Gebruiksaanwijzing
en opstellingsinstructies
Wasautomaat
PW 5064 MopStar 60
Lees beslist de gebruiksaanwijzing
voordat u uw apparaat plaatst,
installeert en in gebruik neemt.
Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
onnodige schade aan uw apparaat.
nl-BE
M.-Nr. 09 756 260
Page 2
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu
Het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt het apparaat
tegen transportschade. Het verpak
kingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belas
ting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Hergebruik van het verpakkingsmateri
aal remt de afvalproductie en het ge
bruik van grondstoffen. Vaak neemt de
leverancier de verpakking terug. Als u
de verpakking zelf wegdoet, informeer
dan bij de reinigingsdienst van uw ge
meente waar u die kunt afgeven.
-
-
-
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische apparaten bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter
ook schadelijke stoffen die nodig zijn
geweest om de apparaten goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw
oude apparaat bij het gewone afval
doet of er op een andere manier niet
goed mee omgaat, kunnen deze stoffen
schadelijk zijn voor de gezondheid en
het milieu.
Het afgedankte apparaat moet tot die
tijd buiten het bereik van kinderen wor
den opgeslagen.
Energie besparen
Energie- en waterverbruik
Maak zoveel mogelijk gebruik van de
–
maximale beladingscapaciteit van
een programma. U gebruikt dan rela
tief gezien de minste hoeveelheid
energie en water.
Wasmiddel
– Gebruik de hoeveelheid wasmiddel
die op de verpakking staat aangegeven.
– Verlaag bij een geringere belading
de wasmiddelhoeveelheid.
Als u aansluitend machinaal droogt
Kies het hoogste centrifugetoerental
voor het betreffende wasprogramma. U
bespaart dan energie tijdens het dro
gen.
-
-
-
Verwijder uw oude apparaat dan ook
nooit samen met het gewone afval,
maar lever het in bij een gemeentelijk
inzameldepot voor elektrische en elek
tronische apparatuur. Vraag uw han
delaar indien nodig om inlichtingen.
2
-
-
Page 3
Inhoud
Een bijdrage aan de bescherming van het milieu........................2
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen.............................6
Bediening van de wasautomaat .....................................13
Deze automaat voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften.
Onjuist gebruik echter kan persoonlijk letsel of beschadiging van
het apparaat tot gevolg hebben.
Lees eerst de gebruiksaanwijzing voordat u uw automaat voor het
eerst gebruikt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt onnodige
schade aan het apparaat. In de gebruiksaanwijzing vindt u be
langrijke instructies met betrekking tot de veiligheid, het gebruik
en het onderhoud.
Als meerdere personen de automaat bedienen, dan moeten de
veiligheidsvoorschriften en waarschuwingen voor deze personen
toegankelijk worden gemaakt en/of worden uitgelegd.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.
-
Verantwoord gebruik
De wasautomaat is uitsluitend bestemd voor het wassen van tex-
~
tiel dat volgens het wasetiket geschikt is voor machinaal wassen.
Ieder ander gebruik kan gevaarlijk zijn. De fabrikant is niet verant
woordelijk voor schade die wordt veroorzaakt door ander gebruik
dan hier aangegeven of door foutieve bediening.
De wasautomaat moet volgens de gebruiksaanwijzing worden
~
gebruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet re
gelmatig worden gecontroleerd.
Deze wasautomaat is alleen bestemd voor gebruik binnenshuis.
~
6
-
-
Page 7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Dit apparaat mag alleen worden gebruikt door personen die in
~
staat zijn het apparaat veilig te bedienen en die volledig op de
hoogte zijn van de inhoud van de gebruiksaanwijzing!
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasautomaat alleen zonder
~
toezicht bedienen, reinigen of onderhouden wanneer hen de wasau
tomaat zodanig is toegelicht dat ze de wasautomaat veilig kunnen
bedienen, reinigen of onderhouden. Kinderen moeten de eventuele
risico's van een foutieve hantering kunnen herkennen en begrijpen.
-
Kinderen jonger dan acht jaar dienen uit de buurt van de wasau
~
tomaat te worden gehouden, tenzij ze continue in het oog worden
gehouden.
Hou kinderen die in de buurt van de wasautomaat komen in het
~
oog. Laat kinderen nooit met de wasautomaat spelen.
De desinfectiestandaard van thermische en chemothermische
~
procédés dient te worden bewaakt. Desinfectieprogramma's mogen
niet worden onderbroken, omdat anders het desinfectieresultaat ongunstig kan worden beïnvloed.
-
7
Page 8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische veiligheid
Controleer het apparaat voordat u het installeert en in gebruik
~
neemt op zichtbare schade. Een beschadigd apparaat mag niet
worden geïnstalleerd en gebruikt.
De elektrische veiligheid van het apparaat is alleen gewaarborgd
~
als het wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de
voorschriften is geïnstalleerd. Het is belangrijk dat u dit controleert.
Laat in geval van twijfel de huisinstallatie door een vakman inspecte
ren. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade
als gevolg van een ontbrekende of beschadigde aarddraad.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties leveren gevaar op voor de
~
gebruiker. Miele kan hiervoor niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door
Miele zijn geautoriseerd, anders kan bij eventuele schade geen aanspraak op de garantie worden gemaakt.
Voer geen aanpassingen aan de automaat uit die niet uitdrukke-
~
lijk door Miele zijn toegestaan.
-
In geval van een storing of bij reinigings- en onderhoudswerk-
~
zaamheden is de automaat alleen spanningsvrij als:
–
de stekker uit de contactdoos is getrokken.
–
de hoofdschakelaar van de huisinstallatie uitgeschakeld is of
–
de betreffende zekering van de huisinstallatie er helemaal uitge
draaid is.
8
-
Page 9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De wasautomaat mag alleen met een nieuwe slangenset op de
~
watervoorziening worden aangesloten. Oude slangen mogen niet
worden gebruikt. Controleer de slangen regelmatig. U kunt de
slangen dan tijdig vervangen en waterschade voorkomen.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele-
~
onderdelen worden vervangen. Alleen van die onderdelen kan Miele
garanderen dat zij aan de veiligheidseisen voldoen.
Het apparaat mag niet met een verlengsnoer, een stekkerdoos of
~
iets dergelijks op het elektriciteitsnet worden aangesloten. De veilig
heid van het apparaat is dan niet gewaarborgd (gevaar van overver
hitting).
Als het apparaat voor professionele doeleinden wordt gebruikt, is
~
het wenselijk dat het apparaat periodiek door een deskundige wordt
gecontroleerd (bijvoorbeeld door Miele). De resultaten moeten in het
zogenaamde machinevolgboek worden vastgelegd (verkrijgbaar bij
Miele). Het machinevolgboek moet op de plaats van opstelling worden bewaard.
-
-
Deze wasautomaat mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv.
~
op een schip) worden gebruikt.
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Opstellen en aansluiten" en
~
de rubriek "Technische gegevens" in acht.
De aansluitstekker moet te allen tijde bereikbaar zijn om de was
~
automaat van het elektriciteitsnet te kunnen afsluiten.
Bij een vaste aansluiting moet de stroomonderbreker voor elke
~
fase altijd toegankelijk zijn om de wasautomaat van het elektriciteits
net te kunnen afsluiten.
-
-
9
Page 10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veilig gebruik
De maximumlading bedraagt 6,5 kg (droog wasgoed). In de ru
~
briek "Programmaoverzicht" vindt u de deels kleinere ladingen voor
afzonderlijke programma's.
Plaats het apparaat in een vorstvrije ruimte. Bevroren slangen
~
kunnen barsten en temperaturen onder het vriespunt kunnen de
werking van de elektronica beïnvloeden.
Verwijder voor de ingebruikneming de transportbeveiliging aan
~
de achterkant van de automaat (zie het hoofdstuk "Plaatsen en aan
sluiten" onder "Transportbeveiliging verwijderen"). Als de beveiliging
niet wordt verwijderd, kunnen de wasautomaat en ernaast geplaatste apparaten en meubels tijdens het centrifugeren beschadigd raken.
Sluit de waterkraan als u gedurende lange tijd afwezig bent (bij-
~
voorbeeld tijdens vakanties). Dit is vooral van belang als zich in de
buurt van de automaat geen afvoerputje bevindt.
Voorkom dat vreemde voorwerpen (spijkers, naalden, munten,
~
paperclips, etc.) in de machine terechtkomen. Dergelijke voorwerpen kunnen de automaat beschadigen (zoals de kuip en de
wastrommel). Beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt het
wasgoed beschadigen. Vooral metaalspaanders die zich in
reinigingsmateriaal kunnen bevinden, moeten voor het wassen eruit
worden geschud.
-
-
10
Page 11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Bij juiste dosering van het wasmiddel hoeft de automaat niet te
~
worden ontkalkt. Mocht u toch willen ontkalken, gebruik dan een ont
kalkingsmiddel dat een anti-corrosiemiddel bevat (verkrijgbaar bij
Miele). Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
Wasgoed dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen is
~
behandeld, moet vóór het wassen grondig met water worden ge
spoeld.
Gebruik nooit reinigingsmiddelen die oplosmiddelen bevatten
~
(zoals wasbenzine). Onderdelen van de automaat kunnen bescha
digd raken en er kunnen giftige dampen vrijkomen. Bovendien be
staat er brand- en explosiegevaar.
Bewaar en gebruik in de buurt van de automaat geen benzine,
~
petroleum of andere licht ontvlambare stoffen. Er bestaat brand- en
explosiegevaar!
Textielverf moet geschikt zijn voor gebruik in een wasautomaat.
~
Volg de aanwijzingen op de verpakking nauwkeurig op.
-
-
-
-
Ontkleuringsmiddelen bevatten vaak zwavel en kunnen corrosie
~
veroorzaken. Deze middelen mogen niet in de wasautomaat worden
gebruikt.
11
Page 12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Voorkom dat de roestvrijstalen oppervlakken (front, deksel, om
~
manteling) in aanraking komen met vloeibare reinigings- en desin
fectiemiddelen die chloor of natriumhypochloride bevatten. Deze
middelen kunnen op het roestvrije staal corrosie veroorzaken.
Agressieve chloorbleekloogdampen kunnen eveneens corrosie tot
gevolg hebben. Bewaar geopende reservoirs met dergelijke mid
delen daarom niet in de buurt van het apparaat.
Voor de reiniging van het apparaat mag geen hogedrukreiniger of
~
waterstraal worden gebruikt.
Let bij gebruik en combinatie van speciale reinigingsmiddelen en
~
speciale producten op de aanwijzingen van de betreffende fabrikant. Gebruik het middel alleen voor toepassingen die door de fabrikant zijn aangegeven. Hiermee voorkomt u materiaalschade en
eventuele heftige chemische reacties.
-
-
-
Toebehoren
Toebehoren mogen alleen dan worden aan- of ingebouwd, als
~
deze uitdrukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Als er andere onderdelen worden aan- of ingebouwd, kan Miele niet voor de gevolgen
instaan en kan er geen beroep worden gedaan op bepalingen met
betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
Droogautomaten en wasautomaten van Miele kunnen in een was-
~
en droogzuil gecombineerd worden opgesteld. Tevens is een Miele
was-droog-verbindingsset vereist; dit is met toeslag verkrijgbaar
toebehoren. Let erop dat de was-droogverbindingsset geschikt is
voor de Miele droogautomaat en de Miele wasautomaat.
Let erop dat de voet van Miele (met toeslag verkrijgbaar toebeho
~
ren) bij deze wasautomaat past.
Als de "Veiligheidsinstructies en waarschuwingen" niet worden
opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor
schade die daarvan het gevolg is.
12
-
Page 13
Bedieningspaneel
Bediening van de wasautomaat
a Toets Start
Met deze toets start u het gekozen
wasprogramma.
b Display met de toetsen –, OK en +
Nadere informatie over deze toetsen
vindt u op de volgende pagina.
c Toets m
Met deze toets kunt u de start van
een programma uitstellen.
d Optische interface PC
De optische interface gebruikt Miele
voor servicedoeleinden (onder meer
voor de update-functie).
e Toets Voorwas/Voorspoelen met
controlelampje
f Programmaschakelaar
Met deze schakelaar kiest u de wasprogramma's. U kunt de schakelaar
naar rechts en naar links draaien.
g Toets Aan-Uit s
Let op! De automaat wordt automatisch uitgeschakeld om energie te
besparen. Dit gebeurt 15 minuten na
afloop van het programma/na de
kreukbeveiliging, maar ook na het in
schakelen als u het apparaat verder
niet bedient.
h Toets Deur
Met deze toets opent u de deur.
-
13
Page 14
Bediening van de wasautomaat
Principe display
Toetsen–/+
Met deze toetsen wijzigt u het onderdeel dat in het display gemarkeerd is.
– Deze toets verlaagt de waarde of
verplaatst de markering (omhoog).
+ Deze toets verhoogt de waarde of
verplaatst de markering (omlaag).
Toets OK
Met deze toets bevestigt u een gekozen waarde en kiest u een volgend onderdeel.
Bij de programmakeuze kiest men via
het display:
–
meer programma's.
–
de temperatuur van sommige pro
gramma's.
–
het toerental voor het eindcentrifuge
ren.
–
de starttijd.
Het display toont onder meer de duur
van een wasprogramma en de actuele
dagtijd.
Ook het menu Instellingen J bedient u
via het display.
14
-
-
Page 15
Voordat u het apparaat voor het
eerst in gebruik neemt, moet het
correct zijn geplaatst en aangeslo
ten. Zie ook het hoofdstuk "Plaatsen
en aansluiten".
Om veiligheidsredenen kan voor de
eerste ingebruikneming niet worden ge
centrifugeerd. Om te kunnen centrifu
geren, moet eerst een wasprogramma
zonder belading
Schakel de wasautomaat met de
^
toets K in.
Als u de automaat voor het eerst gebruikt, verschijnt de Duitse tekst
Miele Professional Willkommen.
Het welkomstscherm verschijnt niet
meer als de eerste ingebruikneming
afgerond is.
worden afgewerkt.
-
-
Eerste ingebruikneming
Dagtijd instellen
12:00
Dagtijd instellen
Stel met de toetsen – en + het juiste
^
uur in en bevestig deze waarde met
-
de toets OK. Stel vervolgens de
minuten in. Nadat u ook die waarde
heeft bevestigd, wisselt het display
naar het basismenu.
Eerste wasbeurt
De automaat kan nu voor het eerste
wasprogramma worden gebruikt.
^ Zet de programmaschakelaar op
Reinigingsdoeken Hygiëne.
^ Draai de waterkranen open.
^ Druk op de toets Start.
Het display wisselt naar de instelling
van de taal.
^
Kies de gewenste taal met de toetsen
– en + en bevestig uw keuze met de
toets OK.
Transportbeveiliging
De transportbeveiliging moet vóór
het eerste wasprogramma worden
verwijderd om schade aan de was
automaat te voorkomen.
^
Bevestig het verwijderen van de
transportbeveiliging door op OK te
drukken.
Het display wisselt naar de instelling
van de dagtijd.
Na afloop van het programma is de
eerste ingebruikneming afgerond.
-
15
Page 16
Het gebruik van de wasautomaat
Verkorte gebruiksaanwijzing
De met cijfers (A, B, C ...) aangege
ven stappen vormen een verkorte ge
bruiksaanwijzing.
A Reinigingsmateriaal en wasgoed
sorteren
Voorwerpen zoals spijkers,
,
munten en paperclips kunnen het
wasgoed en onderdelen van de au
tomaat beschadigen.
Gebruik nooit chemische (oplos
,
middelhoudende) reinigingsmiddelen in de wasautomaat!
Reinigingsmateriaal sorteren
Schud mops, reinigingsdoeken en
^
-
-
-
-
pads goed uit, zodat grof vuil niet in
de trommel komt.
Wasgoed sorteren
Haal alle zakken leeg.
^
Verwijder vóór het wassen eventuele
^
vlekken op het wasgoed. Doe dat zo
lang de vlekken nog niet zijn opge
droogd. Verwijder vlekken deppend
met een niet afgevende doek. Niet
wrijven!
^ Sorteer het wasgoed op kleur en op
de symbolen in het wasetiket (in de
kraag of bij de zijnaad).
Donker textiel geeft vaak af als het de
eerste keren wordt gewassen. Dit kan
verkleuring tot gevolg hebben. Was
licht en donker wasgoed daarom gescheiden.
Was geen textiel dat volgens het wasetiket niet wasbaar is (symbool h).
-
-
16
Page 17
Het gebruik van de wasautomaat
B Wasautomaat beladen
Schakel de wasautomaat met de
^
toets K in.
Druk op de toets Deur en open de
^
deur.
Leg de mops, reinigingsdoeken of
^
pads losjes in de trommel.
Ontvouw wasgoed en leg het losjes
^
in de trommel. Grote en kleine stuk
ken bij elkaar zorgen voor een opti
male waswerking en voor een betere
verdeling tijdens het centrifugeren.
Als u de maximale beladingscapaciteit
benut, is het energie- en waterverbruik
relatief gezien het laagst. Bij een te volle trommel neemt het wasresultaat af en
neemt de kreukvorming toe.
-
-
Zwaai de deur dicht.
^
Het wasgoed mag niet tussen de
deur en de dichtring ingeklemd raken.
17
Page 18
Het gebruik van de wasautomaat
C Programma kiezen
Kies met de programmaschakelaar
^
het gewenste programma.
In het display wordt het gekozen programma weergegeven.
Reinigingsdoeken
Het display wisselt naar het gekozen
programma.
40°C1400 omw/min
Duur:0:51 h
^
Met de toetsen – en + kunt u het cen
trifugetoerental wijzigen. Bevestig de
gewenste waarde met OK.
Als u met de programmaschakelaar
Meer programma's kiest, verschijnen
deze programma's in het display.
Mops nieuw
E
Mops behandelen
Doeken behandelenH
Markeer met de toets – of + het ge
^
wenste programma en bevestig uw
keuze met OK.
Het display wisselt naar het gekozen
programma.
Vitrage
30°C
Duur:0:38 h
600 omw/min
^ Met de toetsen – en + kunt u het ge-
markeerde centrifugetoerental wijzigen. Bevestig de gewenste waarde
met OK. Bij sommige programma's
kunt u ook de temperatuur wijzigen
(met – of +).
Voorwassen/Voorspoelen
^
Kies voor wasgoed dat veel vuil be
vat de extra functie Voorwassen of
Voorspoelen. Als u deze functies niet
kunt kiezen, zijn deze functies niet
-
toegestaan bij het gekozen program
ma.
Uitgestelde start
-
-
-
18
^
Als u de start wilt uitstellen, kunt u nu
de gewenste starttijd aangeven (zie
het hoofdstuk "Uitgestelde start").
Page 19
Het gebruik van de wasautomaat
D Wasmiddel doseren
Houd bij de dosering rekening met de
mate van verontreiniging en met de wa
terhardheid.
Bij te weinig wasmiddel
worden het reinigingsmateriaal en
–
het wasgoed niet schoon en na ver
loop van tijd grauw en hard.
ontstaan er vetbolletjes in de was.
–
ontstaat er kalkafzetting op de ver
–
warmingselementen.
Bij te veel wasmiddel
– treedt er sterke schuimvorming op,
waardoor de mechanische waswerking afneemt en de was niet goed
wordt gereinigd, gespoeld en gecentrifugeerd.
– wordt het milieu onnodig belast.
Meer informatie over wasmiddelen en
doseringen vindt u in het hoofdstuk
"Wasmiddel".
-
-
-
Trek de wasmiddellade open en vul
^
de juiste vakjes.
i = Wasmiddel voor de voorwas
1
(
/4van de aanbevolen hoeveel-
heid voor de hoofdwas)
j = Wasmiddel voor de hoofdwas
§= Wasverzachter, appreteer-
middel of vloeibaar stijfsel
^ Sluit de wasmiddellade.
Bij desinfectieprogramma's wordt
het vakje § niet aangestuurd.
Doseer daarom geen middel in
vakje §.
De wasautomaat is geschikt voor het
aansluiten van externe doseersyste
men voor het doseren van vloeibare
was- en hulpmiddelen (zie ook
"Wasmiddel", "Externe dosering").
-
19
Page 20
Het gebruik van de wasautomaat
E Programma starten
Als u het programma kunt starten, be
gint de toets Start te knipperen.
Druk op de toets Start.
^
De toets Start licht op.
-
Controleer of de trommel leeg is.
Achtergebleven was kan bij een vol
gende wasbeurt krimpen of afgeven.
-
Als niet voor een uitgestelde start is ge
kozen, verschijnt in het display de ver
wachte programmaduur. De tijd wordt
in minuten afgeteld. In de eerste 10
minuten bepaalt de wasautomaat hoe
veel water het wasgoed kan opnemen.
Hierdoor kan de programmaduur nog
worden verkort.
Daarnaast is in het display het programmaverloop te zien. De automaat
geeft steeds aan welke programmafase
is bereikt.
F Trommel leeghalen
Voor een gelijkmatige verdeling van de
vochtigheid en om kreukvorming te
voorkomen (kreukbeveiliging), beweegt
de trommel na afloop van het programma nog ca. 30 minuten. U kunt de was
automaat op elk moment openen.
15 minuten na afloop van de kreuk
beveiliging wordt de automaat auto
matisch uitgeschakeld. U kunt de au
tomaat met de toets K weer inscha
kelen.
-
-
-
-
-
-
-
^ Controleer of er iets in de dichtring bij
de deur zit (paperclips, spijkers,
etc.).
^ Zet de programmaschakelaar op
Einde.
^ Sluit de deur. Er kunnen anders on-
bedoeld voorwerpen in de trommel
-
terechtkomen. Deze zouden per on
geluk kunnen worden meegewassen
en het wasgoed kunnen bescha
digen.
^
Schakel de wasautomaat met de
toets K uit.
-
-
^
Open de deur met de toets Deur.
^
Haal het wasgoed uit de trommel.
20
Page 21
Centrifugeren
Maximaal toerental
eindcentrifugeren
Programmaomw./min
Standaard 60°C1400
Standaard plus1400
Thermische desinfectie1400
Chem.-therm. desinfectie1400
Reinigingsdoeken Hygiëne1400
Reinigingsdoeken 40°C/60°C1400
Pads 40°C1400
Mops nieuw1400
Mops + behandelen*Geen weergave
Mops behandelen*Geen weergave
Doeken behandelen*Geen weergave
Vitrage600
Bonte was1400
Witte was1400
Intensief1400
Intensief plus1400
Kreukherstellend1000
Miniwas1400
Extra spoelen1400
Pompen/Centrifug.1400
*Het toerental is afhankelijk van de instellingen bij
Cent.behand.stand.,des. en Centr.-behand.
doeken.
U kunt het toerental voor het eindcentri
fugeren verlagen. Een hoger toerental
dan in de tabel is aangegeven, is niet
mogelijk.
Tussencentrifugeren
De was wordt na de hoofdwas en tus
sen de spoelgangen door gecentrifu
geerd. Als u het toerental voor het eind
centrifugeren verlaagt, wordt eventueel
ook het toerental voor het
tussencentrifugeren verlaagd.
-
-
Eindcentrifugeren uitschakelen
(spoelstop)
Kies de instelling Spoelstop. Het
^
wasgoed blijft na de laatste spoel
gang in het water liggen.
Eindcentrifugeren starten
–
:
De elektronica reikt u voor het centri
fugeren het maximaal toegestane
toerental aan. U kunt het toerental
eventueel verlagen. Met de toets
Start start u het eindcentrifugeren.
Programma beëindigen
–
:
Druk op de toets Deur. Het water
wordt weggepompt. Druk opnieuw
op de toets Deur om de deur te openen.
Tussencentrifugeren en
eindcentrifugeren uitschakelen
^ Kies de instelling Zonder centrifuge-
ren. Na de laatste spoelgang wordt
het water afgepompt. Voor een gelijkmatige verdeling van de vochtigheid
en om kreukvorming te voorkomen,
beweegt de trommel na afloop van
het programma nog ca. 30 minuten
(niet bij de programma's Pads en
Mops nieuw).
Bij de programma's Thermische
desinfectie, Chemothermische des
infectie en Reinigingsdoeken desin
fectie hygiëne (programma "Hygiëne") zijn de instellingen Spoelstop en
Zonder centrifugeren niet mogelijk.
-
-
-
-
-
-
21
Page 22
Uitgestelde start
Via een uitgestelde start kunt u het pro
gramma-einde verschuiven. U kunt de
programmastart met 30 minuten tot
maximaal 24 uur uitstellen. Op deze wij
ze kunt u bijvoorbeeld gebruik maken
van een lager tarief voor nachtstroom.
Een uitgestelde start kan alleen cor
rect worden uitgevoerd als u de actu
ele dagtijd heeft ingesteld.
Als u bij de instelling Dagtijd in het
menu Instellingen/Exploitatieniveau
de optie Geen klok kiest, kunt u de
start van een programma met maximaal 96 uur uitstellen
Uitgestelde start instellen
^ Druk na de programmakeuze op de
toets m.
7:51
Start:
Einde:
7:51
9:19
Het display toont de actuele dagtijd en
de tijd waarop het programma zal zijn
beëindigd.
7:51
Start:
Einde:
10:32
12:00
Als u een te lange tijd heeft ingesteld,
-
kunt u deze met de toets – weer ver
korten.
Bevestig het ingestelde einde met de
^
toets OK.
Uitgestelde start activeren
-
Druk op de toets Start.
^
60°C1200 omw/min
Start over:2:41 h
Het display laat zien over hoeveel uur
en/of minuten het wasprogramma zal
worden gestart.
Uitgestelde start wijzigen
^ Druk op de toets m.
^ Kies een ander programma-einde
met de toetsen – en +.
^ Bevestig de instelling met OK.
Uitgestelde start beëindigen
^
Druk op de toets m.
^
Haal met de toets – het programmaeinde zover naar voren dat de pro
grammastart overeenkomt met de ac
tuele dagtijd.
^
Bevestig de instelling met OK.
-
-
-
^
Kies met de toets + het gewenste
programma-einde.
Als u de eerste keer op de toets drukt,
wordt het programma-einde naar het
eerstvolgende hele of halve uur ver
schoven. Bij elke volgende druk op de
toets verschuift het programma-einde
telkens met 30 minuten.
22
Het programma start nu meteen.
Pas na de programmastart kan de
elektronica vaststellen, hoeveel was
zich in de trommel bevindt. De pro
grammaduur kan hierdoor eventueel
korter uitvallen.
-
Page 23
Programma-overzicht
Mops
Standaard 60°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortMops van katoen, mengweefsels of microvezels.
Tip
Extra functieTwee keer voorspoelen
WasmiddelEen geschikt speciaal wasmiddel
Standaard plus 60°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortMops van katoen, mengweefsels of microvezels.
Tip
Extra functieTwee keer voorspoelen
WasmiddelEen geschikt speciaal wasmiddel
Thermische desinfectie 85°C / 15 minmax. 6,5 kg
TextielsoortMops van katoen, mengweefsels of microvezels.
Tip– Er kan uit meerdere desinfectieprogramma's worden geko-
Extra functieTwee keer voorspoelen
WasmiddelEen geschikt speciaal wasmiddel
Chemothermische desinfectie 70°C / 10 minmax. 6,5 kg
TextielsoortMops van katoen, mengweefsels of microvezels.
TextielsoortReinigingsdoeken van katoen, mengweefsels of microvezels.
Tip– U kunt een nabehandelingsmiddel gebruiken.*
Extra functieVoorwassen
WasmiddelEen geschikt speciaal wasmiddel
40°Cmax. 3,5 kg
TextielsoortReinigingsdoeken van katoen, mengweefsels of microvezels.
Tip– U kunt een nabehandelingsmiddel gebruiken.*
Extra functieVoorwassen
WasmiddelEen geschikt speciaal wasmiddel
U kunt een nabehandelingsmiddel gebruiken.*
–
Er kan uit meerdere desinfectieprogramma's worden geko
–
zen.*
desinfectievoorschriften dienen in acht te worden genomen)
-
Pads
Pads 40°Cmax. 1,0 kg
TextielsoortPads van microvezels.
Extra functieTwee keer voorspoelen
WasmiddelEen geschikt speciaal wasmiddel
* Deze instellingen kunnen in het menu Instellingen/Exploitatieniveau worden ge
daan.
24
-
Page 25
Programma-overzicht
Overige programma's
De lijst met "andere programma's" is afhankelijk van de instelling (zie rubriek
"Menu Instellingen/gebruikersniveau" – "Lijst speciale programma's").
standaard
Mop nieuw 60°C tot 95°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortMops uit katoen of gemengde weefsels
Opmerking
WasmiddelAlgemeen wasmiddel of wasmiddel voor kleur
Mops behandelenmax. 6,5 kg
TextielsoortMops uit katoen, gemengde weefsels of microvezels
Opmerking– Om schone mops achteraf te behandelen.
Doeken behandelenmax. 3,5 kg
TextielsoortStofdoeken uit katoen, gemengde weefsels of microvezels
Opmerking– Om schone doeken achteraf te behandelen.
Machine reinigen
WasmiddelAlgemeen wasmiddel
Om nieuwe mops voor het eerst te wassen. Productieresten
–
worden uit de vezels verwijderd, de vezels kunnen meer wa
ter opnemen.
– Het behandelingsmiddel kan worden toegevoerd via het vak-
je voor de wasverzachter of via een extern doseersysteem.
–
Het behandelingsmiddel kan worden toegevoerd via het vak
je voor de wasverzachter of via een extern doseersysteem.
Voor het reinigen van de kuip en het afvoersysteem.
–
Programma zonder lading uitvoeren.
–
Er moet wasmiddel worden toegevoegd.
–
Bij regelmatig gebruik van desinfecteerprogramma’s moet u
het programma Machine reinigen regelmatig uitvoeren.
-
-
25
Page 26
Programma-overzicht
Gordijnen koud tot 40°Cmax. 3,0 kg
TextielsoortGordijnen die volgens de fabrikant in de wasmachine mogen
worden gewassen
Opmerking
Extra functieVoorwas
WasmiddelGordijnwasmiddel, algemeen wasmiddel en wasmiddel voor
Extra spoelenmax. 6,5 kg
TextielsoortWasgoed dat u enkel moet laten spoelen en centrifugeren
Pompen/Centrifugerenmax. 6,5 kg
Opmerking– Enkel pompen: Toerental op Zonder centrifugeren instellen.
Bij kreukgevoelige gordijnen beperkt u het centrifugeertoe
–
rental of laat u niet centrifugeren.
kleur in poedervorm.
– Om wasgoed te laten centrifugeren. Let op het ingestelde
toerental.
-
26
Page 27
Programma-overzicht
Klaar voor gebruik
Mop + behandelen 60°C tot 90°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortMops uit katoen, gemengde weefsels of microvezels
Opmerking
Wasmiddelgeschikte speciale wasmiddelen
Mops behandelenmax. 6,5 kg
TextielsoortMops uit katoen, gemengde weefsels of microvezels
Opmerking– Om schone mops achteraf te behandelen.
Extra spoelenmax. 6,5 kg
TextielsoortWasgoed dat u enkel moet laten spoelen en centrifugeren
Pompen/Centrifugerenmax. 6,5 kg
Opmerking
Mops worden in een keer gewassen en behandeld.
–
Het behandelingsmiddel kan worden toegevoerd via het vak
–
je voor de wasverzachter of via een extern doseersysteem.
U kunt kiezen uit vier programmavarianten waarmee u de
–
restvochtigheid kunt bepalen: ,,,, (hoge restvochtigheid) tot
, (lage restvochtigheid).
– Het behandelingsmiddel kan worden toegevoerd via het vak-
je voor de wasverzachter of via een extern doseersysteem.
– U kunt kiezen uit vier programmavarianten waarmee u de
restvochtigheid kunt bepalen: ,,,, (hoge restvochtigheid) tot
, (lage restvochtigheid).
–
Enkel pompen: Toerental op Zonder centrifugeren instellen.
–
Om wasgoed te laten centrifugeren. Let op het ingestelde
toerental.
-
27
Page 28
Programma-overzicht
Extra programma's die bij het kiezen van Meer programma's moeten verschij
nen, kunnen via het menu Instellingen/Exploitatieniveau worden bijgeschakeld.
Bonte was 60°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortTextiel van katoen, linnen of mengweefsels.
Tip
Extra functieVoorwassen
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Witte was 90°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortTextiel van katoen, linnen of mengweefsels.
Extra functieVoorwassen
WasmiddelUniverseel wasmiddel
Intensief 40°C - 80°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortSterk verontreinigd textiel van katoen, linnen of mengweefsels.
Extra functieVoorwassen
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Intensief plus 60°C - 95°Cmax. 6,5 kg
TextielsoortZeer sterk verontreinigd textiel van katoen, linnen of mengweef-
Extra functieVoorwassen
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Kreukherstellend 30°C - 60°Cmax. 3,5 kg
TextielsoortTextiel van synthetische vezels, mengweefsels of kreukherstel
Extra functieVoorwassen
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Miniwas 20°C - 60°Cmax. 3,5 kg
TextielsoortVoor kleine hoeveelheden licht verontreinigd wasgoed dat met
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Was donkergekleurd textiel met een bontwasmiddel of met
De wasautomaat heeft een
volelektronische besturing. De elektro
nica bepaalt zelf de benodigde water
hoeveelheid, gebaseerd op de hoe
veelheid wasgoed en het
wateropnemend vermogen ervan (bela
dingsautomaat). Hierdoor kunnen het
programmaverloop en de wastijden per
wasbeurt variëren.
Het hier besproken programmaverloop
heeft altijd betrekking op het af fabriek
geprogrammeerde basisprogramma bij
maximale belading. Met eventuele extra
functies wordt geen rekening gehou
den.
Op het display van de machine kunt u
steeds zien bij welke programmafase
het apparaat is.
-
-
-
-
Ontwateren
Bij de programma's Standaard, Stan
daard plus, Thermische desinfectie en
Chemothermische desinfectie worden
mops na de programmastart door kort
centrifugeren ontwaterd.
Voorwassen/Voorspoelen
Sommige programma's hebben een
vaste voorspoelstap voor het verwij
deren van grove verontreinigingen en
reinigingsmiddelresten. Bij zeer ern
stige verontreinigingen kunt u afhanke
lijk van het programmma kiezen voor
twee keer voorspoelen of voorwassen.
Kreukbeveiliging
Voor een gelijkmatige verdeling van de
vochtigheid en om kreukvorming te
voorkomen, beweegt de trommel na afloop van het programma nog ca. 30
minuten (niet bij de programma's Pads
en Mops nieuw). U kunt de wasautomaat op elk moment openen.
-
-
-
-
30
Page 31
Programmaverloop wijzigen
Programma afbreken
Na de programmastart kunt u een pro
gramma op elk moment afbreken.
Zet de programmaschakelaar op
^
Einde.
De wasautomaat pompt het aanwezige
water weg en het programma wordt af
gebroken.
Druk op de toets Deur.
^
Haal het wasgoed uit de trommel
^
of
^ sluit de deur en start een nieuw pro-
gramma.
Na de start van een desinfectieprogramma voor mops of
reinigingsdoeken wordt de automaat
meteen vergrendeld. U kunt het programma dan niet meer afbreken of
wijzigen en de deur niet meer openen.
Programma onderbreken
^
Schakel de wasautomaat met de
toets K uit.
Om door te gaan:
^
Schakelt u de wasautomaat met de
toets K weer in.
Programma wijzigen
-
Wasprogramma wijzigen
Na de start van een programma kunt u
het programma niet meer wijzigen.
Als u een ander programma wilt kiezen,
moet u het gestarte programma afbre
ken.
Temperatuur veranderen
Bij sommige programma's kunt u de
temperatuur tot 5 minuten na de start
nog wijzigen.
^ Druk op de toets OK. De temperatuur
is gemarkeerd. Wijzig de temperatuur
met de toetsen – en +. Bevestig de
instelling met OK.
Centrifugetoerental veranderen
^ Druk zo vaak op OK totdat het centri-
fugetoerental gemarkeerd is. Met de
toetsen – en + kunt u het centrifugetoerental wijzigen. Dit is mogelijk tot
aan het moment waarop het eindcen
trifugeren begint.
Voorwassen/Voorspoelen
De functie Voorwassen/Voorspoelen
kan na de programmastart niet meer
worden in- of uitgeschakeld.
-
-
^
Bevestig de melding op het display
en druk vervolgens op de toets Start.
31
Page 32
Programmaverloop wijzigen
Was bijvullen of voortijdig
verwijderen
Bij sommige programma's kunt u
reinigingsmateriaal of wasgoed bijvul
len of voortijdig uit de trommel halen:
Druk op de toets Deur totdat de deur
^
opengaat.
Doe het wasgoed in de trommel of
^
haal het eruit.
Sluit de deur.
^
Het programma wordt automatisch
voortgezet.
Let op het volgende:
De elektronica kan na de programmastart geen veranderingen in de washoeveelheid meer vaststellen.
De elektronica gaat er na het bijvullen
of uitnemen dan ook altijd van uit dat
de machine maximaal beladen is.
De aangegeven programmaduur kan
toenemen.
-
U kunt de deur niet openen als:
de temperatuur van het waswater bo
–
ven 50°C ligt.
het waterniveau een bepaalde waar
–
de overschrijdt.
de programmastap Centrifugeren
–
bereikt is.
een desinfectieprogramma gestart is.
–
-
-
32
Page 33
Wasmiddel
Wasmiddeldosering
Houdt u zich aan de aanwijzingen
van de wasmiddelenfabrikant.
Instructies en doseeradviezen vindt u
op de verpakking van het wasmiddel.
De dosering is afhankelijk van:
de hoeveelheid wasgoed.
–
de mate van vervuiling.
–
de waterhardheid.
–
Als u de waterhardheid in uw regio
niet kent, neem dan contact op met
uw waterbedrijf.
Waterhardheid
Hardheids-
graad
zacht (I)0 - 1,50 - 8,4
gemiddeld (II)1,5 - 2,58,4 - 14
hard tot zeer
hard (III)
Hardheid in
mmol/l
boven 2,5boven 14
Duitse hard-
heid °d
Wasverzachter, appreteer
-
middel of vloeibaar stijfsel
Doseer de middelen volgens de aan
^
wijzingen van de fabrikant.
^ Doseer de wasverzachter, het appre-
teermiddel of het vloeibare stijfsel in
het vakje §. Vul het vakje hooguit
tot de maximummarkering.
Tijdens de laatste spoelgang wordt de
wasverzachter, het appreteermiddel of
het vloeibare stijfsel ingespoeld.
-
Waterontharder
Bij de hardheidsgraden II en III kunt u
een onthardingsmiddel gebruiken om
wasmiddel te besparen. Doseer eerst
het wasmiddel en daarna het ont
hardingsmiddel.
Doseer het wasmiddel nu voor hard
heidsgraad I.
-
-
Reinig de wasmiddellade en met
name de zuighevel, als u meermaals
automatisch heeft gesteven.
Ontkleuren/verven
^
Gebruik geen
in de wasautomaat.
^
Houdt u zich strikt aan de aanwij
zingen van de verffabrikant als u tex
tiel in de wasautomaat wilt verven.
ontkleuringsmiddelen
-
-
33
Page 34
Wasmiddel
Externe dosering
De wasautomaat beschikt over een adapter voor externe doseersystemen. Er kun
nen maximaal zes doseerslangen worden aangesloten. De externe doseer
pompen worden door relais in de wasautomaat aangestuurd. De relais worden tel
kens gedurende 2 minuten ingeschakeld.
Voor het gebruik met een doseersysteem is een ombouwset vereist die door de
Miele-vakhandel of de Technische Dienst van Miele moeten worden geïnstal
leerd.
Voor-
was
Mop
Standaard 60°C-R 2R 4R 6
Standaard plus-R 2R 4R 6
Therm. desinfectie-R 2R 4R 6
Chemo-thermisch-R2+R5*R4R6
Doeken
Reinigingsdoeken HygiëneR 1R2+R5*R4R6
Reinigingsdoeken 40°C, 60°CR 1R 2R 4R 6
Pads
Pads 40°C-R 2R 4-
R 1 = Relais 1 = Voorwasmiddel
R 2 = Relais 2 = Hoofdwasmiddel
R 3 = Relais 3 = Wasmiddel voor fijne was
R 4 = Relais 4 = Wasverzachter
R 5 = Relais 5 = Bleek-/desinfectiemiddelen
R 6 = Relais 6 = Behandelmiddel
Hoofd-
was
SpoelenBe-
*De toevoeging vindt
plaats wanneer de
temperatuur is bereikt.
-
-
handelen
-
-
34
Page 35
Wasmiddel
Voor-
was
Overige programma's
Mops nieuw-R 2R 4-
Mops + behandelenR 1R 2-R 6
Mops behandelen---R 6
Doeken behandelen---R 6
Machine reinigen-R 2--
VitragesR 3R 3R 4-
Extra spoelen--R 4-
Bonte wasR 1R 2R 4-
Witte wasR 1R 2R 4-
IntensiefR 1R 2R 4-
Intensief plusR 1R 2R 4-
KreukherstellendR 1R 2R 4-
Miniwas-R 2R 4-
R 1 = Relais 1 = Voorwasmiddel
R 2 = Relais 2 = Hoofdwasmiddel
R 3 = Relais 3 = Wasmiddel voor fijne was
R 4 = Relais 4 = Wasverzachter
R 5 = Relais 5 = Bleek-/desinfectiemiddelen
R 6 = Relais 6 = Behandelmiddel
Hoofd-
was
SpoelenBe-
handelen
35
Page 36
Wasmiddel
De relais worden aangestuurd zoals
in het overzicht staat aangegeven.
De reservoirs moeten in de aange
geven volgorde met de betreffende
wasmiddelen en hulpmiddelen zijn
gevuld.
Sensor leegmelding
Bij lege externe reservoirs voor vloei
-
bare wasmiddel verschijnt er een
melding op het display van de was
-
-
automaat wanneer de Sensor
leegmelding is geactiveerd (zie menu
Instellingen/Exploitatieniveau).
Geen chloor- of zuurhoudende wasen hulpmiddelen gebruiken.
Als een reservoir leeg is, verschijnt het
volgende voor de programmastart of
tijdens het programmaverloop:
Doseerreservoir
vullen
i
OK
Een gestart programma wordt tot het
einde uitgevoerd.
^ Druk op de toets OK om de melding
op het display te verwijderen en vul
de reservoirs bij.
Bij desinfectieprogramma's verschijnt:
Fout
Doseerreservoir leeg
i
OK
Het programma wordt afgebroken.
^
Druk op de toets OK om de melding
op het display te verwijderen en vul
de reservoirs bij.
36
^
Start het programma opnieuw.
,
Bij desinfectieprogramma's kunt
u er bij een leeg doseerreservoir
vanuit gaan dat er geen desinfectie
heeft plaatsgevonden. Start het pro
gramma opnieuw.
-
Page 37
Reiniging en onderhoud
Haal de spanning van het appa
,
raat.
Wasautomaat reinigen
Gebruik geen oplosmiddelhou
,
dende reinigingsmiddelen, schuur
middelen, glas- of allesreinigers.
Deze middelen kunnen de kunststof
oppervlakken en andere onderdelen
beschadigen.
Behuizing en bedieningspaneel
^ Reinig de behuizing en het bedie-
ningspaneel met een vochtige doek
en een mild reinigingsmiddel of een
sopje van zeep.
^ Reinig de roestvrijstalen onderdelen
met een reinigingsmiddel voor roestvrij staal.
,
Spuit de wasautomaat nooit af
met een slang.
Trommel, kuip en afvoersysteem
reinigen
-
-
-
Als u vaak desinfectieprogramma's
gebruikt, moet u het programma Machine reinigen regelmatig uitvoeren.
weerstand voelt. Druk op de ontgrendeling (zie afbeelding) en verwijder
de wasmiddellade.
^
Reinig de lade met warm water.
-
-
Indien nodig kunt u de trommel, de kuip
en het afvoersysteem reinigen.
^
Start het programma Machine reini
gen.
^
Controleer na afloop van het pro
gramma de binnentrommel en verwij
der eventueel achtergebleven grove
verontreinigingen.
-
-
-
37
Page 38
Reiniging en onderhoud
Reinig de zuighevel.
^
Ruimte voor de wasmiddellade
reinigen
1. Trek de zuighevel uit het vakje § en
reinig deze onder de kraan met
warm water. Reinig ook het buisje
waarop de zuighevel geplaatst
wordt.
2. Plaats de zuighevel terug.
^ Verwijder met een flessenborstel de
wasmiddelresten en de kalkafzettingen van de inspuiters van de wasmiddellade.
38
Page 39
Zeefjes watertoevoer reinigen
De automaat is voorzien van zeefjes die
de watertoevoerkleppen beschermen.
Deze zeefjes moeten eens per half jaar
worden gecontroleerd en eventueel ge
reinigd. Als de watertoevoer herhaalde
lijk wordt onderbroken, moeten de zeef
jes eerder worden gecontroleerd.
Zeefjes in de toevoerslangen
reinigen
Draai de kraan dicht.
^
Schroef de toevoerslang van de
^
kraan.
Reiniging en onderhoud
Draai de schroefkoppeling vast op
de waterkraan. Draai de kraan open.
Draai de schroefkoppeling vaster als
de aansluiting lekt.
-
-
Zeefjes in de koppelstukken reinigen
Draai de geribbelde kunststof moer
^
voorzichtig met een tang los.
^
Trek het rubberen dichtingsringetje 1
uit de groef.
^
Pak het kunststof zeefje 2 bij de kam
vast (met een combinatietang of
spitstang) en trek het eruit.
^
Reinig het zeefje.
^
Plaats alles in omgekeerde volgorde
terug.
^ Pak het zeefje met een spitstang bij
de kam vast en haal het eruit. Reinig
het zeefje. Plaats de onderdelen in
omgekeerde volgorde weer terug.
Plaats de zeefjes na het reinigen al
tijd weer terug.
-
39
Page 40
Nuttige tips
Wat moet u doen als...
De meeste storingen en problemen die in de dagelijkse praktijk kunnen voor
komen, kunt u zelf verhelpen. Hierdoor bespaart u tijd en geld, omdat u niet de
hulp van Miele hoeft in te roepen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een storing of probleem te ach
terhalen en te verhelpen. Houdt u daarbij wel rekening met het volgende:
Reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door vakmensen. Ondes
,
kundig uitgevoerde reparaties kunnen groot gevaar opleveren voor de ge
bruiker.
De tabellen in dit hoofdstuk zijn per thema ingedeeld, zodat u een storing of fout
snel kunt vinden:
-
-
Er kan geen wasprogramma worden gestart
ProbleemOorzaakOplossing
Het display blijft
donker en de programmaschakelaar
licht niet op.
Als u het programma Pompen/Centrifugeren kiest, volgt
geen programma
start.
Het display is don
ker.
De stroomvoorziening
is niet in orde.
De handelingen voor
-
de eerste ingebruikne
ming zijn niet uitge
-
voerd.
-
Het display wordt auto
matisch uitgeschakeld
om energie te bespa
ren (stand-by).
Controleer of
– de automaat elektrisch is
aangesloten.
– de zekering in orde is.
Voer de handelingen voor de
-
eerste ingebruikneming uit, zo
-
als beschreven in het gelijkna
mige hoofdstuk.
-
Druk op een toets. De stand-byfunctie wordt beëindigd.
-
-
-
-
-
40
Page 41
Nuttige tips
In het display verschijnt een foutmelding
Melding in het displayOorzaakOplossing A
Fout
p
Watertoevoer
Technische fout.
,
Neem contact op
met Miele.
Fout
,
Desinfectietemperatuur niet bereikt
Reactie
o
Waterproof
Fout
q
Waterafvoer
Doseerreservoir
vullen
of
I
Fout
Doseerreservoir leeg
De watertoevoer is ge
blokkeerd of niet in
orde.
De waterdruk is te
laag.
Er is sprake van een
defect.
Tijdens het desinfectieprogramma is de
vereiste temperatuur
niet bereikt.
Het
beveiligingsysteem
"Waterproof" heeft ge
reageerd.
De waterafvoer is ge
blokkeerd of niet in
orde.
Een van de reservoirs
voor de externe dose
ring is leeg.
Controleer of
de kraan ver genoeg
–
opengedraaid is.
de toevoerslang geknikt
–
is.
Kies de instelling Lage
–
waterdruk (menu Instel
lingen/Exploitatieniveau).
Start het programma op
nieuw.
Als de foutmelding opnieuw
verschijnt, neem dan contact op met Miele.
De wasautomaat heeft de
desinfectie niet correct uitgevoerd.
Start het programma opnieuw.
– Sluit de kraan.
–
Neem contact op met
-
Miele.
-
Neem contact op met Miele.
Zie ook in het hoofdstuk
-
"Wasmiddel" de rubriek
"Sensor leegmelding".
-
-
A Om een foutmelding uit het display te verwijderen, drukt u op de toets OK.
41
Page 42
Nuttige tips
Algemene problemen met de wasautomaat
ProbleemOorzaakOplossing
De automaat blijft tijdens
het centrifugeren niet sta
biel staan.
Er blijft te veel wasmiddel
in het wasmiddelvak ach
ter.
De wasverzachter wordt
niet goed ingespoeld of er
blijft te veel water in het
vakje § staan.
In het display verschijnt
een vreemde taal.
De stelvoeten staan
niet goed en zijn niet
-
met de contramoeren
vastgezet.
De waterdruk is te
laag.
-
Als poedervormige
wasmiddelen in aan
raking komen met ont
hardingsmiddelen
kunnen ze gaan plakken.
De zuighevel zit niet
goed of is verstopt.
Onder "Instellingen J"
"Taal J" is een andere
taal ingesteld.
-
-
Zorg dat de automaat sta
biel en waterpas staat. Zet
de stelvoeten met de con
tramoeren vast.
Reinig de zeefjes in de wa
tertoevoerslangen.
Reinig de wasmiddellade
en doseer voortaan eerst
het wasmiddel en pas
daarna het onthardingsmiddel in het betreffende
vakje.
Reinig de zuighevel (zie in
het hoofdstuk "Reiniging
en onderhoud" de rubriek
"Wasmiddellade reinigen").
Stel de door u gewenste
taal in. Het vlaggetje helpt
u het juiste menu te
vinden.
-
-
-
42
Page 43
Het wasresultaat is onvoldoende
ProbleemOorzaakOplossing
De was wordt niet
goed schoon met
vloeibaar wasmid
del.
Op het gewassen
wasgoed blijven
grijze, elastische
bolletjes (vetbolletjes) achter.
Op gewassen
donker textiel bevinden zich witte,
wasmiddelachtige
resten.
Wasgoed met zeer
vette verontrei
nigingen wordt
niet goed schoon.
Vloeibare wasmidde
len bevatten vaak
geen bleekmiddel.
-
Fruit-, koffie- en thee
vlekken worden dan
niet verwijderd.
De dosering van het
wasmiddel was te
laag. Het wasgoed
was met vet verontreinigd (olie, zalf, etc.).
Het wasmiddel bevat
bestanddelen die niet
in water oplosbaar
zijn en voor de water
ontharding dienen
(zeolieten). Deze be
standdelen zijn op de
was neergeslagen.
–
Kies een programma met voorwas. Gebruik voor de
-
voorwas een vloeibaar wasmiddel.
–
Gebruik voor de hoofdwas waspoeder.
Voor sterk vervuilde bedrijfskleding adviseren wij voor de
hoofdwas speciale wasmiddelen. Neem voor meer informa
tie contact op met de leverancier van uw reinigingsmid
delen.
Gebruik bij dergelijke vlekken
-
–
waspoeder met bleekmiddel.
Doseer vlekkenzout in vakje j
–
-
en doe het vloeibare wasmiddel
in een doseerbolletje.
Doe nooit vloeibaar wasmiddel
–
en vlekkenzout samen in het was
middelvak.
Doseer bij dergelijk wasgoed
–
meer wasmiddel of gebruik een
vloeibaar wasmiddel.
– Laat de automaat vóór het vol-
gende wasprogramma een 60°Cprogramma uitvoeren. Gebruik
daarvoor vloeibaar wasmiddel en
doe geen wasgoed in de trommel.
– Probeer de resten er na het dro-
gen af te borstelen.
–
Was donker textiel voortaan met
-
een wasmiddel zonder zeolieten.
Vloeibare wasmiddelen bevatten
-
meestal geen zeolieten.
Nuttige tips
-
-
-
43
Page 44
Nuttige tips
De deur kan niet met de toets Deur worden geopend
OorzaakOplossing
De stroomvoorziening is
niet in orde.
StroomstoringOpen de deur zoals in de volgende rubriek wordt
De deur was niet correct
vergrendeld.
Om te voorkomen dat u zich brandt, kunt u de deur bij een watertemperatuur
van meer dan 50°C niet openen.
Programma voortzetten na een onderbreking van de
stroomvoorziening
Mogelijke oorzaakOplossing
Stroomstoring– Na stroomherstel kan de wasautomaat het pro-
De wasautomaat is met
de toets K uit- en weer
ingeschakeld.
Controleer of
de automaat is ingeschakeld.
–
de automaat elektrisch is aangesloten.
–
de zekering van de huisinstallatie in orde is.
–
beschreven.
Druk stevig tegen de slotkant van de deur en druk
vervolgens op de toets Deur.
gramma hervatten door te drukken op de knop K.
–
Bevestig de melding in het display en druk vervol
gens op de toets Start. Het programma wordt
voortgezet op basis van de opgeslagen status.
-
44
Page 45
Vuldeur openen bij verstopte
afvoer en/of stroomstoring
Nuttige tips
Haal de spanning van het appa
,
raat.
Aan de binnenkant van de wasmiddel
lade bevindt zich een opener voor het
klepje van de afvoer.
^ Verwijder de opener.
-
-
^
Deur openen
Druk de hendel voor de noodafvoer
naar beneden en houd deze vast tot
dat er geen water meer uit de automaat stroomt.
,Wacht tot de trommel stilstaat
voordat u de was uit de automaat
haalt. U kunt zich verwonden als u
uw hand in de nog draaiende trommel steekt.
-
^
Maak het klepje naar de afvoer open.
^
Trek de noodontgrendeling omlaag,
bijvoorbeeld met de steel van een le
pel. De deur gaat nu open.
-
45
Page 46
Service
Reparaties
Voor storingen die u niet zelf kunt ver
helpen, waarschuwt u
uw Miele-vakhandelaar of
–
Miele.
–
De gegevens van Miele vindt u op de
achterkant van deze gebruiksaanwij
zing.
Voor een goede en vlotte afhandeling
moet Miele het type en serienummer
van uw apparaat weten. Beide gege
vens vindt u op het typeplaatje boven
het deurglas.
Optische interface PC
De optische interface PC gebruikt Miele
voor servicedoeleinden (onder meer
voor de update-functie).
Met de update-functie kan de besturing
van uw automaat worden aangepast
aan toekomstige ontwikkelingen op het
-
gebied van textielsoorten, wasmiddelen
en wasprocessen. Miele zal een derge
lijke update-mogelijkheid tijdig bekend
maken.
-
Bij te bestellen accessoires
Extra accessoires voor deze wasautomaat kunt u bestellen bij Miele.
-
46
Page 47
Vooraanzicht
Opstellen en aansluiten
a Toevoerslang (koud water)
b Toevoerslang (warm water)
c Elektrische aansluiting
d Bedieningspaneel
e Wasmiddellade
f Vuldeur
g Luikje voor de noodontgrendeling en
om de trommel leeg te maken
h In de hoogte regelbare voetjes
i Sokkel
j Bevestigingsbeugel (voor
betonsokkel)
47
Page 48
Opstellen en aansluiten
Achteraanzicht
a Steun voor:
–
Toevoerslang
–
Gedemonteerde transportstangen
b Aansluitkabel
c Draaistop met transportstangen
48
d Adapter voor externe dosering
e Toevoerslang (koud water)
f Toevoerslang (warm water)
g Afvoerbuis
h In de hoogte regelbare voetjes
Page 49
Wasautomaat plaatsen
Opstellen en aansluiten
Deze automaat is niet geschikt voor
onderbouw.
^ Transporteer de automaat naar de
plaats van opstelling.
Zorg dat de automaat tijdens het
,
transport stevig staat.
Gebruik geen systemen die de auto
maat automatisch uitschakelen (zo
als schakelklokken). Het apparaat
moet op het elektriciteitsnet zijn aan
gesloten om de deur te kunnen ope
nen.
De bijgevoegde sticker met de vol
gende tekst moet in de nabijheid van
het apparaat worden aangebracht: "Om
de deur van dit apparaat te kunnen
openen, moet u ervoor zorgen dat het
apparaat op het elektriciteitsnet is aangesloten. Doe de deur voorzichtig
open."
,
Plaats de automaat niet vlakbij of
boven een open waterafvoer of
-goot. Binnendringend vocht kan beschadiging van elektrische onderdelen tot gevolg hebben.
-
-
-
-
-
49
Page 50
Opstellen en aansluiten
Plaats van opstelling
De stelvoeten en de ondergrond
,
moeten droog zijn. De machine kan
anders tijdens het centrifugeren
gaan glijden.
Plaats de automaat bij voorkeur op een
betonnen vloer. Op een betonnen vloer
zal de automaat tijdens het centrifuge
ren minder snel trillen dan op een hou
ten of anderszins "zachte" vloer.
Zorg dat de automaat waterpas en
^
stevig staat.
^ Zet de automaat niet op een zachte
vloerbedekking, omdat de machine
anders tijdens het centrifugeren gaat
schudden.
Als u de automaat op een houten vloer
plaatst:
^ Zet de wasautomaat op een
triplexplaat (minimaal
70 x 60 x 3 cm). Deze plaat moet aan
zoveel mogelijk vloerbalken worden
vastgeschroefd, niet alleen aan vloer
planken.
Transportbeveiliging
verwijderen
Verwijder voor de ingebruikneming
^
de transportbeveiliging.
-
-
^ Verwijder de linker en de rechter
draaibeveiliging.
1. Haal de draaibeveiliging met een
schroevendraaier los.
2. Verwijder de draaibeveiliging.
-
^
Plaats het apparaat zo mogelijk in
een hoek. Daar is de stabiliteit van de
vloer het grootst.
50
^
Draai de linker transportstang 90°.
Gebruik hiervoor de bijgeleverde
sleutel en
Page 51
Opstellen en aansluiten
trek de transportstang eruit.
^
^
Draai de rechter transportstang 90°
en
trek de transportstang eruit.
^
Sluit de betreffende gaten af! Als
,
u de gaten niet afsluit, kunt u zich
verwonden.
^
Sluit de openingen met de draaibe
veiligingen en de daaraan beves
tigde kapjes.
-
-
51
Page 52
Opstellen en aansluiten
Stellen
Om optimaal te kunnen functioneren,
moet de automaat stevig en waterpas
staan.
Bevestig de transportstangen aan de
^
achterwand van de automaat. De
openingen b moeten op de houders
a worden gestoken.
Zonder transportbeveiliging mag
,
de automaat niet worden getransporteerd.
Bewaar daarom de transportstangen. De transportbeveiliging
moet weer worden gemonteerd,
voordat u het apparaat vervoert (bijvoorbeeld bij een verhuizing).
Transportbeveiliging monteren
Monteer de transportbeveiliging in om
gekeerde volgorde.
Als de automaat niet correct wordt op
gesteld, neemt het water- en energie
verbruik toe en blijft het apparaat mo
gelijk niet op zijn plaats staan.
Voetjes stellen en met contramoeren
vastzetten
Het stellen van de automaat gebeurt
met de vier machinevoeten (stel
voeten). Bij aflevering zijn alle voetjes
naar binnen gedraaid.
-
^
Draai de contramoer 2 met de bijge
leverde sleutel los (met de wijzers
van de klok mee). Draai de contra
moer 2 samen met de stelvoet 1 om
laag.
-
-
-
-
-
-
-
52
Page 53
Controleer met een waterpas of de
^
automaat goed staat.
^ Houd het voetje 1 met een water-
pomptang vast. Draai de contramoer
2 weer vast (met een steeksleutel tegen de behuizing).
,
Draai de vier contramoeren allemaal stevig tegen de behuizing.
Controleer ook de voeten die bij het
stellen niet zijn losgedraaid, anders
blijft het apparaat mogelijk niet op
zijn plaats staan.
Opstellen en aansluiten
Automaat tegen verschuiven
beveiligen
Zet de beide voorste voeten van de
^
wasautomaat vast met de meegele
verde bevestigingsbeugel.
^ Neem de aanwijzingen uit de bijge-
voegde montagehandleiding in acht.
-
53
Page 54
Opstellen en aansluiten
Was-droogzuil
Op de wasautomaat kan een Mieledroogautomaat worden geplaatst. Hier
voor is een tussenstuk (WTV) nodig
(niet bijgeleverd).
De montage van het tussenstuk dient
door Miele te worden uitgevoerd.
Machinedeksel terugplaatsen
Sokkelopstelling
De wasautomaat kan op een stalen
sokkel (open of gesloten onderbouw,
niet bijgeleverd) of op een betonnen
sokkel worden geplaatst.
Als u de automaat op een sokkel
,
plaatst moet het apparaat met de
meegeleverde bevestigingsbeugel
worden vastgezet. De automaat kan
anders tijdens het centrifugeren van
de sokkel vallen.
Het deksel van de wasautomaat moet
worden teruggeplaatst als de wasdroogzuil weer wordt gedemonteerd.
54
Page 55
Wateraansluiting
Koudwateraansluiting
De automaat mag zonder terugslagklep
op het waterleidingnet worden aange
sloten, omdat het apparaat gebouwd is
volgens de hiervoor geldende EUnormen.
De waterdruk moet tussen 100 kPa en
1.000 kPa overdruk liggen. Is de water
druk hoger dan 1.000 kPa, dan moet
een reduceerventiel worden geplaatst.
Voor de aansluiting is een kraan met
3/4"-schroefkoppeling vereist. Is geen
kraan aanwezig, dan mag de automaat
alleen door een erkend installateur op
de waterleiding worden aangesloten.
-
,De verbinding staat onder
leidingdruk. Controleer of de aansluiting lekt. Draai de kraan hiervoor
langzaam open. Controleer of de
dichting en de schroefkoppeling
goed zitten.
Opstellen en aansluiten
De zeefjes (in het vrije uiteinde van
de toevoerslang en in het koppel
stuk van de watertoevoerklep) mo
gen niet worden verwijderd. Zij die
nen ter bescherming van de water
toevoerklep.
Verlenging slang
Als extra toebehoren zijn slangen van
2,5 en 4,0 m verkrijgbaar bij Miele.
-
-
-
-
De toevoerslang (koud – blauwe
strepen) is niet geschikt voor aan
sluiting op warm water.
Onderhoud
Als u de slang vervangt, gebruik dan
uitsluitend een originele Miele-slang.
Deze is bestand tegen een druk van
ruim 7.000 kPa.
-
55
Page 56
Opstellen en aansluiten
Warmwateraansluiting
De wasautomaat is voorbereid op ge
bruik van warm water.
Schroef het afdekkapje van het kop
^
pelstuk voor de warmwatertoevoer.
Schroef de bijgeleverde toevoerslang
^
(warm – rode strepen) erop.
Om het elektriciteitsverbruik zo laag
mogelijk te houden, verdient het aanbe
veling het apparaat op een ringleiding
voor warm water aan te sluiten. Bij de
kraan mag het water niet warmer zijn
dan 70 °C.
Met een enkele leiding naar de warmwaterbron koelt het water te snel af als
de leiding niet continu wordt gebruikt.
Het kost dan extra elektrische energie
om het water weer op te warmen.
Voor de warmwateraansluiting gelden
verder dezelfde voorwaarden als voor
de koudwateraansluiting.
De toevoerslang (warm – rode strepen)
wordt op de waterkraan aangesloten.
-
Als de automaat op warm water wordt
aangesloten, moet de instelling Water
hoofdwas, Water voorwas en Water
spoelen dienovereenkomstig worden
-
aangepast.
Kies in het menu Instellingen/
^
Exploitatieniveau telkens de optie
warm.
-
Om functionele redenen is het niet
mogelijk om de automaat alleen op
een warmwaterleiding aan te sluiten.
56
Page 57
Opstellen en aansluiten
Elektrische aansluiting
De automaat heeft een aansluitkabel
zonder stekker.
Op het typeplaatje staat informa
,
tie over de nominale aansluitwaarde
en de zekering. Vergelijk deze ge
gevens met de waarden van het
elektriciteitsnet.
Het apparaat mag alleen worden aan
gesloten op een elektrische installatie
die voldoet aan alle daarvoor geldende
voorschriften (zoals NEN 1010).
De aansluiting mag alleen door een
vakman worden uitgevoerd.
De automaat kan via een geschikte
stekkerverbinding worden aangesloten.
Als er sprake is van een vaste aansluiting, moet het apparaat via een
schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld. De contactopening in uitgeschakelde toestand moet minimaal 3 mm
bedragen. Geschikt zijn zelfuitschakelaars, zekeringen en relais
(IEC/EN 60947).
-
-
Werkzaamheden in verband met her
aansluiting, veranderingen in de instal
latie of controle van de aarddraad of de
zekeringen mogen alleen worden uitge
voerd door een vakman die op de
hoogte is van alle geldende voor
schriften.
Let op de instructies op het
,
schakelschema als de machine aan
een andere stroomsoort wordt aan
gepast. De aanpassing mag alleen
door de geautoriseerde vakhandel
of door Miele worden uitgevoerd.
Daarnaast moet de instelling Vermogen worden aangepast.
Gebruik geen systemen die de
,
automaat automatisch uitschakelen
(zoals schakelklokken). Het apparaat moet op het elektriciteitsnet zijn
aangesloten om de deur te kunnen
openen.
-
-
-
-
-
-
De stekkerverbinding en de schakelaar
voor het loskoppelen van de netspan
ning moeten altijd toegankelijk zijn.
,
Als de automaat van de net
spanning wordt losgekoppeld, moet
het betreffende systeem afsluitbaar
zijn. Hierop moet op elk moment
controle kunnen worden uitgeoe
fend.
-
-
-
57
Page 58
Technische gegevens
Hoogte850 mm
Breedte595 mm
Diepte725 mm
Diepte bij geopende deur1085 mm
Gewicht109 kg
Maximale vloerbelasting als de automaat
in gebruik is
Capaciteit6,5 kg droog wasgoed
Aansluitspanningzie typeplaatje
Aansluitwaardezie typeplaatje
Zekeringzie typeplaatje
Geluidsemissie
op de werkplek
volgens EN ISO 11204/11203
Waterdruk minimaal100 kPa (1 bar)
Waterdruk maximaal1000 kPa (10 bar)
Lengte toevoerslangen1,55 m
Lengte aansluitkabel1,80 m
Gehanteerde normen inzake
productveiligheid
Keurmerkenzie typeplaatje
3000 Newton
<70dBre20µPa
volgens EN 10472, EN 60335
58
Page 59
Menu "Instellingen J"
voor het wijzigen van de standaardwaarden
Met de volgende instellingen kunt u de elektronica van de wasautomaat aan uw
wensen aanpassen.
U kunt de instellingen op elk moment veranderen.
59
Page 60
Menu "Instellingen J"
Menu Instellingen J openen
A Zet de programmaschakelaar op
Einde. Het basismenu verschijnt.
15:03
Programma kiezen
Instellingen F ...
B Bevestig uw keuze met de toets OK.
C U bevindt zich nu in het menu Instel
lingen.
Terug A
C
Afkoeling waswater
ContrastH
D Kies de gewenste instelling met de
toetsen – en + en bevestig uw keuze
met de toets OK.
Menu "Instellingen" afsluiten
^ Kies Terug en bevestig uw keuze.
Het display wisselt naar het
startmenu.
De afkoelfunctie dient ingeschakeld te
zijn als:
de afvoerleidingen van het gebouw
–
niet geschikt zijn voor warmwater
afvoer.
De afkoeling van het waswater is stan
daard ingeschakeld.
-
Contrast
Bij het contrast van het display kunt u
uit tien standen kiezen.
Bij aflevering is stand 4 ingesteld.
Het contrast wordt meteen na het kiezen van een andere stand aangepast.
Lichtsterkte
Bij de lichtsterkte van het display
kunt u uit tien standen kiezen.
Bij aflevering is stand 5 ingesteld.
-
-
Afkoeling waswater
Na de hoofdwas loopt extra water in
de trommel om het waswater af te
koelen.
De afkoeling van het waswater vindt
plaats bij wastemperaturen vanaf 70°C.
60
De lichtsterkte wordt meteen na het kie
zen van een andere stand aangepast.
-
Page 61
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Het menu Instellingen is door een
code tegen onbevoegd gebruik be
veiligd (met uitzondering van de
functies Afkoeling waswater, Contrast
en Lichtsterkte).
-
Het exploitatieniveau is geactiveerd. U
kunt nu naast de voorgaande instel
lingen ook de volgende instellingen wij
zigen.
Code wijzigen
-
CContrast
Lichtsterkte
Exploitatieniveau
Kies het Exploitatieniveau en bevesti
^
g uw keuze.
CTerug A
Toegang via code...
Code wijzigen...
^ Kies Toegang via code en bevestig
uw keuze.
Code invoeren
U wordt verzocht een driecijferige code
in te voeren. Bij aflevering is de code: 0
00.
0__
Code invoeren
Als u wilt voorkomen dat onbevoeg
den uw instellingen wijzigen, is het
aan te bevelen de standaardcode te
wijzigen.
-
CContrast
Lichtsterkte
Exploitatieniveau
^ Kies het Exploitatieniveau en bevesti-
g uw keuze.
CTerug A
Toegang via code...
Code wijzigen...
^ Kies Code wijzigen en bevestig uw
keuze. Volg de aanwijzingen op het
display.
-
^
Met de toets + kunt u het eerste cijfer
invoeren. Bevestig het cijfer met de
toets OK. Voer nu het tweede cijfer
in.
^
Herhaal deze stappen totdat de drie
cijfers zijn ingevoerd.
^
Druk na het invoeren van de cijfers
op OK en bevestig de code nog
eens met de toets OK.
61
Page 62
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Dagtijd
U kunt aangeven of de dagtijd in een
24- of een 12-uursritme wordt weer
gegeven. U kunt er ook voor kiezen
geen klok te laten weergeven. Vervol
gens wordt de actuele dagtijd inge
steld.
Als u kiest voor de instelling Geenklok kan de klok als 96-uurs-timer
voor een uitgestelde start worden
gebruikt.
Ritme instellen
^ Kies het gewenste ritme en bevestig
uw keuze.
Het display wisselt naar de instelling
van de dagtijd.
Dagtijd instellen
^ Stel met de toetsen – en + het juiste
uur in en bevestig deze waarde met
de toets OK. Stel vervolgens de
minuten in. Het display wisselt naar
het menu Instellingen.
-
-
Taal J
Het display kan verschillende talen
weergeven.
Kies de gewenste taal en bevestig
^
uw keuze.
Stand-by
Met deze functie bespaart u energie.
Het display wordt na 10 minuten don
ker en de toets Start begint langzaam
te knipperen.
Het display wordt weer ingeschakeld
als u de programmaschakelaar of een
toets bedient.
U kunt uit twee opties kiezen:
Aan
De stand-by-functie wordt ingeschakeld:
–
als na het inschakelen geen pro
gramma wordt gekozen.
–
na de programmastart.
-
-
62
–
na afloop van het programma.
Niet in het programmaverloop
daardinstelling)
De stand-by-functie wordt ingescha
keld:
–
als na het inschakelen geen pro
gramma wordt gekozen.
(stan
-
-
-
Page 63
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Memory
Als u aan een programma een extra
functie toevoegt of de voorgepro
grammeerde temperatuur of het cen
trifugetoerental wijzigt, slaat de was
automaat deze instellingen bij de
start van het programma op.
Als u het wasprogramma opnieuw kiest,
laat de wasautomaat de waarden zien
die in het geheugen zijn opgeslagen.
De memory-functie is standaard uitge
schakeld.
-
-
-
-
Beladingsautomaat
De wasautomaat heeft een elektronische besturing met beladingsautomaat. Als u de beladingsautomaat
uitschakelt, wordt er bij het programmaverloop van uitgegaan dat u de
machine met maximale belading gebruikt.
Bij aflevering is de beladingsautomaat
ingeschakeld.
Water hoofdwas
U kunt de watersoort voor de hoofd
was kiezen. Warm water is alleen mo
gelijk bij een wastemperatuur van
meer dan 30°C.
Bij aflevering is de watersoort Koud in
gesteld.
-
Water spoelen
U kunt de watersoort kiezen voor de
laatste spoelgang van sommige programma's. Warm water is alleen mogelijk bij een wastemperatuur van
meer dan 50°C.
Bij aflevering is de watersoort Koud ingesteld.
Lage waterdruk
Bij een permanent lage waterdruk
(onder 100 kPa) kan de instelling
Lage waterdruk worden geactiveerd
om een correcte watertoevoer te
waarborgen.
-
-
Water voorwas
U kunt de watersoort voor de voor
was kiezen. Warm water is alleen mo
gelijk bij een wastemperatuur van
meer dan 30°C.
Bij aflevering is de watersoort Koud in
gesteld.
-
Bij aflevering is deze optie uitgescha
keld.
-
-
-
63
Page 64
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Temp. standaard plus
In het programma Standaard plus
kan de voorgeprogrammeerde tem
peratuur worden gewijzigd. U kunt uit
vier temperaturen kiezen.
40°C
60°C (standaardinstelling)
70°C
90°C
-
MOP-ontwateren
Bij de programma's Standaard, Standaard plus, Thermische desinfectie
en Chemothermische desinfectie
kunt u natte mops bij het begin van
het programma door kort centrifugeren ontwateren.
Bij aflevering is deze functie ingeschakeld.
Chemotherm. desinf.
Bij het programma Chemothermische
desinfectie kan het voorgeprogram
meerde desinfectieproces worden
gewijzigd. U kunt kiezen uit vier tem
peraturen met bijbehorende
inwerktijden.
40°C / 20 min
60°C / 20 min
70°C / 10 min (standaardinstelling)
71°C / 25 min
Thermische desinfectie
Bij het programma Thermische desinfectie kan het voorgeprogrammeerde
desinfectieproces worden gewijzigd.
U kunt kiezen uit twee temperaturen
met bijbehorende temperatuurstop.
75°C / 10 min
85°C / 15 min (standaardinstelling)
-
-
64
Page 65
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Desinfectie hygiëne
Bij het programma Reinigingsdoeken
desinfectie hygiëne kan het voorge
programmeerde desinfectieproces
worden gewijzigd. U kunt kiezen uit
vier temperaturen met bijbehorende
tijden.
40°C / 20 min
60°C / 20 min
70°C / 10 min (standaardinstelling)
85°C / 15 min
Microvezel-MOP
Bij de programma's Standaard, Standaard plus en Chemothermische
desinfectie kunt u bij het wassen van
microvezel-mops na de hoofdwas het
water tot 45°C laten afkoelen door
koud water toe te voeren (Cool
Down).
Bij aflevering is de optie Nee (geen
Cool-Down) ingesteld.
Behandelen desinfectie
Bij de programma's Thermische des
-
infectie en Chemothermische desin
fectie kunt u het nabehandelen van
de mops na het wassen activeren
(dosering via het vakje voor de was
verzachter of via een extern doseer
systeem).
Bij aflevering is de optie Nee (geen be
handeling) ingesteld.
Behandelen doeken
Bij de programma's Reinigingsdoeken desinfectie hygiëne,
Reinigingsdoeken 60°C en
Reinigingsdoeken 40°C kunt u het
nabehandelen van de reinigingsdoeken na het wassen activeren (dosering via het vakje voor de wasverzachter of via een extern doseersysteem).
Bij aflevering is de optie Nee (geen be
handeling) ingesteld.
-
-
-
-
-
-
Behandelen standaard
Bij de programma's Standaard en
Standaard plus kunt u het
nabehandelen van de mops na het
wassen activeren (dosering via het
vakje voor de wasverzachter of via
een extern doseersysteem).
Bij aflevering is de optie Nee (geen be
handeling) ingesteld.
-
65
Page 66
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Cent.behand.stand.,des.
Met de instelling Centrifugerenbehandelen standaard, desinfectie
kunt u de restvochtwaarde na het be
handelen vastleggen voor de mopprogramma's Standaard, de mopdesinfectieprogramma's en het pro
gramma Mops behandelen.
U kunt uit vier opties kiezen:
,,,, (hoge restvochtwaarde)
tot
, (lage restvochtwaarde)
Centr.-behand. stand.+
Met de instelling Centrifugerenbehandelen standaard plus kunt u de
restvochtwaarde na het behandelen
vastleggen voor het programma
Mops standaard plus.
U kunt uit vier opties kiezen:
Centr.-behand. doeken
Met de instelling Centrifugerenbehandelen doeken kunt u de rest
vochtwaarde na het behandelen
vastleggen voor de programma's
Reinigingsdoeken 40°C/60°C en
-
Doeken behandelen.
U kunt uit vier opties kiezen:
,,,, (hoge restvochtwaarde)
tot
, (lage restvochtwaarde)
Sensor leegmelding
U kunt de functie Leegmelding voor
reservoirs van externe vloeibare wasmiddelen activeren zodat er een melding in het display verschijnt als reservoirs leeg zijn.
Bij aflevering is de optie Nee (geen
leegmelding) ingesteld.
-
,,,, (hoge restvochtwaarde)
tot
, (lage restvochtwaarde)
66
Page 67
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Meer programma's
U kunt de programmakeuze die ver
schijnt wanneer Andere programma's
wordt gekozen, uitbreiden met meer
dere programma's.
0 = geen bijkomend programma (toe
stand bij levering).
Wit/Bont = de programma's Wit en Bont
worden toegevoegd.
Intensief/plus = de programma's Intensief en Intensief plus worden toege
voegd.
Kreukherstell./Mini = de programma's
Kreukherstellend en Mini worden toegevoegd.
alle = alle programma's worden toegevoegd.
-
-
-
-
-
Niveau wit/bont
Niveau kreukherstell.
In het programma Kreukherstellend
kan het waterpeil voor de hoofdwas
worden verhoogd.
Bij levering van het toestel is optie
blokparameter geselecteerd (het
waterpeil wordt overeenkomstig de in
de fabriek geprogrammeerde program
magegevens gestuurd).
Temp. voorwas WB
In de programma's Wit en Bont kan
de temperatuur voor de voorwas worden geselecteerd.
Bij levering van het toestel is optie
blokparameter geselecteerd (de temperatuur wordt overeenkomstig de in
de fabriek geprogrammeerde programmagegevens gestuurd).
-
In de programma’s Wit en Bont kan
het waterpeil voor de hoofdwas wor
den verhoogd.
Bij levering van het toestel is optie
blokparameter geselecteerd (het
waterpeil wordt overeenkomstig de in
de fabriek geprogrammeerde program
magegevens gestuurd).
-
-
67
Page 68
Menu "Instellingen / Exploitatieniveau"
Wastijd voorwas
U kunt de wastijd voor de voorwas
verlengen.
Bij levering van het toestel is optie
blokparameter geselecteerd (de wastijd
wordt overeenkomstig de in de fabriek
geprogrammeerde programmagege
vens gestuurd).
-
Wastijd wit/bont
In de programma's Wit en Bont kan
de wastijd voor de hoofdwas worden
verlengd.
Bij levering van het toestel is optie
blokparameter geselecteerd (de wastijd
wordt overeenkomstig de in de fabriek
geprogrammeerde programmagegevens gestuurd).
Voorwas wit/bont/kh
In de programma's Wit, Bont en
Kreukherstellend kan de voorwas
permanent worden ingeschakeld.
In de fabriek is de optie Menuselectie
actief.
Lijst speciale program.
U kunt de lijst met weergegeven spe
ciale programma's wijzigen.
In het programma Kreukherstellend
kan de wastijd voor de hoofdwas
worden verlengd.
Bij levering van het toestel is optie
blokparameter geselecteerd (de wastijd
wordt overeenkomstig de in de fabriek
geprogrammeerde programmagege
vens gestuurd).