Przed rozpoczęciem korzystania z instrumentu należy dokładnie przeczytać rozdział „ZALECENIA” na stronach 4–5.
Lees de 'VOORZICHTIG' op pagina 4 en 5 voordat u het instrument in gebruik neemt.
PL
NL
Page 2
Informacje dla użytkowników dotyczące zbierania i utylizacji starego sprzętu
Ten symbol umieszczony na produktach, opakowaniu i/lub dołączonej dokumentacji oznacza, że produkty elektryczne i elektroniczne
nie powinny być wyrzucane wraz ze zwykłymi śmieciami.
W celu odpowiedniego przetwarzania i recyklingu starych produktów zgodnie z przepisami lokalnymi i Dyrektywą 2002/96/EC należy
je zanieść do odpowiednich punktów odbioru.
Właściwie utylizując te produkty, pomagamy oszczędzać cenne zasoby i zapobiegamy potencjalnie negatywnym działaniom na ludzkie
zdrowie i środowisko, które mogłyby powstawać w wyniku niewłaściwego przetwarzania odpadów.
W sprawie dodatkowych informacji na temat zbierania i recyklingu starych produktów należy kontaktować się z władzami lokalnymi,
służbami oczyszczania lub punktem sprzedaży, w którym dokonano zakupu.
[Dla użytkowników biznesowych w Unii Europejskiej]
Jeśli chcą Państwo pozbyć się sprzętu elektrycznego lub elektronicznego, prosimy o kontakt ze sprzedawcą lub dostawcą w celu
uzyskania dodatkowych informacji.
[Informacje na temat utylizacji w krajach spoza Unii Europejskiej]
Ten symbol obowiązuje jedynie w Unii Europejskiej. W przypadku konieczności utylizacji tych elementów należy kontaktować się
z władzami lokalnymi lub sprzedawcą w celu uzyskania informacji o właściwym sposobie utylizacji.
Informatie voor gebruikers van inzameling en verwijdering van oude apparaten.
Dit teken op de producten, verpakkingen en/of bijgaande documenten betekent dat gebruikte elektrische en elektronische producten niet
mogen worden gemengd met algemeen huishoudelijk afval.
Breng alstublieft voor de juiste behandeling, herwinning en hergebruik van oude producten deze naar daarvoor bestemde verzamelpunten,
in overeenstemming met uw nationale wetgeving en de instructies 2002/96/EC.
Door deze producten juist te rangschikken, helpt u het redden van waardevolle rijkdommen en voorkomt u mogelijke negatieve effecten
op de menselijke gezondheid en de omgeving, welke zich zou kunnen voordoen door ongepaste afvalverwerking.
Voor meer informatie over het inzamelen en hergebruik van oude producten kunt u contact opnemen met uw plaatselijke gemeente,
uw afvalverwerkingsbedrijf of het verkooppunt waar u de artikelen heeft gekocht.
[Voor zakelijke gebruikers in de Europese Unie]
Mocht u elektrische en elektronisch apparatuur willen weggooien, neem dan alstublieft contact op met uw dealer of leverancier voor meer
informatie.
[Informatie over verwijdering in ander landen buiten de Europese Unie]
Dit symbool is alleen geldig in de Europese Unie. Mocht u artikelen weg willen gooien, neem dan alstublieft contact op met uw plaatselijke
overheidsinstantie of dealer en vraag naar de juiste manier van verwijderen.
(weee_eu_pl)
(weee_eu_nl)
2
Page 3
Tabliczkę znamionową można znaleźć na spodzie instrumentu.
Numer seryjny znajduje się na lub obok tabliczki znamionowej.
Zapisz ten numer w miejscu poniżej i zachowaj ten podręcznik
jako dowód zakupu, aby ułatwić identyfikację instrumentu
w przypadku jego ewentualnej kradzieży.
Nr modelu
Het naamplaatje van dit product bevindt zich aan de onderzijde
van het instrument. Het serienummer van dit product wordt vermeld
op of in de nabijheid van het naamplaatje. Het is raadzaam dit
serienummer in de hieronder gereserveerde ruimte te noteren.
Bewaar ook deze handleiding als permanent aankoopbewijs
om identificatie in geval van diefstal te vergemakkelijken.
Modelnummer
Nr seryjny
(bottom)
OBSERVERA!
Apparaten kopplas inte ur växelströmskällan (nätet) så länge
som den ar ansluten till vägguttaget, även om själva apparaten
har stängts av.
ADVARSEL: Netspændingen til dette apparat er IKKE
afbrudt, sålænge netledningen sidder i en stikkontakt, som
er tændt — også selvom der er slukket på apparatets afbryder.
VAR OITUS :Laitteen toisiopiiriin kytketty käyttökytkin ei irroita
koko laitetta verkosta.
(standby)
Serienummer
IMPORTANT NOTICE FOR THE UNITED KINGDOM
Connecting the Plug and Cord
IMPORTANT. The wires in this mains lead are coloured in
accordance with the following code:
As the colours of the wires in the mains lead of this apparatus
may not correspond with the coloured makings identifying the
terminals in your plug proceed as follows:
The wire which is coloured BLUE must be connected to the
terminal which is marked with the letter N or coloured BLACK.
The wire which is coloured BROWN must be connected to the
terminal which is marked with the letter L or coloured RED.
Making sure that neither core is connected to the earth terminal
of the three pin plug.
* This applies only to products distributed by
Yamaha Music U.K. Ltd.
BLUE : NEUTRAL
BROWN : LIVE
(bottom)
(2 wires)
3
Page 4
VOORZICHTIG
Spanningsvoorziening/netadapter
Niet openen
Waarschuwing tegen water
Waarschuwing tegen brand
Als u onregelmatigheden opmerkt
Spanningsvoorziening/netadapter
Locatie
Aansluitingen
Zorgvuldig behandelen
LEES DIT ZORGVULDIG DOOR VOORDAT U VERDERGAAT
* Bewaar deze gebruikershandleiding op een veilige plaats voor eventuele toekomstige raadpleging.
WAARSCHUWING
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om ernstig of zelfs dodelijk letsel als gevolg van elektrische
schokken, kortsluiting, beschadiging, brand of andere gevaren te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Plaats het netsnoer uit de buurt van warmtebronnen zoals verwarmingen en
kachels, buig of beschadig het snoer niet, plaats er geen zware voorwerpen op en
zorg dat niemand op het snoer kan trappen, erover kan struikelen of voorwerpen
erover kan rollen.
• Gebruik het instrument uitsluitend op de voorgeschreven elektrische spanning.
De vereiste spanning wordt vermeld op het naamplaatje van het instrument.
• Gebruik uitsluitend de voorgeschreven adapter (pagina 70). Gebruik van een
andere adapter kan beschadiging of oververhitting veroorzaken.
• Controleer de elektrische stekker regelmatig en verwijder vuil of stof dat zich erop
heeft verzameld.
• Dit instrument bevat geen door de gebruiker te repareren onderdelen. Maak het
instrument nooit open en probeer niet de inwendige onderdelen te demonteren of
te wijzigen. Als het instrument defect lijkt, stopt u onmiddellijk met het gebruik
ervan en laat u het instrument nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Stel het instrument niet bloot aan regen en gebruik het niet in de buurt van water
of in een vochtige omgeving. Plaats nooit voorwerpen (zoals vazen, flessen of
glazen) die vloeistof bevatten op het instrument. Wanneer een vloeistof, zoals
water, in het instrument lekt, schakelt u het instrument onmiddellijk uit en
verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat het instrument vervolgens
nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Steek/verwijder nooit een stekker in/uit het stopcontact wanneer u natte handen hebt.
• Plaats geen brandende voorwerpen, zoals kaarsen, op het apparaat.
Een brandend voorwerp kan omvallen en brand veroorzaken.
• Als een van de volgende storingen optreedt, schakelt u de POWER-schakelaar
onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker uit het stopcontact. Laat het instrument
vervolgens nakijken door bevoegd Yamaha-servicepersoneel.
• Het netsnoer of de stekker raakt versleten of beschadigd.
• Het instrument verspreidt een ongebruikelijke geur of er komt rook uithet
instrument.
• Er is een voorwerp gevallen in het instrument.
• Het geluid valt plotseling weg tijdens het gebruik van het instrument.
LET OP
Volg altijd de hierna vermelde algemene voorzorgsmaatregelen op om lichamelijk letsel bij uzelf en anderen of beschadiging van het
instrument en andere eigendommen te voorkomen. Deze maatregelen houden in, maar zijn niet beperkt tot:
• Sluit het instrument niet via een verdeelstekker aan op het stopcontact. Dit kan
leiden tot een verminderde geluidskwaliteit of oververhitting in het stopcontact.
• Trek altijd aan de stekker en nooit aan het snoer wanneer u de stekker verwijdert uit
het instrument of het stopcontact. Het snoer kan beschadigd raken als u eraan trekt.
• Verwijder de stekker uit het stopcontact tijdens onweer of als u het instrument
gedurende langere tijd niet gebruikt.
• Schakel de stroomtoevoer naar alle onderdelen uit voordat u het instrument
aansluit op andere elektronische componenten. Stel alle volumeniveaus in op het
laagste niveau voordat u de stroomtoevoer naar alle onderdelen in- of uitschakelt.
• Zorg dat het volume van alle componenten is ingesteld op het laagsteniveau en
voer het volume tijdens het bespelen van het instrument geleidelijk op tot het
gewenste niveau.
• Plaats het instrument niet op een onstabiele plek waar het per ongeluk kan omvallen.
• Verwijder alle aangesloten kabels alvorens het instrument te verplaatsen.
• Let erop tijdens het opstellen van het instrument dat het te gebruiken stopcontact
gemakkelijk bereikbaar is. Als er een storing optreedt of het instrument niet correct
werkt, schakelt u de POWER-schakelaar onmiddellijk uit en verwijdert u de stekker
uit het stopcontact. Ook wanneer de POWER-schakelaar is uitgeschakeld, loopt er
nog een minimale hoeveelheid stroom naar het instrument. Verwijder de stekker uit
het stopcontact als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
• Gebruik uitsluitend de standaard die voor uw instrument wordt aanbevolen.
Gebruik uitsluitend de meegeleverde schroeven om de standaard of het rek te
bevestigen. Als u dit niet doet, kunnen de inwendige onderdelen beschadigd
raken en kan het instrument omvallen.
Yamaha is noch aansprakelijk voor ontstane schade door oneigenlijk gebruik of modificatie van het instrument, noch voor verlies of beschadiging van gegevens.
Schakel het instrument altijd uit als u het niet gebruikt.
Zelfs als de POWER-schakelaar zich in de standbystand bevindt, loopt er nog een minimale hoeveelheid stroom door het instrument.
Verwijder de stekker van het netsnoer uit het stopcontact als u het instrument gedurende langere tijd niet gebruikt.
Gebruikershandleiding
4
• Steek uw vingers of handen niet in de openingen van het instrument.
• Steek nooit papieren, metalen of andere voorwerpen in de openingen van het
paneel of het toetsenbord en laat dergelijke voorwerpen er niet in vallen. Dit kan
lichamelijk letsel bij u of anderen, schade aan het instrument of andere
eigendommen of een verstoring van de werking veroorzaken.
• Leun niet op het instrument, plaats er geen zware voorwerpen op en
ga voorzichtig om met de knoppen, schakelaars en aansluitingen.
• Gebruik het instrument/apparaat of een hoofdtelefoon niet te lang op een hoog of
oncomfortabel geluidsniveau, aangezien dit permanent gehoorverlies kan
veroorzaken. Consulteer een KNO-arts als u ruis in uw oren of gehoorverlies
constateert.
DMI-3 1/2
Page 5
LET OP
Houd u aan onderstaande waarschuwingen om storingen/schade aan het apparaat en schade aan de data of andere eigendommen te voorkomen.
Behandeling en onderhoud
• Gebruik het instrument niet in de nabijheid van een tv, radio, stereoapparatuur, mobiele telefoon of andere elektrische apparaten. Het instrument, de tv of
de radio kunnen ruis genereren.
• Stel het instrument niet bloot aan grote hoeveelheden stof of trillingen, of aan extreme koude of hitte (zoals in direct zonlicht, bij een verwarming of
overdag in een auto), om eventuele vervorming van het bedieningspaneel, beschadiging van de interne componenten of instabiele werking te voorkomen.
(Gecontroleerd bedrijfstemperatuurbereik: 5° - 40°C (41° - 104°F)).
• Plaats geen vinyl, plastic of rubberen voorwerpen op het instrument, aangezien dit verkleuring van het paneel of het toetsenbord tot gevolg kan hebben.
• Reinig het instrument altijd met een zachte doek. Gebruik geen verfverdunners, oplosmiddelen, schoonmaakmiddelen of chemisch geïmpregneerde
schoonmaakdoekjes.
Data opslaan
• Sommige data-items (pagina 53) worden automatisch als back-updata in het interne geheugen opgeslagen, zelfs als u het instrument uitschakelt.
Opgeslagen data kunnen verloren gaan ten gevolge van een storing of foutieve handeling. Sla belangrijke data in het USB-flashgeheugen (pagina 57-58)
of op een computer op (raadpleeg de Naslaggids).
Om dataverlies door mediabeschadiging te voorkomen, adviseren wij u belangrijke data op twee USB-opslagapparaten/externe media op te slaan.
Informatie
Auteursrechten
• Het kopiëren van commercieel verkrijgbare muziekgegevens, inclusief maar niet beperkt tot MIDI-gegevens en/of audiogegevens, is strikt verboden,
uitgezonderd voor persoonlijk gebruik.
• Dit product bevat en gaat vergezeld van computerprogramma's en inhoud waarvan Yamaha alle auteursrechten heeft of waarvan het over de licenties
beschikt om gebruik te mogen maken van de auteursrechten van derden. Onder dergelijk materiaal waarop auteursrechten berusten, vallen, zonder enige
beperkingen, alle computersoftware, stijlbestanden, MIDI-bestanden, WAVE-gegevens, bladmuziek en geluidsopnamen. Elk ongeautoriseerd gebruik van
dergelijke programma's en inhoud, buiten het persoonlijke gebruik van de koper, is volgens de desbetreffende wettelijke bepalingen niet toegestaan.
Elke schending van auteursrechten heeft strafrechtelijke gevolgen. MAAK, DISTRIBUEER OF GEBRUIK GEEN ILLEGALE KOPIEËN.
Functies/data die bij het instrument zijn meegeleverd
• Sommige presetsongs zijn ingekort of bewerkt en zijn daarom niet precies hetzelfde als het origineel.
• Dit apparaat kan muziekgegevens van verschillende typen en indelingen gebruiken door deze van tevoren naar de juiste muziekgegevensindeling voor
gebruik met het instrument te optimaliseren. Hierdoor wordt op dit apparaat muziek mogelijk niet exact zo afgespeeld als de componist het oorspronkelijk
heeft bedoeld.
Over deze handleiding
• De afbeeldingen en schermen zoals deze in deze handleiding zijn te zien, zijn uitsluitend bedoeld voor instructiedoeleinden en kunnen dus enigszins
afwijken van de werkelijkheid.
• Windows is een geregistreerd handelsmerk van Microsoft
• Apple, Mac en Macintosh zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen.
• De in dit instrument gebruikte bitmapfonts zijn geleverd door en zijn eigendom van Ricoh Co., Ltd.
• De namen van bedrijven en producten die in deze handleiding worden genoemd, zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van hun respectieve
eigenaars.
®
Corporation in de Verenigde Staten en andere landen.
Bijgeleverde accessoires
• Gebruiksaanwijzing (dit boek)
• Data List (Datalijst)
• Netadapter
* Wordt mogelijk niet meegeleverd in uw regio. Neem hiervoor contact op met uw Yamaha-dealer.
• My Yamaha Product User Registration
* U hebt de PRODUCT ID op dit blad nodig bij het invullen van het gebruikersregistratieformulier.
• Muziekstandaard
DMI-3 2/2
Gebruikershandleiding
5
Page 6
Indelingen
Het instrument is compatibel met de volgende indelingen.
GM System Level 2
GM (General MIDI) is een van de meest voorkomende
voicetoewijzingsindelingen. De standaardspecificatie
GM System Level 2 is een verbetering ten opzichte
van de originele GM, waarbij ook de
songdatacompatibiliteit is verbeterd.
XG
XG is een enorme verbetering van de GM System Level
1-indeling, en is speciaal door Yamaha ontwikkeld om
in meer voices en variaties, alsook in een grotere
expressieve besturing van de voices en effecten te
voorzien, en om een goede gegevenscompatibiliteit in
de toekomst veilig te stellen.
GS
GS is door de Roland Corporation ontwikkeld. Op
dezelfde manier als Yamaha XG is GS een belangrijke
verbetering van de GM-specificatie om in meer voices
en drumkits en hun variaties te voorzien, evenals in een
grotere expressieve besturing van voices en effecten.
XF
De bestandsindeling XF van Yamaha voegt grotere
functionaliteit en open uitbreidbaarheid toe aan de
industriestandaard SMF (Standard MIDI File). Dit
instrument kan songteksten weergeven wanneer
een XF-bestand met songtekstdata wordt
afgespeeld.
SFF GE (Guitar Edition)
SFF (Style File Format) is een originele
stijlbestandsindeling van Yamaha, die
gebruikmaakt van een uniek conversiesysteem
om in automatische begeleiding van hoge kwaliteit
te voorzien, gebaseerd op een uitgebreide reeks
akkoordsoorten. SFF GE (Guitar Edition) is een
uitgebreide SFF-indeling, die verbeterde
noottransponering voor gitaartracks biedt.
USB
USB is een afkorting van Universal Serial Bus. Het
is een seriële interface voor het aansluiten van een
computer met randapparatuur. Hiermee is 'hot
swapping' mogelijk (randapparatuur aansluiten
terwijl de computer aan staat).
Over de handleidingen
Meegeleverde documenten
Gebruiksaanwijzing (dit boek)
Biedt een algemene beschrijving van de basisfuncties van de PSR-S650. Gebruik de Inhoudsopgave op pagina 7,
Bedieningspaneel en aansluitingen op pagina 8 en Overzicht van paneelknoppen op pagina 65 in deze
Gebruiksaanwijzing wanneer u een specifieke functie of informatie zoekt. De Inhoudsopgave geeft een overzicht
van de basisfuncties van het instrument. Bedieningspaneel en aansluitingen geeft een overzicht van de regelaars
op het bedieningspaneel en de aansluitingen, en het Overzicht van paneelknoppen bevat een overzicht van alle
schermen die met de paneelregelaars kunnen worden geactiveerd. Gebruik een van de hierboven beschreven
methoden om de gewenste informatie te zoeken.
Data List (Datalijst)
Bevat verschillende belangrijke lijsten met vooraf ingestelde inhoud, zoals voices, stijlen en effecten.
Online materiaal (kan worden gedownload van internet)
De volgende instructiehandleidingen kunnen worden gedownload uit de Yamaha Manual Library. Ga naar de Yamaha Manual
Library en typ de modelnaam van uw instrument (bijvoorbeeld PSR-S650) in het tekstvak Model Name om naar de
handleidingen te zoeken.
Naslaggids (alleen beschikbaar in het Engels, Duits, Frans, Spaans, Portugees, Russisch, Chinees en Japans)
Hier worden de geavanceerde functies van de PSR-S650 toegelicht. Raadpleeg de Naslaggids als u na het lezen van
de Gebruiksaanwijzing meer informatie over de functies van de PSR-S650 wilt. Als u wilt weten welke handleiding
- Gebruiksaanwijzing of Naslaggids - een beschrijving van de gewenste functie bevat, raadpleegt u het Overzicht
van paneelknoppen op pagina 65.
MIDI Reference (alleen in het Engels)
Bevat zowel de Indeling van MIDI-data als het MIDI-implementatieoverzicht, waarmee u MIDI-berichten kunt
bevestigen die door dit instrument zijn verzonden/herkend.
Door op de knop [REGIST/PART[MIXER]] aan de
rechterkant te drukken, wisselt u de functie van de acht
witte knoppen: Registration Memory-knoppen, songtrackinstellingsknoppen en stijltrack-instellingsknoppen.
!6 Display- en verwante regelaars........... pagina 13–14
Gebruikershandleiding
8
Page 9
Bedieningspaneel en aansluitingen
!6
@5@6@7@8#0@9
!7
!8
!9
@0@2
@1
@3
Achterpaneel
OPMERKING
• Met de paneelregelaars q–@4 opent u de verwante displays, die allemaal worden beschreven in het Overzicht van paneelknoppen op
pagina 65.
!7 [MDB]-knop................................................. pagina 46
Hiermee roept u de juiste paneelinstellingen voor het
gewenste muziekgenre op.
!8 [FILE MENU]-knop ..................................... pagina 55
Hiermee kunt u onder andere bestanden laden en opslaan.
!9 [FUNCTION]-knop ...................................... pagina 15
Hiermee kunt u gedetailleerde instellingen opgeven.
@0 ONE TOUCH SETTING-knoppen............... pagina 34
Hiermee roept u de juiste paneelinstellingen voor de
huidige stijl op.
@1 VOICE, categorieselectieknoppen............ pagina 16
Hiermee selecteert u een voice.
@2 VOICE CONTROL-knoppen ....................... pagina 19
Hiermee past u bepaalde effecten toe op uw keyboardspel.
@3 UPPER OCTAVE-knoppen......................... pagina 20
Hiermee verschuift u de toonhoogte van het keyboard in
stappen van een octaaf.
@4 PITCH BEND-wiel ....................................... pagina 20
Hiermee verschuift u de toonhoogte van het keyboardgeluid
omhoog of omlaag.
Achterpaneel
@5 CONTRAST-knop......................................... pagina 12
Hiermee past u het contrast van de display aan.
@6 USB TO HOST-aansluiting .........................pagina 63
Voor het aansluiten op een computer.
@7 USB TO DEVICE-aansluiting......................pagina 54
Voor het aansluiten van een USB-opslagapparaat.
@8 SUSTAIN-aansluiting .................................. pagina 10
@9 PHONES/OUTPUT-aansluiting ................... pagina 11
#0 DC IN-aansluiting........................................ pagina 10
Voor het aansluiten van een voetschakelaar.
Voor het aansluiten van een hoofdtelefoon of een
luidsprekersysteem.
Voor het aansluiten van de netadapter.
Gebruikershandleiding
9
Page 10
Configuratie
WAARSCHUWING
Netadapter
LET OP
Netadapter
3
Stopcontact
2
Drukken en vasthouden
Voer de volgende handelingen uit
VOORDAT u het instrument aanzet.
Spanningsvereisten
• Gebruik de aangegeven adapter (pagina 70). Gebruik van
andere adapters kan leiden tot onherstelbare beschadiging
van zowel de adapter als het instrument.
1 Sluit het ene eind van het netsnoer aan op de
netadapter.
2 Sluit de DC-stekker van de netadapter aan op de DC
IN-aansluiting op het achterpaneel van het instrument.
3 Sluit de netadapter aan op een stopcontact.
• Haal de netadapter uit het stopcontact tijdens onweer
of als u het instrument niet gebruikt.
Maak alle benodigde aansluitingen die
hieronder zijn aangegeven VOORDAT u
het instrument aanzet.
Automatische uitschakelfunctie
Om onnodig stroomverbruik te voorkomen, heeft dit
instrument een automatische uitschakelfunctie waarmee
de stroom automatisch wordt uitgeschakeld als het
instrument gedurende een opgegeven tijd niet is gebruikt.
De hoeveelheid tijd die verstrijkt voordat het instrument
automatisch wordt uitgezet, is standaard ingesteld op
30 minuten. Als u de Automatische uitschakelfunctie
wilt uitschakelen, zet u het apparaat uit en drukt u op
[] (Standby/On) om het instrument aan te zetten terwijl
u de laagste toets ingedrukt houdt.
Gebruikershandleiding
10
OPMERKING
• U kunt de instelling van de tijdsduur wijzigen in de
functiedisplay. Raadpleeg de naslaggids voor meer informatie.
OPMERKING
• Van de volgende data en instellingen wordt altijd een back-up
gemaakt; deze blijven zelfs behouden als de stroom uitvalt.
Zie pagina 53 voor informatie over de back-upparameters.
Een voetschakelaar aansluiten
Met de sustainfunctie kunt u een natuurlijke sustain
maken door terwijl u speelt een optionele voetschakelaar
in te drukken. Sluit een Yamaha FC4- of FC5voetschakelaar aan op de SUSTAIN-aansluiting en
gebruik deze om de sustain in en uit te schakelen.
OPMERKING
• Zorg dat het pedaal juist is aangesloten op de SUSTAINaansluiting vóór u het instrument aanzet.
• Houd de voetschakelaar niet ingedrukt op het moment dat u
het instrument aanzet. Hierdoor zou de polariteit van de
voetschakelaar worden omgedraaid, wat een omgekeerde
werking tot gevolg heeft.
Page 11
Configuratie
LET OP
LET OP
LET OP
LET OP
Een hoofdtelefoon en externe
audioapparatuur aansluiten
U kunt de PHONES/OUTPUT-aansluiting verbinden met
een hoofdtelefoon, toetsenbordversterker, stereoinstallatie, luidsprekersysteem, taperecorder of een ander
audioapparaat op lijnniveau. Het uitgangssignaal van het
instrument wordt dan naar dat apparaat gestuurd.
De interne luidsprekers worden automatisch
uitgeschakeld wanneer u een stekker in deze aansluiting
steekt. De PHONES/OUTPUT-aansluiting functioneert
ook als externe uitgang.
OPMERKING
• U kunt de Masterequalizer (EQ) instellen waarmee u het best
mogelijke geluid kunt horen wanneer u met verschillende
reproductiesystemen luistert. U kunt de masterequalizer (EQ)
instellen via de functiedisplay. Raadpleeg de naslaggids voor
meer informatie.
Het instrument inschakelen
Zet het volume laag door de [MASTER VOLUME]regelaar naar links te draaien en druk op [] (Standby/
On) om het instrument aan te zetten. Terwijl u het
keyboard bespeelt, gebruikt u de [MASTER VOLUME]regelaar om het volume aan te passen. Druk nogmaals
een seconde op de []-regelaar (Standby/On) om het
instrument op Standby te zetten.
• Bij het gebruik van een netadapter verbruikt het instrument
zelfs wanneer het is uitgezet nog een kleine hoeveelheid
elektrische stroom. Als u het instrument gedurende een
lange tijd niet gebruikt, zorg er dan voor dat u de
netadapter uit het stopcontact haalt.
• Probeer nooit het instrument uit te zetten als het bericht
'Writing...' op de display te zien is. Als u dat wel doet, kunt
u de data in het flashgeheugen beschadigen en kunnen
data verloren gaan.
• Luister niet gedurende langere tijd met een hoog volume
via de hoofdtelefoon. Dit kan niet alleen vermoeiend voor
de oren zijn, maar kan ook uw gehoor beschadigen.
• Zet, om beschadiging van de luidsprekers te voorkomen,
de volumeregeling van de externe apparaten op de laagste
stand en zet de apparaten uit voordat u deze aansluit.
Het negeren van deze waarschuwingen kan leiden tot
elektrische schokken of beschadiging van apparatuur.
Stel, als de apparatuur weer aan staat, het gewenste
volume in door geleidelijk tijdens het spelen het volume
weer te verhogen.
Gebruikershandleiding
11
Page 12
Configuratie
De geselecteerde taalLanguage-item
LET OP
Plaats de
muziekstandaard
zoals aangegeven
in de uitsparingen.
De displaytaal veranderen
U kunt op dit instrument Engels of Japans als displaytaal
selecteren. De standaarddisplaytaal is Engels, maar als u
overschakelt naar Japans worden de songteksten,
bestandsnamen en enkele meldingen in het Japans
weergegeven (indien van toepassing).
1 Druk op de knop [FUNCTION].
2 Druk herhaaldelijk op de CATEGORY-knoppen [<]
en [>] tot het item 'Language' wordt weergegeven.
De displaytaal die momenteel is geselecteerd wordt
onder het item 'Language' weergegeven.
De display aanpassen
CONTRAST-regelaar
Gebruik de displayknop CONTRAST op het
achterpaneel van het instrument om de leesbaarheid
van de display optimaal in te stellen.
• Langdurig in het donker naar de display kijken kan
vermoeidheid van de ogen veroorzaken of het
gezichtsvermogen beschadigen. Gebruik het instrument
met zo veel mogelijk omgevingslicht en rust regelmatig.
Muziekstandaard
3 Selecteer een displaytaal.
Gebruik dit om Engels of Japans te selecteren.
De geselecteerde taal wordt opgeslagen in het interne
flashgeheugen zodat de instelling behouden blijft,
zelfs als het instrument wordt uitgezet.
Verschijnt wanneer de Repeat functie is ingeschakeld voor het
afspelen van een song. (pagina 39)
USB-status
Wordt weergegeven wanneer het
USB-flashgeheugenapparaat is
aangesloten (pagina 55).
Akkoord-
display
(pagina 32)
Status registratie-
geheugenbank
(pagina 49)
Song-/stijltrackstatus
(pagina 41)
Hoofdvoice (pagina 16)
Dualvoice (pagina 17)
Linkervoice (pagina 17)
Stijl (pagina 29)
Song (pagina 35)
Music Database
(pagina 46)
Harmony
(pagina 19)
Aanslagrespons
(pagina 26)
Sustain
(pagina 19)
Basisbediening en displays
Main Display (hoofddisplay)
Op de hoofddisplay, die verschijnt wanneer het instrument wordt aangezet, worden alle huidige basisinstellingen
weergegeven: Song, Style, Voice.
De display bevat ook een reeks aanduidingen die aangeven of de verschillende functies aan of uit staan.
Naar de hoofddisplay terugkeren
Omdat het instrument zoveel verschillende displays heeft, is het mogelijk dat u soms niet meer weet bij
welke bewerking de weergegeven display hoort. Druk in dat geval op de knop [EXIT] om naar de
hoofddisplay terug te keren.
Gebruikershandleiding
13
Page 14
Configuratie
Categorie
Item
Volgende categorieVorige categorie
VerlagenVerhogen
Dr uk ko r t om te
verhogen.
Druk kort om te
verlagen.
Displays VOICE, STYLE, SONG en MDB Select
Druk op een van de categorieselectieknoppen zoals VOICE, STYLE, SONG, of druk op de knop [MDB] om voor elk
een selectiedisplay te openen. In elke display kunt u met de CATEGORY-knoppen of de draaiknop het gewenste item
selecteren.
Selecteer een categorie
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>] om de categorieën een voor een te doorlopen.
Selecteer een voice, stijl, song of MDB
Gebruik de draaiknop of de knoppen [-/NO]/[+/YES] om het gewenste item te selecteren. Houd een van deze knoppen
ingedrukt om de waarde verder te verhogen of te verlagen.
Gebruikershandleiding
14
Page 15
Configuratie
Functie-item
Waarde
Function Display (Functiedisplay)
In de functiedisplay kunt u gedetailleerde instellingen voor het instrument opgeven. De functiedisplay wordt
weergegeven als u op de knop [FUNCTION] drukt. In de display kunt u met de CATEGORY-knoppen [<] en [>] uit
60 verschillende functie-items kiezen. Druk net zo dikwijls op de CATEGORY-knoppen tot de gewenste functie wordt
weergegeven. Gebruik daarna de draaiknop of de knoppen [-/NO] en [+/YES] om de waarde van de functie aan te
passen. Als u de standaardwaarde wilt terugzetten, drukt u tegelijkertijd op de knoppen [-/NO] en [+/YES].
Alle items die in de functiedisplay kunnen worden geselecteerd, worden genoemd in het Overzicht van paneelknoppen
op pagina 66.
Ga naar de gemarkeerde positie
In sommige functiedisplays kunt u op de knop [EXECUTE] drukken om de gemarkeerde positie te verplaatsen.
Sneltoets
U kunt rechtstreeks naar bepaalde functiedisplays gaan door de desbetreffende knop langer dan een seconde ingedrukt te
houden. De knoppen zijn als volgt:
• Knop [FUNCTION] .................. Scale
• Knop [DEMO]...........................Demo Group
• Knop [DSP] ............................... DSP Type
Dit is met name handig omdat er zoveel functies beschikbaar zijn.
Gebruikershandleiding
15
Page 16
OPMERKING
MAIN VOICEselectiedisplay
CATEGORY-naam
Momenteel
geselecteerde voice
OPMERKING
1
Voices – Het toetsenbord bespelen –
Naast piano, orgel en andere gebruikelijke toetseninstrumenten bevat dit instrument een groot
aantal realistische voices zoals gitaar, bas, strijkinstrumenten, saxofoon, trompet, drums en
percussie, geluidseffecten en een grote verscheidenheid aan andere muziekgeluiden.
Een hoofdvoice selecteren en bespelen
Met deze handeling selecteert u een hoofdvoice en speelt u deze op het keyboard.
Selecteer en druk op de gewenste voicecategorieknop in het
1
Voice-gedeelte.
De Main Voice-selectiedisplay wordt weergegeven. De naam van de momenteel
geselecteerde categorie, en het nummer en de naam van de geselecteerde voice zijn
gemarkeerd.
• Druk op een andere
categorieknop als u naar
een andere voicecategorie
wilt gaan.
U kunt een voice uit de categorie GM&XG selecteren door eerst op de knop
[PIANO] en vervolgens op de knop CATEGORY [<] te drukken om de categorie
GM&XG weer te geven.
Selecteer de voice waarmee u wilt spelen.
2
Kijk naar de geselecteerde voicenaam en draai aan de draaiknop. De beschikbare
voices worden geselecteerd en na elkaar weergegeven. De voice die u hier selecteert,
wordt de hoofdvoice.
Bespeel het toetsenbord.
3
• Parameters voor de
hoofdvoice, zoals Volume,
kunt u in de functiedisplay
instellen. Raadpleeg de
naslaggids voor meer
informatie.
16
Selecteer en speel uiteenlopende voices.
Druk op de [EXIT]-knop om naar de hoofddisplay terug te keren.
Gebruikershandleiding
Page 17
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
Het lampje van de
knop brandt als Dual
is ingeschakeld.
De twee voices klinken
tegelijkertijd.
OPMERKING
Het lampje van de
knop brandt als Left
Voice is ingeschakeld.
Splitpunt
LinkervoiceHoofdvoice en
dualvoice
Twee voices tegelijkertijd bespelen
Als u op de knop [DUAL] drukt om de Dual-functie in te schakelen, wordt naast de hoofdvoice een tweede voice
afgespeeld wanneer u het klavier bespeelt. De tweede voice wordt de Dual Voice genoemd.
• Parameters voor de
dualvoice, zoals Voice
Volume, kunt u in de
functiedisplay instellen.
Raadpleeg de naslaggids
voor meer informatie.
Druk nogmaals op de knop om de dualvoice uit te zetten.
Een dualvoice selecteren
U kunt elke voice als een dualvoice selecteren. Houd de knop [DUAL] langer dan een
seconde ingedrukt om de display Dual Voice selection weer te geven en selecteer
vervolgens een dualvoice op dezelfde manier als waarop u een hoofdvoice selecteert.
Druk na het selecteren op de knop [EXIT] om terug te keren naar de MAIN-display.
Het toetsenbord splitsen en de linkervoice met de linkerhand spelen
Zodra u op de knop [LEFT] drukt om de Left Voice aan te zetten, kunt u links en rechts van het splitpunt op het
toetsenbord verschillende voices spelen. De hoofd- en dualvoices kunt u rechts van het splitpunt spelen, en de voice die
links van het splitpunt wordt gespeeld, wordt de linkervoice genoemd.
• Parameters voor de
linkervoice, zoals Volume,
kunt u in de functiedisplay
instellen. Raadpleeg de
naslaggids voor meer
informatie.
Druk nogmaals op de knop om de linkervoice uit te zetten.
Een linkervoice selecteren
U kunt elke voice als een linkervoice selecteren. Houd de knop [LEFT] langer dan een
seconde ingedrukt om de display Left Voice selection weer te geven en selecteer
vervolgens een linkervoice op dezelfde manier als waarop u een hoofdvoice selecteert.
Druk na het selecteren op de knop [EXIT] om terug te keren naar de MAIN-display.
Gebruikershandleiding
17
Page 18
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
Ride Cymbal 1
Tambourine
Cowbell
Vibraslap
Bongo L
Hi-Hat Open
Crash Cymbal 1
Hand Clap
Hi-Hat Closed
Hi-Hat Pedal
Open Rim Shot
Side Stick
Castanet
Sticks
Brush Tap
Brush Slap
Conga H Open
Timbale L
Agogo L
Maracas
Guiro Short
Claves
Cuica Mute
Triangle Mute
Shaker
Chinese Cymbal
Ride Cymbal Cup
Splash Cymbal
Crash Cymbal 2
Ride Cymbal 2
Bongo H
Conga H Mute
Mid Tom L
Mid Tom H
High Tom
Snare Tight
Floor Tom L
Low Tom
Floor Tom H
Kick Tight
Kick
Snare
Snare Roll
Snare Soft
Kick Soft
Seq Click H
Brush Swirl
Brush Tap Swirl
Conga L
Timbale H
Agogo H
Cabasa
Samba Whistle H
Samba Whistle L
Guiro Long
Wood Block H
Wood Block L
Cuica Open
Triangle Open
Jingle Bells
Bell Tree
C3
Drumkits bespelen
Drumkits zijn verzamelingen drum- en percussie-instrumenten. Wanneer u een viool of ander normaal instrument
selecteert, bijvoorbeeld als hoofdvoice, produceren alle toetsen het geluid van dezelfde viool, alleen op verschillende
toonhoogten. Selecteert u echter een drumkit als hoofdvoice, dan produceert iedere toets het geluid van een ander drumof percussie-instrument.
Druk op de [DRUM KIT]-knop.
1
De categorie 'Drum Kit' wordt weergegeven.
Draai aan de draaiknop en selecteer de drumkit die u wilt afspelen
2
(001-025).
Een goede drumkit om mee te beginnen is 003, Standard Kit 1.
Overzicht van drumkits
Vo ic e
nr.
Drumkitnaam
001 Power Kit 1008 Room Kit015 Analog Kit022 Arabic Mixture Kit
002 Power Kit 2009 Rock Kit016 Dance Kit023 Indian Kit
003 Standard Kit 1010 Electro Kit017 Symphony Kit024 Chinese Kit
004 Standard Kit 2011 AnalogT8 Kit018 Cuban Kit025 Chinese Mixture Kit
005 Hit Kit012 AnalogT9 Kit019 PopLatin Kit
006 Jazz Kit013 Break Kit020 Arabic Kit
007 Brush Kit014 HipHop Kit021 Arabic Kit 2
Probeer elke toets en laat u verrassen door de drumkit.
3
Voorbeeld: 003 Standard Kit 1
Vo ic e
nr.
Drumkitnaam
Vo ic e
nr.
Drumkitnaam
Vo ic e
nr.
• Raadpleeg het overzicht van
drumkits in de afzonderlijke
datalijst.
Drumkitnaam
Gebruikershandleiding
18
Page 19
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
Harmonie toevoegen
Met deze functie voegt u
harmonienoten en tremoloof echo-effecten toe aan de
hoofdvoice. Wanneer u een
hoofdvoice selecteert,
wordt automatisch een
geschikt harmonietype
geselecteerd.
Sustain toevoegen
Met deze functie voegt u
sustain toe aan de
keyboardvoices. Gebruik
deze functie als u altijd
sustain aan de voices wilt
toevoegen, ongeacht de
bediening van de
voetschakelaar. De
sustainfunctie heeft geen
invloed op de linkervoice.
DSP toevoegen
Er is een enorme variëteit
aan DSP-effecten
beschikbaar om toe te
passen op de hoofd-, dualen linkervoice. Wanneer u
een hoofdvoice selecteert,
wordt automatisch een
geschikt DSP-type
geselecteerd.
Het lampje van de knop
brandt als DSP is
ingeschakeld.
Wordt weergegeven als de harmoniefunctie is ingeschakeld
Wordt weergegeven als de sustainfunctie is ingeschakeld
Druk op de toetsen aan de rechterzijde terwijl akkoorden
speelt in het automatische begeleidingsgedeelte van het
keyboard als de automatische begeleiding is
ingeschakeld (pagina 29).
Door op de Voice Control-knoppen te drukken, kunt u effecten toepassen op een voice die op het toetsenbord wordt
afgespeeld. Druk nogmaals op de knop om het effect uit te schakelen.
• U kunt het type harmonie
opgeven. Raadpleeg de
naslaggids voor meer
informatie.
• Voor sommige voices heeft
het inschakelen van Sustain
geen hoorbaar effect.
• U kunt het DSP-type
opgeven. Raadpleeg de
naslaggids voor meer
informatie.
De Aan-/uitstatus van de harmonie en sustain wordt in de hoofddisplay weergegeven.
De verschillende harmonietypen afspelen
De werking van de harmoniefunctie is afhankelijk van het type. Controleer het huidige
harmonietype in de display door de knop [HARMONY] langer dan een seconde
ingedrukt te houden.
Reverb en Chorus
De andere beschikbare effecten zijn Reverb en Chorus. Met reverb kunt u de rijke
ambiance van een concertzaal nabootsen, en het choruseffect creëert een vol geluid dat
lijkt op een groot aantal van dezelfde voices die unisono worden gespeeld. Als u een stijl
of song selecteert, wordt automatisch een geschikt reverb- en chorustype geselecteerd.
• U kunt het type reverb en
chorus opgeven. Raadpleeg
de naslaggids voor meer
informatie.
Gebruikershandleiding
19
Page 20
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
OPMERKING
OPMERKING
De toonhoogte van het instrument wijzigen
Het Pitchbendwiel gebruiken
Met het pitchbendwiel kunt u zachte variaties van de toonhoogte toevoegen aan de noten
die u op het keyboard speelt.
De toonhoogte in stappen van een halve toon instellen
(transponeren)
De algemene toonhoogte van het instrument kan in halve tonen worden verhoogd of
verlaagd door op de TRANSPOSE-knoppen [+]/[-] te drukken. De waarde wordt in de
display weergegeven, en geeft de mate van transponering boven of onder de normale
waarde aan tussen -12 en +12 (een maximum van één octaaf). U kunt de instelling
terugzetten op de beginwaarde '00'. Daartoe drukt u gelijktijdig op de knoppen [+] en [-].
• Het maximale
pitchbendbereik kan
worden gewijzigd door de
parameter PB Range in de
functiedisplay in te stellen.
Raadpleeg de naslaggids
voor meer informatie.
• Deze instelling heeft
geen invloed op de
drumkitvoices.
20
De toonhoogte wijzigen in octaven
Druk op de UPPER OCTAVE-knoppen [-]/[+] om de afspeeltoonhoogte van de hoofd- en
dualvoices te wijzigen in intervallen van een octaaf. De zojuist gewijzigde waarde wordt
nu in de display weergegeven als een waarde tussen -1 en +1. U kunt de instelling
terugzetten op de beginwaarde '0'. Daartoe drukt u gelijktijdig op de knoppen [+] en [-].
Gebruikershandleiding
• Als een drumkit is
geselecteerd, worden
percussievoices die aan het
keyboard zijn toegewezen
wel in locatie verplaatst,
maar niet in toonhoogte.
Page 21
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
Stemming
OPMERKING
Waarde
Toonhoogte van het hele instrument fijn afstemmen
De toonhoogte van het hele instrument kan nauwkeurig worden afgestemd met maximaal
1 halve toon. Dit is handig wanneer u het instrument samen met andere instrumenten of
met muziek van een cd bespeelt.
Druk op de knop [FUNCTION] om de functiedisplay te openen.
1
Druk net zo vaak op de knoppen CATEGORY [<] en [>] als nodig is
2
om Tuning weer te geven.
• Deze instelling heeft
geen invloed op de
drumkitvoices.
Gebruik de draaiknop om de stemmingswaarde naar wens tussen
3
415,3 en 466,2 Hz in te stellen.
Het bereik is 415,3 tot 466,2, wat gelijk is aan -1 halve toon tot +1 halve toon.
• Druk op de [EXIT]-knop om
naar de hoofddisplay terug
te keren.
Gebruikershandleiding
21
Page 22
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
OPMERKING
Langer dan een seconde
ingedrukt houden
OPMERKING
Stemming met toonstelsels
De stemming van dit keyboard is standaard ingesteld op gelijkzwevende temperatuur, dezelfde stemming als die van een
akoestische piano. U kunt de instelling echter veranderen in overeenstemming met het muziekgenre of de muziekstijl die
u wilt spelen.
Een stemming selecteren
U kunt verschillende toonstelsels selecteren voor het inspelen van aangepaste
stemmingen voor bepaalde historische tijdperken of muziekgenres.
Houd de knop [FUNCTION] langer dan een seconde ingedrukt om de display Scale
select weer te geven en draai vervolgens aan de draaiknop om de gewenste stemming te
selecteren. U kunt de instelling terugzetten op de beginwaarde door gelijktijdig op de
knoppen [-/NO] en [+/YES] te drukken.
Vooraf ingestelde stemmingstypen
Het toonhoogtebereik van elk octaaf is gelijk onderverdeeld in
EQUAL
PURE MAJOR,
PURE MINOR
PYTHAGOREAN
MEAN-TONE
WERCKMEISTER,
KIRNBERGER
ARABIC1,
ARABIC2
twaalf delen, waarbij de toonhoogte tussen elke halve toon
gelijkmatig is verdeeld. Dit is de meest gebruikte stemming in
de hedendaagse muziek.
Deze stemmingen houden de zuivere wiskundige intervallen van
elke toonladder in stand, vooral voor drieklanken (grondtoon,
terts, kwint). U kunt dit het beste horen met echte vocale
harmonieën, zoals bij koren en a-capellazang.
Deze stemming is uitgevonden door de beroemde Griekse
filosoof en wordt samengesteld door een serie reine kwinten, die
zijn samengebracht in een enkel octaaf. De tertsen in deze
stemming zijn lichtelijk onstabiel, maar de kwarten en kwinten
zijn prachtig en geschikt voor bepaalde solo's.
Dit toonstelsel is gemaakt als een verbetering van de
Pythagoreaanse stemming, door het majeur tertsinterval meer 'in
stemming' te brengen. Deze stemming was vooral populair van
de 16e tot de 18e eeuw. Händel, onder andere, gebruikte deze
stemming.
Deze samengestelde stemming combineert de systemen van
Werckmeister en Kirnberger, die op zich verbeteringen van de
middentoon- en Pythagoreaanse stemmingen waren.
De belangrijkste eigenschap van deze stemming is dat elke toets
zijn eigen unieke karakter heeft.
De stemming werd op grote schaal gebruikt in de tijd van Bach
en Beethoven, en wordt zelfs nu nog vaak gebruikt als er muziek
uit een bepaald tijdperk wordt gespeeld op een klavecimbel.
Gebruik deze stemmingen bij het spelen van Arabische muziek.
• Deze instelling heeft geen
invloed op de
drumkitvoices.
• Druk op de [EXIT]-knop om
naar de hoofddisplay terug
te keren.
• Als u met de functie Scale
Tune uw eigen stemming
hebt gemaakt, wordt
'(Edited)' in de display
weergegeven (pagina 23).
22
Gebruikershandleiding
Page 23
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
Stemmingswaarde (cent)
Note
De grondtoon voor elke stemming instellen
Als de grondtoon wordt gewijzigd, wordt de toonhoogte van het toetsenbord
getransponeerd. De oorspronkelijke toonhoogterelatie tussen de noten blijft echter
gehandhaafd. Zorg ervoor dat u de juiste grondtoon opgeeft als u een andere stemming
dan Gelijkzwevende stemming selecteert. Maak anders een originele stemming met de
functie Scale Tune.
Druk op de knop [FUNCTION] en druk net zo vaak op de knoppen
CATEGORY [<] en [>] als nodig is om de grondtoon te selecteren.
Gebruik de draaiknop om de grondtoon te selecteren uit C, C#, D, Eb, E,
F, F#, G, Ab, A, Bb, B.
U kunt de instelling terugzetten op de beginwaarde door gelijktijdig op de knoppen
[-/NO] en [+/YES] te drukken.
Elke toon stemmen om een originele stemming te maken
U kunt de afzonderlijke noten in cents stemmen om uw eigen stemming te maken.
De term 'cent' verwijst naar één honderdste van een halve toon (d.w.z. 100 cent = 1 halve
toon). Volg onderstaande instructies nadat u de juiste grondtoon hebt geselecteerd.
Druk op de knop [FUNCTION] en druk vervolgens net zo vaak op de
1
knoppen CATEGORY [<] en [>] tot Scale Tune is geselecteerd.
Gebruik de draaiknop om de af te stemmen noot te selecteren en druk
2
op de knop [EXECUTE].
De stemmingswaarde is gemarkeerd en u kunt de noot afstemmen.
Gebruik de draaiknop om de noot af te stemmen en druk op de knop
3
[EXECUTE].
Het stemmingsbereik ligt tussen -64 en +63. U kunt de instelling terugzetten op de
beginwaarde door gelijktijdig op de knoppen [-/NO] en [+/YES] te drukken.
• Deze instellingen zijn
gekoppeld aan de
grondtoon. Als de grondtoon
van de originele stemming
van C wordt gewijzigd in F,
schuiven de
stemmingswaarden voor de
toetsen C–B naar F–E.
Gebruikershandleiding
23
Page 24
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
OPMERKING
Part (partij)
Herhaal stap 2 en 3 om de overige noten te stemmen.
4
Sla de instellingen hier desgewenst in het registratiegeheugen op
5
(pagina 50).
Een partij voor Scale Tune selecteren
Met de begininstellingen wordt Scale Tune alleen op de hoofd- en dualvoices toegepast,
niet op het afspelen van de linkervoice en de stijl. Volg onderstaande instructies als u deze
instelling niet alleen op de hoofd- en dualvoices maar ook op het afspelen van de
linkervoice of stijl wilt toepassen.
Houd de knop [FUNCTION] langer dan een seconde ingedrukt om
1
de display Scale select te openen.
Druk net zo vaak op de knop CATEGORY [>] als nodig is om Part
2
Select te selecteren.
De partij en status ON/OFF worden weergegeven.
• Druk op de [EXIT]-knop om
naar de hoofddisplay terug
te keren.
24
Gebruik de draaiknop om de partij te selecteren en druk op de knop
3
[EXECUTE].
Selecteer de gewenst partij uit hoofd-/dualvoices, linkervoice en stijl. Daarna drukt u
op de knop [EXECUTE] zodat het gemarkeerde gebied naar de status ON/OFF
wordt verplaatst.
Gebruikershandleiding
Page 25
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
Status ON/OFF
Draai aan de draaiknop om ON (toepassen) of OFF (niet toepassen) te
4
selecteren, en druk op de knop [EXECUTE].
Het gemarkeerde gebied gaat terug naar Part Select. Herhaal stap 3 - 4 zo vaak als
gewenst.
Sla de instellingen hier desgewenst in het registratiegeheugen op
5
(pagina 50).
Scale Tune MIDI-berichten toepassen op het
keyboardspel
U kunt Scale Tune MIDI-berichten van een extern MIDI-apparaat toepassen op het
keyboardspel. Met de standaardinstelling worden MIDI-berichten toegepast op het
afspelen van songs. U kunt de instelling echter wijzigen in het keyboardspel door de
volgende instructies op te volgen.
Houd de knop [FUNCTION] langer dan een seconde ingedrukt om
1
de display Scale select te openen.
Druk net zo dikwijls op de knop CATEGORY [>] als nodig is om
2
External Scale Tune te selecteren.
Gebruikershandleiding
25
Page 26
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
Status ON/OFF
Verschijnt als de aanslagrespons is ingeschakeld
• Aanslaggevoeligheid,
of de mate waarin het
volume reageert op de
afspeelsterkte, kunt u
instellen in de functiedisplay.
Raadpleeg de naslaggids
voor meer informatie.
OPMERKING
Draai aan de draaiknop om ON (KEYBOARD) te selecteren.
3
Met de standaardinstelling 'OFF' worden MIDI-berichten toegepast op songkanalen
1-16, niet op het keyboardspel.
Als u de instelling wijzigt in 'ON (KEYBOARD)', worden MIDI-berichten als volgt
toegepast op het keyboardspel: Kanaal 1 = hoofdvoice, Kanaal 2 = dualvoice en
Kanaal 3 = linkervoice. De andere kanalen blijven ongewijzigd.
Aanslagrespons ON/OFF
Het toetsenbord van dit instrument is voorzien van een aanslagresponsfunctie waarmee u
dynamisch en expressief het niveau van de voices met uw speelsterkte kunt regelen. Soms
wilt u echter, afhankelijk van de voice, hetzelfde volume produceren, ongeacht hoe hard
of hoe zacht u op het toetsenbord speelt. Druk in dat geval op de knop [TOUCH] om deze
functie uit te schakelen. De Aan-/uitstatus van de aanslagresponsfunctie wordt in de
hoofddisplay weergegeven.
26
Gebruikershandleiding
Page 27
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
TelnummerMaatsoort
Noemer
(de nootwaarde of
lengte van één tel)
Langer dan een
seconde ingedrukt
houden
Te ll e r
(aantal tellen in de
maat)
OPMERKING
De metronoom gebruiken
De metronoom bedienen
De metronoom geeft een klikgeluid, zorgend voor een accurate tempoaanduiding
terwijl u oefent, of laat u horen en controleren hoe een bepaald tempo klinkt. Druk op
de [METRONOME]-knop om de metronoom te starten. Om de metronoom te stoppen,
drukt u nogmaals op de [METRONOME]-knop.
De maatsoort en het tempo instellen
Gewoonlijk worden de maatsoort en het tempo van de metronoom bepaald door de
huidige stijl of song. De huidige waarde wordt weergegeven in de linkerhoek van de
hoofddisplay. Volg de onderstaande instructies als u het tempo of de maatsoort wilt
veranderen.
Houd de [METRONOME]-knop langer dan een seconde ingedrukt.
1
De geselecteerde maatsoort wordt weergegeven. In dit voorbeeld wordt de maatsoort
ingesteld op 3/4.
In deze display kunt u de teller instellen.
Selecteer het aantal tellen in de maat met de draaiknop.
2
U hoort de bel op de eerste tel van elke maat en op elke andere tel van de maat klinkt
het tikken van de metronoom. U kunt de maatsoort instellen op een waarde tussen 01
en 60. Selecteer 3 voor dit voorbeeld.
• Als u het afspelen van de
stijl of song start, verandert
de maatsoort van de
metronoom in die van de
afgespeelde stijl of song.
Gebruikershandleiding
27
Page 28
1. Voices – Het toetsenbord bespelen –
3
4
OPMERKING
Druk eenmaal op de knop CATEGORY [>] om de display Time
3
Signature Denominator weer te geven.
Selecteer een tellengte met behulp van de draaiknop.
4
Selecteer de gewenste lengte voor elke tel: 2, 4, 8 of 16 (halve noot, kwartnoot,
achtste noot of 16e noot). Selecteer voor dit voorbeeld 4. De maatsoort moet nu zijn
ingesteld op 3/4.
Druk op de [METRONOME]-knop om de instellingen te bevestigen.
Gebruik de TEMPO-knoppen [+] en [-] om het tempo in te stellen.
5
Of druk op een van de TEMPO-knoppen om de tempo-instellingen in de display
weer te geven, en stel een waarde in met de draaiknop.
• In de functiedisplay
kunt u andere
metronoominstellingen
opgeven, zoals het volume
of het belgeluid.
28
Gebruikershandleiding
Page 29
OPMERKING
Stijlselectiedisplay
De geselecteerde
categorie
De geselecteerde stijl
OPMERKING
Het lampje van de knop [ACMP] brandt
wanneer de automatische begeleiding
is ingeschakeld.
2
Stijlen
Dit instrument bevat een functie voor automatische begeleiding waarmee geschikte 'stijlen'
(ritme + bas + akkoordenbegeleiding) worden afgespeeld wanneer u met de linkerhand
akkoorden speelt. U kunt kiezen uit een enorm aantal stijlen voor een verscheidenheid aan
muziekgenres.
– Ritme en begeleiding spelen –
Een stijl selecteren en spelen
Selecteer en druk op de gewenste Stijlcategorieknop.
1
De stijlselectiedisplay wordt weergegeven.
De naam van huidige categorie, het nummer en de naam van de stijl worden
gemarkeerd.
• Naast de vooraf ingestelde
stijlen kunt u ook uw eigen
stijl maken. Raadpleeg het
hoofdstuk Style Creator in
de naslaggids voor meer
informatie.
Selecteer de stijl waarmee u wilt spelen.
2
Kijk naar de geselecteerde stijlnaam en draai aan de draaiknop. De beschikbare
stijlen worden geselecteerd en na elkaar weergegeven. Raadpleeg het stijloverzicht
in de afzonderlijke datalijst.
Schakel de automatische begeleiding in.
3
Druk op de knop [ACMP]. Door nogmaals op deze knop te drukken, zet u de
automatische begeleiding uit.
• Met de knop [EXPANSION/
USER] kunt u de stijlen
oproepen die u met de Style
Creator hebt gemaakt, of de
stijlen die u vanaf een USBflashgeheugen hebt
geladen/geïnstalleerd
(pagina 59 en 61.)
Raadpleeg de Naslagids
voor meer informatie over de
Style Creator.
Gebruikershandleiding
29
Page 30
2. Stijlen – Ritme en begeleiding spelen –
OPMERKING
Gedeelte voor
automatische
begeleiding
Splitpunt (F#2)
Het lampje van de knop brandt als Auto
Fill In is ingeschakeld.
OPMERKING
Het lampje van de knop [SYNC START] brandt
om aan te geven dat Synchro Start is geactiveerd.
Als automatische begeleiding is ingeschakeld…
Wordt het gedeelte links van het splitpunt (F#2) het gedeelte voor automatische
begeleiding dat alleen wordt gebruikt voor het aangeven van de
begeleidingsakkoorden.
Druk op de knop [AUTO FILL IN] om Auto Fill In in te schakelen.
4
Deze functie is in eerste instantie ingeschakeld.
Druk op de knop [SYNC START] om Synchro Start aan te zetten.
5
Synchro Start
Als Synchro Start is ingeschakeld, kunt u de stijl starten door een willekeurige
toets te spelen in het begeleidingsgedeelte van het keyboard. Druk nogmaals op
de knop om Sync Start te annuleren of uit te schakelen.
• U kunt het splitpunt wijzigen
via de functiedisplay.
Raadpleeg de naslaggids
voor meer informatie.
• U kunt de stijl starten door in
het gewenste tempo op de
knop [TEMPO/TAP] te tikken
- 4 keer voor maatsoorten
in 4, en drie keer voor
maatsoorten in 3. U kunt het
tempo tijdens het afspelen
van de stijl veranderen door
twee keer op de knop te
drukken.
• U kunt ook op de knop
[START/STOP] drukken
om het ritme van de
geselecteerde stijl af te
spelen. De bas- en
akkoordpartijen worden
afgespeeld zodra u een
toets indrukt in het gedeelte
voor automatische
begeleiding op het
keybo ard.
30
Druk op een van de MAIN VARIATION-knoppen [A]–[D].
6
De geselecteerde Main Variation-knop knippert.
Gebruikershandleiding
Page 31
2. Stijlen – Ritme en begeleiding spelen –
OPMERKING
Splitpunt
Gedeelte voor
automatische
begeleiding
Akkoord
OPMERKING
Druk op een van de INTRO-knoppen [I]–[III].
7
De geselecteerde Intro-knop gaat branden.
Speel een akkoord in het gedeelte voor automatische begeleiding om
8
de Intro-sectie te starten.
Probeer een C majeur-akkoord te spelen. (Zie Akkoorden voor automatische
begeleiding spelen op pagina 32.)
• De stijl Baroque Air in de
categorie MOVIE & SHOW
heeft geen ritmegedeelte, en
produceert dus geen
ritmegeluid.
Als het afspelen van het intro is voltooid, gaat deze automatisch over in de
hoofdvariaties.
Druk op een van de MAIN VARIATION-knoppen [A]–[D].
9
De hoofdvariatie die overeenkomt met de ingedrukte knop wordt na een
automatische fill-in afgespeeld.
Druk op een van de ENDING/rit.-knoppen [I]–[III].
10
Hiermee gaat u naar de eindsectie. Als de eindsectie is afgelopen, stopt het afspelen
van de stijl automatisch. U kunt de eindsectie geleidelijk laten vertragen (ritardando)
door nogmaals op dezelfde [ENDING/rit.]-knop te drukken terwijl de eindsectie
wordt afgespeeld.
• U kunt het volume van
de stijl aanpassen in de
functiedisplay. Raadpleeg
de naslaggids voor meer
informatie.
Gebruikershandleiding
31
Page 32
2. Stijlen – Ritme en begeleiding spelen –
Cm
7
C
D
Dm
7
D
E
Em
7
E
Em
7
Fm
7
F
Fm
7
FM
7
Gm
7
G
GM
7
Am
7
A
B
Bm
BM
7
C
Cm
C7Cm
7
Akkoorden voor automatische begeleiding spelen
Gebruikers die niet vertrouwd zijn met akkoorden, kunnen deze handige tabel gebruiken om snel elementaire akkoorden
op te zoeken. Akkoorden die door dit instrument worden herkend, worden beschreven in de Naslaggids op de website.
MajeurMineurSeptiemMineur septiemMajeur septiem
C
Cm
7
geeft de grondtoon aan.
CM
7
Dm
7
C
F
G
A
B
7
Gm
Am
Bm
7
7
7
DM
EM
AM
7
7
7
Gemakkelijke akkoorden
Met deze methode kunt u in het begeleidingsgedeelte van het keyboard met één, twee of drie vingers gemakkelijk
akkoorden spelen.
Voor grondtoon 'C'
Een majeurakkoord
spelen
Druk op de grondtoon ()
van het akkoord.
Een mineurakkoord spelen
Speel de grondtoon van
het akkoord met de
dichtstbijzijnde zwarte
toets links ervan.
Een septiemakkoord
spelen
Speel de grondtoon van
het akkoord met de
dichtstbijzijnde witte
toets links ervan.
Een mineurseptiemakkoord
spelen
Druk de grondtoon van het
desbetreffende akkoord in met de
dichtstbijzijnde witte en zwarte
toets links ervan (drie in totaal).
Type vingerzetting voor akkoorden wijzigen
U kunt het andere type vingerzetting voor akkoorden selecteren, zoals normale akkoorden die willekeurig waar op het
keyboard worden gespeeld. U kunt het type vingerzetting voor akkoorden wijzigen in de functiedisplay. Raadpleeg de
naslaggids voor meer informatie.
Gebruikershandleiding
32
Page 33
Synchro Stop
OPMERKING
De stijl wordt
afgespeeld als u de
toetsen bespeelt
De afspeelstijl stopt als
u de toetsen loslaat
OPMERKING
Als het lampje van
deze knop brandt,
drukt u op de knop om
de functie uit te zetten.
2. Stijlen – Ritme en begeleiding spelen –
Als deze functie is geselecteerd, wordt de begeleidingsstijl alleen gespeeld terwijl u
akkoorden in het begeleidingsgedeelte van het keyboard ingedrukt houdt. De afspeelstijl
stopt als u de toetsen loslaat. Druk op de knop [SYNC STOP] om de functie in te
schakelen. Druk nogmaals op de knop om de functie uit te schakelen.
Een stijl selecteren en spelen vanaf USB-flashgeheugen
Stijlen op een USB-flashgeheugen dat is aangesloten op de USB TO DEVICEaansluiting, kunnen direct worden geselecteerd en afgespeeld. Als u op de knop [USB] in
de stijlmodus (pagina 35) drukt, wordt de naam van de geselecteerde stijl in het USBflashgeheugen in de display weergegeven. Draai aan de draaiknop om de gewenste stijl te
selecteren en speel vervolgens de stijl af door de instructies te volgen op pagina 29–31.
• Deze functie kan niet
worden gebruikt als
'Full Keyboard' in
de functiedisplay is
geselecteerd als 'Chord
Fingering'-parameter.
• Raadpleeg
'Voorzorgsmaatregelen
tijdens het gebruik van
de [USB TO DEVICE]aansluiting' op pagina 54
voordat u USBflashgeheugen gebruikt.
De stijlbestanden moeten worden opgeslagen in de hoofdmap van het USBflashgeheugen of een map op het eerste/tweede/derde niveau in de hoofdmap.
De directory kan worden verplaatst met de CATEGORY-knoppen [<]/[>].
Gebruikershandleiding
33
Page 34
2. Stijlen – Ritme en begeleiding spelen –
of
Het tempo wijzigen
Met de TEMPO-knoppen [+] en [-] kunt u het afspeeltempo voor of tijdens het afspelen naar wens aanpassen. Wanneer
het pop-upvenster TEMPO in de display wordt weergegeven, kunt u de waarde ook aanpassen met de draaiknop.
Druk de TEMPO-knoppen [-]/[+] gelijktijdig in als u het tempo wilt terugzetten op de standaardwaarde.
U kunt het tempo ook tijdens het spelen wijzigen. Daartoe tikt u twee keer in het gewenste tempo op de knop
[TAP TEMPO].
One Touch Setting
Met al die keuzes die op het instrument beschikbaar zijn, is het soms lastig om de ideale voice te selecteren om met een
song of stijl af te spelen. De One Touch Setting-functie selecteert automatisch vier voices die het beste passen bij de
door u geselecteerde stijl.
Selecteer de gewenste stijl (zie pagina 29) en druk op een van de ONE TOUCH SETTING-knoppen [1]–[4] om de juiste
paneelinstellingen op te roepen. Zodra u een akkoord met uw linkerhand speelt, begint de geselecteerde stijl. Druk op
een van de ONE TOUCH SETTING-knoppen [1]–[4] en luister naar het resultaat.
Variatiewijziging en OTS (OTS LINK)
Wanneer een van de hoofdvariaties [A]–[D] in een andere hoofdvariatie verandert
terwijl OTS LINK is ingeschakeld, verandert het OTS-nummer (1–4) automatisch in
overeenstemming met het geselecteerde variatienummer.
Druk op de knop [OTS LINK] om de OTS-koppeling in te schakelen.
Gebruikershandleiding
34
Page 35
Songselectiedisplay
Geselecteerde song
Modus SongModus Style
(aan)(uit)
3
Songs gebruiken
Voor dit instrument verwijst 'song' naar de data waaruit een muziekstuk is opgebouwd.
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u songs kunt selecteren en afspelen.
Een song selecteren en beluisteren
Druk op de gewenste Songcategorieknop.
1
De songselectiedisplay wordt weergegeven. Het nummer en de naam van de
geselecteerde song zijn gemarkeerd.
[PRESET]: Hier zijn negen presetsongs beschikbaar.
[USER]: Dit geheugen bevat uw opgenomen songs en songs die van een USB-
flashgeheugen zijn geladen of van een computer zijn overgebracht. Zie pagina 59
voor informatie over het laden van songs.
[USB]: Dit bevat songs in een USB-flashgeheugen dat is aangesloten op de USB TO
DEVICE-aansluiting. Raadpleeg pagina 37 voor meer informatie.
Modus Song en Modus Style
Het instrument heeft twee modi: Song en Style. In de modus Song kunt u songs afspelen, opnemen en
bewerken, en in de modus Style kunt u stijlen afspelen en maken. Druk op de knop [SONG MODE] om tussen
de twee modi te schakelen.
De modus Song heeft de volgende beperkingen:
• Sommige knoppen in het gedeelte Style Control worden Song-gerelateerde knoppen, en andere worden
uitgeschakeld.
• U kunt de knop [ACMP] niet inschakelen.
• Stijlen kunnen niet worden afgespeeld.
Selecteer de gewenste song.
2
Gebruik de draaiknop om de songs in volgorde op te roepen in de categorie die in
stap 1 is geselecteerd.
Gebruikershandleiding
35
Page 36
3. Songs gebruiken
OPMERKING
Song wordt afgespeeld
REW
Houd deze knop ingedrukt
om versneld terug te
spoelen naar een eerder
punt in de song.
FF
Houd deze knop
ingedrukt om versneld
vooruit te spoelen naar
een later punt in de song.
PAUSE
Druk op deze knop om een song tijdens het
afspelen te pauzeren. Druk nogmaals op
deze knop als u het afspelen wilt hervatten
vanaf het punt waar het is gestopt.
• Deze knoppen kunt u niet
gebruiken als u een song
afspeelt met de knop
[DEMO].
USBSongs in een USB-flashgeheugen dat is aangesloten op het instrument
* Sommige presetsongs zijn ingekort of bewerkt en zijn daarom niet precies hetzelfde als het origineel.
* Presetsong 004 wordt in de display weergegeven als 'Score demo' en presetsong 005 wordt weergegeven als 'Lyric demo'.
Beluister de song.
3
Druk op de knop [] om het afspelen van de geselecteerde song te starten.
004 Amazing Grace (Traditional)
005 Annie Laurie (Traditional)
006 Latin (Original)
007 Arabic (Original)
008 Bhangra (Original)
009 Wu Lin Hun (Original)
001–005 Gebruikerssongs (songs die u zelf opneemt)
006–Songs die van een USB-flashgeheugen zijn geladen of van een computer
zijn overgebracht
U kunt het afspelen altijd stoppen door nogmaals op de knop [] te drukken.
• Druk op de [EXIT]-knop om
naar de hoofddisplay terug
te keren.
U kunt afzonderlijke tracks van de song in- en uitschakelen. Raadpleeg de
naslaggids voor meer informatie.
Het tempo wijzigen
Dit is hetzelfde als het veranderen van het Style-tempo. Raadpleeg pagina 34 voor meer informatie.
Snel vooruitspoelen, Snel terugspoelen en Pauze
Deze functies lijken op de knoppen van een cd-speler, waarmee u een song kunt vooruitspoelen [
[r] en onderbreken [o].
f], terugspoelen
36
Gebruikershandleiding
Page 37
De demosong beluisteren
OPMERKING
Als het lampje van
deze knop niet
brandt, drukt u op de
knop om de functie
aan te zetten.
Dit instrument bevat een demosong, die een indruk geeft van de diversiteit van de presetvoices.
Druk op de [DEMO]-knop om de demo te starten.
De demodisplays worden in de display weergegeven.
Als het einde van de demosong is bereikt, wordt opnieuw begonnen met afspelen.
U kunt het afspelen altijd stoppen door op de knop [DEMO] of [] te drukken.
U kunt het doel voor herhaald afspelen ook wijzigen van Demo in andere songs,
zoals presetsongs. Houd de knop [DEMO] langer dan een seconde ingedrukt om de
selectiedisplay Demo Group op te roepen, en gebruik vervolgens de draaiknop om een
groep voor herhaald afspelen uit onderstaande tabel te selecteren. Druk op de knop
[DEMO] om het sequentieel afspelen van de songs in de geselecteerde groep te starten.
DemoDemosong
PresetAlle presetsongs
UserAlle gebruikerssongs
DownloadAlle songs die vanaf een computer zijn overgebracht
USB
Alle songs in een USB-flashgeheugen dat is aangesloten op het
instrument.
3. Songs gebruiken
Een song selecteren en spelen vanaf USB-flashgeheugen
Songs in een USB-flashgeheugen dat is aangesloten op de USB TO DEVICE-aansluiting,
kunnen direct worden geselecteerd en afgespeeld. Als u op de knop [USB] in de
songmodus (pagina 35) drukt, wordt de naam van de geselecteerde song in het USBflashgeheugen in de display weergegeven. Draai aan de draaiknop om de gewenste song
te selecteren en druk vervolgens op de knop [] om het afspelen te starten.
De songbestanden moeten worden opgeslagen in de hoofdmap van het USBflashgeheugen of een map op het eerste/tweede/derde niveau in de hoofdmap.
De directory kan worden verplaatst met de CATEGORY-knoppen [<]/[>].
• Raadpleeg
'Voorzorgsmaatregelen bij het
gebruik van een USB TO
DEVICE-aansluiting' op
pagina 54 voordat u een
USB-flashgeheugen gebruikt.
Gebruikershandleiding
37
Page 38
3. Songs gebruiken
OPMERKING
OPMERKING
Enkele notenbalk
Markering
Muzieknotatie
van de melodie
Akkoord
(Alleen indien
opgenomen)
Songteksten
(Alleen indien
opgenomen)
OPMERKING
OPMERKING
Titel, tekstschrijver,
componist van
de song
De muzieknotatie weergegeven
Dit instrument kan de muzieknotatie afspelen van songs, zowel van presetsongs als van songs die van een USBflashgeheugen of een computer zijn geladen.
Selecteer een song.
1
Voer stap 1 en 2 op pagina 35 uit.
Druk op de knop [SCORE] om de muzieknotatie met een enkele
2
notenbalk weer te geven.
De muzieknotatie kan op twee manieren worden weergegeven: met een enkele en
met een dubbele notenbalk.
U kunt tussen deze weergaven schakelen door op de knop [SCORE] te drukken.
• Als een song veel
songteksten bevat, worden
deze per maat in twee rijen
weergegeven.
• Sommige songteksten
of akkoorden kunnen
zijn afgekort als de
geselecteerde song te
veel tekst bevat.
• Kleine noten die moeilijk te
lezen zijn, kunt u misschien
beter lezen nadat u de
kwantiseringsfunctie in
de functiedisplay hebt
gewijzigd. Raadpleeg
de naslaggids voor meer
informatie.
• Bij een dubbele notenbalk
worden geen akkoorden of
songteksten weergegeven.
Tijdens het afspelen geeft de markering de huidige positie in de muzieknotatie aan.
De songteksten weergeven
Als een song songtekstdata bevat, kunnen de songteksten in de display worden weergegeven.
Selecteer een song.
1
Volg stap 1 en 2 van de procedure die is beschreven op pagina 35.
Selecteer hier presetsong 004 of 005.
Druk op de knop [LYRICS].
2
De titel, tekstschrijver en componist van de song worden op de display weergegeven.
Tijdens het afspelen worden de songteksten en akkoorden achtereenvolgens in de
display weergegeven.
• Songs die van internet
zijn gedownload of
commercieel verkrijgbare
songbestanden,
waaronder songs met
de bestandsindeling XF
(pagina 6), zijn compatibel
met de weergavefunctie
voor songteksten mits het
gaat om standaard-MIDIbestanden met songteksten.
Bij sommige bestanden
is de weergave van
songteksten niet mogelijk.
• Als in de weergave van
songteksten onleesbare
tekens verschijnen, dient u
wellicht de displaytaal te
wijzigen (pagina 12).
38
Gebruikershandleiding
Page 39
3. Songs gebruiken
AB
Punt A
Punt B
OPMERKING
A-B Repeat
Met deze functie kunt u een sectie van een song opgeven om die herhaald af te spelen. 'A' is hierbij het beginpunt, 'B' het
eindpunt. De A-B Repeat-functie is ook erg handig bij het oefenen, wanneer u de functie gebruikt in combinatie met de
functies voor weergave van de muzieknotatie
van het instrument.
Speel de song af (pagina 35) en druk op de knop [] aan het
1
begin van het gedeelte dat u wilt herhalen (punt 'A').
Druk nogmaals op de knop
2
u wilt herhalen (punt 'B').
Na het aftellen, wordt het opgegeven A-B-gedeelte van de song nu
3
herhaaldelijk afgespeeld.
U kunt het herhaald A-B afspelen annuleren door op de knop [] te drukken.
[]
aan het eind van het gedeelte dat
• Tijdens het afspelen wordt
het huidige maatnummer in
de display weergegeven.
• Als u beginpunt 'A' wilt
instellen aan het begin van
de song, drukt u op de knop
[] voordat u de song
gaat afspelen.
Gebruikershandleiding
39
Page 40
OPMERKING
LET OP
OPMERKING
Opnametrack
Gebruikerssong
4
Uw eigen spel opnemen
U kunt maximaal vijf songs met uw eigen spel opnemen en opslaan als gebruikerssongs 001
tot en met 005. Deze songs kunnen op dezelfde manier worden afgespeeld als de presetsongs.
Wanneer uw spel als een gebruikerssong is opgeslagen, kunt u het op een USBopslagapparaat opslaan (pagina 58).
Opnamedata
Melodiespel en het afspelen van stijlen met akkoord- of sectieveranderingen, kunnen
worden opgenomen in een van de 16 tracks van de song.
Opnamemethoden
• Quick Recording.........Start onmiddellijk met het opnemen van het afspelen van stijlen
door op de knop [REC] te drukken. Met deze methode worden
tracks 1–3 automatisch ingesteld als melodiepartijen en tracks
9–16 als stijlpartijen. Dit is met name handig bij het opnemen
van een nieuwe song.
• Multi Recording.......... Geef het songnummer en de partijen voor de tracks op en start
de opname (pagina 41). Dit handig wanneer u data voor elke
track – een voor een – wilt opnemen.
Procedure voor Quick Recording
• Als u alleen de
melodietracks opneemt,
kunt u een maximum van
ongeveer 30.000 noten
opnemen.
Activeer de modus Song (pagina 35) en druk op de knop [REC].
1
Het lampje van de knop [REC] brandt en het gebruikerssongnummer voor opname
wordt automatisch geselecteerd.
De spelgedeelten zijn als volgt:
Tracks [9]–[16] worden ingesteld voor het afspelen van stijlen, en de modus Record
Ready wordt standaard ingeschakeld.
OpnametrackPartij opgenomen in elke track
Track 1Spel van hoofdvoice
Track 2Spel van linkervoice
Track 3Spel van dualvoice
Track 9-16Afspelen van stijl met akkoord-/sectiewijzigingen
Druk op de knop [REC] of [EXIT] als u de opname wilt annuleren. (Het lampje van
de knop [REC] wordt uitgeschakeld.)
• Als alle gebruikerssongs
opgenomen data bevatten,
wordt automatisch
gebruikerssong 001
geselecteerd. Als u uw
spel opneemt in een song
die al data bevat, worden
de vorige data door de
nieuwe data gewist.
• U kunt het opgenomen
gebruikerssongnummer
handmatig selecteren als
u dit selecteert voordat u
op de [REC]-knop drukt.
Gebruikershandleiding
40
Page 41
Bespeel het toetsenbord om de opname te starten.
of
LET OP
OPMERKING
Geen tracknummer ….. No data.
Tracknummer zonder rand ….. track bevat data, maar wordt gedempt.
Tracknummer met rand ….. track bevat data en wordt niet gedempt.
2
Stop de opname door op de knop [] of [REC] te drukken.
3
Druk op de knop [+/YES] om de opgenomen song op te slaan.
4
Als de opname is gestopt, wordt een bericht weergegeven waarin u wordt gevraagd
of u de song wilt opslaan. Druk op de knop [+/YES] als u de song wilt opslaan, of
op de knop [-/NO] als u de song niet wilt opslaan. Als op de knop [+/YES] wordt
gedrukt, wordt de song als een MIDI-bestand opgeslagen in de gebruikerssong die
in stap 1 is geselecteerd.
Tracknummers die opgenomen data bevatten, worden aangegeven met omkaderde
rechthoeken.
4. Uw eigen spel opnemen
• Probeer nooit het
instrument uit te zetten
als het bericht 'Writing!'
in de display wordt
weergegeven. Hierdoor
kunnen opgenomen data
verloren gaan.
• Het bericht waarin u
wordt gevraagd of u de
song wilt opslaan, verschijnt
nogmaals wanneer u een
andere song selecteert
zonder de vorige op te
slaan. Als u de song wilt
opslaan, drukt u op de
knop [+/YES]. Druk anders
op de knop [-/NO].
Druk op de knop [] als u de opgenomen song wilt afspelen.
5
Procedure voor Multi Track Recording (Meersporig opnemen)
Druk op de knop [USER] en gebruik vervolgens de draaiknop om
1
het nummer te selecteren van de gebruikerssong (001-005) waarin u
wilt opnemen.
Druk op de knop [EXIT] om naar de hoofddisplay terug te keren.
2
Wijs vervolgens de partij (style, main, dual en left) aan elke
opnametrack toe.
Gebruikershandleiding
41
Page 42
4. Uw eigen spel opnemen
LET OP
OPMERKING
Drukken en vasthouden
ACMP (stijlpartij) is ingesteld op modus Record Ready.
Druk
onmiddellijk
OPMERKING
Drukken en vasthouden
De MAIN-partij is aan track 1 toegewezen.
Druk
onmiddellijk
De stijlpartij toewijzen
Als u het afspelen van de stijl wilt opnemen, houdt u de knop [REC] ingedrukt en
drukt u onmiddellijk op de knop [ACMP]. In het paneel gaan de knoppen [REC]
en [ACMP] branden en begint de knop [START/STOP] te knipperen om aan te
geven dat de modus Record Ready is geactiveerd met automatische begeleiding
ingeschakeld. In de display is de REC-indicator gemarkeerd om aan te geven dat
de stijlpartij voor opname wordt toegewezen aan tracks 9–16.
Voer dezelfde handeling nogmaals uit als u deze status wilt annuleren.
De melodiepartij toewijzen (MAIN, DUAL en LEFT)
Als de knop [ACMP] is ingeschakeld:
Houd de knop [REC] ingedrukt en druk onmiddellijk op een van de SONG Trackknoppen [1]–[8] om de display PART ASSIGN weer te geven. Druk herhaaldelijk op
dezelfde Track-knop terwijl u de knop [REC] ingedrukt houdt. De indicatie in het
trackvak verandert als volgt: MAIN DUAL LEFT (leeg) MAIN ... .
Wijs hier de MAIN-partij toe aan de ingedrukte track.
• Als u de partij toewijst aan
een track die data bevat,
worden de vorige data
tijdens de opname gewist.
• Zodra de opname is gestart,
kunt u de knop [ACMP] niet
meer in- of uitschakelen.
• De partij kan maar aan
een enkele track worden
toegewezen.
42
Voer dezelfde handeling uit om de partijen MAIN, DUAL en LEFT aan de
respectievelijke andere tracks toe te wijzen.
Als de knop [ACMP] is uitgeschakeld:
Druk in de hoofddisplay op de knop [REGIST/PART [MIXER]] tot de gewenste
trackgroep ('TR1-8' of 'TR9-16') in de rechterbenedenhoek van de display is
gemarkeerd.
Daarna voert u dezelfde handeling uit als die bij 'Als de knop [ACMP] is
ingeschakeld:' hierboven.
Gebruikershandleiding
Page 43
Bespeel het toetsenbord om de opname te starten.
OPMERKING
Startpunt
opname
Huidig maatnummer
OPMERKING
of
LET OP
OPMERKING
OPMERKING
3
U kunt het opnemen ook starten door op de knop [] te drukken om alleen het
ritme af te spelen.
Als de opname wordt gestart, keert de display automatisch naar de hoofddisplay
terug en wordt het huidige maatnummer weergegeven.
Stop de opname door op de knop [] of [REC] te drukken.
4
Als de opname stopt, wordt het huidige maatnummer weer ingesteld op 001 en
verschijnt op de display een kader rond de nummers van de tracks waarop u hebt
opgenomen. Het lampje van de overeenkomstige trackknop brandt groen.
Er verschijnt een bericht dat u vraagt of u het opslaan van de data wilt bevestigen.
4. Uw eigen spel opnemen
• Als het songgeheugen vol
raakt, wordt een bericht in
de display weergegeven en
wordt de opname gestopt.
Verwijder in dat geval
overbodige songdata met
Song Clear (pagina 44) of
Track Clear (pagina 45) en
start de opname vervolgens
opnieuw.
• Als u op een van de
ENDING/rit.-knoppen [I]-[III]
drukt tijdens het opnemen
van de ACMP-track, stopt
de opname zodra het
eindgedeelte het einde
heeft bereikt.
Druk op de knop [+/YES] om de opgenomen song op te slaan.
5
Druk op de knop [+/YES] als u de song wilt opslaan, of op de knop [-/NO] als u de
song niet wilt opslaan. Als op de knop [+/YES] wordt gedrukt, wordt de song als een
MIDI-bestand opgeslagen in de gebruikerssong die in stap 1 is geselecteerd.
Andere tracks opnemen
Herhaal stap 2 tot en met 5 om op te nemen op de overige tracks.
Tijdens het opnemen kunt u de eerder opgenomen tracks beluisteren.
Nummers van eerder opgenomen tracks worden weergegeven in een kader.
U kunt reeds opgenomen tracks ook dempen (de gedempte tracks verschijnen
niet op de display) door tijdens het opnemen van nieuwe tracks op de juiste
knoppen [1/9]–[8/16] te drukken.
De opname opnieuw uitvoeren
Selecteer gewoon de track waarop u opnieuw wilt opnemen. Het nieuwe
opgenomen materiaal overschrijft de vorige data.
Druk op de knop [] als u de opgenomen song wilt afspelen.
6
Als u de song bij wijze van back-up in een USB-flashgeheugen wilt
opslaan, raadpleegt u pagina 58.
• Probeer nooit het
instrument uit te zetten
als het bericht 'Writing!'
in de display wordt
weergegeven. Hierdoor
kunnen opgenomen data
verloren gaan.
• Het bericht waarin u
wordt gevraagd of u de
song wilt opslaan, verschijnt
nogmaals als u een andere
song selecteert zonder de
vorige op te slaan. Als u
de song wilt opslaan, drukt
u op de knop [+/YES]. Druk
anders op de knop [-/NO].
• Het stijlnummer, het
stijlvolume en de maatsoort
worden alleen boven aan
de song opgenomen.
Ze kunnen niet halverwege
een song worden
opgenomen.
Gebruikershandleiding
43
Page 44
4. Uw eigen spel opnemen
OPMERKING
Langer dan een seconde
ingedrukt houden
Drukken en vasthouden
Song Clear: Gebruikerssongs verwijderen
Met deze functie wist u een hele gebruikerssong (alle tracks).
Druk op de knop [USER] en draai aan de draaiknop om de
1
gebruikerssong (001 t/m 005) te selecteren die u wilt wissen.
Druk op de [EXIT]-knop om naar de hoofddisplay terug te keren.
Druk terwijl u de TRACK-knop [8/16] ingedrukt houdt langer dan een
2
seconde op de TRACK-knop [1/9].
• Als u een bepaalde track
wilt wissen, raadpleegt u
de Track wissen-functie op
pagina 45.
U wordt gevraagd het wissen te bevestigen. Druk op [-/NO] om de Song Clearfunctie te annuleren. Als het bericht niet wordt weergegeven, drukt u op de knop
[REGIST/PART[MIXER]] om 'TR 1-8' of 'TR 9-16' op te roepen. Probeer stap 2 dan
opnieuw uit te voeren.
Druk op de [+/YES]-knop om de song te wissen.
3
Terwijl de song wordt gewist, verschijnt kort het bericht op de display dat de Song
Clear-functie wordt uitgevoerd.
Songs kunnen ook op de volgende manier worden gewist.
1 Druk op de [FILE MENU]-knop.
2 Druk op de categorieknoppen [<] en [>] tot 'User Delete' wordt weergegeven.
3 Draai aan de draaiknop om een song te selecteren.
4 Druk op de knop [EXECUTE].
U wordt gevraagd dit te bevestigen.
5 Druk op de [+/YES]-knop om de song te wissen.
44
Gebruikershandleiding
Page 45
4. Uw eigen spel opnemen
Houd langer dan een seconde ingedrukt.
Track Clear: Een bepaalde track van een gebruikerssong
verwijderen
Met deze functie kunt u een bepaalde track van een gebruikerssong verwijderen.
Druk op de knop [USER] en draai aan de draaiknop om de gewenste
1
song (001 t/m 005) te selecteren. Druk vervolgens op de knop [EXIT]
om naar de hoofddisplay terug te gaan.
Druk enkele keren op de knop [REGIST/PART [MIXER]] om het
2
gewenste item, 'TR 1-8' of 'TR 9-16', op te roepen.
Houd de gewenste trackknop ([1/9] t/m [8/16]) langer dan een seconde
3
ingedrukt.
U wordt gevraagd het wissen te bevestigen. Druk op [-/NO] om de Track Clearfunctie te annuleren.
Druk op de knop [+/YES] om de track te wissen.
4
Terwijl de track wordt gewist, verschijnt kort het bericht in de display dat de
trackwisfunctie wordt uitgevoerd.
Gebruikershandleiding
45
Page 46
OPMERKING
OPMERKING
Splitpunt
5
Spelen met behulp van de muziekdatabank
Als u muziek in uw favoriete stijl wilt spelen, maar niet weet hoe u de beste voice en stijl
selecteert voor het type muziek dat u wilt spelen, kunt u de juiste stijl in de muziekdatabase
selecteren. De paneelinstellingen worden automatisch aangepast aan de ideale combinatie
van sounds en stijl!
Druk op de knop [MDB].
1
De Music Database-selectiedisplay wordt weergegeven.
De naam van de momenteel geselecteerde categorie, en het nummer en de naam van
de geselecteerde MDB zijn gemarkeerd.
Selecteer de muziekdatabase die past bij de gewenste muziekstijl of
2
het type muziek dat u wilt spelen.
Raadpleeg het muziekdatabaseoverzicht in de afzonderlijke datalijst en gebruik de
draaiknop om een muziekdatabase te selecteren. Selecteer een muziekdatabase die
past bij de song die u wilt spelen.
• MDB-bestanden
(Muziekdatabase) op of
geladen van een USBflashgeheugen dat op het
instrument is aangesloten,
kunnen op dezelfde
manier worden gebruikt
en geselecteerd als de
interne muziekdatabases.
Zie pagina 59 voor
instructies voor het
laden van bestanden.
46
Speel met uw linkerhand de akkoorden en met uw rechterhand de
3
melodie.
Wanneer u met uw linkerhand links van het splitpunt een akkoord aanslaat, wordt het
afspelen van de stijl gestart (pagina 30). Raadpleeg pagina 32 voor informatie over
het spelen van akkoorden.
Druk op de knop [] om het afspelen te stoppen.
4
Gebruikershandleiding
• U kunt nu de toegewezen
voice en stijl controleren
door op de [EXIT]-knop te
drukken, waardoor u naar
de hoofddisplay terugkeert.
Page 47
Paramete r
ON/OFF-status en de
parameterwaarde voor
elke track
Waarde
Huidig
tracknummer
Als track 1-8 zijn
geselecteerd
Als track 9-16 zijn
geselecteerd
6
Mixer
Dit instrument is voorzien van een Mixer-functie waarmee u de aan-/uit-instellingen voor elke
track kunt regelen, of tijdens het afspelen van een song of stijl de instellingen voor Volume,
Pan, Reverb Level en Chorus Level voor elke track kunt aanpassen. Door deze parameters te
bewerken, kunt u het karakter van de song of stijl wijzigen. Tracks [1]–[16] kunnen voor het
afspelen van een song worden ingesteld en [9]–[16] voor het afspelen van een stijl.
Selecteer de stijl of song.
1
Houd de knop [REGIST/PART [MIXER]] langer dan een seconde
2
ingedrukt zodat de Mixer-display verschijnt.
De huidige track en de waarde van de track worden gemarkeerd in de display.
In dit voorbeeld is Track 1 geselecteerd, ingesteld op ON en het volume is ingesteld
op 110.
Druk in de songmodus op de knop [REGIST/PART [MIXER]] om de
3
gewenste trackgroep (1-8 of 9-16) te selecteren.
Met de knop schakelt u tussen track 1-8 en 9-16.
In stijlmodus worden automatisch track 9-16 geselecteerd.
Selecteer de gewenste track door op de corresponderende knop te
4
drukken.
5
Stel de status ON/OFF van de geselecteerde track in.
Druk op de Track-knop waarop u in stap 4 hebt gedrukt om te schakelen tussen ON
(groen) en OFF.
Gebruikershandleiding
47
Page 48
6. Mixer
OPMERKING
OPMERKING
Selecteer de gewenste parameter met de CATEGORY-knoppen [<] en
6
[
>
] en verander de parameterwaarde met de draaiknop.
Vo lu m eHiermee stelt u het gedeeltevolume in.Bereik: 0–127
Pan Hiermee stelt u de panpositie in.Bereik: 0–64–127
Reverb LevelHiermee stelt u de reverbdiepte in.Bereik: 0–127
Chorus LevelHiermee stelt u het chorusniveau in.Bereik: 0–127
Herhaal indien nodig stap 4-6 om andere tracks in te stellen.
7
Sla de instellingen hier op als stijldata of songdata.
8
U kunt het USB-flashgeheugen of het interne geheugen als opslagbestemming
selecteren. Als u wilt opslaan in het USB-flashgeheugen, sluit u het USBflashgeheugen aan op de USB TO DEVICE-aansluiting.
• U kunt de instellingen in de
presetsong niet opslaan.
1 Druk op de knop [EXECUTE] om de display STYLE CREATOR of de display
SONG EDIT te openen en de data op te slaan.
2 Selecteer de opslagbestemming.
Als u op de knop [USB] drukt, schakelt u de opslagbestemming tussen het USBflashgeheugen en het intern geheugen. Als u in het USB-flashgeheugen wilt
opslaan, selecteert u Save To USB. Als u in het intern geheugen wilt opslaan,
selecteert u Save To USER in de display.
Er wordt automatisch een standaardbestandsnaam gemaakt.
3 Druk op de knop [EXECUTE].
4 (Alleen in de display SONG EDIT) Verander de bestandsnaam als dat nodig is en
druk nogmaals op de knop [EXECUTE].
Raadpleeg stap 4 op pagina 57 voor instructies over naamgeving.
5 Druk op de knop [+/YES] om de opslaghandeling uit te voeren.
Druk op de [EXIT]-knop om naar de hoofddisplay terug te keren.
9
• Raadpleeg het hoofdstuk
Style Creator of Song Edit in
de Naslaggids voor meer
informatie.
Met de functie Registratiegeheugen kunt u uw favoriete paneelinstellingen opslaan zodat u ze
gemakkelijk kunt terughalen wanneer dat nodig is. U kunt maximaal 64 volledige instellingen
(8 banken van 8 instellingen per bank) opslaan.
Druk wanneer u Registratiegeheugen gebruikt herhaaldelijk op de knop [REGIST/PART [MIXER]] tot 'REGIST' in de
rechterbovenhoek van de hoofddisplay is gemarkeerd. Nu kunt u de acht knoppen in het midden van het paneel als
registratiegeheugenknoppen gebruiken.
De kleur wordt gebruikt om de huidige status van het afzonderlijke registratiegeheugen [1] – [8] aan te geven.
• Licht niet op............. Bevat geen data.
• Groen verlicht .......... Bevat data en is niet geselecteerd.
• Rood verlicht............ Bevat data en is geselecteerd.
Paneelinstellingen die kunnen worden opgeslagen in het registratiegeheugen
• Stijlinstellingen*
Style number, Auto Accompaniment ON/OFF, Split Point, Sections, Style Volume, Chord Fingering, Reverb
Type, Chorus Type
* De stijlinstellingen Style number, Auto Accompaniment ON/OFF, Sections, Style Volume en Chord Fingering
kunnen niet worden opgeslagen en opnieuw worden opgehaald in de modus Song.
Gebruikershandleiding
49
Page 50
7. Uw favoriete paneelinstellingen opslaan
OPMERKING
Banknummer
LET OP
OPMERKING
Banknummer
De paneelinstellingen onthouden
Geef de gewenste paneelinstellingen op (pagina 49).
1
Druk op de REGIST BANK-knoppen [-]/[+] om de gewenste bank te
2
selecteren.
De display REGIST wordt weergegeven zoals hieronder wordt geïllustreerd. U kunt
de waarden wijzigen met de draaiknop.
Druk terwijl u de knop [MEMORY] ingedrukt houdt, op een van de niet
3
brandende registratiegeheugenknoppen [1]–[8].
Wanneer de REGIST in de hoofddisplay is gemarkeerd, brandt de ingedrukte knop
in het rood om aan te geven dat de paneelinstellingen zijn opgeslagen.
• De paneelinstellingen
kunnen niet worden
opgeslagen tijdens het
afspelen van songs.
• Als u op de verlichte knop
drukt die al data bevat,
worden de vorige data
door de nieuwe data
vervan gen.
• Schakel het apparaat niet
uit tijdens deze handeling.
Anders kunnen de data
beschadigd raken of
verloren gaan.
Opgeslagen paneelinstellingen terugroepen
Druk in de hoofddisplay herhaaldelijk op de knop [REGIST/PART
1
[MIXER]] tot 'REGIST' is gemarkeerd (pagina 49).
Druk op de REGIST BANK-knoppen [-]/[+] om de gewenste bank te
2
selecteren.
De display REGIST wordt weergegeven zoals hieronder wordt geïllustreerd. U kunt
de waarden wijzigen met de draaiknop.
• U kunt de
registratiegeheugendata (64
instellingen) als back-up in
het USB-flashgeheugen
opslaan.
Gebruikershandleiding
50
Page 51
7. Uw favoriete paneelinstellingen opslaan
OPMERKING
Langer dan een seconde
ingedrukt houden
Druk op een van de in het groen brandende REGISTRATION MEMORY-
3
knoppen [1–8].
De kleur van de ingedrukte knop verandert van groen in rood om aan te geven dat de
opgeslagen paneelinstellingen zijn opgeroepen.
Het terughalen van specifieke items uitschakelen (Freeze)
Het Registration Memory laat u alle paneelinstellingen die u hebt gemaakt, terugroepen
met een enkele druk op de knop. Het kan echter voorkomen dat u wilt dat bepaalde items
niet veranderen, zelfs als u een andere Registration Memory-setup kiest. U kunt
bijvoorbeeld de voice- of effectinstellingen om willen schakelen, terwijl u de
begeleidingsstijl wilt handhaven. Hier komt de functie Freeze van pas. Deze zorgt
ervoor dat de instellingen van bepaalde items gehandhaafd blijven, zelfs als u andere
Registration Memory-knoppen selecteert.
Selecteer het item dat u wilt blokkeren.
1
Houd de knop [FREEZE] langer dan een seconde ingedrukt om de display Freeze
Group Setting te openen. Gebruik de draaiknop om het gewenste item te selecteren
uit Style, Voice, Tempo, Transpose of Scale, en druk op de knop [EXECUTE].
De aan/uit-status wordt gemarkeerd zodat u deze kunt wijzigen.
• De instelling Harmony
ON/OFF kan niet worden
teruggeroepen of wordt
mogelijk automatisch
uitgeschakeld als het type
Chord Fingering is ingesteld
op 'FullKeyboard'.
Selecteer ON.
2
Selecteer ON voor het item dat u niet wilt terughalen of OFF als u het wel wilt
terughalen. Druk vervolgens op de knop [EXECUTE]. Aangezien het item opnieuw
wordt gemarkeerd voor selectie, herhaalt u stap 1–2 (indien nodig) of drukt u op de
knop [EXIT] om naar de hoofddisplay terug te gaan.
Zet de Freeze-functie aan door op de knop [FREEZE] te drukken.
3
Gebruikershandleiding
51
Page 52
7. Uw favoriete paneelinstellingen opslaan
Banknummer
Langer dan een seconde ingedrukt houden
Registration Clear: Het specifieke registratiegeheugen verwijderen
Druk in de hoofddisplay herhaaldelijk op de knop [REGIST/PART
1
[MIXER]] tot 'REGIST' is gemarkeerd (pagina 49).
Druk op de REGIST BANK-knoppen [-]/[+] om de gewenste bank te
2
selecteren.
De display REGIST wordt weergegeven zoals hieronder wordt geïllustreerd. U kunt
de waarden wijzigen met de draaiknop.
Houd een van de brandende REGISTRATION MEMORY-knoppen [1–8]
3
ingedrukt.
U wordt gevraagd dit te bevestigen.
Druk in dit bericht op de knop [-/NO] als u de wisbewerking wilt annuleren.
Druk op de knop [+/YES] als u het registratiegeheugen wilt wissen dat
4
u in stap 3 hebt geselecteerd.
Terwijl het registratiegeheugen wordt gewist, verschijnt kort het bericht in de display
dat de wisfunctie wordt uitgevoerd.
Gebruikershandleiding
52
Page 53
OPMERKING
OPMERKING
LET OP
8
Initialisatie
Back-updata en geheugendata
Van de volgende instellingen wordt altijd een back-up gemaakt; deze blijven zelfs behouden als de stroom uitvalt. Als u
de instellingen wilt initialiseren (de fabrieksinstellingen herstellen), gebruikt u de initialisatiebewerking 'Initialization'
die hieronder wordt beschreven.
Back-upgegevens
• Registratiegeheugen
• Auto Fill In On/Off
• Touch ON/OFF
• Sustain ON/OFF
• Opslagbestemming in de displays STYLE CREATOR/SONG EDIT
• De volgende parameters worden in de Function-display weergegeven:
Tuning, Split point, Touch sensitivity, TG mode, Style volume, Song volume,
Metronome volume, Demo cancel, Language, Master EQ type, Chord fingering,
Auto Power Off, Freeze, Demo Group, Demo Play Mode
• U kunt de back-updata
op uw computer opslaan
met behulp van de MSDsoft ware (Musicsoft
Downloader). Raadpleeg
de naslaggids voor meer
informatie.
Geheugendata
• Gebruikerssong (opnamen van uw eigen spel of songs die van een extern apparaat
zijn geladen of overgebracht)
• Gebruikersstijl (gemaakt met de functie Style Creator of stijlen die van een extern
apparaat zijn geladen of overgebracht)
• Gebruikersmuziekdatabase (geladen of overgebracht van een extern apparaat)
Initialisatie
Met deze functie wist u alle back-updata of geheugendata onafhankelijk van elkaar en herstelt u de
standaardinstellingen. U kunt de volgende initialisatieprocedures gebruiken. Uitbreidingsinhoud die is overgebracht
naar het interne flashgeheugen door het uitbreidingspakket te installeren, kan niet met deze functie worden verwijderd.
Back-up wissen
Als u back-updata wilt wissen, zet u het instrument aan door op de schakelaar []
(STANDBY/ON) te drukken terwijl u de hoogste witte toets op het toetsenbord
ingedrukt houdt.
Memory Clear
Als u geheugendata wilt wissen, zet u het instrument aan door op de schakelaar []
(STANDBY/ ON) te drukken terwijl u de hoogste witte toets op het toetsenbord en de
drie hoogste zwarte toetsen ingedrukt houdt.
• De taalinstelling kan niet
worden teruggezet op de
standaardinstelling. De taal
kunt u wijzigen in de display
Function (pagina 12).
• Als u de Clear-functie
uitvoert, worden ook
alle gebruikerssongs,
gebruikersstijlen of
gebruikersmuziekdatabases
gewist die u hebt gekocht.
Zorg ervoor dat alle
belangrijke data zijn
opgeslagen op een USBflashgeheugen of een
computer.
Gebruikershandleiding
53
Page 54
LET OP
LET OP
LET OP
9
USB-flashgeheugen gebruiken
Wanneer op de USB TO DEVICE-aansluiting van dit instrument een USB-opslagapparaat wordt
aangesloten, kunnen de gebruikerssongs en gebruikersstijlen die op het instrument zijn
gemaakt en opgeslagen instellingen afzonderlijke worden opgeslagen op of worden geladen
van het apparaat.
Voorzorgsmaatregelen tijdens het
gebruik van de [USB TO DEVICE]aansluiting
Dit instrument heeft een ingebouwde [USB TO
DEVICE]-aansluiting. Ga voorzichtig om met het USBapparaat tijdens het aansluiten op deze aansluiting. Volg
de onderstaande belangrijke voorzorgsmaatregelen.
OPMERKING
• Zie de gebruiksaanwijzing bij het USB-apparaat voor meer
informatie over het omgaan met USB-apparaten.
Compatibele USB-apparaten
• USB-opslagapparaten (flashgeheugen enz.)
Het instrument ondersteunt niet noodzakelijkerwijs alle
commercieel beschikbare USB-apparaten. Yamaha kan
de werking niet garanderen van USB-apparaten die u
aanschaft. Ga voordat u een USB-apparaat aanschaft
voor gebruik met dit instrument naar de volgende
webpagina:
http://download.yamaha.com/
OPMERKING
• Andere USB-apparaten zoals een computertoetsenbord of
muis kunnen niet worden gebruikt.
USB-apparaat aansluiten
• Gebruik een kabel van maximaal drie meter wanneer
u een USB-kabel aansluit.
• Zorg als u een USB-apparaat aansluit op de [USB TO
DEVICE]-aansluiting, dat u de juiste aansluiting op het
apparaat gebruikt en in de juiste richting aansluit.
• Hoewel het instrument de USB 1.1-standaard ondersteunt,
kunt u ook een USB 2.0-opslagapparaat aansluiten en
gebruiken met het instrument. De overdrachtssnelheid is in
dit geval echter wel die van USB 1.1.
USB-opslagapparaten gebruiken
Als u het instrument aansluit op een USBopslagapparaat, kunt u het aangesloten apparaat
gebruiken voor zowel het opslaan van de door u
gemaakte gegevens als het lezen van opgeslagen
gegevens.
Het nummer van het te gebruiken
USB-opslagapparaat
Er kan één USB-opslagapparaat worden aangesloten
op de [USB TO DEVICE]-aansluiting.
USB-opslagmedia formatteren
Als een USB-opslagapparaat wordt aangesloten of
als er een medium wordt geplaatst, kan er een bericht
verschijnen waarin u wordt gevraagd het apparaat/
medium te formatteren. Als dat gebeurt, voert u de
Format-handeling uit (pagina 56).
• Door te formatteren, worden alle bestaande gegevens
overschreven. Zorg dat het medium dat u formatteert geen
belangrijke gegevens bevat.
Uw gegevens beveiligen (schrijfbeveiliging)
Gebruik de schrijfbeveiliging van het opslagapparaat
of -medium om te voorkomen dat belangrijke gegevens
onopzettelijk worden gewist. Als u gegevens op het
USB-opslagapparaat wilt opslaan, moet
schrijfbeveiliging zijn uitgeschakeld.
USB-opslagapparaat aansluiten/verwijderen
Controleer voordat u het medium van het apparaat
verwijdert of het instrument geen data gebruikt (zoals
bij het opslaan, verwijderen en formatteren).
• Vermijd het snel achter elkaar aan-/uitzetten van het USBopslagapparaat of het te vaak aansluiten/loskoppelen van
het apparaat. Als u dit toch doet, loopt u het risico dat het
instrument vastloopt. Haal de USB-aansluiting NIET los,
verwijder de media NIET uit het apparaat en schakel de
apparaten NIET uit terwijl het instrument gegevens
gebruikt (bijvoorbeeld tijdens opslaan, verwijderen, laden
en formatteren) of terwijl het USB-opslagapparaat wordt
gekoppeld (meteen na het aansluiten). Als u dit toch doet,
kunnen de gegevens op een of beide apparaten
beschadigd raken.
Gebruikershandleiding
54
Page 55
Display File Control
CONNECT
OPMERKING
OPMERKING
9. USB-flashgeheugen gebruiken
USB-flashgeheugenbewerkingen, zoals opslaan en laden,
kunnen worden uitgevoerd vanuit de display FILE
CONTROL.
Sluit een USB-flashgeheugen aan op
1
de USB TO DEVICE-aansluiting en let
daarbij op de juiste richting.
Controleer of het bericht 'CONNECT' in de
2
rechterbovenhoek van de hoofddisplay
wordt weergegeven.
Druk op de knop [FILE MENU] om de
3
display FILE CONTROL weer te geven.
Als de bestandsbesturingsfuncties worden geopend
wanneer een niet-geformatteerd USB-flashgeheugen
op het instrument is aangesloten, wordt automatisch
de functie 'Format' geselecteerd. Formatteer een
USB-flashgeheugen door de instructies op pagina 56
te volgen.
Voer naar wens handelingen uit als
4
opslaan en laden.
Raadpleeg pagina 56–60 voor details.
Soms wordt een bericht (informatie- of
bevestigingsdialoog) op de display
weergegeven om de bediening te
vergemakkelijken. Zie het onderdeel Berichten
op pagina 67 voor een uitleg van elk bericht.
• Er wordt geen geluid voortgebracht wanneer u op het
keyboard speelt terwijl de display FILE CONTROL
zichtbaar is. In deze toestand zijn ook alleen knoppen
actief die verband houden met de bestandsfuncties.
• U kunt de display FILE CONTROL in de volgende
gevallen niet openen:
• Tijdens het afspelen of opnemen van een stijl of song
• Wanneer 'CONNECT' niet in de hoofddisplay wordt
weergegeven, ook al is een USB-flashgeheugen
aangesloten op de USB TO DEVICE-aansluiting.
Gebruikershandleiding
55
Page 56
9. USB-flashgeheugen gebruiken
LET OP
LET OP
OPMERKING
USB flashgeheugen formatteren
Een nieuw USB-flashgeheugen moet worden
geformatteerd voordat het door dit instrument kan
worden gebruikt.
• Als u een USB-flashgeheugenapparaat formatteert waarop
al data staan, worden al deze data verwijderd. Zorg dat u
geen belangrijke data verwijdert als u de formatteerfunctie
gebruikt.
Roep de display FILE CONTROL op
1
(pagina 55).
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om 'USB Format' te selecteren.
U wordt om bevestiging gevraagd.
Wanneer de handeling is voltooid,
5
wordt kort het bericht 'Completed'
weergegeven en keert u terug naar
de display van stap 2. Druk op de knop
[EXIT] om de display FILE CONTROL af te
sluiten.
• Als het USB-flashgeheugen met schrijfbeveiliging is
uitgerust, verschijnt op de display een overeenkomstig
bericht. U kunt de handeling dan niet uitvoeren.
Druk op de knop [EXECUTE]. U wordt om
3
bevestiging gevraagd.
U kunt in dit bericht op de knop [-/NO] drukken als
u de handeling wilt annuleren.
Druk nogmaals op de knop [EXECUTE] of
4
op de knop [+/YES] als u de formattering
wilt uitvoeren.
• Nadat op de display het bericht is verschenen dat het
formatteren is gestart, kan het formatteren niet meer
worden geannuleerd. Schakel de stroom tijdens deze
bewerking niet uit en verwijder ook het USBflashgeheugen niet. Als u dit doet, kunnen de data
beschadigd raken.
Gebruikershandleiding
56
Page 57
In het registratiegeheugen opslaan
Regist Save
OPMERKING
Cursor
links
Cursor
rechts
Teken
verwijderen
Tekens selecteren
Cursor
LET OP
OPMERKING
OPMERKING
Alle 64 instellingen die in het registratiegeheugen zijn
opgeslagen, kunnen als een enkel bestand (extensie: usr)
in het USB-flashgeheugen worden opgeslagen.
Zorg ervoor dat een geformatteerd USB-
1
flashgeheugen op de juiste wijze is
aangesloten op de USB TO DEVICEaansluiting en roep vervolgens de display
FILE CONTROL op (pagina 55).
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om 'Regist Save' te selecteren.
Er wordt automatisch een standaardbestandsnaam
gemaakt.
9. USB-flashgeheugen gebruiken
Druk op de knop [EXECUTE].
5
U wordt om bevestiging gevraagd. U kunt het proces
voor het opslaan in dit bericht annuleren door op de
knop [-/NO] te drukken.
Een bestaand bestand overschrijven
Als u een bestand wilt overschrijven dat al in
het USB-flashgeheugen staat, selecteert u het
bestand met de draaiknop of de knoppen [-/NO]
en [+/YES] en gaat u verder met stap 5.
• Als er onvoldoende capaciteit in het USBflashgeheugen over is, wordt een bericht op de display
weergegeven en kunt u de data niet opslaan. Wis
overbodige bestanden uit het USB-flashgeheugen om
meer geheugen beschikbaar te maken (pagina 60).
Druk op de knop [EXECUTE].
3
Onder het eerste teken van de bestandsnaam
verschijnt een cursor.
Verander de bestandsnaam indien nodig.
4
• Met de knop [1] verplaatst u de cursor naar links
en met de knop [2] verplaatst u de cursor naar
rechts.
• Selecteer met de draaiknop een teken voor de
• Met de knop [8] kunt u het teken op de locatie van
huidige locatie van de cursor.
de cursor verwijderen.
Druk nogmaals op de knop [EXECUTE] of
6
op de knop [+/YES] als u het opslaan wilt
uitvoeren.
• Hoe lang het opslaan duurt, is afhankelijk van de
staat van het USB-flashgeheugen. Schakel tijdens dit
proces de stroom niet uit en verwijder ook het USBflashgeheugen niet, zelfs niet als het erg lang duurt.
Als u dit doet, kunnen de data beschadigd raken.
• Als u een bestaande bestandsnaam opgeeft, wordt
u om bevestiging gevraagd. Druk op [EXECUTE] of
[+/YES] als het bestand mag worden overschreven,
of op [-/NO] om te annuleren.
Wanneer de handeling is voltooid,
7
wordt kort het bericht 'Completed'
weergegeven en keert u terug naar de
display van stap 2. Druk op de knop [EXIT]
om de display FILE CONTROL af te sluiten.
Het registratiegeheugenbestand wordt in de map
USER FILE in het USB-flashgeheugen opgeslagen.
• Voer de laadbewerking uit (pagina 59) als u het
registratiegeheugenbestand in het USB-flashgeheugen
op het instrument wilt terughalen.
Gebruikershandleiding
57
Page 58
9. USB-flashgeheugen gebruiken
De naam van de brongebruikerssong
Cursor
De naam van het bestand
dat u wilt opslaan
LET OP
OPMERKING
OPMERKING
Een gebruikerssong of -stijl opslaan
Met deze bewerking slaat u een van de gebruikerssongs
(001–005) als een SMF-bestand (extensie: mid) of een
van de gebruikersstijlen als een als stijlbestand
opgemaakt bestand (extensie: sty) op.
Wat is SMF (Standard MIDI File)?
De SMF-indeling (Standard MIDI File) is een van
de meest gebruikte en meest compatibele sequenceindelingen die worden gebruikt voor het opslaan van
sequencedata. Er zijn twee versies: Format 0 en
Format 1. Een groot aantal MIDI-apparaten is
compatibel met SMF Format 0 en de meeste in de
handel verkrijgbare MIDI-sequencedata worden in
SMF Format 0 geleverd.
Zorg ervoor dat een geformatteerd USB-
1
flashgeheugen op de juiste wijze is
aangesloten op de USB TO DEVICEaansluiting en roep vervolgens de display
FILE CONTROL op (pagina 55).
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om User Song Save of User Style Save te
selecteren.
Het bronbestand - de naam van een gebruikerssong
of –stijl in het instrument - wordt gemarkeerd.
Druk op de knop [EXECUTE].
5
Onder het eerste teken van de bestandsnaam
verschijnt een cursor.
Verander de doelbestandsnaam indien
6
nodig.
Raadpleeg stap op pagina 57 voor meer informatie.
Druk op de knop [EXECUTE].
7
U wordt om bevestiging gevraagd. U kunt het proces
voor het opslaan in dit bericht annuleren door op de
knop [-/NO] te drukken.
Druk nogmaals op de knop [EXECUTE] of
8
op de knop [+/YES] als u het opslaan wilt
uitvoeren.
Selecteer met behulp van de draaiknop de
3
brongebruikerssong of -stijl.
Druk tegelijkertijd op de knoppen [+/YES] en
[-/NO] om de eerste gebruikerssong of -stijl te
selecteren.
Druk op de knop [EXECUTE].
4
De doelsong of -stijl wordt gemarkeerd met dezelfde
naam als die van de bron.
Een bestaand bestand overschrijven
Als u een bestand wilt overschrijven dat al in
het USB-flashgeheugen bestaat, selecteert u het
bestand met de draaiknop of de knoppen [-/NO]
en [+/YES] en gaat u verder met stap 7.
• Hoe lang het opslaan duurt, is afhankelijk van de
staat van het USB-flashgeheugen. Schakel tijdens dit
proces de stroom niet uit en verwijder ook het USBflashgeheugen niet, zelfs niet als het erg lang duurt.
Als u dit doet, kunnen de data beschadigd raken.
Wanneer de handeling is voltooid,
9
wordt kort het bericht 'Completed'
weergegeven en keert u terug naar
de display van stap 2. Druk op de knop
[EXIT] om de display FILE CONTROL af te
sluiten.
Het bestand wordt opgeslagen in de map USER
FILE in het USB-flashgeheugen.
• Als u een bestaande bestandsnaam opgeeft, wordt
u om bevestiging gevraagd. Druk op [EXECUTE] of
[+/YES] als het bestand mag worden overschreven, of
op [-/NO] om te annuleren.
• Voer de laadbewerking uit (pagina 59) als u de
gebruikerssong of –stijl die in het USB-flashgeheugen is
opgeslagen, wilt terughalen op het instrument.
Gebruikershandleiding
58
Page 59
Bestand laden
LET OP
Geselecteerd bestand
LET OP
OPMERKING
9. USB-flashgeheugen gebruiken
Registratiebestanden (extensie: usr), stijlbestanden
(extensie: sty), songbestanden (extensie: mid) en MDBbestanden (extensie: MFD) die zijn opgeslagen in de map
USER FILE van het USB-flashgeheugen, kunnen
afzonderlijk naar het instrument worden geladen.
• Als de bestandsnaam al in het interne geheugen van het
instrument bestaat, wordt het bestand overschreven en
gewist. Door het registratiebestand te laden, worden alle
bestaande 64 instellingen gewist. Onthoud dit wanneer u
een bestand laadt.
Zorg ervoor dat een geformatteerd USB-
1
flashgeheugen is aangesloten op de USB
TO DEVICE-aansluiting en roep
vervolgens de display FILE CONTROL op
(pagina 55).
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om 'Load' te selecteren.
Wanneer de handeling is voltooid,
6
wordt kort het bericht 'Completed'
weergegeven en keert u terug naar
de display van stap 2. Druk op de knop
[EXIT] om de display FILE CONTROL
af te sluiten.
Controleer of het bestand correct is
7
geladen.
• Als een registratiebestand is geladen, drukt
u op een van de registratiegeheugenknoppen
om de paneelinstellingen terug te halen.
• Als een muziekdatabasebestand is geladen
u op de knop [MDB] en controleert u of de naam
van het geladen bestand op de display wordt
weergegeven.
• Als een songbestand is geladen
knop [USER] en controleert u of de naam van het
geladen bestand op de display wordt weergegeven.
• Als een stijlbestand is geladen
[EXPANSION/USER] in het gedeelte STYLE en
controleert u of de naam van het geladen bestand
aan de display is toegevoegd.
• Als u een song of stijl laadt, dient u in te stellen of het
DSP Effect wordt gebruikt voor het toetsenbordspel of
voor het afspelen van de song of stijl. Dit is omdat het
DSP Effect maar voor een van de partijen kan worden
gebruikt. Stel de parameter TG Mode op de display
Function in.
, drukt u op de
, drukt u op de knop
, drukt
Gebruik de draaiknop om het bestand te
3
selecteren (registratie-, stijl-, song- of
MDB-bestand) dat u wilt laden.
Druk op de knop [EXECUTE].
4
U wordt om bevestiging gevraagd. U kunt het laden
in dit bericht annuleren door op de knop [-/NO] te
drukken.
Druk nogmaals op de knop [EXECUTE] of
5
op de knop [+/YES] als u het laden wilt
uitvoeren.
• Nadat op de display het bericht is verschenen dat het
laden is gestart, kan het laden niet meer worden
geannuleerd. Schakel de stroom tijdens deze
bewerking niet uit en verwijder ook het USBflashgeheugen niet. Als u dit toch doet, kunnen
de data op het apparaat beschadigd raken.
Gebruikershandleiding
59
Page 60
9. USB-flashgeheugen gebruiken
LET OP
OPMERKING
Data van een USB-flashgeheugen wissen
Met deze procedure verwijdert u registratiebestanden,
songbestanden en stijlbestanden uit het USBflashgeheugen. De bestanden die u wilt verwijderen,
moeten in de map USER FILES van het USBflashgeheugen staan.
Zorg ervoor dat een geformatteerd USB-
1
flashgeheugen is aangesloten op de USB
TO DEVICE-aansluiting en roep
vervolgens de display FILE CONTROL op
(pagina 55).
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om 'USB Delete' te selecteren.
Wanneer de handeling is voltooid,
6
wordt kort het bericht 'Completed'
weergegeven en keert u terug naar
de display van stap 2. Druk op de knop
[EXIT] om de display FILE CONTROL
af te sluiten.
• Als het USB-flashgeheugen met schrijfbeveiliging is
uitgerust, verschijnt op de display een overeenkomstig
bericht. U kunt de handeling dan niet uitvoeren.
User Delete
Met deze procedure verwijdert u de geselecteerde
gebruikerssongs, gebruikersstijlen en
gebruikersmuziekdatabases uit het interne
geheugen van het instrument.
1 Druk op de [FILE MENU]-knop.
2 Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>] om
'User Delete' te selecteren.
3 Volg de bovenstaande procedure vanaf stap 3.
Selecteer het bestand dat u wilt
3
verwijderen.
Druk tegelijkertijd op de knoppen [+/YES]
en [-/NO] om de eerste song of het eerste
registratiebestand in het USB-flashgeheugen
te selecteren.
Druk op de knop [EXECUTE].
4
U wordt om bevestiging gevraagd.
U kunt de verwijdering in dit bericht annuleren door
op de knop [-/NO] te drukken.
Druk nogmaals op de knop [EXECUTE] of
5
op de knop [+/YES] als u de verwijdering
wilt uitvoeren.
• Nadat op de display het bericht is verschenen dat
het verwijderen is gestart, kan het verwijderen niet
meer worden geannuleerd. Schakel de stroom
tijdens deze bewerking niet uit en verwijder ook
het USB-flashgeheugen niet. Als u dit doet, kunnen
de data beschadigd raken.
Gebruikershandleiding
60
Page 61
LET OP
10
Voices en stijlen uitbreiden
(Installeren in de uitbreidingscategorie)
Door een Expansion Pack (uitbreidingspakket) (extensie:
yep) te installeren, kunt u diverse optionele voices en
stijlen aan elke uitbreidingscategorie toevoegen. U kunt
de geïnstalleerde voices en stijlen als presetvoices en –
stijlen selecteren zodat u uw muziekspel en creatieve
mogelijkheden kunt uitbreiden.
U kunt uitbreidingspakketten als sample downloaden
via de pagina PSR-S650 op de website van Yamaha
(http://www.yamaha.com/). Afhankelijk van uw
landinstellingen zijn er mogelijk uitbreidingspakketten
beschikbaar om voices en stijlen uit te breiden die uniek
of eigen zijn voor uw landinstellingen.
• Door een uitbreidingspakket te installeren, wist u bestaande
uitbreidingspakketdata in het instrument. We raden u
daarom aan om een kopie van de uitbreidingspakketdata
te bewaren in een afzonderlijk USB-flashgeheugen of een
computer.
OPMERKING
• Het te installeren uitbreidingspakket moet in de map USER
FILES van het USB-flashgeheugen staan.
OPMERKING
• U kunt geen gecodeerde uitbreidingspakketten,
uitbreidingspakketten groter dan circa 16 MB of pakketten
voor andere instrumenten dan de PSR-S650 gebruiken.
Zorg ervoor dat een geformatteerd USB-
1
flashgeheugen is aangesloten op de USB
TO DEVICE-aansluiting en roep vervolgens
de display FILE CONTROL op (pagina 55).
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om 'Expansion Pack Installation' te
selecteren.
Druk op de knop [EXECUTE].
4
U wordt om bevestiging gevraagd. U kunt het
verwijderen van de installatie in dit bericht
annuleren door op de knop [-/NO] te drukken.
Druk nogmaals op de knop [EXECUTE] of
5
op de knop [+/YES] als u de installatie wilt
uitvoeren.
Tijdens de installatie van het uitbreidingspakket
wordt in een pop-upvenster de voortgang
weergegeven.
Wanneer de installatie is voltooid,
6
verschijnt een bericht waarin u wordt
gevraagd het instrument uit en weer aan te
zetten. Schakel het apparaat uit en weer in.
Druk in het gedeelte VOICE op de knop
7
[EXPANSION], selecteer de geïnstalleerde
voice en bespeel het toetsenbord.
Druk in het gedeelte STYLE op de knop
8
[EXPANSION/USER], selecteer de
geïnstalleerde stijl en speel de
geselecteerde stijl.
Informatie over song-, stijl of
registratiegeheugen inclusief
uitbreidingsvoices en -stijlen
Omdat door de installatie van het uitbreidingspakket
alle bestaande voices en stijlen in de
uitbreidingscategorie worden gewist, dient
u rekening te houden met de volgende
aandachtspunten.
Gebruik de draaiknop om het
3
uitbreidingspakket te selecteren
dat u wilt installeren.
Druk op de knop [START/STOP] om de informatie
over het geselecteerde bestand te bevestigen. Druk
na de bevestiging op de knop [EXIT] om terug te
keren naar de display van stap 2.
• Alle gebruikerssong/-stijldata die gebruikmaken
van de eerdere uitbreidingsvoices, produceren
onverwachte geluiden.
• Onverwachte voices en stijlen worden opgeroepen
of er worden geen data opgeroepen uit het
registratiegeheugen dat u met eerdere
uitbreidingsvoices of –stijlen hebt gemaakt.
• Alle gebruikerssongs die gebruikmaken van de
eerdere uitbreidingsvoices of –stijlen, produceren
onverwachte geluiden.
Vanwege bovengenoemde punten moet u ervoor
zorgen dat u de naam van het geïnstalleerde
uitbreidingspakket registreert wanneer u met
uitbreidingsvoices en –stijlen originele data,
bijvoorbeeld gebruikerssongs, maakt.
Gebruikershandleiding
61
Page 62
10. Voices en stijlen uitbreiden (Installeren in de uitbreidingscategorie)
LET OP
Bevestig de informatie van het
uitbreidingspakket
U kunt de informatie van het geïnstalleerde
uitbreidingspakket op de display bevestigen.
Druk op de [FILE MENU]-knop.
1
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om 'Expansion Pack Information' te
selecteren.
Druk op de knop [EXECUTE] of de knop
3
[START/STOP] om de informatie over het
uitbreidingspakket op te roepen.
De uitbreidingsvoice of –stijl
verwijderen
Met deze handeling verwijdert u alle geïnstalleerde
voices of stijlen uit de uitbreidingscategorie en
initialiseert u het desbetreffende geheugengebied.
• Gebruikerssongs, -stijlen en registratiegeheugen die
gebruikmaken van de vorige uitbreidingsinhoud, zullen
onverwachte geluiden produceren.
Druk op de [FILE MENU]-knop.
1
Gebruik de CATEGORY-knoppen [<] en [>]
2
om 'Expansion Pack Uninstallation' te
selecteren.
Druk op de knop [EXECUTE].
3
U wordt om bevestiging gevraagd. U kunt
de installatie in dit bericht annuleren door op
de knop [-/NO] te drukken.
Druk nogmaals op de knop [EXECUTE] of
4
de knop [+/YES] om de verwijdering van de
installatie te starten.
Wanneer de installatie is verwijderd,
5
verschijnt een bericht waarin u wordt
gevraagd het instrument uit en weer aan te
zetten. Schakel het apparaat uit en weer in.
Wanneer het instrument wordt ingeschakeld, wordt
het geïnstalleerde gebied teruggezet op de
oorspronkelijke fabrieksinstellingen.
Gebruikershandleiding
62
Page 63
Computer
USB-kabel
USB TO HOST-aansluiting
Instrument
OPMERKING
LET OP
11
Aansluiten op een computer
Door het instrument via een USB-kabel op
een computer aan te sluiten, beschikt u over
de volgende handige mogelijkheden:
• De speldata van het instrument kunnen met DAWsoftware op de computer worden opgenomen, en de
speldata van de computer kunnen op het instrument
worden afgespeeld aangezien u dankzij de verbinding
MIDI-berichten met een computer kunt uitwisselen.
• Song- en stijlbestanden kunnen tussen de computer en
het instrument worden overgebracht met de toepassing
Musicsoft Downloader. Raadpleeg de naslaggids voor
meer informatie.
MIDI
MIDI (Musical Instrument Digital Interface) is een
standaardinterface die overal ter wereld wordt
gebruikt voor communicatie tussen elektronische
muziekinstrumenten en muziekapparaten of
computers.
Er zijn twee manieren om het instrument op een
computer aan te sluiten:
Met de functie die in het besturingssysteem van
uw computer is opgenomen
Het instrument gebruikt de algemene MIDI-functie van
het besturingssysteem van uw computer. U hoeft dus
geen speciaal stuurprogramma te installeren.
Besturingssysteem:
Windows XP Professional (SP3)/XP Home Edition
(SP3), Windows Vista, Windows 7, Mac OS X versie
10.5–10.6.x
Zet het instrument uit en vervolgens
1
weer aan.
Sluit eventuele geopende softwaretoepassingen op
de computer af.
Sluit het instrument via een USB-kabel aan
2
op de computer.
Zet het instrument aan.
3
De computer wordt automatisch zo ingesteld dat
MIDI-communicatie met het instrument is
ingeschakeld.
Yamaha Standard USB-MIDI-stuurprogramma
gebruiken
Als datacommunicatie instabiel is of als er problemen
optreden nadat u bovenstaande instructies hebt
uitgevoerd, downloadt u het Yamaha Standard USBMIDI-stuurprogramma via de volgende URL en
installeert u het op de computer.
http://download.yamaha.com/
Voor instructies bij de installatie raadpleegt u de
installatiehandleiding die in het bestandspakket is
meegeleverd.
Besturingssysteem:
Ga naar bovenstaande URL voor meer informatie over
het besturingsprogramma voor het Yamaha Standard
USB-MIDI-stuurprogramma.
• MIDI-instellingen, zoals de instelling Local Control on/off of de
instellingen voor de MIDI-verzend- of ontvangstkanalen kunt u
in de display Function opgeven. Raadpleeg de naslaggids
voor meer informatie.
Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de USB
TO HOST-aansluiting
Neem de volgende punten in acht als u de computer aansluit
op de USB TO HOST-aansluiting. Als u dit niet doet, loopt
u het risico dat de computer vastloopt en dat gegevens
worden beschadigd of verloren gaan. Als de computer of
het instrument vastloopt, start u de toepassingssoftware of
het besturingssysteem van de computer opnieuw op of
schakelt u het instrument uit en weer in.
• Gebruik een USB-kabel van het type AB die niet langer is
dan ongeveer 3 meter.
• Voordat u de computer aansluit op de USB TO
HOST-aansluiting, haalt u de computer uit eventuele
energiebesparende modi (zoals de sluimerstand, de
slaapstand of stand-by).
• Voordat u het instrument inschakelt, verbindt u de
computer met de USB TO HOST-aansluiting.
• Ga als volgt te werk voordat u het instrument aan-/uitzet,
of de USB-kabel verbindt met of loskoppelt van de USB
TO HOST-aansluiting.
• Sluit eventuele geopende softwaretoepassingen op de
computer af.
• Zorg dat er geen data door het instrument worden
verzonden. (Er worden alleen data verzonden als er noten
op het keyboard worden gespeeld of als er een song
wordt afgespeeld.)
• Als er een computer op het instrument is aangesloten,
wacht u minimaal zes seconden tussen deze handelingen:
(1) het uitzetten en vervolgens weer aanzetten van het
instrument of (2) het aansluiten en vervolgens weer
loshalen van de USB-kabel en andersom.
MIDI-setup
U kunt de MIDI-instellingen afzonderlijke opgeven in de
categorie MIDI van de display Function. Raadpleeg de
naslaggids voor meer informatie.
Gebruikershandleiding
63
Page 64
Appendix
Appendix
Problemen oplossen
ProbleemMogelijke oorzaak en oplossing
Het instrument wordt onverwacht uitgeschakeld.
Als het instrument wordt aan- of uitgezet, is er
kort een ploppend geluid te horen.
Bij gebruik van een mobiele telefoon worden er
bijgeluiden geproduceerd.
Er is geen geluid, zelfs niet als het keyboard
wordt bespeeld of als er een song of stijl wordt
afgespeeld.
De stijl of de song worden niet afgespeeld
wanneer er op de knop [START/STOP] wordt
gedrukt.
De stijl klinkt niet zoals het hoort.
Er wordt geen ritmebegeleiding afgespeeld als u
op de [START/STOP]-knop drukt nadat de stijl
Baroque Air in de categorie MOVIE & SHOW is
geselecteerd.
Niet alle voices lijken te horen, of het geluid
wordt afgekapt.
De voetschakelaar (voor sustain) lijkt precies
omgekeerd te werken. Indrukken van de
voetschakelaar kapt bijvoorbeeld het geluid af en
loslaten geeft juist sustain aan de geluiden.
Het geluid van de voice klinkt iets anders van
noot tot noot.
De Demo-display wordt in het Japans
aangegeven en/of er staan Japanse lettertekens
in de displaymededelingen.
De ACMP-aanduiding verschijnt niet wanneer op
de [ACMP]-knop wordt gedrukt.
Er is geen harmoniegeluid.
Het bericht 'OVER CURRENT' wordt
weergegeven en het USB-apparaat
reageert niet.
Dit is normaal en de automatische uitschakelfunctie is mogelijk geactiveerd
(pagina 10). Schakel desgewenst automatische uitschakelfunctie uit.
Dit is normaal en geeft aan dat het instrument elektrische stroom ontvangt.
Als een mobiele telefoon in de onmiddellijke nabijheid van het instrument
wordt gebruikt, kan dit storing veroorzaken. Om dit te voorkomen, kunt u de
mobiele telefoon uitschakelen of deze verder uit de buurt van het instrument
gebruiken.
Controleer of er niets op de PHONES/OUTPUT-aansluiting op het
achterpaneel is aangesloten. Als er een hoofdtelefoon op deze aansluiting is
aangesloten, komt er geen geluid uit de luidsprekers.
Is Local Control uitgeschakeld? Controleer of Local Control in de display
Function is ingesteld op ON.
Is de display FILE CONTROL zichtbaar? Als dat het geval is, brengt het
keyboard van het instrument enz. geen geluid voort. Druk op de [EXIT]-knop
om naar de hoofddisplay terug te keren.
Is External Clock uitgeschakeld? Controleer of External Clock in de display
Function is ingesteld op OFF.
Controleer of Style Volume in de display Function op een geschikt niveau is
ingesteld.
Is het splitpunt ingesteld op de juiste toets voor de akkoorden die u speelt?
Stel het splitpunt in de display Function in op de juiste toets.
Brandt het lampje van de [ACMP]-knop? Als dit niet het geval is, drukt u op
de [ACMP]-knop zodat het lampje gaat branden.
Dit is geen fout. De stijl Baroque Air heeft geen ritmepartij, dus is er geen
ritmegeluid voor deze stijl. Daarnaast heeft deze stijl geen Fill-In-gedeelte. De
andere partijen worden afgespeeld zodra u een begeleidingsakkoord speelt.
Het instrument is polyfoon tot maximaal 64 noten. Als de dualvoice of
splitvoice wordt gebruikt en er tegelijkertijd een song of stijl wordt afgespeeld,
kunnen sommige noten worden weggelaten of worden 'gestolen' van de
begeleiding of de song.
De polariteit van de voetschakelaar is omgedraaid. Zorg dat het pedaal juist
is aangesloten op de SUSTAIN-aansluiting vóór u het instrument aanzet.
Dit is normaal. De AWM-klankopwekkingsmethode gebruikt meerdere
opnamen (samples) van een instrument over het hele keyboard. De voice
kan dus iets anders klinken van noot tot noot.
Zorg dat de taalinstelling in de display Function op English is ingesteld. (Zie
pagina 12)
Druk altijd eerst op de gewenste stijlcategorieknop wanneer u een stijlfunctie
gaat gebruiken.
De werking van de harmonie-effecten (01-26) is afhankelijk van hun type.
Type 01-10 en 13 werken als het afspelen van de stijl aan staat, er akkoorden
worden gespeeld in het begeleidingsbereik van het keyboard en er een
melodie wordt gespeeld in het rechterhandbereik. Type 15-26 werken
ongeacht of het afspelen van de stijl aan of uit staat. Voor type 23-26 moet u
twee noten tegelijk spelen.
Communicatie met het USB-apparaat is afgebroken omdat er te veel
spanning op het USB-apparaat staat. Koppel het apparaat los van de USB
TO DEVICE-aansluiting en zet het instrument uit en weer aan.
Gebruikershandleiding
64
Page 65
Appendix
Overzicht van paneelknoppen
Hieronder vindt u een overzicht van de knoppen en regelaars op het paneel en de corresponderende displays die u hiermee oproept.
Getallen aan de linkerkant komen overeen met die in Bedieningspaneel en aansluitingen (pagina 8). geeft aan dat de
referentiehandleiding (kan worden gedownload van de website) gedetailleerde informatie bevat.
Access Error! De back-updata zijn niet correct teruggehaald toen het instrument werd aangezet.
Algemeen
Access Error!
Media is not inserted.
Media is not inserted. Please connect the USB flash
memory to the USB TO DEVICE terminal, or change
the save destination to internal memory.
Mounting USB device.
The media is not formatted.Geeft aan dat het aangebrachte medium niet is geformatteerd.
The media is write-protected.
Media capacity is full.
There are too many files.
The limit of the media has been reached.
Data Error!
This function is not available now.
Style Creator
Do you clear original data?
NOTICE
Internal memory capacity may not be large enough.
(Delete unwanted style data to make more memory
available if necessary.)
Remaining xxxKB
Internal memory capacity is not large enough to save
data.
Not enough memory for recording.
The style cannot be used.De stijl kan niet worden gebruikt om de bronstijl niet correct is geladen.
Songopname
Memory FullWordt weergegeven als het interne geheugen vol raakt tijdens de opname.
Song afspelen
File too large.
Loading is impossible.
Song bewerken
Do you want to edit the song?
Internal memory capacity may not be large enough.
(Delete unwanted data to make more memory
available if necessary.)
Remaining xxxKB
Geeft de fout aan bij het lezen of schrijven van/naar het medium, het USBflashgeheugen of het interne flashgeheugen.
Wordt weergegeven wanneer men toegang probeert te krijgen tot het medium terwijl
het niet aanwezig is.
Wordt weergegeven wanneer men toegang probeert te krijgen tot het medium terwijl
het niet aanwezig is.
Geeft aan dat de media momenteel onbeschikbaar zijn omdat het instrument bezig is
met het herkennen van de media.
Geeft aan dat het medium dat is aangebracht, niet kan worden beschreven omdat
het daartegen beveiligd is.
Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in de stand voor overschrijven voordat u het
medium gebruikt.
Wordt weergegeven wanneer de gegevens niet kunnen worden opgeslagen omdat
het mediageheugen vol is.
Geeft aan dat de data niet kunnen worden opgeslagen omdat het totale aantal
bestanden de capaciteit overschrijdt.
Geeft aan dat de data niet kunnen worden opgeslagen omdat de structuur van de
map/directory te gecompliceerd is geworden.
Wordt weergegeven wanneer de song, de stijl of het uitbreidingspakket ongeldige
data bevat of wanneer de informatie van het uitbreidingspakket vanwege de
taalinstelling onbruikbaar is.
Geeft aan dat de opgegeven functie niet beschikbaar is omdat het instrument een
andere taak uitvoert.
In dit bericht wordt u gevraagd of u zelf een geheel nieuwe stijl wilt maken.
Druk op de knop [+/YES] als dat het geval is en druk anders op de knop [-/NO].
Er is te weinig interne geheugencapaciteit om de stijl te maken.
Stijl kan niet worden opgeslagen omdat er te weinig ruimte is in het interne
geheugen.
Er kan geen extra stijl worden opgenomen omdat er te weinig ruimte is in het interne
geheugen.
Geeft aan dat de data niet konden worden geladen omdat de bestandsdata te groot
zijn.
Er is te weinig interne geheugencapaciteit om de song op te slaan.
Gebruikershandleiding
67
Page 68
Appendix
BerichtBeschrijving
Notatie
The song data is too large to be converted to notation.
The notation cannot be displayed, since this song is
not allowed to display the notation.
Bestandsbesturing
Since the media is in use now, this function is not
available.
File is not found.Geeft aan dat er geen bestand is.
Save data is not found.Wordt weergegeven wanneer de data die moeten worden opgeslagen, niet bestaan.
File information area is not large enough.
Data was not found.
Hoofddisplay
OVER CURRENT
MIDI-ontvangst
MIDI receive buffer overflow.
Geeft aan dat de muzieknotatie niet kan worden weergegeven omdat de songdata te
groot zijn.
De notatie kan niet worden weergegeven omdat de song de weergave van de notatie
niet toestaat.
Geeft aan dat de bestandsbesturingsfunctie op dat moment niet beschikbaar is
omdat het medium wordt gebruikt.
Geeft aan dat de data niet op het medium kunnen worden opgeslagen omdat het
totale aantal bestanden te groot is geworden.
Wordt weergegeven wanneer de data die moeten worden verwijderd of bevestigd,
niet bestaan.
Communicatie met het USB-apparaat is afgebroken omdat er te veel spanning op
het USB-apparaat staat. Koppel het apparaat los van de USB TO DEVICEaansluiting en schakel het instrument in.
Wordt weergegeven wanneer er op een bepaald moment te veel MIDI-data zijn
ontvangen en de taak niet kan worden uitgevoerd.
OPMERKING
• Niet alle berichten worden in de tabel opgenomen: alleen de berichten waarover uitleg moet worden verstrekt.
Gebruikershandleiding
68
Page 69
Specificaties
Appendix
Grootte/gewicht
Toetsenbord
Display
Regelaar
Paneel
Voic es
Effecten
Begeleiding
Stijlen
AfmetingenB x D x H
Gewicht7,3 kg (13 lbs. 14 oz.)
Aantal toetsen61
AanslagresponsJa
Ty pe
ContrastJa
BladmuziekweergavefunctieJa
Functie voor weergave songtekstenJa
TaalEngels/Japans
PITCH BEND-wielJa
TaalNederlands
Toongeneratie
PolyfonieMaximale polyfonie (max.)64
Voorgeprogrammeerd
Voice-uitbreiding
CompatibiliteitXG, XF, GS, GM, GM2
Typen
Function
Voorgeprogrammeerd
CompatibiliteitSFF GE
Aangepast
Overige
eigenschappen
Toongeneratie
Technologie
Aantal voices
Mega Voices9
Live! Voices18
Cool! Voices22
Sweet! Voices12
Voi ceJa
WaveJa (16 MB Flash-ROM)
VoicesetJa
Reverb35
Chorus44
DSP237
Master-EQ5
Harmony26
DualJa
SplitJa
Panel SustainJa
Aantal vooraf ingestelde
stijlen
VingerzettingMulti finger, FullKeyboard, AI Fingered
StijlregelaarsIntro x 3, Ending x 3, Main x 4, Fill In x 4
User StijlenJa
Style CreatorJa
Music Database784 + externe bestanden
OTS (One Touch -instelling)4 voor elke stijl
946 x 405 x 137 mm
(37-1/4" x 15-15/16" x 5-3/8")
320 x 240 dots
QVGA B/W
4,3 inch display
AWM-stereosampling
357 + 28 Drum-/SFX-kits + 480 XG + GM2 (voor het afspelen
van GM2-songs) + GS (voor het afspelen van GS-songs)
181
Gebruikershandleiding
69
Page 70
Appendix
Voorgeprogrammeerd
Aangepast
Song
Opname
Compatibele data
formatteren
RegistratieRegistratiegeheugen8 knoppen (x 8 banken) met Freeze-functie
DemoDemonstratieJa
Function
Totaalregelaars
Installatie van uitbreidingspakket
Intern geheugen1130 kB
Opslag en
aansluitingen
Versterkers en
luidsprekers
Stroomvoorziening
Externe stationsOptioneel USB-flashgeheugen (via USB TO DEVICE)
Aansluitingen
Versterkers12 W + 12 W
Luidsprekers12 cm x 2 + 3 cm x 2
Stroomvoorziening
Stroomverbruik25 W (bij gebruik van een PA-300-netadapter)
Automatische uitschakelfunctieJa
Meegeleverde accessoires
Optionele accessoires
Aantal presetsongs9
GebruikerssongsJa
Song bewerkenJa
Aantal songs5
Tr ac k s1 6
Datacapaciteit
Opnamefunctie
PlaybackSMF (indeling 0 en 1), XF
OpnameSMF (Format 0)
MetronomeJa
Tempobereik5–280
Transpose (transponeren)-12 – 0 – +12
Stemming415,3–466,2 Hz
OctaafknoppenJa
StemmingJa
Circa 30.000 noten (als er alleen melodietracks worden
opgenomen)
Quick Recording, Multi Recording, Song
Bewerken
Ja
USB TO HOST, USB TO DEVICE, DC IN 16V, PHONES/
OUTPUT, SUSTAIN
Adapter: PA-300 of gelijkwaardig
(door Yamaha aanbevolen)
• Gebruiksaanwijzing
• Data List
• Muziekstandaard
• My Yamaha Product User Registration
• Netadapter* (PA-300 of gelijkwaardig
door Yamaha aanbevolen)
* Wordt mogelijk niet meegeleverd in uw regio. Neem
hiervoor contact op met uw Yamaha-dealer.
• Adapter: PA-300 of een door Yamaha aanbevolen
equivalent
• Voetschakelaar: FC4/FC5
• Keyboardstandaard: L-6/L-7
• Hoofdtelefoon: HPE-150/HPE-30
* Specificaties en beschrijvingen in deze gebruikersgebruikershandleiding zijn uitsluitend voor informatiedoeleinden. Yamaha Corp.
behoudt zich het recht voor om producten of hun specificaties op elk gewenst moment zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen of
te modificeren. Aangezien specificaties, apparatuur en opties per locatie kunnen verschillen, kunt u het best contact opnemen met uw
Yamaha-leverancier.
Taal .............................................................................. 12
Tap Start ...................................................................... 30
TAP TEM P O ............................................................... 34
Tel ................................................................................27
Gebruikershandleiding
72
Page 73
Gebruikershandleiding
73
Page 74
Page 75
Page 76
Aby uzyskać szczegółowe informacje na temat produktów, należy
skontaktować się z najbliższym przedstawicielem firmy Yamaha
lub z autoryzowanym dystrybutorem wymienionym poniżej.
Neem voor details over producten alstublieft contact op met uw
dichtstbijzijnde Yamaha-vertegenwoordiging of de geautoriseerde
distributeur uit het onderstaande overzicht.