Toyota Aygo 2018 Owner's Manual [nl]

Aygo
Handleiding
Overzicht
Veiligheid en
beveiliging
Zoeken op afbeelding
Zorg ervoor dat u dit leest
Instrumenten-
paneel
Bediening van
elk onderdeel
Rijden
Audiosysteem
Voorzieningen
in het interieur
Onderhoud en
verzorging
Bij problemen
Voertuig-
specificaties
Het aflezen van de meters en tellers, het interpreteren van de verschillende waarschuwingslampjes en controlelampjes, enz.
Openen en sluiten van de portieren en ruiten, afstellen vóór het rijden, enz.
Handelingen en adviezen die voor het rijden moeten worden opgevolgd
Bedienen van het audiosysteem
Gebruik van de voorzieningen in het interieur, enz.
De zorg voor uw auto en onderhoudsprocedures
Informatie over wat u moet doen bij een storing of noodgeval
Voertuigspecificaties, systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen, enz.
Index
PZ49X-99R19-NL
Zoeken op symptoom
Alfabetisch zoeken
2

INHOUDSOPGAVE

Ter informatie ....................................6
Over deze handleiding ......................8
Zoekmethoden ..................................9
Overzicht .........................................10
Veiligheid en beveiliging
1-1. Voor een veilig gebruik
Voordat u gaat rijden ..............26
Veilig rijden.............................28
Veiligheidsgordels ..................30
Airbags ...................................34
Belangrijke
voorzorgsmaatregelen in verband met
uitlaatgassen ........................46
1-2. Veiligheidsvoorzieningen
voor kinderen
Aan/uit-schakelaar airbag....... 47
Rijden met kinderen
in de auto .............................49
Baby- en kinderzitjes..............50
1-3. Antidiefstalsysteem
Startblokkering .......................76
Instrumentenpaneel
2. Instrumentenpaneel
Waarschuwingslampjes
en controlelampjes ...............96
Meters en tellers...................101
Display aandrijflijnmonitor ....103
Bediening van
elk onderdeel
3-1. Informatie over sleutels
Sleutels ................................110
3-2. Openen, sluiten en
vergrendelen van de portieren
Portieren .............................. 118
Achterklep ............................123
Smart entry-systeem
met startknop ..................... 129
3-3. Verstellen van de stoelen
Voorstoelen.......................... 152
Achterstoelen ....................... 154
Hoofdsteunen....................... 156
3-4. Verstellen van het stuurwiel
en de spiegels
Stuurwiel ..............................158
Binnenspiegel ...................... 160
Buitenspiegels...................... 161
3-5. Openen en sluiten van
de ruiten en de softtop
Elektrisch bedienbare
ruiten.................................. 163
Zijruiten achter
(5-deurs uitvoeringen)........ 164
Softtop.................................. 166
Rijden
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden met de auto ............... 170
Lading en bagage ................ 180
Rijden met een
aanhangwagen .................. 181
3
4-2. Rijprocedures
Contactslot
(auto's zonder Smart entry-
systeem en startknop)........ 182
Startknop (auto's met
Smart entry-systeem en
startknop) ...........................185
Multi-Mode Transmissie .......190
Handgeschakelde
transmissie.........................195
Richtingaanwijzer-
schakelaar..........................197
Parkeerrem...........................198
4-3. Bedienen van verlichting
en ruitenwissers
Lichtschakelaar ....................199
Schakelaar mistlampen ........203
Ruitenwisser en -sproeier..... 205
Achterruitenwisser en
-sproeier .............................207
4-4. Tanken
Openen van de tankdop .......209
4-5. Toyota Safety Sense
Toyota Safety Sense ............213
PCS (Pre-Crash Safety-
systeem).............................219
LDA (Lane Departure Alert).. 232
4-6. Gebruik van de
ondersteunende
systemen
Snelheidsbegrenzer .............237
Stop & Start-systeem ...........240
Ondersteunende systemen ..247
4-7. Rijtips
Rijden in de winter................253
Audiosysteem
5-1. Basishandelingen
Soorten audiosystemen .......258
Stuurwieltoetsen
audiosysteem..................... 260
AUX-aansluiting/
USB-aansluiting ................. 261
5-2. Gebruik van het
audiosysteem
Optimaal gebruikmaken
van het audiosysteem........ 262
5-3. Gebruik van de radio
Bediening radio .................... 264
5-4. Gebruik van een extern
apparaat
Afspelen van bestanden
op een iPod........................ 273
Afspelen van bestanden
op een USB-geheugen ......281
Gebruik van de
AUX-aansluiting ................. 288
5-5. Gebruik van Bluetooth
®
-
apparaten
Bluetooth®-audio/
telefoon .............................. 289
Gebruik van de
stuurwielschakelaars ......... 295
Registreren van een
Bluetooth
®
-apparaat .......... 296
5-6. Menu SETUP (instellingen)
Gebruik van het menu
SETUP (instellingen)
(“Bluetooth*”-menu) ...........297
Gebruik van het menu
SETUP (instellingen)
(menu TEL)........................ 301
1
2
3
4
5
6
7
8
9
*: Bluetooth is een geregistreerd handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc.
4
INHOUDSOPGAVE
5-7. Bluetooth®-audio
Bedienen van een Bluetooth
compatibele draagbare
speler .................................304
5-8. Bluetooth
Bellen ...................................306
Een telefoongesprek
ontvangen ..........................308
Voeren van een
telefoongesprek..................309
5-9. Bluetooth
Bluetooth®............................311
Voorzieningen
in het interieur
6-1. Gebruik van de airconditioning
en de achterruitverwarming
Handmatig bediende
airconditioning ....................320
Automatische
airconditioning ....................326
Stoelverwarming...................332
6-2. Gebruik van de
interieurverlichting
Overzicht
interieurverlichting..............334
• Interieurverlichting ...........334
6-3. Gebruik van de
opbergmogelijkheden
Overzicht van
opbergmogelijkheden.........335
• Dashboardkastje..............336
• Pasjeshouders ................. 336
• Bekerhouders ..................336
• Fleshouders .....................337
Voorzieningen in de
bagageruimte .....................339
®
-telefoon
®
®
6-4. Overige voorzieningen
in het interieur
Overige voorzieningen
in het interieur ....................341
• Zonnekleppen.................. 341
• Make-upspiegels ............. 341
• Klok.................................. 342
• Weergave
buitentemperatuur ........... 343
• Accessoireaansluiting...... 344
Onderhoud en verzorging
7-1. Onderhoud en verzorging
Reinigen en beschermen
van het exterieur
van uw auto ....................... 346
Reinigen en beschermen van
het interieur van uw auto ... 350
7-2. Onderhoud
Onderhoud en reparatie ....... 353
7-3. Zelf uit te voeren onderhoud
Voorzorgsmaatregelen bij zelf
uit te voeren onderhoud..... 355
Motorkap .............................. 358
Plaatsen van een
garagekrik .......................... 360
Motorruimte.......................... 361
Koppelingspedaal (auto's
met handgeschakelde
transmissie) ....................... 371
Banden................................. 372
Bandenspanning .................. 378
Velgen.................................. 380
Interieurfilter ......................... 382
Batterij afstandsbediening/
elektronische sleutel .......... 383
Controleren en vervangen
van zekeringen .................. 386
Lampen ................................394
5
Raadpleeg bij auto's met een multimediasysteem de handleiding voor het multimediasysteem voor meer informatie over de onder­staande uitrusting.
• Audiosysteem • Rear View Monitor­systeem
Toyota Motor Europe NV/SA, Avenue du Bourget 60 - 1140 Brussel, België www.toyota-europe.com
Bij problemen
8-1. Belangrijke informatie
Alarmknipperlichten..............406
Als uw auto in geval van nood
tot stilstand moet
worden gebracht ................407
8-2. Stappen die genomen moeten
worden in noodgevallen
Als uw auto moet worden
gesleept..............................409
Als u denkt dat er iets
mis is..................................415
Uitschakelsysteem
brandstofpomp ..................416
Als een waarschuwingslampje
gaat branden of een waarschuwingszoemer
klinkt ...................................417
Als uw auto een lekke band
heeft (auto's zonder
een reservewiel).................428
Als uw auto een lekke band
heeft (auto's met
een reservewiel).................443
Als de motor
niet wil aanslaan.................456
Als de selectiehendel niet
in een andere stand gezet kan worden (auto's met
Multi-Mode Transmissie)....458
Als de elektronische sleutel
niet goed werkt (auto's met Smart entry-systeem en
startknop)........................... 459
Als de accu ontladen is ........ 462
Als uw auto oververhit
raakt...................................466
Als de auto vast komt
te zitten .............................. 469
Voertuigspecificaties
9-1. Specificaties
Onderhoudsgegevens
(brandstof, oliepeil, enz.) ... 472
Informatie over brandstof ..... 483
9-2. Persoonlijke
voorkeursinstellingen
Systemen met mogelijkheden
voor persoonlijke
voorkeursinstellingen ......... 485
9-3. Te initialiseren onderdelen
Te initialiseren onderdelen ... 486
Index
Wat moet u doen als...
(Problemen oplossen)................. 488
Alfabetische index ......................... 492
1
2
3
4
5
6
7
8
9
6
Ter informatie
Handleiding
Deze handleiding is bestemd voor alle uitvoeringen van dit type auto; alle mogelijke opties zijn in deze handleiding opgenomen. Er zullen dan ook ongetwijfeld onderwerpen worden beschreven die niet op uw auto van toe­passing zijn.
Alle specificaties in deze handleiding waren actueel ten tijde van de druk. Toyota streeft er doorlopend naar haar producten te perfectioneren en wij behouden ons dan ook het recht voor tussentijdse wijzigingen in specificatie en uitvoering door te voeren zonder voorafgaande kennisgeving.
Afhankelijk van de specificaties kan de in de afbeeldingen getoonde auto afwijken van uw auto voor wat betreft de uitrusting.
Accessoires, onderdelen en veranderingen aan uw Toyota
Er is een grote hoeveelheid originele en niet-originele onderdelen en acces­soires voor uw Toyota te verkrijgen. Als een origineel onderdeel of accessoire van uw Toyota moet worden vervangen, raadt Toyota u aan om originele Toyota-onderdelen en -accessoires te gebruiken. U kunt ook andere onder­delen of accessoires van gelijkwaardige kwaliteit gebruiken. Toyota kan geen aansprakelijkheid aanvaarden voor of garantie verlenen op onderdelen en accessoires die geen origineel Toyota-product zijn, noch voor het vervangen door of monteren van dergelijke onderdelen. Bovendien is het mogelijk dat schade of slechte prestaties ten gevolge van de toepassing van niet-originele Toyota-onderdelen niet onder de garantie vallen.
Inbouw van een zend-/ontvanginstallatie
De inbouw van een zend-/ontvanginstallatie in uw auto kan elektronische systemen beïnvloeden, zoals:
(Sequentieel) multipoint brandstofinspuitsysteem
Antiblokkeersysteem
SRS-airbagsysteem
Gordelspanner
Toyota Safety Sense
Neem voor voorzorgsmaatregelen of speciale voorschriften met betrekking tot de inbouw van een zend-/ontvanginstallatie contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalifi­ceerde en uitgeruste deskundige.
Nadere informatie met betrekking tot frequenties, vermogens, antenneposi­ties en montagevoorwaarden voor zend-/ontvanginstallaties is op verzoek beschikbaar bij een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Vernietigen van uw Toyota
WAARSCHUWING
Uw auto is uitgerust met batterijen en/of accu's. Zorg ervoor dat deze gescheiden worden ingezameld en op een milieuvriendelijke manier worden afgevoerd (richtlijn 2006/66/EG).
De airbags en de gordelspanners in uw Toyota bevatten explosieve chemica­liën. Wanneer uw auto wordt vernietigd terwijl de airbags en/of de gordel­spanners nog intact zijn, kan tijdens de vernietiging een ontploffing plaatsvinden en brand ontstaan. Laat daarom de airbags en de gordelspan­ners eerst verwijderen en afvoeren door een erkende Toyota-dealer of her­steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Algemene voorzorgsmaatregelen tijdens het rijden
Rijden onder invloed: Ga niet rijden met uw auto als u alcohol of drugs gebruikt hebt, omdat deze middelen invloed kunnen hebben op de rijvaar­digheid. Alcohol en bepaalde drugs vergroten de reactietijd, beïnvloeden het beoordelingsvermogen en hebben een negatieve invloed op de coördi­natie, waardoor aanrijdingen kunnen ontstaan met ernstig letsel als gevolg.
Defensief rijden: Rijd altijd defensief. Anticipeer op fouten die andere bestuurders of voetgangers zouden kunnen maken omdat u hierdoor wel­licht een ongeluk kunt voorkomen.
Afleiding van de bestuurder: Houd altijd uw volledige aandacht bij het ver­keer. Alles wat de aandacht van de bestuurder kan afleiden, zoals het ver­anderen van instellingen, telefoneren of lezen, kan leiden tot een aanrijding waarbij u, de andere inzittenden van de auto of anderen ernstig letsel kun­nen oplopen.
Algemene voorzorgsmaatregelen met betrekking tot veiligheid van kin-
deren
Laat kinderen nooit alleen in de auto achter en laat ze nooit met de sleutel spelen.
Kinderen zullen wellicht proberen de auto te starten of de neutraalstand in te schakelen. Daarnaast kunnen kinderen zich bezeren als ze met de rui­ten, de softtop of andere systemen in de auto spelen. Verder kan de tempe­ratuur in de auto zo hoog oplopen of zo ver dalen dat dat kinderen fataal kan worden.
7
8
1
2
3
Over deze handleiding
WAARSCHUWING: Geeft uitleg over iets dat kan resulteren in ernstig letsel wanneer de voorzorgsmaatregelen niet in acht worden genomen.
OPMERKING: Geeft uitleg over iets dat kan resulteren in schade of storingen aan de auto of de uitrusting wanneer de voorzorgsmaatregelen niet in acht worden genomen.
Geeft bedienings- of werkingsprocedures aan. Volg de stappen in de aangegeven volgorde.
Geeft de handeling aan voor het bedienen van schake­laars en dergelijke (druk­ken, draaien, enz.).
Geeft het resultaat van een handeling aan (er wordt bij­voorbeeld een klep ge­opend).
Geeft het onderdeel of de positie aan waarover uitleg wordt gegeven.
Dit betekent dat er iets niet mag worden gedaan of niet mag gebeuren.
Zoekmethoden
Zoeken op naam
• Alfabetische index ... Blz. 492
Zoeken op montagepositie
• Overzicht ................... Blz. 10
Zoeken op symptoom of
geluid
• Wat moet u doen als... (Problemen
oplossen)................. Blz. 488
9
Zoeken op titel
• Inhoudsopgave............ Blz. 2
10
Overzicht
Overzicht
Exterieur
De illustratie geeft de situatie aan voor 5-deurs uitvoeringen en verschilt uiterlijk mogelijk van de 3-deurs uitvoeringen.
1
Portieren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 118
Vergrendelen/ontgrendelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 118
Openen/sluiten van de zijruiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 163
Vergrendelen/ontgrendelen met de mechanische sleutel
Waarschuwingslampje. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 421
2
Achterklep . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 123
Vergrendelen/ontgrendelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 123
Waarschuwingslampje. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 421
3
Buitenspiegels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 161
Verstellen van de spiegelhoek. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 161
Inklappen van de buitenspiegels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 162
Ontwasemen van de spiegels
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 322, 328
1
*
. Blz. 459
Overzicht
101112
131415
16
4
Ruitenwisser . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 205
Voorzorgsmaatregelen bij rijden in de winter. . . . . . . . . . . . .Blz. 253
5
Tankdopklep. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 209
Tanken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 209
Brandstofsoort/inhoud brandstoftank. . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 474
6
Banden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 372
Bandenmaat/bandenspanning. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 480
Winterbanden/sneeuwketting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 253
Controleren/wisselen/bandenspannings­waarschuwingssysteem
In geval van een lekke band . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 428,443
7
Motorkap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 358
Openen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 358
Motorolie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 474
In geval van oververhitting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 466
8
Camera
Lampen voor verlichting buitenzijde tijdens rijden
(Vervangingsmethode: Blz. 394, wattage: Blz. 482)
*
2, 3
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 372
11
9
Koplampen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 199
Parkeerlichten voor/dagrijverlichting . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 199
Mistlampen voor
Richtingaanwijzers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 197
Noodstopsignaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 247
Remlichten
Achterlichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 199
Kentekenplaatverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 199
Achteruitrijlichten
De selectiehendel in stand R zetten . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 190, 195
2
*
/mistachterlichten . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 203
1
*
: Auto's met Smart entry-systeem en startknop
2
*
: Indien aanwezig
3
*
: Raadpleeg bij auto's met een multimediasysteem
de handleiding voor het multimediasysteem.
12
Overzicht
Dashboard (auto's met linkse besturing)
1
Contact . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 182, 185
Starten van de motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 182, 185
Veranderen van de standen van het contact. . . . . . . . .Blz. 182, 187
Noodstop van de motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 407
Wanneer de motor niet wil aanslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 456
Waarschuwingslampje
2
Selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 190, 195
Wijzigen van de schakelstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 190, 195
Voorzorgsmaatregelen bij slepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 409
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet
3
Tellers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 101
Tellers aflezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 101
Instellen van de helderheid van de dashboardverlichting . . . Blz. 106
Waarschuwingslampjes/controlelampjes. . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 96
Als de waarschuwingslampjes gaan branden . . . . . . . . . . . .Blz. 417
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 421, 426
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 458
Overzicht
10
11
4
Display aandrijflijnmonitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 103
5
Parkeerremhendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 198
Activeren/deactiveren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 198
Voorzorgsmaatregelen bij rijden in de winter. . . . . . . . . . . . .Blz. 254
Waarschuwingszoemer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 417
6
Richtingaanwijzerschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 197
Lichtschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 199
Koplampen/parkeerlichten voor/achterlichten/
dagrijverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 199
Mistlampen voor
7
Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers . . . . . . . . . .Blz. 205, 207
Gebruik (voor) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 205
Gebruik (achter). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 207
Bijvullen van ruitensproeiervloeistof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 370
8
Ontgrendelingshendel motorkap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 358
9
Handmatig bediende airconditioning Automatische airconditioning
Gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 320, 326
Achterruitverwarming. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 322, 328
Audiosysteem Multimediasysteem
Tankdopklepontgrendeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 211
3
*
/mistachterlichten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 203
3
*
3
*
3
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 258
3, 4
*
. . . . . . . . . . . . . . .Blz. 320
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 326
13
1
*
: Auto's met Smart entry-systeem en startknop
2
*
: Auto's met Multi-Mode Transmissie
3
*
: Indien aanwezig
4
*
: Raadpleeg bij auto's met een multimediasysteem
de handleiding voor het multimediasysteem.
14
10
11
Overzicht
Schakelaars (auto's met linkse besturing)
1
Schakelaars buitenspiegels*1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 161
2
Draaiknop koplampverstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 200
3
Uitschakeltoets Stop & Start-systeem*1. . . . . . . . . . . . . .Blz. 241
4
Schakelaar PCS
5
Schakelaar VSC OFF . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 248
6
Schakelaars ruitbediening
7
Accessoireaansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 344
8
USB-aansluiting
9
AUX-aansluiting
Schakelaar alarmknipperlichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 406
Resetknop bandenspanningswaarschuwings­systeem
1
*
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 222
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 163
1, 3
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 261
1, 3
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 261
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 374
Overzicht
15
1
Afstandsbediening audiosysteem
2
Paddle shift-schakelaars
3
Telefoontoetsen
4
Schakelaar LDA (Lane Departure Alert)
5
Schakelaar snelheidsbegrenzer
6
Ontgrendelingshendel verstelbare stuurkolom . . . . . . . .Blz. 158
1, 3
*
*
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 190
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 295
3
: Raadpleeg bij auto's met een multimediasysteem
de handleiding voor het multimediasysteem.
1, 3
*
. . . . . . . . . . . . . . .Blz. 260
1
*
. . . . . . . . . . . . .Blz. 232
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 237
1
*
: Indien aanwezig
2
*
: Auto's met Multi-Mode Transmissie
16
Overzicht
Interieur (auto's met linkse besturing)
1
Airbags . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 34
2
Vloermatten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 26
3
Voorstoelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 152
Stoelverwarming
4
Achterstoelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 154
5
Hoofdsteunen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 156
6
Veiligheidsgordels. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 30
7
Vergrendelknoppen binnenzijde portier . . . . . . . . . . . . . .Blz. 120
8
Bekerhouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 336
9
Fleshouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 337
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 332
Overzicht
*
1
: Gebruik NOOIT een tegen de rijrich-
ting in geplaatst baby- of kinderzitje op een stoel met een INGESCHA­KELDE AIRBAG, omdat het KIND an­ders ERNSTIG LETSEL kan oplopen als de airbag wordt geactiveerd. (Blz. 57)
*
2
: Indien aanwezig
1
Binnenspiegel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 160
2
Zonnekleppen
3
Make-upspiegels. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 341
4
Interieurverlichting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 334
5
Softtopschakelaar
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 341
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 166
17
18
Overzicht
Dashboard (auto's met rechtse besturing)
1
Contact . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 182, 185
Starten van de motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 182, 185
Veranderen van de standen van het contact. . . . . . . . .Blz. 182, 187
Noodstop van de motor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 407
Wanneer de motor niet wil aanslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 456
Waarschuwingslampje
2
Selectiehendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 190, 195
Wijzigen van de schakelstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 190, 195
Voorzorgsmaatregelen bij slepen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 409
Als de selectiehendel niet in een andere stand kan worden gezet
3
Tellers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 101
Tellers aflezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 101
Instellen van de helderheid van de dashboardverlichting . . . Blz. 106
Waarschuwingslampjes/controlelampjes. . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 96
Als de waarschuwingslampjes gaan branden . . . . . . . . . . . .Blz. 417
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 421, 426
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 458
Overzicht
10
11
4
Display aandrijflijnmonitor . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 103
5
Parkeerremhendel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 198
Activeren/deactiveren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 198
Voorzorgsmaatregelen bij rijden in de winter. . . . . . . . . . . . .Blz. 254
Waarschuwingszoemer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 417
6
Richtingaanwijzerschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 197
Lichtschakelaar . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 199
Koplampen/parkeerlichten voor/achterlichten/
dagrijverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 199
Mistlampen voor
7
Schakelaar ruitenwissers en -sproeiers . . . . . . . . . .Blz. 205, 207
Gebruik (voor) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 205
Gebruik (achter). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 207
Bijvullen van ruitensproeiervloeistof . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 370
8
Ontgrendelingshendel motorkap . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 358
9
Handmatig bediende airconditioning Automatische airconditioning
Gebruik . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 320, 326
Achterruitverwarming. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 322, 328
Audiosysteem Multimediasysteem
Tankdopklepontgrendeling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 211
3
*
/mistachterlichten. . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 203
3
*
3
*
3
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 258
3, 4
*
. . . . . . . . . . . . . . .Blz. 320
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 326
19
1
*
: Auto's met Smart entry-systeem en startknop
2
*
: Auto's met Multi-Mode Transmissie
3
*
: Indien aanwezig
4
*
: Raadpleeg bij auto's met een multimediasysteem
de handleiding voor het multimediasysteem.
20
10
11
Overzicht
Schakelaars (auto's met rechtse besturing)
1
Schakelaars buitenspiegels*1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 161
2
Draaiknop koplampverstelling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 200
3
Uitschakeltoets Stop & Start-systeem*1. . . . . . . . . . . . . .Blz. 241
4
Schakelaar PCS
5
Schakelaar VSC OFF . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 248
6
Schakelaars ruitbediening
7
Accessoireaansluiting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 344
8
AUX-aansluiting
9
USB-aansluiting
Schakelaar alarmknipperlichten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 406
Resetknop bandenspanningswaarschuwings­systeem
1
*
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 222
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 163
1, 3
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 261
1, 3
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 261
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 374
Overzicht
21
1
Afstandsbediening audiosysteem
2
Paddle shift-schakelaars
3
Telefoontoetsen
4
Schakelaar LDA (Lane Departure Alert)
5
Schakelaar snelheidsbegrenzer
6
Ontgrendelingshendel verstelbare stuurkolom . . . . . . . .Blz. 158
1, 3
*
*
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Blz. 190
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 295
3
: Raadpleeg bij auto's met een multimediasysteem
de handleiding voor het multimediasysteem.
1, 3
*
. . . . . . . . . . . . . . .Blz. 260
1
*
. . . . . . . . . . . . .Blz. 232
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 237
1
*
: Indien aanwezig
2
*
: Auto's met Multi-Mode Transmissie
22
Overzicht
Interieur (auto's met rechtse besturing)
1
Airbags . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 34
2
Vloermatten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 26
3
Voorstoelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 152
4
Achterstoelen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 154
5
Hoofdsteunen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 156
6
Veiligheidsgordels. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 30
7
Vergrendelknoppen binnenzijde portier . . . . . . . . . . . . . .Blz. 120
8
Bekerhouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 336
9
Fleshouders . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 337
Overzicht
*
1
: Gebruik NOOIT een tegen de rijrich-
ting in geplaatst baby- of kinderzitje op een stoel met een INGESCHA­KELDE AIRBAG, omdat het KIND an­ders ERNSTIG LETSEL kan oplopen als de airbag wordt geactiveerd. (Blz. 57)
*
2
: Indien aanwezig
1
Binnenspiegel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 160
2
Zonnekleppen
3
Make-upspiegels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 341
4
Interieurverlichting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 334
5
Softtopschakelaar
1
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 341
2
*
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .Blz. 166
23
24
Overzicht
25

Veiligheid en beveiliging

1
1-1. Voor een veilig gebruik
Voordat u gaat rijden ...........26
Veilig rijden ..........................28
Veiligheidsgordels................30
Airbags.................................34
Belangrijke
voorzorgsmaatregelen in verband met
uitlaatgassen .....................46
1-2. Veiligheidsvoorzieningen
voor kinderen
Aan/uit-schakelaar airbag....47
Rijden met kinderen
in de auto........................... 49
Baby- en kinderzitjes ...........50
1-3. Antidiefstalsysteem
Startblokkering.....................76
26
*
1-1. Voor een veilig gebruik
Voordat u gaat rijden
Vloermat
Gebruik alleen vloermatten die speciaal zijn ontworpen voor auto's van hetzelfde model en modeljaar als uw auto. Bevestig ze op de juiste wijze op de vloerbedekking.
Steek de klemhaken (clips) in de ringen in de vloermat.
Draai het bovenste hendeltje van de klemhaken (clips) om de vloermatten te bevestigen.
*: Breng de merktekens altijd in lijn.
De vorm van de klemhaken (clips) wijkt mogelijk af van wat is aangegeven in de afbeelding.
1-1. Voor een veilig gebruik
WAARSCHUWING
Controleer of de vloermat stevig op de
juiste plaats is bevestigd met alle mee­geleverde klemhaken (clips). Voer deze controle altijd uit nadat de vloer van de auto is gereinigd.
Zet de motor uit, zet de selectiehendel
in stand N en trap elk pedaal volledig in om te controleren of de bediening ervan niet wordt gehinderd door de vloermat.
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. Als u dat niet doet, kan de vloermat van de bestuurder gaan schuiven, wat de bediening van de pedalen tijdens het rijden kan hinderen. Hierdoor kan de snelheid plotseling toenemen of kan mogelijk niet geremd worden. Dit kan lei­den tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
Wanneer u de vloermat van de bestuurder plaatst
Gebruik geen vloermatten die zijn ontworpen voor auto's van een ander
model en/of modeljaar, zelfs niet als het gaat om originele Toyota-vloer­matten.
Gebruik alleen vloermatten die zijn ontworpen voor de bestuurderszijde.
Zet de vloermat altijd vast met behulp van de meegeleverde klemhaken
(clips).
Leg nooit twee of meer vloermatten boven op elkaar.
Bevestig de vloermat niet met de onderzijde naar boven of in de verkeerde
richting.
Voordat u gaat rijden
27
1
Veiligheid en beveiliging
28
1-1. Voor een veilig gebruik
Een veilig rijgedrag
Om veilig te kunnen rijden, moet u de stoel in de juiste positie zetten en de spiegels afstellen voordat u gaat rijden.
De juiste houding achter het stuur
1
Pas de hoek van de rugleuning zo aan dat u rechtop zit en niet voorover hoeft te leunen om te kunnen sturen. (Blz. 152)
2
Pas de zitting zo aan dat u de pedalen helemaal kunt intrap­pen en dat uw armen licht gebogen zijn bij de ellebogen wanneer u het stuurwiel vast­houdt. (Blz. 152, 158)
3
Draag de veiligheidsgordel op de juiste wijze. (Blz. 30)
Juist gebruik van de veiligheidsgordels
Controleer voordat u wegrijdt eerst of alle inzittenden de veiligheids­gordel dragen. (Blz. 30) Gebruik een passend baby- of kinderzitje tot het kind groot genoeg is om de veiligheidsgordel van de auto op de juiste wijze te dragen. (Blz. 50)
Afstellen van de spiegels
Zorg ervoor dat u goed achteruit kunt kijken door de binnenspiegel en de buitenspiegels goed af te stellen. (Blz. 160, 161)
1-1. Voor een veilig gebruik
WAARSCHUWING
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht. Het niet in acht nemen van de voorzorgsmaatregelen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.
Verstel de bestuurdersstoel niet tijdens het rijden.
Als u dat wel doet, kunt u de controle over de auto verliezen.
Plaats geen kussen tussen de bestuurder of voorpassagier en de rugleu-
ning. Gebruik van een kussen kan ertoe leiden dat de zithouding niet correct is, waardoor het effect van de veiligheidsgordel en de hoofdsteun in nega­tieve zin kan worden beïnvloed.
Plaats geen voorwerpen onder de voorstoelen.
Voorwerpen onder de voorstoelen kunnen klem komen te zitten in de stoelslede, waardoor de stoelen wellicht niet goed vergrendeld worden. Dit kan leiden tot een ongeval en ook kan het stelmechanisme beschadigd raken.
Houd u altijd aan de wettelijke maximumsnelheid wanneer u op de open-
bare weg rijdt.
Neem, wanneer u lange afstanden rijdt, geregeld een pauze voordat u zich
moe begint te voelen. Als u zich tijdens het rijden moe of slaperig voelt, moet u zichzelf niet dwingen om verder te rijden, maar direct een pauze nemen.
29
1
Veiligheid en beveiliging
Loading...
+ 476 hidden pages