Magellan EXPLORIST 100 User Manual [nl]

Magellan eXplorist 100
Referentiehandleiding
*** WAARSCHUWINGEN ***
GEBRUIK UIT VEILIGHEIDSOVERWEGINGEN GEEN
NAVIGATIETOESTEL ALS U EEN VOERTUIG BESTUURT.
Probeer geen instellingen van de Magellan® eXplorist™ te wijzigen terwijl u een voertuig bestuurt. Breng het voertuig volledig tot stilstand of laat een medepassagier de wijzigingen uitvoeren. Uw blik van de weg af richten is gevaarlijk en kan leiden tot een ongeval, waarin u of anderen gewond kunnen raken.
GOED INZICHT GEBRUIKEN
Dit product is een uitstekende navigatiehulp, maar vervangt niet de noodzaak tot zorgvuldige oriëntatie en goed inzicht. Vertrouw tijdens navigatie nooit alleen op een toestel.
HANDEL MET ZORGVULDIGHEID
Het Global Positioning System (GPS) wordt beheerd door de Amerikaanse overheid, die volledig verantwoordelijk is voor de nauwkeurigheid en het onderhoud van het GPS-netwerk. De nauwkeu­righeid van de positiebepalingen kan worden beïnvloed door tussentijdse aanpassingen van de GPS-satellieten door de Amerikaanse overheid en kan onderhevig zijn aan wijzigingen als gevolg van het burgerlijk beleid inzake GPS van het Amerikaanse Ministerie van Defensie en het Fede­rale Radionavigatieprogramma. Nauwkeurigheid kan ook worden beïnvloed door slechte satelliet­geometrie en obstakels, zoals gebouwen en grote bomen.
JUISTE ACCESSOIRES GEBRUIKEN
Gebruik alleen Magellan kabels en antennes. Het gebruik van andere dan Magellan kabels en antennes kan de werking van de ontvanger ernstig beperken. Tevens vervalt hierdoor de garantie.
*** WAARSCHUWINGEN ***
LICENTIEOVEREENKOMST
Thales Navigation verleent u, de koper, het recht de in Thales Navigation GPS-producten gebruikte en bij Thales Navigation GPS-producten geleverde software (de "SOFTWARE") te gebruiken voor normale toepassing, die in overeenstemming is met de eindgebruikerslicentieover­eenkomst van het product.
De SOFTWARE is eigendom van Thales Navigation en/of haar leveranciers en wordt beschermd door de Amerikaanse wetgeving inzake auteursrechten, alsmede door internationale verdragen. Dientengevolge dient de SOFTWARE te worden gebruikt overeenkomstig welk ander door auteurs­recht beschermd materiaal ook.
U bent niet gerechtigd deze SOFTWARE anderszins te gebruiken, kopiëren, wijzigen, ontleden of over te dragen dan uitdrukkelijk in deze licentie omschreven. Alle niet uitdrukkelijk verleende rechten blijven voorbehouden aan Thales Navigation en/of haar leveranciers.
* * *
Niets uit deze handleiding mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Thales Navigation worden gereproduceerd of overgedragen in welke vorm of op welke manier dan ook, elektronisch of mechanisch, met inbegrip van fotokopiëren en opnemen, voor enig ander doel dan persoonlijk gebruik van de koper.
© 2004 Thales Navigation, Inc. Alle rechten voorbehouden. Magellan, eXplorist en TrueFix zijn handelsmerken van Thales Navigation.
631204-04 A
Inhoud i
eXplorist 100 GPS-ontvanger 1
Functies van de Magellan eXplorist GPS-ontvanger 1 Knoppenbeschrijving 2 Batterijen installeren 4
De eXplorist 100 gebruiken 5
Naar een bestemming gaan 5 Uw positie opslaan 6 Het spoor terug volgen 7 Extra functies 8 Samenvatting 8
Beginnen 9
De eXplorist inschakelen 9 De eXplorist uitschakelen 9 De achtergrondverlichting in/uitschakelen. 9 De eXplorist voor de eerste keer gebruiken 10 Afronden 13
Navigatieschermen 14
Navigatieschermen openen 14 Schermkaart 14
Overzicht schermkaart 15 Schaal kaart wijzigen 15 Schermodi kaart 16 Kaartgegevens tonen of verbergen 17 De kaartgegevens aan uw wensen aanpassen 18 Kaartoriëntatie wijzigen 19 Het scherm Kompas 20
Overzicht Kompasscherm 20 De gegevensvelden aan uw wensen aanpassen 21 Scherm Positie 22
Overzicht Positiescherm 22 De tripteller op nul zetten 23 Satellietstatusscherm 24
Overzicht Satellietstatusscherm 24
Inhoud ii
Bezienswaardigheden (POI’s) 25
Uw positie markeren 25
Snelmarkeren van uw positie 25 Uw positie opslaan (geïndividualiseerd) 26 POI’s aanmaken voor andere locaties dan uw huidige positie 27
Een positie markeren door coördinaten in te voeren. 27
Een positie markeren met behulp van de kaartcursor 28 De POI-database 29
Een POI zoeken 29 Een POI bewerken 30 Een POI verwijderen 31 Een POI op de schermkaart bekijken 32
Routes 33
GOTO-routes 33 Een GOTO-route aanmaken 34
Een GOTO-route aanmaken vanaf de cursor 35 Multi-etapperoutes 36
Een multi-etapperoute aanmaken 37
Een route activeren/inactiveren 38
De bestemmingsetappe van een actieve route wijzigen 39
Een opgeslagen route bewerken. 40
Een route omkeren 41
Een route verwijderen 42
Een route kopiëren 43
Een route op de kaart bekijken 44
Tracklogs 45
Tracklogs 45
Actief trackloggen stoppen en hervatten 46
Een nieuw actief tracklog starten. 47
Een actief tracklog opslaan 48
Een Terugwegroute creëren 49
De actieve track leegmaken 50
De tracklog naar een route converteren 51
De tracklog op de kaart bekijken 52 Werken met opgeslagen tracklogs 53
Opgeslagen tracklogs volgen 53
Een opgeslagen tracklog omkeren 53
Inhoud iii
Voorkeuren 55
GPS herstarten 56 Eenheden kaart instellen 58
Navigatiemaateenheden selecteren 58
De noordreferentie kiezen 59
Het coördinatensysteem kiezen 60
De kaartdatum kiezen 61 Energiebeheer gebruiken 62
De Timer Automatisch Uitschakelen instellen 62
De lichttimer instellen 63 De eXplorist individualiseren 64 Talen kiezen 65 Geheugen wissen 66
Alle tracklogs wissen 66
Alle POI’s en routes wissen 66
Alle routes wissen 67
Alle tracklogs, POI’s en routes wissen 67
De fabrieksinstellingen in de eXplorist herstellen 67
Accessoires 70
Contact opnemen met Magellan 71
Contact opnemen met Magellan in Noord-Amerika 71
Technische ondersteuning en garantieservice 71
Contact opnemen met Magellan in Europa 72
Technische ondersteuning en garantieservice 72
Functies van de Magellan eXplorist GPS-ontvanger
1eXplorist 100 GPS-ontvanger
• Robuust ontwerp, rubberen bescherming
• Superieur volggedrag met 14 parallelle kanalen
• Levensduur op 2 AA-batterijen: > 14 uur
• TrueFix™ GPS-technologie
Antenne
Knop schermachter­grondverlichting
• Precisie tot 3 meter (WAAS/EGNOS)
• Meervoudige tracklogs
• Opslag van maximaal 500 bezienswaardigheden (POI’s) en 20 routes
• Zakformaat en waterbestendig volgens IPX-7
Knop AAN/UIT
Joystick
Inzoomen
(ZOOM IN)
NAV
MARK
ENTER
Uitzoomen
(ZOOM OUT)
MENU
GOTO
ESC
eXplorist 100 GPS-ontvanger
eXplorist 100 GPS-ontvanger 2
Knoppenbeschrijving
AAN/UIT Schakelt de eXplorist in of uit.
Achtergrondverlichting Schakelt de achtergrondverlichting in en rouleert tussen de standen
achtergrondverlichting uit, lage sterkte en hoge sterkte.
ENTER Wordt gebruikt om gemarkeerde menu-onderdelen te openen of
gemarkeerde knoppen te accepteren.
ESC Annuleert gegevensinvoer
De geopende functie sluiten en teruggaan naar het laatste scherm.
De navigatieschermen in terugwaartse richting doorlopen.
Inzoomen Wordt gebruikt om in te zoomen op de schermkaart. Er kan tot op
100 voet op de weergegeven kaart worden ingezoomd. (35,0 m).
Wordt ook gebruikt om tijdens aan alfabetische zoekactie door een lijst met POI’s te bladeren.
Uitzoomen Wordt gebruikt om uit te zoomen op de schermkaart. Er kan op de
kaartweergave worden uitgezoomd tot 1700 mijl (2700 km).
Wordt ook gebruikt om tijdens aan alfabetische zoekactie door een lijst met POI’s te bladeren.
MENU Roept een menu op met beschikbare opties. Opties kunnen met de
joystick worden gemarkeerd en met ENTER worden geopend.
NAV De navigatieschermen doorlopen.
(Schermkaart > scherm Kompas > scherm Positie > Satellietstatusscherm)
MARK Wordt gebruikt om uw huidige positie of uw positie op afstand als
bezienswaardigheid (POI) op te slaan.
GOTO Een enkelvoudige etapperoute creëren vanaf uw huidige positie naar een
gekozen bestemming uit de POI-database, of met behulp van de cursor op de achtergrondkaart.
JOYSTICK De cursor op de schermkaart pannen.
De markeringsbalk verplaatsen om menu’s of gegevensinvoervelden te markeren.
eXplorist 100 GPS-ontvanger 3
Opening voor montage polsriem
Batterijdeksel
Batterijdeksel­vergrendeling (losschroeven om batterijdeksel te verwijderen voor het plaatsen van batterijen)
eXplorist 100 GPS-ontvanger (achterkant)
eXplorist 100 GPS-ontvanger 4
Batterijen installeren
De eXplorist 100 maakt gebruik van twee AA-batterijen die
worden geplaatst volgens bijgaande tekening. Let bij het
plaatsen van de batterijen op de juiste polariteit.
Nieuwe batterijen hebben bij normaal gebruik een verwachte
levensduur van maximaal 14 uur.
Tips om de levensduur van de batterijen te verlengen:
Schakel de eXplorist uit als u deze niet gebruikt.
Of u nu stilstaat of zich voortbeweegt, de eXplorist
berekent voortdurend uw positie en verbruikt hierdoor stroom. Schakel de eXplorist dus uit
als u langere tijd op dezelfde plaats verblijft.
Gebruik de voedingstimer om de eXplorist automatisch uit te schakelen. Als binnen het in
de voedingstimer ingestelde tijdsinterval geen knoppen van de eXplorist zijn gebruikt,
schakelt het toestel zich automatisch uit. U kunt kiezen uit een tijdsinterval van 5, 10, 30
of 60 minuten.
Gebruik de schermachtergrondverlichting spaarzaam. Deze functie vraagt het meest van
de batterijen. Als u de achtergrondverlichting continu laat branden zult u een
aanmerkelijk kortere levensduur van de batterijen kunnen constateren. Gebruik de
lichttimer om een tijdsinterval in te stellen, waarna de verlichting uitschakelt, als er
binnen dit interval geen knoppen zijn ingedrukt.
De voedingstimer instellen
Druk vanuit een willekeurig Nav-scherm op MENU. Markeer Voorkeuren en druk op ENTER. Markeer Energiebeheer en druk twee keer op ENTER. Markeer met de joystick 5 Minuten, 10 Minuten, 30 Minuten, 60 Minuten of Uit. Druk op ENTER. Druk op NAV om terug te gaan naar het laatst weergegeven navigatiescherm.
De lichttimer instellen
Druk vanuit een willekeurig Nav-scherm op MENU. Markeer Voorkeuren en druk op ENTER. Markeer Energiebeheer en druk op ENTER. Markeer met de joystick het veld Lichttimer. Druk op ENTER. Markeer met de joystick 30 seconden, 1 minuut, 2 minuten, 4 minuten, 10 minuten of Timer uit. Druk op ENTER. Druk op NAV om terug te gaan naar het laatst weergegeven navigatiescherm.
De eXplorist 100 maakt gebruik van gegevens die afkomstig zijn van GPS-satellieten, die draaiend in een baan om de aarde gedetailleerde gegevens over uw exacte locatie kunnen doorgeven. Dit is het fundament voor de eXplorist, waarmee het toestel u van de noodzakelijke gegevens voorziet om uw bestemming te bereiken.
Naar een bestemming gaan
U zult de eXplorist waarschijnlijk het meest gebruiken als navigatiegereedschap om op een gekozen bestemming te arriveren. De eenvoudigste en meest gebruikte route is een GOTO­route. Dit is de route die wordt berekend als een rechte lijn van waar u zich bevindt tot waar u naartoe wilt.
Stap één: Uw positie berekenen
De basistaak van de eXplorist is gebruik te maken van GPS-satellieten om uw huidige positie te berekenen. Dit proces vindt intern plaats in de software van de eXplorist. Het enige dat u kunt doen is de eXplorist een vrije toegang tot de open lucht geven, zodat de satellietsignalen ongehinderd kunnen worden ontvangen.
5De eXplorist 100 gebruiken
Dit moet u doen:
De antenne naar de open lucht richten.
Zorgen dat u zich in de open lucht bevindt.
Dit moet u niet doen:
De antenne met uw hand of met andere voorwerpen afdekken.
De antenne naar beneden richten.
Onder bomen of andere zware bebladering gaan staan.
Op plaatsen gaan staan waar satellietsignalen worden geblokkeerd door grote obstakels (zoals gebouwen, in een nauwe kloof, etc.)
Als u merkt dat de eXplorist uw positie niet berekent, ga dan naar een plek waar u een beter uitzicht op de open lucht hebt.
Schakel over naar het Satellietstatusscherm om de status van de satellieten te zien. Hier ziet u een grafische weergave van de satellieten met hun relatieve signaalsterkte. Er zijn minstens drie satellieten met een goede signaalsterkte nodig (aangegeven door de zwarte balken) om uw positie te berekenen. Een op basis van drie satellieten berekende positie wordt een 2D-positiefix genoemd. Als u een 2D-positiefix krijgt, wordt uw hoogte niet berekend. Om hoogtegegevens aan uw positiefix toe te kunnen voegen hebt u minstens vier satellieten met een goed signaal nodig. Posities die worden berekend met behulp van vier of meer satellieten worden 3D-positiefixes genoemd.
De eXplorist 100 gebruiken 6
Stap twee: Waar wilt u naartoe?
De eXplorist weet nu waar u bent. Vervolgens kunt u vertellen waar u naartoe wilt. Er zijn veel verschillende manieren waarop dit kan, maar de meest eenvoudige en meest gebruikte manier is via een GOTO-route. Dit is een route in één etappe met een startpunt (waar u nu bent) en een bestemming (waar u naartoe wilt). De bestemming wordt gekozen met behulp van de database Bezienswaardigheden.
Het aanmaken van een GOTO-route is niet meer dan het indrukken van de knop GOTO en het kiezen van een bestemming uit de database van bezienswaardigheden.
Stap drie: Voortbeweging berekenen
Als u zich voortbeweegt, berekent de eXplorist continu nieuwe posities, waarbij de nieuwe positie steeds wordt vergeleken met vorige posities om bijvoorbeeld koers en snelheid te bepalen. Dit is allemaal het werk van de interne software van de eXplorist, die communiceert met satellieten en alles direct op het scherm weergeeft.
Stap vier: Richting aangeven
De eXplorist berekent continu een directe lijn van uw huidige positie naar uw bestemming. Hiermee worden instructies gegeven om u de juiste weg te wijzen. Tenzij u zich op een groot open water bevindt, is het niet waarschijnlijk dat u deze instructies nauwkeurig kunt opvolgen. Om dit te compenseren werkt de eXplorist de route automatisch bij, om u te voorzien van de meest actuele gegevens over het bereiken van uw bestemming.
De eenvoudigste en meest gebruikte functie van de eXplorist 100 bestaat uit GOTO-routes. Door alleen de knop GOTO te gebruiken voorziet de eXplorist u van alle gereedschappen om u naar één van de bezienswaardigheden uit de database te brengen.
Uw positie opslaan
Een andere, veel gebruikte, functie van de eXplorist is het opslaan van uw positie in de database met bezienswaardigheden. Deze functie bereikt u door de toets MARK in te drukken. Bij het opslaan van een positie kunt u ook attributen toevoegen, zoals een icoon of een naam voor de bezienswaardigheid. Hiermee kunt u de betreffende bezienswaardigheid in de toekomst eenvoudiger in de database vinden.
Stel dat u een kampement opmaakt. Morgen bent u van plan om de natuur te gaan verkennen, waarna u weer naar uw huidige kampement wilt terugkeren. Druk op de knop MARK en geef de bezienswaardigheid de naam "kamp". Druk als uw trektocht is voltooid gewoon op de knop GOTO en selecteer "Kamp" in de lijst met Mijn bezienswaardigheden. Zo eenvoudig is het om de weg terug te vinden.
Tijdens het vissen op het meer komt u op een plek waar u erg veel kunt vangen. Volgend jaar wilt u weer naar dezelfde plek terugkeren. Schakel de eXplorist in en druk, nadat deze uw positie heeft berekend, op de knop MARK om deze plek op te slaan. U kunt bijvoorbeeld de naam "Meerval1" gebruiken om deze bezienswaardigheid op te slaan. Volgend jaar kunt u met een druk op de knop GOTO weer naar deze plek terugkeren.
De eXplorist 100 gebruiken 7
Een eenvoudiger situatie die vaker voorkomt is het vinden van uw auto op de immense parkeerplaats bij het winkelcentrum. Parkeer uw auto, stap uit en laat de eXplorist uw positie berekenen (zorg dat u vrij zicht op de open lucht hebt). Gebruik de knop MARK om deze positie op te slaan onder de naam "Auto". Als u klaar bent met winkelen loopt u het winkel­centrum uit en maakt u een GOTO-route aan met de bestemming "Auto". Ongeacht waar u hebt geparkeerd, de eXplorist brengt u eenvoudig terug naar uw auto.
Het spoor terug volgen
Trekkers, mountainbikers en buitenliefhebbers willen vaak een ’spoor van broodkruimels’ achterlaten om later de weg terug naar het startpunt te kunnen vinden. De eXplorist heeft een functie genaamd Terugweg die dat mogelijk maakt.
U hebt al kunnen lezen dat de eXplorist uw huidige positie voortdurend berekent en dat u deze kunt opslaan met de knop MARK. Stel u nu voor dat de eXplorist alle berekende posities automatisch opslaat, terwijl u een route volgt. Er ontstaat dan een serie opgeslagen posities, een ’spoor van broodkruimels’, dat de route aangeeft die u bent gevolgt. Dit is precies wat de eXplorist doet. Deze slaat de berekende posities op als verborgen bezienswaardigheden en ’rijgt’ deze aaneen om de gevolgde route weer te geven. Dit heet uw Track en de verborgen bezienswaardigheden zijn uw Tracklog.
Hiermee maakt de eXplorist het mogelijk om de door u gevolgde weg naar uw bestemming in omgekeerde richting af te leggen en terug te keren naar uw startpunt.
U rijdt naar het rangerkwartier in het bos om van daaruit de weg te volgen naar de waterval die u altijd al wilde zien. Volg het pad, terwijl u de eXplorist hebt ingeschakeld en deze uw posities laat opslaan. Het pad kronkelt zich voort en heeft diverse vertakkingen. Na een aantal uur arriveert u bij de waterval. Als u weer naar uw auto wilt terugkeren opent u de lijst met Tracklogs en kiest u de log Actieve track. Druk nu op MENU, markeer Terugweg en druk op ENTER. De eXplorist wijst u vervolgens probleemloos de weg terug. U keert terug op uw schreden naar de plaats vanwaar u bent vertrokken.
Een andere nuttige functie van Tracklogs is de mogelijkheid deze op te slaan voor later gebruik. In het bovenstaande voorbeeld zou u de tracklog hebben kunnen opslaan na het arriveren bij de waterval. U zou deze dan altijd weer kunnen opvragen om terug te keren.
De eXplorist 100 gebruiken 8
Extra functies
De Magellan eXplorist heeft alle functies die u verwacht van een hoogwaardig Magellan handheld navigatietoestel, met daarnaast nog veel meer om uw belevenissen buitenshuis zo aangenaam mogelijk te maken. U kunt de navigatieschermen aanpassen om díe gegevens zichtbaar te maken die belangrijk voor u zijn. De eXplorist maakt optimaal gebruik van scherm­kaarten waarop uw positie, de route die u volgt, de weg die u bent gevolgd (track) en bezienswaardigheden als iconen worden weergegeven. Er is een ingebouwde kilometerteller, waarmee u de afstand van uw reis kunt aflezen. Via gebruikersinstellingen kan de eXplorist zo worden ingesteld en onderhouden dat deze optimaal aan uw wensen voldoet. De eXplorist biedt dit en nog veel meer in de vorm van een eenvoudig te gebruiken, draagbaar navigatietoestel met ingebouwde helpfunctie, die u tijdens uw weidse trektochten kunt raadplegen.
Magellan eXplorist 100 met
optionele draaikogelhouder
Samenvatting
Ga van hier...
naar daar...
met behulp van dit toestel...
Beginnen 9
Beginnen
De eXplorist inschakelen
Druk op de knop AAN/UIT rechtsboven. Om te voorkomen dat de eXplorist per ongeluk wordt ingeschakeld en de batterijen leegraken, moet u tijdens weergave van het Openingsscherm op ENTER drukken. U hebt ongeveer 30 seconden om na het indrukken van AAN/UIT op ENTER te drukken, anders schakelt de eXplorist zichzelf automatisch weer uit.
De eXplorist uitschakelen
Druk op de knop AAN/UIT rechtsboven om de eXplorist uit te schakelen.
Na het indrukken van AAN/UIT wordt er 5 seconden afgeteld. Als u bij nader inzien de eXplorist toch niet wilt uitschakelen, druk dan op de knop ESC. Als u tijdens het aftellen nogmaals op de knop
AAN/UIT drukt, schakelt de eXplorist zichzelf onmiddellijk uit.
De achtergrondverlichting in/uitschakelen.
De achtergrondverlichting van het scherm heeft drie helderheidsniveaus; uit, laag en hoog. Als de eXplorist voor het eerst wordt ingeschakeld, is de achtergrondverlichting uit. Druk op knop Schermachtergrondverlichting linksboven op de eXplorist om de achtergrondverlichting op laag in te stellen. Als u nogmaals op dezelfde knop drukt, wordt de achtergrondverlichting op hoog ingesteld. Druk nogmaals op knop Schermachtergrondverlichting om de achtergrondverlichting weer uit te schakelen.
Telkens als u de knop
Schermachtergrondverlichting indrukt wordt de helderheid van de achtergrondverlichting gewijzigd.
LET OP: Het gebruik van de achtergrondverlichting doet een zware aanslag op de batterijen.
Beginnen 10
De eXplorist voor de eerste keer gebruiken
De eXplorist inschakelen. Druk op de knop Aan/uit. Druk als het Openingsscherm verschijnt op ENTER.
Taal kiezen. Als u de eXplorist voor het eerst gebruikt, kunt u een keus maken uit de tien talen die het toestel ondersteunt.
U kunt de gebruikte taal later ook altijd weer wijzigen via Menu > Voorkeuren > Talen.
Tip: Als u de taal per ongeluk hebt gewijzigd en u wilt de juiste taal weer herstellen, druk dan op de toets NAV tot het Satellietstatus­scherm wordt weergegeven. Druk op MENU. Markeer met de joystick de vierde regel en druk op ENTER. Markeer met de joystick de vijfde regel en druk op ENTER. Het scherm Taal wordt nu weergegeven.
Gebruik de joystick om
de markering omhoog of
omlaag te verplaatsen.
Druk op ENTER
om te accepteren.
Waarschuwing lezen. Druk op ENTER om de waarschuwingsmelding te accepteren.
Aanvangspositie berekenen. Voor het uitvoeren van deze functie kunt u zich het best in de open lucht bevinden, met vrij zicht op de open lucht. Als er geen vrij zicht op de open lucht is, kan dit langer duren en kan het zelfs gebeuren dat de eXplorist er niet in slaagt de aanvangspositie automatisch te berekenen.
De eXplorist begint met het uitrekenen van uw aanvangspositie.
Druk op ENTER
om door te gaan.
Omdat de eXplorist een koude start maakt, kan dit een paar minuten duren.
Normaliter berekent de eXplorist uw positie in een tijdsbestek van seconden, omdat er dan sprake is van een warme start. (De betekenis van koude start tegenover warme start wordt in het volgende hoofdstuk uitgelegd.)
Het Satellietstatusscherm wordt weergegeven. Hierin kunt u de ontwikkelingen volgen over het verzamelen van satellietgegevens.
In het Satellietstatus-
scherm wordt het aantal
gevonden satellieten en
hun relatieve signaal-
sterkte weergegeven.
Beginnen 11
Het Satellietstatusscherm wordt voortdurend bijgewerkt en u kunt grafisch volgen hoe goed de eXplorist zijn werk doet.
Als de eXplorist voldoende gegevens heeft om een positiefix uit te voeren, wordt het Satellietstatusscherm vervangen door een schermkaart. De pijlcursor in het midden van de schermkaart geeft uw positie aan. Als u zich voortbeweegt, verplaatst de pijl zich in de richting waarin u koerst.
Tip: Met de knoppen Inzoomen en Uitzoomen wijzigt u de schaal van de kaart om uw huidige positie beter te kunnen zien.
De eXplorist kan uw aanvangspositiefix niet uitvoeren. Als de eXplorist na twee minuten geen satellieten heeft gevonden, verschijnen de volgende schermen in een poging de positie van het toestel beter te bepalen.
Regio selecteren. Markeer met de joystick de regio waar u zich bevindt. Druk op ENTER als uw regio is gemarkeerd.
Gebied selecteren. Hiermee kunt u een lijst met gebieden binnen de door u geselecteerde regio weergeven. Markeer met de joystick het gebied waar u zich bevindt en druk op ENTER.
Beginnen 12
Huidige tijd invoeren. Voer met de joystick de huidige tijd in.
Joystick omhoog: het gemarkeerde getal verhogen Joystick omlaag: het gemarkeerde getal verlagen Joystick naar rechts: verplaatst de markering één karakter naar rechts Joystick naar links: verplaatst de markering één karakter naar links
U kunt tussen AM en PM overschakelen door de joystick omhoog of
omlaag te bewegen als AM of PM is gemarkeerd.
Druk op ENTER als u de juiste tijd hebt ingevoerd.
De geografische breedte en
hoogte van het gebied dat u
hebt geselecteerd wordt in
het scherm weergegeven.
Datum invoeren. Voer met de joystick de huidige datum in.
Joystick omhoog: het gemarkeerde getal verhogen Joystick omlaag: het gemarkeerde getal verlagen Joystick naar rechts: verplaatst de markering één karakter naar rechts Joystick naar links: verplaatst de markering één karakter naar links
Als de maand is gemarkeerd, kunt u met de joystick door de lijst met maanden scrollen.
Druk op ENTER als u de juiste datum hebt ingevoerd.
Gegevens accepteren. Onderin het scherm is de knop Klaar gemarkeerd. Controleer de ingevoerde gegevens en druk op ENTER als deze juist zijn.
Tip: Als de datum of tijd onjuist zijn, kunt u dit nu
corrigeren. Markeer met de joystick het tijd- of datumveld dat u wilt corrigeren. Druk op ENTER als het gewenste veld is gemarkeerd. U kunt nu op de hierboven beschreven manier de gegevens wijzigen.
Het Satellietstatusscherm wordt opnieuw weergegeven en de eXplorist probeert uw positie te berekenen op basis van de gegevens die u zojuist hebt ingevoerd.
Tip: Als u merkt dat de staafdiagram voor satellietsignaal­sterkte zich niet wijzigt, probeer het dan opnieuw op een andere locatie waar u een beter zicht hebt op de open lucht.
Zodra de eXplorist de aanvangspositie heeft berekend verschijnt de schermkaart op het scherm, waarin uw berekende positie als een pijlcursor in het midden wordt aangegeven.
Beginnen 13
Koude versus warme start. Als de eXplorist wordt ingeschakeld controleert het toestel eerst welke
satellieten het boven zich heeft en op welke relatieve posities deze zich bevinden. De eXplorist gebruikt hiervoor een interne satellietalmanak. In deze almanak bevinden zich gegevens over welke satellieten zich op een gegeven tijdstip boven specifieke delen van de aarde bevinden en wat bij benadering hun positie t.o.v. de eXplorist is. Als deze gegevens bekend zijn, kan de eXplorist zijn interne satellietkanalen instellen op het ontvangen van satellietzendgegevens.
Koude start. Bij een koude start heeft de eXplorist geen positie «bij benadering», om gegevens uit de almanak op te vragen. Dit is het geval als:
de eXplorist voor het eerst na aankoop wordt ingeschakeld. Het geheugen wordt voor verzending gewist, zodat alle posities die in het geheugen aanwezig zijn geweest op nul worden gezet.
u het geheugen van de eXplorist hebt gewist (zie Voorkeuren) en alle gegevens verwijderd zijn. De laatst berekende positie heeft dan een waarde van nul.
u een lange reis hebt gemaakt met uitgeschakelde eXplorist. De laatst opgeslagen positie kan dan zo ver weg zijn dat de eXplorist niet die satellieten aantreft die het toestel verwacht. (Als vuistregel kunt u aanhouden dat als u meer dan 500 mijl (804,7 km) met uitgeschakelde eXplorist reist, de kans groot is dat het toestel met een koude start begint.)
Na een koude start mag het niet meer dan 2 - 3 minuten duren, voordat de aanvangspositiefix is uitgevoerd.
Warme start. Als de laatst berekende positie nog in het geheugen van de eXplorist aanwezig is en u bevindt zich nog steeds op een vergelijkbare positie, is er sprake van een warme start. Meestal zal de eXplorist opstarten met een warme start. Bij een helder zicht op de open lucht kan de eXplorist uw positie dan binnen enkele seconden berekenen.
Afronden
De eerste start van de Magellan eXplorist 100 is hiermee een feit. Zodra de schermkaart wordt weergegeven is de eXplorist succesvol opgestart en bent u klaar voor vertrek.
Dit is een goed moment om de verschillende navigatieschermen te leren kennen (die u met de knop NAV oproept) en voorkeuren in te stellen die afwijken van de fabrieksinstellingen.
Navigatieschermen 14
Navigatieschermen
Navigatieschermen openen
De eXplorist heeft drie navigatieschermen en een Satellietstatusscherm. Deze schermen worden één voor één opgeroepen met de knop NAV. Alle schermen bevatten dezelfde informatie, alleen op verschillende manieren gepresenteerd. U kiest het scherm dat het best bij uw toepassing past.
Tip : Met de toets ESC bladert u ook door de navigatieschermen, net als met de knop NAV, maar dan in omgekeerde richting.
Schermkaart
Het eerste en meest gebruikte scherm is de schermkaart. De schermkaart laat uw positie zien en de POI's die u voor het weergegeven gebied hebt opgeslagen.
Belangrijkste functies van de schermkaart:
• Met de knoppen Inzoomen en Uitzoomen wijzigt u de schaal.
• De pijlcursor in het midden van het scherm geeft uw positie aan en de richting waarin u zich voortbeweegt.
• Druk op MARK om uw positie op te slaan.
• Met de joystick verplaatst u de cursor. De pijlcursor verandert dan in een draadkruiscursor en beschikbare gegevens over de cursorpositie worden onderin het scherm weergegeven. U kunt de positie van de draadkruiscursor ook opslaan als POI door op de knop MARK te drukken.
• Druk op ESC als u klaar bent met het verplaatsen van de cursor. Nu wordt uw huidige positie door de cursor weergegeven.
Navigatieschermen 15
• Druk op MENU en kies MapinfoUIT of Toon Mapinfo om de gegevensvelden onderin het scherm respectievelijk uit of in te schakelen.
• Druk op MENU en kies Pag. aanpassen om de weergegeven informatie onderin het scherm aan te passen.
• Druk op Menu en kies Oriëntatie om de oriëntatie van het scherm te wijzigen.
Overzicht schermkaart
Schaal kaart wijzigen
Druk op de knoppen Inzoomen of Uitzoomen om het bruikbare plotterdeel te bepalen dat op het scherm wordt weergegeven. . De schaal kan worden ingesteld van 1700 mijl (2700 km) tot 100 voet (35,0 m).
Tip : Houd de knop Inzoomen of Uitzoomen vast om snel door de beschikbare schalen te bladeren.
Navigatieschermen 16
Schermodi kaart
Voor de schermkaart zijn er twee modi beschikbaar: positiemodus en cursormodus. In de positiemodus geeft de schermkaart uw positie weer, aangeduid door het pijlicoon in het midden van de kaart. De pijl geeft niet alleen uw positie aan maar ook, indien van toepassing, in welke richting u zich verplaatst.
De positiemodus is de standaardmodus voor de schermkaart. Als u de schermkaart opent, is de positiemodus altijd actief.
De schermkaart
in positiemodus.
In cursormodus wordt er een cursoricoon weergegeven waarmee u zich over de kaart kunt verplaatsen. Onderin het scherm ziet u informatie over de koers en afstand van de cursor tot uw huidige positie. In cursormodus kunt u:
• zich over de kaart verplaatsen en informatie zien over gebieden op de kaart die niet direct rond uw huidige positie worden weergegeven,
• een POI aanmaken voor de positie onder de cursor
• een GOTO-route aanmaken naar de cursorpositie of
• gedetailleerde gegevens opvragen over de POI’s of kaartobjecten onder de cursor.
Deze opties worden behandeld in het hoofdstukonderdeel over het aanmaken van POI’s en GOTO­routes.
Beweeg de joystick om de cursor te verplaatsen en de cursormodus actief te maken. Zodra de joystick wordt gebruikt verandert de cursor in een draadkruiscursor en wordt onderin het scherm informatie weergegeven over de cursorpositie.
Druk op ESC om de cursormodus te verlaten. De schermkaart keert terug in de positiemodus en
De schermkaart in cursormodus
uw huidige positie wordt weer middenin het scherm weergegeven.
Navigatieschermen 17
Kaartgegevens tonen of verbergen
De gegevens onderin de schermkaart kunnen u helpen bij het navigeren naar uw bestemming. Wellicht wilt u echter in plaats van deze gegevens een groter deel van de kaart zien. U kunt deze gegevens dan ook verbergen.
1. Druk vanuit de schermkaart op MENU.
2. Markeer MapinfoUIT of Toon Mapinfo en druk op ENTER.
Schermkaart met
kaartgegevens
Schermkaart zonder
kaartgegevens
Navigatieschermen 18
De kaartgegevens aan uw wensen aanpassen
U kunt de aard van de gegevens die in de twee velden onderin het scherm wordt weergegeven aan uw wensen aanpassen. U kunt kiezen uit:
• Peiling
• Afstand
• Snelheid [standaard]
• Koers [standaard]
• ETA (Estimated Time of Arrival = geschatte aankomsttijd)
• ETE (Estimated Time Enroute = geschatte reistijd)
• Hoogte
•Tijd
•Datum
Zo wijzigt u de kaartgegevens:
1. Druk vanuit de schermkaart op MENU.
2. Markeer met de joystick de optie Pag. aanpassen.
3. Druk op ENTER.
4. De titelbalk van één van de velden wordt gemarkeerd. Markeer met de joystick de titelbalk van het veld dat u wilt wijzigen.
5. Druk op ENTER.
6. Markeer in de lijst het gegevenstype dat u in het betreffende veld wilt weergeven.
7. Druk op ENTER.
8. De markering springt automatisch naar het andere veld. Herhaal stap 5 om ook het gegevenstype voor dit veld te kiezen.
9. Als u de gegevenstypen hebt gekozen kunt u met ESC het menu verlaten.
Loading...
+ 54 hidden pages