Aprilia RS 125 TUONO User Manual [fi]

RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 1 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
8104682
"
RS 125 TUONO_Ola-intro_my03.fm Page 2 Wednesday, April 30, 2003 10:25 AM
© 2003 aprilia s.p.a. - Noale (VE)
Eerste editie: april 2003
Herdruk:
Opgesteld en gedrukt door: DECA s.r.l. Via Risorgimento, 23/1 - Lugo (RA) - Italia Tel. +39 - 0545 35235 Fax +39 - 0545 32844 E-mail: deca@decaweb.it www.decaweb.it
In opdracht van:
aprilia s.p.a.
via G. Galilei, 1 - 30033 Noale (VE) - Italië Tel. +39 - 041 58 29 111 Fax +39 - 041 44 10 54 www.aprilia.com
WAARSCHUWINGSBOOD­SCHAPPEN
De volgende waarschuwingen worden in heel deze handleiding gebruikt om de vol­gende boodschappen over te brengen:
Veiligheidswaarschuwing. Wan­neer u dit symbool aantreft op de motorfiets of in de handleiding,
!
dient u rekening te houden met poten­tieel gevaar voor persoonlijk letsel. Niet-naleving van de aanwijzingen die worden gegeven in de boodschappen voorafgegaan door dit symbool kan re­sulteren in ernstige risico’s voor de vei­ligheid van uzelf en anderen en voor de motorfiets!
Aanwijzingen om handelingen te
informatie.
vergemakkelijken. Technische
INFORMATIE
Bewerkingen voorafgegaan door
!
dit symbool dienen aan de andere
herhaald. Indien niet expliciet anders vermeld, moet
u voor de montage van de onderdelen de stappen voor demontage in omgekeerde volgorde herhalen.
Daar waar de termen ≈rechts∆ en ≈links∆ worden gebruikt, wordt ervan uitgegaan dat de rijder in normale rijhouding op de motorfiets zit.
Voordat u de motor start, dient u aandach­tig dit boekje te lezen, in het bijzonder het gedeelte VEILIG RIJDEN∆.
Uw veiligheid en die van anderen hangt niet alleen af van de snelheid van uw re­flexen en uw behendigheid, maar ook van de kennis van de motorfiets, van de staat van onderhoud en van de basisregels voor VEILIG RIJDEN.
Daarom is het belangrijk de motorfiets goed te leren kennen, zodat u er zich veilig mee in het verkeer kunt begeven.
kant van de motorfiets te worden
WAARSCHUWINGEN ­VOORZORGSMAATREGELEN ­ALGEMENE OPMERKINGEN
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
2
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 3 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
Dit boekje hoort onlosmakelijk bij de motorfiets en moet in geval van verkoop worden overgedragen.
!
aprilia heeft bij de samenstelling van dit boekje de grootste zorg aan de dag ge­legd, teneinde de gebruiker correcte en ac­tuele informatie te verschaffen. Daar aprilia echter voortdurend het ontwerp van zijn producten verbetert, kunnen de kenmer­ken van uw motorfiets lichtjes afwijken van de in dit boekje beschreven kenmerken.
Indien u vragen heeft met betrekking tot de informatie in dit boekje, aarzel dan niet om contact op te nemen met uw Concessiona­rio Ufficiale aprilia.
Voor controles en reparaties die niet expli­ciet in deze publicatie staan beschreven, de aanschaf van originele aprilia-reser- veonderdelen, accessoires en andere pro­ducten, alsook specifieke adviezen, dient u zich uitsluitend te wenden tot de officiële aprilia-dealers en onderhoudscentra, die een betrouwbare en snelle service garan­deren.
Wij danken u omdat u voor aprilia heeft gekozen en wensen u veel rijplezier.
Alle rechten voor wat betreft elektronische opslag, reproductie en volledige of gedeel­telijke aanpassing, op welke manier ook, zijn voorbehouden voor alle landen.
In sommige landen vereisen de van kracht zijnde milieuwetgeving en geluidsvoorschriften periodieke
!
inspecties.
In deze landen moet de gebruiker van het voertuig:
contact opnemen met een Concessiona-
rio Ufficiale aprilia om de niet-goedge­keurde onderdelen te laten vervangen door onderdelen die goedgekeurd zijn in het betreffende land;
voer de vereiste periodieke inspecties
uit.
Bij aankoop van deze motorfiets dient u in de navolgende figuur de identificatiegegevens te vermelden
!
die op het IDENTIFICATIE-ETIKET VER­VANGINGSONDERDELEN STAAN. Het etiket bevindt zich onder het zadel van de rijder, zie pag. 56 (DEMONTEREN VAN HET ZADEL VAN DE RIJDER).
Dit zijn identificatiegegevens van:
YEAR = bouwjaar (Y, 1, 2, ...);I.M. = wijzigingscode (A, B, C, ...);LANDENCODES = land van homologa-
tie (I, UK, A, ...).
Ze dienen te worden doorgegeven aan de Concessionario Ufficiale aprilia bij de aan­koop van vervangingsonderdelen of acces-
soires die specifiek zijn voor uw model. In deze handleiding worden de volgende
symbolen gebruikt om de verschillende versies aan te duiden:
versie automatische lichtschakelaar
"
(Automatic Switch-on Device)
$
Free Power versie
optie
!
versie met katalysator
%
VERSIE VOOR:
&
(
*
,
.
0
2
4
6
8
:
<
>
@
Italië
Verenigd Koninkrijk
Oostenrijk
Portugal
Finland
België
Duitsland
Frankrijk
Spanje
Griekenland
Nederland
Zwitserland
Denemarken
Japan
Singapore
'
Slovenië
)
Israël
+
Zuid-Korea
-
Maleisië
/
Chili
1
Kroatië
3
Australië
5
Verenigde Staten
7
Brazilië
9
Zuid-Afrika
;
Nieuw-Zeeland
=
Canada
?
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
3
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 4 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
ALGEMENE INHOUD
WAARSCHUWINGSBOODSCHAPPEN ............. 2
INFORMATIE ....................................................... 2
WAARSCHUWINGEN ­VOORZORGSMAATREGELEN -
ALGEMENE OPMERKINGEN ............................. 2
VEILIG RIJDEN.................................................... 5
BASISREGELS VOOR DE VEILIGHEID....... 6
KLEDING ....................................................... 9
ACCESSOIRES........................................... 10
LADING ....................................................... 10
PLAATSING VAN DE HOOFDELEMENTEN .... 12
PLAATSING VAN DE INSTRUMENTEN/
BEDIENINGSELEMENTEN............................... 14
INSTRUMENTEN EN CONTROLELAMPJES ... 15
TABEL INSTRUMENTEN EN
CONTROLELAMPJES ................................ 16
MULTIFUNCTIONELE COMPUTER ........... 17
BELANGRIJKSTE ONAFHANKELIJKE
BEDIENINGSELEMENTEN............................... 20
BEDIENINGSELEMENTEN OP DE
LINKERSTUURHELFT ................................ 20
BEDIENINGSELEMENTEN OP DE
RECHTERSTUURHELFT............................ 21
CONTACTSCHAKELAAR ........................... 22
STUURSLOT ............................................... 22
HULPUITRUSTING............................................ 23
VALHELMHAAK .......................................... 23
HANDSCHOEN-/
GEREEDSCHAPSSETKASTJE .................. 23
VERLENGSTUK VOOR ACHTERSPATBORD 23
SPECIAAL GEREEDSCHAP ! ................ 24
BELANGRIJKSTE ONDERDELEN ................... 25
BRANDSTOF............................................... 25
TRANSMISSIEOLIE .................................... 25
REMVLOEISTOF - aanbevelingen.............. 26
SCHIJFREMMEN ........................................ 26
VOORREM .................................................. 27
ACHTERREM .............................................. 28
OLIERESERVOIR ....................................... 29
AFSTELLEN VAN DE SCHAKELHENDEL . 29
AFSTELLEN VAN DE ACHTERREM .......... 30
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
4
AFSTELLEN VAN DE KOPPELING............. 30
KOELVLOEISTOF........................................ 32
BANDEN ...................................................... 33
VERSIE MET AUTOMATISCHE LICHTONT-
STEKING " ............................................... 34
KATALYTISCHE GELUIDDEMPER............. 34
RICHTLIJNEN VOOR GEBRUIK ....................... 35
CONTROLES VOORAF............................... 35
STARTEN..................................................... 36
VERTREKKEN EN RIJDEN ......................... 38
INRIJDEN..................................................... 41
STOPPEN .................................................... 41
PARKEREN.................................................. 42
RAADGEVINGEN TER VOORKOMING VAN
DIEFSTAL .................................................... 42
ONDERHOUD..................................................... 43
ONDERHOUDSSCHEMA............................ 44
IDENTIFICATIEGEGEVENS........................ 46
DE MOTORFIETS OP DE ACHTERSTE
STANDAARD ZETTEN ! .......................... 47
DE MOTORFIETS OP DE VOORSTE
STANDAARD ZETTEN ! .......................... 47
CONTROLEREN VAN HET TRANSMISSIEOLIEPEIL EN BIJVULLEN... 48 VERVERSEN VAN DE TRANSMISSIEOLIE... 49
VOORWIEL.................................................. 50
ACHTERWIEL.............................................. 52
TRANSMISSIEKETTING ............................. 54
DEMONTEREN VAN HET ZADEL VAN DE
RIJDER ........................................................ 56
OLIECARTERSCHERM VERWIJDEREN.... 56
ZIJ-OMBOUW VERWIJDEREN ................... 56
OMHOOG ZETTEN VAN DE
BRANDSTOFTANK...................................... 57
LUCHTFILTER............................................. 58
HET KUIPJE DEMONTEREN...................... 59
CONTROLEREN VAN DE VOOR- EN DE
ACHTEROPHANGING................................. 60
ACHTEROPHANGING................................. 61
CONTROLEREN VAN DE SLIJTAGE VAN DE
REMBLOKJES ............................................. 62
AFSTELLING VAN HET STATIONAIRE
TOERENTAL................................................ 63
AFSTELLEN VAN DE GASHENDEL ........... 63
AFSTELLEN VAN DE CHOKEHENDEL (#) 64
BOUGIE....................................................... 65
ACCU........................................................... 66
NA LANGE INACTIVITEIT VAN DE ACCU . 66 CONTROLEREN EN REINIGEN
VAN DE ACCU-AANSLUITINGEN .............. 67
DEMONTEREN VAN DE ACCU.................. 67
CONTROLEREN VAN HET ELEKTROLYTPEIL
OPLADEN VAN DE ACCU .......................... 68
MONTEREN VAN DE ACCU....................... 68
VERVANGEN VAN DE ZEKERINGEN........ 69
CONTROLEREN VAN DE ZIJSTANDAARD
EN DE VEILIGHEIDSSCHAKELAAR .......... 70
CONTROLEREN
VAN DE SCHAKELAARS............................ 71
AFSTELLEN VAN DE VERTICALE
LICHTBUNDEL VAN DE KOPLAMP ........... 72
GLOEILAMPEN ........................................... 73
VERVANGEN VAN DE GLOEILAMPEN
VAN DE KOPLAMP ..................................... 73
VERVANGEN VAN DE GLOEILAMPEN VAN DE VOORSTE EN ACHTERSTE RICHTIN-
GAANWIJZERS........................................... 74
VERVANGEN VAN DE GLOEILAMP VAN HET
ACHTERLICHT............................................ 75
VERVOER .......................................................... 76
LEDIGEN VAN DE BRANDSTOFTANK ...... 76
REINIGING......................................................... 77
LANGE PERIODE VAN STILSTAND .......... 78
TECHNISCHE GEGEVENS ............................... 79
SMEERMIDDELENTABEL .......................... 82
OFFICIÚLE DEALERS EN
SERVICECENTRA ...................................... 83
Importeurs.................................................... 84
Importeurs.................................................... 85
Importeurs.................................................... 86
Importeurs.................................................... 87
ELEKTRISCH SCHEMA - RS 125............... 88
LEGENDA ELEKTRISCH SCHEMA - RS 125 89
.... 68
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 5 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
veilig rijden
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 6 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
BASISREGELS VOOR DE VEILIGHEID
Om de motorfiets te mogen besturen is het nodig dat u aan alle wettelijke verplichtin­gen voldoet (rijbewijs, geestelijke en licha­melijke gezondheid, verzekering, wegen­belasting, registratie motorfiets, nummer­plaat, enz.).
U wordt aangeraden zich de motorfiets ge­leidelijk eigen te maken, daar waar weinig verkeer is of op terreinen die privé-eigen­dom zijn.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
6
Het gebruik van bepaalde medicijnen, al­cohol en verdovende middelen benadeelt in aanzienlijke mate de rijveiligheid. Verzekert u zich ervan dat u geestelijk en lichamelijk goed in staat bent te rijden, en rijd vooral niet bij vermoeidheid en slape­righeid.
Het merendeel van de ongelukken is te wij­ten aan onervarenheid van de rijder.
Leen de motorfiets NOOIT uit aan begin­ners en overtuigt u zich er in ieder geval van dat de rijder in het bezit is van de wet­telijke vereisten voor het rijden.
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 7 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
Volg nauwgezet de verkeersaanwijzingen en houd u aan de nationale en plaatselijke verkeersregels.
Vermijd plotselinge manoeuvres die ge­vaar opleveren voor uzelf en voor anderen (bijvoorbeeld: steigeren, te hard rijden enz.), en houd altijd rekening met de toe­stand van het wegdek, het zicht, enz.
Bots niet tegen obstakels die schade aan het voertuig kunnen toebrengen of de con­trole over het voertuig kunnen doen verlie­zen.
Rijd niet vlak achter andere voertuigen om u mee te laten ≈zuigen∆.
Houd altijd beide handen aan het stuur en de voeten op de peda-
!
een correcte rijhouding aan.
Vermijd absoluut rechtop te gaan staan tijdens het rijden of uw ledematen te strekken.
len (of de voetplanken) en neem
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
7
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 8 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
COOLER
OIL
De rijder moet zich nooit af laten leiden of laten beïnvloeden door personen of hande­lingen (niet roken, eten, drinken, lezen, enz.) tijdens het rijden.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
8
Gebruik de voorgeschreven koelvloeistof en olie, zoals beschreven in het SMEER ­SCHEMA; controleer regelmatig of de olie en de koelvloeistof de voorgeschreven ni­veaus hebben.
Controleer, als de motorfiets bij een onge­luk betrokken is geweest, of de bedie­ningsknoppen, -kabels, -slangen, het rem­systeem en de vitale delen niet beschadigd zijn. Laat de motorfiets eventueel nakijken door een officiële aprilia dealer, met speciale aandacht voor het frame, het stuur, de ve­ring, de veiligheidsonderdelen en de onder­delen waarvan de gebruiker zelf niet in staat is te beoordelen of ze beschadigd zijn.
Meld elk mankement bij het functioneren aan de technici/mecaniciens opdat de re­paratiewerkzaamheden vergemakkelijkt worden.
Rijd absoluut niet met de motorfiets wan­neer de beschadiging de rijveiligheid in ge­vaar brengt.
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 9 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
ONLY ORIGINALS
A12
345
Verander nooit de plaats, de stand of de kleur van: de kentekenplaat, de richting­aanwijzers, de lichten en de claxon.
Modificaties aan de motorfiets doen de ga­rantie onherroepelijk vervallen.
Elke eventuele verandering die aange­bracht wordt aan de motorfiets of de verwij­dering van originele delen kunnen de pres­taties negatief beïnvloeden en de veiligheid in gevaar brengen of zelfs de motorfiets onwettig maken.
U wordt geadviseerd om zich altijd te hou­den aan alle nationale en plaatselijke wet­telijke voorschriften en regels op het punt van de uitrusting van de motorfiets.
In het bijzonder moeten technische veran­deringen vermeden worden die de presta­ties beïnvloeden of in ieder geval de oor­spronkelijke eigenschappen van de motorfiets veranderen.
Houd absoluut geen snelheidswedstrijden met andere voertuigen.
Vermijd het rijden op een andere onder­grond dan het wegdek.
KLEDING
Voordat u gaat rijden dient u eraan te denken dat u altijd de helm op hebt; deze moet op de juiste wijze gedragen worden. Controleer of de helm gekeurd is, niet-beschadigd is, de juiste maat heeft en of het vizier schoon is.
Draag beschermende kleding; mogelijkerwijs met een heldere en/of reflecterende kleur. Zo­doende bent u goed zichtbaar voor de andere weggebruikers en beperkt u hiermee het risi­co aangereden te worden. Bij een val hebt u zodoende ook een betere bescherming.
De kleding moet goed passen en aan de uiteinden gesloten zijn. Koorden, ceintuur en das mogen niet los hangen; voorkom dat deze of andere objecten het rijden kun­nen beïnvloeden doordat ze verstrikt raken in bewegende delen of bedieningselemen­ten.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
9
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 10 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
Zorg ervoor dat u geen voorwerpen in uw zakken hebt die mogelijk gevaar opleveren bij een val, zoals puntige objecten als sleu­tels, pennen, glazen voorwerpen (hetzelf­de geldt voor de eventuele passagier).
ACCESSOIRES
De gebruiker is persoonlijk verantwoorde­lijk voor de keuze van de installatie en het gebruik van de accessoires. Denkt u er tijdens de montage aan dat geen onderdelen zoals de lichten of onderdelen die dienen voor het aangeven van de richting of voor geluidssignalen bedekt worden, waardoor deze onderdelen geheel of gedeeltelijk hun functie verliezen; belemmer ook niet de uitslag van de vering en de stuur­hoek en de werking van de bedieningsele­menten.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
10
Vermijd het gebruik van accessoires die de toegang tot de bedieningselementen be­lemmeren, omdat zo de reactietijd in nood­gevallen langer kan worden.
De gestroomlijnde accessoires en de gro­tere windschermen kunnen als ze op de motorfiets gemonteerd zijn de windge­voeligheid ervan vergroten en zodoende de stabiliteit tijdens het rijden verminderen.
Controleer of de accessoires op degelijke wijze bevestigd zijn aan de motorfiets en geen gevaar opleveren tijdens het rijden. Niets toevoegen aan de elektrische installa­tie of hier iets aan veranderen, waardoor het maximale vermogen van de motorfiets over­schreden zou kunnen worden. Hierdoor zou de motorfiets tijdens het rijden plotseling kun­nen stoppen of er zou zich een gevaarlijk stroomtekort kunnen voordoen, zodat de claxon en de lichten niet meer functioneren.
aprilia raadt het gebruik van originele acces­soires aan (originele aprilia accessoires).
LADING
Wees voorzichtig bij het opladen van baga­ge en vervoer niet te veel lading. De bagage moet zich zo dicht mogelijk bij het zwaartepunt van de motorfiets bevin­den en evenwichtig verdeeld zijn naar bei­de zijden van de motorfiets zodat er een optimale balans is. Zorg er verder voor dat de lading goed is vastgemaakt op de motorfiets, vooral voor een lange rit.
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 11 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
KG!
Bevestig absoluut geen grote, zware en/of gevaarlijke voorwerpen aan het stuur, de spatborden en de vorken; dit vertraagt de reactiesnelheid van de motorfiets in de bochten en hindert de controle tijdens het rijden.
Bevestig niet teveel ruimte innemende ba­gage aan de zijkant van de motorfiets en voer ook niet de helm aan de daarvoor be­stemde haak mee. Deze zaken zouden te­gen personen of voorwerpen kunnen sto­ten, waardoor de rijder de controle over de motorfiets zou kunnen verliezen.
Vervoer geen bagage die niet goed beves­tigd is aan de motorfiets.
Vervoer geen bagage die te ver uit de ba­gagedrager steekt of die de lichten, de claxon of de controlelampjes bedekt.
Vervoer geen dieren of kinderen op het handschoenkastje of op de bagagedrager.
Overschrijd niet de limiet voor vervoer die geldt voor iedere zijtas.
Teveel lading beïnvloedt de stabiliteit en de manoeuvreerbaarheid van de motor­fiets.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
11
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 12 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
PLAATSING VAN DE HOOFDELEMENTEN
3
1
1
21
5
6
4
6
1
8
1
7
141615
9
1
10
1
13 12 11
LEGENDA
1) Dashboard
2) Linker achteruitkijkspiegel
3) Contactslot/stuurslot
4) Accu
5) Zekeringkastje
6) Brandstofkraan
7) Zadelslot
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
12
8) Oliereservoir
9) Dop oliereservoir
10) Handschoen-/gereedschapssetkastje
11) Linker voetsteun duopassagier (klik­werking, ingeklapt/uitgeklapt)
12) Linker voetsteun rijder (met veer, altijd
uitgeklapt)
13) Schakelpedaal
14) Zijstandaard
15) Linker zij-ombouw
16) Claxon
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 13 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
1 87 10 9
14
LEGENDA
1) Rechter voetsteun duopassagier (klikwerking, ingeklapt/uitgeklapt)
2) Valhelmkabel
3) Zadel van rijder
4) Luchtfilter
5) Achterremvloeistofreservoir
6) Tankdop
32
64
13 12 11 5
7) Expansietank
8) Dop expansietank koelvloeistof
9) Rechter achteruitkijkspiegel
10) Voorremvloeistofreservoir
11) Achterrempomp
12) Rempedaal achterrem
15
13) Rechter voetsteun rijder (met veer, altijd uitgeklapt)
14) Transmissieketting
15) Rechter zij-ombouw
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
13
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 14 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
PLAATSING VAN DE INSTRUMENTEN/BEDIENINGSELEMENTEN
9
1
7
6
3
5
4
LEGENDA
1) Contactschakelaar/stuurslot (
2) Choke-hendel (
3) Schakelaar richtingaanwijzers (
4) Drukknop claxon (
5) LAP-drukknop (chronometer)
6) Dimlichtschakelaar (' - ()
7) Drukknop grootlichtsignaal (
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
14
$)
&)
! - " - #)
()
%)
28
10
13 11
12
8) Koppelingshendel
9) Instrumenten en controlelampjes
10) Voorremhendel
11) Gashendel
12) Startknop (
13) Motorstopschakelaar (
))
! - ")
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 15 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
INSTRUMENTEN EN CONTROLELAMPJES
LEGENDA
1) Programmeerknoppen van multifunctionele computer
2) Multifunctionele digitale display (koelvloeistoftemperatuur - klok - accuspanning - chronometer)
3) Toerenteller
4) Rood LED-waarschuwingslampje oliereserve (
5) Groen waarschuwingslampje richtingaanwijzer (
6) Groen waarschuwingslampje neutraalstand (
*)
%)
+)
7) Blauw waarschuwingslampje grootlicht (
8) Oranje waarschuwingslampje zijstandaard omlaag∆ (
9) Dagteller
10) Terugstelknop dagteller
11) Kilometertotaalteller
12) Snelheidsmeter
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
()
#)
15
!
!
!
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 16 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
TABEL INSTRUMENTEN EN CONTROLELAMPJES
Beschrijving Functie
Waarschuwingslampje richtingaanwijzers (
Waarschuwingslampje grootlicht (
Toerenteller (tpm/rpm)
Knippert wanneer de richtingaanwijzers in werking zijn.
%)
Licht op wanneer de koplamp in de stand voor het ≈grootlicht∆ staat of wanneer het grootlichtsignaal
( )
wordt gebruikt. Geeft het aantal toeren per minuut van de motor aan.
Overschrijd nooit het maximale toerental van de motor, zie pag. 41 (INRIJDEN).
Waarschuwingslampje zijstandaard omlaag (
LED-waarschuwingslampje oliereserve (
Waarschuwingslampje neutraalstand ( Dagteller Geeft het aantal kilometers van een bepaald traject aan. Zet hem op nul met de terugstelknop. Terugstelknop dagteller Linksom draaien om de dagteller op nul te zetten. Kilometertotaalteller Geeft het totaal aantal gereden kilometers aan. Snelheidsmeter Geeft de rijsnelheid aan.
Koelvloeistof­temperatuur (°C) (
Multifunctionele digitale display
Klok
Accuspanning (V BAT)
Chronometer
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
16
Licht op wanneer de zijstandaard is uitgeklapt.
)
#
Licht op wanneer de hoeveelheid resterende olie in het reservoir 0,35
* )
Als het waarschuwingslampje oplicht, betekent dit dat de oliereserve wordt gebruikt; vul in dit geval onmiddellijk olie bij, zie pag. 29 (OLIERESERVOIR).
+ ) Licht op wanneer de versnelling in neutraal staat.
Geeft de temperatuur van de koelvloeistof in de motor aan, zie
pag. 17 (MULTIFUNCTIONELE COMPUTER).
Wanneer een temperatuur van 115°C … 130°C (239°F … 266°F) wordt aan­gegeven, moet u de motor afzetten en het koelvloeistofpeil controleren, zie pag. 32 (KOELVLOEISTOF).
,)
Als de maximum toegelaten temperatuur wordt overschreden (130°C), kan de motor ernstige schade oplopen.
Als de aanduiding officiële aprilia-dealer om de koelvloeistofthermistor en/of het elektrisch cir­cuit te laten nakijken.
Geeft het uur en de minuten aan, afhankelijk van de voorinstelling,
pag. 17 (MULTIFUNCTIONELE COMPUTER).
zie Geeft de accuspanning aan in volt,
zie
pag. 17 (MULTIFUNCTIONELE COMPUTER).
Geeft de diverse tijden aan, afhankelijk van de voorinstelling,
pag. 17 (MULTIFUNCTIONELE COMPUTER).
zie
LLL op de display verschijnt, raadpleeg dan een
l bedraagt.
Voor het afwisselen tussen de getoonde gegevens, zie
pag. 17 (MULTI­FUNCTIONELE COMPUTER)
.
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 17 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
MULTIFUNCTIONELE COMPUTER
LEGENDA
1) LAP toets
2) MODE toets ( )
3) LOCK toets ( )
4) START toets ( )
5) Bovenste afleeskader
6) Onderste afleeskader
BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES
"
Draai de contactschakelaar (7) in de stand
"
!∆.
Door steeds de -toets in te drukken verschijnen respectievelijk de volgende functies:
Koelvloeistoftemperatuur in °C
O (temperatuur van de koelvloeistof)
TH
2
"
Als u één keer de -toets indrukt, dan krijgt u in het bovenste kader de tempe­ratuur van het koelvloeistof (8) in °C te
TH2O
VBAT
Accuspanning
TIME
Digitale klok
LAP TIME
Chronometer
zien, en in het onderste kader de tijd (9). Het kader knippert bij een temperatuur
boven de 100°C, ook al is er een ande­re functie dan ≈TH
Beneden de 30°C geeft het afleeska-
der
-∆ af te lezen.
Meetbereik 0 … 130°C.
Als de maximum toegelaten tem­peratuur wordt overschreden (130°C), kan de motor ernstige
!
schade oplopen.
Als de aanduiding “LLL” op de display verschijnt, raadpleeg dan een officiële aprilia-dealer om de koelvloeistofther­mistor en/of het elektrisch circuit te la­ten nakijken.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
O zichtbaar.
2
17
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 18 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
VBAT (accuspanning)
"
Als u de -toets twee maal indrukt, krijgt u de accuspanning (10) (in volt) te zien.
Bij 4000 tpm en ingeschakeld dimlicht moet de spanning tussen 13 en 15 V lig­gen.
In het onderste kader kunt u de tijd (11) af­lezen.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
18
TIME (instellen van uren / minuten)
"
Als u de -toets drie maal indrukt, ver­schijnen de uren en de minuten (12).
Om de gewenste tijd te programmeren, moet u als volgt te werk gaan:
"
Druk toets in: de uren beginnen te knipperen.
"
Druk toets in: het getal dat de uren aangeeft gaat omhoog.
"
Om de minuten in te stellen, drukt u op de -toets. De cijfers van de minuten beginnen te knipperen.
"
Door op toets te drukken, gaat het getal dat de minuten aangeeft omhoog
U legt de ingestelde tijd vast door
"
De middelste toets in te drukken.
LAP TIME (chronometer)
"
Als de -toets voor de vierde maal in­gedrukt wordt, verschijnt de LAP TIME (13)-functie, waarmee de rondetijden vastgelegd en in het geheugen opgesla­gen kunnen worden, om naar believen opgeroepen te worden.
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 19 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
1
Het gebruik van de “LAP TIME”-functie (alleen als de motorfiets wordt gebruikt op plaatsen waar geen verkeer is).
"
Als u de chronometerfunctie wilt gebrui­ken, druk dan de -toets in. De L (LAP) verschijnt nu.
"
Wilt u de chronometer in werking zetten, druk dan de ≈LAP∆ (1)-toets in op de lin­kerstuurhelft.
"
Als u de rondetijd af wilt lezen, druk dan opnieuw de ≈LAP∆ (1)-toets in: de ronde­tijd blijft 15 seconden lang zichtbaar; daarna verschijnt de kloktijd weer.
"
Als u de chronometerfunctie niet meer wilt gebruiken, druk dan de -toets in.
U kunt maximaal 10 rondetijden
"
schijnt als “L 10 ”.
aflezen. De laatste rondetijd ver-
1
Oproepen rondetijden (LAP MEMORY).
"
Voor het afzonderlijk oproepen van de rondetijden drukt u de -toets in, waar-
\ in beeld komt.
na
"
Druk, als u de rondetijden wilt nakijken die in het geheugen zijn opgeslagen, de LAP (1)-toets in.
De eerste rondetijd wordt dan aangege­ven door enz.
\ 01 , de tweede door \ 02 ∆,
1
Het uitwissen van de gegevens die in het geheugen zijn opgeslagen.
"
Druk voor het uitwissen van de gege­vens die in het geheugen zijn opgesla­gen de -toets in, waarna
of L 08 , enz. verschijnen.
09
"
Houd nu de -toets ingedrukt en druk tegelijkertijd de ≈LAP∆ (1)-toets op de lin­kerstuurhelft in.
Nu zijn de gegevens uitgewist.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
L 10 of ≈L
19
!
!
RS 125 TUONO_Ola1_my03.fm Page 20 Tuesday, April 29, 2003 10:43 AM
BELANGRIJKSTE ONAFHANKELIJKE BEDIENINGSELEMENTEN
6
4
1
BEDIENINGSELEMENTEN OP DE LINKERSTUURHELFT
De elektrische onderdelen werken enkel wanneer de contactschakelaar in de stand “
1) DRUKKNOP CLAXON (
De claxon treedt in werking wanneer de drukknop wordt inge­drukt.
2) SCHAKELAAR RICHTINGAANWIJZERS (
De schakelaar naar links zetten om aan te geven dat u links gaat afslaan; de schakelaar naar rechts drukken om aan te geven dat u rechts gaat afslaan. Op het midden van de scha­kelaar drukken om de richtingaanwijzer uit te zetten.
")
!” staat.
#)
3) DIMLICHTSCHAKELAAR ( Als de dimlichtschakelaar in de stand “ het grootlicht; als hij in de stand “ dimlicht.
5
3
2
3) DIMLICHTSCHAKELAAR (
In de stand verlichting en het dimlicht altijd. In de stand
4) “LAP” DRUKKNOP (chronometer)
Druk op deze knop om de chronometer van de multifunctione­le computer te gebruiken.
Voor het instellen van de functies, zie pag. 17 (MULTI­FUNCTIONELE COMPUTER).
5) CHOKE-HENDEL (&)
De choke voor het koud starten van de motor wordt in wer­king gesteld door de hendel Breng de hendel choke uit te schakelen.
6) DRUKKNOP GROOTLICHTSIGNAAL (
U kan het grootlicht gebruiken om tegenliggers te verwittigen wanneer u inhaalt, bij gevaar of in een noodsituatie.
$ branden de parkeerlichten, de dashboard-
% brandt het grootlicht.
& weer in zijn oorspronkelijke stand om de
$ - %)
%” staat, brandt
$” staat, brandt het
$ - %)
& omlaag te draaien.
%)
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
20
"
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 21 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
BEDIENINGSELEMENTEN OP DE RECHTERSTUURHELFT
De elektrische onderdelen werken enkel wanneer de contactschakelaar in de stand “
1) MOTORSTOPSCHAKELAAR (
!” staat.
! - ")
1
Bedien de motorstopschakelaar “ dens gewoon rijden.
!
Dit is een veiligheids- of noodschakelaar. Met de schakelaar in de stand de motor wordt gestopt door de schakelaar in de stand zetten.
Bij gestopte motor en met de contactschakelaar in de stand “ Wanneer de motorfiets tot stilstand is gekomen
!
nadat de motor is gestopt, moet u de contactschakelaar in de stand “
2) STARTKNOP (
Wanneer de startknop tor de motor draaien. Voor het starten, zie pag. 36 (STAR­TEN).
"” zetten.
!”, kan de accu ontladen worden.
))
! kan de motor worden gestart;
) wordt ingedrukt, doet de startmo-
! - "” niet tij-
" te
2
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
21
"
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 22 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
CONTACTSCHAKELAAR
De contactschakelaar (1) bevindt zich op de stuurkolomplaat.
De sleutel bedient de contact-
schakelaar/het stuurslot, het za­delslot en het brandstoftankslot. Bij de motorfiets worden twee sleutels geleverd (één reservesleutel).
STUURSLOT
Draai de sleutel nooit in de stand “
#” terwijl u rijdt, om te vermij-
den dat u de controle over de
!
motorfiets verliest.
BEDIENING
Om het stuur te vergrendelen:
"
Draai het stuur volledig naar links.
"
Draai de sleutel in de stand ≈"∆.
"
Druk de sleutel in en draai hem in de stand
"
#∆.
Trek de sleutel uit het contact.
Stand Functie
Het stuur is vergren­deld. Het is
#
Stuurslot
"
!
onmogelijk de motor te starten en de lichten te ontsteken.
De motor kan niet worden gestart en de lichten kunnen niet worden ont­stoken.
De motor kan worden gestart en de lichten kunnen wor­den ont­stoken.
Uittrekken
sleutel
De sleutel kan uit het contact wor­den getrok­ken.
De sleutel kan uit het contact wor­den getrok­ken.
De sleutel kan niet uit het contact worden getrokken.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
22
"
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 23 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
HULPUITRUSTING
VALHELMHAAK
Dankzij de valhelmhaak hoeft u niet langer uw helm of andere zaken met u mee te nemen telkens wanneer u de motorfiets achterlaat.
Rijd niet terwijl de helm aan de haak hangt, want dit kan uw veiligheid ernstig in het gedrang brengen.
!
Ga als volgt te werk om de helm op te han­gen:
"
Demonteer het zadel van de rijder, zie pag. 56 (DEMONTEREN VAN HET ZA­DEL VAN DE RIJDER).
"
Trek het oogje (1) van de kabel (2) uit de haak (3).
"
Steek de kabel (2) door de vizieropening of door een lus die is voorzien op de helm.
"
Steek het oogje (1) volledig in de haak (3).
"
Plaats het zadel van de rijder terug en ver­grendel het.
HANDSCHOEN­/GEREEDSCHAPSSETKASTJE
"
Het handschoen-/gereedschapssetkast­je bevindt zich onder het zadel van de rij­der; u kunt er als volgt bij komen:
"
Zet de motorfiets op de standaard.
"
Demonteer het zadel van de rijder, zie pag. 56 (DEMONTEREN VAN HET ZA­DEL VAN DE RIJDER).
De gereedschapsset (4) bevat:
Inbussleutels van 3, 5 mmSteeksleutel van 10-13 mmBougiesleutel van 17-21 mmDubbele kruiskop-/4 mm inbussleutelGereedschapstasje
Max. toegestaan gewicht: 1,5 kg
VERLENGSTUK VOOR ACHTERSPATBORD
(in de landen waar dit is vereist)
Het verlengstuk van het achterspatbord (5) is bijzonder nuttig wanneer het wegdek nat is; het beperkt de hoeveelheid opspattend water van het achterwiel.
Het verlengstuk van het achter-
leverd in landen waar dit onderdeel wet­telijk verplicht is.
spatbord (5) wordt standaard ge-
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
23
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 24 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
SPECIAAL GEREEDSCHAP !
Voor het uitvoeren van specifieke werk­zaamheden is het raadzaam het volgende speciaal gereedschap te gebruiken (ver­krijgbaar bij een officiële aprilia-dealer):
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
24
Gereedschap Werkzaamheden Pag.
Speciale dopsleutel (1)
Achterste standaard (2)
Voorste standaard (3)
Koppelingspennen achterstandaard (4)
Afstelling van de koppelingspeling. 30
Demonteren van achterwiel.
Afstellen van de transmissieketting.
Demonteren van voorwiel. 48
De motorfiets op de achterstandaard zetten. 45
50
52
"
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 25 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
BELANGRIJKSTE ONDERDELEN
BRANDSTOF
De brandstof die gebruikt wordt voor verbrandingsmotoren is ui­terst ontvlambaar en kan in be-
!
paalde omstandigheden explosief wor­den. Het is belangrijk dat het tanken en de onderhoudswerkzaamheden in een goed geventileerde ruimte gebeuren en met af­gezette motor. Niet roken gedurende het tanken of in de nabijheid van benzine­dampen; in elk geval absoluut contact mijden met open vlammen, vonken en elke andere warmtebron, om te voorko­men dat de brandstof vlam vat of explo­deert. Verder moet u ook voorkomen dat er benzine uit de tankopening stroomt, aangezien ze vlam kan vatten bij contact met de gloeiende delen van de motor. Voor het geval per ongeluk benzine bui­ten de tank terechtkomt, moet u controle­ren of de plek waar de benzine is terecht­gekomen geheel droog is en voor u gaat rijden moet u er zich van vergewissen dat er geen benzine op de hals van de benzi­nemond is achtergebleven. Loodvrije benzine zet uit onder invloed van zonnewarmte en zonnestraling. Vul de tank daarom nooit tot de rand. Mijd con­tact van benzine met de huid en inademing van dampen; zuig geen benzine op en breng de benzine niet over van één vat in een ander met behulp van een slang.
LOOS BRANDSTOF NIET IN HET MI­LIEU. BUITEN BEREIK VAN KINDEREN HOU­DEN
Gebruik uitsluitend loodvrije benzine, in overeenstemming met de norm DIN 51607, min. octaangetal 95 (N.O.R.M.) en 85 (N.O.M.M.).
INHOUD BRANDSTOFTANK (reserve inbegrepen): 13
TANKRESERVE: 3,5 l (mechanische re­serve).
Ga als volgt te werk om te tanken:
"
Steek de sleutel (1) in het slot op de brandstofklep (2).
"
Draai de sleutel rechtsom, trek eraan en open de brandstofklep.
l
TRANSMISSIEOLIE
Controleer het transmissieoliepeil om de 4000 km (2500 mi), zie pag. 48 (CONTRO­LEREN VAN HET TRANSMISSIEOLIE­PEIL EN BIJVULLEN). Ververs de transmissieolie na de eerste 1000 km (625 mi) en daarna telkens om de 12000 km (7500 mi), zie pag. 49 (VER­VERSEN VAN DE TRANSMISSIEOLIE).
Gebruik 75W-90 olie van hoge kwaliteit, zie pag. 82 (SMEER-
MIDDELENTABEL).
Olie kan leiden tot ernstige be­schadiging van de huid bij dage­lijkse en langdurige aanraking.
!
Na gebruik van olie uw handen goed wassen.
Loos de olie niet in het milieu. Bewaar de olie in een afgesloten vat en breng afgewerkte olie naar het benzine­station of naar een gemeentelijk verza­melpunt.
Het is aangeraden latex handschoenen te gebruiken om onderhoudswerken uit te voeren.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
25
"
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 26 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
REMVLOEISTOF - aanbevelingen
Deze motorfiets is uitgerust met
schijfremmen vooraan en achteraan, met afzonderlijke hydrauli­sche circuits. De volgende informatie heeft betrekking op slechts één remsysteem, maar geldt voor beide.
Plotselinge weerstand of ver-
schillen in speling op de rem-
hendel kunnen te wijten zijn aan
!
onregelmatigheden in het hydraulische systeem. In geval van twijfel met betrekking tot het goed functioneren van het remsys­teem en als u niet in staat bent de nor­male controles zelf uit te voeren, moet u te rade gaan bij uw officiële aprilia- dealer.
Zie er goed op toe dat de rem­schijven niet vettig of smerig zijn, in het bijzonder na uitvoe-
!
ring van onderhoudswerkzaamheden of controles. Controleer of de remleidingen niet ge­draaid of versleten zijn. Let op dat geen water of stof per onge­luk in het remcircuit terechtkomt.
Het is aangeraden latex handschoenen te gebruiken om onderhoudswerken uit te voeren.
Als de remvloeistof in contact komt met de huid of de ogen, kan dit leiden tot ernstige irritatie. Was zeer grondig de delen van het lichaam die in contact zijn gekomen met de vloeistof. Raadpleeg een arts of een oogarts als de vloeistof in contact is ge­komen met uw ogen.
Loos remvloeistof niet in het milieu.
BUITEN HET BEREIK VAN KINDEREN HOUDEN
Wanneer u de remvloeistof ge­bruikt, moet u erop letten dat u er niet mee morst op de plastic
!
of gelakte delen, omdat deze door de vloeistof kunnen worden aangetast.
SCHIJFREMMEN
De remmen zijn de belangrijkste onderdelen voor uw veiligheid, dus moeten zij te allen tijde in
!
perfecte staat verkeren; controleer ze voor elke rit.
De remvloeistof moet eenmaal per jaar vervangen worden door een officiële aprilia-dealer.
Gebruik remvloeistof van het type dat is aangegeven in het smeerschema, zie pag. 82 (SMEERMIDDELENTABEL).
Deze motorfiets is uitgerust met hydrauli­sche schijfremmen vooraan en achteraan. Naarmate de remblokjes afslijten, neemt het vloeistofpeil af om de slijtage automa­tisch te compenseren.
Het voorremvloeistofreservoir bevindt zich op de rechterstuurhelft, naast de bevesti­ging van de voorremhendel.
Het achterremvloeistofreservoir bevindt zich onder het bovenste stuk van de kuip, op de rechterzijde van de motorfiets.
Controleer regelmatig het remvloeistofpeil in de reservoirs, zie pag. 27 (VOORREM), pag. 28 (ACHTERREM), en de slijtage van de remblokjes, zie pag. 62 (CONTROLE­REN VAN DE SLIJTAGE VAN DE REM­BLOKJES).
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
26
"
"
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 27 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
Vul nooit bij tot boven het “MAX”-
1
jes worden gebruikt, is het aangeraden
2
het reservoir tot het “MAX”-niveau te vullen.
niveau. Enkel wanneer nieuwe remblok-
!
VOORREM
CONTROLE
Zet de motorfiets op een stevige en effen ondergrond.
"
Zet de motorfiets op de standaard en draai het stuur volledig naar rechts.
"
Controleer of het vloeistofpeil boven het MIN-streepje staat.
"
Als de vloeistof niet tot aan het MIN∆- streepje reikt, moet u bijvullen.
BIJVULLEN
De remvloeistof kan uit het re­servoir lopen. Bedien de voor­remhendel niet als de dop van
!
het remvloeistofreservoir los is of is verwijderd.
3
"
Schroef de dop (1) los en verwijder hem.
Vermijd langdurige blootstelling van de remvloeistof aan lucht. De remvloeistof is hygrosco-
!
pisch, d.w.z. het neemt bij contact met lucht het in de lucht aanwezige vocht op. Laat de remvloeistofhouder niet langer openstaan dan nodig tijdens het bijvul­len.
"
Verwijder de afdichting (2).
Schud niet met de motorfiets ter-
wijl u het remvloeistofreservoir vult, om te vermijden dat vloeistof wordt gemorst.
"
Vul het reservoir (3) met remvloeistof, zie pag. 82 (SMEERMIDDELENTABEL), tot het voorgeschreven niveau tussen het
MIN- en het MAX-streepje is bereikt.
Naarmate de remblokjes afslijten, neemt het vloeistofpeil af om de slijtage automatisch te compenseren.
Vul het reservoir niet tot het “MAX”-ni­veau wanneer de remblokjes versleten zijn, om te vermijden dat de vloeistof naar buiten stroomt wanneer de rem­blokjes worden vervangen.
"
Monteer de onderdelen opnieuw in om­gekeerde volgorde.
Controleer de werking van de remmen. Neem zo nodig contact op met uw officiële aprilia-
!
dealer.
Ingeval er teveel speling in de remhen­del zit, u teveel elastische weerstand voelt of er lucht in het circuit is terecht­gekomen, moet u contact opnemen met uw officiële aprilia-dealer, omdat kan blijken dat het remsysteem ontlucht moet worden.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
27
"
"
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 28 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
ACHTERREM
CONTROLE
Zet de motorfiets op een stevige en effen ondergrond.
"
Laat de motorfiets rechtop staan, zodat de vloeistof in het reservoir (1) evenwij­dig blijft met de dop (2).
"
Controleer of het vloeistofpeil boven het MIN-streepje staat.
"
Als de vloeistof niet tot aan het MIN∆- streepje reikt, moet u bijvullen.
BIJVULLEN
De remvloeistof kan uit het re­servoir lopen. Bedien de achter­remhendel niet als de dop van
!
het remvloeistofreservoir los is of is verwijderd.
"
Schroef de dop (2) los en verwijder hem.
Vermijd langdurige blootstelling van de remvloeistof aan lucht. De remvloeistof is hygrosco-
!
pisch, d.w.z. het neemt bij contact met lucht het in de lucht aanwezige vocht op. Laat de remvloeistofhouder niet langer openstaan dan nodig tijdens het bijvul­len.
Zorg dat de vloeistof in het re-
servoir evenwijdig met de rand blijft staan (in horizontale stand), zodat tijdens het bijvullen geen remvloeistof wordt gemorst.
"
Verwijder de afdichting (3).
"
Vul met behulp van een spuit het rem­vloeistofreservoir (1), zie pag. 82 (SMEERMIDDELENTABEL) tot het voorgeschreven niveau tussen het
MIN- en het MAX-streepje is bereikt.
Enkel wanneer nieuwe remblok­jes worden gebruikt, is het aan­geraden het reservoir tot het
!
“MAX”-niveau te vullen. Naarmate de remblokjes afslijten, neemt het vloeistofpeil af om de slijtage automatisch te compenseren. Vul het reservoir niet tot het “MAX”-ni­veau wanneer de remblokjes versleten zijn, om te vermijden dat de vloeistof naar buiten stroomt wanneer de rem­blokjes worden vervangen.
"
Monteer de onderdelen opnieuw in om­gekeerde volgorde.
Controleer de werking van de remmen. Neem zo nodig contact op met uw officiële aprilia-
!
dealer.
Ingeval er teveel speling in de remhen­del zit, u teveel elastische weerstand voelt of er lucht in het circuit is terecht­gekomen, moet u contact opnemen met uw officiële aprilia-dealer, omdat kan blijken dat het remsysteem ontlucht moet worden.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
28
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 29 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
OLIERESERVOIR
Vul het oliereservoir elke 500 km (312 mi). De motorfiets is uitgerust met een afzon-
derlijke menginrichting waarin de benzine en de olie voor het smeren van de motor worden gemengd, zie pag. 82 (SMEER­MIDDELENTABEL).
De olievoorraad wordt aangegeven door het oplichten van het LED-waarschuwings­lampje van de oliereserve * op het dashboard, zie pag. 15 (INSTRUMENTEN EN CONTROLELAMPJES).
Wanneer u de motorfiets zonder olie gebruikt, wordt er zware schade aan de motor toege-
!
bracht.
Als de olie in het oliereservoir is opge­bruikt of als de olieleiding is verwijderd, neem dan contact op met een officiële aprilia-dealer, die het systeem zal ont­luchten.
Dit is noodzakelijk, want als de motor draait terwijl er lucht in het oliecircuit aanwezig is, kan dit ernstige schade aan de motor veroorzaken.
Vul het oliereservoir als volgt:
"
Demonteer het zadel van de rijder, zie pag. 56 (DEMONTEREN VAN HET ZA­DEL VAN DE RIJDER).
"
Verwijder de plug (1).
INHOUD OLIERESERVOIR: 1,4 RESERVE: 0,35 l
Na gebruik van olie uw handen goed wassen. Loos de olie niet in het milieu.
!
BUITEN BEREIK VAN KINDEREN HOU­DEN.
3 2 4
AFSTELLEN VAN DE SCHAKELHENDEL
De positie van de schakelhendel kan wor­den afgesteld door middel van de stang (2). Ga hiervoor als volgt te werk:
"
l
Draai de moeren (3, 4) los.
"
Draai de stang en stel de hoogte van de schakelhendel af.
"
Draai de moeren (3, 4) vast.
De pen van de schakelhendel blijft ge­smeerd dankzij de uitsparing en de twee keerringen.
Bij het demonteren, de keerringen smeren en opletten dat ze niet worden beschadigd.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
29
RS 125 Tuono_Ola_book_my03.book Page 30 Tuesday, April 29, 2003 10:01 AM
6 7
AFSTELLEN VAN DE ACHTERREM
Het rempedaal is ergonomisch geplaatst tijdens de assemblage van de motorfiets. Zo nodig kan de hoogte van het rempedaal worden bijgeregeld:
"
Draai de borgmoer (1) los.
"
Schroef de remstelmoer (2) volledig los.
"
Schroef de borgmoer (3) volledig tegen de pompregelstang (4).
"
Draai de pompregelstang (4) volledig vast en daarna 3-4 slagen losser.
"
Schroef de remstelmoer (2) vast tot het rempedaal (5) op de gewenste hoogte staat.
"
Vergrendel de remstelmoer (2) met de borgmoer (1).
"
Draai de pompregelstang (4) los en laat hem contact maken met de pompzuiger.
"
Draai de stang vast zodanig dat een mi­nimale speling ontstaat van 0,5 ÷ 1 mm tussen de pompregelstang (4) en de pompzuiger.
gebruik en onderhoud RS 125 Tuono
30
Zorg dat er een zekere speling is
tussen de remstelmoer en het
contactpunt, om te voorkomen
!
dat de rem in werking blijft en zodoende vroegtijdige slijtage van de remdelen veroorzaakt.
Speling tussen de remstelmoer en het contactpunt: 0,5 ÷ 1 mm.
"
Vergrendel de pompregelstang met de borgmoer (3).
Controleer de werking van de
rem.
Neem zo nodig contact op met
!
uw officiële aprilia-dealer.
Controleer na het afstellen of het wiel vrij draait met de rem onbediend.
AFSTELLEN VAN DE KOPPELING
Stel de koppeling af als de motor stopt of de neiging vertoont te versnellen wanneer de koppelingshendel wordt aangetrokken en de versnellingen worden ingeschakeld of als de koppeling slipt, wat leidt tot een vertraging in de versnelling in vergelijking met het toerental van de motor.
Kleine afstellingen zijn mogelijk met de stelmoer (6):
"
Zet de moer (7) los (door ze rechtsom te draaien).
"
Draai aan de stelschroef (6) tot de spe­ling op het uiteinde van de koppe­lingshendel ca. 10…15 mm is (zie afbeel­ding).
"
Zet de moer (7) vast (door ze linksom te draaien) en vergrendel de stelschroef (6).
"
Controleer de speling op het uiteinde van de koppelingshendel.
Loading...
+ 258 hidden pages