Inhoud
Veiligheidsvoorschriften
Richtlijnen m.b.t. de verkeersveiligheid
Overzicht knoppen
Beveiliging tegen diefstal
Codenummer invoeren Frontje verwijderen Frontje plaatsen
Algemene bediening
In-/uitschakelen Volume instellen
Klankmenu activeren
Laagweergave (bass) instellen Hoogweergave (treble) instellen Fader (faderregeling)
Balans instellen Lineaire instelling Subwooferresp.
centerspeakervolume instellen Loudness in-/uitschakelen
Radio
FM-golfbereik inschakelen
Modus FM-menu inschakelen FM-band instellen Instelmogelijkheden voor de selectie van zenders
Dynamische Autostore (FM-DAS) Zenderzoekfunctie FM - DAS Scanzoekfunctie
4
126Zenders filteren bij FM-DAS Programmatype
127selecteren (PTY)
128Weergave van PTY in-/
129uitschakelen
129Zender oproepen/opslaan bij FM
130Handmatig instellen FM
130 |
Regio’s |
|
Regionaalfunctie in-/uitschakelen |
||
131 |
||
Weergave frequentie in-/ |
||
131 |
uitschakelen |
|
131 |
Radiotekst in - /uitschakelen |
131 |
Verkeersinformatie TP |
131 |
(Traffic Program) |
131TP-menu activeren/verlaten
132TP in-/uitschakelen
132 |
Automatisch volgen instellen |
|
132 |
||
Rechtstreekse programmering |
||
|
||
132 |
instellen/wissen |
|
MUTE-stand in-/uitschakelen |
||
|
132TP-berichten afbreken
133Volume van TP-berichten
133 |
Geluidsonderdrukking voor de |
133 |
telefoon |
133 |
AM-golfbereik inschakelen |
133 |
Modus AM-menu inschakelen |
AM-band instellen |
133Instelmogelijkheden voor de
134selectie van de zenders
13Zenderzoekfunctie AM, LW, SW Scanzoekfunctie
134 |
Zenders opvragen/opslaan |
|
|
|
AM, LW, SW |
142 |
|
135 |
Autostore AM, LW |
142 |
|
|
Handmatige afstemming |
|
|
135 |
AM, LW, SW |
143 |
|
135 |
Cd-weergave |
144 |
|
136 |
|||
Aanwijzingen m.b.t. de |
|
||
136 |
|
||
compactdisc (cd) |
144 |
||
137 |
|||
Cd’s plaatsen/verwijderen |
144 |
||
|
|||
137 |
Nummer vooruit/achteruit |
|
|
springen |
145 |
||
137 |
|||
Scan-zoekfunctie |
145 |
||
|
|||
138 |
Versneld vooruit/terug |
145 |
|
Herhalen van nummers |
|
||
138 |
|
||
(Repeat) |
145 |
||
138 |
|||
Willekeurig afspelen |
|
||
139 |
|
||
(Random Play) |
146 |
||
|
|||
139 |
Cd-instelmenu |
146 |
|
140 |
Aantal nummers weergeven |
146 |
|
140 |
Omschakelen nummer/ |
|
|
140 |
cd-tekst weergave |
146 |
|
|
Thermische beveiliging |
147 |
|
141 |
Aanwijzingen voor cd-r en |
|
|
141 |
cd-rw |
147 |
|
141 |
Aanwijzing m.b.t. cd’s met |
|
|
141 |
kopieerbeveiliging |
147 |
|
141 |
|
|
|
141 |
|
|
|
142 |
|
|
124
Inhoud
Mp3-weergave |
148 |
Aantal tracks en totale looptijd |
Algemene aanwijzing voor |
|
weergeven |
mp3 |
148 |
Namen van cd’s |
Een mp3/WMA-gegevensdrager |
|
Filterfunctie bij cd's |
|
|
|
maken |
148 |
Telefoonmodus |
Playlist maken |
149 |
Telefoon-gebruiksmodus |
Mp3-cd’s plaatsen/verwijderen |
150 |
oproepen |
Omschakelen map/playlist |
151 |
Mobiele telefoon reeds verbonden |
Nummer vooruit/achteruit springen |
151 |
Mobiele telefoon wordt net |
Naar andere map/playlist gaan |
151 |
verbonden |
Scan-zoekfunctie |
151 |
Mobiele telefoon nog niet |
Versneld vooruit/terug |
152 |
verbonden |
Willekeurig afspelen (Random Play) |
152 |
Mobiele telefoon verbinden |
Herhalen van nummers |
|
Automatisch verbinden |
(Repeat) |
152 |
Nummer kiezen |
Mp3-instelmenu |
152 |
Nummer bezet |
Naar andere map/playlist gaan |
152 |
Gesprekslijsten |
Map-/playlistnaam weergeven. |
153 |
Nummer uit gesprekslijst bellen |
Omschakelen track/ID3-tag |
|
Gesprekslijsten wissen |
weergave |
153 |
Oproep aannemen |
Audioweergave via een |
|
Gesprek weigeren |
optionele Apple™ iPod |
153 |
Gesprek beëindigen |
Weergave cd-wisselaar |
155 |
Gebruikersinstellingen |
Gebruik van de cd-wisselaar |
155 |
Gebruikersinstellingen |
Cd-magazijn laden/verwijderen |
155 |
opvragen/verlaten |
Cd-wisselaarmodus selecteren |
155 |
GAL instellen |
Cd's wisselen/selecteren |
155 |
Functies bij MUTE-instelling |
CDC-instelmenu |
156 |
telefoon (Tel) |
Trackinformatie weergeven |
156 |
Helderheid display (Lum) |
|
Knipperende diode instellen (LED) |
167 |
|
156 |
Optimale ontvangst instellen (M/S) |
167 |
|
157 |
AUX-ingang (Aux) |
168 |
|
158 |
Volume signaaltoon (Bev) |
168 |
|
159 |
Servicemenu |
169 |
|
|
Servicemenu oproepen/ |
|
|
160 |
verlaten |
169 |
|
160 |
Reset cd-wisselaar |
169 |
|
|
|||
|
Bluetooth module reset |
169 |
|
160 |
Resetactivering apparaat |
169 |
|
160 |
Inbouw van de microfoon |
170 |
|
Aansluiten van de microfoon |
|
|
|
|
|
||
161 |
|
|
|
op de Grand Prix |
171 |
|
|
162 |
|
||
Toelichting |
175 |
|
|
162 |
|
||
RDS-SYSTEEM |
175 |
|
|
163 |
|
||
Niveau DAS Seek Qual. |
175 |
|
|
163 |
|
||
Niveau DAS Seek Name |
175 |
|
|
164 |
|
||
Niveau Stations RDS |
175 |
|
|
164 |
|
||
Niveau Stations Fix |
175 |
|
|
165 |
|
||
PTY (programmatype) |
175 |
|
|
165 |
|
||
Terminologielijst |
177 |
|
|
165 |
|
||
166 |
Trefwoorden |
179 |
|
166 |
Technische gegevens |
182 |
|
AANHANGSEL |
183 |
|
|
166 |
|
||
|
|
|
|
|
Correcte verwerking van dit |
|
|
166 |
product (afval van elektrische |
|
|
167 |
apparaten) |
184 |
|
125
Het toestel mag alleen worden bediend als de verkeerssituatie dit toelaat en u er geheel zeker van bent dat u zelf, uw medepassagiers of andere verkeersdeelnemers geen gevaar lopen, worden gehinderd of worden gestoord.
In elk geval zijn de voorschriften van de Wegenverkeerswet van toepassing. De plaats van bestemming mag alleen worden ingevoerd als de wagen stilstaat.
Het toestel mag alleen voor de doeleinden waarvoor het is bedoeld worden gebruikt. Het volume van het toestel moet zo worden ingesteld dat de bestuurder nog geluiden van buiten kan waarnemen.
Schakel de telefoon niet in de buurt van tankstations, brandstofdepots, chemische fabrieken en explosiewerkzaamheden in.
Bij storingen (bijv. rookontwikkeling of stank) moet het apparaat meteen worden uitgeschakeld.
Om veiligheidsredenen mag het toestel alleen door een vakman worden geopend. Voor reparaties wordt u verzocht met uw dealer contact op te nemen.
126
Deze autoradio is bedoeld en goedgekeurd voor inbouw en gebruik in personenauto’s, bedrijfauto’s en bussen (voertuigklasse M, N en O) met een boordnetspanning van 12 V.
Wij raden u aan om het apparaat uitsluitend door deskundig personeel te laten inbouwen resp. onderhouden. Bij een verkeerde montage resp. slecht onderhoud kunnen storingen in de voertuigsystemen optreden. Volg de veiligheidsrichtlijnen van de autofabrikant op.
Werkzaamheden aan de voertuigelektronica (bijv. aansluiting snelheidssignaal) mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een erkend servicestation. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade aan de voertuigelektronica.
Dit apparaat mag uitsluitend op de door de autofabrikant daarvoor bestemde plaats worden ingebouwd.
Kies de apparaatbevestiging zodanig, dat het apparaat bij een eventuele botsing correct blijft zitten.
De stroomvoorziening dient correct te worden afgezekerd.
Wanneer mobiele telefoons zonder buitenantenne in de buurt van de radio worden gebruikt, kan dat storingen veroorzaken.
Zorg dat u vertrouwd bent met het apparaat en de bediening daarvan alvorens te gaan rijden. Bedien het apparaat tijdens het rijden alleen wanneer de verkeerssituatie dat toelaat. Het weergavevolume van de autoradio dient zodanig te worden ingesteld, dat geluiden van buitenaf (bijv. sirene van de politie) nog goed waargenomen kunnen worden.
127
2 |
3 |
4 |
5 |
6 |
7 |
8 |
9 |
|
1 |
|
|
|
10 |
|
|
|
12 |
11 |
1 |
Linker draaiknop |
(INFO) |
|
|
7 |
Wisselen naar FM ( |
) |
2 |
Knop aan/uit ( |
) |
|
|
8 |
Wisselen naar AM ( |
) |
3 |
Klankknop ( |
) |
|
|
9 |
Uitwerpknop voor cd ( |
) |
4 |
Omschakelen telefoon/verkeersinformatie ( |
) |
10 |
Rechter draaiknop |
|
||
5 |
LED |
|
|
|
11 |
Multifunctionele knoppen |
|
6 |
Omschakelen naar cd-weergave ( |
) |
|
12 |
Display |
|
128
Als de autoradio van de stroomvoorziening wordt losgekoppeld, is de radio bij een volgende aansluiting beveiligd tegen diefstal. Als u de radio inschakelt met behulp van de knop wordt de
melding Enter Code Number weer-
gegeven.
ΞKnop via de multifunctionele knoppen
- de 5-cijferige code in.
Voorbeeld:
Codenummer 15372 (het codenummer staat op de bijgevoegde CODE CARD).
Zodra het 5e cijfer is ingevoerd en alle andere cijfers ook correct zijn, gaat het apparaat automatisch aan.
Aanwijzing:
De CODE CARD moet buiten de wagen op een veilige plaats worden bewaard. De kaart kan zodoende niet onrechtmatig gebruikt worden. De bijgeleverde ruitenstickers moet u op de binnenkant van uw ruiten plakken.
Als u een verkeerd codenummer hebt ingevoerd, wordt de melding Enter Code Number weergegeven. Als u de code drie keer verkeerd hebt ingevoerd, wordt Wait weergegeven. Het apparaat kan gedurende ca. 60 minuten niet gebruikt worden.
Als u vervolgens de code nogmaals drie keer verkeerd invoert, kan de radio wederom gedurende 60 minuten niet gebruikt worden.
N.B.:
De wachttijd geldt alleen als de radio is ingeschakeld en de wagen op contact staat.
129
Beveiliging tegen diefstal
U kunt het frontje (A) verwijderen. Dit is een effectieve beveiliging tegen diefstal.
ΞHoud hiervoor knop kort ingedrukt (gegevensdrager blijft in het
apparaat).
Het display klapt naar voren. Ξ Trek het frontje los.
A
Na het wegklappen van het display wordt de toon op maximaal volume begrensd. Na 20 seconden hoort u een pieptoon als teken dat het bedieningsgedeelte is weggeklapt. Daarna wordt het apparaat uitgeschakeld.
GGevaarvoor ongevallen
Uit veiligheidsoogpunt mag het frontje tijdens het rijden niet geopend blijven.
N.B.:
Plaats het frontje na het verwijderen in de bijgeleverde beschermhoes.
Raak de metalen contactpunten op het frontje of op de radio niet aan.
ΞSteek het frontje in de vergrendeling linksonder en daarna in de vergrendeling rechtsonder. Klap vervolgens het frontje naar boven totdat het in de bovenste vergrendelingen vastklikt.
Het frontje kan ook vlak worden geplaatst en worden vastgedrukt.
Om er zeker van te zijn dat het juist functioneert, moet u erop letten dat het frontje volledig is vastgeklikt in de vier vergrendelpunten.
130
Ξ Druk op de knop .
Het is tevens mogelijk om het toestel in en uit te schakelen door de wagen op contact resp. van contact af te zetten.
Als u de radio via het contactslot inschakelt, moet deze vooraf ook daarmee zijn uitgeschakeld.
Als u de wagen van contact af zet, kunt u voorkomen dat de radio wordt uitgeschakeld door binnen 3 seconden op knop te drukken.
Aanwijzing:
U kunt het toestel ook via knop inschakelen zonder de wagen eerst op contact te zetten. Het toestel schakelt dan echter na 1 uur automatisch weer uit.
Draai aan de linker draaiknop . Het volume wordt hoger of lager.
Druk op de knop . Het klankmenu wordt geactiveerd. U kunt de volgende functies oproepen: Bas (lage tonen), Trb (hoge tonen), Fad (fader), Bal (balans), Flt (lineaire instelling), Sub (subwoofer) en Ldn (loudness).
De instellingen van de bas, de hoge tonen, de fader, de balans en de loudness worden afzonderlijk voor de golfbereiken FM, AM (MW, LW en SW) voor de verkeersinformatie, de telefoon, de cd-, mp3en cdc/aux-weergave opgeslagen.
ΞDruk op knopen vervolgens op de multifunctionele knop .
ΞStel met de rechter draaiknop de laagweergave in.
ΞDruk op knop en vervolgens op de multifunctionele knop .
ΞStel met de rechter draaiknop de hoogweergave in.
131
Algemene bediening
ΞDruk op knop en vervolgens op de multifunctionele knop .
ΞStel vervolgens met de rechter
draaiknop de gewenste waarde voor de fader in.
ΞDruk op knop en vervolgens op de multifunctionele knop .
ΞStel met de rechter draaiknop de gewenste balans in.
De klankbalans voor de op dat moment geselecteerde signaalbron (bijv. FM) kan op een gemiddelde waarde worden afgesteld.
ΞDruk kort op de knop . Druk kort op de multifunctionele knop - op het display verschijnt Tone
reset.
ΞDruk nogmaals op de multifunctionele
knop .
Subwooferresp. centerspeakervolume instellen
ΞDruk op knop en vervolgens op de multifunctionele knop .
ΞStel vervolgens met de rechter
draaiknop het gewenste volume voor de subwoofer in.
ΞDruk op knop en vervolgens op de multifunctionele knop .
ΞKies met de multifunctionele knop
tussen Loudness aan (ON) resp. Loudness uit (OFF).
Aanwijzing:
In de golfbereiken MW, LW, SW is loudness uitgeschakeld.
132
Ξ Druk op de knop .
De laatst opgeslagen golflengte en frequentie in het FM-golfbereik wordt ingesteld.
ΞDruk tijdens de radioweergave op knop .
De modus radiomenu wordt ingeschakeld en weergegeven. Als u binnen de daaropvolgende 8 seconden niet op een knop drukt, schakelt de radio over op radioweergave.
ΞModus radiomenu instellen
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
De laatst geselecteerde zender wordt ingesteld en het laatst geselecteerde niveau wordt weergegeven.
Als u meermaals op de draaiknop drukt, kunt u de niveaus Seek Quality,
Seek Name, Stations RDS en Stations Fix selecteren.
• Seek Quality (zie ook pagina 175)
•Seek Name (zie ook pagina 175)
•Stations RDS (zie ook pagina
175)
• Stations Fix (zie ook pagina 175)
Dynamische Autostore (FM-
DAS)
ΞModus FM-menu oproepen.
ΞDruk de multifunctionele knop zo vaak in tot Seek Quality resp.
Seek Name wordt weergegeven.
Tijdens het FM DAS gebruik worden de zenders die kunnen worden ontvangen naargelang de instelling via de multifunctionele knoppen weergegeven.
De gewenste zender kan via Dynamische Auto Store, de zenderzoekfunctie, de scanzoekfunctie, handmatig zoeken en via de zendertoetsen worden ingesteld.
De gewenste zender kan worden ingesteld door op de knop onder de afkorting van de zender te drukken. Als de geselecteerde zender meerdere programma's/ regionale programma's tegelijkertijd uitzendt, kunt u het gewenste programma in een automatisch aangegeven submenu selecteren.
133
Radioweergave
Als al eerder een zender uit deze zendergroep was geselecteerd, wordt de laatst gekozen zender overgenomen zonder dat er nog een zender hoeft te worden ingevoerd.
De multifunctionele knop geeft aan dat er nog meer zenders kunnen worden weergegeven en geselecteerd door op deze knoppen te drukken.
Als namen van zenders worden misbruikt voor reclamedoeleinden of berichten, dan wordt deze zender niet met de afkorting van de naam maar met L-1... L-Z (L = local) aangegeven. Dit voorkomt dat in het onderste gedeelte van de displaybalk vaak moet worden gewisseld. Als een zender wordt geselecteerd, wordt deze met een sterretje (bijv. L*1) aangegeven.
Bij de eerste ingebruikneming en na onderbreking van de stroomvoorziening heeft de ontvanger korte tijd nodig om de signalen van de zenders te analyseren. Stap voor stap verschijnen de gegevens op het display.
ΞDraai de rechter draaiknop naar links/rechts.
De radio geeft de ontvangen en herkende zenders alfabetisch weer in oplopende/ aflopende richting.
Ξ Druk op de rechter draaiknop .
Op het display verschijnt .
Het toestel zoekt automatisch op zender. Eerst wordt op een niet gevoelig niveau gezocht, daarna op een steeds gevoeliger niveau. Zenders die kunnen worden ontvangen, zijn 8 seconden lang te horen. Wanneer u het ontvangen programma wilt vasthouden, moet u de rechter draaiknop indrukken.
Aanwijzing
Bij Seek Quality en Seek Name
wordt de scanzoekfunctie in alfabetische volgorde uitgevoerd.
Het is mogelijk om diverse zenders op de FM-DAS zenderlijst te laten verdwijnen.
ΞModus FM-menu oproepen.
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
ΞSelecteer met de rechter draaiknop de afzonderlijke programma’s. Door
op de rechter draaiknop te drukken kunt u tussen Play(programma onge-
filterd) en Skip (programma uitgefilterd) selecteren.
Om de filterfunctie in of uit te schakelen moet door meermaals op de multifunctionele knop te drukken de filterfunctie in- (Fil on) resp. uitgeschakeld (No Fil) worden.
134
Radio
ΞModus FM-menu oproepen.
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
ΞSelecteer vervolgens met de multifunctionele knop de gewenste PTY (zie ook pagina 175).
Aanwijzing
Er kan alleen uit de momenteel beschikbare PTY’s worden gekozen.
Wanneer een PTY is ingesteld, kunt u in FM-DAS uitsluitend de zenders met de betreffende PTY kiezen.
Door NO PTY te selecteren worden in de modus FM-DAS weer alle zenders weergegeven.
Weergave van PTY in-/uitscha- kelen
ΞModus FM-menu instellen.
ΞSelecteer met de multifunctionele knop tussen PTY (weergave PTY ingeschakeld) of Frequency (weergave PTY uitgeschakeld).
ΞSelecteer in de modus FM-menu met de multifunctionele knop het
niveau Stations RDS of Sta-
tions Fix.
• Stations RDS (zie ook pagina 175)
• Stations Fix (zie ook pagina 175)
Opslaan:
U kunt 12 frequenties of programma’s opslaan.
ΞZoek de gewenste zender.
ΞOm de gewenste zender of het
gewenste programma op te slaan moet u de multifunctionele knop - resp. - indrukken tot er een signaaltoon te horen is.
Aanwijzing
Om de geheugenplaatsen 10 - 12 te bereiken moet u op de multifunctionele knop drukken.
Opvragen:
ΞDruk op de multifunctionele knop
- resp. - . De opgeslagen zender wordt opgeroepen.
135
Radioweergave
ΞModus FM-menu instellen.
ΞKies met de multifunctionele knop
het niveau Stations Fix.
ΞDruk de multifunctionele knop 2 keer in.
ΞDraai nu aan de rechter draaiknop .
Afstemming vindt plaats in stappen van 100 kHz.
Op het display verschijnt MAN om op de geactiveerde handmatige afstemming te wijzen. Wanneer de rechter draaiknop niet snel wordt gedraaid, verdwijnt MAN en wordt de handmatige afstemming uitgeschakeld.
Regio’s
RDS-diversity werkt als overkoepeling voor alle regio’s. Daarom kan het gebeuren, dat er door RDS-diversity tussen verschillende regionale zenders met verschillende programma's wordt overgeschakeld. Als dit het geval is, dan moet u het specifieke regionale programma direct selecteren.
Als er meerdere regionale programma's door één zender worden uitgezonden, is dit pas te zien bij het selecteren van de desbetreffende zender.
De zenders met bijbehorende regionale zenders zijn gemarkeerd met een sterretje (bijv. 4*).
Als één van deze zenders wordt geselecteerd (bijv. 4*) worden alle regionale programma's van deze zender weergegeven.
ΞVervolgens selecteert u het gewenste regionale programma (bijv.).
Aanwijzing
Als de ontvangstkwaliteit van een regionaal programma ondanks het feit dat de RDS - diversity-functie is ingeschakeld afneemt, moet u er rekening mee houden dat regionale programma's meestal op maar weinig frequenties worden uitgezonden. Het toestel heeft dus minder mogelijkheden om naar frequenties met een betere ontvangstkwaliteit uit te wijken.
136
Radio
Regionaalfunctie in-/uitschake- len
ΞModus FM-menu instellen.
ΞMet de multifunctionele knop de regionalisatie in- (on) of uitschake-
len (off).
ΞModus FM-menu instellen.
ΞKies met de multifunctionele knop
tussen Frequency (frequentieaanduiding aan) of PTY (frequen-
tieaanduiding uit).
GWaarschuwing
Gevaar voor ongevallen!
Omdat de informatie die via radiotekst wordt overgedragen nogal eens wisselt, raden wij u uitdrukkelijk aan om de radiotekst alleen in een stilstaand voertuig te activeren, zodat de bestuurder zo min mogelijk wordt afgeleid. Alleen op deze wijze kunnen hiermee samenhangende ongevallen worden vermeden.
Ξ Druk op de linker draaiknop .
De autoradio filtert uit de door de zender aangeboden gegevens radiotekstinformatie en geeft deze weer.
Aanwijzing
Er kan alleen radiotekst worden weergegeven als de geselecteerde zender ook radiotekst uitzendt.
Door ongunstige omstandigheden of storingen is het mogelijk dat radiotekst slechts in verminkte vorm of helemaal niet wordt weergegeven.
ΞDruk op de toets of de linker draaiknop om de radiotekst te verlaten.
137
Radioweergave
Verkeersinformatie TP (Traffic
Program)
Als een RDS-Diversity-zender TPberichten uitzendt, is er de mogelijkheid om de weergave van CD, MP3/WMA, CDC/AUX, AM, LW, SW of de MUTEstand te onderbreken en de uitgezonden TP-berichten door te schakelen. Bovendien is het mogelijk om naar een FMzender te luisteren en de TP-berichten van een andere FM-zender door te schakelen.
Er zijn twee mogelijkheden om een TPzender in te stellen:
-automatisch volgen
-direct programmeren
Bij automatisch volgen wordt steeds de FM-zender die op dat moment wordt beluisterd als TP-zender genomen. Als de ontvangst van de ingestelde FM-zen- der niet goed meer is of als dit geen TPzender is, zoekt het toestel volgens bepaalde criteria een andere TP-zender.
Bij rechtstreeks programmeren kunt u een TP-zender die niet de FM-zender is die u op dat moment beluistert, worden geprogrammeerd. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk om naar een bepaalde FM-zen- der te luisteren en de TP-berichten van een andere FM-zender door te schakelen.
Als de ontvangst van de geprogrammeerde TP-zender niet goed meer is, wordt omgeschakeld op automatisch volgen totdat de geprogrammeerde TPzender weer kan worden ontvangen.
Als het toestel herkent dat er een TPzender is, wordt dit op het display met TP aangegeven.
Als TP is geactiveerd, verschijnt op het display om op de geactiveerde functie voor het ontvangen van verkeersberichten te wijzen.
Activeren:
ΞDruk twee keer op de toets.
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
Verlaten:
ΞOp knop drukken resp. het TPmenu schakelt zichzelf na 8 seconden
zonder bediening zelfstandig uit.
In alle functies en golfbereiken kunt u TP inen uitschakelen door langer dan 2 seconden op knop te drukken.
TP kan ook in het TP-menu worden inen uitgeschakeld:
138
Radio
Inschakelen:
Ξ TP-menu inschakelen.
In alle functies en golfbereiken kunt u schakelen op automatisch volgen door langer dan 2 seconden op knop te drukken.
ΞDruk zo vaak op de multifunctionele knop tot TP on verschijnt.
Uitschakelen:
ΞTP-menu inschakelen.
ΞDruk zo vaak op de multifunctionele
knop tot TP off verschijnt. Na het omschakelen op normale weergave is TP uitgeschakeld.
In het TP-menu:
ΞDruk zo vaak op de multifunctionele knop tot TP on verschijnt.
N.B.:
Als er al van tevoren rechtstreeks een TP-zender was geprogrammeerd, wordt deze weer als de TP-zender ingesteld.
Ξ TP-menu inschakelen.
Instellen:
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
ΞSelecteer de gewenste TP-zender met
de rechter draaiknop .
Als geen knop wordt bediend, wordt na korte tijd de ingestelde zender overgenomen.
Wissen:
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
ΞSelecteer met de rechter draaiknop Autoselect en bevestig dit door op
de knop te drukken.
Als geen knop wordt bediend, wordt na korte tijd de rechtstreekse programmering gewist.
139
Radioweergave
Controleer of een TPresp. EON-zender ingesteld is.
Inschakelen:
Ξ Druk twee keer op de toets .
De MUTE-stand is nu geactiveerd. Alleen verkeersberichten, navigatieaanwijzingen en telefoongesprekken worden doorgeschakeld.
Uitschakelen:
ΞDruk opnieuw op de toets .
of
ΞDraai aan de linker draaiknop .
De MUTE-stand wordt opgeheven.
De doorgeschakelde TP-melding kan worden onderbroken.
ΞWanneer u zich bevindt in een van de functies cd, MP3, of CDC, door kort op de knop te drukken.
of
Ξ Wanneer u zich bevindt in de functie FM radioweergave door kort op de knop te drukken.
of
Ξ Wanneer u zich bevindt in de functie AM radioweergave door kort op de knop te drukken.
Het toestel keert terug naar de vorige modus.
ΞTP-menu inschakelen.
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
ΞMet de rechter draaiknop kunnen vier verschillende instellingen (0 - 3)
worden geselecteerd.
Dit betekent dat het volume naargelang de instelling met een vaste waarde wordt verhoogd.
•Instelling 0 - volume wordt niet verhoogd
•Instelling 1 - volume wordt iets verhoogd
•Instelling 2 - volume wordt iets verhoogd
•Instelling 3 - volume wordt sterk verhoogd
140
Radio
Als er in de wagen een telefoonsysteem is geïnstalleerd en als de MUTE-leiding van de wagentelefoon op de autoradio is aangesloten, kunt u in het gebruikersmenu (Pagina 166) de functies van de telefoon instellen.
Bij de instelling Mute wordt het geluid van de radio onderdrukt bij een inkomend telefoongesprek.
Bij de instelling Audio Sig. klinkt het telefoongeluid bij een inkomend gesprek via de radio (de wagen moet op contact staan).
Deze functie werkt alleen wanneer er naast de telefoon een handsfree systeem met een extra luidsprekeruitgang is geïnstalleerd en op de radio is aangesloten. In beide gevallen wordt Phone op het display weergegeven.
Ξ Druk op de knop .
De laatst ingestelde AM-zender en de desbetreffende golflengte worden ingesteld.
ΞDruk in het AM-bereik op de toets .
De modus AM-menu wordt ingeschakeld en weergegeven. Als u binnen de daaropvolgende 8 seconden niet op een knop drukt, schakelt de radio over op radioweergave.
Ξ Modus AM-menu oproepen.
Vervolgens worden de laatste geselecteerde golflengte en zender ingesteld. Om de golfbereiken MW (Medium
Wave), LW (Long Wave) en SW
(Short Wave) te selecteren, drukt u zo vaak op de multifunctionele knop
tot het gewenste golfbereik is ingesteld.
De gewenste zender kan via de zenderzoekfunctie, Autostore (AM, LW), de scanzoekfunctie, handmatig zoeken en via de zendertoetsen worden ingesteld.
Zenderzoekfunctie AM, LW,
SW
ΞDraai de rechter draaiknop in het gewenste golfbereik (MW, LW, SW)
naar links of rechts.
De radio zoekt in oplopende/aflopende richting naar ontvangstfrequenties.
ΞDruk op de multifunctionele knop
.
141
Radioweergave
ΞDruk in het gewenste golfbereik (MW, LW, SW) op de rechter draaiknop .
Op het display verschijnt .
Het toestel zoekt automatisch op zender. Eerst wordt op een niet gevoelig niveau gezocht, daarna op een steeds gevoeliger niveau. Zenders die kunnen worden ontvangen, zijn 8 seconden lang te horen. Wanneer u de ontvangen zender wilt vasthouden, moet u de rechter draaiknop indrukken.
Opslaan:
U kunt steeds 12 zenders onder de zenderknoppen opslaan.
ΞGewenste zender zoeken.
ΞOm de gewenste zender op te slaan
moet u de multifunctionele knop - resp. -
indrukken tot er een signaaltoon te horen is.
Aanwijzing
Om de geheugenplaatsen 10 - 12 te bereiken moet u op de multifunctionele knop drukken.
Opvragen:
ΞDruk op de multifunctionele knop
- resp. - . De opgeslagen zender wordt opgeroepen.
ΞSchakel in het gewenste golfbereik de modus AM-menu in.
ΞDruk de multifunctionele knop
zo vaak in tot Autostore on wordt weergegeven.
ΞHoud de multifunctionele knop zolang ingedrukt tot Seek Autostore verschijnt.
De 12 zenders die het best ontvangen kunnen worden, worden op volgorde van de ontvangstkwaliteit onder de zenderknoppen opgeslagen.
ΞOm het geheugenniveau Autostore te verlaten, schakelt u met de multifunctionele knop het geheugenniveau Autostore uit (Autostore
off).
De radio schakelt over op de zenderknoppen.
142