Lees altijd eerst de gebruiksaanwijzing voordat
u het apparaat plaatst, installeert en in gebruik
neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt
schade aan het apparaat.
nl-BE
M.-Nr. 10 800 100
Page 2
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu
Afvoeren van het verpakkingsmateriaal
De verpakking beschermt de wasmachine tegen transportschade. Het verpakkingsmateriaal is uitgekozen met het
oog op een zo gering mogelijke belasting van het milieu en de mogelijkheden
voor recycling.
Door hergebruik van verpakkingsmateriaal wordt er op grondstoffen bespaard
en wordt er minder afval geproduceerd.
Uw vakhandelaar neemt de verpakking
terug.
Het oude toestel afdanken
Oude elektrische en elektronische toestellen bevatten meestal nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook
schadelijke stoffen die nodig zijn geweest om de toestellen goed en veilig te
laten functioneren. Wanneer u uw oude
toestel bij het gewone afval gooit of er
op een andere manier niet goed mee
omgaat, kunnen deze stoffen schadelijk
zijn voor de gezondheid en het milieu.
Gooi uw oude toestellen daarom nooit
met het gewone huisafval weg.
Energie besparen
Energie- en waterverbruik
– Maak zoveel mogelijk gebruik van de
maximale beladingscapaciteit van
een wasprogramma.
U gebruikt dan relatief gezien de minste hoeveelheid energie en water.
– Bij een kleine belading in de pro-
gramma's Witte was en Bonte was
zorgt de beladingsautomaat van de
wasmachine ervoor dat de machine
minder water, tijd en energie verbruikt.
– Gebruik voor kleine ladingen het pro-
gramma Miniwas.
Wasmiddel
– Gebruik hoogstens zoveel wasmiddel
als op de wasmiddelverpakking staat
aangegeven.
– Verlaag bij een kleinere belading de
hoeveelheid wasmiddel.
Tip voor machinaal drogen
Wilt u het wasgoed na afloop in de
droogautomaat drogen, kies dan het
hoogste centrifugetoerental dat voor dit
wasgoed mogelijk is.
Lever het echter in bij een gemeentelijk
inzameldepot voor elektrische en elektronische oude toestellen. Vraag hierover informatie bij uw handelaar.
Het afgedankte toestel moet buiten het
bereik van kinderen worden opgeslagen.
2
Page 3
Inhoud
Uw bijdrage aan de bescherming van het milieu ............................................... 2
Het oude toestel afdanken ...................................................................................... 2
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen......................................................... 6
Bediening van de wasmachine .......................................................................... 13
Deze wasmachine voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften. Onjuist gebruik kan echter persoonlijk letsel of materiële
schade tot gevolg hebben.
Lees de gebruiksaanwijzing alvorens u de wasmachine voor het
eerst gebruikt. Daarin vindt u belangrijke instructies met betrekking
tot de veiligheid, het gebruik en het onderhoud van de wasmachine. Zo beschermt u zichzelf en vermijdt u schade aan de wasmachine.
Als andere personen worden geïnstrueerd om de wasmachine te
bedienen, moeten zij beslist op de hoogte zijn van deze veiligheidsinstructies.
Bewaar de gebruiksaanwijzing zorgvuldig en geef deze door aan
een eventuele volgende eigenaar.
Verantwoord gebruik
De wasmachine is enkel geschikt voor het wassen van textiel dat
volgens de aanwijzingen van de producent op het onderhoudsetiket
in de wasmachine mag worden gewassen. Andere gebruiksdoeleinden zijn mogelijk gevaarlijk. De producent kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt veroorzaakt door gebruik voor
andere doeleinden dan hier aangegeven of door foutieve bediening.
De wasmachine moet volgens de gebruiksaanwijzing worden ge-
bruikt, regelmatig worden onderhouden en de werking moet regelmatig worden gecontroleerd.
De wasmachine is uitsluitend bestemd voor gebruik binnenshuis.
6
Page 7
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Personen die op grond van hun fysieke of psychische gesteldheid,
hun onervarenheid of gebrek aan kennis van dit toestel niet in staat
zijn om het veilig te bedienen, mogen het alleen gebruiken als ze onder toezicht staan van of worden geïnstrueerd door een verantwoordelijk persoon.
Houd kinderen onder acht jaar op een afstand, tenzij u voortdu-
rend toezicht houdt.
Kinderen vanaf acht jaar mogen de wasmachine alleen zonder
toezicht gebruiken als ze weten hoe ze de wasmachine veilig moeten
bedienen. Kinderen moeten de eventuele risico's van een foutieve
bediening kunnen inzien en begrijpen.
Kinderen mogen de wasmachine niet zonder toezicht reinigen of
onderhouden.
Houd kinderen in de gaten wanneer zij zich in de buurt van de
wasmachine bevinden. Laat kinderen nooit met de wasmachine spelen.
7
Page 8
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Technische beveiliging
Controleer de wasmachine voor plaatsing en werking op zichtbare
schade. Een beschadigde wasmachine mag niet worden geplaatst
en niet in gebruik worden genomen.
De elektrische veiligheid van deze wasmachine is uitsluitend ge-
garandeerd als ze wordt aangesloten op een aardingssysteem dat
volgens de geldende voorschriften is geïnstalleerd. Laat de huisinstallatie bij twijfel door een vakman / vakvrouw inspecteren. De producent kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die wordt
veroorzaakt door een ontbrekende of beschadigde aarding.
Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen gevaar opleveren
voor de gebruiker. De producent kan daarvoor niet aansprakelijk
worden gesteld. Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door
vakmensen die door Miele zijn geautoriseerd, anders kan bij eventuele schade geen aanspraak op de garantie worden gemaakt.
Voer geen aanpassingen aan de wasmachine uit die niet uitdruk-
kelijk door Miele zijn toegestaan.
In geval van een storing of bij reinigings- en onderhoudswerk-
zaamheden is de automaat alleen spanningsvrij als:
– de stekker uit de contactdoos is getrokken
– de zekering van de huisinstallatie uitgeschakeld is of
– de betreffende zekering van de huisinstallatie er helemaal is uitge-
draaid.
Zie ook het hoofdstuk 'Plaatsen en aansluiten' onder 'Elektrische
aansluiting'.
8
Page 9
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
De wasmachine mag alleen met een nieuwe slangenset op de wa-
terleiding worden aangesloten. Een oude slangenset mag niet opnieuw worden gebruikt. Controleer de slangensets regelmatig. U
kunt ze dan tijdig vervangen en waterschade voorkomen.
Defecte onderdelen mogen alleen door originele Miele onderdelen
worden vervangen. Alleen van deze onderdelen kan Miele garanderen dat ze volledig voldoen aan de veiligheidseisen die wij aan onze
producten stellen.
De wasmachine mag niet met een verlengsnoer, een multistekker-
doos of iets dergelijks op het stroomnet worden aangesloten (brandgevaar door oververhitting).
Bij commercieel gebruik van de wasmachine moet de verordening
op de werkingsveiligheid worden gerespecteerd. Het wordt aanbevolen de controles volgens de regel van de beroepsvereniging - BGR
500 / hoofdstuk 2.6 / alinea 4 uit te voeren. Het voor de controledocumentatie vereiste controleboek is verkrijgbaar bij Miele.
Deze wasmachine mag niet op een niet-stationaire locatie (bijv. op
een schip) worden gebruikt.
Volg de aanwijzingen uit de hoofdstukken 'Plaatsen en aansluiten'
en 'Technische gegevens'.
Zorg ervoor dat u altijd bij de stekker kunt komen om de spanning
van de wasmachine te halen.
Als er sprake is van een vaste aansluiting, moet de wasmachine
via een schakelaar met alle polen van de netspanning kunnen worden losgekoppeld.
9
Page 10
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veilig gebruik
De maximale beladingscapaciteit is 6,5kg (droog wasgoed). Som-
mige programma's hebben een lagere beladingscapaciteit, zie hoofstuk 'Programmaoverzicht'.
Plaats uw wasdroger niet in vorstgevoelige ruimten. Bevroren
slangen kunnen scheuren of barsten en de betrouwbaarheid van de
elektronische besturing kan door temperaturen onder het vriespunt
afnemen.
Verwijder voordat u de wasmachine in gebruik neemt de trans-
portbeveiliging aan de achterzijde van het toestel (zie hoofdstuk: 'Het
plaatsen en aansluiten van de wasmachine', paragraaf: 'Het verwijderen van de transportbeveiliging'). Bij het centrifugeren kan een
niet-verwijderde transportbeveiliging de wasmachine en meubels/
toestellen die ernaast staan, beschadigen.
Sluit de waterkraan als u gedurende lange tijd afwezig bent (bij-
voorbeeld tijdens vakanties). Dat is vooral van belang als zich in de
buurt van de wasmachine geen afvoerputje bevindt.
Overstromingsgevaar! Controleer of het water snel genoeg afvloeit
voor u de afvoerslang in een wasbak hangt. Zorg ervoor dat de slang
niet kan wegglijden. De terugslag van het wegstromende water kan
de onbeveiligde slang uit de bak drukken.
Voorkom dat vreemde voorwerpen (spijkers, naalden, munten, pa-
perclips, etc.) in de wasmachine terechtkomen. Dergelijke voorwerpen kunnen onderdelen beschadigen (zoals de kuip en de wastrommel). Beschadigde onderdelen kunnen op hun beurt het wasgoed beschadigen.
10
Page 11
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Als het wasmiddel correct wordt gedoseerd, is ontkalken van de
wasmachine niet vereist. Indien uw wasmachine toch zo sterk door
kalk is aangetast dat ontkalken nodig is, gebruik dan een speciaal
ontkalkingsmiddel met corrosiebescherming. Dit speciale ontkalkingsmiddel is verkrijgbaar bij uw Miele-vakhandelaar of bij Miele.
Volg de gebruiksinstructies van het ontkalkingsmiddel strikt op.
Textiel dat met oplosmiddelhoudende reinigingsmiddelen is be-
handeld, moet eerst grondig in helder water worden uitgespoeld
voordat het in de wasmachine wordt gewassen.
Gebruik nooit reinigingsmiddelen op basis van oplosmiddelen
(bijv. wasbenzine) in de wasmachine. Onderdelen kunnen worden
beschadigd en er kunnen giftige dampen ontstaan. Er bestaat
brand- en explosiegevaar!
Bewaar en gebruik in de buurt van de wasmachine geen benzine,
petroleum of andere licht ontvlambare stoffen. Brand- en explosiegevaar!
Textielverf moet geschikt zijn voor gebruik in een wasmachine.
Volg de aanwijzingen van de producent strikt op.
Ontkleuringsmiddelen kunnen door hun chemische samenstelling
corrosie veroorzaken. Ontkleuringsmiddelen mogen niet in de wasmachine worden gebruikt.
Let bij gebruik en combinatie van speciale reinigingsmiddelen en
speciale producten op de aanwijzingen van de betreffende producent. Gebruik het middel alleen voor de toepassingen die door de
producent zijn aangegeven. Daarmee voorkomt u materiaalschade
en eventuele heftige chemische reacties.
11
Page 12
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Voor de reiniging van de wasmachine mag geen hogedrukreiniger
of waterstraal worden gebruikt.
Vermijd contact tussen roestvrijstalen oppervlakken (front, deksel,
behuizing) en vloeibare reinigings- en desinfectiemiddelen die chloor
of natriumhypochloride bevatten. Deze stoffen kunnen op het roestvrije staal corrosie veroorzaken. Agressieve dampen van bleekmiddelen die chloor bevatten, kunnen eveneens corrosie veroorzaken.
Bewaar geopende verpakkingen van deze middelen daarom niet in
de onmiddellijke omgeving van de toestellen.
Accessoires
Accessoires mogen alleen worden aan- of ingebouwd als ze na-
drukkelijk door Miele zijn vrijgegeven. Worden andere accessoires
aan- of ingebouwd, dan kan Miele niet voor de gevolgen instaan en
kan geen beroep meer worden gedaan op bepalingen met betrekking tot garantie en productaansprakelijkheid.
Miele-droogkasten en Miele-wasmachines kunnen als was-droog-
zuil opgesteld worden. Daarvoor is als te bestellen accessoire een
Miele was-droog-verbindingsset vereist. Let erop dat de was-droogverbindingsset bij de Miele-droogkast en Miele-wasmachine past.
Wilt u een Miele-sokkel nabestellen, let er dan op dat hij bij uw
wasmachine past.
Als de veiligheidsinstructies en waarschuwingen niet worden opgevolgd, kan Miele niet aansprakelijk worden gesteld voor schade
die daarvan het gevolg is.
12
Page 13
Bedieningspaneel
Bediening van de wasmachine
a
ToetsStart
Start het geselecteerde wasprogram-
ma.
b
Display met toetsen -, OK en +
Een uitgebreide toelichting vindt u op
de volgende bladzijden.
c
Toets
De uitgestelde start selecteren.
d
Optische interface PC
Op deze plaats kunnen de technici
de programma's controleren, up-
daten en in het geheugen van de
wasmachine opslaan.
e
Toetsvoorwas
met controlelampje
f
Keuzeschakelaar
Het wasprogramma selecteren. De
programmaschakelaar kan rechts- en
linksom worden gedraaid.
g
ToetsAan/Uit
De wasmachine schakelt automatisch uit om energie te besparen. Dat
gebeurt 15 minuten nadat Einde/
Kreukbeveiliging is verschenen of na
het inschakelen als er verder niets
gebeurt.
h
ToetsDeur
Opent de deur.
13
Page 14
Bediening van de wasmachine
Keuzeschakelaar
Betekenis van de symbolen
M=Einde
=Witte/Bonte was
=Kreukherstellend
=Katoen Eco
wijzigen de in de display gemarkeerde
componenten.
– verlaagt de waarde of beweegt de
markering omhoog.
+ verhoogt de waarde of beweegt de
markering omlaag.
Toets OK
Met deze toets bevestigt u een gekozen
waarde en kiest u een volgend onderdeel.
Bij de programmakeuze kiest u via het
display:
– het centrifugetoerental
– de starttijd.
Het display toont onder meer de duur
van een wasprogramma en de actuele
kloktijd.
Ook het menu Instellingen bedient u
via het display.
15
Page 16
Eerste ingebruikneming
12:00
Dagtijd instellen
Zorg dat het toestel stevig staat en
juist is aangesloten voordat u het de
eerste keer gaat gebruiken.
Volg de aanwijzingen in de hoofdstukken: 'Plaatsen en aansluiten'.
Om veiligheidsredenen kan niet voor de
eerste inwerkingstelling worden gecentrifugeerd. Om centrifugeren in te schakelen, moet een wasprogramma zonderbelading worden uitgevoerd.
Schakel de wasmachine met de -
toets in.
Als u de automaat voor het eerst gebruikt, verschijnt de Duitse tekst
Miele Professional Willkommen
Het welkomstscherm verschijnt niet
meer als de eerste ingebruikneming is
voltooid.
In het display verschijnt nu een scherm
waarin u de taal kunt instellen die u
vanaf dat moment in het display wilt
hebben.
Kloktijd instellen
Stel met de toetsen – en + het juiste
uur in en bevestig de waarde met OK.
U kunt nu de minuten instellen. Na
bevestiging verschijnt het basismenu
opnieuw in het display.
Eerste wasbeurt
De wasmachine is nu klaar voor het
eerste wasprogramma.
Zet de programmaschakelaar op Wit-
te/Bonte was 60°C.
Draai de waterkranen open.
Druk op de toets Start.
Na afloop van het programma is de
wasmachine klaar voor gebruik.
Kies de gewenste taal met de toetsen
– en + en bevestig uw keuze met de
toets OK.
Herinnering van de transportbeveiliging
Om schade aan de wasmachine te
voorkomen moet de transportbeveiliging voor de eerste wasbeurt worden
verwijderd.
Bevestig het verwijderen van de
transportbeveiliging met de OK-toets.
In het display verschijnt nu een scherm
waarin u de kloktijd kunt instellen.
16
Page 17
Het gebruik van de wasmachine
Verkorte gebruiksaanwijzing
De met de cijfers ( , , . . .) aangeduide stappen kunt u als verkorte gebruiksaanswijzing gebruiken.
Wasgoed voorbereiden
Maak de zakken leeg.
Voorwerpen zoals spijkers,
munten en paperclips kunnen wasgoed en onderdelen beschadigen.
Vlekken voorbehandelen
Verwijder vlekken als dat mogelijk is
zodra ze ontstaan. Neem de vlekken
met een niet-verkleurende doek af.
Niet wrijven!
Tip: Vlekken (van bloed, ei, koffie, thee,
etc.) kunt u vaak eenvoudig verwijderen. Miele heeft daarvoor een speciale vlekkenwijzer samengesteld. U vindt
de vlekkenwijzer bij Miele of via de internetlink van Miele.
Wasgoed sorteren
Sorteer het wasgoed naar kleur en
volgens de symbolen in het onderhoudsetiket, (in de kraag of in de zijnaad).
Donkergekleurd wasgoed geeft bij de
eerste wasbeurten vaak iets af. Was
licht en donker wasgoed apart zodat
er niets verkleurt.
Algemene tips
– Verwijder bij gordijnen de haakjes en
het loodband of wikkel de vitrage in
een doek.
– Maak onderdelen van kleding die zijn
losgeraakt (bh-beugels) vast of verwijder ze.
– Bij gebreid goed, spijkergoed, panta-
lons en tricot (t-shirts, sweatshirts,
etc.): Keer het wasgoed binnenstebuiten als dat op het wasetiket staat.
– Sluit ritsen, haakjes en oogjes.
– Knoop dekbedovertrekken en kus-
senslopen dicht zodat er geen ander
textiel in terecht kan komen.
– Meer tips vindt u in het hoofdstuk
'Programmaoverzicht'.
Was geen textiel dat volgens het onderhoudsetiket niet kan worden gewassen
(Symbool: ).
Gebruik nooit chemische (oplos-
middelhoudende) reinigingsmiddelen
in de wasmachine!
17
Page 18
Het gebruik van de wasmachine
Wasmachine beladen
Schakel de wasmachine met de -
toets in.
Druk op de toets Deur en open de
deur.
Leg de was uitgevouwen en losjes in
de trommel. Leg stukken wasgoed
van verschillende grootte in de trommel. Daardoor wordt een beter wasresultaat bereikt en kan het wasgoed
zich tijdens het centrifugeren beter
verdelen.
Bij een maximale belading is het energie- en waterverbruik, vergeleken met
de totale hoeveelheid wasgoed, het
laagst. Wordt de maximale beladingscapaciteit overschreden, vallen de wasresultaten tegen en gaat het wasgoed
sneller kreuken.
Zwaai de deur dicht.
Let erop dat er geen wasgoed tussen
deur en dichting geklemd raakt.
18
Page 19
Het gebruik van de wasmachine
Bonte was
60°C
Duur:
omw/min
0:59 h
1400
Programma kiezen
Met de programmaschakelaar kiest u
het gewenste wasprogramma en stelt
u de temperatuur in.
In het display verschijnt de naam van
het programma.
Voorwas
Kies voor wasgoed waar veel stof of
zand in zit een wasprogramma met
de extra functie Voorwas. Als die
functie niet kan worden gekozen, is
de functie niet toegestaan bij het gekozen programma.
Uitgestelde start
Als u de start wilt uitstellen, kunt u nu
de gewenste starttijd aangeven (zie
het hoofdstuk 'Uitgestelde start').
Het display wisselt naar het gekozen
programma.
Met de toeten - of + kunt u het centri-
fugetoerental wijzigen. Bevestig uw
keuze met de toets OK.
19
Page 20
Het gebruik van de wasmachine
Wasmiddel doseren
Let verder ook op de mate waarin het
wasgoed is vervuild en op de waterhardheid.
Te weinig wasmiddel heeft tot gevolg
dat
– het wasgoed niet schoon is en na
verloop van tijd grauw en hard wordt.
– er zich vetbolletjes in het wasgoed
vormen.
– er zich kalk op de verwarmingsele-
menten vormt.
Te veel wasmiddel heeft tot gevolg
dat
– er zich te veel schuim vormt, de was-
werking daardoor gering is en de reinigings-, spoel- en centrifugeerresultaten niet optimaal zijn.
– het milieu extra wordt belast.
Nadere bijzonderheden over wasmiddelen en de dosering daarvan vindt u in
het hoofdstuk: 'Wasmiddelen'.
Trek de wasmiddellade naar buiten en
doseer het wasmiddel in de vakjes.
Wasmiddel voor de voorwas (¼
van de totale aanbevolen hoeveelheid wasmiddel)
Wasmiddel voor de hoofdwas
Wassverzachter of stijfsel
Sluit de wasmiddellade.
20
Page 21
Het gebruik van de wasmachine
Kassasysteem
Let op het betaalverzoek in het display
als het toestel voorzien is van een kassasysteem.
De gebruiker kan geld verliezen als
hij/zij de deur na de programmastart
opent of het programma afbreekt.
Programma starten
Als u het programma kunt starten, begint de toets Start te knipperen.
Druk op de toets Start.
De starttoets licht op.
Wanneer u geen uitgestelde start hebt
ingesteld, geeft het display de vermoedelijke programmaduur aan. Deze wordt
per minuut afgeteld. In de eerste 10 minuten berekent de wasautomaat hoelang het duurt voordat het wasgoed het
water heeft opgenomen. Hierdoor kan
de programmaduur nog worden ingekort.
Het programmaverloop wordt bovendien op het display getoond. De wasmachine informeert u over de bereikte
fase in het programmaverloop.
Trommel leegmaken
Als u de was niet meteen uit de machine haalt, wordt de kreukbeveiliging geactiveerd.
Haal het wasgoed uit de trommel.
Controleer of de trommel leeg is!
Blijft er wasgoed in de trommel liggen, dan loopt u het risico dat het bij
de volgende wasbeurt krimpt of afgeeft.
Controleer of er voorwerpen in de
dichtring van de deur zijn achtergebleven.
Draai de programmaschakelaar op
Einde.
Sluit de deur. Dit om te voorkomen
dat er per ongeluk voorwerpen in de
trommel terechtkomen. Deze kunnen
per vergissing worden meegewassen
en het wasgoed beschadigen.
Schakel de wasmachine met de -
toets in.
15 minuten na afloop van de kreukbeveiliging wordt de wasmachine automatisch uitgeschakeld. De wasmachine moet met de toets opnieuw
worden ingeschakeld.
Open de deur met de Deur-toets.
21
Page 22
Het gebruik van de wasmachine
Textielbehandelingssymbolen
Wassen
Het getal in de wastobbe geeft de
maximale wastemperatuur aan.
Normaal programma
Mild programma
Zeer mild programma
U kunt het centrifugetoerental verlagen.
U kunt geen hoger centrifugetoerental
dan onderaan aangegeven kiezen.
ProgrammaOmw/min
Witte/Bonte was1400
Kreukherstellend1200
Katoen1400
Fijne was600
Wol1200
Mini1400
Extra spoelen1400
Pompen/Centrifugeren1400
centrifugeren tussen de spoelbeurten
Het wasgoed wordt na de hoofdwas en
tussen de spoelbeurten gecentrifugeerd. Als het eindcentrifugetoerental
wordt verlaagd, wordt ook het centrifugetoerental bij het spoelen verlaagd.
Spoelstop kiezen
Selecteer de instelling Spoelstop. Het
wasgoed blijft na de laatste spoelbeurt in het water liggen. Daardoor
kreukt het wasgoed minder wanneer
u het niet direct uit de trommel haalt.
Eindcentrifugeren starten
De wasmachine biedt voor het centri-
fugeren het maximaal toegelaten toerental aan. U kunt een lager toerental
selecteren. Met de toets Start start u
het eindcentrifugeren.
Het programma beëindigen
Druk op de toets Deur. Het water
wordt afgepompt. Druk daarna opnieuw op de toets Deur, zodat de
deur opengaat.
Het centrifugeren tussen de spoelbeurten en het eindcentrifugeren
overslaan
Selecteer de instelling zonder centri-
fugeren. Na de laatste spoelbeurt
wordt het water afgepompt en wordt
de kreukbeveiliging ingeschakeld.
23
Page 24
Uitgestelde start
7:51
Start:
Einde:
7:51
9:19
7:51
Start:
Einde:
10:32
12:00
60°C
Start over:
omw/min
2:41 h
1400
Een uitgestelde start is niet mogelijk
bij gebruik van een muntautomaat.
Met de uitgestelde start kunt u de gewenste eindtijd instellen. De programmastart kan van 30 minuten tot maximaal 24 uur worden uitgesteld. Daardoor kunt u bijv. het lagere tarief voor
nachtstroom gebruiken.
Een uitgestelde start kan alleen correct worden uitgevoerd als u de actuele kloktijd hebt ingesteld.
Uitgestelde start instellen
Druk na het kiezen van een program-
ma op de toets .
Het display toont de actuele kloktijd en
de tijd waarop het programma zal zijn
beëindigd.
Bevestig het ingestelde einde met de
toets OK.
Uitgestelde start activeren
Druk op de toets Start.
Het display laat zien over hoeveel uur
en/of minuten het wasprogramma zal
worden gestart.
Uitgestelde start wijzigen
Druk op de toets .
Corrigeer het programma-einde met
de toetsen - en +.
Bevestig uw keuze met de toets OK.
Uitgestelde start afbreken
Druk op de toets .
Haal met de toets – het programma-
einde zover naar voren dat de programmastart overeenkomt met de actuele kloktijd.
Kies met de toets + het gewenste
programma-einde.
Als u de eerste keer op de toets drukt,
wordt het programma-einde naar het
eerstvolgende hele of halve uur verschoven. Bij elke volgende druk op de
toets verschuift het programma-einde
telkens met 30 minuten.
Als u een te lange tijd hebt ingesteld,
kunt u die met de toets – weer verkorten.
24
Bevestig uw keuze met de toets OK.
Het programma start nu meteen.
Pas na de programmastart kan de
elektronica vaststellen hoeveel was
zich in de trommel bevindt. De programmaduur kan daardoor veranderen.
Page 25
Programma-overzicht
Witte/Bonte was30°C tot 95°CMaximaal 6,5kg
TextielTextiel van katoen, linnen of mengweefsels
Tip– Kies 'Witte was' voor wasgoed dat met kiemen is besmet
en sterk verontreinigd.
– Was donkergekleurd textiel met een bontwasmiddel of
met een vloeibaar wasmiddel.
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Kreukherstellend30°C tot 60°CMaximaal 3,5kg
TextielTextiel van synthetische vezels, mengweefsels of kreukher-
stellend katoen
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Katoen Eco /Maximaal 6,5kg
TextielNormaal vervuild wasgoed van katoen of linnen
Tip– Deze instellingen zijn vanuit energie- en wateroogpunt
voor het wassen van bovenstaand wasgoed het efficientst.
– Bij de instelling is de bereikte wastemperatuur lager
dan 60°C. De wasprestaties komen overeen met het programma Bonte was 60°C.
Extra functieVoorwas
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Opmerking voor testinstellingen: testprogramma's volgens EN 60456 en energielabel volgens EU-richtlijn 1061/2010
25
Page 26
Programma-overzicht
Fijne was20°C tot 40°CMaximaal 2,5kg
TextielKwetsbaar textiel van synthetische vezels, mengweefsels of
kunstzijde, zoals overhemden en blouses.
Vitrages die volgens de producent geschikt zijn voor machinaal wassen.
Tip– Textiel dat wol bevat, moet met het wolprogramma wor-
den gewassen.
– Gordijnen trekken veel stof aan en moeten daarom vaak in
een programma met voorwas worden gewassen.
– Kies bij kreukgevoelige gordijnen een lager centrifugetoe-
rental of centrifugeer helemaal niet.
Extra functiesVoorwas
WasmiddelFijnwasmiddelen
Wolkoud ( ) tot 30°CMaximaal 2,5kg
TextielWol en wolmengweefsels die geschikt zijn voor machine- of
handwas
WasmiddelWolwasmiddel
Mini40°CMaximaal 3,5kg
TextielVoor kleine hoeveelheden licht verontreinigd wasgoed dat
met het programma Bonte was kan worden gewassen.
TipDoseer minder wasmiddel (voor ca. halve belading).
WasmiddelUniverseel of bontwasmiddel
Extra spoelenMaximaal 6,5kg
TextielTextiel dat alleen moet worden gespoeld en gecentrifugeerd.
/Pompen/CentrifugerenMaximaal 6,5kg
TipAlleen pompen: kies bij het centrifugetoerental Zonder cen-
trifugeren.
Voor het centrifugeren van textiel. Let op het toerental.
26
Page 27
Programmaverloop
HoofdwasSpoelenCentrifugeren
Water-
stand
Witte/Bonte was2
Kreukherstellend2
Katoen2
Fijne was2–
Wol2
Mini2
Extra spoelen––2–
De wasmachine beschikt over een volledig elektronische besturing met beladingsautomaat. De wasmachine stelt
het benodigde waterverbruik autonoom
vast, afhankelijk van de hoeveelheid en
de zuigkracht van het gevulde wasgoed. Dit heeft verschillende een verschillend programmaverloop en wastijden tot gevolg.
Het programmaverloop van de hier vermelde programma's slaat op het basisprogramma met maximale belading. Er
wordt geen rekening gehouden met extra functies.
Het programmaverloop geeft tijdens iedere wasbeurt aan in welke fase het
wasprogramma zich op dat moment
bevindt.
Kreukbeveiliging
De trommel draait nog 30 minuten na
afloop van het programma om kreukvorming te voorkomen. De wasmachine
kan altijd worden geopend.
In het programma's Wol is er geen
kreukbeveiliging.
28
Page 29
Programmaverloop wijzigen
Bij gebruik van een muntautomaat
vergrendelt het programma na 3 minuten. Het programma afbreken of wijzigen is niet meer mogelijk.
Programma afbreken
U kunt een wasprogramma ieder moment afbreken, nadat u het hebt gestart.
Draai de programmaschakelaar op
Einde.
De wasmachine pompt het water weg.
Het programma afgebroken.
Druk op de toets Deur.
Haal het wasgoed uit de trommel of
sluit de deur en start een nieuw pro-
gramma.
Programma onderbreken
Schakel de wasmachine met de -
toets in.
Programma wijzigen
Wasprogramma wijzigen
Het programma kan niet worden gewijzigd nadat het is gestart.
Als u een ander programma wilt kiezen,
moet u het gestarte programma afbreken.
Centrifugetoerental wijzigen
Druk zo vaak op de OK-toets, totdat
het gewenste centrifugetoerental
wordt aangegeven. Met de toetsen –
en + kunt u het centrifugetoerental
wijzigen. Dat is mogelijk tot aan het
moment waarop het eindcentrifugeren begint.
De functie Voorwas kan niet worden
in- of uitgeschakeld.
Wanneer u het programma weer wilt
voortzetten:
Schakel de wasmachine met de -
toets in.
Bevestig de melding op het display
en druk vervolgens op de toets Start.
29
Page 30
Programmaverloop wijzigen
Trommel bijvullen of wasgoed
voortijdig verwijderen
Bij sommige programma's kunt u wasgoed bijvullen of voortijdig uit de trommel halen:
Druk op de toets Deur totdat de deur
opengaat.
Leg wasgoed in de trommel of haal er
wasgoed uit.
Sluit de deur.
Het programma wordt automatisch
voortgezet.
Let op:
Nadat de wasmachine een programma
eenmaal heeft gestart, kan het in de
hoeveelheid wasgoed geen wijzigingen
meer vaststellen.
Daarom gaat de wasmachine, ook nadat u nog wasgoed in de trommel hebt
gelegd of uit de trommel hebt gehaald,
altijd van de maximale beladingshoeveelheid uit.
De resttijd kan dus verschillen van de
tijd die in het display wordt aangegeven.
De deur kan niet worden geopend als
– de temperatuur van het waswater bo-
ven 50°C ligt.
– het waterniveau te hoog is.
– de programmafase Centrifugeren is
bereikt.
– bij gebruik van een muntautomaat de
wasmachine is vergrendeld.
30
Page 31
Wasmiddel
U kunt alle moderne wasmiddelen gebruiken die geschikt zijn voor huishoudwasmachines. Ook vloeibare en
geconcentreerde wasmiddelen, alsook
tabletten en componentenwasmiddelen
zijn geschikt.
Textiel van wol of wolmengweefsels
moeten met een wolwasmiddel worden
gewassen.
Instructies en doseeradviezen vindt u
op de verpakking van het wasmiddel.
De dosering is afhankelijk van:
– de mate waarin het wasgoed is ver-
ontreinigd
Licht vervuild
Er zijn geen vuile vlekken te zien. De
kledingstukken hebben bijv. een lichaamsgeur aangenomen.
Normaal vervuild
Er zijn lichte vlekken te zien.
Sterk vervuild
Er zijn donkere vlekken te zien.
– de waterhardheid
Wanneer u de hardheidsgraad in uw
regio niet weet, informeer daar dan
naar bij uw waterbedrijf.
– de hoeveelheid wasgoed.
Waterontharder
Bij de hardheidsgraden II en III kunt u
een onthardingsmiddel gebruiken om
wasmiddel te besparen. De juiste dosering staat op de verpakking. Doseer
eerst het wasmiddel en daarna het onthardingsmiddel.
Het wasmiddel kunt u dan doseren zoals bij water met een hardheidsgraad
van I.
Waterhardheid
Hardheids-
graad
zacht (I)0 - 1,50 - 8,4
gemiddeld (II)1,5 - 2,58,4 - 14
hard (III)meer dan 2,5meer dan 14
Totale hard-
heid in mmol/l
Duitse hardheid
°dH
Wassen met verschillende
wasmiddelen
Wanneer u bij het wassen een paar verschillende wasmiddelen gebruikt, adviseren wij u deze middelen altijd bij elkaar in vakje II te doseren, en wel in de
onderstaande volgorde :
1. Wasmiddel
2. Waterontharder
3. Vlekkenzout
Dan worden de middelen beter ingespoeld.
31
Page 32
Wasmiddel
Wassverzachter of stijfsel
Met wasverzachters wordt uw wasgoed
extra zacht en minder statisch.
Met synthetische stijfsels krijgt u het
wasgoed beter in model.
Met gewone stijfsels wordt uw wasgoed
stevig.
Doseer de middelen volgens de aan-
wijzingen van de producent.
Wasverzachter, synthetisch stijfsel of
vloeibaar stijfsel automatisch doseren
Ontkleuren/kleuren
Gebruik geen ontkleuringsmiddelen
in de wasmachine.
Houdt u strikt aan de aanwijzingen
van de verfproducent als u textiel in
de wasmachine wilt verven.
Extern doseersysteem
De wasmachine is uitgerust voor aansluiting aan externe doseersystemen
voor wasmiddelen. Voor het gebruik
van een doseersysteem is een ombouwset vereist die uw Miele-vakhandelaar of Miele moet installeren.
Doseer wasverzachter, synthetisch
stijfsel of vloeibaar stijfsel in het vakje
. Let op de max-markering.
Tijdens de laatste spoelbeurt wordt de
wasverzachter, het synthetische stijfsel
of het vloeibare stijfsel ingespoeld. Aan
het eind van het wasprogramma blijft er
een klein beetje water in vakje staan.
Wanneer u verschillende keren stijfsel hebt gebruikt, reinig dan de wasmiddellade. Reinig de zuighevel extra
goed.
32
Page 33
Reiniging en onderhoud
Haal de spanning van het toe-
stel.
Wasmachine reinigen
Gebruik geen reinigingsmiddelen
op basis van oplosmiddelen, schuurmiddelen, glas- of allesreinigers. Deze kunnen namelijk kunststof oppervlakken en andere onderdelen beschadigen.
Reinig de behuizing en het bedie-
ningspaneel met een vochtige doek
en een mild reinigingsmiddel of een
sopje van zeep.
Reinig de trommel en andere onder-
delen van roestvrij staal met een geschikt reinigingsmiddel voor roestvrij
staal.
nig de hevel onder de warme kraan. Reinig ook de leiding waarop de
zuighevel aangesloten is.
2. Zet de zuighevel terug.
Trek de wasmiddellade naar buiten
totdat u weerstand voelt. Druk de
ontgrendelingsknop in en haal de
wasmiddellade uit het toestel.
33
Page 34
Reiniging en onderhoud
Wasmiddelladekast reinigen
Reinig ook het gedeelte waar de was-
middellade zit. Verwijder de wasmiddelresten en kalkaanslag en gebruik
daarvoor een flessenborstel.
Spuit de wasmachine in geen
geval met een waterspuit schoon.
Trommel, kuip en afvoersysteem reinigen
Indien nodig kunt u de trommel, de kuip
en het afvoersysteem reinigen.
Start een programma met minimaal
60°C zonder wasgoed.
Doseer een kleine hoeveelheid poe-
dervormig wasmiddel.
Controleer na afloop van het pro-
gramma de binnentrommel en verwijder eventueel achtergebleven grove
verontreinigingen.
34
Page 35
Reiniging en onderhoud
Zeefjes watertoevoer reinigen
De wasmachine heeft zeven ter bescherming van de watertoevoerkleppen.
Deze zeven moeten ongeveer om de 6
maanden worden gecontroleerd. Bij frequente storingen in het waterleidingnet
moet dit vaker gebeuren.
Zeven in de toevoerslangen reinigen
Draai de kraan dicht.
Schroef de toevoerslang van de
kraan.
Trek het rubberen dichtingsringetje 1
uit de groef.
Pak het kunststof zeefje 2 met een
combinatietang of spitstang aan de
opstaande rand in het midden vast en
trek het er uit.
Draai de schroefkoppeling vast op de
waterkraan en draai de kraan open.
Draai de schroefkoppeling nog wat
vaster aan wanneer de aansluiting
lekt.
Zeven in de koppelstukken reinigen
Draai de geribbelde kunststof moer
voorzichtig met een tang los.
Trek de zeef er met een combinatie-
of punttang uit en reinig ze. Plaats alles in omgekeerde volgorde terug.
Plaats de zeven na het reinigen altijd
terug.
Reinig de kunststofzeef.
Plaats alles in omgekeerde volgorde
terug.
35
Page 36
Nuttige tips
Hulp bij problemen
De meeste storingen en defecten, die bij het dagelijks gebruik kunnen optreden,
kunt u zelf verhelpen. U bespaart daarmee niet alleen tijd, maar ook kosten, omdat
u Miele niet hoeft in te schakelen.
De volgende tabellen helpen u de oorzaken van een probleem te achterhalen en te
verhelpen. Houdt daarbij wel rekening met het volgende:
Ondeskundig uitgevoerde reparaties kunnen groot gevaar opleveren voor
de gebruiker.
Reparaties van elektrische toestellen mogen uitsluitend door een geautoriseerde
vakman / vakvrouw worden uitgevoerd.
U kunt geen wasprogramma starten
ProbleemOorzaak en oplossing
Het display blijft donker
en de programmaschakelaar licht niet op.
Nadat u het programma
Pompen/Centrifugeren
hebt gekozen, begint
het programma niet.
Het display is donker en
het controlelampje van
de toets Start knippert
langzaam.
De stroomvoorziening is niet in orde.
Controleer of de wasmachine is ingeschakeld.
Controleer of de wasmachine elektrisch is aange-
sloten.
Controleer of de zekering van de huisinstallatie in
orde is.
De eerste ingebruikname werd niet uitgevoerd.
Voer de handelingen voor de eerste ingebruikne-
ming uit, zoals beschreven in het gelijknamige
hoofdstuk.
Het display wordt automatisch uitgeschakeld om
energie te besparen (stand-by).
Druk op een toets. De stand-by-functie wordt be-
eindigd.
36
Page 37
Nuttige tips
In het display verschijnt een foutmelding.
ProbleemOorzaak en oplossing
Fout Waterafvoer
Fout Watertoevoer
Reactie Waterproof
Technische fout.
Neem contact op
met Miele
De waterafvoer is niet optimaal of zelfs geblokkeerd.
Reinig het pluizenfilter en het filterhuis.
De waterafvoerslang ligt te hoog.
De maximale opvoerhoogte bedraagt 1m.
De watertoevoer is niet optimaal of zelfs geblokkeerd.
Controleer of de kraan ver genoeg is openge-
draaid.
Controleer of er knikken in de toevoerslang zitten.
Kies de instelling Lage waterdruk (menu Instel-
lingen/Exploitatieniveau).
Bij een van de functies Water voorwas, Waterhoofdwas of Water spoelen is de optie warm ingesteld.
Zet deze instellingen op koud, zie ook 'Menu In-
stellingen/Exploitatieniveau'.
Het waterbeveiligingssysteem heeft gereageerd.
Draai de waterkraan dicht.
Neem contact op met Miele.
Er is sprake van een defect.
Start het programma opnieuw.
Verschijnt de melding opnieuw, neem dan contact
op met Miele.
1)
1)
Om een foutmelding uit het display te verwijderen, drukt u op de toets OK.
37
Page 38
Nuttige tips
Een tegenvallend wasresultaat
ProbleemOorzaak en oplossing
Het wasgoed wordt met
een vloeibaar wasmiddel niet schoon.
Op het gewassen wasgoed zijn grijze, elastische bolletjes achtergebleven (vetbolletjes).
Op het gewassen wasgoed zitten witte, wasmiddelachtige bestanddelen.
Wasgoed met zeer vette
verontreinigingen wordt
niet goed schoon.
Vloeibare wasmiddelen bevatten geen bleekmiddelen.
Vlekken van fruit, koffie of thee kunnen niet altijd worden verwijderd.
Gebruik poedervormige wasmiddelen met een
bleekmiddel.
Doseer vlekkenzout in bakje en het vloeibare
wasmiddel in een doseerbolletje.
Doseer vloeibaar wasmiddel en vlekkenzout nooit
bij elkaar in het wasmiddelbakje.
Te lage wasmiddeldosering. Het wasgoed bevatte
veel vet (oliën, zalven).
Wanneer wasgoed zo vervuild is, moet u óf meer
wasmiddel doseren óf een vloeibaar wasmiddel
gebruiken.
Draai vóór de volgende wasbeurt een waspro-
gramma op 60°C met een vloeibaar wasmiddel en
zonder wasgoed.
Het wasmiddel bevat bestanddelen voor de waterontharding (zeolieten), die niet in water oplosbaar zijn.
Deze hebben zich vastgezet op het textiel.
Probeer de resten met een borstel te verwijderen
wanneer het wasgoed droog is.
Was donker textiel voortaan met wasmiddelen
zonder zeolieten. Vloeibare wasmiddelen bevatten
meestal geen zeolieten.
Kies een programma met voorwas. Gebruik voor
de voorwas een vloeibaar wasmiddel.
Gebruik voor de hoofdwas waspoeder.
Voor sterk vervuilde bedrijfskleding adviseren wij voor
de hoofdwas speciale wasmiddelen. Neem voor meer
informatie contact op met de leverancier van uw reinigingsmiddelen.
38
Page 39
Algemene problemen met de wasmachine
ProbleemOorzaak en oplossing
De wasmachine trilt
tijdens het centrifugeren.
Het toestel maakt een
ongewoon pompend
geluid.
In de wasmiddellade
blijft vrij veel wasmiddel
achter.
De wasverzachter
wordt niet volledig ingespoeld of er blijft teveel
water in vakje staan.
In het display staat een
vreemde taal.
De stelvoeten staan niet gelijk en zijn niet met een
contramoer vastgeschroefd.
Plaats de wasmachine goed en schroef de stel-
voeten met de contramoer vast.
Geen storing! Wanneer het water wordt afgepompt
zijn dit soort geluiden normaal.
Er staat onvoldoende druk op het water.
Reinig de zeven in de watertoevoer.
Poedervormige wasmiddelen in combinatie met onthardingsmiddelen hebben de neiging te gaan plakken.
Reinig de wasmiddellade en doseer voortaan eerst
het wasmiddel en dan pas het onthardingsmiddel
in het juiste vakje.
De zuighevel zit niet goed of is verstopt.
Reinig de zuighevel. Zie hoofdstuk: 'Reiniging en
onderhoud', paragraaf: 'Wasmiddellade reinigen'.
Onder 'Instellingen' 'Taal ' is een voor u vreemde
taal ingesteld.
Stel de taal in die u gewend bent. Het vlaggetje
dient hierbij als richtlijn.
Nuttige tips
39
Page 40
Nuttige tips
ProbleemOorzaak en oplossing
De deur kan niet open.
Programma voortzetten
na een onderbreking
van de stroomvoorziening
De stroomvoorziening is niet in orde.
Controleer of de wasmachine is ingeschakeld.
Controleer of de wasmachine elektrisch is aange-
sloten.
Controleer of de zekering van de huisinstallatie in
orde is.
Stroomuitval
Open de deur zoals beschreven in het volgende
gedeelte.
De deur is niet goed dichtgegaan.
Druk stevig tegen de slotkant van de deur en druk
vervolgens op de toets Deur.
Er bevindt zich nog water in de trommel en de wasmachine kan het water niet afpompen.
Controleer of de afvoer is verstopt. Reinig de af-
voer zoals beschreven in het volgende gedeelte.
Om te voorkomen dat u zich verbrandt, kunt u de
deur niet openen bij een watertemperatuur van meer
dan 50°C.
Stroomuitval
De wasmachine werd uitgeschakeld met de toets .
Schakel de wasmachine met de -toets in.
Bevestig de melding in het display .
Druk vervolgens op de toets Start.
Het programma wordt met de opgeslagen status
voortgezet.
40
Page 41
Nuttige tips
Vuldeur openen bij verstopte
afvoer en/of stroomstoring
Haal de spanning van het toe-
stel.
Aan de binnenkant van de wasmiddellade bevindt zich een opener voor het
klepje van de afvoer.
Verwijder de opener.
Gevaar voor verbranding!
Wanneer kort daarvoor op een hoge
temperatuur is gewassen, kunt u zich
verbranden!
Zet een bak of schaal onder het klep-
je.
Draai het pluizenfilter er niet helemaal
uit.
Maak het klepje naar de afvoer open.
Als de afvoer is verstopt, bevindt zich
mogelijk nog veel water in de automaat
(maximaal 30l).
Draai het pluizenfilter zover los totdat
het water eruit stroomt.
Onderbreking van de waterafvoer:
Draai het pluizenfilter opnieuw toe.
41
Page 42
Nuttige tips
Wanneer er geen water meer uit de
wasmachine loopt:
Draai het filter er dan helemaal uit.
Het pluizenfilter en het filterhuis reinigen
Wordt het filter niet terugge-
plaatst en vastgedraaid, dan loopt er
water uit de machine.
Tip: Om te voorkomen dat wasmiddel
verloren gaat, kunt u de wasmiddellade
na het reinigen van het pluizenfilter het
beste met ca. 2l water doorspoelen.
Overtollig water wordt voor een volgende wasbeurt automatisch afgepompt.
Deur openen
Het is zeer gevaarlijk om uw
hand in een nog draaiende trommel
te steken.
Controleer voordat u het wasgoed uit
de trommel neemt of de trommel stilstaat.
Reinig het pluizenfilter grondig.
Controleer of de pompschoepvleugel
gemakkelijk rond te draaien is, verwijder indien nodig vreemde voorwerpen (knopen, munten etc.) en reinig het filterhuis.
Plaats het pluizenfilter terug en draai
het weer vast.
42
Trek de noodontgrendeling omlaag,
bijvoorbeeld met de steel van een lepel. De deur gaat open.
Page 43
Klantendienst
Reparaties
Voor storingen die u niet zelf kunt verhelpen, waarschuwt u:
– uw Miele-vakhandelaar of
– de Miele-klantendienst.
De gegevens van Miele vindt u op de
achterzijde van deze gebruiksaanwijzing.
Vermeld daarbij het model en het typenummer van uw wasmachine. Beide
gegevens staan op het typeplaatje dat
zich boven het kijkglas bevindt. Daarvoor moet u de deur wel openen.
Optische interface
De optische interface PC gebruikt de
Technische Dienst voor servicedoeleinden (onder meer voor de update-functie).
Met de update kunnen toekomstige
ontwikkelingen bij textiel, wasmiddelen
en wasprocedures in de besturing van
uw toestel in acht worden genomen.
Miele zal zelf aangeven wanneer de
programma's kunnen worden geactualiseerd.
Bij te bestellen accessoires
Onderdelen voor deze wasmachine
kunt u bijbestellen bij de Miele-vakhandel of bij de klantendienst van Miele.
43
Page 44
Plaatsen en aansluiten
Voorkant
a
Toevoerslang koud water
b
Elektrische aansluiting
c
Bedieningspaneel
d
Wasmiddellade
e
Deur
44
f
Klepje van het gedeelte met pluizenfilter, afvoerpomp en noodontgrendeling
g
In de hoogte verstelbare stelvoeten
h
Sokkel
i
Bevestigingsbeugels (voor betonnen
sokkel)
Page 45
Achterkant
Plaatsen en aansluiten
a
Houder voor
– Toevoerslang
– Afvoerslang
– Gedemonteerde transportstangen
b
Kabel voor elektrische aansluiting
c
Draaibeveiliging met transport-
stangen
d
Toevoerslang
e
Waterafvoerslang
f
In de hoogte verstelbare stelvoeten
45
Page 46
Plaatsen en aansluiten
Wasautomaat plaatsen
Transporteer de wasmachine naar de
plaats van opstelling.
Zorg dat de wasmachine tijdens
het transport stevig staat.
Deze wasmachine is niet geschikt voor
onderbouw.
Binnendringend vocht kan scha-
de aan elektrische onderdelen veroorzaken.
Plaats het toestel niet vlakbij of boven een open waterafvoer of -goot.
De bijgevoegde sticker met de volgende tekst moet in de nabijheid van
het toestel worden aangebracht: 'Om
de deur van dit toestel te kunnen openen, moet u ervoor zorgen dat het toestel op het elektriciteitsnet is aangesloten. Doe de deur voorzichtig open.'
Gebruik geen systemen die de
wasmachine automatisch uitschakelen (zoals schakelklokken). Het
toestel moet op het elektriciteitsnet
zijn aangesloten om de deur te kunnen openen.
46
Page 47
Plaatsen en aansluiten
Plaats van opstelling
Een betonnen vloer is de meest geschikte ondergrond. In tegenstelling tot
een houten of een 'zachte' vloer trilt een
betonnen vloer nauwelijks mee als het
toestel centrifugeert.
De wasmachine kan gaan schui-
ven tijdens het centrifugeren.
Zorg ervoor dat de stelvoeten en de
ondergrond droog zijn om te voorkomen dat het toestel tijdens het centrifugeren gaat schuiven.
Plaats het toestel waterpas en stabiel.
Plaats de wasmachine niet op een
zachte vloerbedekking omdat het in
dat geval tijdens het centrifugeren
gaat trillen.
Bij plaatsing van het toestel op een
houten vloer:
Plaats de wasmachine op een houten
plaat (minstens 70x60x3cm). De
plaat moet op zoveel mogelijk balken,
maar niet alleen op de vloerplanken
worden vastgeschroefd.
Transportbeveiliging verwijderen
Verwijder voor de ingebruikneming de
transportbeveiliging.
Verwijder de linker en de rechter
draaibeveiliging.
1. Haak de draaibeveiliging met een
schroevendraaier uit.
2. Draaibeveiliging verwijderen.
Plaats het toestel zo mogelijk in een
hoek. Daar is de stabiliteit van de
vloer het grootst.
Draai de linker transportstang met de
bijgevoegde steeksleutel 90° en
47
Page 48
Plaatsen en aansluiten
trek de stang eruit.
Draai de rechter transportstang 90°
en
trek de stang eruit.
Als de gaten niet worden afge-
dekt, kunt u zich verwonden.
Sluit de gaten van de verwijderde
transportbeveiliging af.
Sluit de gaten met de draaibeveiligin-
gen en de daaraan bevestigde stoppen af.
48
Page 49
Plaatsen en aansluiten
De wasmachine mag niet zonder
transportbeveiliging worden getransporteerd. Bewaar de transportbeveiliging.
Monteer de transportbeveiliging weer
voordat u het toestel transporteert
(bijvoorbeeld bij een verhuis).
Bevestig de transportstangen aan de
achterwand van de wasmachine. Let
erop dat de openingen op de houders worden gestoken.
Stelvoeten naar buiten draaien en
vastzetten
Het stellen van de wasmachine gebeurt
met behulp van de vier machine- of
stelvoeten. Wanneer het toestel wordt
geleverd, zijn alle stelvoeten naar binnen gedraaid.
Draai de contramoer 2 met de bijge-
voegde steeksleutel los en wel met
de wijzers van de klok mee. Draai de
contramoer 2 samen met stelvoet 1
naar buiten.
Transportbeveiliging monteren
Het monteren van de transportbeveiliging gebeurt in omgekeerde volgorde.
Opstellen
Om optimaal te kunnen functioneren,
moet de automaat stevig en waterpas
op alle vier poten staan.
Wanneer een wasmachine verkeerd
wordt geplaatst, wordt er meer water en
energie verbruikt dan nodig is en kan
het toestel gaan schuiven.
49
Page 50
Plaatsen en aansluiten
Controleer met een waterpas of het
toestel waterpas staat.
Houd de stelvoet 1 met een water-
pomptang vast. Draai de contramoer
2 met de steeksleutel weer aan de
behuizing vast.
Controleer ook de stelvoeten die
bij het afstellen niet naar buiten zijn
gedraaid. De wasmachine kan anders gaan schuiven.
Draai de vier contramoeren vast tegen de behuizing.
Wasmachine tegen verschuiven beveiligen
Zet de beide voorste voetjes van de
wasmachine vast met de bijgeleverde
bevestigingsbeugels.
Volg de aanwijzingen uit de montage-
handleiding.
50
Page 51
Plaatsen en aansluiten
Was-droogzuil
Op deze wasmachine kan een Mieledroogkast worden geplaatst. Daarvoor
is een tussenstuk (WTV, te bestellen accessoire) nodig.
Hermontage van het deksel
Als het deksel van de wasmachine voor
de was-droogzuil werd gedemonteerd,
moet dit na de demontage van de wasdroogzuil opnieuw correct worden gemonteerd.
De montage van het tussenstuk en
het terugplaatsen van het deksel
dient door een door Miele geautoriseerde vakman te worden uitgevoerd.
Sokkelopstelling
De wasmachine kan op een stalen sokkel (open of gesloten onderbouw, niet
bijgeleverd) of op een betonnen sokkel
worden geplaatst.
Bij plaatsing op een sokkel be-
staat het gevaar dat de wasmachine
tijdens het centrifugeren van de sokkel valt.
De wasmachine moet door de meegeleverde bevestigingsbeugel worden beveiligd.
Kassasysteem
De wasmachine kan worden voorzien
van een muntautomaat (te bestellen accessoire).
De automaat moet daarvoor worden
geherprogrammeerd. Dat mag alleen
worden gedaan door Miele of door een
Miele-vakhandelaar.
Haal de ingeworpen munten/waardemunten regelmatig uit de muntautomaat. De muntautomaat kan anders
verstopt raken!
51
Page 52
Plaatsen en aansluiten
Wateraansluiting
Koudwateraansluiting
De automaat mag zonder terugslagklep
op het waterleidingnet worden aangesloten, omdat hij is gebouwd volgens
DIN-normen.
De waterdruk moet minimaal 100 kPa
bar zijn en mag niet hoger zijn dan
1.000 kPa. Is de druk hoger dan 1.000
kPa, dan moet er een drukreduceerventiel worden ingebouwd.
Voor de aansluiting is een kraan met
3/4'-schroefkoppeling vereist. Ontbreekt die, dan mag de wasmachine alleen door een erkend installateur op de
drinkwaterleiding worden aangesloten.
De schroefkoppeling staat onder
druk van de waterleiding.
Controleer daarom of de aansluiting
niet lek is. Dat kunt u doen door de
kraan langzaam open te draaien.
Corrigeer indien nodig de positie van
de dichting en de schroefkoppeling.
Accessoire - verlenging slang
Als extra toebehoren zijn slangen van
2,5 en 4,0m verkrijgbaar bij de Mielevakhandel en bij de klantendienst van
Miele verkrijgbaar.
De toevoerslang (koud – blauwe strepen) is niet geschikt voor aansluiting
op warm water.
Onderhoud
Als u de slang vervangt, gebruik dan
uitsluitend een originele Miele-slang.
Die is bestand tegen een druk van ruim
7.000 kPa.
De zeven in het vrije uiteinde van de
toevoerslang en in het koppelstuk
van de watertoevoerklep mogen niet
worden verwijderd. Zij dienen ter bescherming van de watertoevoerklep.
52
Page 53
Waterafvoer
Afvoerpomp
Het water wordt door een afvoerpomp
met een opvoerhoogte van 1m afgepompt. Om de waterstroom niet tegen
te werken, moet de slang knikvrij worden gelegd. De bocht aan het einde van
de slang kunt u draaien of eraf trekken.
Mogelijkheden van waterafvoer:
1. De slang kan op een kunststof afvoerbuis met rubberen mof worden
aangesloten (een sifon is niet beslist
noodzakelijk).
2. De slang kan op een wasbak of wastafel met kunststof nippel worden
aangesloten.
3. De slang kan in een putje in de vloer
worden gehangen.
Indien nodig, kan de slang tot 5m worden verlengd. Accesoire is verkrijgbaar
bij uw Miele-vakhandel of Miele.
Plaatsen en aansluiten
Voor een opvoerhoogte van meer dan
1m (tot maximaal 1,6m) kunt u bij de
Miele-vakhandel en bij Miele een vervangende afvoerpomp bestellen.
53
Page 54
Plaatsen en aansluiten
Elektrische aansluiting
De wasmachine heeft een aansluitkabel
zonder stekker.
Op het typeplaatje staat informa-
tie over de nominale aansluitwaarde
en de zekering.
Vergelijk deze gegevens met de
waarden van het stroomnet.
Aansluiting mag alleen plaatsvinden op
een elektrische installatie die voldoet
aan alle daarvoor geldende voorschriften (zoals NEN 1010).
De aansluiting mag alleen door een
vakman worden uitgevoerd.
De wasmachine kan via een geschikte
stekkerverbinding worden aangesloten.
Als er een vaste aansluiting is voorzien,
moet het toestel via een schakelaar met
alle polen van de netspanning kunnen
worden losgekoppeld. De contactopening in uitgeschakelde toestand moet
minimaal 3mm bedragen. Geschikte
schakelaars zijn zelfuitschakelaars, zekeringen en relais (IEC/EN 60947).
voerd door een vakman die op de
hoogte is van alle geldende voorschriften.
Als het toestel naar een andere
spanningssoort moet worden omgeschakeld, moet de betreffende instructie op het schema in acht worden genomen. De omschakeling mag
alleen door de geautoriseerde vakhandel en door Miele worden uitgevoerd. Daarnaast moet de instelling
Verwarmingsvermogen worden aangepast.
Gebruik geen systemen die de
wasmachine automatisch uitschakelen (zoals schakelklokken). Het
toestel moet op het elektriciteitsnet
zijn aangesloten om de deur te kunnen openen.
De stekkerverbinding of de schakelaar
voor het loskoppelen van de netspanning moet altijd toegankelijk zijn.
Bij loskoppeling van de netspan-
ning moet het betreffende systeem
afsluitbaar zijn of daarop moet te allen tijde controle mogelijk zijn.
Werkzaamheden in verband met heraansluiting, veranderingen in de installatie of controle van de aarding of de zekeringen mogen alleen worden uitge-
54
Page 55
Technische gegevens
Hoogte850mm
Breedte595mm
Diepte725mm
Diepte bij geopende deur1085mm
Gewicht109kg
Maximale vloerbelasting als het toestel in werking is
Inhoud6,5kg droog wasgoed
Aansluitspanningzie typeplaatje
Aansluitwaardezie typeplaatje
Zekeringzie typeplaatje
Geluidsdrukniveau op de werkplek volgens EN
ISO 11204/11203
Minimale waterdruk100 kPa (1bar)
Maximale waterdruk1000 kPa (10bar)
Lengte van de toevoerslang1,55m
Lengte van de aansluitkabel1,80m
Maximale opvoerhoogte (afvoerpomp)1,00m
Gehanteerde normen inzake productveiligheidvolgens EN 10472, EN 60335
Verstrekte keurmerkenzie typeplaatje
3000 N
< 70 dB re 20 µPa
55
Page 56
Menu Instellingen
15:03
Programma kiezen
Instellingen
...
Terug
Taal
Exploitatieniveau
Met de instellingen kunt u de elektronica van de wasmachine aan veranderende situaties aanpassen.
Afhankelijk van de programmering kan
het menu Instellingen/Exploitatieniveau
met een code tegen onbevoegd gebruik
worden beveiligd (met uitzondering van
de functie Taal ):
– Geen code vereist
Er zijn enkele instellingen zichtbaar die
alle gebruikers kunnen wijzigen (menu
Instellingen ).
– Code vereist
Na invoer van een code kunnen alle instellingen worden gewijzigd (menu In-stellingen/Exploitatieniveau)
Neem zo nodig contact op met Miele
Kies de gewenste instelling met de
toetsen – en + en bevestig uw keuze
met de toets OK.
Menu Instellingen afsluiten
Kies Terug en bevestig dit. Het
scherm wisselt naar het beginmenu.
Taal
Er zijn verschillende talen waarin de
meldingen op het display kunnen worden weergegeven.
Wijzig de weergegeven taal met de
instelling Taal.
Menu Instellingen openen
Draai de programmaschakelaar op
Einde. In het display verschijnt nu het
basismenu.
Druk op de toets OK.
U bevindt zich nu in het menu Instel-
lingen.
56
Het vlaggetje achter het woord Taal
dient als leidraad, voor het geval u een
taal kiest die u niet begrijpt.
De ingestelde taal wordt met een vinkje
aangegeven.
Een gewijzigde taalinstelling is enkel
voor het actuele wasprogramma van
toepassing. Na afloop van het programma springt het display terug naar de
taal die is ingesteld in het menu Instel-lingen/Exploitatieniveau.
Page 57
Menu Instellingen/Exploitatieniveau
Terug
Taal
Exploitatieniveau
Terug
Toegang via code
Code wijzigen
0
_
Code invoeren
_
Invoer OK.
Menu geopend
Het menu Instellingen is door een code tegen onbevoegd gebruik beveiligd
(met uitzondering van de functie Taal
).
Kies Exploitatieniveau en bevestig dit.
Kies Toegang via code en bevestig
dit.
Code invoeren
Het display vraagt u nu om de code van
drie cijfers in te voeren. Bij levering is
de code: 0 0 0.
Herhaal deze stappen totdat de drie
cijfers zijn ingevoerd.
Druk op OK als u alle cijfers hebt in-
gevoerd.
In het display verschijnt:
U hebt nu het exploitatieniveau geactiveerd.
Als u wilt voorkomen dat onbevoegden uw instellingen wijzigen, is het
aan te bevelen de standaardcode te
wijzigen.
Voer met de toets + het eerste cijfer
in. Bevestig het cijfer met de toets
OK. U kunt nu het tweede cijfer invoeren.
57
Page 58
Menu Instellingen/Exploitatieniveau
Taal
Er zijn verschillende talen waarin de
meldingen op het display kunnen worden weergegeven. Via het submenu
Taal kunt u de vaste taal kiezen die in
het display moet worden weergegeven.
Kies de gewenste taal en bevestig
deze.
Afkoeling van het waswater
Met deze instelling kunt u ervoor zorgen dat aan het einde van de
hoofdwas extra water in de trommel
stroomt ter afkoeling van het waswater.
De afkoeling van het waswater vindt
plaats bij wastemperaturen vanaf 70°C.
De afkoelfunctie dient ingeschakeld te
zijn:
– bij gebouwen waarvan de afvoerlei-
dingen niet voldoen aan DIN 1986.
De afkoeling van het waswater is standaard ingeschakeld.
Kloktijd
Het display wisselt naar de instelling
van de kloktijd.
Kloktijd instellen
Stel met de toetsen – en + het juiste
uur in en bevestig de waarde met OK.
U kunt nu de minuten instellen. In het
display verschijnt het menu Instel-lingen.
Exploitatieniveau
U kunt de code voor de toegang tot
het exploitatieniveau wijzigen.
Voer de oude code in.
Voer een nieuwe code in.
Na het bevestigen van de nieuwe code
komt u bij het begin van het menu In-stellingen.
Contrast
Bij het contrast van het display kunt u
uit tien standen kiezen.
Wanneer het toestel wordt geleverd, is
stand 4 ingesteld.
Het contrast wordt meteen na het kiezen van een andere stand aangepast.
U kunt aangeven of de kloktijd in een
24- of een 12-uursritme wordt weergegeven. Vervolgens wordt hier de actuele kloktijd ingesteld.
Als u kiest voor de instelling Geen klok
geeft de timer alleen de 24-uurs-voorprogrammering weer.
Ritme instellen
Kies het gewenste ritme en bevestig
dit.
58
Page 59
Menu Instellingen/Exploitatieniveau
Lichtsterkte
Bij de lichtsterkte van het display kunt
u uit tien standen kiezen.
Wanneer het toestel wordt geleverd, is
stand 5 ingesteld.
De lichtsterkte wordt meteen na het kiezen van een andere stand aangepast.
Standby (display)
Met deze functie bespaart u energie.
Het display wordt na 10 minuten donker en de toets Start begint langzaam
te knipperen.
Door op de programmatoets of een
toets naar keuze te drukken kunt u het
display weer inschakelen.
U hebt twee opties:
aan
De stand-by-functie wordt ingeschakeld:
– wanneer u na het inschakelen van de
automaat geen programma kiest.
– nadat het programma is gestart.
– na afloop van een programma.
Memory
Als bij een programma een extra functie wordt geselecteerd of de voorgestelde temperatuur of het centrifugetoerental wordt gewijzigd, slaat de
wasmachine deze instellingen automatisch op bij de start van het programma.
Als u het wasprogramma later opnieuw
via het menu Programmakeuze kiest,
worden de opgeslagen waarden getoond.
De memory-functie is niet ingeschakeld
bij levering van de wasmachine.
Beladingsautomaat
De wasmachine beschikt over een beladingsautomaat. De waterniveaus en
de programmalooptijden worden in
sommige programma's aan de belading aangepast. Als u de beladingsautomaat uitschakelt, wordt er bij het
programmaverloop altijd van uitgegaan dat u de machine met maximale
belading gebruikt.
Bij aflevering is deze functie ingeschakeld.
Niet in het programmaverloop (standaardinstelling)
De stand-by-functie wordt ingeschakeld:
– wanneer u na het inschakelen van de
automaat geen programma kiest.
59
Page 60
Menu Instellingen/Exploitatieniveau
Water voorwas/Water
hoofdwas/Water spoelen
Deze instellingen zijn bij deze toestelvariant zichtbaar, maar niet actief.
Bij aflevering is de watersoort koud ingesteld.
Als u de watersoort warm instelt, verschijnt bij de programmastart de
melding op het display: Fout Water-
toevoer
Kies voor deze instellingen altijd de
watersoort koud.
Lage waterdruk
Bij een permanent lage waterdruk (onder 100 kPa) kan deze instelling worden geactiveerd om een correcte watertoevoer te waarborgen.
Bij aflevering is deze optie uitgeschakeld.
Niveau wit/bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kan het waterniveau voor de hoofdwas
worden verhoogd.
Bij aflevering is de optie Blokparameter
ingesteld (Het waterniveau wordt gestuurd via de programmagegevens die
in de fabriek zijn geprogrammeerd).
Niveau kreukherstell.
Voor het programma Kreukherstellend
kan het waterniveau voor de hoofdwas
worden verhoogd.
60
Bij aflevering is de optie Blokparameter
ingesteld (Het waterniveau wordt gestuurd via de programmagegevens die
in de fabriek zijn geprogrammeerd).
Page 61
Menu Instellingen/Exploitatieniveau
Temp. voorwas WB
Voor de programma's Witte was/Bonte
was en Vetverontreiniging + kunt u de
temperatuur voor de voorwas kiezen.
Bij aflevering is de optie Blokparameter
ingesteld. (De temperatuur wordt geregeld via de programmagegevens die in
de fabriek zijn geprogrammeerd).
Wastijd voorwas
U kunt de wastijd voor de voorwas in
het programma Witte was/Bonte was
verlengen.
Bij aflevering is de optie Blokparameter
ingesteld. (De wastijd wordt geregeld
via de programmagegevens die in de
fabriek zijn geprogrammeerd).
Wastijd wit/bont
Voor het programma Witte/Bonte was
kan de wastijd voor de hoofdwas worden verlengd.
Bij aflevering is de optie Blokparameter
ingesteld. (De wastijd wordt geregeld
via de programmagegevens die in de
fabriek zijn geprogrammeerd).
Wastijd kreukherstell.
Voor het programma Kreukherstellend
kan de wastijd voor de hoofdwas worden verlengd.
Bij aflevering is de optie Blokparameter
ingesteld. (De wastijd wordt geregeld
via de programmagegevens die in de
fabriek zijn geprogrammeerd).
Voorwas wit/bont/kh.
Voor de programma's Witte was, Bonte was en Kreukherstellend kunt u in-
stellen of de voorwas permanent moet
worden toegevoegd.
Als u voor permanent kiest, brandt het
controlelampje van de toets Voorwas.
Bij aflevering is de optie Menukeuze ingesteld.
Lijst speciale programma's
De instelling Lijst speciale programma's is bij deze toestelvariant zicht-
baar, maar niet actief.
61
Page 62
Menu Instellingen/Exploitatieniveau
Hygiëne
De functie Hygiëne is bij deze toestelvariant zichtbaar, maar niet actief.
Spoelbeurten WB
Voor het programma Witte/Bonte was
kunt u het aantal spoelbeurten wijzigen.
– 2 spoelbeurten (standaardinstelling)
– 3 spoelbeurten
– 4 spoelbeurten
– 5 spoelbeurten
Spoelbeurten kreukh.
Voor het programma Kreukherstellend
kunt u het aantal spoelbeurten wijzigen.
– 2 spoelbeurten (standaardinstelling)
– 3 spoelbeurten
– 4 spoelbeurten
Spoelbeurten desinfectie
De instelling Spoelbeurten desinfectie
is bij deze toestelvariant zichtbaar,
maar niet actief.
Voorspoelen WB
Bij het programma Witte/Bonte was
kunt u ervoor kiezen de was te laten
voorspoelen.
Bij aflevering is deze optie uitgeschakeld.
Voorspoelen kreukherst.
Bij het programma Kreukherstellend
kunt u ervoor kiezen de was te laten
voorspoelen.
Bij aflevering is deze optie uitgeschakeld.
Centrifugeren gratis
Als een muntautomaat is aangesloten,
kan het programma Centrifugeren
worden vrijgegeven (gratis).