Voordat u deze machine in gebruik kunt nemen, dient u eerst de hardware en de software te
installeren.
Lees deze installatiehandleiding zorgvuldig door om de machine correct te installeren.
Installatiehandleiding
Stap 1
De machine installeren
Stap 2
Het stuurprogramma en software installeren
De installatie is voltooid!
Bewaar deze installatiehandleiding, de gebruikershandleiding en de meegeleverde cd-rom op een
veilige plaats, zodat u ze wanneer nodig snel kunt raadplegen.
1
Gebruikte symbolen in deze handleiding
Waarschuwing
Waarschuwingen informeren u over de
maatregelen die u moet treffen om
persoonlijk letsel te voorkomen.
Opmerking
Opmerkingen leggen uit hoe u in een
bepaalde situatie moet reageren, of hoe
de huidige bewerking met andere
functies werkt.
Voorzichtig
Deze waarschuwingen wijzen u op
procedures die u moet volgen om te
voorkomen dat de machine of andere
voorwerpen worden beschadigd.
Gebruikershandleiding,
softwarehandleiding of
netwerkhandleiding
Verwijst naar de gebruikershandleiding,
softwarehandleiding of
netwerkhandleiding op de
meegeleverde cd-rom.
Onjuiste configuratie
Het pictogram Onjuiste configuratie
attendeert u op apparaten en
bewerkingen die niet compatibel zijn
met de machine.
Inhoudsopgave
Aan de slag
Onderdelen in de doos................................................................................................................................. 3
De beschermingen verwijderen.................................................................................................................... 5
Papier plaatsen ............................................................................................................................................ 5
Het stroomsnoer en de telefoonlijn aansluiten ............................................................................................. 7
De inktcartridges plaatsen............................................................................................................................ 8
Het contrast van het LCD-scherm instellen................................................................................................ 12
De datum en tijd instellen........................................................................................................................... 12
Kiesmodus Toon of Puls instellen .............................................................................................................. 13
Het type telefoonlijn instellen ..................................................................................................................... 14
De ontvangststand kiezen.......................................................................................................................... 15
Het ANTW.APP. instellen...........................................................................................................................15
De batterij installeren ................................................................................................................................. 16
De batterij opladen.....................................................................................................................................16
Het land instellen op de draadloze telefoon............................................................................................... 16
Een locatie kiezen...................................................................................................................................... 17
De antenne op de basiseenheid plaatsen.................................................................................................. 17
Stap 2 –
De machine installeren
Het stuurprogramma en software installeren
Windows
Voor gebruikers van de USB-interface
(voor Windows
FaceFilter Studio installeren .................................................................................................................23
Voor gebruikers van de bedrade netwerkinterface
(voor Windows
FaceFilter Studio installeren .................................................................................................................28
Voor gebruikers van de draadloze netwerkinterface in infrastructuurmodus
(voor Windows
Uw draadloze machine met het draadloze netwerk verbinden en de printerdriver installeren
in de infrastructuurmodus ..................................................................................................................... 29
De SecureEasySetup™- of AOSS™-software gebruiken om uw machine te configureren voor
een draadloos netwerk.......................................................................................................................... 31
De Setup Wizard gebruiken vanuit het LAN-menu op het bedieningspaneel om een draadloos
netwerk te configureren ........................................................................................................................ 33
FaceFilter Studio installeren ................................................................................................................. 37
Macintosh
Voor gebruikers van de USB-interface (voor Mac OS® X 10.2.4 of hoger) .............................................. 38
Voor gebruikers van de bedrade netwerkinterface (voor Mac OS
Voor gebruikers van de draadloze netwerkinterface in infrastructuurmodus
(voor Mac OS
Uw draadloze machine met het draadloze netwerk verbinden en de printerdriver installeren
in de infrastructuurmodus ..................................................................................................................... 44
De SecureEasySetup™- of AOSS™-software gebruiken om uw machine te configureren voor
een draadloos netwerk.......................................................................................................................... 46
De Setup Wizard gebruiken vanuit het LAN-menu op het bedieningspaneel om een draadloos
netwerk te configureren ........................................................................................................................ 48
®
®
2000 Professional/XP/XP Professional x64 Edition/Windows Vista™) .......................... 20
®
2000 Professional/XP/XP Professional x64 Edition/Windows Vista™) .......................... 24
®
2000 Professional/XP/XP Professional x64 Edition/Windows Vista™) .......................... 29
®
®
X 10.2.4 of hoger) ............................ 41
®
X 10.2.4 of hoger) ............................................................................................................ 44
Welke onderdelen er worden geleverd, kan van land tot land verschillen.
Bewaar al het verpakkingsmateriaal en de doos, voor het geval u uw machine ooit moet verzenden.
Onderdelen in de doos
Installatiehandleiding
Netsnoer
Zwart (LC1000BK)
Cd-rom
Batterij en batterijklep
Geel(LC1000Y)
Gebruikershandleiding
Cyaan (LC1000C)
Telefoonsnoer
Draadloze telefoon
Magenta (LC1000M)
De inktcartridges bevinden zich op de papierlade. Zie De beschermingen verwijderen op pagina 5.
Inktcartridges
Een interfacekabel wordt niet standaard meegeleverd. U dient zelf een geschikte USB 2.0-interfacekabel of
netwerkkabel aan te schaffen.
USB-kabel
Gebruik in ieder geval een USB 2.0-kabel die niet langer is dan 2 meter.
Uw machine beschikt over een USB-interface die compatibel is met de USB 2.0-specificatie.
Sluit de interfacekabel nu nog NIET aan.
De interfacekabel wordt pas aangesloten tijdens de installatieprocedure van de software.
Netwerkkabel
Gebruik een rechtstreekse categorie 5 (of hoger) twisted-pairkabel voor een 10BASE-T- of 100BASE-TX Fast
Ethernet-netwerk.
3
Aan de slag
21. 12. 200 7
Fa x
12 :45
Geh .
2
Bedieningspaneel
1 Kiestoetsen
2 Telefoontoetsen
3 Modustoetsen
4 Menutoetsen
5 Starttoetsen
6 Toets Stop/Eindigen
Zie voor meer informatie over het bedieningspaneel Overzicht van het bedieningspaneel in hoofdstuk 1
van de gebruikershandleiding.
Geh.
Geh.
Fax
Fax
12:45
12:45
21.12.2007
21.12.2007
7 LCD-scherm (Liquid Crystal Display)
8 Toets Intern
9 Toets Fax Voorbeeld
10 Microfoon
11 Toets energiebesparing
12 Toetsen ANTW.APP.
4
Stap 1
1
De machine installeren
1De beschermingen
verwijderen
2Papier plaatsen
1Verwijder de beschermtape en de folie die de
glasplaat bedekt.
2Verwijder de beschermende zak (1) met de
inktcartridges van de bovenkant van de
papierlade.
1
Opmerking
Verwijder de batterij, batterijklep en draadloze
telefoon uit de doos en verwijder de afzonderlijke
verpakkingen. Leg deze onderdelen apart tot het
tijd is om de batterij te installeren (op pagina 16).
U kunt maximaal 100 vellen van 80 g/m2
papier plaatsen.
Zie voor meer informatie Acceptabel papier
en andere media in hoofdstuk 2 van de
gebruikershandleiding.
1Trek de papierlade volledig uit de machine en
til het deksel van de uitvoerlade (1) op.
1
Onjuiste configuratie
Sluit de interfacekabel nog NIET aan. De
interfacekabel wordt pas aangesloten tijdens
het installeren van de software.
2Houd de papiergeleiders voor de breedte (1)
en de papiergeleider voor de lengte (2)
ingedrukt en stel deze af op het papierformaat.
1
2
5
Stap 1
De machine installeren
3Waaier de stapel papier goed door om te
voorkomen dat papier vastloopt of scheef
wordt ingevoerd.
4Plaats het papier voorzichtig in de papierlade
met de afdrukzijde naar beneden en de
bovenrand eerst.
Controleer of het papier vlak in de lade ligt.
Opmerking
Wanneer u Legal-papier gebruikt, moet u de
universele ontgrendelknop (1) indrukken terwijl u
de voorzijde van de papierlade naar buiten schuift.
5Pas de papiergeleiders met beide handen
voorzichtig aan het papier aan.
Controleer of de papiergeleiders de
papierranden raken.
Opmerking
Zorg ervoor dat u er het papier niet te ver naar
binnen duwt, anders kan het aan de achterkant
van de lade omhoog gaan staan en problemen
veroorzaken bij de papierinvoer.
6Sluit het deksel van de uitvoerlade (1).
1
7Duw de papierlade langzaam volledig in de
machine.
6
De machine installeren
8Terwijl u de papierlade vasthoudt, trekt u de
papiersteun uit tot u een klik hoort.
Vervolgens vouwt u de papiersteunklep uit.
Opmerking
Gebruik de papiersteunklep niet voor Legalpapier.
Opmerking
• U kunt de fotopapierlade boven de papierlade
gebruiken om af te drukken op fotopapier van
10
×
15 cm of foto-L-papier.
• Zie voor meer informatie Fotopapier laden in
hoofdstuk 2 van de gebruikershandleiding.
2Sluit het telefoonsnoer aan. Sluit het ene
uiteinde van het telefoonsnoer aan op de
ingang LINE van de machine, en het andere
uiteinde op een modulaire wandstekker.
Onjuiste configuratie
Sluit de interfacekabel nog NIET aan. De
interfacekabel wordt pas aangesloten tijdens
het installeren van de software.
Waarschuwing
3Het stroomsnoer en de
1Sluit de voedingskabel aan.
telefoonlijn aansluiten
Waarschuwing
Deze machine moet worden voorzien van een
geaarde stekker.
Aangezien de machine via het stopcontact is
geaard, kunt u zichzelf tegen mogelijke elektrische
gevaren op het telefoonnetwerk beschermen door
het stroomsnoer op uw machine aangesloten te
houden wanneer u de machine op een telefoonlijn
aansluit. Wanneer de machine moet worden
verplaatst, is het veiligst om eerst de telefoonlijn af
te sluiten en pas daarna de stekker uit het
stopcontact te halen.
Opmerking
Als u een telefoonlijn met een extern toestel deelt,
moet u de aansluitingen zoals hieronder
afgebeeld uitvoeren.
1
2
1 Tweede toestel
2 Extern toestel
7
Stap 1
De machine installeren
Opmerking
Als u een telefoonlijn met een extern
antwoordapparaat deelt, moet u dit zoals
hieronder afgebeeld aansluiten.
Stel de ontvangststand in op ‘Handmatig’
als u een extern antwoordapparaat gebruikt.
Zie voor meer informatie Een extern
antwoordapparaat aansluiten in hoofdstuk 7
van de gebruikershandleiding.
3Trek alle ontgrendelingshendels naar beneden
en verwijder de gele bescherming (1).
1
4De inktcartridges plaatsen
Waarschuwing
Als u inkt in uw ogen krijgt, spoel ze dan
onmiddellijk uit met water en raadpleeg een arts
als uw ogen geïrriteerd raken.
1Zorg dat de machine is ingeschakeld.
Op het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven:
Geen patroon
Zwarte inkt
Gele inkt
Cyaan inkt
Magenta inkt
2Open het deksel waar de inktcartridges zich
achter bevinden (1).
Opmerking
Gooi de gele bescherming niet weg. U heeft deze
nodig wanneer u de machine moet vervoeren.
4Verwijder de inktcartridge.
5
Verwijder voorzichtig het gele beschermkapje (1).
1
1
8
Onjuiste configuratie
Raak het gebied op de onderstaande
afbeelding NIET aan.
Opmerking
Als het gele beschermkapje loskomt terwijl u de
verpakking opent, zal de cartridge niet beschadigd
worden.
6Plaats iedere inktcartridge in de richting van de
pijl op het etiket.
Let erop dat de kleur van de
ontgrendelingshendel (1) overeenkomt met de
kleur (2) van de cartridge, zoals getoond in de
onderstaande figuur.
2
De machine installeren
7Til elke ontgrendelingshendel omhoog en duw
er voorzichtig tegen tot u een klik hoort, en sluit
vervolgens het deksel waar de inktcartridges
zich achter bevinden.
Opmerking
Als na het installeren van de cartridges op het
LCD-scherm een bericht wordt weergegeven dat u
de cartridge correct dient te plaatsen, controleer
dan of de cartridges correct zijn geïnstalleerd.
De machine zal het inktbuizensysteem reinigen
wanneer de inktcartridges voor het eerst
worden geïnstalleerd. Deze eerste
reinigingsprocedure neemt meer tijd in beslag
dan een normale reinigingsprocedure, maar
deze wordt maar één keer uitgevoerd.
Op het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven:
Reinigen
Initialiseren
Ong. 4 minuten
M
1
brother
9
Stap 1
• Verwijder GEEN inktcartridges als deze niet
• Schud de inktcartridges NIET. Als de inkt vlekken
• Het is beter om de cartridges NIET herhaaldelijk te
• Als de kleuren zijn gemengd omdat u een
• Zodra een inktcartridge geopend is, moet deze in
• U mag de inktcartridge NIET openmaken of ermee
• De multifunctionele machines van Brother zijn
De machine installeren
Voorzichtig
hoeven te worden vervangen. Als u dit toch doet,
kan de hoeveelheid inkt worden verminderd en
weet de machine niet hoeveel inkt er nog in de
cartridge zit.
op uw huid of kleding achterlaat, was deze dan
onmiddellijk met zeep of een wasmiddel.
verwijderen en terug te plaatsen. Als u dat wel
doet, kan er inkt uit wegsijpelen.
inktcartridge in de verkeerde positie heeft
geïnstalleerd, moet u nadat de cartridge op de
juiste plaats geïnstalleerd is de printkop diverse
keren reinigen. (Zie De printkop reinigen in bijlage B van de gebruikershandleiding.)
de machine geïnstalleerd worden en binnen zes
maanden na de installatie worden opgebruikt.
Gebruik ongeopende inktcartridges vóór de
uiterste verbruiksdatum die op de verpakking staat
vermeld.
knoeien, anders kan de cartridge inkt gaan lekken.
ontworpen om te werken met inkt van een
bepaalde specificatie, en leveren optimale
prestaties als ze worden gebruikt met originele
inktcartridges van Brother. Brother kan deze
optimale prestaties niet garanderen indien inkt of
inktcartridges met andere specificaties gebruikt
worden. Het wordt derhalve afgeraden om op
deze machine andere dan de originele cartridges
van Brother te gebruiken of cartridges die met inkt
van andere merken zijn gevuld. Indien de printkop
of andere onderdelen van de machine beschadigd
raken door het gebruik van producten die niet
geschikt zijn voor deze machine, vallen reparaties
die hieruit voortvloeien niet onder de garantie.
10
5Afdrukkwaliteit controleren
1Controleer of A4-, Letter- of Legal-papier is
geplaatst in de papierlade.
Druk op Kleur Start.
De machine begint de testpagina af te drukken
(alleen wanneer de inktcartridges voor de
eerste keer worden geïnstalleerd).
2Controleer de kwaliteit van de vier
kleurenblokken op de testpagina.
(zwart/geel/cyaan/magenta)
De machine installeren
4U wordt gevraagd of de afdrukkwaliteit voor
zwart en kleur in orde is. Druk op 1 (Ja) of
2 (Nee) op het bedieningspaneel.
Zwart OK?
Jadruk op
Nee
Kleur OK?
Jadruk op
Nee
Nadat u op 1 (Ja) of 2 (Nee) heeft gedrukt voor
zowel zwart als kleur, wordt op het LCDscherm het volgende weergegeven:
Reinigen starten
druk op
druk op
Opmerking
Raak het afgedrukte oppervlak van het papier niet
aan vlak na het afdrukken. De inkt kan nog nat zijn
en op uw vingers vlekken.
3Op het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven:
Kwaliteit OK?
Jadruk op
Nee
Als alle lijnen duidelijk en zichtbaar zijn,
drukt u op 1 (Ja) op het bedieningspaneel
om de kwaliteitscontrole te voltooien.
Als u ziet dat er korte lijnen ontbreken, drukt
u op 2 (Nee) op het bedieningspaneel en
gaat u naar stap 4.
druk op
Jadruk op
Nee
druk op
5Druk op 1 (Ja) om de machine de kleuren te
laten reinigen.
6Nadat het reinigen is voltooid, drukt u op
Kleur Start. De machine drukt opnieuw de
testpagina af en gaat terug naar stap 2.
OKNiet OK
11
Stap 1
6Het contrast van het LCD-
U kunt het contrast van het LCD-scherm aanpassen,
zodat de weergave duidelijker wordt. Als u de tekst op
het LCD-scherm moeilijk kunt lezen, kunt u eens een
andere contrastinstelling proberen.
De machine installeren
scherm instellen
5Toets de laatste twee cijfers van de maand in
op het bedieningspaneel en druk vervolgens
op OK.
Datum&Tijd
Maand:
03
1Druk op Menu.
2Druk op a of b om Standaardinst. te
selecteren.
Druk op OK.
3Druk op a of b om LCD instell. te
selecteren.
Druk op OK.
4Druk op a of b om LCD Contrast te
selecteren.
5Druk op of om Licht, Half of
Donker te selecteren.
Druk op OK.
6Druk op Stop/Eindigen.
Opmerking
U kunt ook de hoek van het LCD-scherm
aanpassen door het omhoog te tillen.
7De datum en tijd instellen
De machine geeft de datum en de tijd weer. Als u de
Stations-ID instelt, worden deze gegevens aan elke
door u verzonden fax toegevoegd.
MENU
(Voer bv. 0 3 in voor maart.)
Invoer & druk op OK
6Toets de cijfers van de dag in op het
bedieningspaneel en druk vervolgens op OK.
Datum&Tijd
Dag:
01
MENU
(Voer bv. 0 1 in voor de eerste dag van de
maand.)
Invoer & druk op OK
7Voer op het bedieningspaneel de tijd in 24-
uursformaat in en druk vervolgens op OK.
Datum&Tijd
Tijd:
15:25
MENU
(Voer bv. 1 5, 2 5 in voor 15:25.)
Invoer & druk op OK
8Druk op Stop/Eindigen.
1Druk op Menu.
2Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren.
Druk op OK.
3Druk op a of b om Datum&Tijd te selecteren.
Druk op OK.
4Toets de laatste twee cijfers van het jaar in op
het bedieningspaneel en druk vervolgens op
OK.
Datum&Tijd
Jaar:20
07
MENU
(Voer bv. 0 7 in voor 2007.)
12
Invoer & druk op OK
De machine installeren
8Uw Stations-ID instellen
U kunt uw naam en faxnummer opslaan, zodat deze
gegevens worden afgedrukt op alle faxpagina's die u
verstuurt.
1Druk op Menu.
2Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren.
Druk op OK.
3Druk op a of b om Stations-ID te selecteren.
Druk op OK.
4Toets uw faxnummer in (max. 20 cijfers) op het
bedieningspaneel en druk vervolgens op OK.
Om een “+” in te voeren voor internationale
codes, drukt u op l. Om bijvoorbeeld de
kiescode voor het Verenigd Koninkrijk “+44
te voeren, drukt u op l, 4, 4, gevolgd door de
rest van uw nummer.
Stations-ID
Fax:
+44XXXXXXXX
” in
Opmerking
• Raadpleeg bij het invoeren van uw naam het
onderstaande schema.
• Als u tweemaal achtereen dezelfde letter wilt
invoeren, dan drukt u op om de cursor een
plaats naar rechts te zetten.
• Als u een letter verkeerd heeft ingevoerd en deze
wilt aanpassen, drukt u op of om de
cursor naar het verkeerde teken te verplaatsen en
drukt u op Wis/terug.
Druk op
toets
2ABC2
3DEF 3
4GH I 4
5JKL5
6MNO 6
7PQRS
8TUV8
9WXY Z
Eén
keer
Twee
keer
Drie
keer
Vier
keer
6Druk op Stop/Eindigen.
MENU
Invoer & druk op OK
5Voer uw naam (max. 20 tekens) in met behulp
van de toetsen op het bedieningspaneel en
druk vervolgens op OK.
Stations-ID
Naam:
MENUInvoer & druk op OK
Opmerking
Als u een fout maakt en opnieuw wilt beginnen,
drukt u op Stop/Eindigen en gaat u terug naar
stap 1.
Zie voor meer informatie Tekst invoeren in
bijlage C van de gebruikershandleiding.
9Kiesmodus Toon of Puls
Uw machine is bij levering ingesteld voor toonkiezen.
Wanneer u een Pulskiezer heeft (kiesschijf), moet u
de kiesmodus wijzigen.
instellen
1Druk op Menu.
2Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren.
Druk op OK.
3Druk op a of b om Toon/Puls te selecteren.
4Druk op of om Puls (of Toon) te
selecteren.
Druk op OK.
5Druk op Stop/Eindigen.
13
Stap 1
10Het type telefoonlijn
Als u de machine aansluit op een lijn met PBX of
ISDN voor het verzenden en ontvangen van faxen,
moet u het type telefoonlijn dienovereenkomstig
wijzigen aan de hand van de volgende stappen.
1Druk op Menu.
2Druk op a of b om Stand.instel. te
3Druk op a of b om Tel lijn inst te
4Druk op of om PBX, ISDN (of
De machine installeren
instellen
selecteren.
Druk op OK.
selecteren.
Normaal) te selecteren.
Druk op OK.
5Druk op Stop/Eindigen.
PBX en DOORVERBINDEN
De machine is in eerste instantie ingesteld op
Normaal, geschikt voor aansluiting op een standaard
openbaar telefoonnetwerk (PSTN). De meeste
kantoren gebruiken echter een centraal
telefoonsysteem oftewel een Private Branch
Exchange (PBX). Uw machine kan op de meeste
PBX-telefoonsystemen worden aangesloten. De
oproepfunctie van de machine ondersteunt alleen
TBR (Timed Break Recall). TBR werkt met de meeste
PBX-systemen, zodat u toegang krijgt tot een
buitenlijn of gesprekken naar een andere lijn kunt
doorsturen. U activeert deze functie door op de toets
Intern te drukken.
14
11De ontvangststand kiezen
Er zijn drie ontvangststanden: Alleen Fax,
Fax/Telefoon en Handmatig.
Gebruikt u het ingebouwde
ANTW.APP.?
Nee
Wilt u de telefoonfuncties van uw machine gebruiken
(indien beschikbaar) of een extern telefoontoestel of
antwoordapparaat aangesloten op dezelfde lijn als de
machine?
Ja
Gebruikt u de functie voor voicemail
van een extern antwoordapparaat?
Nee
Wilt u dat de machine faxoproepen
en telefoongesprekken
automatisch opneemt?
Nee
Ja
Ja
Zie Digitaal
antwoordapparaat
Ja
in hoofdstuk 9 van de
Gebruikershandleiding.
Nee
Alleen Fax
De machine beantwoordt
elk telefoontje
automatisch alsof het
een faxbericht betreft.
Handmatig
U beheert de telefoonlijn
en moet elk telefoontje
zelf beantwoorden.
Fax/Telefoon
De machine beheert de
lijn en beantwoordt
automatisch elke
oproep. Is de oproep
geen fax, dan hoort u
een belsignaal om aan
te geven dat u de
oproep moet aannemen.
Handmatig
Het externe
antwoordapparaat
beantwoordt alle
telefoontjes
automatisch.
Ingesproken berichten
worden op het
antwoordapparaat
opgeslagen.
Als u
Fax Waarnemen
Aan
zet, worden de
faxberichten afgedrukt.
op
De machine installeren
1Druk op Menu.
2Druk op a of b om Stand.instel. te
selecteren.
Druk op OK.
3Druk op a of b om Ontvangstmodus te
selecteren.
4Druk op of om de stand te selecteren.
Druk op OK.
5Druk op Stop/Eindigen.
Zie voor meer informatie Ontvangststanden
gebruiken in hoofdstuk 6 van de
gebruikershandleiding.
12Het ANTW.APP. instellen
Als u de ANTW.APP.-modus wilt gebruiken, moet u
een uitgaand bericht opnemen.
1Neem een uitgaand bericht op
(Beantw. Bericht).
Zie Uitgaand bericht in hoofdstuk 9 van de
gebruikershandleiding.
2Activeer de ANTW.APP.-modus.
Druk op . De toets gaat branden wanneer
de modus actief is.
Als de ANTW.APP.-modus is ingeschakeld,
heeft deze voorrang op de ingestelde
ontvangststand. Het ingebouwde digitale
ANTW.APP. neemt telefoongesprekken aan.
Als het een faxbericht is, kunt u dit
automatisch ontvangen. Zie voor meer
informatie Digitaal antwoordapparaat in
hoofdstuk 9 van de gebruikershandleiding.
15
Stap 1
De machine installeren
13De batterij installeren
1Steek de connector (1) van de batterij (2) in de
aangegeven richting in het contact (zie
illustratie).
2
1
2Plaats de batterij in de aangegeven positie (zie
illustratie).
14De batterij opladen
1Plaats de draadloze telefoon met de
kiestoetsen naar voren in de houder.
Opmerking
• Na plaatsing van de batterij dient u de datum en
tijd in te stellen. (Zie Datum en tijd in de
gebruikershandleiding van de DECT™-telefoon
BCL-D20.)
• Als het stroomniveau van de batterij laag is, moet
u de batterij opladen. De indicator voor het
stroomniveau van de batterij bevindt zich
rechtsonder van het LCD-scherm.
3Installeer de batterijklep door deze aan de
achterzijde van de telefoon op zijn plaats te
schuiven.
Opmerking
Zorg ervoor dat het draadje van de
batterijconnector niet beklemd raakt.
4Plaats de draadloze telefoon ten minste 12 uur
voor gebruik in de houder om de batterij op te
laden.
U kunt ondertussen verdergaan met het
instellen van de telefoon.
15Het land instellen op de
De eerste keer dat u de batterij installeert, moet u uw
land instellen zodat de draadloze telefoon correct
werkt op lokale telecommunicatielijnen.
draadloze telefoon
1Op het LCD-scherm wordt het volgende
weergegeven:
Set Country
Press OK Key
2Druk op Menu/OK.
3Druk op a of b om uw land te selecteren.
Druk op Menu/OK.
4Druk op 1 om de selectie te bevestigen.
Opmerking
Op het LCD-scherm van de telefoon wordt
“Op zoek naar basisstation” of
“Basisstation niet gevonden”
weergegeven totdat de initiële configuratie van de
machine is voltooid.
16
De machine installeren
16Een locatie kiezen
Kies een locatie waar de temperatuur tussen
10° C en 35° C blijft.
Plaats de draadloze telefoon niet in de buurt van
verwarmingen, airconditioners, water of
chemicaliën.
Stel de draadloze telefoon niet bloot aan direct
zonlicht, overmatige hitte, vocht of stof.
Gebruik de draadloze telefoon niet in de buurt van
elektromedische apparatuur.
We raden u aan ten minste 3 m aan te houden
tussen de machine (basiseenheid) of draadloze
telefoon en mogelijke bronnen van radiointerferentie.
3m3m
Ga nu naar
MFL-Pro Suite op de meegeleverde cd-rom op
de volgende pagina om de drivers te
installeren.
17De antenne op de
basiseenheid plaatsen
1Zet de antenne omhoog, zoals in de illustratie
aangegeven.
Opmerking
Vermijd gebruik van de machine in een omgeving
waar radiogolven moeilijk kunnen doordringen
zoals een betonnen gebouw, in de buurt van
metalen meubels of deuren.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de
DECT™-telefoon BCL-D20 voor meer
informatie over uw draadloze telefoon.
17
Loading...
+ 42 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.