Casio CTK-571 Owner's Manual [nl]

MODE D’EMPLOI GEBRUIKSAANWIJZING GUIDA DELL’UTILIZZATORE
P
CTK571/573-FDI-1
CTK571FDICover.p65 01.8.1, 2:50 PMPage 1 AdobePageMaker6.5J/PPC
Welkom...
Bij de club van tevreden eigenaars van CASIO electronische muziekinstrumenten! Om het meest profijt te kunnen trekken van de vele eigenschappen en functies van het keyboard dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen en bij de hand te houden ter naslag.
Belangrijk!
Vervang de batterijen of gebruik de AC adapter wanneer één de volgende symptomen optreedt.
• Zwak brandende stroomindicator
• Het instrument kan niet ingeschakeld worden.
• Donkere, moeilijk afleesbare display
• Abnormaal laag luidspreker-/hoofdtelefoonvolume
• Vervorming van het geluid
• Af en toe onderbreken van geluid tijdens weergave bij een hoog volume
• Plotseling uitvallen van de stroom tijdens weergave bij een hoog volume
• Donker worden van de display bij weergave met een hoog volume
• Geluid blijft klinken zelfs na loslaten van de toetsen
• De klank is totaal verschillend
• Abnormale weergave van ritmepatronen en demonstratiemelodieën
• Uitvallen van stroom, geluidsvervorming of laag volume bij spelen via een aangesloten computer of MIDI toestel
Het gebruik van de naam van een ander fabrikaat of product dient niet te worden geïnterpreteerd als van invloed zijnde op de kwaliteit van een handelsmerk of een onderhoudsmerk. Alle andere product­en bedrijfsnamen die in deze gebruiksaanwijzing voorkomen kunnen de handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaren.
CASIO ELECTRONICS CO., LTD. Unit 6, 1000 North Circular Road London NW2 7JD, U.K.
Dit teken is alleen geldig in de EG-landen.
Bewaar a.u.b. alle informatie ter naslag.
D-1
Voornaamste kenmerken
137 tonen
Alles van orkestinstrumenten tot synthetische geluiden, drums en nog meer.
100 ritmes
Een keuze van ritmes inclusief rock, pops, jazz en zo’n beetje elke andere denkbare muziekstijl.
Automatische begeleiding
Speel gewoonweg een akkoord en en de corresponderende ritme-, bas- en de akkoordonderdelen spelen automatisch mee. Eén-toets voorkeuzes roept de meest geschikte toon en tempo-instellingen op die passen bij het ritme dat u gebruikt.
100 ingebouwde melodieën, inclusief pianomelodieën
Ingebouwde melodieën vallen onder drie groepen: Song Bank (melodiebank - 50 automatische begeleidingsmelodieën), Etude (20 pianomelo­dieën) en Concert Piece (concertstukken - 30 pianomelodieën). In elke groep kunt u de weergavemelodieën gebruiken voor uw eigen luisterple­zier of het melodiedeel of een ander deel ‘wegknippen’ (achterwege laten) van een melodie en zelf meespelen.
3-staps lessen
De 3-staps lessen voorzien u in schermhulp met een gids van de vingerzettingen om mee te spelen met de melodieën van de Song Bank (melo­diebank), Etude of Concert Piece (concertstukken). Oefen eerst de timing van de noten. Speel daarna mee in uw eigen tempo. Na verloop van tijd zult u dan klaar zijn voor stap drie waarbij u met de normale snelheid meespeelt.
Muziek informatiesysteem
Een groot LCD scherm toont u de vingerzettingen en, klaviertoetsen die moeten worden aangeslagen en noten waardoor spelen op een keyboard nog informatiever en leuker wordt dan ooit te voren. Een ingebouwd achtergrondlicht houd de display goed leesbaar zelfs in het totale duister.
Geheugenfunctie
Neem maximaal twee stukken op in het geheugen voor latere weergave. Door de automatische begeleidingsfunctie te gebruiken kunt u ook realistisch ensemblespel creëren.
De schermhulp toetsenbordgids toont vingerzettingen voor de melodie terwijl de opgenomen melodieën worden weergegeven.
Algemene MIDI geschiktheid
Algemene MIDI tonen laten u een aansluiting maken met een PC zodat u kunt genieten van de “desktop muziek” mogelijheden. Dit keyboard kan ook gebruikt worden als een desktop toestel voor het invoeren van muziek of als een geluidsbron en het is in het bijzonder geschikt voor de weergave van in de vakhandel verkrijgbare voorbespeelde MIDI muziek software.
Display aanduidingen voor ontvangen MIDI boodschappen
Tijdens het spelen van algemene MIDI data kunt u informatie (data voor toetsenbord en pedalen) laten verschijnen op de display. U kunt ook een bepaald kanaal uitschakelen en dat deel meespelen op het toetsenbord. U kunt zelfs de weergave van een kanaal uitschakelen en dat meespelen via het toetsenbord.
D-2
Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid
Symbolen
Verschillende symbolen worden in deze gebruiksaan­wijzing en op het product zelf gebruikt om er voor te zorgen dat dit product op een juiste en veilige wijze wordt gebruikt en om letsel bij de gebruiker en andere personen en materiële schade te voorkomen. Deze sym­bolen worden hier samen met hun betekenis aangege­ven.
WAARSCHUWING
Deze aanduiding geeft zaken aan die het risico op ernstig letsel en zelfs de dood met zich mee kunnen brengen als het product onjuist bediend en deze aan­duiding in de wind geslagen wordt.
VOORZICHTIG
Deze aanduiding geeft zaken aan die het risico op letsel met zich mee kunnen brengen alsmede zaken die waarschijnlijk materiële schade kunnen veroorza­ken als het produkt onjuist bediend en deze aandui­ding in de wind geslagen wordt.
Voorbeelden van symbolen
Deze driehoek ( ) wijst erop dat de ge­bruiker voorzichtigheid dient te betrachten. (Het voorbeeld links duidt op een waarschu­wing t.a.v. electrische schokken.)
Deze cirkel met een lijn erdoor ( erop dat de aangegeven handeling niet uit­gevoerd dient te worden. Deze handelingen zijn in het bijzonder verboden binnen deze aanduiding of in de buurt van het symbool. (Het voorbeeld links geeft aan dat demonte­ren verboden is.)
De zwarte stip ( geven handeling uitgevoerd dient te wor­den. Aanduidingen binnen dit symbool zijn handelingen die uitgevoerd dienen te wor­den. (Het voorbeeld links geeft aan dat de netstekker uit het stopcontact getrokken dient te worden.)
) geeft aan dat de aange-
) wijst
WAARSCHUWING
Wees a.u.b. voorzichtig bij het hanteren van de netadapter.
• Gebruik geen andere netspanning dan het aangegeven voltage. Het gebruik van een ander voltage kan brand of electrische schok veroorzaken.
• Mocht het netsnoer beschadigd raken (ont­blote draden, knik, enz.) schaf dan a.u.b. een nieuwe netadapter aan. Het gebruik van een beschadigd netsnoer kan brand of electrische schok veroorzaken.
• Snijd niet in en beschadig het netsnoer niet. Plaats er tevens geen zware voorwerpen op en stel het niet bloot aan hoge temperatu­ren. Een beschadigd netsnoer kan brand of electrische schok veroorzaken.
• Vervorm het netsnoer niet door het te knik­ken, te draaien of er aan te trekken. Dit kan brand of electrische schok veroorzaken.
• Gebruik a.u.b. enkel de adapter aangege­ven voor dit instrument. Gebruik van een andere adapter kan vuur, electrische schok of defecten veroorzaken.
Plaats het instrument of de standaard niet op een onef­fen of instabiele ondergrond
• Door het instrument of de standaard op een oneffen of instabiele ondergrond te plaatsen kan het vallen met de kans op per­soonlijk letsel.
Plaats geen bekers met water of een andere vloeistof op het instrument.
• Plaats de volgende voorwerpen niet op het instrument. Word dit toch gedaan dan kan dit brand of electrische schok veroorzaken wanneer de inhoud gemorst wordt en het instrument binnendringt.
• Bekers met water of andere vloeistoffen
(inclusief vazen, gepotte planten, kopjes, cosmetica artikelen en medicijnen).
• Kleine metalen voorwerpen (inclusief
haarpinnen, naalden en munten)
• Ontvlambare voorwerpen Mocht een vreemd voorwerp toch het in­strument binnendringen, neem dan de vol­gende maatregelen:
1. Schakel de spanning uit.
2. Trek de netstekker uit het stopcontact.
3. Verwijder de batterijen mochten deze in-
gelegd zijn.
• Raak de batterijen bij het verwijderen niet
met uw handen aan. Ze kunnen warm zijn of vloeistof lekken.
4. Raadpleeg de winkel waar u het keyboard
kocht of een erkende CASIO onderhouds­plaats.
Niet demonteren of er aan knutselen.
• Probeer het instrument, het toebehoren en de apart verkrijgbare producten niet te de­monteren of er aan te knutselen. Dit kan nl. brand, electrische schok of defecten veroor­zaken. Controle, bijstellingen en reparaties dient u te laten uitvoeren door uw dealer.
D-3
Niet gebruiken mocht er zich iets abnormaals of een defect voordoen.
• Gebruik het instrument niet als er zich ab­normale toestanden voordoen zoals de aan­wezigheid van rook of een vreemde geur. Gebruik dit instrument niet als er zich een defect schijnt voor te doen zoals wanneer de spanning niet lijkt te werken of er geen geluid wordt weergegeven. Het gebruik on­der dergelijke omstandigheden kan brand of electrische schokken veroorzaken. Neem in dergelijke gevallen onmiddellijk de vol­gende stappen. Probeer nooit zelf het in­strument te repareren daar dit bijzonder gevaarlijk kan zijn.
1. Schakel de spanning uit.
2. Trek de netstekker uit het stopcontact.
3. Verwijder de batterijen mochten deze in-
gelegd zijn.
• Raak de batterijen bij het verwijderen niet
met uw handen aan. Ze kunnen warm zijn of vloeistof lekken.
4. Raadpleeg de winkel waar u het keyboard
kocht of een erkende CASIO onderhouds­plaats.
Wanneer het instrument gevallen is:
• Neem de volgende maatregelen wanneer het instrument gevallen of beschadigd is. Bij gebruik hierna kan brand ontstaan of electrische schokken optreden.
1. Schakel de spanning uit.
2. Trek de netstekker uit het stopcontact.
3. Verwijder de batterijen mochten deze in-
gelegd zijn.
• Raak de batterijen bij het verwijderen niet
met uw handen aan. Ze kunnen warm zijn of vloeistof lekken.
4. Raadpleeg de winkel waar u het keyboard
kocht of een erkende CASIO onderhouds­plaats.
Wees voorzichtig met tassen in de buurt van kinderen.
• Laat kinderen de tassen, waarin het instru­ment, het toebehoren, en de apart verkrijg­bare producten geleverd worden, niet over hun hoofd halen. Let hier in het bijzonder bij kleine kinderen op. Dit kan verstikking veroorzaken.
VOORZICHTIG
Netadapter
• Leg het netsnoer niet vlak in de buurt van kachels en andere warmte producerende apparatuur. Hierdoor kan het snoer smel­ten, wat mogelijk tot brand en electrische schokken kan leiden.
• Wanneer u het netsnoer loskoppelt van het stopcontact, neem dan altijd de stekker beet, dus niet het snoer. Bij te hard trekken aan het snoer kan dit beschadigd raken of bre­ken, waardoor mogelijk brand of electri­sche schokken worden veroorzaakt.
• Raak de netadapter niet met natte handen aan wanneer deze op het stopcontact aan­gesloten is. Dit kan nl. electrische schokken veroorzaken.
• Vergeet niet de netadapter uit het stopcon­tact te trekken tijdens onweer of wanneer u van plan bent het keyboard voor langere tijd ongebruikt te laten staan zoals wan­neer u op vakantie gaat.
• Schakel het toestel na gebruik uit en haal de stekker uit het stopcontact.
• Minstens eens per jaar dient u de stekker van de netadapter uit het stopcontact te halen en de stekers grondig schoon te ma­ken. Stof dat zich op en in de buurt van de stekers bevindt kan namelijk het gevaar op brand met zich meebrengen.
Batterijen
• Bij onjuist gebruik kunnen de batterijen bar­sten en lekken. Dit kan letsel, defecten van het instrument of verkleuring van meubels en andere zaken veroorzaken door het ont­snappen van batterijvloeistof. Neem het vol­gende in acht:
• Leg de batterijen juist in zodat de polari-
teit (+, –) overeenkomt met de aandui­dingen op het instrument.
• Vergeet ten behoeve van de veiligheid en
om te vermijden dat batterijvloeistof weg­lekt niet de batterijen te verwijderen wan­neer u het instrument voor langere tijd niet gebruikt, bijvoorbeeld wanneer u op reis gaat.
• Gebruik altijd hetzelfde type batterijen.
• Combineer de nieuwe batterijen nooit met
oude.
• Gooi batterijen niet weg door ze te ver-
branden en sluit ze niet kort, demonteer ze niet en stel ze niet bloot aan overma­tige hitte.
• Vervang de batterijen onmiddellijk.
• Probeer nooit de batterijen op te laden.
Vervoer
• Zorg er om het instrument te vervoeren altijd voor de netadapter los te koppelen van het stopcontact en controleer dat alle uitwendige aansluitingen zijn losgemaakt. Pas dan mag het toestel vervoerd worden. Als er geen rekening met het bovenstaande gehouden wordt, kan het netsnoer moge­lijk beschadigd raken en brand en electrische schokken veroorzaken.
Onderhoud
• Bij het uitvoeren van onderhoud van het toestel dient u er altijd eerst op te letten de netadapter los te koppelen van het stop­contact; dit voor de veiligheid. Verwijder tevens de batterijen mocht het instrument deze bevatten.
Plaatsing van het toestel
• Plaats het instrument niet op plaatsen met een hoge vochtigheidsgraad of een opeen­hoping van stof. Dit kan brand en electrische schokken veroorzaken.
D-4
• Plaats het instrument niet op plekken die blootstaan aan vettige luchtjes of stoom zo­als in de keuken of in de buurt van een luchtbevochtiger. Dit kan brand en electrische schokken veroorzaken.
Plaats het keyboard niet op gelakte meubels.
• De rubberen voetjes onder het instrument kunnen op het oppervlak van gelakte meu­bels een zwarte afdruk achterlaten of het meubel anderzijds beschadigen. Gebruik vilten onderzetters o.i.d. en bij voorkeur een CASIO standaard of muziekinstrumen­ten dat precies ontworpen is voor uw keyboard.
Plaats geen zware voorwerpen op het instrument.
• Plaats geen zware voorwerpen op het in­strument. Hierdoor kan het instrument overhellen, omvallen en breken terwijl te­vens letsel kan ontstaan.
Volume
• Erg hoge volumeniveau’s kunnen het ge­hoor beschadigen. Vermijd langdurig ge­bruik van het instrument bij erg hoge vo­lume-instellingen. Raadpleeg onmiddelijk een arts wanneer u verminderd gehoor of piepende oren ondervindt.
Voorzorgsmaatregelen voor de vloeibare kristaldisplay (LCD)
• Vermijd dat de LCD van het toetsenbord aan harde stoten wordt blootgesteld waar­door het glas ervan kan breken met de kans op persoonlijk letsel.
• Mocht het glas van de LCD ooit breken, laat dan in geen geval de vloeistof in con­tact met uw huid daar dit brandwonden en irritatie kan veroorzaken.
•Mocht de LCD vloeistof in uw mond ko-
men, spoel dan onmiddellijk uw mond met water en raadpleeg een arts.
•Mocht de LCD vloeistof in uw ogen ko-
men, spoel dan onmiddellijk uw ogen ge­durende 15 minuten met water en raad­pleeg een arts.
Ga niet op het instrument of de standaard staan.*
• Sta niet bovenop het instrument of de stan­daard. Wees in het bijzonder voorzichtig met kleine kinderen. Hierdoor kan het in­strument overhellen, omvallen en breken terwijl tevens letsel kan ontstaan.
Los verkrijgbare standaard*
• Volg de bijgeleverde montage-instructies en zet de standaard zorgvuldig in elkaar. Draai alle bouten, schroeven en klemmen stevig aan en zorg dat het instrument correct op de standaard gezet wordt. Onjuist of on­voldoende aangedraaide schroeven, of het instrument onjuist op de standaard plaat­sen kan tot gevolg hebben dat de standaard omvalt of het instrument van de standaard valt, wat tot verwondingen kan leiden.
Onderhoud van het toestel
Vermijd hitte, vocht en direct zonlicht.
Stel het toestel niet bloot aan direct zonlicht, zet het niet op een plaats dichtbij een airconditioning of op een bijzonder warme plaats.
Gebruik het toestel niet in de buurt van een TV of radio.
Dit instrument kan storing veroorzaken bij TV en radio. Mocht dit gebeuren, zet het toestel dan verder weg van de TV of de radio.
Gebruik voor het reinigen van het toestel nooit lak, verdunner of dergelijke chemicaliën.
Maak het toetsenbord schoon met een zachte doek bevochtigd in water met een milde oplossing van een neutraal schoonmaakmiddel. Dom­pel de doek in de oplossing en wring hem uit totdat hij bijna droog is.
Vermijd het gebruik op plaatsen met een bij­zonder hoge of lage temperatuur.
Extreem hoge of lage temperaturen kunnen de cijfers op het LCD scherm mogelijk donker of moeilijk te zien maken. Deze situatie zou zichzelf moeten corrigeren wanneer de temperatuur van het keyboard weer normaal is geworden.
OPMERKING
Misschien heeft u lijnen in de afwerking van dit keyboard opgemerkt. Deze lijnen zijn het resultaat van het vormgieten om het plastic van de kast in de juiste vorm te maken. Het zijn geen breuken of krassen in het plastic en geen reden voor ongerustheid.
* De standaard is verkrijgbaar als optie.
D-5
Inhoudsopgave
Welkom.................................. D-1
Voornaamste kenmerken ..... D-2
Voorzorgsmaatregelen ten behoeve van de veiligheid ... D-3
Onderhoud van het toestel ...
D-5
Inhoudsopgave ..................... D-6
Algemene gids ...................... D-8
Betreffende de display ....................... D-9
Een snelle naslag ............... D-10
Aansluitingen....................... D-11
Gebruik van de metronoom.............. D-15
Gebruik van automatisch
begeleiding ......................... D-16
Instellen van een ritme ..................... D-16
Spelen van een ritme ....................... D-16
Regelen van het tempo .................... D-16
Automatische begeleiding gebruiken ...
Gebruik van een intro patroon ......... D-19
Gebruik van een fill-in patroon ......... D-19
Gebruik van een ritmevariatie .......... D-19
Gebruik van een fill-in patroon met
een variatieritme ............................... D-19
Begeleiding en ritmespel tegelijk
starten .............................................. D-19
D-17
Hoofdtelefoon/uitgangsaansluiting
(PHONES/OUTPUT) ......................... D-11
Aansluiten op een computer of
andere apparatuur ............................. D-11
Toewijsbare aansluiting ..................... D-11
Accessoires en opties .......................D-11
Stroomvoorziening............. D-12
Werking op batterijen ....................... D-12
Gebruik van de netadapter............... D-12
Automatische stroomonderbreking ...
Instellingen en geheugeninhoud ...... D-13
D-13
Basisbediening ....................D-14
Spelen op het keyboard ................... D-14
Instellen van een toon ...................... D-14
Afsluiten met een eindpatroon ......... D-20
Instellen van het begeleidingsvolume ...
Gebruik van één-toets voorkeuzes ...
D-20
D-20
Weergeven van een
ingebouwde melodie .......... D-21
Weergeven van een melodie uit de
melodiebank ..................................... D-21
Spelen van een Etude melodie ........ D-22
Spelen van een Concert Piece stuk ...
Muziekinformatiesysteem................. D-22
Instellen van het tempo .................... D-23
Pauzeren van de weergave ............. D-23
Achteruitspoelen .............................. D-23
Vooruitspoelen ................................. D-23
D-22
D-6
Veranderen van melodietoon ........... D-23
Om alle melodieën achter elkaar
weer te geven ................................... D-23
Oplossen van moeilijkheden ...
D-41
Technische gegevens ........ D-42
3-staps les ........................... D-24
Stap 1 - De timing machtig worden
Stap 2 - De melodie machtig worden. ...
Stap 3 - Spelen bij normale snelheid. ....
.... D-25
D-25
D-26
Geheugenfunctie ................ D-27
Sporen .............................................. D-27
Real-time opnemen naar Spoor 1 .... D-28
Weergave van het geheugen ........... D-29
Real-time opname op Spoor 2 ......... D-30
Uitwissen van de inhoud van een
specifiek spoor ................................. D-31
Instellingen van het
keyboard ..............................D-32
Appendix ............................... A-1
Notentabel ...........................................A-1
Drumklankenlijst ..................................A-3
Fingered akkoordkaarten ....................A-4
Toonlijst ............................................... A-6
Ritmelijst .............................................. A-7
MIDI Implementation Chart
Gebruik van lagen ............................ D-32
Gebruik van splitsen......................... D-32
Gebruik van lagen en splitsen
tegelijkertijd ...................................... D-33
Gebruik van toetsrespons ................ D-34
Transpositie van het toetsenbord ..... D-34
Stemmen van het keyboard ............. D-35
MIDI .......................................D-36
Wat is MIDI? ..................................... D-36
Algemene MIDI ................................ D-36
Veranderen van MIDI instellingen .... D-37
Boodschappen ................................. D-39
D-7
ETUDE
LAYER
SPLIT
GM
TOUCH RESPONCE
MEMORY
CONCERT
PIECE
LAYER
SPLIT
RIGHT/TRACK2
LEFT/TRA
CK1
F
F
R
E
W
PLAY/PAUSE
STOP
BEAT
METRO
NO
ME
FULL RANGE
MAX
MIN
CHORD
FINGERED
CASIO CHORD
NORMAL
RIGHT/TRACK2
LEFT/TRACK1
FF
REW
PLAY/PAUSE
STOP
BEAT
M
ETR
O
N
O
M
E
Luidspreker Luidspreker
Vooruitspoeltoets (FF)
Terugspoeltoets (REW)
Stoptoets (STOP)
Weergave/pauzetoets (PLAY/PAUSE)
Demonstratietoets (DEMO)
Etudetoets (ETUDE)
Concertstuktoets (CONCERT PIECE)
Geheugentoets (MEMORY)
Lijst van percussie-instrumenten
Stap 2 toets
Stap 3 toets
Stap 1 toets
Spanningstoets (POWER)
Toonlijst (TONE)
Spanningsindicator
Functieschakelaar (MODE)
Melodiebankregeltoets (SONG BANK)
Display
*
Etudelijst (ETUDE)
Ritmelijst (RHYTHM)
Tempotoets (TEMPO)
Volumeschuifregelaar (VOLUME)
Concertstuklijst (CONCERT PIECE)
Namen van grondakkoorden (CHORD ROOT NAMES)
Normaal/fill-in toets (NORMAL/FILL-IN)
Introtoets (INTRO)
Variatie/fill-in toets (VARIATION/FILL-IN)
Synchro/eindtoets (SYNCHRO/ENDING)
Begeleidingsvolumetoets (ACCOMP VOLUME)
Rechts/spoor 2 toets (RIGHT/TRACK 2)
Links/spoor 1 toets (LEFT/TRACK 1)
Start/stoptoets (START/STOP)
Tranaponeer/stem/MIDI toets (TRANSPOSE/TUNE/MIDI)
Toetsresponstoets (TOUCH RESPONSE)
Metronoomtoets (METRONOME)
Eéntoets voorkeuzetoets (ONE TOUCH PRESET)
Maatslagtoets (BEAT)
Algemene gids
De namen van klaviertoetsen, toetsen en andere namen worden aangegeven in de tekst van deze gebruiksaanwijzing in vetdruk.
*
Monteren van de bladmuziekstandaard
Steek de standaard in de gleuf aan ed bovenkant van het toetsenbord zoals aangegeven in de afbeelding.
D-8
Weergave van een demonstratiemelodie
Bij indrukken van de DEMO toets begint weergave van de demonstratiemelodieën waardoor 100 ingebouwde melodieën doorlopend achter elkaar afgespeeld worden. Druk op de DEMO, START/STOP of STOP toets om weergave van de demonstratiemelodie te stoppen.
OPMERKINGEN
Bij indrukken van de [+] (voorwaarts) of [–] (achterwaarts) toets wordt naar de volgende of vorige demonstratiemelodie gegaan.
De toon van het keyboard (pagina D-14) kan ingesteld worden voor het begin van de demonstratiemelodieën en dan kan deze toon gebruikt worden om mee te spelen op het toetsenbord.
De functies voor MIDI, lagen en splitsen zijn uitgeschakeld tijdens weergave van een demonstratiemelodie.
Achter Paneel
OUT IN
MIDI OUT aansluiting
Toewijsbare aansluiting (ASSIGNABLE JACK)
Hoofdtelefoon/uitgangsaansluiting (PHONES/OUTPUT)
MIDI IN aansluiting
MIDI
ASSIGNABLE
JACK
PHONES/
DC 9V
OUTPUT
9V gelijkstroomaansluiting (DC 9V)
Cijfertoetsen
[+]/[–] toetsen
en
)
Betreffende de display
2.
Dit deel toont het toonnummer en de -naam, het
ritmenummer en de -naam en het melodienummer en de
-naam. Het toont ook andere informatie bij gebruik van de geheugenfunctie en andere functies. Indicators verschijnen hier ook om aan te geven wat voor soort data getoond wordt: TONE (toondata), RHYTHM (ritmedata) en SONG BANK (melodiebankdata).
1.
Er verschijnen een punt en een pianoteken naast de groep die in gebruik is: étude, concertstuk.
8.
Gebruik een
grafisch toetsenbord om noten te laten zien die gespeeld worden van de ingebouwde melodieën, op het toetsenbord of van het geheugen, akkoordvormen en MIDI ontvangstdata.
ETUDE
CONCERT
PIECE
Voor het invoeren van cijfers om een aangegeven nummer of instelling te veranderen.
Negatieve waarden kunnen niet worden ingevoerd met de cijfertoetsen. Gebruik in plaats daarvan de [+] (verhogen) en [–] (verlagen) toets.
Toontoets (TONE)
Ritmetoets (RHYTHM)
Melodiebanktoets (SONG BANK)
Laag-toets (LAYER)
LAYER
SPLIT
3.
Dit deel is de notenbalknotatiedisplay die noten aangeeft die van ingebouwde melodieën of op het toetsenbord worden gespeeld of uit het geheugen, van akkoordvormen en MIDI ontvangstdata.* Noten binnen het bereik F notenbalknotatiedisplay aangegeven als een lagere octaaf samen met een octaaf omhoog-teken ( ).* Bij gebruik van een pedaal verschijnt hier het ( ) teken telkens bij indrukken van het pedaal. *1 Ontvangen noten buiten het bereik C2 - C7 verschijnen niet in
de display.
*2 Noten binnen het bereik C2 - B2 worden niet getoond terwijl
het octaaf omhoog-teken ( ) in de display aangegeven wordt.
Splitstoets (SPLIT)
#
6 - C7 worden door de
2
LAYER
SPLIT
GM
TOUCH RESPONSE
MEMORY
4.
Een wijzer of indicator verschijnt naast een functie die in gebruik is: toetsrespons, algemene MIDI functie, lagen, splitsing, geheugen en stap.
1
7.
Dit deel toont de akkoordnamen tijdens weergave van de automatische begeleiding en de melodiebank.
6.
Dit deel toont maatnummer, maatslagnummer, een grafische metronoom en de tempowaarde (maatslagen per minuut) tijdens weergave van ritmes en de automatische begeleiding en bij gebruik van het geheugen. Tevens wordt hier de lesstapnummer getoond tijdens de 3-staps les.
OPMERKING
Displayvoorbeelden aangegeven in deze gebruiksaanwijzing dienen enkel ter illustratie. De werkelijke tekst en waarden die in de display verschijnen kunnen verschillen van de voorbeelden die hier inde gebruiksaanwijzing worden gegeven.
5.
Dit deel toont vingerzettingen, dynamische markeringen, en andere vingerinformatie tijdens de 3-staps les en melodieweergave. De letters L (links) en R (rechts) verschijnen om de automatische begeleidingsdelen en geheugensporen voor de linker- en de rechterhand aan te geven.
D-9
Een snelle naslag
Spanningsindicator
Power indicator
POWER
Dit hoofdstuk geeft een snel overzicht van de bediening van het key­board mt stappen één en twee van de 3-staps lesfunctie. Bij de 3-staps lesfunctie gaan de schermhulp toetsenbordgidstoetsen branden om de volgende noot van de melodie te tonen.
MODE
Spelen op het toetsenbord
1. Druk op de POWER toets om de spanning in te scha-
kelen.
Hierdoor gaat de spanningsindicator branden.
Brandt
2. Zet de MODE schakelaar in de NORMAL stand.
Step 1
Stap 1
Step 2
Stap 2
SONG BANK
Cijfertoetsen
Number buttons
CONCERT PIECE
ETUDE
5. Druk op de Stap 1 toets of op de Stap 2 toets.
Het toetsenbord geeft een aftelmaat weer en wacht tot u iets op het toetsenbord speelt. De toetsen die u eerst moet in­drukken gaan knipperen in de display.
6. Speel de melodie mee met de begeleiding van de in-
gestelde melodie.
Speel en gebruik daarbij de klaviertoetsen vingerzettingen en noten die aangegeven worden in de display.
LAYER
ETUDE
CONCERT
PIECE
Gebruikte klaviertoets
Vingerzetting Noot
SPLIT
GM
TOUCH RESPONSE
MEMORY
toonhoogte
FULL RANGE CHORD
FINGERED
CASIO CHORD
NORMAL
3. Druk op de SONG BANK toets.
Brandt
4. Vind de melodie die u wilt spelen van de SONG BANK
lijst en voer dan het 2-cijferige nummer in m.b.v. de cijfertoetsen.
Voorbeeld: Voor keuze van 42 ALOHA OE , voert u eerst 4 en
daarna 2 in.
7. Druk op de START/STOP of STOP toets om weer gave
op elk gewenst moment te stoppen.
Als u stap 1 van de les koos.
Speel de noten op het toetsenbord.
Een sub-melodie (obbligato) speelt mee in het tempo van de
melodie.
Bij Stap 1 wordt de correcte melodienoot gespeeld ongeacht welke klaviertoets ingedrukt wordt.
Als u stap 2 van de les koos.
Speel de juiste noten op het toetsenbord.
Terwijl een schermhulp toetsenbordgidstoets brandt, druk
op de corresponderende toets van het werkelijke toetsenbord. Tijdens een Etude of Concert Piece melodie gaan de toetsen­bordgids aanduidingen uit wanneer u op een klaviertoets drukt en de schermhulp toetsenbordgidstoets gaat branden voor de volgende noot die moet worden gespeeld.
Een sub-melodie (obbligato) speelt mee in het tempo van de melodie zolang u de correcte klaviertoetsen blijft indrukken.
Spelen van een Etude of Concert Piece melodie
1. Wanneer u bij stap 3 van de bovenstaande procedure
komt, druk dan op de ETUDE of CONCERT PIECE toets in plaats van de SONG BANK toets.
2. Zoek het stuk op dat u wilt spelen in de lijst die be-
hoort bij de toets die u indrukte (ETUDE of CONCERT PIECE) en voer dan het betreffende twee-cijferige num- mer in m.b.v. de cijfertoetsen.
3. Ga daarna verder met stap 5 van de bovenstaande
procedure.
D-10
Aansluitingen
Hoofdtelefoon/uitgangsaansluiting (PHONES/OUTPUT)
Vergeet niet eerst het volume van het keyboard en andere aangeslo­ten apparatuur zacht te zetten alvorens de hoofdtelefoon of andere uitwendige apparatuur aan te sluiten. Nadat u klaar bent met het maken van de aansluitingen kunt u dan het volume op het gewenste niveau instellen.
[Achterpaneel]
PHONES/OUTPUT aansluiting
Audio aansluitingen
ASSIGNABLE
PHONES/
OUT IN
MIDI
JACK
3
Keyboardversterker, gitaarversterker,enz.
Aansluiten van een hoofdtelefoon (Afbeelding
Bij aansluiten van de hoofdtelefoon wordt tegelijkertijd het geluid van de ingebouwde luidsprekers afgesneden, zodat u 's nachts kunt spelen zonder de buren wakker te houden.
Geluidsapparatuur (Afbeelding
Sluit het keyboard aan op geluidsapparatuur m.b.v. een los verkrijg­baar aansluitsnoer met een standaardstekker aan de ene kant en twee pinstekkers aan het andere uiteinde, Merk op dat de op het keyboard aangesloten standaardstekker een stereostekker dient te zijn anders kunt u slechts via een van de twee stereo kanalen geluid verkrijgen. Bij deze opstelling zet u de ingangskeuzeschakelaar van de aangeslo­ten geluidsapparatuur gewoonlijk in de daarvoor bedoelde stand (nor­maliter aangeduid als AUX IN of iets in die geest) die dus overeen­komt met waar het snoer van het keyboard op aangesloten is. Zie de gebruiksaanwijzing van de geluidsapparatuur voor volledige details.
Versterker voor muziekinstrumenten (Afbeelding
Sluit het keyboard m.b.v. een los verkrijgbaar aansluitsnoer aan op de versterker voor muziekinstrumenten.
OPMERKING
Gebruik een aansluitsnoer met een stereo standaardstekker aan het uit­einde dat u op het keyboard aansluit en een stekker, die voorziet in een dubbele signaalingang (links en rechts), op de versterker waarop u de aansluiting tot stand brengt. Bij gebruik van een verkeerde stekker aan een van beide uiteinden kan het stereo-effect verloren gaan.
Bij aansluiting op een versterker voor muziekinstrumenten kunt u het volume van het keyboard relatief laag zetten en veranderingen in het volume maken met de bedieningsorganen van de versterker.
Aansluitvoorbeeld
Naar de PHONES/OUTPUT aansluiting
Standaard stereostekker
Pinstekker (rood)
Pinstekker (wit)
DC 9V
OUTPUT
Stereo standaard stekker
Wit
2
22
2)
22
LINKS
AUX IN of overeenkomstige
aansluiting van de geluidsversterker
Pinstekker
INPUT 1
INPUT 2
Standaardstekker
1
Rood
RECHTS
11
1)
11
33
3)
33
Keyboard- of gitaarversterker
Pinstekker
Aansluiten op een computer of andere apparatuur
U kunt het keyboard tevens op een computer of sequencer aanslui­ten. Zie MIDI op pagina D-36 voor details.
Toewijsbare aansluiting
U kunt een los verkrijgbaar aanhoudpedaal (model SP-2 of SP-10) aansluiten op de toewijsbare aansluiting om de onderstaande moge­lijkheden te benutten.
Zie ASSIGNABLE JACK op pagina D-39 voor details aangaande de pedaalfunctie.
Toewijsbare aansluiting
PHONES/ OUTPUT
DC 9V
SP-10
OUT IN
MIDI
ASSIGNABLE
JACK
Aanhoudpedaal
Bij pianotonen zal het geluid aangehouden worden als het pedaal wordt ingetrapt, net zoals bij het demppedaal van een piano.
Bij orgeltonen wordt het geluid doorlopend aangehouden totdat het pedaal wordt losgelaten.
Sostenutopedaal
Zoals bij het aanhoudpedaal hierboven zal het geluid aangehou­den worden bij intrappen van het sostenutopedaal.
Het verschil tussen een aahoudpedaal en een sostenutopedaal is de timing. Bij een sostenutopedaal slaat u eerst de klaviertoetsen aan en trapt u vervolgens op het pedaal voordat u de toetsen los­laat. Dan worden alleen die klanken aangehouden die op het mo­ment van intrappen van het pedaal nog te horen zijn.
Zacht pedaal
Bij intrappen van het pedaal wordt de weergegeven noten verzacht.
Ritme start/stoppedaal
In dit geval vervult het pedaal dezelfde functies als de START/STOP toets.
Accessoires en opties
Gebruik enkel de accesoires en opties die genoemd worden voor dit keyboard. Bij gebruik van niet-erkende items bestaat er gevaar op brand, electrische schok en persoonlijk letsel.
D-11
Stroomvoorziening
Dit keyboard kan werken op het standaard lichtnet (m.b.v. de voor­geschreven netadapter) of op batterijen. Let er altijd op het keyboard uit te schakelen wanneer u hem niet gebruikt.
Werking op batterijen
Let er altijd op het keyboard uit te schakelen voordat u batterijen inlegt of ze vervangt.
Inleggen van de batterijen
1. Verwijder het deksel van het batterijvak.
2. Leg 6 batterijen maat D in het batterijvak.
Zorg ervoor dat de positieve (+) en negatieve (–) polen in de juiste richting wijzen.
3. Steek de nokjes aan het deksel van het batterijvak in
de daarvoor bedoelde gaatjes en sluit het deksel.
Bij onjuist behandelen van de batterijen kunnen deze gaan barsten of lekken waardoor persoonlijk letsel of schade veroorzaakt kan wor­den door in contact komen met batterijvloeistof. Merk de volgende voorzorgsmaatregelen op.
Zorg ervoor dat de positieve (+) en negatieve (–) polen in de juiste richting wijzen zoals aangegeven binnenin het batterijvak.
Teneinde te vermijden dat batterijen gaan lekken dient u de deze uit het keyboard te halen wanneer u dit voor langere tijd niet ge­bruikt (zoals wanneer u op vakantie gaat).
Gebruik batterijen van verschillende makelij niet samen.
Gebruik oude en nieuwe batterijen niet samen.
Gooi nooit batterijen weg door ze te verbranden, laat ze geen kort-
sluiting maken (door de polen te verbinden), haal ze nooit uit el­kaar en stel ze niet bloot aan open vuur.
Vervang de batterijen zo spoedig mogelijk bij tekenen van zwakker worden.
Probeer nooit de batterijen op te laden.
Gebruik van de netadapter
Zorg ervoor enkel de voor dit keyboard voorgeschreven netadapter te gebruiken.
Voorgeschreven netadapter: AD-5
9V gelijkstroomaansluiting
BELANGRIJK!
OUT IN
MIDI
ASSIGNABLE
JACK
PHONES/ OUTPUT
Wisselstroomadapter AD-5
DC 9V
Dit keyboard kan mogelijk niet goed functioneren als u batterijen in­legt of vervangt met de spanning ingeschakeld. Mocht dit gebeuren dan zal het toestel weer normaal functioneren door de spanning uit en daarna weer in te schakelen.
Belangrijke informatie aangaande de batterijen
Hieronder wordt aangegeven wat de geschatte levensduur van de batterijen is.
Mangaanbatterijen ............................. 6 uur
De bovenstaande waarde is de standaard levensduur van de bat­terijen bij een normale temperatuur met het volume ingesteld op een middenstandje. Bij extreme temperaturen of bij weergave bij een hard volume kan de levensduur van de batterijen korter zijn.
Een van de volgende symptomen kan op een lage batterijspan­ning duiden. Vervang de batterijen zo spoedig mogelijk wanneer een van deze symptomen optreedt.
Zwak brandende stroomindicator
Het instrument kan niet ingeschakeld worden.
Donkere, moeilijk afleesbare display
Abnormaal laag luidspreker-/hoofdtelefoonvolume
Vervorming van het geluid
Af en toe onderbreken van geluid tijdens weergave bij een hoog
volume
Plotseling uitvallen van de stroom tijdens weergave bij een hoog volume
Donker worden van de display bij weergave met een hoog vo­lume
Geluid blijft klinken zelfs na loslaten van de toetsen
De klank is totaal verschillend
Abnormale weergave van ritmepatronen en demonstratieme- lodieën
Uitvallen van stroom, geluidsvervorming of laag volume bij
spelen via een aangesloten computer of MIDI toestel
Stopcontact
Merk tevens de volgende waarschuwingen en voorzorgsmaatrege­len op bij gebruik van de netadapter.
WAARSCHUWING!
Let erop nooit enige schade toe te brengen aan het netsnoer of dit te breken. Plaats nooit zware voorwerpen op het snoer en stel het nooit bloot aan open vuur. Hierdoor kan nl. schade, brand of electrische schok optreden.
Gebruik enkel de voorgeschreven netadapter. Bij gebruik van een an­der type adapter bestaat er gevaar op brand en electrische schok.
LET OP!
Zorg er uit veiligheidsoverwegingen voor de netadapter uit het stopcon­tact te halen wanneer u het keyboard voor langere tijd zonder toezicht laat staan (zoals wanneer u op vakantie gaat).
Schakel altijd de spanning van het keyboard uit en haal de stekker uit het stopcontact wanneer u het toestel niet gebruikt.
BELANGRIJK!
Zorg ervoor dat het keyboard uitgeschakeld is alvorens de netadapter in het stopcontact te steken of hem er uit te trekken.
Bij langdurig gebruik van de netadapter kan deze warm worden. Dit is normaal en duidt niet op een defect.
D-12
Automatische stroomonderbreking
De spanning van het keyboard wordt bij werking op batterijen auto­matisch na ca. 6 minuten na het laatst indrukken van een toets uitge­schakeld. Druk op de POWER toets om de spanning opnieuw in te schakelen wanneer dit gebeurt.
OPMERKING
De automatische stroomonderbreking werkt niet wanneer het keyboard op stroom van het lichtnet werkt.
Permanent uitschakelen van de automatische uitschakelfunctie
Houd tijdens het inschakelen van het keyboard de TONE toets inge­drukt om de automatische uitschakelfunctie permanent uit te scha­kelen.
Nadat deze functie is uitgeschakeld zal de spanning niet automa­tisch uitgeschakeld worden ongeacht hoelang er geen bediening plaatsvindt.
De automatische uitschakelfunctie wordt opnieuw ingeschakeld wanneer u de spanning met de hand eerst uit- en vervolgens weer inschakelt.
Instellingen en geheugeninhoud
Instellingen
Belangrijke instellingen van het keyboard zoals toon en ritme die gemaakt waren vóór het automatisch of met de hand uitschakelen van de spanning zullen weer van kracht zijn als de spanning weer ingeschakeld wordt.
Belangrijke instellingen van het keyboard
Belangrijke instellingen omvatten die voor toonnummer, laag, splits, splitspunt, toetsrespons, ritmenummer, tem­po, begeleidingsvolume, algemene MIDI functie aan/uit, be­geleiding MIDI OUT aan/uit, toewijsbare aansluitinginstel­ling, keyboardkanaal en melodienummer.
Geheugeninhoud
Naast de bovenstaande instellingen blijft met de geheugenfunctie op­geslagen data ook behouden.
Electrische spanning
De hierboven beschreven instellingen en geheugendata blijven be­houden zolang het keyboard van stroom voorzien wordt. Als de stek­ker uit het stopcontact getrokken wordt terwijl geen batterijen inge­legd zijn of de ingelegde leeg zijn, zal de spanning dus onderbroken worden. Hierdoor zullen alle instellingen opnieuw die stand aanne­men die eerder in de fabriek was vooringesteld en alle data zal uit het geheugen worden gewist.
Stroomvereisten
Merk de volgende voorzorgsmaatregelen op wanneer u er zeker van wilt zijn dat de huidige keyboardinstellingen en geheugeninhoud niet verloren gaan.
Zorg ervoor dat het keyboard van stroom voorzien is via de netadapter alvorens de batterijen te vervangen.
Mocht u de stekker uit het stopcontact willen nemen, zorg er dan voor dat er geladen batterijen in het keyboard zitten.
Zorg ervoor dat de spanning van het keyboard uitgeschakeld is voordat u de batterijen vervangt of de netadapter uit het stopcon­tact trekt.
D-13
Basisbediening
POWER
MODE
VOLUME
Dit hoofdstuk geeft informatie betreffende het uitvoeren van basis keyboardbediening.
START/STOP
BEATMETRONOME
TEMPO
Spelen op het keyboard
1. Druk op de POWER toets om het keyboard in te scha-
kelen.
2. Zet de MODE schakelaar in de NORMAL stand.
3. Stel het VOLUME schuifregelaar m.b.v. de volume in
op een relatief lage stand.
4. Speel iets op het keyboard.
Instellen van een toon
Dit keyboard heeft 137 ingebouwde tonen. Volg de hieronder gege­ven procedure om de gewenste toon in te stellen.
TONE
[+]/[–]
Number buttons
Cijfertoetsen
OPMERKINGEN
Voer altijd alle drie cijfers in van het toonnummer inclusief eventuele voorafgaande nullen. Als u slechts een of twee cijfers invoert en dan niets doet zal de display na enkele seconden automatisch de ingevoer­de cijfers uitwissen.
U kunt het ingevoerde nummer tevens vergroten met de [+] toets en verkleinen met de [–] toets.
De namen van de nummers 080 - 103 en 112 - 127 zijn niet aangege­ven op het console van het keyboard. Zie de Toonlijst (pagina A-6) voor details.
Bij keuze van een van de drumsets (nummer 128 - 136) wordt aan elke klaviertoets een andere percussieklank toegekend. Zie pagina A-3 voor details.
Polyfonie
De term polyfonie verwijst naar het maximum aantal noten dat u tegelijkertijd kunt spelen. De keyboard heeft 24-noots polyfonie, wat zowel de noten die u speelt als de ritmes en de door het keyboard gespeelde auto-begeleidingspatronen omvat. Dit betekent dat wan­neer een ritme of auto-begeleidingspatroon door het keyboard ge­speeld wordt het aantal noten (de polyfonie) voor toetsenbordspel zal afnemen. Merk op dat met sommige klanken slechts 12-noots po­lyfonie bereikt kan worden.
Tijdens ritme- of autobegeleidingspel is het aantal geluiden dat te­gelijkertijd gespeeld kan worden beperkt.
Instellen van een toon
1. Zoek de te gebruiken toon op in de toonlijst van het
keyboard en schrijf het toonnummer op.
2. Druk op de TONE toets.
Indicator verschijnt
3. Voer het driecijferige toonnummer in van de bewuste
toon m.b.v. de cijfertoetsen.
Voorbeeld: Voer 0, 3 en daarna 2 in om 032 ACOUSTIC BASS
D-14
in te stellen.
Digitale gesampling
Veel van de klanken die beschikbaar zijn op dit keyboard zijn opge­nomen en bewerkt met behulp van een techniek die digital sampling wordt genoemd. Om een hoge klankkwaliteit te verzekeren worden monsters (samples) genomen in de lage, midden en hoge frequen­tiegebieden en vervolgens weer gecombineerd om u te voorzien van geluiden die verbazingwekkend veel overeenkomen met de origine­len. Soms zult u minieme verschillen in volume of geluidskwaliteit horen voor sommige klanken wanneer u ze op verschillende plaat­sen op het toetsenbord speelt. Dit is een onvermijdelijke bijwerking van meervoudig samplen en is geen teken van onjuist functioneren.
Gebruik van de metronoom
De metronoomfunctie van dit keyboard produceert een belklank voor de eerste maatslag van elk maat, gevolgd door klikgeluiden voor elke volgende maatslag van de maat. Het is een perfecte oplossing voor het oefenen van melodieën zonder begeleiding (ritme).
Starten van de metronoom
1. Druk op de METRONOME toets om het geluid van
de metronoom aan te zetten.
2. Druk op de BEAT toets en verander dan het aantal sla-
gen per maat m.b.v. de cijfertoetsen of de [+] en [–] toetsen.
U kunt het aantal slagen per maat instellen op een waarde van 1 - 6.
OPMERKING
De bel (om de eerste maatslag van een maat aan te geven) klinkt niet wanneer één slag per maat ingesteld is. Alle maatslagen worden dan aan­gegeven door een klikgeluid. Hierdoor kunt u oefenen met een regelmatig ritme zonder u druk te hoeven over hoeveel slagen er in elke maat zitten.
3. Stel het tempo in m.b.v. de TEMPO toetsen.
Druk op de toets om het tempo te verhogen (sneller te maken) of op de toets om het tempo te verlagen (langza­mer te maken).
Tempowaarde
Knippert
OPMERKINGEN
Terwijl de tempowaarde knippert kunt u ook een 3-cijferige waarde in­voeren m.b.v. de cijfertoetsen of de [+] en [–] toetsen. Merk op dat nul­len aan het begin ingevoerd moeten worden, zodat 90 dus als 090 moet worden ingevoerd.
Door zowel de de default (oorspronkelijke) waarde van het momenteel ingestelde rit­me weer automatisch verkregen.
als TEMPO toets tegelijkertijd in te drukken wordt
4. Druk op de METRONOME of START/STOP toets om
de metronoom uit te schakelen.
OPMERKINGEN
De metronoom wordt uitgeschakeld wanneer stap 1 of stap 2 wordt ge­bruikt van de 3-staps les.
Door het starten van een begeleidingsmelodie voor twee handen of stap 3 van de 3-staps les terwijl de metronoom in werking is of wanneer de metronoom geactiveerd wordt terwijl één van de twee hierboven ge­noemde functies reeds in werking is, dan zal de metronoom gesynchro­niseerd worden met de tijd van de auto-begeleiding gespeeld door het keyboard. Op dat moment verandert het tempo van de metronoommaats­lag naar dat van de default tempo van de gespeelde automatische be­geleiding.
D-15
Loading...
+ 39 hidden pages