Miele PW 5060 User Manual [nl]

Gebruiksaanwijzing en opstellingsinstructies
Wasmachine PW 5060
Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voordat u het apparaat plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het apparaat.
M.-Nr. 10 800 100
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Afvoeren van het verpakkings­materiaal
De verpakking beschermt de wasma­chine tegen transportschade. Het ver­pakkingsmateriaal is uitgekozen met het oog op een zo gering mogelijke belas­ting van het milieu en de mogelijkheden voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmateri­aal wordt er op grondstoffen bespaard en wordt er minder afval geproduceerd. Uw vakhandelaar neemt de verpakking terug.
Het oude toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toe­stellen bevatten meestal nog waarde­volle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die nodig zijn ge­weest om de toestellen goed en veilig te laten functioneren. Wanneer u uw oude toestel bij het gewone afval gooit of er op een andere manier niet goed mee omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Gooi uw oude toestellen daarom nooit met het gewone huisafval weg.
Energie besparen
Energie- en waterverbruik
– Maak zoveel mogelijk gebruik van de
maximale beladingscapaciteit van een wasprogramma. U gebruikt dan relatief gezien de min­ste hoeveelheid energie en water.
– Bij een kleine belading in de pro-
gramma's Witte was en Bonte was zorgt de beladingsautomaat van de wasmachine ervoor dat de machine minder water, tijd en energie ver­bruikt.
– Gebruik voor kleine ladingen het pro-
gramma Miniwas.
Wasmiddel
– Gebruik hoogstens zoveel wasmiddel
als op de wasmiddelverpakking staat aangegeven.
– Verlaag bij een kleinere belading de
hoeveelheid wasmiddel.
Tip voor machinaal drogen
Wilt u het wasgoed na afloop in de droogautomaat drogen, kies dan het hoogste centrifugetoerental dat voor dit wasgoed mogelijk is.
Lever het echter in bij een gemeentelijk inzameldepot voor elektrische en elek­tronische oude toestellen. Vraag hier­over informatie bij uw handelaar.
Het afgedankte toestel moet buiten het bereik van kinderen worden opgesla­gen.
2
Inhoud
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................... 2
Het oude toestel afdanken ...................................................................................... 2
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen......................................................... 6
Bediening van de wasmachine .......................................................................... 13
Bedieningspaneel.................................................................................................. 13
Keuzeschakelaar ................................................................................................... 14
Betekenis van de symbolen ............................................................................. 14
Werking van het display ........................................................................................ 15
Eerste ingebruikneming...................................................................................... 16
Het gebruik van de wasmachine........................................................................ 17
Verkorte gebruiksaanwijzing.................................................................................. 17
Textielbehandelingssymbolen ............................................................................... 22
Centrifugeren....................................................................................................... 23
Maximaal centrifugetoerental................................................................................ 23
centrifugeren tussen de spoelbeurten.............................................................. 23
Spoelstop kiezen..............................................................................................23
Het centrifugeren tussen de spoelbeurten en het eindcentrifugeren
overslaan .......................................................................................................... 23
Uitgestelde start .................................................................................................. 24
Programma-overzicht ......................................................................................... 25
Programmaverloop.............................................................................................. 27
Programmaverloop wijzigen ..............................................................................29
Programma afbreken............................................................................................. 29
Programma onderbreken....................................................................................... 29
Programma wijzigen.............................................................................................. 29
Trommel bijvullen of wasgoed voortijdig verwijderen............................................ 30
Wasmiddel............................................................................................................ 31
Waterontharder...................................................................................................... 31
Wassen met verschillende wasmiddelen .............................................................. 31
Wassverzachter of stijfsel...................................................................................... 32
Wasverzachter, synthetisch stijfsel of vloeibaar stijfsel automatisch
doseren.............................................................................................................32
Ontkleuren/kleuren ................................................................................................ 32
Extern doseersysteem........................................................................................... 32
3
Inhoud
Reiniging en onderhoud...................................................................................... 33
Wasmachine reinigen ............................................................................................ 33
Zeefjes watertoevoer reinigen ............................................................................... 35
Nuttige tips.......................................................................................................... 36
Hulp bij problemen ................................................................................................ 36
U kunt geen wasprogramma starten..................................................................... 36
In het display verschijnt een foutmelding.............................................................. 37
Een tegenvallend wasresultaat.............................................................................. 38
Algemene problemen met de wasmachine........................................................... 39
Vuldeur openen bij verstopte afvoer en/of stroomstoring ..................................... 41
Klantendienst.......................................................................................................43
Reparaties ............................................................................................................. 43
Optische interface ................................................................................................. 43
Bij te bestellen accessoires................................................................................... 43
Plaatsen en aansluiten........................................................................................ 44
Voorkant ................................................................................................................ 44
Achterkant ............................................................................................................. 45
Wasautomaat plaatsen.......................................................................................... 46
Plaats van opstelling ............................................................................................. 47
Transportbeveiliging verwijderen........................................................................... 47
Transportbeveiliging monteren.............................................................................. 49
Opstellen ............................................................................................................... 49
Stelvoeten naar buiten draaien en vastzetten ..................................................49
Wasmachine tegen verschuiven beveiligen .....................................................50
Was-droogzuil ....................................................................................................... 51
Sokkelopstelling .................................................................................................... 51
Kassasysteem ....................................................................................................... 51
Wateraansluiting.................................................................................................... 52
Koudwateraansluiting ...................................................................................... 52
Waterafvoer ........................................................................................................... 53
Afvoerpomp...................................................................................................... 53
Elektrische aansluiting........................................................................................... 54
Technische gegevens.......................................................................................... 55
Menu Instellingen ............................................................................................. 56
Taal ..................................................................................................................... 56
4
Inhoud
Menu Instellingen/Exploitatieniveau.................................................................. 57
Taal ..................................................................................................................... 58
Afkoeling van het waswater .................................................................................. 58
Kloktijd................................................................................................................... 58
Exploitatieniveau ................................................................................................... 58
Contrast................................................................................................................. 58
Lichtsterkte............................................................................................................ 59
Standby (display)................................................................................................... 59
Memory ................................................................................................................. 59
Beladingsautomaat ............................................................................................... 59
Water voorwas/Water hoofdwas/Water spoelen................................................... 60
Lage waterdruk...................................................................................................... 60
Niveau wit/bont ..................................................................................................... 60
Niveau kreukherstell. ............................................................................................. 60
Temp. voorwas WB ............................................................................................... 61
Wastijd voorwas .................................................................................................... 61
Wastijd wit/bont .................................................................................................... 61
Wastijd kreukherstell. ............................................................................................ 61
Voorwas wit/bont/kh. ............................................................................................ 61
Lijst speciale programma's ................................................................................... 61
Hygiëne ................................................................................................................. 62
Spoelbeurten WB .................................................................................................. 62
Spoelbeurten kreukh. ............................................................................................ 62
Spoelbeurten desinfectie ...................................................................................... 62
Voorspoelen WB.................................................................................................... 62
Voorspoelen kreukherst......................................................................................... 62
Centrifugeren gratis............................................................................................... 62
5

Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Deze wasmachine voldoet aan de geldende veiligheidsvoor­schriften. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële schade tot gevolg hebben.
Lees de gebruiksaanwijzing alvorens u de wasmachine voor het eerst gebruikt. Daarin vindt u belangrijke instructies met betrekking tot de veiligheid, het gebruik en het onderhoud van de wasmachi­ne. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan de wasma­chine.
Als andere personen worden geïnstrueerd om de wasmachine te bedienen, moeten zij beslist op de hoogte zijn van deze veilig­heidsinstructies.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan een eventuele volgende eigenaar.

Verantwoord gebruik

De wasmachine is enkel geschikt voor het wassen van textiel dat
volgens de aanwijzingen van de producent op het onderhoudsetiket in de wasmachine mag worden gewassen. Andere gebruiksdoelein­den zijn mogelijk gevaarlijk. De producent kan niet aansprakelijk wor­den gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik voor andere doeleinden dan hier aangegeven of door foutieve bediening.
De wasmachine moet volgens de gebruiksaanwijzing worden ge-
bruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet regel­matig worden gecontroleerd.
De wasmachine is uitsluitend bestemd voor gebruik binnenshuis.
6
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis van dit toestel niet in staat zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen gebruiken als ze on­der toezicht staan van of worden geïnstrueerd door een verantwoor­delijk persoon.
Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu-
rend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasmachine alleen zonder
toezicht gebruiken als ze weten hoe ze de wasmachine veilig moeten bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen inzien en begrijpen.
Kinderen mogen de wasmachine niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van de
wasmachine bevinden. Laat kinderen nooit met de wasmachine spe­len.
7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Technische beveiliging

Controleer de wasmachine voor plaatsing en werking op zichtbare
schade. Een beschadigde wasmachine mag niet worden geplaatst en niet in gebruik worden genomen.
De elektrische veiligheid van deze wasmachine is uitsluitend ge-
garandeerd als ze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Laat de huisin­stallatie bij twijfel door een vakman / vakvrouw inspecteren. De pro­ducent kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aarding.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen gevaar opleveren
voor de gebruiker. De producent kan daarvoor niet aansprakelijk worden gesteld. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door Miele zijn geautoriseerd, anders kan bij eventu­ele schade geen aanspraak op de garantie worden gemaakt.
Voer geen aanpassingen aan de wasmachine uit die niet uitdruk-
kelijk door Miele zijn toegestaan.
In geval van een storing of bij reinigings- en onderhoudswerk-
zaamheden is de automaat alleen spanningsvrij als:
– de stekker uit de contactdoos is getrokken
– de zekering van de huisinstallatie uitgeschakeld is of
– de betreffende zekering van de huisinstallatie er helemaal is uitge-
draaid.
Zie ook het hoofdstuk 'Plaatsen en aansluiten' onder 'Elektrische aansluiting'.
8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De wasmachine mag alleen met een nieuwe slangenset op de wa-
terleiding worden aangesloten. Een oude slangenset mag niet op­nieuw worden gebruikt. Controleer de slangensets regelmatig. U kunt ze dan tijdig vervangen en waterschade voorkomen.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze onderdelen kan Miele garande­ren dat ze volledig voldoen aan de veiligheidseisen die wij aan onze producten stellen.
De wasmachine mag niet met een verlengsnoer, een multistekker-
doos of iets dergelijks op het stroomnet worden aangesloten (brand­gevaar door oververhitting).
Bij commercieel gebruik van de wasmachine moet de verordening
op de werkingsveiligheid worden gerespecteerd. Het wordt aanbevo­len de controles volgens de regel van de beroepsvereniging - BGR 500 / hoofdstuk 2.6 / alinea 4 uit te voeren. Het voor de controledo­cumentatie vereiste controleboek is verkrijgbaar bij Miele.
Deze wasmachine mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op
een schip) worden gebruikt.
Volg de aanwijzingen uit de hoofdstukken 'Plaatsen en aansluiten'
en 'Technische gegevens'.
Zorg ervoor dat u altijd bij de stekker kunt komen om de spanning
van de wasmachine te halen.
Als er sprake is van een vaste aansluiting, moet de wasmachine
via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen wor­den losgekoppeld.
9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen

Veilig gebruik

De maximale beladingscapaciteit is 6,5kg (droog wasgoed). Som-
mige programma's hebben een lagere beladingscapaciteit, zie hoof­stuk 'Programmaoverzicht'.
Plaats uw wasdroger niet in vorstgevoelige ruimten. Bevroren
slangen kunnen scheuren of barsten en de betrouwbaarheid van de elektronische besturing kan door temperaturen onder het vriespunt afnemen.
Verwijder voordat u de wasmachine in gebruik neemt de trans-
portbeveiliging aan de achterzijde van het toestel (zie hoofdstuk: 'Het plaatsen en aansluiten van de wasmachine', paragraaf: 'Het verwij­deren van de transportbeveiliging'). Bij het centrifugeren kan een niet-verwijderde transportbeveiliging de wasmachine en meubels/ toestellen die ernaast staan, beschadigen.
Sluit de waterkraan als u gedurende lange tijd afwezig bent (bij-
voorbeeld tijdens vakanties). Dat is vooral van belang als zich in de buurt van de wasmachine geen afvoerputje bevindt.
Overstromingsgevaar! Controleer of het water snel genoeg afvloeit
voor u de afvoerslang in een wasbak hangt. Zorg ervoor dat de slang niet kan wegglijden. De terugslag van het wegstromende water kan de onbeveiligde slang uit de bak drukken.
Voorkom dat vreemde voorwerpen (spijkers, naalden, munten, pa-
perclips, etc.) in de wasmachine terechtkomen. Dergelijke voor­werpen kunnen onderdelen beschadigen (zoals de kuip en de was­trommel). Beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt het was­goed beschadigen.
10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als het wasmiddel correct wordt gedoseerd, is ontkalken van de
wasmachine niet vereist. Indien uw wasmachine toch zo sterk door kalk is aangetast dat ontkalken nodig is, gebruik dan een speciaal ontkalkingsmiddel met corrosiebescherming. Dit speciale ontkal­kingsmiddel is verkrijgbaar bij uw Miele-vakhandelaar of bij Miele. Volg de gebruiksinstructies van het ontkalkingsmiddel strikt op.
Textiel dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen is be-
handeld, moet eerst grondig in helder water worden uitgespoeld voordat het in de wasmachine wordt gewassen.
Gebruik nooit reinigingsmiddelen op basis van oplosmiddelen
(bijv. wasbenzine) in de wasmachine. Onderdelen kunnen worden beschadigd en er kunnen giftige dampen ontstaan. Er bestaat brand- en explosiegevaar!
Bewaar en gebruik in de buurt van de wasmachine geen benzine,
petroleum of andere licht ontvlambare stoffen. Brand- en explosiege­vaar!
Textielverf moet geschikt zijn voor gebruik in een wasmachine.
Volg de aanwijzingen van de producent strikt op.
Ontkleuringsmiddelen kunnen door hun chemische samenstelling
corrosie veroorzaken. Ontkleuringsmiddelen mogen niet in de was­machine worden gebruikt.
Let bij gebruik en combinatie van speciale reinigingsmiddelen en
speciale producten op de aanwijzingen van de betreffende produ­cent. Gebruik het middel alleen voor de toepassingen die door de producent zijn aangegeven. Daarmee voorkomt u materiaalschade en eventuele heftige chemische reacties.
11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Voor de reiniging van de wasmachine mag geen hogedrukreiniger
of waterstraal worden gebruikt.
Vermijd contact tussen roestvrijstalen oppervlakken (front, deksel,
behuizing) en vloeibare reinigings- en desinfectiemiddelen die chloor of natriumhypochloride bevatten. Deze stoffen kunnen op het roest­vrije staal corrosie veroorzaken. Agressieve dampen van bleekmid­delen die chloor bevatten, kunnen eveneens corrosie veroorzaken. Bewaar geopende verpakkingen van deze middelen daarom niet in de onmiddellijke omgeving van de toestellen.

Accessoires

Accessoires mogen alleen worden aan- of ingebouwd als ze na-
drukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Worden andere accessoires aan- of ingebouwd, dan kan Miele niet voor de gevolgen instaan en kan geen beroep meer worden gedaan op bepalingen met betrek­king tot garantie en productaansprakelijkheid.
Miele-droogkasten en Miele-wasmachines kunnen als was-droog-
zuil opgesteld worden. Daarvoor is als te bestellen accessoire een Miele was-droog-verbindingsset vereist. Let erop dat de was-droog­verbindingsset bij de Miele-droogkast en Miele-wasmachine past.
Wilt u een Miele-sokkel nabestellen, let er dan op dat hij bij uw
wasmachine past.
Als de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden op­gevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die daarvan het gevolg is.
12

Bedieningspaneel

Bediening van de wasmachine

a
Toets Start
Start het geselecteerde wasprogram-
ma.
b
Display met toetsen -, OK en +
Een uitgebreide toelichting vindt u op
de volgende bladzijden.
c
Toets
De uitgestelde start selecteren.
d
Optische interface PC
Op deze plaats kunnen de technici
de programma's controleren, up-
daten en in het geheugen van de
wasmachine opslaan.
e
Toets voorwas met controlelampje
f
Keuzeschakelaar
Het wasprogramma selecteren. De programmaschakelaar kan rechts- en linksom worden gedraaid.
g
ToetsAan/Uit De wasmachine schakelt automa­tisch uit om energie te besparen. Dat gebeurt 15 minuten nadat Einde/ Kreukbeveiliging is verschenen of na het inschakelen als er verder niets gebeurt.
h
Toets Deur Opent de deur.
13
Bediening van de wasmachine

Keuzeschakelaar

Betekenis van de symbolen

M = Einde
= Witte/Bonte was = Kreukherstellend  = Katoen Eco
= Fijne was
= Wol = Mini = Extra spoelen / = Pompen/Centrifuge-
ren
= Koud
14
Bediening van de wasmachine

Werking van het display

De toetsen – / +
wijzigen de in de display gemarkeerde componenten. – verlaagt de waarde of beweegt de markering omhoog. + verhoogt de waarde of beweegt de markering omlaag.
Toets OK Met deze toets bevestigt u een gekozen waarde en kiest u een volgend onder­deel.
Bij de programmakeuze kiest u via het display:
– het centrifugetoerental
– de starttijd.
Het display toont onder meer de duur van een wasprogramma en de actuele kloktijd.
Ook het menu Instellingen bedient u via het display.
15

Eerste ingebruikneming

12:00
Dagtijd instellen
Zorg dat het toestel stevig staat en juist is aangesloten voordat u het de eerste keer gaat gebruiken.
Volg de aanwijzingen in de hoofd­stukken: 'Plaatsen en aansluiten'.
Om veiligheidsredenen kan niet voor de eerste inwerkingstelling worden gecen­trifugeerd. Om centrifugeren in te scha­kelen, moet een wasprogramma zonder belading worden uitgevoerd.
Schakel de wasmachine met de -
toets in.
Als u de automaat voor het eerst ge­bruikt, verschijnt de Duitse tekst
Miele Professional Willkommen
Het welkomstscherm verschijnt niet meer als de eerste ingebruikneming is voltooid.
In het display verschijnt nu een scherm waarin u de taal kunt instellen die u vanaf dat moment in het display wilt hebben.
Kloktijd instellen
Stel met de toetsen – en + het juiste
uur in en bevestig de waarde met OK. U kunt nu de minuten instellen. Na bevestiging verschijnt het basismenu opnieuw in het display.
Eerste wasbeurt
De wasmachine is nu klaar voor het eerste wasprogramma.
Zet de programmaschakelaar op Wit-
te/Bonte was 60°C.
Draai de waterkranen open.Druk op de toets Start.
Na afloop van het programma is de wasmachine klaar voor gebruik.
Kies de gewenste taal met de toetsen
– en + en bevestig uw keuze met de toets OK.
Herinnering van de transportbeveili­ging
Om schade aan de wasmachine te voorkomen moet de transportbeveili­ging voor de eerste wasbeurt worden verwijderd.
Bevestig het verwijderen van de
transportbeveiliging met de OK-toets.
In het display verschijnt nu een scherm waarin u de kloktijd kunt instellen.
16

Het gebruik van de wasmachine

Verkorte gebruiksaanwijzing

De met de cijfers ( , , . . .) aan­geduide stappen kunt u als verkorte ge­bruiksaanswijzing gebruiken.

Wasgoed voorbereiden

Maak de zakken leeg.
Voorwerpen zoals spijkers,
munten en paperclips kunnen was­goed en onderdelen beschadigen.

Vlekken voorbehandelen

Verwijder vlekken als dat mogelijk is
zodra ze ontstaan. Neem de vlekken met een niet-verkleurende doek af. Niet wrijven!
Tip: Vlekken (van bloed, ei, koffie, thee, etc.) kunt u vaak eenvoudig verwij­deren. Miele heeft daarvoor een specia­le vlekkenwijzer samengesteld. U vindt de vlekkenwijzer bij Miele of via de in­ternetlink van Miele.

Wasgoed sorteren

Sorteer het wasgoed naar kleur en
volgens de symbolen in het onder­houdsetiket, (in de kraag of in de zij­naad).
Donkergekleurd wasgoed geeft bij de eerste wasbeurten vaak iets af. Was licht en donker wasgoed apart zodat er niets verkleurt.

Algemene tips

– Verwijder bij gordijnen de haakjes en
het loodband of wikkel de vitrage in een doek.
– Maak onderdelen van kleding die zijn
losgeraakt (bh-beugels) vast of ver­wijder ze.
– Bij gebreid goed, spijkergoed, panta-
lons en tricot (t-shirts, sweatshirts, etc.): Keer het wasgoed binnenste­buiten als dat op het wasetiket staat.
– Sluit ritsen, haakjes en oogjes.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht zodat er geen ander textiel in terecht kan komen.
– Meer tips vindt u in het hoofdstuk
'Programmaoverzicht'.
Was geen textiel dat volgens het onder­houdsetiket niet kan worden gewassen (Symbool: ).
Gebruik nooit chemische (oplos-
middelhoudende) reinigingsmiddelen in de wasmachine!
17
Het gebruik van de wasmachine

Wasmachine beladenSchakel de wasmachine met de -

toets in.
Druk op de toets Deur en open de
deur.
Leg de was uitgevouwen en losjes in
de trommel. Leg stukken wasgoed van verschillende grootte in de trom­mel. Daardoor wordt een beter was­resultaat bereikt en kan het wasgoed zich tijdens het centrifugeren beter verdelen.
Bij een maximale belading is het ener­gie- en waterverbruik, vergeleken met de totale hoeveelheid wasgoed, het laagst. Wordt de maximale beladings­capaciteit overschreden, vallen de was­resultaten tegen en gaat het wasgoed sneller kreuken.
Zwaai de deur dicht.
Let erop dat er geen wasgoed tussen deur en dichting geklemd raakt.
18
Het gebruik van de wasmachine
Bonte was
60°C
Duur:
omw/min
0:59 h
1400

Programma kiezen

Met de programmaschakelaar kiest u
het gewenste wasprogramma en stelt u de temperatuur in.
In het display verschijnt de naam van het programma.

Voorwas

Kies voor wasgoed waar veel stof of
zand in zit een wasprogramma met de extra functie Voorwas. Als die functie niet kan worden gekozen, is de functie niet toegestaan bij het ge­kozen programma.

Uitgestelde start

Als u de start wilt uitstellen, kunt u nu
de gewenste starttijd aangeven (zie het hoofdstuk 'Uitgestelde start').
Het display wisselt naar het gekozen programma.
Met de toeten - of + kunt u het centri-
fugetoerental wijzigen. Bevestig uw keuze met de toets OK.
19
Het gebruik van de wasmachine

Wasmiddel doseren

Let verder ook op de mate waarin het wasgoed is vervuild en op de water­hardheid.
Te weinig wasmiddel heeft tot gevolg dat
– het wasgoed niet schoon is en na
verloop van tijd grauw en hard wordt.
– er zich vetbolletjes in het wasgoed
vormen.
– er zich kalk op de verwarmingsele-
menten vormt.
Te veel wasmiddel heeft tot gevolg dat
– er zich te veel schuim vormt, de was-
werking daardoor gering is en de rei­nigings-, spoel- en centrifugeerresul­taten niet optimaal zijn.
– het milieu extra wordt belast.
Nadere bijzonderheden over wasmidde­len en de dosering daarvan vindt u in het hoofdstuk: 'Wasmiddelen'.
Trek de wasmiddellade naar buiten en
doseer het wasmiddel in de vakjes.
Wasmiddel voor de voorwas (¼
van de totale aanbevolen hoe­veelheid wasmiddel)
Wasmiddel voor de hoofdwas Wassverzachter of stijfsel
Sluit de wasmiddellade.
20
Loading...
+ 44 hidden pages