niet worden gekozen in combinatie met de optie EXTRA SPOELEN.

De optie BEHOEDZAAM wordt aanbevolen voor het wassen van niet kleurechte artikelen en voor artikelen die vaak gewassen worden.

9.10 Optie EXTRA SPOELEN

Dit apparaat is ontworpen om water te besparen. Voor mensen met een erg gevoelige huid (allergisch voor wasmiddelen) kan het echter noodzakelijk zijn om het wasgoed met een extra hoeveelheid water te spoelen Het symbool verschijnt op het display.

9.11 Optie TIJDBESPARING

INSTELLEN (toets 6)

Met deze optie verandert u de wastijd die de wasautomaat automatisch heeft voorgesteld.

Druk een keer op de toets 6 .

Het symbool verschijnt op het display. De wastijd wordt verkort om dagelijks wasgoed te wassen.

Druk twee keer op de toets 6 .

De wastijd wordt verkort om licht vervuild wasgoed of artikelen die slechts korte tijd gebruikt of gedragen zijn, te wassen.

Op het display verschijnt de kortere tijdsduur van het wasprogramma.

9.12 HET PROGRAMMA

STARTEN (toets 8)

Druk op de toets 8 om het programma te starten. Het rode lampje van toets 8 houdt op met knipperen.

Het symbool verschijnt op het display om aan te geven dat het apparaat

18 www.aeg.com

in werking is getreden en dat de deur vergrendeld is.

Om een lopend programma te onderbreken, drukt u op toets 8: het rode lampje van toets 8 gaat knipperen. Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waarop het werd onder-

broken, drukt u nogmaals op toets 8. Als u een uitgestelde start hebt gekozen, begint het apparaat af te tellen.

Als er een onjuiste optie is gekozen, knippert het gele controlelampje van toets 8 3 keer en wordt de melding Err gedurende enkele seconden weergegeven.

9.13 UITGESTELDE START

INSTELLEN (toets 9)

Als u voor het starten van het programma de start wilt uitstellen, drukt u herhaaldelijk op toets 9 om het gewenste uitstel in te stellen.

Het symbool verschijnt op het display. Het hoofdwasprogramma kan worden uitgesteld met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en vervolgens steeds met 1 uur tot een maximum van 20 uur.

De ingestelde waarde van de uitgestelde start verschijnt gedurende ongeveer 3 seconden op het display. Daarna verschijnt de duur van het programma weer.

Stel deze optie in nadat u het programma hebt ingesteld en voordat u op toets 8 drukt.

Voordat u op de toets 8 drukt, kunt u de uitgestelde start op elk moment wijzigen of annuleren.

De deur blijft gedurende de uitgestelde start vergrendeld. Als u later, tijdens de startuitstel, nog wasgoed in de trommel wilt stoppen, drukt u op toets 8 om het apparaat op pauze te zetten. Wanneer

het symbool verdwijnt, kan de deur geopend worden. Voeg het wasgoed toe, sluit de deur en druk nogmaals op toets 8.

De uitgestelde start instellen

Stel het programma en de gewenste opties in.

Selecteer de uitgestelde start.

Druk op toets 8: het apparaat begint in uren af te tellen. Het programma begint als het gekozen uitstel is afgelopen.

Uitgestelde start annuleren

Druk op toets 8 om het apparaat in te stellen op PAUZE.

Druk op toets 9 totdat het symbool wordt weergegeven.

Druk nogmaals op toets 8 om het programma te starten.

Het geselecteerde uitstel kan alleen worden veranderd nadat u het wasprogramma opnieuw hebt gekozen.

De uitgestelde start kan niet worden ingesteld in combinatie met het programma voor pompen.

9.14 Een optie of lopend programma wijzigen

Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voordat u iets kunt veranderen, drukt u op toets 8 om het apparaat te pauzeren.

U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten. Draai de programmakeuzeknop eerst

naar en dan naar de stand van het nieuwe programma.

Druk nogmaals op toets 8 om het nieuwe programma weer te starten. Het water in de trommel zal niet worden afgevoerd.

9.15 Een programma onderbreken

Druk op toets 8 om een lopend programma te onderbreken. Het bijbehorende controlelampje gaat knipperen. Druk nogmaals op de toets om het programma opnieuw te starten.

9.16 Een programma annuleren

Draai de keuzeknop naar om een lopend programma te annuleren. U kunt nu een nieuw programma kiezen.

9.17 De deur openen nadat het programma is gestart

Druk eerst op toets 8 om het apparaat in te stellen op pauze.

Als het symbool verdwijnt, kan de deur geopend worden.

Als het symbool niet uit gaat, betekent dit dat het apparaat al aan het opwarmen is, of dat het waterniveau te hoog is. In dat geval kan de deur niet worden geopend;

Als u de deur niet kunt openen terwijl dit toch nodig is, schakelt u het apparaat uit door de keuzeschakelaar naar /Uit te draaien. Na enkele minuten

kan de deur worden geopend (let op het waterniveau en de temperatuur!).

Als u de deur hebt gesloten, moet u het programma opnieuw instellen en op de toets 8 drukken.

9.18 Aan het einde van het programma

Het apparaat stopt automatisch en het lampje van toets 8 gaat uit. Er verschijnt

een knipperende op het display en het geluidssignaal weerklinkt enkele mi-

nuten. Het symbool verschijnt. Als u een programma of optie hebt gekozen waarbij het water in de trommel

NEDERLANDS 19

blijft staan, volgt u onderstaande aanwijzing op om het water af te voeren. De trommel blijft met regelmatige tussenpozen lopen tot het water is afgepompt.

Het water wegpompen

Draai de programmakeuzeschakelaar naar /Uit.

Stel het programma POMPEN of CENTRIFUGEREN in.

Druk zo nodig op toets 3 om de centrifugeersnelheid te verlagen.

Druk op toets 8.

Als het programma is afgelopen, verschijnt op het display een knipperen-

de . Het symbool verschijnt. De deur kan nu geopend worden.

Draai de programmakeuzeschakelaar op

/Uit om het apparaat uit te schakelen. Verwijder het wasgoed uit de trommel en controleer goed of de trommel leeg is.

Als u niet van plan bent om nog een was te draaien, sluit u de waterkraan. Laat de deur open staan om vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.

Stand-by: als het programma is voltooid, wordt na een paar minuten het energiebesparende systeem ingeschakeld. De helderheid van het display wordt verlaagd. Door op een willekeurige toets te drukken, haalt u het apparaat uit de energiebesparende stand.

10. AANWIJZINGEN EN TIPS

10.1 Wasgoed sorteren

Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol.

Volg de wasinstructies die u op de waslabels van het wasgoed vindt.

Was witte en bonte artikelen niet samen.

Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keer dan ook apart te wassen.

Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Maak riemen vast.

Maak alle zakken leeg en vouw alle artikelen open.

Draai meerlagige stoffen, wollen en kleding met geverfde opdrukken binnenstebuiten.

Verwijder hardnekkige vlekken.

Was delen met zware vervuiling met een speciaal wasmiddel.

Wees voorzichtig met de gordijnen. Verwijder de haken of stop de gordijnen in een zak of kussensloop.

Niet in de machine wassen:

Wasgoed zonder zomen of met scheuren

Beugelbeha's.

20 www.aeg.com

 

 

 

 

 

 

 

– Gebruik een waszakje om kleine

• Gebruik de juiste producten voor het

 

stuk wasgoed te wassen.

 

type en de kleur stof, de programma-

 

• Een zeer kleine lading kan problemen

temperatuur en de mate van vervui-

 

veroorzaken bij de centrifugefase. Als

ling.

 

 

 

dit gebeurt, kunt u de artikelen hand-

• Stel geen voorwasfase in als u vloeiba-

 

matig verdelen in de trommel en de

re wasmiddelen gebruikt.

 

 

centrifugefase opnieuw starten.

• Als uw machine geen wasmiddellade

 

10.2 Hardnekkige vlekken

heeft met klepje, voeg dan het vloei-

 

bare wasmiddel toe met een doseer-

 

Voor sommige vlekken is water en was-

bal.

 

 

 

 

 

 

 

middel niet voldoende.

 

10.4 Waterhardheid

 

 

We raden u aan om deze vlekken te ver-

 

 

 

 

 

 

wijderen voordat u deze artikelen in de

Als de waterhardheid in uw gebied hoog

 

machine stopt.

 

of gemiddeld is, raden we u het gebruik

 

Er zijn speciale vlekverwijderaars ver-

van waterverzachter voor wasautomaten

 

krijgbaar. Gebruik een speciale vlekver-

aan. In gebieden waar de waterhardheid

 

wijderaar die geschikt is voor het type

zacht is, is het gebruik van een waterver-

 

vlek en stof.

 

 

 

zachter niet nodig.

 

 

10.3 Wasmiddelen en

 

Neem contact op met de plaatselijke

 

 

waterautoriteit voor de waterhardheid in

 

nabehandelingsmiddelen

uw gebied.

 

 

 

Volg altijd de instructies die u vindt op

 

 

 

 

 

 

• Gebruik alleen wasmiddelen en nabe-

de verpakking van de producten.

 

handelingsproducten die bedoeld zijn

Gelijkwaardige eenheden meten de wa-

 

voor gebruik in een wasautomaat.

terhardheid:

 

 

 

• Vermeng geen verschillende soorten

• Duitse graden (°dH).

 

 

wasmiddel met elkaar.

 

• Franse graden (°TH)

 

 

• Gebruik niet meer dan de benodigde

• mmol/l (millimol per liter - een interna-

 

hoeveelheid wasmiddel om het milieu

tionale eenheid voor de hardheid van

 

te beschermen.

 

water).

 

 

 

• Volg altijd de instructies die u vindt op

• Clarke-graden.

 

 

de verpakking van deze producten.

 

 

 

 

Waterhardheidstabel

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Niveau

Type

 

 

Waterhardheid

 

 

 

°dH

°TH

mmol/l

Clarke

 

 

 

 

 

1

zacht

0-7

0-15

0-1.5

0-9

 

2

medium

8-14

16-25

1.6-2.5

10-16

 

3

hard

15-21

26-37

2.6-3.7

17-25

 

4

erg hard

> 21

> 37

>3.7

>25

 

 

 

 

 

 

 

 

11. ONDERHOUD EN REINIGING

WAARSCHUWING!

11.1 Ontkalken

Haal de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt.

Het water dat wij gebruiken, bevat kalk. Als het nodig is dient u waterverzachter

te gebruiken om deze kalk te verwijderen.

Gebruik een speciaal product voor wasautomaten. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de producent.

Doe dit apart van het wassen van wasgoed.

NEDERLANDS 21

11.2 Buitenkant reinigen

Het apparaat alleen schoonmaken met zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog.

LET OP!

Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of chemische producten.

11.3 Deurrubber

Controleer het deurrubber regelmatig en verwijder voorwerpen uit de binnenkant.

11.4 Trommel

Controleer de trommel regelmatig om kalk en roestdeeltjes te voorkomen. Gebruik alleen speciale producten om roestdeeltjes uit de trommel te verwijderen.

Ga als volgt te werk:

Reinig de trommel met een speciaal product voor roestvrij staal.

Start een kort programma voor katoen op de maximale temperatuur met een kleine hoeveelheid wasmiddel.

11.5 Wasmiddeldoseerlade

De wasmiddeldoseerlade reinigen:

 

1.

1

2.

 

2

Druk op de hendel.

Trek de doseerlade naar buiten.

3.Verwijder het bovenste gedeelte van het vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.

4.Maak alle onderdelen schoon met water.

22 www.aeg.com

5. Maak de ruimte van de wasmiddeldoseerlade schoon met een borstel.

6. Plaats de wasmiddeldoseerlade terug in de ruimte.

11.6 Afvoerpomp

WAARSCHUWING!

De pomp moet regelmatig worden ge-

Schakel het apparaat uit en trek

de stekker uit het stopcontact

controleerd en in het bijzonder als:

voordat u de pompafdekking los-

• de machine niet pompt en/of niet cen-

schroeft.

 

trifugeert;

Ga als volgt te werk:

• de machine tijdens het pompen een

1. Trek de stekker uit het stopcontact.

 

abnormaal geluid maakt als gevolg

 

van veiligheidsspelden, munten, enz.

2. Wacht indien nodig tot het water is

 

die de pomp blokkeren;

afgekoeld.

• een probleem met de waterafvoer

 

 

wordt gedetecteerd (zie hoofdstuk

 

 

"Probleemoplossing" voor meer infor-

 

 

matie).

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

3. Plaats een opvangbak dichtbij de

 

 

 

 

 

 

 

 

pomp om het vrijkomende water op

 

A

 

te vangen.

 

 

 

 

B

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

4. Maak de noodafvoerslang los ( B), hang hem in de opvangbak en verwijder de stop ervan.

5. Als er geen water meer naar buiten komt, schroef dan het deksel van de pomp los (A) door deze naar links te draaien en verwijder het filter. Gebruik indien nodig een tang.

Houd altijd een oude doek bij de hand om het eventueel gemorste water te kunnen opvegen. Maak het filter schoon onder een kraan om alle pluis te verwijderen.

Loading...
+ 50 hidden pages