Miele WT 2670 WPM User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing
was- en droogautomaat
WT 2670
WPM
Lees absoluut uw gebruiksaanwijzing voor u
dit toestel installeert en in gebruik neemt.
Daardoor zorgt u voor uw eigen veiligheid
en vermijdt u schade aan uw toestel.
nl-BE
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor
transportschade. Er werd materiaal ge
-
kozen, dat door het milieu wordt verdra
-
gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop
te brengen, wordt er grondstof ge
-
spaard en verkleint de afvalberg. Geef
deze stoffen dus niet met het gewone
vuilnis mee. Breng ze liever naar het
dichtstbijzijnde gemeentelijk container
-
park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij
uw gemeentebestuur aan de weet.
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische ap-
paraten bevatten vaak nog waardevolle
materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die voor het functio-
neren en de veiligheid van het apparaat
nodig waren. Als u het apparaat bij het
gewone afval doet of bij verkeerde be-
handeling kunnen deze stoffen schade-
lijk zijn voor de gezondheid en het
milieu. Verwijder het afgedankte appa
-
raat dan ook nooit met het gewone af
-
val.
Bij de aankoop van uw nieuw toestel
heeft u een bijdrage betaald. Die wordt
volledig gebruikt voor de toekomstige
recyclage van dat toestel. Dat bevat
trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook
minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af
-
danken van uw oud toestel, neem dan
contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
of
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10,
website: www.recupel.be
of
uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus
-
sen kindveilig wordt bewaard voor u het
laat wegbrengen.
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
2
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2
Opmerkingen omtrent uw veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Beschrijving van het toestel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11
Bedieningspaneel .................................................11
Werking van het display ............................................12
Gebruik van het toestel .............................................12
Eerste gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 13
Het nulpunt van de ladingsensor instellen ...........................14
Milieuvriendelijk wassen en drogen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
WASSEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16
Korte handleiding .................................................16
Afzonderlijk wassen ................................................16
Extra's ..........................................................21
Voorwas ......................................................21
Inweken.......................................................21
Kort ..........................................................21
Extra water ....................................................21
Zoemer .......................................................21
Was toevoegen / uit het toestel halen ..................................22
Centrifugeren .....................................................23
Centrifugeren voor en tussen de spoelbeurten ........................23
Niet centrifugeren op het einde van het programma (Spoelstop) ..........23
Niet centrifugeren tussen de spoelbeurten en op het einde van het
programma ....................................................23
Programmaoverzicht ...............................................24
Programmaverloop ................................................27
Wasmiddel .......................................................29
Onthardingsmiddel ..............................................29
Combinaties ...................................................29
Wasverzachter, vormspoeler of vloeibaar stijfsel .......................30
Wasverzachter, vormspoeler, vloeibaar stijfsel automatisch doseren .......30
Wasverzachter of vormspoeler in een apart programma .................30
Stijfsel in apart programma........................................30
Ontkleuren/kleuren ..............................................30
Inhoud
3
DROGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
Afzonderlijk drogen ................................................31
Extra's ..........................................................34
Temperatuur laag ...............................................34
Thermisch centrifugeren..........................................34
Was toevoegen / uit het toestel halen ..................................34
Programmaoverzicht ...............................................35
WASSEN EN DROGEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Zonder onderbreking wassen en drogen ...............................39
Na elke was- of droogbeurt. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Na het drogen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42
Programma Pluizen uitspoelen .......................................42
Het programmaverloop wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Een programma afbreken.........................................43
Het programma onderbreken ......................................43
Van programma veranderen.......................................43
Elektronische programmavergrendeling .............................44
Startuitstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 45
Reiniging en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 46
Was- en droogautomaat schoonmaken.................................46
Het watertoevoerzeefje reinigen ......................................48
Storingen verhelpen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 49
Wat gedaan als...................................................49
Er kan geen programma gestart worden................................49
Het display toont een foutmelding.....................................50
Storingen bij de laaddetectie.........................................51
Algemene problemen met de was- en droogautomaat.....................52
Een niet-bevredigend wasresultaat ....................................53
Een niet-bevredigend droogresultaat ..................................54
U kunt de vuldeur niet met de toets Deur openen.........................55
De vuldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomonderbreking ...........56
Het lampje voor de trommelverlichting vervangen ........................58
Technische dienst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 59
Het programma updaten (moderniseren).............................59
Inhoud
4
Garantievoorwaarden en -duur.....................................59
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................59
Opstellen en aansluiten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
Vooraanzicht .....................................................60
Achteraanzicht....................................................61
Plaats van opstelling ...............................................62
Was- en droogautomaat opstellen.....................................62
Transportbescherming .............................................62
Was- en droogautomaat uitlijnen ......................................64
De voet uitdraaien en met de borgmoer vastzetten .....................65
Inbouwen onder een doorlopend werkblad ...........................65
Het lekbeveiligingssysteem van Miele..................................66
Watertoevoer .....................................................67
Waterafvoer ......................................................68
Elektrische aansluiting ..............................................69
Verbruiksgegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 70
Opmerking met het oog op vergelijkende tests: .......................70
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 71
Menu Instellingen J . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 72
Taal J...........................................................72
Kloktijd ..........................................................73
Extra water .......................................................73
Behoedzame modus ...............................................74
Afkoeling waswater ................................................74
Deurvrijgave......................................................74
Preventie wasgoedring .............................................75
Tijdcorrectie ......................................................75
Slot .............................................................76
Temperatuur .....................................................77
Zoemer..........................................................77
Bevestigingssignaal................................................77
Contrast .........................................................77
Lichtsterkte ......................................................77
Stand-by ........................................................78
Memory .........................................................78
De afkoeltijd verlengen .............................................78
Inhoud
5
~
Lees in elk geval de gebruiksaan
-
wijzing.
Deze was- en droogautomaat vol
-
doet aan de voorgeschreven veilig
-
heidsvoorschriften. Door ondeskun
-
dig gebruik kunnen gebruikers ech
-
ter letsel oplopen en kan er schade
optreden aan het toestel.
Lees de gebruiksaanwijzing voor u
uw was- en droogautomaat in ge-
bruik neemt. U vindt er belangrijke
opmerkingen omtrent uw veiligheid,
het gebruik en het onderhoud van
uw was- en droogautomaat. Dat is
veiliger voor uzelf en u voorkomt
schade aan het toestel.
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed
en geef ze door aan wie het toestel
eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
~
De was- en droogautomaat mag u
enkel gebruiken om
textiel te wassen dat volgens het on
-
derhoudsetiket het machinaal was
-
baar is.
in water gewassen textiel te drogen.
Droog enkel wasgoed dat volgens
het onderhoudsetiket in een droog
-
automaat mag worden gedroogd.
Alle andere toepassingen zijn mis
-
schien gevaarlijk. Miele is niet verant
-
woordelijk voor schade die wordt ver
-
oorzaakt door een ander gebruik dan
wat hier wordt vermeld of door foutieve
bediening.
~
Personen die door hun fysieke,
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden
of hun onervarenheid of gebrek aan
kennis niet in staat zijn om het toestel
veilig te bedienen, mogen dit toestel al-
leen onder het toezicht of de
begeleiding van een verantwoordelijk
iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
~
Hou kinderen die in de buurt van de
was- en droogautomaat komen in het
oog. Laat ze nooit met de was- en
droogautomaat spelen.
~
Kinderen mogen de was- en droog
-
automaat alleen maar gebruiken wan
-
neer hen de bediening ervan zo uitge
-
legd is dat ze het toestel veilig kunnen
bedienen. Kinderen moeten de eventu
-
ele risico's van een foutieve bediening
kunnen beseffen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
6
Technische veiligheid
~
Controleer vóórdat de was- en
droogautomaat wordt geplaatst, of het
toestel zichtbaar beschadigd is.
Een beschadigde was- en droogauto
-
maat mag u niet opstellen en in gebruik
nemen.
~
Vergelijk de gegevens omtrent de
aansluiting (smeltveiligheden, spanning
en frequentie) op het typeplaatje met
die van het elektriciteitsnet bij u ter
plaatse voordat u de was- en droogau
-
tomaat aansluit. Vraag eventueel uitleg
aan een elektricien als u niet zeker
bent.
~
De elektrische veiligheid van deze
was- en droogautomaat is enkel ge-
waarborgd zo het toestel op een vol-
gens de voorschriften geïnstalleerd
aardsysteem is aangesloten.
Het is heel belangrijk dat aan deze fun-
damentele veiligheidsvoorwaarde is
voldaan. In geval van twijfel dient u uw
installatie door een vakman of vakvrouw
te laten nakijken.
Miele kan niet aansprakelijk gesteld
worden voor schade die werd veroor
-
zaakt doordat de aardleiding onderbro
-
ken was of gewoon ontbrak.
~
Gebruik om veiligheidsredenen
geen verlengsnoer. Gebruik van een
verlengsnoer verhoogt het risico op
oververhitting en daarmee op brand.
~
Door ondeskundig uitgevoerde re
-
paraties kunnen er onvoorziene risico's
ontstaan voor de gebruiker. Daarvoor
kan de fabrikant niet aansprakelijk wor
-
den gesteld. Reparaties mag u uitslui
-
tend laten uitvoeren door vakmensen
die door Miele erkend zijn. Anders is er
bij schade achteraf geen aanspraak
meer op waarborg.
~
Bij storingen of bij een reinigings- en
onderhoudsbeurt is de was- en droog
-
automaat alleen dan van het elektrici
-
teitsnet losgekoppeld in de volgende
gevallen:
u de stekker uit het stopcontact haalt
of
de zekering op uw elektrische instal
-
latie uitgeschakeld is, of
de schroefzekering op uw elektrische
installatie helemaal uitgedraaid is.
~
Het waterproofsysteem van Miele
beschermt tegen waterschade als de
volgende voorwaarden vervuld zijn:
het toestel wordt geïnstalleerd zoals
het hoort wat stroomvoorziening en
wateraansluiting aangaat,
de was- en droogautomaat wordt ge-
repareerd en/of onderdelen worden
vervangen indien er schade wordt
vastgesteld.
~
Laat defecte onderdelen enkel
vervangen door originele Miele-ver
-
vangstukken. Enkel dan bent u zeker
dat ze ten volle voldoen aan de eisen
die Miele qua veiligheid stelt.
~
Is het aansluitsnoer beschadigd,
laat het dan vervangen door een vak
-
man die door Miele erkend is. Zo ver
-
mijdt u risico's voor wie het toestel ge
-
bruikt.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
7
~
Als u het toestel niet op een vaste
plaats installeert, bijv. op een schip,
laat dit karwei dan enkel uitvoeren door
vakmensen. Die moeten ervoor zorgen
dat u het toestel veilig kunt gebruiken.
~
Geen veranderingen aan de was- en
droogautomaat doen, die niet uitdruk
-
kelijk door Miele toegelaten zijn.
Efficiënt gebruik
~
Stel uw was- en droogautomaat niet
op in een vertrek waar het kan vriezen.
Bevroren waterslangen kunnen onder
druk scheuren of springen. De betrouw
-
baarheid van de elektronische bestu-
ring kan door temperaturen onder het
vriespunt in het gedrang komen.
~
Verwijder de transportbeveiliging op
de achterzijde voor u uw was- en
droogautomaat in gebruik neemt. Zie
rubriek "Opstellen en aansluiten", alinea
"Transportbeveiliging verwijderen". Als
die beveiliging niet verwijderd is, kan
ze tijdens het centrifugeren schade toe-
brengen aan de was- en droogauto
-
maat. Ook aan meubelen of apparaten
ernaast kan er schade optreden.
~
Doe de waterkraan dicht bij langere
afwezigheid (bv. vakantie). Vooral wan
-
neer er zich vlakbij de was- en droog
-
automaat geen afvoer in de vloer be
-
vindt.
~
Overstromingsgevaar!
Voor u de afvoerslang in een spoelbak
hangt, dient u te controleren of het wa
-
ter vlot genoeg wegvloeit.
Maak de waterafvoerslang vast opdat
ze niet zou wegglijden! Door de
terugstoot van het wegvloeiende water
kan de slang anders uit de spoelbak
worden geslingerd.
~
Let erop dat er geen voorwerpen zo
-
als spijkers, naalden, geldstukken of
paperclips worden meegewassen.
Deze voorwerpen kunnen schade toe
-
brengen aan onderdelen van het toe
-
stel, bijv. aan kuip of trommel. Deze be-
schadigde onderdelen kunnen op hun
beurt uw was beschadigen.
~
Als u het wasmiddel juist doseert,
hoeft u de was- en droogautomaat niet
te ontkalken. Is de kalkaanslag in uw
was- en droogautomaat toch zo groot
dat deze ontkalkt moet worden, gebruik
dan een speciaal ontkalkingsproduct
met corrosiebescherming. Dit middel
kunt u bij uw Miele-handelaar of de
Technische Dienst van Miele verkrijgen.
Volg de gebruiksaanwijzing van het
ontkalkingmiddel strikt op.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
8
~
Wegens brandgevaar is het
verboden wasgoed te drogen...
dat niet gewassen is.
dat niet voldoende gereinigd is en
waarop oliehoudende, vethoudende
of andere resten aanwezig zijn (bijv.
wasgoed dat wordt gebruikt in de
keuken of voor
cosmeticatoepassingen en waarop
zich olie-, vet- of crèmeresten bevin
-
den).
Als u wasgoed droogt dat niet vol
-
doende gereinigd is, bestaat er ge
-
vaar op zelfontbranding, zelfs wan
-
neer het droogproces beëindigd is
en het wasgoed zich niet langer in
de was- en droogautomaat bevindt.
waarop brandgevaarlijke reinigings-
producten of resten van aceton, al-
cohol, benzine, petroleum,
vlekverwijderaar, terpentijn, was,
wasverwijderaar of chemicaliën aan-
wezig zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld
aan zwabbers, dweilen en
stofdoeken.
waarop resten van een
haarverstevigingsproduct, hairspray,
nagellakverwijderingsproduct of een
gelijkaardig product aanwezig zijn.
Dergelijk erg vuil wasgoed moet u
erg grondig wassen:
gebruik hierbij voldoende wasmiddel
en kies een hoge temperatuur. Bij
twijfel dient u het verscheidene ma
-
len te wassen.
~
Wegens brandgevaar is het
verboden wasgoed of producten te
drogen...
dat hoofdzakelijk schuimrubberen,
rubberen of rubberachtige delen be
-
vat. Denk hierbij bijvoorbeeld aan
-
producten uit latexschuimrubber,
douchemutsen, waterdicht wasgoed,
wasgoed dat van een gomlaag voor
-
zien is en hoofdkussens met
schuimrubbervlokken.
dat een vulling heeft of beschadigd
is (bijv. kussens of jasjes). Als de vul
-
ling eruit valt, kan er brand ontstaan.
~
Bij een groot aantal programma's
wordt de verwarmingsfase gevolgd
door een afkoelfase. Zo bent u er zeker
van dat het wasgoed niet beschadigd
raakt door een te hoge temperatuur.
Ook wordt op deze manier
zelfontbranding van het wasgoed ver-
meden. Pas daarna is het programma
beëindigd.
Neem al het wasgoed onmiddellijk na
afloop uit het toestel.
~
Waarschuwing: Schakel de was- en
droogautomaat nooit uit voor het droog
-
programma beëindigd is, tenzij u al het
wasgoed onmiddellijk uit het toestel
haalt en het zo uitspreidt dat de warmte
kan worden afgegeven.
~
Wasverzachter en andere
gelijkaardige producten mogen alleen
worden gebruikt zoals beschreven in
de gebruiksaanwijzing voor het product
in kwestie.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
9
~
Kleuringmiddel dient voor gebruik in
was- en droogautomaten geschikt te
zijn. Het mag enkel in beperkte mate -
als voor een huishouden - worden ge
-
bruikt. Volg de gebruiksaanwijzing van
de fabrikant strikt op.
~
Ontkleuringsmiddel kan wegens zijn
zwavelhoudende verbindingen corrosie
tot stand brengen. U mag geen ont
-
kleuringsmiddel in uw was- en droog
-
automaat gebruiken.
~
Tijdens het drogen mogen er zich
geen doseerhulpmiddelen zoals zakjes
of bollen tussen het wasgoed bevinden.
Deze objecten kunnen tijdens het dro-
gen smelten en schade teweegbrengen
aan de was- en droogautomaat en het
wasgoed.
~
Wasgoed dat met oplosmiddelhou-
dende reinigingsmiddelen behandeld
is, moet voordat het in de was- en
droogautomaat wordt gewassen,
grondig in zuiver water worden uitge-
spoeld.
~
Gebruik in deze was- en droogauto
-
maat in geen geval reinigingsmiddel
dat oplosmiddel bevat (bv. wasbenzi
-
ne). Sommige onderdelen van het toe
-
stel dreigen namelijk schade op te lo
-
pen. Er kunnen ook giftige dampen ont
-
staan. Bovendien bestaat er bij deze
middelen brand- en ontploffingsgevaar.
~
Opgelet: metalen kap is heet na
het drogen!
Zet de vuldeur na het drogen wijd
open. Raak de metalen kap niet aan die
zich op de binnenzijde van het deur
-
glas bevindt. Door hoge temperaturen
kunt u zich daaraan verbranden.
Toebehoren
~
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk
-
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden
gemonteerd of ingebouwd.
Worden er andere onderdelen gemon
-
teerd of ingebouwd, dan vervalt het
recht op waarborg en/of productaan-
sprakelijkheid.
Miele is niet aansprakelijk voor scha-
de die ontstaan is doordat deze vei-
ligheidsrichtlijnen niet in acht wer-
den genomen.
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
10
Bedieningspaneel
a Toets Start/Stop
start het gekozen programma en
breekt een gestart programma af.
b Display met de toetsen -, OK, + en
de toets Lading/dosering
Meer uitleg daarover vindt u op de
volgende pagina.
c Toets m
Om het startuitstel te kiezen
en om de kloktijd in te stellen.
d Optische interface PC
Dient voor de technische dienst als
controle- en overdrachtspunt (o.a.
voor updates).
e Toetsen Extra's met controlelamp
-
jes
De programma's kunt u aanvullen
met verschillende extra's.
f Programmakiezer
Om was- en droogprogramma's te
kiezen. U kunt de knop zowel naar
rechts als naar links draaien.
g Toets Wassen/Drogen
voor de keuze van de functies
Wassen
Drogen
Wassen en drogen.
h Toets I-aan/0-uit
Om de was- en droogautomaat in en
uit te schakelen.
i Toets Deur
Opent de vuldeur.
Beschrijving van het toestel
11
Werking van het display
Tijdens de keuze van het programma
kunt u op het display bepaalde onder
-
delen van het programma selecteren
en wijzigen.
Toetsen-/+
wijzigen het op het display aangegeven
item.
- vermindert de waarde of verplaatst
de markering omhoog.
+ verhoogt de waarde of verplaatst de
markering omlaag.
Toets OK
om het gekozen getal te bevestigen en
het volgende item te kiezen.
Toets Lading/dosering
geeft de lading en de overeenkomstige
dosering van het wasmiddel aan.
In de stand Andere programma's van
de programmakiezer kunt u op het dis
-
play volgende programma's selecteren:
Donker wasgoed, Overhemden, Jeans,
Sportkledij, Outdoor, Impregneren, Gor
-
dijnen, Extra spoelen en Stijven.
Ook het startuitstel en de inweektijd
kunt u op het display instellen.
Het display toont onder andere de wer
-
kingstijd van het was- en droogpro
-
gramma en de actuele kloktijd.
Bovendien bedient u het menu Instel
-
lingen J via het display.
Gebruik van het toestel
Met deze was- en droogautomaat kunt
u:
afzonderlijk wassen
met een lading (afhankelijk van het
programma) van max. 5 kg;
afzonderlijk drogen
met een lading (afhankelijk van het
programma) van max. 2,5 kg;
of
zonder onderbreking wassen en
drogen
met een lading (afhankelijk van het
programma) van max. 2,5 kg.
Beschrijving van het toestel
12
Stel het toestel degelijk op en sluit
het juist aan voor u het de eerste
keer gebruikt. Hou rekening met de
rubriek "Opstellen en aansluiten".
Uw was- en droogautomaat beschikt
over een detector die meet hoeveel
wasgoed er in de trommel zit. U kunt
dan het wasmiddel volgens de hoeveel
-
heid wasgoed doseren. Opdat de
detector storingsvrij zou kunnen wer
-
ken, moet u eerst een wasbeurt zonder
wasgoed en zonder waspoeder uitvoe
-
ren.
^ Draai de waterkraan open.
^ Druk op de toets I-aan/0-uit.
Wanneer u de was- en droogautomaat
voor het eerst inschakelt, verschijnt het
woord "welkom" op het display.
M
Willkommen
De verwelkoming verschijnt niet meer
wanneer een wasbeurt die langer
dan een uur duurt, uitgevoerd is.
Na enkele seconden schakelt het dis
-
play naar de instelling van de taal.
De taal op het display instellen
C èeština
F dansk
deutsch
H
^
Kies de gewenste taal met de toetsen
- en + en bevestig uw keuze met de
toets OK.
Het uur instellen
Het display schakelt naar de
uurinstelling.
12:00
Stel de dagtijd in.
^ Stel met de toetsen - en + het uur in
en bevestig die stap met de toets
OK. Nu kunt u de minuten instellen.
Nadat u de instelling van de minuten
bevestigd hebt, schakelt het display
naar de herinnering aan de transport-
bescherming.
Eerste gebruik
13
Herinnering aan de transportbe
-
scherming
De transportbescherming moet voor
de eerste wasbeurt verwijderd wor
-
den om schade aan de was- en
droogautomaat te voorkomen.
i
Verwijder de
transportbeveiliging.
OK
^
Door de toets OK in te drukken, be
-
vestigt u dat de transportbescher
-
ming verwijderd is.
Eerste wasbeurt
De was- en droogautomaat staat nu
klaar om een eerste wasprogramma uit
te voeren.
15:00
Kies een programma.
^
Draai de programmakiezer op Wit/
Bont.
^
Druk op de toets Start/Stop.
^
Draai de programmakiezer nadat de
wasbeurt is beëindigd op Stop en
schakel de was- en droogautomaat
uit.
De eerste ingebruikname is beëindigd.
Na de eerste ingebruikname moet
het nulpunt van de ladingsensor net
zoals bij een personenweegschaal
opnieuw worden ingesteld.
Het nulpunt van de ladingsensor
instellen
^
Schakel de was- en droogautomaat
in.
^
Doe de toesteldeur open.
^
Draai de programmakiezer op Wit/
Bont.
^
Druk op de toets Lading/Dosering tot
de volgende mededeling op het dis
-
play verschijnt:
i
Nulpuntinstelling
OK!
^ Draai de programmakiezer op Stop
en schakel de was- en droogauto-
maat uit.
Eerste gebruik
14
Stroom- en waterverbruik
Benut in elk was- en droogprogram
-
ma zoveel mogelijk de maximumla
-
ding. Dan is het stroomverbruik en
waterverbruik, berekend op de totale
hoeveelheid wasgoed, het geringst.
Gebruik de programma's Automatic
of Express om een kleinere hoeveel
-
heid te wassen.
Bij een kleinere lading wasgoed in
het programma Wit/Bont zorgt de au
-
tomatische aanpassing van de wa
-
tertoevoer ervoor dat er minder water
en stroom wordt verbruikt en dat het
programma korter uitvalt. Het kan
dus gebeuren dat de aangeduide
resttijd in de loop van een waspro-
gramma wordt aangepast.
Gebruik in de plaats van het pro-
gramma Witte/bonte was 95°C het
programma Witte/bonte was 60°C.
Zo spaart u tussen 35 à 45 %
stroom. Voor het meeste vuil is dit
programma ruim voldoende. Voor
hardnekkig of oud vuil gebruikt u de
extra optie Inweken.
Wasmiddel
Gebruik telkens maar zoveel was
-
middel als op de verpakking staat
aangegeven.
Verminder bij kleinere ladingen de
hoeveelheid wasmiddel. Gebruik
daarvoor de functie Lading/Dosering.
De juiste extra optie kiezen (Voor
-
was, Inweken, Kort)
Kies voor:
lichtjes vuil wasgoed
zonder zichtba
-
re vlekken een wasprogramma met
de extra optie Kort.
normaal tot sterk vervuild wasgoed
een wasprogramma zonder extra op-
tie.
heel sterk vervuild wasgoed
een
wasprogramma met de extra optie
Inweken.
Gebruik de extra optie Inweken in de
plaats van de extra optie Voorwas.
Tijdens het inweken en de daarop
-
volgende hoofdwas wordt dan het
-
zelfde sop gebruikt.
Tip voor het machinaal drogen ach
-
teraf
Kies, om energie te sparen tijdens
het drogen, het hoogst mogelijke
centrifugeertoerental na het wassen
en bij het thermisch centrifugeren.
Milieuvriendelijk wassen en drogen.
15
Korte handleiding
De bedieningsstappen met de aandui
-
ding (A, B, C,...)indeparagrafen
"Wassen", "Drogen" en "Wassen en dro
-
gen" kunt u als beknopte handleiding
gebruiken.
Afzonderlijk wassen
A Het wasgoed voorbereiden
^ Maak de zakken leeg.
,
Vreemde voorwerpen (bijv. spij
-
kers, geldstukken, papierklemmen)
kunnen het wasgoed en onderdelen
van de machine beschadigen.
^
Verwijder eventuele vlekken uit het
textiel voor u het wast. Doe dat bij
voorkeur terwijl de vlekken nog vers
zijn. Dop de vlekken weg met een
doekje dat geen kleur afgeeft. Niet
wrijven!
Vlekken (bloed, ei, koffie, thee, enz.)
kunt u vaak met kleine trucs wegwerken
die Miele in een waslexicon gebundeld
heeft. Dit kunt u direct bij Miele of via
de website van Miele opvragen resp.
bekijken.
,
Gebruik nooit chemische reini
-
gingsmiddelen (die oplosmiddel be
-
vatten) in uw was- en droogauto
-
maat!
^
Sorteer het wasgoed volgens de
kleur en de symbolen op het onder
-
houdsetiket. Dat vindt u in de kraag
of in de zijnaad.
Donker textiel heeft de neiging om bij
de eerste wasbeurten wat kleur te ver
-
liezen. Om geen wasgoed te laten ver
-
kleuren, wast u licht en donker textiel
het best apart.
Gordijnen: Haal de gordijnrolletjes en
de loden band weg. U kunt de gor-
dijnen ook in een zak steken.
Bh's: geloste bh-beugels vastnaaien
of verwijderen.
Breigoed, jeans, broeken, t-shirts en
sweaters: binnenstebuiten keren als
de fabrikant dat aanbeveelt.
Doe ritssluitingen, haakjes en oogjes
voor het wassen dicht.
Knoop dekbedovertrekken en kus
-
senslopen dicht. Zo komen er geen
kleinere stukken wasgoed in terecht.
Was in deze machine nooit textiel met
de aanduiding niet wasbaar (onder
-
houdssymbool h).
WASSEN
16
B Was- en droogautomaat inscha
-
kelen
Het licht in de trommel gaat aan.
C Programma kiezen
^ Kies het gewenste wasprogramma.
In het display wordt het gekozen pro-
gramma weergegeven.
Witte / Bonte was
Andere programma's:
Als u met de programmakiezer Andere
programma's kiest, kunt u op het dis
-
play uw keuze maken.
E
Donker wasgoed
Overhemden
Jeans H
^
Markeer met de toets - of + het ge
-
wenste programma en bevestig met
de toets OK.
Wacht tot de programmakeuze op het
display verschijnt.
60°C 1600 Omw/min
Duur 1:49 h
of
Jeans
40°C 900 Omw/min
Duur 1:00 h
^ Druk herhaaldelijk op de toets Was-
sen/Drogen tot enkel het controle-
lampje Wassen brandt.
Het controlelampje Drogen mag niet
branden, anders wordt na het was-
sen het overeenkomstige droogpro-
gramma uitgevoerd.
^
Met de toets - of + kunt u de weerge
-
geven temperatuur wijzigen. Met de
toets OK bevestigt u uw keuze en
gaat u over naar het onderdeel Cen
-
trifugeertoerental.
40°C 1200 Omw/min
Duur 1:49 h
^
Met de toetsen - of + kunt u het weer
-
gegeven centrifugeertoerental wijzi
-
gen of Spoelstop en Zonder centrifu
-
geren kiezen.
WASSEN
17
^
Kies via de functietoetsen Extra's de
gewenste extra optie.
^ Met de bovenste (rechter) toets kiest
u in deze volgorde een van de extra
opties: Voorwas of
Inweken of geen
keuze.
U kunt niet alle extra functies bij alle
wasprogramma's kiezen.
Kunt u een bepaalde extra functie niet
kiezen, dan is dat voor dat waspro-
gramma niet toegelaten.
De funcite "Temperauur laag" is enkel
bij het drogen werkzaam.
^
Kies eventueel een tijd voor het start
-
uitstel.
D Was- en droogautomaat vullen
^
Open de vuldeur met de toets Deur.
In het display wordt nu de lading ge
-
toond.
Belading <25%
B
Op het display ziet u in stappen van
25% hoeveel procent van de maximaal
toegelaten hoeveelheid wasgoed er
voor het gekozen programma in de
trommel zit.
^ Leg de was opengevouwen en losjes
in de trommel. Door textiel van ver-
schillend formaat in de trommel te
stoppen, verbetert het waseffect en
raakt de was tijdens het centrifugeren
beter verdeeld.
Bij de maximumlading zijn het stroom-
en waterverbruik het laagst in verhou-
ding tot de totale lading. Als u te veel
wasgoed laadt, vermindert het wasre
-
sultaat en komen er meer kreuken in de
was voor.
Let erop dat er geen wasgoed tus
-
sen de deur en de dichtingsring ge
-
klemd zit.
^
Doe de vuldeur met een lichte zwaai
dicht.
WASSEN
18
E Het wasmiddel toevoegen
Op het display ziet u nu niet meer de
lading, maar wel de dosering.
Dosering 75%
A
40%
Gebruik iets minder dan de
helft...
50%
Gebruik de helft...
60%
Gebruik iets meer dan de
helft...
75%
Gebruik drie vierden...
100%
Neem de aanbevolen hoeveel-
heid wasmiddel
Hou rekening met de vervuiling van de
was en met de waterhardheid.
Als u te weinig wasmiddel gebruikt,
wordt het wasgoed niet proper en na
verloop van tijd grauw en hard,
vormen er zich vetluizen op de was,
gaat er zich kalk afzetten op de
weerstanden.
Als u te veel wasmiddel toevoegt,
wordt er te veel schuim gevormd.
Daardoor vermindert het effect van
de wasbewegingen en zijn de was-,
spoel- en centrifugeerresultaten
onbevredigend.
wordt er meer water verbruikt door
-
dat er automatisch een bijkomende
spoelbeurt wordt ingelast.
wordt het milieu zwaarder belast.
^ Trek de wasmiddellade iets uit. Giet
het wasmiddel in de vakjes.
i = Wasmiddel voor de voorwas
(
1
/
4
van de aanbevolen
hoeveelheid wasmiddel)
j = Wasmiddel voor de hoofdwas
alsook voor het inweken
§ = Wasverzachter, vormspoeler of
vloeibaar stijfsel
^
Sluit de wasmiddellade.
Meer details over wasmiddelen en de
dosering ervan vindt u in de rubriek
"Wassen", paragraaf "Wasmiddel".
WASSEN
19
F Een programma starten
^
Druk op de knipperende toets Start/
Stop.
De vermoedelijke programmaduur
wordt per minuut afgeteld. Tijdens de
eerste 10 minuten berekent de was- en
droogautomaat het vermogen van het
wasgoed om water op te nemen. Daar
-
door kan de programmaduur verkorten
of verlengen.
Ook het verloop van het programma
wordt op het display getoond. De was-
en droogautomaat geeft aan hoever het
programma reeds gevorderd is.
De trommelverlichting wordt na de start
van het programma uitgeschakeld.
G Einde van het programma - het
wasgoed uit de machine halen
In de kreukbeveiliging ziet u afwisse-
lend:
Kreukbeveiliging
en
i
Einde programma.
Trommel leeghalen,
dan aut. uitschakelen.
^
Draai de programmakiezer op Stop.
Open de vuldeur met de toets Deur.
^
Neem het wasgoed uit.
Vergeet geen stukken wasgoed in
de trommel! Ze kunnen bij de vol
-
gende wasbeurt krimpen of ander
wasgoed verkleuren.
Belangrijk! Voor het uitschakelen
van de was- en droogautomaat altijd
het wasgoed uitnemen. Alleen zo is
een degelijke werking van de lading
-
detector gegarandeerd.
^
Schakel de was- en droogautomaat
uit met de toets I-aan/0-uit.
Hou rekening met de instructies in
de rubriek "Na elke was- of droog-
beurt".
Na het wassen met maximale lading
Als u met maximale lading heeft ge-
wassen en als u het wasgoed daar-
na in de was- en droogautomaat
wenst te drogen, dient u de lading te
halveren. Verdeel het textiel over 2
afzonderlijke droogbeurten.
WASSEN
20
Extra's
U kunt de basiswasprogramma's met
behulp van de toetsen Extra's aanvul
-
len.
Voorwas
Voor wasgoed waarin veel vuil zit,
bijv. stof en zand.
Inweken
Voor erg vuil wasgoed en voor textiel
met eiwithoudende vlekken (bijv.
bloed, vet, cacao).
De duur van het inweekproces kunt u in
stappen van 30 minuten instellen van
30 minuten tot 6 uur.
De inweektijd instellen
^ Druk (nadat u een programma heeft
gekozen) zo vaak op de Extra-toets
Voorwas/ Inweken tot het controle-
lampje Inweken aangaat.
15:06
Einde:
17:04
Inweken:
0.30 h
Met de toetsen - en + kuntudege
-
wenste inweektijd invoeren. Het eind
-
tijdstip van de wasbeurt wordt in over
-
eenstemming daarmee aangeduid. Met
de toets OK bevestigt u de gewenste
inweektijd.
De inweektijd uitschakelen
^
Stel de inweektijd in op 0.00 h en be
-
vestig met OK.
Kort
Voor lichtjes vuil wasgoed zonder
zichtbare vlekken.
De duur van de hoofdwas wordt inge
-
kort.
Extra water
Als u de extra optie Extra water kiest,
wordt er tijdens het wassen en spoe
-
len meer water gebruikt. Dat is de fa
-
brieksinstelling.
U kunt echter nog andere instellingen
voor Extra water kiezen. Die zijn be-
schreven in de rubriek "Menu Instel-
lingen J".
Zoemer
Op het einde van het programma of
tijdens de spoelstop hoort u een wek-
toon.
De zoemer weerklinkt tot de was- en
droogautomaat wordt uitgeschakeld.
De ingeschakelde zoemer blijft in alle
programma's actief tot hij weer wordt
uitgeschakeld.
U kunt de geluidssterkte van de zoemer
wijzigen. Dat is beschreven in de ru
-
briek "Instellingen J".
De waarschuwingstoon bij foutmel
-
dingen is onafhankelijk van het feit of
de zoemer in- of uitgeschakeld is.
WASSEN
21
Was toevoegen / uit het toestel
halen
Tijdens volgende programma's kunt u
nog wasgoed in de trommel toevoegen
en eruit nemen:
Wit/Bont
Kreukherstellend
Automatic
Express
Stijven
^
Druk op de toets Deur tot de vuldeur
open gaat.
,
Let op: Verbrandingsgevaar
wegens hoge temperaturen.
^ Leg er wasgoed bij of neem er weg.
^ Sluit de vuldeur.
Het programma wordt automatisch
voortgezet.
Let daarbij op het volgende:
Zodra het programma van start is ge
-
gaan, "merkt" het toestel geen wijzi
-
gingen meer op in de hoeveelheid was
-
goed.
Daarom gaat het toestel altijd uit van
een volledige lading indien u de toe
-
steldeur hebt opengemaakt om was
-
goed bij te leggen of uit te nemen.
De resttijd in het display kan dan ook
langer uitvallen.
De vuldeur gaat niet open indien:
de soptemperatuur hoger ligt dan
55°C.
het waterniveau een bepaald niveau
heeft overschreden (wanneer bijv.
Extra water geselecteerd is).
de programmastap Centrifugeren
bereikt is.
de elektronische programmavergren
-
deling ingeschakeld is.
WASSEN
22
Centrifugeren
Het toptoerental hangt af van het geko
-
zen wasprogramma.
Programma Omw/min
Wit/Bont 1600
Kreukherstellend 1200
Fijn wasgoed 600
Zijde 400
Wol 1200
Express 1600
Automatic 1200
Donker wasgoed 1200
Overhemden 600
Jeans 900
Sportkledij 1200
Outdoor 800
Impregneren 1000
Gordijnen 600
Extra spoelen 1200
Stijven 1500
Pompen/Centrifugeren 1600
U kunt het eindtoerental verminderen.
Een hoger toerental dan hierboven ver
-
meld kunt u echter niet kiezen.
Centrifugeren voor en tussen de
spoelbeurten
Het wasgoed wordt na de hoofdwas en
tussen de spoelbeurten gecentrifu
-
geerd. Als het eindtoerental beperkt
werd, geldt dit eveneens voor het toe
-
rental voor en tussen de spoelbeurten.
In het programma Wit/Bont wordt er
een extra spoelbeurt ingelast als het
toerental kleiner is dan 700 omw/min.
Niet centrifugeren op het einde van
het programma (Spoelstop)
^
Selecteer het centrifugeertoerental
op het display en kies de instelling
Spoelstop.
Het wasgoed blijft na de laatste
spoelbeurt in het water liggen. Daar
-
door wordt de kreukvorming beperkt
indien u de was niet meteen na het
einde van het programma uit de
trommel haalt.
Centrifugeren op het einde van het
programma starten:
Uw was- en droogautomaat stelt u
het maximale centrifugeertoerental
voor. U kunt een lager toerental kie-
zen. Met de toets Start/Stop start u
het centrifugeren op het einde van
het programma.
Het programma beëindigen
:
Druk op de toets Deur. Het water
wordt weggepompt. Druk daarna
nog eens op toets Deur om de vul-
deur te openen.
Niet centrifugeren tussen de
spoelbeurten en op het einde van het
programma
^
Selecteer het centrifugeertoerental
op het display en kies de instelling
Zonder centrifugeren.
Na de laatste spoelbeurt wordt het
water weggepompt en de kreukbe
-
scherming ingeschakeld. Bij deze in
-
stelling wordt er in de programma's
Wit/Bont, Kreukherstellend, Express
en Automatic een bijkomende spoel
-
beurt ingelast.
WASSEN
23
Programmaoverzicht
Wit/Bont van 95°C tot 30°C 9876 max. 5,0 kg
Textielsoort Katoen, linnen of gemengde weefsels.
Extra's Voorwas of Inweken, Kort, Extra water
Wasmiddel Algemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
Kreukherstellend van 60°C tot 30°C 421 max. 2,5 kg
Textielsoort Synthetische vezels, gemengde weefsels of katoen met kreuk
-
herstellende eigenschappen.
Extra's Voorwas of Inweken, Kort, Extra water
Wasmiddel Algemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
Fijn wasgoed van 60°C tot koud ac max. 1,0 kg
Textielsoort Delicaat wasgoed van synthetische vezels, gemengde weef-
sels of kunstzijde.
Extra's Voorwas of Inweken, Kort
Wasmiddel Wasmiddel voor fijne was
Zijde / van 30°C tot koud max. 1,0 kg
Textielsoort Zijde en alle weefsels zonder wol die met de hand gewassen
moeten worden.
Tip Steek panty's en bh's in een wasgoedzak om ze te wassen.
Extra's Extra water
Wasmiddel Wasmiddel voor fijne was
Wol / van 40°C tot koud max. 2,0 kg
Textielsoort Wol en wolhoudende weefsels.
Wasmiddel Wasmiddel voor wol
Express van 40°C tot koud 76 max. 2,5 kg
Textielsoort Een kleine hoeveelheid wasgoed die opgefrist moet worden;
de textielsoort stemt overeen met het programma Wit/bont.
Extra's Extra water
Wasmiddel Algemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
WASSEN
24
Loading...
+ 56 hidden pages