, MeterAssistant®, SuppliesAssistant®, CentreWare®en Versant®zijn handelsmerken van Xe-
rox Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
®
Fiery
en EFI™zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Electronics For Imaging,
Inc.
Macintosh
®
en Mac OS®zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Apple Compu-
ter, Inc., geregistreerd in de VS en andere landen.
Microsoft, Microsoft Windows en Internet Explorer zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
Netware
Solaris
Kerberos
®
is een geregistreerd handelsmerk van Novell, Inc.
®
is een geregistreerd handelsmerk van Sun Microsystems, Inc.
®
is een handelsmerk van het Massachusetts Institute of Technology.
•Modus Hulpprogramma's voor de beheerder . . . . ................. . ................. . . . ................. . . ........... 17
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
9
Overzicht Beheerder
De systeembeheerdersmodus starten en
beëindigen
1.Druk in de gebruikersinterface van de pers op de knop Aan-/afmelden.
2.Voer de aanmeldings-ID van de systeembeheerder in met het numerieke toetsenblok en
selecteer Volgende.
De standaard gebruikers-ID is admin.
3.Voer de toegangscode van de systeembeheerder of Toegangscode in met het numerieke
toetsenblok en druk op Enter.
De standaard toegangscode voor de beheerder is het serienummer van de pers.
Opmerking: Als het gebruik van toegangscodes is ingeschakeld, is het serienummer van
de pers de standaard toegangscode van de beheerder. Het wordt aanbevolen dat u de
toegangscode voor de beheerder na het installeren van de pers zo snel mogelijk wijzigt
om toegang door onbevoegden tot de beheerdersmodus te voorkomen.
4.Voor toegang tot systeemfuncties drukt u op de knop Apparaatstatus.
5.Als u de instellingen wilt wijzigen, raakt u het tabblad Hulpprogramma's aan.
6.Selecteer de toepasselijke modus, groep en functie.
7.Druk op de knop Aan-/afmelden om u af te melden.
8.Wanneer het scherm Afmelden verschijnt, selecteert u Afmelden.
10
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
Overzicht Beheerder
Serienummer van de pers opzoeken
U kunt het serienummer van de pers vinden op de gebruikersinterface of het plaatje met het
serienummer op het binnenframe van de pers in de buurt van lade 1.
1.Druk in de gebruikersinterface op de knop Apparaatstatus.
2.Controleer in het scherm Apparaatstatus of het tabblad Apparaatinformatie wordt
weergegeven.
Het serienummer van de pers wordt weergegeven onder Serienummer apparaat aan de
onderkant van het scherm.
3.Als er een stroomstoring is en het scherm Apparaatstatus niet kan worden geopend, kunt u
het serienummer van de pers op het binnenframe van de pers in de buurt van lade 1 vinden:
a.Trek lade 1 van de pers volledig open.
b.Aan de linkerkant van de lade op het frame van de pers ziet u een plaatje met daarop het
serienummer (SER#).
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
11
Overzicht Beheerder
Het IP-adres van de pers achterhalen
Het IP-adres van de pers bevindt zich in het configuratieoverzicht of op het aanraakscherm van de
pers. Dit adres wordt echter alleen gebruikt voor het mogelijk maken van communicatie en
verbinding via het netwerk tussen de pers en de printserver.
Het IP-adres van de pers verkrijgen:
1.Druk via de gebruikersinterface van de pers op de knop Apparaatstatus.
2.Selecteer het tabblad Apparaatinformatie. Het IP-adres wordt weergegeven.
12
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
Overzicht Beheerder
Gebruikersinterface aanpassen
De beheerder kan de volgende functies aanpassen:
•Of bepaalde schermen op de gebruikersinterface van de pers worden weergegeven
•Wanneer de schermen kunnen worden weergegeven, bijvoorbeeld als de pers wordt ingescha-
keld of als deze uit de modus Energiespaarstand komt
•De helderheid van de schermen zoals deze op de gebruikersinterface van de pers worden
weergegeven
•De snelheid van de schuifknoppen naast het scherm
•De standaardtaal die moet worden gebruikt
TTooeeppaassssiinngg ttooeewwiijjzzeenn
1.Meld u aan als beheerder.
2.Voor toegang tot systeemfuncties drukt u op de gebruikersinterface op de knop
Apparaatstatus.
3.Als u de instellingen wilt wijzigen, selecteert u het tabblad Hulpprogramma's.
Gebruik deze procedure voor het wijzigen van het scherm dat wordt weergegeven wanneer het
apparaat wordt ingeschakeld of wanneer de Energiespaarstand wordt gedeactiveerd.
1.Meld u aan als beheerder.
2.Druk op de knop Apparaatstatus op de gebruikersinterface.
8.In de weergegeven lijst selecteert u de positie VOOR DE FUNCTIE Opgeslagen
programmering.
9.In het scherm Selectie hoofdfunctie selecteert u de functie Opgeslagen programmering.
10.Selecteer Opslaan.
Het vorige scherm wordt weergegeven.
11.Selecteer nogmaals Opslaan.
Het venster Instellingen scherm/knoppen wordt nu weergegeven.
12.Klik op Sluiten.
Het hoofdscherm Hulpprogramma's verschijnt.
13.Sluit de modus Beheerder af.
®
Xerox
Handleiding voor de systeembeheerder
Versant®280 Press
15
Overzicht Beheerder
Energiespaarstand
Met de toepassing Energiespaarstand kan de pers overgaan op een stand waarin minder energie
wordt verbruikt nadat alle afdrukopdrachten zijn voltooid en er momenteel geen opdrachten worden verwerkt. De energiespaarstand heeft twee modi: Laag stroomverbruik en slaapstand.
•Laag stroomverbruik: na een vooraf ingestelde periode van inactiviteit wordt de pers in de modus Laag stroomverbruik gezet.
•Slaapstand: na nog een vooraf ingestelde periode van inactiviteit in de modus Laag stroomverbruik wordt de pers in de slaapstand gezet.
De pers schakelt automatisch over op de stand Laag stroomverbruik wanneer er 1 minuut lang
geen activiteit heeft plaatsgevonden. De pers schakelt over op de slaapstand als er 1 minuut lang
geen activiteit heeft plaatsgevonden. De systeembeheerder kan de tijdsintervallen voor beide modi wijzigen.
Zie het volgende voorbeeld:
•Laag stroomverbruik is ingesteld op 1 minuut.
•Slaapstand is ingesteld op 10 minuten.
•Slaapstand activeert na 10 minuten totale inactiviteit en niet 10 minuten nadat de modus
Laag stroomverbruik is begonnen.
Voor informatie over het veranderen van de tijdsintervallen raadpleegt u De tijdsintervallen van
de energiespaarstand instellen / wijzigen.
EEnneerrggiieessppaaaarrssttaanndd
In deze stand wordt energie bespaard door minder stroom te gebruiken voor de
gebruikersinterface en de fusereenheid. Het scherm gaat uit en de knop Energiespaarstand op de
gebruikersinterface gaat branden. Druk om de pers te gebruiken op de knop Energiespaarstand.
De knop Energiespaarstand dooft om aan te geven dat de functie Energiespaarstand is
uitgeschakeld.
SSllaaaappssttaanndd
In deze stand wordt het stroomverbruik nog verder beperkt in vergelijking met de modus Laag
stroomverbruik. Het scherm gaat uit en de knop Energiespaarstand op de gebruikersinterface gaat
branden. Druk om de pers te gebruiken op de knop Energiespaarstand. De knop
Energiespaarstand dooft om aan te geven dat de functie Energiespaarstand is uitgeschakeld.
De Energiespaarstand wordt door één van de volgende gebeurtenissen geannuleerd:
•U drukt via de gebruikersinterface van de pers op de knop Energiespaarstand
•Er worden afdrukgegevens ontvangen voor een binnenkomende opdracht die moet worden
uitgevoerd
•Een kopieer- of scanopdracht programmeren en uitvoeren
16
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
Overzicht Beheerder
Modus Hulpprogramma's voor de beheerder
Het volgende overzicht beschrijf de verschillende opties die u kunt instellen nadat u zich als beheerder hebt aangemeld. U kunt deze opties instellen vanaf het tabblad Apparaatstatus→Hulp-programma's op de gebruikersinterface van de pers.
Als u in de beheerdersmodus op het tabblad Hulpprogramma’s drukt, kunt u de volgende functies
selecteren:
•Fusereenheid reinigen: voer indien nodig deze afdrukkwaliteitsprocedure uit voor reiniging en
voor het verwijderen van tonerafval dat op de achterkant van afdrukken kan voorkomen.
•DFA-afwerkeenheidprofiel: als de pers met inline DFA-afwerkeenheden van derden is uitge-
rust, is deze functie ingeschakeld voor het maken van een profiel van de afwerkeenheid en het
toevoegen, bewerken en verwijderen van de kenmerken ervan.
•Eenvoudige aanpassing afdrukkwaliteit (SIQA) - Hulpprogramma's: dit is een set procedures
die worden gebruikt voor het corrigeren en aanpassen van uitlijning, densiteit, gelijkmatigheid
en de kwaliteit van de beeldoverdracht op afdrukken. Zie het hoofdstuk SIQA voor uitgebreide
informatie en procedures.
•Hulpprogramma's: selecteer het tabblad Hulpprogramma's op de gebruikersinterface voor
toegang tot andere gebieden waarin u systeemfuncties kunt instellen en beveiligingsinstellingen kunt opgeven, zoals:
–Systeeminstellingen: Zie Systeeminstellingen voor meer informatie.
–Instellingen en aanpassing: Zie Instellingen en kalibratie voor meer informatie.
–Accountadministratie: Raadpleeg Accountadministratie voor meer informatie.
–Verificatie-/beveiligingsinstellingen: Zie Verificatie-/beveiligingsinstellingen voor meer
informatie.
Opmerking: Gebruik de pijltoetsen op de schermen om de volledige lijst met opties te
Hierna volgt een lijst met enkele essentiële procedures in Hulpprogramma's:
•Fusereenheid reinigen
•De pers kalibreren voor kopieer- en scanopdrachten
•Voor HFSI-tellers raadpleegt u HFSI-tellers (High Frequency Service Items) opnieuw instellen
•Voor het corrigeren/aanpassen van papierkrulling raadpleegt u Papierkrul aanpassen
•Voor Auto-uitlijning, Uniformiteit dichtheid aanpassen en Beeldoverdracht raadpleegt u het
gedeelte Eenvoudige aanpassing van de afdrukkwaliteit (SIQA) van deze handleiding
•Voor Afwerkeenheid aanpassen→Vouwpositie aanpassen raadpleegt u Vouwpositie
aanpassen
•Voor Afwerkeenheid aanpassen→DFA-afwerkeenheidprofielen raadpleegt u Gebruik van
Bij problemen met de afdrukkwaliteit veroorzaakt door verontreinigingsmiddelen in de fuser, voert
u de procedure Fusereenheid reinigen via het menu Hulpprogramma's uit. Gebruik deze functie
bijvoorbeeld wanneer u tonerresten op de achterzijde van afdrukken ziet.
®
Xerox
Handleiding voor de systeembeheerder
Versant®280 Press
17
Overzicht Beheerder
De pers voert deze procedure automatisch regelmatig uit. Als u echter opmerkt dat er zich
problemen met de afdrukkwaliteit voordoen, waarbij er toner op de achterzijde van afdrukken
achterblijft, kunt u deze procedure handmatig starten.
Opmerking: Als u na het uitvoeren van deze procedure nog steeds vuil achterop de
afdrukken ziet, neemt u contact op met de klantenservice van Xerox. Toner kan afkomstig
zijn uit een van twee gebieden in de pers: de transportrol of de fusermodulerol.
De functie Fusereenheid reinigen biedt twee methoden om de procedure uit te voeren:
•Reinigen met papier: Met deze methode worden er lege vellen door de pers gevoerd om
eventuele resterende toner uit de fuser te verwijderen.
Opmerking: Iedereen die de pers bedient, kan de methode Reinigen met papier
gebruiken. Voor deze reinigingsmethode is geen aanmelding als beheerder nodig.
•Met vilt reinigen: Deze methode gebruikt vilt, dat zich in de pers bevindt om eventuele toner
uit de fuser te verwijderen. Veeg eenvoudig met het vilt over de drukrol. Eventuele resterende
toner wordt verwijderd. Bij deze methode wordt geen papier gebruikt.
Opmerking: U moet u als beheerder aanmelden om de methode Met vilt reinigen
2.Druk op de knop Apparaatstatus op de gebruikersinterface van de pers.
3.Selecteer het tabblad Hulpprogramma's.
4.Selecteer Fusereenheid reinigen.
5.Vanuit het venster dat wordt weergegeven, selecteert u Reinigen met papier.
6.Selecteer de papierlade die u wilt gebruiken bij Papierinvoer.
Opmerking: Hoewel u alle papiersoorten en -formaten kunt gebruiken, heeft het gladde
oppervlak van gecoat papier een groter contactvlak met de drukrol.
7.Selecteer bij Aantal vel hoeveel lege vellen u wilt doorvoeren (1 tot 5).
Opmerking: Voer voor de beste resultaten vaker minder vellen in. Het is effectiever om
meerdere keren één of twee vellen uit te voeren dan in één keer vijf vellen. Dit is vooral
belangrijk bij het invoeren van grotere vellen, in de richting korte kant eerst (KKE), zoals
papier van 11 x 17 inch of A4-papier.
8.Selecteer Opslaan.
9.Druk op de toets Start.
Opmerking: Wanneer u vijf vellen papier doorvoert, neemt het proces ongeveer een
minuut in beslag.
Het systeem begint met het reinigingsproces. Wanneer het reinigingsproces is voltooid,
verschijnt het bericht Voltooid.
2.Druk op de knop Apparaatstatus op het bedieningspaneel.
3.Selecteer het tabblad Hulpprogramma's op de gebruikersinterface.
4.Selecteer Systeeminstellingen.
5.Selecteer een modus, groep en toepassing.
6.Configureer of wijzig de opties van de toepassing naar wens.
7.Selecteer Opslaan.
8.Sluit de systeembeheermodus.
22
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
Systeeminstellingen
Instellingen veelgebruikte functies
Gebruik Instellingen veelgebruikte diensten om de standaardinstellingen te selecteren die van invloed zijn op de pers zelf. Instellingen veelgebruikte diensten betreffen de volgende toepassingen:
Systeemklok/timers
Gebruik deze toepassing om de tijd en intervallen voor de persklok in te stellen voor allerlei
timers.
Instellingen energiespaarstand
U kunt de tijdsintervallen voor de modus Laag stroomverbruik en de Slaapstand wijzigen in een
waarde van 1-30 minuten voor elke modus.
Audiotonen
Gebruik deze functie om te selecteren of u al dan niet een alarm wilt laten afgaan voor verschillende functies op de pers. U kunt bijvoorbeeld een alarm laten afgaan wanneer een opdracht
eindigt of als er een storing optreedt.
Instellingen scherm/knop
Gebruik deze toepassing om specifieke schermen en knoppen in te stellen die worden weergegeven als de stroom wordt ingeschakeld of wanneer de pers de energiespaarstand verlaat.
Instellingen papierlade
Gebruik deze toepassing om items in te stellen met betrekking tot papier en laden.
Aanpassing afdrukkwaliteit
Gebruik deze toepassing om de verwerkingsmethode voor afdrukkwaliteit in te stellen die wordt
gebruikt wanneer de pers een origineel scant.
Rapporten
Gebruik deze toepassing om de opties voor afdrukbare overzichten in te stellen. Als u bijvoorbeeld een bepaalde optie selecteert, drukt de pers automatisch een overzicht af nadat een opgegeven aantal opdrachten is verwerkt.
Onderhoud
Gebruik deze toepassing om de persinstellingen (zoals een uitlijningsaanpassing voor een bepaalde papiervariant) verder aan te passen voor het initialiseren van de harde schijf van de
pers of om gegevens te verwijderen.
Watermerk
Gebruik deze toepassing om standaardinstellingen voor veelgebruikte watermerken te
configureren.
Notities forceren
Gebruik deze toepassing voor het creëren en opslaan van notitiesjablonen die kunnen worden
gebruikt voor kopieer-, scan- en afdrukopdrachten.
Universele unieke ID afdrukken
Gebruik deze toepassing voor het selecteren of er al dan niet universele unieke ID's op elke opdracht worden afgedrukt. Universele unieke ID's kunnen met bepaalde toepassingen worden
gebruikt als zoekcode om loggegevens over het afdrukken op te halen.
®
Xerox
Handleiding voor de systeembeheerder
Versant®280 Press
23
Systeeminstellingen
Opdrachtvoltooiingsbericht via e-mail
Gebruik deze toepassing om in te stellen of een gebruiker al dan niet een e-mailbericht ontvangt met de opdrachtresultaten voor kopiëren, scannen en afdrukken die door de pers werden
uitgevoerd.
Instellingen invoegtoepassing
Gebruik deze toepassing om eventuele invoegtoepassingen, indien van toepassing, te selecteren en in te stellen.
Overige instellingen
Gebruik deze toepassing om verschillende instellingen aan veelgebruikte toepassingen toe te
wijzen, zoals standaard papierformaten.
SSyysstteeeemmkkllookk eenn --ttiimmeerrss
Gebruik de toepassing Systeemklok/timers om de tijd en intervallen voor de persklok in te stellen
voor allerlei opties:
Datum
Hiermee stelt u de datum van de persklok in. De datum die u hier instelt wordt afgedrukt op
lijsten en overzichten. Kies uit drie opties voor de datumnotatie:
•Jaar/maand/dag
•Maand/dag/jaar
•Dag/maand/jaar
Tijd
Hiermee stelt u de tijd van de persklok in. De hier ingestelde tijd wordt op lijsten en rapporten
afgedrukt. Selecteer 12-uurs- of 24-uursweergave.
Auto herstel standaardinstellingen
Hiermee stelt u de periode in waarna de pers terugkeert naar het standaard scherm; met
andere woorden, als een bepaalde periode verstrijkt zonder dat er een handeling wordt
uitgevoerd, keert de pers automatisch terug naar het oorspronkelijke (standaard ) scherm. Als
deze optie wordt ingesteld op Aan, selecteer dan een periode met een waarde tussen 10-900
seconden, met intervallen van één seconde.
Opmerking: Zelfs als Uit wordt geselecteerd, worden net gestarte opdrachten en
opdrachten in de wachtrij verwerkt na één minuut van inactiviteit op de pers.
Automatisch opdracht vrijgeven
U specificeert met deze instelling de tijd die verstrijkt voordat de huidige opdracht automatisch
wordt gewist als er tijdens een kopieer- of scanopdracht een fout optreedt. Zo kan de volgende
opdracht worden voltooid. Als de optie wordt ingesteld op Aan, selecteer dan een waarde voor
de periode van tussen de 4 en 99 minuten, in stappen van één - minuut. Selecteer Uit als u
deze functie niet wilt gebruiken.
Auto-afdrukken
Stel de tijd in van het einde van de ene afdrukopdracht tot de uitvoering van de volgende. Als u
Aan hebt geselecteerd, selecteert u een periode tussen 1-240 seconden in stappen van één
seconde. Als Uit is geselecteerd, kan met afdrukken worden begonnen zodra de pers gereed is.
Duur printervergrendeling
Als Aan is geselecteerd, selecteer dan de tijd vanaf het begin tot aan het einde van de
printeruitschakeling. De waarden liggen tussen 0 en 23 uur en 0 tot 59 minuten Als u Uit
24
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
Systeeminstellingen
selecteert, wordt de printer niet uitgeschakeld.
Tijdzone
Hiermee stelt u het tijdverschil in ten opzichte van Greenwich Mean Time (GMT).
Zomertijd
Wanneer deze toepassing is ingeschakeld, stelt de pers automatisch de juiste tijd in wanneer
de zomertijd begint en eindigt. U kunt kiezen uit:
•Aanpassen uit: Selecteer deze optie als u Zomer-/wintertijd niet wilt gebruiken.
•Aanpassen op maand, dag en tijd: selecteer deze optie voor het instellen van de start van
de zomertijd op maand, dag en tijd.
•Aanpassen op maand, week, weekdag en tijd: Selecteer deze toepassing om aan te geven
wanneer de zomertijd begint, met maand, week, dag van de week en tijd.
8.Geef de tijdsinterval op voor zowel de energiespaarstand als de slaapstand:
a.Van Laatste bediening naar modus Laag stroomverbruik: De standaardtijd is 1 minuut.
Geef de tijdsperiode op tussen de laatste bediening en het inschakelen van de
energiespaarstand. Voer 1 tot 30 minuten in, in stappen van 1 - minuut.
De tijd vanaf de laatste bediening tot de energiespaarstand mag niet meer zijn dan de
tijd vanaf de laatste bediening tot de slaapstand.
b.Van Laatste bediening naar Slaapstand: De standaardtijd is 1 minuut. Geef de
tijdsperiode op tussen de laatste bediening en het inschakelen van de slaapstand. Voer 1
tot 30 minuten in, in stappen van 1 - minuut.
Zorg dat de tijdsinterval voor de slaapstand groter is dan de tijdsinterval voor de
energiespaarstand.
9.Selecteer Opslaan.
10.Klik op Sluiten.
Het hoofdscherm Hulpprogramma's verschijnt.
11.Sluit de modus Beheerder af.
AAuuddiioottoonneenn
Met de functie Audiotonen kunt u instellen of er wel of geen alarm moet klinken bij verschillende
functies van de pers. Er kan bijvoorbeeld een alarm klinken wanneer een opdracht is voltooid of als
er een fout optreedt.
Opmerking: Alle opties bestaan onder meer uit volumeselecties van Luid, Normaal en
Zacht. U schakelt het geluid voor een optie uit door Uit te selecteren.
U kunt kiezen uit:
Selectietoon bedieningspaneel
selecteren volumeniveau dat te horen is wanneer een knop op de gebruikersinterface op de
juiste manier wordt geselecteerd.
Waarschuwingstoon bedieningspaneel
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als er een uitgeschakelde
knop wordt geselecteerd of als er een fout optreedt.
Basistoon
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als een schakelknop
(waarmee u een instelling wijzigt telkens als u erop drukt) in de beginstand (eerste stand)
staat. Dit is het geluid dat wordt gemaakt wanneer u de knop Onderbreken loslaat.
Toon 'Apparaat gereed'
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als de pers gereed is voor
kopiëren of afdrukken of nadat de pers is gestart.
Toon 1 'Opdracht voltooid'
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als een specifieke cyclus
door de pers is voltooid, zoals een kopieeropdracht. De standaardinstelling is Kopiëren.
26
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
Systeeminstellingen
Toon 2 'Opdracht voltooid'
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als een specifieke cyclus
door de pers is voltooid, zoals een kopieeropdracht. De standaardinstelling is Overzichtafdrukken.
Storingstoon
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als door een fout wordt
afgebroken.
Toon Auto herstel standaardinstellingen
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als automatisch wissen
ingeschakeld is.
Waarschuwingstoon
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als er een storing optreedt,
zoals vastgelopen papier, en de storing niet wordt verholpen.
Waarschuwingstoon 'Papier is op'
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als er geen papier in de
papierlade is en de opdracht onbeheerd is achtergelaten.
Waarschuwingstoon 'Toner bijna op'
Selecteer de geluidssterkte voor het geluid dat wordt weergegeven als het tijd is de
afdrukmodule te vervangen.
Opgeslagen programmering
Selecteer welk volumeniveau te horen is wanneer de functie Opgeslagen programmering wordt
ingeschakeld.
AAuuddiioottoonneenn iinnsstteelllleenn
1.Meld u aan als beheerder.
2.Druk op de knop Apparaatstatus op de gebruikersinterface.
Gebruik de toepassing Instellingen scherm/knop om specifieke schermen en knoppen in te stellen
die worden weergegeven als bijvoorbeeld de stroom wordt ingeschakeld of wanneer het apparaat
de energiespaarstand verlaat. U kunt kiezen uit:
Standaardinstelling scherm
Wijs een standaardscherm toe dat moet verschijnen wanneer de pers wordt ingeschakeld; de
opties zijn onder andere Functies, Kopiëren, Opdrachtstatus of Apparaatstatus.
Standaardinstellingen functiescherm
Wijs een standaardinstelling toe aan het functiescherm; de keuzemogelijkheden zijn Home
Functies, Kopiëren of Opgeslagen programmering.
Functiescherm na Auto herstel stand.inst
Wijs een standaard functiescherm toe dat moet verschijnen nadat Auto wissen heeft
plaatsgevonden; selecteer Home Functies of Scherm Laatste selectie.
Aanmeldscherm automatisch weergeven
Als u de functie Verificatie gebruikt, selecteert u of het aanmeldscherm automatisch wordt
weergegeven nadat de pers is ingeschakeld of na het annuleren van de Energiespaarstand.
Alle functies
Stel de opmaak van de functieknoppen in die op het scherm Home Functies verschijnen
wanneer er op de knop Home Functies op het bedieningspaneel wordt gedrukt.
Standaardinstell. scherm Home Functies
Selecteer of op het scherm Home Functies een functionele beschrijving van de geselecteerde
knop moet worden weergegeven.
Opdrachttype op scherm Opdrachtstatus
Selecteer de opdrachttypen die op het tabblad Voltooide opdrachten van het scherm
Opdrachtstatus worden weergegeven wanneer op de knop Opdrachtstatus van het
bedieningspaneel wordt gedrukt.
Aangepaste knoppen 1-3
Wijs functies toe aan de drie aangepaste knoppen op het bedieningspaneel. Zo kan één knop
worden toegewezen aan de functie Kopiëren de andere twee aan Opgeslagen programmering
en Taal.
Standaardtaal
Stel de standaardtaal voor de pers in; deze taal wordt gebruikt voor de gebruikersinterface.
Toets op toetsenbord aanpassen
Gebruik deze optie om veelgebruikte informatie in te voeren en op te slaan en om een
aangepaste knop te maken op het toetsenbordscherm van de gebruikersinterface.
Veelgebruikte gegevens zijn bijvoorbeeld domeinnamen, IP-adressen en andere gerelateerde
gegevens, zoals www.xerox.com. Er kan slechts één knop van het toetsenbord van de
gebruikersinterface worden aangepast.
6.Selecteer het onderdeel dat u wilt instellen of wijzigen.
7.Selecteer Instellingen wijzigen.
8.Selecteer de gewenste instelling voor de optie.
9.Selecteer Opslaan.
10.Selecteer een andere optie die u wilt instellen of wijzigen en herhaal indien nodig de
voorgaande stappen.
11.Klik op Sluiten.
Het hoofdscherm Hulpprogramma's verschijnt.
12.Sluit de modus Beheerder af.
IInnsstteelllliinnggeenn ppaappiieerrllaaddee
Gebruik Instellingen papierlade om items in te stellen met betrekking tot het papier en de laden,
met inbegrip van de volgende componenten:
Instellingen aangepast papier
Gebruik deze toepassing om specifieke kenmerken toe te wijzen aan aangepast papier en deze
kenmerken in te stellen. Voor meer informatie raadpleegt u Aangepaste papierinstellingen.
Kenmerken papier in lade
Gebruik deze toepassing om de instellingen voor specifieke papierkenmerken voor het papier
dat in iedere lade is geplaatst te configureren; de opties zijn onder meer:
•Papierformaat
•Papiersoort (zoals gewoon, gecoat of ongecoat)
•Papiergewicht
•Papierkleur
•Uitlijning aanpassen: Gebruik deze toepassing om het beeld aan te passen op basis van de
uitlijning van de afdruk. Er kunnen aanpassingen worden gemaakt, zoals registratie,
loodrechte stand, scheef en uitvergroting.
•Papierkrul aanpassen: Gebruik deze toepassing als de afdrukken te veel krul vertonen.
•Auto ventilatorwaarden: Gebruik deze toepassing om ventilatoren in een papierlade in- of
uit te schakelen ter voorkoming van verkeerd ingevoerd papier, invoer van meerdere vellen
tegelijk, vastgelopen papier of andere papierinvoerproblemen.
•Vouwpositie aanpassen: Gebruik deze toepassing om de vouwpositie aan te passen voor
verschillende papiersoorten en aanpassingswaarden in te stellen voor verschillende
standaardsoorten. Deze optie is alleen beschikbaar als de optionele standaard
afwerkeenheid, de katernmodule of de standaardafwerkeenheid plus op de pers is
aangesloten.
Instellingen aangepaste papierkleur
Gebruik deze toepassing om een aangepaste naam toe te wijzen aan de kleur van het papier
dat in de pers is geplaatst. U kunt maximaal twaalf tekens voor elke naam van een aangepaste
papierkleur invoeren.
®
Xerox
Handleiding voor de systeembeheerder
Versant®280 Press
29
Systeeminstellingen
Kenmerken papierlade in scherm Instellingen
De selectie die u in dit scherm maakt bepaalt of de optie Kenmerken papier in lade op het
tabblad Hulpprogramma's wordt weergegeven.
Kenmerken papier in lade tijdens het plaatsen van het papier
Met deze toepassing bepaalt u of het scherm Kenmerken papier in lade op de
gebruikersinterface wordt weergegeven wanneer er een papierlade wordt geopend of gesloten.
Prioriteit papierladen
Gebruik deze toepassing om de prioriteit van de papierladen voor automatische selectie van
laden in te stellen. De laden worden automatisch geselecteerd wanneer een lade met het
relevante papier automatisch door de pers wordt geselecteerd voor kopiëren of afdrukken.
Lade 5/handmatige invoer papierformaat
Gebruik deze toepassing om specifieke papierformaten aan lade 5 (handmatige invoer) toe te
wijzen. Hierdoor kunt u gemakkelijker kopiëren wanneer u gebruik maakt van lade 5
(handmatige invoer). U kunt maximaal twintig papierformaten aan de selecties voor lade 5
(handmatige invoer) toewijzen.
Beheer Automatisch laden wisselen
Gebruik deze toepassing om de methode voor Automatisch lade wisselen te selecteren en op
welke manier documenten met gemengde formaten moeten worden gekopieerd.
Gebruik deze toepassing om specifieke kenmerken toe te wijzen aan aangepast papier en deze
kenmerken in te stellen. U kunt maximaal 40 aangepaste papierinstellingen maken. Aangepaste
papierinstellingen bevatten de volgende opties.
30
Xerox®Versant®280 Press
Handleiding voor de systeembeheerder
Loading...
+ 218 hidden pages
You need points to download manuals.
1 point = 1 manual.
You can buy points or you can get point for every manual you upload.