L 76489 FL |
NL Gebruiksaanwijzing |
2 |
L 76689 FL |
FR Notice d'utilisation |
33 |
2www.aeg.com
INHOUD
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 2. TECHNISCHE INFORMATIE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5 4. ACCESSOIRES . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 5. BEDIENINGSPANEEL . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 6. PROGRAMMA’S . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 7. VERBRUIKSGEGEVENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 9. BEDIENING VAN HET APPARAAT . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
10. AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17 11. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 12. ONDERHOUD EN REINIGING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 13. PROBLEEMOPLOSSING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 23 14. MONTAGE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26 15. MILIEUBESCHERMING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie:
www.aeg.com
Registreer uw product voor een betere service:
www.aeg.com/productregistration
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Zorg er als u contact opneemt met de klantenservice voor dat u de volgende gegevens bij de hand hebt.
De informatie staat op het typeplaatje. model, productnummer, serienummer.
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
NEDERLANDS 3
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding aandachtig door voordat u het apparaat installeert of gebruikt:
•Voor uw eigen veiligheid en de veiligheid van uw eigendommen
•Voor het milieu
•Voor de correcte werking van het apparaat.
Bewaar deze instructies altijd bij het apparaat, ook wanneer u het verplaatst of aan een ander geeft.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade veroorzaakt door een foutieve installatie.
rechtsom totdat de groef horizontaal staat. Voor het uitschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk linksom totdat de groef weer verticaal staat.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
•Mensen, met inbegrip van kinderen, met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat niet bedienen. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
•Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. Gevaar voor verstikking of letsel.
•Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
•Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is.
•Voordat u de deur van het apparaat sluit, dient u te controleren dat er geen kinderen of huisdieren in de trommel zitten.
•Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, raden wij aan dit te activeren.
1.2 Kinderbeveiliging
•Als u deze beveiliging activeert, kunt u de deur niet sluiten. Dit voorkomt dat u kinderen of huisdieren in de trommel opsluit. Voor het inschakelen van de kinderbeveiliging verplaatst u het draaigedeelte met een muntstuk
1.3 Algemene veiligheid
•Gebruik het apparaat niet voor professioneel gebruik. Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik.
•De specificaties van het apparaat mogen niet worden veranderd. Risico op letsel en beschadiging van het apparaat.
•Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. Brandof explosiegevaar.
•Volg de veiligheidsinstructies van de verpakking van het wasmiddel om brandwonden aan ogen, mond en keel te voorkomen.
•Zorg dat u alle metalen onderdelen uit het wasgoed verwijdert. Hard en scherp materiaal kan het apparaat beschadigen.
•Raak het glas van de deur niet aan als een programma in gebruik is. Het glas kan heet worden (alleen bij machines met laaddeur vooraan).
1.4 Onderhoud en reiniging
•Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact.
•Gebruik het apparaat niet zonder filters. Zorg dat de filters op de juiste wijze worden geïnstalleerd. Een onjuiste installatie leidt tot waterlekkage.
4www.aeg.com
1.5Montage
•Het apparaat is zwaar, wees voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat.
•Vervoer uw apparaat niet zonder transportbouten, u kunt anders de interne componenten beschadigen en lekkages en defecten veroorzaken.
•Installeer en sluit geen beschadigd apparaat aan.
•Zorg dat u alle verpakkingsmaterialen en transportbouten verwijdert.
•Zorg er tijdens de installatie voor dat de stekker uit het stopcontact is gehaald.
•Alleen een erkende persoon mag de elektrische installatie, het loodgieterswerk en de installatie van het apparaat uitvoeren. Dit om het risico op structurele schade of lichamelijk letsel te voorkomen.
•Installeer of gebruik het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0 °C komt.
•Als u het apparaat installeert op vloerbedekking, dient u ervoor te zorgen dat er luchtcirculatie is tussen het apparaat en de vloerbedekking. Pas de stelvoeten aan om de nodige ruimte tussen het apparaat en de vloerbedekking te creëren.
niet zijn gebruikt. Laat het water enkele minuten stromen en sluit dan de toevoerslang pas aan.
•Let er bij het eerste gebruik op dat de watertoevoerslangen en de koppelingen niet lek zijn.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
•Zorg ervoor dat het apparaat is geaard.
•Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening.
•Gebruik altijd een correct geïnstalleerd schokvrij stopcontact.
•Gebruik geen meerwegstekkers en verlengkabels. Er kan brand ontstaan.
•Vervang of verander het netsnoer niet zelf. Neem contact op met het servicecentrum.
•Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt.
•Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is.
•Trek niet aan het snoer om het apparaat los te koppelen van de netvoeding. Trek altijd aan de stekker.
Aansluiting aan de waterleiding
•Sluit het apparaat niet aan met oude slangen die al gebruikt zijn. Gebruik alleen nieuwe slangen.
•Zorg dat u de waterslangen niet beschadigt.
•Sluit het apparaat niet op nieuwe leidingen aan of op leidingen die lang
1.6 Het apparaat afvoeren
1.Trek de stekker uit het stopcontact.
2.Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg.
3.Verwijder de deurvergrendeling. Dit voorkomt dat u kinderen of huisdieren in de trommel opsluit. Gevaar voor verstikking (alleen bij machines met laaddeur vooraan).
2. TECHNISCHE INFORMATIE
Afmeting |
Breedte / hoogte / |
600 / 850 / 605 mm |
|
diepte |
|
|
Totale diepte |
640 mm |
|
|
|
|
|
NEDERLANDS |
5 |
|
|
|
|
Aansluiting op het elek- |
Voltage |
230 V |
|
triciteitsnet: |
Totale stroom |
2200 W |
|
|
Zekering |
10 A |
|
|
Frequentie |
50 Hz |
|
De beschermkap biedt bescherming tegen vaste |
IPX4 |
||
stoffen en vochtigheid, behalve op plaatsen waar |
|
|
|
de laagspanningsapparatuur geen bescherming |
|
|
|
tegen vocht biedt. |
|
|
|
Waterleidingdruk |
Minimaal |
0,5 bar (0,05 MPa) |
|
|
Maximaal |
8 bar (0,8 MPa) |
|
Watertoevoer 1) |
|
Koud water |
|
Maximale belading |
Katoen |
|
8 kg |
Centrifugeersnelheid |
Maximaal |
1400 tpm (L 76489 FL) |
|
|
|
1600 tpm (L 76689 FL) |
|
|
|
|
|
1)Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
3.BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1 |
2 |
3 |
8 |
9 |
|
|
|
|
10 |
|
|
4 |
|
|
|
|
5 |
|
|
|
|
|
|
11 |
|
|
6 |
|
|
|
|
7 |
|
12 |
1 |
Bovenblad |
7 |
Stelvoetjes |
|
Afwasmiddeldoseerbakje |
|
Afvoerslang |
2 |
8 |
||
|
Bedieningspaneel |
|
Watertoevoerklep |
3 |
9 |
||
|
Handgreep |
|
Hoofdkabel |
4 |
10 |
||
|
Typeplaatje |
|
Transportbouten |
5 |
11 |
||
|
Afvoerpomp |
|
Stelvoetjes |
6 |
12 |
6www.aeg.com
4. ACCESSOIRES
1 |
2 |
1 |
Moersleutel |
|
|
|
Om de transportbouten te verwijde- |
|
|
|
ren. |
|
|
2 |
Plastic dopjes |
|
|
|
Voor het afdichten van de gaten aan |
|
|
|
de achterzijde van het apparaat na- |
|
|
|
dat u de transportbouten hebt ver- |
|
|
|
wijderd. |
|
|
3 |
Toevoerslang met geïntegreerd |
|
|
|
beschermingssysteem tegen wa- |
|
|
|
teroverlast |
|
|
|
Om mogelijke wateroverlast te voor- |
|
|
|
komen. |
|
|
4 |
Plastic slanggeleider |
|
|
|
Om een afvoerslang op de rand van |
|
|
|
een gootsteen te bevestigen. |
5. BEDIENINGSPANEEL
1 |
|
2 |
|
3 |
Katoen Eco
Coton Eco
|
|
10 |
|
9 |
|
8 |
|
7 |
|
6 |
|
5 |
|
4 |
|
|
|
Aan-/Uittoets (Aan/Uit - Marche/Ar- |
|
|
Toets Extra spoelen (Extra Spoelen - |
||||||||||||
1 |
|
7 |
||||||||||||||
|
rêt) |
|
|
|
Rinçage+) |
|
|
|
|
|||||||
|
Programmaschakelaar |
|
|
Toets Vlekken (Vlekken - Taches) |
||||||||||||
2 |
|
8 |
||||||||||||||
|
Display |
|
|
Toets Kort centrifugeren (T/min.) |
||||||||||||
3 |
|
9 |
||||||||||||||
|
Toets Start/Pauze (Start/Pauze - Dé- |
|
|
Toets Temperatuur (Temp. ºC) |
||||||||||||
4 |
|
10 |
||||||||||||||
|
part/Pause) |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|
5Toets Startuitstel (Startuitstel - Départ Différé)
5.1 Aan/uit-toets 1
6Toets Tijd Besparen (Tijd Besparen - Gain de Temps)
Druk op deze toets om het apparaat in of uit te schakelen. Er klinkt een geluid als het apparaat wordt ingeschakeld.
De AUTO Stand-by functie schakelt het apparaat automatisch uit om stroom te besparen als:
•Er een programma is geselecteerd, maar na 5 minuten van de instelling nog niet op de toets is gedrukt. 4 .
–Alle instellingen worden geannuleerd
–Druk op de knop 1 om het apparaat weer in te schakelen.
–Stel het wasprogramma en alle mogelijke opties
NEDERLANDS 7
•5 minuten na afloop van het wasprogramma. Raadpleeg 'Aan het einde van het programma'.
5.2 Programmaschakelaar 2
Draai deze knop om een programma in te stellen. Het bijbehorende program- ma-indicatielampje gaat branden.
5.3 Display 3
A B C D
Op het display verschijnt:
A• De maximum temperatuur van het programma.
B• De standaard centrifugesnelheid van het programma.
• "Niet centrifugeren"1) en "Spoelstop"-symbolen.
C• De displaysymbolen.2)
Symbolen Beschrijving
Wasfase
Spoelfases
Centrifugefase
Kinderbeveiliging
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het symbool brandt.
U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool uit gaat.
Het symbool blijft aan, maar het programma is voltooid:
•Er staat water in de trommel.
•De functie 'Spoelstop' is aan.
Startuitstel
8www.aeg.com
D• De programmatijd
Als het programma start, vermindert de tijd in stappen van 1 minuut.
•De uitgestelde start
Als u op de toets startuitstel drukt, toont de display de uitstelde starttijd.
•Alarmcodes
Als er een storing in het apparaat optreedt, worden er alarmcodes op de display weergegeven. Raadpleeg het hoofdstuk "Probleemoplossing".
•Err
Het display toont dit bericht enkele seconden als:
–U een functie instelt die niet van toepassing is voor het programma.
–U het programma wijzigt als het in werking is.
Het lampje van de toets Start/Pauze 4 knippert.
•
Als het programma is voltooid.
1)Alleen beschikbaar voor het programma Centrifugeren/Afpompen.
2)De symbolen verschijnen op de display als de bijbehorende fase of functie is ingesteld.
5.4 Toets Start/Pauze 4
Druk op toets 4 om het programma te starten of te onderbreken.
5.5 Toets startuitstel 5
Druk op toets 5 om de start van een programma vanaf 30 minuten tot 20 uur uit te stellen.
5.6 Toets tijdbesparing 6
Gebruik deze functie voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in gebieden waar het water erg zacht is.
5.8 Toets Vlekken 8
Druk op toets 8 om de vlekkenfase toe te voegen aan het programma.
Gebruik deze functie voor wasgoed met vlekken die moeilijk te verwijderen zijn. Als u deze functie instelt, doet u vlekkenverwijderaar in het vakje .
Druk op de toets 6 om de programmatijd te verminderen.
•Druk een keer om een verkort programma in te stellen voor wasgoed met dagelijks vuil.
•Druk twee keer voor het instellen van een extra snel programma voor wasgoed dat bijna niet vuil is.
Sommige programma's accepteren uitsluitend een van de twee functies.
5.7 Toets extra spoelen 7
Druk op toets 7 om spoelfases toe te voegen aan het programma.
Deze functie verlengt de duur van het wasprogramma.
Deze functie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
5.9 Toets centrifugeren 9
Druk op deze toets om:
•De maximale snelheid van de centrifugefase te verlagen als u een programma instelt.
De display toont alleen de centrifugesnelheden die voor het ingestelde programma beschikbaar zijn.
•Schakel de centrifugefase uit.
•Schakel de functie 'Spoelstop' in. Stel deze functie in om kreukvorming in
stoffen te voorkomen. Het apparaat pompt geen water af als het programma is voltooid.
Centrifugefase is uit.
De functie 'Spoelstop' is aan.
5.10 Temperatuurtoets 10
Druk op knop 10 om de standaard temperatuur te wijzigen.
- - = koud water
5.11 Geluidssignalenfunctie
U hoort geluidssignalen als:
•U het apparaat inschakelt.
•U het apparaat uitschakelt.
•U op een toets drukt.
•Het programma is voltooid.
•Het apparaat ondervindt een storing. Voor het uitschakelen/inschakelen van de geluidssignalen, drukt u tegelijkertijd
op toets 8 en toets 7 gedurende 6 seconden.
Als u de geluidssignalen uitschakelt, blijven ze alleen werken als u op de toetsen drukt en er een storing optreedt.
NEDERLANDS 9
5.12 Functie kinderslot
Deze functie voorkomt dat kinderen spelen met het bedieningspaneel.
•Druk om de functie te activeren, tege-
lijkertijd op toets 10 en toets 9 totdat de display het symbool toont.
•Druk om de functie te deactiveren, tegelijkertijd op toets 10 en toets 9
totdat het symbool uitgaat.
U kunt de volgende functie activeren:
• Voordat u drukt op de toets Start/Pau-
ze 4 : kan het apparaat niet starten.
• Nadat u drukt op de toets Start/Pauze
4 , worden alle toetsen en de programmaschakelaar uitgeschakeld.
5.13 Permanente extra spoelfunctie
Met deze functie kunt u de extra spoelfunctie permanent aan laten als u een nieuw programma instelt.
• Druk om de functie te activeren, tege-
lijkertijd op toets 6 en toets 5 tot-
dat het lampje van toets 7 brandt.
•Druk om de functie uit te schakelen, tegelijkertijd op toets 6 en toets 5 totdat het lampje van toets 7 uit gaat.
6. PROGRAMMA’S
Programma |
Type lading |
Cyclus- |
Functies |
Temperatuur |
max. gewicht van |
beschrijving |
|
|
belading |
|
|
Katoen –Blanc/ |
Wit en bont katoen, |
Wassen |
AANPASSEN |
Couleurs |
normaal vervuild. |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Katoen |
max. 8 kg |
Lang centrifuge- |
SPOELSTOP |
95° - Koud |
|
ren |
VLEKKEN |
|
|
|
EXTRA SPOE- |
|
|
|
LING |
|
|
|
TIJDBESPARING |
|
|
|
1) |
|
|
|
|
10 www.aeg.com
Programma |
Type lading |
Cyclus- |
Functies |
Temperatuur |
max. gewicht van |
beschrijving |
|
|
belading |
|
|
Katoen + Voor- |
Wit en bont katoen, |
Voorspoelen |
AANPASSEN |
was Blanc/Cou- |
zwaar vervuild. |
Wassen |
TOERENTAL |
leurs + Prélava- |
max. 8 kg |
Spoelingen |
SPOELSTOP |
ge |
|
Lang centrifuge- |
VLEKKEN |
Katoen + Voor- |
|
ren |
EXTRA SPOE- |
was |
|
|
LING |
95° - Koud |
|
|
TIJDBESPARING |
|
|
|
1) |
|
|
|
|
Extra Stil – Extra |
Wit en bont katoen, |
Stop met water in |
VLEKKEN |
Silence |
normaal vervuild. |
de trommel |
EXTRA SPOE- |
Katoen + |
max. 8 kg |
Spoelingen |
LING |
Nachtcyclus |
|
Lang centrifuge- |
TIJDBESPARING |
95° - Koud |
|
ren |
1) |
|
|
|
|
Synthetica – |
Synthetische of ge- |
Wassen |
AANPASSEN |
Sinthétiques |
mengde stoffen, nor- |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Synthetische |
maal vervuild. |
Kort centrifuge- |
SPOELSTOP |
stoffen |
max. 4 kg |
ren |
VLEKKEN |
60° - Koud |
|
|
EXTRA SPOE- |
|
|
|
LING |
|
|
|
TIJDBESPARING |
|
|
|
1) |
|
|
|
|
Strijkvrij Repas- |
Synthetica, normaal |
Wassen |
AANPASSEN |
sage Facile2) |
vervuild. |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Easy Iron (anti- |
max. 1,5 kg |
Kort centrifuge- |
SPOELSTOP |
kreuk) |
|
ren |
EXTRA SPOE- |
60° - Koud |
|
|
LING |
|
|
|
TIJDBESPARING |
|
|
|
1) |
|
|
|
|
Fijne Was – Dé- |
Fijn wasgoed zoals |
Wassen |
AANPASSEN |
licats |
acryl, viscose, polyes- |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Fijnwas |
ter stoffen, normaal |
Kort centrifuge- |
SPOELSTOP |
40° - Koud |
vervuild. |
ren |
VLEKKEN |
|
max. 4 kg |
|
EXTRA SPOE- |
|
|
|
LING |
|
|
|
TIJDBESPARING |
|
|
|
1) |
|
|
|
|
Wol/Zijde – Lai- |
In de machine was- |
Wassen |
AANPASSEN |
ne /Soie |
bare wol. Met de |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Wol/zijde |
hand wasbare wol en |
Kort centrifuge- |
SPOELSTOP |
40° - Koud |
fijn wasgoed met het |
ren |
|
|
symbool 'handwas'. |
|
|
|
max. 2 kg |
|
|
Dekbed – |
Één synthetische de- |
Wassen |
AANPASSEN |
Couette |
ken, dekbed, sprei, |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Deken |
enz. |
Kort centrifuge- |
|
60° - 30° |
max. 2.5 kg |
ren |
|
|
|
|
|
|
|
|
NEDERLANDS 11 |
|
|
|
|
Programma |
Type lading |
Cyclus- |
Functies |
Temperatuur |
max. gewicht van |
beschrijving |
|
|
belading |
|
|
Centrifugeren/ |
Alle stoffen |
Afvoer van het |
AANPASSEN |
Pompen – Esso- |
De maximale bela- |
water |
TOERENTAL |
rage/Vidange3) |
ding van wasgoed is |
Centrifugefase |
NIET CENTRIFU- |
Centrifugeren/ |
afhankelijk van het |
op de maximale |
GEREN |
afpompen |
type wasgoed. |
snelheid. |
|
Spoelen – Rin- |
Handwasartikelen. |
Één spoeling met |
AANPASSEN |
çage |
|
nabehandelings- |
TOERENTAL |
Spoelen |
|
middel |
SPOELSTOP |
|
|
Lang centrifuge- |
EXTRA SPOE- |
|
|
ren |
LING4) |
Outdoor – Blou- |
Waterbestendige, |
Wassen |
AANPASSEN |
sons |
sporten buitenkle- |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Outdoor |
ding. Gebruik geen |
Kort centrifuge- |
SPOELSTOP |
40° - Koud |
wasverzachter! |
ren |
EXTRA SPOE- |
|
max. 2.5 kg |
|
LING |
20 Min. - 3 kg |
Katoenen en synthe- |
Wassen |
AANPASSEN |
30° |
tische kleding met |
Spoelingen |
TOERENTAL |
|
lichte vervuiling of |
Kort centrifuge- |
|
|
slechts eenmaal ge- |
ren |
|
|
dragen. |
|
|
Super Eco5) |
Gemengde stoffen |
Wassen |
AANPASSEN |
Koud |
(katoen en syntheti- |
Spoelingen |
TOERENTAL |
|
sche stoffen). |
Kort centrifuge- |
SPOELSTOP |
|
max. 3 kg |
ren |
EXTRA SPOE- |
|
|
|
LING |
|
|
|
|
Katoen Eco |
Wit en bont katoen, |
Wassen |
AANPASSEN |
Coton Eco |
normaal vervuild. |
Spoelingen |
TOERENTAL |
Cotton Eco |
max. 8 kg |
Lang centrifuge- |
SPOELSTOP |
Baumwolle Eco |
|
ren |
VLEKKEN |
6) |
|
|
EXTRA SPOE- |
60° - 40° |
|
|
LING |
|
|
|
TIJDBESPARING |
|
|
|
1) |
|
|
|
|
1)Als u twee keer op de toets 6 drukt (functie Supersnel ingesteld), raden wij u aan om de hoeveelheid wasgoed te verkleinen. Het is mogelijk om de volledige lading te gebruiken, maar een goed wasresultaat kan niet worden gegarandeerd.
2)De wasen centrifugefase is zacht om te voorkomen dat het wasgoed gaat kreuken. De wasautomaat voegt extra spoelingen toe.
3)De standaardfase van de centrifugeersnelheid is gebaseerd op katoenen wasgoed. Stel de centrifugeersnelheid in. Zorg ervoor dat het geschikt is voor het soort wasgoed.
4)Stel deze functie om extra spoelingen toe te voegen. Met een lage centrifugeersnelheid voert het apparaat delicate spoelingen uit met kort centrifugeren.
5)Stel dit programma in om de tijd en het wateren energieverbruik te verlagen.
6)Standaardprogramma's voor de Energielabel verbruikswaarden. Volgens de regulering 1061/2010 zijn de “Katoen Eco - Coton Eco 60 °C” and "Katoen Eco - Coton Eco 40 °C" respectievelijk het “standaard 60°C katoenprogramma” en het “standaard 40°C
12 www.aeg.com
katoenprogramma”. Stel dit programma in voor een goed wasresultaat en om het stroomverbruik te verlagen. De tijd van het wasprogramma wordt verlengd.
STOOMPROGRAMMA'S
Programma1) |
Type lading |
Max. lading |
|
Opfrissen — Rafraîchir |
Katoen en synthetica. |
tot 1.5 kg |
|
Opfrissen |
Stel het stoomprogramma niet |
|
|
Dit programma verwijdert |
in voor dit type kleding: |
|
|
luchtjes uit het wasgoed. |
• Kleding waar op het was- |
|
|
Stoom verwijdert geen |
voorschrift niet staat of het |
|
|
geschikt is voor de droger. |
|
||
dierenluchtjes. |
|
||
• Kleding met veel ingewerk- |
|
||
Ontkreuk — Défroissage |
tot 1.5 kg |
||
te stukjes plastic, metaal, |
|||
Stoom Ontkreuk |
|
||
hout en dergelijke. |
|
||
Dit programma helpt het was- |
|
||
|
|
||
goed te ontkreuken. |
|
|
|
|
|
|
Stoom kan worden gebruikt voor droge, gewassen of eenmaal gedragen wasgoed. Deze programma's kunnen kreukels en luchtjes verminderen en het wasgoed zachter maken.
Gebruik nooit een schoonmaakmiddel. Verwijder vlekken indien nodig door te wassen of plaatselijk vlekverwijderaar te gebruiken. Stoomprogramma's vormen geen hygiënische cyclus.
1) Als u een stoomprogramma instelt met gedroogde was, zal de was aan het eind van de cyclus vochtig aanvoelen. Het is beter om de kleren aan de lucht te drogen gedurende 10 minuten om de vochtigheid te laten verdampen. Het wasgoed moet zo snel mogelijk uit de trommel worden verwijderd. Na een stoomcyclus kunt u de kleding toch nog strijken, maar dan uiteraard met veel minder moeite!
6.1 Woolmark-certificaat
De wolwascyclus van de machine is goedgekeurd door Woolmark voor het wassen van Woolmark producten die in
de machine gewassen kunnen worden, onder voorwaarde dat de kledingstukken worden gewassen volgens de instructies op het label in het kledingstuk en die van de fabrikant van deze wasmachine M1027
In het VK, Ierland, Hong Kong en India is het Woolmark-symbool is een certificeringshandelsmerk. ©The Woolmark Company Pty Ltd.
7. VERBRUIKSGEGEVENS
De gegevens van deze tabel zijn gemiddelden. Verschillende oorzaken kunnen de gegevens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed, het water en de omgevingstemperatuur.
NEDERLANDS 13
Program- |
La- |
Energie- |
Waterver- |
Gemid- |
Reste- |
Reste- |
|
ma’s |
ding |
verbruik |
bruik (li- |
delde |
rend |
rend |
|
|
(kg) |
(kWh) |
ter) |
pro- |
vocht |
vocht |
|
|
|
|
|
gramma- |
(%)1) |
(%)1) |
|
|
|
|
|
duur (mi- |
L 76489 |
L 76689 |
|
|
|
|
|
nuten) |
FL |
FL |
|
Katoen 60 |
8 |
1.60 |
72 |
168 |
44 |
43 |
|
°C |
|||||||
|
|
|
|
|
|
||
Katoen 40 |
8 |
1.00 |
72 |
164 |
44 |
43 |
|
°C |
|||||||
|
|
|
|
|
|
||
Syntheti- |
4 |
0.60 |
50 |
110 |
35 |
35 |
|
sche stof- |
|||||||
fen 40 °C |
|
|
|
|
|
|
|
Fijne was |
4 |
0.70 |
60 |
91 |
35 |
35 |
|
40 °C |
|||||||
|
|
|
|
|
|
||
Wol/Hand- |
2 |
0.35 |
57 |
58 |
30 |
30 |
|
was 30 °C |
|||||||
|
|
|
|
|
|
||
Standaard katoenprogramma's |
|
|
|
|
|||
Standaard |
8 |
0.90 |
59 |
225 |
44 |
43 |
|
60 °C ka- |
|||||||
toen |
|
|
|
|
|
|
|
Standaard |
|
|
|
|
|
|
|
60 °C ka- |
4 |
0.76 |
49 |
170 |
44 |
43 |
|
toen |
|
|
|
|
|
|
|
Standaard |
4 |
0.51 |
49 |
165 |
44 |
43 |
|
40 °C ka- |
|||||||
toen |
|
|
|
|
|
|
|
1) Aan het einde van de centrifugeerfase. |
|
|
|
||||
|
Uit-modus (W) |
|
Modus aan laten (W) |
||||
|
0.48 |
|
|
|
0.48 |
|
|
|
|
|
|
|
|
|
De energiewaarden van de <Uit-modus> en de <Standby-modus> zijn volgens de EU verordening 2015/2010 tot uitvoering van Richtlijn 2009/125/EG.
8. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT
1.Giet 2 liter water in het vakje voor het hoofdwasmiddel van de wasmiddellade om het afvoersysteem te activeren.
2.Giet een klein beetje wasmiddel in het vakje van het hoofdwasmiddel
van de wasmiddellade. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en start het programma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip.
14 www.aeg.com
9. BEDIENING VAN HET APPARAAT
1.Draai de waterkraan open.
2.Steek de stekker in het stopcontact.
3.Druk op toets 1 om het apparaat in te schakelen.
4.Plaats het wasgoed in de machine.
5.Gebruik de juiste hoeveelheid wasmiddelen en toevoegingen.
2.Plaats het wasgoed een voor een in de trommel. Schud de items voor u ze in de wasautomaat plaatst. Zorg ervoor dat u niet te veel was in de trommel plaatst.
3.Sluit de deur.
6.U dient het juiste programma in te stellen en te starten voor het type lading en de mate van vervuiling.
9.1 Wasgoed in de machine doen
1. Open de deur van het apparaat.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan.
9.2 Wasmiddelen en toevoegingen gebruiken
Het wasmiddelvakje van de voorwasfase en het inweekprogramma.
Voeg inweeken voorwasmiddelen toe voordat u het programma start.
NEDERLANDS 15
Het vakje voor het wasmiddel van de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen (wasverzachter, stijfsel).
Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
Het vakje voor de vlekverwijderaar.
Plaats het product in het vakje en stel de vlekfunctie in voordat u het programma start.
Klepje voor poeder of vloeibaar wasmiddel.
Draai het klepje (omhoog of omlaag) in de juiste stand om poeder of vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Volg altijd de instructies op de verpakking van de wasmiddelen.
De stand van de klep controleren
1. Trek de wasmiddeldoseerlade uit tot deze stopt.
2. Druk de hendel in om de lade uit te trekken.
3. Draai de klep omhoog om poederwasmiddel te gebruiken.
16 www.aeg.com
4. Draai de klep omlaag om vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Met de klep in de stand OMLAAG:
– Gebruik geen gelatineachtige of dikke vloeibare wasmiddelen.
– Giet niet meer vloeibaar wasmiddel in het vakje dan de limiet op de klep.
– Stel de voorwasfase niet in.
– Stel de startuitstelfunctie niet in.
5.Meet het wasmiddel en wasverzachter af.
6.Sluit de wasmiddeldoseerlade voorzichtig. Zorg bij het sluiten van de lade dat de klep geen blokkering veroorzaakt.
9.3 Een programma instellen |
|
|
|
|
|
|
|||||
|
De wasmachine past de cy- |
||||||||||
en starten |
|
clustijd automatisch aan op |
|||||||||
1. Draai de programmaschakelaar. Het |
|
het wasgoed dat u in de |
|||||||||
|
trommel hebt gedaan, voor |
||||||||||
|
bijbehorende programma-indicatie- |
|
|||||||||
|
|
perfecte wasresultaten bin- |
|||||||||
|
lampje gaat branden. |
|
|||||||||
|
|
nen een minimaal benodigde |
|||||||||
2. |
Het lampje van toets |
|
knippert in |
|
|||||||
4 |
|
||||||||||
|
tijd. Na ongeveer 15 minuten |
||||||||||
|
het rood. |
|
|||||||||
|
|
vanaf de start van het pro- |
|||||||||
3. Op het display verschijnt de stan- |
|
||||||||||
|
gramma geeft de display de |
||||||||||
|
daard temperatuur en centrifuge- |
|
nieuwe tijdwaarde weer. |
||||||||
|
snelheid. Om de temperatuur en/of |
|
|||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|||||
|
de centrifugesnelheid te wijzigen, |
9.4 Een programma |
|||||||||
|
drukt u op de bijbehorende toetsen. |
||||||||||
4. Stel de beschikbare functies in. Het |
onderbreken |
||||||||||
|
lampje van de ingestelde functie |
1. |
Als u op de toets |
|
drukt: Het indi- |
||||||
|
gaat aan, of de display toont het bij- |
4 |
|||||||||
|
behorende symbool. |
|
catielampje knippert. |
|
|
|
|||||
5. |
|
|
|
2. |
Als u opnieuw op toets |
|
drukt. |
||||
Druk op toets |
4 |
om het program- |
4 |
||||||||
|
ma te starten. |
Het |
lampje van toets |
|
Het wasprogramma gaat |
verder. |
4is aan.
De afvoerpomp kan even werken als het apparaat gevuld wordt met water.
9.5 Een programma annuleren
1.Druk op toets 1 om het programma te annuleren en om het apparaat uit te schakelen.
2.Druk opnieuw op toets 1 om het apparaat in te schakelen. U kunt nu een nieuw wasprogramma kiezen.
Het apparaat pompt geen water weg.
9.6 Een functie wijzigen
U kunt slechts enkele functies wijzigen voordat ze gaan werken.
1.Als u op de toets 4 drukt: Het indicatielampje knippert.
2.De ingestelde functie wijzigen.
9.7 Het startuitstel instellen
1.Druk herhaaldelijk op toets 5 tot het aantal minuten of uren op de display verschijnt. De bijbehorende symbolen gaan branden.
2.Druk op toets 4 , het apparaat begint met aftellen van de uitgestelde start.
Nadat het aftelproces voltooid is, wordt het wasprogramma automatisch gestart.
Voordat u op toets 4 drukt om het apparaat te starten, kunt u de instelling van de uitgestelde start annuleren of wijzigen.
U kunt de uitgestelde start niet instellen bij het Stoom programma.
9.8 De uitgestelde start annuleren
1.Als u op de toets 4 drukt: Het bijbehorende indicatielampje knippert.
NEDERLANDS 17
2.Druk herhaaldelijk op toets 5 tot de display 0’ toont.
3.Als u op de toets 4 drukt: Het programma wordt gestart.
9.9 Deur openen
Als een programma of het startuitstel in werking is, is de deur van de wasmachine vergrendeld.
De deur van het apparaat openen:
1.Druk op toets 4 . Het deurvergrendelingssymbool in de display gaat uit.
2.Open de deur van het apparaat.
3.Sluit de deur van de machine en druk op toets 4 . Het programma of startuitstel gaat verder.
Als de temperatuur en het waterpeil in de trommel te hoog zijn, blijft het symbool voor de deurvergrendeling aan en kunt u de deur niet openen. U opent in dat geval de deur als volgt:
1.Schakel het apparaat uit.
2.Wacht enkele minuten.
3.Zorg ervoor dat er zich geen water in de trommel bevindt.
Als u het apparaat uit zet, dient u het programma opnieuw in te stellen.
10. AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
•Het apparaat stopt automatisch.
•De geluidssignalen klinken.
•In de display gaat het symbool aan.
•Het indicatielampje van de toets Start/
Pauze 4 gaat uit.
•Het deurvergrendelingssymbool gaat uit.
•Druk op toets 1 om het apparaat uit te schakelen. Vijf minuten na het einde van het programma wordt het apparaat door de energiebesparende functie automatisch uitgeschakeld.
Als u het apparaat weer inschakelt, wordt het einde van het als laatste ingestelde programma in de display weergegeven. Draai de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen.
•Haal het wasgoed uit de wasmachine. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
•Laat de deur iets open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen.
•Draai de waterkraan dicht.
18 www.aeg.com
Het wasprogramma is voltooid, maar er staat water in de trommel:
–De trommel draait regelmatig om kreukvorming van het wasgoed te voorkomen.
–De deur blijft vergrendeld.
–U moet het water afvoeren om de deur te kunnen openen.
Het water wegpompen:
1.Verlaag zo nodig de centrifugesnelheid.
2.Druk op de toets Start/Pauze 4 . Het apparaat voert het water af en centrifugeert.
3.Als het programma is voltooid, gaat het deurvergrendelingssymbool uit en kunt u de deur openen
4.Schakel het apparaat uit.
Na ongeveer 18 uur begint het apparaat automatisch met het afvoeren van water en centrifugeren.
11. NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
11.1 Wasgoed sorteren
•Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol.
•Volg de wasinstructies die u op de waslabels van het wasgoed vindt.
•Was witte en bonte artikelen niet samen.
•Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keer dan ook apart te wassen.
•Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Maak riemen vast.
•Maak alle zakken leeg en vouw alle artikelen open.
•Draai meerlagige stoffen, wollen en kleding met geverfde opdrukken binnenstebuiten.
•Verwijder hardnekkige vlekken.
•Was delen met zware vervuiling met een speciaal wasmiddel.
•Wees voorzichtig met de gordijnen. Verwijder de haken of stop de gordijnen in een zak of kussensloop.
•Niet in de machine wassen:
–Wasgoed zonder zomen of met scheuren
–Beugelbeha's.
–Gebruik een waszakje om kleine stuk wasgoed te wassen.
•Een zeer kleine lading kan problemen veroorzaken bij de centrifugefase. Als dit gebeurt, kunt u de artikelen hand-
matig verdelen in de trommel en de centrifugefase opnieuw starten.
11.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en wasmiddel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te verwijderen voordat u deze artikelen in de machine stopt.
Er zijn speciale vlekverwijderaars verkrijgbaar. Gebruik een speciale vlekverwijderaar die geschikt is voor het type vlek en stof.
11.3 Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen
•Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsproducten die bedoeld zijn voor gebruik in een wasautomaat.
•Vermeng geen verschillende soorten wasmiddel met elkaar.
•Gebruik niet meer dan de benodigde hoeveelheid wasmiddel om het milieu te beschermen.
•Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van deze producten.
•Gebruik de juiste producten voor het type en de kleur stof, de programmatemperatuur en de mate van vervuiling.
•Stel geen voorwasfase in als u vloeibare wasmiddelen gebruikt.
•Als uw machine geen wasmiddellade heeft met klepje, voeg dan het vloeibare wasmiddel toe met een doseerbal.
|
|
|
|
|
NEDERLANDS 19 |
||
11.4 Waterhardheid |
|
Volg altijd de instructies die u vindt op |
|||||
Als de waterhardheid in uw gebied hoog |
de verpakking van de producten. |
||||||
Gelijkwaardige eenheden meten de wa- |
|||||||
of gemiddeld is, raden we u het gebruik |
terhardheid: |
|
|
||||
van waterverzachter voor wasautomaten |
• Duitse graden (°dH). |
|
|||||
aan. In gebieden waar de waterhardheid |
|
||||||
• Franse graden (°TH) |
|
||||||
zacht is, is het gebruik van een waterver- |
|
||||||
• mmol/l (millimol per liter - een interna- |
|||||||
zachter niet nodig. |
|
||||||
Neem contact op met de plaatselijke |
tionale eenheid voor de hardheid van |
||||||
waterautoriteit voor de waterhardheid in |
water). |
|
|
||||
uw gebied. |
|
|
|
• Clarke-graden. |
|
||
Waterhardheidstabel |
|
|
|
|
|||
|
|
|
|
|
|
||
Niveau |
Type |
|
|
Waterhardheid |
|
||
|
°dH |
°TH |
mmol/l |
Clarke |
|||
|
|
|
|||||
1 |
zacht |
0-7 |
0-15 |
0-1.5 |
0-9 |
||
2 |
medium |
8-14 |
16-25 |
1.6-2.5 |
10-16 |
||
3 |
hard |
15-21 |
26-37 |
2.6-3.7 |
17-25 |
||
4 |
erg hard |
> 21 |
> 37 |
>3.7 |
>25 |
||
|
|
|
|
|
|
|
12. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u het apparaat reinigt.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of chemische producten.
12.1 Ontkalken
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk. Als het nodig is dient u waterverzachter te gebruiken om deze kalk te verwijderen.
Gebruik een speciaal product voor wasautomaten. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de producent.
Doe dit apart van het wassen van wasgoed.
12.2 Buitenkant reinigen
Het apparaat alleen schoonmaken met zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog.
12.3 Onderhoudswasbeurt
Bij programma's met lage temperaturen is het mogelijk dat er wat wasmiddel achterblijft in de trommel. Voer regelmatig een onderhoudswas uit. Om dit te doen:
•Haal al het wasgoed uit de trommel.
•Stel het heetste wasprogramma in voor katoen
•Gebruik de juiste hoeveelheid poe-
derwasmiddel met biologische eigenschappen.
Houd de deur enige tijd open na elke wasbeurt, om schimmels te voorkomen en onprettige geurtjes te verwijderen.
20www.aeg.com
12.4Deurrubber
Controleer het deurrubber regelmatig en verwijder voorwerpen uit de binnenkant.
12.5 Trommel
Controleer de trommel regelmatig om kalk en roestdeeltjes te voorkomen. Gebruik alleen speciale producten om roestdeeltjes uit de trommel te verwijderen.
Ga als volgt te werk:
•Reinig de trommel met een speciaal product voor roestvrij staal.
•Start een kort programma voor katoen op de maximale temperatuur met een kleine hoeveelheid wasmiddel.
12.6 Wasmiddeldoseerlade
De wasmiddeldoseerlade reinigen:
1 |
1. |
|
2. |
||
|
||
2 |
|
Druk op de hendel.
Trek de doseerlade naar buiten.
3.Verwijder het bovenste gedeelte van het vakje voor vloeibare nabehandelingsmiddelen.
4.Maak alle onderdelen schoon met water.
5.Maak de ruimte van de wasmiddeldoseerlade schoon met een borstel.
6.Plaats de wasmiddeldoseerlade terug in de ruimte.
NEDERLANDS 21
12.7 Afvoerpomp
Controleer de afvoerpomp regelmatig en zorg dat deze schoon is.
De pomp schoonmaken als:
•Het apparaat geen water wegpompt.
•De trommel niet kan draaien.
•Het apparaat een ongebruikelijk geluid maakt door een blokkade in de afvoerpomp.
•De display een alarmcode weergeeft door een probleem met de waterafvoer.
WAARSCHUWING!
1.Trek de stekker uit het stopcontact.
2.Verwijder het filter niet als het apparaat in gebruik is. Reinig de afvoerpomp niet als het water in de machine heet is. Het water moet koud zijn voordat u de afvoerpomp kunt reinigen.
De afvoerpomp reinigen:
1. Open het afvoerpompdeurtje.
2. Trek de klep naar voren om hem te verwijderen.
1 |
2
3.Plaats een bak onder de uitsparing van de afvoerpomp om het uitstromende water op te vangen.
4.Druk de twee hendels in en trek het afvoerkanaal naar voren om het water eruit te laten stromen.
5.Als de bak vol met water is, duwt u het afvoerkanaal terug en leegt u de bak. Herhaal stap 4 en 5 tot er geen water meer uit de afvoerpomp stroomt.
6.Duw het afvoerkanaal terug en draai het filter om het te verwijderen.