Gebruiksaanwijzing
en opstellingsinstructies
Wasautomaat
PW 5065
Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw apparaat plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
nl-BE
M.-Nr. 09 756 290
Page 2
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade. Het verpak
kingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belas
ting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateri
aal remt de afvalproductie en het ge
bruik van grondstoffen. Vaak neemt de
leverancier de verpakking terug. Als u
de verpakking zelf wegdoet, informeer
dan bij de reinigingsdienst van uw ge
meente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen.
Ze bevatten echter ook schadelijke
stoffen die nodig zijn geweest om de
apparaten goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude apparaat
bij het gewone afval doet of er op een
andere manier niet goed mee omgaat,
kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor
de gezondheid en het milieu.
Het afgedankte apparaat moet tot die
tijd buiten het bereik van kinderen wor
den opgeslagen.
Energie besparen
Energie- en waterverbruik
Maak zoveel mogelijk gebruik van de
–
maximale beladingscapaciteit van
een programma. U gebruikt dan rela
tief gezien de minste hoeveelheid
energie en water.
Bij een geringe belading in de pro
–
gramma's Witte was en Bonte was
zorgt de beladingsautomaat ervoor
dat de machine minder water, tijd en
energie verbruikt.
– Gebruik voor kleine partijen het pro-
gramma Miniwas.
Wasmiddel
– Gebruik de hoeveelheid wasmiddel
die op de verpakking staat aangegeven.
–
Verlaag bij een geringere belading
de wasmiddelhoeveelheid.
-
-
-
Verwijder uw oude apparaat dan ook
nooit samen met het gewone afval,
maar lever het in bij een gemeentelijk
inzameldepot voor elektrische en elek
tronische apparatuur.
Vraag uw handelaar indien nodig om
inlichtingen.
2
Als u aansluitend machinaal droogt
Kies het hoogste centrifugetoerental
voor het betreffende wasprogramma. U
bespaart dan energie tijdens het dro
gen.
-
-
Page 3
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu........................2
Het verpakkingsmateriaal ............................................2
Het afdanken van het apparaat ........................................2
Energie besparen ..................................................2
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................6
Bediening van de wasautomaat .....................................13
Deze automaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadiging van
het apparaat tot gevolg hebben.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing voordat u uw automaat voor het
eerst gebruikt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige
schade aan het apparaat. In de gebruiksaanwijzing vindt u be
langrijke instructies met betrekking tot de veiligheid, het gebruik
en het onderhoud.
Als meerdere personen de automaat bedienen, dan moeten de
veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen voor deze personen
toegankelijk worden gemaakt en/of worden uitgelegd.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.
-
Verantwoord gebruik
De wasautomaat is uitsluitend bestemd voor het wassen van tex-
~
tiel dat volgens het wasetiket geschikt is voor machinaal wassen.
Ieder ander gebruik kan gevaarlijk zijn. De fabrikant is niet verant
woordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door ander gebruik
dan hier aangegeven of door foutieve bediening.
De wasautomaat moet volgens de gebruiksaanwijzing worden
~
gebruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet re
gelmatig worden gecontroleerd.
Deze wasautomaat is alleen bestemd voor gebruik binnenshuis.
~
6
-
-
Page 7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Dit apparaat mag alleen worden gebruikt door personen die in
~
staat zijn het apparaat veilig te bedienen en die volledig op de
hoogte zijn van de inhoud van de gebruiksaanwijzing!
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasautomaat alleen zonder
~
toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasau
tomaat zodanig is toegelicht dat ze de wasautomaat veilig kunnen
bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele
risico's van een foutieve hantering kunnen herkennen en begrijpen.
-
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de wasau
~
tomaat te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden
gehouden.
Hou kinderen die in de buurt van de wasautomaat komen in het
~
oog. Laat kinderen nooit met de wasautomaat spelen.
De desinfectiestandaard van thermische en chemothermische
~
procédés dient te worden bewaakt. Desinfectieprogramma's mogen
niet worden onderbroken, omdat anders het desinfectieresultaat ongunstig kan worden beïnvloed.
-
7
Page 8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Controleer het apparaat voordat u het installeert en in gebruik
~
neemt op zichtbare schade. Een beschadigd apparaat mag niet
worden geïnstalleerd en gebruikt.
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen gewaarborgd
~
als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de
voorschriften is geïnstalleerd. Het is belangrijk dat u dit controleert.
Laat in geval van twijfel de huisinstallatie door een vakman inspecte
ren. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade
als gevolg van een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties leveren gevaar op voor de
~
gebruiker. Miele kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door
Miele zijn geautoriseerd, anders kan bij eventuele schade geen aanspraak op de garantie worden gemaakt.
Voer geen aanpassingen aan de automaat uit die niet uitdrukke-
~
lijk door Miele zijn toegestaan.
-
In geval van een storing of bij reinigings- en onderhoudswerk-
~
zaamheden is de automaat alleen spanningsvrij als:
–
de stekker uit de contactdoos is getrokken.
–
de hoofdschakelaar van de huisinstallatie uitgeschakeld is of
–
de betreffende zekering van de huisinstallatie er helemaal uitge
draaid is.
8
-
Page 9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De wasautomaat mag alleen met een nieuwe slangenset op de
~
watervoorziening worden aangesloten. Oude slangen mogen niet
worden gebruikt. Controleer de slangen regelmatig. U kunt de
slangen dan tijdig vervangen en waterschade voorkomen.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-
~
onderdelen worden vervangen. Alleen van die onderdelen kan Miele
garanderen dat zij aan de veiligheidseisen voldoen.
Het apparaat mag niet met een verlengsnoer, een stekkerdoos of
~
iets dergelijks op het elektriciteitsnet worden aangesloten. De veilig
heid van het apparaat is dan niet gewaarborgd (gevaar van overver
hitting).
Als het apparaat voor professionele doeleinden wordt gebruikt, is
~
het wenselijk dat het apparaat periodiek door een deskundige wordt
gecontroleerd (bijvoorbeeld door Miele). De resultaten moeten in het
zogenaamde machinevolgboek worden vastgelegd (verkrijgbaar bij
Miele). Het machinevolgboek moet op de plaats van opstelling worden bewaard.
-
-
Deze wasautomaat mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv.
~
op een schip) worden gebruikt.
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Opstellen en aansluiten" en
~
de rubriek "Technische gegevens" in acht.
De aansluitstekker moet te allen tijde bereikbaar zijn om de was
~
automaat van het elektriciteitsnet te kunnen afsluiten.
Bij een vaste aansluiting moet de stroomonderbreker voor elke
~
fase altijd toegankelijk zijn om de wasautomaat van het elektriciteits
net te kunnen afsluiten.
-
-
9
Page 10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veilig gebruik
De maximumlading bedraagt 6,5 kg (droog wasgoed). In de ru
~
briek "Programmaoverzicht" vindt u de deels kleinere ladingen voor
afzonderlijke programma's.
Plaats het apparaat in een vorstvrije ruimte. Bevroren slangen
~
kunnen barsten en temperaturen onder het vriespunt kunnen de
werking van de elektronica beïnvloeden.
Verwijder voor de ingebruikneming de transportbeveiliging aan
~
de achterkant van de automaat (zie het hoofdstuk "Plaatsen en aan
sluiten" onder "Transportbeveiliging verwijderen"). Als de beveiliging
niet wordt verwijderd, kunnen de wasautomaat en ernaast geplaatste apparaten en meubels tijdens het centrifugeren beschadigd raken.
Sluit de waterkraan als u gedurende lange tijd afwezig bent (bij-
~
voorbeeld tijdens vakanties). Dit is vooral van belang als zich in de
buurt van de automaat geen afvoerputje bevindt.
Als u voor de waterafvoer een wastafel gebruikt, controleer dan
~
van tevoren of het water in de wasbak snel genoeg wegstroomt.
Zorg dat de afvoerslang niet kan wegglijden. De kracht van het
uitstromende water kan een niet beveiligde slang uit de wastafel
drukken.
-
-
Voorkom dat vreemde voorwerpen (spijkers, naalden, munten,
~
paperclips, etc.) in de machine terechtkomen. Dergelijke voor
werpen kunnen de automaat beschadigen (zoals de kuip en de
wastrommel). Beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt het
wasgoed beschadigen.
10
-
Page 11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Bij juiste dosering van het wasmiddel hoeft de automaat niet te
~
worden ontkalkt. Mocht u toch willen ontkalken, gebruik dan een ont
kalkingsmiddel dat een anti-corrosiemiddel bevat (verkrijgbaar bij
Miele). Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen is
~
behandeld, moet vóór het wassen grondig met water worden ge
spoeld.
Gebruik nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten
~
(zoals wasbenzine). Onderdelen van de automaat kunnen bescha
digd raken en er kunnen giftige dampen vrijkomen. Bovendien be
staat er brand- en explosiegevaar.
Bewaar en gebruik in de buurt van de automaat geen benzine,
~
petroleum of andere licht ontvlambare stoffen. Er bestaat brand- en
explosiegevaar!
Textielverf moet geschikt zijn voor gebruik in een wasautomaat.
~
Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
-
-
-
-
Ontkleuringsmiddelen bevatten vaak zwavel en kunnen corrosie
~
veroorzaken. Deze middelen mogen niet in de wasautomaat worden
gebruikt.
11
Page 12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Voorkom dat de roestvrijstalen oppervlakken (front, deksel, om
~
manteling) in aanraking komen met vloeibare reinigings- en desin
fectiemiddelen die chloor of natriumhypochloride bevatten. Deze
middelen kunnen op het roestvrije staal corrosie veroorzaken.
Agressieve chloorbleekloogdampen kunnen eveneens corrosie tot
gevolg hebben. Bewaar geopende reservoirs met dergelijke mid
delen daarom niet in de buurt van het apparaat.
Voor de reiniging van het apparaat mag geen hogedrukreiniger of
~
waterstraal worden gebruikt.
Let bij gebruik en combinatie van speciale reinigingsmiddelen en
~
speciale producten op de aanwijzingen van de betreffende fabrikant. Gebruik het middel alleen voor toepassingen die door de fabrikant zijn aangegeven. Hiermee voorkomt u materiaalschade en
eventuele heftige chemische reacties.
-
-
-
Toebehoren
Toebehoren mogen alleen dan worden aan- of ingebouwd, als
~
deze uitdrukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Als er andere onderdelen worden aan- of ingebouwd, kan Miele niet voor de gevolgen
instaan en kan er geen beroep worden gedaan op bepalingen met
betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
Droogautomaten en wasautomaten van Miele kunnen in een was-
~
en droogzuil gecombineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele
was-droog-verbindingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar
toebehoren. Let erop dat de was-droogverbindingsset geschikt is
voor de Miele droogautomaat en de Miele wasautomaat.
Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebeho
~
ren) bij deze wasautomaat past.
Als de "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" niet worden
opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor
schade die daarvan het gevolg is.
12
-
Page 13
Bedieningspaneel
Bediening van de wasautomaat
a Toets Start
Met deze toets start u het gekozen
wasprogramma.
b Display met de toetsen –, OK en +
Nadere informatie over deze toetsen
vindt u op de volgende pagina.
c Toets +
Met deze toets kunt u de start van
een programma uitstellen.
d Optische interface PC
De optische interface gebruikt Miele
voor servicedoeleinden (onder meer
voor de update-functie).
e Toets Voorwas met controlelampje
f Programmaschakelaar
Met deze schakelaar kiest u de wasprogramma's. U kunt de schakelaar
naar rechts en naar links draaien.
g Toets Aan-Uit s
Let op! De automaat wordt automatisch uitgeschakeld om energie te
besparen. Dit gebeurt 15 minuten na
afloop van het programma/na de
kreukbeveiliging, maar ook na het inschakelen als u het apparaat verder
niet bedient.
h Toets Deur
Met deze toets opent u de deur.
13
Page 14
Bediening van de wasautomaat
Principe display
Toetsen–/+
Met deze toetsen wijzigt u het onderdeel dat in het display gemarkeerd is.
– Deze toets verlaagt de waarde of
verplaatst de markering (omhoog).
+ Deze toets verhoogt de waarde of
verplaatst de markering (omlaag).
Toets OK
Met deze toets bevestigt u een gekozen waarde en kiest u een volgend onderdeel.
Bij de programmakeuze kiest men via
het display:
–
de speciale programma's.
–
het toerental voor het eindcentrifuge
ren.
–
de temperatuur van sommige pro
gramma's.
–
de starttijd.
Het display toont onder meer de duur
van een wasprogramma en de actuele
dagtijd.
Ook het menu Instellingen J bedient u
via het display.
14
-
-
Page 15
Voordat u het apparaat voor het
eerst in gebruik neemt, moet het
correct zijn geplaatst en aangeslo
ten. Zie ook het hoofdstuk "Plaatsen
en aansluiten".
Om veiligheidsredenen kan voor de
eerste ingebruikneming niet worden ge
centrifugeerd. Om te kunnen centrifu
geren, moet eerst een wasprogramma
zonder wasgoed
Schakel de wasautomaat met de
^
toets K in.
Als u de automaat voor het eerst gebruikt, verschijnt de Duitse tekst
Miele Professional Willkommen.
Het welkomstscherm verschijnt niet
meer als de eerste ingebruikneming
afgerond is.
worden afgewerkt.
-
-
Eerste ingebruikneming
Dagtijd instellen
12:00
Dagtijd instellen
Stel met de toetsen – en + het juiste
^
uur in en bevestig deze waarde met
-
de toets OK. Stel vervolgens de
minuten in. Nadat u ook die waarde
heeft bevestigd, wisselt het display
naar het basismenu.
Eerste wasbeurt
De automaat kan nu voor het eerste
wasprogramma worden gebruikt.
^ Zet de programmaschakelaar op Wit-
te/Bonte was 60°C.
^ Draai de waterkranen open.
^ Druk op de toets Start.
Het display wisselt naar de instelling
van de taal.
^
Kies de gewenste taal met de toetsen
– en + en bevestig uw keuze met de
toets OK.
Transportbeveiliging
De transportbeveiliging moet vóór
het eerste wasprogramma worden
verwijderd om schade aan de was
automaat te voorkomen.
^
Bevestig het verwijderen van de
transportbeveiliging door op OK te
drukken.
Het display wisselt naar de instelling
van de dagtijd.
Na afloop van het programma is de
eerste ingebruikneming afgerond.
-
15
Page 16
Algemene aanwijzingen en tips
1. Wasgoed voorbereiden
^ Haal alle zakken leeg.
Voorwerpen zoals spijkers,
,
munten en paperclips kunnen het
wasgoed en onderdelen van de automaat beschadigen.
Vlekken voorbehandelen
Verwijder vóór het wassen eventuele
^
vlekken op het wasgoed. Doe dat zo
lang de vlekken nog niet zijn opge
droogd. Verwijder vlekken deppend
met een niet afgevende doek. Niet
wrijven!
Vlekken (van bloed, ei, koffie, thee,
etc.) kunt u vaak eenvoudig verwij
deren. Miele heeft hiervoor een specia
le vlekkenwijzer samengesteld die u via
internet kunt raadplegen.
Gebruik nooit chemische (oplos
,
middelhoudende) reinigingsmiddelen in de wasautomaat!
Wasgoed sorteren
^ Sorteer het wasgoed op kleur en op
de symbolen in het wasetiket (in de
kraag of bij de zijnaad).
Donker textiel geeft vaak af als het de
eerste keren wordt gewassen. Dit kan
verkleuring tot gevolg hebben. Was
licht en donker wasgoed daarom ge
scheiden.
-
-
-
-
-
-
16
Page 17
Algemene aanwijzingen en tips
Algemene tips
Bij vitrage: Verwijder de haakjes en
–
het loodband of doe deze delen in
een waszak.
Bij bh's: Naai losse beugels vast of
–
verwijder deze.
Bij gebreid goed, spijkergoed, pan
–
talons en tricot (t-shirts, sweatshirts,
etc.): Keer dit wasgoed binnenste
buiten als dit op het wasetiket staat.
Sluit voor het wassen ritssluitingen,
–
haakjes en oogjes.
– Knoop dekbedovertrekken en slopen
dicht, zodat er geen klein wasgoed
in kan komen.
– Meer tips vindt u in het hoofdstuk
"Programma-overzicht".
Was geen textiel dat volgens het wasetiket niet wasbaar is (symbool h).
-
-
2. Wasautomaat vullen
^
Schakel de wasautomaat met de
"Aan/Uit"-toets K in.
De trommelverlichting gaat aan.
Als u de maximale beladingscapaciteit
benut, is het energie- en waterverbruik
relatief gezien het laagst. Bij een te vol
le trommel neemt het wasresultaat af en
neemt de kreukvorming toe.
Zwaai de deur dicht.
^
Het wasgoed mag niet tussen de
,
deur en de trommel ingeklemd ra
ken.
-
3. Programma kiezen
Kies het programma dat het meest
^
geschikt is voor het betreffende was
goed (zie "Programma-overzicht").
Muntautomaat
Let op het betaalverzoek in het display
als het apparaat voorzien is van een
muntautomaat.
Als het apparaat een muntautomaat
heeft, kan de gebruiker geld verliezen als deze de deur na de programmastart opent of het program
ma afbreekt!
-
-
-
^
Druk op de toets Deur en open de
deur.
^
Ontvouw het wasgoed en leg het los
jes in de trommel. Grote en kleine
stukken bij elkaar zorgen voor een
optimale waswerking en voor een be
tere verdeling tijdens het centrifuge
ren.
-
-
-
17
Page 18
Algemene aanwijzingen en tips
Symbolen op het etiket
Wassen
De waarde in de wastobbe geeft de
maximale temperatuur aan waarmee
u het product mag wassen.
het gewenste wasprogramma en stelt
u de temperatuur in.
In het display wordt het gekozen programma weergegeven.
Bonte was
Als u met de programmaschakelaar
Speciale programma's kiest, verschij
-
nen deze programma's in het display.
Miniwas
C
E Overhemden
StijvenH
Markeer met de toets – of + het ge
^
-
wenste programma en bevestig uw
keuze met OK.
Het display wisselt naar het gekozen
programma.
Overhemden
40°C
Duur:0:37 h
600 omw/min
^ Met de toetsen – en + kuntudege-
markeerde temperatuur wijzigen. Met
de toets OK bevestigt u de gewenste
waarde en wisselt u naar het centrifugetoerental.
Het display wisselt naar het gekozen
programma.
60°C1400 omw/min
Duur:0:47 h
^
Met de toetsen – en + kunt u het ge
markeerde centrifugetoerental wijzi
gen. Bevestig de gewenste waarde
met OK. Bij sommige programma's
kunt u nu de temperatuur wijzigen
(met + of –).
20
Voorwas
^
Kies voor wasgoed dat veel vuil be
vat (zoals stof en zand) de extra
functie "Voorwas".
Als deze functie niet kan worden ge
kozen, is de functie niet toegestaan
-
-
bij het gekozen programma.
Uitgestelde start
Als u de start wilt uitstellen, kunt u nu
de gewenste starttijd aangeven (zie het
hoofdstuk "Uitgestelde start").
-
-
Page 21
D Wasmiddel doseren
Houd bij de dosering rekening met de
mate van verontreiniging en met de wa
terhardheid.
Bij te weinig wasmiddel
worden het reinigingsmateriaal en
–
het wasgoed niet schoon en na ver
loop van tijd grauw en hard.
ontstaan er vetbolletjes in de was.
–
ontstaat er kalkafzetting op de ver
–
-
warmingselementen.
Bij te veel wasmiddel
– treedt er sterke schuimvorming op,
waardoor de mechanische waswerking afneemt en de was niet goed
wordt gereinigd, gespoeld en gecentrifugeerd.
– wordt het milieu onnodig belast.
Meer informatie over wasmiddelen en
doseringen vindt u in het hoofdstuk
"Wasmiddel".
Verkorte gebruiksaanwijzing
-
-
Trek de wasmiddellade open en vul
^
de juiste vakjes.
i = Wasmiddel voor de voorwas
j = Wasmiddel voor de hoofdwas
§= Wasverzachter, appreteer-
^ Sluit de wasmiddellade.
1
(
/4van de aanbevolen hoeveel-
heid voor de hoofdwas)
middel of vloeibaar stijfsel
Bij desinfectieprogramma's wordt
het vakje § niet aangestuurd.
Doseer daarom geen middel in
vakje §.
De wasautomaat is geschikt voor het
aansluiten van externe doseersyste
men voor het doseren van vloeibare
was- en hulpmiddelen (zie ook
"Wasmiddel", "Externe dosering").
-
21
Page 22
Verkorte gebruiksaanwijzing
E Programma starten
Als u het programma kunt starten, be
gint de toets Start te knipperen.
Druk op de toets Start.
^
De toets Start licht op.
Nadat het programma is gestart, dooft
de trommelverlichting.
-
Controleer of de trommel leeg is.
Achtergebleven was kan bij een vol
gende wasbeurt krimpen of afgeven.
-
Als niet voor een uitgestelde start is ge
kozen, verschijnt in het display de ver
wachte programmaduur. De tijd wordt
in minuten afgeteld. In de eerste 10
minuten bepaalt de wasautomaat hoe
veel water het wasgoed kan opnemen.
Hierdoor kan de programmaduur nog
worden verkort.
Daarnaast is in het display het programmaverloop te zien. De automaat
geeft steeds aan welke programmafase
is bereikt.
F Trommel leeghalen
Als u de was niet meteen uit de machine haalt, wordt de kreukbeveiliging ge
activeerd.
15 minuten na afloop van de kreuk
beveiliging wordt de automaat auto
matisch uitgeschakeld. U kunt de au
tomaat met de toets K weer inscha
kelen.
^
Open de deur met de toets Deur.
-
-
-
-
-
-
-
^ Controleer of er iets in de dichtring bij
de deur zit (paperclips, spijkers,
etc.).
^ Zet de programmaschakelaar op
Einde.
^ Sluit de deur. Er kunnen anders on-
bedoeld voorwerpen in de trommel
terechtkomen. Deze zouden per on
geluk kunnen worden meegewassen
en het wasgoed kunnen bescha
digen.
^
Schakel de wasautomaat met de
toets K uit.
-
-
^
Haal het wasgoed uit de trommel.
22
Page 23
Centrifugeren
Maximaal toerental
eindcentrifugeren
Programmaomw./min
Witte/Bonte was1400
Kreukherstellend1000
Fijne was600
Badstof1400
Tafellinnen1200
Beddengoed1200
Vitrage600
Katoen1400
Wol1200
Miniwas1400
Overhemden600
Stijven1200
Kussens1400
Outdoor900
Impregneren800
Extra spoelen1400
Jeans1000
Donkere was1200
Pompen/Centrifug.1400
Intensief wassen1400
Meelvlekken1400
Meelvlekken +1400
Vetvlekken1400
Vetvlekken +1400
Handdoeken1400
Handdoeken +1400
Kappersschorten600
Therm. desinfectie15min1400
Chemo-thermisch 20min1400
U kunt het toerental voor het eindcentri
fugeren verlagen. Een hoger toerental
dan in de tabel is aangegeven, is niet
mogelijk.
Tussencentrifugeren
De was wordt na de hoofdwas en tus
sen de spoelgangen door gecentrifu
geerd. Als u het toerental voor het eind
centrifugeren verlaagt, wordt eventueel
ook het toerental voor het
tussencentrifugeren verlaagd.
Eindcentrifugeren uitschakelen
(spoelstop)
Kies de instelling Spoelstop. Het
^
wasgoed blijft dan na de laatste
spoelgang in het water liggen. Hier
door zal de kreukvorming minder zijn,
als u de was na afloop van het programma niet meteen uit de trommel
haalt.
– Eindcentrifugeren starten
:
De elektronica reikt u voor het centrifugeren het maximale toerental aan.
U kunt het toerental eventueel verlagen. Met de toets Start start u het
eindcentrifugeren.
–
Programma beëindigen
:
Druk op de toets Deur. Het water
wordt weggepompt. Druk opnieuw
op de toets Deur om de deur te ope
nen.
Tussencentrifugeren en
eindcentrifugeren uitschakelen
^
Kies de instelling zonder centrifuge
ren. Na de laatste spoelgang wordt
het water afgepompt en de kreukbe
veiliging ingeschakeld.
-
-
-
-
-
-
-
23
Page 24
Uitgestelde start
Een uitgestelde start is niet mogelijk
bij gebruik van een muntautomaat.
Via een uitgestelde start kunt u het pro
gramma-einde verschuiven. U kunt de
programmastart met 30 minuten tot
maximaal 24 uur uitstellen. Op deze wij
ze kunt u bijvoorbeeld gebruik maken
van een lager tarief voor nachtstroom.
Een uitgestelde start kan alleen cor
rect worden uitgevoerd als u de actu
ele dagtijd heeft ingesteld.
-
Als u een te lange tijd heeft ingesteld,
kunt u deze met de toets – weer ver
korten.
Bevestig het ingestelde einde met de
^
-
toets OK.
Uitgestelde start activeren
-
Druk op de toets Start.
^
60°C1200 omw/min
-
Start over:2:41 h
-
Uitgestelde start instellen
^ Druk na de programmakeuze op de
toets m.
7:51
Start:
Einde:
7:51
9:19
Het display toont de actuele dagtijd en
de tijd waarop het programma zal zijn
beëindigd.
7:51
Start:
Einde:
^
Kies met de toets + het gewenste
10:32
12:00
programma-einde.
Als u de eerste keer op de toets drukt,
wordt het programma-einde naar het
eerstvolgende hele of halve uur ver
schoven. Bij elke volgende druk op de
toets verschuift het programma-einde
telkens met 30 minuten.
Het display laat zien over hoeveel uur
en/of minuten het wasprogramma zal
worden gestart.
Instelling wijzigen
^ Druk op de toets m.
^ Kies een ander programma-einde
met de toetsen – en +.
^ Bevestig de instelling met OK.
Uitgestelde start beëindigen
^
Druk op de toets m.
^
Haal met de toets – het programmaeinde zover naar voren dat de pro
grammastart overeenkomt met de ac
tuele dagtijd.
^
Bevestig de instelling met OK.
Het programma start nu meteen.
Pas na de programmastart kan de
elektronica vaststellen, hoeveel was
zich in de trommel bevindt. De pro
grammaduur kan hierdoor eventueel
korter uitvallen.
-
-
-
24
Page 25
Programma-overzicht
Basisprogramma's
Witte/Bonte was30°C tot 95°Cmaximaal 6,5 kg
TextielsoortTextiel van katoen, linnen of mengweefsels
Tip
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Kreukherstellend30°C tot 60°Cmaximaal 3,5 kg
TextielsoortTextiel van synthetische vezels, mengweefsels of kreukherstel
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Fijne was20°C tot 40°Cmaximaal 2,5 kg
TextielsoortKwetsbaar textiel van synthetische vezels, mengweefsels of
TipTextiel dat wol bevat, moet met het wolprogramma worden ge-
Extra functieVoorwas
WasmiddelFijnwasmiddel
Badstof40°C tot 60°Cmaximaal 5,5 kg
TipGebruik voor donker wasgoed een bontwasmiddel.
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel wasmiddel
Tafellinnen40°C tot 75°Cmaximaal 3,5 kg
ProductTafelkleden en servetten van katoen, linnen of mengweefsels
TipKies bij hardnekkige verontreinigingen de functie Voorwas.Ge
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel wasmiddel
Kies "Witte was" voor wasgoed dat met kiemen besmet en
–
sterk verontreinigd is.
Was donkergekleurd textiel met een bontwasmiddel of met
–
een vloeibaar wasmiddel.
lende katoen
kunstzijde
wassen.
bruik een voorwasmiddel met enzymen.
-
-
25
Page 26
Programma-overzicht
Beddengoed40°C tot 60°Cmaximaal 6,5 kg
WasgoedBeddengoed van katoen of gemengde weefsels
OpmerkingBij donker textiel wasmiddel voor kleur gebruiken.
Extra functieVoorwas
WasmiddelAlgemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
Vitragekoud tot 40°Cmaximaal 3,0 kg
WasgoedGordijnen die volgens de fabrikant in de wasmachine mogen
worden gewassen
OpmerkingBij kreukgevoelige gordijnen het centrifugeertoerental uitscha
kelen.
Extra functieVoorwas
WasmiddelGordijnwasmiddel, algemeen wasmiddel en wasmiddel voor
kleur in poedervorm
Witte/Bonte wass/rmaximaal 6,5 kg
Wasgoednormaal vervuild katoenen wasgoed
Opmerking– Deze instellingen zijn voor wat betreft het energie- en water-
verbruik het meest efficiënt voor het wassen van katoenen
wasgoed .
– Bij r s de bereikte wastemperatuur lager dan 60°C, het
wasvermogen komt overeen met het programma Bont 60°C.
Extra functiesVoorwas
WasmiddelAlgemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
Richtlijn voor testinstituten:
Testprogramma's volgens EN 60456 en energielabel conform
EU-richtlijn 1061/2010
Wol /koud tot 30°Cmaximaal 2,5 kg
WasgoedWasbaar wolgoed en gemengd wollen weefsel
WasmiddelWasmiddel voor wol
Pompen / Centrifugerenmaximaal 6,5 kg
OpmerkingEnkel pompen: Toerental op Zonder centrifugeren instellen.
Om wasgoed te laten centrifugeren. Let op het ingestelde toe
rental.
-
-
26
Page 27
Programma-overzicht
Speciale programma's
De lijst met speciale programma's is afhankelijk van de instelling (zie rubriek
"Menu Instellingen/gebruikersniveau" – "Lijst speciale programma's").
Miniwas20°C tot 60°Cmaximaal 3,5 kg
WasgoedKleine hoeveelheden lichtjes vuil textiel dat in het programma
Bont gewassen kan worden
WasmiddelAlgemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
Overhemden20°C tot 60°Cmaximaal 2,5 kg
WasgoedHemden en blouses
Opmerking
WasmiddelAlgemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
Stijvenmaximaal 3,5 kg
OpmerkingHet wasgoed (tafellakens, servetten, beroepskledij) moet fris
StijfselVloeibaar stijfsel of stijfsel in poedervorm
Kussens0°C tot 60°C2 kussens (40 x 80 cm)
WasgoedHoofdkussens met een veder- of donsvulling of met een synthe
Opmerking
WasmiddelAlgemeen wasmiddel en wasmiddel voor kleur
Outdoorkoud tot 40°Cmaximaal 3,0 kg
WasgoedJassen, broeken uit microvezels zoals Gore-Tex
Opmerking
WasmiddelWasmiddel voor fijne was
Kragen en manchetten moet u, in de mate waarin ze vuil zijn,
–
op voorhand behandelen.
gewassen zijn, maar mag niet met een wasverzachter behandeld zijn.
´3
of 1 kussen (80 x 80 cm)
tische vulling
–
Lees de onderhoudsgegevens op het etiket!
–
Vloeibaar wasmiddel gebruiken.
®
WINDSTOPPER
–
Doe bij jassen de ritsen dicht.
–
Gebruik geen wasverzachter.
®
enz.
, SYMPATEX®,
-
27
Page 28
Programma-overzicht
Impregneren30°C tot 40°Cmaximaal 3,0 kg
WasgoedEen nabehandeling van microvezels, skikleding, fijn en dicht
geweven katoen (popeline) of tafellakens om een water- en vuil
afstotend effect te verkrijgen
Opmerking
Impregneermiddel
Extra spoelenmaximaal 6,5 kg
WasgoedWasgoed dat u enkel moet laten spoelen en centrifugeren.
Jeanskoud tot 40°Cmaximaal 3,5 kg
Opmerking– Was jeansstof binnenstebuiten.
WasmiddelVloeibaar wasmiddel voor kleur
Donkere waskoud tot 40°Cmaximaal 3,5 kg
WasgoedDonker wasgoed uit katoen of gemengde weefsels
OpmerkingWas deze stukken binnenstebuiten.
WasmiddelVloeibaar wasmiddel voor kleur
Machine reinigenGeen belading
De stukken wasgoed moeten fris gewassen en gecentrifu
–
geerd of gedroogd zijn, en volgens kleur gesorteerd.
Om een optimaal effect te krijgen, moet er nog een ther
–
mische nabehandeling volgen. Met het oog daarop kunt u het
wasgoed in een droogautomaat drogen of strijken.
Alleen impregneermiddelen met de aanduiding "geschikt voor
–
membraanweefsels" gebruiken. Die zijn op chemische verbin
dingen met fluor gebaseerd. Geen middelen gebruiken die
paraffine bevatten.
– Doe het impregneermiddel in vakje §.
– Jeans verliest bij de eerste wasbeurten vaak wat kleur, was
lichte en donkere stukken daarom apart.
Voor het reinigen van de kuip en het afvoersysteem.
–
Plaats algemeen wasmiddel in vakje j.
–
Bij regelmatig gebruik van desinfecteerprogramma’s moet u
het programma Machine reinigen regelmatig uitvoeren.
-
-
-
-
28
Page 29
Programma-overzicht
Intensief wassen*40°C tot 95°Cmaximaal 6,5 kg
TextielsoortSterk verontreinigd textiel van katoen, linnen of mengweefsels
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Hygiënegeen wasgoed
Als voor het laatste programma een temperatuur onder 60°C is gebruikt of als
het programma Centrifugeren is gekozen, verschijnt in het display de melding
Hygiëne.
Kies het hygiëneprogramma:
Doe geen was in de trommel. Doseer een kleine hoeveelheid wasmiddel in
–
vakje j en start het programma of
kies een wasprogramma met een temperatuur vanaf 60°C.
–
Als u de melding negeert, worden de volgende wasprogramma's normaal uitge-
voerd. Na afloop verschijnt dan opnieuw de melding Hygiëne.
Meelvlekken
Meelvlekken +
TextielsoortWerkschorten, werkjassen, mutsen, afdek- en reinigingsdoeken,
etc. van katoen of mengweefsels
Tip– Door voorspoelen worden grove verontreinigingen verwijderd.
– Gebruik een voorwasmiddel met enzymen.
–
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel wasmiddel
Vetvlekken
Vetvlekken +
TextielsoortWerkschorten, werkjassen, mutsen, reinigingsdoeken, etc. van
katoen of mengweefsels
Tip
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel wasmiddel
–
–
–
40°C tot 95°C
40°C tot 95°C
Kies bij ernstige verontreinigingen Meelvlekken +.
40°C tot 80°C
60°C tot 95°C
Door voorspoelen worden grove verontreinigingen verwijderd.
Gebruik een voorwasmiddel met enzymen.
Kies bij ernstige verontreinigingen Vetvlekken + en gebruik
een speciaal vloeibaar wasmiddel.
maximaal 6,5 kg
maximaal 6,5 kg
29
Page 30
Programma-overzicht
Handdoeken20°C tot 40°Cmaximaal 5,5 kg
TextielsoortLicht verontreinigd wasgoed van badstof (katoen)
TipGebruik voor donker wasgoed een bontwasmiddel.
WasmiddelUniverseel wasmiddel
Handdoeken +40°C tot 60°Cmaximaal 5,5 kg
TextielsoortEnigszins verontreinigd wasgoed van badstof (katoen)
TipGebruik voor donker wasgoed een bontwasmiddel.
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel wasmiddel
Kappersschortenkoud tot 30°Cmaximaal 2,0 kg
TextielsoortLicht verontreinigde kappersschorten van synthetische vezels
WasmiddelFijnwasmiddel
Therm. desinfectie15 min 85°Cmaximaal 6,5 kg
(thermische desinfectie)
TextielsoortTextiel van katoen of mengweefsels
Extra functieVoorwas
WasmiddelGeschikte speciale wasmiddelen (hoofdwasmiddel met bleek)
Chemo-thermisch20 min 60°Cmaximaal 6,5 kg
(chemo-thermische desinfectie)
TextielsoortWerkkleding of wasgoed dat gedesinfecteerd moet worden en
geschikt is voor een dergelijke behandeling. Sorteer het was
goed op kleur
Voor de betekenis van de symbolen en de bijzonderheden van het programma
verloop zie de volgende pagina.
-
31
Page 32
Programmaverloop
Betekenis symbolen:
d = Laag waterniveau
( = Gemiddeld waterniveau
e = Hoog waterniveau
a= Normaal wasritme
b= Behoedzaam
c = Wol
De wasautomaat heeft een
volelektronische besturing. De elektro
nica bepaalt zelf de benodigde water
hoeveelheid, gebaseerd op de hoe
-
-
veelheid wasgoed en het
wateropnemend vermogen ervan (beladingsautomaat). Hierdoor kunnen het
programmaverloop en de wastijden per
wasbeurt variëren.
Het hier besproken programmaverloop
heeft betrekking op het basisprogramma bij maximale belading. Met eventuele extra functies wordt geen rekening
gehouden.
Op het display van de machine kunt u
steeds zien bij welke programmafase
het apparaat is.
Bijzonderheden programmaverloop:
Kreukbeveiliging:
Na afloop van het programma draait de
trommel nog maximaal 30 minuten in
een rustig ritme om kreukvorming te
vermijden. De wasautomaat kan op elk
moment worden geopend. Uitzonde
ring: In het programma Wol is de kreuk
beveiliging niet actief.
1)
Voorspoelen: Er wordt automatisch
eerst voorgespoeld (zonder
wasmid
del).
2)
Centrifugeren: Voor het wassen voert
de automaat een centrifugestap uit
om zoveel mogelijk lucht uit de kussens te drukken. Pas na het centrifugeren wordt het water voor de hoofdwas via het vakje j toegevoerd.
3)
Bij het programma Outdoor wordt het
textiel alleen na de hoofdwas gecentrifugeerd.
4)
Bij het programma Meelvlekken +
wordt een derde spoelgang uitge
-
voerd.
-
-
32
Page 33
Bij gebruik van een muntautomaat
wordt het programma na drie minu
ten vergrendeld. Daarna kan het
programma niet meer worden afge
broken of gewijzigd.
-
-
Programma afbreken
Na de programmastart kunt u een pro
gramma op elk moment afbreken.
Zet de programmaschakelaar op
^
Einde.
De wasautomaat pompt het aanwezige
water weg en het programma wordt afgebroken.
^ Druk op de toets Deur.
^ Haal het wasgoed uit de trommel
of
^ sluit de deur en start een nieuw pro-
gramma.
Programma onderbreken
^
Schakel de wasautomaat met de
toets K uit.
Om door te gaan:
^
Schakelt u de wasautomaat met de
toets K weer in.
Programmaverloop wijzigen
Programma wijzigen
Wasprogramma wijzigen
Na de start van een programma kunt u
het programma niet meer wijzigen.
Als u een ander programma wilt kiezen,
moet u het gestarte programma afbre
ken.
-
Temperatuur veranderen
Bij sommige programma's kunt u de
temperatuur tot 5 minuten na de start
nog wijzigen.
^ Druk op de toets OK. De temperatuur
is gemarkeerd. Wijzig de temperatuur
met de toetsen + en –. Bevestig de
instelling met OK.
Centrifugetoerental veranderen
^ Druk zo vaak op OK totdat het centri-
fugetoerental gemarkeerd is. Met de
toetsen – en + kunt u het centrifugetoerental wijzigen. Dit is mogelijk tot
aan het moment waarop het eindcen
trifugeren begint.
De functie Voorwas kan niet worden inof uitgeschakeld.
-
-
^
Bevestig de melding op het display
en druk vervolgens op de toets Start.
33
Page 34
Programmaverloop wijzigen
Was bijvullen of voortijdig
verwijderen
Bij sommige programma's kunt u was
goed bijvullen of voortijdig uit de trom
mel halen:
Druk op de toets Deur totdat de deur
^
opengaat.
Doe het wasgoed in de trommel of
^
haal het eruit.
Sluit de deur.
^
Het programma wordt automatisch
voortgezet.
Let op het volgende:
De elektronica kan na de programmastart geen veranderingen in de washoeveelheid meer vaststellen.
De elektronica gaat er na het bijvullen
of uitnemen dan ook altijd van uit dat
de machine maximaal beladen is.
De aangegeven programmaduur kan
toenemen.
-
-
U kunt de deur niet openen als:
de temperatuur van het waswater bo
–
ven 50°C ligt.
het waterniveau een bepaalde waar
–
de overschrijdt.
de programmastap Centrifugeren
–
bereikt is.
U kunt een programma niet afbreken
of wijzigen en de deur niet openen
als:
een desinfectieprogramma gestart is.
–
– bij gebruik van een muntautomaat
het programma vergrendeld is.
-
-
34
Page 35
Wasmiddel
U kunt alle moderne wasmiddelen voor
wasautomaten gebruiken. Ook vloeiba
re en geconcentreerde wasmiddelen,
alsmede tabletten en componenten
-
wasmiddelen zijn geschikt.
Textiel van wol of wolmengweefsels
moet met een wolwasmiddel worden
gewassen.
Instructies en doseeradviezen vindt u
op de verpakking van het wasmiddel.
De dosering is afhankelijk van:
de mate van vervuiling.
–
licht verontreinigd
Er zijn geen zichtbare vlekken. De
was ruikt bijvoorbeeld niet meer fris.
normaal verontreinigd
Er zijn enkele verontreinigingen
zichtbaar en/of enkele gemakkelijke
vlekken.
sterk verontreinigd
Er zijn duidelijk zichtbare verontreinigingen en/of vlekken.
–
de waterhardheid.
Als u de waterhardheid in uw regio
niet kent, neem dan contact op met
uw waterbedrijf.
–
de hoeveelheid wasgoed (let op het
doseeradvies).
Waterhardheid
-
Hardheids
graad
zacht (I)0 - 1,50 - 8,4
gemiddeld (II)1,5 - 2,58,4 - 14
hard tot zeer
hard (III)
Hardheid in
mmol/l
boven 2,5boven 14
Duitse hard
Wateronthardingsmiddel
Bij de hardheidsgraden II en III kunt u
een onthardingsmiddel gebruiken om
wasmiddel te besparen. De juiste dose
ring vindt u op de verpakking. Doseer
eerst het wasmiddel en daarna het onthardingsmiddel.
Doseer het wasmiddel nu voor hardheidsgraad I.
Componentenwasmiddel
Als u met meerdere componenten wast,
doseer dan altijd in deze volgorde in
vakje j:
1. Wasmiddel
2. Wateronthardingsmiddel
3. Vlekkenzout
Als u deze volgorde aanhoudt, kunnen
de middelen goed worden ingespoeld.
heid °d
-
-
35
Page 36
Wasmiddel
Wasverzachter,
appreteermiddel of vloeibaar
stijfsel
Wasverzachters zorgen dat de was
zacht blijft en in de droger minder snel
statisch wordt.
Appreteermiddelen zijn synthetische
stijfsels die voornamelijk worden ge
bruikt om het wasgoed te verstevigen.
Stijfsel geeft de was een grotere stijf
heid en meer volume.
Doseer de middelen volgens de aan
^
wijzingen van de fabrikant.
-
-
Reinig de wasmiddellade en met
name de zuighevel, als u meermaals
automatisch heeft gesteven.
Stop voor wasverzachter of
appreteermiddel
Doseer de wasverzachter of het ap
^
preteermiddel in het vakje §.
Kies het programma Extra spoelen.
^
Druk op de toets Start.
^
-
Stijfselstop
-
Wasverzachter, appreteermiddel of
vloeibaar stijfsel automatisch
doseren
^
Doseer de wasverzachter, het appre
teermiddel of het vloeibare stijfsel in
het vakje §. Vul het vakje hooguit
tot de maximummarkering.
Tijdens de laatste spoelgang wordt de
wasverzachter, het appreteermiddel of
het vloeibare stijfsel ingespoeld. Na af
loop van het programma blijft in vakje
§ een kleine hoeveelheid water achter.
^ Bereid en doseer het stijfsel volgens
de aanwijzingen op de verpakking.
^ Doseer het stijfsel in vakje j.
^ Kies het programma Stijven.
^ Druk op de toets Start.
Ontkleuren/verven
^ Gebruik geen
in de wasautomaat.
^
Houdt u zich strikt aan de aanwij
zingen van de verffabrikant als u tex
tiel in de wasautomaat wilt verven.
-
-
ontkleuringsmiddelen
-
-
36
Page 37
Wasmiddel
Externe dosering
De wasautomaat is geschikt voor aansluiting op externe
wasmiddeldoseersystemen. Hiervoor is een speciale ombouwset vereist die uw
Miele-vakhandelaar of Miele naverkoopdienst moet installeren. De externe do
seerpompen worden aangestuurd door relais in de wasautomaat.
-
De relais worden aangestuurd, zoals in het overzicht is aangegeven. De reser
voirs moeten in de aangegeven volgorde met de betreffende was- en hulpmid
delen zijn gevuld. Gebruik geen chloor- of zuurhoudende was- en hulpmid
delen.
VoorwasHoofdwasWas
verzachter
Basisprogramma's
Witte/Bonte wasR 1R 2R 4–
KreukherstellendR 1R 2R 4–
Fijne wasR 3R 3R 4–
BadstofR 1R 2R 4–
TafellinnenR 1R 2R 4–
BeddengoedR 1R 2R 4–
VitrageR 3R 3R 4–
KatoenR 1R 2R 4–
Wol–R 3R 4–
R 1 = Relais 1 = Voorwasmiddel
R 2 = Relais 2 = Hoofdwasmiddel of bleek-/desinfectiemiddel
R 3 = Relais 3 = Fijnwasmiddel
R 4 = Relais 4 = Wasverzachter of impregneermiddel
-
Behande
len
-
-
-
-
37
Page 38
Wasmiddel
VoorwasHoofdwasWas
verzachter
Speciale programma's
Miniwas–R 2R 4–
Overhemden–R 2R 4–
Kussens–R 2R 4–
Outdoor–R 2R 4–
Impregneren–––R 4
Jeans–R 2R 4–
Donkere was–R 2R 4–
Maschine reinigen–R 2––
Intensief wassenR 1R 2R 4–
Hygiëne–R 2––
MeelvlekkenR 1R 2R 4–
Meelvlekken +R 1R 2R 4–
VetvlekkenR 1R 2R 4–
Vetvlekken +R 1R 2R 4–
Handdoeken–R 2R 4–
Handdoeken +R 1R 2R 4–
Kappersschorten–R 2R 4–
Therm. desinfectieR 1R 2R 4–
Chemo-thermischR 1R 2*R 4–
R 1 = Relais 1 = Voorwasmiddel
R 2 = Relais 2 = Hoofdwasmiddel of bleek-/desinfectiemiddel
R 3 = Relais 3 = Fijnwasmiddel
R 4 = Relais 4 = Wasverzachter of impregneermiddel
* Een extra wasmiddeldosering vindt plaats als de temperatuur is bereikt.
-
Behande
len
-
38
Page 39
Haal de spanning van het appa
,
raat.
-
Wasautomaat reinigen
Gebruik geen oplosmiddelhou
,
dende reinigingsmiddelen, schuur
middelen, glas- of allesreinigers.
Deze middelen kunnen de kunststof
oppervlakken en andere onderdelen
beschadigen.
Reinig de behuizing en het bedie
^
ningspaneel met een vochtige doek
en een mild reinigingsmiddel of een
sopje van zeep.
^ Reinig de trommel en andere onderde-
len van roestvrij staal met een geschikt
reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
-
-
-
Reiniging en onderhoud
Reinig de lade met warm water.
^
Reinig de zuighevel.
^
1. Trek de zuighevel uit het vakje § en
reinig deze onder de kraan met
warm water. Reinig ook het buisje
waarop de zuighevel geplaatst
wordt.
Trek de lade naar buiten totdat u
weerstand voelt. Druk op de ontgren
deling (zie afbeelding) en verwijder
de wasmiddellade.
2. Plaats de zuighevel terug.
-
39
Page 40
Reiniging en onderhoud
Ruimte voor de wasmiddellade reini
gen
^ Verwijder met een flessenborstel de
wasmiddelresten en de kalkafzettingen van de inspuiters van de wasmiddellade.
,
Spuit de wasautomaat nooit af
met een slang.
Trommel, kuip en afvoersysteem rei
nigen
Indien nodig kunt u de trommel, de kuip
en het afvoersysteem reinigen.
Start het programma Machine reini
^
gen.
Doseer een kleine hoeveelheid poe
^
dervormig wasmiddel.
Controleer na afloop van het pro
^
gramma de binnentrommel en verwij
der eventueel achtergebleven grove
verontreinigingen.
-
-
-
-
-
40
Page 41
Zeefjes watertoevoer reinigen
De automaat is voorzien van zeefjes die
de watertoevoerkleppen beschermen.
Deze zeefjes moeten eens per half jaar
worden gecontroleerd en eventueel ge
reinigd. Als de watertoevoer herhaalde
lijk wordt onderbroken, moeten de zeef
jes eerder worden gecontroleerd.
Zeefjes in de toevoerslangen
reinigen
Draai de kraan dicht.
^
Schroef de toevoerslang van de
^
kraan.
Reiniging en onderhoud
Draai de schroefkoppeling vast op
de waterkraan. Draai de kraan open.
Draai de schroefkoppeling vaster als
de aansluiting lekt.
-
-
Zeefjes in de koppelstukken reinigen
Draai de geribbelde kunststof moer
^
voorzichtig met een tang los.
^
Trek het rubberen dichtingsringetje 1
uit de groef.
^
Pak het kunststof zeefje 2 bij de kam
vast (met een combinatietang of
spitstang) en trek het eruit.
^
Reinig het zeefje.
^
Plaats alles in omgekeerde volgorde
terug.
^ Pak het zeefje met een spitstang bij
de kam vast en haal het eruit. Reinig
het zeefje. Plaats de onderdelen in
omgekeerde volgorde weer terug.
Plaats de zeefjes na het reinigen al
tijd weer terug.
-
41
Page 42
Nuttige tips
Wat moet u doen als...
De meeste storingen en problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voor
komen, kunt u zelf verhelpen. Hierdoor bespaart u tijd en geld, omdat u niet de
hulp van Miele hoeft in te roepen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een storing of probleem te ach
terhalen en te verhelpen. Houdt u daarbij wel rekening met het volgende:
Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door vakmensen. Ondes
,
kundig uitgevoerde reparaties kunnen groot gevaar opleveren voor de ge
bruiker.
De tabellen in dit hoofdstuk zijn per thema ingedeeld, zodat u een storing of fout
snel kunt vinden:
-
-
Er kan geen wasprogramma worden gestart
ProbleemOorzaakOplossing
Het display blijft
donker en de programmaschakelaar
licht niet op.
Als u het programma Pompen/Centrifugeren kiest, volgt
geen programma
start.
Het display is don
ker.
De stroomvoorziening
is niet in orde.
De handelingen voor
-
de eerste ingebruikne
ming zijn niet uitge
-
voerd.
-
Het display wordt auto
matisch uitgeschakeld
om energie te bespa
ren (stand-by).
Controleer of
– de automaat elektrisch is
aangesloten.
– de zekering in orde is.
Voer de handelingen voor de
-
eerste ingebruikneming uit, zo
-
als beschreven in het gelijkna
mige hoofdstuk.
-
Druk op een toets. De stand-byfunctie wordt beëindigd.
-
-
-
-
-
42
Page 43
Nuttige tips
In het display verschijnt een foutmelding
Melding in het displayOorzaakOplossing A
Fout
q
Waterafvoer
Fout
p
Watertoevoer
Reactie
Waterproof
o
Technische fout.
,
Neem contact op
met Miele.
Fout
,
Desinfectietemperatuur niet be
reikt
-
De waterafvoer is ge
–
blokkeerd of niet in
orde.
De afvoerslang is te
–
hoog geplaatst.
De watertoevoer is geblokkeerd of niet in
orde.
Het beveiligingsysteem
"Waterproof" heeft gereageerd.
Er is sprake van een defect.
Tijdens het desinfectie
programma is de ver
-
eiste temperatuur niet
bereikt.
Bij een apparaat met af
voerpomp: reinig het plui
zenfilter en de afvoer
pomp.
Bij een apparaat met af
voerklep: neem contact op
met Miele.
De maximale opvoerhoog
te is 1 m.
Controleer of
– de kraan ver genoeg
opengedraaid is.
– de toevoerslang geknikt
is.
– Sluit de kraan.
– Neem contact op met
Miele.
Start het programma opnieuw.
Als de foutmelding op
nieuw verschijnt, neem
dan contact op met Miele.
De wasautomaat heeft de
desinfectie niet correct uit
gevoerd.
Start het programma op
nieuw.
-
-
-
-
-
-
-
-
A Om een foutmelding uit het display te verwijderen, drukt u op de toets OK.
43
Page 44
Nuttige tips
Algemene problemen met de wasautomaat
ProbleemOorzaakOplossing
De automaat blijft tijdens
het centrifugeren niet sta
biel staan.
Er zijn vreemde pompge
luiden te horen.
Er blijft te veel wasmiddel
in het wasmiddelvak ach
ter.
De wasverzachter wordt
niet goed ingespoeld of er
blijft te veel water in het
vakje § staan.
In het display verschijnt
een vreemde taal.
De stelvoeten staan
niet goed en zijn niet
-
met de contramoeren
vastgezet.
Dit is geen storing! Slurpende geluiden bij het be
-
gin en het einde van het pompproces zijn normaal.
De waterdruk is te
laag.
-
Als poedervormige
wasmiddelen in aanraking komen met onthardingsmiddelen
kunnen ze gaan plakken.
De zuighevel zit niet
goed of is verstopt.
Onder "Instellingen J"
"Taal J" is een andere
taal ingesteld.
Zorg dat de automaat sta
biel en waterpas staat. Zet
de stelvoeten met de con
tramoeren vast.
Reinig de zeefjes in de wa
tertoevoerslangen.
Reinig de wasmiddellade
en doseer voortaan eerst
het wasmiddel en pas
daarna het onthardingsmiddel in het betreffende
vakje.
Reinig de zuighevel (zie in
het hoofdstuk "Reiniging
en onderhoud" de rubriek
"Wasmiddellade reinigen").
Stel de door u gewenste
taal in. Het vlaggetje helpt
u het juiste menu te
vinden.
-
-
-
-
44
Page 45
Het wasresultaat is onvoldoende
ProbleemOorzaakOplossing
De was wordt niet
goed schoon met
vloeibaar wasmid
del.
Op het gewassen
wasgoed blijven
grijze, elastische
bolletjes (vetbolletjes) achter.
Op gewassen
donker textiel bevinden zich witte,
wasmiddelachtige
resten.
Wasgoed met zeer
vette verontrei
nigingen wordt
niet goed schoon.
Vloeibare wasmidde
len bevatten vaak
geen bleekmiddel.
-
Fruit-, koffie- en thee
vlekken worden dan
niet verwijderd.
De dosering van het
wasmiddel was te
laag. Het wasgoed
was met vet verontreinigd (olie, zalf, etc.).
Het wasmiddel bevat
bestanddelen die niet
in water oplosbaar
zijn en voor de water
ontharding dienen
(zeolieten). Deze be
standdelen zijn op de
was neergeslagen.
–
Kies een programma met voorwas. Gebruik voor de
-
voorwas een vloeibaar wasmiddel.
–
Gebruik voor de hoofdwas waspoeder.
Voor sterk vervuilde bedrijfskleding adviseren wij voor de
hoofdwas speciale wasmiddelen. Neem voor meer informa
tie contact op met de leverancier van uw reinigingsmid
delen.
Gebruik bij dergelijke vlekken
-
–
waspoeder met bleekmiddel.
Doseer vlekkenzout in vakje j
–
-
en doe het vloeibare wasmiddel
in een doseerbolletje.
Doe nooit vloeibaar wasmiddel
–
en vlekkenzout samen in het was
middelvak.
Doseer bij dergelijk wasgoed
–
meer wasmiddel of gebruik een
vloeibaar wasmiddel.
– Laat de automaat vóór het vol-
gende wasprogramma een 60°Cprogramma uitvoeren. Gebruik
daarvoor vloeibaar wasmiddel en
doe geen wasgoed in de trommel.
– Probeer de resten er na het dro-
gen af te borstelen.
–
Was donker textiel voortaan met
-
een wasmiddel zonder zeolieten.
Vloeibare wasmiddelen bevatten
-
meestal geen zeolieten.
Nuttige tips
-
-
-
45
Page 46
Nuttige tips
De deur kan niet met de toets Deur worden geopend
OorzaakOplossing
De stroomvoorziening is
niet in orde.
StroomstoringOpen de deur zoals in de volgende rubriek wordt
De deur was niet correct
vergrendeld.
Er bevindt zich nog water
in de trommel en de wasautomaat pompt het water
niet weg.
Om te voorkomen dat u zich brandt, kunt u de deur bij een watertemperatuur
van meer dan 50°C niet openen.
Controleer of
de automaat is ingeschakeld.
–
de automaat elektrisch is aangesloten.
–
de zekering van de huisinstallatie in orde is.
–
beschreven.
Druk stevig tegen de slotkant van de deur en druk
vervolgens op de toets Deur.
Controleer of het afvoersysteem verstopt is. Reinig
het afvoersysteem zoals in de volgende rubriek
wordt beschreven.
Programma voortzetten na een onderbreking van de
stroomvoorziening
Mogelijke oorzaakOplossing
Stroomstoring
De wasautomaat is met
de toets K uit- en weer
ingeschakeld.
46
–
Na stroomherstel kan de wasautomaat het pro
gramma hervatten door te drukken op de knop K.
–
Bevestig de melding in het display en druk vervol
gens op de toets Start. Het programma wordt
voortgezet op basis van de opgeslagen status.
-
-
Page 47
Nuttige tips
Vuldeur openen bij verstopte
afvoer en/of stroomstoring
Haal de spanning van het appa
,
raat.
Aan de binnenkant van de wasmiddel
lade bevindt zich een opener voor het
klepje van de afvoer.
^ Verwijder de opener.
... bij een uitvoering met pluizenfilter
Als de afvoer verstopt is, bevindt zich
mogelijk nog veel water in de automaat
-
(maximaal 30 l).
Wees voorzichtig als u zojuist op
,
een hoge temperatuur heeft gewas
sen. U kunt zich dan branden!
Zet een geschikte bak onder het
^
klepje.
Draai het pluizenfilter er niet hele
maal uit.
-
-
^
Maak het klepje naar de afvoer open.
^
Draai het filter zo ver los dat het wa
ter uit de machine kan lopen.
Waterafvoer onderbreken:
^
Draait het filter weer vast.
-
47
Page 48
Nuttige tips
Als er geen water meer uitstroomt:
^ Draait u het filter er helemaal uit.
^ Reinig het filter grondig.
Er zal water uit de automaat stro
,
men als u het pluizenfilter niet terug
plaatst en vastdraait.
Om verlies van wasmiddel te vermijden,
dient u na reinigen van de filter ca. 2 l
water in de wasmiddellade te gieten.
Overtollig water wordt na de volgende
wasbeurt automatisch weggepompt.
Deur openen
Wacht tot de trommel stilstaat
,
voordat u de was uit de automaat
haalt. U kunt zich verwonden als u
uw hand in de nog draaiende trommel steekt.
-
-
^
Controleer of de pompschoepvleugel
gemakkelijk te draaien is. Verwijder
eventuele verontreinigingen en
vreemde voorwerpen (knopen,
munten, etc.) en reinig het filterhuis.
^
Plaats het pluizenfilter terug en draai
het weer vast.
48
^
Trek de noodontgrendeling omlaag,
bijvoorbeeld met de steel van een le
pel. De deur gaat nu open.
-
Page 49
Nuttige tips
... bij een uitvoering met afvoerklep
^ Druk de hendel voor de noodafvoer
naar beneden en houd deze vast totdat er geen water meer uit de automaat stroomt.
Deur openen
Wacht tot de trommel stilstaat
,
voordat u de was uit de automaat
haalt. U kunt zich verwonden als u
uw hand in de nog draaiende trom
mel steekt.
^ Trek de noodontgrendeling omlaag,
bijvoorbeeld met de steel van een lepel. De deur gaat nu open.
-
49
Page 50
Service
Reparaties
Voor storingen die u niet zelf kunt ver
helpen, waarschuwt u
uw Miele-vakhandelaar of
–
Miele.
–
De gegevens van Miele vindt u op de
achterkant van deze gebruiksaanwij
zing.
Voor een goede en vlotte afhandeling
moet Miele het type en serienummer
van uw apparaat weten. Beide gege
vens vindt u op het typeplaatje boven
het deurglas.
Optische interface PC
De optische interface PC gebruikt Miele
voor servicedoeleinden (onder meer
voor de update-functie).
Met de update-functie kan de besturing
van uw automaat worden aangepast
aan toekomstige ontwikkelingen op het
-
gebied van textielsoorten, wasmiddelen
en wasprocessen. Miele zal een derge
lijke update-mogelijkheid tijdig bekend
maken.
-
Bij te bestellen accessoires
Extra accessoires voor deze wasautomaat kunt u bestellen bij Miele.
-
50
Page 51
Voorkant
Plaatsen en aansluiten
a Toevoerslang koud water
b Toevoerslang warm water
c Elektrische aansluiting
d Bedieningspaneel
e Wasmiddellade
f Deur
g Klep pluizenfilter en afvoerpomp c.q.
afvoerklep en noodontgrendeling
h Stelvoeten
i Sokkel
j Bevestigingsbeugel (voor
betonsokkel)
51
Page 52
Plaatsen en aansluiten
Achterkant
a Houder voor:
–
Toevoerslang
–
Afvoerslang
–
Gedemonteerde transportstangen
b Kabel voor elektrische aansluiting
c Draaibeveiliging met transport
stangen
52
-
d Toevoerslang (koud water)
e Toevoerslang (warm water)
f Afvoerslang bij afvoerpomp
g Afvoerslang (niet bijgeleverd) bij af
voerklep
h Stelvoeten
-
Page 53
Wasautomaat plaatsen
Plaatsen en aansluiten
Deze automaat is niet geschikt voor
onderbouw.
^ Transporteer de automaat naar de
plaats van opstelling.
Zorg dat de automaat tijdens het
,
transport stevig staat.
Gebruik geen systemen die de auto
maat automatisch uitschakelen (zo
als schakelklokken). Het apparaat
moet op het elektriciteitsnet zijn aan
gesloten om de deur te kunnen ope
nen.
De bijgevoegde sticker met de vol
gende tekst moet in de nabijheid van
het apparaat worden aangebracht: "Om
de deur van dit apparaat te kunnen
openen, moet u ervoor zorgen dat het
apparaat op het elektriciteitsnet is aangesloten. Doe de deur voorzichtig
open."
,
Plaats de automaat niet vlakbij of
boven een open waterafvoer of
-goot. Binnendringend vocht kan beschadiging van elektrische onderdelen tot gevolg hebben.
-
-
-
-
-
53
Page 54
Plaatsen en aansluiten
Plaats van opstelling
De stelvoeten en de ondergrond
,
moeten droog zijn. De machine kan
anders tijdens het centrifugeren
gaan glijden.
Plaats de automaat bij voorkeur op een
betonnen vloer. Op een betonnen vloer
zal de automaat tijdens het centrifuge
ren minder snel trillen dan op een hou
ten of anderszins "zachte" vloer.
Zorg dat de automaat waterpas en
^
stevig staat.
^ Zet de automaat niet op een zachte
vloerbedekking, omdat de machine
anders tijdens het centrifugeren gaat
schudden.
Als u de automaat op een houten vloer
plaatst:
^ Zet de wasautomaat op een
triplexplaat (minimaal
70 x 60 x 3 cm). Deze plaat moet aan
zoveel mogelijk vloerbalken worden
vastgeschroefd, niet alleen aan vloer
planken.
Transportbeveiliging
verwijderen
Verwijder voor de ingebruikneming
^
de transportbeveiliging.
-
-
^ Verwijder de linker en de rechter
draaibeveiliging.
1. Haal de draaibeveiliging met een
schroevendraaier los.
2. Verwijder de draaibeveiliging.
-
^
Plaats het apparaat zo mogelijk in
een hoek. Daar is de stabiliteit van de
vloer het grootst.
54
^
Draai de linker transportstang 90°.
Gebruik hiervoor de bijgeleverde
sleutel en
Page 55
Plaatsen en aansluiten
trek de transportstang eruit.
^
^
Draai de rechter transportstang 90°
en
trek de transportstang eruit.
^
Sluit de betreffende gaten af! Als
,
u de gaten niet afsluit, kunt u zich
verwonden.
^
Sluit de openingen met de draaibe
veiligingen en de daaraan beves
tigde kapjes.
-
-
55
Page 56
Plaatsen en aansluiten
Stellen
Om optimaal te kunnen functioneren,
moet de automaat stevig en waterpas
staan.
Bevestig de transportstangen aan de
^
achterwand van de automaat. De
openingen b moeten op de houders
a worden gestoken.
Zonder transportbeveiliging mag
,
de automaat niet worden getransporteerd.
Bewaar daarom de transportstangen. De transportbeveiliging
moet weer worden gemonteerd,
voordat u het apparaat vervoert (bijvoorbeeld bij een verhuizing).
Transportbeveiliging monteren
Monteer de transportbeveiliging in om
gekeerde volgorde.
Als de automaat niet correct wordt op
gesteld, neemt het water- en energie
verbruik toe en blijft het apparaat mo
gelijk niet op zijn plaats staan.
Voetjes stellen en met contramoeren
vastzetten
Het stellen van de automaat gebeurt
met de vier machinevoeten (stel
voeten). Bij aflevering zijn alle voetjes
naar binnen gedraaid.
-
^
Draai de contramoer 2 met de bijge
leverde sleutel los (met de wijzers
van de klok mee). Draai de contra
moer 2 samen met de stelvoet 1 om
laag.
-
-
-
-
-
-
-
56
Page 57
Controleer met een waterpas of de
^
automaat goed staat.
^ Houd het voetje 1 met een water-
pomptang vast. Draai de contramoer
2 weer vast (met een steeksleutel tegen de behuizing).
,
Draai de vier contramoeren allemaal stevig tegen de behuizing.
Controleer ook de voeten die bij het
stellen niet zijn losgedraaid, anders
blijft het apparaat mogelijk niet op
zijn plaats staan.
Plaatsen en aansluiten
Automaat tegen verschuiven
beveiligen
Zet de beide voorste voeten van de
^
wasautomaat vast met de meegele
verde bevestigingsbeugel.
^ Neem de aanwijzingen uit de bijge-
voegde montagehandleiding in acht.
-
57
Page 58
Plaatsen en aansluiten
Was-droogzuil
Op de wasautomaat kan een Mieledroogautomaat worden geplaatst. Hier
voor is een tussenstuk (WTV) nodig
(niet bijgeleverd).
De montage van het tussenstuk dient
door Miele te worden uitgevoerd.
Machinedeksel terugplaatsen
Het deksel van de wasautomaat moet
worden teruggeplaatst als de wasdroogzuil weer wordt gedemonteerd.
Sokkelopstelling
De wasautomaat kan op een stalen
sokkel (open of gesloten onderbouw,
niet bijgeleverd) of op een betonnen
sokkel worden geplaatst.
Als u de automaat op een sokkel
,
plaatst moet het apparaat met de
meegeleverde bevestigingsbeugel
worden vastgezet. De automaat kan
anders tijdens het centrifugeren van
de sokkel vallen.
Muntautomaat
De wasautomaat kan worden voorzien
van een muntautomaat (optie).
De automaat moet hiervoor worden geherprogrammeerd. Dat mag alleen worden gedaan door Miele of door een
Miele-vakhandelaar.
Haal de ingeworpen munten/
waardemunten regelmatig uit de
muntautomaat, anders kan deze verstopt raken.
58
Page 59
Wateraansluiting
Koudwateraansluiting
De automaat mag zonder terugslagklep
op het waterleidingnet worden aange
sloten, omdat het apparaat gebouwd is
volgens de hiervoor geldende EUnormen.
De waterdruk moet tussen 100 kPa en
1.000 kPa overdruk liggen. Is de water
druk hoger dan 1.000 kPa, dan moet
een reduceerventiel worden geplaatst.
Voor de aansluiting is een kraan met
3/4"-schroefkoppeling vereist. Is geen
kraan aanwezig, dan mag de automaat
alleen door een erkend installateur op
de waterleiding worden aangesloten.
-
,De verbinding staat onder
leidingdruk. Controleer of de aansluiting lekt. Draai de kraan hiervoor
langzaam open. Controleer of de
dichting en de schroefkoppeling
goed zitten.
Plaatsen en aansluiten
De zeefjes (in het vrije uiteinde van
de toevoerslang en in het koppel
stuk van de watertoevoerklep) mo
gen niet worden verwijderd. Zij die
nen ter bescherming van de water
toevoerklep.
Verlenging slang
Als extra toebehoren zijn slangen van
2,5 en 4,0 m verkrijgbaar bij Miele.
-
-
-
-
De toevoerslang (koud – blauwe
strepen) is niet geschikt voor aan
sluiting op warm water.
Onderhoud
Als u de slang vervangt, gebruik dan
uitsluitend een originele Miele-slang.
Deze is bestand tegen een druk van
ruim 7.000 kPa.
-
59
Page 60
Plaatsen en aansluiten
Warmwateraansluiting
Om het elektriciteitsverbruik zo laag
mogelijk te houden, verdient het aanbe
veling het apparaat op een ringleiding
voor warm water aan te sluiten. Bij de
kraan mag het water niet warmer zijn
dan 70 °C.
Met een enkele leiding naar de warm
waterbron koelt het water te snel af als
de leiding niet continu wordt gebruikt.
Het kost dan extra elektrische energie
om het water weer op te warmen.
Voor de warmwateraansluiting gelden
verder dezelfde voorwaarden als voor
de koudwateraansluiting.
De toevoerslang (warm – rode strepen)
wordt op de waterkraan aangesloten.
Om functionele redenen is het niet
mogelijk om de automaat alleen op
een warmwaterleiding aan te sluiten.
-
Als de automaat niet op warm water
wordt aangesloten, moet de instelling
Water hoofdwas, Water voorwas en Wa
ter spoelen worden aangepast. De toe
voerslang (warm) moet worden gede
monteerd.
Kies in het menu Instellingen/
^
Exploitatieniveau telkens de optie
Koud. Het menu Instellingen/
Exploitatieniveau moet hiervoor wel
door Miele zijn vrijgegeven.
De programmaduur kan hierdoor toe
nemen.
^ Schroef de toevoerslang (warm –
rode strepen) eraf.
^ Plaats het bijgeleverde afdekkapje.
-
-
-
-
60
Page 61
Plaatsen en aansluiten
Waterafvoer
Uitvoering met afvoerklep
Voor de waterafvoer wordt gebruik ge
maakt van een motorgestuurde afvoer
klep. Via een in de handel verkrijgbare
haakse tuit DN 70 kan de aansluiting op
het aanwezige afvoersysteem (afvoer
met stankafsluiter) worden gereali
seerd.
Uitvoering met afvoerpomp
Het waswater wordt door een pomp af
gevoerd (maximale opvoerhoogte 1 m).
Om de waterafvoer niet te belemmeren,
moet de slang zonder knikken worden
gelegd. De adapter aan het uiteinde is
draaibaar en kan eventueel worden verwijderd.
Mogelijkheden voor de waterafvoer:
1. Via een kunststof afvoerbuis met rub-
beren nippel (een sifon is niet beslist
noodzakelijk).
-
-
Voor een opvoerhoogte van meer dan
1 m (tot maximaal 1,6 m) is bij de Mielevakhandel en bij Miele een speciale af
voerpomp verkrijgbaar.
-
-
-
2. Via een wastafel met kunststof nip
pel.
3. Via een afvoerputje.
Indien nodig kan de afvoerslang tot
maximaal 5 m worden verlengd. De be
nodigde onderdelen zijn verkrijgbaar bij
de Miele-vakhandel en bij Miele.
-
-
61
Page 62
Plaatsen en aansluiten
Elektrische aansluiting
De automaat heeft een aansluitkabel
zonder stekker.
Op het typeplaatje staat informa
,
tie over de nominale aansluitwaarde
en de zekering. Vergelijk deze ge
gevens met de waarden van het
elektriciteitsnet.
Het apparaat mag alleen worden aan
gesloten op een elektrische installatie
die voldoet aan alle daarvoor geldende
voorschriften (zoals NEN 1010).
De aansluiting mag alleen door een
vakman worden uitgevoerd.
De automaat kan via een geschikte
stekkerverbinding worden aangesloten.
Als er sprake is van een vaste aansluiting, moet het apparaat via een
schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld. De contactopening in uitgeschakelde toestand moet minimaal 3 mm
bedragen. Geschikt zijn zelfuitschakelaars, zekeringen en relais
(IEC/EN 60947).
-
-
Werkzaamheden in verband met her
aansluiting, veranderingen in de instal
latie of controle van de aarddraad of de
zekeringen mogen alleen worden uitge
voerd door een vakman die op de
hoogte is van alle geldende voor
schriften.
Let op de instructies op het
,
schakelschema als de machine aan
een andere stroomsoort wordt aan
gepast. De aanpassing mag alleen
door de geautoriseerde vakhandel
of door Miele worden uitgevoerd.
Daarnaast moet de instelling Vermogen worden aangepast.
Gebruik geen systemen die de
,
automaat automatisch uitschakelen
(zoals schakelklokken). Het apparaat moet op het elektriciteitsnet zijn
aangesloten om de deur te kunnen
openen.
-
-
-
-
-
-
De stekkerverbinding en de schakelaar
voor het loskoppelen van de netspan
ning moeten altijd toegankelijk zijn.
,
Als de automaat van de net
spanning wordt losgekoppeld, moet
het betreffende systeem afsluitbaar
zijn. Hierop moet op elk moment
controle kunnen worden uitgeoe
fend.
62
-
-
-
Page 63
Technische gegevens
Hoogte850 mm
Breedte595 mm
Diepte725 mm
Diepte bij geopende deur1085 mm
Gewicht109 kg
Maximale vloerbelasting als de automaat
in gebruik is
Capaciteit6,5 kg droog wasgoed
Aansluitspanningzie typeplaatje
Aansluitwaardezie typeplaatje
Zekeringzie typeplaatje
Geluidsemissie
op de werkplek
volgens EN ISO 11204/11203
Waterdruk minimaal100 kPa (1 bar)
Waterdruk maximaal1000 kPa (10 bar)
Lengte toevoerslang1,55 m
Lengte aansluitkabel1,80 m
Opvoerhoogte maximaal (afvoerpomp)1,00 m
LED (light emitting diodes)klasse 1
Gehanteerde normen inzake
productveiligheid
Keurmerkenzie typeplaatje
3000 Newton
<70dBre20µPa
volgens EN 10472, EN 60335
63
Page 64
64
Page 65
Instellingen voor het wijzigen van de
standaardwaarden
Met de instellingen kunt u de elektronica van de wasautomaat aan
veranderende situaties aanpassen.
Afhankelijk van de instellingen bij aflevering
– kunnen enkele instellingen zichtbaar zijn die alle gebruikers kunnen wijzigen
(menu Instellingen J)
of
– kunnen alle instellingen onder het exploitatieniveau met een code zijn vergren-
deld (menu Instellingen/Exploitatieniveau).
Neem zo nodig contact op met Miele.
65
Page 66
Menu "Instellingen J"
Menu Instellingen J openen
A Zet de programmaschakelaar op
Einde. Het basismenu verschijnt.
15:03
Programma kiezen
Instellingen F ...
B Druk op de toets OK.
C U bevindt zich nu in het menu Instel
lingen.
CTerug A
Taal F
Exploitatieniveau
D Kies de gewenste instelling met de
toetsen – en + en bevestig uw keuze
met de toets OK.
Menu "Instellingen" afsluiten
^ Kies Terug en bevestig uw keuze.
Het display wisselt naar het
startmenu.
Taal J
Het display kan verschillende talen
weergeven.
Via het submenu Taal kunt u de taal wij
zigen die in het display wordt weerge
geven.
Het vlaggetje achter het woord Taal
dient als hulpmiddel voor het geval u
per ongeluk een taal kiest die u niet
-
kent. U vindt het juiste menu dan snel
weer terug.
De ingestelde taal wordt met een vinkje
aangegeven.
De gekozen taal geldt alleen voor het
actuele programma. Na afloop van het
programma springt het display terug
naar de taal die is ingesteld in het
menu Instellingen/Exploitatieniveau.
-
-
66
Page 67
Menu "Instellingen/Exploitatieniveau"
Het menu Instellingen is door een
code tegen onbevoegd gebruik be
veiligd (met uitzondering van de
functie "Taal J").
CTerug A
Herhaal deze stappen totdat de drie
^
cijfers zijn ingevoerd.
-
Druk op OK als u alle cijfers heeft in
^
gevoerd.
In het display verschijnt:
-
FTaal F
Exploitatieniveau
Kies "Exploitatieniveau" en bevestig
^
uw keuze.
CTerug A
Toegang via code
X
Code wijzigen...
^ Kies Toegang via code en bevestig
uw keuze.
Code invoeren
U wordt verzocht een driecijferige code
in te voeren. Bij aflevering is de code: 0
00.
0__
Code invoeren
^
Met de toets + kunt u het eerste cijfer
invoeren. Bevestig het cijfer met de
toets OK. Voer nu het tweede cijfer
in.
Invoer OK.
W
Menu geopend
U heeft nu het exploitatieniveau geacti
veerd.
Als u wilt voorkomen dat onbevoeg
den uw instellingen wijzigen, is het
aan te bevelen de standaardcode te
wijzigen.
-
-
67
Page 68
Menu "Instellingen/Exploitatieniveau"
Taal J
Het display kan verschillende talen
weergeven.
Via het submenu Taal kunt u de vaste
taal kiezen die in het display moet wor
den weergegeven.
Kies de gewenste taal en bevestig
^
uw keuze.
Afkoeling waswater
Na de hoofdwas loopt extra water in
de trommel om het waswater af te
koelen.
De afkoeling van het waswater vindt
plaats bij wastemperaturen vanaf 70°C.
De afkoelfunctie dient ingeschakeld te
zijn als:
– de afvoerleidingen van het gebouw
niet geschikt zijn voor
warmwaterafvoer.
De afkoeling van het waswater is stan
daard ingeschakeld.
-
Dagtijd
U kunt aangeven of de dagtijd in een
24- of een 12-uursritme wordt weer
gegeven. U kunt er ook voor kiezen
geen klok te laten weergeven. Vervol
-
gens wordt de actuele dagtijd inge
steld.
Als u kiest voor de instelling "Geen klok"
kan de timer voor een uitgestelde start
alleen als 24-uurs-timer worden weer
gegeven.
Ritme instellen
^ Kies het gewenste ritme en bevestig
uw keuze.
Het display wisselt naar de instelling
van de dagtijd.
Dagtijd instellen
^ Stel met de toetsen – en + het juiste
uur in en bevestig deze waarde met
de toets OK. Stel vervolgens de
minuten in. Het display wisselt naar
het menu Instellingen.
-
-
-
-
68
Page 69
Menu "Instellingen/Exploitatieniveau"
Exploitatieniveau
U kunt de code voor de toegang tot
het exploitatieniveau wijzigen.
Voer de oude code in.
^
Voer de nieuwe code in.
^
Na het bevestigen van de nieuwe code
komt u bij het begin van het menu In
stellingen.
-
Contrast
Bij het contrast van het display kunt u
uit tien standen kiezen.
Bij aflevering is stand 4 ingesteld.
Het contrast wordt meteen na het kiezen van een andere stand aangepast.
Lichtsterkte
Stand-by (display)
Met deze functie bespaart u energie.
Het display wordt na 10 minuten don
ker en de toets Start begint langzaam
te knipperen.
Het display wordt weer ingeschakeld
als u de programmaschakelaar of een
toets bedient.
U kunt uit 3 opties kiezen:
Aan
De stand-by-functie wordt ingescha
keld:
– als na het inschakelen geen pro-
gramma wordt gekozen.
– na de programmastart.
– na afloop van het programma.
Niet in het programmaverloop
daardinstelling)
De stand-by-functie wordt ingeschakeld:
-
(stan-
-
Bij de lichtsterkte van het display
kunt u uit tien standen kiezen.
Bij aflevering is stand 5 ingesteld.
De lichtsterkte wordt meteen na het kie
zen van een andere stand aangepast.
–
als na het inschakelen geen pro
gramma wordt gekozen.
-
-
69
Page 70
Menu "Instellingen/Exploitatieniveau"
Memory
Als u aan een programma een extra
functie toevoegt of de voorgepro
grammeerde temperatuur of het cen
trifugetoerental wijzigt, slaat de was
automaat deze instellingen bij de
start van het programma op.
Als u het wasprogramma opnieuw kiest,
laat de wasautomaat de waarden zien
die in het geheugen zijn opgeslagen.
De memory-functie is standaard uitge
schakeld.
-
-
-
-
Beladingsautomaat
Als u de beladingsautomaat uitschakelt, wordt er bij het programmaverloop van uitgegaan dat u de machine
met maximale belading gebruikt.
Bij aflevering is deze functie ingeschakeld.
Water hoofdwas
U kunt de watersoort voor de hoofd
was kiezen (niet bij de programma's
Wol en Vitrage). Warm water is alleen
mogelijk bij een wastemperatuur van
meer dan 30°C.
Bij aflevering is de watersoort Warm in
gesteld.
Als de wasautomaat niet op warm wa
ter wordt aangesloten, neemt de pro
grammaduur toe en zijn er afwijkingen
ten aanzien van de weergegeven
resttijden.
-
Water spoelen
U kunt de watersoort kiezen voor het
spoelen in de programma's Witte/Bonte was en Kreukherstellend. Toevoer van warm water is alleen mogelijk bij een wastemperatuur van meer
dan 50°C.
-
-
-
Water voorwas
U kunt de watersoort voor de voor
was kiezen (niet bij het programma
Vitrage). Warm water is alleen moge
lijk bij een wastemperatuur van meer
dan 30°C.
Bij aflevering is de watersoort Warm in
gesteld.
70
-
Bij aflevering is de watersoort Koud in
gesteld.
-
-
-
Page 71
Menu "Instellingen/Exploitatieniveau"
Lage waterdruk
Bij een permanent lage waterdruk
(onder 100 kPa) kan deze instelling
worden geactiveerd om een correcte
watertoevoer te waarborgen.
Bij aflevering is deze optie uitgescha
keld.
-
Niveau wit/bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kan het waterniveau voor de hoofdwas worden verhoogd.
Bij aflevering is de optie
"Blokparameter" ingesteld. (Het waterniveau wordt gestuurd via de programmagegevens die in de fabriek zijn geprogrammeerd.)
Temperatuur voorwas WB
Voor de programma's Witte/Bonte
was en Vetvlekken + kan de tempe
ratuur voor de voorwas worden geko
zen.
Bij aflevering is de optie
"Blokparameter" ingesteld. (De tempe
ratuur wordt geregeld via de program
magegevens die in de fabriek zijn ge
programmeerd.)
-
Wastijd voorwas
U kunt de wastijd voor de voorwas
verlengen.
Bij aflevering is de optie
"Blokparameter" ingesteld. (De wastijd
wordt gestuurd via de programmagegevens die in de fabriek zijn geprogrammeerd.)
-
-
-
-
Niveau kreukherstell.
Voor het programma Kreukherstel
lend kan het waterniveau voor de
hoofdwas worden verhoogd.
Bij aflevering is de optie
"Blokparameter" ingesteld. (Het waterni
veau wordt gestuurd via de program
magegevens die in de fabriek zijn ge
programmeerd.)
-
-
-
Wastijd wit/bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kan de wastijd voor de hoofdwas
worden verlengd.
Bij aflevering is de optie
"Blokparameter" ingesteld. (De wastijd
wordt gestuurd via de programmage
gevens die in de fabriek zijn gepro
grammeerd.)
-
-
71
Page 72
Menu "Instellingen/Exploitatieniveau"
Wastijd kreukherstell.
Voor het programma Kreukherstel
lend kan de wastijd voor de hoofd
was worden verlengd.
Bij aflevering is de optie
"Blokparameter" ingesteld. (De wastijd
wordt gestuurd via de programmage
gevens die in de fabriek zijn gepro
grammeerd.)
-
-
-
-
Voorwas wit/bont/kh
Voor de programma's Witte/Bonte
was en Kreukherstellend kunt u in-
stellen of de voorwas permanent
moet worden toegevoegd.
Als u voor permanent kiest, brandt het
controlelampje van de toets "Voorwas".
Bij aflevering is de optie Menukeuze ingesteld.
Lijst speciale program.
2. Intensief: Naast de programma's on
der 1. worden ook de programma's Intensief wassen en Hygiëne* weergege
ven.
* Het programma Hygiëne verschijnt
alleen in het display als tevens de in
stelling Hygiëne gekozen is.
3. Bakkers: Naast de programma's on
der 1. worden ook de programma's
6. Desinfectie: Naast de programma's
onder 1. worden ook de programma's
Chemo-thermische desinfectie (chemothermische desinfectie 20 min., 60°C)
en Thermische desinfectie (thermische
desinfectie 15 min., 85°C) weergege
ven.
-
-
-
-
-
-
-
U kunt de lijst van weergegeven spe
ciale programma's wijzigen.
1. Standaardinstelling: De programma's
Miniwas, Overhemden, Stijven, Kus
sens, Outdoor, Impregneren en Extra
spoelen worden weergegeven.
72
-
-
Hygiëne
Als u een programma met een tem
peratuur lager dan 60°C heeft ge
bruikt, verschijnt na afloop in het dis
play het verzoek het programma Hy
giëne te starten. Bij de instelling Lijst
speciale programma's moet de optie
Intensief zijn gekozen.
Bij aflevering is deze optie uitgeschakeld.
-
-
-
-
Page 73
Menu "Instellingen/Exploitatieniveau"
Spoelgangen wit/bont
In het programma Wit/Bont kan het
aantal spoelgangen worden veran
derd.