Roland FP-7 User Manual

Introductie
Gefeliciteerd met uw keuze voor de FP-7. Lees deze gebruikershandleiding zorgvuldig, om ervoor te zorgen dat u optimaal van de FP-7 geniet, en de mogelijkheden van het apparaat optimaal benut.

Over de handleiding

U dient eerst de sectie ‘Voor het spelen’ (p. 18) van deze gebruikershandleiding te lezen. Hierin wordt uitgelegd, hoe de adapter moet worden aangesloten, en hoe u de stroom aanzet.

Afspraken in deze handleiding

Om de bewerkingen zo duidelijk mogelijk uit te leggen, kent deze handleiding de volgende gebruiken.
• Tekst tussen vierkante haakjes [ ] wijst op de naam van een toets of een knop, zoals de [Display] toets.
• Regels die beginnen me of een asterisk *, zijn waarschuwingen die u zeker moet lezen.
• De paginanummers die u kunt raadplegen voor gerelateerde informatie, worden aangegeven als: (p. **).
• In deze handleiding gebruiken we schermafbeeldingen, om verschillende functies mee uit te leggen. Wees u er echter van bewust, dat de getoonde instellingen mogelijk niet overeenkomen met de fabrieksinstellingen (zoals klank namen).
NOTE
Voordat u dit apparaat in gebruik neemt, raden wij u aan u de volgende secties zorgvuldig door te
lezen: ‘HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN’ (p. 8) en ‘BELANGRIJKE
OPMERKINGEN’ (p. 11). In deze secties vindt u belangrijke informatie over het juiste gebruik van het
apparaat. Daarnaast dient deze gebruikershandleiding in zijn geheel gelezen te worden, zodat u een
goed beeld krijgt van alle mogelijkheden, die uw nieuwe apparaat te bieden heeft. Bewaar deze
handleiding om er later aan te kunnen refereren.
Copyright © 2007 ROLAND CORPORATION
Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze publicatie mag zonder schriftelijke toestemming van
ROLAND CORPORATION op enigerlei wijze gereproduceerd worden.
3
4

Hoofdkenmerken

Pianospel van hoge kwaliteit
De FP-7 levert het geluid van een grand concert piano van hoge kwaliteit. Daarbij geeft het PHA II klavier een meer piano-achtig gevoel, aangezien het lage bereik zwaarder speelt dan het hoge. Het apparaat is voorzien van drie pedaal jacks, en wordt geleverd met een pedaal met een half-damper. Hiermee kunt u de diepte van de langgerekte trillingen wijzigen, en op die manier genieten van de subtiele nuances van pianospel van hoge kwaliteit.
Hoge kwaliteit speakers en pianogeluiden
De FP-7 beschikt over multi-gesamplede pianogeluiden, verdeeld over 88 toetsen. Elke noot van een grand piano met 88 toetsen is gesampled, om natuurgetrouw het tonale karakter te reproduceren, en dynamische expressie over het volledige bereik van nuances mogelijk te maken. Van delicate pianissimo, tot krachtige fortissimo. De rijke resonanties en de levensechte kwaliteit van deze geluiden worden natuurgetrouw gereproduceerd door de uitstekende speakers van de FP-7.
Audio Key maakt het mogelijk, om tijdens uw spel een muziekbestand te spelen
U kunt uw eigen audiobestand klaarzetten, en dit op het gewenste moment met uw optreden laten meespelen. Op deze manier kunt u menselijke stemmen of korte frasen aan uw spel toevoegen, waardoor uw optreden met een ‘live’ atmosfeer wordt verrijkt. Daarnaast kunt u aan elke toets een andere audio song toekennen, en spelen met deze songs op de achtergrond.
Session Partner laat u genieten van sessie-achtig spel
U kunt op de piano meespelen met realistische ‘ritmes’, om te genieten van ‘sessie-achtig’ spel. Aangezien aan elk ritme geschikte akkoord progressies zijn toegekend, hoeft u slechts een ritme te selecteren, waarmee vanzelf de geschikte akkoord progressie wordt gekozen.
Piano Designer laat u het pianogeluid aan uw smaak aanpassen
Deze functie geeft u een nog groter expressief bereik, door u de gelegenheid te geven om een simulatie van de trillingen van pianosnaren te laten aanpassen. Ook is het mogelijk, om het effect van een geopende, dan wel gesloten klep van een grand piano te simuleren. Of denk aan de manier waarop de demper zich beweegt vanaf de snaren, als u op het demper pedaal drukt. Met deze aanpassingen kunt u uw persoonlijke pianogeluid samenstellen.
Registrations maken het mogelijk om uw favoriete uitvoerings­instellingen op te slaan
Uw uitrvoerings-instellingen, zoals geluiden selecties, instellingen van Session Partner, en klavier reactie instellingen, kunnen als ‘Registration’ worden opgeslagen. Zo kunt u deze oproepen op elk gewenst moment.
Wat u met USB geheugen kunt doen
De FP-7 is voorzien van een aansluiting voor extern geheugen. Als u daar USB geheugen (los verkrijgbaar) op aansluit, kunt u van daaruit SMF muziekbestanden of audio bestanden afspelen. Dit is ook handig, om een opgenomen uitvoering of registratie data op te bewaren.
Inhoud
Introductie .................................................. 3
Over de handleiding...................................................3
Afspraken in deze handleiding.................................3
Hoofdkenmerken ........................................ 4
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER
GEBRUIKEN ................................................ 8
Belangrijke opmerkingen .......................... 11
Namen van dingen en wat ze doen ........... 14
Voor het spelen......................................... 18
Voorbereiden op het spelen.......................................18
Adapter aansluiten ...............................................18
De stroom aan/uitzetten........................................19
Het volume regelen...............................................20
Bladmuziek steun bevestigen..................................20
De pedalen aansluiten...............................................21
Met een koptelefoon luisteren.....................................22
Het contrast van het scherm regelen............................22
USB geheugen gebruiken ..........................................23
USB geheugen aansluiten......................................23
Songs beluisteren...................................... 24
Demo songs beluisteren.............................................24
Interne songs beluisteren............................................26
Het volume van de song regelen ............................28
Alle songs doorlopend afspelen (All Song Play)........29
Elk part afzonderlijk beluisteren (Track Mute) ...........30
Het volume van een gemute Track bepalen..............31
Songs vanuit intern geheugen beluisteren ....................32
Songs vanuit USB geheugen beluisteren ......................33
Spelen ...................................................... 35
Spelen met een variëteit aan geluiden.........................35
De manier waarop geluiden op een orgel ontstaan
nabootsen (Tone Wheel)............................................36
SPELEN met twee gelaagde klanken (Dual Play) ...........41
De klank variaties wijzigen....................................42
Spelen met verschillende klanken aan de linker- en
rechterkant van het klavier (Split Play) .........................43
Klank groepen en klank variaties wisselen ...............45
Het splitspunt van het klavier wijzigen.....................46
De volume balans van Dual Play en Split Play wijzigen .47
De aanslag gevoeligheid regelen (Key Touch).............. 48
Galm aan geluiden toevoegen (Reverb Effect)..............49
De diepte van het galm effect wijzigen ...................49
Verschillende effecten aan het geluid toekennen
(Effects) ................................................................... 50
Een roterend effect toevoegen aan orgel klanken
(Rotary Effect)........................................................... 51
De toonsoort van het klavier of song spelen
transponeren (Transpose) ..........................................52
Spelen met de metronoom ......................................... 54
Het tempo wijzigen ..............................................55
Het volume van de metronoom wijzigen.................. 55
Levendigheid aan het geluid toevoegen
(Sound Control)........................................................56
De klank kwaliteit wijzigen (Equalizer)........................ 57
Het Equalizer type wijzigen...................................58
Spelen met audiobestanden (Audio Key) ..................... 59
SPELEN met audiobestanden van het
USB geheugen.....................................................59
Spelen met audiobestanden die in de FP-7 zijn
ingebouwd..........................................................62
Het volume van de audiobestanden regelen ............62
Een pianogeluid naar uw smaak creëren
(Piano Designer)....................................................... 63
De Piano Designer instellingen opslaan...................65
Met ritmes meespelen ................................ 66
Wat is Session Partner?............................................. 66
Met Session Partner mee spelen .................................67
Het volume van de Session Partner uitvoering
wijzigen..............................................................69
Parts selecteren ....................................................69
Een ritme selecteren..................................................70
Het tempo van een ritme wijzigen ..............................71
De akkoordprogressie van een ritme selecteren............72
Spelen met de akkoordprogressie aan de linkerhand
(Chord Progression Off) ............................................73
Het ritme patroon wijzigen (Original/Variation)...........75
De akkoordprogressie opnemen.................................76
Het aantal maten van de akkoordprogressie die u
opneemt wijzigen................................................. 77
Uw favoriete uitvoeringsinstellingen opslaan...78
Over ‘Registrations’ ..................................................78
Uw uitvoeringsinstellingen vastleggen (Registration) ...... 80
Een Registration oproepen.........................................82
Een Registration Set opslaan......................................83
Een vastgelegde Registration Set laden .......................85
5
Inhoud
Een opgeslagen Registration Set wissen.......................87
Een Registration Set kopiëren .....................................89
Registrations wisselen met een pedaal.........................91
Opnemen ................................................. 92
Een nieuwe song opnemen ........................................93
Uw spel samen met een song opnemen.......................95
Uw uitvoering met Session Partner opnemen ................98
Geselecteerde Track toetsen opnemen.......................100
Opgenomen uitvoeringen wissen..............................103
Een uitvoering opslaan............................ 104
Over opslaan en kopiëren .......................................104
De songs die u opneemt opslaan..............................105
USB geheugen gebruiken ........................................107
USB geheugen initialiseren ..................................107
Een opgeslagen song wissen ...................................109
Een song kopiëren..................................................111
Een song van het interne geheugen naar
USB geheugen kopiëren......................................111
Een song van het USB geheugen naar i
ntern geheugen kopiëren.....................................113
Diverse instellingen ................................. 115
Instellingen stemapparaat ........................................115
Toonhoogte afstemmen op andere instrumenten
(Master Tune).....................................................115
Afstemming regelen (Temperatuur)........................116
Pedaal instellingen..................................................117
Wijzigen hoe de pedaal effecten worden
toegepast ..........................................................117
Wijzigen hoe de pedalen werken.........................118
Effect instellingen....................................................119
Het effect type wijzigen.......................................119
Instellen aan welk part effecten worden
toegevoegd .......................................................120
Systeem instellingen ................................................120
Automatische selectie van VIMA TUNES
aanbevolen klanken uitschakelen..........................120
Songtekst weergave aan/uitzetten........................121
De taal van songtekst weergave wijzigen ..............121
Sound Control instelling bij aanzetten opgeven......122
Equalizer Control instelling bij aanzetten opgeven..122
Het volume regelen (Master Gain) ........................123
Equalizer instellingen ..............................................123
De equalizer instellingen wijzigen ........................123
Klavier instellingen..................................................124
Opgeven wat de Transpose toets beïnvloedt
(Transpose)........................................................ 124
De aanslag gevoeligheid wijzigen
(Key Touch) .......................................................125
De aanslag gevoeligheid nauwkeurig afstellen....... 125
De snelheid wijzigen als de aanslag gevoeligheid
is ingesteld op ‘Off’............................................126
De toonhoogte van de ondertoon wijzigen in
stappen van een octaaf (Octave Shift).................. 126
Audio Key instellingen ............................................127
Een audiobestanden set selecteren .......................127
De audiobestanden instellingen veranderen...........127
Session Partner instellingen......................................129
Intro en einde aan of uitzetten.............................. 129
Een akkoordprogressie patroon selecteren............. 129
De grondtoon van de akkoordprogressie
selecteren..........................................................130
Een akkoordprogressie vastzetten.........................130
Instellingen voor het afspelen van songs.................... 131
Een specifiek part muten (Part Mute) .....................131
De parts wisselen die tijdens het afspelen van SMF muziekbestanden aan de Track toetsen zijn
toegekend (Track Assign) ....................................132
Geheugen initialiseren (formatteren) .........................132
Intern geheugen initialiseren ................................ 132
USB geheugen initialiseren.................................. 133
Metronoom instellingen ........................................... 134
De beat van de metronoom wijzigen ....................134
De manier waarop de metronoom de beat
markeert wijzigen............................................... 134
Overige instellingen................................................ 135
Terug naar fabrieksinstellingen (Factory Reset) .......135
Toetsen uitschakelen (Panel Lock).......................... 135
De V-LINK functie gebruiken ................................136
De extern geheugen instelling wijzigen ................. 136
Overige apparatuur aansluiten ................ 137
Audio apparatuur aansluiten.................................... 138
Het geluid naar externe speakers sturen................138
Een CD beluisteren via de speakers van de FP-7 ....139
Een uitvoering van de FP-7 opnemen op een extern
apparaat...............................................................140
Een uitvoering van de FP-7 opnemen op CD of
cassette, etc.......................................................140
Met uw computer een CD maken .........................141
Het USB geheugen aansluiten (los verkrijgbaar) ......... 142
Op een computer aansluiten....................................143
6
Aansluiten op een computer via de USB (MIDI)
aansluiting.........................................................143
Een CD drive aansluiten (los verkrijgbaar) .................144
Aansluiten .........................................................144
Songs van een CD afspelen.................................145
Met een muziek CD meespelen (Center Cancel) .....146
Spelen terwijl u naar de melodie van de
muziekbestanden luistert......................................146
Aansluiten op MIDI apparatuur ................................147
Wat is MIDI? .....................................................147
Aansluiten .........................................................147
De FP-7 gebruiken om een andere MIDI
geluidsmodule te laten spelen ..............................148
MIDI instellingen.................................................148
Appendix
Problemen oplossen ................................................153
Foutmeldingen........................................................157
Klanken lijst ...........................................................158
Ritmelijst................................................................163
Akkoordprogressie patronen lijst...............................164
Akkoord vingerzetting lijst........................................167
Interne song lijst .....................................................169
Muziekbestanden die de FP-7 kan gebruiken .............170
Registration lijst ......................................................171
Effecten lijst............................................................172
Opgeslagen instellingen..........................................176
MIDI Implementatiekaart..........................................177
Specificaties...........................................................178
Index ....................................................................180
Inhoud
7

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN

HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
WAARSCHUWING
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
INSTRUCTIES OM BRAND, ELEKTRISCHE SCHOK OF LICHAMELIJK LETSEL TE VOORKOMEN
Over
WAARSCHUWING en
WAARSCHUWING
VOORZICHTIG
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van overlijden of zwaar letsel, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
Wordt gebruikt bij instructies, waarbij de gebruiker attent gemaakt wordt op het risico van letsel of materiële schade, wanneer het apparaat niet op juiste wijze gebruikt wordt.
* Materiële schade verwijst naar schade
WAARSCHUWING
Niet openen of wijzigen
002c
Maak het apparaat niet open, en voer geen interne modificaties uit. Dit geldt tevens voor de adapter.
......................................................................................
Niet repareren of onderdelen vervangen
003
Tracht het apparaat niet te repareren, of onder­delen in het apparaat te vervangen (behalve wanneer daartoe specifieke instructies in de handleiding staan.) Ga voor alle onderhoud naar uw handelaar, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum, of een erkende Roland distributeur, die u op de ‘Informatie’ pagina kunt vinden.
......................................................................................
Gebruik, of berg het apparaat nooit op, op plaatsen die:
004
• aan extreme temperaturen onderhevig zijn (bijvoorbeeld in direct zonlicht, in een afgesloten voertuig, dichtbij een warmtekanaal of bovenop warmte genererende apparatuur of die
• vochtig zijn (bijvoorbeeld badkamers, wasruimtes of natte vloeren hebben of die
• aan regen worden blootgesteld of die
• stoffig zijn of die
• aan een hoge mate van vibratie onderhevig zijn.
......................................................................................
Gebruik alleen een aanbevolen standaard
005
Dit apparaat behoort uitsluitend te worden gebruikt met een standaard die wordt aanbevolen door Roland.
......................................................................................
VOORZICHTIG opmerkingen
of andere ongunstige effecten, die ten aanzien van het huis en al het aanwezige meubilair, en tevens aan huisdieren kunnen optreden.
NEEM ALTIJD HET VOLGENDE IN ACHT
Over de symbolen
Het symbool wijst de gebruiker op belangrijke instructies of waarschuwingen. De specifieke betekenis van het symbool wordt bepaald door het teken, dat zich binnen de driehoek bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat dit teken voor algemene voorzorgsmaatregelen, waarschuwingen, of aanduidingen van gevaar wordt gebruikt.
Het symbool wijst de gebruiker op onderdelen, die nooit verplaatst mogen worden (verboden). De specifieke handeling, die niet uitgevoerd mag worden, wordt aangegeven door het symbool, dat zich binnen de cirkel bevindt. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, betekent dat het apparaat nooit uit elkaar gehaald mag worden.
Het wijst de gebruiker op onderdelen, die verwijderd moeten worden. De specifieke handeling, die uitgevoerd moet worden, wordt door het symbool binnen de cirkel aangegeven. Het symbool, dat zich in dit geval aan de linkerkant bevindt, geeft aan dat het netsnoer uit de daarvoor bestemde aansluiting getrokken moet worden.
Niet plaatsen op een instabiel oppervlak
002c
Wanneer het apparaat met een standaard wordt gebruikt die wordt aanbevolen door Roland, moet deze zorgvuldig worden opgesteld; zodat het instrument recht staat en niet om kan vallen. Wanneer er geen gebruik wordt gemaakt van een standaard dient u er nog steeds voor te zorgen dat het te gebruiken oppervlak gelijkmatig en stabiel is zodat het instrument voldoende wordt ondersteund en wiebelen wordt voorkomen.
......................................................................................
Sluit de adapter aan op een stopcontact met het juiste voltage
008c
Gebruik alleen de bijgeleverde adapter. Ook moet het voltage van de installatie overeenkomen met het ingangsvoltage dat op de behuizing van adapter wordt vermeld. Andere adapters kunnen een andere polariteit hebben of op een ander voltage ontworpen zijn, waardoor gebruik van dergelijke adapters tot beschadiging, storing of elektrische schok kan leiden.
......................................................................................
Gebruik alleen het bijgeleverde netsnoer
008e
Gebruik alleen het netsnoer dat bij het apparaat wordt geleverd. Gebruik het bijgeleverde netsnoer niet voor andere apparaten.
......................................................................................
Buig het netsnoer niet en plaats er geen zware objecten op
009
Buig of draai het netsnoer niet overmatig, en plaats er geen zware objecten bovenop. Hierdoor kan het snoer beschadigen, waardoor kortsluiting kan optreden. Beschadigde snoeren vormen een risico op brand en het krijgen van een elektrische schok!
......................................................................................
8
WAARSCHUWING
WAARSCHUWING
Deel geen stopcontact met een buitensporig aantal andere apparaten
015
Steek het netsnoer van dit apparaat niet in een stopcontact, waar een buitensporig aantal andere apparaten gebruik van maakt. Wees in het bijzonder voorzichtig bij het gebruik van verleng­snoeren – de totale hoeveelheid stroom die door alle aangesloten apparaten wordt gebruikt, mag nooit de toegestane belasting (watts/ampères) van het verlengsnoer overschrijden. Door overmatige belasting kan de isolatie van het snoer verhit raken, en uiteindelijk smelten.
......................................................................................
Vermijd langdurig gebruik op hoog volume
010
Dit apparaat, op zichzelf staand of in combinatie met een versterker en koptelefoon of luidsprekers, kan geluidsniveaus produceren die in staat zijn permanent gehoorsverlies te veroorzaken. Werk nooit lange tijd achter elkaar op een hoog of oncomfortabel volumeniveau. Wanneer u een bepaalde mate van gehoorsverlies of een piep in de oren bemerkt, moet u het apparaat direct uitzetten en een oorarts consulteren.
......................................................................................
Voorkom dat objecten in het apparaat terecht­komen
011
Zorg dat er geen objecten (bijvoorbeeld brandbaar materiaal, munten of spelden) of vloeistoffen (water, frisdrank, enz.) in het apparaat terecht­komen. Dit kan leiden tot kortsluiting en andere storing.
......................................................................................
Zet de stroom uit, als er iets vreemds gebeurt of als er storing optreedt
012b
Zet direct de stroom uit, haal het netsnoer uit het stopcontact en breng het apparaat voor onderhoud naar uw handelaar, het dichtst­bijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur, te vinden op de “Informatie” pagina, indien:
• Het netsnoer of de stekker is beschadigd, of
• Er rook of een ongewone geur optreedt
• Er objecten of vloeistof in het apparaat terecht zijn gekomen, of
• Het apparaat in de regen heeft gestaan (of op andere wijze nat is geworden), of
• Het apparaat niet normaal schijnt te functio­neren of een duidelijke verandering in werking laat zien.
......................................................................................
Laat kinderen het apparaat niet zonder toezicht gebruiken
013
In huishoudens met kleine kinderen moet een volwassene toezicht houden, totdat het kind in staat is de regels die essentieel zijn voor een veilige bediening van het apparaat op te volgen.
......................................................................................
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
Niet laten vallen en niet blootstellen aan zware schokken
014
Bescherm het apparaat tegen zware schokken. (Laat het niet vallen!)
......................................................................................
Niet in het buitenland gebruiken
016
Voordat u dit apparaat in het buitenland gaat gebruiken, neemt u contact op met uw verkoper, het dichtstbijzijnde Roland Service Centrum of een erkend Roland distributeur.
......................................................................................
Gebruik een CD-ROM niet in een conventionele CD- of DVD speler
023
Speel geen CD-ROM disk op een conventionele CD- of DVD speler af. Het geluidsniveau, dat geproduceerd wordt, kan permanent gehoors­verlies of schade aan luidsprekers veroorzaken.
......................................................................................
Plaats geen voorwerpen met water op het apparaat
026
Plaats geen voorwerpen met water (zoals vazen) of drinken op het apparaat. Gebruik ook geen insec­ticiden, parfums, alcohol, nagellak, spuitbussen, enz. nabij het apparaat. Veeg op het apparaat gemorste vloeistoffen direct weg met een droge, zachte doek.
......................................................................................
9
HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN
VOORZICHTIG
VOORZICHTIG
Plaats op een goed geventileerde locatie
101b
Het apparaat dient op een zodanige wijze geplaatst te worden, dat er voldoende venti­latieruimte beschikbaar is.
..........................................................................................................
Houd de stekker vast bij het insteken of ontkoppelen
102c
Wanneer de stekker in het stopcontact, of in het apparaat word gestoken, of eruit wordt gehaald, houdt u deze altijd bij de stekker zelf vast.
..........................................................................................................
Veeg regelmatig het stof van de adapter
103b
Haal de adapter regelmatig uit het stopcontact, en maak deze met een droge doek schoon om stof en andere opeenhopingen te verwijderen. Haal de adapter ook uit het stopcontact, wanneer u het apparaat langere tijd niet zult gebruiken. Ophoping van stof tussen de stekker en het stopcontact kan tot verminderde isolatie leiden en brand veroorzaken.
..........................................................................................................
Werk kabels op een veilige manier weg
104
Zorg ervoor, dat de aangesloten kabels op een veilige manier zijn weggewerkt. Houd ze in het bijzonder buiten bereik van kinderen.
..........................................................................................................
Niet op staan of zware voorwerpen op plaatsen
106
Ga nooit boven op dit apparaat staan, en plaats er geen zware objecten op.
Haal voor het schoonmaken de adapter uit het stopcontact
109b
Voordat u het apparaat gaat schoonmaken, zet u de stroom uit, en haalt u het netsnoer uit het stopcontact (p. 18).
..........................................................................................................
Bij mogelijke blikseminslag de adapter uit het stopcontact halen
110b
Indien er onweer in uw omgeving wordt verwacht, haalt u het netsnoer uit het stopcontact
..........................................................................................................
Houd kleine voorwerpen buiten bereik van kinderen
118c
Om te voorkomen, dat voorwerpen als de volgende per ongeluk door kinderen worden ingeslikt, bewaart u deze buiten bereik van kinderen.
• Bijgeleverde onderdelen
• Bevestigingsschroeven van de bladmuziek steun
..........................................................................................................
..........................................................................................................
Adapter niet aansluiten of loskoppelen als uw handen nat zijn
107c
Wanneer de stekker in het stopcontact of in dit apparaat wordt gestoken of eruit wordt gehaald, mogen uw handen nooit nat zijn.
..........................................................................................................
Voorzichtig met verplaatsen
108d: Selection
Controleer het volgende, voordat u het apparaat verplaatst. Zorg er vervolgens voor, dat er minimaal 2 personen samenwerken bij het optillen en vervoeren van het apparaat – en dat het apparaat recht wordt gehouden. Voorkom ook dat uw handen klem komen te zitten, of dat u het apparaat op uw voeten laat vallen.
• Controleer of de moeren waarmee het apparaat vast staat op zijn standaard, zijn losgeraakt. Als dat zo is, draai ze dan stevig vast.
• Ontkoppel het netsnoer.
• Ontkoppel externe apparaten.
• Verwijder de bladmuziek steun.
......................................................................................
10

Belangrijke opmerkingen

Naast de onderdelen die onder “HET APPARAAT OP EEN VEILIGE MANIER GEBRUIKEN” op pagina 8 worden genoemd, raden wij u aan het volgende te lezen en in acht nemen:
Stroomvoorziening
• Verbind dit apparaat niet een stopcontact dat tevens wordt gebruikt voor elektrische apparatuur die is voorzien van inverter (zoals een koelkast, wasmachine, magnetron, of airconditioner) of die gebruik maakt van een motor. Afhankelijk van hoe deze apparatuur wordt gebruikt kan stroomruis leiden tot storing of een hoorbare ruis. Als het praktisch gezien onmogelijk is om een ander stopcontact te kiezen dan plaatst u een stroomruisfilter tussen het stopcontact en dit instrument.
• De adapter zal na vele uren opeenvolgend gebruik warmte gaan genereren. Dit is normaal en niets om u zorgen over te maken.
• Voordat dit apparaat op andere apparaten wordt aangesloten, zet u de stroom van alle apparaten uit. Dit zal storing en/of schade aan luidsprekers of andere apparaten voorkomen.
Plaatsing
• Het gebruik van dit apparaat in de nabijheid van versterkers (of andere apparatuur, die grote transformators bevat) kan tot een brom leiden. Om dit probleem op te heffen, verandert u de richting van dit apparaat of zet het verder van de storingsbron weg.
• Dit apparaat kan de ontvangst van radio of televisie storen. Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van dit soort ontvangers.
• Er kan ruis geproduceerd worden, wanneer draadloze communicatie apparaten, zoals mobiele telefoons, in de buurt van dit apparaat worden gebruikt. Dit soort ruis kan optreden tijdens bellen of gebeld worden. Als u dit soort problemen ondervindt, moet u de draadloze apparaten op grotere afstand van dit apparaat plaatsen of deze uitzetten.
• Stel dit apparaat niet aan direct zonlicht bloot, plaats het niet bij apparaten, die warmte verspreiden, laat het niet in een afgesloten voertuig achter, en stel het niet aan extreme temperaturen bloot. Door overmatige hitte kan het apparaat misvormen of verkleuren.
• Wanneer het apparaat naar een andere locatie wordt verplaatst, waar de temperatuur en/of vochtigheid verschilt van de vorige locatie, kunnen binnen het apparaat waterdruppels (condensatie) gevormd worden. Als u het apparaat in deze staat gebruikt, kunnen schade of storing ontstaan. Voordat u het apparaat op de nieuwe locatie gaat gebruiken, laat u het enige uren acclimatiseren, totdat de condensatie volledig is verdampt.
• Laat rubber, vinyl of gelijksoortige materialen niet lang op het apparaat staan. Zulke voorwerpen kunnen de afwerkingslaag verkleuren of anderszins beschadigen.
• Laat objecten niet op het klavier staan. Dit kan leiden tot storing, zoals vervorming van het geluid.
• Plak geen stickers op dit instrument. Het verwijderen ervan kan de afwerkingslaag schadelijk beïnvloeden.
• Afhankelijk van het materiaal en temperatuur van de ondergrond, kunnen de rubberen voetjes van het apparaat het oppervlak doen verkleuren of anderszins aantasten.
•U kunt een stukje vilt of doek onder de rubberen voetjes plaatsen om dit te voorkomen. Als u dat doet, let er dan op dat het apparaat niet per ongeluk wegglijdt of verplaatst.
Onderhoud
• Voor het dagelijks schoonmaken van het apparaat gebruikt u een droge, zachte doek of één die enigszins vochtig is. Voor het verwijderen van hardnekkig vuil, gebruikt u een doek met een mild, niet schurend schoonmaakmiddel. Daarna veegt u het apparaat met een zachte, droge doek goed af. Als dit apparaat houten onderdelen bevat, veeg dan het hele gebied in de richting van de nerf af. De afwerkingslaag kan beschadigen, als u langdurig op één plek wrijft.
• Als er waterdruppels op het apparaat blijven liggen, veeg deze dan meteen weg met een zachte, droge doek.
• Gebruik nooit wasbenzine, thinner, alcohol of oplosmiddelen om kans op verkleuring en/of misvorming te voorkomen.
Reparatie en data
• Wees er op bedacht dat de inhoud van het geheugen verloren kan gaan als u het apparaat laat repareren. Van belangrijke gegevens moet u altijd een reservekopie maken in USB geheugen, of opschrijven op papier (indien mogelijk). Tijdens reparaties wordt getracht het verlies van data te vermijden. Echter, in bepaalde gevallen (wanneer het schakelsysteem van het geheugen zelf niet meer werkt) kan data helaas niet meer hersteld worden. Roland is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies, of de gevolgen daarvan.
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
• Wees er op bedacht, dat de inhoud van het geheugen door storing of onjuist gebruik van het apparaat onherstelbaar verloren kan gaan. Om uzelf tegen het risico van verlies van belangrijke gegevens te beschermen, raden wij u aan om van tijd tot tijd een reservekopie van belangrijke gegevens, die u in het geheugen van het apparaat heeft opgeslagen, te maken.
• De inhoud van data die in het interne geheugen of in USB geheugen is opgeslagen, kan helaas niet meer hersteld worden, wanneer deze verloren is gegaan. Roland Corporation is niet verantwoordelijk voor dit soort dataverlies, of de gevolgen daarvan.
11
Belangrijke opmerkingen
• Behandel de knoppen, schuifregelaars of andere regelaars van dit apparaat met gepaste voorzichtigheid. Dit geldt ook voor het gebruik van de stekkers en aansluitingen. Ruwe behandeling kan tot storing leiden.
• Sla nooit op het beeldscherm, en voer er geen hoge druk op uit.
• Tijdens het aansluiten en/of loskoppelen van alle kabels, houdt u deze bij de aansluiting zelf vast – trek nooit aan de kabel. Op deze manier vermijdt u kortsluiting of schade aan de interne elementen van de kabel.
• Geniet van uw muziek, op een manier die niet storend is voor personen in uw naaste omgeving. Let ’s avonds in het bijzonder op het volume. U kunt ervoor kiezen om een koptelefoon te gebruiken, zodat u zich geen zorgen om de personen in uw naaste omgeving hoeft te maken.
• Wanneer u het apparaat moet vervoeren, verpakt u het in de originele doos (inclusief schokabsorberend materiaal). Anders zult u soortgelijk verpakkingsmateriaal moeten gebruiken.
• Als u de bladmuziek steun gebruikt, voer er dan geen hoge druk op uit.
• Gebruik alleen het gespecificeerde expressiepedaal (EV-5, apart verkrijgbaar). Als u andere expressiepedalen aansluit, riskeert u storing en/of schade aan het apparaat.
• Sommige aansluitkabels bevatten weerstanden. Gebruik voor het aansluiten van dit apparaat geen kabels met weerstanden. Bij gebruik van dit soort kabels, kan het geluidsniveau extreem laag of zelfs niet hoorbaar zijn. Informatie over kabelspecificaties kunt u bij de fabrikant van de kabel verkrijgen.
Alvorens de extern geheugen aansluiting te gebruiken
Omgaan met de extern geheugen aansluiting
• Als u USB geheugen aansluit, druk dit dan stevig op zijn plaats.
• Raak het uiteinde van de USB geheugen aansluiting niet aan, en voorkom dat deze vies wordt.
• USB geheugen bestaat uit precisie componenten, let goed op de volgende punten.
• Om schade door statische elektriciteit te voorkomen,
ontlaadt u alle statische elektriciteit van uw lichaam, voor u het USB geheugen aanraakt.
• Voorkom, dat metaal in aanraking komt met de
contacten van het USB geheugen, en raak deze niet aan.
• Buig USB geheugen niet, laat het niet vallen, en stel het
niet bloot aan sterke trillingen.
• Bewaar USB geheugen niet in direct zonlicht, in
afgesloten voertuigen, of op soortgelijke plaatsen (bewaartemperatuur: 0 tot 50 graden C).
• Laat USB geheugen niet nat worden.
• Wijzig USB geheugen niet, en haal het niet uit elkaar.
• Sluit USB geheugen aan, door het horizontaal te plaatsen ten opzichte van de extern geheugen aansluiting, en het opzijn plaats te brengen zonder overmatige kracht te gebruiken. De extern geheugen aansluiting kan beschadigen, als u overmatige kracht gebruikt bij het plaatsen van het USB geheugen.
• Duw niets anders (zoals draden, munten, andere apparaten) dan USB geheugen in de extern geheugen aansluiting. Door dat toch te doen, beschadigt u de extern geheugen aansluiting.
• Oefen geen grote kracht uit op het geplaatste USB geheugen.
• Als u voor langere tijd geen USB geheugen gebruikt, sluit dan de USB geheugen bedekking.
12
Omgaan met CD’s
Vermijd het aanraken of krassen van de glanzende onderkant (gecodeerd oppervlak) van de disk. Beschadigde of vuile CD-ROM’s kunnen niet goed gelezen worden. Zorg dat uw disks schoon blijven, met een in de winkel verkrijgbaar CD reinigingsproduct.
Belangrijke opmerkingen
* GS ( ) is een geregistreerd handelsmerk van
Roland Corporation.
* XG lite ( )is een geregistreerd handelsmerk van
Yamaha Corporation.
* Microsoft en Windows zijn geregistreerde
handelsmerken van Microsoft Corporation.
* Windows® staat officieel bekend als: “Microsoft®
Windows® besturingssysteem”.
* Afbeeldingen in dit document zijn herdrukken, met
toestemming van Microsoft Corporation.
* Apple en Macintosh zijn geregistreerde
handelsmerken van Apple Computer Inc.
* MacOS is een handelsmerk van Apple Computer Inc. * Alle in dit document genoemde productnamen zijn
handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van hun respectievelijke eigenaars.
13

Namen van dingen en wat ze doen

78910111213
Voorpaneel
1
2
1
[Power] schakelaar
Zet de stroom aan/uit (p. 19).
2
[Volume] knop
Regelt het algehele volume van de FP-7 (p. 20). Als er een koptelefoon is aangesloten, regelt deze knop daar het volume van (p. 22).
3
[Balance] knop
Regelt bij Dual Play en Split Play (p. 47) de volume balans tussen de boventonen en de ondertonen.
4
[Function] toets
Met deze toets legt u verschillende instellingen vast. Door deze ingedrukt te houden en op de [Transpose]
toets te drukken, kunt u de demo song (p. 24) beluisteren.
5
[Transpose] toets
Met deze toets kunt u het klavier of de song transponeren (p. 52). Door deze toets ingedrukt te houden, en op de [Function] toets te drukken, kunt u de demo song (p. 24) beluisteren.
6
[Audio Key] toets
Met deze toets kunt u audiobestanden afspelen, door op de toetsen B 0--B1(p. 59) te drukken.
3 4 5 6 10 11 12987
[Session Partner] toets
Deze toets zet de Session Partner functie (p. 67) aan/uit. Door Session Partner aan te zetten, kunt u in verschillende stijlen een ritme produceren.
Track toetsen
Deze toetsen wisselen de uitvoering part bij het afspelen van een song (p. 30). Deze toetsen wisselen ook de uitvoering parts van Session Partner, akkoordprogressie partonen, en ritme patronen (p. 69, p. 72, p. 75).
[Play] toets
Start en stopt het afspelen van interne songs, en opgenomen uitvoeringen (p. 26).
Gebruikt voor het starten van de opname van uitvoeringen (p. 92).
[Rec] oets
U kunt uw eigen spel met de FP-7 opnemen (p. 92).
[Metronome] toets
Zet de interne metronoom aan en uit (p. 54).
Scherm
Dit toont informatie, over de songs (klank nummer en naam), song informatie (song nummer, song titel, aantal maten), Session Partner instellingen (ritme nummer, ritme naam, akkoordprogressie), tempo, en overige instellingen.
14
[Contrast] knop
Deze knop regelt het contrast van het scherm (p. 22).
1718192021
22
13
Namen van dingen en wat ze doen
17 18
14 15 16
14
[Display] toets
Druk op deze toets, als u de klank, de af te spelen song, het ritme, of het tempo wilt wijzigen. Elke keer dat u op deze toets drukt, zal het scherm wisselen tussen klank informatie (klank nummer en naam), song informatie (song nummer, naam, en aantal maten), Session Partner informatie (ritme nummer, ritme naam, en akkoordprogressie), en tempo.
In Function modus kunt u verschillende instellingen vastleggen, door deze toets ingedrukt te houden, en tegelijkertijd de [-] en [+] toetsen te gebruiken (p. 115).
15
[-] [+] toetsen
Met deze twee toetsen wijzigt u de waarden van verschillende instellingen. Door tegelijkertijd op de [-] en [+] toetsen te drukken, keert de instelling van een bepaald item of een bepaalde functie terug naar haar oorspronkelijke waarde.
Als u de song afspeelt, terwijl het song selectie scherm wordt weergegeven, dan kunt u deze toetsen ingedrukt houden om terug te spoelen of door te spoelen.
16
Tone toetsen
Deze worden gebruikt, om de verschillende soorten klanken (klank groepen) te kiezen, die met het klavier gespeeld worden (p. 35).
Als de [Registration] toets oplicht, kunnen de Tone toetsen [1]-[7] gebruikt worden, om registraties mee te selecteren.
19 20 21 22
[Registration] toets
Met deze toets kunt u uw favoriete uitvoeringsinstellingen vastleggen, zoals die voor de selectie van klanken, Session Partner (p. 78).
[Split] toets
Hiermee kunt u verschillende klanken aan de linker- en rechterkant van het klavier spelen (p. 43).
[Multi Effects] toets
Met deze toets kunt u verschillende effecten aan het geluid toekennen (p. 50).
[Reverb] toets
Hiermee kunt u de karakteristieke galm van een concertzaal aan uw spel toevoegen (p. 49).
[Sound Control] toets
Met deze toets geeft u het geluid een expressiever bereik (p. 56).
Door deze ingedrukt te houden, en op de [Equalizer] toets te drukken, kunt u V-LINK (p. 136) aan en uit zetten.
[Equalizer] toets
Schakelt de equalizer in of uit (p. 57). U kunt de equalizer gebruiken, om het tonale karakter te regelen, door uitsluitend de hoge en lage frequentie regionen af te zwakken (mute) of te versterken.
Door deze toets ingedrukt te houden, en tegelijkertijd op de [Sound Control] toets te drukken, kunt u V-LINK (p. 136) aan en uit zetten.
15
Namen van dingen en wat ze doen
282930
31
23
24
25
26 27 28
30 3129
Achterpaneel
23
MIDI aansluitingen
Deze kunt u op externe MIDI apparaten aansluiten, om uitvoeringsdata over te zetten (p. 147).
24
USB (MIDI) aansluiting
Deze kunt u op uw computer aansluiten, om uitvoeringsdata over te zetten (p. 143).
25
Pedal jacks
Hierop kunt u het bijgeleverde pedaal (DP Serie), of andere geschikte pedalen op aansluiten (p. 21).
26
Input jacks
Hier kunt u een audio apparaat of ander elektronisch muziekinstrument op aansluiten, en het aangesloten apparaat met de speakers van de FP-7 beluisteren (p. 139).
Speaker schakelaar
Hiermee zet u de interne speaker aan/uit (p. 138).
Randaarde schroef (p. 18)
DC In jack
Sluit hier de bijgeleverde adapter op aan (p. 18).
Draad haak
Zet hier het snoer van de bijgeleverde adapter mee vast (p. 18).
27
Output jacks
Hier kunt u externe speakers op aansluiten, om het geluid van de FP-7 mee over te brengen (p. 138, p. 140).
16
32
Namen van dingen en wat ze doen
33
32
Phones jacks
Hier kunt u een koptelefoon op aansluiten. U kunt twee koptelefoons tegelijkertijd op de FP-7
aansluiten (p. 22).
33
Extern geheugen aansluiting
U kunt USB geheugen op deze aansluiting aansluiten. Zo kunt u songs vanuit USB geheugen afspelen (p. 33), of met de FP-7 opgenomen songs opslaan in het USB geheugen (p. 105).
U kunt tevens een registratie set opslaan in het USB geheugen, of een opgeslagen set in de FP-7 laden.
17

Voor het spelen

Voorbereiden op het spelen

Adapter aansluiten

1. Zorg ervoor, dat de [Power] schakelaar, aan
de rechterkant van het klavier, uit staat (niet ingedrukt).
fig.PowerOn.eps
Niet ingedrukt
Uit
Power
2. Draai de [Volume] knop geheel naar links, om
het volume te minimaliseren.
3. Sluit het bijgeleverde netsnoer aan, op de
bijgeleverde adapter.
Adapter
Netsnoer
Stopcontact
4. Sluit de adapter aan op de DC In jack van de
FP-7, en steek de stekker in het stopcontact.
5. Draai het snoer van de adapter om de draad
haak, om het vast te zetten.
Randaarde schroef
Draad haak
(Adapter) netsnoer
Zet het snoer van de adapter vast met de draad haak, zoals op de illustratie wordt getoond. U voorkomt daarmee dat uw apparaat plotseling zonder stroom komt te staan (door het losraken van de adapter), en dat er kracht op de adapter jack komt te staan.
Zelfs als het snoer is vastgezet, kan het beschadigen of breken als er kracht op wordt uitgeoefend. Let er goed op dat u er niet per ongeluk aan trekt, of er kracht op uitoefent.
Afhankelijk van de omstandigheden van een opstelling, kunt u een oncomfortabel gevoel krijgen, of het idee krijgen dat het oppervlak van dit apparaat, de aangesloten microfoons, of metalen delen van andere objecten, vreemd aanvoelen. Dit komt door een minieme elektrische lading, die absoluut ongevaarlijk is. Als u zich hier echter zorgen om maakt, verbind dan de aardingsklem met een externe randaarde. Als het apparaat geaard is, kan een zachte brom optreden, afhankelijk van uw installatie. Als u twijfelt over de methode van aansluiten, neem dan contact op met het dichtstbijzijnde Roland Service Center, of een geautoriseerde Roland distributeur, zoals te vinden is op de ‘Informatie’ pagina.
18
Ongeschikte aansluit plaatsen
• Waterleidingen (kunnen leiden tot schokken of elektrokutie)
• Gasleidingen (kunnen leiden tot brand of explosie)
• Telefoonlijn randaarde of bliksemafleider (kan gevaarlijk zijn bij onweer)

De stroom aan/uitzetten

Voor het spelen
De stroom uitzetten
NOTE
Als u alles op de juiste manier heeft aangesloten, dan kunt u volgens onderstaande procedure de stroom aanzetten. Als u dit niet in de juiste volgorde doet, dan riskeert u schade aan de speakers.
De stroom aanzetten
1. Draai de [Volume] knop geheel naar links, om
het volume te minimaliseren.
fig.VolumeMin.eps
1. Draai de [Volume] knop geheel naar links, om
het volume te minimaliseren.
fig.VolumeMin.eps
2. Druk op de [Power] schakelaar.
Het scherm raakt leeg, en de stroom wordt uitgeschakeld.
ig.PowerOn.eps
Niet ingedrukt
Uit
Power
2. Druk op de [Power] schakelaar.
fig.PowerOn.eps
Ingedrukt
Aan
De stroom gaat aan, en de [Piano] toets, en de overige toetsen, lichten op.
Power
3. Regel het volume, met de [Volume] knop
(p. 20).
Het apparaat kan worden bediend, en het klavier bespelen produceert geluid.
NOTE
Dit apparaat is uitgerust met een beveiligingscircuit. Er is daarom na het aanzetten een korte interval (enkele seconden), voordat het apparaat normaal functioneert.
19
Voor het spelen

Het volume regelen

Hier leest u hoe u het volume regelt, dat betrekking heeft op het klavierspel, en op het afspelen van ingebouwde songs of songs uit het USB geheugen.
Als er een koptelefoon is aangesloten, dan regelt u het volume ervan met de [Volume] knop.
1. Draai aan de [Volume] knop, om het algehele
volume te regelen.
Wijzig het volume terwijl u het klavier bespeelt, om geluid te produceren.
Door met de klok mee te draaien neemt het volume toe, tegen de klok in neemt het af.
fig.MasterVolume.eps
fig.MusicRestScrew.eps
3. Houd met één hand de bladmuziek steun vast,
en draai met de andere hand de schroeven vast (op twee plaatsen), zodat de bladmuziek steun stevig vast komt te zitten.
fig.MusicRest.eps

Bladmuziek steun bevestigen

U bevestigt de bladmuziek steun als volgt.
1. Plaats de bijgeleverde schroeven in de
achterkant van het apparaat (op twee plaatsen), zoals in de illustratie hieronder wordt getoond.
fig.MusicRest.eps
2. Plaats de bladmuziek steun tussen de
schroeven en het chassis.
Bij het bevestigen van de bladmuziek steun, dient u deze met de hand stevig te ondersteunen, zodat de steun niet valt. Pas op, dat uw hand niet klem komt te zitten.
Om de bladmuziek steun te verwijderen, ondersteunt u deze met één hand, terwijl u de schroeven losdraait. Verwijder de bladmuziek steun, en draai de schroeven weer stevig vast.
NOTE
NOTE
Oefen geen grote kracht op de geplaatste bladmuziek steun uit.
U dient de bijgeleverde schroeven te gebruiken, om de bladmuziek steun te bevestigen.
20

De pedalen aansluiten

Sluit het bijgeleverde pedaal aan op een van de Pedal jacks. De werking van het pedaal is afhankelijk van de jack waarop
deze is aangesloten.
fig.pedals-e.eps
Voor het spelen
Demper pedaal
Gebruik dit pedaal, om het geluid vast te houden (te laten doorklinken).
Als dit pedaal is ingedrukt, zullen noten door blijven klinken, zelfs als u de toetsen loslaat.
Het bij de FP-7 geleverde pedaal werkt als half-demper pedaal, waarmee u de mate van resonantie kunt regelen.
Op een akoestische piano leidt het ingedrukt houden van het demper pedaal ertoe, dat de snaren van andere noten dan u speelt gaan meetrillen met het gespeelde geluid. Dit leidt tot een rijke resonantie. De FP-7 simuleert dit soort trillingen (demper resonantie).
Zet de schakelaar van het bijgeleverde pedaal op ‘Continuous’, als het pedaal is aangesloten.
Sostenuto pedaal
De noten die u speelt terwijl dit pedaal niet is ingedrukt, worden vastgehouden.
Pedaal
Aangesloten jack Werking
Damper jack Het pedaal werkt als demper pedaal.
Het pedaal werkt als sostenuto
Sostenuto / (FC1) jack
Soft / (FC2) jack
NOTE
Een pedaalkabel loskoppelen terwijl de stroom aan staat, kan ertoe leiden dat het pedaal effect onophoudelijk wordt toegepast. De stroom van de FP-7 moet uit zijn, voor u een pedaalkabel plaatst of verwijdert.
Door een tweede en derde pedaal te plaatsen, kunt u drie pedalen tegelijk gebruiken. Als u het optionele pedaal (DP serie) wilt aanschaffen, neem dan contact op met de winkel waar u de FP-7 heeft gekocht.
pedaal. Tevens kunt u een andere functie toekennen (p. 91, p. 118).
Het pedaal werkt als soft pedaal. Tevens kunt u een andere functie toekennen (p. 91, p. 118).
Als het pedaal is aangesloten op de Sostenuto / (FC1) jack, dan kunnen er tevens andere functies aan worden toegekend. Raadpleeg ‘Wijzigen hoe de pedalen werken’ (p. 118), ‘Registraties wisselen met een pedaal’ (p. 91).
Soft pedaal
Dit pedaal wordt gebruikt, om het geluid zachter te maken. Spelen met het soft pedaal ingedrukt, produceert een geluid
dat minder krachtig is dan wanneer er zonder gebruik van dit pedaal wordt gespeeld. Dit is dezelfde functie als het linker pedaal van een akoestische piano.
De zachtheid van de klank kan subtiel worden gevarieerd, door de diepte tot waar het pedaal wordt ingedrukt te wijzigen.
Als het pedaal is aangesloten op de Soft / (FC2) jack, dan kunnen er tevens andere functies aan worden toegekend. Raadpleeg ‘Wijzigen hoe de pedalen werken’ (p. 118), ‘Registraties wisselen met een pedaal’ (p. 91).
NOTE
U kunt het expressiepedaal op de Sostenuto/ (FC 1) jack of op de Soft (FC2) jack aansluiten, om het volume te regelen. Gebruik alleen het gespecificeerde expressiepedaal (EV-5; los verkrijgbaar). Door andere expressiepedalen aan te sluiten, riskeert u storing en/of schade aan het apparaat.
21
Voor het spelen

Met een koptelefoon luisteren

U kunt door een koptelefoon te gebruiken van de FP-7 genieten, zonder uw omgeving te storen. Aangezien de FP-7 twee koptelefoon jacks heeft, kunnen twee mensen tegelijkertijd een koptelefoon gebruiken.
Als u slechts één koptelefoon gebruikt, dan maakt het niet uit op welke koptelefoon jack u deze aansluit.
fig.Headphones.eps
Koptelefoon
1. Steek de koptelefoon plug in de Phones jack.
Als er een koptelefoon is aangesloten, klinkt er geen geluid uit de speakers van de FP-7.

Het contrast van het scherm regelen

U kunt de helderheid van het scherm van de FP-7 regelen.
fig.
1. Draai aan de [Contrast] knop, om het contrast
van het scherm te regelen.
Opmerkingen omtrent het LCD scherm
• Mogelijk ziet u verticale strepen op het scherm, dit wordt veroorzaakt door de structuur van een scherm met vloeibare kristallen, en wijst niet op een storing. Door met de [Contrast] knop het constrast van het scherm te regelen, kunt u deze strepen beperken.
2. Gebruik de [Volume] knop van de FP-7 (p. 20),
om het koptelefoon volume te regelen.
Voorzichtig bij gebruik van een koptelefoon
• Om schade aan de interne geleiders van het snoer te voorkomen, dient u voorzichtig met het snoer om te gaan. Pak een koptelefoon vooral vast aan de plug of aan de headset zelf.
• Uw koptelefoon kan beschadigen, als het volume van het betreffende apparaat bij het aansluiten al verhoogd is. Minimaliseer het volume, voordat u de koptelefoon aansluit.
• Een buitensporig volume zal niet alleen uw gehoor beschadigen, maar kan ook gevolgen hebben voor de koptelefoon. Geniet van muziek op een redelijk volume.
• Gebruik een koptelefoon die is voorzien van een stereo 1/4” plug.
• Het contrast van het scherm wordt mogelijk beïnvloed door de temperatuur.
22

USB geheugen gebruiken

Songs die u met de FP-7 heeft opgenomen, of uitvoerings­instellingen die u heeft aangemaakt (Registration Sets), kunnen veiligheidshalve worden gekopieerd naar los verkrijgbaar USB geheugen (p. 89, p. 111).
Tevens kunt u SMF muziekbestanden (p. 33), en audiobestanden (p. 59), afspelen vanaf USB geheugen.
Voor het spelen
NOTE
Gebruik USB geheugen dat afkomstig is van Roland. Deugdelijk functioneren kan niet worden gegarandeerd bij gebruik van andere externe soorten geheugen.

USB geheugen aansluiten

1. Sluit uw USB geheugen aan op de extern
geheugen aansluiting, zoals hieronder wordt getoond.
fig.
NOTE
USB geheugen
(los verkrijgbaar)
Als u voor de eerste keer USB geheugen gebruikt, dan dient u dit met de FP-7 te initialiseren (formatteren).
Raadpleeg ‘USB geheugen initialiseren’ (p. 107).
23

Songs beluisteren

Demo songs beluisteren

Probeer nu demo songs te beluisteren. De FP-7 wordt geleverd met tien demo songs. De zeven Tone toetsen, de [Audio Key] toets, de [Session Partner] toets, en de [Play]
toets, zijn elk toegekend aan een demo song.
Toets Indicatie Composer/Copyright
Piano Piano Masasi & Kazuko Hirashita / © 2006 Roland Corporation E. Piano E.Piano Masasi & Kazuko Hirashita / © 2006 Roland Corporation Organ Organ Masasi & Kazuko Hirashita / © 2006 Roland Corporation Strings/Pad Strings/Pad Masasi & Kazuko Hirashita / © 2006 Roland Corporation Guitar/Bass Guitar/Bass Masasi & Kazuko Hirashita / © 2006 Roland Corporation Voice/GM2 Voice/GM2 Masasi & Kazuko Hirashita / © 2006 Roland Corporation TW Organ TW Organ © 2006 Roland Corporation
fig.Panel-Demo.eps
Audio Key Audio Key © 2006 Roland Corporation Session Partner Session Partner © 2006 Roland Corporation Play Song Masasi & Kazuko Hirashita / © 2006 Roland Corporation
NOTE
NOTE
Alle rechten voorbehouden. Ongeautoriseerd gebruik van dit materiaal, voor andere dan privé doeleinden dan is een overtreding van de wet.
Er worden geen MIDI gegevens van de afgespeelde muziek uitgevoerd.
24
1.
fig.d-Demo.eps
Songs beluisteren
Houd de [Function] toets ingedrukt, en druk op de [Transpose] toets.
De indicators knipperen van de [Function], [Transpose], [Audio Key], [Session Partner], [Play], en de zeven Tone toetsen.
Het volgende verschijnt op het scherm.
2.
fig.d-DemoSongName.eps
3.
NOTE
U kunt de demo songs niet afspelen, als uw opgenomen uitvoering niet is opgeslagen. Wis uw uitvoering (p. 31), of sla uw uitvoering op (p. 105).
Druk op een van de zeven Tone toetsen, de [Audio Key] toets, de [Session Partner] toets of de [Play] toets.
De songs spelen dan achtereenvolgens, beginnend bij de demo song die u heeft geselecteerd. De toets van de song die momenteel wordt afgespeeld, zal knipperen.
Als het afspelen het eind van de laatste song heeft bereikt, dan begint het afspelen opnieuw bij de eerste song.
Het scherm toont de naam van de demo song die wordt gespeeld.
Druk op de knipperende toets, om het afspelen te stoppen.
Druk op de [Function] en de [Transpose] toetsen, om Demo modus te
4.
verlaten.
De indicators keren terug naar hun oorspronkelijke staat.
Een demo song speelt niet, als u op een toets drukt die niet oplicht.
25
Songs beluisteren

Interne songs beluisteren

De FP-7 bevat 65 ingebouwde songs. U selecteert en speelt een van deze songs, als volgt.
Voor informatie over de naam van een song, raadpleegt u ‘Interne song lijst’ (p. 169).
fig.Panel-Internal.eps
Een song selecteren
Druk meerdere malen op de [Display] toets, zodat deze groen oplicht.
1.
Druk op de [-] of [+] toets, om de gewenste song te selecteren.
2.
Als er een ingebouwde preset song is geselecteerd, dan geeft het scherm ‘Preset’ aan.
fig.d-SongPreset.eps
fig.d-SongInternal.eps
Het scherm geeft ‘Internal’ aan bij songs in het interne geheugen, en ‘External’ bij songs in extern geheugen, zoals USB geheugen.
De song afspelen
Druk op de [Play] toets.
3.
De geselecteerde song begint te spelen. De geselecteerde song wordt tot het eind afgespeeld, waarna het afspelen stopt.
26
Songs beluisteren
Als er een song speelt, terwijl het song selectie scherm wordt getoond, dan kunt u de song terugspoelen door de [-] toets ingedrukt te houden, of doorspoelen door de [+] toets ingedrukt te houden.
Druk nogmaals op de [Play] toets, om het afspelen te stoppen. De volgende keer dat u op de [Play] toets drukt, wordt het afspelen hervat vanaf het punt waar u
stopte. Als het afspelen is gestopt aan het eind van de song, dan start het afspelen vanaf het begin van de song.
Als het song selectie scherm wordt getoond, dan keert u met een druk op de [-] toets terug naar het begin van de song. Door nogmaals op de [-] toets te drukken, keert u terug naar de voorgaande song.
Over het song selectie scherm
Het song selectie scherm verandert als volgt.
fig.SongDisplay-e.eps
Nieuw op te nemen song
USB geheugen songs
Intern
geheugen songs
Preset songs
Song tempo
Maat nummer Song nummer Song naam
Door de [Display] toets ingedrukt te houden, en op de [-] [+] toetsen te drukken, kunt u snel de eerste song in de song groep selecteren (zoals ‘eerste song in intern geheugen’, ‘eerste song in USB geheugen’, of ‘eerste song in intern geheugen’).
NOTE
De aanduidingen ‘Internal’ en ‘External’ verschijnen niet, als het interne geheugen geen song bevat of als er geen USB geheugen is aangesloten.
27
Songs beluisteren

Het volume van de song regelen

Wanneer er een song speelt, regelt u het volume als volgt. Als u meespeelt met een song, kunt u aldus de volume balans regelen tussen de song en
de geluiden die het klavier produceert.
fig.Panel-Internal.eps
1.
fig.d-SPvolume.eps
Houd de [Play] toets ingedrukt, en druk op de [-] of [+] toets.
Het song volume kan worden ingesteld op elke waarde van 0 tot 127.
Terwijl u de [Play] toets ingedrukt houdt, toont het scherm het volume van de song.
NOTE
U kunt het volume van de demo song niet wijzigen.
U kunt het volume van de song ook regelen, door aan de [Balance] knop te draaien, terwijl u de [Play] toets ingedrukt houdt.
28

Alle songs doorlopend afspelen (All Song Play)

De interne songs, alsmede de songs in het interne geheugen of USB geheugen, kunnen herhaaldelijk achter elkaar worden afgespeeld. Deze functie heet ‘All Song Play’.
fig.Panel-AllSong.eps
De eerste song opgeven
Songs beluisteren
Druk meerdere malen op de [Display] toets, zodat deze groen oplicht.
1.
Druk op de [-] of [+] toets, om de song te selecteren.
2.
De songs achtereenvolgens afspelen
Druk op de [Play] toets, terwijl u de [Display] toets ingedrukt houdt.
3.
Het scherm zal ‘ ’ aangeven. Als u preset songs heeft geselecteerd, dan zullen deze achtereenvolgens afspelen.
De intern geheugen songs zullen achtereenvolgens spelen als u een intern geheugen song heeft geselecteerd. De USB geheugen songs worden afgespeeld als u een USB geheugen song heeft geselecteerd.
fig.d-AllSong.eps
De songs zullen achtereenvolgens afspelen, beginnend met de geselecteerde song. Als het afspelen het eind van de laatste song heeft bereikt, dan begint het afspelen opnieuw bij
de eerste song.
Afspelen stoppen
Druk op de [Play] toets, zodat deze niet langer oplicht.
4.
All Song Play wordt verlaten, als de uitvoering is gestopt. De volgende keer dat u op de [Play] toets drukt, begint het afspelen vanaf het punt waar u bent
gestopt.
29
Songs beluisteren

Elk part afzonderlijk beluisteren (Track Mute)

Bij de interne songs kunt u de uitvoering part selecteren, dat moet worden afgespeeld. Tevens kunt u met elke hand afzonderlijk het met de song meespelen oefenen.
fig.Panel-TrackMute.eps
De uitvoeringsdata wordt als volgt aan de Track toetsen toegekend.
fig.TrackButtons-e.eps
Bij de interne songs wordt de linkerhand uitvoering toegekend aan de Track [1] toets, en de rechterhand uitvoering wordt toegkend aan de Track [2] toets.
Overige uitvoering wordt aan de Track [R] toets toegekend.
‘Tracks’ zijn gebieden waarin muziek data wordt bewaard, en de toetsen [1], [2], en [R] worden de ‘Track toetsen’ genoemd.
Ritme/ begeleiding part
Rechterhand part
Linkerhand part
30
Selecteer de song die u wilt afspelen (p. 26, p. 32, p. 33).
1.
Druk op de [Play] toets, om de song af te spelen.
2.
Selecteer het part, dat u niet wilt afspelen.
3.
Druk op de Track [1] toets, de Track [2] toets, of de Track [R] toets. De ingedrukte toets gaat uit, en het bijbehorende part klinkt niet meer. Het op deze manier tijdelijk laten zwijgen van een part heet ‘muting’.
Als u bijvoorbeeld het rechterhand part wilt oefenen, dan drukt u op de Track [2] toets, zodat die niet langer oplicht. Als u dan de song afspeelt, speelt het rechterhand part niet mee.
Als u nogmaals op de toets drukt die u bij stap 3 heeft geselecteerd, zodat de toets oplicht, dan zal het geluid van dat part klinken.
Zelfs als de song gestopt is, kunt u op de Track toetsen drukken, om het geluid al dan niet te laten zwijgen.
Druk op de [Play] toets, om het afspelen te stoppen.
4.
NOTE
NOTE
Mute instellingen verdwijnen, als u songs wisselt. Interne songs 6-65 beschikken niet over een uitvoering in het ritme/begeleiding part
(Track [R] toets). Als u op een Track toets drukt, die geen uitvoering bevat, dan zal deze niet oplichten.
Songs beluisteren
Als het volgende op het scherm verschijnt
Als u een song heeft opgenomen zonder deze op te slaan, dan verschijnt het volgende scherm als u een song selecteert.
fig.d-SongDelete.eps
U kunt geen preset song afspelen, als er een song is die u niet heeft opgeslagen. Als u uw uitvoering wilt wissen, en de preset song wilt afspelen, dan houdt u de [Display]
toets ingedrukt, en drukt u op de [+] toets, om ‘OK’ te selecteren. Daarna drukt u op de [Rec] toets.
Als u uw uitvoering niet wilt wissen, dan houdt u de [-] toets ingedrukt om ‘Cancel’ te selecteren. Daarna drukt u op de [Rec] toets.
Voor meer informatie over het opslaan van een opgenomen uitvoering raadpleegt u ‘De songs die u opneemt opslaan’ (p. 105).

Het volume van een gemute Track bepalen

Terwijl u een song speelt, regelt u als volgt het volume dat een part heeft na het drukken op een Track toets om het afspelen te muten.
De FP-7 maakt het mogelijk, om een specifiek part met verminderd volume af te spelen. Zo kunt u dat part gebruiken als ‘gids’ bij uw eigen spelen.
Selecteer de song die u wilt afspelen (p. 26, p. 32, p. 33).
1.
Houd een Track toets ingedrukt, en gebruik de [-] [+] toetsen, om op te
2.
geven welk volume de Track zal hebben als deze wordt gemute.
Als u de Track toets ingedrukt houdt, wordt het volume getoond dat de Track heeft als het afspelen ervan wordt gemute.
fig.d-MuteVol-0.eps
Het Track mute volume kan worden ingesteld op elke waarde, van 0 tot 80.
NOTE
Als u de stroom uitzet, keert de Track mute volume instelling terug naar ‘0’.
U kunt het Track mute volume ook regelen door de Track toets ingedrukt te houden, en tegelijkertijd aan de [Balance] knop te draaien.
31
Songs beluisteren

Songs vanuit intern geheugen beluisteren

Hier leest u hoe u songs vanuit het interne geheugen speelt.
U kunt de songs die u heeft opgenomen, en songs van het USB geheugen, opslaan in het interne geheugen. Raadpleeg voor meer informatie ‘De songs die u opneemt opslaan’ (p. 105) en ‘Een song van het USB geheugen naar intern geheugen kopiëren’
fig.Panel-Internal.eps
(p. 113).
Een song selecteren
Druk meerdere malen op de [Display] toets, zodat deze groen oplicht.
1.
Druk op de [-] of [+] toets, om de song te selecteren.
2.
Als u een in het interne geheugen opgeslagen song heeft geselecteerd, dan geeft het scherm ‘Internal’ aan.
fig.d-SongInternal.eps
NOTE
De song afspelen
Druk op de [Play] toets.
3.
De geselecteerde song begint te spelen. De geselecteerde song wordt tot het eind afgespeeld, waarna het afspelen stopt.
Als u geen songs in het interne geheugen heeft opgeslagen, dan verschijnt de ‘Internal’ indicatie niet.
32
Druk nogmaals op de [Play] toets, om het afspelen te stoppen. De volgende keer dat u op de [Play] toets drukt, wordt het afspelen hervat vanaf het punt waar u stopte.
Als het afspelen is gestopt aan het eind van de song, dan start het afspelen vanaf het begin van de song.
Als het song selectie scherm wordt getoond, dan keert u met een druk op de [-] toets terug naar het begin van de song. Door nogmaals op de [-] toets te drukken, keert u terug naar de voorgaande song.
Loading...
+ 154 hidden pages