Miele H 5681 BP, H 5688 BP Operating instructions [nl]

Gebruiks- en montageaanwijzing
Oven H 5681 BP H 5688 BP
Lees absoluut de gebruiks­en montageaanwijzing voor u het toestel plaatst, installeert en in gebruik neemt. Dat is veiliger voor uzelf en u vermijdt schade aan het toestel.
nl-BE
Inhoud
Opmerkingen omtrent uw veiligheid ..................................6
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu ..........................11
Beschrijving van het toestel ........................................12
Uitrusting .......................................................13
Ovenelektronica...................................................13
Autosensor ....................................................13
Veiligheidsvoorzieningen............................................13
Blokkering .....................................................13
Veiligheidsuitschakeling ..........................................13
Koelventilator ..................................................13
Geventileerde deur ..............................................13
Deurvergrendeling voor pyrolysereiniging ............................13
Energiebesparingsvoorzieningen .......................................14
Gebruikstips......................................................15
Profi ............................................................15
Receptenboekje "Profi" ...........................................15
Met PerfectClean veredelde oppervlakken ..............................15
Pyrolysereinigingsfunctie............................................15
Toebehoren ......................................................16
Bakplaat, universele bakplaat en rooster met uittrekbeveiliging ...........16
Uitschuifbare FlexiClip-rails .......................................17
Uitschuifbare FlexiClip-rails monteren ...............................17
Uitschuifbare FlexiClip-rails verplaatsen .............................18
Spijzenthermometer .............................................18
Opener .......................................................18
Ontkalkingstabletten, kunststofslang met houder ......................18
Miele{home .....................................................19
Informatie weergeven ............................................19
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................19
Toekomstgericht ................................................19
Meer informatie .................................................19
Bedieningselementen .............................................20
Sensortoetsen ....................................................20
Display ..........................................................21
Hoofdmenu ....................................................21
Symbolen .....................................................22
Bereidingsfuncties................................................24
2
Inhoud
Toestel in gebruik nemen ..........................................26
Basisinstellingen instellen ...........................................26
Toestel reinigen en voor het eerst aanzetten.............................27
Automatische programma's ........................................28
Automatische programma's..........................................28
Eenvoudige handmatige bediening ..................................29
Uitgebreide handmatige bediening ..................................30
Een bereidingsfunctie selecteren .....................................30
Temperatuur wijzigen ..............................................30
Duur/starttijd/einde (automatische uitschakeling) .........................31
Automatische uitschakeling gebruiken...............................31
Automatische uitschakeling in combinatie met startuitstel gebruiken .......32
Verloop van een bereiding met automatische uitschakeling ..............32
Ingestelde bereidingstijden wijzigen of wissen ........................33
Opwarmfase wijzigen ..............................................33
Ovenruimte voorverwarmen .......................................34
Vochtigheid verminderen............................................35
Functie wijzigen ...................................................35
Eigen programma's ...............................................36
Menu "Eigen programma's" ..........................................36
Eigen programma's samenstellen .....................................37
Eigen programma's oproepen........................................37
Profi............................................................38
Automatische programma's..........................................39
's Nachts bakken ...............................................39
Bereidingsfunctie "Profi".............................................40
Aantal stoomstoten en tijdstip van de stoomstoten .....................40
Bereidingsfunctie "Profi" gebruiken .................................41
Resterend water automatisch laten verdampen ..........................42
Verloop van de verdamping van het resterende water ..................42
Verdamping van het resterende water meteen starten ..................42
Verdamping van het resterende water afbreken .......................43
Ontkalken........................................................43
Kookwekker (eierwekker) N ........................................44
3
Inhoud
Instellingen ......................................................45
Taal J...........................................................45
Dagtijd ..........................................................46
Weergave .....................................................46
Tijdformaat ....................................................46
Instellen.......................................................46
Verlichting .......................................................46
Hoofdmenu ......................................................47
Katalysator .......................................................47
Naloop ventilator ..................................................48
Pyrolyse .........................................................48
Opwarmfase .....................................................48
Starten ..........................................................49
Voorgeprogrammeerde temperaturen..................................49
Display ..........................................................49
Contrast ......................................................49
Lichtsterkte ....................................................49
Volume ..........................................................50
Geluidssignalen ................................................50
Frequentie.....................................................50
Toetsgeluid ....................................................50
Veiligheid ........................................................51
Blokkering
Vergrendeling in gebruik (of een gelijkaardige functie) ..................51
Eenheden........................................................52
Temperatuur ...................................................52
Handelaar .......................................................52
Fabrieksinstellingen ................................................52
Gegevens voor testinstellingen .....................................53
Controlegerechten volgens EN 60350..................................53
Energie-efficiëntieklasse volgens EN 50304 .............................53
0 ..................................................51
4
Inhoud
Reiniging en onderhoud ...........................................54
Front van het toestel ...............................................54
Toebehoren ......................................................55
Bakplaat, universele bakplaat .....................................55
Rooster, steunroosters ...........................................55
Spijzenthermometer .............................................55
Uitschuifbare FlexiClip-rails .......................................55
Uitschuifbare rails bijsmeren ......................................56
Met PerfectClean veredeld email .....................................57
Ovenruimte ......................................................59
De deur verwijderen ...............................................62
De deur uit elkaar halen ..........................................63
De deur terugplaatsen..............................................66
De uitschuifbare FlexiClip-rails verwijderen .............................67
Steunroosters uitnemen .............................................68
Het verwarmingselement voor bovenwarmte/de grill neerlaten ..............68
Ontkalken........................................................69
Wanneer het ontkalkingsprogramma uitvoeren? .......................69
Ontkalkingsprogramma (overzicht) .................................69
Ontkalkingsprogramma voorbereiden ...............................70
Ontkalkingsprogramma uitvoeren ..................................70
Storingen en problemen ...........................................72
Technische Dienst van Miele .......................................75
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren ................................76
Elektrische aansluiting ............................................78
Maatschetsen voor de inbouw ......................................79
Afmetingen van het toestel en kastuitsparing ............................79
Detailafmetingen van het front van het toestel ...........................80
Oven inbouwen ..................................................81
5
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
toegelaten en kan gevaarlijk zijn. Miele Deze oven voldoet aan de voorge schreven veiligheidsvoorschriften. Door ondeskundig gebruik kunnen gebruikers echter letsel oplopen en kan er schade optreden aan het toe stel.
Lees deze gebruiksaanwijzing en montagehandleiding daarom eerst aandachtig door voordat u deze oven in gebruik neemt. U vindt er belangrijke opmerkingen omtrent uw veiligheid, de installatie, het gebruik en het onderhoud van uw toestel. Dat is veiliger voor uzelf en u voorkomt schade aan het toe­stel.
Bewaar de gebruiksaanwijzing en montagehandleiding en geef ze door aan wie het toestel eventueel na u gebruikt.
Juist gebruik
Deze oven is bedoeld voor gebruik
~
in het huishouden en gelijkaardige om gevingen zoals
in winkels, kantoren en gelijkaardige werkomgevingen,
op boerderijen
door klanten in hotels, motels, bed­and-breakfasts en andere typische woonomgevingen.
Gebruik de oven uitsluitend in het
~
huishouden om levensmiddelen te bak ken, braden, grillen, bruineren, ontdooi en, inmaken en het drogen van etens waren. Gebruik voor andere doeleinden is niet
-
is niet verantwoordelijk voor schade die
wordt veroorzaakt door een ander ge
bruik dan wat hier wordt vermeld of
door foutieve bediening.
­Personen die door hun fysieke,
~
zintuiglijke of geestelijke mogelijkheden of hun onervarenheid of gebrek aan kennis niet in staat zijn om de oven vei lig te bedienen, mogen dit toestel al leen onder het toezicht of de begeleiding van een verantwoordelijk iemand gebruiken.
Kinderen in het huishouden
Let op kinderen die in de buurt van
~
de oven komen. Laat kinderen nooit met het toestel spelen.
Kinderen mogen de oven alleen
~
maar gebruiken wanneer hen de bedie­ning ervan zo uitgelegd is dat ze het toestel veilig kunnen bedienen. Kin­deren moeten de eventuele risico's van een foutieve bediening kunnen besef­fen.
-
-
-
-
Voorkom dat kinderen tijdens de
~
werking de oven aanraken. De glas plaat van de deur, het bedieningspa neel en de openingen voor de uitvoer van de lucht van de ovenruimte worden warm. De huid van kinderen reageert gevoeliger op hoge temperaturen dan de huid van volwassenen. Zij kunnen zich verbranden!
Tijdens de pyrolysereiniging warmt
~
de voorzijde van het toestel meer op dan bij normaal gebruik van de oven. Vermijd dat kinderen tijdens de pyroly sereiniging het toestel aanraken. Zij kunnen zich verbranden!
-
-
-
-
-
-
6
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Technische veiligheid
Installatiewerken, onderhouds
~
werken en reparaties mogen alleen worden uitgevoerd door vakmensen die door de fabrikant erkend zijn. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of reparatiewerken kunnen er voor de ge bruiker aanzienlijke risico's ontstaan waarvoor de fabrikant niet aansprakelijk kan worden gesteld.
Controleer vóórdat de oven wordt
~
geïnstalleerd of het toestel zichtbaar beschadigd is. Is dat het geval, neem het dan in geen geval in gebruik. Een oven die beschadigd is kan uw veilig­heid in gevaar brengen.
De elektrische veiligheid van deze
~
oven wordt enkel gewaarborgd als het toestel op een aardsysteem aangeslo­ten is dat volgens de voorschriften werd geïnstalleerd. Het is heel belang­rijk dat aan deze fundamentele veilig­heidsvoorwaarde is voldaan. Laat de elektrische installatie in uw woning bij twijfel door een elektricien controleren. De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die werd veroorzaakt doordat de aardleiding onderbroken was of ge woon ontbrak. Er zijn elektrische schok ken mogelijk.
-
Vergelijk zeker eerst de aansluitge
~
gevens (spanning en frequentie) op het typeplaatje met die van uw huisinstalla tie. Sluit daarna pas de oven aan. Deze gegevens dienen absoluut over een te stemmen. Anders treedt er scha de op aan uw toestel. Vraag bij twijfel inlichtingen aan uw elektricien.
­Gebruik uit veiligheidsoverwegingen
~
geen stopcontactenblokken of verleng snoeren om de oven aan te sluiten. Die bieden niet voldoende veiligheidsga ranties. Er bestaat onder meer gevaar voor oververhitting.
Gebruik de oven enkel in inge-
~
bouwde toestand. Enkel dan is een vei­lige werking gewaarborgd.
Open in geen geval de ommanteling
~
van de oven. Wanneer u aansluitingen onder span­ning aanraakt of de elektrische en me­chanische constructie wijzigt, kan dat voor u gevaar opleveren. Het kan ook tot storingen in de werking van het toe­stel leiden.
Laat u de oven tijdens de garantie
~
periode herstellen, dan mag dat enkel gebeuren door een technicus die door
-
de fabrikant erkend is. Anders is er bij
­schade achteraf geen aanspraak meer
op waarborg.
-
-
-
-
-
-
-
7
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Tijdens installatie-, onderhouds- en
~
reparatiewerken moet de oven van het elektriciteitsnet losgekoppeld zijn. Het toestel is pas stroomloos als aan een van deze voorwaarden is voldaan:
De zekeringen op uw elektrische in
stallatie zijn uitgeschakeld.
De schroefzekeringen op uw elek
trische installatie zijn helemaal uitge draaid.
De stekker is uit het stopcontact ge
trokken. Trek bij toestellen met stekker niet aan het snoer maar aan de stekker om het toestel los te koppelen van het elektriciteitsnet.
Laat defecte onderdelen enkel
~
vervangen door originele Miele­wisselstukken. Enkel dan bent u zeker dat ze ten volle voldoen aan de eisen die Miele qua veiligheid stelt.
Als het aansluitsnoer beschadigd is,
~
moet een door de fabrikant erkende vakman een speciaal aansluitsnoer in stalleren.
Als u de oven niet op een vaste
~
plaats installeert, bijv. op een schip, laat dit karwei dan enkel uitvoeren door vakmensen. Die moeten ervoor zorgen dat u het toestel veilig kunt gebruiken.
-
Efficiënt gebruik
Waarschuwing! Gevaar voor brand wonden! Rond de oven treden zeer hoge temperaturen op!
-
Gebruik ovenhandschoenen om
~
heet voedsel in te schuiven of uit te ne men en als u met uw handen in de hete
­ovenruimte moet komen. Pas vooral op met het verwarmingselement voor bo
­venwarmte/de grill. U kunt zich verbran
den!
Hou de oven in de gaten als u olie of
~
vet gebruikt. Olie en vet kunnen door oververhitting ontvlammen. Brandge­vaar!
Volg de aanbevolen grilltijden wan-
~
neer u de bereidingsfuncties "Grill groot" / "Grill klein" en "Circulatiegrill" gebruikt. Bij te lange grilltijden kunnen de gerechten uitdrogen en zelfs ont­vlammen. Brandgevaar.
-
Gebruik de functies "Grill groot",
~
"Grill klein" en "Circulatiegrill" niet om broodjes of brood op te warmen. Ge bruik deze functies ook niet om bloemen of kruiden te drogen. Brand gevaar! Gebruik hiervoor "Hetelucht plus" of "Boven-onderwarmte".
-
-
-
-
-
-
8
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Om voedingsmiddelen in de oven te
~
bereiden, wordt vaak gebruikgemaakt van alcoholhoudende dranken. Door de hoge temperaturen verdampt de alcohol. Hou ermee rekening dat de damp in ongunstige omstandigheden kan ont vlammen op de hete verwarmingsele menten. Brandgevaar!
Dek gerechten altijd af als u ze in de
~
oven bewaart. Het vocht van de ge rechten kan corrosie in het toestel ver oorzaken. Bovendien vermijdt u zo dat het voedsel uitdroogt.
Schakel de oven niet uit als u de
~
restwarmte wenst te gebruiken om ge­rechten warm te houden. Laat de gekozen functie ingeschakeld en stel de laagste temperatuur in. Schakel het toestel in geen geval uit. Anders stijgt de luchtvochtigheid in de ovenruimte. Door condensvorming – kan er corrosie in de ovenruimte op-
treden.
kunnen het bedieningspaneel, het werkblad of de inbouwkast bescha digd raken.
Bedek de bodem van de ovenruimte
~
nooit met aluminiumfolie bij de bereidingsfuncties "Boven­onderwarmte"/"Onderwarmte"/"Intensief bakken". Door de warmteophoping zou het email kunnen barsten of afspringen. Plaats geen pannen, potten en bakpla ten op de bodem van de ovenruimte.
-
-
-
-
-
Als u een bakplaat van een ander merk inschuift, dient u erop te letten dat de afstand tussen de onderzijde van de bakplaat en de bodem van de oven ruimte minstens 6 cm bedraagt.
Giet nooit water rechtstreeks op de
~
bakplaat, de universele plaat of in de ovenruimte zolang de oppervlakken nog heet zijn. De daardoor veroorzaakte waterdamp kan ernstige brandwonden veroorzaken. Door de temperatuurschok kan het email ook beschadigd raken.
Zorg ervoor dat gerechten altijd vol
~
doende worden opgewarmd. Eventuele bacteriën in het eten worden alleen gedood wanneer de temperatuur hoog genoeg is (ü 70 °C) en lang ge­noeg wordt aangehouden (ü 10 min.). Wanneer u twijfelt of een gerecht vol­doende verwarmd is, kies dan liever een iets langere tijd. Het is bovendien belangrijk dat de tem­peratuur in het gerecht gelijkmatig wordt verdeeld. Roer de gerechten daartoe regelmatig door of draai ze om.
Enkel vaatwerk gebruiken dat ge
~
maakt is van ovenbestendige kunststof. Ander kunststofvaatwerk smelt bij hoge temperaturen. De oven kan beschadigd worden.
-
-
-
-
9
Opmerkingen omtrent uw veiligheid
Gebruik bij het inmaken geen blik
~
ken en gebruik de oven niet om blikken met voedsel te verwarmen. Er ontstaat namelijk overdruk. De blikken kunnen ontploffen. U kunt zich verwonden en er kan schade ontstaan.
Schuif voorwerpen, zoals potten en
~
pannen, niet heen en weer op de bo dem van de ovenruimte. Het ovenoppervlak zou beschadigd kunnen raken.
Ga niet op de geopende deur staan
~
of zitten en plaats er geen zware voor werpen op. Zorg ervoor dat er niets vastgeklemd raakt tussen de deur en de ovenruimte. De oven kan bescha­digd raken. De deur kan maximaal 15 kg dragen.
Gebruik het toestel niet om het ver-
~
trek te verwarmen. Door de hoge tem­peraturen kunnen licht ontvlambare voorwerpen in de omgeving in brand schieten.
-
-
-
Haal al het toebehoren uit de oven
~
ruimte, voordat u het pyrolyseprogramma start. Dit geldt ook voor de steunroosters en voor mits toe slag verkrijgbaar toebehoren. Door de hoge temperaturen tijdens de pyrolysereiniging zou het toebehoren beschadigd raken.
Gebruik alleen de speciale spijzen
~
thermometer van Miele. Als de spijzenthermometer aan vervanging toe is, moet u deze vervangen door een originele spijzen thermometer van Miele. Die vindt u bij uw Miele-handelaar of bij de Tech­nische Dienst van Miele.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die ontstaan is doordat deze veiligheidsrichtlijnen niet in acht werden genomen.
-
-
-
-
Toebehoren
Alleen toebehoren dat Miele uitdruk
~
kelijk heeft goedgekeurd, mag worden gemonteerd of ingebouwd. Worden er andere onderdelen gemonteerd of in gebouwd, dan vervalt het recht op waarborg en/of productaansprakelijk heid.
10
-
-
-
Uw bijdrage tot bescherming van ons milieu
Recycleerbare verpakking
De verpakking behoedt het toestel voor transportschade. Er werd materiaal ge kozen, dat door het milieu wordt verdra gen en opnieuw kan worden benut.
Door de verpakking weer in kringloop te brengen, wordt er grondstof ge spaard en verkleint de afvalberg. Geef deze stoffen dus niet met het gewone vuilnis mee. Breng ze liever naar het dichtstbijzijnde gemeentelijk container park. Waar u dat vindt, komt u zeker bij uw gemeentebestuur aan de weet.
-
Het afdanken van het apparaat
Oude elektrische en elektronische appa­raten bevatten vaak nog waardevolle materialen. Ze bevatten echter ook schadelijke stoffen die voor het functio­neren en de veiligheid van het apparaat nodig waren. Als u het apparaat bij het gewone afval doet of bij verkeerde be­handeling kunnen deze stoffen schade­lijk zijn voor de gezondheid en het milieu. Verwijder het afgedankte appa raat dan ook nooit met het gewone afval.
-
Bij de aankoop van uw nieuw toestel heeft u een bijdrage betaald. Die wordt volledig gebruikt voor de toekomstige
­recyclage van dat toestel. Dat bevat
­trouwens nog waardevol materiaal.
Door te recycleren wordt er dan ook minder verspild en vervuild.
Als u vragen heeft omtrent het af danken van uw oud toestel, neem dan contact op met
de handelaar bij wie u het kocht
-
of
de firma Recupel,
telefoon 02 706 86 10, website: www.recupel.be
of
– uw gemeentebestuur als u uw toestel
naar een containerpark brengt.
Zorg er ook voor dat het toestel intus­sen kindveilig wordt bewaard voor u het laat wegbrengen.
-
11
Beschrijving van het toestel
H 5681 BP, H 5688 BP
a Bedieningspaneel b Deurvergrendeling voor pyrolysereiniging c Verwarmingselement voor bovenwarmte/de grill met
ontvangstantenne voor de spijzenthermometer
d Openingen voor de stoomtoevoer bij "Profi" e Achterwand met aanzuigopening voor de ventilator f Steunroosters met vijf inschuifniveaus g Vulbuis voor het verdampingssysteem h Bewaarkoker voor de spijzenthermometer i Deur
12
Uitrusting
Ovenelektronica
Met de ovenelektronica kunt u de ver schillende functies gebruiken om te bakken, braden en grillen. U kunt deze ook gebruiken
als klok.
als kookwekker.
voor het programmeren van de be
reidingstijden.
om "Eigen programma's" in te stellen.
voor automatische programma's.
– voor het programmeren van eigen in-
stellingen.
Autosensor
Deze sensor beheert
– de bereidingstijden bij automatische
programma's. De nodige informatie verschijnt op het display.
– de naloop van de koelventilator.
de duur van de pyrolysereiniging.
-
-
Koelventilator
Bij elke bereiding wordt automatisch de koelventilator ingeschakeld. Hierdoor wordt de hete lucht uit de ovenruimte gemengd met koude kamerlucht en af gekoeld, voor de lucht tussen de deur en het bedieningspaneel ontsnapt.
Om te voorkomen dat er luchtvochtig heid neerslaat in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of in de inbouwkast, blijft de koelventilator na een bereiding nog enige tijd ingeschakeld.
Geventileerde deur
De deur bestaat uit een open systeem met glasplaten die een gedeeltelijk warmtereflecterende coating hebben. Tijdens de werking wordt koellucht door de deur gevoerd, zodat de buitenste glasplaat koel blijft.
De deur kan uit elkaar worden geno­men om ze te reinigen.
Deurvergrendeling voor pyrolyse reiniging
-
-
-
Veiligheidsvoorzieningen
Blokkering
De blokkering 0 beveiligt de oven te gen ongewenst gebruik (zie rubriek "In stellingen - Veiligheid").
Veiligheidsuitschakeling
De veiligheidsuitschakeling wordt ge activeerd wanneer het toestel geduren de een ongewoon lange tijd wordt ge bruikt. Deze tijdsduur is afhankelijk van de geselecteerde functie.
-
-
-
Aan het begin van de pyrolysereiniging wordt de deur om veiligheidsredenen vergrendeld. Deze vergrendeling wordt opgeheven wanneer de temperatuur in de ovenruimte na de pyrolysereiniging
­onder 280 °C gezakt is.
-
13
Uitrusting
Energiebesparingsvoorzieningen
Verlichting
De ovenverlichting is de fabriek zo in gesteld dat ze bij een lopend berei dingsproces na 15 seconden wordt uit geschakeld (zie rubriek "Instellingen ­Verlichting").
Deurcontactschakelaar
Als u tijdens een bereiding de toestel deur opent, schakelt de deurcontact schakelaar automatisch de verwar mingselementen uit en afhankelijk van de gekozen bereidingsfunctie ook de heteluchtventilator. Daardoor wordt het warmteverlies in de ovenruimte vermin­derd als een gebraad bijv. wordt overgoten. Tegelijkertijd gaat ook de ovenverlich­ting aan.
Gebruik van resterende warmte
-
-
-
-
-
Energiebesparende modus
Als u de oven niet verder bedient na af loop van een automatisch programma of na een bereiding met automatische uitschakeling, wordt de oven na een bepaalde tijd automatisch uitgescha
­keld (om energie te besparen).
Deze tijd is afhankelijk van de geselecteerde instellingen (bereidingsfunctie, temperatuur en duur).
De dagtijd wordt weergegeven of het display gaat uit. Zie rubriek "Instellingen
- Dagtijd - Weergave".
-
-
De ovenverwarming wordt kort voor het einde van een bereiding met automa tische uitschakeling of met de spijzen thermometer automatisch uitgescha keld.
De energiebesparende functie wordt geactiveerd, waardoor de resterende warmte wordt gebruikt. De warmte in de oven is dan voldoende om de berei ding af te ronden. Op het display verschijnt "Energiebe sparende fase".
De koelventilator en, afhankelijk van de bereidingsfunctie, ook de heteluchtven tilator blijven ingeschakeld.
14
-
-
-
-
-
-
Uitrusting
Gebruikstips
Dit boekje is meegeleverd bij de ge bruiksaanwijzing en montagehandlei ding van uw toestel. Hierin vindt u ge detailleerde informatie over de vol gende onderwerpen:
Automatische programma's
Spijzenthermometer
Bakken
Braden
Garen op lage temperatuur
Grillen
Ontdooien
Inmaken
– – Kant-en-klaargerechten bereiden – Recepten voor automatische pro-
gramma's
-
-
-
-
Profi
Deze functie stelt u in staat de berei­ding van voedingsmiddelen als brood en vlees te optimaliseren via vochtregeling.
Bereiding met vochtregeling is beschik baar in de automatische programma's en als afzonderlijke bereidingsfunctie ("Profi").
Receptenboekje "Profi"
In dit boekje, dat wordt meegeleverd bij de gebruiksaanwijzing en montage handleiding van uw toestel, vindt u in formatie over het gebruik van automa tische programma's met vochtregeling, het gebruik van de bereidingsfunctie "Profi" en recepten.
-
-
-
Met PerfectClean veredelde oppervlakken
De volgende onderdelen zijn met PerfectClean veredeld:
Steunroosters
Bakplaat
Universele bakplaat
Rooster
De antiaanbakeigenschappen van deze oppervlakveredeling vermijden dat het voedsel aankoekt, zodat de oven gemakkelijker te reinigen is.
Ook de uitschuifbare FlexiClip-rails zijn met PerfectClean veredeld. Door de veredeling heeft het materiaal een glanzende uitstraling.
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Reiniging en onderhoud" in acht.
Pyrolysereinigingsfunctie
De ovenruimte van uw toestel kan wor­den gereinigd met de functie "Pyrolyse".
-
Tijdens de pyrolysereiniging wordt de ovenruimte opgewarmd tot meer dan 400 °C. Het aanwezige vuil wordt door de hoge temperaturen afgebroken tot as.
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Reiniging en onderhoud" in acht.
15
Uitrusting
Toebehoren
Het volgende toebehoren wordt bij het toestel meegeleverd.
Ander toebehoren is verkrijgbaar bij uw Miele-handelaar of via de Service After Sales van Miele (zie rubriek "Mits toe slag verkrijgbaar toebehoren").
-
Bakplaat, universele bakplaat en rooster met uittrekbeveiliging
De bakplaat, de universele bakplaat en het rooster worden tussen de steunen van een inschuifniveau in de steunroos­ters geschoven.
De bakplaten en het rooster zijn voor­zien van een uittrekbeveiliging, die voorkomt dat deze onderdelen uit de steunroosters glijden als ze slechts ge­deeltelijk moeten worden uitgetrokken. Alleen door ze op te tillen kunnen de bakplaten en het rooster worden uitge­nomen.
16
Als u een bakplaat gebruikt met daarop het rooster, wordt de bakplaat tussen de steunen van een inschuifniveau ge schoven en het rooster automatisch er boven.
-
-
Uitrusting
Uitschuifbare FlexiClip-rails
De uitschuifbare FlexiClip-rails kunnen op elk inschuifniveau worden bevestigd en kunnen volledig uit de ovenruimte worden getrokken.
Schuif de uitschuifbare rails volledig in voordat u een van de bakplaten of het rooster plaatst.
Om te voorkomen dat de bakplaat of het rooster per ongeluk omlaag glijdt, moet u ervoor zorgen dat de onderde­len altijd tussen de voorste en achterste nokken van de uitschuifbare rails wor­den geplaatst:
Uitschuifbare FlexiClip-rails monteren
De ovenruimte moet afgekoeld zijn. Er is gevaar voor verbranding!
De uitschuifbare rails worden tussen beide steunen van een inschuifniveau bevestigd.
De uitschuifbare rail met het Miele-logo moet rechts worden gemonteerd.
Trek de uitschuifbare rails bij het monteren niet uit elkaar.
^ Plaats de uitschuifbare rail vooraan
tussen de steunen van een inschuif­niveau (1.) en schuif hem vervolgens in de ovenruimte (2.).
De uitschuifbare rails kunnen maximaal 15 kg dragen.
^
Zorg ervoor dat de uitschuifbare rail op de onderste steun van het in schuifniveau (3.) vergrendelt.
Als de uitschuifbare rails na de in bouw geblokkeerd zitten, dient u ze één keer krachtig uit te trekken.
-
-
17
Uitrusting
Uitschuifbare FlexiClip-rails verplaatsen
De ovenruimte moet afgekoeld zijn. Er is gevaar voor verbranding!
Wilt u de uitschuifbare FlexiClip-rails verwijderen om ze op een ander in schuifniveau te plaatsen?
^ Til ze vooraan omhoog en trek ze
langs de steun van het steunrooster uit.
^ Plaats ze vervolgens op een ander
inschuifniveau. Zie rubriek "Uitrusting
- Uitschuifbare FlexiClip-rails mon­teren".
-
Spijzenthermometer
Uw toestel is uitgerust met een draadloze spijzenthermometer.
De spijzenthermometer wordt in de deur bewaard.
Plaats hem na elk gebruik terug in de bewaarkoker. Zorg ervoor dat de spijzenthermometer volledig in de koker wordt geschoven. Anders kan de deur beschadigd raken wanneer u ze sluit.
In het boekje "Gebruikstips" vindt u meer informatie over het gebruik ervan.
Opener
Met de opener kunt u de afdekking van de verlichting opzij afnemen.
18
Ontkalkingstabletten, kunststofslang met houder
Dit toebehoren hebt u nodig om het toestel te ontkalken.
Miele{home
In het Miele|home-systeem sturen de huishoudtoestellen met communicatie­mogelijkheden via het elektriciteitsnet c informatie over hun status en instructies voor het programmaverloop naar een displaytoestel d / e.
In deze gebruiksaanwijzing wordt een oven met communicatiemogelijkheden b beschreven die via een mits toeslag verkrijgbare communicatiemodule a met het Miele|home-systeem kan wor­den verbonden.
Informatie weergeven
SuperVision-huishoudtoestel d Op het display van enkele huishoud­toestellen met communicatiemoge­lijkheden kan de status van de an dere huishoudtoestellen worden weergegeven.
InfoControl XIC 2100 e Met het mits toeslag verkrijgbare mo biele displaytoestel kan de informatie van de huishoudtoestellen op afstand worden weergegeven (in de onmiddellijke omgeving van het huis). Dit via geluidssignalen en visuele meldingen.
U kunt beide displaytoestellen tege lijkertijd gebruiken.
-
-
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
– Vereist: communicatiemodule
XKM 2000 SV a
– Optioneel: mobiel displaytoestel Info-
Control XIC 2100 e
Bij het toebehoren worden afzonderlijke installatiehandleidingen en gebruiks­aanwijzingen meegeleverd.
Toekomstgericht
Het Miele|home-systeem kan worden uitgebreid. Zo zullen de huishoud­toestellen met communicatiemoge­lijkheden b in de toekomst bijvoor beeld via een pc of een gsm worden
­gecontroleerd en bediend.
Meer informatie
Meer informatie over Miele|home, SuperVision en uitbreidingsmogelijkheden vindt u op www.miele.be.
-
19
Bedieningselementen
Het toestel wordt bediend via het display a en de elektronische sensortoetsen die u naast en onder het display vindt. Ze reageren op het contact met uw vingers. Elk contact wordt met een geluidssignaal bevestigd. U kunt het volume van het toetsgeluid wijzigen of uitschakelen (zie rubriek "Instellingen - Volume ­Toetsgeluid").
Sensortoetsen
Betekenis
b C Sensortoetsen
Als het toestel ingeschakeld is, verschijnen de functies van deze sen­sortoetsen op het display.
De sensortoetsen die u tijdens een bereiding kunt bedienen zijn ver­licht.
c 0-9 Cijfer-sensortoetsen
Die zijn beschikbaar wanneer de temperatuur of tijd kan worden inge steld.
d K Aan-uitsensortoets
Met deze toets kunt u het toestel in- en uitschakelen.
e U Sensortoets Clear
Voor het wissen van de laatste instellingen.
f N Sensortoets voor de kookwekker (eierwekker)
Om de kookwekker in te stellen, bijv. voor het koken van een ei.
-
20
Bedieningselementen
Display
Hier wordt informatie weergegeven over de bereidingsfuncties, de tempe ratuur, de bereidingstijden, de automa tische programma's en de instellingen.
Na het inschakelen van het toestel met de sensortoets K wordt het hoofdmenu weergegeven met een lijst van selecteerbare menupunten.
U kunt een menupunt de verlichte sensortoets C naast het menupunt aan te raken.
! selecteren door
-
Hoofdmenu
Hetelucht plus
ß
Boven-onderwarmte
ß
­Grill groot
ß
Pyrolyse
ß
Ontdooien
ß
Verlichting
ß
Grill klein
ß
Hetelucht
ß
Profi
ß
ß Intensief bakken
ß Bovenwarmte
ß Braadautomaat
ß Circulatiegrill
ß Onderwarmte
ß Ontkalken
ß Automatic
ß
Garen op lage temperatuur
ß
Eigen programma's
ß
Instellingen J
21
Bedieningselementen
Symbolen
Naast tekst worden ook symbolen weergegeven op het display:
Symbool Betekenis
! Dit geeft aan bij welke sensortoets C een menupunt hoort. Het
menupunt kan worden geselecteerd.
Als een lijst meer dan drie menupunten bevat, worden rechts op het
p
ZZZZZZZ Bij het bladeren in een lijst verschijnt aan het einde een streepjeslijn.
+ / - Om de tijden of temperaturen die verlicht worden weergegeven op
Terug # Als u dit selecteert en bevestigt met "OK" keert het display terug naar
( Dit geeft de momenteel geselecteerde instelling weer. Naast dit sym-
: Dit geeft extra informatie over de bediening weer.
0
1
N Er is een kookwekkertijd ingesteld.
display pijltjes weergegeven. Via de sensortoetsen kunt u in de lijst naar boven
( bladeren.
% of naar onderen
Daarna wordt weer het begin van de lijst weergegeven.
het display te wijzigen (hoger of lager). U kunt dit ook doen via de cijfer-sensortoetsen.
de vorige lijst.
bool wordt geen "
!" weergegeven.
Deze informatievensters kunt u sluiten door met "OK" te bevestigen.
Blokkering is toegelaten. Zie rubriek "Instellingen - Veiligheid": Aan = De bediening is geblokkeerd. Uit = Bediening is mogelijk.
22
Bedieningselementen
Wanneer u een bereidingsfunctie selecteert, kunnen afhankelijk van de instelling voorts ook de volgende symbolen verschijnen:
Symbool Betekenis
T Duur
S Einde
R Starttijd
O Programma afgerond
R Snelopwarmfase, snelaanbraadfase 3 Opwarmfase, aanbraadfase Q Kerntemperatuur bij het gebruik van de spijzenthermometer
U Hetelucht plus, Hetelucht
O Intensief bakken
d Profi
[ Braadautomaat
V Boven-onderwarmte
W Bovenwarmte
X Onderwarmte
P Ontdooien
Y Grill groot
Z Grill klein
\ Circulatiegrill
c Automatisch programma, Garen op lage temperatuur
T Verlichting
^ Pyrolyse
23
Bereidingsfuncties
U kunt kiezen uit een brede waaier aan bereidingsfuncties.
Uw toestel beschikt over een: a Verwarmingselement voor bovenwarmte/de grill (onder het plafond van de
ovenruimte)
b Verwarmingselement voor onderwarmte (onder de bodem van de ovenruimte) c Ringverwarmingselement (achter de aanzuigopening voor de ventilator) d Ventilator (achter de aanzuigopening voor de ventilator) e Verdampingssysteem
Afhankelijk van de bereidingsfuncties worden deze onderdelen gecombineerd of afzonderlijk gebruikt. Zie informatie tussen [ ].
Bereidingsfunctie Opmerkingen
Hetelucht plus
[c + d]
Hetelucht
[a + b + d]
Intensief bakken
[b + c + d]
Profi
[c + d + e]
Braadautomaat
[c + d]
Ontdooien
[c + d]
Om te bakken en te braden.
– – Er kan op meerdere inschuifniveaus tegelijk een gerecht
worden bereid.
– De ingestelde temperatuur is lager dan bij "Boven-
onderwarmte". Via de luchtstroom komt de warmte onmid­dellijk bij de gerechten.
– Om te bakken en te braden op één inschuifniveau.
– Om taarten met vochtig beleg te bakken. – Niet geschikt om plat gebak te bakken. Ook niet om te bra-
den, want de braadfond wordt te donker.
Om te bakken en te braden met vochtregeling.
Om te braden. Tijdens de aanbraadfase wordt de oven eerst op een hoge aanbraadtemperatuur (230 °C) opgewarmd. Zodra deze temperatuur bereikt is, gaat het toestel automa tisch naar de ingestelde bereidingstemperatuur (door braadtemperatuur).
Om diepgevroren producten voorzichtig te ontdooien.
-
-
24
Bereidingsfunctie Opmerkingen
Boven-onderwarmte
[a + b]
Bovenwarmte
[a]
Onderwarmte
[b]
Grill groot
[a]
Grill klein
[a]
Circulatiegrill
[a + d]
Automatic
[afhankelijk van het programma]
Garen op lage temperatuur
[a + b]
Om klassieke recepten te bakken of te braden.
Om soufflés te bereiden.
Bij de bereiding van oudere recepten stelt u voor een
optimaal gebruik van uw toestel de temperatuur bij voor keur 10 °C lager in dan de in het recept vermelde tem peratuur. De bereidingstijd hoeft niet te worden gewijzigd.
Selecteer deze bereidingsfunctie aan het einde van de
bereidingstijd, als de taart/cake, het gebak of het ge recht aan de bovenzijde bruiner moet worden.
Selecteer deze bereidingsfunctie aan het einde van de
bereidingstijd, als de taart/cake, het gebak of het ge recht aan de onderzijde bruiner moet worden.
– Het volledige verwarmingselement is ingeschakeld en
wordt roodgloeiend om de vereiste infraroodstraling te produceren.
– Voor het grillen van grotere hoeveelheden platte ge-
rechten (bijv. steaks).
– Voor het gratineren in grote vormen.
– Alleen het binnenste gedeelte van het verwarmingsele-
ment is ingeschakeld en wordt roodgloeiend om de ver­eiste infraroodstraling te produceren.
Voor het grillen van kleinere hoeveelheden platte ge rechten (bijv. steaks).
Voor het gratineren in kleine vormen.
Om dikke gerechten te grillen, bijv. rollades en kip.
De ingestelde temperatuur is lager dan bij "Grill groot"/ "Grill klein". Via de luchtstroom komt de warmte onmid dellijk bij de gerechten.
De lijst met beschikbare automatische programma's wordt opgeroepen.
Om vlees zachtjes te garen.
Bereidingsfuncties
-
-
-
-
-
-
25
Toestel in gebruik nemen
Basisinstellingen instellen
Zodra het toestel is aangesloten op het elektriciteitsnet, wordt het automatisch ingeschakeld.
Welkomstscherm
Eerst verschijnt een welkomstscherm. Vervolgens moet u enkele basisinstel lingen instellen, die voor de ingebruik neming van het toestel nodig zijn.
Volg de instructies op het display.
Taal instellen
Stel eerst uw taal in.
^ Blader met de sensortoets rechts van
de pijltjes wenste taal wordt weergegeven.
^ Raak de sensortoets aan links van de
taal. Uw keuze wordt met een vinkje L gemarkeerd.
^ Bevestig uw instelling met de sensor-
toets naast "OK".
Tijdformaat
Er wordt u gevraagd het tijdformaat in te stellen. In de fabriek werd de dagtijd met een 24-uurs-formaat ingesteld.
^
Raak de sensortoets aan links van het gewenste tijdformaat. Uw keuze wordt met een vinkje L gemarkeerd.
^
Bevestig met "OK".
% / ( in de lijst tot de ge-
-
-
Dagtijd instellen
Stel vervolgens de dagtijd in. De uren zijn geselecteerd.
Stel met de cijfer-sensortoetsen de
^
uren in, bevestig de instelling met "OK" en stel vervolgens ook de minu ten in.
Weergave van de dagtijd
Stel in of de dagtijd moet worden weer gegeven wanneer het toestel uitge schakeld is. Zie rubriek "Instellingen ­Dagtijd - Weergave".
ß Aan
De dagtijd wordt altijd weergegeven op het display.
ß 60 seconden aan
De dagtijd wordt na het uitschakelen nog 60 seconden weergegeven.
ß Geen weergave
Het display blijft donker.
^ Raak de sensortoets aan links van de
gewenste instelling.
Na bevestiging met "OK" verschijnt –
de melding dat uw toestel is voorbe reid op het Miele|home-systeem.
de melding dat de ingebruikneming succesvol is afgesloten.
Na bevestiging van de laatste melding met "OK" is het toestel klaar voor ge bruik.
Hebt u per vergissing een taal gese lecteerd die u niet begrijpt? Ga dan te werk zoals beschreven in de ru briek "Instellingen - Taal J".
-
-
-
-
-
-
-
26
Toestel reinigen en voor het eerst aanzetten
Verwijder
- eventuele stickers.
- eventuele beschermfolie van het front van het toestel.
Neem de aanwijzingen in de rubriek "Reiniging en onderhoud" in acht.
Voordat u de oven gebruikt, dient u
het toebehoren uit de ovenruimte te
halen en te reinigen.
– het toestel één keer leeg aan te zet-
ten, zodat onaangename geuren die bij het eerste gebruik kunnen ont­staan, sneller verdwijnen.
^ Voor u het toestel aanzet, dient u met
een vochtige doek eventueel stof en verpakkingsresten uit de ovenruimte te verwijderen.
Toestel in gebruik nemen
Zorg gedurende die tijd voor een goede ventilatie van de keuken. Zorg ervoor dat de geuren niet naar andere kamers trekken.
Het verwarmingsproces kan ook auto matisch worden uitgeschakeld. Raad pleeg hiertoe de rubriek "Automatische uitschakeling gebruiken".
Wacht na het uitschakelen tot het toe
^
stel weer afgekoeld is tot kamertem peratuur.
Reinig de ovenruimte daarna met
^
warm water waaraan u een zacht rei­nigingsmiddel hebt toegevoegd. Droog alles vervolgens af met een schone doek.
Sluit de deur pas als de ovenruimte weer droog is.
-
-
-
-
^ Raak de sensortoets K aan.
Het toestel wordt ingeschakeld en het hoofdmenu verschijnt op het display.
^
Raak de sensortoets naast "Hetelucht plus" aan.
De voorgeprogrammeerde temperatuur van 160 °C wordt verlicht weergege ven.
^
Stel de maximumtemperatuur (250 °C) in. Hiervoor kunt u de sen sortoets naast sensortoetsen gebruiken.
^
Raak de sensortoets naast "OK" aan.
^
Verwarm de lege oven gedurende minstens één uur.
+ of de cijfer-
-
-
27
Automatische programma's
Automatische programma's
Uw toestel beschikt over talrijke auto matische programma's, waarmee u telkens weer gemakkelijk optimale kookresultaten bereikt voor een waaier aan gerechten. Selecteer gewoon het programma dat past bij het gerecht dat u wilt be reiden en volg de instructies op het display.
De automatische programma's vindt u onder het menupunt "Automatic" van het hoofdmenu.
^ Schakel het toestel in met de sensor-
toets K.
^ Selecteer "Automatic".
Op het display verschijnt een lijst:
ß Taart/cake ß Gebak ß Brood ß Gemengd brood
ß
Broodjes
ß
Pizza
ß
Vlees
ß
Wild
ß
Gevogelte
ß
Vis
ß
Ovenschotels/gratins
ß
Diepvriesgerechten
ß
Opwarmen
(opwarmen van schotels)
ß
Dessert
ß
Garen op lage temperatuur
ß
Sabbat-programma
Selecteer het gewenste menupunt.
^
Er wordt een lijst met mogelijkheden
­weergegeven.
De afzonderlijke stappen tot de start van een automatisch programma wor den overzichtelijk weergegeven op het display.
­Afhankelijk van het programma worden
instructies weergegeven over
de braad- of bakvorm.
het inschuifniveau.
het gebruik van de spijzenthermome
ter.
– de benodigde hoeveelheid water bij
programma's met vochtregeling.
– de bereidingstijd.
Volg de instructies.
In het boekje "Gebruikstips" en in het receptenboekje "Profi" vindt u meer informatie over de automatische pro gramma's en een selectie recepten.
-
-
-
28
Eenvoudige handmatige bediening
U schakelt het toestel in, selecteert een bereidingsfunctie, stelt een tem peratuur in en schakelt het toestel uit na afloop van de bereiding.
Plaats het gerecht in de ovenruimte.
^
Schakel het toestel in met de sensor
^
toets K.
Het hoofdmenu verschijnt.
Selecteer de bereidingsfunctie.
^
Het submenu van de geselecteerde bereidingsfunctie wordt weergegeven en de voorgeprogrammeerde tempera­tuur wordt verlicht weergegeven.
^ Wijzig indien gewenst de weergege-
ven temperatuur.
De verwarming en de koelventilator worden ingeschakeld.
Op het display kunt u het verloop van de bereiding volgen.
-
Door "Wijzigen" te selecteren, ziet u op nieuw alle menupunten, die u tijdens het verloop van het programma kunt wijzigen (bijv. de temperatuur).
Schakel na afloop van de bereiding
^
het toestel uit met de sensortoets K en haal het gerecht uit de oven.
­De koelventilator blijft ingeschakeld, zo
dat er geen luchtvochtigheid kan neerslaan in de ovenruimte, op het be dieningspaneel of op de ombouwkast. De ventilator wordt sensorgestuurd uit geschakeld.
Deze fabrieksinstelling kunt u wijzigen. Zie rubriek "Instellingen - Naloop venti­lator".
-
-
-
-
Naast de bereidingsfunctie en de tem­peratuur wordt ook "Opwarmafase" of "Snelopwarmfase" weergegeven totdat de ingestelde temperatuur is bereikt.
Zodra de ingestelde temperatuur is be reikt weerklinkt een geluidssignaal, als deze functie actief is (zie de rubriek "In stellingen - Volume - Geluidssignalen").
Vervolgens verschijnt "Programma is actief".
-
-
29
Uitgebreide handmatige bediening
Temperatuur wijzigen
In plaats van te kiezen voor eenvou dige handmatige bediening kunt u opteren voor uitgebreide bediening. U kunt instellen wanneer het toestel moet worden uitgeschakeld. Bovendien kunt u de opwarmfase en de vochtigheid in de oven regelen.
Een bereidingsfunctie selecteren
Schakel het toestel in.
^
Selecteer de bereidingsfunctie.
^
Nadat een bereidingsfunctie hebt gese­lecteerd, verschijnen nieuwe menu­punten, die u voor uw bereiding kunt in­stellen of wijzigen:
ß Temperatuur
ß Kerntemp. - °C
(Kerntemperatuur. Dit menupunt ver­schijnt als de spijzenthermometer wordt gebruikt. Zie de rubriek "Spij­zenthermometer" in het boekje "Ge­bruikstips").
ß
Duur
ß
Starttijd
ß
Einde
ß
Opwarmfase (verschijnt alleen bij "Hetelucht plus", "Braadautomaat", "Boven­onderwarmte")
ß
Vochtigheid verminderen
ß
Functie wijzigen
­Zodra u een bereidingsfunctie hebt ge
selecteerd, verschijnt de voorgepro grammeerde temperatuur op het dis play. Tussen haakjes ziet u het bereik waarbinnen u de temperatuur kunt wij zigen.
In de fabriek zijn de volgende voorge programmeerde temperaturen inge steld:
Hetelucht plus...............160°C
Hetelucht ..................160°C
Braadautomaat* .............160°C
Profi.......................160°C
Intensief bakken .............170°C
Boven-onderwarmte ..........180°C
Bovenwarmte ...............190°C
Onderwarmte ...............190°C
Circulatiegrill................200°C
Grill klein...................240°C
Grill groot ..................240°C
Ontdooien...................25°C
* Aanbraadtemperatuur ca. 230 °C,
doorbraadtemperatuur 160 °C
Als de voorgeprogrammeerde tempera tuur overeenkomt met de gegevens in uw recept, bevestigt u ze met "OK".
Komt de voorgeprogrammeerde tem peratuur niet overeen met de tempera tuur uit uw recept, dan kunt u die wijzi gen voor deze bereiding.
U kunt de voorgeprogrammeerde tem peratuur permanent aan uw persoonlijke kookgewoonten aanpas sen. Zie daartoe de rubriek "Instellingen
- Voorgeprogrammeerde temperatu ren".
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
30
Uitgebreide handmatige bediening
Duur/starttijd/einde (automatische uitschakeling)
Als u de duur, de starttijd of het einde instelt, kunnen bereidingen automatisch worden uitgeschakeld of in- en uitge schakeld.
Duur
ß
Hier stelt u de tijd in die voor de be reiding van het gerecht vereist is. Zodra die tijd verstreken is, wordt de ovenverwarming automatisch uitge schakeld. De maximale duur die u kunt instel len, is 12 uur.
"Duur" kan niet worden ingesteld wanneer de spijzenthermometer wordt gebruikt. In dit geval is de duur van de bereiding afhankelijk van het tijdstip waarop de kerntemperatuur wordt bereikt.
ß Starttijd
Hiermee bepaalt u het tijdstip waar­op de bereiding moet starten. De ovenverwarming wordt op dat tijdstip automatisch ingeschakeld.
-
-
-
-
van het tijdstip waarop de kerntem peratuur wordt bereikt.
Automatische uitschakeling gebruiken
Om een bereiding automatisch te la ten uitschakelen selecteert u "Duur" of
"Einde" en stelt u de gewenste tijd in.
Voorbeeld: Het is 11.45 uur. Uw gerecht moet 30 minuten in de oven en u wilt dat het klaar is om 12.15 uur .
Selecteer "Duur" en stel 0:30 uur in of selecteer "Einde" en stel 12:15 in.
Na het verstrijken van deze duur of zo­dra het zo laat is is de bereiding ten einde.
-
-
"Starttijd" kan alleen in combinatie met "Duur" of "Einde" worden ge bruikt, tenzij de spijzenthermometer wordt gebruikt.
ß
Einde
Hiermee bepaalt u het tijdstip waar op de bereiding ten einde moet zijn. De ovenverwarming wordt op dat tijdstip automatisch uitgeschakeld.
"Einde" kan niet worden ingesteld wanneer de spijzenthermometer wordt gebruikt. In dit geval is het einde van de bereiding afhankelijk
-
-
31
Uitgebreide handmatige bediening
Automatische uitschakeling in combinatie met startuitstel gebruiken
Om een bereiding automatisch te la
-
ten in- en uitschakelen, kunt u op ver
schillende manier de tijden instellen:
"Duur" en "Einde"
"Starttijd" en "Duur"
"Starttijd" en "Einde"
Voorbeeld: Het is 11.30 uur. Uw gerecht moet 30 minuten in de oven en u wilt dat het klaar is om 12.30 uur.
Selecteer "Duur" en stel 0:30 uur in.
Selecteer vervolgens "Einde" en stel 12:30 uur in.
"Starttijd" wordt automatisch berekend. Op het display verschijnt "Start (om) 12:00".
Zodra het zo laat is, wordt de bereiding gestart.
Verloop van een bereiding met automatische uitschakeling
Na de start
kunt u de opwarmfase volgen op het
display totdat de ingestelde tempe ratuur is bereikt.
­Zodra deze temperatuur is bereikt,
weerklinkt een geluidssignaal, als deze functie actief is (zie de rubriek "Instellingen - Volume ­Geluidssignalen").
Na de opwarmfase
wordt de resterende "Resttijd" weer
gegeven. kunt u het verloop van de bereiding
volgen.
Kort voor het einde
– wordt de ovenverwarming uitgescha-
keld.
– wordt tot het einde de resterende
warmte gebruikt. De warmte in de oven is dan voldoende om de berei­ding af te ronden.
– wordt "Energiebesparende fase"
weergegeven.
– blijven de koelventilator en, afhanke-
lijk van de bereidingsfunctie, ook de heteluchtventilator ingeschakeld.
-
-
Tot de start
worden de bereidingsfunctie en de ingestelde temperatuur weergege ven.
wordt "Start (om)" in combinatie met de starttijd weergegeven.
32
Wanneer de bereiding ten einde is
wordt afhankelijk van de
-
bereidingsfunctie de heteluchtventi lator uitgeschakeld.
wordt "Programma afgerond" weer gegeven, alsook het symbool O
weerklinkt een geluidssignaal, als deze functie actief is (zie de rubriek "Instellingen - Volume ­Geluidssignalen").
-
-
.
Uitgebreide handmatige bediening
Na het einde
blijft de koelventilator ingeschakeld,
zodat er geen luchtvochtigheid kan neerslaan in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of op de inbouw
­kast. De ventilator wordt sensorgestuurd uitgeschakeld. Deze fabrieksinstel
­ling kunt u wijzigen. Meer informatie hierover vindt u in de rubriek "Instel lingen - Naloop ventilator". wordt de oven (om energie te bespa
ren) na een bepaalde tijd automa
­tisch uitgeschakeld als u de oven niet verder bedient. Deze tijd is afhankelijk van de geselecteerde instellingen (bereidingsfunctie, temperatuur en duur).
Ingestelde bereidingstijden wijzigen of wissen
Door "Wijzigen" te selecteren, ziet u op­nieuw alle menupunten die u kunt wijzi­gen.
^
Selecteer het gewenste punt en wij
-
zig het.
Opwarmfase wijzigen
Bij "Hetelucht plus", "Braadautomaat" en "Boven-onderwarmte" wordt het menu punt "Opwarmfase" weergegeven als instelbare functie.
Snel
ß
(fabrieksinstelling) Het verwarmingselement voor boven
-
warmte/de grill, het ringverwarmingselement en de venti lator worden gelijktijdig ingescha
­keld, zodat het toestel zo snel moge lijk de gewenste temperatuur bereikt. Het symbool
R verschijnt.
ß Normaal
Alleen de verwarmingselementen die bij de bereidingsfunctie horen, wor­den ingeschakeld. Zie rubriek "Bereidingsfuncties". Het symbool
3 verschijnt.
De snelopwarmfase moet bij sommi­ge soorten gebak (biscuit, klein ge­bak, pizza) worden uitgeschakeld, omdat het gebak anders bovenaan te snel bruin wordt.
-
-
-
-
-
Ingestelde tijden wist u met de sensor
-
toets U.
In geval van een stroomonderbreking worden alle ingestelde waarden gewist.
Snelopwarming uitschakelen
voor één bereiding: selecteer het menupunt "Opwarmfa se" en selecteer "Normaal".
De snelopwarming wordt ook uitge schakeld wanneer u een temperatuur van minder dan 100 °C instelt.
voor alle bereidingen: zie de rubriek "Instellingen - Op warmfase".
-
-
-
33
Uitgebreide handmatige bediening
Ovenruimte voorverwarmen
De meeste gerechten kunt u direct in de koude ovenruimte plaatsen om zo ook de warmte tijdens de opwarmfase te gebruiken.
Slechts in enkele gevallen dient u de ovenruimte voor te verwarmen.
Bij "Hetelucht plus" om
donker brooddeeg te bakken,
rosbief en filets te braden.
Bij "Boven-onderwarmte" om
taart en gebak met een korte baktijd
(tot ca. 30 minuten) te bakken, – delicaat deeg (biscuit) te bakken, – donker brooddeeg te bakken, – rosbief en filets te braden.
Schakel bij pizza en delicaat deeg zoals biscuit of klein gebak de snelopwarmfase uit tijdens het voor­verwarmen. Dergelijk voedsel zou anders bovenaan te snel bruin wor­den.
Ga als volgt te werk om voor te verwar men:
Selecteer een bereidingsfunctie en
^
stel een temperatuur in.
Wacht totdat de opwarmfase achter
^
de rug is. Zodra de ingestelde temperatuur is bereikt weerklinkt een geluidssignaal, als deze functie actief is (zie de ru briek "Instellingen - Volume ­Geluidssignalen").
Plaats vervolgens het gerecht in de
^
ovenruimte.
-
-
34
Uitgebreide handmatige bediening
Vochtigheid verminderen
Deze functie is interessant om vochtige gerechten te bereiden die knapperig moeten zijn aan de buitenkant (bijv. diepvriesfrieten of -kroketten, of ge braad met een korst).
Ook voor taarten met vochtig beleg (bijv. pruimen- of appeltaarten) is deze functie geschikt.
De functie "Vochtigheid vermin deren" kan bij elke bereidingsfunctie worden gebruikt.
De functie "Vochtigheid vermin­deren" moet voor elke bereiding af­zonderlijk worden geactiveerd. De functie werkt het best als u ze aan het begin van een bereiding ac­tiveert.
^ Plaats het gerecht in de ovenruimte.
^ Schakel het toestel in met de sensor-
toets K.
-
-
Functie wijzigen
Met het menupunt "Functie wijzigen" kunt u de geselecteerde bereidingsfunctie wijzigen.
De ingestelde tijden blijven behouden.
^
Selecteer een bereidingsfunctie en stel een temperatuur in.
^
Raak de sensortoets "OK" aan.
De lijst wordt weergegeven.
^
Selecteer het punt "Vochtigheid ver minderen" en bevestig "Aan".
-
35
Eigen programma's
U kunt maximaal 25 vaak gebruikte re cepten onder een eigen programma naam opslaan en via "Eigen program ma's" weer oproepen.
Gebruik daarvoor
na afloop van een automatisch pro
gramma het menupunt "Opslaan als" en geef een programmanaam op.
het menu "Eigen programma's".
U kunt tot 4 bereidingsstappen com bineren en onder een eigen pro grammanaam opslaan.
-
Menu "Eigen programma's"
-
­Als al eigen programma's zijn opgesla
­gen, wordt de volgende lijst weergege
ven:
Kiezen
ß
-
Hiermee selecteert u uw eigen pro gramma en geeft u op of het meteen of later moet starten.
Samenstellen
ß
Hiermee stelt u eigen programma's samen.
-
Wijzigen
ß
Hiermee kunt u bestaande program ma's weergeven en wijzigen.
ß Wissen
Hiermee kunt u een bestaand pro­gramma wissen. U kunt ook alle eigen programma's tegelijk wissen. Zie rubriek "Instel­lingen - Fabrieksinstellingen - Eigen programma's".
ß Naar het hoofdmenu
U kunt tot 3 eigen programma's aan het hoofdmenu toevoegen. U kunt dit ongedaan maken. Zie ru briek "Instellingen - Fabrieksinstel lingen - Hoofdmenu".
-
-
-
-
-
-
36
Eigen programma's
Eigen programma's samen
-
stellen
Als er al eigen programma's zijn op geslagen, moet u eerst het menupunt "Samenstellen" selecteren om de bereidingsstappen te kunnen instel len. Vervolgens volgt u de onderstaande aanwijzingen.
Selecteer het menu "Eigen program
^
ma's".
Selecteer en bevestig de gewenste
^
bereidingsfunctie.
^ Wijzig indien nodig de voorgepro-
grammeerde temperatuur.
^ Stel een duur in, of bij gebruik van de
spijzenthermometer een kerntempe­ratuur, en bevestig uw instelling.
^ Kijk na wat u hebt ingesteld en be-
vestig dan met "Verder".
^ U kunt extra bereidingsstappen toe-
voegen. Bijvoorbeeld, wanneer er na de eerste bereidingsfunctie nog een tweede moet worden gebruikt. U gaat dan te werk zoals hierboven beschreven.
-
-
-
Na de bevestiging met "Verder" kunt u de voorgeprogrammeerde programma namen selecteren of een eigen pro grammanaam opgeven. Ga hiertoe als volgt te werk:
Selecteer de cijfers en letters door de
^
sensortoetsen naast de pijltjes aan te raken.
Zodra het gewenste teken geselec
^
teerd is, bevestigt u met "Teken kie zen". Het teken verschijnt dan op de bovenste regel na "Naam".
Selecteer vervolgens de andere te
^
kens.
Met "Teken wissen" kunt u fouten corri­geren.
Met "Spatie" voert u spaties in.
^ Bevestig de programmanaam met
"OK".
-
) *
-
-
-
Eigen programma's oproepen
^
Kies in het hoofdmenu het menupunt "Eigen programma's - Kiezen".
-
^
Daarna kunt u het gewenste inschuifni veau bepalen.
-
37
Profi
Met de functie "Profi" worden gerechten bereid met vochtregeling. Hiertoe be schikt uw toestel over een verdam pingssysteem.
-
-
In het boekje "Profi" vindt u voorbeeldrecepten en meer informa tie.
-
Bij "Profi" zuigt het verdampingssys teem water op via een vulbuisje. Dit buisje bevindt zich linksonder van het bedieningspaneel. Het water wordt tijdens de bereiding als stoom in de ovenruimte verspreid. De openingen voor de stoomtoevoer bevinden zich in de linkerbovenhoek achteraan.
Gebruik alleen water voor berei-
,
dingen met vochtregeling! Als u andere vloeistoffen gebruikt, zal het toestel beschadigd raken.
Bij het bakken, braden of garen met "Profi" garanderen de optimale stoom­toevoer en luchtcirculatie een gelijkma­tige gaarheid en bruining. Resultaat? Heerlijk ruikend, luchtig brood met een glanzende, knapperige korst; broodjes en croissants alsof ze van de bakker komen; mals en sappig vlees met een mooi bruin korstje; per fect bereide ovenschotels; overheerlijke soufflés en nog veel meer.
-
-
Bereiden met vochtregeling is niet ge schikt voor deegsoorten die zeer veel vocht bevatten (bijv. meringue en soe zendeeg). In deze gevallen moet tijdens het bakken een droogfase wor den ingelast.
Om gerechten te bereiden met vochtregeling kunt u automatische pro gramma's gebruiken of de speciaal daarvoor ontwikkelde bereidingsfunctie "Profi".
Voordat u een automatisch pro-
,
gramma met vochtregeling of de bereidingsfunctie "Profi" voor het eerst gebruikt, moet u het verdam­pingssysteem laten doorspoelen. Laat het lege toestel hiertoe 1 keer gedurende ca. 30 minuten werken met de volgende instellingen: "Profi ­160 °C - Automatische stoomstoot".
-
-
-
-
38
Profi
Automatische programma's
Bij de automatische programma's met vochtregeling worden de optimale tem peratuurinstellingen en klimaatomstandigheden automatisch in gesteld, alsook de optimale duur.
Aan het begin van de bereiding wordt u gevraagd een bepaalde hoeveelheid water klaar te zetten en die te laten op zuigen. De gevraagde hoeveelheid water is ho ger dan de hoeveelheid die daadwer kelijk nodig is. Hierdoor blijft er wat wa ter in de recipiënt over. Het aantal stoomstoten en het tijdstip ervan worden geregeld door het pro­gramma.
-
's Nachts bakken
Enkele automatische programma's voor brood en broodjes bieden u bovendien
­ook de mogelijkheid om het toestel 's nachts te laten werken, zodat het brood
­of de broodjes 's ochtends klaar zijn voor het ontbijt.
Dit kunt u direct na het selecteren van het programma instellen via het menu
­punt "Einde".
­Als u "Einde" selecteert, wordt afhanke
lijk van het programma het eindtijdstip
­weergegeven. Om dit te berekenen
wordt 5 of 6 uur opgeteld bij de berei­dingstijd. U kunt het eindtijdstip ver­schuiven naar het door u gewenste tijd­stip.
Volg vervolgens de instructies op het display.
-
-
39
Profi
Bereidingsfunctie "Profi"
Voor de bereidingsfunctie "Profi" moet u de temperatuur (minstens 130 °C) en het aantal stoomstoten instellen.
Daarnaast kan de bereidingstijd wor­den geprogrammeerd of kan de spij­zenthermometer worden gebruikt.
Aantal stoomstoten en tijdstip van de stoomstoten
Het aantal stoomstoten en het tijdstip ervan is afhankelijk van het voedings­middel:
Gistdeeg zal beter rijzen met
stoomstoten aan het begin van de bereiding.
Brood en broodjes rijzen beter met
toevoeging van vocht aan het begin van de bereiding. De korst krijgt een mooie glans als er op het einde van de bereiding nog een stoomstoot is.
– Bij het braden van vetrijk vlees
zorgt de toevoeging van vocht ervoor dat het vet beter uitbraadt. Het vocht wordt toegevoegd aan het begin van de bereiding.
Gebruik de voorbeeldrecepten in het boekje "Profi" als houvast.
Als u de bereidingsfunctie "Profi" selec­teert, moet u het aantal stoomstoten in­stellen. U hebt de keuze uit:
ß Automatisch
Hier moet een bepaalde hoeveelheid water voor één stoomstoot worden klaargezet. Het toestel activeert de stoomstoot automatisch na de op­warmfase. De stoomstoot duurt ongeveer 5 minuten.
ß 1 stoomstoot ß 2 stoomstoten ß 3 stoomstoten
Ook hier moet afhankelijk van het aantal stoomstoten een bepaalde hoeveelheid water worden klaargezet. De stoomstoten kunnen ten vroegste na de opwarmfase worden geacti­veerd. Een stoomstoot duurt ongeveer 5 minuten. Het is aangewezen de kookwekker te gebruiken om u eraan te herinneren de stoomstoten op het gewenste tijd­stip te activeren.
Het is normaal dat tijdens een stoomstoot vocht neerslaat op de binnenste glasplaat van de deur. Deze neerslag verdampt tijdens de bereiding.
40
Profi
Bereidingsfunctie "Profi" gebruiken
Bereid het voedsel voor en plaats het
^
in de oven.
Selecteer de bereidingsfunctie "Profi".
^
Kies de temperatuur.
^
Selecteer voor de stoomtoevoer "Au
^
tomatisch" of stel het aantal stoomstoten handmatig in.
Zet de gevraagde hoeveelheid water
^
klaar. Automatisch/ 1 stoomstoot: ca. 100 ml 2 stoomstoten: ca. 150 ml 3 stoomstoten: ca. 250 ml
^ Klap het vulbuisje linksonder van het
bedieningspaneel uit.
De benodigde hoeveelheid water wordt opgezogen. Via de balk met seg menten kunt u de voortgang van het proces volgen.
De gevraagde hoeveelheid water is ho ger dan de hoeveelheid die daadwer kelijk nodig is. Hierdoor blijft er wat wa
­ter in de recipiënt over.
Wanneer u de deur sluit, maakt de pomp nogmaals even lawaai.
Automatische stoomstoot
Na de opwarmfase wordt de
^
stoomstoot automatisch geactiveerd en verdampt het water in de oven­ruimte.
Na de stoomtoevoer laat u het voedsel gaar worden.
– Handmatig geactiveerde
stoomstoten
Na de opwarmfase kunnen stoomstoten worden geactiveerd volgens de tijden die in het recept vermeld staan. Gebruik de kookwekker N om u eraan te herinneren.
-
-
-
-
^
Hou de recipiënt met de gevraagde hoeveelheid water onder het vulbuisje en start het opzuigproces via "OK".
Hiertoe moet u op het gewenste tijdstip
^
het menupunt "Stoomstoot activeren" selecteren.
Het water verdampt in de ovenruimte.
Wilt u meer stoomstoten, ga dan op de zelfde manier te werk.
Na de stoomtoevoer laat u het voedsel gaar worden.
-
41
Profi
Resterend water automatisch laten verdampen
Bevindt zich op het einde van een be reiding of bij het afbreken ervan nog water in het verdampingssysteem, dan wordt u gevraagd dit resterende water te laten verdampen.
Deze instructie verschijnt
wanneer u het toestel inschakelt,
wanneer u de bereidingsfunctie
"Profi" selecteert. wanneer u een automatisch pro
gramma met vochtregeling selec teert.
U hebt telkens de keuze uit "Afbreken" (om de verdamping af te breken) en "OK" (om de verdamping te starten).
We raden aan de verdamping van het resterende water meteen te starten, zodat bij de volgende berei­ding uitsluitend vers water wordt ge­bruikt voor de stoomtoevoer.
-
-
Verloop van de verdamping van het resterende water
Bij de verdamping van het resterende
­water wordt het toestel verwarmd tot
ca. 150 °C en wordt het resterende wa ter in de ovenruimte verdampt. De duur van de verdamping van het resterende water kan tot 30 minuten du ren.
Tijdens de verdamping van het res terende water slaat vochtigheid neer in de ovenruimte en op de deur. Verwijder deze vochtigheid nadat de ovenruimte is afgekoeld.
Verdamping van het resterende water meteen starten
^ Bevestig de instructie "Resterend wa-
ter verdampen" met "OK".
De verdamping van het resterende wa­ter start onmiddellijk. Op het display wordt de resttijd bij be nadering weergegeven.
-
-
-
-
42
Profi
Verdamping van het resterende water afbreken
Wanneer u het toestel inschakelt
wordt u op het display gevraagd het resterende water te laten verdampen.
Raak de sensortoets naast "Afbreken"
^
aan.
U kunt nu alle bereidingsfuncties (be halve "Profi") en alle automatische pro gramma's zonder vochtregeling meteen gebruiken.
Als u toch de bereidingsfunctie "Profi" of een automatisch program­ma met vochtregeling selecteert,
wordt u opnieuw op het display ge­vraagd het resterende water te laten verdampen.
^ Als u de verdamping van het reste-
rende water niet wilt uitvoeren, raakt u de sensortoets "Afbreken" minstens 3 seconden aan.
-
-
Ontkalken
Afhankelijk van het aantal bereidingen met vochtregeling en de opgezogen hoeveelheid water moet het toestel vroeger of later worden ontkalkt. U wordt hieraan herinnerd op het display.
Het verdampingssysteem moet afhan kelijk van de waterhardheid regelmatig worden ontkalkt.
U kunt het ontkalkingsprogramma op elk moment starten via het punt "Ont kalken" in het hoofdmenu.
Als u het ontkalkingsprogramma niet uitvoert wanneer u hierom wordt ge­vraagd, kunt u alleen de bereidingsfuncties en automatische programma's zonder vochtregeling ge­bruiken.
Meer informatie over het ontkalkings­programma vindt u in de rubriek "Reini­ging en onderhoud".
-
-
^
Vervolgens kunt u een bereiding starten.
,
We raden aan de instructie voor de verdamping van het resterende water niet te vaak af te breken, om dat het verdampingssysteem in het slechtste geval kan overlopen in de ovenruimte wanneer er opnieuw wa ter wordt opgezogen.
-
-
43
Kookwekker (eierwekker) N
De kookwekker kunt u onder andere gebruiken als u iets buiten de oven be reidt, bijvoorbeeld als u eieren kookt.
U kunt een kookwekkertijd van maxi maal 9 uur, 59 minuten en 59 seconden instellen.
Als u tijden voor een bereiding hebt in gesteld, kunt u nog steeds een kook wekkertijd instellen, bijv. om u eraan te herinneren dat u na een deel van de bereidingstijd kruiden moet toevoegen of het gerecht moet overgieten.
Tip voor de bereidingsfunctie "Pro fi d": Gebruik de kookwekker om u eraan te herinneren wanneer u handmatig de stoomstoten moet activeren.
-
-
-
Kookwekkertijd instellen
^ Raak de sensortoets N aan.
Op het display verschijnt "0 : 00 : 00".
^ Ga als volgt te werk als u de kook-
wekkertijd met de cijfer­sensortoetsen wilt instellen: Stel eerst de uren in, vervolgens de minuten en ten slotte de seconden. (Om bijv. 6 minuten 20 seconden in te stellen, voert u het volgende in: 0 06 20).
Na afloop van de kookwekkertijd
-
-
knippert het symbool N.
weerklinkt een geluidssignaal, als
deze functie actief is (zie de rubriek "Instellingen - Volume ­Geluidssignalen").
verspringt de tijd naar boven.
Raak om af te sluiten de sensortoets
^
N aan.
Kookwekkertijd wijzigen
Raak de sensortoets N aan.
^
^ Zet de kookwekkertijd met de sensor-
toets U op "0 : 00 : 00" en stel een nieuwe kookwekkertijd in.
^ Bevestig uw invoer met de sensor-
toets "OK".
Kookwekkertijd wissen
^
Raak de sensortoets N 2 keer aan.
^
Bevestig uw invoer met de sensor toets "OK".
Als u de sensortoets moet u elk blok met de sensortoets "OK" bevestigen.
U kunt de aflopende kookwekkertijd volgen op het display.
44
+ of - gebruikt,
-
Instellingen
In de fabriek zijn bepaalde instellingen van uw toestel vooraf geprogram meerd.
Ga als volgt te werk om deze te wijzi gen:
Selecteer "Instellingen J".
^
De lijst wordt weergegeven.
Taal J
ß
Dagtijd
ß
Verlichting
ß
Hoofdmenu
ß
ß Katalysator
ß Naloop ventilator
ß Opwarmfase
ß Pyrolyse
ß Starten
ß Voorgeprogrammeerde temperatu-
ren
-
-
De momenteel ingestelde instellingen worden aangeduid met "L" en weerge geven zonder "
Instellingen kunnen alleen worden gewijzigd als er geen bereidingspro ces bezig is.
!"!
Taal J
U kunt uw eigen taal instellen voor het display.
Na het instellen en bevestigen ver schijnt op het display onmiddellijk de gewenste taal.
Hebt u per vergissing een taal geko­zen die u niet begrijpt? Zoek dan het symbool J om weer naar het subme­nu "Taal J" te gaan.
-
-
-
ß
Display
ß
Volume
ß
Veiligheid
ß
Eenheden
ß
Handelaar
ß
Fabrieksinstellingen
^
Selecteer de instelling die u wilt wijzi gen.
Als u na het selecteren van een in stelling geen keuze maakt binnen korte tijd, wordt de lijst "Instellingen" weer weergegeven.
-
-
45
Instellingen
Dagtijd
U hebt de keuze uit:
Weergave
ß
Tijdformaat
ß
Instellen
ß
Na een stroomonderbreking ver schijnt opnieuw de actuele dagtijd. Het toestel bewaart deze informatie gedurende ca. 200 uur. Daarna wordt, zoals bij de eerste ingebruik neming, "12:00" weergegeven.
Weergave
U kunt instellen of de dagtijd moet wor­den weergegeven wanneer het toestel uitgeschakeld is:
ß Aan
De dagtijd wordt altijd weergegeven.
ß 60 seconden aan
De dagtijd wordt slechts 60 secon­den weergegeven wanneer u het toestel in- en uitschakelt.
ß
Geen weergave De dagtijd wordt alleen weergege ven wanneer u het toestel inschakelt.
Tijdformaat
-
-
-
Instellen
U kunt de dagtijd met de cijfer­sensortoetsen of de sensortoetsen
- instellen:
Stel eerst de uren in en bevestig deze met "OK". Stel vervolgens de minuten in.
+ en
Verlichting
Aan
ß
De ovenruimte blijft tijdens de hele bereiding verlicht.
ß 15 seconden aan
(fabrieksinstelling) De ovenverlichting wordt tijdens een bereiding na 15 seconden uitge­schakeld. Als u een verlichte sensortoets naast het display aanraakt, schakelt u de verlichting weer voor 15 seconden in. Bij automatische programma's raakt u 2 keer de sensortoets N aan, aan gezien in dit geval geen verlichte sensortoetsen naast het display wor den weergegeven.
-
-
U kunt het tijdformaat van de dagtijd selecteren:
ß
12 uur: weergave in het 12-uurs­formaat
ß
24 uur: weergave in het 24-uurs­formaat (fabrieksinstelling)
46
Instellingen
Hoofdmenu
U kunt de volgorde van de menupunten in het hoofdmenu wijzigen: u kunt tot 3 menupunten (behalve het menupunt "Instellingen") vooraan in het hoofdme nu plaatsen.
Als u dit menupunt selecteert, wordt achtereenvolgens gevraagd welke functies u op de posities 1, 2 en 3 wilt.
Voor elke positie kunt u kiezen uit de bereidingsfuncties en de menupunten "Automatic" en "Eigen programma's". Maak uw keuze en bevestig deze. Ver volgens wordt overgeschakeld naar de volgende positie.
Er wordt opnieuw een lijst met instel­lingen weergegeven.
Als u al eigen programma's hebt vast­gelegd vooraan in het hoofdmenu (zie rubriek "Eigen programma's - Naar het hoofdmenu"), worden de nu geselecteerde menupunten eraan toe­gevoegd.
-
Katalysator
Aan
ß
(fabrieksinstelling) De katalysator is altijd ingeschakeld.
Een keer uit
ß
De katalysator is uitgeschakeld tijdens de volgende bereiding.
-
47
Instellingen
Naloop ventilator
Na een bereiding blijft de koelventilator ingeschakeld, zodat er geen luchtvoch tigheid kan neerslaan in de ovenruimte, op het bedieningspaneel of op de in bouwkast.
Sensorgestuurd
ß
(fabrieksinstelling) De koelventilator wordt uitgescha keld door de automatische sensor.
Temperatuurgestuurd
ß
De koelventilator wordt uitgescha keld wanneer de oventemperatuur lager is dan ca. 70 °C.
ß Tijdgestuurd
De koelventilator wordt uitgescha­keld na ca. 25 minuten.
In de ovenruimte mogen geen ge­rechten worden warmgehouden wanneer de ventilator tijdgestuurd wordt uitgeschakeld. De luchtvochtigheid zou stijgen, waardoor het bedieningspaneel zou beslaan, er druppels zouden wor den gevormd onder het werkblad en het front zou beslaan.
Door condenswater kan
- de ombouwkast/het werk-
blad beschadigd raken.
- er corrosie in het toestel
ontstaan.
-
-
-
-
Pyrolyse
Met advies
ß
Er wordt advies weergegeven voor
­het uitvoeren van een pyrolysereini ging.
Zonder advies
ß
(fabrieksinstelling) Er wordt geen advies weergegeven voor het uitvoeren van een pyrolyse reiniging.
Opwarmfase
De opwarmfase van de bereidingsfuncties "Hetelucht plus", "Boven-onderwarmte" en "Braadauto­maat" kan altijd worden gewijzigd.
ß Snel
(fabrieksinstelling) Alle verwarmingselementen worden ingeschakeld. Zo wordt zo snel mo­gelijk de gewenste temperatuur be­reikt. Op het display wordt weergegeven in combinatie met "Snelopwarmfase" of "Snelaanbraadfase".
ß
Normaal Alleen de verwarmingselementen van de geselecteerde bereidingsfunctie worden ingescha keld. Op het display wordt weergegeven in combinatie met "Opwarmfase" of "Aanbraadfase".
-
-
-
48
Instellingen
Starten
Automatisch
ß
(fabrieksinstelling) Een bereiding wordt ca. 20 secon den na uw laatste invoer/instelling "automatisch" gestart.
Handmatig
ß
Als u kiest voor "Handmatig", ver schijnt bij elke bereiding "Starten" en dient u de start te bevestigen.
-
-
Voorgeprogrammeerde temperaturen
Het is zinvol de voorgeprogrammeerde temperaturen te wijzigen als u vaak met afwijkende temperaturen werkt.
Bereidingsfuncties waarvoor de voor­geprogrammeerde temperaturen kun­nen worden gewijzigd:
ß Ontdooien ß Braadautomaat ß Grill groot ß Grill klein
ß
Hetelucht
ß
Hetelucht plus
ß
Intensief bakken
ß
Profi
ß
Boven-onderwarmte
ß
Bovenwarmte
ß
Circulatiegrill
ß
Onderwarmte
Display
Contrast
Het contrast wordt via een balk met 7 segmenten weergegeven.
P P P P G G GM
Fabrieksinstelling: 4 gevulde seg menten.
Raak "Minder" of "Hoger" aan als u het contrast wilt wijzigen.
Lichtsterkte
De lichtsterkte wordt via een balk met 7 segmenten weergegeven.
P P P P P P GM
Fabrieksinstelling: 6 gevulde seg­menten.
Raak "Donker" of "Licht" aan als u de lichtsterkte wilt wijzigen.
-
De momenteel ingestelde voorgepro grammeerde temperaturen worden weergegeven.
Als u een bereidingsfunctie selecteert, wordt de voorgeprogrammeerde tempe ratuur verlicht weergegeven. Tegelijkertijd wordt het bereik weerge geven waarbinnen u deze kunt wijzigen.
-
-
-
49
Instellingen
Volume
Geluidssignalen
Het volume wordt via een balk met 7 segmenten weergegeven.
P P P G G G GM
Fabrieksinstelling: 3 gevulde seg menten.
Raak "Zachter" of "Harder" aan als u het volume wilt wijzigen.
Als alle segmenten zijn gevuld, is het maximumvolume ingesteld. Als er geen segment is gevuld, is het geluidssignaal uitgeschakeld.
Frequentie
De frequentie van de geluidssignalen kan worden gewijzigd. Afhankelijk van de inbouwsituatie kunt u zo ervoor zor­gen dat de geluidssignalen beter hoor­baar zijn.
-
Toetsgeluid
Het volume van het toetsgeluid, dat bij het aanraken van een sensortoets weerklinkt, wordt via een balk met 7 segmenten weergegeven.
P P P G G G GM
Fabrieksinstellingen: 3 gevulde seg menten.
Raak "Zachter" of "Harder" aan als u het volume wilt wijzigen.
Als alle segmenten zijn gevuld, is het maximumvolume ingesteld. Als er geen segment is gevuld, is het geluid uitgeschakeld.
-
De frequentie wordt via een balk met 15 segmenten weergegeven. Elk seg ment staat voor een andere frequentie.
P G G G G G G G G G G G G G GM
Raak de sensortoets naast "-"of"+" aan als u de frequentie wilt wijzigen.
Als alleen het segment helemaal links is gevuld (fabrieksinstelling), weerklinkt na een bepaalde tijd 4 keer een kort signaal. Dit wordt om de ca. 15 secon den herhaald.
Als er meer dan één segment is gevuld, weerklinkt na een bepaalde tijd een lang signaal volgens de ingestelde fre quentie. Dit wordt gedurende ca. 8 minuten herhaald.
50
-
-
-
Veiligheid
Blokkering 0
Instellingen
De kookwekkerfunctie blijft beschik baar.
-
Met de blokkering voorkomt u dat er per ongeluk functies worden geacti veerd.
U kunt de blokkering pas gebruiken na dat u ze hebt geactiveerd door "Toelaten" te selecteren.
Toelaten
ß
De blokkering wordt geactiveerd. Het symbool op het display, zodra het toestel wordt uitgeschakeld. U kunt nu de blokkering gebruiken.
ß Niet toelaten
(fabrieksinstelling) De blokkering is gedeactiveerd.
Blokkering in- en uitschakelen
^ Raak de sensortoets aan naast het
symbool
U kunt kiezen uit:
ß
Aan Het toestel wordt vergrendeld en de bediening is geblokkeerd. Op het display wordt ven.
1 wordt weergegeven
1.
0 weergege
-
De blokkering blijft ook na een stroomstoring actief.
-
Vergrendeling in gebruik (of een gelijkaardige functie)
(afhankelijk van het model)
De vergrendelingsfunctie voorkomt dat een bereiding per ongeluk wordt uitge schakeld of gewijzigd. Wanneer de vergrendelingsfunctie ac­tief is, vergrendelt het toestel enkele se­conden na het starten van een berei­ding.
^ Selecteer "Aan" om de vergrendeling
te activeren.
ß Aan
Als een bereiding bezig is, moet u een sensortoets minstens 5 secon den aanraken voordat deze reageert.
ß
Uit (fabrieksinstelling)
-
De sensortoetsen reageren onmid dellijk wanneer u deze aanraakt.
-
-
-
ß
Uit Het toestel wordt ontgrendeld en be diening is mogelijk. Op het display wordt ven.
1 weergege
-
-
51
Instellingen
Eenheden
Temperatuur
°C
ß
(fabrieksinstelling)
°F
ß
Handelaar
Uit
ß
(fabrieksinstelling)
Demo-functie
ß ß Demo instelling ß Demo-mode
Met deze menupunten kan de han­delaar het toestel zonder verwarming presenteren.
Voor privégebruik is deze instelling overbodig.
Als u per vergissing een van de menu­punten hebt ingeschakeld, kunt u het als volgt weer uitschakelen:
Fabrieksinstellingen
Alle instellingen
ß
Alle gewijzigde toestelinstellingen worden weer op de fabrieksinstel lingen ingesteld.
Eigen programma's
ß
Enkel alle eigen programma's wor den gewist.
Hoofdmenu
ß
Enkel het hoofdmenu wordt terugge zet op de fabrieksinstellingen.
Voorgeprogrammeerde temperatu
ß
ren
Enkel de gewijzigde voorgeprogram­meerde temperaturen worden terug­gezet op de fabrieksinstellingen.
-
-
-
-
Demo-functie Selecteer het menupunt "Uit" en volg de instructies op het display.
Demo instelling
Demo-mode Raak een sensortoets naast het dis play aan en volg de instructies op het display.
52
-
Gegevens voor testinstellingen
Controlegerechten volgens EN 60350
-
2)
2) 3)
2)
2)
2) 3)
2)
2)
2)
2)
2) 4)
Berei dingstijd in min.
30-50 Nee
30-50 Nee
15-33 Ja
28-40 Nee
28-40 Nee
23-35 Ja
25-35 Nee
20-30 Ja
80-100 Nee
75-90 Nee
10-15 Andere kant: 10-16
Gerecht Bakplaat,
Zandkoekjes (8.4.1)
Kleine cakes (8.4.2)
Biscuittaart (8.5.1)
Afgedekte appeltaart (8.5.2)
Toast brui­neren (9.1)
Grillen van steaks (9.2)
1) Haal de bakplaat uit de oven zodra het gerecht voldoende bruin is, ook als de baktijd nog niet verstreken is.
2) Gebruik tijdens de opwarmfase geen snelopwarming; zie rubriek "Instellingen - Opwarmfase - Normaal".
3) Schakel de katalysator uit; zie rubriek "Instellingen - Katalysator - Een keer uit".
4) Schakel na het selecteren van de bereidingsfunctie en het instellen van de temperatuur de functie "Vochtigheid verminderen" in.
vorm
1 bakplaat Hetelucht plus 2 140
2 bakplaten
1 bakplaat Boven-onder-
1 bakplaat Hetelucht plus 2 150
2 bakplaten Hetelucht plus 1, 3 150
1 bakplaat Boven-onder-
Springvorm C 26 cm
Springvorm C 26 cm
Springvorm C 26 cm
Springvorm C 26 cm
Rooster Grill 3 275 5-8 Nee
Rooster op uni­versele plaat
Bereidings­functie
1)
Hetelucht plus 1, 3 140
warmte
warmte
Hetelucht plus 2 170
Boven-onder­warmte
Hetelucht plus 2 170
Boven-onder­warmte
Grill 4 275 Ene kant:
Inschuif niveau (van on deren af)
Tempe
­ratuur in °C
-
2 160
3 160
3 180
2 180
-
Toestel voorver warmen
Ja, 5 minu­ten
-
Energie-efficiëntieklasse volgens EN 50304
Voor de toestellen werd overeenkomstig EN 50304 de energie-efficiëntieklasse A vastgesteld. De meetgegevens hebben betrekking op de bereidingsfunctie "Hetelucht plus U" zonder ingebouwde uitschuifbare FlexiClip-rails. De katalysator moet uitgeschakeld zijn tijdens de test; zie rubriek "Instellingen - Katalysator - Een keer uit".
53
Reiniging en onderhoud
Gebruik in geen geval een
,
stoomreiniger om het toestel te reini gen. De stoom kan op stroomvoerende onderdelen terechtkomen en een kortsluiting veroorzaken.
-
Front van het toestel
Vuil op het front van het toestel ver wijdert u het best zo vlug mogelijk. Als het vuil er langere tijd op inwerkt, kan het soms niet meer worden ver­wijderd en kunnen de oppervlakken verkleuren of wijzigingen onder­gaan.
Reinig het front van het toestel met een schone sponsdoek, handafwasmiddel en warm water. U kunt ook een schone, vochtige microvezeldoek gebruiken. Wrijf daarna alles droog met een zachte doek.
-
Alle oppervlakken zijn gevoelig voor krassen. Krassen in oppervlakken uit glas kunnen soms ertoe leiden dat het breekt. Alle oppervlakken kunnen verkleu ren of wijzigingen ondergaan wan neer ze in contact komen met onge schikte reinigingsmiddelen.
Voorkom schade aan de oppervlak ken! Gebruik bij het reinigen geen
reinigingsmiddelen die soda, ammo
niak, zuur of chloor bevatten.
– kalkoplossende reinigingsmiddelen.
– schurende reinigingsproducten, zo-
als schuurpoeder, schuurmelk, poetsstenen.
– reinigingsmiddelen met oplosmiddel.
– reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal.
– reinigingsmiddelen voor de afwasau-
tomaat.
ovensprays.
-
-
-
-
-
54
glasreinigers.
schurende harde sponsen en bor stels (bijv. schuursponsen).
speciale "wondersponsen".
scherpe metaalschrapers.
-
Reiniging en onderhoud
Toebehoren
Haal al het toebehoren uit de oven ruimte voordat u de pyrolysereiniging start. Dit geldt ook voor de steunroosters en voor mits toeslag verkrijgbaar toebehoren. Door de hoge temperaturen tijdens de pyrolysereiniging zou het toebe horen beschadigd raken.
Bakplaat, universele bakplaat
Het geëmailleerde oppervlak is met PerfectClean veredeld.
Neem de reinigings- en onderhoudsin­structies in de rubriek "Met PerfectClean veredeld email" in acht.
Rooster, steunroosters
Het verchroomde oppervlak is met PerfectClean veredeld.
Voor het rooster en de steunroosters gelden bijgevolg dezelfde reinigings­en onderhoudsinstructies als voor met PerfectClean veredeld email (zie gelijk namige rubriek).
-
-
Uitschuifbare FlexiClip-rails
De uitschuifbare FlexiClip-rails mo gen niet in de afwasautomaat wor den gereinigd. Het speciale vet van de uitschuifbare rails zou daardoor immers worden weggespoeld.
Gebruik bij het reinigen geen
schurende reinigingsproducten, zo
als schuurpoeder, schuurmelk, poetsstenen,
reinigingsmiddelen voor roestvrij
staal,
– schurende harde sponsen en bor-
stels (bijv. schuursponsen).
Let erop dat het speciale vet tijdens het reinigen niet uit de uitschuifbare rails wordt weggespoeld. Vermijd herhaaldelijk
– inweken in warm water waaraan u af-
wasmiddel hebt toegevoegd,
reinigen met ovenspray,
­–
reinigen van het kogellager.
-
-
-
Spijzenthermometer
De spijzenthermometer kan in de af wasautomaat worden gereinigd.
De uitschuifbare FlexiClip-rails reinigt u het best na elke bereiding.
-
Zo kan het vuil niet aankoeken of tijdens verder gebruik vastbranden.
Bij herhaaldelijk gebruik zonder tussen tijdse reiniging is vuil moeilijker te ver wijderen.
-
-
55
Reiniging en onderhoud
Normaal vuil
Reinig de oppervlakken van het toestel met een schone sponsdoek, handaf wasmiddel en warm water. U kunt ook een schone, vochtige microvezeldoek gebruiken. Wrijf daarna alles droog met een zachte doek.
Verwijder resten van reinigingsmiddel grondig. Die kunnen het antiaanbakef fect immers negatief beïnvloeden.
Hardnekkig vuil
Indien nodig kunt u ook de harde zijde van de afwasspons gebruiken. Het rei­nigen verloopt eenvoudiger als u het water met afwasmiddel enkele minuten laat inwerken op de vuilresten.
Indien nodig kunt u de uitschuifbare rails kort (ca. 10 minuten) laten inweken in warm water waaraan u afwasmiddel hebt toegevoegd.
Het is mogelijk dat de uitschuifbare rails na het reinigen verkleuren en bijvoorbeeld een lichtere kleur krij gen. Dit heeft echter geen invloed op de goede werking ervan.
-
-
-
Let ook op het volgende:
Als u taarten met zeer vochtig beleg bakt (bijv. pruimentaarten), kan er soms vruchtensap overlopen en aan de uit schuifbare rails blijven kleven, zodat ze nog moeilijk of helemaal niet meer kun nen worden uitgetrokken. Gebruik voor het reinigen alleen de be schreven hulpmiddelen. Voor het reini gen van het kogellager gebruikt u een zachte borstel.
Uitschuifbare rails bijsmeren
Als de werking van het speciale vet in de uitschuifbare rails vermindert, kunt u de rails indien nodig bijsmeren, zodat ze vlot kunnen worden uitgetrokken.
Het speciale vet is verkrijgbaar bij uw Miele-handelaar of bij de Service After Sales van Miele.
Gebruik enkel dit speciale vet, want het is afgestemd op de hoge tempe­raturen in de ovenruimte. Andere soorten vet kunnen door op warming verharsen en de uitschuif bare rails blokkeren.
-
-
-
-
-
-
56
Met PerfectClean veredeld email
Met PerfectClean veredelde oppervlak ken:
Bakplaat
Universele bakplaat
Oppervlakken die met PerfectClean veredeld zijn, vertonen een uitstekend
antiaanbakeffect en kunnen uiterst eenvoudig worden gereinigd in verge
lijking met het email dat normaal in ovens wordt gebruikt.
Bereid voedsel kan nog gemakkelijker worden losgemaakt en vuil dat achter­blijft na bak- of braadprocessen kan nog gemakkelijker worden verwijderd.
Om gedurende vele jaren te kunnen genieten van de voordelen van de antiaanbaklaag en de eenvoudige reini­ging, dient u de volgende onder- houdsinstructies te volgen.
Oppervlakken die met PerfectClean veredeld zijn kunnen ongeveer zoals glas worden gereinigd. U kunt uw voedsel op PerfectClean snijden en verdelen, zoals u dat ge woon bent met de klassieke geëmail leerde bakplaten.
-
-
Reiniging en onderhoud
Er is gevaar voor verbranding!
,
Laat de ovenruimte afkoelen voordat
-
u deze met de hand reinigt.
Voor een optimaal resultaat is het be langrijk dat de oppervlakken na elk ge bruik worden gereinigd, zodat de voor delen van de antiaanbaklaag behouden blijven. Het effect neemt af als de PerfectClean-oppervlakken bedekt zijn
­door resten van een vorig gebruik.
Bij herhaaldelijk gebruik zonder tussen tijdse reiniging is vuil moeilijker te ver wijderen.
Om met PerfectClean veredelde op­pervlakken niet te beschadigen, dient u het volgende te vermijden:
– schurende reinigingsproducten, zo-
als schuurpoeder, schuurcrème en poetsstenen.
– reinigingsmiddelen voor kookvlakken
van glaskeramiek.
staalwol.
schuursponsen, zoals pannensponsen of gebruikte sponsen waarin nog resten van schuurmiddelen zitten.
-
-
-
-
-
Gebruik geen keramische messen op met PerfectClean veredelde op pervlakken. Deze kunnen krassen veroorzaken.
ovenspray op met PerfectClean vere
-
delde oppervlakken bij een hoge temperatuur of met een lange inwerk tijd.
reiniging in de afwasautomaat.
reiniging met mechanische reini gingsmiddelen.
-
-
-
57
Reiniging en onderhoud
Verwijder resten van reinigingsmid del grondig met schoon water. Deze kunnen het antiaanbakeffect immers negatief beïnvloeden.
Bij normale vervuiling reinigt u PerfectClean-oppervlakken met een afwasspons, warm water en afwasmid del. Indien nodig kunt u ook de harde zijde van de afwasspons gebruiken. Het reinigen van de bakplaten verloopt eenvoudiger als u de resten enkele minuten laat weken in een sopje met af wasmiddel.
Als de oppervlakken erg vuil zijn, kan meer werk vereist zijn.
-
Voor aangekoekte resten kunt u ook een glasschraper of een roestvrijstalen spiraal (bijv. Spontex Spirinett) ge bruiken.
Met de beschreven hulpmiddelen kun nen de oppervlakken grondig worden gereinigd.
-
Zelfs als de met PerfectClean vere delde oppervlakken toch beschadigd zouden raken door verkeerd gebruik, dan blijven het antiaanbakeffect en de eenvoudige reiniging behouden, in elk geval minstens zo goed als bij onder
-
houdsvriendelijk email.
Hou ook rekening met het volgende:
-
-
-
-
Laat de te reinigen oppervlakken afkoe­len tot kamertemperatuur. Breng daar­na ovenspray aan en laat het product enkele minuten (ca. 10 minuten) inwer­ken. Als u de speciale ovenreiniger van Miele gebruikt, kunt u ook een langere inwerktijd in acht nemen, zoals aange geven op de verpakking. Indien nodig kunt u na deze inwerktijd, terwijl de ovenspray/ovenreiniger dus nog aangebracht is, de harde zijde van een afwasspons gebruiken.
Indien nodig herhaalt u deze stappen.
Als u ovenspray hebt gebruikt, dient u de oppervlakken daarna met water te reinigen en af te drogen.
-
– Vuil zoals fruitsap en taartdeeg van
slecht sluitende bakvormen kunt u gemakkelijker verwijderen terwijl de ovenruimte nog wat warm is.
– Door overgelopen fruitsap kunnen
permanente kleurveranderingen ont­staan. Deze hebben echter geen invloed op de eigenschappen van de vere deling. Probeer dergelijke vlekken niet koste wat kost te verwijderen. Gebruik enkel de beschreven hulp middelen.
-
-
58
Reiniging en onderhoud
Ovenruimte
De ovenruimte is voorzien van een laag donker pyrolyse-email.
Dit is een sterk gehard email met een heel glad oppervlak, dat antiaanbakei genschappen heeft.
Manuele reiniging van de ovenruimte
Laat de oven afkoelen voordat u deze manueel reinigt. Er is gevaar voor verbranding!
Reinig de ovenruimte en de binnen kant van de deur bij voorkeur na elk gebruik. Wacht niet te lang, want tel­kens als u de oven daarna gebruikt, brandt het vuil verder in en wordt het moeilijker de oven manueel schoon te krijgen. In extreme gevallen kan ernstige vervuiling de oppervlakken beschadigen.
Rond de ovenruimte is een glaszijdedichting aangebracht als afdichting voor de glasplaten van de deur. Reinig deze dichting zo weinig mo gelijk, want ze is gevoelig. Door wrij ven of schuren kan ze beschadigd raken.
-
-
-
Het meeste vuil kan probleemloos wor den verwijderd met een sponsdoek, zacht afwasmiddel en warm water.
Behandel de coating niet met harde borstels en sponsen, staalwol* of an
­dere schuurmiddelen. Het email zou beschadigd raken!
Lees bij gebruik van ovenspray ab soluut de richtlijnen van de fabrikant.
* Roestvrijstalen schuurspiralen, zoals
Spontex Spirinett, kunnen echter wel worden gebruikt.
Om het reinigen te vergemakkelijken, kunt u
– de deur verwijderen. – de deur uit elkaar halen. – de uitschuifbare FlexiClip-rails verwij-
deren. – de steunroosters verwijderen. – het verwarmingselement voor boven-
warmte/de grill omlaag brengen.
Meer informatie hierover vindt in de ge lijknamige rubrieken op de volgende pagina's.
Pyrolysereiniging van de ovenruimte
Voor u het reinigingsprogramma start, dient u rekening te houden met het vol gende:
-
-
-
-
-
59
Reiniging en onderhoud
Grof vuil verwijdert u het best uit de ovenruimte voordat u de pyrolyserei niging start.
Rond de ovenruimte is een glaszijdedichting aangebracht als afdichting voor de glasplaten van de deur. Reinig deze dichting zo weinig mo gelijk, want ze is gevoelig. Door wrij ven of schuren kan ze beschadigd raken.
Haal al het toebehoren uit de oven ruimte voordat u de pyrolysereini­ging start. Dit geldt ook voor de uit­schuifbare FlexiClip-rails en voor mits toeslag verkrijgbaar toebeho­ren. Door de hoge temperaturen tijdens de pyrolysereiniging zou het toebe­horen beschadigd raken.
Tijdens de pyrolysereiniging warmt het front van het toestel meer op dan bij normaal gebruik van de oven. Voorkom dat kinderen tijdens de py rolysereiniging het toestel aanraken. Er is gevaar voor verbranding!
-
-
Deze deurvergrendeling wordt na af loop van de pyrolysereiniging pas op
-
geheven als de temperatuur in de ovenruimte onder 280 °C gedaald is.
Als u per vergissing de functie "Pyroly se" start, of als het programma wordt afgebroken, wordt de deurvergrende ling
bij temperaturen onder ca. 280 °C
-
-
onmiddellijk opgeheven.
bij temperaturen boven 280 °C pas
opgeheven als de temperatuur in de
ovenruimte onder 280 °C gedaald is.
Pyrolysereiniging starten
^ Haal het toebehoren uit de ovenruim-
te.
^ Roep de functie "Pyrolyse" op.
^ Start het pyrolyseprogramma.
De deur wordt vergrendeld.
U kunt de start van het pyrolyseprogramma uitstellen, bijv. als u gebruik wenst te maken van het goedkopere nachtstroomtarief. Ga als volgt te werk:
^
Roep "Starttijd" op en stel de start uit.
-
-
-
-
Tijdens de pyrolysereiniging wordt de ovenruimte opgewarmd tot meer dan 400 °C. Het aanwezige vuil wordt door de hoge temperaturen afgebroken tot as.
De duur van het reinigingsprogramma is afhankelijk van de mate van vervui ling van het toestel.
Aan het begin van een pyrolysereini ging wordt de deur om veiligheidsre denen automatisch vergrendeld.
60
-
-
Deze waarde kunt u tot aan het starttijd stip nog altijd wijzigen.
Wanneer het pyrolyseprogramma ten einde is weerklinkt een signaal en op
het display verschijnt "Programma afge rond".
-
^
Schakel het toestel uit.
-
-
Reiniging en onderhoud
Na de pyrolysereiniging kunt u de
pyrolyseresten (bijv. as), die zich af hankelijk van de mate van vervuiling van de oven kunnen vormen, gemakke lijk verwijderen.
Verwijder eventuele resten pas als de oven afgekoeld is. Er is gevaar voor verbranding!
Reinig de glaszijdedichting zo wei nig mogelijk, want ze is gevoelig. Door wrijven of schuren kan ze be schadigd raken.
De meeste resten kunt u met een voch­tige doek opnemen. Afhankelijk van de mate van vervuiling vormt er zich een zichtbare laag op de toesteldeur. Deze laag kunt u verwij­deren met een afwasspons of een roestvrijstalen spiraal (bijv. Spontex Spirinett) en wat afwasmiddel.
Door gemorst fruitsap kunnen per­manente kleurveranderingen ont staan. Deze hebben echter geen in vloed op de eigenschappen van het email. Probeer dergelijke vlekken niet koste wat kost te verwijderen.
-
-
-
-
-
De pyrolysereiniging wordt afgebro ken,
wanneer het toestel wordt uitgescha
­keld.
wanneer tijdens de pyrolysereiniging
een andere functie wordt gekozen.
bij een stroomonderbreking.
Schakel het toestel uit in de twee laatste gevallen.
Bij een ovenruimtetemperatuur van min der dan 280 °C wordt de deurvergren deling na korte tijd opgeheven en kan de deur weer worden geopend. Start de pyrolysereiniging daarna in­dien gewenst opnieuw.
-
-
-
-
61
Reiniging en onderhoud
De deur verwijderen
De ovendeur is via speciale houders met de deurscharnieren verbonden.
Voordat u de deur van deze houders kunt verwijderen, moet u eerst de ver­grendelingsbeugels van de beide scharnieren ontgrendelen.
^ Zet de deur volledig open.
Sluit de deur tot tegen de aanslag.
^
Trek de deur nooit in horizontale stand van de houders. De houders zouden namelijk terugslaan, waar door het toestel beschadigd zou ra ken. U zou zich kunnen verwonden.
-
-
^
Ontgrendel de vergrendelingsbeu gels van de deurscharnieren met een draaibeweging. Draai de vergrende lingsbeugels tot aan de aanslag. Ze staan dan schuin.
62
^
Pak de deur bij de zijkanten vast en trek de deur naar boven toe van de houders.
Trek de deur niet aan de deurgreep
-
omhoog. De greep zou kunnen af breken en de glasplaten van de deur zouden beschadigd kunnen ra
­ken.
Pas op dat de deur bij het uitnemen niet kantelt.
-
-
De deur uit elkaar halen
De deur bestaat uit vier glasplaten en heeft bovenaan en onderaan ope ningen.
Tijdens de werking wordt koellucht door de deur gevoerd, zodat de buitenste glasplaat koel blijft en zonder gevaar kan worden aangeraakt.
Mocht er onverhoopt toch iets tussen de glasplaten komen, dan kunt u de ovendeur uit elkaar halen en de binnen kanten van de glasplaten reinigen.
Hou bij de reiniging van de glaspla­ten rekening met de instructies voor het reinigen van het toestelfront. Gebruik geen schuurmiddelen, geen harde sponsen of borstels en geen scherpe metaalschrapers. Al deze middelen kunnen krassen op het op­pervlak veroorzaken. Krassen kun­nen ertoe leiden dat het glas breekt.
-
Reiniging en onderhoud
Verwijder in elk geval eerst de oven deur voordat u deze uit elkaar haalt.
Leg de buitenste glasplaat van de
^
deur op een zachte ondergrond (bijv. een keukenhanddoek). Zo verkomt u krassen. Leg de deur zo dat de greep over de rand van de tafel ligt. De glasplaat ligt dan plat op de on dergrond en zal tijdens het reinigen niet breken.
-
-
-
Gebruik geen ovensprays. Deze tas­ten het oppervlak van de aluminium profielen aan.
Zorg ervoor dat u de glasplaten na het reinigen weer op de juiste ma nier terugzet. De voor- en achterkant van de glasplaten hebben namelijk een verschillende coating. Aan de kant van de ovenruimte is een warm tereflecterende laag aangebracht.
Bewaar de gedemonteerde glaspla ten op een veilige plek, zodat ze niet kunnen breken.
-
^ Open met een draaibeweging naar
-
-
-
buiten de vergrendelingen voor de glasplaten van de deur.
63
Reiniging en onderhoud
Nu kunt u achtereenvolgens de binnen ste glasplaat van de deur en de twee middelste glasplaten uitnemen.
^ Til de binnenste glasplaat een klein
beetje omhoog en trek deze uit de
afdeklijst.
-
Til de bovenste van de twee middel
^
ste glasplaten een klein beetje om hoog en neem ze uit.
-
-
^
Neem de dichting uit.
64
^
Til de onderste van de twee middel ste glasplaten een klein beetje om hoog en neem ze uit.
^
Reinig de glasplaten en de andere onderdelen. Gebruik hiervoor een schone spons doek, handafwasmiddel en warm wa ter. U kunt ook een schone, vochtige microvezeldoek gebruiken. Wrijf daarna alles droog met een zachte doek.
-
-
-
-
Zet de deur weer in elkaar:
^
De beide middelste glasplaten zijn identiek. Om ervoor te zorgen dat ze correct worden geplaatst, is een zevencijferig materiaalnummer ge drukt op de glasplaten.
Plaats de onderste van de twee mid
^
delste glasplaten zo dat het materi aalnummer leesbaar is (d.w.z. niet in spiegelbeeld).
Reiniging en onderhoud
-
-
-
Plaats de dichting.
^
^ Draai de vergrendelingen voor de
glasplaten voor de deur naar binnen, zodat ze op de onderste van de twee middelste glasplaten liggen.
^
Plaats de bovenste van de twee mid delste glasplaten zo dat het materi aalnummer leesbaar is (d.w.z. niet in spiegelbeeld). De glasplaat moet op de vergrende lingen liggen.
^ Schuif de binnenste glasplaat van de
deur in de kunststoflijst en plaats ze tussen de vergrendelingen.
-
-
-
65
Reiniging en onderhoud
Sluit met een draaibeweging naar
^
binnen de vergrendelingen voor de glasplaten voor de deur.
De deur terugplaatsen
^ Pak de deur bij de zijkanten vast en
plaats de deur op de houders van de scharnieren.
66
Pas op dat de deur niet kantelt!
Reiniging en onderhoud
Zet de deur volledig open.
^
Draai de beide vergrendelingsbeu
^
gels weer terug. Ze staan dan hori­zontaal.
De vergrendelingsbeugels moeten na het reinigen in elk geval opnieuw worden vergrendeld. De deur kan anders loskomen van de houders en beschadigd raken.
De uitschuifbare FlexiClip-rails verwijderen
De verwarmingselementen moeten uitgeschakeld en afgekoeld zijn. Er is gevaar voor verbranding!
-
^ Til de uitschuifbare FlexiClip-rails
vooraan op en trek ze langs de steun eruit.
Voor de montage gaat u te werk zoals beschreven in de rubriek "Uitrusting". Zet de delen zorgvuldig weer in elkaar.
67
Reiniging en onderhoud
Steunroosters uitnemen
De verwarmingselementen moeten uitgeschakeld en afgekoeld zijn. Er is gevaar voor verbranding!
^ Trek de steunroosters vooraan uit de
bevestiging en verwijder ze.
De montage gebeurt in omgekeerde volgorde. Zet de delen zorgvuldig weer in elkaar.
Het verwarmingselement voor bovenwarmte/de grill neerlaten
De verwarmingselementen moeten uitgeschakeld en afgekoeld zijn. Er is gevaar voor verbranding!
Haal de steunroosters uit de oven.
^
^ Draai de vleugelmoer los en laat het
verwarmingselement voor boven­warmte/de grill neer.
Duw het verwarmingselement niet met geweld omlaag. Let er bij het reinigen van het pla fond van de ovenruimte op dat u de ontvangstantenne voor de spijzen thermometer in het midden van het verwarmingselement niet bescha digt.
-
-
-
68
De montage gebeurt in omgekeerde volgorde.
Let erop dat u de vleugelmoer weer goed vastdraait.
Zet de delen zorgvuldig weer in elkaar.
Reiniging en onderhoud
Ontkalken
Gebruik voor het ontkalken uitslui tend de meegeleverde ontkalkings tabletten. Ze zijn speciaal ontwikkeld om het ontkalken te optimaliseren. U vindt deze tabletten bij uw Miele­handelaar of bij de Service After Sales van Miele. Als u andere middelen gebruikt, raakt het toestel beschadigd.
Hou rekening met de mengverhou ding van het ontkalkingsmiddel. Het toestel kan anders schade oplopen.
Maak na het ontkalken de ovenruim­te schoon. Zo vermijdt u dat er res­ten van het ontkalkingsmiddel over­blijven.
Wanneer het ontkalkingsprogramma uitvoeren?
­U kunt op elk gewenst moment het ont
­kalkingsprogramma uitvoeren.
Na een bepaald aantal bereidingen wordt u wel gevraagd om het toestel te ontkalken. Zo zorgt u ervoor dat het toestel optimaal blijft werken.
Ontkalkingsprogramma (overzicht)
Het ontkalkingsprogramma duurt
­ca. 90 minuten en bestaat uit verschil
lende fasen:
a Ontkalkingsprogramma voorbereiden
b Ontkalkingsvloeistof opzuigen
c Inwerkfase
d Spoelfase 1
e Spoelfase 2
f Spoelfase 3
g Resterend water verdampen
-
-
69
Reiniging en onderhoud
Ontkalkingsprogramma voorbereiden
Los 1 ontkalkingstablet op in
^
ca. 600 ml koud leidingwater.
Schuif de universele bakplaat in het
^
bovenste inschuifniveau om de ontkalkingsvloeistof na afloop op te vangen.
Bij uw toestel wordt een kunststofslang met een houder (zuignap) meegeleverd, zodat u de recipiënt met de vloeistof niet onder het aanzuigbuisje moet vasthouden.
Ontkalkingsprogramma uitvoeren
Roep het menupunt "Ontkalken" op.
^
Start het opzuigproces met de sen
^
sortoets "OK".
Via de balk met segmenten kunt u de voortgang van het proces volgen. De pomp is tijdens het proces duidelijk te horen.
De daadwerkelijke opgezogen hoeveel heid vloeistof kan kleiner zijn dan de gevraagde hoeveelheid, waardoor er wat vloeistof in de recipiënt overblijft. Giet toch ca. 300 ml water bij. Tijdens de inwerkfase zuigt het systeem im­mers nog wat vloeistof op.
Na het opzuigen van de ontkalkingsvloeistof
– wordt "Inwerkfase" weergegeven op
het display. Deze duurt ca. 60 minuten.
– kunt u de resttijd van de inwerkfase
volgen op het display.
-
-
^
Sluit een van de uiteinden van de kunststofslang aan op het aanzuigbuisje. Plaats het andere uit einde in de ontkalkingsvloeistof. Zorg ervoor dat het de bodem raakt. Be vestig het met behulp van de houder op de recipiënt.
^
Sluit de deur.
70
Om de 5 minuten zuigt het systeem wat vloeistof op. Hierbij maakt de pomp tel kens even lawaai.
­Tijdens het hele programma blijven de
ovenverlichting en de koelventilator in
­geschakeld.
-
-
Reiniging en onderhoud
Na afloop van het ontkalkingspro gramma moet het verdampingssys
teem worden gereinigd om resten van de ontkalkingsvloeistof te verwijderen.
U wordt hieraan herinnerd op het dis play.
Om het verdampingssysteem te reini gen wordt ongeveer 1 l leidingwater erdoorheen gepompt. Het wordt vervol gens opgevangen door de universele bakplaat.
Haal de universele bakplaat met de
^
opgevangen ontkalkingsvloeistof uit de oven, giet ze leeg en plaats ze te­rug op het bovenste inschuifniveau.
^ Haal de kunststofslang uit de reci-
piënt, vul de recipiënt met ca. 1 l vers water, plaats de recipiënt in de oven­ruimte en plaats de kunststofslang opnieuw in de recipiënt.
^ Start de eerste spoelbeurt.
^ Herhaal de spoelbeurt nog 2 keer.
-
-
-
-
Na de derde spoelbeurt wordt het rest water uit het verdampingssysteem ver wijderd.
Haal de kunststofslang en de reci piënt uit het toestel voordat het rest water wordt verdampt.
Het toestel wordt verwarmd om het restwater te laten verdampen. U kunt
­de resttijd volgen op het display.
Laat de oven afkoelen voordat u deze manueel reinigt. Er is gevaar voor verbranding!
^ Verwijder de universele bakplaat met
de opgevangen vloeistof. Reinig ver­volgens het toestel om eventueel neergeslagen vocht en resten van het ontkalkingsmiddel te verwijderen.
Sluit de deur pas als de ovenruimte weer droog is.
-
-
-
-
Giet de universele bakplaat leeg voordat u de tweede en derde spoelbeurt uitvoert.
71
Storingen en problemen
De meeste problemen die zich bij het dagelijkse gebruik voordoen, kunt u zelf op lossen. Het volgende overzicht kan u hierbij helpen. Slaagt u er niet in aan de hand van dit overzicht de oorzaak van een storing te vinden of een probleem te verhelpen, neem dan contact op met de Service After Sales (dienst Herstellingen aan huis) van Miele.
U mag in geen geval zelf de behuizing van het toestel openen!
,
Installatie-, onderhouds- en herstellingswerken mogen alleen worden uitge voerd door vakmensen die door de fabrikant erkend zijn. Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of herstellingswerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's ontstaan waarvoor de fabri kant niet aansprakelijk kan worden gesteld.
Probleem Oorzaak en oplossing
Het display is donker.
De ovenruimte ver­warmt niet.
Na een bereiding is een werkingsgeluid te horen.
De deur kan na een pyrolysereiniging niet worden geo pend.
– Controleer of de weergave van de dagtijd zo is ingesteld
dat de dagtijd nooit wordt weergegeven (zie rubriek "In­stellingen - Dagtijd - Weergave").
– Controleer of de betreffende zekering in uw zekeringkast
gesprongen is. Als dit niet het geval is, neemt u contact op met een elektricien of de Service After Sales van
Miele. – Controleer of de blokkering ingeschakeld is. – Controleer of de demo-functie ingeschakeld is (zie ru-
briek "Instellingen - Handelaar"). –
Controleer of de betreffende zekering in uw zekeringkast
gesprongen is. Neem contact op met een elektricien of
de Service After Sales van Miele. Na een bereiding blijft de koelventilator ingeschakeld (zie
rubriek "Instellingen - Naloop ventilator").
Schakel het toestel uit. Als de deurvergrendeling voor de pyrolysereiniging niet wordt opgeheven, neemt u contact
-
op met de Service After Sales van Miele.
-
-
-
72
Probleem Oorzaak en oplossing
Maak het toestel stroomloos:
De ovenverlichting bovenaan is defect.
De ovenverlichting opzij is defect.
^
Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de betref fende zekering in uw zekeringkast uit.
Draai de lampafdekking los via een kwartslag naar links en
^
trek ze naar beneden toe uit de behuizing.
Vervang het halogeenlampje (Osram 66725 AM/A, 230 V,
^
25 W, G9).
Plaats de lampafdekking weer in de behuizing en bevesti
^
g ze via een kwartslag naar rechts.
Sluit het toestel weer aan op het elektriciteitsnet.
^
Maak het toestel stroomloos:
^
Trek de stekker uit het stopcontact of schakel de betref­fende zekering in uw zekeringkast uit.
^ Neem de steunroosters uit.
^ Met de meegeleverde opener maakt u het lampglas los
uit de houder.
^ Vervang het halogeenlampje (Osram 66725 AM/A, 230 V,
25 W, G9).
Storingen en problemen
-
-
De taart/het gebak is na de in de tabel aangegeven baktijd nog niet voldoende gebakken.
De taart/het gebak is niet overal even bruin.
^ Druk de lampafdekking in de houder en plaats de steun-
roosters.
^
Sluit het toestel weer aan op het elektriciteitsnet.
Controleer of u de juiste temperatuur hebt ingesteld. –
Controleer of u het recept hebt veranderd. Als het deeg
vochtiger is door bijvoorbeeld het toevoegen van eieren,
is een langere baktijd nodig.
Kleine verschillen zijn normaal. Als het verschil in kleur erg groot is, controleert u of u de juiste temperatuur hebt inge steld en het juiste inschuifniveau hebt gekozen. Bij "Boven-onderwarmte V" spelen ook het materiaal en de kleur van de bakvorm een rol. Bakvormen van licht, hel der materiaal zijn minder geschikt.
-
-
73
Storingen en problemen
Probleem Oorzaak en oplossing
Op het display wordt weergegeven dat de maximale bedrijfs duur of werkings duur is bereikt.
Het toestel is na een bereiding auto matisch uitgescha keld.
Op het display ver schijnt een foutmel ding: F + cijfers.
De veiligheidsuitschakeling werd geactiveerd. Het toestel is meteen weer gebruiksklaar wanneer u het uit­en weer inschakelt.
-
-
Als u het toestel niet verder bedient na afloop van een auto matisch programma of na een bereiding met automatische
­uitschakeling, wordt de oven na een bepaalde tijd automa
­tisch uitgeschakeld (om energie te besparen).
Het toestel is meteen weer gebruiksklaar wanneer u het weer inschakelt.
Bij de volgende foutcodes kunt u het probleem zelf oplos
­sen:
­– Fout 23: De pyrolysetemperatuur is niet bereikt.
Een reden hiervoor kan een te erge vervuiling van de ovenruimte zijn. Schakel het toestel uit en verwijder grof vuil uit de oven­ruimte, voordat u de pyrolysereiniging opnieuw start. Als de foutmelding opnieuw verschijnt, neemt u contact op met de Service After Sales van Miele.
– Fout 32: De deurvergrendeling voor de pyrolysereiniging
wordt niet geactiveerd. Schakel het toestel uit en start de pyrolysereiniging op­nieuw. Als de foutmelding opnieuw verschijnt, neemt u contact op met de Service After Sales van Miele.
Fout 33: De deurvergrendeling voor de pyrolysereiniging wordt niet opgeheven. Breek de pyrolysereiniging af door het toestel uit te scha kelen. Als de deur niet ontgrendelt, neemt u contact op met de Service After Sales van Miele.
Als andere foutmeldingen verschijnen, neemt u contact op met de Service After Sales van Miele.
-
-
-
-
74
Technische Dienst van Miele
Neem bij storingen die u zelf niet kunt verhelpen, contact op met:
uw Miele-handelaar
of
de Technische Dienst van Miele.
Het telefoonnummer van de Tech nische Dienst van Miele vindt u op de achterzijde van deze gebruiks aanwijzing.
-
-
Wanneer u een beroep doet op de Technische Dienst, geef dan altijd het toesteltype en -nummer op.
Deze gegevens staan vermeld op het typeplaatje. Het typeplaatje bevindt zich achter de deur, op het frame van de voorzijde.
75
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Het Miele-assortiment is afgestemd op uw toestel en omvat een brede waaier aan handig toebehoren en reinigings- en onderhoudsmiddelen. U kunt deze producten via het internet of de Service After Sales van Miele (zie omslag) bestellen. Ze zijn ook verkrijgbaar bij uw Miele-handelaar.
Uitschuifbare FlexiClip-rails
Er zijn uitschuifbare FlexiClip-rails mee geleverd, maar u kunt extra rails in de ovenruimte monteren.
Bakplaat, universele bakplaat, roos­ter
Deze onderdelen zijn meegeleverd, maar u kunt extra exemplaren bestel­len.
Vermeld bij het bestellen in elk geval het toesteltype.
Handgreep
Dankzij de handgreep kunt u de univer sele bakplaat, de bakplaat en het roos ter gemakkelijker uitnemen.
Lekblad
Het lekblad wordt op de universele bakplaat gelegd.
-
Tijdens het grillen of braden voorkomt dit element dat de afdruipende vleesjus aanbrandt. Op deze manier kan de jus worden gebruikt. Het geëmailleerde oppervlak is met PerfectClean veredeld.
Ovensteen
Met de ovensteen verkrijgt u een opti maal bakresultaat bij gerechten die een krokant gebakken onderzijde moeten hebben, zoals pizza's, quiches, brood, broodjes, kruidige gebakjes en derge lijke.
-
De ovensteen is een vuurvaste steen uit
-
keramiek die met glazuur bekleed is. De ovensteen wordt op het rooster ge legd. Om eten op de steen te leggen en weer weg te nemen, wordt er een ovenpaal in onbehandeld hout bijgeleverd.
-
-
-
76
Mits toeslag verkrijgbaar toebehoren
Pizzavorm
De ronde vorm is uitstekend geschikt om pizza's, platte taarten uit gist- of roerdeeg, gebakjes en taartjes, gegrati neerde desserts of vla's te bereiden, of om diepgevroren taart of pizza op te bakken. Het geëmailleerde oppervlak is met PerfectClean veredeld.
Braadpan
De braadpan kan, in tegenstelling tot andere braadpannen, rechtstreeks in de steunroosters worden geschoven. Net zoals de universele bakplaat is de braadpan voorzien van een uittrekbe­veiliging. Het oppervlak van de braadpan is bekleed met een antiaanbaklaag.
De braadpan is verkrijgbaar in twee diepten. Vermeld bij het bestellen de correcte modelaanduiding:
Braadpandeksels
-
Er zijn deksels verkrijgbaar voor de braadpannen.
Vermeld bij het bestellen de diepte van uw braadpan.
Miele Microvezeldoek
De microvezeldoek is ideaal om nor­maal vuil en vingerafdrukken te verwij­deren.
Miele Ovenreinigingsmiddel
Het ovenreinigingsmiddel is geschikt om zeer hardnekkig vuil te verwijderen. De ovenruimte hoeft niet te worden op gewarmd.
-
HUB 5000-M (diepte: 22 cm)
HUB 5000-XL (diepte: 35 cm)
77
Elektrische aansluiting
De aansluiting van uw toestel op het stroomnet kunt u het best aan een gekwalificeerd elektricien toevertrou wen. Die dient de plaatselijke regle mentering te kennen en nauwgezet te volgen.
Door ondeskundig uitgevoerde installatie-, onderhouds- of reparatiewerken kunnen er voor de gebruiker aanzienlijke risico's ont staan waarvoor de fabrikant niet aansprakelijk kan worden gesteld.
De aansluiting mag uitsluitend gebeu­ren op een volgens de voorschriften geïnstalleerde elektrische installatie (VDE 0100).
Voer de aansluiting bij voorkeur via een stopcontact uit (conform VDE 0701). Dit vergemakkelijkt immers eventuele tussenkomsten van de Tech­nische Dienst.
Als het stopcontact niet meer toeganke lijk is voor de gebruiker, of als een vas te aansluiting is voorzien, moet de in stallatie met een stroomonderbreker uit gerust zijn.
Als stroomonderbrekers kunnen scha kelaars worden gebruikt met een con tactopening van minstens 3 mm. Daar toe behoren LS-schakelaars, zeke ringen en contactsluiters (EN 60 335).
-
-
-
-
De vereiste aansluitgegevens staan vermeld op het typeplaatje, dat zich in de binnenkant van het toestel bevindt.
-
De informatie moet overeenkomen met de gegevens van het net.
Wanneer u een beroep doet op de Technische Dienst van Miele, geef dan altijd de spanning en het toesteltype en nummer op.
Wanneer de aansluiting wordt gewij zigd of het aansluitsnoer wordt vervangen, moet een aansluitsnoer worden gebruikt van het type H 05 VV-F of H 05 RR-F. Let op de juiste draaddiameter.
Oven
De oven is voorzien van een 3-aderige kabel van ca. 1,7 m, met stekker, en is geschikt voor aansluiting op wissel-
­stroom 50 Hz, 230 V.
-
-
De beveiliging moet met 16 A zijn be
-
veiligd. De oven moet worden aangesloten op een geaard stopcontact dat volgens de
­voorschriften is geïnstalleerd.
-
Maximale aansluitwaarde: zie type plaatje.
-
-
-
78
Maatschetsen voor de inbouw
De afmetingen zijn opgegeven in mm.
Afmetingen van het toestel en kastuitsparing
Inbouw in een onderkast
Inbouw in een kolomkast
* Toestellen met glazen front ** Toestellen met metalen front
79
Maatschetsen voor de inbouw
Detailafmetingen van het front van het toestel
A H 5681: 47,5
H 5688: 45,0
B Toestellen met glazen front: 2,2
Toestellen met metalen front: 1,2
80
Oven inbouwen
Het toestel mag alleen worden
,
gebruikt als het is ingebouwd.
De koeling van het toestel mag niet worden belemmerd. Zorg ervoor dat bij het inbouwen
- in de inbouwkast geen achterwand is ingebouwd.
- de tussenbodem waarop het toestel wordt geplaatst, niet tegen de wand komt.
- geen warmtewerende lijsten op de zijwanden van de toestel­nis van de inbouwkast worden gemonteerd.
Til het toestel tijdens het inbouwen niet met de deurgreep op. De deur kan beschadigd raken.
Haal de spanning van het aansluit punt.
Sluit de oven aan op het elektriciteits
^
net.
Schuif de oven in de inbouwkast en
^
plaats het toestel waterpas.
^ Open de ovendeur en schroef de
oven met 2 schroeven vast aan de zijwanden van de kast.
-
-
818283
Wijzigingen voorbehouden / 22 / 4811
(H 5681 BP, H 5688 BP)
M.-Nr. 09 269 870 / 00
Loading...